Inhoudsopgave_Praktisch personenbelasting_2023

Page 1

Inhoud 7 Voorwoord 5 Leeswijzer 6 Inhoud 7 Inleidende begrippen 29 1 Belastingplichtigen onderworpen aan de personenbelasting 31 1.1 Rijksinwoners 31 1.2 Woonplaats of zetel van fortuin in België 31 2 Wereldwijd inkomen en niet-ontvangen inkomen als oprichter van een juridische constructie 33 3 Belastbaar tijdperk en aanslagjaar 33 3.1 Algemene regel 33 3.2 Uitzondering 33 3.3 Beperkingen van de federale voordelen in functie van de duur van het belastbaar tijdperk 34 4 Individuele aanslag of gemeenschappelijke aanslag 36 4.1 Echtgenoten/gehuwden 36 4.2 Wettelijk samenwonenden 36 4.3 Alleenstaanden 37 4.4 Inkomsten van kinderen 39 5 Volledige decumul 40 6 Berekening van de belasting (per belastingplichtige) 41 7 Progressieve belasting 45 8 Buitenlandse inkomsten 45 9 Gemiddelde aanslagvoet 47 10 Indieningstermijnen voor de aangifte 47 10.1 Gewone aangiftetermijn 47 10.2 Uitzonderlijke termijnen 48 11 Voorstel van vereenvoudigde aangifte 48 12 Kladversie versus definitieve aangifte 51 13 Mogelijke gevolgen bij een laattijdig ingediende aangifte of bij niet-aangifte 52 Inhoud
Inhoud 8 Vak I Bankrekening en telefoonnummer 55 1 Bankrekening 57 2 Telefoonnummer 57 Vak II Persoonlijke gegevens en gezinslasten 59 1 Basisbedragen van de belastingvrije som 61 2 Verhoging voor zware handicap 61 3 Verhoging voor kinderen ten laste 61 3.1 Bedragen 61 3.2 Welke kinderen kan de belastingplichtige ten laste nemen? 62 3.3 Voorwaarden om ten laste te worden beschouwd 63 4 Verhoging voor kinderen jonger dan drie jaar voor wie geen kinderoppaskosten worden ingebracht 74 5 Verhoging voor ten laste hebben van ascendent of broer/zus, die 65-plusser is 75 5.1 Bedrag van de nieuwe regeling 75 5.2 Welke ascendent of broer/zus die 65-plusser kan de belastingplichtige ten laste nemen? 76 5.3 Voorwaarden om als ten laste te worden beschouwd in de nieuwe regeling 76 5.4 Overgangsregeling ingeval ascendent of broer/zus reeds ten laste was voor aj. 2021 in code 1043 78 6 Verhoging voor andere personen ten laste 79 6.1 Bedragen 79 6.2 Welke ‘andere’ personen kan de belastingplichtige ten laste nemen? 79 6.3 Voorwaarden om als ten laste te worden beschouwd 80 7 Verhoging voor de alleenstaande met kinderlast 80 8 Verhoging voor werkelijk alleenstaande met kinderlast en laag inkomen 81 9 Verhoging bij huwelijk/wettelijke samenwoning 82 10 Aanrekening van de belastingvrije som 82 10.1 Belastingvoordeel van de belastingvrije som 82 10.2 Alleenstaanden 83 10.3 Gehuwden/wettelijk samenwonenden 83 10.4 Terugbetaalbaar federaal belastingkrediet voor kinderlast 85 11 Aangifte 87 12 Oefeningen 100
Inhoud 9 Vak III Inkomsten van onroerende goederen 103 1 Uitgangspunt bij belastbare grondslag 105 1.1 Kadastraal inkomen 105 1.2 Brutohuur 106 1.3 Vrijstelling van het onroerend inkomen in de personenbelasting 107 2 Wie moet het onroerend inkomen aangeven? 108 2.1 Algemene principes 108 2.2 Speciale gevallen 111 3 Inkomsten van onroerende goederen behorend tot privépatrimonium 112 3.1 Eigen woning 112 3.2 Onroerende goederen die de belastingplichtige voor zijn beroep gebruikt (code 1105-59/2105-29) 116 3.3 Gebouwen die niet verhuurd worden of verhuurd worden aan een privégebruiker (code 1106-58/2106-28) 120 3.4 Gronden, materieel en outillage die niet verhuurd worden of verhuurd worden aan een privégebruiker (code 1107-57/2107-27) 122 3.5 Onroerende goederen die overeenkomstig de pachtwetgeving of een vergelijkbaar buitenlands recht dat de pachtprijzen beperkt, verhuurd worden aan land- of tuinbouwers (code 1108- 56/2108-26) 122 3.6 Gebouwen die verhuurd worden aan personen die ze gebruiken voor hun beroepswerkzaamheid (codes 1109-55/2109-25 en 1110-54/2110-24) 123 3.7 Gronden die verhuurd worden aan een beroepsgebruiker (codes 1112-52/2112-22 en 1113-51/2113-21) 126 3.8 Materieel en outillage die verhuurd worden aan een beroepsgebruiker (codes 1115-49/2115-19 en 1116-48/2116-18) 126 3.9 Ontvangen erfpacht/opstalvergoeding (code 1114-50/2114-20) 127 4 Onroerende inkomsten van in het buitenland gelegen onroerende goederen 129 4.1 Belastbaar inkomen van buitenlands onroerend goed 129 4.2 Bepaling KI voor buitenlands onroerend goed 130 4.2.1 KI voor gebouwde onroerende goederen gelegen in het buitenland 130 4.2.1.1 KI voor ongebouwde onroerende goederen gelegen in het buitenland 131 4.2.1.2 KI voor materieel en outillage gelegen in het buitenland 131 4.2.2 Aangifteverplichting van verwerving, vervreemding of andere gebeurtenissen m.b.t. buitenlands onroerend goed 132 5 Oefeningen 132 Vak IV Bezoldigingen van werknemers 137 1 Algemeen 139 1.1 Definitie 139 1.2 Wie valt onder die categorie? 139 1.3 Tijdstip van belastbaarheid 140 1.4 Indeling 140
