voor hun protesten. De klagerig geformuleerde conclusie van deze vrouwen: mannen zijn alleen geïnteresseerd in het ten koste van alles en iedereen bereiken van hun eigen doel. Ik las dit soort boeken in die jaren, omdat ik het grote belang van de feministische golf voor mij en mijn seksegenoten inzag, maar werd steeds weer geraakt door het stuitende gebrek aan humor van feministische auteurs. Mind you: zalmen die in de paartijd voortdurend tegen de stroom in zwemmen, ontwikkelen volgens Wikipedia krachtig en smakelijk spiervlees en vormen daardoor een ware delicatesse. Persoonlijk had ik daarom die man eerder aangemoedigd dan afgekat, maar dit even geheel terzijde.
N
a enige tijd verlaat ik het Guggenheim Museum en dwarrel vanaf 5th Avenue een willekeurige zijstraat in. Ineens sta ik zomaar voor de deur van The New York Society Library. Opgericht in 1754, en daarmee de oudste bibliotheek van New York, vertelt het bord naast de dubbele notenhouten deur me. Buiten is het 39 graden, maar ik heb ineens kippenvel. Ik aarzel niet, ik stap naar binnen.
O
nder antieke kroonluchters loop ik over marmeren vloeren naar een met houtsnijwerk versierde receptie. Terwijl ik me verontschuldig voor mijn onaangekondigde komst, word ik door de meer dan charmante mevrouw Carolyn Waters uitgenodigd om mijn vraag te stellen. En wat er dan gebeurt, overtreft mijn stoutste verwachtingen. Ze neemt anderhalf uur de tijd om samen met mij gericht de uit 300.000 items bestaande collectie te doorzoeken. Het is een zoektocht die zowel digitaal als analoog plaatsvindt, en dat laatste stelt mij in de gelegenheid meer dan vuistdikke catalogi uit de vorige eeuw te betasten. We vinden de passage niet, maar beloven elkaar te mailen als een van ons elders op informatie stuit die me verder kan brengen. Dan krijg ik een rondleiding door het
gebouw en ik raak bijna voorgoed buiten adem als ik ineens oog in oog sta met The Iliad of Homer, Prince of Poets, een onder speciale condities bewaarde eeuwenoude uitgave.
I
k bedank uitvoerig, we wisselen kaartjes uit en ik word hoffelijk uitgelaten. Buiten slaat de hitte honderd handen om mij heen. Even duizelt het me, en op de hoek van de straat roep ik een taxi aan. Terug in mijn appartement blijk ik antwoord te hebben van het Guggenheim ... “We are intrigued by your question, as much as you are …’ En of ik iets meer feiten kan presenteren. Terwijl ik een aanvullende mail tik, besef ik dat niet zozeer het antwoord, als wel de zoektocht ernaar mijn leven verandert. Want die zoektocht brengt me op ongeëvenaarde plekken en ik kom in contact met mensen die mijn voor velen onbegrijpelijke vraag de normaalste zaak van de wereld vinden. Ik heb nu twee mensen aan de andere kant van de oceaan geïnfecteerd met mijn bronstige zalmvirus. Much to their own pleasure. Om met Homerus te spreken: ‘Soort zoekt soort.’ LS Weet jij uit welk boek de beschreven passage komt? Laat het me dan niet weten, vooral niet via @ScherphuisM. Vast bedankt!
de