Iedere wet (incl. decreten, ordonnanties, …) bestaat uit verschillende onderdelen.
Bekijk op toledo onderstaande documenten en probeer de verschillende onderdelen van de wetgeving correct te benoemen aan de hand van de lijst op volgende slide
- Wet 22.11.2004 tot afschaffing van de wettelijke onbekwaamheid_uittreksel BS_aanduidingen
- Decreet 2.04.2004_uittreksel BS_aanduidingen
1. De structuur van wetgeving
Aanduiding van de overheidsdienst verantwoordelijk voor de uitvoering van de wetgeving
Datum en opschrift van de wetgeving
Verwijzing naar de vindplaats van de voorbereidende werkzaamheden (wetsontwerp, MvT, …)
Groet (enkel voor federale wetgeving)
Bekrachtiging door Koning (federale wet) of deelstatelijke regering (decreet of ordonnantie) = een daad van de wetgevende macht
Dispositief: de inhoud van de wetgeving, met op einde de eventuele overgangsbepalingen en/of inwerkingtreding (als niets bepaald = 10e dag na publicatie in BS)
1. De structuur van wetgeving
Afkondiging = door Koning (federale wet) of deelstatelijke regering (decreet of ordonnantie) als hoofd van de uitvoerende macht; omvat bevel tot publicatie in BS
Plaats en datum ondertekening = (afkondigings)datum van de wet (≠ datum laatste stemming)
Ondertekening door:
- Voor federale wetten: de Koning + min. van justitie + minister bevoegd voor uitvoering wet
- Voor decreet/ordonnantie: de minister-president + minister bevoegd voor uitvoering decreet
Oefening: structuur van wetgeving
Bekijk op toledo onderstaande documenten en benoem de verschillende onderdelen van die wetgeving
1) wet 27 juni 2016_uittreksel BS_oefening
2) decreet 17 juni 2016_uittreksel BS_oefening (10min)
2. Analyse van de rechtsregel
1. Vereisten voor de wetgevingsverwoording? Een rechtsregel moet voldoende … verwoord zijn
1. abstract (algemeen) => zoveel mogelijk situaties onder de rechtsregel
3. Eenvoudig, leesbaar, transparant en begrijpelijk => bevattelijk voor de rechtsonderhorige
2. Gevolgen slechte verwoording wetgeving?
• Als regel te gedetailleerd (concreet)
• Veel beoogde situaties zullen buiten de regel vallen (vb. geen misdrijf, geen straf zonder wet)
• Als regel te vaag (onduidelijk / onbegrijpelijk)
• Regel kan worden vernietigd wegens rechtsonzekerheid (cf. volgende slide)
2. Analyse van de rechtsregel
Uittreksel arrest Raad van State (RvS) van 5 november 2019, vzw Liga voor mensenrechten t. gemeente Zonhoven e.a., nr. 245.992.
Het aangevochten Artikel 4 van het gemeentelijk politiereglement (GAS-reglement): “Het is verboden overdag om het even welk geluid, gerucht of rumoer te veroorzaken zonder reden of zonder noodzaak en dat toe te schrijven is aan een gebrek aan voorui tzicht en voorzorg en dat van die aard is dat het de rust van de inwoners in het gedrang kan brengen. Het bewijs van geluidsoverlast kan met alle mogelijke middelen geleverd worden.”
Oordeel RvS: “Anders is het wat het lawaai overdag betreft dat door artikel 4 van het nieuwe politiereglement wordt verboden. Het artikel omschrijft het, zeer algemeen, als “om het even welk geluid” dat, ten eerste, is veroorzaakt zonder reden of zonder noodzaak en dat, ten tweede, is toe te schrijven aan een gebrek aan vooruitzicht en voorzorg en dat, ten derde, van aard is de rust van de inwoners in het gedrang te kunnen brengen.
