De Boomklever Maart 2009

Page 4

Bijna het hele jaar kunnen nachtvlinders ge­

Een blinde vlek op de kaart

De nachtvlinderfauna van het

vangen worden. Elk seizoen heeft zijn typische

Wat betreft nachtvlinders waren het Heverlee­

Heverleebos en het Meerdaalwoud:

bos en het Meerdaalwoud echt blinde vlekken

een voorlopige tussenstand

Klassiek gebeurt nachtvlinderinventarisatie im­

op de kaart. mers door kwiklampen gedurende enkele uren tot een hele nacht te laten branden. Daarvoor is elektriciteit onontbeerlijk, wat in natuurgebie­ den natuurlijk ontbreekt. Daarom wordt daar

DEEL 1:

een beroep gedaan op generatoren. Omdat het dus veel gemakkelijker is in een tuin

Het Heverleebos

deze op telling te plaatsen, gebeuren de meeste brengen. Hij had in het kader van zijn inventa­ risatieproject van de Vlaams-Brabantse bossen heel wat oude gegevens verzameld. Op basis

1

n de zomer van 2007 zijn we met de Natuurstudiegroep Dij­

leland voor het eerste gestart met nachtelijke

insectenexcursies

in

hiervan bleken de bosranden van het Heverlee­ bos het meeste kans te bieden. Her en der in het Meerdaalwoud waren er ook verspreide waar­ nemingen, maar dit bosgebied was waarschijn­ lijk nog minder goed onderzocht dan het voor­ gaande. Heel wat waarnemingen waren wel al

onze grootste bosdomeinen, het

heel oud en sindsdien was de situatie op het

Heverleebos

terrein vaak veranderd. Zo zijn intussen grote

en

het

woud. Aanvankelijk

Meerdaal­

voornamelijk

bedoeld als inventarisatie van Vlie­

delen van wat eertijds Heverleebos was ten noorden van de E40 nu verkaveld. Een nieuwe inventarisatie drong zich dus op. De ervaring

(Lucanus cervus), bleek

van Arno leerde dat in onze noordelijke streken

gaandeweg het succes voor nacht­

nende kevers zijn. In tegenstelling dus tot wat

gende herten

vlinderinventarisatie heel wat gro­ ter. In een reeks artikelen brengen we u het relaas van de resultaten die we tot hiertoe bereikten. In dit eerste deel gaan we in op het He­ verleebos.

V liegende

herten

uitgesproken

warmtemin­

je intuïtief zou verwachten moet je hier dus niet gaan zoeken naar deze kevers middenin een dik eikenmassief. Het zijn echter de zuidgerichte ta­ luds, zonbeschenen bosranden en holle wegen die in trek zijn, op voorwaarde dat er voldoende dood hout ligt als voedsel voor hun larven. Er werd beslist om 2 inventarisatiemethodes uit te proberen. Enerzijds een wandeling langs de gunstigste locaties op zwoele juni- en juliavon­ den rond de schemering, net in de piekvliegpe­

Licht in het duister

riode. Anderzijds zouden we ook proberen de kevers aan te trekken met behulp van lichtbron­ nen. Van deze laatste methode was eigenlijk niet

Met een symboolsoort als Vliegend hert in het

zo goed gekend of ze goed kevers zou aantrek­ ken, maar ze heeft wel potentieel en bovendien

achterhoofd rijpte in het voorjaar van 2007 het

het grote voordeel dat als er geen kevers op af­

idee om ook eens in eigen streek hiernaar op

kwamen, dat het toch zeker nachtvlinders zou

zoek te gaan. De vraag stelde zich hoe dit het

aantrekken. Zo zouden we twee vliegen in één

beste te doen. Gelukkig kon Arno Thomaes,

klap slaan: een kever- én een nachtvlinderin­

de keverspecialist van het I

2

BO hiervoor raad

ventarisatie.

doorgedreven inventarisaties in de tuinen van gepassioneerde

nachtvlinderliefhebbers.