2 Eigenlijke bezoldigingen (art. 31, tweede lid, 1° WIB 1992) 141 2.1 Belastbare bestanddelen 141 2.2 Vrijgestelde bestanddelen 141 2.3 Tarief 167 2.4 Aangifte en loonfiche 281.10 169 3 Voordelen van alle aard (art. 31, tweede lid, 2° WIB 1992) 171 3.1 Algemeen 171 3.2 Vaststelling van de waarde van het voordeel van alle aard 173 3.3 Forfaitaire ramingen 174 3.4 Tarief 188 3.5 Aangifte en loonfiche 281.10 188 4 Vergoedingen verkregen op grond van of bij het stopzetten van de arbeid of het beëindigen van een arbeidsovereenkomst 188 4.1 Vervroegd vakantiegeld 188 4.2 Opzeggingsvergoeding 188 4.3 Inschakelingsvergoeding 190 4.4 Tarief 190 4.5 Aangifte en loonfiche 281.10 191 5 Belastingstelsel voor beroepsinkomsten van sportbeoefenaars 192 6 Herstel van een tijdelijke inkomstenvermindering (art. 31, tweede lid, 4° en art. 31bis WIB 1992) 192 6.1 Gewone vervangingsinkomsten 193 6.2 Achterstallen van vervangingsinkomsten 200 6.3 Vervangingsinkomsten van de maand december (openbare overheid) 201 7 Vroeger verworven bezoldiging (art. 31, tweede lid, 5° WIB 1992) 201 8 Helper van zelfstandige 202 9 Niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen (code 1257-04/2257-71) 202 10 Beroepskosten 203 10.1 Werkelijke beroepskosten (1258-03/2258-70) 203 10.2 Forfaitaire beroepskosten 218 10.3 Wijze van taxatie 220 11 Huwelijksquotiënt 221 11.1 Slechts een van beide echtgenoten heeft beroepsinkomsten 221 11.2 Beide echtgenoten hebben beroepsinkomsten 222 11.3 Geen toepassing huwelijksquotiënt 223 12 Inhoudingen 223 12.1 Inhoudingen voor aanvullend pensioen 223 12.2 Bedrijfsvoorheffing 224 12.3 Inhoudingen voor de bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid 224 Inhoud 10
13 Overuren die recht geven op overwerktoeslag 226 14 Overheidspersoneel zonder arbeidsovereenkomst 228 15 Werkbonus 228 16 Werkhervattingsloon 230 17 Ingehouden roerende voorheffing op auteursinkomen 230 18 Helpende gezinsleden van zelfstandigen 230 19 Oefeningen 230 Vak V Pensioenen 237 1 Belastbare inkomsten 239 1.1 Algemeen 239 1.2 Pensioenen die betrekking hebben op een beroepswerkzaamheid of toegekend worden in het kader van een wettelijke sociale beschermingsregeling 240 1.2.1 Wettelijke pensioenen 240 1.2.2 Individuele pensioentoezegging zonder externe financiering 241 1.3 Vergoedingen tot herstel van een bestendige inkomstenderving 244 1.4 Het vrij aanvullend pensioen van de zelfstandige 249 1.5 Uitkeringen van individuele levensverzekeringen 253 1.6 Collectieve (groepsverzekeringscontract en pensioenfonds contract) en individuele pensioentoezeggingen (IPT) met externe financiering 256 1.7 Uitkeringen aanvullende pensioenovereenkomsten voor zelfstandigen POZ 260 1.8 Uitkeringen vrij aanvullend pensioen voor werknemers (= VAPW) 261 1.8.1 Algemeen 261 1.8.2 Uitkering VAPW-kapitaal 264 1.8.3 Parafiscale bijdragen 264 1.8.4 Afzonderlijk belastbaar 264 1.8.4.1 Vastgoedfinanciering 265 1.8.4.2 Stopzetting en overdracht 265 1.9 Uitkeringen bij het pensioensparen 265 2 De taks op het langetermijnsparen 270 2.1 Algemeen 270 2.2 Toepassingsgebied 270 2.3 Het bevrijdende karakter van de taks 270 2.4 Belastbaar feit 270 2.5 Tarief 272 3 Oefeningen 274 Inhoud 11