Als zodanig laat deze omschrijving een te grote onduidelijkheid en onzekerheid over welke concrete gedragingen nu al dan niet gesanctioneerd worden. […]
De omschrijving in artikel 4 van het nieuwe politiereglement is te vaag en te weinig concreet opdat de rechtzoekende kan weten welke precieze vormen van daggeluiden de verwerende partijen wensen te bestraffen.”
De Raad van State vernietigt de beslissingen van de gemeenteraad van de gemeente Zonhoven van 26 september 2016, de gemeenteraad van de gemeente Diepenbeek van 12 september 2016 en de gemeenteraad van de stad Hasselt van 27 september 2016 tot goedkeuring van het politiereglement ‘betreffende de openbare rust, de openbare veiligheid, de openbare gezondheid en de openbare overlast’ wat betreft:
- artikel 4 ervan,
2. Analyse van de rechtsregel
3. Opbouw van de rechtsregel
1. Hypothese: als …
2. Gevolg: dan …
Voorbeeld a.d.h.v. art. 1382 BW: Als iemand door zijn daad (fout/onzorgvuldigheid) schade veroorzaakt aan een ander [hypothese], is deze persoon verplicht die schade te vergoeden
[gevolg]
2. Analyse van de rechtsregel
3. Opbouw van de rechtsregel
3.1 De hypothese (als …)
• Wat/belang? de toepassingsvoorwaarden voor de regel
• Valkuilen?
1. niet altijd letterlijk/duidelijk weergegeven in de vorm van ‘als …’ => meestal zelf impliciet af te leiden uit de tekst van de regel
2. Voorwaarde niet altijd vooraan in de rechtsregel, gevolgd door het gevolg; soms staat eerst het gevolg en daarna pas de hypothese
3. niet altijd in dezelfde regel als het gevolg of in één regel; toepassingsvoorwaarden soms verspreid over meerdere regels of gevolg in een ander artikel
Veel wetten gebruiken definities/begrippen; meestal in het begin van de wet en nodig om toepassingsvoorwaarden te begrijpen (vb. WER)
Veel wetten hebben vooraan in de wet een titel/hoofdstuk/artikel genaamd ‘toepassingsgebied’. Bekijk altijd eerst of er geen zo’n regel in de wet staat.
Oefening: herformuleer artikelen in een hypothese (als) en gevolg (dan)
Art. 22bis Gw.: “Elk kind heeft recht op eerbiediging van zijn morele, lichamelijke, geestelijke en seksuele integriteit.”
Als je een kind bent, dan heb je recht op eerbiediging van …
Als je een volwassene bent, dan moet je de … van het kind eerbiedigen
Art. 16 Gw.: “Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling.”
Enkel als (1) dit strekt tot het algemeen nut, (2) gebeurt in een van de gevallen bij wet bepaald (3) op de wijze bij wet bepaald en (4) tegen een (4.1) billijke en (4.2) voorafgaande vergoeding, dan kan iemand van zijn eigendom worden ontzet [= onteigend]
2. Analyse van de rechtsregel
3. Opbouw van de rechtsregel
3.1 De hypothese (als …)
• Soorten toepassingsvoorwaarden: cumulatief en alternatief?
1. Cumulatieve voorwaarden: alle voorwaarden moeten zijn vervuld opdat het gevolg zou intreden
• Vaak met voegwoord ‘en’
• Vaak af te leiden uit opsommende opbouw van de regel
2. Alternatieve voorwaarden: het volstaat dat één of meerdere van de voorwaarden zijn vervuld opdat het gevolg zou intreden; ze hoeven niet allemaal te zijn vervuld
• Meestal met voegwoord ‘of’
Oefening 1: herformuleer en bepaal of de regel uit cumulatieve of alternatieve voorwaarden bestaat
Art. 16 Gw.: “Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling.”
Cumulatieve voorwaarden; zie de opsommende samenstelling + voegwoorden ‘en’
Art. 469 Sw. Met diefstal gepleegd door middel van geweld of bedreiging wordt gelijkgesteld het geval waarin de dief op heterdaad betrapt wordt en geweld of bedreigingen gebruikt hetzij om in het bezit van de weggenomen voorwerpen te kunnen blijven, hetzij om zijn vlucht te verzekeren.
