6 minute read

Korfbal bij de familie Sibma

Door de jaren heen is gebleken dat korfbal een echte familiesport is. Ook binnen De Granaet kennen we het fenomeen korfbalfamilies. Een van die échte korfbalfamilies is de familie Sibma, waarvan Eele Jan het enige nog actieve Granaet-lid is. Maar ook heit Rienk, zussen Wobiene en Joke en (Eele Jan zijn zoon) Arjan zijn actief geweest binnen De Granaet. Met deze drie generaties Sibma’s kwam via de digitale snelweg dit artikel tot stand.

Bij de Sibma’s wonen de mannen alle drie in Dokkum, Eele Jan en Arjan beiden binnen de bolwerken. Wobiene en Joke wonen in Assen. Rienk is al geruime tijd gepensioneerd en geniet samen met Neeltje van zijn oude dag. Vroeger was Rienk leraar aan de CTS in Dokkum, de vroegere technische school. Zoon Eele Jan heeft het onderwijzersbloed via de genen meegekregen, want hij werkt als docent aan de NHL Stenden in het team Accountancy. Wobiene puzzelt met cijfers en Joke helpt mee aan het bouwen van schepen. Arjan tot slot werkt als Cybersecurity Officer bij het Overheidsdatacenter Noord. Wij leveren Clouddiensten aan de Rijksoverheid. (red: geen idee wat dit laatste is, maar het klinkt ingewikkeld).

Advertisement

Hoe zijn de Sibma’s bij De Granaet gekomen?

Rienk: “Via mijn zoon Eele Jan kwam ik in contact met De Granaet en rolde ik van de ene in de andere functie, zoals coach, bestuur en trainer. Ik kende de korfbalsport al vlak na WOII (!) vanuit mijn jeugd uit Garyp en later ook in Dokkum bij DKC, de voorganger van De Granaet.” Eele Jan: “Mijn jeugdvrienden Ebbing Osinga en Lieuwe Jousma gingen van de scouting naar korfbal, dus ik kon toen niet achterblijven en ik kwam zo op mijn 11de bij de aspiranten.” Arjan: “Korfbal zat in de familie. Dus het was een logische (en gedwongen, haha) keuze. Op mijn 17e (11 jaar geleden) ben ik gestopt. Een paar jaar terug heb ik het nog een keer geprobeerd bij de Midweek. Helaas door blessures na een aantal wedstrijden alweer gestopt.” Wobiene: “Ik ben op mijn 8ste begonnen in de meisjespupillen. Veel familieleden zaten al op korfbal, dus die sport was een logische, maar goede keus voor mij. Ik heb bijna alle teams doorlopen, ploegjes getraind en gecoacht en nog bestuurswerk gedaan. Nadat we naar Assen zijn verhuisd, was AVO mijn opvolger van De Granaet.”

Ging het thuis aan de keukentafel wel eens over De Granaet?

Wobiene: “Zeker, veel en vaak! Wedstrijden, tactiek, techniek en blessures werden uitgebreid besproken. Bij gebrek aan een korf hadden Eele Jan en ik met krijt een vak op de muur boven het keukenraam getekend

en dat was dan onze korf. Op het terras speelden we dan tegen elkaar, gebruikten de muur als medespelers en schoten op het vak.” Rienk: “In ons gezin ging het veel over korfbal. Er werden wel vakbesprekingen gehouden met de junioren bij ons thuis vrijdagavond voor de wedstrijd. En zondagmiddag na kerktijd ging het meer over korfbal en de afgelopen wedstrijd dan over de preek.”

Wie is de fanatiekste van het stel?

Arjan: “Pfoe, lastige vraag. Ik gok mijn vader Eele Jan.” Wobiene: “We zijn allemaal fanatiek. Heit vond het soms zo spannend bij de wedstrijden waarin de kinderen speelden, dat hij bij heel spannende momenten even in de hal (van de sporthal) ging staan roken. Dat mocht daar toen nog.” Joke: “Eele Jan, zonder twijfel, maar hij was ook de beste.”

“Heit vond het soms zo spannend bij de wedstrijden waarin de kinderen speelden, dat hij bij heel spannende momenten even in de hal van de sporthal ging staan roken.”

Wie kan er het slechtst tegen zijn/haar verlies?

