
8 minute read
Verpleging In Beweging
Programmamanager Erny van den Berg bespreekt met verpleegkundigen functiedifferentiatie nadat de Wet BIG II van tafel is gegaan.
VERPLEGING IN BEWEGING! ‘WE KUNNEN HET ÁNDERS DOEN’
Advertisement
Verpleegkundigen kunnen met functiedifferentiatie gezamenlijk de kwaliteit van zorg verbeteren die hun team levert op een afdeling. Dat is de boodschap van Erny van den Berg, programmanager Verpleging In Beweging!
“Er is een uitweg uit de hoge werkdruk. We kunnen afscheid nemen van harder, harder, harder werken en meer, meer, meer doen. Waar het om gaat, is dat we het ánders moeten doen en zo de zorgkwaliteit kunnen vergroten. Voorbeelden? Vaker gebruikmaken van technologie en niet langer tradities leidend laten zijn in de werkprocessen. Het is eveneens belangrijk ontwikkelingen in het verpleegkundig proces niet te beperken tot een afdeling, maar ze te implementeren in het hele huis, zodat ons werk ook eenduidiger wordt. Verder is het een ambitie om verpleegkundige ontwikkelingen, vooral het evidence based maken van verpleegkundige zorg, zelf in de hand te nemen. Bij al deze uitdagingen is het nuttig variatie in functies te hebben op een afdeling: verschillende skills, kwaliteiten en competenties.”
Efficiënter en beter Aan het woord is Erny van den Berg. Zij werkt sinds twee jaar als programmanager Verpleging in Beweging! in ons ziekenhuis. De aanleiding voor dit project is onder meer de groei van technologische mogelijkheden en vooral de toenemende beschikbaarheid van evidence based practice en de kans deze te kunnen toepassen in de patiëntenzorg.
Denkbeeldige foto Erny: “Onder de vlag van Verpleging in Beweging! zijn in het najaar vier afdelingen van start gegaan. Het gaat om de Dagbehandeling, Urologie/
Gynaecologie, Interne Geneeskunde/ Nefrologie en Neurologie/Cardiologie. Bij de start is een denkbeeldige foto gemaakt. Wat zijn de verpleegkundige vraagstukken waar de afdeling het meest mee heeft te dealen? Wat gaat goed en wat kan beter? Dankzij subsidie van het ministerie van VWS kan de regieverpleegkundige op de startafdelingen - een jaar lang - één dag per week niet-patiëntgebonden activiteiten doen. De regieverpleegkundige heeft de opdracht evidence based practises te vinden of onderzoek te d oen. Op basis van de bevindingen bekijkt de regieverpleegkundige samen met het verpleegkundig team welke zorgonderdelen kunnen worden verbeterd vanuit het jaarplan 2020, zodat iedereen een beetje gelukkiger wordt.” Ontplooiing Een andere mooie ontwikkeling is een nieuwe visie op verpleegkundige zorg. De werkgroep visieontwikkeling, onderdeel van Verpleging in Beweging!, heeft deze opgesteld in samenwerking met verpleegkundigen uit de verpleegkundige adviesraad (VAR) en een aantal andere afdelingsverpleegkundigen en teamleiders. Erny: “We hebben ons mede laten leiden door de principes van excellente zorg in alle Santeon ziekenhuizen. In de visie wordt het belang benadrukt van voldoende ontplooiings-, opleidingsen loopbaanmogelijkheden. Die vergroten de kans dat verpleegkundigen graag willen werken binnen een organisatie. Hopelijk gaat de nieuwe visie nog dit jaar de besluitvormingsprocedure in van ons ziekenhuis.”
Maandelijkse themabijeenkomst Op de hoogte blijven van actuele en verdiepende verpleegkundige onderwerpen? Met collega’s van gedachten wisselen hierover? Je bent elke eerste maandag van de maand welkom tussen 15.00 en 17.00 uur in Pastel eten & drinken. Erny van den Berg: “In de zomer ging het bijvoorbeeld een paar keer over het wetsvoorstel BIG II, terwijl in december werd ingezoomd op de eerste ervaringen op de startafdelingen.”


