Mens en Natuur - lente 2025

Page 1


TONZON VLOERISOLATIE

Comfortabel, energiezuinig en allergeenarm wonen ?

Heel betaalbaar: vloerisolatie met subsidie

Wil je de energie-efficiëntie van je woning verbeteren? Vloerisolatie is een slimme en betaalbare stap! Door driekamer Thermoskussens en bodemfolie aan te brengen, verlaag je niet alleen je stookkosten, maar verhoog je ook het wooncomfort.

De richtprijzen voor deze dubbele aanpak variëren, afhankelijk van jouw situatie, zoals de hoogte van de kruipruimte of extra benodigde noppenfolie. Maar vergeet niet: als je meerdere isolatiemaatregelen neemt, heb je recht op subsidie!

Dit kan je totale kosten aanzienlijk verlagen.

Richtprijzen voor Vloerisolatie

Oppervlak Bruto Subsidie* Netto

Kies je alleen voor vloerisolatie? Dan ontvang je slechts de helft van het subsidiebedrag. Maak gebruik van deze kans om zowel je energiekosten als je ecologische voetafdruk te verkleinen.

Daarnaast bieden veel gemeenten extra subsidies aan voor woningisolatie. Bekijk dus ook de website van jouw gemeente.

Schimmels, zilvervisjes en huisstofmijten hebben een grote hekel aan TONZON Vloerisolatie

Wist je dat TONZON Vloerisolatie deze ongewenste gasten de deur wijst? Onze isolatie houdt je vloer warmer en droger, waardoor het een onleefbare omgeving wordt voor huisstofmijten

Creëer een gezonder binnenklimaat, verbeter je luchtkwaliteit en verminder allergieën. Kijk voor meer informatie op www.tonzon.nl/vochtproblemen

De meest mens- en milieuvriendelijke vloerisolatie

TONZON Vloerisolatie is opvouwbaar en past door elk kruipruimteluik, zonder vrachtwagen voor transport. Met minimaal grondstof- en energieverbruik behaal je maximaal resultaat. Volgens Milieu Centraal verdien je 40 tot 400 keer de energie terug die nodig is voor isolatiemateriaal, en bij TONZON is dat zelfs 6.500 keer. De CO2-uitstoot is minimaal, en het isolatiemateriaal bevat geen stof, vezels of giftige gassen, zodat je thuis kunt blijven tijdens de montage.

Dubbele aanpak, isoleren en een drogere kruipruimte

Veel kruipruimtes zijn vochtig of nat. Daarom wordt in combinatie met de Thermoskussens een stevig zeil op de bodem van de kruipruimte gelegd. Deze bodemfolie stopt de verdamping van vocht uit de kruipruimtebodem. Dit betekent minder vocht in de woning en een optimale werking van de Thermoskussens. Daarnaast zullen leidingen en ophangbeugels veel langer meegaan.

Meer informatie over vloerisolatie?

Scan de QR-code of kijk op www.tonzon.nl

Vergelijking milieukosten bij R = 5,0 m²K/W

• TONZON Thermoskussens: Laagste milieukosten.

• Vlaswol: 3,5 keer meer milieukosten.

• Glaswol: 15 keer meer milieukosten.

• EPS (polystyreen): 18 keer meer milieukosten.

• Gespoten PUR-schuim: 48 keer meer milieukosten

Een andere techniek met een beter effect

TONZON Vloerisolatie met Thermoskussens is gebaseerd op andere natuurkundige principes en isoleert effectiever dan andere vloerisolaties. Door de Thermoskussens wordt de vloer sneller warm en houdt de vloer de warmte langer vast. De vloer wordt zelfs warmer dan de luchtlaag vlak boven de vloer. Met het vierkamer Thermoskussen bereik je zelfs een Rc > 7 m²K/W. Bij niet geïsoleerde vloeren met vloerverwarming kan de besparing zelfs oplopen tot 18 m³ gas/m².

‘Voor mijn afstuderen als IVN Natuurgids in 1998 hield ik een stukje natuur op de Holterberg op de Sallandse Heuvelrug in de gaten. Dat monitor ik nu al 25 jaar voor RAVON op reptielen en amfibieën. Er komen ook hazelwormen voor. De hazelworm is een schitterend dier. Als ik er een zie, ga ik eens rustig zitten kijken. Het is vaak net alsof hij je aankijkt, alsof er echt contact is. Hazelwormen leiden een verborgen leven, ze warmen zich op aan objecten zoals bladeren en takken. Het zijn geen slangen, maar reptielen zonder pootjes. In de loop van de evolutie zijn die verdwenen.’

Anton van Beek, IVN Nijverdal/Hellendoorn, actief in de reptielen- en amfibieënwerkgroep

Wil je Mens en Natuur liever digitaal ontvangen of je lidmaatschap opzeggen?

Stuur een mail naar info@ivn.nl

Mens en Natuur

Uitgave van IVN

76ste jaargang – nummer 1

LENTE 2025

Postbus 20123

1000 HC Amsterdam

E-mail: mensennatuur@ivn.nl www.ivn.nl/mensennatuur

@IVNNatuureducatie

@IVNNatuureducatie

Redactie

Kirsten Dorrestijn (coördinatie en eindredactie), Zoë Frijlink, Monika Grooteman, Stefan Hoepermans, Franciska Maarse, Teuni Verploegh (hoofdredactie en eindredactie), Latifa Vonk.

Medewerkers aan dit nummer

Rob Buiter, Eva Jansen, Marike Knaapen, Rick Mellink, Loes Steenhuis, August Swietkowiak, Paul Q de Vries.

Coverfoto Ons Buiten

Ontwerp en vormgeving WonderWorks, Haarlem

Druk

Senefelder – Misset, Doetinchem

Advertenties

Allround Media Services, Haarlem (023) 524 53 36 - amedia@xs4all.nl

inhoud

10 Stiekem de stad vergroenen

Op stap met Guerrilla Gardeners

20 Buiten leer je beter

Tien jaar Buitenlesdag

Wanneer is welke vlinder te zien?

Nederland telt ongeveer zestig dagvlinders. Elke vlinder heeft zijn eigen levensritme en overwintertechniek.

IVN is een van de goede doelen van de Nationale Postcode Loterij. www.postcodeloterij.nl

Mens en Natuur wordt gedrukt op FSC-gecertificeerd papier, gemaakt van houtpulp.

28 Dwalen door de natuur met…

Katja Staring

Als het warmer wordt willen wij graag naar buiten!

Op vlinders die als vlinder overwinteren zoals citroenvlinder en gehakkelde aurelia maak je al kans vanaf eind februari. Zij overwinteren in de strooisellaag.

32 Vlinders in alle kleuren Welke zie je nu?

Als ik druk aan het fladderen ben, bescherm ik mijn territorium.

Ik leg in 1x wel 100 eitjes tegelijk!

Vanaf het vroege voorjaar zijn citroenvlindermannetjes enorm actief. Eind maart, begin april zet het vrouwtje eitjes af. In de zomer verschijnt een nieuwe generatie vlinders. Die zoeken al snel een overwinterplek in groenblijvende struiken zoals klimop of conifeer.

Dagpauwoog, kleine vos en grote vos overwinteren in holtes of soms binnenshuis. Deze soorten kun je al vanaf januari of februari zien.
Vanaf maart komen vlinders
Rond toepasselijk op oranjetipjes. oranjetipje vlinder. op pinksterbloem look. brandnetelblad.
Het bont zandoogje kun je
Ik leg maar

8 Opmerkelijk

Jaar van de woelmuis

6 In het zonnetje

Ons Buiten hervormde haar kampeerterrein rigoureus

14 Veldnieuws

Nieuws van en voor IVN’ers

18 Scharrelkids

Word een observatoloog

26 Gespot

Duurzaam kijken, luisteren, doen en kopen

12 april 2016 stond ik samen met meester Pong, groep 4 en het Jeugdjournaal op het plein van Basisschool de Piramide in Utrecht. De kinderen, verdeeld in groepjes, hadden aardrijkskundeles en leerden al rennend over het plein over onze 12 provincies. Het was Nationale Buitenlesdag en meester Pong en zijn klas waren groot fan van buitenles. Inmiddels doen jaarlijks 1600 scholen mee aan Nati onale Buitenlesdag, al is buitenles vaak nog geen vast onderdeel van het programma. Vanaf pagina 20 lees je meer over het belang ervan en wat IVN doet om meer buitenles mogelijk te maken.

Een half jaar later, 1 november 2016, startte ik als hoofdredacteur van Mens en Natuur. In de jaren daarna richtten we ons steeds meer op activeren in plaats van alleen informeren, verduurzaamden we, vergrootten we het (online) bereik van onze artikelen en werkten we toe naar een redactie met (bijna) landelijke dekking. Een heleboel Mens en Naturen verder draag ik het stokje met veel plezier over aan Latifa Vonk (en ga ik zelf andere dingen oppakken binnen IVN). Latifa is een fantastische communicatiecollega, groot insectenliefhebber én Natuurgids bij IVN Den Haag. Teuni Verploegh, hoofdredacteur Mens en Natuur

Het illustreren van de vlinders voor Mens en Natuur was een speels proces. Op mijn iPad kon ik laag voor laag werken en details toevoegen die van de tekening bijna een zoekplaatje maken. Kijk goed en je ontdekt steeds meer achtergrondinformatie, precies zoals in de natuur, waar je pas na goed observeren steeds meer details ziet.

Eva Jansen illustreerde In Beeld, pagina 32 en 33.

Welk antwoord klopt? Een blinde bij...

o is een wilde bij o ruikt en voelt, maar heeft geen ogen o is een zweefvlieg

Kijk voor het antwoord op pagina 9.