Cumulatieve én alternatieve voorwaarden: ALS een dief betrapt wordt op heterdaad en geweld of bedreiging gebruikt om de gestolen voorwerpen te kunnen blijven behouden of om zijn vlucht te verzekeren.
Oefening 2: analyse van de rechtsregel
Art. VI.47, §1 WER: Onverminderd artikel VI.53 beschikt de consument over een termijn van 14 dagen om de overeenkomst op afstand [zie art. I.8, 15° en I.8, 16° WER] zonder opgave van redenen te herroepen, en zonder andere kosten te moeten dragen dan die welke in artikel VI.50, § 2, en artikel VI.51 zijn vermeld.
• Vraag 1: herformuleer bovenstaand artikel in een als … dan …-constructie (hypothese en gevolg)
Als:
1) het gaat om een ovk op afstand zie extra voorwaarden in art. I.8, 15° WER:
1) overeenkomst die tussen de onderneming en de consument
2) gesloten in het kader van een georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening op afstand
3) zonder gelijktijdige fysieke aanwezigheid van de onderneming en de consument
Oefening 2: analyse van de rechtsregel
Art. VI.47, §1 WER: Onverminderd artikel VI.53 beschikt de consument over een termijn van 14 dagen om de overeenkomst op afstand [zie art. I.8, 15° en I.8, 16° WER] zonder opgave van redenen te herroepen, en zonder andere kosten te moeten dragen dan die welke in artikel VI.50, § 2, en artikel VI.51 zijn vermeld.
• Vraag 1: herformuleer bovenstaand artikel in een als … dan …-constructie (hypothese en gevolg)
Als: […]
4) en waarbij, tot op en met inbegrip van het moment waarop de overeenkomst wordt gesloten, uitsluitend gebruik wordt gemaakt van een of meer technieken voor communicatie op afstand
zie extra voorwaarden in art. I.8, 16° WER:
1) ieder middel
2) dat kan worden gebruikt voor de sluiting van de overeenkomst tussen deze partijen
3) zonder gelijktijdige fysieke aanwezigheid van onderneming en consument
2) De overeenkomst op afstand niet onder een van de uitzonderingen in art. VI.53 WER valt (onverminderd = zonder afbreuk te doen aan …)
Oefening 2: analyse van de rechtsregel
Art. VI.47, §1 WER: Onverminderd artikel VI.53 beschikt de consument over een termijn van 14 dagen om de overeenkomst op afstand [zie art. I.8, 15° en I.8, 16° WER] zonder opgave van redenen te herroepen, en zonder andere kosten te moeten dragen dan die welke in artikel VI.50, § 2, en artikel VI.51 zijn vermeld.
Als […]
Dan
heeft de consument een herroepingsrecht (…)
• Vraag 2: over welk soort toepassingsvoorwaarden gaat het in dit artikel?
Cumulatieve toepassingsvoorwaarden; zie de opsommende samenstelling en voegwoorden ‘en’.
• Vraag 3: Wat is de moeilijkheid in dit artikel voor het bepalen van de hypothese?
De toepassingsvoorwaarden zijn verspreid over verschillende artikelen
Herhaling eerste college
• Waar vinden we zoal de afkondigingsdatum van een wet in het BS?
• Bovenaan naast het opschrift & boven de ondertekening
• Welke minister ondertekent mee een federale wet?
• De minister van justitie + minister verantwoordelijk voor de uitvoering
• Via welke zoekmachine vinden we het eenvoudigst de originele wet (niet de reeds gewijzigde actuele versie)?
• Via een opzoeking in het BS (niet via justel = geconsolideerde wetgeving)
• Via welke truc/techniek kan je een rechtsregel begrijpelijker maken?
• Omzetten naar een ALS … DAN …-constructie
• Welke soorten voorwaarden kan een rechtsregel hebben?