Stuurgroep De stuurgroep van het programma Verpleging in Beweging! bestaat uit vertegenwoordigers van de afdeling Human Resources & Organisatieadvies, het zorgmanagement, de VAR en Erny van den Berg.


GEZAMELIJKE
ZORG DICHTBIJ Een terugblik Afronding programma Gezamenlijke Zorg Dichtbij
De afronding van programma Gezamenlijke Zorg Dichtbij is in zicht. Tijd om samen met Colinda Tijssen en Janneke van Zelst terug te blikken op hoe het is verlopen. Wat ging goed, wat waren uitdagingen en kunnen we er als Maasstad nog iets van leren?
Colinda Tijssen werkt als programmaleider nu bijna twee jaar aan het programma Gezamenlijke Zorg Dichtbij met een stuurgroep en een team projectleiders. Patiëntenportaal Mijn Maasstad Ziekenhuis en digitaal versturen van recepten zijn de meest zichtbare onderdelen van het programma, maar ook videoconsulting hoort erbij. Janneke van Zelst is één van de projectleiders en Colinda’s rechterhand als projectleider Marketing & Communicatie.
Het programma vormen kostte tijd en vroeg geduld Colinda vertelt dat werken in een programma niet zo vastomlijnd is als bij een project. “De doelen waar je naartoe werkt zijn bekend, de weg ernaartoe zeker niet.” In het eerste half jaar heeft het programmateam daarom de tijd genomen om gedachten te vormen – met input uit de startbijeenkomst met patiënten, mantelzorgers en zorgverleners en vervolgsessies met collega’s - en zo te bepalen wat binnen het programma wordt opgepakt en wat niet. “Dat vroeg geduld en ook vertrouwen dat deze ‘denktijd’ zou resulteren in een goede programma aanpak. Gelukkig is dat gelukt.”
De visie, werkwijze en projecten zijn vervolgens opgenomen in een programmabrochure. “In een tijdlijn hebben we alle projecten, mijlpalen en deeldoelstellingen opgenomen”, met een beknopte uitleg van elk project. Dit hebben we aangevuld met een motto ‘Samen naar zinvolle digitale zorg’. Het heeft ons gedwongen concreet te maken wat we zouden gaan doen. Het gaf ons veel focus en houvast in deze twee jaar”, legt Janneke uit.
Participatie bracht ons snel bij de essentie, maar we moesten wel een drempel over Eén van de uitgangspunten was dat we de verandering naar nieuwe technologie samen met gebruikers –patiënten en zorgverleners – wilden vormgeven. Bij elk project zouden we gebruikers betrekken. “Dat was niet altijd makkelijk en vanzelfsprekend voor iedere projectleider”, zegt Colinda. “We moesten allemaal uit onze comfortzone komen en ontdekken hoe we die participatie het beste konden vormgeven. Met drukke agenda’s van zorgverleners en een diversiteit aan patiënten was dat geregeld een uitdaging.”
“We ontdekten dat het ijs tussen verschillende gebruikersgroepen goed gebroken wordt als een bijeenkomst vooraf gaat met een etentje of een eenvoudig buffet. Eén keer hebben we een driegangenmenu geserveerd aan een groep van acht patiënten. Tussen de gangen door hebben we diverse onderwerpen met ze doorgenomen. Door het informele karakter was dit een topavond voor ons allemaal”, herinnert Colinda.
“Natuurlijk kunnen we achter ons bureau best goede dingen bedenken”, vult Janneke aan, “maar de échte inzichten ontstaan tijdens gesprekken met gebruikers. Sommige uitspraken van patiënten en artsen staan in mijn geheugen gegrift. Zo duidelijk en beeldend. Je weet gelijk waar het écht over gaat. Vervolgens wordt keuzes maken veel makkelijker.”