Wil je Mens en Natuur liever digitaal ontvangen of je lidmaatschap opzeggen?

Stuur een mail naar info@ivn.nl

Mens en Natuur

Uitgave van IVN

76ste jaargang – nummer 1

LENTE 2025

Postbus 20123

1000 HC Amsterdam

E-mail: mensennatuur@ivn.nl www.ivn.nl/mensennatuur

@IVNNatuureducatie

@IVNNatuureducatie

Redactie

Kirsten Dorrestijn (coördinatie en eindredactie), Zoë Frijlink, Monika Grooteman, Stefan Hoepermans, Franciska Maarse, Teuni Verploegh (hoofdredactie en eindredactie), Latifa Vonk.

Medewerkers aan dit nummer

Rob Buiter, Eva Jansen, Marike Knaapen, Rick Mellink, Loes Steenhuis, August Swietkowiak, Paul Q de Vries.

Coverfoto Ons Buiten

Ontwerp en vormgeving WonderWorks, Haarlem

Druk

Senefelder – Misset, Doetinchem

Advertenties

Allround Media Services, Haarlem (023) 524 53 36 - amedia@xs4all.nl

inhoud

10 Stiekem de stad vergroenen

Op stap met Guerrilla Gardeners

20 Buiten leer je beter

Tien jaar Buitenlesdag

Wanneer is welke vlinder te zien?

Nederland telt ongeveer zestig dagvlinders. Elke vlinder heeft zijn eigen levensritme en overwintertechniek.

IVN is een van de goede doelen van de Nationale Postcode Loterij. www.postcodeloterij.nl

Mens en Natuur wordt gedrukt op FSC-gecertificeerd papier, gemaakt van houtpulp.

28 Dwalen door de natuur met…

Katja Staring

Als het warmer wordt willen wij graag naar buiten!

Op vlinders die als vlinder overwinteren zoals citroenvlinder en gehakkelde aurelia maak je al kans vanaf eind februari. Zij overwinteren in de strooisellaag.

32 Vlinders in alle kleuren Welke zie je nu?

Als ik druk aan het fladderen ben, bescherm ik mijn territorium.

Ik leg in 1x wel 100 eitjes tegelijk!

Vanaf het vroege voorjaar zijn citroenvlindermannetjes enorm actief. Eind maart, begin april zet het vrouwtje eitjes af. In de zomer verschijnt een nieuwe generatie vlinders. Die zoeken al snel een overwinterplek in groenblijvende struiken zoals klimop of conifeer.

Dagpauwoog, kleine vos en grote vos overwinteren in holtes of soms binnenshuis. Deze soorten kun je al vanaf januari of februari zien.
Vanaf maart komen vlinders
Rond toepasselijk op oranjetipjes. oranjetipje vlinder. op pinksterbloem look. brandnetelblad.
Het bont zandoogje kun je
Ik leg maar

8 Opmerkelijk

Jaar van de woelmuis

6 In het zonnetje

Ons Buiten hervormde haar kampeerterrein rigoureus

14 Veldnieuws

Nieuws van en voor IVN’ers

18 Scharrelkids

Word een observatoloog

26 Gespot

Duurzaam kijken, luisteren, doen en kopen

12 april 2016 stond ik samen met meester Pong, groep 4 en het Jeugdjournaal op het plein van Basisschool de Piramide in Utrecht. De kinderen, verdeeld in groepjes, hadden aardrijkskundeles en leerden al rennend over het plein over onze 12 provincies. Het was Nationale Buitenlesdag en meester Pong en zijn klas waren groot fan van buitenles. Inmiddels doen jaarlijks 1600 scholen mee aan Nationale Buitenlesdag, al is buitenles vaak nog geen vast onderdeel van het programma. Vanaf pagina 20 lees je meer over het belang ervan en wat IVN doet om meer buitenles mogelijk te maken.

Een half jaar later, 1 november 2016, startte ik als hoofdredacteur van Mens en Natuur. In de jaren daarna richtten we ons steeds meer op activeren in plaats van alleen informeren, verduurzaamden we, vergrootten we het (online) bereik van onze artikelen en werkten we toe naar een redactie met (bijna) landelijke dekking. Een heleboel Mens en Naturen verder draag ik het stokje met veel plezier over aan Latifa Vonk (en ga ik zelf andere dingen oppakken binnen IVN). Latifa is een fantastische communicatiecollega, groot insectenliefhebber én Natuurgids bij IVN Den Haag.

Teuni Verploegh, hoofdredacteur Mens en Natuur

Het illustreren van de vlinders voor Mens en Natuur was een speels proces. Op mijn iPad kon ik laag voor laag werken en details toevoegen die van de tekening bijna een zoekplaatje maken. Kijk goed en je ontdekt steeds meer achtergrondinformatie, precies zoals in de natuur, waar je pas na goed observeren steeds meer details ziet.

Eva Jansen illustreerde In Beeld, pagina 32 en 33.

Welk antwoord klopt? Een blinde bij...

o is een wilde bij

o ruikt en voelt, maar heeft geen ogen o is een zweefvlieg

Kijk voor het antwoord op pagina 9.

Camping van de

Ons Buiten (360 plaatsen) in Oostkapelle heeft de afgelopen jaren een transitie doorgemaakt: van een klassieke camping is het Zeeuwse terrein omgevormd tot een wild­groene oase met voedselbosplanten om van te snoepen.

Vierkante ligusterhagen om de privacy van elke staanplaats te waarborgen. Zo zag Ons Buiten eruit toen Gabriël Coppoolse het terrein negentien jaar geleden van zijn vader overnam. Die hagen

werden met grote machines onderhouden. ‘Dat botste met onze waarden’, vertelt zijn vrouw Dagmar Thomys met wie Gabriël het bedrijf samen runt. In hun eigen achtertuin naast de slagboom waren Gabriël en Dagmar begonnen met permacultuur. ‘We zagen hoe goed dat werkte en besloten stapsgewijs het hele terrein om te vormen.’ Een landschapsarchitect hielp om een plan te maken. Inmiddels zijn de heggen grotendeels

weggehaald, en zijn er bomen, en planten die de bodem verbeteren voor in plaats gekomen. Minigolf, animatie, tennisbaan, snackbar en winkel hebben plaatsgemaakt voor voedselbosplanten waar campinggasten fruit, noten en kruiden van kunnen snoepen. In het centrum van de camping, waar de horeca en de natuurspeeltuin liggen, is het terrein glooiend gemaakt: regenwater wordt vastgehouden in wadi’s. Snoeien doen Gabriël en

toekomst

Dagmar zoveel mogelijk met sikkel en zeis. ‘Daardoor ziet het er wat wilder uit’, verklaart Dagmar. Zonnepanelen en grijs water waren er al uit de tijd van de vorige eigenaar. Voor nieuwbouw of upcycling van gebouwen werken de nieuwe eigenaren met circulaire materialen.

Gabriël en Dagmar zijn nog niet klaar met de herinrichting. Onlangs zetten ze een bokashi-project op voor het snoeiafval en gasten kunnen hun GFT-afval

kwijt in een composttrommel. Het dierentuintje dat er lag, is vervangen door nomadisch-levende kippen en varkens: zij helpen het terrein beheren en dragen bij aan het verbeteren van de bodem. Vergroening en verduurzaming op een camping met de schaalgrootte van Ons Buiten komt nog niet veel voor, volgens Dagmar. ‘Je ziet het soms wel bij minicampings, maar bij zo’n groot bedrijf is het vrij uniek.’

Gabriël en Dagmar merken dat ze met

hun visie een andere doelgroep aanspreken: mensen die meer in het ritme van de natuur leven, die een prikkelarme omgeving opzoeken om dichter bij zichzelf te komen. ‘Vroeger kwamen de gasten voor plat vermaak en de voorzieningen, nu komen er wat ingetogener mensen die heel goed weten wat ze willen tijdens hun vakantie: ze gaan er veel op uit. Die mensen passen beter bij ons, en beter bij de toekomst.’

Jaar van de woelmuis

In Nederland leven vijf soorten woelmuizen. Algemene soorten, zoals de veldmuis. Maar ook de zeer zeldzame noordse woelmuis. De Zoogdiervereniging vraagt in 2025 aandacht voor alle verschillende woelmuissoorten en laat zien hoe bijzonder en nuttig deze kleine zoogdieren zijn. Ze zijn bijvoorbeeld het belangrijkste voedsel voor veel roofdieren en roofvogels. Bron: Zoogdiervereniging

Babbelende trekvogels

Schoon eten

Hoeveel bestrijdingsmiddelen zitten er op je groente en fruit? PAN Netherlands bracht dat in kaart op de site Pesticideneetwijzer.nl. De conclusie: citrusfruit is het meest vervuilde fruit, met gemiddeld 4,2 soorten pesticiden. Gevolgd door aardbeien (3,7) en kersen (3,5). Van de groente bevat kropsla (3,6) de meeste soorten landbouwgif, gevolgd door paksoi (2,0) en paprika (2,0). Kiwi en watermeloen (0,6) zijn de schoonste fruitsoorten, asperge (0,0) is de schoonste groente.

Bron: PAN Netherlands

Trekvogels leggen vaak flinke afstanden af. Tijdens hun reis ‘praten’ ze met andere vogels, blijkt uit Amerikaans onderzoek. Onduidelijk is wat ze precies zeggen, maar onderzoekers vermoeden dat de vogels geluiden maken waarmee ze informatie geven over hun soort, leeftijd en geslacht. Ook kunnen de geluiden te maken hebben met navigatie of het vinden van een geschikte plek voor een tussenstop.

