Hoogtelijn 4 / 2023

Page 1

het dak van de wereld HIMALAYA

WWW.NKBV.NL | SEPTEMBER 2023 | NR4
BERGSPORTMAGAZINE VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE KLIM- EN BERGSPORT VERENIGING DE YALA PEAK Alternatief voor een onhaalbare zesduizender MANASLU CIRCUIT Trektocht rond de berg van de ziel HONDERD UUR REGEN Noodweer in de droogste regio van Nepal

ERVAREN IN BUITEN door

weer en wind

Weer of geen weer, onze

Buitenexperts zijn het liefst

buiten. Want dat geeft vrijheid

én energie, wat het weer ook doet. En met al hun ervaring in buiten weten zij precies wat jij nodig hebt om ook in de herfst optimaal van buiten te genieten. Buiten begint bij Bever.

Een hele dag hiken in natte omstandigheden? Dit hardshelljack houdt

“De zon op m’n gezicht. Een regenbui waar je doorheen loopt. Dat geeft rust én heel veel energie, tegelijkertijd...”

– Stien Buitenexpert Bever Groningen

SPORTIEVE ALLROUNDER

Meindl

Top Trail Lady Mid GTX

Wandelschoen Dames

Allround halfhoge wandelschoen, met Vibram-loopzool en het variofixvetersysteem, wat zorgt voor een perfecte pasvorm in het hielgebied. Ideaal voor milde bergpaden en glooiend terrein. Waterproof Gore-Tex houdt je voeten droog.

€239,95 € 215,95*

Berghaus Hillwalker Shell Jacket Dames

ONTSPANNEN WANDELEN

Mammut

Lithium 25 Rugzak Dames

Comfortabele rugzak ideaal voor wandelingen en veeleisende tochten. Voorzien van een geïntegreerde regenhoes, zo blijven je spullen gegarandeerd droog.

€129,95 € 116,95*

ISOLATIELAAG

Arc’teryx Atom Jacket

Licht, veelzijdig synthetisch geïsoleerd jack die warmte vast houdt. Werkt als tussenlaag en staat op zichzelf. Langdurige regenbui? Draag hem onder een waterdichte Hardshell.

€269,95 € 242,95*

WATERAFSTOTEND

Patagonia

Torentshell 3L Jas Dames

Gemaakt van 100% gerecycled materiaal. Maakt gebruik van de de 3-laags H2No Performance Standard-technologie voor uitzonderlijke waterdichte en ademende prestaties. Kortom, deze jas houdt je absoluut droog en fris in hoosbuien en miezerregen.

€199,95 € 179,95*

ALTIJD DROOG

Berghaus

Regenbroek Deluge

Deze regenbroek trek je snel over je gewone broek aan door de handige driekwartsluiting. In de stromende regen kun je erop vertrouwen dat het Berghaus’ AQ2 materiaal waterdicht en ademend is.

€84,95 € 76,45*

VEELZIJDIG

Adidas

Terrex AX4 GTX Wandelschoen

Voor hikes, scrambles en via ferrata’s combineert ‘t design het gevoel van een lichtgewicht trailrunner met de stabiliteit van een wandelschoen. Voorzien van waterdicht en ademend membraan.

€149,95 € 134,95*

Buitenmens

Wash-In Textile Waterproofing

Als je kleding water opzuigt en de waterdruppels niet van de stof af parelen is het tijd om de waterafstotende laag van je kleding te herstellen. Maak je eigen waterdichte items klaar voor de herfst met dit eco-vriendelijk en biologisch afbreekbaar textiel impregneermiddel.

€24,95 € 22,45*

Word buitenvriend en ontvang als NKBV-lid 10% korting bij Bever.

word en ontvang als NKBV-lid 10% korting bij Bever. Kijk voor meer informatie op bever.nl/partners/nkbv

*De 10% korting is alleen geldig voor NKBV leden. Prijs- en modelwijzigingen en/of zetfouten voorbehouden. Voor actuele prijzen en beschikbaarheid van de producten verwijzen we naar onze winkels en bever.nl

Kijk voor meer informatie op nkbv.nl, hoogtelijn.nl, instagram.com/_nkbv en op facebook.com/de.nkbv.

ACTUEEL

07 Voorwoord bestuur

10 Op de hoogte

80 NKBV voor jou

88 Gespot

THEMA

18 Dilemma’s

22 Klimmen in elk duizendtal

26 De Goechala Trek

30 Witte woeste wereld rond Manaslu

36 Film: Een vrouw die vertrekt

40 De Great Himalaya Trail

46 Ontmoetingen uit het leven van Billi Bierling

50 Expeditie vanuit Kyanjin Gompa

55 In vogelvlucht: Vogels van de Himalaya

56 Honderd uur regen in Dolpo

62 Interview Ariën van de Kolk

68 Afvalproject op Manaslu

EN VERDER

16 Depot: Achtergronden

72 Klimmen bij de buren: Klettersteigen in België

74 Markt & materiaal: Zelfzekeringen

76 Eerste wandelaars Stauseesteig

82 Overschrijding van de Grandes Jorasses

87 Mijn verhaal: Wedstrijdjury

90 Vooruitblik

Stoepa’s en gebedsvlaggen, typische elementen op foto’s uit de Himalaya. In dit themanummer lees je verhalen over expedities en trektochten in het hoogste gebergte ter wereld.

56

DOLPO

Honderd uur regen

26

55

4 | HOOGTELIJN 4-2023 inhoud 18
HIMALAYA
NEVEN Vogels van de Himalaya GOECHALA TREK India

Op de limiet

Dit had een stukje moeten worden over Katja Staartjes, Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, die door de koning onderscheiden is voor haar ontwikkelings- en wederopbouwprojecten in Nepal, naast haar verdiensten voor de bergsport in Nederland.

Katja was veel in het nieuws de laatste maanden. Niet vanwege haar lintje, maar vanwege de commotie en verontwaardiging over gebeurtenissen in de Himalaya. Eerst was er het record van de Noorse Kristin Harila en de Nepalees Tenjen Lama Sherpa. In drie maanden en één dag beklommen zij de veertien bergen van meer dan 8000 meter. Een ongekende prestatie, zowel fysiek, psychisch als logistiek.

Maar zij zijn ook de exponenten geworden van wat veel ‘klassiek’ geschoolden geen bergsport meer noemen. Zij gebruikten op alle bergen op één na extra zuurstof, lieten de routes door sherpa’s van vaste touwen voorzien en vlogen met helikopters naar de basiskampen. Vervolgens overleed een Pakistaanse drager op de K2, de laatste berg die Kristin Harila en Tenjen Sherpa moesten beklimmen voor hun record. Op een van de gevaarlijkste stukken van de route, hoog op de berg, stierf Mohammed Hassan op een smal ijsspoor. Op foto’s en video’s is te zien hoe klimmers over de stervende of al overleden Hassan stapten. De verklaringen over het drama zijn niet eensluidend. Hadden klimmers de man kunnen redden? Katja Staartjes, Wilco van Rooijen (zelf de K2 beklommen en met moeite overleefd) en René de Bos relativeerden de felste aantijgingen. Wie hee ooit op 8000 meter iemand van 75 kilo geprobeerd te redden? ‘Op zo’n moment, in die omstandigheden, is het vaak de afweging: jij of ik’, aldus Wilco. Pijnlijk, maar op de hoge Himalayabergen wordt geklommen op de limiet. Dan mag er niets mis gaan.

peter.daalder@hoogtelijn.nl

Op de cover: Christian de Jong leverde in mei een opmerkelijke prestatie. Samen met Prakash Sherpa beklom hij de Pumori (7161 meter) en de Nuptse (7861 meter). Hij was de eerste Nederlander op de top van de Nuptse. Op de foto een van de ladders in de Khumbu ijsval die ze overstaken. Lees zijn hele verhaal op p. 22.

Coverfoto: Christian de Jong

HOOGTELIJN 4-2023 | 5 stand
INTERVIEW Ariën van de Kolk 74 MARKT & MATERIAAL Zelfzekeringen 62 KLETTERSTEIGEN In België 72
JORASSES Alpiene overschrijding 82
GRANDES

# Feel TheLove

The Destination’s wide network of trails opens up the whole alpine diversity.

meine-berge.ch/en/hiking/

Verlies

In het voorjaar en de zomer zijn acht leden van de NKBV verongelukt. De meesten waren ervaren klim- en bergsporters. Drie van hen waren bovendien instructeur en actief als vrijwilliger – betrokken en jne mensen.

De ongelukken hebben grote impact op de naasten en brengen schokgolven teweeg door de klimgemeenschap. Het is heel intens om het verdriet om ons heen te zien. Zulk verlies aan levens in zo’n korte tijd is ongekend in de geschiedenis van de vereniging. Al jaren daalt het aantal bergsportongelukken. We hopen dat dit zwarte seizoen geen keerpunt in die trend betekent, maar een uitzondering is.

Bij een ongeval gaat de eerste zorg uit naar het ondersteunen van naasten waar nodig, vervolgens naar de communicatie en afwikkeling met politie en pers. Dat

is al jaren gebruik. Bij klim- en bergsport staat veiligheid voorop, maar de aard ervan hee het in zich dat als het misgaat, het ook geheel verkeerd kan aflopen. Daar moeten we rekening mee houden.

Elk bekend ongeval, ook niet-fataal, wordt geregistreerd en waar mogelijk wordt er een analyse van gemaakt: wat waren de omstandigheden ter plekke en wat was het ervaringsniveau; is er iets onverwachts gebeurd en hoe is er gehandeld? Daar proberen we conclusies uit te trekken: is het nodig voorlichting te geven, moet er iets worden toegevoegd aan de opleidingen, zijn er aandachtspunten voor materiaal? Dat gebeurt ook nu.

De oorzaken van de ongevallen waren zeer verschillend, evenals de plaatsen: een klimhal, het hooggebergte in de Alpen en een klimgebied in België. Het betrof over algemeen ervaren klim- en bergsporters. Mensen die gekozen hadden voor hun passie, daar al jaren inspiratie en plezier uit haalden en ook aandacht hadden voor ontwikkelingen en veiligheid. Mensen die nog allerlei plannen hadden. De verwerking door familie en vrienden zal nog jaren duren.

Zulk verlies is ongekend

Het doet, ook mij persoonlijk, weer bese en dat we tijdens onze belevenissen altijd de zorg dragen onze passie te balanceren met zorgvuldigheid, om de altijd aanwezige risico’s zo klein mogelijk te maken. Om ongedeerd naar familie, vrienden en collega’s terug te keren, zodat we weer mooie herinneringen met hen kunnen delen.

Peter Valkenburg

bestuur@nkbv.nl

Opzeggen lidmaatschap

Het NKBV-lidmaatschap loopt per kalenderjaar. Wil je je lidmaatschap voor volgend jaar beëindigen? Doe dat dan vóór 1 november op mijnnkbv.nl. Je ontvangt dan per e-mail een

bevestiging van je opzegging. Na 1 november wordt je lidmaatschap automatisch verlengd voor het volgende kalenderjaar. Kijk voor meer informatie over het lidmaatschap op nkbv.nl.

Partners van de NKBV

bestuur HOOGTELIJN 4-2023 | 7

NKBV

BERGOPWAARTS

70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0

70.000 leden

Feiten en cijfers

€400.000

Dragen we per jaar bij aan het Gegenrechtfonds, voor het onderhoud van paden en hutten

1200

Hutten waar je korting krijgt als NKBV-lid

522

Overnachtingen in de HerBerg sinds de heropening in februari

Klimgebieden

Met de klimjaarkaart heb je toegang tot de klimgebieden van onze zusterverenigingen in België.

€140.000

Investering in klimgebieden

3

Klimgebieden

8000 Klimjaarkaarten

HOOGTELIJN HOOGTELIJN 36 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 Nu 2011 2010

Onderhoudsteams

160.000 Hoogtelijnen verzonden in2023 2009
Nog nooit was onze vereniging zo groot: in augustus hebben we ons 70.000ste lid verwelkomd. Samen verzetten we bergen! De successen delen we natuurlijk graag.

Leren en veiligheid

De bergen en de klimsport veilig beleven staat voorop. De NKBV-Academie leidt het kader op en zorgt voor bijscholing.

Dit kader van vrijwilligers zorgt samen met internationale berggidsen voor de begeleide tochten en cursussen op het programma van Bergsportreizen.

Deelnemers aan:

Bijscholingen NKBV-Academie

Tochtenprogramma Bergsportreizen

Afgeronde kaderopleidingen

Aanmeldingen Expeditie Academie

Alpiene cursusprogramma

NKBV-Gebiedsinfo

In de NKBV-Gebiedsinfo op de website vind je alles wat je wil weten over jouw bestemming.

Gebieden

Wedstrijden

Ook als sportbond groeit de NKBV. Onze atleten schitteren bij nationale en internationale wedstrijden. En steeds meer klimmers doen mee aan de nationale competities, van jong tot oud.

Deelnemers aan de leadcompetitie

486

Deelnemers aan de bouldercompetitie

Kinderen en jongeren in de Series

Landen

664 1221 12
58
603 160 337 340 470 119 49 6 8
Basiscursus Gevorderdencursus Specialisatiecursus Bergwandelcursus

Heb je nieuws voor ‘Op de Hoogte’, mail het naar hoogtelijn@nkbv.nl. Meer bergnieuws vind je op nkbv.nl, of volg ons op Facebook, Twitter en Instagram.

de hoogte

Roeland van Oss is met zijn project Climbing4Climate genomineerd voor de Mountain Protection Award 2023 van de Union Internationale des Associations d’Alpinisme (UIAA).

Vorig jaar zomer beklom Van Oss onder de noemer Climbing4Climate alle 82 toppen hoger dan 4000 meter in de Alpen klimaatneutraal: al zijn verplaatsingen tussen de bergen waren lopend of per fiets, om aandacht te vragen voor klimaatverandering. De winnaar van de award wordt op 21 oktober bekendgemaakt.

De Duitse alpinist Luis Stitzinger is eind mei dodelijk verongelukt op de Kangchenjunga. Zijn lichaam werd gevonden op 8400 meter hoogte. Stitzinger was een toonaangevende alpinist; hij klom en skiede op verschillende achtduizenders. Hij werd 54 jaar.

Eind mei is Pieter Hamans overleden, oudbestuurslid van de KNAV. Namens de KNAV maakte hij ook deel uit van de International Council for Competition Climbing (ICCC) en de UIAA. Hij was enthousiast sportklimmer, kliminstructeur en opleider, en speelde op die manier een belangrijke rol in de ontwikkeling van de klimsport in Nederland. Pieter Hamans werd 63 jaar.

Het Dutch Mountain Film Festival wordt dit jaar gehouden van 31 oktober tot en met 5 november in Heerlen en Aken. Het thema van deze editie is ‘Risico’. Zie dmff.eu

Sinds Tenzing Norgay en Edmund Hillary zeventig jaar geleden als eersten de top van de Mount Everest bereikten (op 29 mei 1953) hebben meer dan zesduizend anderen dat inmiddels ook gedaan, zo blijkt uit cijfers van de Himalayan Database. De Everest trekt elk jaar weer meer klimmers. Dit voorjaar gaven de autoriteiten 478 vergunningen af voor buitenlandse klimmers. En de berg blijft voor records zorgen. Kami Rita Sherpa, alias Everest Man, bereikte in mei voor de 28ste keer de top.

Dodelijke ongelukken in de bergen

Boven het bergsportjaar 2023 hangt een donkere wolk. Er gebeurden verschillende ongelukken met een dodelijke afloop. Onder meer acht leden van onze vereniging overleden tijdens het beoefenen van hun sporten.

In het Belgische Beez is op 28 mei klimmer Janos Urai (69) door een val om het leven gekomen. Urai was een zeer ervaren bergsporter. In het onderstaande bericht schrijft Frederike Bloemers kort over zijn leven en beklimmingen.

Bij de Stubai Ultratrail in Oostenrijk is Pieter Witteveen (46) overleden, hij nam deel aan de K32-race. Tijdens de wedstrijd op 1 juli zakte hij in elkaar en viel vervolgens zo’n 30 meter naar beneden. Ondanks de snelle hulpverlening heeft Pieter het niet overleefd. De wedstrijd werd direct afgelast.

In memoriam Janos Urai

Op 28 mei is klimmer Janos Urai na een val uit de rotsen van Beez (België) overleden. Hij werd in 1953 in Boedapest geboren en vluchtte zestien jaar later met zijn ouders en zus naar Nederland. Voor Janos waren de bergen een belangrijke reden van zijn bestaan. Niet voor niets was hij hoogleraar geologie in Aken. Ook al nam zijn carrière veel tijd in beslag, hij bleef ruimte voor de klimsport maken.

In Europa was het Mont Blancmassief zijn favoriete gebied. Met Jan van der Meulen beklom hij in 1978 als eerste Nederlander de zuidwand van de Aiguille du Fou. In datzelfde jaar deed hij de noordwand van de Les Courtes met Ronald Naar. Vijf jaar later volgde de Sentinelle Rouge op de Mont Blanc met Rudolf de Koning. Aansluitend beklommen we met ons drieën de oostwand van de Grépon.

Een van de mooiste en zwaarste tochten die ik met hem maakte was de Brouillardpijler in 1986. Nooit vergeet ik het moment waarop hij voorklom en

Op 17 juli bereikte Marjolein Floor (22) samen met haar klimpartner via de normaalroute de top van de Dent Blanche in Zwitserland. Bij de afdaling kwam ze ten val, wat haar fataal werd. Marjolein was niet alleen lid van de NKBV, maar ook actief bij de Wageningse Studenten Alpen Club Ibex.

Ook alpinist Tjin Yoe Li (36) verongelukte bij de afdaling na zijn beklimming. Samen met drie medeklimmers stond hij op 31 juli op de Aiguille du Tour in het Mont Blancgebied. Onderweg naar beneden werd Tjin getroffen door losgekomen rotsblokken. Hij en een 26-jarige Fransman uit een andere touwgroep overleefden dit ongeluk niet.

vroeg of ik hem wilde blokken. Boven gekomen toonde hij me met glimoogjes een schitterend kristal, dat hij onderweg had losgepeuterd. In 2005 beklom hij de Diedro Casarotto op de Spitz di Lagunaz met Roland Bekendam. Janos was geoloog en klimmer tegelijk. Hij ging onlangs met pensioen en klimmen stond weer op nummer één. We hadden al een afspraak staan. Zijn agenda stond verder vol met afspraken met zijn kinderen en met diverse onderzoeksopdrachten over klimaat en energie. Zijn onverwachte overlijden is voor veel mensen, binnen en buiten de klimwereld een schok. [Frederike Bloemers]

10 | HOOGTELIJN 4-2023
op
Onder redactie van Rien Jans
Foto David Bacci

Van links boven naar rechts onder: Laura Oldenburger, Jan van der Meulen, Folke Drost, Joris Timmermans, Claartje Meijs, Jules de Ruiter, Karlijn de Wit, Alexander Sternfeld (de foto van Maël Durand ontbreekt)

Expeditie Academie IV van start

Deze zomer is Expeditie Academie IV van start gegaan. Na een eerste selectieweekend in mei in Ettringen werd in juli de definitieve selectie van de deelnemers bekend tijdens een selectieweek in de Urner Alpen. De negen deelnemers zijn Karlijn de Wit, Folke Drost, Jules de Ruiter, Maël Durand, Laura Oldenburger, Alexander Sternfeld, Jan van der Meulen, Claartje Meijs en Joris Timmermans. Zij gaan de komende twee jaar de Expeditie Academie in om allround

alpinisten te worden. Ze krijgen een aantal trainingsweken voorgeschoteld, waarbij verschillenden klimdisciplines worden behandeld zoals tradklimmen, ijsklimmen, voorjaarsalpinisme en klassiek alpinisme. Daarnaast is er een uitgebreid programma in Nederland dat zich onder meer richt op teamontwikkeling, expeditievoorbereiding en risicomanagement. In 2025 sluit het team het project af met een expeditie naar een afgelegen gebied in de Greater Ranges.

Record Harila nu definitief

Op 27 juli bereikte de Noorse Kristin Harila samen met Tenjen Lama Sherpa de top van K2 (8611 meter). Daarmee vestigden ze het snelheidsrecord over de toppen van de veertien achtduizenders op 92 dagen (drie maanden en één dag). Samen met haar eerdere, niet volledig afgemaakte recordpoging, stond Harila de afgelopen twee jaar 26 keer op een achtduizender. In Hoogtelijn 3 vertelde Harila in een interview over haar grote plannen.

Top Fluchthorn breekt af

In juni brak de zuidelijke top van de Fluchthorn in de Silvretta af. Er kwam een steenmassa los van een miljoen kubieke meter, die een lawine veroorzaakte over een lengte van twee kilometer. Daarbij vielen geen gewonden. De Fluchthorn was 3399 meter hoog,

maar is nu zo’n 19 meter lager dan voorheen. Op de Kleiner Piz Buin, een paar kilometer verderop, verwachten deskundigen van het Zwitserse Institute for Snow and Avalanche Research (SLF) al sinds vorige zomer aardverschuivingen.

Record Munro bagging

Jamie Aarons (VS) heeft het record Munro bagging aangescherpt. In 31 dagen, 10 uur en 27 minuten beklom ze alle 282 Schotse Munro’s. Haar tocht bestond uit 1315 kilometer trailrunnen, 1249 kilometer fietsen en 11 kilometer kajakken, met 120.000 hoogtemeters. Het record stond ruim twee jaar op naam van de Schot Donnie Campbell (31 dagen en 23 uur).

Heb je opmerkelijk expeditienieuws?

SAC-CAS meet uitstoot hutten

Een overnachting in een hut van de Zwitserse Alpenclub SAC-CAS veroorzaakt in totaal gemiddeld 4,6 kilo CO2. Dat is vergelijkbaar met 14 kilometer autorijden of 180 kilometer in het openbaar vervoer. Dat heeft de SAC-CAS becijferd in een pilotproject in negen SAC-hutten in 2022, dat als doel had de broeikasgasuitstoot in hutten te berekenen. Logistiek (transport van en naar het dal, 38%) en (de productie van) voeding en dranken (34%) zijn de grootste bronnen van uitstoot per hut. De pilot past in de klimaataanpak van de SAC, die in 2040 als organisatie klimaatneutraal wil zijn, dus inclusief de hutten. Deze zomer hield de SAC-CAS enquêtes onder zijn gasten over hun gebruik en verwachting van een verblijf in een SAC-hut.

De Gelmerhütte, die in 2025 wordt verduurzaamd

Masters nieuwe categorie op NK Skyrunning

Op het NK Skyrunning in het Oostenrijkse Nassfeld, van 15 tot en met 17 september, zal voor het eerst een categorie Masters van start gaan: deelnemers van 46 jaar en ouder. De categorie Masters ontstaat pas bij vijf inschrijvers en overlapt het algemeen klassement. De nieuwe Nederlands kampioen Skyrunning kan dit jaar dus ook Nederlands kampioen Masters zijn.

HOOGTELIJN 4-2023 | 11
Stuur een mail naar ceat@nkbv.nl.
Foto SAC-CAS
Foto Stefan Straub / Wikimedia Commons De
zuidtop van de Fluchthorn voor de instorting
Foto Juliane Friedrich Foto Zout Fotografie

op de hoogte

Record ChamonixMont Blanc-Chamonix

Hillary Gerardi hee het vrouwenrecord ChamonixMont Blanc-Chamonix verbeterd met bijna een half uur. Haar record-op-en-neertje vanaf de kerk in Chamonix naar de top van de Mont Blanc en terug deed ze in 7 uur, 27 minuten en 39 seconden. Daarmee liep ze het vijf jaar oude record van Emelie Forsberg uit de boeken. Forsberg is de partner van Kilian Jornet, die al tien jaar het mannenrecord op dezelfde route op zijn naam hee staan.

Rutger Elink Schuurman erelid NKBV

Rutger Elink Schuurman is benoemd tot erelid van de NKBV. Rutger is al 35 jaar een drijvende kracht in de (inter)nationale klimcompetities en nog volop actief als organisator en jurylid. In 1988 organiseerde hij de eerste klimwedstrijden in Nederland. Twee jaar later schreef hij een eerste computerprogramma om scores te verwerken tot uitslagen.

Twee nieuwe Nederlandse berggidsen

Frank de Haan (32) en Rik van Odenhoven (33) mogen zich sinds kort UIAGM-berggids noemen. Op 22 juni slaagden ze in Chamonix voor hun (Oostenrijkse) berggidsenopleiding, na een examenperiode van tien dagen en op de laatste dag een examen met de onderdelen bergredding, lesgeven, oriëntatie en sportbiologie. Rik maakte zijn eerste alpiene meters bij de ESAC en maakte deel uit van Expeditie Academie II. Hij startte zijn UIAGM-opleiding in 2019. Frank is alpien instructeur bij de NKBV en kwam uit voor het Nederlandse ijsklimteam. Hij legde zijn alpiene basis bij Ibex in Wageningen en startte zijn UIAGM-opleiding in 2020.

Rust in plaats van rommel

‘De druk op het alpiene gebied wordt steeds groter en het respect voor de natuur steeds kleiner’, stelde Georg Simeoni, voorzitter van de Alpenverein Südtirol (AVS). Hij deed dat tijdens een persconferentie met als titel Rust in plaats van rommel. Naast hem stonden de voorzitters van de Deutscher Alpenverein (DAV) en de Club Alpino Italiano (CAI). Hun boodschap: de overontwikkeling van het alpiene gebied en het overtoerisme

moeten tot staan worden gebracht. Simeoni riep gedeeltelijke afsluiting van bergpassen in herinnering, iets waar de AVS al sinds 2005 voor pleit. De voorzitter van de CAI stelde dat ook in de Apennijnen het toerisme zorgelijke vormen aanneemt. Ook de DAV-voorzitter pleitte voor het stoppen van verdere ontwikkeling van het massatoerisme en wees individuele bergsporters op hun verantwoordelijkheid voor de natuur en het milieu.

en Passant

Het luchtige soort

De Nepalese douane gaat vlot dit keer, maar de bagagehal is nog immer een halfduister hol. Mijn plunjebaal komt als een van de eerste pakketten aangerold. Hèbbes en wegwezen. Terwijl ik plaatsneem in een taxi, ontfermt de chau eur zich over mijn uitrusting. Tijdens het inchecken in het hotel, verdwijnt mijn bagage al richting kamer. Eenmaal daar kan ik eindelijk frisse kleren aantrekken. Wat ik in mijn plunjebaal aantref, blijkt echter niet mijn degelijke wollen ondergoed voor hoog op de berg. Dit is meer van het luchtige soort, dat mijn lief ernstig gefronste wenkbrauwen zou opleveren mocht ze dit tussen mijn spullen aantre en. Een lange, chaotische dag verder is de plunjebaal weer met diens rechtmatige eigenaar herenigd. [Frank Husslage]

Heb je ook een leuk bergverhaal? Mail je anekdote van 120 woorden naar hoogtelijn@nkbv.nl o.v.v. En

12 | HOOGTELIJN 4-2023
Sytse van Slooten
Hillary Gerardi Foto Frank de Haan Rik van Odenhoven Foto
AVS
Illustratie Toon Hezemans
Passant.

De prijzenkast van Marianne van der Steen

Aan de vooravond van een nieuw ijsklimseizoen

Met 42 (inter)nationale medailles hee Marianne van der Steen (39) veruit de best gevulde prijzenkast van alle vrouwelijke Nederlandse klimmers. Hoogtelijn sprak haar aan de vooravond van een nieuw ijsklimseizoen.

SPORTKLIMNIEUWS op de hoogte

Je gaat hard met de medailles! Kan je je allereerste internationale medaille nog herinneren?

‘Dankje! In totaal ben ik achtvoudig Nederlands kampioen ijsklimmen, heb ik meerdere nationale lead- en boulderpodiumplekken behaald en minstens twintig internationale medailles. In 2008 ben ik begonnen met ijsklimmen en twee jaar later met internationale wedstrijden. Mijn eerste internationale medaille herinner ik me nog goed: dat was een derde plek op de Scandinavische kampioenschappen. Daar klom ik namens IJsland, waar ik lang heb gewoond.’

Wat zijn je verwachtingen van het komende ijsklimseizoen?

‘Tijdens de Continental Open, die in december in Utrecht plaatsvindt, hoop ik mijn titel uit 2023 te verdedigen. Maar vooral op wereldniveau zijn mijn ambities groot: ik weet dat ik héél dicht bij een podiumplek op een worldcup zit. Tijdens een testwedstrijd in Frankrijk, eerder dit jaar, bleek ik de beste deelnemer – van de vrouwen én mannen – en dat motiveerde mij

enorm om nog meer te trainen. Ik kijk daarom ook meer naar hoe de heren trainen en of ik daarin kan meekomen, want dat past meer bij mijn huidige niveau.’

Hoe bereid je je voor op het komende wedstrijdseizoen?

‘Ik heb eerst gefocust op het opbouwen van een basis en vervolgens op steeds meer intensiteit. Samen met mijn partner Dennis van Hoek (tevens internationaal ijsklimmer) heb ik thuis een trainingswand gebouwd. Daarop train ik met mijn ijsbijlen: eerst twee keer per week, opbouwend naar drie tot vier, soms twee keer per dag. Daarnaast doe ik aan hardlopen en boulderen, duurtraining door lange routes te klimmen en word ik begeleid door een fysiotherapeut. Bij een worldcup moet ik een aantal keer per dag kunnen pieken. Tel daarbij op dat het op een wedstrijddag enorm koud is, dus ik moet ook oefenen met e ciënt omgaan met mijn energie.’

Mark Brand klimt 9a

In het Zwitserse Magic Wood, dat bekendstaat als een boulderparadijs, hee Mark Brand de sportklimroute Unendliche Geschichte 1+2+3 (9a) geklommen. De route is een verlenging van de bekende boulder The Never Ending Story (8B). Mark Brand is hiermee de vierde Nederlandse klimmer die een 9a hee geklommen.

Wat zijn je ambities voor het buitenklimmen op ijs?

‘De route A line above the sky (D15) staat hoog op mijn lijst. Deze route in de Dolomieten is maar door twee vrouwen geklommen en ik hoop mijn naam daaraan te kunnen toevoegen. Of de moeilijkste mixed route ter wereld: Iron Man (M14+) in Zwitserland. Ik zou daarnaast graag tussen de wedstrijden veel buitenklimmen, maar het ijsklimmen is erg a ankelijk van de condities. Het is de afgelopen jaren erg warm geweest en dat hee veel invloed op de kwaliteit van het ijs, de afzekermogelijkheden en lawinegevaar.’