• Cumulatieve & alternatieve voorwaarden
Oefening 3: analyse van de rechtsregel (15 minuten)
Art. 5 van de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding betalingsachterstand bij handelstransacties (BS 7 augustus 2002) luidt als volgt:
“Indien de schuldeiser zijn contractuele en wettelijke verplichtingen heeft vervuld en het verschuldigde bedrag niet op tijd heeft ontvangen, wordt het openstaande bedrag vanaf de daarop volgende dag van rechtswege en zonder ingebrekestelling verhoogd met een intrest, behalve indien de schuldenaar bewijst dat hij niet verantwoordelijk is voor de vertraging. […]”
Zoek de wet op en bepaal voor deze wetgeving de toepassingsvoorwaarden.
Noteer ook waar je de toepassingsvoorwaarden hebt gevonden en om welke soort toepassingsvoorwaarden het gaat (cumulatief / alternatief).
Tip: je hebt hiervoor de artikelen 2, 3 en 5 nodig
Oefening 3: analyse van de rechtsregel
ALS
1) Betaling tot vergoeding van een handelstransactie (art. 3)
Handelstransactie? ALS (art. 2, lid 1)
1) een transactie die leidt tot 1) het leveren van goederen, 2) het verrichten van diensten of 3) het ontwerp en de uitvoering van openbare werken en bouw- en civieltechnische werken
2) tussen ondernemingen of tussen ondernemingen en overheidsinstanties
• “onderneming" : elke organisatie, met uitsluiting van overheidsinstanties, die handelt in het kader van haar zelfstandige economische of beroepsmatige activiteit, ook wanneer deze door slechts één persoon wordt uitgeoefend;
• “overheidsinstantie” : elke aanbestedende dienst, zoals omschreven in […]
3) tegen vergoeding
2) En de SE zijn contractuele en wettelijke verplichtingen heeft vervuld (art. 5, 1e lid)
3) En het verschuldigde bedrag niet op tijd heeft ontvangen (art. 5, 1e lid)
4) En voor zover de schuldenaar niet bewijst dat hij niet verantwoordelijk is voor de vertraging (art. 5, 1e lid)
Oefening 4: analyse van de rechtsregel (15 minuten)
Zoek op wanneer er sprake is van een poging tot pooierschap en welk gevolg daaraan wordt gekoppeld. Noteer ook waar je de toepassingsvoorwaarden hebt gevonden en om welke soort toepassingsvoorwaarden het gaat (cumulatief / alternatief). ALS
1. Strafbare poging (art. 51 Sw.)
1. wanneer het voornemen
2. om een misdaad of een wanbedrijf te plegen
3. zich heeft geopenbaard
4. door uitwendige daden
5. die een begin van uitvoering van die misdaad of van dat wanbedrijf uitmaken
6. die zijn gestaakt of hun uitwerking hebben gemist
7. alleen ten gevolge van omstandigheden, van de wil van de dader onafhankelijk,.
2. Pooierschap (art. 433quater/1 Sw.):
1. [volgende slide]
Oefening 4: analyse van de rechtsregel (15 minuten)
Zoek op wanneer er sprake is van een poging tot pooierschap en welk gevolg daaraan wordt gekoppeld. Noteer ook waar je de toepassingsvoorwaarden hebt gevonden en om welke soort toepassingsvoorwaarden het gaat (cumulatief / alternatief). ALS
1. Strafbare poging (art. 51 Sw.)
1. [Vorige slide]
2. Pooierschap (art. 433quater/1 Sw.):
1. een van de volgende daden gepleegd tegen een meerderjarig persoon:
2. het organiseren van de prostitutie van een ander
3. met als doel het bekomen van een voordeel,
4. behalve in de gevallen die de wet bepaalt;
2. het bevorderen, ertoe aanzetten, aanmoedigen of vergemakkelijken van prostitutie
3. met als doel het bekomen van een abnormaal economisch voordeel of elk ander abnormaal voordeel;
2. maatregelen nemen om het verlaten van de prostitutie te verhinderen of te bemoeilijken.