Noordse woelmuis

De meeste planten deugen

Als een dier aan bladeren van een plant knabbelt, waarschuwen planten elkaar via een ondergronds schimmelnetwerk. Zij kunnen zich dan verdedigen, bijvoorbeeld door stofjes aan te maken waardoor ze minder aantrekkelijk zijn. Althans, dat was tot nu toe het idee. Nederlandse onderzoekers zetten daar vraagtekens bij. Zij vermoeden dat planten helemaal niet zo solidair zijn en dat ze soms zelfs signalen sturen die hun buren schade kunnen toebrengen. Planten concurreren namelijk met elkaar om zonlicht en voedingsstoffen. Vermoedelijk faken planten een aanval, zodat de buurplanten zich gaan verdedigen en daardoor energie verliezen.

Bron: Scientias

Meer kunstmest, minder bestuivers

Ode aan de blinde bij

De blinde bij is niet blind en ook geen bij, maar een zweefvlieg. Het beestje heet zo omdat hij wel wat lijkt op een honingbij. Door die gelijkenis – ook wel mimicry genoemd – schrikt de blinde bij vijanden af en wordt hij minder snel opgegeten.

Als je goed kijkt, zie je zeker verschil tussen de honingbij en de blinde bij. Een honingbij heeft vier vleugels en de blinde bij heeft er twee. Bovendien heeft de blinde bij heel korte voelsprieten, in tegenstelling tot de echte bij. Maar waar komt het woord ‘blind’ dan vandaan? Een van de verklaringen is dat men vroeger dacht dat deze zweefvlieg blind was, omdat hij haren op zijn ogen heeft. Aan de ogen kun je trouwens ook zien wat het geslacht is: bij een mannetje zitten de ogen tegen elkaar aan, bij het vrouwtje zit er wat ruimte tussen. Volwassen blinde bijen leven van nectar en stuifmeel. Hun eitjes leggen ze in ondiep, stilstaand en liefst een beetje vies water. Ademhalen doen de larven met een soort uitschuifbaar slurfje, dat ze boven het water uitsteken. Daarom worden ze rattenstaartlarven genoemd. De larven leven van bacteriën in dat water, het zijn dus echte opruimers. Niet alle soorten zweefvlieglarven leven in water. Ongeveer 150 soorten leven op planten en eten daar onder andere bladluizen. De gewone snuitvlieg leeft als larve in koeienmest. En de stadsreus brengt zijn tijd als larve door in een wespennest. Sommige blinde bijen trekken in de winter naar het zuiden, andere blijven in Nederland. De thuisblijvers zie je daarom nog laat in het najaar en al vroeg in het voorjaar.

Bron: Bestuivers.nl

Van 10 t/m 14 april is de Nationale Bijentelling. Zweefvliegen mag je ook meetellen op het formulier. Meer info: nationalebijentelling.nl

Bron: The Pollinators

Te veel kunstmest op grasland leidt tot een halvering van het aantal bestuivers. Dit blijkt uit onderzoek van de Universiteit van Sussex. ‘Hoe meer kunstmest je gebruikt, hoe minder bestuivers er zijn. Dit heeft een drastisch effect op bloemen, insecten en zelfs hoger in de voedselketen’, aldus de onderzoeker. De oplossing: minder kunstmest gebruiken en meer ruimte geven aan wilde bloemen.

Pssst, zij doen aan

(il)legaal vergroenen

In Amersfoort stoppen Joëlle en Wim 20.000 bloembollen in de grond. Ze zijn Guerrilla Gardeners: stiekeme vergroeners. ‘Sommigen doen dit ‘s nachts.’

Gewapend met een groene vlag en divers tuingereedschap loopt vaandeldrager Wim van Rooijen (59) met ferme passen over de markt in Amersfoort. Naast hem loopt Joëlle Baijer (38), de directeur van Guerrilla Gardeners. Aan de gracht houdt Wim stil. Hij plant de vlag stevig in de hoek van een boomspiegel. ‘Dit is het huis van wethouder Jonas van Lammeren van de Partij van de Dieren’, vertelt Wim terwijl hij schuin naar

boven wijst. ‘Bij de gemeente ligt een voorstel van ons met een subsidieaanvraag. Dit is een mooie gelegenheid om reclame te maken voor wat we doen’, zegt hij glimlachend. Met zwarte kniebeschermers aan laten Wim en Joëlle zich op hun knieën zakken. Terwijl Wim de bloembollen uit zijn tas haalt, draait Joëlle gaatjes in de aarde met een pootstokje. Ze werken snel en geraffineerd. Het waait hard en het miezert, maar dat deert hen niet.

Guerrilla Gardening is overgewaaid uit Amerika, waar het in de jaren zeventig ontstond in New York. Een groep bewoners – de Green Guerrilla’s – toverde een verpauperd stuk grond om in een vruchtbare buurttuin. Sinds een jaar of twaalf zijn er Guerrilla Gardeners actief in Nederland.

Joëlle nam anderhalf jaar geleden de stichting en het bedrijf Guerrilla Gardeners over. Ze volgde de IVN Natuurgidsenopleiding en wilde haar interesse in de natuur verbinden met haar andere passie: community building. Vroeger draaide Guerrilla Gardening vooral om het verfraaien van de buurt, maar Joëlles missie is groter. De stichting werkt met drie peilers: biodiversiteit stimuleren in stedelijk gebied, steden klimaatadaptief maken en het bevorderen van sociale cohesie. De stichting organiseert elk jaar het Nationale Boompiegelfeest, geeft workshops en heeft een webshop met campagnemateriaal en zadenmengsels.

Groen maakt blij

De positieve reacties zijn opvallend deze ochtend. ‘Wat fantastisch!’ roept een vrouwelijke voorbijganger nadat Joëlle uitlegt wat ze als Guerrilla Gardeners doen. De vrouw meldt zich ter plekke aan als vrijwilliger. We zien veel nieuwsgierige blikken. ’Ik word zó blij van meer groen in de stad’, zegt een dame die haar fiets van het slot haalt en belangstellend toekijkt. Krijgen ze wel eens negatieve reacties? Bijna nooit, zegt Joëlle. Niet alleen de reacties van omstanders zijn positief, ze ziet ook een grote drive bij mensen om hun eigen stad te willen vergroenen. Dit geeft haar hoop voor de toekomst. Wel is volgens Joëlle de algemene opvatting over hoe groen er in de openbare ruimte uit hoort te zien toe aan een herdefiniëring. ‘Het idee is toch nog vaak dat het groen er wel “strak” uit moet zien. Terwijl een beetje rommeligheid juist bevorderlijk werkt voor de insecten.’

Joëlle hoopt dat de maatschappelijke bewustwording groeit. Ze verwijst naar ecoloog en filosoof Matthijs Schouten. ‘Hij beschrijft vier grondhoudingen hoe je je kunt verhouden tot de natuur: de heerser, de rentmeester, de partner

en de participant.’ Volgens Joëlle is het belangrijk dat we onszelf meer gaan zien als participant: de mens als onderdeel van de natuur. ‘Je kunt een boom zien als grondstof voor jouw tafel, of als een levende entiteit tot wie je jezelf verhoudt.’

De beschermende bloembol Wim opent een nieuw zakje met bloembollen. Vandaag planten ze blauwe druifjes, botanische tulpen en narcissen in de boomspiegels. Van de gemeente Amersfoort kregen de Guerrilla Gardeners 10.000 bloembollen en twee weken geleden redden ze nog eens 8000 bollen van twee groothandels. ‘Anders eindigen ze op de composthoop of als veevoer’, vertelt Wim met een strijdende blik in zijn ogen.

Hij tuiniert al ruim tien jaar in de openbare ruimte, maar wist niet dat daar een naam voor was. Sinds twee jaar is hij het gezicht van Guerrilla Gardeners 033. Terwijl Wim een kuiltje graaft legt hij uit dat ze als actiegroep werken met inheemse en biologische bollen en zaden. Maar ze krijgen ook wel eens nietinheemse en niet-biologische bloembollen gedoneerd. ‘Ik vind het verspilling om die weg te gooien. Het kost zoveel energie en water om bloembollen te kweken.’ Na twee jaar beschouwt Wim zo’n bloembol als biologisch: ’Er zijn dan nog amper restanten van pesticiden in te vinden.’

Volgens Guerrilla Gardeners telt Nederland ongeveer een miljoen boomspiegels,

de ruimtes rondom bomen op straat. Als we die allemaal vergroenen, creëren we tweehonderd voetbalvelden aan extra natuur. ‘Dat is écht veel’, zegt Wim overtuigd. Hij gelooft in de Japanse Kaizen manier van veranderen: een kleine verandering met een grote opbrengst. Als iedereen een boomspiegel in zijn straat vergroent, heeft dit een groot effect op het geheel.

Bloeiende bollen zijn niet alleen goed voor de insecten, maar ze hebben ook een gunstig effect op het maai- en schoffelbeleid van de gemeente. Een narcis of een blauw druifje wordt vaak wel herkend en gespaard, vertelt Wim. Zo kan de natuur z’n gang gaan en kunnen de bollen zich vermeerderen.

Word ook Guerrilla Gardener, vergroen je buurt!

l Begin klein. Wip een tegel eruit in je eigen buurt en stop er een plantje in.

l Plant een uitgebloeide bloembol in je straat en verras je buurtgenoten.

l Gooi een bloembom op een openbare plek die wat vrolijkheid kan gebruiken. Kies hierbij voor biologische en inheemse zaden.

l Strooi nooit in natuurgebieden.

l Maak een boomspiegeltuin in je straat.

l Sluit je aan bij een lokale brigade. Op de website van Guerrilla Gardeners kun je zien wie er actief zijn in jouw buurt.

