Opwekking Magazine 712

Page 1


UITGELEZEN

• Mozes, Messias, Mohammed en het einde der tijden

Wie wil begrijpen wat er gaande is in het MiddenOosten, tussen Israël en de Palestijnen, Israël en Iran, christenen, joden en moslims, vind in dit boek de historische en religieuze achtergronden.

• Maarten en Sofie, deel 7 van de serie

De Gouden Speld

Opnieuw een spannend avontuur van twee jongeren die in de 19e eeuw de geloofstrijd meemaken die gaande is in met name NoordNederland. Met hoofdrollen voor onder meer Isaäc da Costa en de opa van Corrie ten Boom...

• Antwoorden op de 77 belangrijkste geloofsvragen van kinderen

Een boek voor de jonge kinderen zelf en voor hun ouders/geloofsopvoeders. Welke vragen hebben kinderen over God, de Bijbel, hemel en hel, zonde, Jezus etc en hoe kun je die begrijpelijk en vanuit Gods Woord naar hun toe beantwoorden?

• Jezus: feit of fictie?

Een klassieker die we met Gideon graag opnieuw beschikbaar maken omdat hij op basis van de huidige tijd en kennis belangrijke updates heeft ondergaan. Wie was Jezus? Wie is Jezus? Wat weten we wetenschappelijk over Zijn leven? En wat heeft dat ons in de 21e eeuw te zeggen?

• In de schaduw van de zon

Een historische roman gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Op 15 augustus 2025 was het 80 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog tot een einde kwam in Indonesië/Nederlands

Indië. Marney Blom vertelt op boeiende, goed gedocumenteerde wijze het verhaal van haar grootouders, die als zendingsechtpaar en gezin de oorlog en de bevrijding meemaakten.

NIEUW
NIEUW
NIEUW
NIEUW
NIEUW

Inhoudsopgave

04 De gezindheid van Christus Lourens du Plessis

Bij Jezus zien we dat zijn gezindheid altijd gekenmerkt werd door nederigheid, liefde en bereidheid om te dienen. Dat is de gezindheid waar Paulus ons toe oproept.

10 Halloween, een uitgelezen kans

Manuel van Dam

Het uit Amerika overgewaaide Halloween krijgt steeds meer voet aan de grond in ons land. Hoe gaan we daarmee om als christenen?

14 ‘Jezus kwam voor allen’

Interview

ICP Nederland bestaat twintig jaar. Het jubileum van de interculturele kerkplantingsorganisatie wordt op 10 oktober gevierd.

22 ‘In het lezen van de Bijbel ontmoet ik God’ Jan Pool

In een update over zijn ziekteproces deelt Jan Pool: “Ondanks alles voel ik een diepe vrede en rust in mijn hart en ook een rotsvast vertrouwen in de goedheid van God.”

24 Het koninkrijk van God in de praktijk

Arie-Jan Mulder

We verlangen naar leven en naar heelheid maar de wereld is vol pijn en lijden. Maar hoe zit het dan eigenlijk met het koninkrijk van God?

28 Actieweek voor christelijke kinderboeken

Interview

Van 1 t/m 11 oktober vindt de ‘Actieweek christelijke kinderboeken’ plaats. Christelijke kinderboeken worden dan extra in het zonnetje gezet.

30 Israëlzondag als venster op Gods trouw

Op 5 oktober is het Israëlzondag. In veel kerken wordt dan stilgestaan bij het Joodse volk. Als gelovigen willen we daarin ook verder kijken dan het hier en nu.

32 The Send: all-in voor Jezus

Ruben Flach

In 2026 vindt The Send plaats: een groot evenement voor jongeren, gericht op wereldwijde zending en evangelisatie.

Verder natuurlijk

03 Colofon

09 Frisse Kijk - Marja Verschoor-Meijers

13 Bijbelstudie Kees Goedhart

17 Persoonlijk – Lourens du Plessis

18 Opwekking Actueel

35 Uitgevogeld - Henk Stoorvogel

COLOFON

Nr. 712 oktober 2025, 65e jaargang | Opwekking Magazine is een uitgave van Stichting Opwekking en verschijnt 11 keer per jaar | Adres Ruitenbeek 16, 3881 LW Putten, 088 35 26 700, info@opwekking.nl, www.opwekking.nl | Redactie (redactie@opwekking.nl) Eindredactie: Carina Bergman; Hoofdredactie: Lourens du Plessis, Redactie: Maartje Dekens , Henk Dik, Kees Goedhart, Manuel van Dam | Vormgeving: Verbaan Ontwerp en Margreet Sietsma | Fotografie : Adobe Stock, tenzij anders vermeld | Drukwerk: Veldhuis Media Advertenties Eddy Morren, T: 06 23 05 66 72 E: eddy@morrenmedia.nl, Opwekking is niet verantwoordelijk voor de inhoud van de advertenties. Leesbeperking: Opwekking Magazine is ook verkrijgbaar in gesproken vorm, info: CBB, T: 034 15 65 499 W: www.cbb.nl | Abonnementen en Financiën Opwekking Magazine is, gedrukt en online, gratis beschikbaar voor Vrienden van Opwekking. We bieden het blad gratis aan, maar natuurlijk zijn er kosten verbonden aan het produceren van het blad. De kosten worden gedekt door (periodieke) giften van Vrienden van Opwekking. Voor het uitvoeren van onze opdracht zijn we afhankelijk van God en van de trouwe achterban van Stichting Opwekking, door wat we ontvangen in gebed, medewerking en giften. In dankbaarheid zien we hoe God keer op keer vermenigvuldigt wat we ontvangen. Wil je ons werk steunen met een gift? Alvast hartelijk dank! Voor meer informatie kijk op www.opwekking.nl/word-vriend | Giften kunnen worden overgemaakt op IBAN: NL52 ABNA 0477 7744 82

De gezindheid van Christus:

LICHT IN DONKERE

LOURENS DU PLESSIS

Laat die gezindheid in jullie zijn, die ook in Jezus Christus was, die, terwijl Hij in de gestalte van GOD was, dit niet als roof beschouwde, dat Hij de gelijke van God was, maar Zichzelf ontledigd heeft en de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen (Filippenzen 2:5-7 EBV).

Niet zo lang geleden vertelde mijn moeder me iets bijzonders. Ze had gebeld met haar nicht, zomaar een gewoon gesprek. Maar gaandeweg kwamen ze te spreken over hun grootmoeder. Het werd een heel bijzonder telefoontje. Herinneringen kwamen boven – kostbare stukjes verleden die bijna verloren waren gegaan, dingen die diep waren weggezakt in de tijd.

Daarna belde mijn moeder mij. “Ik wil een verhaal met je delen, over je eigen overgroot-

moeder, oma Smith, die je nooit hebt gekend”. Het gebeurde vele jaren geleden, misschien wel een eeuw. Oma Smith woonde in Pietersburg, in de toenmalige provincie Transvaal. En zij geloofde in de kracht van God.

Stuitligging

Op een keer werd oma plotseling diep in de nacht wakker. Ze ervoer dat de Heer tot haar sprak. Ze wist dat ze moest opstaan. Iemand had dringend hulp nodig. Ze kleedde zich aan, pakte haar olielamp en begaf zich naar de straat

UREN

– midden in de nacht. Ze kreeg een straatnaam en huisnummer op haar hart. Zo liep zij in het donker naar het adres en vond het huis, ook al was het een plek die ze niet kende en waren de bewoners vreemden voor haar.

Oma klopte op de deur. Een man opende de deur en keek haar verbaasd aan. Ze zei tegen hem: "Ik moet bidden voor een vrouw die hier aan het bevallen is, maar het gaat niet goed." De man vroeg verbaasd: "Hoe weet u dat?" Oma antwoordde: "Ik ben hierheen geroepen door de Heer." De man wees haar de weg naar een kamer in het huis. Op het bed lag een vrouw. Zij was aan het bevallen. Er was alleen een vroedvrouw beschikbaar, maar die was ten einde raad. Het kindje lag in een stuitligging, en de situatie was kritiek. Oma Smith legde haar handen op de buik van de moeder. Zo begon zij de naam van de Heer aan te roepen.

Hij vraagt ons om beschikbaar te zijn. Om onze lamp met olie gevuld te houden

Plotseling kwam er bij de moeder en het kindje beweging. Iets gebeurde. De baby begon zichzelf te keren. Iets later werd een gezond en welgeschapen kindje geboren. Oma Smith pakte haar olielamp in de hand en ging terug naar huis.

Het verhaal ontroerde mij. Ik had ooit gehoord dat oma Smith gelovig was, maar nu bracht een werkelijk getuigenis haar leven dichterbij. Een gelovige vrouw, zonder medische kennis, zonder eigen voordeel, maar met een hart dat luisterde naar de stem van de Heer. Ze stond op in de nacht, verliet haar warme bed, en werd een instrument waardoor leven kon doorbreken.

Gezindheid van Jezus

Onder leiding van de Heilige Geest schrijft Paulus in Filippenzen 2 over iets dat hij de ‘gezindheid van Christus’ noemt. Dat woord klinkt misschien wat ouderwets of afstandelijk, maar het gaat eigenlijk om iets heel concreets: je manier van denken, je innerlijke houding, de manier waarop je naar het leven kijkt en keuzes maakt.

Je gezindheid is als het kompas van je hart. Het bepaalt de richting waarin je beweegt. Je kunt bijvoorbeeld zeggen dat iemand positief of negatief ‘gezind’ is, maar Paulus bedoelt hier meer dan alleen iemands stemming of humeur. Hij wijst op het diepe, innerlijke fundament van waaruit we handelen: wat vinden we écht belangrijk, wat is onze grondhouding tegenover God en de mensen om ons heen?

