
6 minute read
CANNABIS EN KLIMAAT
Legale wiet uit zonnige landen voor Noord-Europa?
Is grootschalige indoorteelt cannabis een bedreiging voor de klimaatdoelen?

Vormt legalisering van cannabis een bedreiging voor het behalen van de klimaatdoelen? De (indoor)cannabisindustrie in Westerse landen verbruikt buitenproportioneel veel energie. Waarom importeren we geen legale wiet uit zonnige landen waar cannabis buiten kan worden geteeld? Bijkomend voordeel is dat kleine boeren uit die landen dan ook mee kunnen profiteren van de legalisering.
Martin Jelsma en Sylvia Kay van het Transnational Institute (TNI) schreven er een beleidsnotitie en een uitgebreid rapport over (‘Climate and Cannabis’). Namens Highlife nam ik contact met hen op. Jelsma zet zich al decennia in voor kleine boeren in arme landen zoals Afghanistan, Colombia en Marokko die voor hun inkomsten afhankelijk zijn van het verbouwen van cannabis, opiumpapaver of coca. De opbrengsten worden verwerkt tot hasj, wiet, heroïne en cocaïne die in Westerse landen voor veel geld worden verkocht. De boeren zelf zien daar maar een schijntje van terug, terwijl de risico’s die zij lopen enorm zijn. Er staan hoge straffen op de drugsteelt. Ook worden de oogsten van de boeren regelmatig vernietigd. Maar zij hebben weinig keus en door de verplaatsing van de cannabisproductie naar indoorfaciliteiten in Westerse landen vervallen de kleine boeren in armoede.
Cannabis en klimaat
Naast het wegvallen van de inkomstenbron van arme boeren wijst TNI nu op grote energiekosten die gepaard gaan met de indoorteelt in Noord-Europa. Het is in deze tijden met torenhoge energieprijzen gebruikelijk om je af te vragen wat de energiekosten zijn voor de productie van een gewas en het is merkwaardig dat daar bij de ontwikkeling van de nog op te bouwen legale cannabisindustrie nauwelijks aandacht voor is. Jelsma is zelf nauw betrokken bij de gesprekken die in Duitsland worden gevoerd over legalisering van cannabis, zowel bij openbare hoorzittingen als gesloten bijeenkomsten. Het viel hem op dat er zeer veel aspecten onder de loep werden genomen (van de hoogte van het THC-gehalte tot het toestaan van thuisteelt), maar dat er niet werd nagedacht over de ecologische voetafdruk van de (indoor)cannabisindustrie. Ook niet door ‘Die Grünen’, een politieke partij met een focus op klimaat en milieu. De beleidsnotitie ‘Cannabis and Climate’ vraagt aandacht voor deze kwestie. Medeauteur Kay (die zich bezighoudt met landbouw en milieuvraagstukken) was al langer bezig met een uitgebreid rapport ‘Prohibited Plants - Environmental Justice in Drug Policy’ dat ook onlangs is verschenen. Maar door de ontwikkelingen rondom de legalisering van cannabis in Duitsland leek het haar en Jelsma van belang om het thema cannabis eruit te lichten. In de notitie zijn de energiekosten van de indoorproductie van cannabis afgezet tegen de outdoorproductie. Het levert opzienbarende cijfers op. (zie kader).
Geconstrueerde mythe
Het idee dat de kwaliteit van cannabisproducten alleen kan worden gegarandeerd als deze binnen wordt geteeld noemt Jelsma een geconstrueerde mythe. Lobbyisten in dienst van grote investeringsbedrijven hebben dit idee met succes bij politici en beleidsmakers naar voren gebracht. Zij stellen dat gestandaardiseerde klimaatbeheersing van belang is voor de bescherming van consumenten. Maar dat is volgens Jelsma onzin. Hij wijst erop dat de productie van andere plantaardige producten zoals koffie, thee, tabak en zelfs de grondstoffen voor sommige medicijnen (bijvoorbeeld voor het maken van opiaten) ook buiten plaatsvindt in landen met een geschikter klimaat, de landen waar deze gewassen van oudsher groeien. Bij de teelt van die producten worden ook internationale standaardrichtlijnen voor kwaliteitsgarantie gevolgd. Waarom zou dat bij cannabis niet kunnen?
Kassenteelt, ledlampen en zonnepanelen
Het telen in kassen wordt in de beleidsnotitie genoemd als ‘second best’ optie. Het is volgens Jelsma lastig op voorhand het energieverbruik van een kas te berekenen. Dat hangt onder andere af van het