Successen op het WK in Bern

Begin augustus namen vijf Nederlandse klimmers deel aan de wereldkampioenschappen in Bern. Bij boulder klom Lisa Klem naar de 61ste plaats. Lynn van der Meer volgde daar vlak achter op plaats 63. Bij lead werd Lynn dertiende en in de combinatie boulder en lead eindigde zij op plek 22. De paraklimmers brachten medailles mee naar huis: leadklimmers Jamie Barendrecht en Christiane Luttikhuizen wonnen beide zilver. Eva Mol behaalde in haar categorie bij lead de vierde plaats.

HOOGTELIJN 4-2023 | 13
Partners van het Nederlands Team Sportklimmen Partners nationale wedstrijden Foto Robert Hendriksen Marianne in januari 2023 tijdens de EU Cup IJsklimmen in Saas-Fee Foto Nandy Mark in Unendliche Geschichte 1+2+3 (9a)
Specialist in Bergsport Verzekeringen Voor meer informatie: Koninklijke NKBV te Woerden www.hienfeld.nl +31 (0)20 - 5 469 469 info@hienfeld.nl NKBV_220x145_new_logo.indd 1 19/01/2022 14:41 Veluwe Outdoor totaal concept 1 Welke soort wandeling 2 Maatvoering lengte breedte wreefhoogte 3 Type inlegzool Het Veluwe Outdoor Totaal Concept heeft tot doel om de juiste schoen voor uw voeten te vinden voor uw wandeling. De vragen die daarbij beantwoord worden zijn: info@bredewandelschoenen.nl Stationslaan 41a Nunspeet 0341 - 27 08 47

‘Klimmen in therapie’ wordt keuzevak en post-HBO opleiding

Klimmen als betekenisvolle ervaring

VRAAG & ANTWOORD op de hoogte

Hogeschool Windesheim gaat vanaf februari 2024 als eerste de post-HBO opleiding ‘Klimmen in therapie’ aanbieden. Het wordt een post-HBO voor hulpverleners in de zorgsector, maar ook een onderdeel van de HBO-opleiding Psychomotorische Therapie. Bram Vosseberg, docent binnen de opleiding Psychomotorische Therapie van de Calo Windesheim ontwikkelde de module samen met psychomotorisch therapeut Anniek Verschuur. Ze gaan samen ‘Klimmen in therapie’ geven en zijn beiden ook enthousiaste klimmers. Anniek was lid van Expeditie Academie III van de NKBV.

Is ‘Klimmen in therapie’ hetzelfde als klimtherapie?

Bram: ‘Wij hebben ervoor gekozen om de module ‘Klimmen in therapie’ te noemen. We willen niet de suggestie wekken dat we in deze module opleiden tot therapeut. De module is gericht op zorgverleners die door hun werkervaring of vooropleiding al beschikken over therapeutische vaardigheden en willen leren hoe ze klimmen als activiteit kunnen inzetten om betekenisvolle ervaringen te creëren. Je wordt geen klimtherapeut, maar een zorgverlener die zich verdiept heeft in de activiteit klimmen.’

Hoe werkt klimmen in therapie?

Bram: ‘Klimmen is een rijke context om mensen te helpen bij hun psychosociale of psychische problematiek. Door middel van gerichte interventies in de activiteit proberen we om bepaald gedrag op te roepen, inzichtelijk te maken, of te laten ervaren, zodat we dat vervolgens bespreekbaar kunnen maken. Bij klimmen in therapie denk je al snel aan het thema angst, hoogtevrees. In de module zal het daar ook kort over gaan, maar klimmen leent zich ook voor thema’s als vertrouwen, lichaamsbeleving, relaxatie, kracht, bewegen in relatie tot de ander en de ruimte.’ Anniek: ‘Denk bijvoorbeeld aan mensen die door een traumatische ervaring moeite hebben met vertrouwen, hechting, controle of loslaten. Een klimmer legt letterlijk zijn leven in handen van de zekeraar en de zekeraar heeft alle verantwoordelijkheid voor de klimmer. Door het klimmen kunnen mensen in de

ontspanning komen en de flow ervaren. Voor mij helpt klimmen mijn soms overvolle hoofd leger te maken, doordat het oplossen van moeilijke klimpassages al mijn concentratie vraagt. Het ervaren van mijn eigen kracht tijdens klimroutes sterkt bovendien mijn zelfvertrouwen.’

Moeten deelnemers hun klimschoenen meenemen naar de les?

Anniek: ‘Absoluut! Om je cliënten betekenisvolle ervaringen te kunnen laten opdoen is het van belang dat je die ervaringen zelf ook hebt opgedaan. Tijdens de module zal er steeds ruimte zijn voor een stuk theoretische verdie-

ping, het zelf ervaren en zelf ontwerpen van betekenisvolle activiteiten rondom klimmen. We gebruiken de klimwand van de Calo in Zwolle, maar we maken ook een uitstapje naar de boulderhal en wie weet valt er ook nog wel wat te klimmen zonder grepen!’

Voor wie is deze opleiding bedoeld?

Anniek: ‘Voor hulpverleners die affiniteit hebben met klimmen en willen leren hoe ze deze activiteit betekenisvol kunnen inzetten in een therapeutisch proces. Om dit in de praktijk te brengen moet je in het bezit zijn van de licentie sportklimbegeleider (SKB-IT), die je in combinatie met deze post-HBO kunt behalen.’

HOOGTELIJN 4-2023 | 15
Tekst Rien Jans Beeld Casper Maters Anniek Verschuur en Bram Vosseberg

Achtergronden

Wegdromen

Wat is er leuker dan je tablet, laptop of pc aan te zetten en een beeld te zien waarbij je nog even kan wegdromen voordat je aan het werk gaat. Een beeld waarvan je blij wordt. Een a eelding van je hobby, je lievelingsdier, je geliefde. So - en hardwareleveranciers leveren gratis gelikte plaatjes, maar niets gaat boven jouw eigen foto. Dat geldt ook voor het beginscherm van de telefoon die velen dagelijks uren in of bij de hand hebben. Heerlijk, die glimlach van je dochter of je trouwe huisdier. Of natuurlijk een mooie herinnering aan je berg- of klimtocht.

Zonsopkomst

Op mijn eigen telefoon en pc staat dezelfde foto: een prachtig sfeerbeeld van de zonsopkomst op de Matterhorn, gemaakt door Menno Boermans.

Aan het touw Fotograaf Rein Rijke zit meteen aan het touw zodra hij zijn pc aanzet. Hij maakte de foto op zijn bureaublad tijdens de traverse van de Aiguilles d’Entrèves in het Mont Blancgebied.

Lange lijn

Op de telefoon van Eva van Wijck hangt ze zelf aan een lange lijn in de Calanques in Frankrijk.

Trouwe hond

Rinske Brand kijkt iedere dag op haar laptop naar de trouwe zwer ond die met haar en haar gids meeliep tot op de top van de Urus in Peru.

16 | HOOGTELIJN 4-2023 DEPOT
Onder redactie van Peter Daalder

Privé en werk

Als je zowel een werk- als een privételefoon gebruikt is het handig ook meteen te zien waarmee je belt. Frank Husslage kijkt privé naar een zonnige klim op de Oostenrijkse Olperer, op zijn werktelefoon hangt een trits Nepalese vlaggetjes in het basiskamp van de Dhaulagiri. En op de laptop van zijn werk ziet hij een stemmig beeld van de Grandes Jorasses vanaf de Refuge des Cosmiques.

Trektocht

Grotendeels in haar eentje maakte Manon Stravens een trektocht over de Haute Randonnée Pyrénéenne, dwars door het gebergte op de grens van Spanje en Frankrijk, van de Atlantische Oceaan naar de Middellandse Zee. Gelukkig is er toch een foto waar ze zelf op staat.

Silly walks

Aangezien is bewezen dat de loopjes van ‘The Ministry of Silly Walks’ een goede training zijn, oefende Marjolein Wols daarmee in de Dolomieten, op de Alta Via 1. Een mooi plaatje waar je ook nog eens om kunt lachen is de perfecte achtergrond.

Standaard

Rien Jans houdt het toch op een gratis meegeleverde standaardfoto: Catalina Island in Californië, naamgever van het Catalina besturingssysteem.

Natuur in Nepal

Het Phoksundomeer in Nepal herinnert Ico Kloppenburg dagelijks aan zijn reis naar Dolpo (zie p. 56). Hij kampeerde aan de stille noordoever van het meer, volgens hem een van de mooiste stukken natuur in de Himalaya.

waarbij droom

jij weg?

Zie jij ook BERGEN OF EEN KLIMWAND als je JOUW PC, TABLET OF TELEFOON aanzet?

deel EEN screenshot

EN TAG DE NKBV

OP JE SOCIAL MEDIA!

@_NKBV EN DE.NKBV

HOOGTELIJN 4-2023 | 17

Thema: Himalaya

Dilemma’s

Deze Hoogtelijn hee als thema ‘Himalaya’, het gebergte met de hoogste toppen ter wereld. Het grootste deel van de Himalaya ligt in Nepal, een prachtig, maar arm land waaraan veel berglie ebbers hun hart hebben verpand. Het gebergte ligt verder in delen van India en Pakistan en in het door China ingepalmde Tibet, het intrigerende en mysterieuze koninkrijk Bhutan en de voormalige monarchie Sikkim, sinds 1975 een deelstaat van India.

Voor bergsporters is weinig indrukwekkender dan een trektocht tussen de hoge Himalayareuzen. Het is een belevenis om kennis te maken met de gastvrije en vriendelijke bevolking. Theedrinken in een guesthouse, dal bhat eten in een lodge en opwarmen bij het vuur in een rokerige ruimte bij mensen thuis, die ook een slaapplaats ter beschikking stellen. Dat is het aantrekkelijke, romantische beeld dat bij velen opkomt als het over de Himalaya en speci ek over Nepal gaat.

Hulpprojecten

Maar dan komen de dilemma’s. Helpen we Nepalezen eigenlijk wel door naar hun land te reizen en zijn ze niet te zeer a ankelijk van min of meer toevallig passerende toeristen? Het krioelt in Nederland van de aardige, lieve, goede, recht uit het hart-hulpprojecten voor de Nepalese bevolking, met name voor gemeenschappen en dorpjes op het platteland. Maar is dat eigenlijk geen taak voor de Nepalese overheid? Laten we met die vele projecten de situatie voortbestaan door – vaak tijdelijk – op te lossen wat

de machthebbers al decennia nalaten? Kijk naar recente beelden uit Nepal waarop nog steeds scheefgezakte en ingestorte huizen precies zo staan als na de aardbeving van 25 april 2015, ruim acht jaar geleden.

Dilemma: zamel je wel of niet geld in voor een noodzakelijke nieuwe brug, voor lesmiddelen op een school waar je zo vriendelijk werd ontvangen en toegezongen? Of zorg je voor een relatief klein bedrag voor het aanstellen van een leerkracht, voor de medische voorlichting aan jonge meisjes of voor de bouw van simpele kassen waardoor gezonder en gevarieerder eten mogelijk wordt?

18 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst Peter Daalder Foto Etienne Scheeper

De Bodnath stoepa in Kathmandu is een van de grootste boeddhistische stoepa’s ter wereld. Het heiligdom is het centrum van de Tibetaanse cultuur in de hoofdstad van Nepal. Tussen de ogen van Boeddha zit het teken van verlichting en het symbool van de eenheid van het mensdom en de eenwording met Boeddha. De ogen van Boeddha zijn altijd open, zodat hij de wereld en de daden van de mensheid kan gadeslaan. Een mond ontbreekt, want Boeddha houdt meer van mediteren dan van (s)preken. Wat ziet Boeddha en wat vindt hij van al die westerse dilemma’s?

HOOGTELIJN 4-2023 | 19 HIMALAYA THEMA

Wegenbouw

Het ontsluiten van afgelegen delen van Nepal, uitgevoerd door de Chinezen en met Chinees geld, kan rekenen op veel kritiek van toeristen. China is vooral vanwege eigenbelang zeer actief bezig met het aanleggen van wegen in Nepal. Moeilijk toegankelijke gebieden krijgen zo een ontsluiting naar voorzieningen, naar de grotere centra. Vrachtauto’s en groot materieel komen zo wél in dorpen waar voorheen bijvoorbeeld hulp na aardverschuivingen alleen vanuit de lucht mogelijk was, met zeer beperkt inzetbare en dure helikopters.

De aanleg van wegen, meestal met grof geweld en zonder oog voor de natuur, gaat vaak ten koste van bekende en geliefde wandelroutes, maar inwoners van de ontsloten gebieden zijn er blij mee. Ziekenhuizen, winkels en markten zijn makkelijker bereikbaar en het zorgt er bovendien voor dat meer jongeren op het platteland blijven in plaats van dat ze massaal wegtrekken naar de stad.

Dilemma: Vliegen we wel of niet naar ons droomland?

Dilemma: denken westerlingen vooral aan zichzelf of accepteren ze deze ontwikkeling waardoor het leven van de Nepalezen in de bergen en op het platteland iets verbetert en aangenamer wordt, maar toeristische routes drukker worden?

Vliegen en compenseren

Maar voordat het zover is, is er het vliegen. Dilemma: is vliegen sowieso nog wel verantwoord? Vliegen we wel of niet naar ons droomland? En als we dat toch doen, compenseren we dan onze vlucht? De luchtvaart groeit naar verwachting tussen 2021 en 2040 van twee naar acht procent van de wereldwijde uitstoot aan broeikasgassen. Groenere brandstof dan de vervuilende kerosine is er al wel, maar is duur en maakt tussen nu en 2030 maximaal tien procent uit van de benodigde vliegtuigbrandstof. De NKBV hee duurzaamheid als een van de kernwaarden opgenomen in het Meerjarenbeleidsplan. De bedrijfsvoering en inkoop

op het bureau in Woerden zijn verduurzaamd. De vereniging bepleit het openbaar vervoer als transportmiddel naar het bureau en bergsportbestemmingen. In het programma van NKBVreisorganisatie Bergsportreizen zijn alle vliegbestemmingen geschrapt. En verder wordt compenseren aangemoedigd voor wie per auto of vliegtuig reist.

Deskundigen zetten echter de nodige vraagtekens bij de systematiek om reizen te compenseren. ‘Het vergt meer grond en bomen dan er op aarde zijn’, zegt onderzoeker Harald Buijtendijk van de Breda University of Applied Sciences in NRC. ‘Om de klimaatdoelen te halen is geen compensatie van CO2 nodig, maar absolute reductie van die uitstoot.’

Is reizen naar Nepal van belang in verband met het geld dat toeristen er uitgeven en dat een belangrijke inkomstenbron is voor het land? De Britse Travel Foundation, aangehaald in NRC, zegt daarover: ‘De klimaatschade van een verre vlucht is zo groot dat de gunstige e ecten van toerisme er niet tegen opwegen. Maar het gevaar is wel dat armere landen, die vaak zelf een lage CO2uitstoot hebben, de dupe worden van de westerse CO2-reductie doordat er minder toeristen komen.’

Andere keuzes

Directeur Ika van de Pas van Milieu Centraal zei bij de viering van het 25-jarig bestaan van haar organisatie: ‘De Nederlandse consument kan met andere keuzes de CO2-uitstoot per gemiddeld huishouden met 64 procent terugbrengen. We kunnen onze voetafdruk meer dan halveren! Wij kunnen dus een behoorlijke steen bijdragen aan het beteugelen van de opwarming van de aarde met wat we doen en laten. Dat kunnen we echter alleen bereiken als we minder consumeren: minder vliegen, minder vlees eten, minder fossiel autorijden, minder nieuwe spullen en kleding aanscha en en minder energie verbruiken. Consuminderen is de ongemakkelijke waarheid. In 2030 moeten we zestig procent van de broeikasemissie gereduceerd hebben. De afgelopen dertig jaar hebben we de uitstoot in Nederland met 25 procent omlaag gebracht. We hebben nog zeven jaar voor de rest.’ Over het bovenstaande minderen schrij NRC-redacteur Hanneke Chin-A-Fo: ‘Van alle bijdragen die burgers kunnen doen voor het klimaat is stoppen met vliegen een van de moeilijkste. Ga maar na: autorijden kan ook elektrisch, een geïsoleerd huis gee wooncomfort en een lagere energierekening terug, zonnepanelen leveren zelfs geld op, minder vlees eten went voor de meesten, minder spullen kopen eveneens. Maar voor verre vluchten bestaat nu eenmaal geen goed alternatief vervoermiddel, en ze niet meer maken kan wel degelijk als een gemis voelen.’

20 | HOOGTELIJN 4-2023
Een van de hulpprojecten in Nepal bracht geld bij elkaar voor schoolspullen, sportmateriaal en lunchtrommels voor de leerlingen van een school in het afgelegen Chharka Bhot, op 4350 meter in Dolpo Foto Katja Staartjes

De uitkomst van de discussie over al die dilemma’s gaat hierbij. We verzamelden een aantal artikelen en reportages over de Himalaya, met name over Nepal. Op de komende

43 pagina’s een thema over de Himalaya met de volgende artikelen:

22 Klimmen in elk duizendtal

26 De Goechala Trek

30 Witte woeste wereld rond Manaslu

36 Film: Een vrouw die vertrekt

40 De Great Himalaya Trail

46 Ontmoetingen uit het leven van Billi Bierling

50 Expeditie vanuit Kyanjin Gompa

55 In vogelvlucht: Vogels van de Himalaya

56 Honderd uur regen in Dolpo

62 Interview Ariën van de Kolk

68 Afvalproject op Manaslu

Vier procent

Moet Hoogtelijn, dat de NKBV-leden wil informeren, inspireren en enthousiasmeren met artikelen, foto’s en persoonlijke belevenissen, een themanummer over de Himalaya maken? Dat is ons dilemma. Met eigen ogen de Himalaya zien en beleven is voor velen niet weggelegd. Maar zoals de autoliefhebber over een Maserati wil lezen hoewel hij er nooit een zal bezitten, kan een verhaal over een trektocht of beklimming in de Himalaya aantrekkelijk zijn voor bergliefhebbers. Hoewel ze nooit naar Nepal, Tibet of Bhutan reizen, vanwege welke overweging ook.

In de Hoogtelijn-jaargangen 2021 en 2022 is vier procent van de beschikbare pagina’s besteed aan ver-weg-bestemmingen. De helft daarvan was bestemd voor artikelen over Nepal. Het grootste deel van de gebiedsartikelen, 44 procent, ging over de diverse Alpenlanden. Met uitzondering van de genoemde vier procent, waren alle bestemmingen met het openbaar vervoer of de auto te bereiken.

Groei bergsport

De Himalaya en met name Nepal is van groot belang voor de ontwikkeling van de bergsport. In mei werd herdacht dat het zeventig jaar geleden was dat Sherpa Tenzing Norgay en de Nieuwzeelander Sir Edmund Hillary als eersten de top van de Mount Everest bereikten. Op die dag, 29 mei 1953, begon een stormachtige ontwikkeling van het beklimmen van de hoogste bergen ter wereld. Triomf en tragedie zijn er onlosmakelijk mee verbonden.

Inmiddels is de bergsport big business geworden, voor Nepal en het hele Himalayagebied een welkome bron van inkomsten. De Sherpa’s en andere bevolkingsgroepen waren tientallen jaren niet meer dan hulptroepen voor westerse klimmers. Nu leiden

Nepalezen de grootste beklimmingen en hebben ze hun eigen klimbedrijven. De meest succesvolle gidsen zijn ook actief in het buitenland, onder andere in Pakistan en China, maar ook op andere bergen zoals de Mount Vinson, Denali en Aconcagua. Zij horen tot de grootverdieners in Nepal en kunnen inmiddels leven van hun vaardigheden en hun kennis van het klimmen in het hooggebergte. Kathmandu, de hoofdstad van Nepal, is een drukke, levendige stad geworden met alle daarbij behorende kenmerken. Kleinschalige bouw maakt plaats voor luxe hotels en er rijden meer SUV’s rond dan je ooit had kunnen bedenken. De glamour van geslaagde beklimmingen en de bijbehorende welstand bereiken echter maar een beperkt aantal mensen.

Armoede

De verwesterlijking en de relatieve rijkdom van een stad als Kathmandu, waar de infrastructuur maar ten dele is meegegroeid, staat in schril contrast met de armoede in diezelfde stad en in de veraf gelegen, lastig te bereiken landelijke gebieden. Ruim 25 procent van de Nepalese bevolking leeft onder de armoedegrens. Veel arme mensen uit het Himalayagebied zoeken hun heil elders als gastarbeider. Ze waren even in het nieuws rond het WK voetbal in Qatar, maar werken al vele jaren elders in Azië en in alle landen van de Arabische wereld.

Voor veel westerlingen is het reden genoeg om ruimhartig de portemonnee te trekken en een samenwerkende hand toe te steken aan de bevolking, in de hoop dat het een aanzet is voor een leven met een iets rooskleuriger perspectief.

HOOGTELIJN 4-2023 | 21 HIMALAYA THEMA

Expeditie naar de Pumori en de Nuptse

Klimmen in elk duizendtal

Een paar jaar terug zat het idee plotseling in mijn hoofd: ik zou wel in alle duizendtallen willen klimmen. Niet zomaar, maar om te kijken waar ik fysiek en mentaal toe in staat ben. Ik wil het wel op mijn manier doen: relatief technische routes in een zo puur mogelijke stijl, zonder hulp en zonder zuurstof. Dit voorjaar heb ik 7000 meter weten te volbrengen. Sterker nog, twee keer 7000 meter, waaronder een Nederlandse eerstbeklimming: de Nuptse.

Mijn klimcarrière is nog vrij pril. Ik klim pas zes jaar, maar wel fanatiek. Natuurlijk begon ik in de Alpen, waar meer te klimmen is dan je in je leven zou kunnen volbrengen. Desalniettemin ging ik afgelopen jaar samen met mijn klimmaat Rogier naar Nepal, omdat ik me wilde focussen op langere beklimmingen, waarbij uithoudingsvermogen een grotere rol speelt. We gingen voor twee mooie, technische beklimmingen boven de 6000 meter: de Kyajo-Ri (6186 meter) en Cholatse (6440 meter). We beklommen deze bergen in alpiene stijl en hadden zelfs tijd om nog een derde berg aan het lijstje toe te voegen: de Lobuche East Peak (6119 meter). Al met al beviel deze trip me goed, dus durfde ik na te gaan denken over klimmen boven de 7000 meter.

Tijdens deze expeditie heb ik Prakash leren kennen, een Nepalese UIAGM-gids die de basiskampen en vergunningen organiseerde en met ons mee de berg op ging. Met zijn bedrijfje Alpinist Climber Expeditions promoot hij alpiene stijl klimmen in de Himalaya en dat sprak mij wel aan. Hij is een sterke en technisch goede klimmer en bovendien kon ik het erg goed met hem vinden.

Keuze

Na de expeditie hield ik contact met Prakash. We bespraken allerlei bergen en routes die ik als opties zag voor de volgende stap: 7000 meter. Leuk ter inspiratie, maar ik had nog geen

22 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst Christian de Jong Beeld Christian de Jong en Prakash Sherpa

geschikte klimpartner gevonden voor de volgende expeditie. Ook dat besprak ik met Prakash, waarop hij zei: ‘Als je voor de Nuptse wilt gaan, ga ik met je mee.’

Natuurlijk vond ik dat geweldig, maar ik maakte wel twee kanttekeningen. De eerste was dat ik een klimpartner zocht en geen gids. Ik wilde alle beslissingen samen kunnen nemen, de lasten eerlijk verdelen en op klimdagen gelijke meters voorklimmen. Prakash was enthousiast en wilde gewoon graag met mij op pad, zonder dat ik hem daarvoor zou betalen. Echt als gelijke klimpartners, dus dat zat goed.

De tweede terughoudende gedachte die ik had was het feit dat de Nuptse hoog in de 7000 meter zit, namelijk 7861 meter.

Bovendien waren er slechts 22 succesvolle topbeklimmingen geweest. Ik was er niet zeker van of ik het in me had om mijn naam aan dat rijtje toe te voegen. Daarbij wilde ik het zonder extra zuurstof doen.

Maar juist deze redenen maakten de berg ook tot een ultiem doel. Dus gingen we ervoor.

7000

Het acclimatiseren voor een beklimming tot bijna 8000 meter kost tijd. Na een week wandelen met mijn vrouw in de schitterende Khumbuvallei toppen we de wandelberg Chukhung Ri, met 5550 meter een mooie stap in het acclimatisatieproces. Vervolgens beklim ik solo de Imja Tse (ofwel Island Peak, 6189 meter). Dat gaat goed en ik ben klaar om de 7000 meter grens te doorbreken.

De rest van de expeditie vindt plaats vanuit het basiskamp van de Mount Everest. Een paar dagen nadat ik daar arriveer besluit ik ter acclimatisatie voor een rotatie te gaan op de route naar de Lhotse en Everest. Prakash komt pas over een paar dagen aan in het basiskamp, dus klim ik met de Colombiaanse klimmer Mateo Isaza. Zijn plan is om de Everest zonder zuurstof en zonder hulp van dragers of gidsen te beklimmen (en dat lukt hem ook).

We zijn allebei sterk en klimmen in drie dagen, zonder al te veel moeite, naar kamp 1, kamp 2 en uiteindelijk kamp 3 op 7050 meter. We zijn de enige klimmers die nacht in kamp 3.

HOOGTELIJN 4-2023 | 23 HIMALAYA THEMA
Op de top van de Nuptse, in de achtergrond de Mount Everest en Lhotse Het
eerste zonlicht op een nieuwe dag op de Nuptse

Het waait ongelooflijk hard en zelfs de doorgewinterde dragers die zuurstof naar kamp 4 moeten brengen kloppen bij ons aan voor water en eten en willen even in de luwte van de tent zitten. Ik kan me niet voorstellen dat zij deze nacht omhoog worden gestuurd, maar ben blij wat hulp te kunnen bieden. We klimmen de volgende dag nog wat verder omhoog en dalen daarna af. De 7000 meter is doorbroken!

Pumori

Naast het basiskamp van de Everest ligt een berg die alleen al vanuit een esthetisch oogpunt heel aanlokkelijk is om te beklimmen: de Pumori. Hij heeft een perfecte piramidevorm. Tijdens de voorbereidingen suggereerde ik om eerst de Pumori te beklimmen voordat we naar de Nuptse gaan en ik hoefde Prakash niet te overtuigen, hij was meteen voor. Met 7161 meter en de vrij technische route is deze berg een perfecte tussenstap.

We willen het vlot doen: het basiskamp van de Pumori overslaan, door naar high camp, kamp 1 overslaan en door naar kamp 2. Daarvandaan toppen en direct helemaal terug naar het Everest basiskamp. Mooi plan, maar de beklimming valt me extreem zwaar. Mijn maag en darmen zijn volledig van streek en met nauwelijks slaap en zonder enige reserves in mijn lijf ga ik de toppoging aan. We vorderen langzaam. Het wordt heel spannend wanneer een serac, een overhangende ijsmassa, boven ons afbreekt en brokken ijs en wolken stuifsneeuw over ons heen komen. Niet wetend hoe ernstig de situatie is, zit ik op mijn knieën met mijn handen over mijn hoofd af te wachten. Gelukkig blijkt het mee te vallen en kunnen we snel weer verder. Het zet ons wel weer even op scherp. Het terrein is steil, sneeuw en ijs wisselen elkaar af. Tot twee keer toe twijfel ik of we een grote

spleet met een ijswand erachter wel kunnen overbruggen, maar in beide gevallen klim ik toch voor en komen we er ongeschonden doorheen. Wonder boven wonder halen we de top. Dat had ik eerlijk gezegd niet verwacht gezien mijn zwakke gestel vandaag.

Bij terugkomst in het basiskamp lassen we een paar hersteldagen in. Ik ben flink verzwakt na de uitputtingsslag op de Pumori en mijn maag en darmen hebben tijd nodig om weer normaal te gaan functioneren. We hebben een bijzondere beklimming gedaan, we zijn het eerste team in twee jaar dat de top heeft bereikt, maar dat eist wel zijn tol.

Verantwoording

De dagen in het basiskamp van de Everest zijn soms taai. Ik voel me niet lekker, de kou en verse sneeuw dwingen me vaak om in mijn tent te blijven. Daarbij heb ik soms moeite met de sfeer en het publiek in dit basiskamp. Ik klim om rust te vinden en weg te zijn van alles en iedereen. Natuurlijk wist ik vooraf dat dit in dit kamp moeilijk te vinden zou zijn. Het beklimmen van de Everest is een avontuur dat voor een breed publiek toegankelijk is gemaakt. En dat mag ook, het hoeft niet exclusief te zijn voor de ‘eliteklimmers’. Maar het adverteren met ‘iedereen kan het’ zorgt ook voor problemen. Het gaat gelukkig vaak goed, maar helaas ook te vaak fout. Op de dag nadat veel grote groepen vanuit kamp 2 naar kamp 3 zijn vertrokken vliegen de helikopters in en uit om uitgeputte mensen met bevriezingen en andere problemen van de berg te halen. Veel van die problemen hadden voorkomen kunnen worden door betere voorbereiding. Ook overlijden er die dag meerdere mensen, waaronder een onervaren klimmer met wie ik twee dagen hiervoor nog heb gedineerd. Het maakt me somber en ik realiseer me dat overheid, reisleiders en klimmers meer verantwoording zouden moeten nemen op een plek als deze.

24 | HOOGTELIJN 4-2023
ik klim om rust te vinden en weg te zijn van alles en iedereen
De laatste meters voor de top van de Pumori Summitselfie op de Pumori

Overigens merk ik later dat de berichtgeving rondom de Mount Everest in Nederland wel erg negatief is geweest. Dat ligt toch genuanceerder. Ik heb tijdens de klim heel weinig drukte ervaren. Sterker nog, op veel bergen in de Alpen is het op een mooie dag drukker dan op de Everest. Ook wordt er serieus werk van gemaakt om grip te krijgen op het afvalprobleem.

Nuptse

Gelukkig ben ik na een paar dagen goed hersteld. Ik houd mijn eten weer binnen en de energie is terug. Tijd voor de Nuptse dus! We vertrekken ’s nachts direct om naar kamp 2 te klimmen. Het eerste deel voert door de Khumbu ijsval, een labyrint van enorme ijsmassa’s dat continu in beweging is. Een gevaarlijk stuk waar snelheid geboden is. Aangekomen in kamp 2 wil ik graag een rustdag inlassen voordat we doorgaan. Helaas denkt het weer daar anders over. Om gebruik te maken van de korte periode met goed en stabiel weer gaan we de volgende dag direct door naar kamp 3 op de Nuptse. Dit deel van de route is niet lang of ingewikkeld, maar vraagt wel focus aangezien we door een enorm spletenveld moeten en onder seracs door klimmen.