Vak VI Ontvangen onderhoudsuitkeringen 277 1 Algemeen 279 2 Voorwaarden van belastbaarheid 279 3 Belastbaar bedrag en taxatieregime 283 3.1 Niet-gekapitaliseerde uitkering 283 3.2 Gekapitaliseerde uitkering 284 4 Aangifte 285 5 Oefeningen 285 Vak VII Inkomsten van kapitalen en roerende goederen 287 1 Roerende inkomsten: wat zijn dat en aan wie komt de belasting erop toe? 289 2 Roerende inkomsten: belastbaar tijdstip 289 3 Belastbaar bij wie? 290 4 Dividenden en intresten 291 4.1 Algemeen 291 4.2 Vrijstelling in de personenbelasting van gewone dividenden van aandelen van vennootschappen voor een schijf van 800,00 EUR 292 4.3 Niet-verplicht aan te geven dividenden en intresten die niet van de personenbelasting zijn vrijgesteld 296 4.4 Verrekenbare roerende voorheffing ingehouden op dividenden die van de personenbelasting zijn vrijgesteld 297 4.5 Verplicht aan te geven dividenden en intresten (code 1165- 96/2165-66 tot en met 144609/2446-76) 297 5 Inkomsten uit de verhuring van roerende goederen (code 1156-08/2156-75) 303 6 Inkomsten uit lijfrenten of tijdelijke renten (code 1158-06/2158-73) 304 7 Belastingstelsel inzake auteursrechten en naburige rechten 305 8 Oefeningen 305 Vak VIII Vorige verliezen en aftrekbare bestedingen 307 1 Nog aftrekbare beroepsverliezen van vorige belastbare tijdperken 309 2 Onderhoudsuitkeringen 310 2.1 Algemeen 310 2.2 Voorwaarden van aftrekbaarheid 310 2.3 Aangifte 310 3 Bijzondere bijdragen voor sociale zekerheid die, met betrekking tot de jaren 1982 tot 1988, in 2022 aan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening zijn betaald 311 Inhoud 12
4 Aanrekening van de aftrekbare bestedingen 311 4.1 Algemeen 311 4.2 Aanrekening van de aftrekbare bestedingen op de inkomsten van gemeenschappelijk belaste echtgenoten (art. 105 WIB 1992) 311 5 Oefeningen 312 Vak IX Intresten en kapitaalaflossingen van leningen en premies van individuele levensverzekeringen die recht geven op een belastingvoordeel 315 1 Algemeen 317 2 Uitgaven van leningen afgesloten vanaf 1 januari 2005 en eraan gekoppelde levensverzekeringen m.b.t. de eigen woning 319 2.1 Overzichtschema’s 320 2.2 Vlaamse geïntegreerde woonbonus (art. 145/38/1 en art. 145/38/2 WIB 1992) 324 2.2.1 Voorwaarden Vlaamse geïntegreerde woonbonus voor intresten en kapitaalaflossingen 324 2.2.2 Voorwaarden Vlaamse geïntegreerde woonbonus voor premies levensverzekeringen 325 2.2.3 Korf Vlaamse geïntegreerde woonbonus: basis + eventueel toeslagen 326 2.2.4 Verdeling kapitaalaflossingen, intresten en premie schuldsaldo 330 2.2.5 Aangifte van de Vlaamse geïntegreerde woonbonus 330 2.2.6 Fiscaal voordeel van de opgevulde korf 331 2.2.7 Formaliteiten 331 2.2.8 Voorbeelden Vlaamse geïntegreerde woonbonus 331 2.2.9 ‘Vlaamse geïntegreerde woonbonus’ niet combineerbaar met oude Vlaamse belastingverminderingen van vóór 2016: speciale keuzeregeling 339 2.3 De Vlaamse belastingvermindering woonbonus (generatie 1 en generatie 2) (art. 145/37 en art. 145/38 WIB 1992) 343 2.3.1 Bestedingen die in aanmerking komen voor de Vlaamse belasting vermindering woonbonus 343 2.3.2 Begrenzing van de gewestelijke woonbonuskorf 349 2.3.3 Vrije verdeling bij echtgenoten 352 2.3.4 Tarief van de gewestelijke belastingvermindering woonbonus 353 2.3.5 In de aangifte te vermelden bedrag en gegevens 353 2.3.6 Combinatie verschillende woonbonusleningen afgesloten tussen 1 januari 2005 en 31 december 2014 (= van woonbonus generatie 1) 366 2.3.7 Combinatie woonbonuslening afgesloten tussen 1 januari 2005 en 31 december 2014 met woonbonuslening afgesloten in 2015 (= combinatie van de woonbonus van generatie 1 met de woonbonus van generatie 2): wettelijke opvulvolgorde 368 2.3.8 Vlaamse woonbonus generatie 2: optimalisatie superkorf door verdere aanvulling 371 2.3.9 Omzetting gewestelijke belastingvermindering woonbonus in betaalbaar belastingkrediet 372 2.4 Gewestelijke belastingvermindering voor gewone intresten (art. 145/43, WIB 1992) 373 2.5 Gewestelijke belastingvermindering langetermijnsparen voor kapitaalaflossingen 378 2.6 Premies van individuele levensverzekeringen die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering langetermijnsparen (art. 145/39, 1° en 145/40 § 1 WIB 1992) 386 Inhoud 13
