wereld vol verhalen
Kennismaken met levensbeschouwelijke stromingen
Inhoudsopgave
Inleidende lessen
1. Vragen, vragen… 6
2. De grote godsdiensten van de wereld 10
3. Wat is waar? 13
Hindoeïsme
4. Alles wat leeft is met elkaar verbonden 18
5. Jouw plek in de wereld 22
6. De goden van het hindoeïsme 26
7. Divali 35
8. Yoga en meditatie 38
Boeddhisme
9. Siddhartha Gautama, de Boeddha 44
10. Vrij worden 47
11. Monniken en nonnen 51
12. Mededogen 55
13. Verhalen vol wijsheid 58
Jodendom
14. Eén God 64
15. Pesach, het feest van bevrijding 67
16. Tien leefregels 71
17. De kracht van verhalen 74
18. Waar ben je thuis? 79
Christendom
19. Kerken en rituelen 84
20. Jezus 88
21. De Bijbel 91
22. Wat geloven christenen? 98
23. Christelijke feesten 101
Islam
24. De profeet Mohammed 108
25. Wat gebeurt er in een moskee? 111
26. Leven als een moslim 114
27. Islamitische feesten 118
28. Gelooft elke moslim hetzelfde? 123
Humanisme
29. Wie zijn wij? 128
30. Redelijkheid 131
31. Vrijheid en gelijkheid 134
32. Natuurlijkheid 138
33. Verbondenheid 140
Afsluitende lessen
34. Jouw waarheid, mijn waarheid 146
35. Een wereld vol verhalen 149
Voorwoord
Al zolang er mensen zijn, stellen ze vragen. Wat is waardevol en belangrijk in het leven? Waarom gebeuren nare dingen? Is er een hogere macht die alles bestuurt? Het zijn vragen waar zeer uiteenlopende antwoorden op gegeven worden. Vaak spelen verhalen daarbij een rol, want met verhalen kun je vertellen over onderwerpen die niet (helemaal) in een theorie te vangen zijn.
Dit lespakket bevat 35 lessen voor groep zes, zeven en acht van de basisschool. In de lessen maken kinderen kennis met belangrijke levensbeschouwelijke stromingen: hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom, islam en humanisme. Bij elke les hoort een verhaal, als inkijkje in de belevingswereld van een levensbeschouwelijke stroming.
Het lespakket bestaat uit drie onderdelen: dit lesboek, het verhalenboek Wereld zonder tranen en de website www.een-wereld-vol-verhalen.nl. De lessen zijn verdeeld in blokken van vijf lessen per stroming. U kunt ervoor kiezen om in een schooljaar alle lessen te geven, maar u kunt ze ook spreiden over meerdere jaren.
In de lessen speelt het kennis-aspect een belangrijke rol. De kinderen maken kennis met heilige boeken, gebouwen, feesten en rituelen, belangrijke personen uit de verschillende stromingen, etc. Maar het gaat niet alleen om kennis: de kinderen proeven ook iets van de levensbeschouwelijke beleving van mensen uit verschillende tradities. Door de actieve werk- en spelvormen merken ze dat levensbeschouwing niet alleen gaat over wat je denkt en wat je zegt, maar ook over wat je doet en wat je voelt. De kinderen gaan in de lessen ook op zoek naar hun eigen ideeën, vermoedens en gevoelens ten aanzien van levensbeschouwingen.
Het lespakket begint met drie inleidende lessen. Daarin ontdekken kinderen onder meer wat een levensbeschouwing is. In deze lessen wordt ook stilgestaan bij verschillende waarheidsaanspraken: aan de hand van verhalen leren kinderen hoe verschillende waarheden naast elkaar kunnen bestaan. In de afsluitende lessen gaan kinderen met elkaar in gesprek over hun eigen levensbeschouwelijke positie en spelen ze een kennisquiz om terug te blikken op de verschillende levensbeschouwelijke stromingen.
We hopen dat dit lesmateriaal u kan inspireren om met de kinderen op ontdekkingstocht te gaan naar de wereld van de levensbeschouwingen. Het is een wereld vol verhalen, vol verrassingen en vol bijzondere ontmoetingen. In de multiculturele en multireligieuze samenleving van vandaag is het belangrijk dat kinderen hier kennis mee maken. Dit helpt hen om de wereld om hen heen beter te begrijpen en geeft hen de kans om hun eigen levensbeschouwing verder te ontwikkelen.
Veel plezier en succes gewenst met de lessen!
Vragen, vragen…
Inleidende lessen
lesdoel De kinderen leren wat levensbeschouwelijke stromingen zijn. Vragen spelen daarbij een belangrijke rol.
wat u nodig heeft – het boek Wereld zonder tranen (Kwintessens 2019) – digibord met toegang tot de website www.een-wereld-vol-verhalen.nl – vier grote vellen papier met een letter: A, B, C en D. Hang een letter in elke hoek van het lokaal. Er moet een groepje kinderen bij een letter kunnen staan. – kopieën van het werkblad – pennen/tekenspullen
Wat zijn levensbeschouwelijke stromingen?