De

klas ieke opstelling die hierbij gebruikt wordt is de Skinnerval waarbij de kwiklamp in een ingenieuze halfopen doos zit waar de vlinders langs boven kunnen invliegen. Ze verstoppen zich dan tussen eierkartons die rond de lamp worden aangebracht zodat ze tot rust kunnen komen. Een laken en eierkartons rond deze val kunnen nog bijkomende vondsten opleveren. 's Morgens vroeg -voor het licht wordt, want an­ ders vliegen de vlinders vanzelf weg- kunnen de kartons dan één voor één bekeken worden op de aanwezige vlinders waarna deze terug vrijgelaten worden.

soorten. De piektijd qua soortenrijkdom valt in juni. Het is dan in zwoele nachten met lichte re­ gen (niet voor niets "motregen") dat de meeste soorten kunnen gevangen worden waaronder een heleboel spectaculaire Pijlstaarten

(Sphingi­

dae). Warme zomers met veel zuidelijke lucht­ stromingen kunnen ook leuke dwaalgasten uit Zuid-Europa aanbrengen. Aanhoudende perio­ des van slecht weer en hevige stortregens voor­ afgaand aan een inventarisatie kunnen deze ook negatief beïnvloeden: dan regenen de vlinders immers gewoon dood. Hoe vaker je vangt, hoe meer soorten en zo ko­ men intensieve speurneuzen al gauw tot een tuin.lijstje van meer dan 200 soorten. Recent is de interesse gegroeid om ook in na­ tuurgebieden te gaan inventariseren. Zo wordt de laatste jaren intensief geïnventariseerd door Wim Veraghtert in het Walenbos met intussen ook al meer dan 250 soorten op de teller. atuurlijk konden we in eigen regio niet achter­ blijven en omdat onze oudste en grootste bos­ gebieden ook wel eens ongekende schatten op nachtvlindergebied zouden kunnen herbergen, werd geopteerd om deze tot dan toe blinde vlek­ ken ook eens onder de loep te nemen.

Om praktische redenen hebben we zelf nooit een hele nacht door geüwentariseerd. Telkens als bleek dat er nog maar weinig nieuwe vlin­

ders op de lampen afkwamen (meestal rond middernacht),

hebben

we

onze

inventarisa­

ties gestaakt en de vondsten geïnventariseerd. Daarmee zullen we uiteraard telkens wel enkele soorten gemist hebben, maar waarschijnlijk niet zoveel omdat de weersomstandigheden vaak niet ideaal waren. T ijdens een inventarisatie de hele nacht door moet ook de generator de hele nacht actief blijven (anders gaan de gevangen vlinders terug vanzelf vliegen) en moet er eigen­ lijk de hele nacht iemand in de buurt blijven, wat natuurlijk niet zo praktisch is. De laatste jaren is de interesse voor nachtvlin­ markt komen van een Nederlandstalig stan­ "Nachtvlinders"

van

Waring

en

Townsend. Ze zouden interessante indicatoren kunnen zijn van de algemene kwaliteit van ons leefmilieu.

In het Heverleebos werden in de zomer van 2007 twee excursies gehouden. Eén half juni waarbij we onder leiding van An­ dré Verboven en Wim Veraghtert met een hele reeks Skinnervallen vanaf zonsondergang tot een uur of één 's nachts waarnemingen deden. Al wandelend van de ene naar de andere val werd ook actief gezocht naar kevers. De weers­ omstandigheden hadden beter gekund: het was iets te koud (kouder dan

l6°C) zodat V liegende

herten niet rondvlogen en er stond iets te veel wind en er viel een beetje regen, maar gelukkig

ders fors toegenomen zeker sinds het op de daardwerk,

De zoekinspanning

minder dan aanvankelijk gevreesd. Enkele avonden nadien op zwoele zomeravond eind juni werd een wandelexcursie in kleine groep georganiseerd waarbij de interessantste plekken (gekend van oudere waarnemingen) aan de bosrand van het Heverleebos aangedaan werden. Voor V liegende herten was het weer toen ideaal.

De Boomklever - maart 2009 De Boomklever - maart 2009

3


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.