Jobat 7 april 2012

Page 7

06 07

‘Twee jaar geleden moesten we tijdens een erge sneeuwbui aan de slag op de Antwerpse Boerentoren. Dan ben je blij wanneer je weer beneden staat’ Martijn van der Knaap, klimmer

ter blijven. Om veiligheidsredenen wordt hij in het water steeds bijgestaan door twee andere collega's. Op de andere oever treffen we Bert, een van de medestichters van het bedrijf. Hij heeft zelf twintig jaar ervaring als duiker. Vandaag houdt hij samen met zijn collega Michel een oogje in het zeil vanuit de bestelwagen met controls. Vanhieruit krijgt duiker Laurent, die al sinds half negen in het water zit, lucht, en via een radioverbinding kunnen de collega's op de oever contact houden. En Michel mag er met zijn rubberlaarzen, fluohesje en helm uitzien als een gewone werfleider, dat neemt niet weg dat ook hij duiker is. ‘Je moet desnoods zelf daar beneden kunnen gaan kijken wat er gaande is’, klinkt het. Ondanks het indrukwekkende arsenaal, is het werk dat de duikers vandaag voor de kiezen krijgen, erg basic. De kraan op het ponton zet de paletten met zandzakken klaar op de bodem van het kanaal, waarna de duiker de zandzakken over de kabel legt. Vaak is het werk veel gecompliceerder. Zo wordt het team ingeschakeld voor de inspectie van sluizen en schepen, boor-, slijp- en laswerken, beton storten en bekistingen. Desgewenst maken ze onder water ook videoopnames. Ook wanneer de brug in Lanaken wordt gedynamiteerd, zullen ze standby staan om de vaargeul zo snel mogelijk vrij te maken. Geen knelpuntberoep Een onderwaterwerker is in de eerste plaats een geschoolde vakman. Wie het vak wil leren, moest tot voor kort naar het buitenland voor opleiding; ook William genoot zijn opleiding in Schotland. Sinds kort biedt Syntra in Antwerpen een opleiding operator onderwaterwerken aan. Bert wil het onderwaterwerk echter geen knelpuntberoep noemen. ‘Er is genoeg belangstelling voor’, klinkt het. ‘Maar slechts weinig kandidaten zijn uit het goede hout gesneden. Je hebt tijd nodig om een goede duiker te worden. Je kunt beter een goede vakman leren duiken dan omgekeerd; uiteindelijk is dat duikpak ook maar een manier om op je werk te raken.’ ‘Neen’, is het verrassende antwoord als we aan William vra-

gen of hij van zijn hobby zijn beroep heeft gemaakt. ‘Ik duik nu vijf jaar, en ben vorig jaar voor het eerst gaan sportduiken op Cuba. Mijn vriendin vond het geweldig. Ik had vooral spijt dat ik mijn boormachine thuisgelaten had (lacht).’ Hoog poetsen Van onder- naar bovengronds. We treffen Martijn van der Knaap en Tjorven De Malsche in een afgedankte steengroeve in Comblain-au-Pont in Luik. Decennialang werd de rots uitgehouwen voor de natuursteen; nu lijkt het alsof er een monsterachtige hap uit de berg genomen is. De twee beroepsklimmers zijn bezig een parcours voor rotsklimmers aan te leggen tegen de dertig meter hoge wand, nadat ze eerst het gesteente verwijderd hebben dat door de wintervorst los is komen te zitten. Nederlander Martijn woont intussen 14 jaar in België. ‘Ik liep stage in Comblain en ben er lange tijd blijven werken als buitensportinstructeur. In dezelfde periode leerde ik ook mijn vrouw kennen, die hier in de buurt werkt.’ Ook de samenwerking met Tjorven dateert uit die periode. ‘We zitten al elf jaar op elkaars kap’, lacht Tjorven. Martijn is intussen zeven jaar zelfstandig aan de slag onder de noemer THAD: Travaux en Hauteur et d'accès difficile. ‘Zeg maar gerust: alle klussen waar je met een ladder niet bij kunt.’ Een vlag die vele ladingen dekt, zo blijkt. De mannen van THAD inspecteren zend- en gsm-masten, voeren hoog boven de grond onderhoudswerken en herstellingen uit of helpen bij het omzagen van hoge bomen. ‘Het werk is niet altijd even ingewikkeld’, zegt Martijn. ‘Soms komt het erop neer dat je heel erg hoog aan het poetsen bent. Maar een gedegen technische scholing is voor de meeste oprdachten een must.’ Weer en wind Het werk in de groeve in Comblain bevalt de mannen wel. ‘In de natuur is het sowieso rustiger werken dan boven een druk stadscentrum’, weet Tjorven. Vandaag zijn de werkomstandigheden dan ook aangenaam: een bleek zonnetje

en weinig wind. Martijn herinnert zich andere dagen. ‘Soms werken we door in het donker; met wat extra spotlights en een lamp op je helm, lukt dat best. De zwaarste klus was het reinigen van een cementoven in Visé. In die toren was het minstens veertig graden heet. Er moest een hele laag cementresten weggebeiteld worden. Om het kwartier werd je afgewisseld, anders was de hitte niet te harden. Twee jaar geleden moesten we tijdens een erge sneeuwbui aan de slag op de Antwerpse Boerentoren, om te verhinderen dat er beton naar beneden kwam. Dan ben je blij wanneer je weer beneden staat.’ Tijdens de barre wintermaanden ligt het klimmen wat stil. Om die leemte op te vullen, heeft Martijn een nieuwe niche aangeboord: het isoleren van kruipruimtes. Zijn ervaring als speleoloog komt daarbij van pas. Risico's? Wie de mannen tegen de bergwand ziet klauteren en tegelijkertijd aan de slag gaan met doodgewone slijpschijven en boormachines - er bestaat immers niet zoiets als speciaal klimmers-alaam -, houdt de adem in. Zijn Martijn en Tjorven nooit bang om te vallen? ‘Je moet vertrouwen op je materiaal’, zegt Martijn. ‘Tenslotte hang je vast met twee dynamische touwen en een gordel. Elke dag check je het materiaal voor je naar boven gaat, jaarlijks wordt het ook extern gekeurd. En bij de minste twijfel: vervangen! Er zijn risico's, maar dit werk is al bij al minder gevaarlijk dan werken met hoge stellages: daar kun je vanaf vallen, of materiaal naar beneden laten vallen. Hier hangt alles en iedereen stevig vast.’ ‘Voor cowboystreken is er sowieso geen plaats,’ vult Tjorven aan. ‘Niet alleen heeft het geen zin, het is ook nefast voor de veiligheid. Je hoofd erbij houden is de boodschap.’ Hoe lang zien de mannen, beide jonge dertigers, zich dit nog doen? ‘Tot 62 jaar zeker?’, lacht Martijn. ‘Het is natuurlijk zwaar en fysiek moeilijk werk. Maar er staat geen maximumleeftijd op; zolang je je goed voelt, kun je blijven klimmen. Ik ken zestigers die nog wekelijks de rots opgaan. Het is zoals met fietsen: dat verleer je nooit.’


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.