Bij Jezus zien we dat zijn gezindheid altijd gekenmerkt werd door nederigheid, liefde en bereidheid om te dienen. Hoewel Hij God was, koos Hij ervoor om zich te vernederen en als mens op aarde te komen. Hij hield niet vast aan zijn rechten of status, maar gaf die vrijwillig op om anderen te redden. Zijn houding was dus niet: “Wat heb ik eraan?” maar: “Hoe kan ik geven, hoe kan ik dienen?”

Dat is de gezindheid waar Paulus ons toe oproept. Niet een houding van zelfbescherming of gemak, maar een gezindheid die gericht is op gehoorzaamheid aan God en liefde voor mensen.

Uit bed, de nacht in

Het verhaal van Oma Smith liet mij zien hoe dit er praktisch uit kan zien. Ze had gemakkelijk kunnen blijven liggen. De influistering van de

Je gezindheid is als het kompas van je hart. Het bepaalt de richting waarin je beweegt

Heilige Geest negeren. Of zichzelf geruststellen met de gedachte dat iemand anders wel zou gaan. Maar ze stond op. Ze nam haar lamp en ging de nacht in.

En dat is het beeld dat wij nodig hebben. Want vaak vraagt de Heer ons niet om grootse, spectaculaire dingen. Hij vraagt ons om beschikbaar te zijn. Om onze lamp met olie gevuld te houden. Om bereid te zijn het warme bed van onze comfortzone te verlaten, en zijn stem te volgen – ook als we niet precies weten waarheen.

Misschien roept God jou niet uit je bed om midden in de nacht naar een bevalling te gaan. Maar misschien om iemand een bemoedigend bericht te sturen. Om een buurvrouw op te zoeken die eenzaam is. Om voor iemand te bidden die je normaal gesproken voorbij zou lopen.

Durven wij mee te doen?

Paulus schrijft: Laat die gezindheid in jullie zijn, die ook in Christus Jezus was. Dat is een uitnodiging. Maar ook een uitdaging. Durf jij met je lamp de nacht in te gaan? Durf jij te luisteren naar de zachte stem van de Heilige Geest en gehoorzaam te zijn, zelfs als je niet weet waar het eindigt?

Want wie zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest om Christus’ wil, zal het vinden (Mattheüs 16:25). Wij kunnen ons eigen doen en laten niet krampachtig proberen vast te houden, als we op de weg van discipelschap gaan wandelen. En dat doet soms pijn.

Maar, het wonderlijke is: wanneer wij gehoor geven aan Gods roepstem, worden niet alleen anderen gezegend – wijzelf ook. De ware weg van het leven, de enige weg van eeuwige heil, is de weg waartoe God ons roept. Op deze weg worden we gezegend, en mogen we anderen tot zegen zijn. Oma Smith ging terug naar huis, maar zij droeg een getuigenis mee dat tot de dag van vandaag leven en geloof doorgeeft.

Zo kan ook onze gehoorzaamheid een verhaal worden dat de generaties na ons bemoedigt.•

De ware weg van het leven, de enige weg van eeuwige heil, is de weg waartoe God ons roept

GRATIS INKIJKEXEMPLAAR LIFEBOX VOOR JOUW TIENERGROEP

De Lifebox is een pakket met 10 video’s en daarop aansluitende programma’s voor complete tieneravonden over onderwerpen die actueel zijn in de levens van tieners. DOWNLOAD GRATIS VIA

SAMENLEES BIJBEL

Pre-order bij de (christelijke) boekhandel of via shop.bijbelgenootschap.nl

De Lifebox is ontwikkeld door Stronglife in samenwerking met Zorg voor Jongeren.

FRISSE KIJK

OP OUDE WAARHEDEN

Handoplegging

Een opvolger vinden die de leiding van een bedrijf, organisatie of stichting wil en kan overnemen van een zittende directeur is meestal een tijdrovende en moeilijke klus. Daar kan men bij Opwekking over meepraten. Er wordt niet alleen een functie of werkzaamheden overgedragen maar ook verantwoordelijkheid. Ga er maar aan staan.

Ik werd daar onlangs bij stilgezet toen ik het verhaal las over de aanstelling van Jozua, de opvolger van Mozes. God gaf heel expliciet aan wie de uitverkoren persoon was en hoe Mozes te werk moest gaan. Toen zei de HEERE tegen Mozes: Neem Jozua bij u, de zoon van Nun, een man in wie de Geest is, en leg uw hand op hem. Plaats hem voor de priester Eleazar en voor heel de gemeenschap, en draag voor hun ogen het bevel aan hem over. Leg een deel van uw waardigheid op hem. Dan zal heel de gemeenschap van de Israëlieten naar hem luisteren (Numeri 27:18-20).

Jozua was uitverkoren en zijn aanstelling moest bevestigd worden door handoplegging waarbij hij een deel van de waardigheid van Mozes zou ontvangen. Wat een prachtige gedachte. Handoplegging gaat veel verder dan alleen zegenen, zieken genezen of oudsten aanstellen. Het is ook een teken dat bevel wordt overgedragen. Hij legde hem zijn handen op en droeg hem het bevel over, zoals de HEERE door de dienst van Mozes gesproken had (Numeri 27:23).

Fundament

Handoplegging is onderdeel van het fundament waarin elke christen onderwezen zou moeten worden, een soort van grondbeginsel. De schrijver van de Hebreeënbrief is daar heel duidelijk over, er is een fundament van bekering van dode werken en van geloof in God, van de leer van de dopen, handoplegging, opstanding van de doden en het eeuwig oordeel (Hebreeën 6:1-2).

Waarom zijn zoveel christenen vaak terughoudend als het om handoplegging gaat, vraag ik me weleens af. Er zijn tientallen teksten over hoe we dat in de praktijk kunnen toepassen is, terwijl er slechts eenmaal staat dat we er niet te haastig mee moeten zijn. In context is dat laatste een oproep tot wijsheid en niet tot het wegdoen van handoplegging alsof het iets raars of gevaarlijks zou zijn.

Zegen

Jezus omarmde de kinderen, legde de handen op hen en zegende hen (Markus 10:16). Ook legde Hij zieke mensen die bij Hem werden gebracht de handen op en genas (Lukas 4:40). In Handelingen 28:8 lezen we: En het gebeurde dat de vader van Publius, door koorts en buikloop bevangen, op bed lag. Paulus ging naar hem toe, en nadat hij gebeden had, legde hij hem de handen op en maakte hem gezond.

Handoplegging is onderdeel van het fundament waarin elke christen onderwezen zou moeten worden

De doop in de Heilige Geest kan ook plaatsvinden door handoplegging (Handelingen 8:18). Ik zou er graag meer van willen zien in onze kerken. Er ligt hierin een belangrijke taak voor het leiderschap. Veronachtzaam de genadegave niet die in u is en die u gegeven is door profetie, met handoplegging door de raad van ouderlingen (1 Timotheüs 4:14). •

HALLOWEEN

een uitgelezen kans!

Het uit Amerika overgewaaide Halloween krijgt steeds meer voet aan de grond in ons land. Hoe gaan we daarmee om als christenen? Blijven we er ver van weg, of zien we het als een kans om te getuigen van de hoop die in ons leeft?

De laatste paar jaar worden er in mijn woonplaats Woudenberg steeds meer voortuintjes versierd met Halloweendecoraties, en vorig jaar zag ik een grote groep kinderen met ouders langs de deuren gaan. Omdat deze trend is overgewaaid uit Amerika, heb ik mijn christelijke Amerikaanse vrienden en kennissen gevraagd hoe zij daarmee omgingen. Ik weet namelijk dat zij dit feest vroeger meevierden. Tot mijn verbazing zeiden ze nu echter bijna allemaal dat ze het niet meer vierden!

Toen ik als student met hen studeerde, vertelden ze nog allemaal leuke verhalen over hoe ze

zich als kinderen en tieners verkleedden als superhelden of juist in ludieke kostuums, en zoveel mogelijk snoep verzamelden. Maar nu ze zelf kinderen hebben, zijn ze ermee gestopt. Niet zozeer omdat zij veranderd zijn, maar, zo vertelden ze, omdat Halloween veranderd is en steeds duisterder is geworden.

Angstaanjagend

Niet langer zijn de tuinen versierd met lichtjes en feestelijke, speelse en cartoonachtige decoraties, maar tuinen zijn nu donker en versierd met realistische horrorclowns, heksen, zombies, onthoofde koppen, bloed besmeurde

Halloween is veranderd en steeds duisterder geworden

ramen, noem maar op. Halloween is niet langer een onschuldig verkleedpartijtje voor kinderen om snoep te verzamelen, maar draait om spanning en schrik en hoe enger, hoe beter.

Het is dan ook steeds moeilijker om er iets onschuldigs in te zien. Ik moet er persoonlijk niet aan denken dat mijn dochtertje van acht langs de deuren gaat, met al die enge decoraties waar anderen er een sport van maken haar te laten schrikken met de meest lugubere kostuums. Ze zou nog weken last hebben van nachtmerries. En toch is dit de reden waarom mensen naar Fright Nights gaan en waarom Zoetermeer als ‘Halloweenstad’ tienduizenden bezoekers trekt. Het draait om spanning, het lachen om de ‘jump scares’ en het amusement van angstaanjagende decoraties en acteurs.

Bijbelse respons

Hoe het ook zij, Halloween is niet langer weg te denken uit onze cultuur. Dus hoe gaan we daar dan als christenen mee om? Wat is een Bijbelse respons op dit fenomeen?

Ik denk dat de Bijbel ons twee richtlijnen geeft. De eerste is dat we er niet aan meedoen. Er is geen Bijbelvers te vinden dat waarzeggerij, hekserij of toverij goedkeurt. Het gaat regelrecht in tegen de geboden van God (zie Exodus 22:18; Leviticus 19:31; 20:6; 20:27; Handelingen 8:9-24; 13:6-11; 16; 19:19).

