Magazine museum TwentseWelle mei 2015

Page 1

Losse verkoopprijs € 1,00

marmeren buste van keizerin helena, te zien in expositie kadınlar: godinnen

- harem - macht.

MEI 2015

Arnon Grunberg verklaart zijn eigen expositie Annegreet van Bergen over het succes van Gouden jaren Funda Müjde: geluk na een ongeluk


buro voor strategie creatie realisatie

VER FRIS SEND!

Op zoek naar rake branding en onderscheidende communicatie? Kijk op www.burobam.nl Zwollestraat 8, Oldenzaal, 0541 - 760 760


VOORWOORD

Tijd Het heden is een moment dat zo voorbij is. Je knippert met je ogen en het is geschiedenis. We vliegen als het ware door de tijd. In een museum kun je de tijd stopzetten en vervolgens terug- en vooruitkijken. Dat is van groot belang om de toekomst vorm te geven. Met dit voor ogen maken we in museum TwentseWelle ons programma van tentoonstellingen, evenementen, educatieve activiteiten en beheren we onze collectie. Vindingrijkheid, toen nu en straks is daarbij ons ‘Leitmotiv’. Hoe kan het ook anders, want de vindingrijkheid van de mens is altijd de motor achter het ontwikkelen van en omgaan met de wereld geweest en zal dat blijven. Het is lastig om de moed er in te houden wanneer je de media een beetje volgt. De meeste signalen zijn die van zorg en pessimisme. Ook vanuit de overheid en de ‘captains of industry’. Hoe begrijpelijk dat wellicht ook is: ik vind het een slechte zaak. Mensen moeten immers zin in de toekomst hebben. Daar wil ons museum een steentje aan bijdragen. We kunnen die toekomst met vindingrijkheid en creativiteit vormgeven, wat er ook gebeurt. In de zogenoemde identiteitskaart die we samen met hogeschool Saxion en de Betekenisfabriek (debetekenisfabriek.nl) hebben ontwikkeld staat het volgende: “Wij geloven in de creativiteit en vindingrijkheid van mensen. Die kwaliteiten geven een meerwaarde, zijn verrijkend, zingevend en een belofte voor de toekomst.” Daarom hebben we een tentoonstelling gemaakt over inspirerende vrouwen en vrouwfiguren uit Turkije en Anatolië: Kadınlar. Niet alleen van toen, maar ook van nu. Daarom komt er dit najaar een tentoonstelling over Arnon Grunberg met aandacht voor de werking van creativiteit in het menselijke brein. En daarom plannen we voor eind 2016 een grote tentoonstelling samen met journalist en econoom Annegreet van Bergen als een soort follow-up van haar succesvolle boek Gouden jaren. Het boek toont, zoals u waarschijnlijk weet, wat er allemaal ten positieve is veranderd sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw. Met deze toekomstige tentoonstelling willen we zeggen: “Laten we ophouden met zeuren en klagen over het nu en werken aan de wereld van morgen.” En daarom, last but not least staat de komende maand juni in het teken van de vindingrijkheid. Gesprekken met Peter Riezebos, die vanuit een onmogelijke situatie de sprong naar een succesvolle toekomst heeft gemaakt. Met als gasten econoom Lex Hoogduin, hoogleraar robotica Vanessa Evers, UT-rector magnificus Ed Brinksma, rapper Sticks, Ingrid Kleinsman en anderen. Dit soort zaken zijn ons aandeel in het kleurrijk maken van de wereld, om te beginnen in Twente. Dat doen we en kunnen we niet alleen. Samen met onze partners TETEM kunstruimte, Rijksmuseum Twenthe, Concordia en kunstacademie AKI ArtEZ zetten wij Enschede en Twente op de kaart. Roombeek Cultuurpark heten we samen en we vormen met onze activiteiten het kruispunt van kunst en technologie. Dit bijzondere cluster van culturele voorzieningen is een reden voor een bezoek aan Enschede. Ook zijn wij een broedplaats van creatief talent en maken we onderdeel uit van de parelketting die Twente aantrekkelijk maakt voor bezoekers, bewoners, studenten en bedrijven. Dat is iets om trots op te zijn. In dit magazine leest u gesprekken met een aantal van genoemde personen en nog veel meer. Veel leesplezier! Kees van der Meiden Directeur museum TwentseWelle

Arnon Grunberg: lijdend voorwerp op eigen expositie

6

De IJzeren Eeuw in Twente

10

Funda Müjde hervond in rolstoel haar geluk

13

Peter Riezebos werkt graag buiten de lijntjes

16

Annegreet van Bergen bouwt verder op succes Gouden jaren

18

Huis van Verlangen: een wonderlijk avontuur

21

Mix Match Museum vrij spel voor gastconservatoren

22

Hoe de boer uit Vroomshoop verdween

24

Museum TwentseWelle Het Rozendaal 11 7523 XG Enschede Tel. 053 480 76 80 www.twentsewelle.nl Redactie Wilma Tempelman Eindredactie Loes Schippers Teksten Marco Krijnsen, Kees van der Meiden, Wilma Tempelman Fotografie Annina Romita, Albert Bartelds (pag. 24-25) Vormgeving buroBAM!, www.burobam.nl Uitgever Museum TwentseWelle Directie Kees van der Meiden Raad van Toezicht Herman Spenkelink, Ton Wennink, Marc Altink, Wim Boomkamp, Han ten Broeke, Ingrid Kleinsman mei 2015


INTKORT

museum TwentseWelle

28 mei t/m 21 juni 2015 Bas Kosters, Erik Alkema en Studio Nepco

t/m 16 augustus Kadınlar: godinnen – harem – macht

Voor deze Twente Biënnale tentoonstelling hebben drie

Maak een reis door de geschiedenis van Turks Anatolië aan de

gecreëerd waarin iedereen even kan ontsnappen, verdwalen en

hand van tien inspirerende vrouwen.

misschien wat troost vinden.

t/m 16 augustus Foto-expositie Vreemd Verweven

16 juli t/m 6 september 2015 Van Heek nazaten: Textiel, Textuur, Tekst

Fototentoonstelling van Ruud Spaargaren en Özkan Gölpinar

De nazaten van verschillende Van Heek generaties presenteren

met indringende portretfoto’s van de eerste generatie Turkse

hun vrije werk in een bijzondere groepstentoonstelling in het

Nederlanders en hun leefomgeving.

kader van het gedenkjaar voor Gerrit Jan van Heek (1837-1915).

t/m 30 augustus Mix Match Museum Zes collecties, zes musea, jouw tentoonstelling! Met in TwentseWelle de expositie van Eva Bleeker en de wereldmutsjes van Ingrid Blans.

zielsverwante kunstenaars een uniek en kleurrijk universum

Rijksmuseum Twenthe 25 januari t/m 4 oktober Metamorphosen Ovidius in de hedendaagse kunst.

Verlengd t/m 27 september Horizon City

Omnia mutantur, nihil interit – alles verandert, niets gaat

Wunderkammer-expositie ingericht door kunstenaar Rommert

anderen Bart Hess, Floris Kaayk, Imme van der Haak, Jaap

Boonstra rond het boek Horizon City van Jaap Scholten.

Drupsteen, Jacco Olivier, Jan Fabre, Johanna Schweizer, Juul

ten gronde. In deze tentoonstelling is werk te zien van onder

Kraijer, Laura Schapendonk, Levi van Veluw, Maartje Korstanje,

Dinsdag 12 mei | 19.30 uur Gouden jaren

Sabi van Hemert, Silvia B en Stromae.

Lezing Annegreet van Bergen aan de hand van haar boek Gouden jaren.

25 januari t/m 16 augustus Sublime landscapes in gaming

Hoe ons dagelijks leven in een halve eeuw onvoorstelbaar veranderde.

Sinds enkele tientallen jaren is het sublieme landschap weer

Maandag 18 mei | 20.00 uur Voorpremiere Twente op stoom

springlevend in een ‘nieuwe’ beeldende discipline: gaming. RMT presenteert: het sublieme landschap van nu.

Exclusieve voorpremiere van Twente op stoom, de negende Met een korte inleiding van Hans Goedkoop, presentator van

vanaf 18 april 2015 De Gouden Eeuw van Twente

de serie. Na afloop is er gelegenheid tot het stellen van vragen

100 Topstukken uit de collectie van Rijksmuseum Twenthe

aan de makers, onder wie regisseur Marcel Goedhart en

De tentoonstelling geeft een beeld van de glorietijd van

eindredacteur Marja Ros.

