Gezond Bouwen & Wonen nr 3/2011

Page 1

Gezond Bouwen & Wonen

• Hofvitaal: zo wil ik wonen! • Een positieve draai voor ‘wacht’ruimtes

nr. 3, NOVEMBER 2011

Thema: energie


TONZON stopt koude vloeren Eindelijk een warme vloer en een flinke kostenbesparing. “Een goede besteding van ons spaargeld. Het geeft direct comfort en heeft onder de vloer een veel hoger rendement dan op de bank.”

“Ik ben blij dat ik die klus geklaard heb. Het verschil is echt opmerkelijk.”

Veel begane grond vloeren in Nederland zijn koud. Vooral aan het eind van de winter. De ‘koude zone’ onderin de woning blijkt eenvoudig te verhelpen met een unieke Nederlandse uitvinding. Bijzondere isolatietechniek TONZON heeft een unieke isolatietechniek ontwikkeld, waarbij lucht wordt gebruikt die overal gratis aanwezig is. Het opvouwbare isolatiemateriaal (Thermoskussen) ziet eruit als een flexibele thermosfles. De Thermoskussens blokkeren de permanente uitstraling van de vloer naar de koude grond onder ons huis. Hierdoor komt de vloer eindelijk op kamertemperatuur en koelt ’s nachts maar weinig af. De geniale Thermoskussens zijn zeer compact, wegen bijna niets maar zijn ijzer-

sterk en gemakkelijk aan te brengen. Ze worden gecombineerd met een stevige bodemfolie die beschermt tegen vocht en radongas. Dit geeft een droge kruipruimte en maakt een einde aan muffe lucht. Het effect is verbluffend en niet te vergelijken met andere isolaties, hoe dik deze ook zijn. Extra kostenbesparend TONZON bespaart veel meer energie dan een gewone vloerisolatie. Omdat een vloer voorzien van TONZON Thermoskussens warmer is, hoeft u minder heet te stoken om comfortabel te wonen. Doordat de afkoeling via de vloer achterwege blijft, slaat de kachel pas aan bij een lagere buitentemperatuur. Het ‘echte’ stookseizoen wordt dus veel korter en is vergelijkbaar met een etagewoning. De gemiddelde besparing komt daardoor op 15 tot 20% van het huidige verbruik en kan bij royaal stookgedrag zelfs oplopen tot wel 35%.

Voor Koud en klam

Na Warm en droog

Bewezen resultaat Dat de TONZON techniek fantastisch werkt, is wetenschappelijk onderbouwd. De besparing bij vloeren met vloerverwarming is nog hoger en de verwarming kan eindelijk goed geregeld worden. Ook de unieke infrarood beelden laten dit duidelijk zien. Bij de bepaling van het energie-label tellen de Thermoskussens dan ook veel zwaarder mee dan de dikke piepschuimblokken die nu in de nieuwbouw worden toegepast. De methode is zonder hakken of breken toepasbaar bij elke soort vloer.

Comfort voor u én voor het milieu. Wilt u meer weten over TONZON isolaties? Bezoek onze website www.tonzon.nl en bekijk de video’s op YouTube kanaal TONZONHR.

TONZON BV • Enschede • T: 053 - 433 23 91 • E: info@tonzon.nl • www.tonzon.nl • YouTube: TONZONHR


November 2011

INHOUD 12

18

I n gesprek met directeur Adriaan van Mierlo over zijn professionele achtergrond, zijn kijk op het organiseren van duurzaamheid en de vraag hoe hij de Expo vitaal houdt.

Concept

energie

De Expo gaat opgefrist door

Volop initiatieven ­lokale duurzame ­energie nergie zelf opwekken: is E dat een trend? Krijgen lokale energiebedrijven voet aan de grond? Komen er daadwerkelijk meer kansen voor duurzaamheid sinds de liberalisering van de energiesector? Een onderzoek naar de stand van zaken.

22

energie

Brabantwoning betaalbaar groen en gezond

Provincie Noord-Brabant ontwikkelde samen met vier gemeenten en vier woningcorporaties een concept voor een energiezuinige, gezonde en betaalbare woning. Doel: een duurzame woning bereikbaar voor iedere Brabander. De ontwikkelingen lopen storm.

24

stedenbouw

Een positieve draai voor ‘wacht’ruimtes

Door de nieuwe realiteit van economische en demografische krimp zijn verschillende projecten stopgezet of in de wacht gezet. Moeten we dan maar afwachten tot de eindelijk bouwwerkzaamheden kunnen beginnen? Welnee, we geven er gewoon een positieve draai aan. We beginnen nu al met ontwikkelen.

En verder… Colofon 5 Editoriaal 5 Marktberichten 6 Column Martin Dubbeling 11 Groene installateur 14 Column Chris Zijdeveld 17 De wereld van lijm 28 Beton moet en kan beter 36 Bouw & Woonwijzer 40 Agenda 42

32 32 Hofvitaal: zo wil ik wonen!

Visie Met een dunnere isolatieplaat met meer isolerend vermogen per dikte kan dunner gebouwd waardoor in bestaanVworden, oor de ideeënprijsvraag met detitel gebouwen een goedeluidde de ‘Zo wil ik wonen’ detaillering gewaarborgd de opgave om innovatieve,blijft. op de woonmarkt afgestemde ruimtelijke concepten te ontwikkelen. Een interdisciplinair team, werkend aan voorstellen voor gezond en milieusparend bouwen, nam de kans waar.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

3


WA A R H A A L D E N WA A R H A A L D E N HERZOG & DE MEURON HERZOG & DE MEURON DE ZACHT GEKLEURDE DE ZACHT GEKLEURDE LEEMSTUC VOOR LEEMSTUC VOOR MUSEUM MUSEUM KÜPPERSMÜHLE? KÜPPERSMÜHLE? Interieur Museum Küppersmühle für Moderne Kunst, Duisburg. Architekten Herzog & de Meuron. Interieur Museum Küppersmühle für Moderne Kunst, Duisburg. Architekten Herzog & de Meuron.

In Duisburg hebben de gelauwerde architecten Herzog & de Meuron een voormalig pakhuis In Duisburg hebben de gelauwerde architecten Herzog & de Meuron een voormalig pakhuis getransformeerd tot een schitterend museum. Voor de grote muuroppervlakken kozen zij Tierrafino getransformeerd tot een schitterend museum. Voor de grote muuroppervlakken kozen zij Tierrafino Leemfinish. Om verschillende redenen: het is kleur en stuc in één, het komt in zachte natuurlijke Leemfinish. Om verschillende redenen: het is kleur en stuc in één, het komt in zachte natuurlijke kleuren en het eindresultaat is adembenemend mooi. kleuren en het eindresultaat is adembenemend mooi. Tierrafino Leemfinish is in 1991 ontwikkeld door Carl Giskes, de oprichter van Leembouw Tierrafino Leemfinish is in 1991 ontwikkeld door Carl Giskes, de oprichter van Leembouw Nederland. Op zijn lange reizen door Afrika belandde hij in Djenné en zag daar de imposante lemen Nederland. Op zijn lange reizen door Afrika belandde hij in Djenné en zag daar de imposante lemen huizen. Terug in Nederland besloot hij het bouwen met leem hier in Nederland te introduceren. huizen. Terug in Nederland besloot hij het bouwen met leem hier in Nederland te introduceren. Hij was ook de man die het prachtige natuurlijke kleurenpalet van leem naar Europa haalde, een Hij was ook de man die het prachtige natuurlijke kleurenpalet van leem naar Europa haalde, een reeks nieuwe leemproducten bedacht en de toepassing van dit duurzame bouwmateriaal in een reeks nieuwe leemproducten bedacht en de toepassing van dit duurzame bouwmateriaal in een stroomversnelling heeft gebracht. stroomversnelling heeft gebracht. Tierrafino Leemfinish heeft in twintig jaar zijn kwaliteit ruimschoots bewezen. Als u gaat voor Tierrafino Leemfinish heeft in twintig jaar zijn kwaliteit ruimschoots bewezen. Als u gaat voor schoonheid, kwaliteit en duurzaamheid (en wij denken dat u daarvoor gaat), dan is het gebruik van schoonheid, kwaliteit en duurzaamheid (en wij denken dat u daarvoor gaat), dan is het gebruik van Tierrafino een logische beslissing. Het zijn niet de minste architecten die deze logica onderschrijven. Tierrafino een logische beslissing. Het zijn niet de minste architecten die deze logica onderschrijven. x De Tierrafino producten: • Leemfinish (kleur- en- leemstuc in één) • Duro (kleur- en- leemfijnstuc in één) • Listro (leem-glansstuc) (echteproducten: marokkaanse tadelakt) •(kleurI-painten(ecologische • T-paint leem-structuurverf) • (leem-glansstuc) Base (basisleem) Tierrafino • Leemfinish leemstuc inleemverf) één) • Duro (kleur-(decoratieve en- leemfijnstuc in één) • Listro x •DeStone • Stone (echte marokkaanse tadelakt) • I-paint (ecologische leemverf) • T-paint (decoratieve leem-structuurverf) • Base (basisleem)

Tierrafino Tierrafino

Archangelkade 23 1013 BE Amsterdam Archangelkade 23 Tel. 689 25 15 1013020 BE –Amsterdam Fax Tel. 020 020 –– 616 689 58 25 43 15 www.tierrafino.nl Fax 020 – 616 58 43 info@tierrafino.com www.tierrafino.nl info@tierrafino.com


Wereldveranderaars Het overlijden van Apple-topman Steve Jobs heeft

vaardigheden. Mitra zette een zogenaamde ‘Granny

veel pennen en tongen losgemaakt. (Dag)bladen

Cloud’ op, een netwerk van Britse vrijwilligers, die

overtroffen elkaar en zichzelf in uitputtende analy-

de kinderen als trotse oma’s aanmoedigen. Wekelijks

ses van de persoon, het concept, de succesformule.

worden verhalen, ideeën en complimentjes uitgewis-

Matthijs van Nieuwkerk initieerde een Nederlandse

seld via skype.

versie van de door Jobs gebruikte ‘Think Different’

Foto Liesbeth Dingemans

commercial.

BioCouture

‘Think different’ vind je ook terug bij de koplopers

Men neme wat microbacteriën, zet deze op kweek

in de bouw, degenen die ‘groen’ fundamenteel

en in een week tijd groeit een leerachtig materiaal

weten vorm te geven in beleid, advies en gebouwen.

waarmee kleding gemaakt kan worden. De natte lap

Getuige dit (e.a.) nummer(s) van GB&W. Maar ook

wordt rond een paspop gemodelleerd en gedroogd.

niet direct aan de bouw gerelateerde items zijn lezens-

Handwerk is niet nodig: uiteinden/naden groeien aan

waardig. Twee daarvan wil ik graag met u delen.

elkaar tijdens het drogingsproces. Een kledingstuk met een scheur groeit zichzelf dicht in een bad suiker-

Hole in the Wall

water met groene thee.

Om aan te tonen dat kinderen zichzelf kunnen leren

Suzanne Lee is modeontwerpster. In 2003 deed

met computers te werken, metselde Sugata Mitra

ze onderzoek naar textielinnovaties. Het idee van

een computer in een muur in een sloppenwijk in India.

groeiend materiaal ontstond tijdens een interview

Het werkte: de kinderen leerden zichzelf en elkaar hoe

met bioloog David Hepworth. Zij is overtuigd van de

de computer werkte, hoe ze konden chatten, mailen,

noodzaak om nieuw materiaal te ontwikkelen: tegen-

browsen, gamen, surfen, muziek downloaden, video’s

gas tegen de huidige kledingindustrie, die de laatste

bekijken, etc.. En om dát te kunnen, leerden ze en

jaren alleen in negatieve zin is veranderd. BioCouture

passant Engels. Na vijf jaar onderzoek en bewezen

moet nog verder worden ontwikkeld – een project

effect werd het product commercieel op de markt

van zo’n 3 jaar – in samenwerking

gezet. India telt intussen honderden computers op

met biochemici, microbiologen en

plaatsen waar geen regulier onderwijs mogelijk is.

andere wetenschappers.

Ook Cambodja en een paar Afrikaanse landen zijn van

BioCouture van Suzanne Lee is onder-

‘The Hole in the Wall’ voorzien.

deel van de tentoonstelling ‘Power

Een vervolgexperiment wees uit dat aanmoediging

of Making’ in het Victoria & Albert

de kinderen extra stimuleert tot het aanleren van

Museum in Londen (tot 2-1-2012).

Een uitgave van Van Westering Groep bv Jaargang 25, nr 3–2011 Hoofdredactie Ir Anne Q. Ubbels

COLOFON Gezond Bouwen & Wonen is een tijdschrift voor mensen die streven naar een gezonde woon- en werkomgeving, in combinatie met respect voor natuur en milieu. Gezond Bouwen & Wonen verschijnt vier maal per jaar.

Eindredactie Bernard Faber

Redactieadviesraad:

Wim Berns (Senter Novem), Martin Dubbeling (SAB), Theo van Es (Gemeente Apeldoorn), Peter Fraanje (Bouwend Nederland), Erik Franke (Stichting Passief Huis), Willem Grotenbreg (VIBA), Martine Straver (Nefit), Truus Sweringa (Oost Flevoland Woondiensten), André Thomsen (OTB), Harm Valk (Adviesbureau Nieman) en Mieke Weterings (Gemeente Den Haag).

Aan dit nummer werkten mee

Juri Czabanowski, Martin Dubbeling, Jean Frantzen, Clairette Gitz, Marjo van Lierop, Anne Marij Postel, Peter Schmid, Tim Strikers, Anne Q. Ubbels en Chris Zijdeveld.

Uitgever

Jaap van Westering

Vormgeving en Lithografie Vilarrica bv, Baarn

Advertenties

Van Westering Groep bv telefoon: 035-8873531 fax: 035-5424119 e-mail: sales@gezondbouwenenwonen.nl

Redactie-adres

Van Westering Groep bv Postbus 696, 3740 AP Baarn telefoon: 035-8873531 telefax: 035-5424119 e-mail: redactie@gezondbouwenenwonen.nl internet: www.gezondbouwenenwonen.nl

Druk

Drukkerij Veldhuis Media, Raalte

Anne Q Ubbels, hoofdredacteur­

voor het einde van de jaargang schriftelijk bij de uitgever is opgezegd. Viba-leden ontvangen dit tijdschrift uit hoofde van hun lidmaatschap. (Prijzen incl. 6% BTW). Niets uit deze uitgave mag worden gerepro­ duceerd door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere methode dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever noch de redactie aanvaardt enige verantwoordelijkheid voor schadelijke gevolgen die kunnen ­ontstaan na gebruikmaking van gegevens uit dit blad.

(116) © 2011 GB&W ISSN 0921-4550 Het binnenwerk van dit tijdschrift is gedrukt op elementair chloor- en zuurvrij papier.

Abonnementen

Van Westering Groep bv Abonnementenadministratie GB&W Postbus 696, 3740 AP Baarn telefoon 035-8873531; telefax 035-5424119 e-mail: abonnementen@gezondbouwenenwonen.nl Abonnement € 59,50 per jaar, los nummer € 15,-. Het abonnement kan op elk gewenst moment ingaan en wordt automatisch verlengd, tenzij tenminste 2 maanden

GB&W wordt naast de reguliere verspreiding toegezonden aan alle Viba leden. Viba, Vereniging Integrale Bio-Logische Architectuur. Correspondentieadres: Postbus 357 5680 AJ Best e-mail: bestuur@vibavereniging.nl

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

5


RECENsIE Anne Q. Ubbels

‘Je kunt China niet veranderen, China verandert jou’

rondwater verder G vervuild door mest Drinkwaterbedrijf Vitens maakt zich zorgen over de toenemende vervuiling van de Nederlandse bodem en het grondwater als gevolg van mest. Zestig procent van het kraanwater in Nederland wordt gewonnen uit grondwater. Het mestbeleid van het kabinet zorgt volgens Vitens alleen maar voor een verdere toename van deze vervuiling.

“Je kunt China niet veranderen, China verandert jou is Van de Waters persoonlijke, ontwapenende en bij vlagen hilarische verslag van een boeiende en confronterende zoektocht naar een authentieke architectuur. Hoe houdbaar is een westers ontwerpend vermogen in een volstrekt andere culturele context als de

Extensieve veehouderij op Texel: goed voor het milieu

Chinese?”

Om over een goede kwaliteit grondwater te

Van de Water is in staat om zijn waarnemingen zo gedetailleerd

blijven beschikken is het drinkwaterbedrijf nu al

op papier te zetten dat je de atmosfeer ervaart, de geuren en

genoodzaakt winputten te verplaatsen, dieper

de blauwgerookte ruimten tot in je poriën proeft, het stof, de

grondwater te winnen en waterzuiveringen uit

smog, en zijn ongemakkelijkheden voelt. Steden als Beijing en

te breiden. De grondwaterwinningsgebieden op

Qingdao worden tot in detail beschreven. Sommige anekdotes

de hoge zandgronden zijn het meest kwetsbaar

doen je realiseren dat wat ‘gewoon’ is, slechts een plaatselijke

voor mest. Vandaar dat Vitens staatssecretaris

gewoonte is.

Bleker oproept tot extra maatregelen in zijn

NEXT architects, in 1999 opgericht in Amsterdam, opende in

mestbeleid. De toename van de waterhardheid,

2004 een filiaal in Beijing. Van de Water leidt dit bureau samen

verzuring en verhoogde sulfaat- en zware meta-

met zijn Chinese partner Jiang Xiao Fei.

lengehalten leidt nu al tot een extra kostenpost

De ervaringen die Van de Water daarbij

voor waterzuivering van 15 miljoen euro per jaar.

opdeed, weet hij op treffende wijze te ver-

Met het voorgestelde mestbeleid zullen de zuive-

halen. In zijn boek, dat leest als een span-

ringskosten alleen maar toenemen.

nende roman, word je meegezogen in de

Om te komen tot een duurzame, emissiearme

hectiek van megaprojecten. Een hectiek

landbouw met toekomstperspectief voor water-

die wordt versterkt door de cultuurver-

winningen, zullen drinkwaterbedrijven en de

schillen tussen China en Nederland. “De

landbouwsector op een andere manier samen

grenzen van het westerse referentieka-

moeten werken. Een duidelijke rol en sturing

der moesten continu tegen het licht van

vanuit het Rijk, met ruimte voor maatwerk op

de Chinese context gehouden worden.

lokaal niveau, is een belangrijke voorwaarde om

Een scala aan emoties tussen westers

dit te realiseren. Vitens wijst er in een brief aan

en Chinees denken deed zich voor: on-

de staatssecretarissen Bleker en Atsma op dat de

begrip, confrontatie, misverstanden,

vele tegenstrijdigheden in Europese, nationale

acceptatie, besef, begrip en uiteindelijk

en regionale regelgeving in de praktijk leiden tot

meerwaarde.”

een patstelling. De verschillende toepassing van

Niet lezen voor het slapengaan!

de nitraatnorm binnen het meststoffenbeleid en het grondwaterbeleid voor drinkwaterwinningen wekt willekeur in de hand. Daarom roept

Je kunt China niet veranderen, China verandert jou, John van de Water. Uitgeverij 010. Met steun van het Stimuleringsfonds voor Architectuur en het Fonds BKVB. ISBN-nummer: 9789064507700. Paperback met foto’s in kleur, 272 pagina’s. Verkoopprijs: € 24,50.

