Een mannetje Muurhagedis op een steunbeer van de Abdijmuur langs de bio-tuin “De Wikke”.
Een update over de twee
Muurhagedispopulaties (Podarcis muralis) in het Leuvense HET NATUURLIJK VERSPREIDINGSGEBIED VAN DE MUURHAGEDIS IN BELGIË De Muurhagedis (Podarcis muralis) is een thermofiele soort die gebonden is aan warme hellingen en valleien met stenig substraat. Hij verkiest rotsige leefgebieden en puinhellingen die goed door zonnestralen opgewarmd worden. Meestal worden Muurhagedissen geobserveerd op kalkrotsen, arduin- en zandsteen, soms ook op leisteen en zelden op puddingsteen en op fylliet. Naast zijn natuurlijk habitat vinden we de soort ook terug in de volgende drie milieutypes: • in steengroeves: verlaten steengroeven maar vaak ook in steengroeves die nog uitgebaat worden; • op spoorwegen: ongebruikte spoorlijnen die niet te fel verbost zijn, op spoorlijnen in gebruik en op en rond rangeerstations; • andere antropogene sites zoals oude muren, ruïnes, oude forten en kastelen, kerkhoven, stenige taluds langs rivieren, stapelstenen muren, mijnsteenbergen (terrils) en verlaten industriële sites. De meeste van deze zogenaamde secundaire biotopen hebben een gunstig microklimaat, zijn kleinschalig, structuurrijk en kennen een afwis8
De boomklever I maart 2017 I Amfibieën en reptielen
seling tussen ijle en dichte begroeiing. Verticale structuren (hellingen, stapels en muren) in de habitat zijn van groot belang. In België kwam de Muurhagedis voor in de Maasvallei met zijn zijrivieren en het uiterste zuiden van ons land (Lotharingen). DE EERSTE WAARNEMINGEN IN HET LEUVENSE Begin 2000 begon de verovering van Vlaanderen. In de zomer van 2004 gaf Ken Lossy een waarneming door van twee Levendbarende hagedissen, gevonden in een spoorwegberm te Muizen. Deze waarneming was vergezeld door een foto die duidelijk een muurhagedis liet zien. Eind augustus werden er op die plaats ook juveniele dieren waargenomen. Diezelfde zomer fotografeerde Louis-Philippe Arnhem enkele Muurhagedissen, langs de spoorlijn aan de Tivolibrug te Heverlee. Achteraf bekeken bleken deze twee waarnemingen niet de eerste te zijn. In juli 2001 zag een fietser een hagedis snel een strook betonweg oversteken aan de Remysite, nabij de spoorwegovergang bij het station van Wijgmaal. Ondanks het feit dat hier duidelijk sprake was van het gedragspatroon van een Muurhagedis werd er gedacht dat het om een Levendbarende
hagedis ging. In april 2002 werd er door Mark Lehouck een hagedis gezien op een dienstweg van de NMBS aan de Dijledreef te Wilsele. Het dier vluchtte niet in de vegetatie langs het pad, wat een Levendbarende hagedis zou doen, maar bleef over het pad rennen en verdween daarna in een kabelgoot langs de sporen. Weer het typische gedrag van een Muurhagedis. Omdat hij te vlug was voor een nauwkeurige determinatie werd ook deze hagedis als Levendbarende vermeld in het Hyla-archief. Een jaar later (zomer 2003) zag Chris Vanden Haute een hagedis zonnen op een muur (abdijtuin) van de Abdij van Park te Heverlee. Vermits de Muurhagedis hier niet inheems is werd ook deze waarneming als Levendbarende gecatalogeerd. ONDERZOEK EN INVENTARISATIES Sedert de eerste waarnemingen van allochtone Muurhagedissen in Vlaanderen werd een uitgebreid veldonderzoek opgestart naar de aanwezigheid van de soort buiten haar natuurlijk verspreidingsgebied, wat leidde tot verbluffende resultaten. Tot op heden zijn niet minder dan 31 populaties ontdekt, die allen geïsoleerd van elkaar leven (Jooris, 2016). Ook in het Leuvense werd er vanaf de zomer 2007 met jaarlijkse (voorjaar & najaar) inventarisatierondes gestart bij twee populaties: de populatie aan de spoorweg te Heverlee en de populatie aan de spoorweg te Holsbeekplein. Deze tweede populatie werd ontdekt door een fietser (Bjorn Van Staeyen) die een hagedis snel over het fietspad (aan de Boom- gaardstraat) zag rennen. Tijdens een terreinbezoek ter plaatse door Hyla-medewerkers op 21 april 2007 werden er langs een kilometer spoorwegberm en in aangrenzende tuinen 35 Muurhagedissen geteld, waaronder acht subadulten. Het doel van de jaarlijkse inventarisatierondes is het in kaart brengen van de jaarlijkse fluctuaties binnen de populatie en de snelheid waarmee de populaties zich uitbreiden. Het betreffen hier duidelijk twee verschillende populaties vermits er in het tussenliggend gebied
Een Muurhagedis op een kabelgoot te Wilsele. Oude kabelgoten beschikken over voldoende openingen waardoor de Muurhagedissen ze als geschikte schuilplaats kunnen gebruiken.
Een juveniele Muurhagedis op de oude muur van de abdijsite. Deze muur staat naar het zuiden georiënteerd en is daardoor een geschikt voortplantingsbiotoop voor Muurhagedissen.
Een Muurhagedis op de achtermuur van een supermarkt aan Holsbeekplein. Deze muur beschikt ook over voldoende schuilplaatsen voor de hagedissen.
Een Muurhagedis op de betonnen afsluiting van de spoorweg langs de Tivolistraat.
(Leuven station en de aangrenzende rangeersporen), buiten een paar Levendbarende hagedissen, nog geen Muurhagendissenpopulatie gevonden is. De waarneming van de Muurhagedis aan de Dijledreef in 2002 betrof waarschijnlijk een zwerDe boomklever I maart 2017 I Amfibieën en reptielen
9