3 Uitgaven van leningen afgesloten vanaf 1 januari 2005 en levensverzekeringen die geen betrekking hebben op de eigen woning 387 3.1 Overzichtschema’s uitgaven van leningen afgesloten vanaf 1 januari 2005 en levensverzekeringen die geen betrekking hebben op de eigen woning 388 3.2 Federale gewone intrestaftrek 389 3.3 Federale belastingvermindering langetermijnsparen voor kapitaalaflossingen 395 3.4 Premies van individuele levensverzekeringen die geen betrekking hebben op de eigen woning, andere dan deze die in aanmerking komen voor de federale woonbonus 399 4 Eigen woning die ook deels wordt verhuurd 400 5 Eigen woning die ook deels beroepsmatig wordt gebruikt 409 6 Herfinancieringslening 412 7 Uitgaven van leningen afgesloten vóór 1 januari 2005 en eraan gekoppelde levensverzekeringen m.b.t. de eigen woning 416 8 Uitgaven van leningen afgesloten vóór 1 januari 2005 en (er al dan niet aan gekoppelde) levensverzekeringen die geen betrekking hebben op de eigen woning 416 9 Keuzeregeling ingeval ‘woonbonuslening generatie 1 en/of 2’ werd afgesloten terwijl er nog een ‘oude hypothecaire lening van vóór 2005’ liep m.b.t. diezelfde woning 416 10 Vlaams gewest: korven met elkaar in verbinding m.b.t. aj. 2023, per echtgenoot 416 11 Speciaal geval: lening van de partner mee afbetalen 416 12 Oefeningen 416 Vak X Uitgaven die recht geven op een belastingvermindering 423 1 Algemeen 425 2 X.I.A Uitgaven voor behoud of herwaardering van beschermd onroerend erfgoed 426 3 X.I.B Uitgaven betaald aan wijk-werkcheques 428 3.1 Algemeen 428 3.2 Bedrag dat in aanmerking komt voor belastingvermindering 429 3.3 Aangifte 429 4 X.I.C Uitgaven voor dienstencheques 430 4.1 Algemeen 430 4.2 Bedrag dat in aanmerking komt voor belastingvermindering 430 4.3 Omzetting belastingvermindering dienstencheques in belastingkrediet 431 4.4 Aangifte 431 Inhoud 14
5 X.I.D Vlaamse belastingvermindering voor uiterlijk tegen 31.12.2018 gesloten renovatieovereenkomsten 432 5.1 Voorwaarden waaraan de renovatieovereenkomst moet voldoen 432 5.2 Voor wie geldt de belastingvermindering? 433 5.3 Bedrag van de belastingvermindering 434 5.4 Bijzonderheid: overdracht van belastingvermindering 435 6 X.I.E Belastingvermindering voor vernieuwing van een sociale huurwoning gedaan van 2014 tot 2018 435 6.1 Algemeen 435 6.2 Voorwaarden 435 6.3 Bedrag en periode van toekenning belastingvermindering 436 6.4 Formaliteiten 437 6.5 Aangifte 437 7 X.II.A Giften 438 7.1 Algemeen 438 7.2 Voorwaarden voor belastingvermindering 438 7.3 Beperking van de aftrek 439 7.4 Aangifte 439 8 X.II.B Kosten van kinderopvang 440 8.1 Algemeen 440 8.2 Voorwaarden van aftrekbaarheid 440 8.3 Onverenigbaarheid 443 8.4 Beperking van de aftrek 443 8.5 Belastingvermindering 445 8.6 Aangifte 445 9 X.II.C Bezoldiging van een huisbediende 445 10 X.II.D. Bijdragen en premies voor een aanvullend pensioen voor zelfstandigen 446 10.1 Algemeen 446 10.2 POZ: wat? 447 10.3 POZ: voor wie? 447 10.4 Fiscale behandeling van de POZ-premies 447 10.5 Aangifte 448 11 X.II.E Betalingen voor duaal pensioensparen 448 11.1 Principe 448 11.2 Voorwaarden 449 11.3 Bedrag dat in aanmerking komt voor belastingvermindering en tarief 449 11.4 Aangifte 450 Inhoud 15
12 X.II.F Aandelen van de vennootschap-werkgeefster 451 12.1 Principe 451 12.2 Voorwaarden 451 12.3 Bedrag dat in aanmerking komt voor belastingvermindering 451 12.4 Belastbaarheid bij vroegtijdige vervreemding 452 12.5 Aangifte 452 13 X.II.G Betalingen voor verwerving van nieuwe aandelen van startende kleine vennootschappen 453 13.1 Voorwaarden 453 13.1.1 Mogelijkheden 453 13.1.2 Startende of jonge vennootschap 454 13.1.3 Voorwaarden m.b.t. de vennootschap waarin het kapitaal wordt geïnvesteerd 455 13.1.4 Aandelen of deelbewijzen (of certificaten) 456 13.2 Bedrag en tarief van de belastingvermindering 457 13.3 Aangifte 459 13.4 Terugname van de genoten belastingvermindering 461 14 X.II.H. Betalingen voor verwerving van nieuwe aandelen van groeibedrijven 463 14.1 Mogelijkheden m.b.t. de verwerving van nieuwe aandelen 464 14.2 Voorwaarden m.b.t. de vennootschap waarin het kapitaal geïnvesteerd wordt (‘groeibedrijf’) 464 14.3 Aandelen (of certificaten) 466 14.4 Belastingvermindering 467 14.5 Attest 281.88 468 14.6 Aangifte 469 14.7 Terugname van de belastingvermindering onder de vorm van een belastingvermeerdering 469 15 X.II.I. Overgedragen