6

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

Vitens beide staatssecretarissen op om maatregelen te nemen, zodat verdere verontreiniging van grondwaterbronnen kan worden voorkomen.

fFoto Anne Q. Ubbels

De Nederlandse architect John van de Water vertrok in 2004 naar het snel moderniserende China. Zijn doel was om het gedachtegoed van bureau NEXT architects, waarvan hij partner is, ook in China in de praktijk te brengen. Jaren later, als er meer dan een miljoen vierkante meter projecten van zijn hand op Chinese bodem is verrezen, schrijft hij een prachtig boek. Op 23 november jl. vond in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam de presentatie plaats.


markt berichten

uto als energie-opwekker: A twee opmerkelijke initiatieven Pilotproject N34

Piezobalk in N34

‘Trillingen, bruisende bron van energie’.

een aantal innovatieve projecten willen we op

Het piëzomateriaal is aangelegd in het weg-

het TU Delft terrein een duurzame, levende en

dek van de N34 in landelijk gebied waar 100

ondernemende campus ontwikkelen om “te

km/u gereden mag worden. Om betrouwbare

ontdekken, te leren en te inspireren.”’

uitspraken over de energieopwekking te kun-

Een van deze projecten is een duurzame par-

nen doen, zal het proefproject minstens drie

keergarage die functioneert als elektriciteits-

maanden duren. Gedurende die periode wordt

centrale. In eerste instantie biedt de garage al-

onderzocht welke factoren in welke mate in-

leen oplaadpunten voor elektrische voertuigen.

vloed hebben op de energieopwekking. Daarbij

Van Wijk verwacht dat auto’s op termijn ook

wordt onder andere gekeken naar de verkeers-

worden voorzien van brandstofcellen. Als de

intensiteit, de weersomstandigheden en de

auto’s geparkeerd staan, kunnen deze brand-

temperatuurverschillen van het asfalt.

stofcellen onder meer biogas of waterstof om-

Het is de bedoeling dat de opgewekte energie

zetten in elektriciteit. De parkeergarage wordt

lokaal gebruikt kan worden voor bijvoorbeeld

zo een behoorlijke elektriciteitscentrale. ‘Als je

LED-verlichting of het detecteren van verkeer

in de parkeergarage met brandstofcellen elek-

waardoor verkeerslichten op groen springen.

triciteit opwekt, hebben we met een garage

De proef moet uitwijzen welke toepassingen

van 500 auto’s een 40 MW elektriciteitscentrale

haalbaar zijn. In februari 2012 worden de re-

gebouwd.’ Bonus voor de automobilist: die

sultaten van het proefproject bekendgemaakt.

krijgt betaald voor het parkeren. Van Wijk voor-

Meer info op: www.trillingsenergie.nl.

spelt dat de auto met brandstofcel het nieuwe, efficiënte en flexibele elektriciteitsproductie-

Parkeergarage als elektriciteitscentrale

park van de toekomst kan worden. ‘In een jaar

In zijn intreerede als hoogleraar Future Energy

vermogen via onze auto’s dan er aan opgesteld

Onlangs is het proefproject met trillingsener-

Systems aan de TU Delft bepleit duurzame

elektriciteitsproductievermogen in Nederland

gie op de provinciale weg N34 bij Hardenberg

energieondernemer Ad van Wijk de ontwikke-

staat.’ Het innoveren van de energie-industrie

van start gegaan. Onder het wegdek is piëzo-

ling van nieuwe energiesystemen en vooral een

en de wet- en regelgeving is hierbij overigens

elektrisch materiaal aangebracht dat trillingen

nieuwe kijk op energie. Zo wordt onze auto

nog een flinke uitdaging.

omzet in energie (elektriciteit). Het proefpro-

volgens hem in de toekomst onze elektriciteits-

Een ander project is de Energy Wall, een ener-

ject is bedoeld om de haalbaarheid van piëzo-

centrale. De kersverse hoogleraar gaat aan de

giemuur langs de Kruithuisweg, de verbindings-

techniek in de wegenbouw te onderzoeken.

TU Delft wetenschappers, studenten en bedrij-

weg tussen A13 en station Delft Zuid. De muur

Het onderzoek wordt uitgevoerd door Tauw

ven bij elkaar brengen om vanuit dit nieuwe

wekt energie op, zorgt voor wegverlichting en

en Universiteit Twente, in samenwerking met

denken efficiënte en duurzame energiedien-

reduceert zowel uitstoot van fijnstof als ver-

de provincie Overijssel. Het project vloeit voort

sten, energiesystemen en energietechnologie te

keerslawaai. Ook is het de bedoeling dat er een

uit de Mooi Nederland Prijs 2010 van het Minis-

ontwikkelen. Hij pakt dit aan door de ontwik-

people mover over de muur gaat rijden. Meer

terie van Infrastructuur & Milieu voor het idee

keling van de Green Campus. ‘Door middel van

info op www.energie.tudelft.nl.

Piezobalk met band

kopen we namelijk meer elektriciteitsproductie-

In memoriam: Mike van Bork Op 25 november j.l. is onze altijd vrolijke rots in branding, Mike van Bork, na een zware en moedig gevochten strijd, op 52-jarige leeftijd overleden. Mike was de laatste jaren bij Gezond Bouwen & Wonen werkzaam als salesen marketingmanager en zou na onze verhuizing in mei afgelopen voorjaar een belangrijke rol vervullen in onze geheel vernieuwde organisatie. Helaas heeft hij nooit meer achter zijn nieuwe bureau kunnen plaatsnemen. We zullen Mike verschrikkelijk missen.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

7


RECENsIE Anne Q Ubbels

Rietveld ontwierp op Curaçao klimaatbewust gebouw

Gerrit Rietveld heeft tussen 1949 en 1960 zes ontwerpen gemaakt voor gebouwen en interieurs op Curaçao. Chris Engels was daarbij betrokken als opdrachtgever of adviseur. In zijn boek ‘Rietveld & Curaçao’ beschrijft en analyseert Jan de Heer vier ontwerpen en plaatst ze in de cultuurpolitieke ontwikkeling van het Caraïbische eiland. Tevens belicht hij de bijzondere relatie tussen Rietveld en Engels.

van de relatie tussen Gerrit Rietveld en Chris

Revolutionair: milieuvriendelijke antibacteriële verf

Engels. In eerste instantie was die puur zakelijk,

Schimmels, algen en bacteriën komen in gebou-

maar al gauw werd het ook een vriendschap-

wen op grote schaal voor. Ze kunnen gezond-

pelijke. In het vervolg van het boek wordt de

heidsklachten veroorzaken, zoals infecties aan

lezer bij de hand genomen langs vier ont-

de luchtwegen en allergieën. In de industrie kun-

werpen. De analyse van de ontwerpen en de

nen schimmels zelfs productieprocessen versto-

geschiedkundige achtergronden die De Heer

ren. Traditionele antibacteriële coatings worden

geeft, lardeert hij met citaten uit brieven,

voorzien van zware metalen en gifstoffen, die

reisverslagen en lezingen. Die verlevendigen

als biocide fungeren tegen bacteriën, algen en

de gedachtegangen van Rietveld. Eén en

schimmels. Deze producten zijn niet milieuvrien-

ander wordt geïllustreerd met schetsen,

delijk en bovendien worden de mechanismen op

tekeningen en foto’s (o.a. van maquettes).

den duur resistent tegen deze middelen. Denk

Sommige waren nog niet eerder openbaar gemaakt.

aan de ervaringen met de MRSA bacterie. Van-

De Heer beschrijft vier projecten. Drie daarvan zijn er uitgevoerd. Het

wege hun giftige werking kunnen ze in veel om-

Monseigneur Verriet Instituut, een tehuis voor gebrekkige kinderen,

gevingen, waar antibacteriële werking wenselijk

is het eerste voorbeeld van klimaatbewust bouwen. Zijn eerste idee

is, juist niet worden gebruikt.

was ‘een enorm rieten dak op een groot aantal ronde kolommetjes,

Hossein Mahmoud van AM Coatings heeft een

waarin twee zeer grote lichtgaten zijn aangebracht.’ Om financiële

milieuvriendelijk bindmiddel uitgevonden en

redenen is het gebouw slecht ten dele gerealiseerd. Het dak bleef

ontwikkeld met de naam AM Inside®. Revo-

belangrijk: grote dakoverstekken voor schaduw, riet voor isolatie, het

lutionair hieraan is de mechanische werking.

lage midden bedekt met rubberoid om regenwater op te vangen voor

Het middel werkt op nanoniveau als een laagje

gebruik in de keuken. Nergens is glas gebruikt: de gevels hebben klei-

prikkeldraad: een mechanische coating waarop

ne en grote openingen, voorzien van shutters (horizontale houten la-

schadelijke organismen zich letterlijk stuklopen.

mellen) om de wind door te laten. Kunstenares Lucida Engels maakte

Daardoor kunnen de organismen geen immuni-

een kleurontwerp voor de wanden, maar uiteindelijk zijn alle wanden

teit ontwikkelen. Bovendien bevat het middel

licht grijs geschilderd. Dezelfde basisprincipes gebruikte Rietveld ook

geen zware metalen of giftige bestanddelen.

voor het Richardushuis, een tehuis voor oude mannen.

Het verdampt niet en het geeft niet af, ook niet

Het ontwerp van een concertzaal (nieuwbouw) met ernaast een mu-

na reiniging. De werking is langdurig en daar-

ziekschool (in een verbouwd quarantainegebouw) is uiteindelijk niet

door kostenbesparend. Omdat het gifvrij is, kan

doorgegaan. De Heer gaat uitgebreid in op het gebakkelei omtrent

het veilig worden toegepast. Ook in gebouwen

dit project. Officieel ketste het af op ‘verschil in cultuurpolitiek’. De

als ziekenhuizen, zorgcentra, veehouderijen,

auteur is een andere mening toegedaan. Bij de laatste projectbeschrij-

sportfaciliteiten, sauna’s, publieke ruimten en de

ving laat hij zien dat het Charles Engels bij de restauratie van Stroom-

textielindustrie.

zigt, een oud Curaçaos herenhuis, wel is gelukt om cultuur, architec-

Strikolith en Wijzonol werken met AM Coatings

tuur en beeldende kunst samen te brengen in één gebouw.

samen om een milieuvriendelijke muurverf met

De belangrijkste verdienste van auteur De Heer is dat hij aan de hand

antibacteriële werking te ontwikkelen. Met

van het werk van Rietveld een prachtig tijdsbeeld neerzet van de cul-

Peents Cura-AM is Strikolith het eerste bedrijf

turele ontwikkelingen op Curaçao.

dat AM Inside® in het productassortiment voert.

Jan de Heer begint het boek met het uitdiepen

Rietveld & Curaçao. Een modern architect op een Caraïbisch eiland. Uitgeverij 010.

8

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


Sterke verhalen: burgerinitiatieven voor basisvoorzieningen

markt berichten

Foto Astrid van Egmond

Kleine dorpen van 1.000 tot 1.500 inwoners verliezen steeds vaker voorzieningen zoals winkels en cafés. Vooral ouderen en mensen met beperkingen ondervinden daarvan de nadelige gevolgen. Zij trekken daarom weg. Maar in kleine dorpen nemen burgers toenemend het initiatief om basisvoorzieningen te behouden. Als de krachten worden gebundeld kunnen voorzieningen rond wonen, welzijn en zorg worden gerealiseerd of in stand worden gehouden. Hiervan laten de ‘SEV-proeftuinen woonservicegebieden’ prachtige voorbeelden zien in een aantal dorpskernen, waaronder Eghel, Beringe en Grashoek (gemeente Peel en Maas) en Warder (gemeente Zeevang). MOVISIE en SEV selecteerden vier dorpen die model kunnen staan voor gedurfde en veelomvattende burgerinitiatieven. Dat zijn de Brabantse

Vrijwilligers helpen bij de verbouwing van een café in Esbeek.

dorpen Elsendorp, Esbeek en Sterksel, en Oosterend op Texel. Er zijn interviews met betrokkenen afgenomen en de projecten zijn

ren. Daardoor blijven ook ouderen en mensen met beperkingen

beschreven. Op een bijeenkomst met de betrokkenen van de vier

langer zelfstandig in het dorp wonen. Wanneer een belangrijke

beschreven ‘sterke praktijken’ en van de lopende proefprojecten

voorziening verdwijnt, brengt dat een schokeffect teweeg. Dat

was de centrale vraag: welke factoren spelen een rol bij succes-

kan positief uitpakken als er leiders opstaan en als de gemeente

volle burgerinitiatieven in kleine kernen als het gaat om (basis)

een helpende hand biedt. Een zekere mate van saamhorigheid is

voorzieningen voor ouderen en mensen met beperkingen?

onontbeerlijk. ‘Sterke verhalen’ verscheen in juli 2011, is zeer le-

De publicatie ‘Sterke verhalen’ laat zien dat dorpsbewoners met

zenswaardig en gratis te downloaden op www.sev.nl/publicaties/

lef goed in staat zijn om zelf passende voorzieningen te realise-

publicatie.asp?code_pblc=1071.

Andere opzet SDE+ in 2012 energieopwekking duurzaam realiseren. Tot

De subsidie in de SDE+ bestaat uit een basis-

nu toe is hernieuwbare energie echter duurder

tarief minus de marktwaarde van elektriciteit,

dan fossiele energie. Het Nederlandse kabinet

gas en warmte. Deze marktwaarde wordt

streeft ernaar om hernieuwbare energie zo snel

jaarlijks achteraf vastgesteld door ECN. Om het

mogelijk concurrerend te maken om zodoende

vertrouwen van investeerders te winnen zijn de

op een kosteneffectieve manier aan de Euro-

hoofdlijnen van de SDE+ in 2012 ongewijzigd

pese doelstelling te voldoen.

gebleven ten opzichte van 2011:

De laatste jaren werd al op de eerste dag van

• één integraal budgetplafond; • één maximum basisbedrag van 15 €ct/kWh

openstelling van de SDE-regeling het budget overtekend. Er volgde dan een loterij. Dat zal in 2012 niet meer gebeuren. Als eerste worden

voor duurzame elektriciteit;

• 103,5 €ct/Nm

3

voor groen gas en 41,7 €/GJ

In 2012 is 1,7 miljard euro beschikbaar ge-

de goedkoopste opties per eenheid energie

steld om via de SDE+-regeling (Stimulering

behandeld. Warmte uit geothermie en ketels

Duurzame Energieproductie) projecten te

voor vaste biomassa met een basistarief van

ondersteunen. Duurzame energie wordt op-

10,90 euro per GJ maken dan goede kansen.

gewekt uit schone, onuitputtelijke bronnen en

Dat geldt ook voor uitbreiding van warmte op

heet daarom ook wel hernieuwbare energie.

AVI’s (Afval Verbrandings Inrichting) en be-

Voorheen konden particulieren gebruik ma-

staande biowkk´s (warmtekrachtkoppeling die

Basisbedragen in de SDE+ Eindadvies ECN i.s.m.

ken van deze regeling, maar in 2012 richt de

nagroeibare brandstof gebruikt, bijvoorbeeld

Kema downloaden op: www.agentschapnl.

SDE+-regeling zich op bedrijven en (non-profit)

snoeihout), met dat verschil dat de basisvergoe-

nl/sites/default/files/bijlagen/ECN%20eindad-

instellingen. Europa wil in 2020 14% van de

ding erg laag is.

vies%20basisbedragen%20SDE%202012.pdf.

voor duurzame warmte;

• openstelling in 5 fasen, waarbij goedkopere projecten eerder de gelegenheid krijgen om in te dienen dan duurdere projecten;

• de vrije categorie.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

9


markt berichten

The Green Architecture Competition

Rekenprogramma milieueffecten onderhoud

In het Nederlands Architectuurinstituut (NAi) in Rot-

Met GPR Onderhoud is een rekenprogramma gelanceerd voor het bere-

en Innovatie (EL&I) en het NAi. In deze internationale

kenen van de milieueffecten van onderhoudsactiviteiten. Het program-

prijsvraag worden architecten, stedenbouwkundigen

ma maakt alle milieueffecten zichtbaar, zoals klimaatverandering (CO2),

en landschapsarchitecten uitgedaagd om door middel

en berekent hiervoor een schaduwprijs. GPR Onderhoud kan verschillen-

van creatieve en innovatieve ontwerpen een bijdrage te

de onderhoudsscenario’s van de relevante cijfers voorzien. Bijvoorbeeld:

leveren aan het in stand houden en verbeteren van de

• optimaliseren (waar zitten voor mij de verbeteropties);

biodiversiteit. De inschrijving voor The Green Architec-

terdam is op 1 december jl. het startschot gegeven voor The Green Architecture Competition, een initiatief van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw

• vergelijken (welk van mijn scenario’s scoort het best); • benchmarken (hoe scoort mijn scenario ten opzichte van gemiddeld

ture Competition sluit op 29 februari 2012. De prijsvraag werd gelanceerd met lezingen van Ulrika Stenkula van het gerenommeerde Zweedse architecten-

Nederland). De resultaten zijn uitbreidbaar met de energetische en de gezondheids-

bureau White arkitekter en hoogleraar Louise Vet van

kundige kwaliteit (startsituatie en situatie per scenario) en de investe-

het Nederlands Instituut voor Ecologie (tevens jurylid).

ringskosten per scenario (netto contant gemaakt).

Professor Vet deed een motiverende oproep aan haar toehoorders: ‘De vernietiging van biodiversiteit en eco-

Dia uit marktpresentatie GPR Onderhoud, op 30 juni jl. in Utrecht

GPR Onderhoud is ont-

systemen is het gevolg van ontwerpfouten. We moeten

staan uit een samenwer-

ons laten inspireren door het ontwerp van de natuur

king tussen verschillende

dat al 3,8 miljard jaar succesvol is. Een uitdaging voor de

marktpartijen, opdracht-

mensheid... en voor alle getalenteerde ontwerpers!’

gevers en opdrachtnemers.