Aangekomen in kamp 3 nemen we een paar uurtjes rust voordat we voor de toppoging gaan. We proberen wat te eten en te slapen. Dat gaat niet van harte. Kamp 3 ligt op ruim 6800 meter en daar kost alles moeite.

Toch voel ik me redelijk goed als we ’s avonds om half negen starten met de toppoging. Het zal een lange nacht worden. We hebben zo’n 1000 hoogtemeters te overbruggen, en dat op deze hoogte! We starten in een sneeuwveld richting een graat met vooral ijs en wat rots tussendoor. Daarna ploegen we door nog een aantal sneeuwvelden met diepe sneeuw, ongelooflijk zwaar. Tijdens het eerste deel van de beklimming sneeuwt het zelfs nog. Gelukkig komen we langzaam maar zeker steeds verder. Meter voor meter komen we vooruit. Drie stappen omhoog, uithijgen. En opnieuw.

geluk, dankbaarheid, vermoeidheid en ongeloof

Als de ochtend aanbreekt zien we de topgraat boven ons opdoemen. Het is niet ver meer, maar door onze onvermijdelijke lage snelheid duurt het nog lang voordat we werkelijk op de graat zijn. Ik vermoedde al dat we de graat nog een stuk uit zouden moeten klimmen en dat blijkt ook zo te zijn. De topgraat is scherp, heel scherp. Eerst proberen we zittend bovenop de graat te klimmen, a cheval, alsof we aan het paardrijden zijn. Maar al snel laten we onszelf zakken in de steile wand ernaast en klimmen we zo de laatste meters naar de top.

Daar staan we, op de top van de Nuptse! Geluk, dankbaarheid, vermoeidheid en ongeloof maken zich van mij meester. Ik kan eigenlijk alleen maar glimlachen. Het is bijna niet te bevatten: ik ben slechts een paar jaar onderweg in de klimwereld, maar nu als eerste Nederlander, en als een van de weinigen op de 7861 meter hoge Nuptse!

8000

Nadat we veilig zijn afgedaald van de Nuptse sta ik nog voor een keuze. Ik heb namelijk ook een vergunning voor de Lhotse (8516 meter). De vraag is of ik daar wel of niet voor moet gaan. Ik kan twee dagen rusten in kamp 2 en dan een poging wagen, maar ik weet dat ik het dan niet ga halen. Herstellen in kamp 2 op 6450 meter is lastig, ruim 8500 meter is echt hoog en bovendien wil ik de Lhotse, net als de Nuptse, ook zonder extra zuurstof beklimmen. Misschien zit 8000 meter er nog wel in, maar toppen voelt onmogelijk. Verder afdalen en langer herstellen is geen optie aangezien het einde van het seizoen eraan komt, de risico’s worden dan te groot. Dus moet 8000 meter wachten tot een volgend seizoen! Misschien beklim ik tussendoor nog wel de 5000 meter, want die heb ik stiekem overgeslagen.

HOOGTELIJN 4-2023 | 25
In de steile wand vlak voor de top van de Nuptse
HIMALAYA THEMA
A cheval over de topgraat van de Nuptse

De Goechala Trek in Sikkim

Op vakantie in eigen land

We hebben niet alleen uitzicht op een achtduizender, de Kangchenjunga, we worden continu omringd door indrukwekkend hoge toppen. Lopend door de rododendronbossen, met uitzicht op die hoogtepunten is de Goechala Trek een bijzondere ervaring. Ik zie eens een heel andere kant van India dan in mijn woonplaats in het zuiden van het land.

Even de drukte, warmte en viezigheid van Chennai ontvluchten, op zoek naar rust en frisse lucht. Mijn Nederlandse vriendin, haar man, haar zus uit Londen en ik willen graag naar de bergen. Anderhalf jaar geleden zijn we als expats voor werk naar Chennai verhuisd, een grote stad in het zuiden van India met ongeveer twaalf miljoen inwoners. Het dagelijkse leven kan hier intens zijn, daarom willen we er graag even tussenuit, maar wel in India. Dit land is zo enorm groot en heeft zo veel te bieden, daar willen we graag meer van zien. Onze voorkeur gaat uit naar een berggebied. In India is Ladakh de meest populaire regio in de Himalaya, maar dat is ook voor ons nog een lange reis in dit enorme land. Ons oog valt op Sikkim, een deelstaat in het noordoosten van India, ingeklemd tussen Nepal en Bhutan. Sikkim is voor ons bereikbaar met een rechtstreekse vlucht en heeft de imposante bergen die we zoeken. En dus stappen we in het vliegtuig voor een 2,5 uur durende vlucht van Chennai naar Bagdogra. We blijven niet lang in de stad, we moeten nog zeven uur verder reizen met een jeep.

Twee dagen in één

Vol goede moed gaan we op weg. Veiligheid, daar lijken ze hier niet zo aan te doen, dus autogordels zijn er niet. Al snel stopt onze chauffeur om een koelkast die langs de weg staat mee te nemen, gewoon op zijn kant op het dak… ik kijk hier nergens meer van op!

Nadat we bij een soort grenspost van de deelstaat Sikkim de nodige stempels hebben gehaald, vervolgen we onze rit in het donker. Op de terugweg zien we dat dat nog niet zo slecht was, want in het donker zie je die enge afgronden en aardverschuivingen naast de smalle weg tenminste niet.

Na een goede nachtrust in een eenvoudig hostel in het plaatsje Yuksom gaan we, iets later dan gepland, op weg met onze gids. Het blijkt dat we vandaag zowel de afstand van dag 1 als dag 2 moeten afleggen. Kennelijk is er iets mis gegaan, de gids was nogal optimistisch in zijn planning. Aan het begin van de wandeling is het nog erg warm. We lopen door de jungle en kijken uit over de vallei. We steken de rivier een aantal keer over, over typische hangbruggen met gebedsvlaggetjes. De staat van de bruggen is dubieus, oversteken blijft altijd een beetje spannend. De hele route worden we gevolgd door een loslopende hond, die we Appy noemen. Goed gezelschap.

26 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst Katelijne Tjallema-de Haan Beeld Katelijne Tjallema-de Haan en Anne-Sophie Zwarteveen-van der Spek

Langzaam begint het te betrekken en in de middag verdwijnen we in de frisse mist en wolken. In de loop van de week merken we dat dit de dagelijkse gang van zaken is: ’s morgens zon, ’s middags mist. Ook het landschap verandert, we lopen steeds verder het mystieke bos in, zoals wij het noemen. Het zou zo het landschap kunnen zijn in een film als Lord of the Rings. Druilerige bomen, begroeid met mos, mist en enkele bloeiende rododendrons en magnolia’s. Het seizoen is net van start, maar over een paar weken is het hier één grote bloemenzee als deze kleurrijke struiken en bomen allemaal in bloei staan!

De laatste kachel

Vermoeid door deze toch wel pittige eerste dag komen we net voor het donker en de regen aan in Tshoka op 2957 meter, onze eerste overnachtingsplek. We hadden tentjes verwacht maar er staat een heus huisje! Al snel krijgen we een heerlijke maaltijd van soep met een soort Nibbits, rijst, dahl en bonen: een typisch Indiase maaltijd. Omdat we het zo koud hebben gaan we na het eten meteen de slaapzak in. Even slikken: de bedden zijn keihard en we liggen met zijn zessen op een plek voor vier. Echt fris ziet het er ook niet uit. Dit zijn we toch anders gewend in die luxe berghutten van de Alpen!

HOOGTELIJN 4-2023 | 27 HILMALAYA THEMA
In alle vroegte naar Dzongri Viewpoint

De volgende dag worden we meteen getrakteerd op een schitterend uitzicht op de besneeuwde toppen in de verte. Na het ontbijt van pap en pannenkoeken bezoeken we eerst het kleine klooster en draaien we aan de gebedsmolens zoals je behoort te doen. Nu kan het alleen nog maar goed gaan met onze tocht. We vervolgen onze weg omhoog en al snel komen we de eerste sneeuw tegen. Het tempo mag vandaag lager, want de afstand is minder groot. Na de lunch komen we aan in Dzongri, waar zowaar twee kleine winkeltjes zijn. Ideaal, de nodige extra items als een warme muts en nog wat snacks worden ingekocht. De eigenaresse nodigt ons uit om bij haar houtkacheltje te komen opwarmen. De volgende dagen leren we de beste manier om warm te blijven: na aankomst meteen in je slaapzak duiken, want kachels zien we verder niet meer.

We blijven hier twee nachten, de volgende dag is een acclimatisatiedag. In alle vroegte maken we een korte klim naar het Dzongri Viewpoint voor de zonsopkomst. Het vriest en de lucht wordt ijler; we zijn ons bewust van iedere stap en iedere ademhaling. De beloning is een prachtige oranje gloed op de bergen, op onder andere de Mount Pandim en de Kangchenjunga, de derde hoogste berg van de wereld. Met zijn 8586 meter een imposante berg.

Na terugkomst in het kamp lezen we wat, doen we een yogasessie en spelen we een spelletje. Ieder kamp staat bij een rivier zodat er ‘schoon’ water voorradig is. Meestal staat er ook een toilethokje, maar dat is werkelijk te smerig voor woorden. Soms staat er ook een wc-tentje, eveneens gewoon een gat in de grond, maar dan zie je tenminste niet alles liggen van je voorgangers van het afgelopen half jaar.

Op dag vier lopen we verder omhoog, een mooie tocht. Het landschap wordt ruiger en ook tijdens het lopen heb ik het koud. Korte pauzes dus en gauw verder. Hond Appy besluit om te keren en gaat met andere wandelaars mee naar beneden. Deze keer doet de overnachtingsplek mij meer denken aan een koeienstal. Gewoon je matje uitrollen op de grond, we raken eraan gewend. Maar wat een prachtige sterrenhemel krijgen we daarvoor terug als we voor het slapen ons laatste rondje naar het wc-hok maken! De lucht is zo helder en er is geen lichtvervuiling, het contrast met Chennai kan haast niet groter zijn.

Zoete thee op bed

We merken dat we op hoogte zijn, iedereen heeft er op een manier last van: de één heeft hoofpijn, geen eetlust of slaapt slecht, de ander wordt met een opgeblazen gezicht wakker. Wij dragen onze eigen rugzakken, maar als groep hebben we ook een drager en zes jaks tot onze beschikking. Verder reizen er ook een gids, een kok en een begeleider voor de jaks mee. Zij sjouwen al het eten mee, de slaapzakken, potten en pannen en rugzakken van groepsgenoten. Ze koken heerlijke maaltijden, ruimen het kamp weer op en gaan snel naar de volgende plek om daar weer van voren af aan te beginnen. Als je tijdens het lopen zo’n karavaan tegenkomt is het zaak om meteen aan de kant te gaan, zij hebben altijd voorrang op de berg.

We worden de volgende ochtend gewekt met een kopje zoete thee op bed. We stijgen verder tot ons laatste kamp in Lamuney op 4100 meter. Een relatief makkelijke wandeling door een vlak gebied. Hier slapen we wel in tentjes. Waren we in het begin nog blij om in een schuur te slapen, we komen er nu achter dat een tent eigenlijk comfortabeler is: het is minder koud. Doordat je met z’n tweeën in een tent slaapt, warmt het lekker op. Maar inmiddels slapen we ook met al onze kleren en handschoenen aan en een muts op. De tentjes staan nog niet of het begint te hagelen, nu wordt het landschap nog betoverender. De wilde jaks lopen om ons kamp heen op zoek naar iets te eten. Wat een onvergetelijk beeld: de feloranje tentjes in dit weidse landschap, rondsnuffelende jaks en op de achtergrond besneeuwde bergtoppen tegen een helblauwe lucht!

28 | HOOGTELIJN 4-2023
Wilde jaks lopen om ons kamp heen op zoek naar iets te eten
Bij de eenvoudige hut maken we ons klaar voor vertrek

Omhoog kijken

Het wordt een korte nacht: we staan om drie uur op om in het donker op pad te gaan naar Viewpoint 1, een topje waarvandaan we zicht hebben op de Kangchenjunga. We hebben alleen een klein rugzakje nodig want we komen hier vanmiddag terug. Met de koplampjes aan beginnen we aan onze laatste klim. Hier is inmiddels geen enkele begroeiing meer, de boomgrens ligt op 4000 meter, en al snel lopen we in de sneeuw. Langzaamaan wordt het licht en worden we ons bewust van de prachtige omgeving. De zon verlicht de bergen goud-oranje en we passeren een bevroren bergmeer. Eenmaal op de top aangekomen is het snel genieten, want het is hier door de ijzige wind zo koud dat we niet al te lang kunnen blijven. De top van de Kangchenjunga gee zich maar heel even prijs en blij verder gehuld in de wolken.

Goechala Trek

Route De Goechala Trek begint en eindigt in Yuksom. De route is 90 kilometer lang en gaat van 1700 meter naar 4600 meter. Hiervoor ben je acht dagen onderweg. De beste tijd om deze wandeling te maken is april/mei, als de lucht helder is en de rododendrons bloeien, of in september/oktober.

Reis

Het vliegveld van Bagdogra is te bereiken met een vlucht via Delhi, Mumbai, Kalkota of Bangalore. Vanaf Bagdogra Airport is het nog zeven uur met de jeep.

Wat een contrast: de oranje tent onder de blauwe lucht en de besneeuwde toppen

De zon verlicht de bergen goud-oranje

Maar wat is dit waanzinnig mooi. We zijn op ruim 4600 meter en nog steeds kijken we omhoog naar die enorme reuzen, zo imposant!

Tijdens de afdaling wacht ons nog een beloning bij het Samitimeer. Het water is spiegelglad en we zien een schitterende weerspiegeling van de Mount Pandim. Als even later de blauwschapen water komen drinken aan de rand van het meer is het plaatje helemaal compleet.

Terug naar tropische begroeiing

De laatste avond worden we getrakteerd op een feestmaal, zelfs met taart. Hoe doet de kok dat toch in die primitieve keuken? We bedanken het team uitbegreid en duiken dan voor de laatste keer de smoezelige maar warme slaapzak in.

Onder de 2000 meter maakt de beperkte bergflora weer plaats voor de, voor ons bekende, tropische begroeiing. We zien aan de aangelegde paden dat we in de buurt van de bewoonde wereld komen en we fantaseren over een warme douche en een welverdiend biertje. Het is altijd even wennen om terug te komen in de drukke wereld, maar een geweldige ervaring rijker kunnen wij er voorlopig weer tegenaan!

HOOGTELIJN 4-2023 | 29 HILMALAYA THEMA
Even een momentje voor jezelf Jaks hangen rond bij onze kampeerplek

Manaslu Circuit Trek

De witte woeste wereld

Buiten is het pikkedonker. Aan de hemel fonkelen ontelbare sterren. In de verte zien we een lange sliert lampjes zich langzaam verplaatsen. Het zijn wandelaars die nog eerder dan wij zijn begonnen aan de lange, zware klim naar de 5106 meter hoge pas Larkya La. Na een schraal ontbijt van waterige havermout zijn wij aan de beurt. De inktzwarte duisternis maakt al snel plaats voor het eerste roze ochtendlicht. Langzaam worden de details zichtbaar van de witte, woeste wereld waarin we ons bevinden.

30 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst en beeld Jeroen Kleiberg De Himalaya op haar best: hoge bergen, fonkelende sterren en een boeddhistisch klooster

De Manaslu Circuit Trek is een ongeveer 180 kilometer lange wandeltocht in het midden van Nepal. Al ruim een week wandelen we over smalle paden. We zijn dagen lopen verwijderd van de dichtstbijzijnde plek waar een auto kan komen. We zijn dichter bij Tibet dan bij Kathmandu. De route gaat door een dunbevolkt gebied en biedt prachtige uitzichten op de Manaslu, met 8163 meter de achtste hoogste berg ter wereld. Doordat de route veel minder drukbezocht is dan andere wandelroutes in Nepal, zoals de bekende Annapurna Circuit Trek of de route naar het basiskamp van de Mount Everest, genieten we van adembenemende uitzichten op de Himalaya en maken we kennis met de lokale cultuur en levenswijzen van de Nepalezen, zonder de drukte van de eerder genoemde tochten. Niettemin is de wandeltocht door de lange afstanden die we dagelijks afleggen ook een serieuze fysieke uitdaging.

Dal bhatistan

Toerisme is een belangrijk onderdeel van de Nepalese economie, maar met slechts een paar procent van het bruto nationaal product niet het belangrijkste. In de bergen lijkt dit anders te zijn. Langs de route die we lopen in de Manasluregio lijken de wandelaars de belangrijkste bron van inkomsten te zijn voor hele dorpen en hun gemeenschappen. Hoe hoger we komen, hoe kleiner en armoediger de dorpen worden. Veel huizen van op elkaar gestapelde stenen hebben sinds de zware aardbeving van 2015 blauwe golfplaten als daken. De wandelaars hebben plaatsen nodig om te overnachten en te eten. Vanwege de verplichting met een Nepalese gids te reizen en de gewoonte om bagage te laten dragen, reizen de meeste wandelaars met een hele entourage. Langs de route is dan ook een netwerk ontstaan van teahouses, waar je kan overnachten en eten. In een teahouse ver verwijderd van alles kunnen we tot onze verbazing appeltaart bestellen. Blijkbaar zijn er tot een hoogte van 3500 meter appels te krijgen.

Ook wij hebben een gids, die tevens de drager is van één van onze rugtassen. Wij kunnen onze boontjes prima zelf doppen, maar dat is in Nepal niet de bedoeling. Dawa is onze zogenoemde porter guide, maar hij is veel meer dan dat. Dawa regelt onze overnachtingen, praat met alles en iedereen om informatie in te winnen, lijkt met iedereen bevriend of raakt dat al snel, is de contactpersoon tussen ons en het teahouse, neemt onze bestellingen op en zorgt ervoor dat we op de afgesproken tijd ons eten hebben. Is het een koude nacht, dan regelt hij een extra deken. Na een paar weken weet Dawa hoe ik mijn koffie drink en staat die elke ochtend in de juiste sterkte voor me klaar. Maar gelukkig is Dawa niet alleen onze persoonlijke assistent, bovenal is Dawa een hele vriendelijke, goedlachse man die een zeer fijn reisgezelschap vormt.

Elk teahouse heeft een bijna identiek geplastificeerd menu, waarvan de prijzen net zo gelijkmatig toenemen als de hoogte

waarop we ons bevinden. Een overnachting voor twee personen heeft een vaste lage prijs van zevenhonderd tot duizend roepie (ongeveer zeven euro), waarbij het de bedoeling is dat je er ook eet. Aan het ontbijt, de lunch, het avondeten en de drankjes wordt verdiend. We eten gevarieerder en beter dan verwacht. Meestal kunnen we kiezen uit diverse pasta’s, pizza’s en curry’s. Alles biologisch uit eigen tuin. Zonder vlees, want dat wordt hier nauwelijks gegeten. Maar Dawa eet alleen dal bhat, een gerecht van rijst, curry en linzen, dat de standaardmaaltijd is voor de meeste Nepalezen. Zelfs de appeltaart die we eerder aten vindt hij minder lekker dan zijn dagelijkse portie dal bhat. Ook wij genieten regelmatig van onze portie in dal bhatistan.

Een caleidoscoop

Langzaam maar zeker komen we terecht tussen de echt hoge bergen. Volgens de beschrijving in onze reisgids zou de wandeling rond Manaslu ‘een caleidoscoop van kleur, vegetatie, landschappen en klimaten zijn, waarvan de sensationele berggezichten en buitenaardse landschappen voor altijd in het geheugen gegrift zullen staan’. Het eerste deel van de route wandelden we nog door de kloof van de woeste rivier Budhi Gandaki, met af en toe uitzicht op de hoge toppen in de verte. Vanaf Lho wordt het pas echt sensationeel. Vanaf hier begeven we ons tussen de met sneeuw en ijs bedekte toppen van het hooggebergte, waarvan de gletsjers links en rechts naar beneden komen.

Om de 5106 meter hoge pas Larkya La, het hoogste punt van onze tocht, straks zonder problemen over te kunnen steken, moeten we goed geacclimatiseerd zijn. Het helpt dat we op deze

HOOGTELIJN 4-2023 | 31 HIMALAYA THEMA
de wandeltocht is ook een serieuze fysieke uitdaging

route langzaam naar toenemende hoogte gaan, maar onderweg proberen we ook zo veel mogelijk acclimatisatiewandelingen te maken: naar steeds grotere hoogte, om vervolgens weer wat lager de nacht door te brengen. Gelukkig hebben we ruim de tijd en kunnen we meerdere wandelingen van de hoofdroute af maken naar hoge, afgelegen plekken.

De schaal van het landschap is eigenlijk niet te bevatten. De hoofdroute loopt door een dal van epische proporties met overal alleen maar hoge bergen, langs een rivier die maar niets van haar woestheid kwijt lijkt te raken. Gaan we van de hoofdroute af, wandelend door een dal dat is uitgesleten door een van de ontelbare gletsjers, dan komen we weer in een heel ander landschap, eveneens met een grootsheid die ons voorstellingsvermogen te boven gaat.

We lopen langs een gletsjer die piept en kraakt en af toe met een luide knal een millimeter of wat opschuift. De gletsjer is geen witte, gladde ijsbaan, maar eerder een verzameling reusachtige grijze blokken rots en ijs die op een grote hoop zijn geveegd en tegen wil en dank nu een geheel vormen. De achtergrond wordt gedomineerd door het verblindend witte massief van de 7893 meter hoge Himal Chuli, die nog bijna vijf kilometer boven ons uittorent. Om dit in perspectief te plaatsen: we zitten al hoger dan de hoogste autopas in de Alpen, net iets boven de 3000 meter.

Het land van de jak

Rond de 3800 meter passeren we de boomgrens. Door de extreem droge en schone lucht, zonder water en zonder stof, is de hemel diep donkerblauw. Het contrast met het wit van de bergen is adembenemend mooi. Het lage struikgewas heeft al prachtige herfstkleuren en de donkerrode besjes zorgen voor een spektakel

van kleur tussen de dominerende groene en bruine tinten. In de afgelegen dalen zien we iedere dag opnieuw grote kuddes blauwschapen (steenbok-achtigen) en thargeiten die rustig grazen langs de bergriviertjes met kristalhelder gletsjerwater. Op de paden zien we de pootafdrukken en uitwerpselen van wolven, die net als wij genieten van de bokken en geiten.

In deze uithoek van de wereld lopen wij naar de Tibetaanse grens, die op bijna vijfduizend meter hoogte in een volledig witte wereld ligt. Op de steeds grotere hoogte is het de jak die zich het meeste thuis voelt. Met hun dikke, lange vacht en grote horens maken de jaks een imponerende indruk, maar meer dan grazen en staren doen ze meestal niet. Deze gedomesticeerde runderen worden door de bevolking gehouden voor hun vacht, hun melk en als lastdier, maar ook voor de enorme hopen die ze produceren. Uitwerpselen van de ezels worden verzameld om het land te bemesten, de mest van de jaks wordt gebruikt om te stoken en te koken. De prikkelende rook die dat veroorzaakt hangt tussen de spartaanse huizen. Grote plakkaten jakpoep liggen rondom te drogen.

32 | HOOGTELIJN 4-2023
we komen weer in een heel ander landschap
In hogere sferen op de met boeddhistische vlaggen getooide top van de Larkya La

De berg van de ziel

De Manaslu is met haar hoogte van 8163 meter de op zeven na hoogste berg op aarde, maar toch kost het ons bijna twee weken wandelen voor we worden beloond met een fenomenaal uitzicht op de kenmerkende top van deze schitterende berg. Er zijn zo veel bergen en het gebied is zo ruig en uitgestrekt, dat we meerdere bergketens moeten passeren en naar grotere hoogte moeten klimmen voordat de vrije uitzichten op de ‘berg van de ziel’ zich ontvouwen.

De vertraagde moesson die ons een paar weken eerder nog dwars zat, heeft ervoor gezorgd dat we nu een spectaculair berglandschap krijgen voorgeschoteld. Wat in de lagere delen van Nepal met bakken tegelijk als regen naar beneden is gekomen, is in de bergen als enorme pakketten sneeuw gevallen. Alles boven de 4200 meter is wit. Inmiddels is het al drie weken lang schitterend weer, maar de sneeuw is nog lang niet gesmolten. We wandelen over door jaks uitgesleten paadjes naar bergmeertjes, waarin we de Manaslu en haar gletsjers gespiegeld zien. We lopen naar het op 4600 meter hoogte gelegen basiskamp dat voor de beklimming van de Manaslu wordt gebruikt, maar dat door de vele lawines hoger op de berg nu verlaten is. De enige kleuren die we zien zijn het donkere blauw van de hemel en het wit van de rest van de wereld.

een fenomenaal uitzicht op de kenmerkende top

In hogere sferen

De laatste stop voor de oversteek van de pas is het op 4460 meter hoogte gelegen Larkya Phedi, een verzameling deprimerende barakken en legertenten naast een gletsjer, waar Dawa voor ons gelukkig een tweepersoons tent met vrij uitzicht weet te scoren. Verstopt tussen een dikke laag dekens en slaapzakken genieten we van het oogverblindende schouwspel buiten de tent, waardoor we over een paar uur in de nachtelijke vrieskou naar boven mogen.

Als de eerste zonnestralen boven de bergen uitkomen zijn we anderhalf uur op weg. Al snel moeten we onze laagjes kleding afpellen. Van dubbele handschoenen gaan we naar enkele, de dikke donsjas gaat uit, evenals de thermokleding. De zonnebrand komt tevoorschijn, net als de zonnebril en de pet die de muts vervangt. Op deze hoogte, in de sneeuw, verbranden we levend. We bevinden ons op een hoogvlakte die eind oktober

HOOGTELIJN 4-2023 | 33 HIMALAYA THEMA
Poseren voor de Manaslu Himal (8163 meter) Na anderhalf uur lopen komen de eerste zonnestralen boven de bergen uit

Manaslu Circuit Trek

De route

De Manaslu Circuit Trek is ongeveer 180 à 200 kilometer lang en start in Arughat. De eindbestemming is Dharapani, aan de andere kant van de 5106 meter hoge pas Larkya La. De meeste wandelaars zijn veertien tot twintig dagen onderweg. Het is aan te bevelen om ruim de tijd te nemen, zodat je voldoende acclimatisatiewandelingen kunt maken en slecht weer kunt a achten.

Reis en reistijd

Vanuit Kathmandu kun je een jeep met chau eur huren die je naar het beginpunt brengt. Je kunt ook met de bus gaan, maar dat zijn twaalf lange, oncomfortabele uren. De beste tijd is tussen september en november of april en mei. Deze maanden hebben vaak helder weer en een goede weersverwachting, met kraakheldere uitzichten op de bergen.

Verplichtingen

Het is verplicht om een TIMS-kaart (Trekkers’ Information Management Systems) en een Manaslu Conservation Area Permit te hebben voor deze tocht. Ook een gids is sinds dit jaar verplicht voor wandeltochten in de Nepalese Himalaya.

Wandelgids

Wij hadden het boek A Trekking Guide to Manaslu and Tsum Valley van Siân Pritchard-Jones en Bob Gibbons bij ons, een goed vertrekpunt.

normaal gesproken een verzameling stenen en keien is. Nu ligt er een dik pak sneeuw, waardoor we ons langzaam, maar geleidelijk naar boven bewegen. Rondom zijn alleen maar bergen met ontelbare gletsjers. Ik kan geen genoeg krijgen van het uitzicht en vind het dan ook helemaal niet erg dat we ons op deze hoogte slechts stapje voor stapje voortbewegen.

Piepend en krakend bereiken we om kwart over negen de met boeddhistische vlaggen getooide top van de Larkya La. Met 5106 meter is dit het hoogste punt waar ik ooit ben geweest. Ik ben in hogere sferen en niet alleen door het gebrek aan zuurstof. We staan in een landschap dat ik alleen uit documentaires ken. In een indrukwekkend en onwerkelijk mooi panorama van de hoogste bergen ter wereld, met een ontelbaar aantal gletsjers, die beneden ons in drie enorme rivieren van ijs samenkomen. We zijn in hogere sferen in een witte, woeste wereld.

HOOGTELIJN 4-2023 | 35 HIMALAYA THEMA
Op de steeds grotere hoogte is het de jak die zich het meeste thuis voelt

Film van Ellen Vermeulen over een verboden bedevaart

Een vrouw die vertrekt

Marie-Louise Plovier-Chapelle (1909-2004) was de eerste Franse vrouw die een Himalayatop beklom. In 1952 trok de avonturier en reiziger naar de Chaukhamba in de Indiase Himalaya. Zeventig jaar later maakten de Belgische lmmaker Ellen Vermeulen en de Nederlandse berggids Boris Textor dezelfde reis. Het leidde tot de lm Une femme qui part én een beklimming.

Op een dag vraagt een oom van Ellen Vermeulen of ze interesse hee om het archief van zijn oma Marie-Louise te bekijken. Het leven van de vrouw lijkt een eindeloze opeenvolging van vertrekken en terugkeren te zijn. Vooral haar expeditie naar de Himalaya spreekt tot de verbeelding. Filmmaker Vermeulen, die tot dan toe nauwelijks tijd doorbracht in de bergen, is nieuwsgierig. Ze verdiept zich in de enorme hoeveelheid materiaal die Marie-Louise Chapelle verzameld hee . Een jaar lang is ze dagelijks bezig met de nalatenschap. Ellen is dan 26 en wil er iets mee doen. ‘Ik wilde Marie-Louise en haar zoektocht begrijpen. Ik had het gevoel dat ik het over haar Himalayatocht moest hebben om tot dat begrip te komen.’ Het duurt veertien jaar totdat ze met haar camera op stap gaat om een documentaire te maken over de pionier.

Naar het zuiden

Marie-Louise Chapelle trouwt in 1927 op haar achttiende met Paul Plovier. De zakenman is tevens burgemeester van het piepkleine Franse Wervicq-Sud, op de grens met België. Ze krijgt in korte tijd vier kinderen, wordt depressief en hoopt dat het bezoeken van andere oorden haar kan helpen. In 1942 vertrekt ze naar het zuiden met winter- en zomerkleren in haar ko er. Het wordt geen zon en strand, want ze komt in Grenoble in contact met mensen die haar meenemen naar de skischool in Val d’Isère. Daar ontmoet ze berggids Edouard Frendo, naar wie later een pijler op de Aiguille du Midi genoemd wordt en die een grote rol in het avontuurlijke deel van haar leven zal spelen. De skili naar Solaise is nog in aanbouw. Monteurs en leden van de skischool (alleen mannen) mogen gebruikmaken van de li .