DAN gevangenisstraf van zes maanden tot drie jaar en geldboete van honderd euro tot vijfduizend euro (3e lid)
2. Analyse van de rechtsregel
3. Opbouw van de rechtsregel
3.2 Het gevolg (dan …)
• Eén gevolg of meerdere gevolgen
• Cumulatieve gevolgen
• Alternatieve gevolgen
• Soorten gevolgen?
• Gebodsbepalingen (je moet)
• Verbodsbepalingen (je mag niet)
• Verlofbepalingen (je hebt recht op / toelating tot)
• Technische regels
• Kracht vd gevolgen? Suppletieve of dwingende gevolgen (evt. van openbare orde)
Oefening 1: welk(e) soorten voorwaarden en gevolgen kent deze RR?
Art. 9 Handelshuurwet (onderdeel van de oud BW)
“Wanneer verbouwingen zijn uitgevoerd op kosten van de huurder, met uitdrukkelijk of stilzwijgend akkoord van de verhuurder of krachtens een rechterlijke beslissing, kan de verhuurder, behoudens andersluidende overeenkomst, de verwijdering ervan bij het vertrek van de huurder niet vorderen, maar hij kan zich ertegen verzetten. Indien de verbouwingen niet worden verwijderd, heeft de verhuurder de keus om ofwel de waarde van de materialen en het arbeidsloon te vergoeden, ofwel een bedrag te betalen, dat gelijk is aan de door het onroerend goed verkregen meerwaarde.
Ten aanzien van door de huurder zonder verlof ondernomen verbouwingen kan de verhuurder, hetzij in de loop van de huur, hetzij bij het eindigen ervan, eisen dat de lokalen in hun vroegere toestand worden hersteld, onverminderd schadevergoeding, zo daartoe grond bestaat. Indien hij de aldus uitgevoerde verbouwingswerken behoudt, is hij geen vergoeding verschuldigd.”
Oefening 1: welk(e) voorwaarden kent deze RR?
Art. 9 Handelshuurwet (onderdeel van het oud BW)
“Wanneer verbouwingen zijn uitgevoerd op kosten van de huurder, met uitdrukkelijk of stilzwijgend akkoord van de verhuurder of krachtens een rechterlijke beslissing, kan de verhuurder, behoudens andersluidende overeenkomst, de verwijdering ervan bij het vertrek van de huurder niet vorderen, maar hij kan zich ertegen verzetten. Indien de verbouwingen niet worden verwijderd, heeft de verhuurder de keus om ofwel de waarde van de materialen en het arbeidsloon te vergoeden, ofwel een bedrag te betalen, dat gelijk is aan de door het onroerend goed verkregen meerwaarde.
1. Wanneer verbouwingen zijn uitgevoerd
2. op kosten van de huurder,
3. met uitdrukkelijk of stilzwijgend akkoord van de verhuurder of krachtens een rechterlijke beslissing
Ten aanzien van door de huurder zonder verlof ondernomen verbouwingen kan de verhuurder, hetzij in de loop van de huur, hetzij bij het eindigen ervan, eisen dat de lokalen in hun vroegere toestand worden hersteld, onverminderd schadevergoeding, zo daartoe grond bestaat. Indien hij de aldus uitgevoerde verbouwingswerken behoudt, is hij geen vergoeding verschuldigd.”
1. door de huurder
2. ondernomen verbouwingen
3. zonder verlof (toestemming van de verhuurder)
Oefening 1: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
Art. 9 Handelshuurwet (onderdeel van de oud BW)
“Wanneer verbouwingen zijn uitgevoerd op kosten van de huurder, met uitdrukkelijk of stilzwijgend akkoord van de verhuurder of krachtens een rechterlijke beslissing, kan de verhuurder, behoudens andersluidende overeenkomst, de verwijdering ervan bij het vertrek van de huurder niet vorderen, maar hij kan zich ertegen verzetten. Indien de verbouwingen niet worden verwijderd, heeft de verhuurder de keus om ofwel de waarde van de materialen en het arbeidsloon te vergoeden, ofwel een bedrag te betalen, dat gelijk is aan de door het onroerend goed verkregen meerwaarde.