Deelname aan deze internationale prijsvraag staat open

Het rekenprogramma is

voor architecten, stedenbouwkundigen en landschaps-

ontwikkeld door TU Delft/

architecten, en master-studenten in deze drie disciplines.

OTB en W/E-adviseurs.

Naast met ontwerpen worden de deelnemers gevraagd

De initiatiefnemers heb-

om met eerste implementatiestrategieën te komen. Dit

ben zich verenigd in een

daagt deelnemers uit om te onderzoeken hoe het in

stichting die zich ten doel

stand houden en verbeteren van de biodiversiteit door

stelt om de kwaliteit van GPR Onderhoud te waarborgen. Alle inkomsten

middel van hun ontwerpen ook daadwerkelijk gereali-

komen dan ook geheel ten goede aan beheer en doorontwikkeling van

seerd kan worden. De competitie heeft geen specifieke

het instrument. GPR Onderhoud is daarmee uitgegroeid tot een online,

locatie of context, waardoor deelnemers vrij zijn om

up-to-date rekeninstrument. Het is praktijkgericht, gebruiksvriendelijk

deze zelf te kiezen. De wedstrijd kent twee categorieën:

en geheel compatibel met de Nationale Milieudatabase. Om het reken-

Concept & Strategie en Ontwerp & Ontwikkeling. Meer

programma onder de knie te krijgen kunnen gebruikers cursussen vol-

info op: www.thegreenarchitecturecompetition.com.

gen. De data en andere wetenswaardigheden over het programma zijn te vinden op http://www.gprgebouw.nl/website/onderhoud.aspx.

‘De urbanisten en het wondere waterplein’

10

In dit boek bedenken Jens

avond van het eerste te bou-

hij dan meemaakt...’

Jorritsma, Dirk van Peijpe en

wen plein in Nederland. Het

Technische tekeningen, stukjes strip, foto’s,

Florian Boer een waterplein.

vertelt het verhaal van wat je

tekst(fragmenten) en collages geven een

Hiermee vertellen ze op zeer

allemaal op een waterplein

veelheid aan informatie. Iedereen, onge-

beeldende wijze over de

kunt doen, hoe het werkt en

acht leeftijd, kan eruit halen wat hem/haar

waterproblematiek waar-

over de talloze verschijnings-

aanspreekt. Of het nou voor een werkstuk

mee deltasteden te maken

vormen die het waterplein

is, of om ideeën op te doen voor een ste-

hebben. ‘Deze graphic novel

heeft. Maar het laat ook zien

denbouwkundig plan. Dit boek legt op een

vertelt het verhaal van het

waarom dit idee bedacht is,

aansprekende en illustratieve manier een

waterplein van verschillende

wat het probleem nu is en

ingewikkelde probleem uit.

kanten. Het laat de ontstaansgeschiede-

waarom het waterplein nou zo’n slim idee

De urbanisten en het wondere waterplein,

nis van het waterplein zien: van het eerste

is. En het vertelt het verhaal van Max: een

Jens Jorritsma, Dirk van Peijpe, Florian Boer,

idee via de tekentafel naar de overleggen

avontuurlijk jongetje dat het waterplein

Uitgeverij 010. Hardcover met afbeeldingen

met de gemeentelijke politiek aan de voor-

verkent als het heel erg stortregent en wat

in kleur, 49 pagina’s. Verkoopprijs: € 12,50.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


Column Martin Dubbeling

“Wat het betekent om een stad als Amersfoort in 2030 CO2-neutraal te maken wordt vaak onderschat. Amersfoort in 2030 autovrij maken is makkelijker.”

ir. Martin Dubbeling is stedenbouwkundige en adviseur duurzame stedelijke ontwikkeling. Hij is werkzaam bij SAB in Arnhem en vervult een aantal nevenfuncties. Zo is hij voorzitter van de BNSP+NVTL Werkgroep Duurzame Stedelijke Ontwikkeling, bestuurslid van de Beroepsvereniging van Nederlandse Stedenbouwkundigen en Planologen (BNSP) en Vice President Urban Planning Advisory Teams (UPATs) van de International Society of City and Regional Planners (ISOCARP).

Energie en ruimte Nederland staat voor een grote uitdaging: het op orde brengen van de overheidsfinanciën, het versterken van de economie en om Nederland toekomstbestendig te maken. Dat wil zeggen bestand tegen de verwachte stijging van de zeespiegel en verandering van het klimaat (adaptatie), minder uitstoot van broeikasgassen (mitigatie) en minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen (energietransitie). Nu ligt de nadruk noodgedwongen op het bedwingen van de eurocrisis, maar het toekomstbestendig maken van Nederlandse steden is een stevige opgave. Wat het betekent om bijvoorbeeld stad als Amersfoort in 2030 CO2-neutraal te maken wordt vaak onderschat. Amersfoort in 2030 autovrij maken is veel makkelijker. In 2011 heeft het Kabinet Rutte drie ingrijpende beleidsstukken naar de Tweede Kamer gestuurd. Dit zijn het Bestuursakkoord 2011-2015, het Energierapport 2011 en de ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Wat mij opvalt dat deze beleidsstukken doorgaans niet in onderlinge samenhang worden gezien. De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte begrijp je past echt wanneer je het Bestuursakkoord hebt gelezen. Onder het motto ‘decentraal wat kan en centraal wat moet’ moet het Bestuursakkoord tussen Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen bijdragen aan een compacte en slagvaardige overheid en een heldere taakverdeling tussen de vier bestuurslagen. Het Bestuursakkoord tussen Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen legt dat de overheden zich gezamenlijk inzetten voor een samenhangend ruimtelijk beleid en opgaven door de schaalniveaus en bestuurslagen heen op het gebied van wonen, water, mobiliteit, bedrijvigheid, klimaat, energie, milieu en cultureel erfgoed. Het Rijk richt zich op nationale onderwerpen zoals defensie en het buitenlands beleid, maar zet zich ook in voor de ruimtelijk economische structuur, op gezondheid, veiligheid en unieke landschappelijke en cultuurhistorische waarden en op de (inter)nationale hoofdnetten. Dit heeft het Rijk vastgelegd in de ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. De kerntaken van de provincies liggen in de ruimtelijke ontwikkeling en de fysieke omgeving. De provincies treden op als gebiedsregisseur door het ontwikkelen van integrale ontwikkelingsvisies, het uitruilen van belangen en het bewaken en bevorderen van complementariteit tussen steden en tussen regio’s binnen de provincie. De gemeenten tenslotte dragen zorg voor een veilige en leefbare woon- en werkomgeving en hebben taken in de sociale, economische en ruimtelijke ontwikkeling van stad en platteland en in de afweging tussen milieu, natuur, water, economie en wonen. Dit beleid leggen gemeenten neer vastgelegd in structuurvisies en bestemmingsplannen. De taak van de waterschappen is het beheer van de kwantiteit en kwaliteit van de regionale watersystemen. Hiermee zijn de waterschappen verantwoordelijk voor de bescherming tegen overstromingen en voor schoon en voldoende water. Tot zover gaat alles goed. Het Energierapport 2011 is op het eerste gezicht een toonbeeld hoe het moet. Het Energierapport gaat uit van een energiehuishouding die meer duurzaam is en minder afhankelijk is van schaarser wordende fossiele brandstoffen. Het Rijk wil profiteren van de kracht van de Nederlandse energiesector en dat levert groei, banen en inkomsten op. De kern van het energiebeleid is drieledig: de transitie naar een schonere energievoorziening, het economisch perspectief energiesector en de noodzaak van een betrouwbare energievoorziening. Het Energierapport beschrijft de ambitie van het bereiken van een CO2-arme economie in 2050. Wat wil je nog meer? Het antwoord ‘samenhang en keuzes maken’ lijkt simpel maar is het niet. Het Energierapport geeft duidelijk aan dat de gebouwde omgeving en transport in Nederland goed zijn voor een zeer aanzienlijk deel van het totale energiegebruik en een belangrijke bron zijn van CO2-uitstoot. Daarnaast hebben beide sectoren groot besparingspotentieel. Toch komt het Energierapport niet veel verder dan het ontwikkelen van intelligente transportsystemen, het stimuleren van elektrische auto’s, het verbeteren van de energielabels van bestaande en nieuwe gebouwen. Het Energierapport schiet daarmee eenvoudigweg tekort op het gebied van formuleren van een adequaat en effectief beleid voor noodzakelijke veranderingen in de gebouwde omgeving. Het streven naar een CO2-arme economie en samenleving in 2050 vergt een revolutie op het gebied van hoogwaardig openbaar vervoer en een volstrekt andere wijze van het ordenen en inrichten van stedelijke regio’s en steden. Ambities en beleid op het gebied van het terugdringen van de CO2 en energietransitie hebben pas kans op succes wanneer dat stevig wordt ingebed in ruimtelijke beleid, ruimtelijke ordening en structuurvisies, om te beginnen met de definitieve Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

11


In gesprek met directeur Adriaan van Mierlo

De Expo gaat opgefrist door Foto’s en tekst: Anne Q. Ubbels

De Kleine Aarde moest haar deuren sluiten. Veel andere organisaties die gezond bouwen en wonen voorstaan existeren alleen nog online. VIBA-Expo daarentegen houdt zich goed staande. Er waait een frisse wind door het serviceinstituut. De man daarachter is de ervaren bestuurder Adriaan van Mierlo. We vroegen hem naar zijn professionele achtergrond en zijn kijk op het organiseren van duurzaamheid. De vraag was uiteraard ook hoe hij de Expo vitaal houdt. “Bedenk goed wat je wil behouden en durf met de rest te experimenteren.”

R

uim een jaar geleden was het erop of eronder. Adriaan van Mierlo liet VIBA-Expo financieel doorlichten. De uitkomst was bepaald niet roos-

kleurig. Desondanks wilde hij zijn nek uitsteken om het bedrijf weer op de rit te zetten. Samen met zijn gemotiveerde medewerkers moest dat lukken. Van Mierlo is zo’n 40 jaar politiek actief. Hij zetelde in de Provinciale Staten van Noord-Brabant en in de Tweede Kamer en was vier jaar wethouder in Heusden. In laatste functie was hij initiator van Geerpark als beoogd meest duurzame woonwijk in Nederland. “Ik ben blijkbaar een geboren en getogen bestuurder, alleen heb ik nooit financieel afhankelijk willen zijn van een politieke functie.” Na zijn studie werktuigbouw aan de HTS werkte Van Mierlo bij Grasso. Hij studeerde af op koeltechniek en meet- & regeltechniek. Dat laatste vak heeft hij twaalf jaar onderwezen op een avond-MTS voor het bedrijfsleven. Op de Technische Universiteit Eindhoven – toen nog Technische Hogeschool geheten – begon hij in 1969 als ‘techneut’. Door zijn integraliteit en oplossingsgerichtheid kreeg hij in de democratische wanorde van die tijd al snel de rol van woordvoerder. Vanaf 1977 is hij steeds bestuurder en/of directeur geweest. Tot nu toe dus. Zijn werkwijze omschrijft hij als een “combinatie van ontwikkelaar en integrator, maar ook van afstand nemen en definitief loslaten, opdat anderen het bekwaam kunnen overnemen.” En: “Ik durf hoog spel te spelen, zoals bij VIBA-Expo.”

12

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

“Normen zijn niets meer dan neergeslagen beleid. Oude koek dus.”


Concept Grote permanente expositie VIBA-Expo heeft in de gerenoveerde De Gruyterfabriek in Den Bosch een van Europa’s grootste permanente exposities van duurzame planontwikkeling, ontwerp en realisatie ingericht. Doelgroepen zijn: professionals, overheden en consumenten. In twee grote hallen presenteren zich meer dan honderd architecten, bouwbedrijven, producenten, dienstverleners en overheidsorganisaties. Groepen kunnen op afspraak een begeleide rondleiding krijgen. In het Peter Schmid-auditorium vinden regelmatig lezingen, symposia en workshops plaats. Thematisch wordt ingespeeld op vernieuwende mogelijkheden als bijvoorbeeld Innovatief Groen, Frisse Scholen, Brabantwoning, energiebesparing en gebiedsontwikkeling. VIBA-Expo fungeert hierbij als neutrale, niet op winst gerichte partij, die signalen opvangt, interpreteert en doorgeeft aan de doelgroepen.

ecologische en economische belangen (zie figuur). Met als resultaat dat bouwen, wonen en werken, betaalbaar, gezond, milieuvriendelijk en divers is. Leidraad is de mens centraal te stellen door op innovatieve manier integraal en flexibel te bouwen, wonen en werken. Dat maakt het mogelijk continu in te spelen op veranderende omstandigheden en wijzigende behoeften van mensen.” VIBA-Expo is een kenniscentrum, een platform, voor het uitwisselen van informatie over duurzame ontwikkeling. Ondersteuning wordt geboden in de vorm van het initiëren en begeleiden van processen en plan- en producttoetsing. De ambiance bestaat uit een permanente expositie waar ontwerpers, bouwers, beleidsmakers en producenten hun kennis en producten tonen en hun ervaringen uitwisselen of uitdragen in symposia, workshops en lezingen.

Expo-recept Er zijn meer duurzaamheidcentra. De meesten zijn kleiner of ontvangen subsidie. Waarom heeft de VIBA-Expo toekomst terwijl het bijvoorbeeld De Kleine Aarde (DKA) niet is gelukt om overeind te blijven? Van Mierlo: “De

Doodgeknuffeld

Kleine Aarde vertegenwoordigde een leefwijze. Veel ideeën zijn inmiddels

Naar aanleiding van het Brundtland rapport in 1987 zette Noord-Brabant

geïntegreerd in de samenleving. De organisatie heeft zichzelf in feite over-

als eerste provincie duurzaamheid op de agenda. Eind jaren negentig kwam

bodig gemaakt. Vergelijk het zelforganiserend vermogen van een orga-

daar het Brabants centrum voor duurzame ontwikkeling (Telos) uit voort.

nisatie met een biotoop. Als je iets verandert verstoor je het evenwicht.

Dat definieerde de duurzaamheidsbalans en bracht die regelmatig uit.

Veranderen moet dan ook slim gebeuren. Maak consequenties inzichtelijk.

In 2005 werd Van Mierlo gevraagd voor een vernieuwende opzet van

Wat heb je? Waar wil je naartoe. Laat de hang naar het oude los. Bedenk

het provinciaal milieuplan 2001-2010. Dit resulteerde in het Integraal

goed wat je wil behouden en durf met de rest te experimenteren.”

Strategische Milieubeleid (ISM). In die tijd was het begrip duurzaamheid

Wat zijn dan de belangrijkste ingrediënten in het recept van VIBA-Expo?

in Brabant doodgeknuffeld. Het begrip was sleets geworden. Reden om

Van Mierlo: “Laten zien wat er kan in deze tijd. Bijvoorbeeld dat je vrijwel

het herdefiniëren als “leefbaar, gezond, veilig, en (bio)divers”. Hiermee

kostenneutraal duurzaam kunt bouwen door slim te zijn. Veel is al bekend

werd duurzaamheid gevarieerd en spannend gemaakt en daagde het uit

en toch is het belangrijk daarop te blijven wijzen. Verder moet je altijd

tot creativiteit.

integreren en je continu blijven ontwikkelen. Dus innoveren, inspelen op nieuwe mogelijkheden. Risico’s inschatten en vooral kansen pakken.

Al tijdens zijn wethouderschap in de periode 2006-2010 kreeg het begrip

Gebruik ook de communicatiemiddelen van nu.”

‘duurzame ontwikkeling’ weer grote kansen. Inmiddels heeft ook de

Hij toont zijn visitekaartje met QR-code: “Hierop staat in maximaal 256

commercie ‘duurzaam’ omarmd. Volgens Van Mierlo remmen tools voor

karakters de basisinformatie van deze organisatie. Wist je dat deze manier

duurzaamheidprestaties juist de creativiteit en inventiviteit af. Ook wil

van communiceren al in 1994 is bedacht!”

hij veel normen voor duurzaamheid afschaffen: “Normen en regels zijn meestal ontstaan, omdat er ooit iets fout is gegaan. Normen zijn niets

Opgefrist, vernieuwd

meer dan neergeslagen beleid. Oude koek dus.” Hoe moet het dan

De Expo is opgefrist door een nieuwe aanpak en nieuwe ideeën. Een aantal

wel? “Regels horen ruimte tot duurzame ontwikkeling open te laten.

bedrijven heeft de herinrichting gesponsord. Naast de trouwe exposanten

Prestatietools zijn wel onvermijdelijk bij de uitvoering van projecten.

zijn er nieuwkomers. Eén daarvan is het Informatiecentrum Duurzame

Projecten kennen immers strakke doelen met afgesproken budgetten en

Energie Techniek (IDET), dat overkwam uit Amersfoort. ‘Thematisch

strakke tijds­planningen.”

wordt ingespeeld op vernieuwende mogelijkheden als Innovatief Groen, Frisse Scholen, Brabantwoning, energiebesparing en gebiedsontwikke-

Kenniscentrum en platform

ling. VIBA-Expo fungeert hierbij als neutrale, niet op winst gerichte partij,

En nu sinds een jaar leidt Van Mierlo VIBA-Expo. Hij wil dat de organisatie

die signalen opvangt, interpreteert en doorgeeft aan de doelgroepen.

de komende jaren hét aanspreekpunt wordt van een duurzame ontwik-

De Expo is weer up to date en zeer bezoekwaardig.

keling in bouwen, wonen en werken. “Steeds gericht op een dynamische balans tussen People, Planet, Profit. Dus een balans tussen sociologische,

Meer informatie: www.vibaexpo.nl

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

13


Groene installateur werkt nog buiten de bouwkolom

Foto Jan Geurt Hupkes

Clairette Gitz

‘Woning in Paterswolde, voorzien van (12 m2) zonne­collectoren t.b.v. verwarming en warm water. Er is een weersafhankelijke regeling toegepast (SolvisControl). De wanden met wandverwarming zijn afgewerkt met leemstuc.’

Nadat installateur Jan Geurt Hupkes kennismaakte met een milieuvriendelijkere variant van de standaard rioleringsbuis ging bij hem de knop helemaal om. Hij koos ervoor als groene installateur te gaan werken. In Drenthe richtte hij een vereniging van installateurs op die in duurzaamheid een uitdaging zien.