36 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst Peter Daalder Marie-Louise Chapelle in 1952 bij het basiskamp

Toerist Marie-Louise niet. Om te skiën klimt ze iedere dag zevenhonderd meter omhoog. Dat valt op en Frendo nodigt haar uit voor een beklimming. Zo krijgt ze de liefde voor de bergen te pakken.

Jaar na jaar is ze in de Alpen, vaak in Chamonix, waar ze later een chalet koopt. Ze klimt en skiet, voornamelijk met Frendo. De bergen doen haar goed: ‘Ik ben de bergen eindeloos dankbaar voor deze vreugde’, schrij ze in een van haar boeken. Vanaf haar 35e tot haar 75e is ze afwisselend zes maanden thuis en zes maanden weg. Soms met haar kinderen, meestal zonder. ‘Haar man moet geweten hebben dat haar laten vertrekken de enige optie was’, zegt Ellen Vermeulen. ‘Voor de kinderen was het niet altijd makkelijk. In de ogen van de kleinkinderen was ze een bonne mamie magique, een magische grootmoeder, maar voor de kinderen was ze een moeder die uitblonk in afwezigheid.’

In gesprek

‘Marie-Louise droomde van een onconventioneel en ongeremd leven. Maar wat is nou de essentie van haar verhaal? Ik wilde in haar gedachten terechtkomen maar ze overheerste de mijne. Waarom?’ Dat waren de vragen van Ellen Vermeulen nadat ze de dagboeken van Marie-Louise had gelezen. ‘Het denken over de lm liep parallel met het ontdekken van de bergen. Ik kon niet tot deze vrouw doordringen zonder zelf een proces door te maken. Ik heb een cursus gevolgd bij de Klim-en Bergsportfederatie en heb er al die jaren voor gezorgd dat ik super t was, omdat de reis naar de Himalaya eraan zat te komen. Nu heb ik op z’n zachtst gezegd een klik met de bergen. Het is ook voor mij een noodzaak geworden. Ik ben er het liefst alleen. Er is niets zo vervelend als met de verkeerde mensen in de bergen te zijn. Het is de combinatie tussen fysieke uitdaging en de stilte die me aantrekt.’

‘Daar gebeurt iets met mij. Het is een uitgelezen plek om te reflecteren. Ik ben vaak in hetzelfde gebied, maak graag dezelfde tocht. In september, dan is de drukte voorbij. Ik ben dan op de Haute Route. Vorig jaar met een tarp, dat viel tegen bij slecht weer. Dit jaar wordt het een tentje, ik hou ervan om me af te sluiten.’ Het hee veertien jaar geduurd voordat Ellen Vermeulen de lm over Marie-Louise maakte. ‘In de tussentijd maakte ik drie lms die eerder sociaal geëngageerd zijn. De lm over Marie-Louise is anders. Ik wilde in gesprek komen met haar, het duurde even voordat ik daaraan toe was. Ze fascineert me, haar leven en haar onstilbare verlangen spreken me aan. Ik wilde iets met het materiaal doen, anders zou het verdwijnen in de plooien van de tijd.’

Oudere camera

Het archief van Marie-Louise bestaat onder andere uit foto- en lmmateriaal. Ellen Vermeulen hee dat gebruikt in haar lm. ‘Ik wilde niet dat er een groot verschil zou zijn tussen mijn beeld en de oude opnamen. Daarom heb ik ge lmd met een oudere camera. Die hee een kleine sensor en een bepaald soort beeldkwaliteit. Nieuwe digitale camera’s lmen zo precies en scherp, combineer dat met de bergen en het beeld benadrukt als vanzelf de prestatie. Dat wilde ik vermijden en de camera waarvoor ik gekozen heb, doet net het tegenovergestelde. Het beeld straalt integriteit en ingetogenheid uit. Ik wilde het verhaal klein houden. Hoe vermijd je te veel aandacht voor de felle kleuren van klimkledij? Hoe insinueer je een tijdsoverlapping tussen vandaag en 1952? Ik wilde ruimte maken voor Marie-Louise en haar verhaal. De lm gaat over veel meer dan de beklimming.’

HOOGTELIJN 4-2023 | 37 HIMALAYA THEMA
‘De fi lm gaat over veel meer dan de beklimming’
Marie-Louise (zittend) op de Deo Dakhni Het basiskamp in 1952, op de achtergrond de Chaukhamba

MFS®-VAKUUM-SYSTEM

COMFORT OP HET HOOGSTE NIVEAU

MFS®-VAKUUM-SYSTEM

SPEZIELLE POLSTERSCHÄUME Weiches Manschettenpolster retikuliert

MFS®-VAKUUM-SCHAUM Exakte und druckfreie Anpassung an jede Fußform im Knöchel-, Manschetten und Laschenbereich. Bis in den Ballen reichend. Der Fuß wird weich aber eng umschlossen.

RETIKULIERTER SCHAUM bis in den Zehenbereich, garantiert eine perfekte Anpassung.

SPECIALE SCHUIMVOERING Zacht, geweven schuim bovenaan.

SPEZIELLE POLSTERSCHÄUME Weiches Manschettenpolster retikuliert

MFS®-VAKUUM-SCHAUM

MFS® VACUÜMSCHUIM

Exakte und druckfreie Anpassung an jede Fußform im Knöchel-, Manschetten und Laschenbereich. Bis in den Ballen reichend. Der Fuß wird weich aber eng umschlossen.

Drukverlagend, past zich perfect aan elke voet aan; in het gebied rond de enkels, veterhaakjes en – oogjes, tot aan de bal van de voet. De voet wordt zacht, maar strak omhuld.

RETIKULIERTER SCHAUM bis in den Zehenbereich, garantiert eine perfekte Anpassung.

GEWEVEN SCHUIM zorgt voor een perfecte pasvorm tot aan het gebied rond de tenen.

We celebrate 160 years of EDELRID
160 years we have been manufacturing climbing ropes and mountaineering equipment in Isny.
For
www.edelrid.com www.meindl.de
Vakuum Men Ultra
Ultra mei_Anz_VakuumMen_Hoogte_210x135_MAI14.indd 1 15.05.14 11:01
Vakuum Lady

Ellen Vermeulen is lmmaker en docent aan het Royal Institute for Theatre, Cinema & Sound (RITCS) in Brussel. De lm Une femme qui part kwam tot stand met o.a. steun van het Nederlands Filmfonds en gaat dit najaar in roulatie.

Boris Textor op de Chaukhamba

De expeditie van Marie-Louise Chapelle naar de Chaukhamba (7138 meter) werd op 5200 meter hoogte geblokkeerd door de Zwitsers Lucien George en Victor Russenberger. Zij verboden de Française verder te klimmen. ‘Een vrouw op de top reduceert de berg tot een heuvel. Une montagne à vaches, een berg voor de koeien’, aldus de Zwitsers, die op 13 juni 1952 als eersten de top in de Garhwal Himalaya bereikten.

In de lm vertelt Ellen Vermeulen in het Nederlands over MarieLouise, over de tocht, wat er gebeurt, ze stelt vragen. In het Frans zijn fragmenten te horen uit Marie-Louises dagboeken, met antwoorden. ‘Ik praat met iemand die dood is, dat is een andere wereld. Die tussenwereld vind ik heel belangrijk, het moet niet gaan over het alpinisme. Als ik in de bergen ben zoek ik naar het isolement, het op mijzelf teruggeworpen zijn. Dat probeer ik over te brengen, in beeldtaal’, vertelt Ellen Vermeulen.

Boeken verslonden

Voordat ze de reis naar de Himalaya maakte las de lmmaker talloze boeken over het alpinisme. ‘Dat was nodig voor mijn verbeelding. Ik heb die boeken verslonden en soms doorgeworsteld. Ik lmde uiteindelijk intuïtief, maar wel gebaseerd op jarenlang nadenken over die vrouw en de beklimming. Op de top was er blijdschap en opluchting maar ik dacht toch vooral: ik moet naar huis en de lm maken.’

Marie-Louise kwam bij de Chaukhamba (zie kader) terecht omdat het de enige regio was waarvoor ze een visum kon krijgen. ‘Ze is door haar mannelijke klimpartners tegengehouden op 5200 meter en ging toen naar de Deo Dakhni. Daar heb ik ge lmd,

Marie-Louise beklom daarna met haar gids Edouard Frendo de Deo Dakhni (6075 meter). Ellen Vermeulen herhaalde die tocht voor de lm met begeleiding van onder anderen Boris Textor. Na een geslaagde tocht naar de Deo Dakhni deden Boris en twee anderen een poging op de Chaukhamba, de berg waarop de heilige rivier de Ganges ontspringt. De route van 1952 was niet meer mogelijk, maar er bleek een andere mogelijkheid via een zestig meter hoge ijsval. Op 6350 meter besloten twee klimmers af te dalen. Boris klom alleen verder en bereikte op 10 mei 2022 de hoofdtop, waarop al twintig jaar niemand was geweest.

en de Chaukhamba enkel van afstand, zoals zij gedwongen werd van afstand te kijken. Marie-Louise hee veel geschreven, maar liet ook ruimte voor verbeelding. Dat is mooi, verbeelding. De Deo Dakhni zie je nooit in zijn totaliteit. Als je een hoge berg beklimt en je lmt alles van minuut tot minuut, waar is de verbeelding dan? Je moet zelf invullen, bedenken. Dat is veel interessanter dan dat alles opgeschreven of ge lmd is.’

HOOGTELIJN 4-2023 | 39 HIMALAYA THEMA
Op de top dacht ze: ‘ik moet naar huis en de fi lm maken’
Ellen Vermeulen lmt bij de Chaukhamba

De Great Himalaya Trail door Nepal

Reizigers helpen elkaar

Ruim 1700 kilometer, van oost naar west. De Great Himalaya Trail doorkruist heel Nepal. In 2019 liep Frank Nap in 76 dagen meer dan de helft van de route, van het basiskamp van de Kangchenjunga naar het dorp Kagbeni. Na twee covidjaren vervolgt hij nu zijn reis. Door de besneeuwde bergen loopt hij verder naar het westen.

Hoe dichter bij de grens met Tibet, hoe liever. Ik hou van avontuur, ik hou van de mensen en hun bijzondere cultuur en ik hou van desolate gebieden. Op naar het westen! Drie jaar geleden stopte ik in Kagbeni in het district Mustang. Daar blijf ik nu twee dagen om te acclimatiseren. Om aan de hoogte te wennen lift ik de tweede dag comfortabel mee naar 3760 meter, op de enige asfaltweg in de hele omgeving. Ik daal aan de andere kant van de vallei af over mooie paden hoog boven de rivier. Een heerlijke tocht door een weinig begroeid maar zeer karakteristiek landschap.

Gortdroog

De volgende dag vertrek ik met volle bepakking uit Kagbeni in noordwestelijke richting. Het is warm en het zweet gutst van mijn hoofd. De eerste pas op deze route ligt 1000 meter boven Kagbeni. Hiervandaan heb ik een prachtig uitzicht over Mustang. Ik klim verder naar de volgende pas op ruim 4300 meter. Het is hier gortdroog en ik ben blij dat ik anderhalve liter water extra heb meegenomen.

Aan het eind van de dag bereik ik Bhima Lojun, een pas op 4460 meter. Ik plof mijn tentje neer bij een waterstroompje. Bewolking uit de vallei kruipt omhoog en wiegt over mij heen. Het was een pittige eerste dag, maar een gevoel van euforie overheerst.

Na acht dagen wandelen in zuidwestelijke richting, daal ik in de regen af vanaf de pas Chan La (5378 meter). In het donker kom ik aan in het dorpje Dho Tarap. De aanloop naar de pas was zwaar door de lage begroeiing en een onduidelijk pad, en de afdaling

40 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst
en beeld Frank Nap
Terugblik vlak voor de pas Chan La In Pungmo logeer ik twee dagen bij de ouders en familie van Kalsang

was veel langer dan ik had verwacht. Na het tandenpoetsen sta ik op en is het net of ik in een fel licht heb gekeken. Een grillige zwarte vlek beneemt me het zicht in het centrum van mijn rechteroog. Bezorgd en hopend dat het morgen is verdwenen probeer ik de slaap te vatten.

Steeds maar neerslag

De volgende dag loop ik in de regen Dho Tarap uit. De lodge stond me niet aan en ik heb na een nacht slapen geen verbetering in mijn rechteroog. Ik wil gewoon weg, verder, regen of geen regen. Ik loop liever dan dat ik daar ga zitten piekeren over het weer of over mijn oog. Maar na een paar uur door de regen lopen besluit ik in Tokyu toch bij een soort van lodge te stoppen. Het regent steeds harder en het ziet er niet naar uit dat het minder wordt vandaag. Dan morgen maar verder.

De volgende dag sneeuwt het, de dag daarna ook en de dag daarna weer. Het houdt niet op, er hangt een groot front boven Nepal. Toeristen en locals komen vast te zitten. Pas na zes dagen neemt de sneeuwval af en zie ik helikopters af- en aan vliegen door de vallei. Buiten helikopters is er echter nog geen verkeer mogelijk, zelfs geen voetverkeer.

Ondertussen blijf ik zorgen houden om mijn oog. Die rare donkere vlek in het centrum van mijn oog maakt dat ik maar met één oog kan lezen en soms dubbel zie. Het telefonische advies van mijn huisarts is twee weken af te wachten. Als het dan nog niet weg is, moet ik zo spoedig mogelijk naar een ziekenhuis.

Op de achtste dag in Tokyu komen er tot mijn grote opluchting locals op paarden uit een andere vallei. Alle passen zijn dicht-

HOOGTELIJN 4-2023 | 41 HIMALAYA THEMA
De Machapuchare (6997 meter), ook wel Fishtail genoemd vanwege zijn karakteristieke vorm

gesneeuwd, maar in het spoor van de paarden durf ik wel te vertrekken. Alleen is dit niet de route die de Great Himalaya Trail volgt. Integendeel, deze route gaat eerst naar het oosten en ik moet naar het westen. Maar met een omweg van een week hoop ik toch Bhijer in de regio Upper Dolpo te bereiken. Daarvandaan kan ik dan weer naar het westen. De valleien die ik richting Bhijer moet volgen zijn stroomafwaarts en de passen, op de eerste en de laatste na, lager dan 5000 meter, dus waarschijnlijk met minder sneeuw. Ik gok erop dat ik zo Bhijer kan halen.

Sneeuwluifel

Opgetogen neem ik de volgende dag afscheid van de mensen in de lodge. In korte tijd heb ik veel mensen ontmoet en klusjes gedaan, wat het wachten een stuk aangenamer maakte. Inmiddels is de vlek in mijn oog nu dieprood als ik in het licht kijk, maar niet groter geworden. De oogzenuwen werken dus nog, is mijn conclusie. Dat geeft hoop.

Door de sneeuw klim ik een kleine 800 meter naar de pas Chholla La (5051 meter). In de veelal kniehoge sneeuw ben ik blij met het spoor van de paarden. Eenmaal over de pas lijkt de afdaling gemakkelijk. Maar dan zak ik plotseling door de sneeuw. Ik tuimel een paar meter omlaag en eindig ondersteboven in de sneeuw. Ik heb gelukkig niks, maar ik ben wel geschrokken. Als ik omhoog kijk zie ik dat ik door een kleine sneeuwluifel ben gezakt.

Achterdochtig

Tergend langzaam klim ik de dag erop door de sneeuw naar de volgende pas op 5360 meter. Na de pas wacht nog diepere sneeuw. Ik ben nog geen 150 meter afgedaald als het alweer donker wordt. Met veel kunst- en vliegwerk weet ik op de helling mijn tent op te zetten.

Opgetogen bereik ik de volgende ochtend Bhijer, sneeuwvrij, op 3850 meter. Hiervandaan kan ik verder naar het westen. Er is dan nog één dorpje te passeren, Pho, daarna is het zeker zeven dagen lopen zonder dorpen. Wel zal ik vijf passen over moeten, de meeste ver boven de 5000 meter. Mijn hoop op deze route wordt in Bhijer echter snel de kop ingedrukt door de lokale politieagenten. Onmogelijk, zeggen zij. Maar hoe weten ze dat zo zeker, vraag ik mij af. Ik ben vaak achterdochtig als het gaat over adviezen van derden. Verhalen over onmogelijkheden in de bergen ontstaan vaak door angst. Als ik hoor dat er al veertien dagen geen mensen uit Pho over de pas zijn gekomen, ben ik echter toch overtuigd. Langzaam besef ik dat ik weer vastzit. Dit betekent het einde van mijn Great Himalaya Trail, voor dit jaar tenminste.

Zes dagen trek ik door de sneeuwvrije valleien en de dorpjes

Tinje en Shimen. Daarvandaan ga ik omhoog de westelijke vallei in. Op de route naar de pas Khoma op 4260 meter kom ik weer in de sneeuw. In het begin is het te doen, maar het wordt steeds lastiger. Boven het dorp Saldang kampeer ik op 5000 meter. De bevroren bovenlaag van de sneeuw maakt het enigszins comfortabel.

42 | HOOGTELIJN 4-2023
in de kniehoge sneeuw ben ik blij met het spoor van de paarden
Boven op de bergpas Junben La De afdaling vanaf Nagdala La naar het Phoksundomeer

Maar hoe kom ik hier weer uit? Bhijer ligt op een kruispunt van drie valleien. Er blijft dus één optie over: de lange route via Shey Gompa en over de Nagdalopas naar Ringmo, een dorp aan het azuurblauwe Phoksundomeer. Maar ook hier is de politie erg stellig in haar overtuiging dat dit niet mogelijk is. Shey Gompa is misschien nog wel haalbaar, maar daarna is het nog niemand gelukt de pas te halen. Een Amerikaan heeft twee dagen geleden een poging gedaan en is weer omgekeerd. De moed zinkt me in de schoenen.

Op tijd voor examens

Terwijl ik voor mijn lodge pieker boven de kaart, passeren een paar jonge Nepalezen. Geïnteresseerd vragen ze waar ik vandaan kom en wat mijn plannen zijn. ‘Ik heb geen idee,’ zeg ik. De jongens vertellen me dat Kalsang, de arts-assistent in opleiding van de kliniek in Bhijer, morgen een poging wil wagen het gebied uit te komen. Hij moet op tijd in Kathmandu zijn voor examens. Langer wachten op betere condities is uitgesloten. Dan mist hij zijn examens en verspilt hij een studiejaar.

De volgende ochtend staat Kalsang me op te wachten in de deuropening van de kliniek, met een donkere zonnebril en gekleed in traditioneel Tibetaanse kleding. Hij is 25, bloednerveus en blij mij te ontmoeten. Zijn verwachtingen van mijn expertise in lopen door de sneeuw lijken hooggespannen. Kalsang heeft een paard en menner gehuurd om de tocht te vergemakkelijken. Tevens vertelt hij dat nog vier andere locals vandaag vertrekken.

Levensgevaarlijk

Terwijl het licht sneeuwt vertrek ik als eerste in de richting van Shey Gompa. Twee uur later word ik ingehaald door Kalsang, de vier Nepalese jongens en het paard en zijn menner. Iedereen is licht bepakt en sneller dan ik. Toch keert de menner om. Hij durft zijn paard niet verder uit te dagen. Op de steilere hellingen zijn de paden levensgevaarlijk door de sneeuw en blubber.

In het stikdonker kom ik aan in Shey Gompa. Ik overnacht met Kalsang en de vier bewoners in een klein huis. We zitten om een vuur in een kleine, benauwde en rokerige ruimte, volgestouwd met dekens, schuimplastic, zakken rijst en rommel. Pas tegen elf uur lukt het ons plek te maken en een beetje te slapen.

Drie uur later, om twee uur ’s nachts, maken we ons alweer klaar voor vertrek. Het is pikdonker en het lukt mij niet het tempo van de anderen bij te houden. Door mijn gewicht zak ik steeds door de sneeuw. De kou slaat op mijn longen en ik moet af en toe stilstaan om wat lucht te krijgen. De hoofdlampjes in de verte worden kleiner en verdwijnen op een gegeven moment. Ik ben de wanhoop nabij als ik hun spoor kwijtraak. Gedachten aan een noodsignaal via mijn Garmin inReach schieten door mijn hoofd. Maar ik kan onmogelijk overleggen met de anderen.

langer wachten op betere condities is uitgesloten

Ik herpak mijzelf en als het langzaam licht wordt vind ik hun spoor weer. Eindelijk voel ik mijn longen warmer worden en zie ik in de verte de anderen traag omhoog gaan over een steile bergflank. Ik krijg de moed weer terug. Het indrukwekkende witte landschap aan de andere kant van de pas is adembenemend. Wat lager wachten de anderen op mij. De zon staat nog laag aan de hemel, maar is krachtig genoeg om ons op te warmen. De ontspanning is voelbaar.

Bevriezingen

We moeten nog vier kilometer afdalen naar de hoofdvallei en daarna nog eens veertien kilometer naar Ringmo. Dat valt zwaar tegen. Sneeuwlawines hebben op veel plaatsen het pad versperd. Van een vlotte afdaling is geen sprake. De jongens, die op gympen lopen, hebben pijnlijke voeten. Regelmatig worden er sokken uitgewrongen. Geen van hen heeft maatregelen getroffen om zijn voeten goed te beschermen tegen de kou en nattigheid. Als een van hen op zijn rug gaat liggen begin ik me ernstig zorgen te maken. Ik pak zijn voeten om ze beter te bekijken en zie de eerste bevriezingsverschijnselen.

Pas na uren bereiken Kalsang en ik de hoofdvallei. Na een tijdje zien we een van de jongens. Hij weet niet waar de anderen zijn, maar wacht op ze bij een kampvuur. Wij lopen door en bereiken, na 21 uur onderweg, volledig uitgeput Ringmo.

HOOGTELIJN 4-2023 | 43 HIMALAYA THEMA
Het basiskamp van de Mardi Himal

OP ZOEK NAAR EEN

EIGEN, EXCLUSIEF VAKANTIEHUIS?

IN OOSTENRIJK

LUXE Chalets & Appartementen

INTERESSANTE Investeringsobjecten

IN KROATIË/ISTRIË

LUXE vrijstaande vakantievilla`s

INVESTEER in toeristische groeiregio

Het voor onze klanten selecteren van de mooiste plekjes is waar we in gespecialiseerd zijn. Wij gaan voor locaties waar we zelf in geloven. Wij begeleiden bij uw aankoop in Oostenrijk & Kroatië van het allereerste contact tot en met de oplevering / overdracht. Wij zijn Mondi Approved: een grote extra zekerheid voor u!

SINCE 2006 WAT DOEN WIJ VOOR U... alpendreams.eu | villakroatie.eu CONTACT info@alpendreams.eu

De volgende middag komen de jongens aan, drie van hen strompelend. Als wij hun kapotte, bevroren voeten zien, met blaren zo groot als een vuist, is één ding duidelijk: deze jongens moeten zo snel mogelijk naar een ziekenhuis. We hebben contact met de luchthaven van Dunai, waar ook een ziekenhuis is. Acht- tot tienduizend dollar voor een helikoptervlucht. Dat hebben we niet.

Dan komen we op het idee om paarden en menners te huren. Kalsang onderhandelt met een paar menners en de volgende middag vertrekken we met vier paarden.

Financiële hulp

De weken erna staan vooral in het teken van hulp bieden aan de jongens. Twee van hen moeten amputaties ondergaan en zijn niet verzekerd. Het is een kostbare en vooral ingewikkelde aangelegenheid door de afstand en slechte communicatie met het ziekenhuis. Kalsang en ik zijn in Kathmandu, de jongens zijn vanuit Dunai vertrokken naar een ziekenhuis in Nepalgunj, een uurtje vliegen bij ons vandaan.

Ondertussen maak ik een actiepagina op Facebook en benader ik familie en kennissen voor financiële hulp. Ik ben verrast door alle positieve reacties. Uiteindelijk lukt het de operaties uit te voeren. Drie maanden later is een van de jongens ontslagen uit het ziekenhuis. De ander ligt nog een tijd in het ziekenhuis in Kathmandu, maar mag in februari ook terug naar zijn familie in

Great Himalaya Trail

De Great Himalaya Trail is een 4500 kilometer lange bergroute die de Himalaya van oost naar west doorkruist. Het stuk door Nepal is het bekendste deel van de route. Dit begint iets ten noorden van het basiskamp van de Kangchenjunga (op de grens met India) en loopt naar Hilsa (tegen de grens met Tibet). In Nepal zijn er twee varianten: de hoge weg dwars door het gebergte en de lage weg door de valleien. Op de hoge weg, zoals beschreven in dit artikel, ligt het hoogste punt op 6164 meter.

Gedoneerd geld voor de operaties gaat mee naar het ziekenhuis in Nepalgunj

Upper Dolpo. Hij heeft echter nog veel zorg nodig. We verzorgen een rolstoel voor hem en als zijn huid voldoende genezen is, krijgt hij aangepast schoeisel. Kalsang zorgt ervoor dat alles geregeld wordt met het geld dat we hebben ingezameld.

Zelf bezoek ik in Kathmandu ook een arts, de vlek in mijn oog is er nog altijd. Het blijkt een bloeding op mijn netvlies te zijn. Een gevolg van te snel stijgen, les geleerd. Vervelend, maar in tegenstelling tot de verwondingen van de jongens een kwaal die zichzelf binnen een paar weken zal oplossen.

HOOGTELIJN 4-2023 | 45 HIMALAYA THEMA
deze jongens moeten zo snel mogelijk naar een ziekenhuis
Onderweg van Bhijer naar Shey Gompa

Ontmoetingen uit het leven van Billi Bierling

Schatbewaarder van de Himalayan Database

46 | HOOGTELIJN 4-2023
Foto Dinesh Deokota
In Kathmandu is Billi Bierling zelden zonder haar ets op weg

De Duitse journalist Billi Bierling (56) werkt al twintig jaar als vrijwilliger voor de Himalayan Database. Dit overzicht met beklimmingen van honderden bergen in de Nepalese Himalaya is in 1963 opgezet door de Amerikaanse journalist Elizabeth Hawley. Vanaf 2016, twee jaar voor het overlijden van Miss Hawley, is Billi Bierling verantwoordelijk voor de databank. De Duitse weet waarover ze het hee , ze beklom zes van de veertien bergen boven de achtduizend meter, waarvan drie zonder extra zuurstof. Als ze niet in Nepal is, werkt ze voor een Zwitserse humanitaire organisatie in brandhaarden als Pakistan, de Palestijnse gebieden en Oekraïne.

Op de omslag van haar onlangs verschenen boek Ich hab ein Rad in Kathmandu staat Billi Bierling prominent met haar ets. Maar het is geen etsboek, hoewel Bierling wel schrij over haar avontuurlijke etstocht van Lhasa in Tibet naar Kathmandu in Nepal. Op diezelfde ets, waar ze onlangs vanaf viel en daarbij haar enkel brak. De ondertitel van het boek is Mein Leben mit den Achttausendern, maar het is ook geen standaard klimboek. Wel staat Billi Bierling uitvoerig stil bij haar geslaagde expeditie naar de Mount Everest. Een van de zes achtduizenders die ze zelf beklom.

In haar boek beschrij ze haar ontmoetingen in Nepal, waar ze de laatste twintig jaar tijdens de klimseizoenen woont en actief is voor de Himalayan Database. Talloze interviews hee ze afgenomen van bergbeklimmers, die ze zowel voor als na hun expedities ondervraagt. De databank is een initiatief van Miss Hawley waarmee zij in 1963 begon toen ze de eerste Amerikaanse expeditie naar de Mount Everest volgde. Ze raakte geboeid door de Nepalese bergwereld, hoewel ze zelf zelden verder kwam dan de hoofdstad Kathmandu.

Mentor

In 2004 raakt Billi Bierling bij het werk betrokken en wordt ze door Miss Hawley naar klimmers gestuurd om hen te interviewen. ‘Miss Hawley was enorm streng. Voor zichzelf, maar ook voor de mensen die met haar werkten. Dat was in het begin niet altijd even makkelijk’, vertelt Billi Bierling tijdens een ontmoeting in München. ‘Ze was enorm dominant en ik heb me door haar laten domineren. Het was een pittige maar goede leerschool. Miss Hawley was mijn mentor, ik heb veel aan haar te danken.’

Zoals Miss Hawley klimmers opzocht met haar lichtblauwe Volkswagen Kever, zo gebruikt Billi al jarenlang haar blauwgrijze Trek- ets. ‘Ik heb in al die jaren nooit in de auto van Miss Hawley gezeten, dat gebeurde gewoon niet.’ Billi Bierling verzamelt, inmiddels met een aantal andere vrijwilligers, data over beklimmingen en deelnemers. Bedrog kwam en komt nog steeds voor, maar door de scherpe ondervragingen van Miss Hawley probeerde zij duidelijk te krijgen wat er precies op een berg was voorgevallen. Honderdduizenden data zijn opgenomen in de Himalayan Database, die voor iedereen te raadplegen is.

Samenwerking

‘De bergsport is in de afgelopen twintig jaar zo veranderd dat het voor ons heel lastig wordt om alle gegevens goed te verwerken. Het aantal expedities en het aantal deelnemers is zó gegroeid

dat we samenwerking zoeken met het Nepalese Ministerie van Toerisme. Zij geven de vergunningen uit om bergen te mogen beklimmen en zij verzorgen ook de nabespreking met de klimmers’, aldus Billi, die ook bese dat in Nepal niet alles even vlekkeloos verloopt. ‘Maar het is beter dan niets.’ Zodra het klimseizoen eindigt, reist Billi Bierling naar haar geboorteplaats Garmisch-Partenkirchen waar haar moeder en familie nog woont. ‘Mijn mama wordt eind september negentig, daar ben ik natuurlijk bij.’ Daarna wacht het werk bij Das Schweizerische Korps für humanitäre Hilfe. Daar werkt Billi Bierling als communicatiedeskundige. ‘Ik dacht wat moet een journalist daar nu doen, maar er valt uiteraard veel te vertellen over het werk. De laatste jaren ben ik met missies onderweg geweest naar Pakistan, Afghanistan, in de vluchtelingenkampen op Lesbos, in de Palestijnse gebieden en recent in Oekraïne. We zijn ook een keer in Nepal geweest, na de grote aardbeving in 2015.’

HOOGTELIJN 4-2023 | 47 HIMALAYA THEMA
Billi Bierling (rechts) en Elizabeth Hawley in gesprek met Ralf Dujmovits en Gerlinde Kaltenbrunner Billi Bierling bij een controlepost tussen Jeruzalem en de Palestijnse gebieden Foto Tim Williams Foto David Göttler
LICHTGEWICHT specialist SERVICE, KENNIS en ERVARING SNELLE levering via webshop en winkel VEEL wandelschoenen op voorraad 0348-421648 DE OUTDOORSPECIALIST VAN NEDERLAND

ISBN 9783702241032 €28

Microkosmos

‘Het humanitaire werk relativeert het werk in Nepal een beetje. Wel of niet op een top is echt van een andere orde als je werkt met mensen op Lesbos die alles verloren hebben. Dan is het bergbeklimmen een microkosmos waarin het leven nogal opgeblazen wordt’, vertelt Bierling.

‘Maar de bergen fascineren en blijven mij ook fascineren. Ik heb nu zes van de veertien achtduizenders beklommen. De Everest, Lhotse, Makalu, Manaslu, Cho Oyu en Broad Peak, waarvan de laatste drie zonder extra zuurstof. Vorig jaar klom ik op de Dhaulagiri, ook zonder zuurstof, maar dat lukte niet. Op 10 mei was ik in kamp twee op 7300 meter, terwijl ik op 13 december een nieuwe heup had gekregen. Dat was op zich al een prestatie, maar ik was niet t genoeg om zonder zuurstof verder te gaan. Ik wil nog wel een keer op expeditie, maar het moet een beetje passen, met de juiste mensen, niet in de grote drukte. Als dat lukt heb ik precies de hel van de achtduizenders gehad, dan is het mooi geweest. Ik wil nog naar de Gasherbrum II. Die is 8035 meter hoog, dat is beter haalbaar dan de Dhaulagiri. Die is inmiddels een maatje te groot.’

De Chefs

Billi Bierling spreekt Nepalees en hee in de loop van de jaren een groot aantal sherpa’s leren kennen, ‘de Chefs van de bergen’ zoals zij de sherpa’s noemt. Ze spreekt voor haar boek een aantal sherpa’s die betrokken waren bij een conflict in 2013 tussen een groep sherpa’s en drie westerse klimmers, Ueli Steck, Simone Moro en Jonathan Gri th.

Het kwam tot een handgemeen op de berg, waarbij de drie westerlingen vluchtten uit angst gedood te worden. ‘Als we ze werkelijk hadden willen doden, dan zou geen van hen nu meer leven’, tekent Billi op uit de mond van Tashi Sherpa, op dat moment de leider van de sherpa’s die vaste touwen aanlegden op de Lhotsewand van de Mount Everest.

Bedrog kwam en komt nog steeds voor

In het boek vertelt Billi Bierling over het leven van de moderne sherpa’s, van wie er velen naar de hoofdstad Kathmandu gaan om daar trekkingbureaus op te zetten. Zij hebben het geld om te leven in de stad en trekken weg van het platteland. De meest succesvolle sherpa’s reizen, die begeleiden tochten in andere berggebieden en maken reclame voor zichzelf via Instagram en Facebook. ‘De sherpa’s zijn trots op hun werk en hun prestaties. Dat is mooi om te zien.’ Billi Bierling schrij ook over Dawa Yangzum, een getalenteerde sherpa die een lans breekt voor vrouwen en als eerste Nepalese vrouw alle veertien achtduizenders wil beklimmen.

Als laatste memoreert Billi Bierling de langdurige samenwerking met Miss Hawley. In 2016, twee jaar voor haar dood, droeg miss Hawley van de een op de andere dag de zorg voor de Himalayan Database over aan Billi Biering. Zij is daarmee de schatbewaarder geworden van een grote hoeveelheid belangwekkende data van beklimmingen in de Nepalese Himalaya.

Win een boek

Onder de lezers van Hoogtelijn verloten we een door Billi Bierling gesigneerd exemplaar van haar Duitstalige boek. Wil je kans maken, stuur dan voor 1 november 2023 een mail naar hoogtelijn@nkbv.nl onder vermelding van ‘Billi Bierling’.

HOOGTELIJN 4-2023 | 49 HIMALAYA THEMA
Ich hab ein Rad in Kathmandu Billi Bierling en Karin Steinbach Tyrolia (2023), tyrolia.com Onderweg met een nieuwe heup op de Dhaulagiri in 2022 Foto Christoph Miesch

Even verblu als aandachtig, en een beetje beneveld door de hoogte, kijken we het schouwspel aan. Onze zeven dragers maken op een steile puinhelling ‘terrasjes’ waar de tenten op kunnen staan. Grote stenen naar voren rollen voor een stabiele rand, kleinere stenen uitgraven uit de helling en gebruiken als vulmateriaal. Zo e enen zij twee smalle rechthoekjes boven elkaar. Voldoende voor een tamelijk comfortabele nachtrust voor iedereen.

Wat ons vooral verbaast is de vanzelfsprekendheid waarmee de dragers te werk gaan. Iedereen weet wat hij moet doen. Aan de

andere kant, realiseer ik mij later, zijn Nepalezen kampioen terrassen maken. Zij transformeren lagere hellingen massaal tot traptreden. Zo wordt het nog enigszins mogelijk om in dit grotendeels ruige, bergachtige land iets te verbouwen.

Van de zon naar de sneeuw

We – Pieter-Jan, Robin, Etienne en ondergetekende – zijn gestrand op de zuidhelling van de Yubra Himal, een berg van 6035 meter, gelegen in het noordoosten van Nepal tegen de Tibetaanse grens. Deze top is het mikpunt van onze expeditie.

50 | HOOGTELIJN 4-2023
De Heilige Meren van Gosainkunda; de sneeuw hier is al een voorbode

Drie keer is sneeuwrecht

Sneeuw was geen spelbreker op deze trip in Nepal, wel een spelbepaler. In het voorjaar van 2023 weerhield het ons ervan de berg die we voor ogen hadden te beklimmen, zelfs tot twee keer toe. Maar het zorgde ook voor een prachtige, winters aandoende en wel geslaagde beklimming.

De hoogtemeter wijst 4900 meter aan. Eerder op de dag stuitten we vlak boven het basiskamp (4150 meter) op de eerste sneeuwvelden. Toen wisten we al dat we ons geplande hogere kamp waarschijnlijk niet zouden bereiken. Onze dragers zijn niet uitgerust om met hun zware lasten en beperkt schoeisel door de steile sneeuw te sjouwen. Te riskant. Daarom slaan we dit ad-hoc kamp op de terrassen op. Onze twee sherpa’s gaan morgen in alle vroegte op verkenning. Misschien is het hoger op de berg beter. Het is de eerste hapering op onze trip, net nu het spannend wordt.

De aanloop hiernaartoe verloopt perfect. Vanuit Kathmandu gaan we op pad met Pemba Tamang van Imagine Nepal. Pemba is 34 jaar en UIAGM-gids in opleiding. De dragers volgen later via een kortere route met onze klimspullen en tenten. Zij hoeven natuurlijk niet te acclimatiseren.

Acht dagen lang trekken we door de regio Langtang, met name door de Langtangvallei, en genieten we van de felrode orchideeën, het Nepalese plattelandsleven en de aapjes die we spotten. We steken de pas Laurebina La op 4610 meter over en passeren de Heilige Meren van Gosainkunda.

HOOGTELIJN 4-2023 | 51 HIMAYA THEMA
Expeditie vanuit Kyanjin Gompa Tekst Berend Berlijn Beeld Pieter-Jan van der Eijk, Etienne Scheeper en Robin Baks

We ergeren ons tijdens het lopen aan de ellenlange stenen trappen die zogenaamd zijn aangelegd om het de wandelaar gemakkelijk te maken, maar er bij ons voor zorgen dat we niet in een lekker wandelritme komen. ’s Avonds in de lodges zijn we aan het kaarten of checken we het nieuws uit Nederland. De mobiele telefonie heeft ook in Nepal massaal zijn intrede gedaan. Tegen geringe betaling kun je vrijwel overal toegang krijgen tot wifi.

Wandelend bereiken we het dorpje Kyanjin Gompa (3870 meter), onze uitvalsbasis voor de beklimming van de Yubra Himal. Het is hier zonnig en warm, we lopen in T-shirts en sneeuw is heel ver weg.

Government peaks

Terug naar de beklimming. De volgende morgen ontbijten we op de terrasjes. Het wordt hoger op de berg niet beter met de sneeuw, melden Pemba en zijn collega-sherpa Ramesh, die met de dragers naar Kyanjin Gompa is meegereisd. Ze hebben zelfs de plek voor het volgende kamp niet kunnen bereiken, zo diep zakten ze weg. Het overleg met de dragers is kort: naar beneden!

Zijn we teleurgesteld? Natuurlijk. Maar ook realistisch. Deze beslissing is onontkoombaar. Hij is het gevolg van onze keuze om in expeditiestijl, met een volledige bezetting van dragers, kok en assistent-kok, zo hoog mogelijk op de berg te komen en een goed uitgangspunt voor de topbeklimming te creëren.

Weer in Kyanjin Gompa, waar we onze intrek nemen in een hotel met de luisterrijke naam ‘Himalayan Hilton’, smeden we nieuwe plannen. We bekijken op de kaart welke bergen in de omgeving gunstiger gelegen zijn en wel in aanmerking komen voor een succesvolle toppoging. Maar we lopen telkens tegen hetzelfde

probleem aan: het zijn zogenaamde government peaks. Als je die wilt beklimmen moet je hoogstpersoonlijk een vergunning ophalen bij de autoriteiten in Kathmandu. Dat is in dit stadium geen optie.

Een nieuwe kans

Nu begint de frustratie wel toe te nemen. We zitten voor ons gevoel klem. Totdat Pemba met een verrassende mededeling komt. Hij heeft contact gehad met het hoofdkantoor van Imagine Nepal in Kathmandu. De organisatie is bereid om twee extra sherpa’s naar ons toe te sturen om alsnog te proberen de Yubra te beklimmen. Nu niet in expeditie-, maar in alpiene stijl: zonder dragers en uitgebreide kampementen, enkel met het hoogst noodzakelijke op eigen rug.

Deze twee sherpa’s, Nima en nog een Pemba, zitten net tussen twee expedities in. De volgende dag zullen zij per helikopter arriveren vanuit Kathmandu. We zijn blij en opgelucht. Opeens is er een nieuwe kans om alsnog ons hoofddoel te bereiken. Ongeveer een jaar geleden zetten we na een uitgebreide oriëntatie onze zinnen op de Yubra. Een vrij onbekende berg, die ook nog eens technisch best uitdagend is, maar dat sprak ons juist aan: minder druk en overlopen dan de populaire beklimmingen.

Sherpa’s invliegen

Het voorstel van Imagine Nepal is geweldig, maar ergens knaagt het. Tijdens de wandeling filosoferen we regelmatig over duurzaamheid en het milieu in Nepal. Het is opvallend hoe achteloos men in Nepal omgaat met de prachtige natuurlijke omgeving. Op heel veel plekken zien we afval liggen, ook de wandelpaden zijn bezaaid met half verteerde wikkels van levensmiddelen en ander papier en plastic.

52 | HOOGTELIJN 4-2023
Sporend door diepe sneeuw op weg naar ons hoogste punt op de Yubra Himal

We spraken ook een beetje misprijzend over de helikopters, die in de Himalaya tegenwoordig bijna als taxidienst fungeren. Primair om westerse bergsporters met diepe zakken naar en van het basiskamp van een van de mythische achtduizenders te brengen. Hoeveel CO2-uitstoot veroorzaakt dat wel niet! En nu helpt een helikopter ons uit de brand. We zijn medeplichtig, maar eerlijk is eerlijk: onze opluchting is groter.

Als Pemba en Nima geland zijn, stapt Ramesh aan boord. Hij is geblesseerd aan zijn been en vliegt terug naar Kathmandu. In het Himalayan Hilton ontvouwen de drie sherpa’s Pemba Tamang, Pemba en Nima het nieuwe aanvalsplan. Vanuit het basiskamp zullen de dragers naar ‘onze terrasjes’ klimmen om daar een depot te maken met een deel van de uitrusting. Wij komen

de drie sherpa’s stapelen alles in, op en langs hun rugzak

erachteraan, pikken de achtergelaten spullen op en gaan in één keer door naar high camp. De volgende dag lopen we ongeveer twee kilometer over de gletsjer naar kamp 2. Vandaar klimmen we in de flank naar de graat die naar de top leidt en het vervolg spreekt voor zich.

Een totaal veranderde gletsjer

’s Avonds met zijn allen een potje kaarten in de grote ‘dinertent’ (daarna slaapplaats voor de dragers) en we zijn er klaar voor. Het basiskamp is anderhalf uur lopen van Kyanjin Gompa en inmiddels bekend terrein, een mooie open plek aan de voet van de Yubra waar jaks grazen. Dat laatste zorgt ook voor de grootste uitdaging: het verwijderen van de jakpoep, zodat we onze tenten kunnen opzetten.

Het begint te sneeuwen als we voor de tweede keer in vier dagen langs dezelfde zuidwand omhoog gaan, dit keer met zware rugzakken. We vinden de overige spullen op de afgesproken plek en met name de drie sherpa’s stapelen alles in, op en langs hun rugzak, totdat de naden beginnen te kraken. Ongelooflijk wat zij op hun rug torsen, makkelijk 25 tot 30 kilo. Het gaat harder sneeuwen en het sporen wordt moeilijker. Stap voor stap ploeteren we voort totdat we op een smalle schouder van de berg lijken te staan. Op 5450 meter vinden we eindelijk het kamp, een stuk hoger dan verwacht. In de sneeuw zetten we de tentjes op en duiken we direct de slaapzakken in. In de verte dondert het. We slapen licht en kloppen continu de sneeuw van de tent om te voorkomen dat we insneeuwen. Er valt die nacht een meter sneeuw.

We worden wakker, terwijl de zon op de tent schijnt. De lucht is staalblauw. Met hernieuwde moed breken we de tent af en gaan we de gletsjer op. Eenmaal daar daalt het gevoel bikkelhard in: dit kan een barrière zijn. De foto’s die wij van de gletsjer hebben tonen een redelijk egale ijsmassa en de schaarse beschrijvingen van de beklimming vermelden niets over een problematische oversteek. Maar die informatie dateert van vijf jaar geleden. Het nadeel als je voor een relatief onbekende top gaat. Dit is andere koek. De gletsjer bedekt de berg als een geplooide, gerimpelde

HOOGTELIJN 4-2023 | 53 HIMALAYA THEMA
Een ongewoon
Klauteren op de Yala Peak
beeld: Kyanjin Gompa in het voorjaar

huid. Iedereen met een beetje verstand van alpinisme weet dat de spleten talrijk zullen zijn. En die spleten zijn ook nog onzichtbaar, bedekt met een dikke laag sneeuw. Gezekerd waagt Pemba Tamang een poging, maar als hij vijftig meter verder in een spleet zakt, weten we genoeg. Ruim twee kilometer over zo’n gletsjer is ondoenlijk. We zien de top van de Yubra schitteren in de zon, maar maken rechtsomkeert. In één ruk dalen we van 5700 meter af naar het dal, glibberend en glijdend, doordat grote brokken natte sneeuw aan de antistolplaten van onze stijgijzers blijven plakken. ’s Avonds zitten we uitgeput in het Himalayan Hilton, even geen puf om te kaarten.

Flinke klauterstukken

Toch geven we niet op. We hebben onze zinnen gezet op een top. We kiezen voor de ‘huisberg’ van het dorp, de Yala Peak (5523 meter). We nemen afscheid van Nima en Pemba, zij worden verwacht in het basiskamp van de Makalu, en maken een nieuw plan.

Inmiddels is ook Kyanjin Gompa in het wit gehuld. We lopen met het hele gezelschap van dragers, kok en hulpkok hoog door een prachtig dal naar het basiskamp. De sneeuw draagt bij aan de verstilling van het verlaten, ongerepte landschap. We passeren vervallen stenen hutjes, ooit pleisterplaatsen voor jakherders en hun kuddes. Maar na de grote aardbeving van 2015, die letterlijk bijna heel Nepal schokte, hebben zij hun zwervende bestaan eraan gegeven.

In het basiskamp trappen we de sneeuw plat en zetten we onze tentjes op. De sneeuwvlokken beginnen weer te dwarrelen. Voor de zoveelste keer verbazen we ons over de omstandigheden. Het is voorjaar in Nepal en wij maken ons op voor een heuse winterbeklimming. Na een ijskoude nacht staan we om kwart voor vier op. Ontbijten en weg. Na een afwisselende beklimming met flink wat klauterstukken bereiken we om half tien ’s ochtends de top. Volharding loont! Drie keer is sneeuwrecht. Pemba giet wat cola in de flessendop en sprenkelt dat naar alle kanten uit. Een klein dankoffer aan de goden. Wij zijn met name dankbaar voor het uitzicht. We kijken zo Tibet in en zien de Shishapangma (8027 meter) boven alles uittorenen.

Bij de afdaling worden we het laatste stuk tegemoet gelopen door de hulpkok die een thermosfles met thee en bekers bij zich heeft. Ter plekke vieren we de dag. De hele ploeg is blij dat we deze berg wel op onze naam hebben geschreven. Het zit erop. Ons rest nog de terugtocht. Eerst naar Kyanjin Gompa voor een laatste nacht in het Himalayan Hilton en dan nog drie dagen lopen naar Syabru Bensi. Daarvandaan kunnen we met de auto naar Kathmandu.

we zien de top van de yubra, maar maken rechtsomkeert

Het was een onvergetelijke trip. We hebben het oorspronkelijke doel niet gehaald, maar als we het erover hebben, vinden we het opvallend hoe makkelijk we dat accepteerden. Overmacht doet snel berusten. Als bergsporters weten we dat de natuur even prachtig als onverbiddelijk kan zijn. We zijn flexibel geweest en hebben herinneringen voor het leven gemaakt. Als we terug zijn in Kathmandu spreken we Billi Bierling van de Himalayan Database (zie p. 46), die al twintig jaar in de stad woont.

Zij heeft er nog nooit zoveel regen meegemaakt als dit jaar. Het verbaast ons niks.

54 | HOOGTELIJN 4-2023
In het basiskamp van de Yala Peak
Fotomomentje op de pas Laurebina La (4610 meter)

In de rubriek ‘In Vogelvlucht’ vertellen medewerkers van Vogelbescherming Nederland interessante weetjes en bijzonderheden over bergvogels, in Nederland of elders.

Vogels van de Himalaya

Neven

Ook al is het Himalayagebergte relatief jong, het aantal vogelsoorten dat alleen daar voorkomt is groter dan in andere bergketens, de Andes uitgezonderd. In dit themanummer mogen deze vogels daarom niet ontbreken.

In eerdere afleveringen van In Vogelvlucht zijn al verschillende Himalayavogels de revue gepasseerd. Bijvoorbeeld vogels die tussen Tibet en India trekken en daarbij ’s werelds hoogste toppen trotseren, zoals de ju erkraanvogel en Indische gans. Maar natuurlijk leven er ook vogels permanent in de Himalaya. Zo’n vij ig daarvan zijn endemisch. Dat wil zeggen dat de soort nergens anders ter wereld broedt. Sommige van deze vogels zijn familieleden van bekende vogels uit onze omgeving. Zo hee onze gaai er een neef rondvliegen, net als de koolmees en de kwartel. En voor wie de goudvink kent, ook hiervan is een Himalayavariant te vinden. Dat komt doordat Europa en Azië feitelijk één grote landmassa zijn, waarover de vogels zich in de loop van vele eeuwen hebben verspreid.

Gematigd en tropisch

Doordat de Himalaya is ontstaan door een botsing tussen Eurazië en India, komen er zowel zuidelijke, tropische vogelsoorten voor

in vogelvlucht

als soorten uit noordelijke, gematigde streken. De eerder genoemde gaai, mees en goudvink zijn exponenten van de noordelijke soorten, terwijl de tropen worden vertegenwoordigd door bijvoorbeeld parkieten, lijstergaaien en babbelaars. Niet verbazend wellicht dat de tropische soorten vooral op de zuidhellingen van de bergen voorkomen en de vogels uit gematigde gebieden aan de noordkant.

Het dak van de wereld

Ook op grote hoogte komen er nog vogels voor. De sneeuwduif, sneeuwpatrijs en het Himalayaberghoen bijvoorbeeld. Sowieso zijn hoenderachtigen er goed vertegenwoordigd, met meerdere soorten fazanten en aanverwanten. Hoenders staan bekend om hun vermogen om zelfs in de meest extreme omgeving nog hun kostje bij elkaar te kunnen scharrelen, zelfs in woestijnen en hooggebergten. Veel vogelaars bezoeken de Himalaya zelfs speciaal om de verscheidenheid aan hoenders te zien, wat vaak niet makkelijk – of zelfs uitzonderlijk moeilijk –is omdat het zeer schuwe vogels zijn. Dat komt onder meer doordat er in de Himalaya diverse grote roofvogels voorkomen die graag een fazant, patrijs of kwartel lusten.

Naast de bijna wereldwijd aan te tre en steenarend zijn dat onder meer de Aziatische kuifarend, Himalayabuizerd (inderdaad, een neef van ‘onze’ buizerd) en havikarend. Aas wordt opgeruimd door meerdere soorten gieren, waaronder de Himalayagier.

Bescherming

O ok in de Himalayalanden zijn vogelbeschermers actief. Zo hebben onder meer Bhutan, Nepal, China en India eigen partnerorganisaties van de wereldwijde koepel BirdLife International. Natuurbescherming is in deze landen zeer uitdagend, want non-gouvernementele organisaties worden er vaak met wantrouwen vanuit de overheid benaderd. BirdLife biedt daarom ondersteuning aan de landelijke organisaties vanuit een centraal Aziatisch kantoor, dat op haar beurt weer wordt ondersteund door het hoofdkantoor in Engeland en verschillende – draagkrachtigere – zusterorganisaties. Informatie over de organisatie en de bijzondere vogels in de Himalaya vind je op de website van BirdLife Asia: birdlife.org/asia

langs het pad HOOGTELIJN 4-2023 | 55
Tekst Gert Ottens Sneeuwduif Himalayabuizerd Himalayaberghoen Aziatische kuifarend Foto Imran Shah Foto Imran Shah Foto Maximka87
HIMALAYA THEMA
Foto Jagdish Singh Negi

Noodweer in Nepal

Honderd uur regen

Je leest het soms in korte krantenberichten: modderstromen na zware regenval zorgen voor noodsituaties. Vaak ver weg in abstracte, afgelegen oorden. Soms ook dichtbij, als in Limburg of Duitsland beekjes veranderen in kolkende modderstromen. Bij de start van onze trek naar Shey Gompa, de oude hoofdstad van het Nepalese district Dolpo, werden wij verrast door meer dan honderd uur regen, wat onze reisplannen in de kiem smoorde.

Op het kleine vliegveld van Juphal staat achter het hek een heel welkomstcomité. Reizigers worden verwelkomd met tikka’s op het voorhoofd en kata’s, de traditionele sjaaltjes. Na een kop thee lopen we naar Dunai, de huidige districtshoofdstad van Dolpo. Het is warm en we belanden op een overvol veld met tenten bij de Blue Sheep Inn.

Met een reisgezelschap van acht Nederlanders vertrekken we de volgende dag naar Tarakot. Het laatste deel van het traject wordt geflankeerd door hennepplanten van soms meer dan twee meter hoog. Bij Tarakot aangekomen mogen we de tenten opzetten op het schoolplein, zo’n honderd meter lager dan het dorpje. Ook hier tiert de wiet welig. Het schoolgebouw ligt een meter of vijf tot tien boven een zijriviertje van de Thuli Bheri. Aan de andere kant, buiten het terrein van de school, loopt weer een kleine zijtak van dat riviertje. Daar staat de keukentent, het water wordt gebruikt om in af te wassen en voor drinkwater. Eigenlijk ligt de school dus op een eiland in de rivier.

Aan het eind van de middag vallen de eerste druppels. Het regent de hele nacht gestaag door en de meeste tenten lopen lichte waterschade op. Het is duidelijk dat we vandaag beter niet op pad kunnen gaan. ’s Middags regent het alleen maar harder en we besluiten de tenten af te breken en in de school te slapen. Met op de achtergrond de beek – en ondanks de wietlucht – slapen we prima. Onze sirdar Chandra komt de volgende ochtend met orders van de reisorganisatie: door het aanhoudende slechte weer moeten we een veilige plek zoeken en daar blijven.

Gered door de ezels

De nacht van donderdag 6 op vrijdag 7 oktober zullen we niet snel vergeten. In de middag is er al iets raars aan de hand: de kleine zijrivier bij de keukentent is bijna volledig drooggevallen. We vragen ons wel af hoe dit mogelijk is, maar schenken er verder geen aandacht aan. Eigenlijk had dit bij ons alle alarmbellen moeten laten afgaan. Nu maakt Annemiek me rond 23:15 wakker omdat de rivier een brullend geluid maakt en de grond trilt.

56 | HOOGTELIJN 4-2023
Het restant van de school na de modderstroom Tekst en beeld Ico Kloppenburg

De rivier maakt een brullend geluid

Meteen stormt Chandra binnen en roept dat we zo snel mogelijk weg moeten omdat ze een vloedgolf verwachten. Iedereen is in rep en roer en we kleden ons aan, pakken onze spullen en haasten ons richting de keukentent. Het drooggevallen stroompje is inmiddels gezwollen en er komt een dikke modderstroom langs. Het gebulder van de rivier achter de school is enorm. In het donker schijnen lampen alle kanten op en we proberen te overleggen wat we moeten doen. Gelukkig is iedereen van het eiland af en we besluiten hoger op de heuvel te gaan zitten.

Vanaf daar zien we hoe het stroompje verder aanzwelt en een groot deel van het eiland wegvaagt. Het eerste deel van het schoolgebouw verdwijnt in de kolkende rivier. Het lijkt verstandig om naar Tarakot, hoger op de heuvel, te gaan om daar een droge plek voor de nacht te zoeken. We gooien alle bagage op een hoop en leggen er zeilen over.

De muildieren staan bij elkaar. Later vertelt Chandra dat zij als eerste doorhadden dat er iets dreigde en onrustig hadden staan snuiven. In het donker beklimmen we de heuvel en er komt een man op ons af. Hij hee de sleutel van een ruimte bij de lokale tempel, waar we droog kunnen zitten. Zoals aan alle nachten komt ook aan deze een eind. Bij het eerste daglicht overzien we de ravage: de rivier hee zijn loop volledig verlegd en wat nog over is van de school is onbereikbaar geworden. Er staan nog een paar lokalen overeind. Veel van onze spullen zijn veilig, maar we hebben niet alles kunnen redden. Het dringt tot ons door hoe gelukkig we zijn dat we het allemaal kunnen navertellen.

HOOGTELIJN 4-2023 | 57 HIMALAYA THEMA
Schade aan andere gebouwen aan de hoofdrivier De school voor de modderstroom Foto Paul Looijen Foto Paul Looijen Foto Paul Looijen

De modderstroom neemt enorme rotsblokken als

kiezelsteentjes mee

Gevangen tussen modderstromen

Die ochtend lopen we wat versuft in ganzenpas langs de bulderende hoofdrivier terug richting Dunai. We passeren een lodge waar we droog kunnen zitten en rustig napraten over wat er gebeurd is. Het heeft er flink ingehakt en vooral het geluid van de bulderende rivier zullen we nooit vergeten.

Als we allemaal wat slaap hebben ingehaald, stellen we vast dat verdergaan er niet in zit. Er is een brug weggeslagen, dus terugkeren naar Dunai is geen optie. Verder het dal in trekken kan ook niet, want de brug over de volgende zijrivier is ook verdwenen. We zitten dus vast tussen drie rivieren, die bruin van de modder naar beneden denderen. Hoelang gaat dit duren? ’s Middags zien we hoe de modderstroom enorme rotsblokken als kiezelsteentjes meeneemt, waardoor de loop van de rivier wordt afgebogen.

Wat een ironie, die overvloedige regen, hadden we niet juist voor een trektocht in het droogste deel van Nepal gekozen? Het begint te dagen dat we ons doel, het mythische Shey Gompa, aan de voet van de Crystal Mountain, misschien wel helemaal niet gaan bereiken. We spreken met Chandra alle opties door, maar komen tekens tot dezelfde conclusie: we zitten hier vast!

De volgende dag bezoeken we een boeddhistische gompa, waar de lokale lama ons welkom heet. Hij voert een puja, een ritueel gebed, uit en we krijgen allemaal een slokje heilig water. Bij vertrek geeft hij iedereen een gekleurde draad met een knopje erin. Ondertussen komt er druk helikopterverkeer op gang: het lijkt erop dat mensen van hogerop worden geëvacueerd. Om half drie zijn we weer beneden voor de lunch. Dan krijgen we een uitgebreider bericht van de reisorganisatie: blijf waar je bent!

We komen in een ritme van ontbijten, een wandeling om naar de rivier te kijken, lunchen, dutten, eten, spelletjes spelen en slapen. Contact met het thuisfront ontbreekt, want de zendmasten in de omgeving werken niet meer. Ook zondag regent het weer zo hard dat we in de lodge blijven. De dag erna tovert Chandra toch een nieuw plan tevoorschijn: helemaal omhoog klimmen, naar de route van Pokhara naar Dunai, net onder de pas op 4400 meter. Vanaf dat punt kunnen we dan afdalen naar Dunai. Zo omzeilen we de kapotte bruggen.

58 | HOOGTELIJN 4-2023
Kamperen aan het Phoksundomeer

Weer op pad

Op dinsdag 11 oktober is het droog, na zo’n honderd uur regen, en klimmen we 1600 meter tot de sneeuwgrens. Tijdens de klim is er eindelijk ook bereik en heb ik via sms contact met het thuisfront.

De volgende ochtend begint met een spectaculair uitzicht op de besneeuwde toppen in het noorden, met de Kanjiroba als kroonjuweel. We dalen een heel stuk langs een riviertje af over een pad van wisselende kwaliteit. Af en toe lijkt het op canyoning, omdat het pad door de rivier loopt. Bijna in het dal kamperen we bij een hangbrug, waar van nachtrust weinig sprake is door het lawaai van de beek. Het voelt nog niet helemaal lekker.

Via een prachtige route dalen we verder af naar Dunai, waar we na tien dagen terug zijn bij de Blue Sheep Inn, van onze eerste nacht. Tijd voor een scheerbeurt en een bezoek aan de beide gompa’s aan de overkant van de rivier. En tijd om plannen te maken voor de dagen die we nog hebben. Ons doel zullen we niet halen, maar we willen toch proberen een deel van de geplande route af te leggen.

Toch naar het noorden

Met prachtig weer lopen we langs de noordkant van de rivier naar het dal dat naar het dorp Ringmo leidt. Wat een drij out ligt er! Overal zijn stapels hout gemarkeerd met stenen of vlaggetjes. ‘A lijven, deze stapel is van ons’, wil dat zeggen. We zien voortdurend mensen met manden vol hout slepen. Er wordt hard gewerkt om dit geluk bij een ongeluk te benutten.

We lopen het zijdal van de Thuli Bheri in, naar het noorden, onze route voor de komende dagen. We zweten, maar wat zijn we blij dat het mooi weer is! Na een nacht onder een prachtige sterrenhemel volgt weer een mooie wandeldag door een heel nauw dal vol grote bomen. De vele landverschuivingen maken het wandelen soms spannend en op één punt moet de bagage van de muildieren af: ze zijn te breed voor dit spoor.

Een frisse nacht zorgt voor een laagje ijs op de tent. We lopen het magni eke traject naar Ringmo, aan het Phoksundomeer. De uitzichten worden mooier en mooier en na veel klimmen horen we eindelijk het geluid van de beroemde waterval. Als we hem zien, ligt hij onder ons. Het is een bizar gezicht: er was een prachtig pad aangelegd, waarvan de restanten nu doodlopen op de landverschuivingen.

Het uitzicht in Ringmo is fantastisch. We spreken andere reizigers, allemaal met hun eigen ervaringen. Indrukwekkend is het verhaal van de groep die in Shey Gompa was toen het begon te sneeuwen en daar dagen hee vastgezeten. Toen het weer verbeterde en ze merkten dat de lokale bevolking alle dieren bij elkaar dreef zijn ze, in een karavaan met wel duizend beesten en mensen, over een hoge pas ontsnapt.

De volgende dag gaan we naar het einde van het meer: een spectaculaire wandeling, eerst vlak boven het water, maar later steeds hoger. We komen locals tegen die met hun jaks teruggaan naar beneden. Ze verwachten geen gasten meer in hun theetent

aan de andere kant van het meer, waar wij gaan kamperen. We klimmen tot 4100 meter en beginnen dan aan de afdaling, terug naar het meer. De keukentent staat al en we hebben vanuit onze tent uitzicht op het meer met de prachtige bergen erachter. Het strand is bezaaid met hout en binnen de kortste keren brandt er een kampvuur.

De volgende ochtend beginnen we met een prachtige wandeling richting de pas Kang La. We ontmoeten een man, zijn mobiel aan een stok gebonden, in de hoop op bereik. Een houthakker is het, die hier zijn kamp hee opgeslagen. We lopen nog een stuk verder door het vlakke dal, tussen naaldbomen en over oude rivierbeddingen, tot het tijd is om terug te gaan. Dit is het noordelijkste punt dat we deze reis bereiken: een paar dagen verwijderd van Shey Gompa. Het zit er niet in deze tocht.

HOOGTELIJN 4-2023 | 59 HIMALAYA THEMA
Hoog boven het Phoksundomeer passeren we jaks Locals verzamelen hout bij de rivier

De allergrootste supporter van de sport

Ja echt! Wij zijn er voor alle sporters, van vriendenteam tot TeamNL. Dus ook voor de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging.

Bedankt dat jij meespeelt.

SPEEL BEWUST 18+ nederlandseloterij.nl

Terug in Ringmo is er de volgende ochtend een nieuwe verrassing: het hee gesneeuwd. In de vrieskou breken we ons kamp op, maar als we bijna klaar zijn breekt het zonnetje door. Wat een feest, om door sprookjesachtig Ringmo richting de pas Bagala La (5169 meter) te gaan. Het zal helaas een ‘heen-enweertje’ worden, maar het gee ons een idee van het type tocht dat we eigenlijk zouden maken.

Geen pas, wel sporen

Door een mysterieus naaldbos, met zo nu en dan een gebedsmuur als verrassing, gaan we omhoog. Zo genieten we van het uitzicht op de grote waterval, een spannend pad langs de rotswand, de prachtige Yak Kharka, een vlakte met heel veel jaks, en hogerop de eerste blauwschapen. Om twee uur ’s middags bouwen we het kamp op onder een mooie waterval. Dan trekt er een groep locals langs ons kamp, met lange bamboestokken in de hand. Ze zijn op weg naar boven, op zoek naar familie die daar onder een lawine begraven moet liggen. Het drukt ons met de neus op de feiten: het geluk dat we hebben gehad, maar ook onze luxe positie, waarin we geen risico’s hoeven te lopen en weer teruggaan naar onze veilige omgeving.

De dag erna maken we nog een tocht omhoog, maar op 4581 meter besluit ik om te keren. Te koud, teveel sneeuw: het is wat het is. We moeten het doen met het uitzicht op de pas, met meer sneeuw dan onze sirdar er ooit hee gezien. En met de poep en

pootafdrukken van – waarschijnlijk – een sneeuwluipaard. Een vlucht sneeuwhoenders vliegt voor ons op en hoog vanaf de rotsplaten kijken blauwschapen op ons neer.

Weer in Kathmandu kijken we terug op een vreemde reis, die je bijna geen vakantie kunt noemen. Veel mooie indrukken nemen we mee naar huis, maar toch ook het beeld van dat groepje mensen, met bamboestokken op weg naar een afgelegen dal om vermiste familie te zoeken. Samen met het geluid van de brullende rivier laat dat beeld ons voorlopig niet los.

Wandelen door Dolpo

Het gebied Dolpo (vaak ook Dolpa genoemd) is een district van Nepal op de grens met Tibet. Het ligt in de regenschaduw van de Dhaulagiri (8167 meter). De bewoners zijn over het algemeen boeddhistisch. In het gebied komt de zeldzame sneeuwluipaard voor.

Onze route

De groepsreis waaraan wij deelnamen werd georganiseerd door de Nederlandse organi-

satie Snow Leopard. De bedoeling was om een klassieke kampeertocht te maken door Upper Dolpo, waarbij op ons verzoek ook een ronde om de Crystal Mountain was ingepland.

Lezen

Peter Matthiessen schreef in 1978 het boek De Sneeuwluipaard over dit gebied en Paolo Cognetti publiceerde in 2020 Zonder de top te bereiken.

HOOGTELIJN 4-2023 | 61 HIMALAYA THEMA
Na het slechte weer zijn de bergen schitterend De schrijver aan het Phoksundomeer Onderweg naar Ringmo zijn er veel aardverschuivingen Foto Rob Lith Foto Paul Looijen

Ondernemende marinier houdt ook van klimmen

maakt‘Ongemak het leven juist mooi’

Marinier Ariën van de Kolk is Mountain Leader, maar legt zich ook graag toe op uiteenlopende ondernemingen. Vorig jaar beklom hij de Kangchenjunga om geld op te halen voor KWF Kankerbestrijding. Nu is hij bezig met een kledingmerk en een boulderhal. ‘De hele dag voel ik een brandend vuurtje.’

‘Berend! De camper is bijna klaar!’ Ariën van de Kolk (33) klimt bijna boven in de wand en kletst opgewekt met zijn vriend beneden, die hij van de mariniersopleiding kent en die hem nu zekert. ‘Alles zit erin, keuken, bed, alleen een bankje nog. Als je hem wilt zien, dan moet je komen kijken. Hij staat bij mijn opa en oma.’ Ooit werd Van de Kolk opgeleid tot timmerman. Nu is hij (nog) marinier. Straks is hij de eigenaar van de eerste boulderhal in Ede en – als het even meezit – ook een nieuw outdoorkledingmerk.

Voordat we op deze ochtend in mei naar de Osnabrücker Wand bij Ibbenbüren in Duitsland vertrekken, rijdt Van de Kolk nog even langs een braakliggend terrein in het zuiden van Ede.

‘Hier komt de boulderhal.’ De oplevering had al in september moeten zijn, maar ‘stikstof gooide roet in het eten’, vertelt Van de Kolk. Inmiddels zit er weer schot in de zaak, volgend jaar moet de hal er staan. Het terrein ligt nabij de campus in Wageningen. ‘Daar zit een grote geïnteresseerde doelgroep.’

Nieuw avontuur

Van de Kolk is een ondernemer, zo blijkt tijdens de twee uur durende rit naar de rotsen. Niet alleen stond hij vorig jaar mei als eerste Nederlander op de Kangchenjunga (8586 meter), om geld

op te halen voor KWF Kankerbestrijding. Om de boulderhal en het kledingmerk, waarvan de winst deels wordt geïnvesteerd in hulpprojecten, te kunnen realiseren, zegt hij na dertien jaar trouwe mariniersdienst het leger gedag. ‘Het is tijd voor een nieuw avontuur. Ik wil zoveel mogelijk buiten zijn en superleuke ondernemingen opzetten.’

Er is niemand bij de mooi in het groen gelegen Osnabrücker Wand. Dat is het voordeel van een grijze doordeweekse middag in mei. Even verderop razen de auto’s voorbij een groot industrieel complex dat kunststoffen produceert. Het is twee uur rijden van Wageningen, waar Van de Kolk woont. Hij en Berend waren hier samen voor het laatst in 2015. ‘Wij zijn toch het liefst in de Alpen.’

‘Ik ga even de rots voelen’, zegt Van de Kolk, als hij zich in zijn klimkleding en gordel heeft gehesen. ‘Lekker weer even in de wand. Die is goed droog, wel veel vegetatie.’ Berend checkt de knoop. Al zijn ze als doorgewinterde mariniers nog zo ervaren, die check doen ze altijd. Dan klimt Van de Kolk soepel naar boven, terwijl hij doorkletst met zijn vriend. Het eerste kampeerweekend met die camper die nog niet af is, is al geboekt, horen we. In Zeeland.

62 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst Manon Stravens Beeld Zout Fotografie
HOOGTELIJN 4-2023 | 63 HIMALAYA THEMA

Onbetaald verlof

Tijdens de lunch van een paar sinaasappelen, chocola, koeken en koffie uit een percolator, vertelt de marinier over zijn avontuur op de Kangchenjunga, de derde hoogste berg ter wereld. Dat het hem als eerste Nederlander is gelukt, was niet de opzet, ‘maar wel een leuke bijkomstigheid.’ Een achtduizender had hij nog nooit gedaan. ‘Het was pittig, maar goed te doen. Op een dag flinke koppijn na.’ Met hulp van extra zuurstof vanaf kamp vier (7200 meter) en samen met zijn ‘klimbuddy’ Akash Sherpa behaalde hij de top. ‘Zonder zuurstof kost het meer tijd en moet je langer acclimatiseren.’ En het potentieel verliezen van tenen, andere bevriezingen of letsel door zuurstofgebrek, dat had Van de Kolk er niet voor over. Daarvoor wil hij nog teveel.

Het zaadje voor het plan deze berg te beklimmen werd vlak voor de uitbraak van de coronapandemie gezaaid. Van de Kolk had het plan opgevat om een jaar onbetaald verlof op te nemen en broedde op een project om te klimmen voor het klimaat. Hij was al begonnen met het inzamelen van geld en het plannen van een aantal beklimmingen: de Matterhorn, de Mount Cook in NieuwZeeland en de Ama Dablam, een zesduizender in Nepal. Hij moest het project echter afblazen als gevolg van de restricties tijdens de pandemie. Zijn verlof trok hij in.

‘Het is een hemels gebied, maar kan ook heel vijandig zijn’

Van de Kolk wilde altijd al graag naar de Himalaya en las er veel boeken over, van onder meer Katja Staartjes en Wilco van Rooijen. Via de NKBV kwam hij in contact met Alpiene Instructeur Peter Boogaard, die de Seven Summits heeft beklommen. Boogaard was bezig met het plannen van de expeditie en vroeg of Van de Kolk wilde aanhaken. Dankbaar nam hij die uitnodiging aan. Het was een commerciële expeditie, met veertien klimmers, veertien sherpa’s en extra zuurstof. De trip, die meerdere keren verzet werd, kostte Van de Kolk ongeveer vijftienduizend euro. In het basiskamp ontmoette hij Wilco van Rooijen en Cas van de Gevel, die ook een toppoging – zonder extra zuurstof – deden, maar het uiteindelijk niet haalden. Dat het Van de Kolk lukte, was naar eigen zeggen te danken aan ‘een combinatie van tijd, weer en snelheid; door minder acclimatisatie konden we wat vroeger in de maand een toppoging doen.’

Tien minuten op de top

De expeditie ging niet helemaal van een leien dakje. Zeven mensen, de helft van het team, haalden de top. Peter Boogaard viel tijdens het abseilen een stuk naar beneden en kreeg tot tweemaal iets op zijn hoofd, eerst een stuk ijs in zijn linkeroog en daarna een steen, die zijn rechteroog aantastte. Hij bereikte de top, maar moest vervolgens met beperkt zicht afdalen. Twee andere klimmers hadden ernstige last van hoogteziekte en onderweg stuitte het team bovendien op het lichaam van een klimmer die even daarvoor het leven had gelaten.

Eenmaal op de top zagen ze geen hand voor ogen. ‘Geen uitzicht. Ik heb maar tien minuten op de top gestaan.’ Eigenlijk genoot Van de Kolk meer van de wandeltocht, zegt hij. ‘Het optrekken met de sherpa’s en het rondlopen in Kathmandu met mijn vriendin.’

Voor Van de Kolk was de beklimming zelf goed te doen. ‘Het had zelfs nog wel iets technischer gemogen. Het is niet hardcore klimmen. De Kuffnergraat in Chamonix is eigenlijk meer geëxponeerd en technisch veel moeilijker.’ Nuchter voegt hij daaraan toe: ‘Mijn hart ging er ook niet megaveel sneller van kloppen. Ik heb mooiere routes in de Alpen gezien.’ Maar daarmee is deze achtduizender zeker niet te onderschatten, mede door het gebrek aan zuurstof, de slechte bereikbaarheid voor hulpdiensten en de snelle weersveranderingen. ‘Het is een hemels gebied, maar kan ook heel vijandig zijn.’ Op de Kangchenjunga sterven relatief veel klimmers. ‘Het is de meest afgelegen achtduizender, met het hoogste basiskamp. Minder klimmers, minder commercieel, maar ook lastiger te bereiken voor bevoorrading of hulp.’

64 | HOOGTELIJN 4-2023
De laatste steile passage voor Kamp 4 op de Kangchenjunga

wilde bewijzen dat ik

Constante fysieke belasting

Heel gek is het niet dat deze achtduizender voor Van de Kolk niet extreem zwaar was. Hij is namelijk opgeleid tot Mountain Leader bij het Korps Mariniers en heeft jaren van techniektrainingen in met name de Alpen, Noorwegen en Schotland achter de rug. Mountain Leaders zijn gespecialiseerde mariniers, die getraind zijn om militair te kunnen optreden in de bergen en onder arctische omstandigheden. Ze kunnen eenheden in extreme situaties door risicovol gebied loodsen of daar reddingsacties uitvoeren. Nederland telt tussen de zestig en tachtig Mountain Leaders die actief in dienst zijn.

In de trainingen voor Mountain Leaders gaat het niet alleen om technische handelingen, maar ook om de blootstelling aan oncomfortabele omstandigheden. En oncomfortabel kan het zijn, zo blijkt uit Van de Kolks woorden. ‘Constante fysieke belasting, weinig slaap, kilometers zwaar bepakt moeten lopen, weinig eten en dagenlang weinig drinken. Je moet gas geven. Dat maakt je steeds sterker.’ Klimmen op achtduizenders behoort echter niet tot de training. ‘Te riskant’, aldus Van de Kolk.

‘Het was een drang tot bewijzen’, vertelt de marinier over zijn opleiding tot Mountain Leader. ‘Het tough guy-gevoel. Het was allemaal puur uit ego. Ik wilde horen bij de besten van de besten, bewijzen dat ik de allerzwaarste training aankon.’ Het woord ‘ego’ mag hij dan meerdere keren laten vallen, dat is niet de eerste indruk die Van de Kolk maakt. ‘Dat was het begin. Dan is alles vooral fysiek. Het mentale aspect volgt als je ouder wordt.’

Alhoewel Van de Kolk Mountain Leader de mooiste baan bij het Korps Mariniers vindt, is het een zwaar beroep. Vooral de tijdsdruk is zwaar. ‘Dat je je binnen twee minuten moet omkleden. En ben je te laat, dan moet je opdrukken. Dat kan zo uren doorgaan. Je bent jong en intrinsiek gemotiveerd, maar die tijdsdruk zorgt er ook wel voor dat je bang bent om te falen. Die prestatiedrang wordt erin getrapt.’

Gemiddeld was Van de Kolk per jaar negen maanden van huis. Hij leerde bijzondere mensen kennen en maakte ‘fantastische momenten’ mee, maar slaat nu toch een ander pad in. ‘De kostbare tijd die ik heb, besteed ik nu het liefst bij vrienden en familie, in plaats van alleen op een berg.’ Inmiddels werkt hij als instructeur Mountain & Arctic en geeft hij instructie aan andere mariniers.

HOOGTELIJN 4-2023 | 65 HIMALAYA THEMA
‘Ik
de allerzwaarste training aankon’
Foto Ariën van de Kolk

Ego volgen

Vlak voor de coronapandemie, begin 2020, begon het te knagen. ‘Ik ging me afvragen: waar gaat dit heen? Blijf ik mijn ego volgen? Wat kan ik doen om echt impact te creëren? De training maakt je hard, zo hard dat het ook een keerzijde hee : je raakt een beetje afgestompt. Ik was drie jaar lang dezelfde training aan het faciliteren. Training is heel belangrijk, mocht er op die knop gedrukt worden. Maar het is ook veel herhaling.’

Bovendien was de verhouding tussen training en uitzending niet wat hij zich had voorgesteld. Van de Kolk deed de opleiding om toch ook iets te kunnen betekenen voor de wereld. Maar in die dertien jaar hee hij nooit een ‘echte gevechtsmissie’ gedaan. Hij werd wel ingezet voor bijvoorbeeld antipiraterijmissies in de Indische Oceaan, waarbij hij als lid van een beveiligingsteam meevoer op een koopvaardijschip. ‘Dat is het werk waar de mariniers vandaan komen. Ooit zijn ze zo begonnen, met het beschermen van VOC-schepen.’

Maar Van de Kolk had ook graag een humanitaire missie gedaan, zoals onlangs de missie in Sudan, vanwaar Nederlanders moesten worden geëvacueerd omdat er zware gevechten waren uitgebroken in het Oost-Afrikaanse land. ‘We worden ingezet om ons land te beschermen, maar humanitair zouden we veel meer kunnen betekenen. Wij mariniers zouden veel breder ingezet kunnen worden’, vindt Van de Kolk. ‘Het is allemaal vrij passief, terwijl ik eigenlijk heel ondernemend ben.’

66 | HOOGTELIJN 4-2023
‘Wat kan ik doen om echt impact te creëren?’
Terug in het basiskamp, Van de Kolk (midden) met zijn partner Lisanne en teamleden Namgy Sherpa, Akash Sherpa en John Gill Zicht op de route naar Kamp 1, vanuit de tent in het basiskamp Foto Ariën van de Kolk

Komkommers in de supermarkt

Toch hee de marinier geen spijt. ‘Ik heb heel veel mooie dingen gedaan, en gekregen. Het mariniersleven leert je omgaan met stress en oncomfortabele situaties, écht oncomfortabel. Maar dat heb ik er absoluut voor over gehad. Dat ongemak maakt het leven juist mooi’, benadrukt Van de Kolk, die geenszins gefrustreerd klinkt. ‘Anders blijf je maar hangen in die heel comfortabele wereld, waarin je je komkommers in de supermarkt koopt en Netflix kijkt.’

Het klimmen begon in Zwitserland, toen een vriend vroeg of hij wilde meehelpen timmeren aan een project. ‘In de ochtend was ik bezig met timmeren, ’s middags ging ik klimmen’, zegt Van de Kolk. ‘Slechte planning trouwens’, voegt hij er lachend aan toe. Hij was zestien en bezig met een timmermansopleiding, omdat hij nog te jong was om bij Defensie te kunnen. Geïnspireerd door zijn opa, die een ware luchtmachtfan was en hem meenam naar open dagen van de luchtmacht, wilde Van de Kolk als kind al F-16 vlieger worden. Toen hij de verhalen hoorde van twee vrienden die al bij de mariniers zaten, verlegde hij zijn focus. Op zijn twintigste startte Van de Kolk met zijn mariniersopleiding.

Maar eind dit jaar stopt hij als marinier, al blij Van de Kolk beschikbaar als reservist en instructeur. ‘Ik blijf wel actief in de bergen, maar niet als militair. Ze mogen me blijven inhuren. Ik zal trainingen blijven geven, maar ik hoef dat niet meer het hele jaar te doen.’

Wie is Ariën van de Kolk?

Ariën van de Kolk (1989, Ochten) is Korporaal van de Mariniers en opgeleid tot Mountain Leader. In mei 2022 stond Van de Kolk na zijn beklimming met extra zuurstof als eerste Nederlander op de top van de Kangchenjunga (8586 meter, Nepal). Met de klim haalde hij bijna zesduizend euro op voor KWF Kankerbestrijding, mede omdat hij een jonge tante aan borstkanker verloor en een andere tante al jaren kanker hee .

2010 Mariniersopleiding

2012 Diende twee jaar als marinier op Aruba

2016 Korporaalsopleiding

2017 Opleiding tot Mountain Leader in Engeland/Noorwegen

2018 Instructeur Mountain Leader bij het opleidingscentrum in Rotterdam

2021 Instructeur Mountain & Arctic in Doorn

2022 Succesvolle beklimming van de Kangchenjunga

Kortom, meer vrijheid (‘heel belangrijk!’) en ‘minder weggegooide tijd’, meer tijd voor zijn plannen. ‘Makkelijk zijn dit soort keuzes niet’, zegt hij nog. ‘Daar komt ook weer een ego-dingetje bij kijken. Heb ik alles eruit gehaald wat erin zit? Zo ben ik. Ik probeer iets te bereiken in mijn leven.’

Jenga tegen Junga

Zijn geduld is inmiddels wel wat op de proef gesteld. Eind 2020 ontstond het idee voor de boulderhal en schreef hij vrij snel het ondernemingsplan. Bijna drie jaar verder staat er echter nog steeds geen hal, al is de vergunning nu wel binnen. ‘In het eerste jaar van het plan heb ik me superdruk gemaakt, die hal moest er zo snel mogelijk zijn.’ Maar gaandeweg ging dat over in ‘rust, geduld en doorzettingsvermogen’. Want, en dat is een geleerde les, ‘je hebt niet overal directe invloed op.’

En dan is er Junga, de naam geïnspireerd door zijn beklimming van de Kangchenjunga, het outdoorkledingmerk dat Van de Kolk aan het opzetten is. De kleding moet gemaakt worden van biobased en gerecycled materiaal en moet ‘opvallende boodschappen uitdragen over sociale kwesties of milieubehoud’, laat Van de Kolk weten. ‘Kleding is een triljoenenmarkt en een van de meest vervuilende industrieën. Maar kleding bindt mensen ook. Mensen kunnen zich verbonden voelen door het dragen van kleding die de waarden van avontuur, natuurbehoud en sociaal bewustzijn uitstraalt. Ik wil dit merk gebruiken om geld te genereren om sociale projecten en milieubescherming te ondersteunen.’ Zijn boulderhal in aanbouw zorgt ook voor verbinding, vindt hij. ‘Daar kan iedereen van genieten.’

‘Een onderneming moet dienend zijn aan de bevolking, aan jouw omgeving, aan de planeet’, legt Van de Kolk nog maar eens uit. ‘Dat drij mij, iets kunnen bijdragen aan een groter geheel. De hele dag voel ik een brandend vuurtje. Op deze manier kan ik dat een plek geven, met ideeën die werkelijkheid kunnen worden, en zo bijdragen aan een betere wereld.’

De technische tekeningen voor de kleding liggen inmiddels bij de fabrieken in Portugal en Estland. En het bezwaar van het spellenmerk Jenga, dat Junga teveel op de eigen merknaam vond lijken, is afgewezen. Van de Kolk hoopt het merk in november 2023 te lanceren op de ISPO in München, de handelsbeurs voor sportzaken.

Hee Van de Kolk ook nog plannen om andere bergen te beklimmen? Schouderophalend, ‘niet echt.’ Maar een beetje prestatiedrang zit er nog wel in. ‘Al zou ik de Mount Everest nog best willen doen. Dat is toch de hoogste berg van de wereld. En dan wel zonder extra zuurstof!’

HOOGTELIJN 4-2023 | 67 HIMALAYA THEMA
Foto Ariën van de Kolk
‘Een onderneming moet dienend zijn aan de bevolking’

Schoonmaakcampagne in Nepal

Het mes kan aan twee kanten snijden

Nepal wil in vijf jaar tijd het afval op de bergen van meer dan 8000 meter opruimen. In 2022 werd er al 33,8 ton afval opgehaald. De opruimacties worden geleid door majoor Aditya van het Nepalese leger. Ik ontmoet hem in 2022 in het basiskamp van de Manaslu. Hoewel de opruimmissie in volle gang is, nodigt de majoor me uit voor koffie en vertelt hij over de Nepalese aanpak. Hoe wordt dit afvalvraagstuk opgelost terwijl het aantal expedities alleen maar toeneemt?

Tekst en beeld Joost van Montfort

De schoonmaakcampagne heeft als doel om de bergen op te ruimen en een ‘reinheidscultuur’ te bevorderen, waarin bergbeklimmers en lokale bevolking samenwerken om de bergen schoon te houden. De campagne vraagt ook aandacht voor de gevolgen van klimaatverandering voor het milieu en de lokale bevolking.

Enkele cijfers

Voor de schoonmaakactie van de Manaslu is een team van 23 mensen in het basiskamp: ervaren militaire klimmers, een dokter, een communicatietechnicus en een lokale staf van koks en dragers. In veertig dagen is er vijf ton afval opgehaald in het basiskamp en in kamp 1. Dit jaar volgen de hogere kampen. Het afval varieert van ingezamelde ontlasting en plastic tot zuurstoftanks en lijken. Wat biologisch afbreekbaar is wordt meestal beneden in het dorp verwerkt. Het niet-afbreekbare afval gaat per helikopter naar recyclingbedrijven in Kathmandu. Deze opruimactie op de Manaslu kost in totaal meer dan een miljoen dollar.

Het probleem in perspectief

Het Nepalese leger schat dat jaarlijks vijftigduizend klimmers en ongeveer tachtigduizend stafleden naar het hooggebergte reizen. Zulke aantallen toeristen hebben een enorme impact op het milieu. Dit wordt steeds zichtbaarder doordat er veel afval aan de oppervlakte komt door het smelten van gletsjers. Aangezien er geen monitoringsysteem is om bij te houden wat de berg op gaat en wat terugkomt, is het moeilijk om de omvang van het afvalprobleem en de gevolgen ervan precies vast te stellen.

Ghana Gurung, vertegenwoordiger van het WWF in Nepal, steunt de campagne, maar vreest dat het afvalprobleem blijft bestaan zolang er expedities zijn. De Nederlandse bergbeklimmer Katja Staartjes wijst erop dat de expeditie-industrie snel groeit. Het publiek verschuift van een selecte groep ervaren en toegewijde sporters naar een veel grotere en diverse groep reizigers. Meegaan op expeditie en de top halen is een service die door een groeiend aantal internationale en Nepalese bedrijven wordt aangeboden.

68 | HOOGTELIJN 4-2023

Het expeditie-businessmodel staat voor winstmaximalisatie, zonder rekening te houden met negatieve sociale effecten en milieubelasting. Naast de expeditiesector verdient ook de overheid goed aan het bergtoerisme, via vergunningen en belastingen. Het is onduidelijk hoeveel van die inkomsten weer worden geïnvesteerd in projecten als de schoonmaakcampagne. Terwijl sommigen meer dan proportioneel profiteren, zijn het vooral de berggemeenschappen die te maken krijgen met de negatieve gevolgen. Het gaat onder meer ten koste van hun duurzame ontwikkeling en leidt tot groeiende ongelijkheid en sociale en politieke spanningen in deze nog prille democratie.

Volgens documentairemaker Geertjan Lassche wordt onze (westerse) mening over de schoonmaakacties vertekend door ons exotisme en het geromantiseerde beeld van zuivere bergen en traditionele gemeenschappen en culturen die behouden moeten worden. Hierbij zien we onze eigen rol en impact over het hoofd. In zijn prachtige documentaire Schone bergen (2022) laat Lassche zien hoe de Nepalese klimgids Mingma Sherpa en zijn gemeenschap hun vallei opruimen. Ze proberen de goden voor zich terug te winnen om na de pandemie weer toeristen te trekken.

Oplossingen

Het afvalprobleem zal verder toenemen. Er zijn vele tegengestelde belangen en geen simpele oplossingen. Het verbieden van expedities is het beste voor het milieu, maar geen wenselijke oplossing omdat dat een einde zou maken aan een bloeiende economische sector die – in theorie – duurzame ontwikkeling kan brengen.

De Nepalese overheid kan de toerismesector reguleren en daarbij meer inkomsten genereren voor sociale projecten en milieuprogramma’s, zoals de schoonmaakcampagne. Prijsverhogingen om dat te bewerkstelligen lijken in Nepal weinig bijval te krijgen, waarschijnlijk omdat ze corruptie in de hand kunnen werken. Er is al een verordening die expedities statiegeld laat betalen om afval mee terug te nemen. Per klimmer moet acht kilo afval mee terug worden genomen. Dat is in veel gevallen een fractie van wat de berg op gaat tijdens expedities. Betere regulering is mogelijk als de Nepalese overheid zorgt voor goede voorlichting, monitoring en afvalinzameling en transparant is over de inkomsten uit het toerisme.

Ook de toerismesector zelf kan uiteraard een grote steen bijdragen. Volgens Staartjes begint verandering bij onszelf. En bij expeditie-organisaties die hun verantwoordelijkheid nemen. Inmiddels doen steeds meer organisaties dat, in meer of mindere mate. Ze beseffen dat het huidige businessmodel de sector op de lange termijn ondermijnt. Door duurzaamheid onderdeel te maken in de concurrentie, verandert de sector.

En wat kunnen wij als bergbeklimmers zelf doen? Een bedrijf inhuren dat aan de hoogste duurzaamheidseisen voldoet en bereid zijn daar meer voor te betalen. Bergbeklimmers moeten zich realiseren dat luxeproducten en -diensten zoals in- en uitvliegen per helikopter, gebruik van zuurstof, hulp tot aan de top of een espresso in het basiskamp extra impact hebben op

het milieu. Daarnaast kun je er uiteraard voor zorgen dat je niet-organisch afval weer mee naar beneden neemt.