Ten aanzien van door de huurder zonder verlof ondernomen verbouwingen kan de verhuurder, hetzij in de loop van de huur, hetzij bij het eindigen ervan, eisen dat de lokalen in hun vroegere toestand worden hersteld, onverminderd schadevergoeding, zo daartoe grond bestaat. Indien hij de aldus uitgevoerde verbouwingswerken behoudt, is hij geen vergoeding verschuldigd.”
Suppletieve of dwingende gevolgen?
Suppletief
Oefening 1: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
Art. 9 Handelshuurwet (onderdeel van het oud BW)
“Wanneer verbouwingen zijn uitgevoerd op kosten van de huurder, met uitdrukkelijk of stilzwijgend akkoord van de verhuurder of krachtens een rechterlijke beslissing, kan de verhuurder, behoudens andersluidende overeenkomst, de verwijdering ervan bij het vertrek van de huurder niet vorderen, maar hij kan zich ertegen verzetten. Indien de verbouwingen niet worden verwijderd, heeft de verhuurder de keus om ofwel de waarde van de materialen en het arbeidsloon te vergoeden, ofwel een bedrag te betalen, dat gelijk is aan de door het onroerend goed verkregen meerwaarde.
Ten aanzien van door de huurder zonder verlof ondernomen verbouwingen kan de verhuurder, hetzij in de loop van de huur, hetzij bij het eindigen ervan, eisen dat de lokalen in hun vroegere toestand worden hersteld, onverminderd schadevergoeding, zo daartoe grond bestaat. Indien hij de aldus uitgevoerde verbouwingswerken behoudt, is hij geen vergoeding verschuldigd.”
Cumulatieve of alternatieve gevolgen?
Cumulatief + alternatief
Oefening 2: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
Art. 2 KB van 29 oktober 1997 tot invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan (BS 7.11 .1997)
“ § 1. Om voor zijn kind te zorgen heeft de werknemer het recht om :
- hetzij gedurende een periode van vier maanden de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst te schorsen zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in maanden;
- hetzij gedurende een periode van acht maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een halftijdse vermindering zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij gedurende een periode van twintig maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een vermindering met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan;]
[- hetzij gedurende een periode van veertig maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een vermindering met één tiende zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld en mits akkoord van de werkgever; deze periode kan worden opgesplitst in periodes van tien maanden of een veelvoud hiervan.]
§ 2. De werknemer heeft de mogelijkheid om bij het opnemen van zijn ouderschapsverlof gebruik te maken van de verschillende modaliteiten vermeld in paragraaf 1. [Bij een wijziging van opnamevorm moet rekening worden gehouden met het principe dat één maand schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst gelijk is aan twee maanden halftijdse verderzetting van de arbeidsprestaties, aan vijf maanden vermindering van de arbeidsprestaties met één vijfde en aan tien maanden vermindering van de arbeidsprestaties met één tiende.].”
Oefening 2: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
“ § 1. Om voor zijn kind te zorgen heeft de werknemer het recht om :
- hetzij gedurende een periode van vier maanden de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst te schorsen zoals bedoeld bij artikel 100 van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in maanden;
- hetzij gedurende een periode van acht maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een halftijdse vermindering zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet, wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in periodes van twee maanden of een veelvoud hiervan;
- hetzij gedurende een periode van twintig maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een vermindering met één vijfde zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld; deze periode kan naar keuze van de werknemer worden opgesplitst in periodes van vijf maanden of een veelvoud hiervan;]
[- hetzij gedurende een periode van veertig maanden zijn arbeidsprestaties deeltijds verder te zetten in de vorm van een vermindering met één tiende zoals bedoeld in artikel 102 van voornoemde wet wanneer hij voltijds is tewerkgesteld en mits akkoord van de werkgever; deze periode kan worden opgesplitst in periodes van tien maanden of een veelvoud hiervan.]