belastingvermindering voor in 2020 en 2021 gedane betalingen voor het verwerven van nieuwe aandelen van ondernemingen met sterke omzetdaling door de COVID-19-pandemie 471 15.1 X.II.I.1. Overgedragen belastingvermindering voor betalingen gedaan in 2020 471 15.2 X.II.I.2. Overgedragen belastingvermindering voor betalingen gedaan in 2021 472 15.3 X.II.I.3. Terugname van de voorheen werkelijk verkregen belastingmindering voor betalingen voor verwerving van aandelen van ondernemingen met sterke omzetdaling door de COVID-19-pandemie 473 16 X.II.J. Premies van een rechtsbijstandsverzekering 475 17 X.II.K Uitgaven voor de plaatsing van een vast laadstation voor elektrische wagens in of bij de woning 476 17.1 Algemeen 476 17.2 Beoogde uitgaven 477 17.3 Belastingvermindering 478 17.4 Aangifte 478 Inhoud 16
18 X.II.L Minderwaarden op aandelen geleden n.a.v. de gehele verdeling van het maatschappelijk vermogen van private privaks 481 18.1 Algemeen 481 18.2 Beoogde private privaks 481 18.3 Minderwaarde en berekening van de minderwaarde 481 18.4 Berekening van de belastingvermindering 482 18.5 Aangifte 482 19 X.II.M Belastingvermindering voor lage-energiewoningen, passiefwoningen of nulenergiewoningen 482 19.1 Algemeen 482 19.2 Beoogde investeerders 483 19.3 Belastingvermindering 483 19.3.1 Bedrag van de belastingvermindering 483 19.3.2 Tien jaar na elkaar 484 19.4 Aangifte 484 20 X.II.N Belastingvermindering voor aandelen van erkende ontwikkelingsfondsen 485 21 X.II.O Belastingvermindering voor nieuwe elektrische voertuigen 487 21.1 Algemeen 487 21.2 Voorwaarden 487 21.3 Voor wie? 488 21.4 Bedrag van de vermindering 488 21.5 Aangifte 489 22 X.II.P. Belastingvermindering voor uitgaven in het kader van een adoptieprocedure 490 22.1 Algemeen 490 22.2 Adoptieprocedures die worden beoogd 490 22.3 In aanmerking komende uitgaven 490 22.4 Wanneer kan de belastingvermindering worden genoten? 491 22.5 Bedrag van de belastingvermindering 491 22.6 Aangifte 492 23 Oefeningen 492 Vak XI Bedragen die in aanmerking komen voor een belastingkrediet 497 1 Vlaams belastingkrediet voor Winwinleningen 499 1.1 Voorwaarden 499 1.2 Berekening van het belastingkrediet 502 1.3 Aangifte 504 2 Vlaamse belastingkrediet voor Vlaams Vriendenaandeel 505 2.1 Toegangsvoorwaarden - inbrenger/natuurlijk persoon 505 Inhoud 17
2.2 Toegangsvoorwaarden - inbrenggenietende vennootschap 506 2.3 Voorwaarden inzake de inbreng 507 2.4 Geen ‘cascade’ Winwinlening en Vriendenaandeel 509 2.5 Geen cumul met federale voordelen 509 2.6 Naleving van bepaalde voorwaarden gedurende 60 maanden 509 2.7 Belastingkrediet 510 2.8 Aangifte 511 2.9 Aanvraagprocedure en formaliteiten 511 2.10 Formaliteiten en bewijs 512 Vak XII Voorafbetalingen 515 1 Algemeen 517 2 Voorafbetalingen per echtgenoot 518 3 Aangifte 519 4 Belastingvermeerdering 519 4.1 Toepassingsgebied 519 4.2 Berekening van de belastingvermeerdering 519 4.3 Bestemming van het teveel aan voorafbetalingen 521 5 Bonificatie 521 5.1 Toepassingsgebied 521 5.2 Berekening van de bonificatie 521 Vak XIII Rekeningen en individuele levensverzekeringen in het buitenland, juridische constructies en leningen aan startende kleine vennootschappen 523 1 Rekeningen in het buitenland 525 2 Individuele levensverzekeringscontracten in het buitenland 526 3 Juridische constructies 526 4 Aantal leningen toegekend aan startende kleine vennootschappen 527 Vak XIV Beroep en ondernemingsnummer 529 1 Beroep uitgeoefend in 2022 531 2 Ondernemingsnummer 531 Inhoud 18
Vak XV Diverse inkomsten 533 1 Algemeen 535 2 Winsten of baten uit diensten verleend in het kader van de deeleconomie en beloningen voor verenigingsactiviteiten 537 2.1 Algemeen 537 2.2 Inkomsten uit de deeleconomie 537 2.3 Beloningen voor verenigingsactiviteiten 539 3 Toevallige winsten of baten behaald buiten de deeleconomie en buiten het verenigingswerk 544 3.1 Voorwaarden van belastbaarheid 544 3.2 Belastbaar bedrag 545 3.3 Taxatieregime 545 3.4 Aangifte 546 4 Prijzen, subsidies … toegekend aan geleerden, schrijvers of kunstenaars 546 5 Premies voor sportieve prestaties op Olympische Spelen, Paralympische Spelen, wereldkampioenschappen