Project Grauwe Gors
I / Inleiding
1
lasperiode in 2000-2002 is de Grauwe Gors uit
n heel Europa boeren traditione
vele gebieden in Vlaanderen totaal verdwenen
le akkervogelsoorten al geruime
als broedvogel. In V laams en Waals Haspen gouw bevindt zich momenteel het bolwerk van
tijd sterk achteruit. De populaties
de soort in België, dat ruwweg geschat wordt
van ondermeer Geelgors, Grauwe
op enkele honderden broedparen. Gelet op de
Gors, Veldleeuwerik en Patrijs zijn
in Noordwest-Europa, is deze Haspengouwse
de voorbije 15-30 jaar zeer sterk
broedpopulatie
afgenomen
(Vermeersch
et
al.,
2004; Birdlife International, 2004). In Noordwest-Europa ging de Veld leeuwerik zelfs met 95% achteruit
zeer snelle achteruitgang van de soort overal ondertussen
van
belang
op
oordwest-Europees niveau.
2/ Ecologie Grauwe Gors De Grauwe Gors komt voornamelijk in Eu ropa voor. In het noorden van zijn versprei
tijdens de laatste 30 jaar. Verschil
dingsgebied houdt de soort zich voornamelijk
lende streken en landen hebben
op in landbouwgebieden. Extensieve hooi- en
reeds een aantal soorten voorgoed zien verdwijnen, zoals bvb. de Or
graasweiden of akkergebied genieten de voor keur, liefst omgeven door kleine kruidenrijke landschapselementen. De soort neemt vrij laat in het voorjaar zijn broedterritoria in en polyga
tolaan in V laanderen.
mie komt voor. Volwassen Grauwe Gorzen eten voornamelijk zaden (waaronder graangewas
Bijna de helft van het V laamse grondgebied is
sen), maar jongen worden gevoed met insec
landbouwgebied.
ten. Graanzaden en in mindere mate zaad van
De
landbouwintensivering
van de voorbije decennia en de aanhoudende
duizendknopen en grassen vormen grotendeels
rationali ering van het productieproces plaatsen
het wintermenu. Onder meer de opkomst van
ve 1 akkervogel oorten onder druk door habi
het wintergraan heeft ervoor gezorgd dat er 's
tatverlie
(ne tgelegenheid, dekking) en door
winters nog amper stoppelvelden voorkomen
gebrek aan winter- en zomervoedsel. Vooral in
in het agrarisch landschap. Verschillende stu
groot chalige, open akkerbouwgebieden is er
dies hebben uitgewezen dat de afname van de
anno 200
populatiegrootte in belangrijke mate bepaald
weinig ruimte over voor biodiversi
teit.
wordt door de penibele voedselsituatie tijdens
Van de drie Vlaamse karakter oorten van der gelijk
grootschalige
akkergebieden
de winter. Ook in het broedhabitat spelen ver
(Gele
schillende negatieve factoren. In diverse streken
Kwik taart, Grauwe Gors en Veldleeuwerik)
blijkt er een negatief verband tussen het aantal
zit vooral de Grauwe Gors 'in nesten'. Hij heeft
Grauwe Gorzen en de opkomst van de maïs
de klein te bro dpopulatie van de drie, hij is de
teelt. De voeding van de jongen bestaat hoofd
voorbij
zakelijk uit insecten. Een te laag insectenaanbod
jaren vermoedelijk het terkst achteruit gegaan en heeft hij bijgevolg de 'slechtste' Rode Lij l tatu
('bedreigd' , ver u
Veldle uwerik; Devo
72
De Boomklever
'kwet baar' voor
et al., 2004). Sinds de at-
-
juni
2008
hangt in landbouwgebieden in belangrijke mate amen met het wijdverspreid en aangehouden gebruik van bestrijdingsmiddelen.