Twente aan het begin van de 20e eeuw, toen de Enschedese

aflevering uit de succesvolle NTR/VPRO-serie De IJzeren Eeuw.

textielfabriek Van Heek & Co de grootste onderneming van het

Juni Maand van de Vindingrijkheid

land was. Met werken van Joos van Cleve, Hans Memling, Hans

Peter Riezebos ontvangt op vijf zondagen gasten in museum

Claude Monet, Renoir, George Hendrik Breitner, Jan Sluijters,

TwentseWelle. Telkens neemt hij een speciaal voor dit project

Herman de Vries, Karel Appel, Richard Long e.v.a.

Holbein, Jan Steen, Willem van Mieris, Johan Barthold Jongkind,

gemaakt schilderij mee over het thema van die dag. Op 31 mei is hoogleraar economie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het gaat

21 april t/m 16 augustus 2015 De Woudloper

dan om creativiteit als motor van de economie. Op 7 juni spreekt

Dierschilderijen verzameld door G.J. van Heek jr.

Riezebos met rector Ed Brinksma van de Universiteit Twente

Imponerende olifanten, angstaanjagende tijgers en aangrijpende

over het einde van het fenomeen universiteit. Communicatie en

jachttaferelen. De verzameling dierschilderijen van Gerrit Jan

taal is het thema op 14 juni, als Junte Uiterwijk (beter bekend als

van Heek jr. (1880-1958) zijn getuigenissen van zijn drie passies:

rapper Sticks) aanschuift. Op 21 juni gaat het over wetenschap en

natuur, jacht en kunst.

Lex Hoogduin te gast, oud-directeur van De Nederlandse Bank en

techniek, op 28 juni over creativiteit in het menselijk brein. Alle bijeenkomsten beginnen ’s zondags om 16 uur.

TETEM kunstruimte

5 september t/m 3 januari Gevaar en schoonheid Turner en de traditie van het sublieme. In 2015 organiseren RMT en Museum de Fundatie in samenwerking met Tate Britain een

7 mei t/m 21 juni 2015 We Make Carpets & Jan Robert Leegte

spectaculaire dubbeltentoonstelling rond de schilderkunst van

Bestuur een zwevend LED tapijt en ontdek hoe de digitale wereld

Britse kunstenaar van de 18e en 19e eeuw.

Joseph Mallord William Turner (1775-1851), de belangrijkste

een compleet nieuwe betekenis en vorm krijgt tijdens deze duo expositie ontwikkeld in aanloop naar de Twente Biënnale.

17 oktober t/m 6 maart Hans Steffelaar- We Won

30 april t/m 25 mei 2015 Old Souls, New Magic

Ambitie, menselijk streven, maar ook achteloosheid, dood,

Tien kunstenaars laten de magie van de etstechniek zien met

de schilderijen van Hans Steffelaar.

nieuwe werken geïnspireerd op een ets van een oude meester uit de collectie van het Rijksmuseum Twenthe.

bederf, verderf en de schoonheid daarvan: daar draait het om in


Nieuws Nominatie voor Zilveren Haring Museum TwentseWelle is genomineerd voor de Zilveren Haring 2015. Deze jaarlijkse prijs komt toe aan de persoon of instelling die een opvallende bijdrage levert aan de profilering en promotie van Twente. De twee andere genomineerden zijn Rijksmuseum Twenthe en poppodium Metropool. De Zilveren Haring wordt uitgereikt op 10 juni, tijdens de vijftiende Twentse Haring Primeur op Landgoed de Wilmersberg in de Lutte.

Turkse inbreng Kunst in het Volkspark dennis nieweg

Met Turkse hapjes en henna-schilderen staat museum TwentseWelle op Kunst in het Volkspark, dat wordt gehouden op 13 en 14 juni in Enschede. Het kunstevenement wordt voor de 22e keer georganiseerd en trekt naar verwachting ruim 30.000 bezoekers. TwentseWelle is, mede ter promotie van de expositie ‘Kadınlar: godinnen - harem - macht’, voor het eerst aanwezig met een stand. Naast beeldende kunst is er beide dagen in het Volkspark ook muziek van o.a. HET Symfonieorkest.

Geld verdienen met museumspel Bezoekers van museum TwentseWelle kunnen sinds kort geld verdienen met behulp van het museumspel. Het spel, dat iedereen bij het bezoek aan het museum ontvangt, bestaat uit een kraskaart en drie ansichtkaarten met afbeeldingen uit museum TwentseWelle. Met de kraskaarten kunnen deelnemers 15 euro verdienen. Ook vergroten ze daarmee de kans dat museum TwentseWelle een extra bijdrage van de BankGiro Loterij tegemoet kan zien. De BankGiro Loterij is de cultuurloterij waaraan ongeveer 650.000 Nederlanders meedoen. Uit de inleg krijgen 67 culturele topinstellingen jaarlijks tientallen miljoenen euro’s. Museum TwentseWelle ontvangt elk jaar 200.000 euro van de BankGiro Loterij. SPEEL MEE EN STEUN MUSEUM TWENTSEWELLE

Conservator Nieweg directeur Miramar Conservator Dennis Nieweg van museum TwentseWelle is directeur/beheerder geworden van het Miramar Zeemuseum in het Drentse Vledder. Miramar beschikt over een unieke verzameling zeecuriosa uit meer dan tachtig landen. Nieweg was betrokken bij veel goedbezochte exposities in museum TwentseWelle, waaronder O’Hanlons Helden en Zeemonsters in Twente. Hij is op 1 mei begonnen in zijn nieuwe functie.

Mooiste clubkostuum vrouwen FC Twente Op donderdag 4 juni vindt de zesde editie van Twenter Fashion plaats in de Grolsch Veste. Het evenement is een uniek samenwerkingsproject van museum TwentseWelle, het ROC van Twente en Roetgerink Mode. Derdejaars studenten van de mbo-opleiding Fashion Design strijden tegen elkaar om de prijs voor het beste ontwerp, met een knipoog naar de Twentse textielhistorie. Dit jaar moeten ze de bovenkant van het clubkostuum voor het vrouwenvoetbalteam van FC Twente ontwerpen. Bij voldoende kwaliteit krijgt de winnaar begeleiding in het verder ontwikkelen en vermarkten van het ontwerp.

Twente Biënnale in Roombeek Cultuurpark UW UNIEKE KAARTCODE

12345-6789 0

ZO SPEELT U MEE 1 Heeft u 2 dezelfde kunstwerken? Dan kan deze kaart € 10.000,- waard zijn! 2 Ga naar www.museumspel.nl/museumtwentsewelle of bel gratis 0800-1155,

geef uw kaartcode door en speel mee met een (extra) lot in de BankGiro Loterij.

3 U ontvangt gegarandeerd € 15,-, maar het kan ook zomaar € 50,-, € 250,of zelfs € 10.000,- zijn!

Op 28 mei opent de vierde editie van de Twente Biënnale, de manifestatie met werk van meer dan 100 kunstenaars uit binnen- en buitenland. Het evenement, dat tot en met 7 juni duurt, vindt plaats in de openbare ruimte en bij de culturele instellingen in Roombeek Cultuurpark. Ook museum TwentseWelle doet mee. De titel van deze Twente Biënnale is Metamorf, een term die slaat op de veranderende positie van kunst en kunstenaars. Speciaal voor Twente Biënnale 2015 spreekt presentator Filemon Wesselink op eigenwijze een audiotour in voor museum TwentseWelle. Het volledige programma is te vinden op: www.twentebiennale.nl.


Arnon Grunberg over zijn expositie, zijn schrijverschap en zijn moeder

Lijdend voorwerp Arnon Grunberg (1971) woont en werkt in New York, maar regelmatig is hij in zijn geboortestad Amsterdam. Zeker in de afgelopen periode was dat het geval. In oktober opende hij z’n eigen expositie in Amsterdam, komend najaar te zien in museum TwentseWelle. In februari overleed zijn 87-jarige moeder Hannelore Grünberg-Klein. En in april was hij bij de presentatie van haar oorlogsmemoires ‘Zolang er nog tranen zijn.’

In de expositie trekt jouw leven als mens en als schrijver voorbij in allerlei verschillende voorwerpen. Van rekeningen voor de stomerij tot vliegtickets. Bewaar je alles tijdens het schrijven van een boek? ‘Dat komt door verzamelaar Jos Wuijts (fan en bibliograaf van Grunberg, red.). Ik ben met hem bevriend geraakt in 1994. Hij wilde alles over mij verzamelen en vroeg mij om niets weg te gooien. Dat heb ik gedaan. Om de paar weken stuurde ik hem een verhuisdoos toe met brieven, aantekeningen, treinkaartjes, noem maar op. Ik vind het moeilijk om dingen weg te gooien. Niet zozeer vanwege de economische waarde, maar omdat ze emotionele waarde voor mij hebben.


