1. 2
Themaschrift
WAT EEN DAG
Bieke Finet Jeroen Reumers Katrien Van den Daele Stefaan Casier Jef Pazmany
Naam: ................................................................................................. Klas: ........................................... Nr.: ..............................................
LES 6
met vlag en wimpel in de les ... stuur ik behendig met mijn fiets. weet ik wat veilig is voor op de fiets. maak ik een fietsvlag en bevestig ze aan mijn fiets.
1
vond je het leuk? lukte het goed? teken in elk metertje de naald op de juiste plaats. zinkend schip
leuk
2
stoet van de koning
lukte goed
leuk
lukte goed
fietsfanfare
leuk
lukte goed
namen-estafette
lukte goed
leuk
is het veilig voor op de fiets? kleur de vink groen. is het niet van belang? kleur het rondje rood.
%
%
% % 10
WAT EEN DAG
%
%
3
hoe maak je een fietsvlag? vertel het aan je buur.
LES 6 met vlag en wimpel
11
Een ongeluk zit in een klein hoekje ‘Ik ga met Daan spelen, mama’, zegt Jesse. ‘Zet je wel je helm op, als je met de fiets gaat?’ zegt mama bezorgd. ‘Het is altijd gevaarlijk in het verkeer. En je weet: een ongeluk …’ ‘Zit in een klein hoekje’, vult Jesse meteen aan. Altijd begint ze weer over dat kleine hoekje, waar blijkbaar allerlei ongelukken liggen te wachten. Jesse snapt ook wel dat ze dat alleen maar doet omdat ze bezorgd is. Maar ze zegt het ook als hij helemaal niks gevaarlijks gaat doen. Eigenlijk zou hij … Jesse onderbreekt zijn eigen gedachten. Hij heeft opeens een idee. Wacht maar, denkt hij. Wacht maar tot het zaterdagmorgen is.
WAT EEN DAG
Het is zaterdagochtend. Zoals altijd vraagt mama aan Jesse of hij meegaat om boodschappen. ‘Ja, hoor!’ zegt Jesse. ‘Eventjes wachten. Even iets doen.’ En voor zijn moeder kan vragen wat hij gaat doen, is hij al de trap opgestormd naar zijn kamer. Vijf minuten later staat hij weer beneden. Mama bekijkt hem van top tot teen. Haar mond zakt open. Ze knippert een paar keer met haar ogen. ‘Huh?’ zegt ze dan. ‘Wat heb jij nu allemaal aan?’ Jesse lacht. Hij gaat rechtop staan, zodat mama hem goed kan bekijken. Hij heeft zijn rubberen laarzen aan. Knie- en elleboogbeschermers die hij anders bij het skaten draagt. Een brede riem hoog boven zijn middel, met daaronder een heel bolle buik. Zijn fietshelm op zijn hoofd. En zijn oren zitten verstopt onder oorwarmers. ‘Dat is om te zorgen dat ik geen ongeluk krijg’, lacht Jesse. ‘Maar … we gaan alleen maar om boodschappen, hoor’, zegt mama. ‘Een ongeluk zit in een klein hoekje’, zegt Jesse. ‘Nu kan ik niet over mijn veters struikelen, want die hebben mijn laarzen niet. En als ik val, zijn mijn knieën en ellebogen goed beschermd. In de winkel botsen ze misschien wel met een winkelwagentje tegen me aan. Daarom heb ik onder mijn shirt een dik kussen met deze riem vastgebonden. En als ik voor jou iets uit de diepvrieskist moet pakken en ik val er per ongeluk in, dan heb ik in elk geval mijn helm op.’ Nu begint mama ook te lachen. ‘Ja, ja’, grinnikt ze. ‘Maar waar zijn dan die oorwarmers voor?’ ‘Voor als we bij de kassa zijn’, legt Jesse uit. ‘Dan ga ik heel lang zeuren om snoep. Net zolang tot je boos wordt.’ ‘Dat snap ik niet’, zegt mama. ‘Nou,’ zegt Jesse, ‘dan kun je me in elk geval niet bij mijn oren pakken!’
www.vanin.be Cover en lay-outconcept: HarderBetterFasterStronger Opmaak: B.AD Verhaal: Rien Broere Tekeningen: Ina Hallemans
ISBN 978-90-306-7336-1
563089
De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Wie desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden. a Sanoma company
Eerste druk 2016 ISBN 978-90-306-7336-1 D/2016/0078/18 Art. 563089/01 NUR 193
Een volledig productoverzicht vind je op www.opverkenning.be