
6 minute read
De robot in opmars
from High Life NL 15-09
by SoftSecrets
De robot is in opmars
Door: Feije Wieringa
Eerst maar even de definitie van een robot: een robot is een programmeerbare machine die verschillende taken kan uitvoeren. Waaruit we de conclusie kunnen trekken dat het verschil tussen een 'gewone' machine en een robot anno 2015 uiterst vaag is. Eén ding is zeker: de robot is in opmars.
Maar nogmaals, hoe bakenen we af wat een robot eigenlijk is? In de eerste plaats is het altijd een machine. Maar niet elke machine is een robot.
In de Science Fiction zoals die in het pré PC tijdperk werd geschreven, is het vaak, letterlijk, een man van staal. Beroemd was de strip over de protorobot ‘Archie, de man van staal’. Dit verscheen begin jaren zestig van de vorige eeuw. Een erg naïef verhaal als je 't bekijkt met de ogen van nu, maar toch waren er enkele opmerkelijke facetten aan Archie die ook nu nog zijn terug te vinden. Archie werd middels een zender op afstand bestuurd door zijn bazen Ted en Ken. En Archie had een kwetsbare plek. Op zijn rug bevond zich een schakelknop en wanneer die knop door een vijand werd geraakt, sloeg Archie op tilt en ver-
anderde in een destructief monster met een eigen wil. Een soort van reset button, maar dan net niet goed geprogrammeerd. In feite is Archie een soort variant op het monster van Frankenstein.
Asimov
De eerste schrijver die serieus over robots en hun dilemma's schreef was Isaac Asimov. Hij voorzag een toekomst van intelligente robots. En om gedoe zoals rond Archie te voorkomen, stelde hij de drie wetten van de robotica op die nog steeds actueel zijn. De eerste wet: “Een robot mag een mens geen letsel toebrengen, of door niet te handelen toestaan dat een mens schade oploopt.” De tweede wet: ”Een robot moet de bevelen uitvoeren die hem door mensen gegeven worden, behalve als die opdrachten in strijd zijn met de Eerste Wet.” De derde wet: “Een robot moet zijn eigen bestaan beschermen, voor zover die bescherming niet in strijd is met de Eerste of Tweede Wet.
Militaire doeleinden
Inmiddels is de robotica zo ver gevorderd dat we in het stadium zijn beland dat de drie wetten de Science Fiction zijn ontstegen en de daden van robots wel eens echte juridische consequenties kunnen hebben. Want robots zijn al inzetbaar op het slagveld. Opmerkelijk dat nieuwe technologie altijd als eerste wordt ingezet voor militaire doeleinden. We citeren uit een artikel in de Volkskrant dat op 29

juli 2015 verscheen. Titel: “Binnenkort bij u in de buurt: de killer bot.” Enkele bots die beschreven en gefotografeerd zijn: Big Dogs, dartelende veulens van metaal die zelfstandig opereren en bewapend kunnen worden. De Guardium, een onbemande tank van het Israëlische leger en als klap op de vuurpijl een autonoom ope-
rerende straaljager, de Amerikaanse X/47B. Deze robots worden door defensie beschouwd als een aanwinst, want ze zijn onbemand en zelf in staat te 'beslissen'. De vraag die je hierbij kunt stellen is filosofisch van aard: Mogen we de moraal over laten aan machines?

Gevoelens?
Er is een groep van robotica experts die beweert dat robots goede beslissingen nemen, omdat ze niet beschikken over emoties als woede of angst. Daar staat tegenover dat ze evenmin beschikken over gevoelens van liefde en compassie. Militaire bronnen beweren dat het via de software mogelijk is om een soort van 'geweten' in te
programmeren. Maar eerlijk gezegd twijfel ik of ze gelijk hebben. En ik bevind mij in goed gezelschap, want ook de wetenschapper Stephen Hawking twijfelt daaraan. Hawking stelt onomwonden dat volledig autonome wapensystemen (lees robots) indruisen tegen de menselijke waardigheid. Het gaat niet alleen maar om het feit dat zulke systemen nooit vrij zullen zijn van bugs of andere fouten in de aansturende software (het ontwikkelen van software is nog steeds mensenwerk), maar het cruciale is de vraag: willen we ons lot in handen leggen van machines zonder geweten? Denk bijvoorbeeld aan de Terminator-films.