‘s Nachts en stiekem

Het begint harder te regenen. Er rijdt een politieauto voorbij die niet stopt bij het zien van de hardwerkende Guerrilla Gardeners. Is het nog spannend om bloembollen te planten? Wim en Joëlle vinden van niet. Wel sprak Joëlle pas een beginnende Guerrilla Gardener die zich druk maakte over wat haar buren ervan zouden denken. ‘Voor de zekerheid pootte ze de bloembollen toch maar ’s nachts in haar straat’, vertelt Joëlle lachend.

Vroeger had Guerrilla Gardening een activistischer karakter dan nu. De acties waren vaak ’s nachts en stiekem. Joëlle legt uit dat ze nu veel samenwerken met gemeentes. ‘Voor de duurzaamheid van

het groen is het fijn dat de gemeente weet waar we zaaien en planten.’ De gemeente faciliteert ook wel eens bij een actie, bijvoorbeeld met een ‘tegeltaxi’ die de uitgewipte tegels ophaalt. Wim vult aan dat veel gemeentes blij zijn met de acties van Guerrilla Gardeners. Ze passen goed binnen het huidige beleid waarin aandacht is voor vergroening, biodiversiteit en het tegengaan van wateroverlast en hittestress. ‘Maar,’ zegt Joëlle met een glimlach, ‘onze bloembommen gooien we nog steeds wel eens stiekem over een hek.’

Meer weten over Guerrilla Gardeners? Kijk op guerrillagardeners.nl

Vroeger had Guerrilla Gardening een activistischer karakter. Nu werken Joëlle en Wim veel samen met gemeentes.

Biodiversiteit in het Vechtpark: recordaantal soorten ontdekt

Kunnen we in één jaar tijd 1000 verschillende soorten waarnemen? Met die vraag begonnen vrijwilligers van IVN HardenbergGramsbergen in 2019 een bijzondere uitdaging: de biodiversiteit in het Vechtpark systematisch in kaart brengen. Wat startte als een spontane zoektocht, groeide uit tot het 1000-soortenproject.

Om een nog beter beeld van de biodiversiteit te krijgen en kennis verder te vergroten werd het project in 2024 met een bredere samenwerking opnieuw opgepakt. Het resultaat? Een indrukwekkend totaal van 1530 verschillende soorten. Jan van Hoek, voorzitter van IVN Hardenberg-Gramsbergen, blikt met trots terug.

Hoe werkt dat, zo’n 1000-soortenproject?

‘In 2024 gingen de werkgroepen, uitgerust met loepen, camera’s, schepnetten en opnameapparatuur op pad. Vrijwilligers deelden hun vondsten op Waarneming.nl en sommige ontdekkingen waren ontzettend bijzonder. Voor het eerst werd een sieralgensoort in het Vechtpark vastgelegd. Onze nachtvlinderaars vonden soorten met bijna poëtische namen, zoals de Witte Tijger en de Kleine Beer. Soms stonden vier man gebogen over een stukje boomschors om met een loep de kleinste details te bestuderen. En dan ineens trekt iemand een miniem plukje mos omhoog – blijken er vijf verschillende soorten in te zitten! Waar we in 2019 een heel jaar nodig hadden om 1000 soorten te vinden, bereikten we deze mijlpaal in 2024 al op 25 mei. De spanning was voelbaar, vooral bij de werkgroepen, die hoopten dé soort te ontdekken. Uiteindelijk, iets na middernacht, was het zover.’

Wat was de rol van de gemeente?

‘De gemeente Hardenberg zet zich actief in voor biodiversiteitsherstel en werkt aan de “Basiskwaliteit Natuur”, een plan om natuurwaarden beter vast te leggen en te beschermen. Ons 1000-soorten-

project draagt daar direct aan bij. De gemeente heeft zelfs aangegeven dat ze onze waarnemingen willen gebruiken om hun biodiversiteitsbeleid verder te ontwikkelen. Daarnaast onderzoeken we hoe we niet alleen soorten, maar ook landschapselementen beter in kaart kunnen brengen om de biodiversiteit duurzaam te versterken.’

Van alle kanten een succes dus?

‘Het succes van dit project is te danken aan de geweldige samenwerking met een heel netwerk van partners en deskundigen. Het was prachtig om te zien hoe

verschillende partijen hun kennis en middelen samenbrachten om dit project te ondersteunen.

Ook was het enthousiasme in het team enorm toen we werden genomineerd voor de Overijsselse Vrijwilligersprijs. Eén van de deelnemers zei het treffend: “Het is de kers op de taart die we samen hebben gebakken.” En daar ben ik het helemaal mee eens! Hoewel we niet wonnen, zien we het als erkenning van ons werk.’

Wendy Langemaat

Geslaagde natuurgidsen

Hoera! 27 nieuwe gidsen van IVN Mark en Donge en IVN Dintel- en Marklanden ontvingen op 30 november met trots hun diploma’s.

IVN Zuid-Kennemerland is 23 natuurgidsen rijker! We wensen iedereen heel veel succes en plezier met het overbrengen van kennis over en liefde voor de natuur.

Natuurverhalen van grootouders en kleinkinderen gezocht

Heb jij als grootouder jouw kleinkind lid gemaakt van IVN? Of heeft jouw kleinkind jou juist geïnspireerd om de natuur samen te ontdekken? Voor een reportage in onze zomereditie zijn we op zoek naar grootouders en kleinkinderen om de bijzondere band tussen hen in de natuur uit te lichten. Wat geef je door op het gebied van natuur, en wat heb je zelf meegekregen? Denk aan herinneringen van vroeger: velden vol bloemen, kikkers die wegsprongen of andere natuurervaringen die je wilt delen. Interesse? Stuur je gegevens, inclusief een korte introductie van jullie verhaal naar mensennatuur@ivn.nl en maak kans om deel te nemen aan onze reportage.

IVN Deventer opent feestjaar met film

Het mini-natuurfilmfestival in filmhuis MIMIK was de officiële start van het jubileumjaar van IVN Deventer.

‘Het was even afwachten of het zou lukken. Zouden de mensen wel komen?’ vertelt Mike Hirschler van het organisatiecomité. ‘Maar beide films waren strak uitverkocht. De zaal zat vol natuurliefhebbers, en niet alleen IVN’ers.’

De vertoning van de ‘Levende Rivier’ was extra bijzonder dankzij een inleiding van

de filmmaker Ruben Smit. Naast deze natuurfilm en ‘De achtertuin van Kees’ waren er nog meer films te zien die dag. Dit zorgde ervoor dat ook bezoekers die niet speciaal voor het 50-jarig jubileum kwamen tussendoor bij de informatiestands van de werkgroepen in de foyer langsliepen. ‘Dat was een mooie mix! We deden veel nieuwe contacten op, gaven uitleg over IVN en wat we doen, en we konden ook meteen enkele nieuwe leden verwelkomen,’ zegt Mike enthousiast.

De feestelijke dag werd afgesloten met een gezellige borrel in het café van het filmhuis, samen met alle vrijwilligers die zich voor deze dag hadden ingezet. Wat Mike graag wil meegeven aan andere afdelingen? ‘Niet geschoten is altijd mis! We hadden niet verwacht dat het filmhuis in zou gaan op ons idee om dit samen te organiseren. Maar het was een succes, en we gaan dit kunstje nog drie keer herhalen. Wij én het filmhuis hebben er zin in.’

Leden van de fotografiewerkgroep stelden tien grote foto’s tentoon. Hier zie je een witte kwikstaart, een bruine korenbout en een pyjamawants.
De coördinator van de excursiewerkgroep, Lieme Glazema, met enkele belangstellenden

Achter de schermen

In de natuur is van alles te ontdekken voor kinderen. Hoe begeleid je hen in deze ontdekkingsreis?

We nemen een kijkje bij de jeugdactiviteiten van werkgroep Cronesteyn van IVN Leidse regio. Gerard van der Klugt, IVN Natuurgids, organiseert de kleine beestjes -en slootjessafari: ‘Kinderen zijn zo trots als ze een beestje in een potje hebben.’

Park Cronesteyn zit vol plekken om water- en bodemdiertjes te ontdekken. ‘Ik vind het belangrijk om kinderen in aanraking te laten komen met deze natuur en hen, samen met hun ouders, een plezierige middag te bezorgen’, vertelt Gerard. Hij heeft gemerkt dat je, voor zowel jonge als oudere kinderen, de beleving centraal moet stellen. ‘Een korte uitleg over de beestjes en de materialen is voldoende. Al snel komen kinderen vanzelf naar je toe met vragen zoals: “Welk beestje is dit?” Ik moedig ze dan aan om met de zoekkaart zelf te ontdekken wat ze zien. Dat maakt mijn werk ook een stuk makkelijker,’ grapt Gerard. Zo leren kinderen om zelf hun weg te vinden in de natuur.

Samen op zoek naar het antwoord

Sommige gidsen aarzelen om activiteiten te organiseren, omdat ze denken niet genoeg te weten over een onderwerp. Aan hen wil Gerard meegeven dat het niet nodig is om alles te weten. ‘Waar

Kinderen de natuur laten beleven

volwassenen vaak gefocust zijn op luisteren en kijken, willen kinderen vooral doen.’ Een beetje basiskennis is dus al voldoende. En stellen ze een vraag waarop je het antwoord niet weet? Dan kun je vertellen dat je het niet weet, of samen op zoek gaan naar een antwoord.

Kleurrijke beestjes

Om de kinderen zoveel mogelijk zelf te laten ontdekken, maakt Gerard onder andere gebruik van een (sleep)net met stok. Daarmee kunnen kinderen zelf door het hoge gras, riet of bloemenvelden gaan om beestjes te vangen. Vervolgens kunnen ze met een penseeltje het beestje in hun loeppotje vegen. ‘Spinnen en sprinkhanen vinden ze soms nog spannend, maar de kleurrijke beestjes zoals vlinders, libellen en kevers vinden kinderen meteen erg leuk,’ vertelt Gerard.

