7 minute read

Boy Ramsahai: Mr. Highlife

Next Article
Film: Grabbelton

Film: Grabbelton

Boy Ramsahai: eigenaar Discover Publisher 1991- 2009 Mr. Highlife

Tekst: Jan Sennema

Toen in 2009 bekend werd dat Boy Ramsahai afscheid had genomen van uitgeverij Discover, sloeg dat nieuws in als een bom. Discover zonder Boy, dat was net zo ondenkbaar als Rolls zonder Royce. Na negentien jaar strijd, keihard werken en talloze hoogtepunten was het voor de Schijndelse boy wonder tijd om nieuwe wegen in te slaan. “Eigenlijk zijn alle dromen uitgekomen die ik had toen ik met Highlife begon”, zegt hij er zelf over. “De tijd was gewoon rijp voor nieuwe uitdagingen.” Een terugblik op een bewogen leven als uitgever met de enige echte Mr. Highlife.

Boy weet het nog precies. Het begon allemaal op het tankstation waar hij als schooljongen een vakantiebaantje had. “Ik was diep onder de indruk van al die vertegenwoordigers die ik daar zag. Fantastisch vond ik dat, al die goed geklede mannen met hun mooie auto’s. Ik wist gelijk: dat wil ik later ook!”

Boek van de Maand

Toen Boy na zijn dienstplicht de kazernedeur achter zich dichttrok stond de Nederlandse economie er bepaald niet orissant voor. Boy was dan ook allang blij

toen hij als verkoper werd aangenomen bij de ECI boekenclub. Het bedrijf zette huis-aan-huis verkopers in om het Boek van de Maand in de Nederlandse huiskamers bekend te maken. Boy ontdekte met hoeveel gemak hij mensen – vaak verveelde huisvrouwen – kon overhalen lid te worden van de boekenclub. Al snel had hij als rayonmanager de leiding over 25 man, maar daarmee was ook de grens van zijn groeimogelijkheden bij de boekenclub in zicht. Toen ECI’s goudhaantje bij de Purmerendse uitgeverij Publipress zijn droombaan als vertegenwoordiger kon krijgen, aarzelde Boy dan ook geen moment, ook al moest hij elke morgen om zes uur van huis. Na zijn triomfen bij ECI bulkte hij van het zelfvertrouwen. Hij zou ze bij Publipress wel eens een poepie laten ruiken. “Ik dacht dat ik een superverkoper was, maar kwam er snel achter dat ik er helemaal niets van kon.”

Opvoeden

Bij coffeeshops die Boy wel eens bezocht om advertenties in VVV Magazine te verkopen, werd hij op een lumineus idee gebracht. “Eigenaren van coffeeshops vroegen me waarom ik niet een coffeeshopblad begon. Er bestond voor die branche helemaal niets, terwijl er volgens hen wel grote behoefte aan was.” Nadat hij zich ervan verzekerd had dat zo’n blad volkomen legaal was, stond

niets de grote sprong voorwaarts in de weg. Met niet veel meer dan een grootse visie en wat vage toezeggingen van coffeeshophouders gaf de 24-jarige Boy van de ene op de andere dag zijn baan op. Via een advertentie in de Telegraaf werd in Joop Mestrom een formidabele eerste hoofdredacteur voor Highlife gevonden. “Joop kreeg carte blanche om het blad te maken en heeft Highlife die eerste jaren groot gemaakt. Heel spijtig dat het tussen ons spaak liep, maar toen de redactie zich ging opstellen als eigenaar van het blad, konden we niet meer samen verder.”

Nu kwam Boy vrijwel dagelijks bij coffeeshops over de vloer. Het was wederzijds wennen. “De eerste paar keer dat ik in coffeeshops kwam kreeg ik steeds te horen dat de baas er niet was. Ik snapte er niks van, tot iemand me vertelde dat het door mijn kleding kwam. Als vertegenwoordiger droeg ik altijd een net pak met stropdas, maar in het wereldje dachten ze dan automatisch dat je van de belasting was. Gelukkig zijn er ook heel mooie spijkerbroeken.” Op hun beurt staken de coffeeshopmensen ook het nodige op van Boy. “Ik moest ze wel een beetje opvoeden. Een advertentie in Highlife was ook toen al prijzig, en coffeeshopeigenaars snapten dat vaak niet. Dan legde ik uit dat er kantoorruimte moest worden betaald, dat we mensen in dienst hadden voor de administratie en de redactie, en dat een drukker ook niet voor niets werkt. Dan begon het meestal wel te dagen.”

“Er werden kamervragen over Highlife gesteld, en ik moest regelmatig voor de rechtbank verschijnen.”