14

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


BEDRIJF

‘Elke dakkapel is voorzien van 2 m2 zonnecollector. De collectoren zijn per 3 gekoppeld. Omdat de dakkapellen op zowel het oosten als het westen liggen, is hier per 3 collectoren een oost-west scheiding toegepast, zodat er maximaal gebruik kan worden gemaakt van de zonne-energie.’

Jan Geurt Hupkes

‘ Het gaat erom wat de klant wil, niet om wat de aannemer gewend is te doen’

E

enmaal in de grond is een rioolbuis voor tientallen jaren uit het zicht

den. Energiek draagt Hupkes zijn nieuwe ideeën uit. Energie, die de car-

verdwenen. Wie maalt er nog om? Een installateur en een opdracht-

toon van hem als drummer van de band Michigan onderstreept. Deze lacht

gever kunnen aan het begin van de levensloop wel even nadenken over

je toe vanaf de muur in zijn kantoor in het Drentse Beilen.

die buis. Dat drong door tot Jan Geurt Hupkes na een gesprek met een vertegenwoordiger in rioleringsmateriaal, die op alternatieven wees. In

Balansventilatie

diezelfde tijd bezocht hij een informatieavond van een milieugroep over

Hupkes is voorstander van balansventilatie. Dat geeft qua luchttechniek,

de giftige eigenschappen van plastic speelgoed. PVC heeft voor instal-

gezondheid en energiezuinigheid het best mogelijke resultaat. ‘Natuurlijk

lateur Hupkes afgedaan. Hij past liever polypropyleen (PP) dan polyethy-

kennen we allemaal de gitzwarte filters uit het consumentenprogramma

leen (PE) toe. De manchetverbinding bij het eerste materiaal geniet zijn

Radar, maar een filter zit niet voor niets in een ventilatie-unit. Wat er in het

voorkeur boven de spiegellas- of elektromofverbinding bij het tweede

filter zit, komt niet in je neus.’

materiaal. Op de vraag of opdrachtgevers zo milieubewust zijn dat ze in

Daarnaast worden de units in Nederland standaard geleverd met slechte

plaats van PVC voor PP of PE kiezen, antwoordt hij: ‘Ik ben verantwoorde-

filters. Duitsland stelt hogere eisen, waardoor daar de filters echt goed

lijk voor de uitvoering en het product. Meestal heeft men geen probleem

zijn. Het (Nederlandse) bouwbesluit stelt ventilatie-eisen, maar niemand

met mijn voorkeur voor PP. Anders is dat met het leidingtraject, want als

controleert achteraf of de hoeveelheid lucht ook daadwerkelijk binnen

de opdrachtgever garantie moet geven, mag hij ook het te volgen traject

komt en wat de kwaliteit hiervan is. “Balansventilatie werkt als volgt”,

en de uitvoering bepalen.’ Met dit antwoord zet Hupkes gelijk de toon.

legt hij uit. “Verse lucht komt via een ventilatie-unit en een filter relatief

Hij zet zich strijdvaardig in voor verandering binnen de installatiebranche

schoon het vertrek binnen. Bij een open raam wordt de lucht daarentegen

en breder binnen de bouw.

niet gefilterd. Het voordeel is dat koude verse buitenlucht door middel

Zich bewust van zijn omslag ging hij op zoek naar andere milieuvrien-

van een warmtewisselaar wordt opgewarmd door de afgezogen lucht, en

delijke oplossingen, die betrekking hebben op het binnenmilieu van een

daarbij blijft deze even vers.” Meetcontrole op de vereiste luchthoeveel-

woning of gebouw. Energiezuinige apparaten en gezonde lucht door

heden per vertrek vereist nauwkeurigheid en een juiste instelling van de

goede ventilatie zijn een vast onderdeel van het credo dat hij verkondigt

meetapparatuur. Dit is onder meer afhankelijk van de druk op de gevel;

aan opdrachtgevers. In de bouw moeten vernieuwingen een belangrijke

het zogeheten luchtzijdig inregelen. Bij balansventilatie wordt de koude

barrière nemen die schuilt in de bouwkolom. Bovenin de kolom, waar de

buitenlucht opgewarmd met een rendement van 95%, dat scheelt op het

architect en de aannemer zitten, wordt bepaald hoe onderin de kolom

energiegebruik voor verwarming.

door onderaannemers zoals installateurs gewerkt moet worden. Doordat aannemers vaak samen werken met vaste installateurs, die op hun van te

INTEGRAAL ONTWERP

voren vastliggende voorwaarden en oplossingen leveren, is er bij grotere

Hupkes is voorstander van een integraal ontwerp waarbij alle partijen op

projecten weinig plaats voor nieuwdenkers. Maar via beurzen en internet

elkaar kunnen afstemmen. “Het gaat erom wat de klant wil en niet om

komen mensen uiteindelijk wel in aanraking met de nieuwe mogelijkhe-

wat de aannemer gewend is te doen. Het milieu wordt gespaard, het Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

15


BEDRIJF

Zonneboiler met geïntegreerde HR-gasbrander en een inhoud van 750 liter (SolvisMaxGas).

Nieuwbouwwoning in Tweede Valthermond met één van de eerste warmtepomp-zonneboilercombinaties in Nederland (6 kW).

energieverbruik verminderd en de klant heeft een lage energierekening.”

Zo wordt maximaal gebruik gemaakt van de zonne-energie. De meetap-

Hij werkt graag met een zonneboiler met geïntegreerde warmtepomp

paratuur is voorzien van een ingebouwde weersafhankelijke regeling. Er

van het merk Solvis, de enige die een zonneboiler met een geïntegreerde

zijn twee verwarmingsstations: een voor de begane grond en een voor de

warmtepomp op de markt bracht. Er zijn systemen waarbij de boiler

verdieping. Deze kunnen onafhankelijk van elkaar worden geregeld. Elk

verwarmd wordt door gas (HR-brander), maar ook door zonne-energie,

vertrek heeft wandverwarming met een eigen ruimtethermostaat.

aardwarmte of houtpellets. Er wordt warmte geleverd voor zowel warm tapwater als voor verwarming. De techniek is dusdanig verbeterd dat de

De Groene installateur

warmtepomp tapwater van 60 graden levert zonder hulpenergie.

Tien jaar geleden richtte Jan Geurt Hupkes de vereniging De Groene Installateur op met als doel schone technologie te bevorderen. Aangesloten

CENTRAAL STOFZUIGERSYSTEEM

bedrijven profileren zich op het gebied van duurzame, energie- en water-

In landen als Canada, Amerika en Zweden wordt het centrale stofzuiger-

zuinige toepassingen, comfort in het binnenmilieu en gezondheidsaspec-

systeem vaker toegepast dan in Nederland. Jan- Geurt Hupkes is een voor-

ten. De vereniging heeft als missie efficiënt energie- en waterverbruik te

stander hiervan omdat ook de allerkleinste deeltjes direct worden opgeno-

bevorderen door toepassing van duurzame energie en alternatieve water-

men in het reservoir, danwel naar buiten worden afgevoerd. Het systeem

systemen en door het gebruik van milieuvriendelijke materialen en technie-

is stiller dan een gewone stofzuiger. Een centraal stofzuigersysteem heeft

ken. De Groene Installateur is vooralsnog actief in Drenthe en omgeving.

één reservoir; de slang kan op verschillende plaatsen in de wand worden

Als regel geldt dat een installateur aangesloten moet zijn bij branchever-

aangesloten. Bouwkundig vraagt dit systeem een extra investering, maar is

eniging Uneto-VNI. In het kader van de pilot Duurzaam Drenthe (2000)

het eenmaal geïnstalleerd dan geeft het vooral voordelen. Zeker geldt dit

namen de elf Uneto-VNI-installateurs deel aan het basisproject Milieuzorg.

voor astmatische mensen, omdat het stof direct via de buizen verdwijnt.

Per bedrijf werd gekeken hoe milieuvriendelijk men opereerde. Er werd voorlichting en training gegeven over het beheersen van negatieve effec-

Maatwerk

ten op het milieu door bedrijfsactiviteiten, zoals afval- en emissiepreventie.

Elk project vraagt zijn specifieke oplossing. In Valthermond paste Hupkes

Er werd onderricht in duurzaam bouwen met onder andere zonneboilers,

Installatie voor het eerst de Solvis warmtepomp-zonneboilercombinatie

warmtepompen en regenwateropvang.

met 6 kW vermogen toe. Ook heeft de betreffende woning overal vloer-

Jan-Geurt Hupkes is ook (bestuurs)lid van de vakgroep Vakgroep Klimaat

verwarming. Op het dak is 12,9 m² zonnecollectoren aangebracht en er

en Duurzame techniek (VKD) binnen Uneto-VNI. Behalve het organiseren

is een buffervat van 750 liter. De balansventilatie heeft uit een WTW-unit

van cursussen zorgt deze organisatie ook dat installateurs bij fabrikanten

Storkair WHR 950.

van duurzame en schone technieken een opleiding kunnen volgen. De

Bij een woning in Paterswolde is een Solvis­MaxGas zonneboiler met geïn-

vakgroep ondersteunt door middel van kennisoverdracht en normering.

tegreerde HR-gasbrander en een inhoud van 750 liter. Op zes dakkapellen

De Groene installateur is een initiatief van Jan-Geurt Hupkes maar zijn

is een zonnecollector toegepast. De collectoren met netto oppervlak van

doel is dat andere regio’s zich onder hetzelfde label kunnen organiseren.

2 m² zijn per 3 gekoppeld. Omdat de dakkapellen op zowel het oosten als

Want zijn enthousiasme voor innovatieve technieken en milieu-vriendelijk

het westen liggen, is per 3 collectoren een oost-west scheiding toegepast.

bouwen draagt verder dan de provinciale grenzen.

16

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


Column

Goed nieuws over energie

Chris Zijdeveld Het thema energie biedt een mooie kans op een goednieuwscolumn. En wat is leuker dan brenger te zijn van goed nieuws? Mijn goede nieuws is: zonder in te leveren op comfort kunnen we veel minder energie gebruiken. Dat brengt een duurzaam Nederland een stuk dichterbij. Voor we op die mooie reis gaan moeten we ons even met wat simpele getallen vertrouwd maken. In een bestaande woning wordt per jaar 2000 tot 3000 m3 gas verstookt om warmte te produceren. Voor een nieuwbouwwoning is dat al veel minder. In een gemiddelde elektriciteitscentrale wordt het equivalent van 700 m3 aardgas verstookt om het elektriciteitsgebruik van een gemiddeld gezin op te wekken. 60% van de verbrande energie gaat daarbij als afval in het koelwater verloren. Een gemiddelde gezinsauto verstookt per jaar een kleine 2000 liter benzine. Dat is te vergelijken met 2000 m3 aardgas. Het is betrekkelijk gemakkelijk en brengt niet of nauwelijks extra kosten met zich mee om nieuwbouwwoningen te ontwerpen en te bouwen die minder dan 150 m3 aardgas per jaar nodig hebben om warm te blijven. Als we die woningen ook nog eens voorzien van een zonneboiler is voor het maken van warm water nog eens ongeveer 150 m3 gas nodig. De zo gebouwde woningen hebben bovendien een aangenamer, gelijkmatiger binnenklimaat en een betere kwaliteit binnenlucht dan we doorgaans gewend zijn. Als dezelfde ontwerpprincipes worden toegepast bij verbetering van de bestaande bouw, kan naast de genoemde voordelen voor comfort en gezondheid een spectaculaire vermindering van de energiebehoefte voor ruimteverwarming worden bereikt. De energie voor het maken van warm water kan op het niveau van de nieuwbouwwoningen komen. En inmiddels is ruimschoots bewezen dat voor ruimteverwarming 250 m3 aardgas genoeg kan zijn. We behoeven dus alleen maar een beetje anders te bouwen en renovaties van de bestaande voorraad anders aan te pakken en we besparen 60 tot 80 procent op het energiegebruik voor huishoudelijke verwarming. Analoge aanpakken zijn mogelijk voor andere gebouwen dan woningen, maar algemene kwantificering van de resultaten is wat speculatiever. In de meeste gevallen voorzien we in de benodigde verwarming van onze woningen door het verbranden van aardgas. Moderne ketels zijn zo efficiënt dat ze veel meer dan 90% van de energie uit het aardgas in bruikbare warmte omzetten. (Gesuggereerde rendementen van 107 of zelfs 109 zijn gewoon een marketingtruc, er komt niet meer energie uit dan erin zit). Als we in plaats daarvan dit aardgas zouden verstoken in een moderne gascentrale kan 60% van de energie worden omgezet in elektriciteit. Als we met die elektriciteit een integraal ontworpen warmtepompinstallatie aandrijven is een COP van 5 mogelijk. We krijgen dan in de woning evenveel warmte voor een derde van de hoeveelheid verbrande aardgas. Twee derde van het aardgas voor ruimteverwarming wordt dan al bespaard, buiten de spectaculair verbeterde nieuwbouw of renovatie die ik hierboven beschreef. Moderne gascentrales hebben nog meer voordelen. We kunnen ze zonder veel problemen in de buurt van bebouwing plaatsen. Dan is ook de restwarmte (‘afvalwarmte’ door benodigde koeling) nog nuttig te gebruiken, met nog meer besparing als gevolg.

In tegenstelling tot kolen- of (nog erger) nucleaire centrales zijn moderne gascentrales snel regelbaar zodat ze, naarmate we meer duurzame energiebronnen benutten, gemakkelijker kunnen af- of bijschakelen bij variaties in het aanbod van zon- of windenergie. De nieuwbouwwoningen die genoeg hebben aan 300 tot 400 kuub aardgas voor verwarmingsdoeleinden kunnen ook worden aangedreven met een warmtepomp. Bij een COP van 5 is dan nog maximaal 800 kWh nodig om over het jaar quitte te spelen (400 m3 aardgas komt overeen met 4000 kWh en bij COP=5 blijft dus 800 kWh over). Dat betekent dat met 10 m2 zonnecollector een dergelijke woning voor alle verwarming op netto nul fossiele brandstof uitkomt. Alle beschreven mogelijkheden zijn met nu al beschikbare technieken en inzichten uit te voeren. Alles wat nodig is, is regulier op de markt verkrijgbaar. Is dat geen mooie boodschap? We moeten dan nog iets zeggen over elektriciteitsgebruik en over mobiliteit. Als we wasmachines voorzien van hotfill aansluitingen kan veel van de benodigde warmte worden verkregen van de zon, of op anderszins efficiëntere wijze dan via elektrische dompelaars. Als dan ook nog alle huishoudelijke apparatuur in de meest energiezuinige uitvoering wordt aangeschaft, resulteert dat in een drastisch lager huishoudelijk elektriciteitsverbruik. Daarna is de resterende energiebehoefte zonder problemen op ‘netto nulbasis’ zelf op te wekken via PV en wind. Ook hier is de duurzame toekomst binnen handbereik. Dan resteert het verkeer. Dat vraagt een andere manier van denken. Nederland is en wordt steeds meer ingericht op een manier die autoverkeer bevordert. Dat moet anders. Gelukkig kan dat gemakkelijk. Ik heb daar eerder columns over geschreven. Nederland moet dan ook aansluiting vinden bij de golf van ‘vertramming’ die niet alleen over Europa maar ook elders over de wereld gaat. En natuurlijk moet de belachelijke labeling verdwijnen. Nu kan een dikke BMW of Mercedes een A-label krijgen, terwijl een Smart met bredere banden het met een B moet doen. Ondanks het feit dat een Smart meer rijplezier en hetzelfde comfort geeft voor de helft van het brandstofverbruik. Bij energie liggen dus grote kansen, maar die moeten we wel benutten. Dat betekent het wegwerken van onwetendheid door bijscholing en publiciteit. En verder het aanpassen van hier en daar wat belachelijke of contraproductieve regelgeving. Ook daar heeft u al eerder over gelezen. Iemand moet dan wel de regie nemen. Dat is wat anders dan de zaken overlaten aan de markt en de lobbyisten. Of denken dat bij 40% rendement het bijstoken van wat hout in een kolencentrale de zonde goed maakt. Datzelfde hout kan met bijna 100% rendement schoon worden verband in een moderne kachel.

“Alles wat nodig is, is regulier op de markt verkrijgbaar”

Als we echt willen is die duurzame toekomst binnen handbereik. Leuk meegenomen dat hoger comfort en gezondere gebouwen daar onverbrekelijk bij horen. Ir. Chris Zijdeveld vervulde en vervult meerdere bestuursfuncties die hebben te maken met milieu energiebesparing en duurzaamheid. Hij is directeur van Bureau Duurzame Toekomst.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

17


Antwoord liberalisering energiemaatschappijen

Volop initiatieven lokale duurzame energie Anne Marij Postel

Energie zelf opwekken: is dat een trend? Krijgen lokale energiebedrijven voet aan de grond? Komen er daadwerkelijk meer kansen voor duurzaamheid sinds de liberalisering van de energiesector? Een onderzoek naar de stand van zaken.

Z

e schieten nu als paddenstoelen uit de grond, zegt Pauline Westendorp van NEWNRG over lokale duurzame-energiemaatschappijen. In heel Nederland zijn de laatste jaren initiatieven genomen

door bedrijven, burgers en gemeenten die voor eigen gebruik duurzame energie (willen) produceren met gebruik van lokale energiebronnen. Inmiddels zijn er al ruim 300 initiatieven. Vaak gaat het daarbij om projecten met wind- en zonne-energie, maar ook zijn er voorbeelden van energie uit biomassa een eigen warmtenet. De warmte wordt gewonnen uit het drinkwater dat wordt opgepompt in het naastgelegen drinkwaterpompstation. Westendorp, al jaren pionier op dit gebied, ziet met tevredenheid aan hoe lokale duurzame energie veld wint. De initiatiefnemers vormen een bont gezelschap. Onder hen zijn grote bedrijven als Akzo en Heineken, die de energie gebruiken voor hun productieprocessen. Op (iets) kleinere schaal zijn er corporaties van boeren die windmolens exploiteren, bewoners van een straat die samen PV-panelen inkopen voor op hun daken, en verder onder meer scholen en woningcorporaties die vormen van energieopwekking toepassen. Ook Texel zet voortvarend stappen naar duurzame energie. Het eiland wil straks zo veel energie zelf opwekken dat het de leidingen naar het vasteland zou kunnen doorknippen. Lokale energiewinning bleef ook niet onopgemerkt in de media. Zo wijdde het Financieel Dagblad al twee keer een heel katern aan het verschijnsel.