Groen leerpad

Ant Brandenburg, ook Natuurgids bij IVN Leidse regio, heeft een overzicht gemaakt van plekken in de buurt waar kinderen met bepaalde interesses en verschillende leeftijden terecht kunnen voor natuureducatie. Ze benadrukt dat het niet alleen belangrijk is om gefocust te zijn op de activiteit zelf, zoals een paddenstoelenwandeling of vleermuizenexcursie, maar ook op de intrinsieke interesses van de kinderen. ‘We mogen nog meer aansluiten bij wat kinderen zelf fascinerend vinden. Naast het delen van ons specialisme en onze verwondering kunnen we ook doorvragen: ‘Wat vind jíj interessant?’’

Zo worden kinderen zich bewust van hun eigen nieuwsgierigheid, en kunnen we hen vervolgens beter helpen hun weg te vinden. ‘Ik gun het ze om te weten waar ze met hun vragen en interesses terechtkunnen. Weten naar wie je kunt verwijzen voor een passend groen leerpad is heel waardevol.’

Do’s 3 Don’ts 5

Kinderen zelf laten ontdekken

Materialen zo kiezen of aanpassen dat kinderen zelfstandig aan de slag kunnen

Activiteiten waarbij alle zintuigen betrokken worden

Ruimte maken om de interesses van het kind zelf te laten ontstaan

In de vertelstand gaan

Te verdiepende of abstracte kennis delen

Je laten tegenhouden door beperkte natuurkennis; het gaat om het ervaren

Volledige focus op je eigen aanbod

scharrelkids

NATUURSPEUREN

Speurt jouw (klein)kind continu naar spinnen, insecten of bijzondere bladeren? Kinderen zijn vaak van nature observatologen. Met deze tips ontdek je hoe je die nieuwsgierigheid kunt voeden of juist aanwakkeren. Gelevlek

Wat doe je als observatoloog?

Er is buiten altijd wel wat bijzonders te zien, hoe klein het ook mag zijn. Elk dier heeft zijn eigen kenmerken en gedrag. Door de pet van observatoloog op te zetten, kom je er samen achter wat die kenmerken allemaal kunnen zijn. Met een beetje geduld om eindeloos naar de grond, een muur of tus sen de bosjes te turen, zet je de eerste stap om observatoloog te worden. Voeg een snufje nieuwsgierigheid toe, bijvoorbeeld door een steen op te tillen, een rups te achtervolgen of een blad om te draaien, en je bent er al.

Crime scene op een blaadje

Door een boomblad goed te bestuderen, kun je erachter komen wat er allemaal is gebeurd op een paar vierkante centimeter. Insecten en andere beestjes laten vaak sporen achter als ze eten of poepen. Kun jij herkennen wat zich hier heeft afgespeeld?

Glimmend droog slijm Gat

Weggevreten randjes

Uitwerpselen

Natuurschatten

Wie ben je? Quintijn

Hoe oud ben je? 6 jaar

Wat heb je gevonden, wanneer en waar? Een stuifzwam, ik noem het een knalbal. Ik vond hem op vakantie bij een Nivon-huis. Hij was al geknakt, dus ik kon ‘m extra goed bekijken.

Wat vind je zo leuk en bijzonder aan deze zwam?

Hij ziet er grappig uit, het lijkt wel iemand met sproeten. Hoe wist je dat het een stuifzwam is? Mijn moeder heeft dat verteld.

Heeft jouw (klein)kind al struinend iets moois gevonden in de natuur en wil het daarmee in Mens en Natuur? Maak een foto van je kind met zijn of haar vondst en stuur het naar mensennatuur@ivn.nl

Een mier
Verdacht silhouet

NATUURSPEUREN

Antwoorden:

dan bij slakken.

Een mier: deze mier is op weg om het suikerwater te oogsten dat de bladluis heeft achtergelaten.

Weggevreten randjes: rupsen knabbelden aan het blad, dat ziet er rafeliger uit

Verdacht silhouet: er loopt een wants aan de onderkant van het blad!

het blad een gat konden maken.

Gat: slakken schraapten met hun rasptong over het blad, waardoor ze midden in

Glimmend droog slijm: hier was een rustend slakje z’n maaltijd aan het verteren.

Daarna zijn ze waarschijnlijk opgegeten door een lieveheersbeestje.

Gele vlek: bladluizen zogen voeding uit het blad, waardoor het geel is geworden.

Zo spot je vogels zonder vogels te zien

Lastig hè: wil je vogels kijken, zie of hoor je helemaal niks! Vogelpoep is dé aanwijzing dat er vogels rond hebben gehangen. Als je veel vogelpoep bij elkaar ziet, is de kans groot dat daarboven vogels zitten. Op het dak of in de boom bijvoorbeeld. Welke vogels het zijn, kun je achterhalen door de poep te bestuderen. Herken jij welke vogel bij welke uitwerpselen hoort?

Uitwerpselen: tja, een rups moet ook wel eens poepen. 1 2 3 4 4

?

??

Tips om elke dag te observeren

l Houd een natuurdagboek bij. Wat heb je vandaag allemaal gezien? Schrijf je bevindingen op en maak er leuke tekeningen bij.

l Stel een ‘observatologenmoment’ in tijdens een wandeling. Ga op zoek naar bijzondere bladeren of luister eens goed naar wat er allemaal te horen is.

l Voer kleine opdrachten uit in de tuin. Kruip bijvoorbeeld zo langzaam als een slak over de grond om beestjes van dichtbij te bekijken, zonder ze te laten schrikken.

Zo maak je een natuurdagboek

l Regel een boekje waarin je kunt tekenen, schrijven en plakken.

l Ga met je tekenspullen op pad en teken alles wat jouw aandacht trekt. Misschien is dat een rups, een mier of een slak, maar het kan ook een blaadje van een boom zijn.

l Blaadjes die al van de bomen of struiken zijn afgevallen, kun je meenemen om thuis in je boekje te plakken.

l Als je weer thuis bent, zoek je uit wat je precies hebt vastgelegd en wat er allemaal zo interessant aan is. Deze kennis schrijf je op naast je tekeningen. Je eigen waarnemingen passen daar ook goed bij!

l Vind je tekenen leuk, dan kun je de pagina’s nog verder versieren door bijvoorbeeld je tekeningen in te kleuren of leuke randjes en kaders te tekenen.

Kunst van het kijken

De tips op deze pagina komen uit ‘Het buitengewone handboek voor de observatoloog’ van Giselle Clarkson.

Kip
Merel
Merel die te veel pruimen gegeten heeft
Spreeuw
Mus

Leren gaat beter met frisse lucht en zonlicht

Tien jaar geleden stond IVN aan de wieg van de Buitenlesdag. Inmiddels doet een kwart van de Nederlandse scholen mee, maar toch is er nog een wereld te winnen met buitenlessen.

TEKST PAUL Q DE VRIES ILLUSTRATIES MARIKE KNAAPEN

Hoe ziet leren eruit? Grote kans dat je denkt aan een klas met schriftjes op tafel, aandachtig luisterend naar de docent die bij het digibord staat, in doodse stilte en opperste concentratie. Maar leren en lesgeven gaat veel beter buiten op het schoolplein, met takjes en lieveheersbeestjes. In 2015 lanceerde IVN samen met Stichting Jantje Beton een campagne voor de eerste Buitenlesdag: een dag in april waarop scholen in Nederland hun kinderen buiten lesgeven. Sindsdien vraagt IVN elk jaar aandacht voor de Buitenlesdag en krijgen scholen ondersteuning om hun buitenlessen vorm te geven. ‘Niet alleen voor de Buitenlesdag in april zelf, maar vooral ook om buiten lesgeven structureel onderdeel te maken van de aanpak van scholen’, zegt Maartje Langeslag, projectleider Kind en Natuur bij IVN. ‘Een kwart van de scholen in Nederland – zo’n 1.600 scholen – doet mee aan de Buitenlesdag. Het is echt een begrip geworden in het onderwijs, veel scholen zetten de dag standaard in hun agenda. Maar we willen ook dat een kwart van de lestijd buiten doorgebracht gaat worden. Nu is dat nog 1 procent.’

En dat terwijl de voordelen van buiten les krijgen overweldigend zijn. Langeslag: ‘Buiten les krijgen is goed voor de cognitieve ontwikkeling van kinderen. Er wordt veel onderzoek naar gedaan, en de resultaten zijn telkens positief.’ In onderwijsjargon: buitenles leidt tot grotere leeropbrengsten.

‘Als kinderen veel bewegen, is dat niet alleen goed voor hun motorische ontwikkeling, maar kunnen ze de stof beter onthouden en “verteren”. Onze hersenen werken blijkbaar op die manier. Kinderen vinden buitenles daarnaast ook gewoon heel leuk, waardoor ze de stof beter onthouden. Ze kunnen een eigen draai geven aan de lesstof, waardoor ze meer “eigenaarschap” tonen. Ook frisse lucht en zonlicht bevorderen de schoolprestaties.’