Bakfiets

De eerste drie jaar zorgde Boy in zijn eentje voor de advertentiewerving, en nam hij zelfs regelmatig een stukje distributie voor zijn rekening. Dat liep niet altijd zoals hij zich het leven als ondernemer had voorgesteld; zo werd Boy in die tijd in Amsterdam wel eens puffend op een bak ets gesignaleerd, als hij hoogstpersoonlijk de Highlife aan het bezorgen was. Het was ploeteren, ook al door de vele onvoorziene uitgaven. “Er was vrijwel meteen tegenwerking vanuit de politiek. In die tijd zette Frankrijk Nederland onder druk om ons cannabisbeleid. Vooral toen we begonnen met beurzen liep het hoog op. Er werden kamervragen over Highlife gesteld, en ik moest regelmatig voor de rechtbank verschijnen. Ik had toen het geluk advocaat André Beckers te ontmoeten, die sindsdien op juridisch gebied mijn steun en toeverlaat is.”

Zonder Beckers’ uitgekookte pleidooien zou Highlife al begin jaren negentig tegen een verschijningsverbod zijn opgelopen. Als juridisch adviseur en veelgelezen columnist is Beckers tot op heden bij Discover betrokken.

Stekken

Het commerciële elan waarmee Highlife aan de weg timmerde bleef niet onopgemerkt. In een bedrijfstak die voordien alleen terecht kon bij het advertentiekrantje ViaVia, werd Highlife het vehikel waarmee de professionalisering razendsnel accelereerde. Steeds meer bedrijven wilden in het blad adverteren. Er werd, zeker naar hedendaagse begrippen, ongehoord grootschalig geadverteerd. “De Homegrowshop

uit Rotterdam stond in die tijd bijvoorbeeld in één uitgave met vier, vijf pagina’s advertenties. Wij vonden dat toen heel normaal, maar pas als het minder wordt besef je dat het dat eigenlijk absoluut niet was.”

Wie nu een Highlife uit midden jaren negentig doorbladert, zal zijn ogen nauwelijks geloven: pagina na pagina vol met advertenties voor stekken. In 1994 verschenen een Duitse en een half Engelse half Nederlandse Highlife. Het internationale avontuur zou een keiharde reality check worden. “We maakten de inschattingsfout de Nederlandse Highlife integraal in het Duits te vertalen. We wisten toen nog niet dat je om in andere landen te slagen een lokale redactie moet hebben. Achteraf denk je altijd: logisch dat het niet werkte. Maar op het moment zelf ben je gewend dat alles wat je aanraakt in goud verandert. Dan hou je er geen rekening mee dat iets ook kan mislukken.”

“De Highlife Beurs in 2007 in de RAI was de allermooiste beurs die er ooit is geweest, dat is nooit meer geëvenaard, ook in het buitenland niet.”

open gingen voor nieuwe zakelijke initiatieven. Maar ik ben vooral trots op alle informatie die we in Europa hebben verspreid, en de rol die we hebben gespeeld bij het op de politieke kaart zetten van cannabis.”

‘Van alles naar niks’

Het is dan ook wrang dat het buitenland langzamerhand ontwaakt uit z’n winterslaap, terwijl Nederland de klok twintig jaar dreigt terug te draaien; ‘van alles naar niks’, zoals Boy twintig jaar vechten tegen de bierkaai kernachtig samenvat. Zijn vertrek bij Discover betekent overigens niet dat hij verloren gaat voor de cannabisbranche; als eigenaar van Europa’s snelst groeiende zadenbedrijf Royal Queen Seeds zal hij deel blijven uitmaken van de internationale cannabisfamilie. De grote vraag is of Boy Ramsahai het kunstje zoals hij dat met Discover leverde nog een keer gaat ikken. Wie hem een beetje kent, weet het antwoord op die vraag al. Wedden dat ook Royal Queen Seeds over een paar jaar wereldwijd een van de absolute marktleiders is?

Respect

Een beslissende stap was de aankoop van de titel Soft Secrets, waarmee Boy zijn eigen concurrent werd. “Pas later werd duidelijk wat een goeie zet dat was geweest, want dankzij Soft Secrets kon Discover uitgroeien tot internationaal marktleider.” Daarmee werd het leergeld voor de eerdere uitglijder met rente terugbetaald.

Na een bescheiden start was de Highlife Beurs in 2007 uitgegroeid tot een jaarlijks terugkerend evenement van internationale allure. Wat niemand toen nog wist, was dat die beurs in het prestigieuze RAIcomplex de allerlaatste zou zijn. Vooral aan deze editie denkt Boy met veel voldoening terug, al liet juist deze beurs ook een bittere nasmaak achter. “Het was de allermooiste beurs die er ooit is geweest, dat is nooit meer geëvenaard, ook in het buitenland niet. Maar toen al dacht ik: dit is de allerlaatste keer. Ik was echt ziek van alle tegenwerking van de politie en politiek die we toen kregen.”

Het ventje dat op het tankstation bewonderend opkeek naar goed geklede vertegenwoordigers in mooie auto’s, was zijn voorbeelden inmiddels royaal voorbijgestreefd.

Wie weet is Boy nu zelf een inspiratiebron voor een nieuwe generatie jochies, zeker is dat hij voor velen meer is dan alleen een succesvol ondernemer. “Ik stond er van te kijken hoeveel mensen er respect voor hadden dat ik als eerste mijn nek heb uitgestoken, waardoor in heel Europa deuren

This article is from: