b
Welke conclusie leid je uit deze grafieken af? Markeer telkens de juiste oplossing. Mechanische verwering komt vooral voor in koude/gematigde/warme klimaten en droge/matig vochtige/zeer vochtige klimaten. Chemische verwering grijpt vooral plaats in koude/gematigde/warme klimaten en droge/matig vochtige/zeer vochtige klimaten.
1.4 Vormen van verwering
2
Verwering is dus afhankelijk van het klimaat, maar ook van de gesteentesoort. Kun je aan de hand van de teksten en de foto's de informatie aanvullen? Op de foto's staan ijzerzandsteen, graniet, kalksteen en leisteen. Wanneer er (*) staat, markeer je het juiste antwoord in fluo. A Vorstverwering
Fig. 6.62 Vorstverwering: detail
Fig. 6.63 Vorstverwering
Gesteente: Wat valt je op bij het gesteente op de foto hierboven?
zoals kleisteen / graniet / kleisteen en leisteen / ijzerzandsteen (*). Werking: Wanneer water in barsten van gesteenten bevriest, neemt het 9 % meer volume in, waardoor het werkt als een wig die het gesteente doet barsten. Waar: Wat: Mechanische of chemische verwering (*)
Fig. 6.64 Vorstverwering in de Dolomieten (ItaliĂŤ)
B Karstverschijnselen Gesteente: Wat valt je op bij het gesteente op de foto hiernaast?
zoals kalksteen / graniet / kleisteen en leisteen / ijzerzandsteen (*). Werking: In zuivere toestand is dit gesteente een vaste stof die slecht oplosbaar is in water. Maar als het water zuur is door de aanwezigheid van kleine hoeveelheden CO2-gas of plantenzuren, is het gesteente wel oplosbaar. De bekendste karstverschijnselen zijn grotten. Waar: Wat: Mechanische of chemische verwering (*)
56
THEMA 6 De geosfeer: ontstaan en evolutie van landschappen
Fig. 6.65 Zuur water tast kalksteen aan.