Minder gepest

Al deze voordelen worden afgevinkt wanneer kinderen geregeld les krijgen op een ‘grijs’ schoolplein, maar als er

Buiten is voor spelen - bij leren denken we aan binnen zitten

Naast de boom, achter de boom, in de boom

Miranda Scharff, docent groep 3, 4 en 5 aan Montessorischool Arcade in Utrecht: ‘Ik neem de leerlingen meerdere keren per week mee naar buiten. We hebben sowieso eens per week een les Natuurbeleving. Dan maken we kunst van stokken en takken, gaan knoppen aan de bomen zoeken, of staan stil bij het weer. Als het mistig is, vertel ik de kinderen dat we in de wolken staan. Daarnaast doen we regelmatig reguliere lessen buiten. We hebben daarvoor speciale natuurschriften, klemborden en een bak potloden die mee naar buiten kan. Maar de natuur zelf levert de beste lesmaterialen: takjes om op te meten, en in de taalles kun je voorzetsels prachtig oefenen: naast de boom, achter de boom, in de boom en ga zo maar door. Als ik inspiratie nodig heb voor een buitenles, ga ik naar de site van IVN. Ook als het miezert gaan we naar buiten, bij harde regen ook, maar dan vijf minuutjes. De kinderen vinden het geweldig; ze helpen me herinneren als het tijd is voor de buitenles. Door het vele buitenzijn verbetert hun motoriek, ze worden heel vrij en ontdekkend, het geeft ze zelfvertrouwen. Een meisje dat al dat groen aanvankelijk nogal eng vond, is een echt buitenkind geworden. Ze durfde nooit voor de groep te praten, maar ze heeft buiten geleerd om meer van zichzelf te laten zien en horen. Ik hoop dat ik met mijn buitenlessen andere docenten – en ouders – inspireer ook vaker naar buiten te gaan. Mijn tip? Maak het niet te moeilijk; begin klein. Elke dag een groepsspel op het grasveld is al een mooi begin van waaruit je met de klas samen verder op ideeën komt.’

op dat schoolplein natuur te vinden is – bomen, struiken, zand, water – zijn de effecten zelfs nog duidelijker. ‘Een recent onderzoek laat zien dat een groen schoolplein de taalontwikkeling van kinderen bevordert’, zegt Langeslag. ‘Op een groen schoolplein is meer te zien, te beleven en te benoemen. Spelen in de natuur vraagt meer van de creativiteit van kinderen, het is gevarieerder dan binnen spelen. De omgeving sluit aan op de belevingswereld van kinderen, waardoor je betekenisvol gaat leren, en dat stimuleert de prestaties.’ Ook bevordert spelen en leren op een groen schoolplein de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. ‘Er zijn meer positieve interac-

Natuurverbondenheid ontstaat in de kindertijd

ties, er wordt minder gepest en kinderen die veel buiten zijn kunnen beter tegen kritiek.’

Met zoveel positieve effecten vraag je je af waarom kinderen niet veel meer buitenles krijgen dan nu het geval is. Docenten ervaren nog belemmeringen. ‘Ze geven aan behoefte te hebben aan voorbeeldlessen: hoe doe je dat nou? Je moet echt wel op een andere manier je les indelen en op een andere manier orde houden. Daarnaast melden docenten dat ze te weinig tijd hebben. Daarom is het belangrijk om de buitenles geen extra activiteit naast de gewone lesstof te laten zijn, maar om die reguliere lesstof juist

in een buitenles vorm te geven. Tenslotte hebben veel docenten ook extra handjes nodig als de klas naar buiten gaat, zeker als ze nog moeten wennen aan buiten lesgeven.’

Op allerlei manieren probeert IVN docenten te ondersteunen en te inspireren. Op buitenlesdag.nl staan meer dan tachtig lespakketten, van een ‘stoffelijk bijvoeglijk naamwoordsafari’ tot ‘lieveheersbeestjes rekenen’, of een takkenkubus of slakkenhotel maken. Er zijn onderzoeksrapporten te vinden over de resultaten van buiten leren, factsheets en tips voor groene schoolpleinen en informatie over schooltuinieren. ‘Ook bieden we trainingen en een studiedag aan, voor

Hoe belangrijk het is voor kinderen om buiten te spelen om zich verbonden te voelen met de natuur, blijkt uit het onderzoek van bioloog Bernadette van Heel. Zij promoveerde recent bij het Centre Connecting Humans and Nature (mede gefinancierd door IVN) van de Radboud Universiteit in Nijmegen op een onderzoek naar natuurverbondenheid bij kinderen, jongvolwassenen en volwassenen. ‘Een deel van het onderzoek ging over de tekeningen die ruim 1500 basisschoolleerlingen maakten van hun favoriete buitenspeelplekken’, zegt Van Heel. ‘We zagen vooral speeltuinen met een paar natuurlijke elementen terug op de tekeningen. Dat kinderen steeds minder buitenspelen was al bekend, maar ze komen daarbij ook nog maar zelden in de natuur. Die is tegenwoordig door alle verstedelijking vaak ver weg en ze mogen daar niet alleen komen.’ Juist alledaagse natuurervaringen in de kindertijd zijn van belang om natuurverbondenheid te stimuleren. ‘Als dat fundament in onze jeugd niet gelegd wordt, speelt dat door in volgende levensfasen. Natuurverbondenheid is essentieel om in actie te komen voor de natuur, bijvoorbeeld door duurzame keuzes te maken in de supermarkt, vrijwilligerswerk te doen voor de natuur of een stuk bos te beschermen.’ Van Heel pleit er dan ook voor bij de inrichting van wijken veel ‘groen’ beschikbaar te maken voor kinderen, waar ze bij voorkeur zonder ouderlijk toezicht heen kunnen gaan en spelen. ‘Kinderen snakken naar autonomie; lekker zelf door het bos rauzen. Het prikkelt hun verbeelding en nieuwsgierigheid naar de natuur. En het beïnvloedt uiteindelijk in welke mate ze zich verbonden voelen met natuur.’

docenten die zich willen bekwamen in buiten lesgeven.’

Jubileum

Ook lokale afdelingen van IVN kunnen docenten ondersteunen. ‘Er zijn al heel veel afdelingen die helpen op scholen, bijvoorbeeld met Natuurhelden: dat zijn vrijwilligers die helpen op scholen, bijvoorbeeld met de Buitenlesdag of andere buitenlessen of met het vergroenen van een schoolplein. Zij zijn die extra handjes die docenten zo goed kunnen gebruiken. Elke school is blij met de inzet van vrijwilligers.’

Voor de jubileumeditie van de Buiten-

lesdag, op 8 april 2025, wordt extra uitgepakt. Schrijfster en IVN’er Marjolein van der Gaag heeft het kinderboek ‘Het geheim van de natuurbende’ geschreven. Ook is er een speciaal Natuurbende-lespakket dat kinderen stimuleert om zelf een natuurbende te vormen. ‘Kinderen onderzoeken hoeveel natuur er eigenlijk is in hun omgeving en komen daarna in actie om de buurt verder te vergroenen. We hopen dat er op 8 april in het hele land natuurbendes aan de slag gaan!’

De Buitenlesdag, groene schoolpleinen, Natuurhelden – het zijn allemaal initiatieven waarmee IVN wil bijdragen aan de ontwikkeling van natuurrijk onderwijs. Dat sluit aan bij ontwikkelingen in het onderwijs zelf. ‘Je hoort steeds vaker over het belang van betekenisvol leren en contextrijk onderwijs. Uit onze onderzoeken blijkt dat meer dan 90 procent van de docenten de grotere leeropbrengsten van buitenlessen ziet en onderkent.’

Vier keer per jaar stilstaan bij de natuur

Uiteindelijk is het de bedoeling dat Nederlandse scholen buiten-zijn meer integreren in de lesmethodes. Nederland loopt daarin bepaald niet voorop, weet Langeslag. ‘De Scandinavische landen zijn hier verder in, en ook in Engeland is er een betere balans tussen buiten en binnen.’ We moeten vooral even wennen aan het idee van buiten onderwijs geven. We hebben vastomlijnde ideeën over hoe lesgeven eruitziet, stelt Langeslag. ‘Niet alleen de leraren, die op de PABO leren wat leren is, maar ook de ouders en andere betrokkenen. Bij leren denken we aan binnen zitten, als kinderen buiten zijn dan is het spelen. We moeten daar op een andere manier naar gaan kijken en dat patroon doorbreken.’ l

Een groen schoolplein bevordert de taalontwikkeling

Een informatiebord voor op het schoolplein, dat per seizoen wisselt. Dat is het initiatief waarmee IVN-afdeling Maas & Waal hoge ogen gooit bij de scholen in de omgeving. ‘Op het bord staan de vogels, insecten en bomen die je in de buurt kunt zien’, zegt voorzitter Bert van Haaften. ‘Leuk voor basisschoolkinderen, maar we wilden geen statisch bord dat snel zijn attentiewaarde verliest. Dus we bedachten seizoensborden: in elk jaargetijde ziet de natuur om ons heen er immers anders uit. Dus elk seizoen laat een ander tafereel zien. De borden die we laten maken zijn magnetisch en kunnen dus gemakkelijk verwisseld worden.’ Op de borden wordt ook stilgestaan bij een zintuiglijke ervaring van de natuur. ‘We geven tips: hoe je in de herfst de bladeren kunt horen knisperen, hoe je in de winter sneeuwvlokken kunt proeven.’

De borden voor de herfst en de winter zijn al af, lente en zomer zijn in ontwikkeling. Het winterbord is eind januari officieel onthuld op de Sint Victorschool in Afferden en werd direct gekoppeld aan natuuractiviteiten. ‘De kinderen gingen wormen zoeken, mezenbollen ophangen en een mandala maken.’ De IVN’ers hadden al contact met de Sint Victorschool omdat een groep ouders bezig was het schoolplein te vergroenen. ‘Zij hebben ons gevraagd mee te denken wat ze nog meer konden toevoegen aan het schoolplein.’ De uitvoering van het idee wordt deels bekostigd vanuit het IVN Scharrelkidsfonds.