Nu staat Halloween niet gelijk aan hekserij, maar bij Halloween wordt alles wat duister is gezien als vermaak. En dat principe is niet van

God. Paulus stelt in zijn discussie (over met wie en wat we ons verbinden) de retorische vraag: Wat heeft het licht gemeen met de duisternis? (2 Korinthe 6:14). Het antwoord dat hij natuurlijk verwacht, is: niets! Een bijbels principe is dus om ons er ver van weg te houden en er niet aan mee te doen.

Een andere Bijbelse richtlijn is dat we als christenen juist inspringen op deze trend en er iets positiefs uit halen. Dat is iets wat God zelf ook deed met bijvoorbeeld het Levitische offersysteem. Voordat God zijn gebruiken voorschreef aan het volk Israël, hadden omringende landen al een offersysteem met priesters, tempels en allerlei voorschriften van wat en hoe te offeren. En niet onschuldig, want sommige goden werden geëerd en tevredengesteld door kleine kinderen te offeren! Maar toch weerhield dit God er niet van om een offersysteem positief te gebruiken; tot eer van Hem! En Hij gaf Israël een vergelijkbaar systeem maar met Zijn wetten en voorschriften.

Evangelisatiedag

En zo staat het ons ook vrij om iets positiefs te halen uit Halloween, hoe duister het ook gevierd wordt; het een betekenis te geven tot eer van Hem! We kunnen van Halloween een soort nationale evangelisatiedag maken. Een dag om …de grote daden te verkondigen van Hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar Zijn wonderbaarlijke licht (1 Petrus 2:9). Een dag om te laten zien dat wij allen kinderen van het licht en van de dag zijn. Wij behoren niet toe aan de nacht en de duisternis (1 Thessalonicenzen 5:5).

Hoe het ook zij, Halloween is niet langer weg te denken uit onze cultuur. Dus hoe gaan we daar dan als christenen mee om?

In Woudenberg (waar ik woon) en Houten (waar ik voorganger ben) kun je aangeven dat kinderen langs je huis mogen gaan voor trick-or-treat. Je hoeft je voortuin niet duister te decoreren, maar kinderen kunnen bij jou aanbellen voor snoep. Vorig jaar hebben mensen uit verschillende kerken in Houten zich opgegeven. Samen hebben we miniSnickers en dergelijke uitgedeeld, maar met een Bijbelse waarheid erop geplakt. Denk aan teksten als: Wees niet bevreesd, want Ik ben met u (Jesaja 41:10), Niets zal ons kunnen scheiden van de liefde van God (Romeinen 8:39), Proef en zie dat de HEERE goed is (Psalm 34:9), en ook de verschillende coupletten van het kinderlied Je hoeft niet bang te zijn.

Boodschap van hoop

In Zoetermeer hebben verschillende kerken de hulp ingeroepen van stichting Naar House. Zij zijn de afgelopen jaren, na een korte training, met enkele tientallen mensen naar het winkelcentrum gegaan om daar te evangeliseren bij de ‘Halloweenwalk’. Ze waren herkenbaar aan de rode hesjes met teksten als: ‘Ik ben het Licht der wereld’, ‘Ik geef je rust’ en ‘Bij Jezus kom je thuis’.

Wilco Steenbergen van stichting Naar House vertelde mij dat veel mensen geïnteresseerd waren en graag het gesprek aangingen. Ook

werden er foldertjes uitgedeeld die het Evangelie uitleggen. “Daarnaast zette onze aanwezigheid mensen soms al aan het denken,” vertelde Wilco. “Iemand mailde ons enige tijd later om te zeggen dat hij tot geloof was gekomen. Die persoon was niet eens het gesprek aangegaan, maar zag dat deze groep een boodschap van hoop bracht te midden van al die duisternis. Dat zette hem aan het denken en resulteerde uiteindelijk in het vinden van Jezus.”

De tweede Bijbelse richtlijn kan dus een uitgelezen kans zijn om mensen iets mee te geven van de hoop die in ons leeft (1 Petrus 3:15). God roept ons tenslotte op om elke gelegenheid om over Hem te vertellen goed te benutten (Kolossenzen 4:5). En wat een uitgelezen kans is Halloween!

Geef de kinderen aan je deur iets mee dat getuigt van licht, vrede en liefde in plaats van angst en duisternis. Ga het gesprek met mensen aan over de realiteit en het gevaar van de geestelijke wereld, én de hoop en zekerheid van God die daar tegenover staat. Laten we ons licht niet onder de korenmaat zetten (Mattheüs 5:15). •

De onbekende God

Terwijl Paulus in Athene op hen (Silas en Timotheüs) wachtte, raakte hij hevig verontwaardigd bij het zien van de vele godenbeelden in de stad (Handelingen 17: 16).

Ondanks zijn verontwaardiging gaat Paulus toch in debat met de mensen op het marktplein. In vers 18 staat: Onder hen waren ook enkele epicurische en stoïsche filosofen, van wie sommigen zeiden: ‘Wat beweert die praatjesmaker toch?’ Anderen merkten op: ‘Hij schijnt een boodschapper van uitheemse goden te zijn,’ want hij verkondigde het goede nieuws over Jezus en de opstanding.

De God die Paulus komt verkondigen kennen zij inderdaad niet. Paulus laat zien dat die God, de Schepper, leven geeft aan alles en dat niet de mensen Hem gekozen hebben, maar Hij de mensen. Bovendien is deze God van niemand ver weg (vers 27), want in Hem leven wij, bewegen wij en zijn wij (vers 28).

Onwetendheid

In Athene is het probleem dat de mensen zelf hun goden hebben gecreëerd. Maar deze godenbeelden geven een vertekend beeld. Het zijn producten van menselijke handvaardigheid. Zij ontnemen de mens zijn zoektocht naar de ware God. Hierdoor leren mensen God niet werkelijk kennen. Zij vormen zichzelf een beeld. Al naar gelang van hun eigen wensen. De mensen zijn dus onwetend wat betreft de God en Schepper van hemel en aarde.

Overigens treft Petrus diezelfde onwetendheid aan bij zijn eigen volk. In Handelingen 3:17 zegt hij: “Volksgenoten, ik weet dat u uit onwetendheid hebt gehandeld, evenals uw leiders.”

Ook in onze tijd zien wij hetzelfde gebeuren. Er lijkt opnieuw onwetendheid te groeien over de God, de Schepper van hemel en aarde. Wij maken over het algemeen geen afgodsbeelden meer, maar dreigen elkaar wel te verzieken met verkeerde denkbeelden.

Inkeer

Het is niet voor niets dat er een nieuwe generatie opstaat die roept dat wij ons bekeren moeten. Wij moeten weer tot inkeer komen. Een nieuwe fase is ingegaan; buiten schot blijven kan niet meer. In Handelingen 17:30 zegt Paulus: God slaat echter geen acht op de tijd waarin men Hem niet kende, maar roept nu overal alle mensen op tot inkeer te komen.

God roept mensen om tot inkeer te komen. Ook met het oog op het komend oordeel. Opwekking is dus echt aan de orde. Zeker nu.

Het

is niet voor niets dat er een nieuwe generatie opstaat die roept dat wij ons bekeren moeten

In Handelingen 17:31 staat: Want Hij heeft bepaald dat er een dag komt waarop Hij een rechtvaardig oordeel over de mensheid zal laten vellen door een man die Hij voor dat doel heeft aangewezen. Het bewijs dat het om deze man gaat, heeft Hij geleverd door Hem uit de dood te doen opstaan.

Een rechtvaardig oordeel wordt uitgevoerd door een Man die God heeft aangewezen en die Hij uit de dood heeft doen opstaan.

De Griekse toehoorders van Paulus konden er met hun verstand niet bij. Hun reactie was te verwachten: negatief en spottend. Toch sloten enkelen zich bij Paulus aan. Bij hen ging Johannes 1:12 in vervulling: Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven. •

‘Jezus kwam voor allen’

ICP Nederland bestaat twintig jaar. Het jubileum van de interculturele kerkplantingsorganisatie wordt op 10 oktober gevierd met een inspiratiedag, een boek en een lied. “We geloven dat God houdt van eenheid in verscheidenheid,” vertelt directeur Hans Euser.

Meer kleur in de kerk, dat is kort gezegd het doel van Intercultural Church Plants (ICP) Nederland. Hans Euser, directeur van ICP Nederland, vertelt: “De Nederlandse samenleving wordt steeds

diverser. Maar christenen van verschillende culturen weten elkaar vaak niet te vinden. De kerk in Nederland is heel breed, maar vaak gesegregeerd – we trekken veelal los van elkaar

op in witte kerken of migrantenkerken. Wij geloven dat God houdt van eenheid in verscheidenheid. Jezus kwam voor allen. Hij trekt geen grenzen maar breekt muren af en bouwt bruggen. In zijn eigen stad, onder de Samaritanen en steeds verder de heidense wereld in.

De kerk zou een afspiegeling moeten zijn van Vader, Zoon en Heilige Geest die zeer verschillend en toch één zijn. In het Nieuwe Testament lees je over de eerste christenen die samenkwamen: mannen en vrouwen, slaven en meesters, joden en heidenen. Dat was revolutionair in het sterk gesegregeerde Romeinse rijk. Die verscheidenheid van toen is een beetje weggezakt in de kerk van nu. Met ICP Nederland proberen we dat principe terug te brengen.”

Start

De eerste interculturele gemeente werd door Theo Visser in 2000 opgericht, in Rotterdam. Hans: “Maar met één kerk heb je nog geen netwerk. Dat veranderde in 2005 toen Jurjen ten Brinke aan deze kerk vroeg: ‘Wat jullie doen, kunnen we dat ook in Amsterdam doen? Daar is ‘Hoop voor Noord’ in Amsterdam uit ontstaan en tevens het netwerk ICP Nederland.”