Maar wat is de waarde van al die spullen voor anderen? Beschouw je alles in het scheppingsproces als een vorm van kunst? ‘Een vliegticket is geen kunst, maar zegt wel iets over mijn leven. Er is een duidelijke connectie tussen mijn leven en mijn werk. Mijn eigen leven is als bron te klein, dus ga ik veel op reis. Alles wat daarbij hoort, heeft dus te maken met mijn werk. Voor reportages in de krant en mijn boek Kamermeisjes en soldaten ging ik bijvoorbeeld naar Nederlandse militairen in Irak en Afghanistan. Ik ging ook undercover als mannelijk kamermeisje in Beieren.’

De relatie met je moeder kies je niet

Wat is daarvan te zien in de expositie? ‘Je ziet onder meer een grote foto van mij in het kostuum van een kamermeisje. Ik had liever zelf wat meer teruggezien van het schrijven. Meer briefwisselingen bijvoorbeeld. Maar ik heb de maker bij het samenstellen van de expositie helemaal vrij gelaten. Ik snap heel goed dat geschreven tekst alleen wat saai kan zijn voor bezoekers. Ze hebben dus zoveel mogelijk van mijn leven in de expositie meegenomen, zoals een fotoalbum van vroeger en mijn elektronisch volleybalspel.’ De expositie heeft enkele maanden in Amsterdam gestaan. Wat vond je er zelf van? ‘Ik was niet actief betrokken bij de totstandkoming, maar werd wel op de hoogte gehouden. Vooraf was ik bang dat de nadruk te veel op mijn privéleven zou liggen. Dat zou ik jammer vinden, ik ben tenslotte schrijver. Uiteindelijk viel dat mee. Wel is het heel confronterend om jezelf zo vaak en zo groot tegen te komen. Het heeft iets vervreemdends. Je bent een soort lijdend voorwerp. Het was net alsof ik al dood was en stiekem terug was gekomen om een expositie over mijn leven te zien.’ Onderdeel van het project is een hersenonderzoek, bij jou en je lezers. Waarom? ‘Dat was mijn eigen idee. Het leek me interessant om creativiteit te meten. Wat gebeurt er in je hersenen als je een boek schrijft? Ik heb daarom drie weken lang met elektroden op mijn hoofd en camera’s op mijn gezicht gewerkt aan mijn boek Het bestand.

In mijn appartement in New York is het lastig om alles te bewaren. Dat ik er iemand anders blij mee kon maken, was voor mij ideaal.’

Wat heeft dat onderzoek geleerd? ‘Het kon bij mij nauwelijks echte emoties aantonen tijdens het schrijven. Eigenlijk is dat wel logisch. De echte emoties ontstaan in een eerder stadium, wanneer je bezig bent met nadenken over wat je wilt gaan schrijven. Bij mij gebeurt dat nadenken vooral tijdens het wandelen, thuis en buiten, of onder de douche. Schrijven zelf is een heel gecontroleerd en cognitief proces.’

Had je er geen moeite mee om al die persoonlijke spullen aan iemand anders te geven? ‘Ik ben wel eens bij Jos Wuijts thuis geweest. Op zijn slaapkamer had hij twee kasten staan. De ene zat vol met Reve, in de andere zaten mijn spullen. Het had iets sacraals, het leek een beetje op een altaar. Heel vreemd om jezelf in zo’n religieuze context te zien. Later heeft hij de verzameling overgedragen aan de Universiteit van Amsterdam.’

En wat gaat er volgens het onderzoek om in het hoofd van jouw lezers? ‘Het onderzoek is nog niet helemaal afgerond. De eerste resultaten van de zelfrapportage laten zien dat vooral primaire emoties als walging, mededogen en irritatie bij hen naar boven komen. Ik ben blij dat mijn boek blijkbaar emoties oproept. Als dat niet het geval was geweest, had ik me zorgen moeten maken.’


De Gouden Eeuw van

Twente


Schrijven was een manier om grip te krijgen op het leven

Je bent na Het bestand alweer bezig met je volgende roman. Schrijf je nu anders dan vóór het onderzoek? ‘Nee, dat denk ik niet. Volgens mij is het niet zo dat zo’n onderzoek onttovert. Ik geloof ook niet dat er nu opeens iets anders in mijn hoofd gebeurt.’ Waar gaat je nieuwe boek over? ‘Het gaat over een moeder. Veel meer kan ik er nog niet over zeggen. Nee, dat heeft niets met de dood van mijn eigen moeder te maken. Dit idee had ik al langer. Waarom ik dat zo graag wilde doen? Elke andere relatie kies je zelf. De relatie met je moeder kies je niet. Haar rol is zo essentieel voor de rest van je leven. Dat geldt zeker voor de moeder-zoonrelatie, meer nog dan voor een vader-zoon-relatie. We leven immers in een matriarchale samenleving, waar moeders het in huis voor het zeggen hebben. Zij zijn de bepalende factor in het gezin.’ Hoe belangrijk was jouw moeder voor jou? ‘Heel belangrijk. We spraken elkaar een paar keer per dag via de telefoon. Die gesprekken komen voor in de documentaire (die begin mei te zien was op televisie, red.) en zijn ook te horen tijdens de expositie. Mijn moeder was een sterke vrouw, die in de oorlog vier kampen heeft overleefd: Westerbork, Auschwitz, Theresienstadt en Mauthausen. Die ervaringen hebben haar niet getraumatiseerd, daar was ze te sterk voor. Al dacht ze aan het eind van haar leven vaak aan de oorlog.’

Wat heeft ze betekend voor jouw schrijverschap? ‘Mijn vader was 59 toen ik werd geboren. Hij was er op afstand. Mijn moeder was mede daardoor heel dominant aanwezig in mijn leven. Op mijn geboortekaartje ontbraken hun beider namen. Ik stelde op dat kaartje mezelf aan de wereld voor. Achteraf interpreteer ik dat als het aanzetten tot rebellie. Schrijven was voor mij een manier van greep krijgen op mijn eigen leven. Je zou het een vorm van rebellie kunnen noemen, een soort bevrijding. Misschien kon ik me zo enigszins losmaken van mijn moeder.’

Expositie en Grunberglab De grote overzichtstentoonstelling over Arnon Grunberg is in museum TwentseWelle te zien vanaf 13 september. Het merendeel van het materiaal is afkomstig uit Grunbergs archief, dat Bijzondere Collecties (van de Universiteit van Amsterdam) in bruikleen heeft gekregen. Daarnaast bestaat de expositie uit stukken uit de collectie van het Letterkundig Museum in Den Haag, de bibliotheek van het Nederlands Letterenfonds en van particuliere verzamelaars. In de tentoonstelling lopen bezoekers door een soort reusachtige kijkdoos. Ze stappen zo in het leven van de schrijver vanaf diens geboorte. Onderdeel is ook een groot onderzoek uitgevoerd door het Nederlands Herseninstituut van de Vrije Universiteit en TNO. Lezers kunnen in een speciaal Grunberglab hun hersenactiviteit laten meten tijdens het lezen van diens roman Het bestand.


De wever

presentator hans goedkoop voor de twentse aflevering van de ijzeren eeuw in gesprek met historicus siebe rossel.

De IJzeren Eeuw brengt textielverleden Twente tot leven

is gesloopt

De temperatuur is dertig graden, de luchtvochtigheid 80% en het lawaai oorverdovend. Het TNO-lab lijkt even op een textielfabriek in de negentiende eeuw. Presentator Hans Goedkoop maakt zich op voor een experiment: hij kruipt in de huid van een Twentse textielarbeider.

Goedkoop moet in de herrie en stomende hitte allerlei taken uitvoeren. Hij heeft het er zichtbaar moeilijk mee. Na een uur is de ‘wever’ helemaal gesloopt. ‘Ik ging bijna hyperventileren, mijn handen begonnen te tintelen.’ De scène komt uit de tv-serie De IJzeren Eeuw die de NPO tot eind juni uitzendt. Goedkoop kijkt met verbazing terug op de opnames. ‘Vooraf vroeg ik me af: hoe erg kan het wezen? Mijn zorg was vooral of het wel een leuk item zou worden. Straks moet ik nog ‘faken’ dat het allemaal heel erg was, dacht ik. Ik had de verhalen van textielarbeiders al vaak gelezen. Maar de praktijk bleek veel erger dan verwacht. Het was een bizarre ervaring: je merkt dat je de grip op de dingen verliest, de wereld om je heen neemt het van je over.’ En dan te bedenken dat de textielarbeiders van toen liefst 11 uur per dag achter de weefmachines moesten staan. Goedkoop is hen door het experiment beter gaan begrijpen.

