Baboesjki: baboesjka’s Irkoetsk 94
95
Rode vaandels wapperen over de Oelitsa Lenina, de tram strandt in drommen volk. Flarden van geëxalteerde luidsprekerstemmen drijven ons tegemoet. Zijn het de leninisten die zich hebben gehergroepeerd en nu hun straat opnieuw opeisen? Nee, de vaandels zijn coca cola-rood, zien we naderbij gekomen. Het is vandaag ‘Stadsdag’: Irkoetsk is 349 jaar geleden gesticht als handelspost aan de Angararivier. Toch heeft de carnavaleske optocht, compleet met een prachtige koningin, schaars gekleed dansend bij een temperatuur van zeven graden, ook wel iets sociaal-realistisch. Tableaux vivants van de diverse maatschappelijke geledingen stappen voort: de hotelportiers, de bierbrouwers, de hare krisjna’s, de meisjes van de dansschool, allemaal met hun eigen kledij en hulpstukken. Een jong, vrolijk en enthousiast publiek staat langs de kant. Irkoetsk is een stad waar we ons meteen op ons gemak voelen en dat komt door de afwezigheid van pretentie. Het is hier armelijker en volkser dan in de andere steden die we bezochten, dichter bij Boerjatië en de andere ‘etnische’ deelrepublieken – derdewereldachtig. Overal waar gewerkt wordt, overheersen Mongoolse gezichten – op de centrale markt en op de bouwsteigers zie je haast niet anders. De Karla Marksa is de leukste straat die we tot nu toe tegenkwamen: gezellig, afwisselend, bescheiden in bouwhoogte en ornamentiek: de hoofdstraat van een grote provinciestad, met veel art-decogebouwen in pasteltinten en twee schitterende rijen bomen, nu vol in bloesem. Maar ook hier geldt dat je één blok van de Karla Marksa van-