Zelf zette Hans in 2012, samen met zijn vrouw Carolien, een interculturele kerk op in zijn toenmalige woonplaats Veenendaal onder de naam International Christian Fellowship (ICF). Het zaadje daarvoor werd geplant tijdens een bijeenkomst van vijfendertig kerken in de stad met het gemeentebestuur. “De burgemeester vroeg daar op een gegeven moment: ‘Hebben jullie contact

...mannen en vrouwen, slaven en meesters, joden en heidenen

met de moskeeën?’ Het bleef stil. Hoewel er al tientallen jaren moslims in Veenendaal woonden, wist geen van de aanwezigen hoe ze bij die groepen ingang konden vinden. Ik was één van hen. Ik stak mijn hand op en zei: ‘Als jullie mij steunen zou ik graag namens de kerken contact willen leggen.’ Het liep uit op meer dan alleen een relatie met de moskee. Ik bracht samen met anderen de diversiteit van

de stad in kaart, vond eenentwintig lokale kerken van acht denominaties bereid om te steunen en begon in 2012 ICF Veenendaal, een unieke interculturele christelijke familie.”

Blend

Inmiddels telt het netwerk van ICP Nederland zo’n zestig verschillende plekken. “Het is een heel divers gezelschap. Sommigen zijn wat nauwer met ons verbonden op het moment dat ze onze inbreng nodig hebben. Maar je ziet dat dat na verloop van tijd ook weer losser wordt, en dat is prima want we zijn in de eerste plaats een kerkplantingsorganisatie.”

Een van die plekken is BLEND, het missionaire café dat Hans en Carolien in 2021 openden in de wijk Bloemhof in Rotterdam-Zuid. Het is de wijk waar ze zelf in 2017 zijn komen wonen nadat Hans en Carolien directeurs werden van ICP Nederland. We schreven eerder over BLEND in Opwekking Magazine, toen het pand net was aangekocht en de droom nog verwezenlijkt moest worden.

...een koffie, een ijsje, tweedehandskleding, een kappersafspraak en een goed gesprek

Inmiddels is het een goed bezochte plek waar je zes dagen per week terecht kunt voor een koffie, een ijsje, tweedehandskleding, een kappersafspraak en een goed gesprek. Op tafels staan ‘gesprekspotten’ en aan de muur hangt een replica van het schilderij Thuiskomst van de verloren zoon van Rembrandt, dat regelmatig het uitgangspunt vormt van een gesprek over zingeving.

Op zondag vinden in BLEND interculturele diensten plaats. Er is plaats voor veertig mensen en regelmatig zit het vol. Vaak komen kerken en organisaties kijken en inspiratie opdoen om in hun eigen stad toe te passen. Hans: “We geven ook trainingen, waarbij we de zeven sleutels voor een interculturele gemeente hanteren.”

Boek

Die zeven sleutels heeft Hans meegenomen in het boek, getiteld Meer kleur in de kerk, dat hij schreef en dat gepresenteerd wordt tijdens de jubileumviering op 10

Inspiratiedag Meer kleur in de kerk

oktober. “Het boek is opgedeeld in drie delen. In het eerste gedeelte bespreek ik de theologische achtergrond van een interculturele kerk. Waarom is het nodig en waarom zou je het willen? In het tweede deel geef ik voorbeelden van interculturele kerken. En in de derde deel ga ik in op de uitdagingen en geef ik de zeven sleutels om een interculturele kerk te vormen.”

De eerste sleutel is de persoonlijke, en gaat over het overwinnen van angst. Hans: “De eerste uitdaging waar je in een interculturele kerk mee te maken krijgt is het omgaan met je eigen ego. Juist in het contact met mensen die anders zijn dan jijzelf komt je ware aard naar boven. Het maakt je onzeker, je voelt jezelf beter, of je ervaart pijn. Dat te onderkennen is belangrijk, maar niet genoeg. In het boek bespreek ik wat er nodig is om staande te blijven en tot bloei te komen als gelovige in een interculturele geloofsgemeenschap.”

De zes daaropvolgende sleutels gaan over theologische diversiteit, sociologische dynamiek, interculturele liturgie, cultuurverschillen, relationele uitdagingen en geestelijke strijd.

Onderbuik

Hans ervaart dat sommige christenen denken dat een interculturele kerk niet kan werken. “Dat is meestal een soort onderbuikgevoel dat ze hebben, zonder dat ze daar echt onderzoek naar gedaan hebben. Natuurlijk zoeken mensen vaak gelijkgestemden: mensen die dezelfde taal spreken en uit dezelfde cultuur komen. Ik teken dat wel eens met cirkels. Elke groep heeft een eigen cirkel. Je hebt een Nederlandse, Congolese of een Iraanse cirkel. Het zou mooi zijn als er een gezamenlijke ruimte is waarin je allemaal iets inbrengt vanuit je eigen cirkel, maar ook dingen achterlaat. Het moet geen Afrikaanse kerk zijn, maar ook geen Nederlandse of Iraanse kerk. Zoals Jezus zegt in Markus 11 vers 17: Staat er niet geschreven: Mijn huis zal een huis van gebed genoemd worden voor alle volken?” •

Op 10 oktober vindt in Veenendaal de inspiratiedag Meer kleur in de kerk plaats, waar het twintigjarig bestaan van ICP Nederland wordt gevierd en een netwerklunch wordt gehouden voor iedereen die interesse heeft in het nadenken over of starten van een intercultureel initiatief.

Meer informatie: www.meerkleurindekerk.nl

Een Vader die buigt

Op dit moment geniet ik heerlijk van een vakantie met mijn gezin. Hiervoor hebben we best een reis meegemaakt. En juist in deze ontspannen dagen merk ik dat mijn gedachten af en toe afdwalen naar de reis van Jezus – zijn biografie, zijn weg op aarde, en wat dat ons laat zien over het hart van God.

Want, ja, er was eens een man – maar niet zomaar een man. Hij was de Zoon van de levende God. Zijn naam was Jezus (Johannes 1:14; Kolossenzen 1:15).

Op het eerste gezicht leek Hij een gewoon mens, maar in alles wat Hij deed, schitterde het hart van de Vader. Wie Jezus zag, zag God de Vader zelf, en kon tot Hem naderen (Johannes 14:9; Hebreeën 1:3).

Kinderen

Op een dag brachten mensen kinderen naar Hem (Markus 10:13-16). Ze geloofden dat er zegen lag in zijn aanraking. Maar de discipelen hielden hen tegen. Streng. Alsof ze wilden zeggen: “Niet nu. Geen tijd.”

Dat is het hart van de Vader:

Hij buigt, omhelst, tilt op

Jezus zag het, en het raakte Hem diep. Hij werd boos – niet omdat zijn dag werd onderbroken, maar omdat zijn hart zo groot was. Laat de kinderen bij Mij komen,” zei Hij, “want van zulke mensjes is het Koninkrijk van God. Wie het Koninkrijk niet ontvangt als een kind, zal er niet binnengaan (Markus 10:14-15).

Een kind ontvangt zonder te onderhandelen. Het strekt gewoon zijn hand uit. Geen voorwaarden,

geen betaling, alleen vertrouwen. Zo wil God dat wij tot Hem komen: met lege handen en een open hart. Het doet me denken aan mijn eigen dochter. Vaak, als ik na een lange dag thuiskom, rent ze naar me toe. Maar zij is klein, en ik ben groot. We kunnen elkaar pas echt omarmen als ik buig, mijn knieën op de grond. Dan slaat ze haar armpjes om mijn nek. En vaak til ik haar daarna op, hoger dan ze zelf ooit had kunnen komen.

Hij ziet jou

Zo is het ook met God. Wij kunnen Hem niet bereiken door onze eigen kracht of hoogte. Hij moest naar ons toekomen. In Jezus boog Hij zich neer – helemaal tot in ons stof, onze pijn, onze gebrokenheid. Hij nam onze schuld weg, legde zijn handen op ons, en zegende ons, omdat Hij dichtbij was gekomen (Filippenzen 2:6-8).

Dat is het hart van de Vader: Hij buigt, omhelst, tilt op. Wanneer wij niets te bieden hebben, geeft Hij alles. En als je je ooit hebt afgevraagd hoe de Vader eruitziet, kijk dan naar Jezus – de Zoon die het gezicht van zijn Vader laat zien.

Hij ziet jou. Hij kent je naam. En zijn armen staan open. •

[ Opwekking Actueel ]

UPPERROOM Worshipleaders bekend

Tijdens Upperroom, hét event voor jongeren tussen de 16 en 25 jaar, zullen Sarah Ben Hamida en Jacob Castanon afwisselend de worship leiden. Verspreid over de nacht worden vier samenkomsten gehouden, waarin Sarah en Jacob je meenemen naar Gods troon.

Sarah is een graag geziene worshipleider. Ze neemt je mee in pure aanbidding en laat zich tijdens de worship leiden door Gods stem. Jacob reist al jaren over de hele wereld om

mensen te dienen met aanbidding. Hij brengt de boodschap van liefde, hoop en eenheid door muziek.

We kijken ernaar uit om samen met hen te aanbidden!

Upperroom vindt plaats van 14 op 15 november op evenementenlocatie Vliegveld Twenthe. Wil je er ook bij zijn? Scan de QR-code voor meer informatie en opgave!

Kerstevent belevingstheater

Op vrijdag 12 en zaterdag 13 december staat het evenemententerrein rond de surfvijver in Veenendaal in het teken van het leven van Jezus tijdens het Kerstevent belevingstheater.

Het verhaal begint in het stadje Beth Tikvah, in het jaar 33 - het jaar dat Jezus werd opgepakt en gekruisigd. Tijdens een wandeling vol theater, muziek en dans loop je in de voetsporen van Jezus, en speelt zijn leven zich voor je ogen af. Van geboorte tot aan kruisiging en opstanding. Een indrukwekkende wandeling op weg naar het licht.