‘Zodra ik was bijgekomen, dacht ik alweer: ik ga mijn werk afmaken. Je gaat blindelings door. Je doet wat je wordt opgedragen. Net als die arbeiders van toen. Het verklaart waarom ze zo trots waren op hun fabriek en zelfs opschepten dat hun baas een groter landgoed had dan de andere bazen.’ Dodenmasker Het nabootsen van een textielfabriek is volgens Goedkoop de ultieme manier om geschiedenis tot leven te wekken. ‘Het verleden is weg en je wilt toch iets laten zien. Dat proberen we met De IJzeren Eeuw te doen.’ In de aflevering Twente op stoom zoekt de presentator het verleden op in Enschede, Hengelo, Boekelo en Almelo. Hij spreekt met nazaten van Gerrit Jan van Heek, de grondlegger van de Twentse textiel. Hierbij duikt zomaar het dodenmasker van Van Heek uit 1915 op. Goedkoop ontmoet oudvakbondsman George Poelman en voormalig wever Johan


Onland. Die laatste demonstreert beeldend hoe de arbeiders communiceerden met elkaar in die kakofonie van weefgetouwen: in gebarentaal. In Twente op stoom komt de vraag aan de orde of de omstandigheden bij machinefabriek Stork echt beter waren dan bij ‘de textiel’ in Enschede en Almelo. Schrijver Jaap Scholten, afkomstig uit een textiel- én metaalfabrikantenfamilie, denkt van wel. Hij neemt Goedkoop mee naar Tuindorp ’t Lansink, de Hengelose wijk waar arbeiders en leidinggevenden naast elkaar woonden. Scholten laat het huis uit zijn jeugd zien, Vijverlaan 14. Nu nog kan hij zich opwinden over de socialist Gerrit Bennink die 125 jaar geleden Stork ‘geraffineerde uitzuigers’ noemde. ‘Heel erg mis. Ik vind dat schandelijk!’ Dat Bennink wegkwam met tien dagen cel is volgens Scholten een vorm van onrecht. Hij vindt dat ‘deze dameskapper met dat golvende haar en die grote snor’ veel te veel eer heeft gekregen in de geschiedschrijving. Scholten zegt het alsof het gisteren gebeurde. Ook het Enschedese industrieverleden leeft nog volop, zo blijkt. Toen in 1902 in zijn fabriek werd gestaakt, stuurde directeur G. J. van Heek alle arbeiders naar huis. Die hadden daardoor wekenlang geen inkomen meer. Het was een staaltje spierballenpolitiek. Van Heek wilde de vakbonden laten zien wie de sterkste was. ‘Hij wurgde z’n eigen mensen’, stelt

Goedkoop vast. Achterkleindochter Fleur van Heek schaamt zich er ruim honderd jaar later nog voor. ‘Dit kon niet. Het is heel erg hard uitgespeeld en werkt nog generaties door in onze naam.’ Ook voor Goedkoop zelf blijkt het verleden actueel: hij ontdekte tijdens de opnames dat hij verre familie is van Fleur van Heek. ‘Ik kom zelf uit een fabrikantenfamilie in Amsterdam. Je merkt dat je toch een bepaalde cultuur meeneemt. Een cultuur die ik heel erg herkende in de familieleden Van Heek die ik ontmoette. We spraken dezelfde taal. Deze serie heeft me weer extra bewust gemaakt van mijn eigen familieverleden.’

De IJzeren Eeuw in museum TwentseWelle De Twentse aflevering van De IJzeren Eeuw wordt op tv uitgezonden op vrijdag 29 mei, maar gaat op maandag 18 mei al in première in museum TwentseWelle. Hierbij zijn de programmamakers, onder wie presentator Hans Goedkoop, aanwezig. Vanaf medio september besteedt museum TwentseWelle extra aandacht aan de ontwikkeling van de Twentse textiel. In het open depot wordt het verhaal verteld van het spinsteentje uit de prehistorie tot aan het einde van de textielindustrie in de vorige eeuw, aan de hand van objecten en beeldschermen met informatie. Extra aandacht is er voor de fabrikant Gerrit Jan van Heek en zijn betekenis voor Enschede en de regio.

goedkoop met arnold enklaar, nazaat van gerrit jan van heek.

‘de praktijk bleek veel erger dan verwacht.’

hans goedkoop tijdens en na het labexperiment:

De NPO brengt zes online magazines over De IJzeren Eeuw uit op www.npogeschiedenis.nl. Het derde nummer Stoom gaat grotendeels over Twente en bevat bijdragen van museum TwentseWelle. In het Amsterdam Museum is de gelijknamige tentoonstelling te zien. Er verschijnt ook een boek, De IJzeren Eeuw, Begin van het moderne Nederland, geschreven door presentator Hans Goedkoop en Kees Zandvliet. Een educatieve bewerking van de tv-serie wordt uitgezonden op schooltv.nl: De IJzeren Eeuw in de klas. In het najaar wordt een historische comedyserie over de negentiende eeuw uitgezonden, in de stijl van de succesvolle series Welkom in de Gouden Eeuw en Welkom bij de Romeinen.


Het idee is dat een nieuw speeltoestel ook winst is. Door een deel van onze winst terug te geven aan de lokale gemeenschap hopen we bij te dragen aan een gezonde samenleving voor onze klanten.

Benut digitaal drukwerk optimaal. ONLINE BESTELLEN pERSONaLISEREN CROSS MEDIa

Ontdek de kostenbesparende en rendementsverhogende voordelen!

Het Stimuleringsfonds geeft terug aan de gemeenschap. Rabobank. Een bank met ideeën.

Onze vestigingen zijn een levende etalage van passie en betrokkenheid. Die inzet ziet u terug in uw drukwerk.

Kijk voor meer informatie op rabobank.nl/enschede-haaksbergen.

ENSCHEDE | GORINCHEM | GRONINGEN | ZWOLLE

Netzo snel & flexibel

NETZODRUK.NL

Huur ‘n vergaderruimte met het hart! Een originele locatie voor uw vergaderingen, cursus of brainstormsessie nodig? Boek een ruimte in Prismare! Een inspirerende omgeving, voorzien van alle denkbare faciliteiten én u draagt bij aan de toekomst van mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt of met een sociale of fysieke uitdaging.

prismare.nl/zakelijk


Rolstoel heeft Funda Müjde nieuwe kracht gegeven

Ik heb geleerd dat een mens veel meer kan dan-ie denkt

Geluk na een ongeluk Een zonnige februaridag in 2007 zette het leven van cabaretière en actrice Funda Müjde op z’n kop. Ze raakte in Istanbul betrokken bij een auto-ongeluk met dramatische gevolgen. Maar de dwarslaesie en de rolstoel hebben ook iets positiefs opgeleverd. ‘Ik heb gezien hoeveel mooie mensen er bestaan.’

Istanbul moet een beladen plek zijn voor Funda Müjde (1961), zou je zeggen. Maar niets is minder waar. De stad aan de Bosporus heeft haar magische aantrekkingskracht gehouden. Daar doet de dwarslaesie niets aan af. Müjde komt er graag. ‘Ik ben met het programma Vinger aan de pols teruggegaan naar de plek van het ongeluk. Iedereen verwachtte een emotionele reactie van mij, maar het deed me niks. Mijn liefde voor Istanbul is onveranderd. Het is en blijft een mooie stad, waarover mijn vader al heel veel vertelde in mijn jeugd. Als we tijdens de zomervakantie in Turkije waren, liet hij alle bezienswaardigheden zien. In Ankara, in Istanbul. Hij wilde ons iets meegeven. Hij deed dat trouwens ook in Nederland. Elke zondag gingen we erop uit, het hele land door. Mijn vader vond dat belangrijk.’