Ten slotte een goed voorbeeld hoe het anders kan: een initiatief in de Khumburegio dat door sherpagemeenschappen wordt geleid en door het WWF wordt gesteund. De gemeenschappen leveren klimmers diensten zoals afvalbeheer (toezicht en opruiming) en medische zorg. Ze bouwen voort op hun traditionele kennis van de bergen en bieden ondersteuning variërend van logistiek tot expeditie-begeleiding. Dit draagt bij aan een bergeconomie die duurzamer en inclusiever is. Het helpt de gemeenschappen bovendien aan een fatsoenlijk inkomen. Het biedt perspectieven aan jongeren, die anders zouden vertrekken om elders werk te zoeken. Zo wordt de cultuur behouden die essentiele kennis over de lokale natuur herbergt. Het betrekken van gemeenschappen, niet alleen bij het opruimen maar ook bij het bredere beheer van bergtoerisme, zorgt ervoor dat het mes aan twee kanten snijdt.

HOOGTELIJN 4-2023 | 69 HIMALAYA THEMA
Het basiskamp van de Manaslu tijdens de opruimactie Majoor Aditya bij de banner van de mountain clean-up

DE START VAN EEN PERFECTE DAG.

Schoenen aan, rugzak op en op weg. Bij de eerste meters bergop, voel je de verwachtingen van een heerlijke tocht met een geweldig, voldaan gevoel aan het eind van de dag. Bij OutdoorXL begrijpen we wat je bezighoudt. We helpen je graag bij alles voor je wandel, klim, trekking of toerskiuitrusting met de grootste collectie in Nederland.

Begin bij OutdoorXL aan je perfecte voorbereiding

• 8000m2 winkel

• Alle bekende wandel, outdoor, ski en toerskimerken

• Team van meer dan 100 enthousiaste liefhebbers

• Trekking, wandelen, klimmen, toerskiën, SUPs en kano’s

• 3000m2 tentenverdieping

• 7 dagen per week open

• Op 5 minuten van Rotterdam

Kijk op OutdoorXL.nl en begin je voorbereiding. Foto-credits: RAB

In de serie ‘Klimmen bij de buren’ laten we je klimgebieden in de nabije omgeving van Nederland zien, op maximaal 400 kilometer van Utrecht.

Klettersteigs voor beginners en gevorderden

Stalen wegen in België

Met klettersteigs, of via ferrata’s, kom je relatief eenvoudig op spectaculaire plekken in de natuur. Steile rotswanden en diepe kloven die normaliter voorbehouden zijn aan rotsklimmers worden met de ‘stalen wegen’ ontsloten voor iedereen die vrij is van hoogtevrees.

Klettersteigs zijn er in alle soorten en maten, van alpiene ondernemingen waarbij je een ervaren klimmer moet zijn tot routes voor beginners, die zijn ingericht om iedere bezoeker een vrijwel gevaarloos inkijkje in de verticale wereld te bieden. Klettersteigen is een ideale activiteit voor

Landelies

het hele gezin als je wel van de rotsen houdt, maar (nog) geen klimaspiraties hebt.

Om te klettersteigen hoef je niet altijd naar de bergen. In de Belgische klimgebieden is door onze Belgische zusterorganisaties een aantal klettersteigs ingericht in diverse smaken. We stellen ze hier aan je voor. Uitgebreide informatie over de routes vind je in de Tochtenwiki van de NKBV en op NKBV.nl/ buiten

Op de website van de NKBV vind je meer informatie over klettersteigen en het aanbod aan cursussen en workshops: nkbv.nl/sport/ klettersteigen

En in de NKBV-webshop kan je de brochure Klettersteig: Verticaal Avontuur aanscha en, evenals het boekje Start to Via Ferrata van de Vlaamse Klim- en Bergsportfederatie: nkbvwebshop.nl

Les Grands Malades

Voor deze steile en afwisselende klettersteig is enige klimervaring aan te raden. In de route kom je een korte passage tegen waar je door een uitholling in de rots kruipt, een korte maar luchtige ladder, een tyrolienne (tokkel) en een abseil van 20 meter. Zowel de abseil als de tyrolienne kun je via varianten omzeilen.

Lengte: 250 meter

Moeilijkheidsgraad: D-

De klettersteig van Pont-à-Lesse is ideaal voor beginners. Je klimt van het laagste punt tot bovenop het rotsmassief, waarbij korte klauterpassages afgewisseld worden met traverses. De route eindigt met een luchtige passage over een kleine kloof. In 2021 zijn vijf korte en moeilijkere varianten ingericht.

Lengte: 120 meter  Moeilijkheidsgraad: PD+ (varianten AD tot TD)

Afgezien van de ligging naast een drukke weg is de steile en luchtige klettersteig van Les Grands Malades een aanrader. Via een ondergrondse passage, losstaande rotstorens, meerdere touwbruggen en zelfs een tyrolienne slingert de route door het massief. Je eindigt met een abseil van 20 meter.

Lengte: 180 meter  Moeilijkheidsgraad: D-

72 | HOOGTELIJN 4-2023 klimmen bij
buren
de
Tekst Harald Swen
Pont-à-Lesse
Maizeret Landelies Pont-à-Lesse Foto Paul Lahaye Foto Paul Lahaye

In Maizeret is in september de nieuwste klettersteig van België geopend. De via ferrata Diable leidt door steil terrein circa 75 meter de hoogte in. Je komt daarbij onder meer een ladder en een korte kabelbrug tegen. Op het einde van de route heb je een spectaculair uitzicht over de Maasvallei.

Lengte: 100 meter  Moeilijkheidsgraad: circa AD+

De Via Cordata de la Croix Mossay hee geen staalkabels, maar wel beugels en zekeringspunten. Een via cordata is een tussenvorm van (alpien) multi-pitch klimmen en klettersteigen, waarbij je zelf moet zekeren. Deze ‘via’ is alleen geschikt als je over de nodige kennis (zekeren met touw) en bijbehorende materialen beschikt.

Lengte: 70 à 300 meter  Moeilijkheidsgraad: AD+

Klimjaarkaart nodig voor klettersteigs

De in dit artikel beschreven klettersteigs liggen in zogenaamde klimjaarkaartgebieden. Dit zijn gebieden die o el van de CAB, KBF of UBS zijn, o el door hen gepacht of beheerd worden. De NKBV draagt door middel van de klimjaarkaart bij aan de kosten die zij maken voor het onderhoud van de gebieden.

Als NKBV-lid kun je voor €20 (of €15 als je jonger dan 25 jaar bent) een klimjaarkaart aanscha en. Je kan hiermee het hele jaar in elk van de 36 klimjaarkaartgebieden terecht én je kan introducés (ook niet-leden) tegen gereduceerd tarief meenemen. Je koopt de klimjaarkaart via mijnnkbv.nl

Lees meer over de klimjaarkaart op nkbv.nl/ kenniscentrum/klimjaarkaart.

Deze moeilijkste klettersteig van België gaat door een sterk overhangende wand. Dat je de nodige armkracht nodig hebt om boven te komen wordt meteen bij de instap al duidelijk. Door de steilte en de aard van de inrichting is deze route niet geschikt voor minder ervaren klettersteigers.

Lengte: 60 meter

Moeilijkheidsgraad: TD

HOOGTELIJN 4-2023 | 73 Fond des Cris
Les Grands Malades Grosse Roche Maizeret Fond des Cris Grosse Roche Foto Harald Swen Foto Harald Swen Foto Harald Swen Foto Paul Lahaye

LEVENSLIJN

De Britten noemen het niet voor niets life line: bij het rotsklimmen is een veilige zelfzekering van levensbelang. Er zijn veel verschillende zelfzekeringen op de markt, elk met een eigen gebruiksaanwijzing en eigen voor- en nadelen.

Duurzamer

De Edelrid Switch Double lijkt op de zelfzekering van Beal hieronder, maar hee twee lijnen, waardoor je ervoor kunt kiezen om dichter op de standplaats te hangen. Tijdens het afdalen hang je je zekeringsapparaat in de korte lijn. Deze zelfzekering is in Duitsland gemaakt en draagt het (naar eigen zeggen) duurzame Bluesign-keurmerk. €30 | edelrid.com

Op touw

We beginnen simpel: als je niet hoe te abseilen en je het voorklimmen afwisselt met je klimmaatje, heb je in principe niets anders nodig dan het klimtouw. Een zelfzekering op touw met behulp van een hele mastworp is een veilige en overzichtelijke manier om jezelf vast te maken aan de standplaats. Tijdens het abseilen heb je wel extra materiaal nodig. Nog eens zien hoe je met behulp van je klimtouw, een beveiligde karabiner en een mastworp een zelfzekering maakt? Bekijk de video over de mastworp via deze QR-code of op nkbv.nl/kenniscentrum/knopen-entouwtechnieken.

Hoort hier niet meer thuis

In het rijtje zelfzekeringen op de markt hoort de beruchte daisy chain niet meer thuis. Daisy chains zijn er in twee verschillende soorten: met rondgestikte lussen met volledige breeksterkte van 22 kilonewton en met lussen die slechts met stiksels van elkaar gescheiden zijn. Gebruik zeker die laatste nooit als zelfzekering! De breeksterkte van de stiksels is slechts 3 kilonewton en vormt dus een gevaar. Mocht je een daisy chain willen aanscha en voor aid of bigwall klimmen, koop er dan één die bestaat uit volwaardige bandlussen met een minimale breeksterkte van 22 kilonewton, zoals de Daisy Chain Pro van Rock Empire. €46,95 | rockempire.cz

Dynamisch

De Beal Dynaconnexion is gemaakt van dynamisch touw en hee een breeksterkte van 22 kilonewton. Dat wil zeggen dat hij meer dan 2200 kilogram kan houden. De Dynaconnexion hee ingenaaide lussen voor karabiners om je te bevestigen aan de standplaats en om je abseilapparaat in te hangen. De kunststoflaag rondom de stiksels maakt deze zelfzekering minder gevoelig voor slijtage. €28,81 | beal-planet.com

74 | HOOGTELIJN 4-2023
markt & materiaal
Onder redactie van Noor van der Veen Foto Onno Beukenhorst Vanaf boven: mastworp, slinge, Kong Slyde, daisy chain, dubbele slinge van Simond

Klimtouw recyclen

Als je een klimtouw hebt waarmee je niet meer kunt klimmen, bijvoorbeeld door steenslagschade, kun je het deel dat nog wel goed is hergebruiken voor een dynamische zelfzekering, met behulp van de Kong Slyde. Je hebt ongeveer 2 meter touw nodig en schui het hulpstukje omhoog en omlaag om de zelfzekering te verkorten of verlengen.

€8,50 | kong.it

Simpel en goed

Als je gewicht wilt besparen en de zaken overzichtelijk wilt houden, dan kun je natuurlijk ook gewoon het materiaal gebruiken dat je toch al bij je hebt. Leg een zaksteek in een simpele bandslinge van 120 centimeter en het wordt een zelfzekering waarmee je ook kunt abseilen. Meer heb je niet nodig. Verschillende merken, vanaf 7,95 | o.a. via bever.nl

Petzl Dual Connect Adjust

Flexibel

Nee, ik heb geen aandelen in Petzl, al doet mijn lofzang over de Dual Connect Adjust dat vast vermoeden. Naar mijn mening is de Dual Connect Adjust van Petzl de ultieme zelfzekering. Hij is dan wel wat zwaarder dan de meeste andere zelfzekeringen, is zeker niet goedkoop, neemt aanzienlijk meer ruimte in en hee een lange ‘staart’ die soms in de weg hangt. Toch is dit mijn beste investering in klimmateriaal van de afgelopen jaren. En dat zegt wat, want ik ben wel een beetje een materiaalverzamelaar.

Klassieker

De inmiddels klassieke Mammut

Belay Slinge hee eveneens een breeksterkte van 22 kilonewton.

Hij is lichter en kleiner op te bergen dan een zelfzekering gemaakt van klimtouw, maar wel weer gevoeliger voor slijtage. De ronde lus hee verschillende toepassingen, zo hang je er bij het afdalen je abseilapparaat in.

€17 | mammut.com

Wat deze zelfzekering zo goed maakt? Zijn veelzijdigheid! De twee armen, waarvan er één in lengte verstelbaar is, geven je als klimmer altijd meerdere opties. Een paar voorbeelden: bij een abseil gebruik ik de korte arm als verlenging voor mijn abseilapparaat en de verstelbare arm als zelfzekering aan mijn standplaats. Om te pauzeren in een klettersteig hang ik de verstelbare arm om de kabel of in een haak en trek ik mezelf in een comfortabele positie. Als instructeur begeleid ik regelmatig klimmers boven aan een route. Door de twee armen kan ik daarbij moeiteloos heen en weer bewegen en een andere positie kiezen. En een cursist die het erg spannend vindt boven aan een route kan met de Dual Connect Adjust snel zijn zelfzekering straktrekken.

Materiaal

Maar niet alleen comfort maakt de Dual Connect Adjust tot zo’n geweldig stuk klimmateriaal. Ook de veiligheid is een grote reden voor mijn enthousiasme.De Dual Connect Adjust is gemaakt met Petzls 9,5 Arial klimtouw en getest en geschikt om normvallen (valfactor 1,7) te houden als dat nodig is. Het is ongebrui-

kelijk, maar als je dus per ongeluk naast (valfactor 1) of boven (valfactor 2) je standplaats staat en een misstap maakt, dan ben je met deze zelfzekering een stuk beter af dan met een dyneema of nylon slinge. Bovendien is het een dynamisch touw. De elasticiteit zorgt ervoor dat je aanzienlijk zachter valt dan wanneer je een slinge als zelfzekering gebruikt. Dyneema is immers even elastisch als staal.

Conclusie

Bij elkaar opgeteld: de veelzijdigheid en veiligheid maken een brede inzet mogelijk. Met deze zelfzekering voel ik me in de rotsen flexibeler en veiliger als klimmer en als instructeur. En dat extra gewicht? Dat neem ik voor lief.

Petzl Dual Connect Adjust

Lengtes armen: 45 centimeter en 15-95 centimeter

€45,95 | Petzl.com

HOOGTELIJN 4-2023 | 75 Diepgang
Tekst en beeld
Job de Bruin

Daar waar de bergen beginnen

In de korte tijd dat we met de trein onderweg zijn van station Dolhain-Gileppe in de Belgische Ardennen naar Langerwehe in de Duitse Eifel, verandert het grauwe, gesloten wolkendek in een prachtig zonnige hemel boven fris voorjaarsgroen. Hoe mooi kan de start van een meerdaagse wandeling zijn? Mijn maatje en ik zijn de gelukkigen die de Stauseesteig als eersten aaneengesloten gaan lopen.

In de drie jaar van zijn bestaan werd de Dutch Mountain Trail door het Zuid-Limburgse heuvelland een begrip onder wandelaars en trailrunners. Toon Hezemans en Thijs Horbach ontwierpen samen met hun vrienden deze prachtige meerdaagse wandelroute langs Limburgs zeven hoogste toppen als Jubiläumsweg voor het Dutch Mountain Film Festival.

Ondertussen lijkt die route ten onder te gaan aan zijn eigen succes: iedereen is er al overheen geweest lijkt het wel. Behalve de ontwerpers zelf, lijkt ook iedereen er geld aan te willen verdienen.

Om wandelaars een nieuw avontuur dicht bij huis te bieden, ‘daar waar de bergen beginnen’, werkten Toon en zijn vrienden

de afgelopen twee jaar aan een nieuwe route. Dat werd de Stauseesteig, van het treinstation in het Duitse Langerwehe naar station Dolhain-Gileppe in België. Ruim 122 wandelkilometers door de Eifel en de Ardennen, met daarin een kleine drieduizend hoogtemeters over afwisselende paden en zo min mogelijk asfalt.

GPX

Om de hele route te kunnen volgen, heb ik vijf landkaarten schaal 1:25.000 bij me: twee Eifelvereinskarten en drie Belgische NGI-kaarten. In praktijk navigeer ik echter op het GPX-bestand in mijn sporthorloge. Waar mogelijk vermijdt het

76 | HOOGTELIJN 4-2023
Tekst en beeld Frank Husslage De Urfttalsperre mag natuurlijk niet ontbreken

traject saaie of verharde paden. De alternatieve kleine bosen weidepaadjes zijn lang niet altijd makkelijk te vinden op fysieke kaarten. Dan is de extreme grootschaligheid van GPSnavigatie een groot voordeel boven een papieren kaart. De kleine bospaadjes zijn meestal mooier, maar ze zijn niet per se korter.

Na het verlaten van zo’n kronkelpad halen we twee in stoere kledij gestoken zondagmiddagwandelaars met dito stokken in, die we eerder ook al passeerden. Onze grote rugzakken roepen vragen op. ‘Zijn jullie misschien al langer onderweg?’ ‘Ja, we hebben nog zeven dagen te gaan.’ Waarop jaloerse blikken ons deel zijn.

Onbewoond

Zeven dagen hebben we uitgetrokken voor deze wandeling. Ja, 122 kilometer kan sneller afgelegd worden, ook wandelend. Midden in dit dichtbevolkte gebied is het de ontwerpers van de Stauseesteig gelukt om vrijwel alle bewoning te vermijden. Die isolatie heeft echter gevolgen voor je routeplanning. Waar kun je kamperen of anderszins overnachten? En waar zijn winkels om je voorraden aan te vullen? Waar we zochten naar etappes van zo’n 25 kilometer, vonden we uiteindelijk een mooie verdeling met gemiddeld net geen twintig kilometer per dag. Onze eerste overnachtingsplaats is meteen in stijl: op een doordeweekse nacht hebben wij een hele DAV-hut voor onszelf.

HOOGTELIJN 4-2023 | 77
Het Lac de la Gileppe is het laatste stuwmeer aan de route

Bivak

De Rheydter Hütte reserveerden we toen de weersvoorspellingen voor deze week nog natter dan nat waren. Dat we kunnen kamperen in het beroerdste weer hebben we al lang bewezen; in een week vakantie is er niks tegen een droog onderkomen. Helaas gooide de werkelijkheid roet in het eten en werd het prachtig weer. We hadden dus net zo goed wel kunnen kiezen voor een van de bijzondere kampeerplekken die de regio biedt. Op tal van plaatsen in de Eifel en de Ardennen zijn er legale bivakplekken, te vergelijken met de voormalige paalkampeerplaatsen in Nederland. Een van de mooiere daarvan, het Krawutschkebivak, ligt pal aan onze route, slechts een paar kilometer voorbij deze hut. Bovenaan de helling waarop het bivak ligt, treffen we de volgende dag een minstens even degelijk uitgevoerde picknickplaats. Vanaf hier hebben we uitzicht op het tweede van de zeven stuwmeren die we zullen passeren.

Stuwmeer

Bij de opzet van de Stauseesteig ging Toon er nog vanuit dat je als wandelaar in ieder van die zeven stuwmeren je hand in het water moest kunnen steken. Omdat de nodige meren echter verboden terrein zijn, werd de opzet veranderd in ‘je moet het stuwmeer kunnen zien.’ Dat is vanaf deze picknickplek zeker het geval. Met een warme bak koffie in de koele ochtend is het genieten van het fraaie uitzicht. Heel even wordt de rust verstoord door een collega-wandelaar. Meestal zijn we helemaal alleen met het geluid van vogels en ruisend water. Eén tegenligger per uur is al veel.

Het pad wordt nu serieus moeilijker, haaks op de hoogtelijnen gaat het dwars door het bos naar beneden. Hoewel het nog steeds een legaal pad is, met een dun stippellijntje op de kaart aangegeven, doet het in werkelijkheid eerder denken aan hooguit een wildspoor. We denderen naar beneden, naar een stuwmeer dat we wél kunnen aanraken.

Spoorlijn

Met de aangeharkte en van prikkeldraad vergeven Nederlandse natuurgebieden in gedachten, denken we een week lang keer op keer ‘mogen we hier wel komen?’ Het antwoord is simpel: ja, dat mag. De Stauseesteig kent alleen maar legaal te betreden paden. Waar onze afdaling van zojuist alleszins serieus te nemen is, komen we nu pas bordjes tegen die waarschuwen voor gevaar. Waar wij langs het water een riant pad zien, komen hier kennelijk ook mensen met een andere perceptie van wandelen. We zijn terechtgekomen op een veelbelopen wandelroute rond het meer. Door per trein te reizen over een spoor dat ooit gebruikt werd bij de bouw van de stuwdam, kun je allerlei leuke wandelingen combineren. Niet zo heel veel later lopen we via een brug over de Kall het Nationalpark Eifel in.

Beren en bevers

Waar eerder bordjes waarschuwden voor gevaarlijke wandelpaden, worden we er nu op gewezen dat we ‘zeer gevaarlijke’ bossen betreden. Zeer gevaarlijk? Woeste wolven? Loerende lynxen? Nee, helaas geen interessante fauna, maar stervende flora. Door recente gortdroge zomers en door schadelijke kevers zijn met name de naaldbossen er verschrikkelijk aan toe. Bomen zijn vaak helemaal kaal, vele omgewaaid en sommige botweg halverwege afgebroken. Tijdens een storm of met zware sneeuwval wil je hier echt niet zijn. Volgens de waarschuwingsborden vallen zelfs bij windstil en droog weer bomen spontaan om.

Gelukkig tellen onze dagen ook kilometer na kilometer gezonde loofbossen, open landschappen en fraaie beekdalen. Beekdalen waar bomen soms op natuurlijke wijze gerooid worden door de daar huizende bevers. Net voorbij de Kalltalsperre bijvoorbeeld. Daar hebben de dieren met hun grote tanden de vallei over honderden meters lengte verbouwd tot een waar spektakel van omgeknaagde bomen en tientallen stuwmeertjes.

78 | HOOGTELIJN 4-2023
We zetten het tweede vinkje: uitzicht met koffie op het stuwmeer Obermaubach

Toonpaadjes

Zelfs in dit wandelparadijs valt niet altijd te ontkomen aan de rechtlijnigheid van productiebossen. Toon en zijn mede-ontwerpers leggen er echter eer in hun wandelgasten zo veel mogelijk verscheidenheid te tonen. Dat leidt niet altijd tot de kortste verbindingen, maar wel tot bijzondere ontmoetingen. Zo wandel je bijvoorbeeld een paar honderd meter pal onder enorme windturbines. Of juist wél over een recht pad, dat een waterverzamelproject voor een stuwmeer volgt. Na verloop van tijd raadplegen we de routebeschrijving steeds minder. De filosofie achter de route wordt ons steeds duidelijker en vaak kiezen we intuïtief voor de juiste ‘Toonpaadjes’.

Hoe prachtig en rustig de route grotendeels is, blijkt als we op een hete Hemelvaartsmiddag het dorp Roetgen passeren. Hier komen druk autoverkeer, wandelaars van de Eifelsteig en fietsers over de Vennbahn bij elkaar. ’s Avonds is de camping afgeladen met tientallen lichtgewicht trekkerstentjes. Een heerlijk gezicht tussen alle campers en caravans. Toch zijn we blij als we de volgende ochtend op nog geen kilometer vanaf het dorp de natuur weer urenlang alleen voor onszelf hebben.

De Stauseesteig

Terrein

Bij de Stauseesteig ontkom je niet aan een vergelijking met de Dutch Mountain Trail (DMT). De Stauseesteig telt dan niet alleen meer kilometers en hoogtemeters, maar het terrein is ook wezenlijk zwaarder.

Er wordt meer gestruind en de hellingen zijn vaak langer. Zeker niet te onderschatten is dat de Stauseesteig je door dunner bevolkt gebied voert. Drinkwater, eten en onderdak zijn moeilijker te vinden dan langs de DMT.

De Stauseesteig is niet als zodanig gemarkeerd in het terrein.

Ultratrail

De route leent zich prima als ultratrail. Als je de 122 kilometer in één keer wil afleggen, loop je als modale loper al snel een deel van de route in het duister. Tijdens openingstijden van de schaarse toeristische attracties en horeca onderweg is drinkwater tappen geen probleem. Buiten die uren vraagt dat een goede planning.

Wandelgids

De route en de wandelgids worden begin november gepresenteerd op het Dutch Mountain Filmfestival. De gids is vanaf dan te koop via de website van het festival, dmff.eu. Via die website kun je je vooraf inschrijven voor de gids.

We hebben de natuur urenlang alleen voor onszelf

Lokroep

De laatste dag lopen we samen met een paar van de routemakers. Uiteraard met Toon Hezemans, maar ook met Karin Eken, de vormgever van het nieuw te verschijnen wandelboekje, en met fotograaf en vertaler Andrew Davies. Speciaal voor ons heeft Karin een eerste versie van het boekje afgedrukt. Bij wijze van test mag mijn maatje ons aan de hand daarvan naar het eindpunt loodsen. De makers hebben ervoor gekozen om geen wandelbeschrijving te geven. De kaarten in de gids en het GPX-bestand zijn ruimschoots voldoende. Toon legt die keuze uit: ‘Met een wandelbeschrijving loop je alleen maar met een boekje pal voor je neus, in plaats van dat je geniet van het landschap. We geven de lezers nu vooral zoveel mogelijk informatie over het landschap waar ze doorheen lopen. Daardoor gaat het landschap veel meer leven.’

Uiteindelijk betreden we deze zevende middag het onverwacht ongerepte dorpsplein van Limbourg. Nog maar twee kilometer te gaan tot aan het eindpunt, dus we geven graag toe aan de luide lokroep van het zonnige terras. Daar houden we het alcoholvrij, want de Stauseesteig is 122 kilometer lang en geen kilometer is saai. Zeker de laatste twee kilometers niet.

HOOGTELIJN 4-2023 | 79
Toon Hezemans en Karin Eken
De afdaling naar de Rursee is een van de pittiger stukjes

Kijk voor het laatste verenigingsnieuws op nkbv.nl, of volg de NKBV op Facebook: facebook.com/de.nkbv en Instagram: @_nkbv.

NKBV-Regio Amsterdam sterkt het positieve

sportklimaat

NKBV-Regio Amsterdam organiseert diverse bergsportactiviteiten, waaronder wandeltochten, klettersteigdagen, workshops en cursussen. Al deze activiteiten worden geleid door instructeurs uit de regio. In de nasleep van corona blijkt het soms lastig om actieve leden te binden en om opleidingen voor klimkader te vullen. Om het positieve sportklimaat binnen de regio nieuw leven in te blazen, hebben de leden gebruikgemaakt van de subsidie ‘sterke sportclubs’ van de Gemeente Amsterdam. Hiermee huurden ze in het Pinksterweekend de NKBV-HerBerg in Sy af voor de vrijwilligers, die de basis vormen van de vereniging: kliminstructeurs (in opleiding) en het bestuurlijk en organiserend kader.

Samen volgden ze een programma van drie dagen met praktijkgerichte workshops op het gebied van (rots)klimmen. Externe instructeurs hebben hun kennis bijgespijkerd over materiaalinspectie, reddingstechnieken, nuts en friends en het aanleggen en behaken van nieuwe sportklimroutes. Natuurlijk werd dit alles dagelijks gevolgd door samen koken, eten en genieten van een Belgisch biertje. Er waart een positieve energie binnen de regio en ze bruisen van de plannen voor de komende seizoenen.

Benieuwd wat er in jouw regio te doen is? Ga naar regio.nkbv.nl/ agenda-en-activiteiten.

Topvlagfoto

Afgelopen najaar klom Gert Olbertijn samen met drie andere enthousiaste NKBV’ers naar de adembenemende top van de Bishorn (4153 meter). Met trots droeg hij de NKBV-topvlag met zich mee, en alleen al het uitkijken naar dit moment diende als een drijfveer voor Gert om de top te bereiken.

Duurzaam lidmaatschap

Vanaf 2024 ontvang je niet langer automatisch een fysieke ledenpas. Deze zal alleen worden verstrekt wanneer je aangee dat je er een wilt ontvangen. Dit doen we om de ecologische voetafdruk van onze vereniging te verkleinen. De digitale ledenpas werkt op dezelfde manier als de fysieke pas: je kunt hem laten zien bij klimhallen en berghutten om te pro teren van kortingen en in Belgische klimgebieden om je klimjaarkaart te tonen.

Wil je toch nog een fysieke ledenpas ontvangen? Geef dit aan via jouw pro el op mijnnkbv.nl of in de NKBV-app. Vink daarin aan dat je de ledenpas wilt ontvangen en hij ligt voor kerst 2023 bij jou op de mat. Ook de facturatie voor het nieuwe jaar vindt rond deze tijd plaats.

Word Alpiene Instructeur Winter

Ben je een ervaren toerskiër, snowboarder of freerider en wil je jouw ervaringen graag met anderen delen? Kan je beginnende toerskiërs en freeriders de jne kneepjes van de sport bijbrengen?

Dan is de opleiding tot Alpiene Instructeur Winter 3 (AIW3) iets voor jou! Als AIW3 begeleid je een cursus of tocht, eventueel samen met een hoofdinstructeur (AIW4) of berggids.

In de opleiding tot AIW3 ontwikkel je jouw ski- of snowboardvaardigheden en doe je uitgebreide kennis op van lawinekunde en

andere aspecten die nodig zijn om onervaren o -piste skiërs om te vormen tot volwaardige toerskiërs of freeriders.

Na het behalen van de AIW3-opleiding word je ingezet bij het programma van Bergsportreizen, waaronder de succesvolle Winterweken, en bij de cursussen van de Nederlandse Studenten Alpen Club. Daarnaast volg je uitdagende bijscholingen om je licentie te behouden en je kennis te vergroten. Kijk op nkbv.nl/academie/ opleidingen/alpien/instructeur voor alle informatie.

80 | HOOGTELIJN 4-2023
nkbv voor jou
Foto Gert Olbertijn

Wintervakantie bij Bergsportreizen

Terwijl de zomer op zijn einde loopt, kijken we vol enthousiasme uit naar de winter! Vanaf half september is het winterprogramma van Bergsportreizen, de reisorganisatie van de NKBV, te boeken. In het najaar organiseren we diverse workshops, waaronder drytoolen en lawinekunde. Vanaf januari starten we met ijsklimmen, toerskiën en sneeuwschoenwandelen. Ga je met ons mee?

Heb je nog nooit buiten de piste geskied, maar kun je wel goed skiën op de zwarte piste?

Maak dan kennis met het o -piste skiën. Je leert skiën op afdalingen direct naast de geprepareerde piste en midden in de vrije natuur. Ben jij meer een wandelaar en wil je ook in de winter de rust, ruimte en natuur in de bergen ervaren? Ontdek dan het sneeuwschoenwandelen en geniet van het ongerepte sneeuwlandschap. Natuurlijk kun je ook gaan ijsklimmen. Tijdens een ijsklimcursus leer je alles over het plaatsen van ijsbijlen en zekeren.

Kijk op bergsportreizen.nl/wintervakanties.

Zes nieuwe Alpiene Instructeurs

Na hun laatste opleidingsweek in Venediger en de Dolomieten zijn Joris Timmermans, Ywen VerLoren van Themaat, Anna Kuiken, Ferd van Banning, Je rey Meesters en Koen Vergeer geslaagd voor de opleiding tot Alpiene Instructeur 3 Zomer. Met de theorie en praktijkervaring op zak zullen zij cursussen van de NKBV, Bergsportreizen en de NSAC gaan begeleiden.