Het Kerstevent belevingstheater laat je op een creatieve, laagdrempelige manier iets proeven van het goede nieuws. Een mooie gelegenheid dus om mensen in je omgeving uit te nodigen die meer willen weten over Jezus! Ruim vierhonderd spelers verlenen hun medewerking, en daarnaast zijn er ook veel vrijwilligers praktisch bezig om alles mogelijk te maken – voor en achter de schermen. Leuk om mee te werken, of als wandelaar het Kerstevent te bezoeken? Scan dan de QR-code voor meer informatie.

Opwekking Media

Upper Room

Iedere maand lichten we een toespraak, seminar of getuigenis uit op ons videoplatform Opwekking Media. Daar heb jij als Vriend van Opwekking vrij toegang toe. Unieke content die je geloof versterkt en je aanspoort om op jouw eigen plek Jezus zichtbaar te maken.

Wachten

Gilbert Thera sprak dit jaar bij Youth.Opwekking over wachten. Soms moet je lang wachten. Op God. Op verandering. Maar terwijl je wacht, is God aan het werk.

Scan de QR-code en bekijk Gilbert's toespraak!

Opname eerste serie

Opwekkingsliederen

Op 11 oktober is het zover, dan staat de opname van de eerste serie Opwekkingsliederen van cd 50 op het programma! De selectiecommissie heeft vier nieuwe liederen én een kerstsingle uitgekozen die de Opwekkingband inmiddels lekker aan het instuderen is. En dit zijn ze:

1. Hoe trouw U bent (Faithfulness) – Lakewood Music

2. Hosanna – The Belonging Co

3. Slechts één ding – ZERA Worship

4. Prijs Jahweh – Passion

5. Kom zie (Behold) – Phil Wickham KERST SINGLE

Zing mee

De liederen worden opgenomen op 11 oktober tijdens Opwekking in Concert. We zijn dan te gast in Stadskerk de Wijngaard in Leeuwarden. Wil je erbij zijn in Leeuwarden? Dat kan! Geef je snel op, er zijn nog tickets beschikbaar. Of kom op 22 november naar Maastricht of 21 maart 2026 naar Apeldoorn.

GLOW IN THE DARK

VOOR JEUGDGROEP, TIENERCLUB OF KINDERKERK!

20% korting op alle polsbandjes met de code: OPWEKKING geldig t/m 31-10-2025

Kijk in onze webshop voor meer mooie producten voor jongeren!

AGENDA’S EN KALENDERS 2026

Blijf georganiseerd en geïnspireerd met christelijke agenda’s, weekplanners en kalenders. Onze collectie helpt je niet alleen om je dagelijkse leven op orde te houden, maar biedt ook dagelijkse bemoediging met bijbelteksten en inspirerende quotes. Of je nu een compacte agenda zoekt voor onderweg, een overzichtelijke weekplanner voor op je werk of een stijlvolle kalender voor thuis, wij hebben de perfecte oplossing voor jouw behoeften!

HEB JE DE (MUZIEK-)DOWNLOADS AL COMPLEET?

Al onze bladmuziek, akkoorden, MP3’s en teksten zijn eenvoudig digitaal verkrijgbaar. Je kunt kiezen voor een los lied, een volledig album of een compleet akkoorden- of muziekboek. Ideaal om direct te gebruiken op je tablet. Klik, bestel en download direct wat je nodig hebt!

jouw aankoop steun je het werk van stichting Opwekking!

‘Aanbidding is ons leven’

In de nacht van 14 op 15 november vindt Upperroom plaats op Vliegveld Twenthe. De aanbidding tijdens die nacht wordt geleid door Sarah Ben Hamida en Jacob Castanon. We stellen ze hier aan je voor.

Sarah

Sarah Ben Hamida (34) is ongeveer tien jaar werkzaam als worshipleader. Daarnaast maakt ze deel uit van visieteam van Youth.Opwekking. Wat is volgens haar het belang van aanbidding?

Sarah: “Door aanbidding richten we onze blik op God. Op wie Hij is en op wat Hij heeft gedaan. Je richt je ogen op Hem, in plaats van op jezelf. Je wordt je bewust van zijn aanwezigheid en maakt ruimte voor Hem. Dat is geen eenrichtingsverkeer: je nodigt de Heilige Geest daarmee ook uit om te doen wat Hij wil. Om je te helpen en je heel te maken.

Ik heb altijd wel een aantal nummers in voorbereiding die we kunnen spelen. Maar het is zeker niet mijn bedoeling om een setlist af te werken. Ik wil vooral meebewegen met wat de Heilige Geest aan het doen is in de zaal.”

Jacob

Jacob Castanon (28) is een Amerikaanse aanbiddingsleider die onlangs naar Nederland is verhuisd. “Ik heb de Heer al op jonge leeftijd ontmoet en wandel al sinds mijn kindertijd met Hem. Het is mijn missie en verlangen om de jonge generatie te bemoedigen en toe te rusten.

Ik denk dat Upperroom een geweldige plek is voor jongeren om samen te komen, te aanbidden en bemoedigd te worden in de dingen van God. Ik geloof dat het nodig is én dat het van cruciaal belang zal zijn voor wat de Heer in Nederland aan het doen is.

Aanbidding is ons leven, en niet alleen maar muziek. In Romeinen 12 lezen we: Broeders en zusters, met een beroep op Gods barmhartigheid vraag ik u om uzelf als een levend, heilig en God welgevallig offer in zijn dienst te stellen, want dat is de ware eredienst voor u.

Ik wil jongeren uitnodigen om niet alleen te komen als toeschouwer, maar om te ervaren wat de Heer voor hen in petto heeft. Hij staat klaar om door zijn Woord en Geest te spreken, te genezen en te bevrijden!”

Meer info over Upperroom: www.upperroom.opwekking.nl

TEKST Jan Pool en Henk Dik

‘In

het lezen van de Bijbel ontmoet ik God!’

Intro

Tekst. •

Na een periode van hevige pijnen werd bij Jan Pool eind januari 2025 vastgesteld dat hij geen flinke hernia, maar kanker met uitzaaiingen had op twee plekken in zijn wervelkolom. Kort nadat dit werd vastgesteld schreef Jan: “Ondanks alles voel ik een diepe vrede en rust in mijn hart en ook een rotsvast vertrouwen in de goedheid van God.”

Jan Pool – spreker, schrijver en tot 2017 senior voorganger van Shelter Haarlem - spreekt ook regelmatig op de Pinksterconferenties van Opwekking. Sinds hij ziek is deelt hij regelmatig updates *) waarin hij op een moedige én bemoedigende wijze vertelt over zeer moeilijke momenten, maar ook hoe hij - samen met zijn vrouw Marijke en hun gezin – leeft vanuit de kracht en genade van God. De update van 11 augustus 2025 is een bijzonder getuigenis en zal velen aanmoedigen om het Woord van God (meer) lief te hebben.

“In mijn vorige update schreef ik dat ik somber was. Gelukkig is dat gevoel verdwenen, maar fysiek blijft het zwaar. Naast de extreme vermoeidheid heb ik afgelopen week weer veel last gehad van brandende pijn in mijn bovenlichaam. Soms is die pijn ondragelijk. Ik bid, ik roep, ik vraag om een wonder — maar de situatie verandert niet. De hemel lijkt te zwijgen.

Op zulke momenten pak ik mijn Bijbel. Vaak heb ik niet de energie om veel te lezen, maar zelfs de korte stukken die ik

dan tot me neem, geven me opnieuw hoop en vertrouwen. In het lezen van de Bijbel ontmoet ik God!

Een paar dagen geleden realiseerde ik me opnieuw hoe belangrijk de Bijbel altijd voor mij is geweest. Mijn gedachten gingen terug naar de allereerste keer dat ik er één in handen had. Dat was in het voorjaar van 1979. Ik werkte toen als fysiotherapeut en had een oudere vrouw met MS in behandeling. Ze zat in een rolstoel, maar sprak met een diepe, warme liefde over haar God. Zelf had ik in die tijd helemaal niets met God en reageerde fel en ongenuanceerd: "Hoe kunt u geloven in een God die u in een rolstoel zet? In zo’n God zou ik nooit geloven."

Toen ze werd overgeplaatst naar een verpleeghuis, gaf ze me een cadeau. Ze zei: “Het is een boek. Daar moet je elke dag een stukje uit lezen.” Thuis opende ik het pakketje. Het was een Bijbel. Ik las één bladzijde… en gooide hem vervolgens in een hoek van de kamer, naast de boekenkast. Daar bleef hij maanden liggen, onaangeroerd.

een wonder — maar de situatie verandert niet. De hemel lijkt te zwijgen. Op zulke momenten pak ik mijn Bijbel. Door te lezen en te mediteren over Gods Woord ontvang ik dan telkens weer hoop, geloof, troost, kracht, wijsheid en moed.

Voor mij is de Bijbel dan ook niet zomaar een boek vol oude verhalen, maar het Woord van God zelf. Helaas zien veel christenen dat vandaag anders. De Nederlandse theoloog Harry Kuitert zei in de jaren zestig: "Alle spreken over boven komt van beneden." Volgens hem vinden we in de Bijbel geen woorden van God, maar woorden van mensen die dachten dat ze namens God spraken — en dat deden vanuit hun beperkte menselijke inzicht.

‘Hoe vaak ik de Bijbel ook gelezen heb, telkens is het weer fris en nieuw’

Tot die dag — 22 augustus — waarop ik op mijn slaapkamer mijn leven aan God gaf en werd vervuld met Zijn liefde en vrede. Ik liep meteen naar beneden, pakte de Bijbel die daar nog steeds in de hoek lag, en begon te lezen. Urenlang. Met tranen in mijn ogen. Ik had de Auteur van het Boek ontmoet.