“Ook hebben we gebruikers zelf keuzes laten maken. Bij de uitbreiding van Mijn Maasstad Ziekenhuis met meer


Links: Janneke van Zelst, rechts: Colinda Tijssen
dossierinformatie bijvoorbeeld. Dat waren pittige dialogen tussen patiënten en artsen, waar beide concessies moesten doen om tot een goede keuze te komen. Voor mij was dat één van de mooiste bijeenkomsten”, zegt Janneke. “En het heeft geresulteerd in een heel compleet patiëntenportaal met waardevolle dossierinformatie voor patiënten waar ook de artsen goed mee overweg kunnen. Cruciaal was ook het advies van de gebruikers over hoe we het moesten implementeren. Het plan van aanpak was na deze bijeenkomst al zo goed als klaar.”
Doelstellingen hielden ons scherp Het programma heeft pittige doelstellingen vanuit het VIPP programma (=versnellingsprogramma InformatieUitwisseling Patiënt en Professional) om aan te voldoen. Hieraan zit subsidiegeld gekoppeld. “De doelstellingen hebben ons scherp gehouden in tijd en kwaliteit“, zegt Colinda. “Daarnaast hebben we zelf vier kwalitatieve doelstellingen geformuleerd: We werken aan een betere informatie-uitwisseling tussen patiënten en onze zorgverleners, een verhoging van de medicatieveiligheid, efficiëntere zorgprocessen voor zorgverleners en meer regie bij patiënten.”
Veel uitdagingen - niet alles lukt “Niet alles is gelukt”, erkent Colinda. “Als we terugblikken op de rode draad uit de startbijeenkomst met patiënten en zorgverleners hebben we nog steeds uitdagingen die ook landelijk volop in de schijnwerpers staan. Zoals de informatie-uitwisseling tussen zorgverleners en informatie op maat aanbieden aan patiënten. Gelukkig hebben we hier wel stappen in gezet!” “Een uitdaging waar we steeds tegenaan liepen, was het breed betrekken van zorgverleners bij bijeenkomsten. Samen naar zinvol gebruik van digitale zorg
Resultaten • Een heel compleet ‘Mijn Maasstad Ziekenhuis’ o Veel dossierinformatie o Met functionaliteiten als e-consult en herhaalrecepten o Nog veel mogelijkheden voor benutten van vragenlijsten en online afspraken • Toenemende bezoekersaantallen (één op de vijf patiënten logt in) • Een afgeschermde plek op de Pijnkliniek met computers voor het invullen van vragenlijsten • Een oefenversie voor patiënten om te leren werken met Mijn Maasstad ziekenhuis Colinda Tijssen (links) en Janneke van Zelst • Meer digitale medicatie-uitwisseling tussen ziekenhuis en apotheek o Ruim 50% raadplegingen van actuele medicatie via het Landelijk Schakelpunt (LSP) o Ruim 39% van de recepten wordt digitaal verstuurd (start oktober) • Een succesvolle pilot videoconsulten
In afronding: • Een digitaal ondersteuningspunt in de centrale hal voor patiënten, bezoekers en medewerkers • Ontwikkeling van een digitale serious game voor diabetes in het kader van preventie
Het lukte ons om voldoende patiënten te laten deelnemen aan de gezamenlijke bijeenkomsten, zorgverleners bereikten we minder goed. Gelukkig hadden we steeds voldoende deelnemers om mooie dialogen te laten ontstaan tussen patiënten en zorgverleners, alleen niet met vertegenwoordiging vanuit alle vakgroepen.”
“En onze wensenlijst was vaak groter dan we konden realiseren. Zo wilden we ‘machtigen’ voor het patiëntenportaal (ouders en mantelzorgers toegang geven tot het portaal van een ander) oppakken na afronding van een pilot in een ander ziekenhuis met de betrokken externe partijen. Alleen werd daar op het laatst moment door de leverancier de stekker uit getrokken. Dan kun je opeens niet meer verder met de gekozen oplossing.”
Afronding “Of we nog een laatste tip hebben voor collega’s? Neem de tijd om een programma of project op te zetten, maar ga ook absoluut aan de slag en experimenteer. Dat vraagt soms lef en uit je comfortzone komen – en tegengas kun je ook verwachten – maar met de juiste mensen om je heen kun je ver komen.”