Turnen en zwemles Müjde werd geboren in de Turkse stad Adana, maar groeide op in Zaandam. Het betekende een leven tussen twee werelden. ‘De bedoeling was dat we zouden terugkeren naar Turkije, net zoals dat in bijna alle gezinnen van gastarbeiders werd gedacht. We hadden ons leven daar op ingericht. Je koos een beroep waarmee je ook in Turkije uit de voeten kon. Dokter bijvoorbeeld, of een vakman. Maatschappelijk werker kon niet, maar actrice kon wél. Toen ik aan het begin van mijn carrière een hoofdrol kreeg voor de film Julia’s Geheim, hoopte ik nog steeds op een doorbraak in Turkije.’ Niettemin was alles in het gezin Müjde gericht op integratie in Nederland. Funda ging op turnen, want dat vond vader belangrijk. Ook bracht hij zijn kinderen naar zwemles. ‘Door te sporten word je vanzelf Hollandser. Daarom spreek ik de taal zo goed. Kort na dat ongeluk in Istanbul merkte ik hoe Hollands ik eigenlijk was geworden. Bijvoorbeeld toen ik mijn pijn wilde uitleggen. Ik voelde me ook meer thuis in het Nederlandse dan in het Turkse ziekenhuis, ondanks dat de dienstverlening in Istanbul beter was.’ ‘Toch ben ik nooit echt een Nederlander als het aankomt op mijn positie in de samenleving. Als je boos bent op het beleid van Amerika en je bent niet 100% autochtoon, dan word je door anderen op de plek gezet. Je hoort er nooit helemaal bij. Ook al eet je varkensvlees, drink je alcohol en ben je getrouwd met een Nederlander, zoals ik.’ 3.800 kilometer fietsen Het leven in een rolstoel voelde aanvankelijk erg frustrerend. De ontdekking van de Berkelbike, een met de hand bedien-

bare ligfiets, heeft dat gevoel veranderd. Daarmee is het mogelijk geworden om helemaal zelfstandig te fietsen. ‘Ik werd eind 2013 gevraagd voor het tv-programma De Wandeling. Toen heb ik voorgesteld om samen met presentator Sander de Kramer te gaan fietsen. De Berkelbike kende ik nog van de revalidatie. Die heb ik kunnen lenen.’ Ze noemt de hernieuwde kennismaking met de Berkelbike nu ‘life changing’. Het bracht een sluimerend idee van Funda in een stroomversnelling. Ze wilde iets doen met het gegeven dat 50 jaar geleden de eerste generatie gastarbeiders naar Nederland kwam. Haar vader was een van hen. Waarom niet als eerbetoon de omgekeerde weg afleggen per fiets? Een tocht dus van Amsterdam naar Istanbul, ruim 3.800 kilometer. Het was ook een mooie manier om aandacht te vragen voor haar eigen stichting Bewegen is Leven, die zich richt op mensen met een dwarslaesie. Die fietstocht van 88 dagen, in de zomer van 2014, heeft heel veel gebracht. ‘Ik heb geleerd dat een mens veel meer kan dan-ie denkt. Dat je veel meer aanpassingsvermogen hebt dan je vooraf voor mogelijk houdt. Zowel fysiek als geestelijk. Ik dacht dat ik sterk was, omdat ik met mijn Turkse achtergrond en de dwarslaesie altijd heb doorgezet. Maar dit ging verder. Ik heb zo’n pijn in mijn schouders gehad. Ik heb onderweg gemerkt hoe inspirerend ik voor anderen kan zijn, dat gaf zoveel kracht. Ik heb gezien hoeveel mooie mensen er bestaan. Ik werd toegejuicht en met applaus begroet. Een minister van Slovenië heeft me ontvangen. Onbekende mensen begonnen spontaan te huilen. Die reis heeft me zoveel gebracht: ik zou iedereen aanraden om z’n eigen grenzen eens te verleggen. Daar krijg je heel veel voor terug.’


Kadınlar: meer dan een expositie De in maart geopende expositie Kadınlar: godinnen - harem – macht in museum TwentseWelle laat bezoekers een reis maken aan de hand van tien inspirerende vrouwen uit 3.000 jaar Turks-Anatolische geschiedenis. De expositie toont verrassende topstukken die niet eerder in Nederland te zien zijn geweest. Gebruiksvoorwerpen, muziekinstrumenten, iconen, schilderijen, miniaturen, textielvoorwerpen, sieraden en juwelen, afkomstig uit bekende musea in Turkije en andere landen.

Tien Turkse vrouwen van nu Funda Müjde behoort tot de tien inspirerende Turkse vrouwen van nu die onderdeel zijn van de expositie Kadınlar in museum TwentseWelle. Alle vrouwen vertellen hun verhaal op film. De overige negen vrouwen zijn: volleybalster Neslihan Demir (vlaggendraagster namens Turkije tijdens de Olympische Spelen van 2012), dirigent Inci Özdil, balletdanseres/choreograaf Zeynep Tanbay, filosofe Ioanna Kuçuradi, ondernemer Melek Usta, zangeres Karsu Dönmez, journalist Fidan Ekiz, de Duitse wetenschapper Aylâ Neusel en ondernemer Müfide Halaceli.

Maar er is meer dan dat. In het verlengde van Kadınlar is in museum TwentseWelle ook een fotoexpositie over de eerste generatie Turken in Twente te zien. Ruud Spaargaren maakte indringende portretten en voorzag deze foto’s van objecten en uitspraken, die kenmerkend zijn voor de belangrijke veranderingen in hun leven. Verder worden veel extra activiteiten georganiseerd in het museum, zoals workshops Turks vilten (9 mei) en Turkse tapijten (10 mei). Op 21 mei is er een discussie over de nieuwe generatie Turkse vrouwen met de actrices Nazmiye Oral en Meral Polat. Op 14 juni houdt hairstylist Müfide Halaceli een haarshow. Ze is een van de tien Turkse vrouwen van nu die deel uit maken van de expositie. Voor meer informatie over alle activiteiten: www.twentsewelle.nl.


Ervaringsdeskundige Peter Riezebos over de kracht van vindingrijkheid

Buiten de lijntjes Tekenen en schilderen is voor Peter Riezebos altijd meer geweest dan alleen ontspanning. Dat laat hij ook in museum TwentseWelle zien tijdens de Maand van de Vindingrijkheid. Want creatief moest hij zijn, om de problemen in zijn leven te overwinnen. Als kleine jongen tekende Peter Riezebos veel en vaak. Het was zijn manier om zich af te sluiten van de buitenwereld. Ook in de klas. ‘De grootste fout die anderen maakten, was dat ze dachten dat ik niet oplette. Dat was niet zo. Ik hoorde alles. Het was mijn manier om me te concentreren op wat werd gezegd.’ De leraar zag het anders. Hij scheurde de tekening van Riezebos demonstratief doormidden, vlak voor de ogen van de maker. Die werd natuurlijk boos. ‘Ik zei tegen hem: ik geloof dat je morgen beter met de fiets naar school kunt komen. Toen stuurde hij mij de klas uit.’

De gemiddelde student is een mythe

Miskenning loopt als een rode draad door het leven van Riezebos. Hij stond als leerling regelmatig op de gang, bleef zitten op de mavo en werd drie keer van het mbo gestuurd. Riezebos probeerde de schade in te halen met versnelde havo en vwo, maar kreeg een enorme terugslag. Zijn zelfbeeld was zo negatief dat hij met een ernstige depressie werd opgenomen in een kliniek. In therapie werden onder meer ADHD en Asperger vastgesteld. Geleidelijk krabbelde Riezebos overeind. Hij ging Psychologie, Communicatiewetenschap, Bedrijfskunde en Wijsbegeerte studeren, hoofdzakelijk aan de Universiteit Twente. Momenteel is hij bezig met zijn promotieonderzoek aan de universiteit van Shanghai. Extreme kleuren Het onderwijs is vaak nog steeds niet berekend op verschillen tussen mensen, is de conclusie van Riezebos. ‘De gemiddelde student is een mythe. Als je dertig leerlingen in een klas gaat ontleden, is niemand gelijk. Door mijn persoonlijke ervaring weet ik dat mensen erg verschillen in hun leren. Door de hersenen beter te begrijpen kunnen we ervoor zorgen dat iedereen mag leren op de manier die het beste bij hem of haar past. Dat staat centraal bij mijn onderzoek.’


peter riezebos aan het werk in zijn atelier.

Tekenen en schilderen is Riezebos altijd blijven doen. Dat kon geen leraar tegenhouden. Maar zijn stijl is wel veranderd. Vroeger deed hij alles met een pen, zonder kleuren. Tegenwoordig zijn het doeken met juist extreme kleuren. Heeft dat iets met zijn ontwikkeling als mens te maken? Durft hij meer zichzelf te zijn? ‘Geen idee. Het verschil is inderdaad heel frappant. Toch ben ik in veel opzichten niet anders dan toen.’

de topkok (Jonnie Boer) tot de cabaretier (Hans Teeuwen) en de rapper (Sticks). Ook het 7-jarig neefje van Riezebos komt in het boek. ‘Het zijn allemaal mensen met een eigen mening en een bepaalde rebelsheid. Het gaat erom dat je je eigen route moet kunnen volgen in het leven. Jammer genoeg probeert het onderwijs die eigenwijsheid eruit te rammen. Iedereen moet binnen het stramien blijven. Maar vindingrijkheid ontstaat juist door buiten de lijntjes te denken.’