Het verveelt nooit … In de afgelopen vijfenveertig jaar is er bijna geen dag voorbijgegaan dat ik mijn Bijbel niet heb opengeslagen. Soms lees ik maar kort, soms urenlang. En het bijzondere is: het verveelt nooit. Hoe vaak ik hem ook gelezen heb, telkens is het weer fris en nieuw. Steeds opnieuw ontdek ik dingen die ik eerder niet had gezien. De Bijbel weet me keer op keer te raken.

In de afgelopen maanden is de Bijbel voor mij opnieuw van onschatbare waarde geweest. Er zijn momenten dat ik God niet ervaar, dat Hij ver weg lijkt. Ik bid, ik roep, ik vraag om

Maar dat is niet wat ik geloof. Voor mij is de Bijbel niet een boek met woorden van beneden, maar met woorden van boven. Paulus schrijft in 2 Timotheüs 3 vers 16 dat elk Schriftwoord door God is geïnspireerd. In de grondtekst staat theopneustos — letterlijk: door God ingeademd.

En als ik die door God ingeademde woorden lees, brengt dat zoveel zegen! Maar dat gebeurt alleen wanneer je de Bijbel ziet als het Woord van God en gelooft dat het door Hem geïnspireerd is.

Ik hou van de Bijbel en kan met David zeggen: My passion and delight is in your word, for I love what you say to me! I long for more revelation of your truth, for I love the light of your word as I meditate on your decrees (Psalm 119:47-48, TPT).

Mijn verlangen en vreugd is in Uw woord, want ik hou van wat U tegen mij zegt! Ik verlang naar meer openbaring van uw waarheid, want ik hou van het licht van uw woord als ik nadenk over uw verordeningen (letterlijke vertaling). •

* Als je de updates van Jan Pool wilt ontvangen: stuur een email aan brendahendriks@shelter-haarlem.nl

Het koninkrijk in de praktijk

‘Dat koninkrijk van U, weet U wel, wordt dat nog wat?’ Met deze woorden eindigt een gedicht van Gerard Reve, een omstreden schrijver, die zijn hele leven worstelde met God. In dit gedicht lijkt hij zelfs met God te spotten.

Het gedicht is geschreven bij het graf van een jongeman die is neergeschoten in oorlogstijd. Uit het gedicht spreekt verdriet en machteloosheid om een leven dat in de knop is gebroken. Alleen God begrijpt zoiets misschien, maar wij mensen niet, zegt de dichter. En dan denkt hij aan het koninkrijk van God, waar Jezus het altijd over had en hij slaakt een kreet van pijn over de hoop die God belooft en de wanhoop waarin wij zo vaak leven. En is dat niet een gevoel dat wij allemaal kennen, diep van binnen? We verlangen naar leven en naar heelheid maar de wereld is vol pijn en lijden. En hoe zit het dan eigenlijk met het koninkrijk van God? Is dat iets voor een verre toekomst, of heeft het ook betekenis voor ons dagelijks leven nu?

Ongrijpbaar

Als Jezus begint te preken, zegt Hij: “De tijd is aangebroken, het koninkrijk van God is nabij:

kom tot inkeer en hecht geloof aan dit goede nieuws.”

Het koninkrijk van God is dichtbij, zegt Jezus. Dat klinkt veelbelovend. Maar wat eigenlijk wel heel vreemd is, is dat Hij dat verder in zijn prediking niet uitlegt. Wat is het koninkrijk van God? Hoe werkt het? Waar en wanneer wordt het zichtbaar?

Jezus spreekt over het koninkrijk vooral in de vorm van gelijkenissen. Hij zegt dus steeds dat het koninkrijk lijkt op dit en lijkt op dat, maar nooit zegt Hij wat het dan precies is. Hij wil het blijkbaar niet definiëren en Hij wil niet precies vastleggen wat het inhoudt. Door er zo mee om te gaan maakt Hij in elk geval al duidelijk dat het koninkrijk van God iets ongrijpbaars heeft. Op een keer zegt Hij dat ook letterlijk wanneer hem daarnaar gevraagd wordt: Toen de Farizeeën

van God

ARIE-JAN MULDER

Jezus vroegen wanneer het koninkrijk van God zou komen, antwoordde Hij: “De komst van het koninkrijk van God laat zich niet aanwijzen, en men kan niet zeggen: ‘Kijk, hier is het!’ of: ‘Daar is het!’ Maar weet wel: het koninkrijk van God ligt binnen uw bereik.”

Het koninkrijk van God, de kern van Jezus’ boodschap, laat zich niet aanwijzen, zegt Hij. We kunnen het koninkrijk op geen enkele manier vastspijkeren, we kunnen het niet in regels vatten, en er geen handboek of protocol voor opstellen. En dat terwijl we in het algemeen juist zo verlangen naar regels en definities om houvast te hebben in ons leven en in ons geloof. Maar Jezus kiest er heel opvallend voor om niet aan die behoefte tegemoet te komen.

God eren met ons gedrag De boodschap van Jezus is niet gericht op een zo goed mogelijk verstandelijk begrijpen hoe het zit met God en met de wereld. Daarom geeft hij geen definitie van het koninkrijk van God. Het evangelie is niet primair iets om te weten, maar om te doen. Het is gericht op ons gedrag. Dat inzicht leidde de Zwitserse priester Maurice Zundel er uiteindelijk toe om te zeggen:

“Ik geloof niet in God, ik leef Hem.” Oppervlakkig gezien lijkt dat misschien een uitspraak die ongeloof en verwijdering van God uitdrukt. Maar het is juist het tegendeel. Het gaat niet om ons begrip van God maar het gaat erom te leven vanuit God, vanuit zijn liefde. Dat is de essentie van onze relatie met God, dat er iets van zijn wezen, van zijn liefde voor de wereld, in ons leven zichtbaar wordt.

We eren God niet met onze meningen maar met ons gedrag, met onze daden van liefde. Onze liefde voor God wordt zichtbaar in onze liefde voor de medemens.

Daarom zegt Jezus ook: het koninkrijk van God ligt binnen uw bereik. Het is voor iedereen binnen handbereik, omdat het altijd gaat om onze persoonlijke keuzes. In die zin ligt het koningschap van God binnen handbereik van ieder mens.

Dat blijkt ook wel als we beseffen tegen wie Jezus dit zegt. Hij spreekt hier niet tegen zijn

Weinig Afghanen zijn christen. Nadiya is één van hen.

“Ik lijk moslima, maar ik bid tot Jezus.”

JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS T, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET O NS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIE T, JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE Z IET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, W NS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL . JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIET O , WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE Z IJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ON S NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIR WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, W E ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET NS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ON S NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS T, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN ER WEL. JE ZIET ONS NIET, WE ZIJN

Geef voor Afghaanse christenen

sdok.nl/afghanen

Voor 5,50 euro kunnen we een christen zoals Nadiya toegang geven tot een Bijbel NIET, ER WEL.

"Indrukwekkend hoe ze standvastig hun geloof blijven belijden, ze verdienen ons gebed " Don Ceder - ChristenUnie

NIET, WE

leerlingen maar tegen de Farizeeën. Vlak voordat Hij gearresteerd en vermoord zal worden, zegt Jezus tegen zijn meest verwoede tegenstanders dat het koninkrijk van God vlak bij hen is. Het koninkrijk van God is dus letterlijk onder handbereik voor iedereen. Iedereen heeft immers altijd de keus hoe hij of zij zal handelen.

Niet ver

Op een keer is Jezus in gesprek met een schriftgeleerde over de vraag wat het belangrijkste gebod is. Die zegt dan dat het erom gaat God en de naaste lief te hebben. En dan zegt Jezus tegen hem: “U bent niet ver van het koninkrijk van God.”

Weer die mededeling: je kan het niet beetpakken maar je bent er wel vlakbij. Met je denken kan je er niet dichterbij komen dan dit besef dat het allemaal om liefde gaat, om verbondenheid met God en mensen. Maar dan nog ben je er niet. Dan ben je er alleen maar vlakbij, zegt Jezus. Je bent pas in het koninkrijk als je het doet, niet als je weet wat het is.

Dit alles laat zien dat het koninkrijk van God niet iets statisch is, waarvan je kan zeggen: ‘dit is het, ik heb het’. De tijd dat God zonder beperking koning is over alles, zal ooit nog komen. Het koninkrijk van God is niet statisch maar dynamisch: het gebeurt telkens wanneer wij kiezen voor liefde.

God is beschikbaar om koning te zijn, om liefde mogelijk te maken. En wij stellen ons beschikbaar voor zijn koningschap wanneer wij kiezen voor liefde, die liefde die we telkens opnieuw moeten bevechten op onze eigenliefde. Dat is een doorlopende uitdaging in ons leven. Maar we hebben allemaal telkens weer de mogelijkheid om te kiezen voor liefde, om te

kiezen voor het koningschap van God. We begonnen dit artikel met een dichtregel van Gerard Reve, die wanhopig was omdat hij het koninkrijk van God niet zag gebeuren. We eindigen met een gedeelte uit een Tsjechisch lied, waarin we zien hoe dat koninkrijk gebeurt:

Als er geen vreugde meer is als de liefde ontbreekt en het ongeloof groeit met de dag: laat uw koninkrijk dan komen.

In ons hart, in onze handen, in onze ogen: laat uw koninkrijk komen.

Laat uw koninkrijk komen in mijn hart: in hoe ik over mensen denk en in de keuzes die ik maak.

Laat het komen in mijn handen: in hoe ik mij gedraag.

Laat het komen in mijn ogen: in hoe ik naar mensen en situaties kijk.

Laat uw koninkrijk, laat uw bereidheid tot liefde, komen in heel mijn denken en doen.

Laat uw koninkrijk komen, telkens weer.