18

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

Foto Greenchoice

of benutting van aardwarmte. De duurzame wijk EVA-Lanxmeer in Culemborg bezit al vele jaren

De Amsterdamse school De Krijtmolen kreeg circa twee derde van de aanschafkosten voor zonnepanelen vergoed. Dit via de provinciale subsidieregeling ‘Zonnestroom voor Scholen’ voor het plaatsen van zonnepanelen op schoolgebouwen in basis- en voortgezet onderwijs in NoordHolland. Zo wordt zelflevering gestimuleerd.


energie

De coöperatie Windunie levert windenergie van boeren aan klanten in heel Nederland. Op 17 november hield Windunie een symposium over lokale duurzame-energieinitiatieven: zie www.windunie.nl/symposium.

Foto Windunie

Niet prijsgedreven Wat zijn de drijfveren achter al die initiatieven? Voor een deel is er het motief om de uitstoot van CO2 te reduceren. Hiertoe zijn soms convenanten gesloten. Zo hebben enkele gemeenten zich vastgelegd binnen afzienbare tijd de CO2-uitstoot drastisch terug te brengen. Onder meer Lochem en Leeuwarden geven daar gehoor aan door actief lokale duurzame-energieprojecten op te zetten of te stimuleren. In Leeuwarden hebben 33 organisaties een samenwerkingsovereenkomst ondertekend om de stad in 2020 fossielvrij te krijgen. Ook particuliere initiatieven van burgers komen voort uit

Wij krijgen Kippen! In Co-Operatie Zuid ‘Wij krijgen Kippen!’ krijgen bedrijven en andere organisaties in Amsterdam Zuid steun bij het creëren van de meest ideale randvoorwaarden voor het starten van de productie van schone, met lokale bronnen opgewekte energie. Het is een bottom-up project: de behoefte van de energieproducenten in spe staat centraal. Wij krijgen Kippen! is een initiatief van NEWNRG en stadsdeel Zuid. Doel is dat in juni 2012 in Amsterdam Zuid 50 lokale organisaties met lokale bronnen schone energie produceren. Meer info: www.wijkrijgenkippen.nl.

milieubewustzijn. Bedrijven zien kansen in duurzame energie om inhoud te geven aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. Daarbij kan zelf energie opwekken economische voordelen bieden. “Niemand wordt er al rijk van,” zegt Westendorp, “maar het kan wel rendabel zijn bij de juiste schaalgrootte. Zon- en windenergie zijn al bijna concurrerend met kolen. En de technieken worden steeds goedkoper, dus het duurt niet lang meer voor het echt loont.” Dit terwijl de productie van energie uit fossiele brandstoffen veel zwaarder wordt gesubsidieerd dan duurzame energie, zoals ook recent weer bleek uit onderzoek van CE Delft. “Maar de meeste initiatieven zijn niet prijsgedreven”, voegt Westendorp toe. “Meestal begint het vooral met milieubewustzijn. Of met het besef van steeds grotere afhankelijkheid van energie uit het buitenland. Dat maakt ons economisch en politiek kwetsbaar. Echt, rechts en links verenigen zich in de wens naar lokale duurzame energiebronnen.” Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

19


TexelEnergie Op het eiland Texel is een kleinschalig energiebedrijf zonder winstoogmerk gevestigd dat duurzame stroom en gas levert aan particulieren en bedrijven op Texel. Ook voor – zoals men op Texel zegt – ‘aan de overkant’. TexelEnergie is een coöperatie; de leden zijn tevens aandeelhouders. Ook niet-leden kunnen energie afnemen. TexelEnergie produceert nog niet zelf, maar onderzoekt volop de mogelijkheden daartoe, samen met bestaande en nieuwe lokale ondernemers. Naast zonne-energie (het eiland heeft de meeste zonuren van Nederland), getijdenenergie, energie uit warmwaterlagen, wordt vooral gedacht aan windenergie en opwekking uit biomassa. Met Avanti werkt TexelEnergie aan het project Biogas en WarmteNet Texel. Het plan voorziet in een biovergistingsinstallatie die mest en bijproducten van Texel omzet in groene stroom, duurzame warmte en digestaat. In de installatie moet een deel van de Texelse mest worden verbrand plus 14.500 ton co-producten. De installatie zou 4 miljoen m3 biogas kunnen produceren plus 12 miljoen kWh elektriciteit, goed voor ongeveer 3.700 huishoudens. Hiernaast komt 28.000 ton digestaat, een restproduct dat op het land wordt verwerkt als meststof. Met een BioWKK (warmtekrachtinstallatie) wordt het gas omgezet in stroom en warmte voor lokale afnemers in Den Burg. Meer info: www.texelenergie.nl.

schaal Is er een ideale schaalgrootte voor het opwekken van duurzame energie? Dat hangt in de eerste plaats af van de vorm, stelt Westendorp. Een zonneboiler plaatsen kan je goed in je eentje doen, maar een woning heeft over het algemeen te weinig dakoppervlak om met PV-cellen in eigen stroombehoefte te voorzien. Wie zelfvoorziening uit zonne-energie nastreeft moet dat op wijkniveau organiseren en al het beschikbare dakoppervlak benutten. Wie meer stroom opwekt dan voor eigen gebruik nodig is, levert die terug aan het net. Helaas is de vergoeding daarvoor lager dan de prijs die een afnemer voor stroom betaalt bij diezelfde energieleverancier. Zelf een energiemaatschappij oprichten kan daarom aantrekkelijk zijn. Sinds de liberalisering van de energiemarkt is de exploitatie van het energienet immers gescheiden van energielevering. Daardoor kunnen verschillende leveranciers gebruikmaken van een en hetzelfde net. Wie lid wordt van TexelEnergie betrekt dus stroom op een vergelijkbare wijze als de klanten van grote maatschappijen als Essent of Eneco. Je betaalt daarvoor minder dan voor standaard ‘grijze’ stroom. Maar ook niet-leden kunnen klant worden, zij het dat ze iets meer betalen. Zo kan ook iemand in Limburg straks lampen laten branden op duurzame energie van Texel.

Vrije energiemarkt WISE, de netwerkorganisatie voor initiatieven tegen kernenergie, stelde een lijst op met de meest duurzame energieleveranciers van Nederland. In hun top prijkt naast Greenchoice en Eneco ook Windunie. Die laatste is een coöperatie van boeren met windmolens in heel Nederland. Omdat Windunie klanten verspreid over heel Nederland heeft, kun je stellen dat dit geen lokaal initiatief meer is. Voor de definitie daarvan wordt vaak een afzetgebied met een straal van maximaal 60 km genomen. Maar oer-Hollands is windenergie in ieder geval wel. Greenchoice is ontstaan toen de markt werd geliberaliseerd en heeft (bijna) geen eigen productie. Dit bedrijf verkoopt stroom die het via certificaten inkoopt. Ook van particuliere opwekkers van stroom en steeds meer van lokale coöperaties zoals De Windvogel.

Grote kansen Peer de Rijk, directeur van WISE, verwacht dat het energieaandeel dat lokale coöperaties leveren zeker gaat groeien. “De lokale initiatieven zijn iets van de laatste twee jaar. Vrijwel geen een levert al daadwerkelijk stroom. Maar ik zie zeker een trend in lokale, decentrale duurzame opwekking. Door de grote betrokkenheid van de burgers die zich organiseren, zijn er grote kansen voor lokale

Foto Dees Postma

Het initiatief Wij Krijgen Kippen, waarin lokale organisaties in Amsterdam Zuid zich verenigen om met lokale schone bronnen schone energie te produceren, zocht de AutoRAI op om zich te presenteren met een reuzenei. Voorbijgangers kregen koffie of een eitje. Spreekt lokale duurzame energie hen aan en wat voor ideeën hebben ze daarover?

20

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


energie

Zelfopwekking op kleine schaal: PV-panelen op de woning van een particulier. Op steeds meer plekken in Nederland kopen burgers collectief panelen in.

Foto Greenchoice

energieopwekking. Overigens zullen ook veel initiatieven sneuvelen omdat het nog zo lastig is. Toch zal de trend doorzetten. De grote traditionele energiebedrijven krijgen hier steeds meer moeite mee. Ze verliezen domweg terrein. Alleen als ze zelf lokale duurzame initiatieven oppakken en incorporeren gaan ze ervan profiteren. Maar de weerzin tegen de grote energiebedrijven is groot. Veel lokale

Meer weten? www.e-decentraal.com: site van de samenwerkingsorganisatie voor bedrijven, organisaties, instellingen en particulieren die een decentrale duurzame energievoorziening willen realiseren.

initiatieven willen zelfstandig blijven of hooguit met een Greenchoice-achtige partij samenwerken.”

Haken en ogen Aan het opzetten van een eigen energiemaatschappij kunnen de nodige administratieve, juridische, financiële en fiscale haken en ogen zitten. Pauline Westendorp wijst er echter op dat er inmiddels

www.kennisbanklokaleenergievoorziening.nl: een initiatief van TNO en het centrum voor EnergieVraagstukken. Doel van de Kennisbank is het bij elkaar brengen en delen van kennis en van ervaringen uit de praktijk.

wel ervaring is met het opzetten van goede constructies voor zelfleveranciers. Vanuit de behoefte aan kennisdeling ontstond bijvoorbeeld het project Wij Krijgen Kippen!. Daarin werken lokale initiatieven voor duurzame energie uit Amsterdam Zuid samen. Ook hebben bedrijven, organisaties, instellingen en particulieren zich sinds juni 2011 verenigd in brancheorganisatie e-Decentraal: de Vereniging federatie decentrale duurzame energie Nederland. E-Decentraal lobbyt op landelijk niveau voor het

www.agentschapnl.nl/programmasregelingen/klimaatneutrale-steden: site van het Innovatieprogramma klimaatneutrale steden, met daarop onder meer info over de pionierende gemeenten Lochem en Leeuwarden.

aanpassen van wet- en regelgeving. Die is nu nog te zeer ingericht op het klassieke model van een centrale energievoorziening. Wie een eigen elektriciteitsnetwerk wil opzetten, zoals op Schiphol, heeft vrijstelling nodig van Economische Zaken. Westendorp: ”Dat is een heel gedoe, maar vaak is het gelukkig ook niet nodig. Want de netbeheerders zijn zeker coöperatief. Met Alliander en Enexis is het bijvoorbeeld prima samenwerken. Zij zijn juist heel erg voorstander van lokale initiatieven, zeker waar het gaat om elektriciteit. Want het kan hun de komende 10, 20 jaar miljarden schelen in kosten. Zij zijn er juist bij gebaat dat we hun netwerk nodig hebben en ze bieden daarom maar al te graag hun diensten aan.” Een ander struikelblok is de belasting die wordt geheven op de productie van energie. Westendorp: “Stel, je wilt niet je eigen dak, maar het dak van de school aan de overkant benutten om pv-panelen neer te leggen. Daar is namelijk meer ruimte. Als je dan gebruikmaakt van het bestaande net, moet je 11 cent energiebelasting plus 2 cent BTW per kWh betalen. Dat slaat natuurlijk nergens op.” Volgens De Rijk en Westendorp kunnen we deze belemmeringen allemaal overwinnen. ‘We maken het nog mee!’ zo citeert Westendorp de titel van een publicatie vol hoopgevende informatie (zie kader). Ze ziet het al voor zich. Die 300 initiatieven van nu zijn natuurlijk mooi, maar ze gaat voor de 26.000. “Misschien wordt dit op termijn iets dat vergelijkbaar is met de oorsprong van de waterschappen. Dus administratieve beheerorganen waarin kleine producenten zich clusteren.“ Maar nu helemaal groen.

www.wijkrijgenkippen.nl: niet alleen voor Amsterdammers! Veel achtergrondinformatie over het opzetten van lokale duurzame energiebedrijven. www.p-nuts.nu: site van de P-Nuts Awards, de vak- en publieksprijs die jaarlijks wordt uitgereikt aan lokaal opgewekte duurzame energie-initiatieven. www.groenestroomjagraag.nl: site van WISE, voor consumenten die stroom groen willen inkopen. www.newnrg.nl: o.a. nieuws en links met info over initiatieven van lokaal geproduceerde duurzame energie. ‘Wij maken het nog mee!’ Een toegankelijk geschreven publicatie vol inspirerende voorbeelden en tips om zelf mee aan de slag te gaan. Te bestellen via NEWNRG, maar ook te downloaden op www.wijkrijgenkippen.nl/tekst/p-nutsaward-boek.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

21


Convenant voor de bouw van tachtig stuks

Brabantwoning betaalbaar groen en gezond Tekst: Anne Q. Ubbels

4 ruimtelijke varianten 1 G rondgebonden starterswoning op footprint 4,800 x 10,400, 2 bouwlagen. 2 G rondgebonden kleine gezinswoning / c.q. grote starterswoning op footprint 5,400 x 9,300, 2 bouwlagen. 3 G rondgebonden gezinswoning op footprint 5,400 x 10,400, 2 bouwlagen. 4 G rondgebonden gezinswoning op footprint 5,400 x 9,300, 3 bouwlagen.

Provincie Noord-Brabant ontwikkelde samen met vier gemeenten en vier woningcorporaties een concept voor een energiezuinige, gezonde en betaalbare woning. Het is een slim concept. Hiermee wordt een duurzame woning bereikbaar voor iedere Brabander. Ontwerpers genieten veel vrijheid. Wel conformeren zij zich aan een aantal uitgangspunten. Het concept heet ‘Brabantwoning’. De ontwikkelingen lopen storm.

4 ambitieniveaus 1 E en betaalbare woning voor de onderkant van de markt, waarbij per doelgroep de betaalbaarheid apart beoordeeld wordt. 2 E en woning met een integrale ontwerpvisie, vertaald naar een duurzame functionaliteit en belevingskwaliteit. 3 E en woning met de synergie van een gezond binnenmilieu, comfortabel, met milieuvriendelijke materialen gebouwd, energie neutraal en groen. 4 E en woning als levend organisme, zowel het gebouw zelf als het gebouw in zijn omgeving.

O

nder regie van de provincie Noord-Brabant tekenden begin 2010 Bergen op Zoom, Heusden, Sint-Oedenrode en Woudrichem en hun

plaatselijke woningcorporaties Castria Wonen, Wovesto, Woonveste en Woonlinie een convenant. De partijen legden daarmee vast gezamenlijk minstens 80 Brabantwoningen te realiseren. Dit zijn energiearme woningen met een gezond binnenklimaat en een groot comfort. Ze zijn vooral ook betaalbaar.

Actuele situatie Uit het convenant kwam in april 2011 een programma van eisen voort. In mei startte corporatie Woonlinie met de bouw van de eerste tien Brabantwoningen in Woudrichem.

22

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


energie

Rond diezelfde tijd vond een VIBA-café plaats over het concept van de

kunnen worden voor € 160.000 (starters), € 179.500 (gezin) of € 193.500

Brabantwoning. In augustus presenteerde Esther van Bavel een afstu-

(groot gezin). De gemiddelde energiekosten liggen op slechts € 15 per

deerproject over een door haar ontwikkelde duurzaamheidsbeoordelings-

maand. Niet inbegrepen is de grondprijs.

methode. Met deze methode zijn verschillende typen Brabantwoningen

Ook ontbreekt het in het PVE niet aan technische gegevens en details,

getoetst. In 2012 gaan ook de andere gemeenten en corporaties van het

innovaties, principeoplossingen en aansprekende foto’s. Er wordt bijvoor-

convenant het concept in praktijk brengen.

beeld uitgelegd dat de opvang van water en de aanwezigheid van groen het wooncomfort in de wijk versterken; illustraties tonen hoe dat eruit kan

Kenmerkende eigenschappen

zien. Het PVE is zeer lezenswaardig en kan worden gedownload van www.

Kenmerkend voor de Brabantwoning is de kapvorm: een mansardekap. De

vibaexpo.nl/themas-projecten/brabantwoning.

mansardekap maakt mogelijk dat alle woningen, onafhankelijk van hun oriëntatie, een zelfde energiezuinigheid kunnen halen. Op het mansarde­

Keurmerk VIBA-Expo

dak kunnen zonnecellen en/of zonnepanelen komen, het minder steile

Een woning mag niet zomaar het etiket ‘Brabantwoning’ dragen. Daarom

gedeelte is geschikt voor een groendak.

is een keurmerk in het leven geroepen. Om dat keurmerk te krijgen, wordt

Verder is de Brabantwoning zeer low tech. Andere in het oog springende

de woning zowel tijdens de ontwerpfase als tijdens de uitvoering getoetst

eigenschappen zijn: natuurlijke ventilatietoevoer, zeer hoge isolatiewaar-

aan het PVE. Dit gebeurt aan de hand van een checklist. De provincie heeft

den, lage temperatuur verwarmingssysteem (straling) en gezonde bouw-

de borging van de kwaliteit van toekomstige ontwerpen en uitvoeringen

materialen. Hiermee ligt een betaalbare, gezonde, klimaatneutrale en zelfs

overgedragen aan een onafhankelijke partij: Service-instituut VIBA-Expo.

energieneutrale woning binnen handbereik.

De betrokken partners stemmen daarmee in, er van uitgaande dat de borging niet de voortgang stremt en dat de kosten acceptabel zijn.

Binnen het concept zijn drie prototypen ontwikkeld: een starterswo-

Als aan alle eisen wordt voldaan, krijgt een ontwerp van lokale architecten

ning, een gezinswoning en een grotere gezinswoning. Het ontwerp en

en bouwers een keurmerk van VIBA-Expo. Een onderbouwing van het

bestek van de drie typen woningen zijn universeel toepasbaar. Niet alleen

keurmerk is verricht door ir. Esther van Bavel.

gemeenten en woningcorporaties kunnen met de drie typen aan de slag,

Ambities toetsen

ook (lokale) architecten, bouwbedrijven en zelfbouwers.

Provincie Noord-Brabant heeft hoge ambities met de Brabantwoning. Om de ambities tussentijds te kunnen toetsen ontwikkelde Esther J.M. van Foto Anne Q. Ubbels

Bavel – in het kader van haar masteropleiding Architecture, Building and Planning – Physics of the Built Environment - een duurzaamheidsbeoordelingsmethode. Bestaande methodes als BREEAM-NL, GPR-Gebouw, Active House en Perfection bleken niet volledig aan de wensen te voldoen. De provincie Noord-Brabant wilde een tool dat a) toepasbaar is in de ontwerpfase, b) objectief is, en c) bovendien prestatiegericht te werk gaat. Daarom is met de kennis van bovengenoemde methoden, een nieuwe methode

Presentatie van de Brabantwoning tijdens VIBA-café van 7 april 2011. V.l.n.r.: Renz Pijnenborgh (Archi Service), Sjef Janssen (Consolidated), Chris Posma (Syneff Consult), Frans Ligtvoet (Wovesto), Martin Bakker (Provincie NoordBrabant), Hans Crone (Crone Advies) en Clairette Gitz (Stimulusgroep VIBA).

samengesteld. De methode is toegepast op het concept Brabantwoning. Daaruit bleek dat “voorzichtig geconcludeerd kan worden dat de methode functioneert.” Om te bepalen of de methode ook altijd bij andere woningtypen goed functioneert, is meer studie nodig.

Programma van eisen Het programma van eisen (PVE) voor de Brabantwoning is geen standaard PVE. Functionele en technische eisen worden zo omschreven dat meerdere oplossingen mogelijk zijn. Corporaties moeten zelf het PVE aanvullen. In het PVE zijn vier ambitieniveaus opgenomen. Verder zijn er verschillende ruimtelijke varianten uitgewerkt tot op het niveau van voorlopig schetsontwerp. Dit is inclusief installatiekeuzes, materiaalkeuzes en een gedetailleerde kostenbegroting (zie kader). Een Brabantwoning blijkt gebouwd te

Zegt het voort . . . Op www.vibaexpo.nl/themas-projecten/brabantwoning vindt u verschillende downloads: het PVE, het afstudeerproject van Esther van Bavel en het filmpje ‘Creatieve kijk op de Brabantwoning’. Op www.brabant.nl/dossiers/dossiers-op-thema/bouwen-en-wonen/duurzaam-bouwen/de-brabantwoning.aspx vindt u uitgangspunten, principes en oplossingen voor de Brabantwoning op hoofdlijnen: maximaal gebruik van daglicht en zonne-energie; hergebruik van warmte uit lucht en water; handige benutting van frisse buitenlucht om het huis te ventileren. Een animatie maakt de details inzichtelijk.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

23


Tijdelijke functies op braakliggende terreinen geven een impuls aan ruimtelijke kwaliteit en sociaal-maatschappelijk betrokkenheid

Een positieve draai voor ‘wacht’ruimtes Marjo van Lierop en Tim Strikers

Door de nieuwe realiteit van economische en demografische krimp zijn verschillende projecten stopgezet of in de wacht gezet. Moeten we dan maar afwachten tot de eindelijk bouwwerkzaamheden kunnen beginnen? Welnee, we geven er gewoon een positieve draai aan. We beginnen nu al met ontwikkelen.

Fotocollage: Marjo van Lierop

24

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


stedenbouw

Gemeenschappelijk Afrikaandertuin in de Afrikaanderwijk in Rotterdam.

D

oor de nieuwe realiteit van economische en demografische krimp zijn verschillende bouwprojecten stopgezet of in de wacht gezet.

Projecten waarvoor vaak wel al gronden zijn aangekocht, panden gesloopt en kavels bouwrijp gemaakt. In afwachting van een passende herbestemming, liggen deze gronden de komende 5 of 10 jaar of zelfs langer braak. Leeg, rommelig en ontoegankelijk door hekwerken geven deze locaties een treurig beeld van stilstand, verwaarlozing en verval. Moeten we afwachten tot de eindelijk bouwwerkzaamheden kunnen beginnen? Foto’s Rick Meijerink

Welnee, we geven er gewoon een positieve draai aan. We beginnen nu al met ontwikkelen. Al is het maar voor tijdelijk. Braakliggende terreinen zijn niet alleen economisch onrendabel, ook maatschappelijk laten we kansen liggen. Het kan echter anders. Bijvoorbeeld door op deze terreinen tijdelijk andere functies toe te laten. Er kan al een positieve impuls worden gegeven met kleine ingrepen, die relatief weinig inrichtings- en beheerskosten met zich meebrengen. Een start kan worden gemaakt met het opruimen van het terrein en het verwijderen van de hek-

‘Sfeerbeeld voor eenvoudige inrichting voor een braakliggend terrein in de gemeente Oude IJsselstreek.’

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

25


raakliggend B terreinen geven vaak een negatief beeld van verval en verwaarlozing

Foto’s Rick Meijerink

De tijdelijke speeltuin De Jungle in de rivierenwijk in Deventer

werken om zo het terrein toegankelijk te maken. Bij terreinen die grenzen

zullen moeten maken. We redeneren vanuit een werkelijkheid die tot

aan in gebruik zijnde percelen, is het van belang om de begrenzing te

voor kort werd gedomineerd door een rationele, planmatige aanpak en

versterken. Zo wordt het verschil tussen privé en toegankelijk gebied

beheersbaarheid van het ontwikkelproces. Nu groei is omgeslagen in

verduidelijkt en oneigenlijk gebruik voorkomen. Daarnaast moet er zicht

stabilisatie of zelfs krimp, wordt onze creativiteit op de proef gesteld.

zijn op wat er gebeurt op een terrein. De inrichting zal daarom open en

Improviseren dus! Inzicht in wie er betrokken kunnen zijn bij de tijde-

overzichtelijk moeten zijn, met bijvoorbeeld gras, ruigte en bomen die al

lijke bestemming, kan een eerste stap zijn naar het inrichten van een

dan niet spontaan opkomen. Meer is er vaak niet nodig.

tijdelijke functie. In eerste aanleg gaat het om partijen die elkaar toch al tegenkwamen. De grondeigenaar, de initiatiefnemer, de gemeente en de

Verschillende functies mogelijk

omwonenden zijn de voor de hand liggende gesprekspartners. De rolver-

Een eenvoudige inrichting kan een start zijn, maar er zijn veel meer tijde-

deling is echter gewijzigd. De oorspronkelijke initiatiefnemer neemt wel-

lijke functies die op een braakliggend terrein een plek kunnen krijgen. Er

licht een ondersteunende rol aan. De nieuwe initiatiefnemer is niet langer

zijn voorbeelden te vinden in het buitenland, maar ook al in Nederland.

noodzakelijk een partij, maar kan ook een groep gelijkgestemden zijn. De

Zo wordt in de Afrikahaven in Amsterdam geëxperimenteerd met tijdelijke

ontwerper zal in mindere mate voorschrijven, maar meer stimuleren met

natuur, is in de wijk Schuytgraaf in Arnhem een kunstwerkplaats ingericht

vormen en beelden. De gemeente zal andersoortige ruimtelijke kwaliteits-

en ligt in de Rivierenwijk in Deventer de tijdelijke speeltuin De Jungle. Van

garanties moeten accepteren, bijvoorbeeld via een meer flexibele bestem-

belang is dat er rekening wordt gehouden met de omgeving. Een tijdelijke

mingsplanregeling. Elk van deze partijen zal zich bewust moeten zijn

functie kan aansluiten bij lopende ontwikkelingen en zal in veel gevallen

van de veranderde context, rolverdeling en rolopvatting. Zo zal richting

ook vragen om een bijpassende bereikbaarheid. Belangrijk is dat de func-

gebruikers en omwonenden duidelijk gecommuniceerd moeten worden

tie voortkomt uit behoeften vanuit omwonenden of andere betrokkenen.

dat het gaat om een tijdelijk invulling zodat de functie niet kan worden opgevat als een verworvenheid. Naast het bereiken van de juiste mindset,

juiste mindset voor veranderende rollen

is het tevens van belang partijen bijeen te brengen. Een hulpmiddel daar-

Het verzilveren van kansen die tijdelijke leegstand biedt, vergt meer dan

bij kan worden gevonden in ‘stimulerend ontwerpen’. Door te visualiseren

mooie eindbeelden, ideeën voor functies en een bijpassend planologisch

welke mogelijkheden er zijn of de positieve effecten van een tijdelijke

kader. Het vraagt om een andere manier van denken, die we ons eigen

functie over het voetlicht te brengen, worden ideeën uitgelokt. Dit vraagt

26

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


stedenbouw Tijdelijke natuur krijgt de ruimte in de Afrikahaven in Amsterdam

en vorm van een nieuwe E alliantie in Dieren waar de Tender (school voor praktijkonderwijs) het beheer van braakliggende gronden verzorgt

Foto’s Rick Meijerink

In de wijk Schuytgraaf is de kunstwerkplaats verschenen waar ook workshops en evenementen worden gehouden.

4

Foto Tim Strikers

om doordacht ontwerpen. Niet alleen moet het ontwerp maximaal rende-

teren door een klimwand of hochseilgarten te plaatsen. Tijdelijk gebruik

ment uit een minimale investering kunnen halen, ook dient het ontwerp

kan, zo bezien, economisch renderen, al moet niet teveel worden verwacht

vooral te stimuleren en suggereren en in mindere mate voor te schrijven.

van het direct financieel rendement. Wat vooral telt is het maatschappelijk

Het ontwerp is niet zo zeer een blauwdruk, maar vooral een katalysator.

rendement, het ‘samen doen’.

Stimuleren van nieuwe allianties

Ruimte om te experimenteren

Stimulerend ontwerpen kan aan de hand van thema’s als ‘active outdoor’,

Wachtruimtes bieden ruimte om te experimenteren. Functies waarvan niet

‘kunst’ of ‘sport & spel’. Die thema’s bundelen verschillende functies die op

bekend is of ze werken binnen een omgeving, kunnen hier een kans krij-

de plek mogelijk zijn en worden met sfeerbeelden verduidelijkt. Zo kan bij

gen om zich te bewijzen. Altijd al een camperplaats in de gemeente willen

het thema ‘active outdoor’ worden gedacht aan sportvelden, fitness, een

hebben, maar geen idee of er vraag naar is? Een braakliggend terrein biedt

skatebaan of zelfs een klimwand. In eerste instantie is geen idee te gek.

de mogelijkheid om dit te testen. Onvoldoende speelplekken in de buurt?

Het moet partijen samen aan het denken zetten over welke tijdelijke func-

Misschien kan een tijdelijk ingericht terrein wonderen doen.

ties mogelijk, passend of gewenst zijn of welke randvoorwaarden worden

Het experiment van tijdelijk bestemmen heeft echter meer potentie.

gesteld aan de invulling van het braakliggend terrein. Liever nog: het dient

Tijdelijke locatieontwikkelingen kunnen ook worden gezien als broed-

te inspireren en stimuleren: om zelf in actie te komen om het gebied te

plaatsen voor nieuwe samenwerkingsarrangementen, voor het ver-

beheren, een volkstuin of speeltuin te beginnen of op zoek te gaan naar

kennen van nieuwe manieren van ruimtelijk plannen en ontwerpen.

partijen die willen aanhaken. Samenwerking is mogelijk met en tussen

Samenwerkingsarrangementen, die mogelijk meer gebaseerd zullen zijn

partijen die zich aan de tijdelijke functie willen verbinden, of die ruimte

op maatschappelijke pijlers dan op een solide financiële businesscase.

zoeken en bereid zijn tijdelijkheid als randvoorwaarde te aanvaarden. Voor

Ruimtelijk plannen waarbij bottom-up-initiatieven en brede participatie

bedrijven kan dit een vorm van maatschappelijk verantwoord ondernemen

meer zijn dan louter window-dressing. En een wijze van ontwerpen die

zijn. Zo kan bijvoorbeeld een lokale hovenier of praktijkschool een terrein

partijen stimuleert en uitdaagt met ideeën te komen!

beheren en daar met een bord op de locatie reclame voor maken. Een kwekerij kan helpen bij de inrichting van een volkstuin of speeltuin. Een lokale ondernemer in outdoor sports kan een braakliggend terrein exploi-

Ir. Marjo van Lierop is landschapsarchitect. Tim Strikers is planoloog. Beide zijn zij werkzaam bij SAB in Arnhem.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

27


SABA heeft wereldprimeur in watergedragen lijmen

De onzichtbare, reukloze en niet-tastbare wereld van lijm Clairette Gitz

Het is een grensgebied waarop lijmfabrikant SABA opereert. Dit betreft zowel de fysieke standplaats van het hoofdkantoor te Dinxperlo, waar de Duits-Nederlandse grens doorheen loopt, als dat wat lijm doet, namelijk twee grensvlakken aan elkaar hechten.

Ruud de Block

H

et bedrijf SABA BV is in 1933 opgericht door de heren Salm en Baruch

Amerika en Zweden. In Dinxperlo is het hoofdkantoor voor de lijmen

te Wateringen. Het was oorspronkelijk een fabriek voor chemische

gevestigd.

producten. In 1935 werd er verhuisd naar de huidige standplaats. Na de

Dat er milieuvriendelijke lijmen in Nederland worden ontwikkeld ben ik mij

Tweede Wereldoorlog ontstond de specialisatie in lijmen en kitten. Was

niet bewust. Een geheel nieuwe wereld gaat voor mij open in het gesprek

aanvankelijk het kitten gericht op de beglazingsmarkt, nu produceert men

met Ruud de Block, manager Research & Development van SABA. Hij wijst

kitten voor nieuwbouw, onderhoud en renovatie, milieu en infra, transport

naar de stoel waar ik op zit. Dat onder de bekleding schuim zit, zover

en marine. Dit onderdeel heet de Business Unit Building and Construction.

gaat mijn kennis nog wel, maar dat de schuimlagen aan elkaar en aan

Business Unit Industry richt zich op lijmen voor de schuimverwerkende

hun ondergrond gelijmd zijn, daar had ik nog nooit bij stilgestaan. Schuim

industrie, PVC-lijmen voor industrie, agro- en zwembadbouw en specifieke

is een product dat veel wordt toegepast in de interieurbranche, zoals bij

lijmen. SABA is wereldwijd actief en heeft vestigingen in Nederland, Polen,

banken en matrassen. Het aantal verschillende lagen en het soort schuim

28

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


bedrijf

zorgen voor specifiek comfort, maar de lagen zouden verschuiven als ze

verlijmen van schuimen bestaan al zo’n twintig jaar. Bij de lijmproducten

niet bijeen werden gehouden door lijm. Hierbij is het de kunst om deze

is nu een watergedragen C2C-variant zonder oplosmiddelen ontwikkeld

verlijming niet te doen voelen en ook te zorgen dat de lijm flexibel blijft..

die biologisch afbreekbaar en niet-toxisch is, vertelt De Block. De lijm is ook toepasbaar op andere producten. Bovendien kan het volledig met het

C2C-variant

schuim mee worden gerecycled. Voor de kitten, die allemaal nog op basis

Ruud de Block is chemicus en heeft altijd als onderzoeker gewerkt.

van aardolie zijn, zoekt men nog naar een 100% biologisch afbreekbaar

Nieuwsgierigheid is zijn drijfveer. Mijn incorrecte gebruik van de woorden

product.

organisch en biologisch lokt een lesje scheikunde uit. Organisch betekent in de scheikunde dat het element C (koolstof) in de keten aanwezig is en

Minder schadelijke en vluchtige stoffen

de term biologisch wordt bij C2C gebruikt als het product teruggenomen

Ondertussen is de directeur de heer Laansbergen de kamer binnen gelo-

kan worden in de biologische keten. Watergedragen lijmen voor het

pen. Hij gaat zitten om aan het gesprek deel te nemen. Natuurlijk is de

Foto’s SABA

Afdeling Research & Development (R&D). Op tafel staan met babykleurtjes gevulde flesjes; elk land schijnt zijn eigen voorkeur voor een kleur lijm te hebben.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

29


drijfveer om de watergedragen C2C-lijm te ontwikkelen niet alleen ont-

voet via contacten met universiteiten en onderzoeksinstituten. Maar het

staan uit milieuvriendelijke overwegingen. Het is ook een vraag die vanuit

allerbelangrijkste is de nauwe samenwerking met klanten voor praktische

de markt speelt. SABA staat wel op het standpunt dat niet duurzame

kennisuitwisseling. De afdeling R&D past bij haar productontwikkeling de

producten geen toekomst meer hebben. Het beleid van het bedrijf is erop

internationale normen toe. Voor het certificeren van producten maakt ze

gericht producten op de markt te brengen die minder schadelijk zijn voor

gebruik van gespecialiseerde onafhankelijke onderzoeksinstituten, zoals

mens en milieu. Er wordt veel tijd besteed aan het verminderen van de

KIWA, TNO en TÜV.

hoeveelheid gevaarlijke stoffen in bestaande producten en het ontwikkelen van nieuwe producten met zo min mogelijk vluchtige stoffen. SABA

Eigen verantwoordelijkheid

besteedt elk jaar een groot gedeelte van haar budget aan onderzoek en

Ruud de Block zegt: “Oplosmiddelen zijn niet verboden.” Er bestaat wel

ontwikkeling. De wens en wil tot innovatie is een terugkerende drijvende

het Europese systeem ‘Registratie Evaluatie en Autorisatie van Chemische

kracht. De lijmfabrikant volgt de wetenschappelijke ontwikkelingen op de

stoffen’ dat eisen stelt aan chemische producten. Deze eisen worden

Walslijm wordt direct aangebracht op het oppervlakte, waardoor geen nevel in de lucht komt, die de lucht vervuilt (zoals bij spuitlijm).

30

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


rubriek

Roller Applicator.

Medewerker aan het werk met een lijmpistool.

steeds strenger vanwege de gezondheidsgevaren. De redenen om een

deling en de goede samenwerking met klanten, die met specifieke vragen

watergedragen product te gaan ontwikkelen zijn voor SABA daarom veler-

komen. SABA is ook aangesloten bij de Sustainable Sleep Alliance met

lei. Naast wetgeving en economische drijfveren heeft een bedrijf ook een

als visie: “Ontwikkeling, fabricage en samenstellen van matrassen op een

eigen verantwoordelijkheid tegenover de maatschappij. Zodoende ging

sociaal verantwoorde en milieuvriendelijke manier zodat er een positieve

de lijmfabrikant een aantal jaar geleden op zoek naar een watergedragen

bijdrage wordt geleverd aan gezondheid en leefkwaliteit.”

spuitlijm die voldeed aan de eigen standaard. Omdat een deel van het

Tijdens de wandeling door het testlab wordt de verscheidenheid aan

klantenbestand uit de matrasindustrie komt, bleek er duidelijk behoefte

geschuimde materialen duidelijk. SABA-producten worden getest door mid-

aan een lijm die mens- en milieuvriendelijk is. Want het contact met een

del van geavanceerde testapparatuur. De afdeling R&D beschikt over een

matras is vrijwel direct en gedurende enige uren: je slaapt erop. De eisen

klimaatkamer en temperatuurgeregelde trekbank. Veel SABA-producten

zijn onder andere dat de stof niet kankerverwekkend is, maar ook zeker

zijn gecertificeerd door onder andere KOMO, DIBt, Germanischer Lloyd,

niet reprotoxisch. Dat laatste wil zeggen: het lichaam neemt de gevaarlijk

IseGa, LGA en KIWA.

stof op en geeft het nog generaties lang door via reproductie, oftewel van

Op een tafel staan met babykleurtjes gevulde flesjes. Elk land schijnt zijn

moeder op kind.

eigen voorkeur voor de kleur van lijm te hebben. SABA lijmen plakken direct, zonder al droog te zijn. Zo houd je snelheid tijdens het lijmen van

Technische innovaties

onderdelen. SABA lijmen zijn daar uniek in.