Jonnie Boer en Hans Teeuwen Kunst is voor Riezebos een combinatie van doelgerichte drang en vrije expressie. Een manier om creativiteit de vrije loop te laten zonder je hoeven te verantwoorden. Het onderwerp houdt hem zo bezig dat hij er een boek over schrijft, dat later dit jaar uitkomt. Buiten de lijntjes, is de werktitel. Hij interviewt daarin twaalf personen die net als hij graag buiten de gebaande paden opereren. Van de Microsoft-topman en

In zijn nieuwe boek bespreekt Riezebos ook de Amerikaanse kunstenaar Jean Michel Basquiat. ‘Hij werd als neo-expressionist aanvankelijk verguisd. Hij was een dwarsdenker; wat hij deed was revolutionair. Moma, het Museum of Modern Art, vond destijds dat hij de ruimte niet waard was. Nu is Basquiat een held en is zijn werk wel te zien in het museum. In 2013 werd een van zijn laatste doeken verkocht voor een slordige 48,8 miljoen dollar.’

Vijf creatieve ontmoetingen in museum Maand van de Vindingrijkheid Peter Riezebos schreef een boek over zijn ervaringen: Van mavo tot Harvard. Daarvan zijn enkele duizenden verkocht. Een deel van de opbrengst gaat naar getalenteerde studenten. Riezebos ontvangt op vijf zondagen gasten in museum TwentseWelle, in het kader van de Maand van de Vindingrijkheid. Telkens neemt hij een speciaal voor dit project gemaakt schilderij mee over het thema van die dag.

Op 31 mei is Lex Hoogduin te gast, oud-directeur van De Nederlandse Bank en hoogleraar economie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het gaat dan om creativiteit als motor van de economie. Op 7 juni spreekt Riezebos met rector Ed Brinksma van de Universiteit Twente over de toekomst van het fenomeen universiteit. Communicatie en taal is het thema op 14 juni, als Junte Uiterwijk (beter bekend als rapper Sticks) aanschuift. Op 21 juni gaat het met robotica Vanessa Evers over wetenschap en techniek, op 28 juni over creativiteit in het menselijk brein. Alle bijeenkomsten beginnen ’s zondags om 16.00 uur.


Bestseller Gouden jaren maakt zoveel los dat een expositie niet kan uitblijven

De herinneringsfabriek Het succes van het boek Gouden jaren overtreft de stoutste dromen van Annegreet van Bergen (Enschede, 1954). Ze verkocht in een half jaar tijd ruim 120.000 exemplaren en trekt volle zalen met haar lezingen. Een vervolg is in de maak. En als kers op de taart is er volgend jaar een expositie in museum TwentseWelle.

Het is een druk schema voor Annegreet van Bergen. De journalist/econoom (voorheen o.a. de Volkskrant en Elsevier) is net terug van een lezing in Zoetermeer. Later in de week mag ze naar Assen, Stadskanaal en Rotterdam. Vandaag is ze even thuis in Zutphen. Tijd om stil te staan bij het succes van haar boek Gouden jaren.

De titel Gouden jaren zet de lezer op het verkeerde been. Het boek laat niet zien dat vroeger alles beter was dan nu, maar juist het omgekeerde. ‘Klopt. We zijn met z’n allen steeds rijker geworden en dat verbindt alle Nederlanders. In het boek illustreer ik dat met allerlei voorbeelden uit ons dagelijkse leven, met cijfers, persoonlijke herinneringen en verhalen van anderen.


Wie was Gerritjen Schukkink? ‘Ze was mijn oma, die in 1959 op zestigjarige leeftijd overleed. Ze woonde met mijn opa, een ongeschoolde arbeider, in een klein huisje aan de Alleeweg in Enschede. Mijn grootouders waren arm. Sinds haar dood is de welvaart in Nederland tot ongekende hoogte gestegen. Bij alle thema’s in het boek, zoals eerste levensbehoefte, opleiding, gezondheid en mobiliteit, heb ik me dezelfde vraag gesteld: Hoe zat het toen mijn oma nog leefde? Als je dat doet, zie je pas hoeveel er in relatief korte tijd is veranderd.’ Hoe ontstond het idee om dit boek te schrijven? ‘Op een novemberochtend in 2011 was ik bezig om een ananas te snijden. Ik hoorde op het nieuws dat pensioenfonds ABP zijn dekkingsgraad zou bekendmaken. Iedereen was daar heel ongerust over, want misschien werden de pensioenen verlaagd. Dat gaan we voelen, schreven de kranten. We kunnen straks niet meer wat we nu kunnen. Opeens dacht ik terug aan de ananas die mijn vader in de jaren zestig kreeg van een zakenrelatie. Ananas was toen zo’n luxe delicatesse dat het als relatiegeschenk werd gegeven. En in 2011, midden in de economische crisis, kunnen we elke dag een ananas eten!’ Het kwartje viel? Ja. Ik had eerder het boek De lessen van burn-out geschreven. Een van de lessen is dat je je niet druk moet maken om wat de toekomst brengt, maar dat je moet terugkijken op wat je hebt bereikt. Dat een ananas nu zo gewoon is, kun je gerust een wonder noemen. Het schrijven van Gouden jaren heeft mij dan ook een goed humeur bezorgd. Je staat versteld van de uitzonderlijke rijkdom die in een halve eeuw tijd zo gewoon is geworden.’ In het boek komen je eigen ouders ook regelmatig voorbij. Staan zij symbool voor de toenemende welvaart? ‘Zo zou je dat kunnen zeggen. Mijn vader werkte in een drukkerij in Hengelo en klom op tot bedrijfsleider. Dankzij een avondstudie kon hij docent worden bij de AKI in Enschede.

annegreet van bergen met lezers bij boekhandel broekhuis in almelo

Ik zeg tijdens lezingen vaak: Ik hoef voor geen goud terug naar die tijd. In de zaal wordt dan heel erg instemmend geknikt. Mensen beseffen heel goed dat we het nu veel beter hebben dan toen.’

Mijn moeder werkte in het magazijn van Schuttersveld. Haar loon werd aanvankelijk gekort, omdat haar vader in de steun zat. Mijn ouders kregen het vanaf de jaren zestig steeds beter. We verhuisden in 1966 naar een nieuwbouwhuis. Het was in de wijk een van de eerste woningen met cv; daarvóór stookte iedereen op kolen. Toen wij ‘kinderen’ wilden studeren, was dat mogelijk. We kregen thuis een auto, een tv, we gingen op vakantie. Allemaal grote veranderingen die veel mensen zullen herkennen.’ Wat doet dit boek met lezers? ‘Het is een herinneringsfabriek. Ik schrijf onder meer over mijn eigen herinneringen, die bij anderen ook herinneringen naar boven halen. Daar had ik nooit bij stilgestaan, maar ik merk bij lezingen dat het zo werkt. Mensen wisselen hun verhalen over vroeger uit. Ze zijn zo blij tijdens dat soort avonden. Ik geniet daarvan. Soms hoor ik dat het boek cadeau is gegeven aan iemand die op sterven lag en bij het lezen van zijn laatste boek weer prettige herinneringen kreeg. Daar krijg je toch kippenvel van?’ Krijg je buiten de lezingen om ook reacties? ‘Ik vraag mensen om hun herinneringen naar mij te sturen. Anekdotes, foto’s, verhalen. Mijn bedoeling is om op basis daarvan een vervolg op Gouden jaren te maken. Daarin komen ook dingen die ik was vergeten, mijn herinneringen die na het verschijnen van het boek boven kwamen drijven. Zo had iemand het laatst over wasmachineverhuur. En het ziekenfonds. Dat hoort allemaal in het nieuwe boek.’ En volgend jaar dus een expositie? ‘Museum TwentseWelle was er snel bij. Directeur Kees van der Meiden mailde mij in het najaar al, Gouden jaren lag nog maar net in de winkel. Dat Enschede mijn geboortestad is, is voor mij een leuke toevalligheid. Het maakt het voor mij net iets specialer dan een expositie in Den Bosch of Amsterdam.’ Wat kunnen we in museum TwentseWelle verwachten? ‘Het moet in ieder geval smaakvol en verantwoord zijn. Het wordt geen verzameling oude zooi. Ik vind het belangrijk dat de expositie vasthoudt aan de thema’s van mijn boek. Er zal een duidelijke lijn naar het heden komen. Tegelijkertijd moet het herinneringen oproepen bij de bezoekers. Het moet iets losmaken, net als mijn boek dat bij de lezers doet.’


- advertorial -


’n Wonderlijk

avontuur Kunstenaar Rommert Boonstra heeft een boek gemaakt over zijn Wunderkammer in museum TwentseWelle. Het is een blijvende herinnering aan ‘een wonderlijk avontuur’. Boonstra ontwikkelde zijn vorm van collagekunst in de jaren zeventig, toen hij zich uitleefde op een oud poppenhuisje van zijn oudoom. ‘Ik begon er kleine tafereeltjes in op te bouwen. Ik was schouwburgdirecteur geweest en nu was ik ook decorbouwer, toneelschrijver, belichter en acteur. Alles in één. En daar had ik maar een paar vierkante meter voor nodig.’