Dit artikel is gebaseerd op een hoofdstuk uit het boek De naakte christen; over koninkrijk en kwetsbaarheid van Arie-Jan Mulder •

Actieweek voor christelijke kinderboeken

Tekst. •

Van 1 t/m 11 oktober vindt de ‘Actieweek christelijke kinderboeken’ plaats. Tijdens dit alternatief van de algemene Kinderboekenweek worden christelijke kinderboeken extra in het zonnetje gezet.

De organisatie van de Actieweek christelijke kinderboeken is in handen van de BCB (Brancheorganisatie voor het christelijke boekenvak). “We organiseren al zeker 25 jaar deze christelijke kinderboekenweek,” vertelt Dick te Brake, kennis- en contactcoördinator bij de BCB.

“De week is gekoppeld aan de algemene Kinderboekenweek, waarbij we speciaal aandacht vestigen op boeken die zijn geschreven vanuit een christelijk gedachtegoed. We merkten dat de thema’s van algemene week niet altijd aansloten bij onze achterban, denk bijvoorbeeld aan het thema ‘magie’.”

Avonturen

Het thema van de algemene Kinderboekenweek is dit jaar ‘avonturen’ en de BCB heeft ervoor gekozen om bij dit thema aan te sluiten. Dick: “Bij dit thema ligt de nadruk op de nieuwsgierigheid van ieder kind en de ruimte voor kinderen om de wereld op hun eigen manier te ontdekken - christelijke kinderboeken inspireren daarbij.”

Speciaal voor deze week maakten Joanke van der Wal (tekst) en Anouk Broos (illustraties) het boek Kapitein Rijn en Maas Haas, een prentenboek voor jonge kinderen tot 6 jaar. Voor oudere kinderen schreef Petra van Rijssen

het boek Expeditie Gifvis. Dit boek is tevens het boekenweekgeschenk; als je 13,50 of meer uitgeeft in de christelijke boekhandel krijg je dit boek cadeau.

Dick: “Elk jaar vragen we de christelijke uitgevers om een voorstel te doen voor een uitgave die past bij het thema van dit jaar. Van de voorstellen kiezen we er eentje uit dat het boekenweekgeschenk wordt en dat we samen met de christelijke boekhandels promoten. Het doel van deze week is om kinderen te stimuleren te lezen. We hopen kinderen, ouders en grootouders te bereiken zodat ze naar de boekhandel gaan. We hebben ook elk jaar een lespakket voor basisscholen. We geven leessuggesties voor leerkrachten en ook ideeën hoe ze het thema en het lezen van boeken kunnen integreren in de lessen. Veel scholen maken daar gebruik aan, soms wordt ook samengewerkt met de lokale christelijke boekhandel.”

Versterking

Dick te Brake ziet de Actieweek christelijke kinderboeken als een versterking van de algemene Kinderboekenweek, en niet als concurrentie. “Net als de boekenweek voor volwassen lezers, waar we ook een christelijke variant voor organiseren. Een paar jaar geleden

Veel vraag naar Bijbels

werd het boekenweekgeschenk geschreven door de familie Chabot, maar onze achterban kent de familie niet. En als ze die wel kennen zullen ze het boek meestal niet kopen. De 140 bij ons aangesloten boekhandels trekken kopers die niet zo snel naar een algemene boekhandel zullen gaan.” •

Boekenweekgeschenk

Hoofdpersoon in het boek

acht en het pesten te negeren. Ondertussen zitten de pestkoppen met een probleem. Ze hebben hun neef beloofd om in ruil voor geld otters te vergiftigen, want die zwemmen steeds zijn palingfuiken in. Omdat ze met te weinig zijn zetten ze Amir en Oliva zo onder druk dat ze wel mee móéten helpen. Maar in het geheim verzinnen Amir en Olivia een list om het plan te saboteren… PETRA VAN RIJSSEN is bioloog en filosoof, en geeft o.a. workshops over natuur en wetenschap op scholen en bij natuureducatieorganisaties. Ze woont met haar gezin in de Cotswolds (Verenigd Koninkrijk), maar is nog regelmatig in Nederland te vinden. Eerder verscheen van haar hand Harris en de dinomaffia

www.kokboekencentrum.nl

Expeditie Gifvis is Amir. Hij is met zijn familie gevlucht uit Iran vanwege zijn christelijk geloof. Amir vindt het niet fijn op zijn nieuwe school. Er zijn drie klierjongens in de klas die hem steeds moeten hebben. Gelukkig helpt zijn klasgenootje Olivia hem om zich thuis te voelen in groep acht en het pesten te negeren.

In het boek komen verschillende thema’s aan bod zoals vluchtelingen, natuur, vriendschap, geloof, verlies en pesten.

Meer info over de Actieweek christelijke kinderboeken: www.christelijkekinderboeken.nl.

Bij de boekhandels die zijn aangesloten bij de BCB valt het op dat de vraag naar Bijbels het afgelopen anderhalf jaar sterk is toegenomen. Dick te Brake: “Dagelijks worden er Bijbels verkocht, voornamelijk aan jonge mensen. Ook de vraag naar studiemateriaal en verantwoorde boeken neemt toe, het is echt opvallend.

Petra van Rijssen Petra van Rijssen

Israëlzondag als op Gods trouw

Op een dag zei mijn geliefde vrouw Sanne tegen mij: “Wil je zitten?”

Ik zei: “Nee, ik sta graag.” Ze zei: “Ik ben zwanger.” Mijn antwoord: “Jij lijkt niet zwanger.” Sanne zei: “Geloof het maar. Ik ben zwanger.”

Toen ging ik zitten. Tja, soms begint een belangrijke zaak met nietzichtbare tekenen. Dan, op een dag, wordt het zichtbaar en duidelijk.

LOURENS DU PLESSIS

Dit principe kan ons helpen om iets te begrijpen van hoe Gods koninkrijk werkt. En het kan ons ook helpen in hoe wij als christenen mogen kijken naar Israël. Want deze maand is het weer Israëlzondag, op 5 oktober. In veel kerken wordt dan stilgestaan bij het Joodse volk. Als gelovigen willen we ook verder kijken dan het hier en nu.

Vanuit geloof zijn wij ervan overtuigd dat de plannen en overwegingen van God tijdelijke dingen overstijgen. De plannen van God hebben eeuwige impact. In het overwegen van Israël is er voor ons als gelovigen niet alleen een gisteren en een vandaag, maar ook een morgen. Niet alleen wat we in de geschiedenis kunnen teruglezen, niet alleen wat we in de media kunnen lezen, maar ook wat Gods Woord over de

toekomst zegt. Want vragen over de toekomst en bestemming van Israël zijn onlosmakelijk verbonden aan de zaak van Gods koninkrijk.

Koninkrijk

In Lukas 17 stellen de Farizeeën Jezus een vraag: “Wanneer komt het koninkrijk van God?” Jezus antwoordt: “Het koninkrijk komt niet op waarneembare wijze.” En: “Het koninkrijk van God is binnen in u.” Belangrijk om te merken is dat Jezus niet constateert dat het koninkrijk niet komt, maar dat het wél komt – en op een nietwaarneembare wijze.

Het koninkrijk is er al. Soms onzichtbaar, als een kind in de moederschoot. Het groeit in de harten van mensen die Jezus kennen. Het is geestelijk.

Maar dat betekent niet dat het niet echt is. Jezus maakt duidelijk dat het koninkrijk al aanwezig is in zijn volgelingen.

Toch blijft er die andere kant. Jezus spreekt ook over de tijd dat het koninkrijk wél zal aanbreken met zichtbare tekenen. Wanneer Hij terugkomt, zal het koninkrijk in al zijn volheid zichtbaar worden. Zoals een bliksem die de hele hemel verlicht, zo zal zijn komst zijn (Lukas 17:24). We leven dus tussen deze twee momenten in: het koninkrijk is begonnen, maar het is nog niet voltooid.

Gelijkenissen

Om dit duidelijk te maken vertelt Jezus gelijkenissen. Denk aan de gelijkenis van de talenten (Mattheüs 25), van de ponden (Lukas 19), en van de trouwe dienaar (Lukas 12). Deze verhalen komen in grote lijnen overeen:

1 Een heer vertrouwt zijn dienaren iets toe.

2 Hij vertrekt naar een ver land.

3 Tijdens zijn afwezigheid gaan de dienaren verschillend om met wat ze gekregen hebben.

4 Dan keert de heer terug en vraagt rekenschap.

Wat weten we? Jezus is die Heer. Hij is naar de hemel gegaan, maar Hij komt terug. In de tussentijd mogen wij zijn koninkrijk vertegenwoordigen. Niet door macht, maar door trouw en dienstbaarheid. Door met wat Hij ons gaf aan de slag te gaan.

Wat heeft dit met Israël te maken? Alles. Want veel vragen over Israël gaan eigenlijk over het koninkrijk van God. Is dat koninkrijk alleen voor de gemeente? Of heeft Israël daar ook nog een plek in? De Bijbel leert ons dat God bezig is een volk uit de volken te vergaderen (Handelingen 15:14). Maar dat is niet het einde van het verhaal. Vers 16 zegt: Daarna zal Ik terugkeren en de vervallen hut van David weer opbouwen.

Paulus zegt het zo in Romeinen 11: Er is een verharding over Israël gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zó zal heel Israël zalig worden.

God is nog niet klaar met Israël. Het volk heeft een plek in zijn plan. Net zoals wij, gelovigen uit de volken, nu een tijd hebben waarin wij het evangelie mogen aannemen en uitdragen, zo komt er een moment waarop God zich op een bijzondere manier weer tot Israël zal richten.

Dat is geen politieke stellingname, maar een geestelijk perspectief. Sommige christenen willen Israël heilig verklaren, alsof het volk geen fouten maakt. Anderen doen het tegenovergestelde, en zeggen: God is klaar met Israël als volk, de kerk zelf is nu het geestelijke Israël.