of Europese of andere continentale kampioenschappen 546 6 Inkomsten verkregen uit onderverhuring 546 6.1 Algemeen 546 6.2 Belastbaar bedrag 547 6.3 Gemeubileerde onderverhuur 548 6.4 Taxatieregime 548 6.5 Aangifte 548 7 Loten van effecten van leningen 549 8 Verhuring van jacht-, vis- en vogelvangstrechten 550 9 Meerwaarden op ongebouwde onroerende goederen 550 9.1 Algemeen 550 9.2 Toepassingsvoorwaarden 550 9.3 Belastbaar bedrag 551 9.4 Taxatieregime 553 9.5 Aangifte 553 10 Interne meerwaarden 554 11 Meerwaarden op belangrijke deelnemingen 554 12 Meerwaarden op gebouwde onroerende goederen 554 12.1 Algemeen 554 12.2 Toepassingsvoorwaarden 554 12.3 Belastbaar bedrag 556 12.4 Taxatieregime 557 12.5 Aangifte 557 Inhoud 19
13 Vergoeding voor ontbrekende coupon of voor ontbrekend lot van een zakelijke zekerheidsovereenkomst of van een lening 559 14 Persoonlijke vergoedingen uit de exploitatie van uitvindingen toegekend aan onderzoekers 560 15 Oefeningen 560 Vak XVI Bezoldigingen van bedrijfsleiders 561 1 Bedoelde personen 563 1.1 Eerste categorie: de mandatarissen 563 1.2 Tweede categorie: de zelfstandige directeurs en interne consultants 563 2 Attractiebeginsel 564 3 Belastbare bezoldiging 565 3.1 Tijdstip van belastbaarheid 565 3.2 Indeling 565 3.3 Eigenlijke bezoldiging 565 3.4 Voordelen van alle aard 566 3.5 Huurherkwalificatie 566 3.6 Vergoedingen verkregen op grond van of bij het stopzetten van de arbeid of het beëindigen van een arbeidsovereenkomst 573 3.7 Niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen (of ‘loonbonus’) 574 3.8 Vrijstelling voor extra vrijwillige overuren gepresteerd in het kader van de relance en/of in de strijd tegen COVID-19 574 3.9 Vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen bedrijfsleider 574 3.10 Specifieke uitkeringen overbruggingsrecht in het kader van de coronacrisis, energiecrisis en conflict tussen Rusland en Oekraïne alsook eenmalige coronapremie 575 4 Tegen 33 % belastbare bezoldigingen van gelegenheidswerknemers in de horeca 577 5 Vestigingspremie van het impulsfonds voor huisartsengeneeskunde 577 6 Sociale lasten 577 7 Beroepskosten 578 7.1 Werkelijke beroepskosten 578 7.2 Kostenforfait 580 8 Inhoudingen 581 9 Bezoldiging van bedrijfsleiders tewerkgesteld in dienstverband, als zelfstandige in bijberoep of als student-zelfstandige 581 10 Werkbonus 581 11 Werkhervattingsloon 582 12 Inkomsten en/of kosten van buitenlandse oorsprong 582 Inhoud 20
13 Begin- en einddatum als bedrijfsleider 582 14 Ingehouden roerende voorheffing op auteursinkomen 582 15 Oefeningen 583 Vak XVII Winsten uit nijverheids-, handels- of landbouwondernemingen 585 1 Toepassingsgebied 587 2 Belastbaar tijdstip 587 3 Berekening belastbare nettowinst 588 4 De eigenlijke exploitatiewinst (code 1600-49/2600-19) 589 4.1 Bedrijfseconomische brutowinst 589 4.2 De andere winstbestanddelen 589 4.3 Vaststelling van de exploitatiewinst (code 1600-49/2600-19) in de praktijk 597 5 Voorheen vrijgestelde winst die belastbaar wordt (behalve meerwaarden) 600 6 Financiële opbrengsten (code 1602-47/2602-17) 601 6.1 Principe 601 6.2 Wanneer worden roerende goederen en kapitalen gebruikt voor de uitoefening van de brutowinst? 601 6.3 Belastbaar roerend inkomen 602 6.4 Tijdstip van belastbaarheid 603 7 Meerwaarden
aftrek van werkelijke kosten van overdracht
kiest voor de aftrek van uw werkelijke beroepskosten) (code 1603-46/2603-16 en 160445/2604-15) 604 7.1 Activa die voor de uitoefening van de beroepswerkzaamheid worden gebruikt 604 7.2 Indeling van de meerwaarden 605 7.3 De niet-uitgedrukte en niet-verwezenlijkte meerwaarden 605 7.4 Uitgedrukte, niet-verwezenlijkte meerwaarden 606 7.5 Verwezenlijkte meerwaarden 607 8 Voorheen afgetrokken werkelijke kosten van vervreemding 623 9 Vergoedingen (code 1605-44/2605-14, 1636-13/2636-80, 1618-31/2618-01, 1637-12/2637-79 en 1610-39/2610-09) 624 9.1 Bedoelde vergoedingen 624 9.2 Belastbaar regime van de vergoedingen 626 9.3 Aangifte 628 9.4 Speciaal geval: Crisisoverbruggingsrecht voor zelfstandige met winsten en de bruto coronapremie voor zelfstandigen 628 10 Vergoedingen verkregen tot herstel van een tijdelijke winstderving 631 10.1 Bedoelde vergoedingen 631 10.2 Vergoedingen wegens tijdelijke winstderving versus compensatievergoedingen 631 Inhoud 21
