e
Je leert leerlingen bewust naar beelden kijken: vertrekken vanuit waarneming en het beeld analyseren en interpreteren. Daarbij kunnen de vragen onder het beeld helpen.
si
deel 2
fv
er
vertellen
Leerlingen vergelijken het beeld ook met eigen ervaringen. Aan welk beeld denken zij bij ‘vertellen’? Nodig de leerlingen uit om naast wat ze effectief zien (waarnemen) verder na te denken (interpreteren), bv. over de sfeer, over wat daar verteld kan worden.
oe
Ook met dit beeld kan aan beeldgeletterdheid (transversale doelen, ET 5.4) gewerkt worden, door na te denken over de keuze die de fotograaf maakte om het thema op deze manier in beeld te brengen.
Pr
Wat trekt de aandacht, wat zou het doel van de fotograaf geweest zijn, hoe speelt hij met het licht van het vuur ten opzichte van de donkere omgeving? Bespreek samen.
1 Wat zie je?
2 Houd jij ervan om bij een kampvuur te zitten? 3 Beschrijf de sfeer bij dit kampvuur.
Bij de woordenschatoefeningen in De Laatste Ronde vind je ook oefeningen die bij het beeld aansluiten: opdracht 8 en opdracht 9. Ofwel kun je die nu al laten maken ofwel bij het afronden van dit deel.
4 Wie zit er rond het kampvuur? 5 Waarover zouden de gesprekken kunnen gaan? 6 Wanneer wordt een kampvuur georganiseerd? 7 Wat in de foto trekt vooral de aandacht? Hoe kreeg de fotograaf dat voor elkaar? 8 Wat kun je zeggen over het ‘licht’ in het hele beeld? Wat wordt er allemaal belicht? 9 Wat zou de fotograaf bedoeld hebben met deze foto?
61
61