Mijns inziens zijn geen van beide uitersten helpend. De Bijbel vraagt van ons een andere houding: liefde, hoop, gebed. Kritisch mogen we zijn, net als bij elk volk. Maar tegelijk ook eerbiedig, want God noemt Israël “zijn oogappel” (Zacharia 2:8).

Wat kunnen wij leren? Welk perspectief mag op Israëlzondag onze gebeden beïnvloeden? Drie dingen:

1 Vertrouwen dat God zijn plan uitvoert. Ook als wij het nog niet zien.

2 Trouw zijn in de tussentijd. Jezus komt terug. Wat doe jij met wat Hij je toevertrouwd heeft?

3 Bid voor Israël. Niet zomaar uit aardse politieke voorkeur, maar omdat God daar een doel mee heeft.

Israëlzondag is niet alleen een moment om na te denken over het Midden-Oosten. Het is een kans om opnieuw stil te staan bij Gods grote plan met deze wereld. Een plan dat begon met een volk, doorging via het kruis en de opstanding van Jezus, en dat uitloopt op zijn glorieuze terugkeer.

Het koninkrijk is onderweg. Het groeit, vaak onzichtbaar, zoals nieuw leven in de schoot. Maar op een dag wordt het zichtbaar in heerlijkheid. Tot die tijd zijn wij geroepen om te geloven, te dienen en te bidden.

Kom, Heer Jezus. Maranatha. •

The Send

Voor een kerk van generaties ‘All-in voor Jezus’.

In 2026 vindt The Send plaats: een groot evenement plaats voor jongeren, gericht op wereldwijde zending en evangelisatie. Op 4 oktober en 30 november 2025 vinden ‘pre-gatherings’ plaats: voorproefjes op het grote evenement in 2026.

The Send is een internationale samenwerking met als doel een beweging tot stand te brengen die jongeren ondersteunt in het vinden van zingeving en concrete manieren om zich in te zetten voor Gods doel met hun leven. Maar ook om jongeren te helpen om zich te verdiepen in hun geloofsleven door gebed en vasten, Bijbellezen en dagelijks Jezus te volgen, kortom discipelschap.

The Send wil duizenden jongeren bij elkaar roepen in landen over de hele wereld. We geloven dat The Send een katalysator kan zijn, een versneller, voor een nieuwe aanpak van wereldwijde zending en evangelisatie. Met de middelen die in deze tijd beschikbaar zijn kunnen we zonder twijfel de grootste ‘Jezus beweging’ zien van alle tijden.

Ontstaan in 2011 vanuit een beweging bekend als ‘The Call’, heeft The Send wereldwijd inmiddels honderdduizenden jongeren bereikt en geholpen om zich concreet missionair in te zetten. De grootste bijeenkomsten vonden plaats in Brazilië, waar in 2020 meer dan 150 duizend jongeren deelnamen aan The Send in drie compleet gevulde voetbalstadions. Maar ook in Noorwegen, Engeland en Finland heeft The Send bijzondere resultaten gehaald. Hoewel The Send toewerkt naar een groot evenement in 2026, ligt de focus vooral op wat vooraf en achteraf aan dat evenement gebeurt. Het gaat daarom ook niet om hoeveel jongeren bij een event zijn, maar hoeveel van hen zich concreet gaan inzetten in hun missionaire roeping.

Stille opwekking?

Dat er iets bijzonders gaande is onder de jonge generatie, ook wel als GenZ aangeduid, kunnen we inmiddels niet meer ontkennen. In Opwekking Magazine stond vorige maand een uitgebreid artikel over deze ontwikkeling. Als er voorheen nog sprake was van een ‘stille opwekking’, kunnen we inmiddels ook wel stellen dat het lang zo ‘stil’ niet meer is. Jongeren evangeliseren op straat, kiezen radicaal om Jezus te volgen en schamen zich niet meer om christen te zijn.

The Send zoekt samenwerking met organisaties en kerken die zich samen hard willen maken om jongeren concreet en actief mee te nemen in een proces van discipelschap en uitzending, vandaar de naam The Send.

Er zijn vijf missiegebieden gedefinieerd in Nederland: Eigen stad of dorp - inzet in je lokale omgeving Scholen en universiteiten – Bijbel- en gebedsgroepen op scholen

Recht en gerechtigheid – inzet voor mensen in nood Eigen werkomgeving – getuigen op je werk Wereldzending – het evangelie brengen aan de miljarden die het nog niet gehoord hebben.

Vanuit die missiegebieden wordt in samenwerking met tientallen organisaties gebouwd aan een systeem, ook technisch, waarmee jongeren na events van The Send

RUBEN FLACH

concreet benaderd zullen worden om opvolging aan te bieden. Dus als een jongere zich, bijvoorbeeld, geroepen voelt om een gebedsgroep op school op te gaan zetten, wordt hij of zij benaderd, getraind en begeleid om dat in de praktijk te gaan doen. Tijdens bijeenkomsten geven jongeren hun contactgegevens door, wat in de dagen na de events direct opvolging krijgt door een van de partners.

Tegelijkertijd wordt er gesproken en gewerkt met de kerken vanuit de visie dat iedere discipel van Jezus onderdeel zou moeten zijn van een geloofsgemeenschap, de kerk. In die gemeenschap moet de focus niet alleen op één generatie liggen maar versterken de generaties elkaar. In de gemeenschap is behoefte aan geestelijke vaders en moeders die opstaan om de jonge generatie te begeleiden en richting te geven. God zelf zegt dat zijn naam voor eeuwig is ‘de God van Abraham, Izaäk en Jacob’, kortom een God van generaties.

Jaarbeurs

The Send trekt het komende jaar door het hele land, is aanwezig in jeugdgroepen en samenwerking van groepen. Ook worden er ‘pre-gatherings’ gehouden in verschillende provincies, waarvan de eerste plaatsvindt op 4 oktober in Rotterdam en de volgende op 30 november in Veenendaal.

Het grote The Send evenement vindt plaats in de Jaarbeurs in Utrecht op 24 oktober 2026, met als doel om 15 duizend jongeren bij elkaar te brengen en uit te zenden als zendelingen naar Nederland en wereldwijd. Het is bijzonder om in de Jaarbeurs opnieuw een groot zendingsevenement te organiseren. In de jaren 80 en 90 werden hier de ‘Mission’ conferenties plaats. Op deze plek ligt voor veel mensen de start van hun roeping en bediening. En plek met geestelijke erfenis.

Het gebed van The Send als ze zich uitstrekt naar de jonge generatie is dan ook: Do it again Lord, do it again. •

Meer info: www.thesend.nl

Steun je broeders en zusters in Israël

Help mee! Met jouw hulp breekt het evangelie van Jezus Christus weer baan in Israël

De grenzen van taal

Henk Stoorvogel

Ik hou van taal. Van woorden die werkelijkheid weergeven. Van zinnen die het onzegbare overdraagbaar maken. In de boeken die ik geschreven heb, in de preken die ik gehouden heb, was het vinden van ‘de woorden voor het wonder’ zowel de grootste uitdaging als de grootste vreugde.

Taal is een mirakel. Het stelt ons in staat om gedachten over te dragen. Om datgene dat onzichtbaar en onhoorbaar is in het hier en nu te representeren. En niet alleen te representeren, maar om dat ook te kunnen manipuleren; om zaken naar onze ‘manus’, onze hand te kunnen zetten.

Toch besef ik steeds meer dat taal serieuze beperkingen heeft. Dat datgene dat ten diepste ‘is’, datgene dat we daadwerkelijk ‘beleven’, wie Gód is, en hoe Hij aanwezig is, overal, altijd, niet in woorden te vatten is. Dat wij, zodra we iets in taal vatten, het per definitie ook be-grijp-e-lijk willen maken (het willen kunnen ‘grijpen’) en daarmee niet anders kunnen dan het ‘platslaan’, en daarmee ontdoen van alle leven, essentie en aanwezigheid van de vonk van het wonder.

Metaforisch

Taal werkt. En het werkt tegen. Misschien wordt het daarom de Bijbel zo vaak metaforisch gesproken over God. Zoals in Openbaring 1, waar staat: Zijn hoofd en haren waren wit als… witte wol… of als sneeuw…, en zijn ogen waren als… een vlammend vuur. Het léék op witte wol, of sneeuw, of vlammend vuur… Het leek erop, en was toch ook helemaal anders.

Onze diepste aanbidding schuilt in ons stil zijn voor God

En misschien wordt er daarom zo vaak in negatieve termen gesproken over God. Zo schrijft Paulus in Romeinen 11: Hoe onuitputtelijk zijn Gods rijkdom, wijsheid en kennis, hoe ondoorgrondelijk zijn oordelen en hoe onbegrijpelijk zijn wegen? On… On… On… Het is vooral door te omschrijven wat níet te vatten is dat Paulus probeert te vertellen hoe God ís.

En misschien dat God zich daarom ook aan Mozes openbaart met de mysterieuze naam JHWH. De Amerikaanse emeritus-hoogleraar Robert Alter omschrijft de naam JHWH als: “een ontologisch goddelijk mysterie van het meest ontzagwekkende soort.” En als je dit citaat niet echt snapt, dan is dat voor te stellen. Want ook Alter bereikt hier de randen van wat mogelijk is met taal.

Zwijgen

Deze mijmeringen over de grenzen van taal klinken misschien een tikkel filosofisch. Toch helpen ze mij, en hopelijk ook jou. Om te beseffen dat er zoveel meer is dan waar we ‘bij kunnen’. Dat onze ziel, en het wonder van het leven, en God, zoveel groter en rijker zijn dan we kunnen verwoorden. En dat er daarom zoveel waarde zit in zwijgen. Dat onze diepste aanbidding schuilt in ons stil zijn voor God. Dat ons grootste probleem wellicht niet schuilt in onze moeite met geloven, maar in ons onvermogen ons te verwonderen. •

meld je aan

samen met duizenden jongeren in Gods aanwezigheid

upperroom.opwekking.nl

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.