De meeste bedrijven die duurzame maatregelen nemen richten zich eerst op de verpakkingsmaterialen. Natuurlijk is daar winst mee te behalen. Zo is

Samenwerking

SABA, naast met het terugdringen van oplosmiddelen, bezig met het redu-

Bij het ontwikkelen van de watergedragen lijm is er samenwerking geweest

ceren van vast afval. Wel gaat het uiteindelijk om productverbetering. Als

met leveranciers van polymeren, additieven en harsen. Kennisuitwisseling

je lijm op een oppervlak spuit, komt dertig procent van de nevel terecht in

vormt de basis van innovatie. De bedrijven hebben hun polymeren bestu-

de omgeving. Bij walslijm, die direct wordt aangebracht op het oppervlak,

deerd om te kijken of ze op die manier konden helpen een betere lijm

is de omgevingsvervuiling nihil. Walslijm heeft dus de voorkeur. SABA heeft

te maken. Dit resulteerde in zes nieuwe lijmsoorten met de slogan: ‘The

een nieuwe spuitkop ontwikkeld, waarbij in de kop de chemische reactie

secret power of water’. Omdat de vraag naar watergedragen lijmen vanuit

ontstaat die de lijmkracht activeert. Dit is een gepatenteerde technologie.

de markt moet komen is er nog een hele weg te gaan. De verhouding

Voor onderhoud komen deze pistolen terug naar de fabriek om onderde-

watergedragen lijmen en lijmen met oplosmiddelen is 6:4. De klant bepaalt

len te vervangen, zo blijft het product optimaal. Naast de samenstelling van

hoe er gelijmd wordt. En er ontstaan nieuwe markten. Een Chinese pro-

de lijm is de houdbaarheid ook belangrijk, zoals bij klimaatschommelingen,

ducent is klant bij SABA vanwege de kwaliteit van de lijm en het voldoen

vocht en temperatuurswisselingen.

aan de veiligheidseisen. Ruud de Block ziet het als een uitdaging van deze tijd het product lijm op

Gecertificeerd

een duurzame en milieuvriendelijke manier te optimaliseren. Hij kan er nog

De focus van het bedrijf ligt op het verlijmen van schuim, een niche in de

steeds veel van zijn creativiteit in kwijt.

markt. Hiermee blijft het concurrenten voor, dankzij de eigen ontwikkelafGezond Bouwen & Wonen 3-2011

31


Voor de ideeënprijsvraag met de titel ‘Zo wil ik wonen’ luidde de opgave om innovatieve, op de woonmarkt afgestemde ruimtelijke concepten te ontwikkelen. Een interdisciplinair team, werkend aan voorstellen voor gezond en milieusparend bouwen, nam de kans waar te reageren. Het ontwerpteam bestond naast architecten en stedenbouwers uit een verscheidenheid aan andere professionals, waar onder een kunst- en architectuurhistoricus, een projectontwikkelaar, een computerdeskundige, theoretici en docenten uit diverse disciplines. De inzending: een plan voor een humaan-ecologische woonwerkbuurt.

Bouwen met voorzorg

Hofvitaal: zo wil ik wonen!

Afbeelding 4: Zicht uit één van de serres die als thermische buffer dienen.

32

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

Illustraties ASK*

Juri Czabanowski en Peter Schmid


Visie Afb.1: Zestien pictogrammen vertolken zestien kwaliteiten.

H

et ontwerpproces is niet altijd eenvoudig geweest. Gemeenschappelijk

Een vitale en herbergzame woonhof

voor de teamleden was en bleef de achtergrondfilosofie van de

Het project stelt een hofconcept voor (Afb.2), dat in vele situaties in

Nederlandse Vereniging Integrale Bio-logische Architectuur (VIBA). Als

Nederland en in vele andere landen toepasbaar is. De naam ‘Hofvitaal’ was

werkmethode voor uitwisseling werd de Methode Holistische Participatie

gekozen om juist daaraan te refereren. Een fysiek, psychisch en spiritueel

(MHP) toegepast. De methode verliep niet altijd geheel systematisch, maar

gezond individu en een evenzo samengestelde gemeenschap wordt door

zij maakte uiteindelijk de coördinatie van de diverse individuele bijdragen

het herbergzame bebouwingsconcept ondersteund. Het streven naar een

en een synthese tot een geheel mogelijk. In een 16-tal pictogrammen

multi-dimensionale harmonisatie, in onze zich steeds meer individualise-

schuilt de gemeenschappelijke noemer voor de architectuurbenadering, als

rende maatschappij met haar talrijke etnische, ecologische, energetische

een soort ontwerpinstrument. Zie hiervoor afbeelding 1.

en economische problemen, was mede een belangrijke factor bij de keuze van de bouw- en ruimtelijke vormen van de toegepaste bouwtechnieken.

Afbeelding 2: Vogelperspectief van multifunctioneel buurtschap Hofvitaal met permacultuur.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

33


Visie Artikelenreeks ‘Bouwen met voorzorg’ Dit artikel is het derde van de reeks ‘Bouwen met voorzorg’. Deze reeks is gebaseerd op de resultaten van een twee jaar durende studie van de werkgroep VIBA-visie. De auteurs van dit artikel waren leden van de werkgroep. De werkgroep nam aan twee prijsvragen deel: ‘Duurzaam Almere’ en ‘Zo wil ik wonen’. In het vorige en dit nummer wordt aan de hand hiervan geïllustreerd hoe de VIBA-visie in ontwerpen is vertaald. In GB&W 2011-4 komt ‘bouwen voor de toekomst’ aan de orde, met handreikingen om aan de slag te kunnen gaan.

Afbeelding 6: Plattegrond.

Beknopte bouwbeschrijving

In en om het centraal gelegen multifunctionele gebouw (Afbeelding 3)

Voor de diverse wooneenheden werd een draagconstructie ontworpen

kunnen gemeenschapsactiviteiten voor kinderen, jongeren en ouderen

die vrije individuele indelingen mogelijk maakt. Hier zou iedere bewoner

plaatsvinden.

een privéruimte van 12 m2 ter beschikking krijgen. Tot het woonconcept behoren eveneens werk- en praktijkruimten, toegankelijkheid van rolstoel-

Buurtraad

houders en voorzieningen voor verblijf bij toegenomen leeftijd.

Het wordt aanbevolen in zo´n dorpsachtige buurtschap een vereniging van

Energiebesparing of zelfs -winst wordt bereikt door een geschikte oriën-

bewoners op te richten. Zij beslist in goed overleg over het beheer, het

tatie en door een aangebouwde serre, overeenkomstige warmte-isolatie,

reilen en zeilen van de buurt en de gemeenschappelijke activiteiten. De

drievoudige beglazing van de ramen, bodem- en wandstralingswarmte,

bewoners krijgen een Manuale mee, een soort van gebruiksaanwijzing.

gecontroleerde ventilatie, zonnecollectoren, PV-cellen, warmtepompen,

Hierin is te lezen over de betekenis van een integrale benaderingswijze

en waterbesparende kranen en bruissproeiers of douchekoppen.

in combinatie met regels en adviezen voor gezond en milieuvriendelijke

Zaken die bijdragen aan een gezond en weldoend binnenklimaat en

wonen.

tegelijk financieel voordeel opleveren zijn: de oriëntatie, een materiaalkeuze met opslagmassa en aangename oppervlaktetemperatuur, stra-

Ontstaansproces

lingswarmte en geconcentreerde natuurlijke ventilatie. Vanzelfsprekend

De uitwerking van het project ging gepaard met veel inspiraties en

worden alle toxische stoffen uitgesloten. Door netvrijschakelaars wordt

innovatieve ideeën, maar ook met meningsverschillen binnen het team.

elektrosmog vermeden. De voorkeur voor duurzame bouwstoffen leidt tot

Uiteindelijk echter leidden deze tot optimale en gedifferentieerde oplossin-

overwegende toepassing van hout en leem voor de dragende constructies.

gen (Afbeelding 5). Tijdens de gemeenschappelijke zittingen werden toe-

Een grote dakoverstek verlengt de houdbaarheid van alle buitenwanden,

gestuurde ideeën bediscussieerd. De besluiten over de uiteindelijke oplos-

inclusief deuren en vensters.

singen werden genomen, gecoördineerd en tot een synthese gebracht. Dit succesvolle feit is niet in de laatste plaats te danken aan de door alle

Groen

deelnemers geaccepteerde principes. Dit mondde uit in het devies: ’Zo wil

Het buurtschap is verregaand groen: deels op daken, deels aan buiten-

ik in een vitale hof wonen.’ Het concept van Hofvitaal bevalt uitstekend:

wanden en uiteraard in het park- en tuingedeelte. Bewoners werken

een hof van Eden, een paradijsje, een hemel op Aarde! (Afbeelding 2 en 6)

bovendien samen door gemeenschappelijk tuinbouw te bedrijven. Hierbij

De kans bestaat dat een aangepaste versie van de uitgewerkte prijsvraag-

worden ook de overblijfselen van de composttoiletten verwerkt.

inzending daadwerkelijk gerealiseerd wordt. Onderhandelingen daarover

Regenwater wordt verregaand gebruikt ter bodeminfiltratie, voor zover

zijn in volle gang.

het geen toepassing vindt in de tuinbouw en in de huishoudens. Afval wordt gescheiden verzameld en aan recyclingbedrijven aangeboden. Groenafval wordt verwerkt tot compost.

Prof.em. M.A. Dr.h.c. Peter Schmid is o.a. architect en de oprichter van de VIBA. Dr. Juri Czabanowski is architectuur- en kunsthistoricus. *Mede ontworpen en gemaakte 3D Visuals door ASK www.asking.nl

Prijsvraag De Bond van Nederlandse Architecten (BNA) en de Nederlandse projectontwikkelaars NEPROM schreven een ideeënprijsvraag uit met de titel ‘Zo wil ik wonen’. Het motto was ‘Nederland wordt anders’. De opgave luidde om innovatieve, op de woonmarkt afgestemde ruimtelijke concepten te ontwikkelen. De visionaire, conceptuele en strategische aspecten werden daarbij door het team uitgewerkt. De keuze van situatie en omvang van het project mochten de deelnemers zelf beslissen. Er golden geen precieze financiële, juridische en technische randvoorwaarden. Wel werd in de kanttekening onderstreept dat de ingezonden ideeën binnen korte tijd op gedifferentieerde wijze verwerkelijkt moesten kunnen worden. Dit betrof zowel de koop- als de huurwoningen.

Afbeelding 5: Sfeerschets van een gedeelte van de dorpsachtige buurt.

34

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

Afbeelding 3: Het buurthuis.


Gelamineerd Vuren hout in 377 kopmaten direct leverbaar Gelamineerd hout voor uw constructies, in diverse houtsoorten Projecten in gelamineerd hout; ontwerp, levering en montage Vilam速 Lariks en Vuren voor ramen, deuren, kozijnen en trappen Vilam速 Sandwich; geisoleerd kozijnhout met koudebrug onderbreking Vilam速 Lariks is leverbaar met DUBOkeur en PEFC of FSC certificaat

www.withagenhoutprodukten.nl Withagen Houtprodukten BV is in het bezit van een FSC certificaat, met nummer SGS-COC-2385 en PEFC-certificaat, met nummer SGS-PEFC/COC-0929 SGS-COC 2385

Withagen Houtprodukten BV De Haven 1 - 9468 CP Annen Tel 0592 - 27 42 80 - Fax 0592 - 27 32 09 info@withagenhoutprodukten.nl


Hergebruik als betonpuingranulaat levert nauwelijks milieuwinst op

Duurzaamheid van beton moet en kan beter Jean Frantzen

Figuur 2. Ontwerp voor luxe woningen op basis van constructie van galerijflat in Maassluis.

oor alle materialen zijn LCA’s (Levens Cyclus Analyses) opgesteld. Alle

V

met beton? Beton is duurzaam in de betekenis van ‘gaat lang mee’. Dit

milieueffecten die ontstaan van ‘wieg tot graf’ worden geïnventari-

betreft vooral de technische levensduur van het beton. Als een beton-

seerd. Ook voor beton zijn alle effecten geïnventariseerd, van het afgra-

nen gebouw goed onderhouden wordt dan kan het gebouw inderdaad

ven voor zand en grind, het vervoer, het maken van cement tot en met

wel eeuwig blijven bestaan. De leeftijd wordt echter niet alleen door de

de effecten tijdens het gebruik. Bij de afvalfase wordt er rekening mee

technische levensduur bepaald. De functionele levensduur van gebouwen

gehouden dat een deel van het betonpuin wordt hergebruikt. Verreweg

is veel meer bepalend. Woningen uit de jaren ‘60 en ‘70 worden nu al

de meeste milieueffecten ontstaan bij het produceren van cement. Hierbij

op grote schaal gesloopt. Er worden zelfs al gebouwen gesloopt die nog

wordt kalk geblust en daar komt de meeste CO2 bij vrij. Bij de productie

maar 20 of 30 jaar oud zijn. Vooral gebouwen in de zorg en het onderwijs

van hoogovencement komt minder CO2 vrij, maar in verhouding tot het

hebben erg veel hinder van de rigide structuur van het beton en zijn niet

hele product beton toch ook veel.

voldoende flexibel om de steeds sneller wordende veranderende functio-

In vergelijking met een stalen constructie doet beton het iets beter, maar

nele vraag aan te kunnen.

ten opzichte van een houten constructie veel slechter. Met de nieuwe volhout verlijmde producten kan hout tegenwoordig veel meer overspannen

Andere soorten levensduur

een wordt daarmee concurrerend.

Met name in de kantorenmarkt speelt de economische levensduur een belangrijke rol. Dit is ook duidelijk zichtbaar in het enorme overschot

Technische en functionele levensduur

aan vierkante meters kantoorvloeren. Ik heb geen verstand van de

“Architecture is the will of an epoch translated into space”, zei Mies

economie om hier dieper op in te gaan, maar duidelijk is dat hier heel

van der Rohe. Welke betekenis kan die uitspraak hebben voor bouwen

andere regels gelden dan die van de technische of functionele levensduur.

36

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


Bouwdata

In de nabije toekomst worden de milieukosten van het materiaalgebruik steeds meer bepalend

Wereldwijd komt er per hoofd van de bevolking jaarlijks een kubieke meter beton bij. Beton draagt maar liefst 5% bij aan de totale CO2-uitstoot op de wereld. Dit is meer dan de bijdrage van bijvoorbeeld de totale luchtvaart. In Nederland wordt er veel gedaan aan het terugbrengen van milieukosten van beton en cement en er is veel aandacht voor betonkernactivering als voordeel van bouwen met beton. Wereldwijd neemt het gebruik van beton echter nog flink toe, met China voorop. Verbeteringen die we hier ontwikkelen kunnen dus nog veel nut hebben De betonindustrie noemt beton duurzaam. Natuurlijk is beton zeer robuust en heeft het een lange levensduur. In dit artikel wordt aangegeven waarom beton niet duurzaam is en hoe de duurzaamheid van beton verbeterd kan worden.

Investeringen, beleggingen, afschrijvingen, terugverdienmodellen bepalen

hergebruikt moet worden, geeft de Ladder van Delft aan hoe dat in de

het lot van de gebouwen.

bouw eruit kan zien en dat er een gradatie bestaat in hergebruik.

Ten slotte bestaat er ook de maatschappelijke levensduur. De ‘Zwarte Madonna’ in Den Haag, een woongebouw met een groot aandeel

Beton hergebruiken als puingranulaat is behoorlijk laagwaardig en levert

beton, moest worden gesloopt omdat het publiek het gebouw lelijk

nauwelijks milieuvoordeel op (zie verderop). Gesteld kan worden dat er

vond. Andersom blijven er gebouwen staan die gemaakt waren om voor

voorkomen moet worden dat beton wordt vermalen tot puin. Hergebruik

slechts een korte tijd een functie te vervullen. De maatschappij komt soms

van beton kan op niveau 3, 2, en 1 van de ‘ladder’ natuurlijk wel heel

voor deze gebouwen op als de sloophamer oprukt. Als architectuur de

goed scoren. Dan moeten we wel anders bouwen, betonelementen moe-

tijdgeest moet verbeelden, zoals het citaat van Mies van der Rohe zegt,

ten demontabel zijn (3), zodat we gebouwen kunnen demonteren en in

gebruik dan liever geen beton!

een andere configuratie weer in elkaar kunnen zetten. Met hergebruik van constructies (2) is ook geëxperimenteerd. Galerijflatjes

Hergebruik

kunnen worden omgebouwd tot luxe woningen (figuur 3). Dit vergt vaak

Als we de levensduur niet in de hand hebben moeten we bij het ont-

toch veel energie, want de constructie is er niet op ontworpen. Voor

werpen rekening houden met een vroegtijdig einde van het gebouw.

zowel mogelijkheid 3 als 2 geldt in feite dat we nu in de ontwerpfase

Al enkele jaren vóór de introductie van Cradle to Cradle (C2C) is er veel

rekening moeten houden met hergebruik om succesvol hergebruik in een

nagedacht over hergebruik van materialen. Op de Technische Universiteit

latere fase te kunnen realiseren.

van Delft is de Ladder van Delft ontwikkeld (zie volgende pagina). Daar waar C2C eenvoudig stelt dat materiaal op een hoogwaardige manier Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

37


Preventie (1) Hergebruik van constructies (2) Hergebruik van bouwdelen (3) Hergebruik van materialen (4) Nuttige toepassing als reststof (5) Immobilisatie met nuttige toepassing (6) Immobilisatie zonder nuttige toepassing (7) Verbranden met energieopwekking (8) Verbranden (9) Ladder van Delft

Storten (10)

Figuur 1. Toename CO2-productie wereldwijd voor de productie van beton. (Grafiek Carbon Dioxide Information Analysis Center)

Voorbeeld van flexibel bouwen met houtskeletbouw

Terugnamegarantie

tige toepassingen gevonden. Het beton wordt vergruisd en kan weer als

Dat hergebruik een ontwerpprobleem is wordt ook door C2C aange-

betongranulaat hergebruikt worden. Al meer dan tien jaar is het duurzaam

dragen. C2C geeft bovendien aanwijzingen hoe er met de verschillende

om 20% puingranulaat voor te schrijven in bestekken. Waarom niet méér?

onderdelen van een gebouw omgegaan moet worden (figuur 4). Een

Deze vraag is in Groningen gesteld en daar is de hele keten bij elkaar

casco heeft een andere levensverwachting dan een gevel. Voor elk onder-

gekomen: betonfabrikant, constructeur, architect, afvalverwerker en de

deel kunnen andere keuzes gemaakt worden vanwege de te verwachten

gemeente. Hier zijn ze tot de conclusie gekomen dat 50% ook eenvoudig

levensduur. Ook hier is demontabiliteit het sleutelwoord.

haalbaar is. Bij een hoger percentage moet de constructeur extra bere-

Tapijtfabrikanten nemen vloertegels terug als ze niet meer gewenst zijn.

keningen maken. Dit is een geweldige prestatie. Dit initiatief toont het

Wanneer gaat de eerste betonfabrikant terugnamegarantie geven op

belang aan om vastgeroeste patronen te doorbreken en met elkaar om

prefab vloeren? Gezien de duurzaamheid in de tijd is dat natuurlijk geen

de tafel te zitten.

probleem voor beton.