Van Haaften hoopt dat de seizoensborden een stimulans zijn voor de docenten om buitenlessen te verzorgen. ‘De borden zijn natuurlijk heel geschikt om vier keer per jaar stil te staan bij de natuur, bij de wisseling van de seizoenen. Je kunt daar een moment van maken voor de hele school en er met reguliere lessen of natuurlessen op inhaken.’

De school is laaiend enthousiast, en ook andere scholen in de omgeving hebben al interesse getoond. Als alle borden klaar zijn, zullen ze te bestellen zijn door andere IVN-afdelingen én door andere scholen.

tentoonstelling op pad

Van afval naar erfgoed

Wat drijft er rond in onze zeeën, en wat betekent dat voor de natuur, de dieren en onszelf? De tentoonstelling ‘Plastic op Drift’ biedt een indringend beeld van de hoeveelheid aangespoelde (micro)plastics. Tegelijkertijd laten kunstenaars, vrijwilligers en circulaire bedrijven zien hoe je met creativiteit en innovatie een positieve draai kunt geven aan al dit plastic. Plastic doppen, flessen en visnetten worden omgevormd tot kunst en nieuwe kansen voor een schonere toekomst. Bezoek de tentoonstelling t/m 31 mei in het Zandvoorts Museum. zandvoortsmuseum.nl

gespot door een IVN’er

In de documentaire ‘Vogels kun je niet melken’ van HUMAN volg je Bote de Boer, die elk jaar uitkijkt naar de komst van de grutto. Het hoge grondwater, de drasplassen en het weidegras bomvol kruiden en insecten maken Bote’s boerderij een paradijs voor vogels. Maar zijn zonen hebben liever dat hij de koeien op de eerste plaats zet. Volgens Anne Mara Sillevis Smitt is deze film niet alleen het kijken waard voor de prachtige beelden van de grutto’s: ‘Het maakt ook voelbaar hoe boeren klem zitten in het huidige systeem.’  Te zien op NPO Start.

Walk of Grief

Hoe blijf je in beweging als verlies je stil zet? Het is wetenschappelijk bewezen dat zowel wandelen als natuur een helende werking hebben op rouw. De Walk of Grief is een pelgrimsroute van 75 kilometer en nodigt je uit stap voor stap ruimte te maken voor rouw. Initiatiefnemers Anemoon en Arjan: ‘De natuur leerde ons hoe dood en leven, verlies en groei, met elkaar verweven zijn. Het bood ons een ander perspectief. Zo kwamen we op het idee voor een rouwroute op Terschelling. Het eiland laat je voelen dat alles voortdurend verandert, en dat niets of niemand op zichzelf staat. Verlies blijft altijd bij je, maar je relatie ermee kan veranderen.’ Bestel de Walk of Grief-box met struinkistje, pelgrimsinsigne en wandelgids via walkofgrief.nl

Tuinen van de toekomst

De tuin wordt steeds meer gezien als onderdeel van een ecologisch systeem, in plaats van een afgebakend stukje grond. In de tentoonstelling van het Nieuwe Instituut en Huis Sonneveld in Rotterdam zie je hoe dit tot alternatieve, duurzame tuinconcepten leidt. Van wintertuinen, verticale bossen en drijvende tuinen tot voedselbossen en stadsboerderijen. Extra leuk: je kunt ook een wandelingetje maken in de proeftuin voor ecologisch beheer en biodiversiteit van het museum zelf. Deze tentoonstelling is te zien t/m 13 april. Meer informatie via nieuweinstituut.nl

lezen

Alleen met de natuur

In deze roman neemt Toine Heijmans je mee naar de uiterwaarden, de laatste Nederlandse wildernis. Daar woont Willem de Waal in zijn tentje. Hij is jong en sterk en leeft alleen met de natuur die hem omringt. ‘Buitendijks’ is een verhaal over vrijheid en het opzoeken van de wildernis, maar ook over hoe wij de natuur in Nederland willen beteugelen en indammen. Over de macht van de natuur en de onmacht van de mens. Uitgeverij Pluim | ISBN 9789493339354 | €14,99

Terugkeer van een ijstijdzoogdier

De uitgestorven reuzenkopbever is een van de interessantste zoogdieren die ooit ons land bewoonde. Het was een rare bever, met een grote kop, kleine handjes, gigantische flapvoeten en een ronde staart. En ondanks zijn enorme snijtanden kon het dier geen bomen vellen. Een groepje onderzoekers en verzamelaars vertelt je meer over deze fossielen en waar je zelf zo’n reuzenkopbeverfossiel kunt vinden. Peter de Bruijn, Ingrid de Bruijn, Bram Langeveld en Rob van den Berg | KNNV Uitgeverij | ISBN 9789050119634 | € 29,95

Natuur als bron

Knap jij ook zo op van een bezoek aan de natuur? In een tijd met een overvloed aan informatie en prikkels is de natuur een toevluchtsoord voor de geest. In deze gids deelt Mari Verstegen praktische oefeningen om de natuur diepgaander te ervaren aan de hand van drie thema’s: aandacht, stilte en ontvankelijkheid. Voor iedereen die spelenderwijs de ontspannende en herstellende werking van de natuur wil ervaren. Noordboek | ISBN 9789464713077 | € 22,90

Het hele jaar pluktuinieren

Vers geplukte margrieten, goudsbloemen, alliums en korenbloemen uit eigen tuin? Dat klinkt als een droom. Jennita Jansen laat zien dat het plezier van een pluktuin ook voor jou binnen handbereik is. Of je nu een postzegeltuintje hebt of een halve hectare. Tot bloei | KNNV Uitgeverij

ISBN 9789050119702 | € 32,95

Unieke uilen

Maak kennis met de uilen van Nederland: de kerkuil, bosuil, steenuil, oehoe en meer. De uilenfamilie is een van de weinig vogelsoorten die je recht aankijkt, een indringende blik die je het gevoel geeft gezien te worden. Schrijver Ronald van Harxen volgt niet de traditionele lijn van soort voor soort omschrijven, maar focust op bepaalde aspecten en eigen ervaringen. Wat maakt deze verschillende soorten tot uil, maar ook: wat maakt ze uniek? KNNV Uitgeverij | ISBN 9789050119559 | € 29,95

luisteren klimaat

Dit is de duurzaamste keuze, toch?

Steeds meer mensen nemen duurzaamheid mee in hun keuzes. Bij het boeken van een vakantie, het kopen van kleding of het kiezen van je warmtevoorziening. Maar dat roept ook veel vragen op: waarom is de trein zoveel duurder dan het vliegtuig? Is je kleding (ver)kopen via Vinted wel zo duurzaam? En is het slim om over te stappen op een warmtepomp? In de nieuwe podcastserie ‘Het Groene Antwoord’ van onze partner ASN Bank geven experts je binnen 7 minuten hét antwoord op deze vragen. Beluister de podcast op Spotify of andere podcastplatforms.

Duurzaam

Thuis

Hoe kun je makkelijk zelf je huis isoleren, energie besparen, duurzaam koken en op andere vlakken thuis duurzame stappen zetten? Van de website van Duurzaam Thuis krijg je direct zin om in actie te komen! Per onderwerp lees je de milieuwinst (in bijvoorbeeld CO2 per jaar en aantal bomen), kosten en terugverdientijd. Bekijk de beste oplossingen voor jouw huis op duurzaamthuis.nl

Dwalen door ‘Verderland’

‘Plantaardig publicist’ Katja Staring ziet de natuur om haar heen steeds verder achteruitgaan. Met haar tuin en groene laboratorium ‘Verderland’ wil zij mensen weer in verbinding brengen met het groen. ‘Je wordt gezelliger en gezonder van de natuur en dat begint al bij je voordeur!’

‘Verderland’

Katja Staring zet zich in voor vergroening van een industrieterrein bij haar in de buurt.
Een merel die naast je op een verdwaalde regenworm duikt, vertelt jou iets

Vlak voor we Katja Staring spreken, heeft ze net de laatste boom uit haar oude tuin gegraven om die te verhuizen. Want Staring heeft niet zomaar een tuin, ze noemt zichzelf de tuinbaas van niets minder dan een groen laboratorium, waar ze van alles uitprobeert. Van een wormenhotel tot ‘heksensoep’ en van een levende schutting tot een minivoedselbosje. Nu zij recent is verhuisd naar het kerkdorpje Wijbosch, bij Schijndel, verhuist dat laboratorium mee.

Jouw tuin heeft zelfs een naam gekregen: ‘Verderland’. Hoe ziet dat land er nu uit?

‘Eerlijk antwoord? Het is nu vooral nog een grote, versteende oprit van pak ’m beet 200 vierkante meter met een strak gazon en een klassieke haag. Ik moet weer helemaal opnieuw beginnen, met

De Vijf van Katja

Favoriete natuurgebied

‘Mijn tuin.’

Favoriete seizoen

‘Herfst. De kleuren en zeker ook de geuren.’

Eerste natuurherinnering

‘Dat zijn er twee: van de zandheuvels afrollen in de Loonse en Drunense Duinen. En op vakanties haaientanden zoeken op het strand in Zeeuws -Vlaanderen.’

Bestudeerde als kind

‘Al heel jong tekende ik planten na. Ik had ook zo’n pers om bladeren te drogen voor een herbarium.’

Wat moet elk kind voor het tiende jaar hebben gedaan?