Teelt onder LED lampen is zuiniger dan onder HPS lampen
soort kas, of het een open of gesloten systeem is, of de kas bijverwarmd wordt en hoe en of er extra CO2 wordt ingepompt. Kassen functioneren met het gebruik van licht van de zon voor de fotosynthese van de plant. Dat is uit milieu-oogpunt beter dan een indoorfaciliteit, waarbij de zon geheel is vervangen door elektrische groeilampen. Maar het is nog steeds niet echt ideaal. Het gebruik van ledverlichting helpt natuurlijk, maar het blijft een grote energiepost. Voor het gebruik van zonnepanelen heb je heel veel ruimte nodig. Hij rekent voor dat je twintig keer zoveel panelen nodig hebt als het dak van een indoorfaciliteit. De meeste telers hebben volgens Jelsma niet voldoende land of ruimte ter beschikking om met zelf groen geproduceerde elektriciteit te telen. Juridische uitweg
Internationale handel zou volgens de ‘Kernpuntennota’ van de Duitse regering over de geplande legalisering niet zijn toegestaan volgens de internationale Drugsverdragen. Maar volgens diezelfde verdragen is het ook niet toegestaan om cannabis in eigen land voor recreatief gebruik te produceren. ‘Kennelijk denken de overheidsfunctionarissen en hun adviseurs toch een uitweg gevonden te hebben om legale cannabisteelt in eigen land toe te staan. Dat betekent dat er ook een juridische uitweg moet zijn om import van cannabis uit niet-Europese landen naar Duitsland toe te staan’, redeneert Jelsma. Hij realiseert zich dat dit niet makkelijk is en dat er nog heel wat juridische hobbels genomen moeten worden. Dat komt ook omdat er pas een paar Europese landen stappen in de richting van legalisering maken. Toch meent hij dat er goede argumenten zijn, zowel uit logistieke overwegingen, in het kader van armoedebestrijding én vanwege het klimaat om serieus te gaan kijken naar import vanuit landen waar cannabis van oudsher illegaal wordt gekweekt.
Het rapport ‘Climate and Cannabis’ kun je gratis downloaden op
www.tni.org

Logistieke problemen
Een andere reden om naar productie op zonnige locaties te kijken is dat het tot nu toe niet gelukt is om grote hoeveelheden cannabis in Duitsland te produceren. Het gebruik van de medicinale cannabis is vijf jaar geleden gelegaliseerd in Duitsland. Maar op dit moment wordt twee-derde van medicinale cannabisproducten die in Duitsland worden verkocht, geïmporteerd uit andere landen (Canada, Denemarken, Nederland, Portugal en Australië). Kennelijk is het niet eenvoudig om de benodigde hoeveelheid cannabis in Duitsland te telen. Bij medicinale wiet gaat het om 30 ton per jaar. Als cannabis voor recreatief gebruik ook legaal wordt dan is er naar schatting 400 ton per jaar nodig. Jelsma vraagt zich af hoe je die productiecapaciteit in twee jaar wilt opzetten.

Handelsovereenkomsten
De beleidsnotitie van TNI werd goed opgepakt door de Duitse media met als uitkomst dat er mogelijk nog een speciale expertbijeenkomst wordt georganiseerd rondom dit thema. Het idee is dat daarbij ook juristen aanschuiven met kennis over Europese Wetgeving en Internationale Verdragen. Daarnaast worden regeringsfunctionarissen uit Jamaica, Marokko, Colombia en Albanië uitgenodigd. Het merendeel van de hasj die op dit moment in Duitsland wordt geconsumeerd is afkomstig van cannabisboeren uit Marokko en de meeste geïmporteerde wiet op de Duitse markt komt uit Albanië. Een handelsovereenkomst met die landen zou voor alle partijen voordelen opleveren. Zo zouden zij op een legale manier cannabis kunnen produceren en exporteren naar Duitsland.
Ecologische voetafdruk indoor cannabisteelt
Het elektriciteitsverbruik van de lampen en andere systemen die nodig zijn om 1 kilo cannabis indoor te produceren is zo’n 5000 kWh. De ecologische voetafdruk voor de productie van 1 kilo cannabis varieert van 2300 tot 5200 kilo CO2; dat staat gelijk aan het verbranden van 900 tot 2000 liter benzine in een motor. Ter vergelijking: voor de productie van 1 kilo koffiebonen en 1 kilo cacaobonen is de ecologische voertafdruk respectievelijk 7 kilo en 20 kilo CO2. In Colorado is de koolstofuitstoot van de indoor cannabisindustrie inmiddels groter dan die van de kolenmijnenindustrie.