Kanttekening Voorkomen van hergebruik (1) is natuurlijk veruit te prefereren en heeft in

Toch een kanttekening bij deze prestatie. Als door de LCA wordt uitgere-

deze tijd veel aandacht. Bij renovatie moet er echter wel de mogelijkheid

kend wat het verschil in milieukosten is, gaat men van € 0,0246 per kg

zijn het energiegebruik flink te reduceren, dan pas gaan de totale milieu-

voor beton zonder puingranulaat naar €0,0221 voor beton met 100%

kosten naar beneden.

puingranulaat. Een verbetering van slechts 10%. De milieuvervuiling van beton wordt namelijk vooral bepaald door de productie van cement. Als het percentage cement omhoog moet vanwege de ongelijkvormigheid van het betonpuingranulaat is de milieuwinst al snel weg. De bijdrage van betonpuingranulaat in de wegenbouw als vervanger van zand en grind is al snel 25%. Dus toch maar het betonpuingranulaat gebruiken voor de wegenbouw.

Betonkernactivering Voor het berekenen van de Energieprestatie wordt de gebouwmassa positief meegenomen. De massa van het beton helpt om de binnentemperatuur langer stabiel te houden, waardoor de installaties minder snel hoeven bij te springen. Zeker in combinatie met lage temperatuur verwarming, hoge temperatuur koeling, warmte en koude opslag (WKO) in combinatie met een warmtepomp, is een betonnen gebouw zeer energiezuinig. Op deze manier draagt beton bij aan een energiezuinig gebouw met een

Ketenbenadering betonpuingranulaat

prettig binnenklimaat.

Een gebouw wordt tegenwoordig niet zomaar gesloopt, maar gestript.

Gezien de milieukosten van beton is het goed te realiseren dat slechts de

Deels door verplichtingen die de overheid oplegt, maar ook deels doordat

buitenste 5 cm beton wordt geactiveerd om de temperatuur stabiel te

er markt is voor de materialen die vrijkomen. Er worden flink wat nut-

houden. Materiaalbesparing is dus mogelijk met behoud van de eigen-

38

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011


Bouwdata

Huidige verdeling milieukosten van de materialisatie van verschillende gebouwonderdelen.

Figuur 3. Verschillende onderdelen van een gebouw hebben andere levensverwachting, houd daar in het ontwerp rekening mee. (Schema © 2008 William Mc-Donough + Partners)

Foto JW Frantzen

schap om de temperatuur binnen de perken te houden. Met de nieuwste ontwikkelingen van hogesterktebeton zou misschien een weg ingeslagen kunnen worden naar minder betongebruik.

Ontwikkeling BREEAM De ontwikkelingen ten aanzien van het energiegebruik van gebouwen gaan hard. Er staan al gebouwen die energieneutraal zijn en dus in feite voor gebouwgebonden energie geen milieukosten veroorzaken. In de nabije toekomst worden de milieukosten van het materiaalgebruik steeds meer bepalend. Dit is te zien in het instrument BREEAM: er kunnen punten gescoord worden als het gebouw lage milieukosten heeft die door materiaalgebruik veroorzaakt worden. Met een constructie waarin minimaal beton wordt gebruikt zijn er net één of twee punten te scoren. Er zijn in totaal zes punten te behalen, voor lagere milieukosten zal een constructie van hout of een combinatie van hout en beton gekozen moeten worden. Een houten constructie kan een factor 20 schelen in de milieukosten (zie

Figuur 4. Demontabele structuur, installaties bereikbaar en vervangbaar. Kantoor ABT Delft.

figuur 5).

Aanbevelingen Zorg dat gebouwen van functie kunnen veranderen. Houd rekening met de functionele levensduur van het gebouw, zorg dat de functies aangepast kunnen worden. De Trias Ecologica is nog steeds goed bruikbaar. De eerste stap is: beperk het gebruik van eindige bronnen. Slimmer en slanker bouwen met beton is mogelijk met behoud van de kwaliteiten. C2C en de Ladder van Delft geven aanwijzingen hoe er met hergebruik Figuur 5. Resultaat onderzoek laagbouw in verschillende materialen. (Onderzoek uitgevoerd door studenten H. Felie en K. Kuiper van de Hanzehogeschool in opdracht van constructiebureau Wassenaar.)

omgegaan moet worden; voorkom laagwaardig hergebruik. Maak een

Nieuw zijn punten die gehaald kunnen worden als een gebouw aantoon-

wellicht in verschillende gebouwen.

baar flexibel is. Er moet aangetoond worden dat installaties bereikbaar en

Deze aanbevelingen zijn niet nieuw, maar het is goed om alles weer op

vervangbaar zijn. En ook moet aangegeven worden op welke manier het

een rijtje te hebben nu duurzaamheid steeds meer een modewoord wordt.

gebouw in de toekomst uitgebreid kan worden. In ontwikkeling is in welke

Dankzij de populariteit van BREEAM krijgt materiaalgebruik weer veel

mate er rekening wordt gehouden met hergebruik. Het is waarschijnlijk dat

aandacht.

gebouw demontabel en scheid installaties en constructie. Daarmee kunnen de betonnen onderdelen nog steeds een lang leven tegemoet gaan,

de Ladder van Delft wordt opgenomen in BREEAM om een beoordeling voor het niveau van hergebruik te geven.

ir. J.W. (Jean) Frantzen is adviseur duurzame leefomgeving bij DGMR in Drachten.

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

39


RUBRIEKSADVERTENTIES Per regel (43 mm, kapitaal: max. 25 tekens, onderkast: max. 35 tekens) € 7,50­ex­clusief 19% BTW. Minimaal 4‑regels, uitsluitend op jaarbasis voor 4 nummers (min. € 120,- exclusief­19% BTW). Tekst­ wij­zi­ging per nummer mogelijk. Nieuwe advertenties of wijzigingen kunt u e-mailen­ of faxen naar: E sales@gezondbouwenenwonen.nl F 035 - 54 241 19

t.a.v. Jaap van Westering Bellen kan ook: T 035 - 88 735 31

Aannemers VEERDONK EN MULDER BOUWBEDRIJF Goed in duurzaam ambachtelijk verbouw- en restauratiewerk Leemptstraat 34, 6512 EN Nijmegen T: 024-3222925 www.veerdonk-mulder.nl kantoor@veerdonk-mulder.nl

Adviesbureaus ANNE UBBELS ENERGIE EN DUURZAAM BOUWEN Advisering nieuwbouw en bestaande bouw. Hoofdredactie GBW en Kennisbank DuBo. Tel: 06-11277755 edb@anneubbels.nl Viba lid Boom Onderzoek en advies in bouwen, stedebouw en installaties Delft/Maastricht Tel: 015-2123626 / 043-3560398 www.boomdelft.nl Group4Wellness-LHM B.V. Metingen, advies, producten en projectbegeleiding voor vitaliteitverhogende woon enwerk­omgevingen volgens bouwbiologische richtwaarden. info@group4wellness.com www.group4wellness.com Viba lid/SVE lid/DGBC lid

40

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

Nederlandse i­­­nstituut voor bOuwbio­logie en Ecologie bv Advies- en onderzoeksbureau voor milieuvriendelijk en gezond bouwen Tel: 035-6948233 info@nibe.org Viba lid/Viba expo

Architecten Acanthus, ir. Piet Tuin Organische architectuur Kromsteeg 4, 5331 AK Kerkdriel Tel: 0418-634306 www.ArchitectenbureauAcanthus.nl Viba lid/Viba Expo Archi Service BV Renz Pijnenborgh ‘s-Hertogenbosch Bio-Ecologisch architect Tel: 073-6415709 www.archiservice.nl Viba lid Architectuur design bna viba www.Architectuur-Design.nl Architectonisch Dynamisch Vormgeven Westwal 48, 5211 DC ‘s Hertogenbosch AM.deVrieze@Architectuur-Design.nl Viba lid/Viba Expo Eco-design Architectuur Met meerwaarde voor mens en milieu Ir. Sjap Holst, architect Viba/BNA De Raadstraat 1, 5666 EA Geldrop Tel: 040-2863792 www.arTchitecture.nl Grotenbreg Architecten Architectenbureau voor duurzame architectuur en stedebouw Rhienderinklaan 21, 7232 DB Warnsveld Tel: 0575-527478 www.grotenbreg-architecten.nl Viba lid/ Viba expo Architecten- en ingenieurs­bureau Kristinsson Prof.ir. Jon Kristinsson Milieuvriendelijke ontwerpen, ontwikkelingen en onderzoeken Noordenbergsngl. 10, 7411 SE Deventer Tel: 0570-615035 Fax: 0570-611606 www.kristinsson.nl Viba lid/ Viba expo ORIO architecten, ir. Michel post Ecologisch & strobouw architect Pauwenkamp 45, 3607 GC Maarssen Tel: 0346-551173 www.orioarchitecten.nl VIBA lid / Strobouw Nederland

VORTEX ARCHITECTEN BNA Duurzame architectuur en renovatie: wonen en werken. Groningen Tel: 050 312 14 00. www.vortex-architecten.nl WPP Kol architekt BNA scholen - woningbouw - kantoren G. Noodtstraat 4, 6511 SW Nijmegen Tel: 024-3607751 Fax: 024-3607693 scholen - woningbouw - kantoren wpp.kol@planet.nl Viba lid

Bouwmaterialen Groenebouwmaterialen.nl De ecologische online bouwmarkt; Isolatie, wandverwarming, leem, natuurverf, hout, enz. www.dubomat.nl Isolatie, hout, pleisters, leem, verf, terracotta tegels, wandverwarming, kurktegels, vloerbedekking, Isocell

Groendaken EKOGRAS DAKBEGROEIING Ook ‘Doe-het-zelf’ pakket leverbaar www.ekogras.com info@ekogras.com Tel: 0418-512927, Zaltbommel Viba lid

Inspectiebedrijven De Woonbioloog-LHM B.V. De Werkbioloog-LHM B.V. Inspecties en metingen van woon en werkomgevingen conform bouwbiologische richtwaarden o.a. straling, licht, water en luchtkwaliteit. Tel: 020-6704352 info@dewoonbioloog.nl www. dewoonbioloog.nl Viba lid/SVE lid/DGBC lid

Isolatiematerialen Goldshell Duurzame vloerisolatie met geselecteerde waddenschelpen Reitdiepskade 21, 9974 PJ Zoutkamp Tel: 0595-447141 Fax: 0595-401414 info@goldshell.nl www.goldshell.nl ISOSCHELP Onkwetsbare vloerisolatie voor gezond/droog binnenklimaat Fuchsialaan 12, 4401 HV Yerseke Tel: 0113-571249 Fax: 0113-573774 info@isoschelp.nl www.isoschelp.nl Isovlas Oisterwijk b.v. Warmteaccumulerend, vochtregulerend en verwerkingsvriendelijke Isolatie en dakelementen Postbus 348, 5060 AH Oisterwijk Tel:013 52 10 858 Fax: 013 52 10 862 info@isovlas.nl www.isovlas.nl WARMTEPLAN B.V. Renovatie: Isofloc, geblazen cellulose-isolatie Homatherm Q11 houtvezel binnen­ isolatieplaat Homatherm Q11 leemstucplaat Homatherm Twindak, buitendaks Pro clima winddichting Pro clima variabele damprem Nieuwbouw en prefabricage: Swelite I-liggers Homatherm Flex isolatieplaten uit ­cellulose- en hout Homatherm Q 11 koudebrugonder­ brekende beschotplaten Pro clima winddichting en vochtregulering Sprayplan+ akoestisch esthetische spuitcellulose Tel: 0575-564805 www.warmteplan.nl info@warmteplan.nl

Interieurarchitecten Atelier Jan Franssen Geeft vorm aan duurzaam wonen en werken Hoenveldsestraat 5-a, 6665 NB Driel Tel: 026-4437583 Fax: 026-3705786 info@atelierfranssen.nl www.atelierfranssen.nl

Kachels (accumulerend) Tigchelaar Tegelkachels Bouwt het warme hart van uw huis Haedstrjitte 26, 9008 SR Reduzum Tel: 0566-602171 Fax: 0566-601971 www.tigchelkachels.nl info@tigchelkachels.nl


bouw & Woon wijzer Trepein Leembouw advies-projektontwikkeling-levering-­ uitvoering-herstel Tel: 033-4701598 Fax: 033-4701914 www.trepeinleembouw.nl info@trepeinleembouw.nl Viba lid

keukens DE NIEUWE KEUKEN... ... natuurlijk mooi én duurzaam. Bernhagen Natuurkeukens Traay 196-198 3971 GV Driebergen-Rijsenburg Tel: 0343-755006 Fax: 0343-755007 www.natuurkeukens.nl

Riolering TWEBO TUBES B.V. ENSCHEDE Duurzame PP-leidingsystemen Postbus 1360, 7500 BJ Enschede Tel: 053-4340205 Fax: 053-4340415 Viba lid/ Viba expo

Natuurverven

Leembouw Livingearth Company Leemstucwerk met LivingEarth leemstucprodukten, leembouw, warmtewanden met leem, Stucco Lustro en Tadelakt Tel. 035-685 4008 www.livingearth.nl Sebunga leembouw Na-isolatie, warmtewanden, leemkachels, leem, kalk en tadelact stucwerk Tel; +31-(0)6-53581928 info@sebunga.nl sebunga.nl Viba lid / Viba expo

Water

Warmtemuren

Aglaia natuur- en Beeck ­mineraalverven www.natuurlijk-kleurrijk.nl info@natuurlijk-kleurrijk.nl Tel: 06 - 41852557 (VIBA expo) FarvoCOLOR bv natuurverven Tel: 0511-425628 Fax: 0511-421396 info@farvocolor.com www.farvocolor.com Viba lid/ Viba expo

WARMTEPLAN B.V. Comfort Vite prefab wandverwarming Eco-Brick massieve wandverwarming Stukiso voorzet wandverwarming Tel: 0575-564805 www.warmteplan.nl info@warmteplan.nl WEM wandverwarming Drie systemen één principe. wem@wandverwarming.nl wandverwarming.nl

BrinkVos Water BV Individuele Behandeling Afvalwater Kiwa gecertificeerde IBA systemen o.a. Helofytenfilters. Tevens zwem-, vijver- en regenwaterhergebruik. Tel: 0522-482090 Fax: 0522-480777 info@brinkvoswater.nl www.brinkvoswater.nl

Winkels www.WOONWINKELATRIUM.nl Biologisch bouwen en wonen Arnhem, Nijmegen www.VANBINNEN.com Natuurlijk wonen Rotterdam

Advertenties

Wilt u net zo goed geïnformeerd zijn als uw bouwpartners?

Recreatiecentrum "Ter Spegelt" Eersel

Dan wordt het toch echt tijd voor een abonnement... € 59, 50 p/jr (4 nummers)

Rozenbogerd 2 - 5301 KD Zaltbommel Tel. 0418 - 512 927 - Fax. 0418 - 515 277

www.ekogras.com

Surf naar www.gezondbouwenenwonen.nl

Tevens leverbaar als DOE-HET-ZELF pakket Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

41


agenda

Januari

februari

14 januari

25-27 januari

Cursusdag

Vakbeurs

Permacultuur met Mihail

Gevel 2012

7 februari

VIBA-café

Kossev

Locatie: Ahoy Rotterdam

Cursus

5 minuten om te vertellen waar

Locatie: Leerschool Permacultuur

Info: www.gevel-online.nl

Duurzaam en energiezuinig

je mee bezig bent

Friesland, Leeuwarden

Locatie: VIBA-expo, de

Info: www.omslag.nl

5 januari

Gruyterfabriek, Veemarktkade Den

bouwen

v/a 28 januari

Locatie: Rotterdam

Cursus

Info: www.sbr.nl

t/m 15 januari:

Permacultuur moestuin

Info: vibavereniging.nl

Tentoonstelling

Locatie: Zuiderpark Den Haag

7 februari

Windflower, Perceptions of

Info: www.eetbaar-park.nl

Themabezoek

7 januari

nature (zie GB&W 2011-2)

Bosch

Introductieworkshop Permacultuur Locatie: Ecohuis Antwerpen Info: www.eetbaar-park.nl

11 januari Cursus Verwarmen met hout Locatie: Bomencentrum Baarn Info: www.inverde.be

Troeven en uitdagingen van de

Locatie: Kröller-Müller, Otterlo

31 januari

Groningen

Themaseminarie

Locatie: CIVA Brussel

Info: www.kmm.nl

Troeven en uitdagingen van de

Info: www.leefmilieu.be

modulaire eco-constructie

modulaire eco-constructie

17 januari

Locatie: CIVA (internationaal cen-

10 februari

Workshop

trum voor stad, architectuur en

Warme truiendag

Woonkeur (voor levensloop

landschap), Brussel (BE)

Info: www.warmetruiendag.nl

bestendige woning en woon-

Info: www.leefmilieu.be

omgeving)

maart

Locatie: Infocentrum Berflo Mooi, Hengelo

6-8 maart

www.wonen-in-beweging.nl

Nationale vakbeurs Renovatie Locatie: Brabanthallen Den Bosch

www.gezondbouwenenwonen.nl

Info: www.renovatie.nl

Advertentie

bureau voor hedendaagse architectuur

Het is onze ambitie bijzondere gebouwen te maken. Mét en vóór bijzondere mensen. U staat daarbij centraal.

info@willemsenu.nl

42

Gezond Bouwen & Wonen 3-2011

www.willemsenu.nl

040 246 69 92




Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.