[…] Soort bepaling?
• Verlofbepaling (toelating om …)
• dwingend recht (geen afwijking mogelijk)
• Alternatieve gevolgen (keuzemogelijkheden)
Oefening 3: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
Art. 15 Gw:
“De woning is onschendbaar; geen huiszoeking kan plaats hebben dan in de gevallen die de wet bepaalt en in de vorm die zij voorschrijft”
Soort bepaling?
• Verbodsbepaling
• Dwingend recht (openbare orde)
Oefening 4: welk(e) soorten gevolgen kent deze RR?
Art. 13 van het politiereglement van de stad Torhout van 29 maart 2019
“De eigenaars, bezitters en houders van dieren zijn verplicht alle maatregelen te treffen om aanhoudend en/of storend lawaai veroorzaakt door hun dieren te voorkomen.“
Soort bepaling?
• Gebodsbepaling
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
• Publicatieplaats?
Stukken en handelingen
• Waar terug te vinden?
Websites van de parlementen (De Kamer, Senaat, Vl. Parl., …)
• De soorten wetgevingsinitiatieven, bijhorende stukken en adviesplicht RvS?
Het eerste stuk in de parlementaire voorbereiding? wetsvoorstel
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Lees het eerste stuk (wetsvoorstel) in de parlementaire voorbereiding en bepaal de inhoud?
Zeer korte samenvatting van de ratio legis (oorsprong/de reden)
Uitgebreide toelichting van:
1) de ratio legis: voorgaande probleemsituaties/leemten in de wet, rechtspraak, vergelijking andere landen, …
2) de artikelsgewijze toelichting
2. Analyse van de rechtsregel (15min)
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Beantwoord aan de hand van het wetsvoorstel en de wet volgende vragen?
1. Vallen fotografen ook onder deze wet?
p. 11: De wet heeft niet alleen betrekking op de beroepsjournalisten zoals bepaald in de organieke wet van 30 december 1963 maar ook op free-lance journalisten, correspondenten, fotografen die hen vergezellen, enz. (zie ook p. 3)
2. Op welke soorten informatiedragers is deze wettelijke bescherming van toepassing (materieel toepassingsgebied)?
p. 11: Ratione materiae is de wet van toepassing op een waaier van informatiedragers: drukwerken, radioen televisieuitzendingen (derhalve zowel op beeld- als op klankmateriaal) met informatieve inhoud, electronisch verkeer met informatieve waarde, foto’s …. Deze informatie moet nog niet gepubliceerd zijn om onder de bescherming van het bronnengeheim te vallen.
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Beantwoord aan de hand van het wetsvoorstel en de wet volgende vragen?
3. Wat wordt er precies bedoeld met de termen ‘bronnen’ en ‘documenten’ in de wet?
p. 12: Art. 3: § 1 definieert het bronnengeheim van de journalist en stipuleert verder welke componenten onder het journalistieke bronnengeheim vallen. In concreto kan het gaan om de identiteit van een informant, om de aard of de herkomst van informatie, om de identiteit van de auteur van een tekst of een audiovisuele productie of om de inhoud van de informatie of de documenten zelf.
Dit voorstel maakt derhalve, zoals in het arrest Goodwin, een onderscheid tussen bronnen en documenten. Het bronnengeheim kan dus, al naar gelang het geval slaan op de bronnen (zie punt 2°) of op de documenten zelf (punt 4°). Aldus wordt het journalistieke bronnengeheim op de ruimst mogelijke manier ingevuld.
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Wat is het tweede wetgevingsstuk na het ingediende wetsvoorstel?
Het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State
• Welk nut heeft het advies van de Raad van State?
1. Inspiratie voor verbetering van het wetsvoorstel via amendementen
2. Hulpmiddel voor de latere interpretatie van de wet
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Vervolgens (na het advies van de Raad van State) gaat het wetsvoorstel naar een commissie in de Kamer en volgen er meestal …?