Met de klok mee: Anna, Ywen, Hans-Robert (HI), Ferd, Koen, Martijn (gids), Joris en Je rey

Onderhoud van paden en hutten

In de Alpen en Pyreneeën liggen duizenden kilometers aan wandelpaden en staan talloze berghutten, maar wie zorgt er eigenlijk voor het onderhoud? Het Gegenrecht Fonds biedt een wederzijds recht op het gebruik van elkaars hutten en wandelpaden. Het onderhoud daarvan is een gezamenlijke taak van de aangesloten leden van het Gegenrecht Fonds, waaronder de NKBV. Met jouw NKBV-lidmaatschap draag je dus bij aan het onderhoud van

paden en hutten in de bergen. Als dank hiervoor krijg je als NKBV-lid tot vij ig procent korting op overnachtingen in de hutten van zusterverenigingen. Samen zorgen we ervoor dat de overnachtingen in de twaal onderd aangesloten berghutten betaalbaar blijven en de bergpaden eromheen goed onderhouden worden.

Meer weten? Ga naar nkbv.nl/kenniscentrum/ het-gegenrecht-fonds

Duurzaamheid

De NKBV stree naar een duurzame relatie met haar leden en alle partijen in het veld. Duurzaamheid is ook een kernwaarde als het gaat om natuur, milieu en sociale waarden. We brengen dit zo goed mogelijk tot uitdrukking in een duurzame inkoop en bedrijfsvoering. Hoogtelijn wordt verpakt in composteerbare biofolie en gedrukt op FSCpapier: papier uit duurzaam beheerde bossen (een keurmerk met goedkeuring van het Wereld Natuur Fonds). Voor onze correspondentie gebruiken we 100% gerecycled papier. We schenken duurzame ko e van Brandmeesters en hebben een CO2-neutrale postbezorging en data-opslag. We promoten het reizen per openbaar vervoer naar bergsportbestemmingen. Als je toch met de auto of het vliegtuig reist, kun je overwegen om je CO2-uitstoot te compenseren. Dit kan eenvoudig via greenseat.nl

Beter de bergen in met de NKBV

NKBV-leden pro teren van voordelen en kortingen en ontvangen vijf keer per jaar Hoogtelijn. Met je lidmaatschap draag je bij aan het onderhoud van hutten en paden in de Alpen en het behoud van klimgebieden. Tip je vrienden om ook NKBV-lid te worden. Ze kunnen zich aanmelden op nkbv.nl en zien daar welke voordelen het lidmaatschap hen nog meer biedt.

HOOGTELIJN 4-2023 | 81
Sneeuwschoenwandelen over de Via Silenzi in het Zwitserse Engadin De Capanna Cristallina, een hut van de Zwitserse Alpenclub, waar je met korting overnacht
e
Foto Zout Fotogra
Foto Martijn Schell Foto Chris König
82 | HOOGTELIJN 4-2023

Bivakkeren op de Grandes Jorasses

Een droom die uitkomt

De overschrijding van de Grandes Jorasses is zo’n tocht waarbij alles moet kloppen: op de rotsen geen sneeuw, op de afdaling juist genoeg firn. Daarnaast heb je uiteraard meerdere dagen stabiel weer nodig en moet je zelf goed in conditie en geacclimatiseerd zijn. In de zomer van 2022 was het eindelijk zo ver: alles klopte en een jarenlange droom ging in vervulling!

Waar de zomer van 2021 gekenmerkt werd door continu slecht weer, is de zomer van 2022 het tegenovergestelde. Maandenlang is het heet en neerslag valt er nauwelijks. Joris en ik zijn begin juli in de Alpen, maar de gletsjers liggen erbij alsof het al eind augustus is. Het is weer een extreme zomer, al weten we dat dan nog niet. Voor ons is het gewoon een zomer met heel stabiel weer, en daar maken we goed gebruik van!

We hebben een ambitieus programma: vandaag gaan we met het baantje naar de Rifugio Torino, morgen willen we de Arête du Diable beklimmen, daarna hebben we een rustdag en tot slot klimmen we, als alles meezit, de overschrijding van de Grandes Jorasses. Deze overschrijding is een meerdaagse tocht over de graat van de Grandes Jorasses, waarbij je de Frans-Italiaanse grens volgt. Op de eerste dag ga je de Arêtes de Rochefort over, om te overnachten in het Canziobivak. De tweede dag klim je over alle zes de toppen van de Grandes Jorasses en daal je af via de normaalroute aan de Italiaanse kant van de berg. Met name die tweede dag is lang: zo’n acht uur overschrijding, gevolgd door een zeven uur durende, complexe afdaling. Het tijdschema is het tegenovergestelde van wat prettig is: je begint in de schemering met ijskoude vierdegraads rots, die regelmatig verijst is. In de namiddag kom je op een complexe gletsjer waar al de hele dag de zon op schijnt.

Twee vliegen in één klap

Hoe kan het ook anders, we komen bij de Rifugio Torino meteen een bekende tegen: Roeland van Oss. Hij is bezig met zijn bijzondere project Climbing4Climate, waarin hij alle 82 vierduizenders in één zomer beklimt om aandacht te vragen voor het klimaat (in Hoogtelijn 2/2023 was een interview met Roeland te lezen). We raken aan de praat en zo brengt hij ons op een goed idee. In plaats van slapen in het Canziobivak op de Col des Grandes Jorasses, stelt hij voor om op de eerste middag nog een stuk verder te klimmen en om buiten te bivakkeren. Zo slaan we volgens hem meerdere vliegen in één klap: we klimmen de lastigste lengtes niet in de vrieskou, maar in de warme namiddagzon, en we doen de afdaling nog vroeg op de dag, wat aangenamer en vooral veiliger is. Roelands idee klinkt mooi en we kiezen er dus voor om overmorgen buiten te bivakkeren. Na deze leuke ontmoeting klimmen we de dag erna de Arête du Diable. Prachtig, en klimtechnisch zwaarder dan de Jorasses, maar toch minder veeleisend: de klim is maar één dag en de afdaling is eenvoudig en kort.

Na een nacht in de Refuge des Cosmiques hebben we een rustdag. We lopen terug naar de Rifugio Torino en blijven daar de rest van de dag. Joris gaat met de kabelbaan op- en neer naar het dal om bivakspullen te halen: slaapzak, matje en donsjas. Kookgerei hadden we al, ook in het Canziobivak heb je dat nodig. Als extratje neemt hij een lekkere pizza mee naar boven, prima actie!

HOOGTELIJN 4-2023 | 83
Tekst Ruben Verschoof Beeld Ruben Verschoof en Joris Korevaar Op de Pointe Walker, de hoogste top van de Grandes Jorasses

we zullen overnachten op de pointe Marguerite

Samenwerken

De dag erop staan we weer vroeg op. We lopen over de gletsjer richting de Dent du Géant. We waren hier vorig jaar ook en we zien hoe weinig sneeuw er is in vergelijking met een jaar geleden. We genieten van de klim. Onderweg hebben we het gezellig met een gids met zijn 65-jarige klant, die dezelfde route voor ogen hebben. Vrij snel zijn we bij de Aiguille de Rochefort. Na een korte pauze klimmen we verder, de Dôme de Rochefort over en richting het Canziobivak. Dit gedeelte duurt langer dan verwacht. Continu moeten we de rotsgedeeltes met een lopende zekering blijven zekeren. Vlak voor de Col des Grandes Jorasses moeten we bovendien zes touwlengtes abseilen. We stellen aan de gids voor om samen te werken, zodat we gezamenlijk sneller zijn. De gids vindt het een goed plan. Hij gaat voorop met een touw om de volgende abseil alvast in te richten, terwijl ik zijn klant help met abseilen. Ik moet het abseilapparaat voor de klant inhangen, de beste man heeft echt geen flauw idee hoe dat moet. Maar eerlijk is eerlijk: met 65 jaar deze tocht klimmen – respect!

Al snel staan we in de col. De gids en zijn klant blijven hier in het Canziobivak slapen, Joris en ik gaan verder. Vanaf de pas is het nog vier uur klimmen tot onze bivakplek. Wij zullen overnachten op de Pointe Marguerite, de tweede van de zes toppen van de Grandes Jorasses.

Twee vierkante meter

De touwlengtes tot de Pointe Young zijn prachtig: heerlijk solide graniet, met veel scheuren die prima af te zekeren zijn. Deze lengtes zijn zonder twijfel de mooiste van de hele route. Na de Pointe Young, de eerste top van de daadwerkelijke overschrijding, gaat het op en af richting de Pointe Marguerite. Het wordt later en we gaan op zoek naar een plek om te slapen. Twee touwlengtes onder de top van de Marguerite vinden we ons slaapplekje!

We hebben een prachtige bivakplek: een sneeuwvrij plateautje van twee vierkante meter. Er hangt wat ijs aan de wand, waardoor we water hebben. Tot ongeveer acht uur in de avond worden we door de zon verwarmd. Daarna wordt het snel koud en doen we al onze kleren aan om het enigszins warm te houden. Echt lekker slaap ik niet, maar de imposante omgeving maakt dit bivak tot een fantastische ervaring. Vanaf 4000 meter zie je de lichtjes in het dal, duizenden meters lager, en de lichten in de lucht, duizenden lichtjaren hoger.

Nog in de ochtendschemering zijn we alweer onderweg. Direct vanaf het bivak moeten we nog twee pittige lengtes klimmen tot de Pointe Marguerite. Op mijn grove D-schoenen mag ik meteen een vierdegraads schoorsteen voorklimmen op de koude rots. Prima manier om wakker te worden!

84 | HOOGTELIJN 4-2023
Het brandertje knort gezellig, de soep is bijna klaar Het Canziobivak in de Col des Grandes Jorasses

Onvolprezen

Vanaf de Pointe Marguerite klimmen we over de wat lager gelegen Pointe Hélène naar de Pointe Croz. Veel mooie lengtes, die we snel met een lopende zekering afleggen. Vanaf de Pointe Croz wordt de route veel simpeler. Door redelijk begaanbaar terrein komen we over de Pointe Whymper bij de laatste en hoogste top van de Grandes Jorasses, de Pointe Walker (4208 meter). Eindelijk, na jaren dromen, bereiken we deze top. Het uitzicht is magnifiek: westwaarts de Mont Blanc, oostwaarts de vierduizenders van Wallis, zuidwaarts de Povlakte en in het noorden de Aiguille Verte, een droom die nog niet in vervulling gegaan is.

De dag is echter nog niet voorbij, de afdaling is lang en taai. Gletsjers en rotsgedeeltes wisselen elkaar af. Het eerste stuk over de gletsjer dalen we af met een serac boven ons, een toren van ijs. Grote kans op ijsslag dus, daar willen we snel voorbij zijn. De rotsgedeeltes zijn lang en vergen continue concentratie. We wisselen daar af tussen soleren, abseilen en met een lopende zekering afklimmen. Uren later laten we de gletsjer eindelijk achter ons en komen we op een pad. Vanaf hier is het ‘verstand op nul, blik op oneindig’.

Eindelijk zijn we bij de auto. We hebben nog één droom voor vandaag: een lekkere burger in het befaamde restaurant Poco Loco in Chamonix. We stappen in de auto en rijden naar de Mont Blanctunnel. De grens overkomen is hier meer gedoe dan daar boven. We worden eruit gehaald door de douane en ja hoor, ik ben mijn paspoort vergeten. De douanier is gelukkig een relaxte vent, we mogen we doorrijden, ‘maar volgende keer wel meenemen hé?’ Even later zijn we weer in de drukte van Chamonix, waar we ons tegoed doen aan een onvolprezen burger.

Overschrijding van de Grandes Jorasses

Gebied

De Grandes Jorasses ligt in het Mont Blancmassief. Wij kozen Courmayeur aan de Italiaanse kant als uitvalsbasis, vergeleken met de drukte van Chamonix is dit een oase van rust. Courmayeur is in twaalf uur te bereiken met het openbaar vervoer of 1000 kilometer rijden vanuit Utrecht.

Route en duur

De route is een klassieke alpiene D-route (difficile). Verwacht rotsklimmen tot de vierde graad op prachtige rots. Alles is goed af te zekeren met nuts en friends.

Dag 1: Vanaf Rifugio Torino klommen we over de Aiguille de Rochefort en de Dôme de Rochefort naar het Canziobivak. Hiervoor hadden we ongeveer acht uur nodig. Vervolgens gingen we verder over de Pointe Young naar onze bivakplek vlak voor de Pointe Marguerite. Dit duurde nog eens vier uur. Dag 2: De overschrijding van de Pointe

Marguerite, Pointe Hélène, Pointe Croz, Pointe Whymper en Pointe Walker duurde vier uur. Over de afdaling tot de Rifugio Boccalatte deden we vijf uur. Je zou hier kunnen overnachten, maar wij liepen in nog twee uur door tot het dal.

Topo

Wij hebben drie topo’s gebruikt. De online topo van camp2camp.fr is erg goed en actueel. Het boek 4000m Peaks of the Alps van Marco Romelli en Valentino Cividini is handig, omdat het een getekende topo bevat van de lastigste klimpassages. Tijdens de tocht zelf hadden we Mont Blanc Massif: Selected climbs volume 1 van Lindsey Griffin mee: alle informatie staat erin en het is lekker licht.

Le Massif du Mont Blanc van de vermaarde Gaston Rébuffat is minder praktisch om mee te nemen, maar perfect om thuis alvast bij weg te dromen.

HOOGTELIJN 4-2023 | 85
Steeds weer stukjes op- en afklimmen Joris is klaar om te abseilen richting het Canziobivak, het groene stipje links ter hoogte van zijn knie

AMSTERDAM 01-11-2023

MEERVAART THEATER | 20:00 UUR

DEN HAAG 29-10-2023

THEATER DILIGENTIA | 16:00 EN 20:00 UUR

EINDHOVEN 25-10-2023

EVOLUON – PHILIPS HALL | 19:30 UUR

ENSCHEDE 02-11-2023

KINEPOLIS | 19:00 UUR

GRONINGEN 31-10-2023

KINEPOLIS | 19:00 UUR

HAARLEM 03-11-2023

KINEPOLIS | 19:00 UUR

NIJMEGEN 04-11-2023

DE LINDENBERG | 16:00 EN 20:00 UUR

ROTTERDAM 06-11-2023

THEATER ZUIDPLEIN | 19:30 UUR

www.eoft.eu

’S-HERTOGENBOSCH 28-10-2023

VERKADEFABRIEK | 15:00 EN 20:00 UUR

UTRECHT 24/26-10-2023

KINEPOLIS JAARBEURS | 19:00 UUR

UTRECHT 05-11-2023

KINEPOLIS JAARBEURS | 15:30 EN 20:00 UUR

ZWOLLE 08-11-2023

THEATER BUITENSOOS | 20:00 UUR

BEVER | bever.nl/eoft

Voorverkoop: € 19 | € 16 Leerlingen/Studenten

Avondkassa: € 24 | € 20 Leerlingen/Studenten

DE BESTE OUTDOORFILMS VAN HET JAAR
© Sophie Planque
P R O D U C E D B Y
JE TICKETS!
BESTEL NU

In ‘Mijn verhaal’ vertellen leden over hun bergsportervaringen. Dit jaar lees je de verhalen van vrijwilligers van de NKBV over hun rol in de vereniging.

Wedstrijdjury

Gezellig, leuk en leerzaam

Een scherp oog voor detail, een goede focus, kennis van klimmen en veerkracht als je een foutje hebt gemaakt: de wedstrijdjury moet het allemaal hebben. Peter van Dijk is als jurylid al dertien jaar een van de vaste gezichten bij de Nederlandse klimwedstrijden. ‘Prachtig om te zien hoe met de jaren de klimmers én de routes zich hebben ontwikkeld.’

Als zijn zoon deelneemt aan wedstrijden, komt Peter voor het eerst in aanraking met de wedstrijdsport. Na enkele jaren raakt ook zijn dochter enthousiast voor klimwedstrijden. Peter gaat dus vaak mee naar klimhallen door het hele land. Daar begint zijn carrière als wedstrijdjury: ‘Ik dacht: als ik er toch de hele dag ben, kan ik maar beter het nuttige met het aangename verenigen en een bijdrage leveren aan die mooie klimsport.’

De dag als jury

Na een paar keer meelopen met ervaren juryleden kan Peter aan de slag als zelfstandig jurylid. Met de jaren is de klimsport in Nederland – en daarmee het aantal wedstrijden – gegroeid. Zes tot tien keer per jaar spendeert Peter een zaterdag of zondag in de klimhal, voorzien van zijn jurymateriaal en herkenbare blauwe bodywarmer.

‘Van tevoren bekijk ik de routes goed en tijdens de brie ng krijgen we de bijzonderheden over de routes en boulders toegelicht. Vooral bij boulders is het belangrijk dat ik weet welke grepen precies de instap, zone en eindgreep vormen. Bij een leadroute probeer ik de greepnummering zo goed mogelijk uit mijn hoofd te kennen, zodat ik kan meetellen als de klimmer bezig is.’

Verantwoordelijkheid

Jurylid zijn vereist niet alleen een scherpe focus, maar brengt ook een grote verantwoordelijkheid met zich mee. ‘Ik neem toch de beslissing over iemands score. Dan wil ik wel constant scherp en gefocust blijven. Ik wil recht doen aan iemands prestatie en trek het me wel persoonlijk aan als toch blijkt dat ik een verkeerde score heb genoteerd. Al komt dat gelukkig zelden voor.’

Een inspirerende

taak

Een hele dag tussen enthousiaste klimmers doorbrengen die zich op knappe wijze door routes en boulders werken: jurylid zijn is een inspirerende en uitdagende taak. Met gemak somt Peter een aantal pluspunten op van zijn vrijwilligersfunctie: ‘Bij elke wedstrijd is er een gezellige club juryleden en gezamenlijk proberen we de wedstrijd tot een goed einde te brengen. Doordat ik al lang als jury rondloop, heb ik klimmers zien uitgroeien vanuit de jeugdcategorie tot volwassenen, dat is erg leuk om mee te maken. Daarbij is het heel leerzaam om te zien hoe bepaalde passen die er vanaf de grond onmogelijk uitzien, door klimmers worden opgelost.’

De wedstrijdsport groeit. Er zijn dus steeds meer juryleden nodig. Iets voor jou? Kijk dan eens naar de jurycursussen van de NKBV Academie.

mijn verhaal
HOOGTELIJN 4-2023 | 87
NAAM: Peter van Dijk (62) FAVORIETE ACTIVITEIT IN DE BERGEN: klettersteigen FAVORIET KLETTERSTEIGGEBIED: Dolomieten Tekst Eva van Wijck Beeld Peter van Dijk

Volg @hoogtelijn op Twitter voor het laatste nieuws van de redactie. Tips zijn welkom op hoogtelijn@nkbv.nl.

De laatste generatie

In de zeven jaren dat fotogra en kunstenaar Diewke van den Heuvel besteedde aan het fotograferen voor het boek Melting Heart, zag ze met eigen ogen de Aletschgletsjer stukje bij beetje verdwijnen. De Aletschgletsjer, de grootste en langste van de Alpen, smelt zo hard, dat hij over zeventig jaar verdwenen zal zijn. Zeventig jaar, de tijdspanne slechts van een mensenleven. Diewke is moeder van een jonge zoon. Een jong mens dat in zijn leven waarschijnlijk het einde van de Aletschgletsjer gaat meemaken. Eeuwenlang onvoorstelbaar, nu een nachtmerrie-achtige realiteit. In dit fotoboek toont Diewke haar Aletschgletsjer: in de zomer, in de winter, in details en in overzichten, met haar zoon en in de tijd. Er zitten prachtige opnamen tussen, beelden die me als beschouwer dwingen om nog een keer en nog een keer opnieuw te kijken. Wat ik jammer vind, is dat de enige context die de foto’s meekrijgen, de vier verschillende voorwoorden over de gevolgen van de klimaatverandering voor onze leefwereld zijn. Deze context gee mij te weinig houvast en laat de foto’s daardoor vaak te toevallig zijn. Waarom deze uitsnede of combinatie van beelden, waarom niet een meter verderop of vanuit een ander perspectief? Hoewel het grote verhaal duidelijk is, had meer informatie bij de beelden het geheel veel toegankelijker kunnen maken. [Frank Husslage]

Klimmen, maar dan anders

Ooit de lm Crouching Tiger, Hidden Dragon gezien? Daarin zaten geweldige scènes waarin mensen in bamboebomen klimmen. De lichtheid van de bewegingen sprak ook veel klimmers aan. De Franse Audrey Nerat lijkt door die lm geïnspireerd, al verwijst haar bijnaam naar een andere lm: de Franse Jane. Via instagram.com/audrey.nerat zie je haar van boom naar boom klimmen. Op blote voeten, maar dat spreekt natuurlijk voor zich.

Hangen werkt

Melting Heart

Diewke van den Heuvel e.a. Lecturis (2023), lecturis.nl

ISBN 9789462264700

€40

Blozende bergen

Stan, een professor in de paleontologie, loopt rond met een idee- xe. Wat is er waar van een verhaal over het skelet van een dinosaurus, dat hij ooit hoorde in zijn jeugd? Als het waar zou zijn, zou hij in de bergen op de grens van Italië en Frankrijk de vondst van zijn leven kunnen doen. Hij zet alles op alles en vertrekt met zijn vriend en voormalige assistent Umberto en een berggids de bergen in. De inmiddels in de wetenschappelijke hiërarchie opgeklommen Umberto brengt ook zijn assistent mee, een

Wat gebeurt er als je twee keer per dag een sessie op je hangboard uitvoert? En wat gebeurt er als je dat twee jaar volhoudt? De Zweedse klimmer Emil Abrahamsson zweert bij deze aanpak en laat in een video zien hoe hij te werk gaat. Let op: de inhoud is gesponsord door Crimpd, de maker van een gratis app voor hangoefeningen, maar er zit wel degelijk een hoop kennis achter. Bekijk de video via tinyurl.com/ m9vvdhc5 of scan de QR-code.

link naar de vroegere professionele verhouding tussen Stan en Umberto. Vier mannen die twee maanden lang in een afgelegen vallei op elkaar aangewezen zijn hadden het zoveelste klassieke overlevingsverhaal kunnen opleveren.

Maar Honderd miljoen jaar en een dag wordt meer, veel meer. Al was het maar vanwege de kinderlijk spontane omgang met de taal door auteur Jean-Baptiste Andrea. Terugduikend in zijn kindertijd ziet hij bijvoorbeeld de ‘piereneeën’ als een bijzondere dierensoort en

herkent hij in het Alpenglühen het blozen van de bergen. Dat zijn net mensen. Op de laatste pagina’s zakt het verhaal helaas wat in, maar dat ontnam mij gelukkig niet het grote leesplezier dat de voorgaande hoofdstukken me boden.

[Frank Husslage]

Honderd miljoen jaar en een dag Jean-Baptiste Andrea Uitgeverij Oevers (2022), uitgeverijoevers.nl ISBN 9789493290181

€23,50

88 | HOOGTELIJN 4-2023
gespot
Onder redactie van Frank Husslage en Ico Kloppenburg

Geïnspireerd door de pioniers

Er lijken tegenwoordig maar twee soorten bergliteratuur te bestaan: een verslag van een drama in de bergen of een ko etafelboek vol schitterende foto’s. The Soul of Mountaineering is een beetje van beide en gee bovendien het nodige inzicht in de geschiedenis van het bergbeklimmen, maar met een moderne twist.

Martin Fickweiler is een ervaren klimmer en getalenteerd fotograaf. Hij neemt de lezer mee op een fascinerende tocht langs bekende en minder bekende Europese toppen. Hij trakteert de lezer daarbij niet alleen op een aantal zeer bijzondere historische feiten over de eerstbeklimmingen, hij beklom de routes die in het boek worden beschreven ook zelf. Een tijdrovende onderneming, die het boek een stuk authentieker maakt. De enthousiaste klimmer-auteur-fotograaf zorgt voor een perfecte balans tussen de geschiedenis en zijn verslagen van de hedendaagse, populaire beklimmingen van diezelfde bergen. Ik kon de ko e ruiken die hij tijdens het klimmen dronk; ik voelde de koude mist rond de toppen en ik vierde zijn successen mee. Ik heb genoten van alle wetenswaardigheden over de eerstbeklimmingen en zijn persoonlijke kijk op elke top. Alle bergverhalen zijn geïllustreerd met prachtige foto’s. Dit verrijkt de leeservaring. Als klimmer had ik ook nog graag de topo’s van de routes gezien, en oude foto’s van de eerstbeklimmingen zouden helemaal fantastisch zijn geweest, maar

25 Jaar L’Alpe

Het Franse tijdschri L’Alpe –Cultures et patrimoines de l’Europe alpine viert dit jaar twee jubilea: het magazine bestaat 25 jaar en het honderdste nummer is verschenen.

Het blad, dat eens in de drie maanden verschijnt, behandelt de Alpen met name als cultuurlandschap. De mens staat centraal sinds het eerste nummer uit 1998. Het initiatief komt van het Musée Dauphinois in Grenoble, maar de onderwerpkeuze eindigt niet bij lands- of taalgrenzen.

WitRood wandelpodcast

Is het een primeur, een podcast in het Nederlands over langeafstandswandelingen?

Misschien, maar los daarvan is WitRood sowieso de moeite waard om eens te luisteren als je blij wordt van lange wandelingen.

het ontbreken hiervan doet niets af aan de inhoud van het boek. Dankzij de combinatie van korte anekdotes, persoonlijke ervaringen en sfeervolle foto’s heb ik veel nieuwe ideeën opgedaan. Toen ik het boek uit had wilde ik niets liever dan mijn uitrusting en paspoort pakken en eropuit, die toppen beklimmen. Dit is een verfrissend en inspirerend boek voor ervaren alpinisten, bergbeklimmers vanuit de luie stoel en lie ebbers die iets willen leren over de Europese klimgeschiedenis en geïnspireerd willen worden om in de voetsporen van pioniers te treden.

The Soul of Mountaineering Martin Fickweiler

Dato (2023), lecturis.nl

ISBN 9789462264717

€39,99

In de wereld van de Nederlandse alpenlie ebbers is Ötzi de eerste man uit de bergen; het Franstalige L’Alpe gaat vaak nog een paar duizend jaar verder terug. In het jubileumnummer is aandacht voor zevenduizend jaar geschiedenis van de mens en de berg: van de eerste boerengemeenschappen die zich permanent in de Alpen vestigden, tot het toerisme van vandaag, vastgelegd door fotograaf Hans Peter Jost en becommentarieerd door Daniël Anker. Het rijk geïllustreerde blad lijkt geen aspect

van het alpiene leven over te willen slaan. Zo was er de afgelopen jaren ook aandacht voor brood en liedjes uit de Alpen. Vaak worden elementen van zomer- en wintersport behandeld. Maar ook de huidige problemen rond de opwarming van de aarde en verduurzaming komen aan bod. Het equivalent van de Hoogtelijn-rubriek Gespot telt in L’Alpe zo’n zeven pagina’s. De vele prachtige illustraties in het blad zullen voor alle berglie ebbers een lust voor het oog zijn.

[Daan Meijer]

Wybo Vons hee zijn sporen professioneel verdiend als tekstschrijver en duikt in deze podcast telkens in een wandelavontuur.

Op een rustige manier, in de interviewvorm, zodat het een mooie aanvulling is op een geschreven verhaal of video. Luister bijvoorbeeld naar het interview met Marianne Carrière over La Grande Traversée des Alpes via tinyurl.com/3rtyv48r of de QR-code.

L’Alpe is een uitgave van Glénat, lalpe.com

Losse nummers kosten €18

HOOGTELIJN 4-2023 | 89

Hoogtelijn 5-2023 verschijnt 24 november

Colofon

Hoogtelijn is het o ciële tijdschri van de Koninklijke Nederlandse Klim- en Bergsport Vereniging (NKBV). Het verschijnt vijf keer per jaar. De redactie staat open voor bijdragen van leden en derden waarbij de redactie het recht hee , zonder opgave van redenen, de bijdragen niet te plaatsen. Het al dan niet op verzoek van de redactie aanbieden van artikelen aan Hoogtelijn impliceert toestemming voor openbaarmaking en verveelvoudiging ten behoeve van de elektronische ontsluiting van Hoogtelijn. Overname van (delen uit) artikelen is alleen toegestaan na schri elijke toestemming van de redactie van Hoogtelijn

Redactie

Peter Daalder (hoofdredacteur)

Marjolein Wols (eindredacteur)

Rinske Brand, Lineke Eerdmans, Frank Husslage, Rien Jans, Marieke van Kessel, Ico Kloppenburg, Florian van Olden, Noor van der Veen, Eva van Wijck

Vaste medewerkers

Suzan van der Burg, Jody Hagenbeek, Dim van den Heuvel, Christine Tamminga, Peter Uijt de Haag (correctie), Saskia Gottenbos (cartogra e), Toon Hezemans (illustratie), Manon Stravens (interview)

Redactieadres

NKBV, t.a.v. Hoogtelijn, Postbus 225, 3440 AE Woerden hoogtelijn@nkbv.nl hoogtelijn.nl

Advertentie-exploitatie hoogtelijn@nkbv.nl

0348-409521

Productie en vormgeving

Studio ManagementMedia, Hilversum Anita Baljet, Jantine van den Born

Druk

Senefelder Misset, Doetinchem

Oplage: 44.400

ISSN: 1387-862X

Los abonnement

Niet-leden kunnen zich abonneren op Hoogtelijn voor € 32,50 per jaar. Kijk op nkbvwebshop.nl.

Koninklijke Nederlandse

Klim- en Bergsport Vereniging

Bellen

0348-409521

Bezoeken

Houttuinlaan 16 A, 3447 GM Woerden

Schrijven

Postbus 225, 3440 AE Woerden

Betalen

Bank: IBAN NL84RABO0161417213

BIC RABONL2U

90 | HOOGTELIJN 4-2023
vooruitblik
Salzburg The Sound of Music Geigenkam De hoge viool
Gomera Gefloten taal
La
THEMA MUZIEK
Berginstrumenten Hoorngeschal

KLAAR VOOR DE WINTER?

Meld je aan en ontvang als eerste bericht over de lancering van de winterreizen

bergsportreizen.nl/winterreizen

We are the Mountain People.

Where some see rock, we see lines. Where some see peaks, we see possibility. Where some see rain lashed ridgelines or impenetrable fog, we see an opportunity to challenge our skills.

WWW.RAB.EQUIPMENT
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.