Achtergrondinformatie voor de leerkracht
Ieder mens heeft, bewust of onbewust, een visie op het leven. Je vindt bepaalde dingen belangrijk en waardevol, je geniet van dingen of je hebt er juist een hekel aan. Je hebt opvattingen over mensen en de wereld en je hebt ideeën over wat goed is. Al die dingen kunnen voor ieder mens heel persoonlijk zijn. Maar toch zijn er ook overeenkomsten: groepen mensen staan op een vergelijkbare manier in het leven. Dat wil zeker niet zeggen dat iedereen in zo’n groep over alles hetzelfde denkt; wél dat er raakvlakken zijn. Zo’n groep menselijke opvattingen en ervaringen noemen we een levensbeschouwelijke stroming. Die kan gevormd worden door een grote religieuze traditie, zoals het hindoeïsme of de islam. Maar ook een levenshouding of levensfilosofie kan de samenbindende factor in een levensbeschouwelijke stroming zijn.
l Introductie
Lees het verhaal ‘Hodja weet alles’ voor uit het boek Wereld zonder tranen, p. 12-13. Bespreek daarna met de kinderen: Welke vragen stelden de geleerden? (Schrijf ze op het bord.) Bestaat er wel een goed antwoord op die vragen? En zo ja: Kan iemand dat antwoord weten? Wat vinden de kinderen van de antwoorden die Hodja gaf?
l Kern
Vertel de kinderen dat ze nu zelf moeten gaan nadenken over een paar lastige vragen. Ze hoeven niet bang te zijn dat ze het verkeerde antwoord geven; het gaat er bij deze activiteit niet om of het antwoord goed is. In het lokaal hangen vier letters. Bij elke vraag gaan de kinderen bij de letter van hun keuze staan. De vragen en mogelijke antwoorden verschijnen op het digibord. Vraag de kinderen na elke vraag om even om zich heen te kijken wie nog meer bij deze letter staat.
1 Vragen, vragen…
Vragen
1. Waarvan zijn er het meest in de wereld: planten, dieren of mensen?
a. Planten
b. Dieren
c. Mensen
d. Het verschilt per seizoen
2. Wat is lekkerder: wortels of sperziebonen?
a. Wortels
b. Sperziebonen
c. Even lekker
d. Even vies
3. Wat is het ergst: liegen, iemand pijn doen, stelen of iemand buiten sluiten?
a. Liegen
b. Iemand pijn doen
c. Stelen
d. Iemand buiten sluiten
4. Waarom maken mensen soms ruzie?
a. Iedereen wil leuke dingen en er is niet genoeg voor iedereen
b. Omdat mensen nu eenmaal domme en verkeerde dingen doen
c. Ze willen laten zien hoe sterk ze zijn
d. Omdat ze andere mensen stom vinden
Inleidende lessen
Bespreek daarna: Iedereen heeft op elke vraag een eigen antwoord gekozen. Waren er ook kinderen die vaak hetzelfde kozen als jij? Misschien zelfs iemand die op alle vragen hetzelfde antwoord gaf?
Leg uit: ‘Het leven zit vol vragen. Iedereen kan zijn eigen antwoord geven op die vragen. Maar soms ontdekken mensen, dat er anderen zijn die dezelfde antwoorden geven als zij zelf. Niet op alle vragen misschien, maar wel regelmatig. Die mensen delen iets met elkaar. Zo ontstaan levensbeschouwelijke stromingen – doordat mensen bepaalde ideeën en meningen met elkaar delen.’
Geef ieder kind een kopie van het werkblad. Lees samen het tekstje over levensbeschouwing en godsdienst en controleer of de kinderen begrijpen wat hier gezegd wordt. Vertel dat het de komende lessen zal gaan over levensbeschouwelijke stromingen. Soms zijn dat godsdiensten – bij hindoeïsme, jodendom, christendom en islam. Het kunnen ook andere vormen van levensbeschouwing zijn – bij boeddhisme en humanisme. De laatste twee zijn wel een levensbeschouwing, maar niet per se een godsdienst. (Hoewel de meningen daarover nog kunnen verschillen!)
1 Vragen, vragen…
l Samenvatting lesopbrengst
Inleidende lessen
Laat de kinderen in tweetallen met elkaar uitwisselen wat ze op het werkblad hebben geschreven en getekend. Vraag wat ze deze les geleerd hebben en waar ze nog benieuwd naar zijn voor de lessen die volgen.
l Afsluiting
Wie kan de moeilijkste vraag verzinnen? Bedenk met de groep een paar vragen waarop niemand het antwoord zeker kan weten.