‘Samen een vijvertje graven in de tuin. Een cementkuip met wat waterplantjes op je balkon voldoet ook.’

een deel van de planten en bomen uit het oude Verderland. Maar mijn boodschap is dus dat dat heel goed kan. Geen tuin zo klein of zo versteend, of je kunt er een paradijsje van maken. Misschien meer nog dan een laboratorium is mijn tuin op iedere plek waar ik heb gewoond een grote ontdekkingstocht. Ik ben eigenlijk een soort verslaggever uit Verderland! In het tuintijdschrift Groei en Bloei ben ik ook met een serie verhalen begonnen: Katja’s Klustuin. Daar neem ik iedereen die het wil lezen mee in de verandering van een stuk saai gras naar wilde bloemen en van een versteende oprit naar een moestuin.

Maar is dat niet makkelijk praten, met een lap grond van 200 vierkante meter? ‘Mijn stelling is dat je op het kleinste stukje grond of zelfs op het kleinste balkonnetje de natuur ruimte kunt geven. Begin gewoon! Wip een paar tegels eruit en kijk wat er gebeurt. Of zet zo’n speciekuip uit de bouwmarkt op je balkon, kieper er een hoop aarde in en ga er letterlijk naast zitten om te zien wat er gebeurt. Voor je het weet leeft er van alles in jouw mini-tuintje. Niet alleen planten, maar vervolgens ook insecten en vogels. Ik heb meegemaakt dat ik op een stuk grond wat oud kunstgras wegtrok en dat daar vrijwel direct – ik had het plastic nog in mijn hand – een merel op een verdwaalde regenworm dook. Zo’n merel vertelt je iets.’

Wat vertelt die merel jou dan?

‘Die merel laat je nadenken over de verbanden tussen alles wat leeft. Maar het kan net zo goed die muis zijn die ik pas in een dode stengel van muskuskaasjeskruid omhoog zag kruipen om zaadjes te pikken. De diepere boodschap is: ik als mens ben ook maar één van de dieren, maar dan wel een die veel kan maken of breken.’

In het oude Verderland nodigde je op gezette tijden ook mensen uit om te komen ‘dwalen’. Ga je dat straks in je nieuwe tuin weer doen?

‘Dat hoop ik wel, want ‘natuurdwalen’ is volgens mij enorm waardevol. In mijn ‘dwaalgids’ heb ik ook beschreven hoe eenvoudig dat is. Je kunt het zelfs doen zonder een voet te verzetten; gewoon,

op een luie stoel naast om het even welk stukje groen. De essentie van dwalen is volgens mij: doelloos worden. Hoe kun je door te dwalen de natuurbeleving weer wakker maken? Dat idee heb ik uitgewerkt als deelnemer van de zogeheten Van Gogh Nationaal Park Academie, een soort vrijplaats voor groene denkers van het nieuwe nationale park in Brabant.’

Dat Van Gogh Nationaal Park heeft vanuit de groene hoek best veel kritiek te verduren gekregen. Het bevat meer hectares industrie en intensieve veehouderij, dan beschermde natuur. Hoe zie jij dat?

‘Ik zie dat als de geweldige kans voor dit gebied. Met het predicaat Nationaal Park kun je juist op die industrieterreinen laten zien dat je met haalbare ingrepen groen en beleving kunt stimuleren. Nu zie je nog wel eens dat een bedrijf dat “klimaatadaptief” moet worden, niet verder komt dan een opvangbekken voor regenwater onder een parkeergarage ofzo. Maar daar kun je dus ook weer groen aan verbinden. Voor een enorm groot industrieterrein hier in de regio, De Dubbelen, werk ik mee aan dat soort plannen voor vergroening. En echt, zodra je voor een groot bedrijf een saaie parkeerplaats en een berm omtovert tot een klein groen paradijsje, zie je ineens dat de werknemers buiten gaan zitten lunchen. We moeten proberen het plezier weer terug te krijgen in het beleven en ontdekken van natuur. Mensen worden daar blijere en gezondere wezens van.’

Mochten mensen jou ooit willen bedanken voor je inspanningen, dan hoeven ze niet met zomaar een bloemetje aan te komen, begrijpen we uit jouw boek Slow Flowers.

‘Nee, achter “gewone” bloemen gaat heel veel leed schuil; voor mensen maar zeker voor de natuur. In de bloementeelt wordt onvoorstelbaar veel gif gebruikt, waar niet alleen de werknemers in de kassen in Kenia onder lijden, maar ook de insecten en het bodemleven in ons land. Gelukkig is er een groeiend, wereldwijd netwerk van biologische kwekers onder de vlag Slow Flowers. Ook in Nederland kun je mensen dus nu al heel goed bedanken met biologische bloemen!’ l

CV Katja Staring

Katja Staring studeerde journalistiek in Tilburg. Zij was freelance reisverslaggever en eind- en hoofdredacteur bij de buitensportbladen van de ANWB. Ook werkte ze als communicatiemedewerker bij ministeries en bedrijven. Sinds 2017 richt zij zich alleen nog maar op de natuur, als journalist, blogger, boekauteur en spreker. Zo is zij regelmatig te horen als tuindeskundige in Vroege Vogels. Katja is herkenbaar aan het eelt op haar handen en haar zwarte nagels van het tuin- en buitenwerk.

Katja met haar favoriete plant, de inheemse kaardenbol, een distelachtge met bloemen die hommels en andere insecten trekt.

Wanneer is welke vlinder te zien?

Nederland telt ongeveer zestig dagvlinders. Elke vlinder heeft zijn eigen levensritme en overwintertechniek.

Dagpauwoog, kleine vos en grote vos overwinteren in holtes of soms binnenshuis. Deze soorten kun je al vanaf januari of februari zien.

Vanaf maart komen vlinders tevoorschijn die als pop de winter hebben doorgebracht, zoals koolwitje en bont zandoogje en vanaf april boomblauwtje en oranjetipje.

Als het warmer wordt willen wij graag naar buiten!

Op vlinders die als vlinder overwinteren zoals citroenvlinder en gehakkelde aurelia maak je al kans vanaf eind februari. Zij overwinteren in de strooisellaag.

Ik leg in 1x wel 100 eitjes tegelijk!

Als ik druk aan het fladderen ben, bescherm ik mijn territorium.

Vanaf het vroege voorjaar zijn citroenvlindermannetjes enorm actief. Eind maart, begin april zet het vrouwtje eitjes af. In de zomer verschijnt een nieuwe generatie vlinders. Die zoeken al snel een overwinterplek in groenblijvende struiken zoals klimop of conifeer.

Het bont zandoogje kun je onafgebroken van maart tot in november zien, deze vlinder heeft drie generaties die elkaar overlappen.

Rond Koningsdag maak je –toepasselijk genoeg – veel kans op oranjetipjes. Per jaar groeit het oranjetipje maar één keer uit tot vlinder. Het vrouwtje zet eitjes af op pinksterbloem of look-zonderlook. Dagpauwoog legt eitjes op een brandnetelblad.

Ik leg maar 1 eitje per keer, maar in totaal wel 100!

Atalanta en distelvlinder zijn trekvlinders: ze overzomeren hier en hun nakomelingen vliegen terug naar het zuiden. Tegenwoordig blijven veel atalanta’s hier.

Soms vlieg ik meer dan 7000 km!

Distelvlinders komen bijna over de hele wereld voor. De distelvlinders die wij in Nederland zien, komen meestal uit Noord-Afrika. Soms komen er distelvlinders uit Zuid-Amerika hier, die de Atlantische Oceaan over vliegen met de winden mee.

Tekst: Kirsten Dorrestijn, m.m.v. De Vlinderstichting Illustraties: EvaOntwerp

Over de bloemetjes en de bijtjes

Hoe bepalen bijenvolken wie de koningin mag bevruchten? Is er bijvoorbeeld een paringsdans, kiest de koningin zelf een mannetjesbij uit of bevrucht de mannetjesbij met de grootste piemel de koningin? Bram Wickel, IVN Zuid-Holland

Een jonge bijenkoningin gaat al een paar dagen na haar geboorte op bruidsvlucht. Ze vliegt een paar kilometer naar een darrenverzamelplaats voor de paring. De darren (mannetjesbijen) strijden hoog in de lucht voor een kans om de koningin te bevruchten. Ze paart op 10 tot 40 meter hoogte met meerdere darren. Een dar kan maar één keer paren. Na de daad scheurt het geslachtorgaan van het lijf af en sterft de dar direct. Na een goede bevruchting heeft de koningin voldoende sperma opgeslagen om de rest van haar leven – soms wel 5 jaar! –eitjes te kunnen blijven leggen in het bijenvolk, zonder nogmaals te hoeven paren.

Marianne Meijboom, Beleidsadviseur biodiversiteit & bijengezondheid, de Nederlandse Bijenhoudersvereniging

Lekker naar buiten, het klaslokaal in

De wereld een beetje mooier maken, begint dichtbij. Neem de basisschool. Wat vaker in de buitenlucht lezen en rekenen is gezond voor kinderen en hun schoolprestaties. Toch krijgen ze gemiddeld maar 1% van hun lessen buiten. IVN Natuureducatie wil daar 25% van maken en gaat voor een groene revolutie in het basisonderwijs. Door mee te spelen met de Postcode Loterij maak je kans op prijzen én steun je goede doelen als IVN Natuureducatie. Vanuit je postcode een nieuwe generatie een goeie start geven, dat is The Power of Postcodes.

Basiskennis natuur opdoen?

Er is zoveel te ontdekken in de natuur. Maar waar begin je? Met de online ‘IVN Natuurcursus: Leer de basis’ natuurlijk! Je leert vogels en bomen herkennen, ontdekt het belang van wilde bijen en hoort meer over de wolf. Door praktische voorbeelden begrijp je de natuur beter. In deze online beginnerscursus trek je ook naar buiten, met leuke doe-opdrachten.

Tot 7 april krijg je 10% IVN-ledenkorting, dus meld je snel aan!

ivn.nl/leerdebasis

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.