Vechtmachines
Zeker is dat de wetten van Asimov op militair gebied geen enkele geldingskracht hebben. Gevechtsrobots worden juist ontworpen om zoveel mogelijk dood en verderf te zaaien en zijn dus een vijand van een deel van de mensheid. Het militaire apparaat is er immers op gericht om van soldaten vechtmachines te maken. Gelukkig lukt dat in de meeste gevallen niet. Dankzij compassie en geweten. Maar bij een robot hoef je daar niet mee aan te komen. Dus zou het inzetten van robots in combat wel eens een stap in de wapenwedloop kunnen zijn die vergelijkbaar is met de ontwikkeling van het atoomwapen.
Verpleegtehuizen
Robots zijn al lang geen mannen van staal meer. Natuurlijk worden er nog steeds robots ontwikkeld die eruit zien als mensen. Ze worden tegenwoordig ingezet in verpleegtehuizen om met patiënten te 'praten' en ze het gevoel te geven dat ze een 'maatje' hebben. Iedereen die ooit een documentaire over dit soort praktijken heeft gezien, zal volmondig beamen dat er in werkelijkheid met dat zo aandoenlijk lijkende robotje geen enkele echte communicatie mogelijk is. De robot is geen persoon en zal dat vermoedelijk ook nooit worden. Eigenlijk geldt hier hetzelfde als voor de militaire robots: echte
gevoelens en inlevingsvermogen zijn (nog) niet in te programmeren. Onlangs zag ik een filmpje over een hotel in Hongkong dat 'volledig' door robots werd gerund. Een technisch hoogstandje, dat wel. Maar vermoedelijk gaan de gasten na het inchecken snel op zoek naar een echte kroeg om een praatje te maken.
T-Ford versus BMW
Toch zijn robots niet meer weg te denken uit onze moderne maatschappij en vaak zijn ze heel erg nuttig. Kijk bijvoorbeeld eens naar een filmpje over de productie van de eerste auto, het model T van Henry Ford. Daar zie je de mens als robot. Er werd van fabrieksarbeiders verwacht dat ze hele dagen achtereen steeds maar dezelfde monotone handeling verrichtten. In de visie van Ford was een mens alleen maar een onderdeel van zijn productielijn: de lopende band. Klik daarna eens op een filmpje van een moderne autofabriek zoals die van BMW. Grote hallen waarin vrijwel geen mens is te bekennen. Het geestdodende werk wordt gedaan door robots. En ze doen dat heel wat beter dan hun menselijke voorgangers. Robots hebben geen last van stress en lijden niet onder de eentonigheid van hun werk. Ze zijn alleen maar geprogrammeerd om een bepaalde taak uit voeren. Het zijn geen autonome robots, maar gewoon uitstekend geprogrammeerde machines die voortdurend onder menselijk toezicht staan. Goed, ze reduceren werkgelegenheid. Maar over dat feit, de invoering van machines, werd al gediscussieerd sinds de rellen in Engeland toen tweehonderd jaar geleden de Luddieten in opstand kwamen tegen de eerste geautomatiseerde weefgetouwen.
Paradox
Hier is sprake van een paradox. Aan de ene kant wil een mens werk dat zo min mogelijk (fysieke) inspanning vraagt, en aan de andere kant wil hij zinvol bezig zijn. Automatisering en robotica hebben gezorgd dat er minder geestdodend werk is overgebleven. Tevens heeft de automatisering geleid tot een bedrijfstak die nieuwe kansen biedt. De vooruitgang hou je niet tegen en nieuwe ontwikkelingen zijn niet te stoppen. Het wiel is rond en zal nooit meer vierkant worden. En zou Asimov nu zijn boeken hebben geschreven, dan zou hij die wetten vermoedelijk scherper hebben geformuleerd.