Het hoogste gebouw van Overijssel was tot 2014 de Alphatoren. 101 meter. Maar in 2014 verscheen een hoger en dieper bouwsel: het boek Horizon City van de architect Jaap Scholten. Hoe hoog en hoe diep het precies is, valt nog niet met zekerheid te zeggen, maar het is al wel duidelijk dat je vanaf de top uitkijkt over heel Twente en verder. Je kijkt zelfs over de horizon heen. (uit: Huis van Verlangen)

Boonstra maakte in 1998 ook een Wunderkammer voor het Natuurmuseum Groningen, waar Kees van der Meiden destijds directeur was. Toen auteur Jaap Scholten aan de slag ging met een boek over zijn familiegeschiedenis, vroeg Van der Meiden wederom aan Boonstra een Wunderkammer te creëren. Dit keer dus in museum TwentseWelle. De reusachtige kijkdoos van 80 vierkante meter in het museum toont nog tot en met 27 september de kleurrijke en kunstzinnige ensceneringen van Boonstra. Het zijn z’n interpretaties van Scholtens boek Horizon City, waarbij hij veel objecten uit de museumcollectie gebruikte.

Wekenlang liep ik door Lapland. De zon ging nooit onder. Een wonderlijk avontuur. Ook heb ik wekenlang door de depots van museum TwentseWelle gedwaald. Minstens even wonderlijk. De zon ging nooit op. Overal heerste de eeuwige schemer. Lapland en TwentseWelle zijn beide prominente onderdelen van mijn dromen geworden. (uit: Huis van Verlangen)

EEN BIJZONDER PROJECT IN MUSEUM TWENTSEWELLE

ROMMERT BOONSTRA

Lapland en TwentseWelle zijn onderdelen van mijn dromen geworden Kaashandel Horizon City bracht Boonstra terug bij zijn eigen familiegeschiedenis. Hij dacht weer aan de preken van dominee Reeskamp. Aan de aanvaringen met zijn vader, die graag wilde dat zijn drie zoons in de kaashandel kwamen werken. Aan diens verdriet, toen hij doorkreeg dat ze alle drie hun leven vergooiden aan de kunst. Dezelfde kunst die Boonstra naar Twente voerde, de streek waar bijna alle zonen bij hun vader in de zaak gingen.

Twente hing meer dan een eeuw lang aan een profijtelijke katoenen draad die het westen met het oosten verbond. Een soort omgekeerde zijderoute. In deze voorheen zo armoedige uithoek van Nederland begonnen de schoorstenen van de katoenfabrieken de hemel te bestormen onder aanvoering van strijdlustige katoenbaronnen. Alles veranderde. Niets bleef hetzelfde. (uit: Huis van Verlangen)

Het boek Huis van Verlangen is uitgegeven door Voetnoot, de in Antwerpen gevestigde uitgeverij van Anneke Pijnappel en Henrik Barends. Voetnoot is een stichting zonder winstoogmerk, gespecialiseerd in uitgaven op het gebied van literatuur, kunstkritiek, poëzie, fotografie, beeldende kunst en vormgeving. Huis van Verlangen (86 pagina’s) kost 12,50 euro en is te koop in de museumwinkel van museum TwentseWelle.


Mix Match Museum: student wordt gastconservator

Stel je eigen expositie samen uit de collecties van zes musea. Dat was de oproep aan het Nederlandse publiek. Eva Bleeker (22) uit Amsterdam pakte de handschoen op. Haar expositie in museum TwentseWelle gaat over technische vooruitgang.

De keuze van In het project Mix Match Museum kan het publiek kiezen uit 300 objecten van zes musea. Objecten die normaal gesproken in depot staan, onzichtbaar voor bezoekers. Eva Bleeker, student publieksgeschiedenis, kon de uitdaging niet weerstaan. Ze kroop graag in de huid van de museumconservator door zelf een expositie samen te stellen. ‘Mijn opleiding richt zich op de manier waarop het publiek geschiedenis beleeft. Ja, het lijkt me leuk om later in een museum te werken, misschien wel als conservator. Mix Match Museum gaf mij een kans om van het vak te proeven’, zegt Eva. Ze selecteerde in totaal twaalf objecten van drie musea: Amsterdam Museum, Museum Boerhaave en museum TwentseWelle. ‘Ik heb me geconcentreerd op de negentiende eeuw. Daarbij heb ik niet alleen gekeken naar nieuwe technologie, maar ook naar de effecten daarvan voor het dagelijks leven van de mensen.’ H&M-catalogus Zo bevat de expositie een kasjmier sjaal uit 1860, een vierdelig vrouwenkostuum uit 1890 en een modeprent uit het blad Costume Parisien. ‘Uitvindingen in die periode zorgden ervoor dat het produceren van stoffen betaalbaar en toegankelijk werd voor grotere groepen mensen. Dat heeft zich doorgezet tot in onze tijd. De wortels van de H&M-catalogus van nu liggen daar.’

Eva

Bijzonder is ook een zogeheten Zandermachine, een revalidatiehulpmiddel om het been van een patiënt te kunnen buigen. Eva: ‘Het apparaat werd ingezet om een fysiotherapeut te vervangen, een typisch gevolg van de industriële revolutie. Ook tegenwoordig wordt menselijke arbeid steeds vaker overgenomen door een machine. Je kunt je afvragen in hoeverre dat positief is. Ik ben in ieder geval blij dat ik naar de fysiotherapeut kan als dat nodig is.’ Mix Match Museum betekent niet alleen dat museum TwentseWelle bruiklenen van twee musea krijgt. Het leent ook 24 objecten uit voor de exposities in de andere deelnemende musea, waaronder drie eendenkoppen, twee schietspoelen en een Google glass. ‘Op deze manier ontstaat er meer roulatie binnen de collectie Nederland’, zegt conservator Aukje Krommendijk van museum TwentseWelle. ‘Het leuke is dat dankzij Mix Match ook objecten uit de depots komen en voor het publiek te zien zijn.’

Zelf een expositie samenstellen uit 300 objecten van zes musea? Dat kan nog steeds, zowel op de website www.mixmatchmuseum.nl als in museum TwentseWelle zelf. De expositie Mix Match Museum is nog te zien tot en met 30 augustus.


eva bleeker (rechts) en ingrid blans, de twee gastconservatoren van de expositie mix match museum.

Match met wereldmutsen Het project Mix Match Museum heeft in museum TwentseWelle een extra dimensie gekregen dankzij bruiklenen uit een particuliere collectie. De Enschedese kunstverzamelaar Ingrid Blans (72) stelde hiervoor ruim 20 mutsen uit haar verzameling beschikbaar. De mutsenverzameling is min of meer toevallig ontstaan, zegt Blans. ‘Ik hou van toegepaste kunst, van het verfraaien van gebruiksvoorwerpen. Het is plezieriger afdrogen met een mooi geweven droogdoek dan met een van dertien in een dozijn. Vanuit mijn reizen nam ik mutsjes mee die me opvielen omdat ze zo prachtig waren gemaakt. Zelf had ik bij mijn geboorte al een mutsje van het eiland Marken gekregen. Toen mijn dochter werd geboren, kreeg ik een muts uit Staphorst. Toen daar de andere mutsen bij kwamen, dacht ik: verrek, dit is een verzameling.’ De mutsen zijn afkomstig uit een groot aantal verschillende landen, voornamelijk in Azië, Afrika en Europa. Van een Tibetaans bruidsmutsje met kralen tot een witte ge-

breide muts uit Sudan, die haar pleegzoon droeg tijdens zijn bruiloft in Khartoum. In Parijs kocht ze een authentiek hoofddeksel uit de achttiende eeuw. In Kenia een vaasvormig exemplaar van kralen in de kleuren blauw, rood en wit. Verder zijn er kleurrijke mutsen uit Turkije, Zuid-Afrika, Afghanistan en China. ‘Het gaat mij vooral om het handwerk van de vrouwen. Ik vind het een vorm van naald-en-draad-kunst.’ De mutsen zijn een bescheiden onderdeel van de totale collectie beeldende kunst die Blans de afgelopen vijftig jaar heeft opgebouwd. Vanuit die collectie vinden regelmatig werken op papier (grafieken, tekeningen) hun weg naar Rijksmuseum Twenthe in Enschede en het Stedelijk Museum in Schiedam. ‘Ik wilde ooit de kunstopleiding volgen maar had daarvoor de moed niet’, zegt de voormalig journaliste (Tubantia, Trouw) en communicatieadviseur. ‘Toen dacht ik: als ik die moed zelf niet heb, moet ik wél kunst kopen. Ik moet helpen die mensen in leven te houden.’