(na
als u
10.3 Belastbaar regime van de vergoedingen tot tijdelijke winstderving 632 10.4 Vrijstelling 632 10.5 Aangifte 632 11 Sociale bijdragen (code 1632-17/2632-84) 633 11.1 Verplichte sociale bijdragen in het kader van het sociaal statuut van zelfstandigen 634 11.2 VAPZ-bijdragen 634 12 Andere beroepskosten (code 1620-29/2620-96, code 1611- 38/2611-08 en code 1606-43/2606-13) 636 12.1 Wettelijk kostenforfait voor winstenbehalers 636 12.2 Aftrek van werkelijke andere beroepskosten 638 12.3 Algemeen principe: art. 49 WIB 1992 638 12.4 Kosten van onroerende goederen 641 12.5 Intresten van leningen 641 12.6 Bezoldigingen van personeelsleden 643 12.7 Commissies, erelonen, vergoedingen en voordelen betaald aan derden 644 12.8 Afschrijvingen 647 12.9 Voorziening voor vakantiegeld 653 12.10 Verzekeringspremies 654 12.11 Bijdragen voor een vergoeding bij arbeidsongeschiktheid 654 12.12 Premies van collectieve verzekeringen 655 12.13 Belastingen 655 12.14 Geldboeten 657 12.15 Kledingkosten 659 12.16 Restaurantkosten 660 12.17 Receptiekosten 662 12.18 Kosten van relatiegeschenken 663 12.19 Kosten met betrekking tot jacht, visvangst, yachten of andere pleziervaartuigen en lusthuizen 665 12.20 Kosten die op een onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen 666 12.21 Sociale voordelen 667 12.22 Maaltijdcheques, sport-/cultuurcheques, ecocheques en consumptiecheques 671 12.23 Betalingen gedaan aan een belastingplichtige gevestigd in een belastingparadijs 674 12.24 Autokosten 675 12.25 Kosten voor 120 % aftrekbaar 685 12.26 Verhoogde aftrek voor afschrijvingen op nieuw publiek vast laadstation 686 12.27 Kosten van vervreemding van activa (code 1620-29/2620-96) 686 12.28 Bezoldiging meewerkende echtgenoot of wettelijk samenwonende partner (code 1611-38/2611-08) 687 12.29 Andere beroepskosten (code 1606-43/2606-13) 688 Inhoud 22
13 Vrijgestelde waardeverminderingen en voorzieningen voor risico’s en kosten (code 1609-40/2609-10) 689 13.1 Algemeen 689 13.2 Waardeverminderingen op handelsvorderingen 689 13.3 Voorzieningen voor risico’s en kosten 690 13.4 Vrijstelling van opbrengsten ingevolge gerechtelijk reorganisatieplan of minnelijk akkoord (code 1608- 41/2608-11) 692 14 Economische vrijstellingen (code 1612-37/2612-07, 1613-36/2613-06, 162227/2622-94, 1633-16/2633-83 en 1614-35/2614-05) 692 14.1 Algemeen 692 14.2 Vrijstelling voor bijkomend personeel voor uitvoer en integrale kwaliteitszorg 693 14.3 Vrijstelling voor ander bijkomend personeel 695 14.4 Vrijstelling voor tewerkstelling van stagiairs 698 14.5 Vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut 699 14.5.1 Algemeen 699 14.5.2 In aanmerking te nemen werknemers 700 14.5.3 Bedrag van de fiscale vrijstelling 702 14.5.4 Terugname van de vrijstelling 704 14.5.5 Bijzondere gevallen 705 14.5.6 Formaliteiten 706 14.6 Investeringsaftrek 706 15 Toekenning aan de meewerkende echtgenoot (art. 86, WIB 1992) (code 161633/2616-03) 712 15.1 Toepassingsgebied 712 15.2 Voorwaarden 713 15.3 Fiscale gevolgen van toekenning meewerkinkomen 714 16 Beroepsverliezen 717 16.1 Principe 717 16.2 Beroepsverliezen van het belastbare tijdperk 718 16.3 Beroepsverliezen van vorige belastbare tijdperken 719 16.4 Beroepsverliezen van de andere echtgenoot 720 17 Huwelijksquotiënt 720 17.1 Principe 720 17.2 Slechts een van beide echtgenoten heeft beroepsinkomsten 720 17.3 Beide echtgenoten hebben beroepsinkomsten 721 18 Oefeningen 723 Inhoud 23
Vak