Werkblad Vragen, vragen…





Levensbeschouwing en godsdienst
Inleidende lessen
De manier waarop mensen het leven ervaren, noemen we een levensbeschouwing. Iedereen heeft een levensbeschouwing. Als je gelooft in een God of in goden, heb je een godsdienstige levensbeschouwing. Er zijn ook levensbeschouwingen die niet godsdienstig zijn.
Opdracht
Waar denk jij aan bij het woord levensbeschouwing? Schrijf en teken het rondom de denkwolk. Je mag dingen noemen die te maken hebben met godsdienstige levensbeschouwingen, zoals bijvoorbeeld een kerk of een moskee. Maar het mogen ook andere dingen zijn; als het maar te maken heeft met levensbeschouwing.
Levensbeschouwing
De grote godsdiensten van de wereld
Inleidende lessen
lesdoel De kinderen leren welke grote wereldgodsdiensten er zijn en waar deze vooral voorkomen. Ze verkennen wat zij al weten van deze godsdiensten en geven aan of zij zichzelf met een van deze godsdiensten verbonden voelen.
wat u nodig heeft – het boek Wereld zonder tranen (Kwintessens 2019) – digibord met toegang tot de website www.een-wereld-vol-verhalen.nl
– zes grote vellen met de namen van levensbeschouwelijke stromingen: hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom, islam, humanisme. Hang deze vellen aan de muur.
– een ring (echt of papier) – een camera
Verspreiding van de godsdiensten
Achtergrondinformatie voor de leerkracht
In deze les worden de grote levensbeschouwelijke stromingen geïntroduceerd. Met een schematische wereldkaart krijgen de kinderen een indruk van de spreiding van deze stromingen over de wereld. De weergave daarvan is natuurlijk erg globaal; dat ziet u bijvoorbeeld al aan het feit dat Nederland op de wereldkaart als overwegend christelijk land wordt weergegeven, terwijl in ons land veel mensen met een andere godsdienst en zonder specifieke godsdienst wonen. Misschien valt het u en/of de kinderen op dat het blauwe (christelijke) gebied erg groot is. Dit heeft mede te maken met het koloniale verleden van Europa; het zijn vaak Europeanen geweest die het christendom naar delen van Afrika en Zuid-, Midden- en Noord-Amerika gebracht hebben.
l Introductie
Laat de kinderen de wereldkaart op het digibord zien en vertel dat deze kaart gaat over godsdiensten. Elke kleur verwijst naar een godsdienst die in een bepaald gebied veel voorkomt. (Het is natuurlijk lang niet de enige godsdienst in dat gebied! Maar wel de godsdienst die in dat gebied de meeste aanhangers heeft.)
Vraag of de kinderen kunnen raden waar de rode kleur naar verwijst. (Antwoord: islam)
En oranje? (hindoeïsme)
En blauw? (christendom)
Hoe zou het komen dat in een bepaald gebied veel mensen hetzelfde geloof hebben? (Leg uit: Dat kan te maken hebben met het feit dat het geloof daar ontstaan is, zoals bij het hindoeïsme. Maar het kan ook komen doordat mensen veel met elkaar over hun geloof praten. Helaas is het in de geschiedenis ook vaak gebeurd dat mensen gedwongen werden om een bepaald geloof te hebben (bijvoorbeeld bij christendom en islam).

Al zolang er mensen zijn, stellen ze vragen. Wat is waardevol en belangrijk in het leven? Waarom gebeuren nare dingen? Is er een hogere macht die alles bestuurt? Het zijn vragen waar zeer uiteenlopende antwoorden op gegeven worden. Vaak spelen verhalen daarbij een rol, want met verhalen kun je vertellen over dingen die niet precies uit te leggen zijn.
Met dit lesmateriaal maken de kinderen een ontdekkingstocht naar de wereld van levensbeschouwingen. Ze gaan op zoek naar hun eigen ideeën, verhalen en gevoelens ten aanzien van deze levensbeschouwingen. Zo nemen zij ook kennis van de verhalen en overtuigingen van degene die naast hen zit in de klas. Zijn er overeenkomsten met datgene wat jij gelooft of vindt? En wat zijn de verschillen? Kan het ene ook naast het andere bestaan? Wezenlijke vragen om juist al op de basisschool over na te denken en die voor kinderen helpend zijn om elkaar en de wereld om hen heen beter te begrijpen.
Aan de hand van dit lespakket maken kinderen uit groep zes, zeven en acht kennis met levensbeschouwelijke stromingen. In 35 lessen leren ze de wereld van hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom, islam en humanisme kennen.
Het lespakket bestaat uit dit lesboek, het verhalenboek Wereld zonder tranen en de website www.een-wereld-vol-verhalen.nl.