De mannen en de vrouwen verschillen hier duidelijk van mening. De mannen zeggen: weinig last van. Maar de vrouwen kunnen wel een naam noemen….. Joke: “Eele Jan, maar die kon al niet tegen monopoly verliezen, haha.”

Wat heeft De Granaet jullie gebracht?

Joke: “Heel veel plezier en een eeuwige liefde voor teamsporten, welke dan ook.” Rienk: “De Granaet en korfbal heeft een groot deel van mijn leven uitgemaakt. Ik denk een 40 jaar. Met alles wat bij een sportvereniging hoort, het sportieve en sociale gedeelte.” Eele Jan: “Diverse kampioenschappen en veel sociale contacten, met feestjes en korfbalkampen. Verder heb ik hier mijn partner getroffen. Wij hebben wat je noemt een korfbalhuwelijk. Onbewust heeft de deelname bij een vereniging mij op jonge leeftijd ook gevormd als mens in het korfbalspel, als trainer, scheidsrechter, coach, etc. Dit bracht mij levensvaardigheden, zoals (trainings)discipline, samenwerken, zelfvertrouwen, etc. die je in het leven verder helpen.” Wobiene: “Liefde, kinderen, vrienden, gezelligheid en blessures.” Wobiene en Eele Jan hebben dus beiden hun partner gevonden binnen De Granaet: Theo en Thea. Waar de korfbalclub wel niet goed voor is…..

Waar denken jullie aan bij KV De Granaet?

Gezelligheid, fanatisme, sportiviteit, familie en vrienden zijn de woorden die terugkomen. Allemaal termen waarin alle clubleden De Granaet waarschijnlijk wel herkennen.

Hebben jullie bijzondere herinneringen aan en/of anekdotes over De Granaet?

Een karrevracht aan herinneringen komt boven. Hieronder een paar uit de vele aangehaalde herinneringen: Rienk: “De komst van de sponsoren, met Radio Talsma als 1 van de eersten, direct al als hoofdsponsor. De sponsorborden in de Trimmer. De korfballende Armeniërs die we in Dokkum op bezoek hadden.” Eele Jan: “In de wedstrijd vond ik de flow die je voelt als het loopt in de aanval of een team altijd bijzonder….maar dat is lang geleden. Na vele jaren overleg en lobbyen bij de gemeente (vanaf 2002) kwam er eindelijk een eerste tijdelijke eigen ruimte in 2008. In het huurcontract stond voor vijf jaar, maar het werden er meer dan tien. Dit vroeg om veel zelfwerkzaamheid, wat met hulp van veel Granaeters en betrokkenen voor elkaar werd gebokst. Ik herinner me nog een zaalwedstrijd met senioren 1 in Holwerd tegen de Friese selectie. Die speelden we toen van de vloer. Qua doelpunten kwamen we toen sowieso nooit boven de 20. De scores zaten gemiddeld rond de 13/14 doelpunten in de zaal.” Wobiene: “Het spelen tegen Harkema in de sneeuw, het beachkorfbaltoernooi in Zaanstad en ‘s avonds naar de bar Huppeldepup. Ook zeker de toernooien in Birdaard, waar we op de fiets naar toe gingen en het altijd regende. De laatste Friese kampioen in het middenvak tegen MN en W in Opeinde. Daarna werd het middenvak afgeschaft. Gelukkig, want ik vond het middenvak overbodig en vermoeiend. En alle gezellige avondjes in café De Granaet, destijds onze stamkroeg.” Joke: “De beste herinneringen heb ik aan de toernooien, korfballen, zitten in het gras en natuurlijk het toernooi in Wierden. Onze tent die instortte en een teamgenoot van mij (Marrit) die luid scheldend haar broer de schuld gaf, die het - geloof ik - helemaal niet gedaan had, dat was zo grappig.” Arjan: “De toernooien en uitjes!”

Wil je de club nog iets meegeven?

Rienk: “Meer reclame in de schrijvende pers over De Granaet. Ik lees nooit meer wat. Er is in Dokkum nog genoeg jeugd, daar begint het mee. Als je die met enthousiaste mensen weet te boeien en trekken is er een zonnige toekomst.” Arjan: “Ga zo door!” Eele Jan: “Als ‘stuurman aan de wal’ vind ik dat lastig. Sportief gaat het met de senioren prima, maar de jeugd blijft het belangrijkste. Naast sportief presteren ook SAMEN bezig zijn.”