�-'-l
___ _ _ _______ _____
�,J
UilR.1 �iJCO
Zeggekorfslak ( Vertigo moulinsiana) Ecologie en habitat
- De Zeggekorfslak is een uitgesproken moerasbewoner, die typisch voor
komt in de overgangszone tussen de natste en de iets drogere delen van rivier- en beek valleien. Kenmerkende vegetaties zijn elzenbroeken, dottergraslanden en grote zegge vegetaties. Natte rietvegetaties worden doorgaans gemeden. Van vegetaties is geweten dat, eenmaal een gebied gekoloniseerd, ze ook nog kunnen overleven nadat optimale ontwikkelingsomstandigheden verdwenen zijn. Deze slak doet dit niet. Droge varianten van elzenbroek, dottergraslanden of grote zeggevegetaties herbergen zelden de Zeggekorf slak. Een cruciaal aspect van het biotoop van de Zeggekorfslak is de kalkrijkdom. De soort komt steeds voor in goed zuurgebufferde moerassen voor. Deze buffering komt doorgaans vanuit de ondergrond onder de vorm van opkwellend mineralenrijk grondwater. In enkele zeldzame gevallen komt deze vanuit het oppervlaktewater.
Voorkomen in het Dijleland
- Tot voor kort werd de soort in België uitgestorven gewaand.
Enkel uit La Hulpe (Laanvallei), aan de rand van het meer, waren min of meer recente waarnemingen van de soort. Sinds het begin van de jaren '90 zijn echter opnieuw populaties aangetroffen. In het Dijlebekken komt de soort vooral voor in de Laanvallei, zowel in het Waals als in het Vlaams gedeelte. In totaal zijn er 33 populaties in het Dijlebekken bekend. Hiervan komen er vier in de Dijlevallei voor (3 Vlaanderen, 1 Wallonië). Van de andere populaties komen er acht in het Vlaamse deel van de Laanvallei voor. De gemiddelde oppervlakte van een populatie bedraagt 0,3 ha. De kleinste populatie huist op een strook zegge van 300 m2•
De leggekorfslak, de benjamin onder de Habilalrichllijnsoorten (foto Roeland Fort} 140