731 1 Toepassingsgebied 733 2 Belastbaar tijdstip 733 3 Berekening belastbare nettobaten 734 4 Ontvangsten (code 1650-96/2650-66) 735 5 Ontvangsten sportbeoefenaar (code 1658-88/2658-58) 735 6 Ontvangsten opleider, trainer, begeleider (code 1659- 87/2659-57) 736 7 Achterstallige erelonen (code 1652-94/2652-64) 736 7.1 Definiëring 736 7.2 Tarief 737 8 Voorheen vrijgestelde baten die belastbaar worden (code 1651-95/2651-65) 737 9 Meerwaarden (code 1653-93/2653-63 en 1654-92/2654-62) 737 10 Voorheen afgetrokken kosten van vervreemding 738 11 Vergoedingen en premies (code 1682-64/2682-34, 1655-91/2655-61, 166779/2667-49, 1683-63/2683-33 en 1661-85/2661-55) 738 12 Vergoedingen verkregen tot herstel van een tijdelijke winstderving 738 13 Sociale bijdragen (code 1656-90/2656-60) 739 14 Andere beroepskosten 740 14.1 Werkelijke beroepskosten (codes 1675-71/2675-41, 1669- 77/2669-47 en 1657-89/2657-59) 740 14.2 Kostenforfait 741 15 Economische vrijstellingen (code 1666-80/2666-50, 1678-68/2678-38, 168165/2681-35 en 1662-84/2662-54) 742 16 Toekenning aan de meewerkende echtgenoot (code 1663-83/2663-53) 743 17 Beroepsverliezen 743 18 Huwelijksquotiënt 743 19 Inkomsten verkregen in bijberoep of als student-zelfstandige (code 1668-78/266848) 743 20 Oefeningen 743 Inhoud 24
XVIII Baten van vrije beroepen, ambten, posten of andere winstgevende bezigheden
Vak XIX Verrekenbare bestanddelen in verband met een zelfstandige beroepswerkzaamheid 747 1 Roerende voorheffing (code 1756-87/2756-57) 749 2 Forfaitair gedeelte van de buitenlandse belasting (code 1757-86/2757-56) 749 3 Bedrijfsvoorheffing (code 1758-85/2758-55) 749 4 Belastingkrediet voor de aangroei van eigen middelen (code 1759-84/2759-54) 750 4.1 Principe 750 4.2 Eigen middelen 750 4.3 Aangroei van de eigen middelen 751 4.4 Verrekening en terugbetaalbaarheid 751 4.5 Formaliteiten 751 4.6 Aangifte 752 5 Belastingkrediet voor de verhoging van de forfaitaire kilometervergoeding voor dienstverplaatsingen 752 5.1 Voorwaarden 752 5.2 Berekening belastingkrediet 753 5.3. Aangifte 754 Vak XX Bezoldigingen van meewerkende echtgenoten en wettelijk samenwonende partners 757 1 Algemeen 759 2 Voorwaarden en beperkingen 759 3 Fiscale gevolgen van toekenning bezoldiging meewerkinkomen 759 3.1 Bij de geholpen echtgenoot 759 3.2 Bij de meewerkende echtgenoot 760 4 Tarief 761 5 Aangifte 761 6 Vergoedingen van alle aard tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldiging meewerkende echtgenoot belastbaar vanaf 01.01.2022 761 7 Fiscaal regime van de ‘eenmalige premie corona van 598,80 EUR’ voor meewerkende echtgenoot maxistatuut 763 Inhoud 25

Vak XXI Winst en baten van een vorige beroepswerkzaamheid

Vak XXII

Vak XXIII

765 1 Algemeen 767 2 Stopzettingsmeerwaarden 767 2.1 Principe 767 2.2 Belastbaar bedrag van de stopzettingsmeerwaarde 768 2.3 Belastbaar regime van de stopzettingsmeerwaarden 768 2.4 Voortzettingsstelsel 770 2.5 Inbreng in een vennootschap 772 2.6 Inbreng in een landbouwvennootschap 773 2.7 Aangifte 773 3 Voorheen afgetrokken kosten van vervreemding 774 4 Premies en vergoedingen 775 5 Winst en baten verkregen of vastgesteld na de stopzetting 775 5.1 Principe 775 5.2 Belastbaar tijdstip 776 5.3 Belastbaar regime 776 5.4 Aangifte 776 6 Vergoedingen van alle aard die na de stopzetting zijn verkregen 776 6.1 Principe 776 6.2 Belastbaar tijdstip 777 6.3 Belastbaar regime 777 6.4 Aangifte 777 7 Beroepskosten gedaan of gedragen na de stopzetting (code 1696-50/2696-20 en 1697-49/2697-19) 777 7.1 Principe 777 7.2 Kosten van vervreemding van activa (code 1696-50/2696-20) 778 7.3 Andere beroepskosten (code 1697-49/2697-19) 778 8 Oefeningen 779
781
Addenda 785 1 Belastingkrediet voor lage activiteitsinkomens 787 1.1 Doel 787 1.2 Toepassingsgebied 787 1.3 Kwantitatieve beperkingen 787 1.4 Berekening belastingkrediet 788 Inhoud 26
Eerste vestiging als zelfstandige
2 Belastingkrediet voor werknemers/bedrijfsleiders in dienstverband 791 2.1 Doel en toepassingsgebied 791 2.2 Bedrag van het belastingkrediet 791 3 Mobiliteitsbudget 791 4 Aftrek autokosten in toekomst (vergroening autofiscaliteit) 799 4.1 Aftrek in de toekomst van autokosten m.b.t. werk-werkverkeer 799 4.2 Aftrek in de toekomst van autokosten m.b.t. woon-werkverkeer 803 Vak XXIV Globale oefeningen 805 Vak XXV Bijlagen 815 1 Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2023 817 2 Loonfiche 281.10 van aanslagjaar 2023, inkomsten 2022 826 3 Loonfiche 281.20 van aanslagjaar 2023, inkomsten 2022 829 4 Loonfiche 281.50 van aanslagjaar 2023, inkomsten 2022 831 5 Voorbereiding van de Vlaamse aangifte (aanslagjaar 2023) 832 Inhoud 27
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.