fotograaf: albert bartelds

Hoe de boer uit Vroomshoop verdween

Jan Tepper probeert het met kippen maar die gaan al snel de deur uit

Het is 1909. Aan de Tonnendijk in Vroomshoop ligt een stuk grond van 24 hectare. De turf is net afgegraven. Voor de familie Tepper, die de armoede in het Groningse Onstwedde ontvlucht, is dit het begin van een nieuw bestaan. De Teppers bouwen een nieuwe boerderij, de Kroezenhoek. De aangekochte grond moet nog wel ontgonnen worden. Een klus die met de schop moet gebeuren en jaren in beslag zal nemen. Boer Tepper richt zich op de teelt van aardappelen, bestemd voor de kleine aardappelmeelfabrieken. Daarnaast wordt er graan verbouwd. Het merendeel gaat naar de coĂśperatie; een deel van de rogge is bedoeld voor de eigen varkens, het haver voor de paarden. In deze tijd zijn paarden onmisbaar voor de boer. Maar helaas soms ook dodelijk, blijkt op een

kwade dag. Het paard voor de wagen slaat op hol en opa Tepper, die de wagen bestuurt, botst tegen een boom. Hij overlijdt ter plekke. Zoon Adolf Tepper is slechts drie jaar ten tijde van het drama. Zijn oom neemt de boerderij van zijn vader over. Adolf zelf helpt zoveel mogelijk mee. Als hij in 1942 gaat trouwen, is de tijd rijp om voor zichzelf te beginnen. Hij huurt de iets verderop gelegen boerderij Dalvoorderslag. Ook hier worden aardappels en graan verbouwd. Met een vaste knecht en zes seizoenarbeiders oogst Tepper ’s zomers het graan en in het najaar de aardappels. Alles gebeurt nog handmatig. In kruiwagens worden de aardappels over een loopplankje het schip ingeladen. Het kruien alleen al kost een hele dag.


Toen Jan Tepper ‘op de boerderij’ werd geboren, oogstte zijn vader de aardappels nog met de hand. Nu zit in het familiebedrijf van weleer een landbouwmuseum. Zoon Ad zag het boeren niet meer zitten. Dit is het verhaal van de Teppers, oftewel: hoe de boer uit Vroomshoop verdween.

boerderij kroezenhoek in vroomshoop, waar het voor de familie tepper in 1909 begon.

Dieseltrekker Na de oorlog zal het leven op het platteland in hoog tempo veranderen. Adolf Tepper koopt in 1947 zijn eerste dieseltrekker, een Zetor van 15 PK. Zes jaar later volgt een zelfbinder voor het graan. In 1956 komt er een aardappelpootmachine, die twee rijen tegelijk kan poten. Een bezienswaardigheid voor de buurt. De knecht is nu niet meer nodig. Inmiddels dient de derde generatie Tepper zich aan. Zoon Jan staat al klaar om zijn vader op te volgen. Het boerenbedrijf ontwikkelt zich verder. Vader Adolf koopt er tien hectare grond bij, plus een aardappelrooimachine en een combine. De combine werkt nog niet volautomatisch. De losse zakken van 50 kilo worden met de hand dichtgeknoopt en op de platte wagen naar de boerderij gereden. Pas later bouwt Tepper een graantank op

de combine. Een hele vooruitgang. De hele graanlading wordt vanaf dan in één keer in de schuur gelost, waar de graanhandelaar het daarna met een zuigwagen kan opzuigen. Nog meer veranderingen. Als zoon Jan trouwt in 1975, wil hij suikerbieten verbouwen. Het is tegen de zin van vader, maar blijkt een goede greep. De bieten leveren in de hoogtijdagen 168 gulden per ton op. Het succes is echter tijdelijk: in 1985 komt er een quotum voor suikerbieten. Bovendien worden de landbouwprijzen steeds ongunstiger. Protestacties van Tepper en collega-landbouwers, zoals de bezetting van het belastingkantoor in Almelo, halen niets uit. Ook voor aardappelen komt een quotum. De beperking is de keerzijde van de mechanisatie, die immers zorgt voor grote landbouwoverschotten.


De eerste aardappelpootmachine in 1956 is een bezienswaardigheid

Stiekem stro verbranden En dan zijn er nog de alsmaar toenemende milieuregels. Tepper botst regelmatig met de controleurs. Als hij het stro niet meer mag verstrooien over het land, steekt hij het stiekem in brand. Op een dag smijt hij woedend de plotseling opgedoken inspecteurs van de AID de kippenschuur uit. Hij vindt al dat gecontroleer betuttelend. De 5.000 kippen moeten een extra inkomstenbron worden, hoopt Tepper. Maar steeds nieuwe voorschriften maken het lastig. De kippen worden zelfs een verliespost en gaan de deur uit. Zoon Ad, de vierde generatie Tepper, ziet geen brood meer in de boerderij. Hij gaat werken bij een sloopbedrijf in Den Ham. De familiegeschiedenis van de Teppers is exemplarisch voor het platteland in Oost-Nederland. Alleen boeren die flink konden investeren in schaalvergroting, wisten te overleven. In Vroomhoop was dat er slechts één. Niet Jan Tepper (68 inmiddels); hij is nu hobbyboer. Samen met zijn zoon verbouwt hij nog suikerbieten, tarwe en mais. De opbrengsten zijn een leuke aanvulling op zijn AOW. De oude kippenschuur is een museum met oude landbouwwerktuigen geworden. Een mooie herinnering aan vervlogen tijden: toen Vroomshoop en al die andere Twentse dorpen nog tientallen kleine en middelgrote boeren als Tepper kenden.

Een Stille Revolutie in woord en beeld Het verhaal van Jan Tepper maakt deel uit van Een Stille Revolutie, het streekcultuurproject van museum TwentseWelle, de IJsselacademie en het Historisch Centrum Overijssel (HCO). Het project wil de veranderingen op het platteland vastleggen in woord en beeld. ‘Het gaat om veranderingen in de meest brede zin’, zegt Harry Nijhuis, die namens museum TwentseWelle bij het project betrokken is. ‘Denk aan de bedrijfsvoering, de rol van het gezin en de familie, de inrichting van het erf en landschap maar ook aan de sociale omgang met elkaar. Door levende getuigen te laten spreken, hopen we een goed beeld te geven van hoe de naoorlogse periode is beleefd.’ Historici van de IJsselacademie nemen in totaal meer dan 100 interviews af. Niet alleen met boeren maar ook met mensen uit aanverwante beroepen, zoals de veearts en de medewerker van de Boerenleenbank. Voor de interviews wordt ook een beroep gedaan op lokale heemkundeverenigingen; vrijwilligers kunnen hiervoor interviewtrainingen volgen. Het resultaat verschijnt op de site www.mijnstadmijndorp.nl. Museum TwentseWelle verzorgt in het kader van dit project een museale expositie, waarvan delen ook elders in de provincie zullen worden gepresenteerd. Het verhaal van de Stille Revolutie wordt op verschillende manieren en plaatsen onder de aandacht gebracht.


Chez-Moi

g a l e r i e

e N

m u s e u m

Ton Schulten

een twents fenoMeen

Museum Ton Schulten Emotie en betovering

Museum Ton Schulten ton schultenplein 1, ootmarsum, nL tel. (0031) (0)541 • 291763

Chez-Moi Ton Schulten Galerie International Marktstraat 4-6, Gasthuisstraat 3-6, Ootmarsum, NL tel. (0031) (0)541 • 291760

Brasserie Restaurant de Pastorie Ton Schultenplein 2, Ootmarsum, NL tel. (0031) (0)541 • 200266

Openingstijden: Maandag gesloten Dinsdag t/m vrijdag: 11.00-17.00 uur Zaterdag: 11.00-17.00 uur Zondag: 12.00-17.00 uur

Openingstijden: Maandag gesloten Dinsdag t/m vrijdag: 13.00-17.00 uur Zaterdag: 11.00-17.00 uur Zondag: 13.00-17.00 uur

Openingstijden: Maandag gesloten Dinsdag t/m zondag: geopend vanaf 10.00 uur Lunch: 11.00-17.00 uur Diner: vanaf 17.30 uur

* voor groepen kan op afspraak een rondleiding door het museum verzorgd worden.

www.tonschulten.nl


CULTUUR MA AK T JE RIJKER PARTNER VAN DE MUSEUMKAART

Sleutel tot 400 schatkamers Geef ‘m cadeau De Museumkaart biedt toegang tot 400 musea. Met de Museumkaart steunt u de deelnemende musea. Verkrijgbaar à € 44,95/€ 22,50* (excl. adm. kosten) online, via 0800-0203388 en bij 150 grotere musea.

www.museumkaart.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.