LANDWERK #6 / 2013
13
Met veegplan focus weer op stimuleren ontwikkeling Martijn Kegler: projectleider buitengebied en ruimte Rho adviseurs voor leefruimte
Sinds 2008 zijn gemeenten druk bezig geweest met het actualiseren van de bestemmingsplannen, ook voor het landelijk gebied. Natuurlijk met de bedoeling om ook ontwikkelingen in deze bestemmingsplannen mee te nemen. Doordat de actualisatie veel omvattend was en onder hoge tijdsdruk moest plaatsvinden is dat vaak niet gelukt. De planning en het halen van de deadline van 1 juli 2013 kregen daarbij immers voorrang boven de inhoud. Daarom is het nu tijd voor het opnieuw stimuleren van ruimtelijke ontwikkeling met kwaliteit.
Hans Damen: clustermanager Legal Rho adviseurs voor leefruimte
D
e grootscheepse actualisatie van de bestemmingsplannen is voor gemeenten in veel gevallen eigenlijk een gemiste kans. Om ‘meters te maken’ zijn veel plannen namelijk behoorlijk conserverend opgesteld. Gezien de economische situatie is het juist van groot belang dat bewoners en bedrijven die met hun initiatieven een bijdrage kunnen leveren aan de kwaliteit van het landelijk gebied, gestimuleerd worden en verder geholpen. Tijd dus om de focus weer te leggen op het stimuleren van ontwikkeling. Er zijn voldoende initiatieven in het landelijk gebied, maar geld ontbreekt nog wel eens. Ruimtelijke procedures worden dan gezien als een moetje dat ook nog eens geld kost. Maar, met zo efficiĂŤnt mogelijke plannen en procedures krijgen initiatieven die de economie in het landelijk gebied stimuleren juist ruimte. Dan is dat ruimtelijke proces een investering in een levend(ig) landelijk gebied. Met een uitnodigend planproces kan een veegbestemmingsplan het instrument zijn om met initiatiefnemers in gesprek te komen en tot realisatie van plannen te komen!
Door Martijn Kegler en Hans Damen
Geen tijd om uit te puffen! 1 juli 2013 was niet zomaar een dag in de ruimtelijke ordening. Bij de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) in 2008 werd de actualiseringsplicht aangescherpt. Deze verplicht gemeenten om te beschikken over ruimtelijke plannen die niet ouder zijn dan tien jaar, waarbij voor oudere plannen een overgangstermijn gold die afliep op 1 juli 2013. Resultaat van deze wetswijziging is dat sinds 2008 veel gemeenten zijn begonnen aan een inhaalslag of actualiseringsslag van hun planvoorraad om op 1 juli 2013 te beschikken over actuele vastgestelde bestemmingsplannen of beheersverordeningen. Zo ook voor het landelijk gebied. Dankzij de actualiseringsslag is er op dit moment sprake van een veel betere kwaliteit van de bestemmingsplannen dan tot die tijd het geval was. Voor een groot deel zijn dit bestemmingsplannen, maar ook het nieuwe instrument beheersverordening is aan een opmars bezig. Veel gemeenten beschikken nu voor grote delen