EEN BOOMKIKKER MIN OF MEER… !?! (HALASTÓ, 19 OKTOBER 2010) Wijfje Metaalglanslibel - Kessel-Lo Let op de opvallende afstaande legdschede Foto: Tom Bovens
Eerste waarneming van een Metaalglanslibel in het Dijleland
84
De Boomklever I september 2018 I ongewervelden
enkel vliegend waar te nemen wat determinatie bemoeilijkt. Enkel de vrouwtjes kan je er iets gemakkelijker in vlucht uitpikken door de opvallende afstaande legschede. Het is dan ook niet onverwacht dat deze eerste waarneming een vrouwtje betrof. De soort vliegt in België vooral in juni-juli. Deze waarneming is dus heel vroeg en was de tweede vroegste waarneming van de soort in 2018 in België. Het vrouwtje vloog wat atypisch boven één van de kleinere kunstmatige vijvers met een kleine rietkraag en nauwelijks schaduw. Ondanks intensief zoeken werd de soort de volgende dagen niet meer teruggevonden tussen de verschillende smaragdlibellen. Een soort die mits gerichte aandacht zeker opnieuw te verwachten is.
DE EERSTE KEER
Op 15 mei 2018 ontdekte Tom Bovens in het Provinciedomein van Kessel-Lo een nieuwe libellensoort voor het Dijleland: de Metaalglanslibel Somatochora metallica. Deze soort was al lang verwacht. Dit is immers een vrij algemene soort in België, ten minste in de Kempen en ten zuiden van Samber en Maas. Bovendien heeft de soort een brede habitatvoorkeur die aansluit bij het aanbod van het Dijleland: zowel stilstaande als traag stromende wateren, zoals vijvers en dode rivierarmen, vaak in bosrijke gebieden. De dichtstbijzijnde waarnemingen van deze soort gebeurden in Rotselaar, waar de soort in 2018 ook voor de eerste keer werd gezien, wat wijst op een regionale influx. De Metaalglanslibel is in het verleden mogelijk over het hoofd gezien omdat ze graag in de schaduw boven de oever vliegt en wegens verwarring met de in het Dijleland plaatselijk vrij algemene Smaragdlibel. Zowel glanslibellen als smaragdlibellen zijn doorgaans
We zijn hier gisteren aangekomen. Ons verblijf, na enig zoekwerk op internet gevonden, is gelegen op een steenworp afstand van de grootste slaapplaats van kraanvogels in dit deel van Oost-Europa. Het heeft hier echter de afgelopen 3 weken affreus veel geregend: ganse stukken van de steppe staan nu onder water. De tienduizenden kraanvogels, die in de Hortobagy normaal op een handvol klassieke slaapplaatsen present geven, hebben nu keuze te over waar ze ‘s avonds hun poten in het water zetten. De grote concentraties moeten we hier nu zeker niet verwachten, verzekerde ons een Hongaarse vogelkijker. Niet dat we ons vandaag verveeld hebben, integendeel. Ruim 20 vierkante kilometer visvijvers en rietmoeras: “daar komt al wel eens een vogeltje naartoe …”
Geen wonder dus dat het uren geduurd heeft vooraleer we de 5 km overbrugd hebben tot aan de achterste vijver. “We zijn er zeker?” vraagt Jo als we een klein gebouw aan de laatste dwarsdijk naderen. Het is het eind“station” van een spoorlijntje op de middendijk. Naast de middendijk lopen 2 afvoersloten waarmee op gezette tijden anderhalve kilometer visvijver links of rechts van de middendijk worden drooggezet. Waarschijnlijk stamt dit systeem nog uit de tijd toen de communisten de plak zwaaiden in Hongarije. Werd hier vroeger zoveel vis gevangen dat je er letterlijk wagonladingen kon mee vullen ? De accommodatie voor vogelkijkende bezoekers is hier in ieder geval fel verbeterd sinds mijn vorige bezoek. De aftandse hoogzitten zijn verdwenen en er is een houten pad door de brede rietgordel aangelegd naar een
Robby Stoks robby.stoks@bio.kuleuven.be De Boomklever I september 2018 I de eerste keer
85