Amendementen (na bespreking in de commissie; hier de Commissie voor Justitie)
• De twee belangrijke componenten (delen) van een amendement?
1. Het amendement (de aanpassing zelf)
2. De verantwoording
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Na de doorvoering van amendementen volgt …?
In de bevoegde commissie:
1. Een artikelsgewijze bespreking
2. Een bespreking van het gehele wetsvoorstel samen het ‘verslag namens de commissie’
3. De stemming in de commissie
toegelicht in de plenaire vergadering
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Wanneer gebeurt het wetgevingsproces in de Kamer en/of Senaat?
1. Monocamerale procedure = enkel in de Kamer = principe
2. Verplicht bicamerale procedure = in Kamer & Senaat (bespreking en goedkeuring) = uitzondering
• Aangelegenheden in art. 77, lid 1 Gw. (bijv. bijzondere meerderheidswetten, wetten m.b.t. organisatie van de Senaat, …)
3. Optioneel bicamerale procedure = In Kamer en evt. evocatie door Senaat = uitzondering
• Aangelegenheden in art. 78, §1 Gw. (bijv. wetten ter uitvoering van bijzondere meerderheidswetten, wetten betreffende administratieve rechtscolleges, …)
• Voorwaarde?
Als de meerderheid van de Senaat met minstens 1/3 van elke taalgroep in de Senaat kiest voor een behandeling
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Wanneer gebeurt het wetgevingsproces in de Kamer en/of Senaat?
3. Optioneel bicamerale procedure = In Kamer en evt. evocatie door Senaat = uitzondering
• Werkwijze?
Kamer van volksvertegenwoordigers
• Bespreking
• goedkeuring
• Evocatierecht
• bespreking
• evt. amendementen
• goedkeuring
Kamer van volksvertegenwoordigers
• Indien geamendeerd door Senaat, kan Kamer vervolgens:
• goedkeuring
• wijziging
• verwerping
Senaat
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Werd de Senaat ook betrokken in de wetgevingsprocedure voor bovenstaande wet?
• Datum van de versie die door de Kamer werd aangenomen en werd verzonden naar de Senaat?
• 6/05/2004
• Datum overzending naar en evocatiedatum Senaat?
• 13/05/2004
• Datum goedkeuring en terugzending geamendeerde tekst door de Senaat?
• 27-28/01/2005
• Werd in de Kamer nog een amendement doorgevoerd na goedkeuring door de Senaat?
• Ja op 4/02/2005
• Datum uiteindelijk door de Kamer goedgekeurd wetsontwerp?
• 17/03/2005
2. Analyse van de rechtsregel
3. Analyse van de voorbereidende werkzaamheden
Voorbeeld: de Wet van 7 april 2005 op de bescherming van journalistieke bronnen (BS 27 april 2005)
• Werd de Senaat ook betrokken in de wetgevingsprocedure voor bovenstaande wet?
2. analyse van voorbereidende werkzaamheden: test 2
1. De analyse van rechtspraak - algemeen
• Vonnis of arrest?
• Vonnis = lagere rechtscolleges = rechtbanken en vredegerecht
• Arrest = hogere rechtscolleges = hoven
• Onderdelen van een vonnis/arrest (inhoudelijk)?
1. Motiverend gedeelte (overwegend gedeelte)
• Het waarom van de beslissing
• Inhoud?
• Ingestelde vorderingen (eisen)
• Opgeworpen middelen van de partijen
• antwoord van de rechter op de vorderingen en middelen
• Motiveringsplicht in art. 149 Gw.: plicht rechter om zijn beslissing te motiveren => belang vermelding alle mogelijke vorderingen en middelen in conclusie
2. Dictum (beschikkend gedeelte)
• De beslissing
1. De analyse van rechtspraak - algemeen
• Schrijfstijl van vonnissen/arresten
• Oude stijl
• Cassatie tot 2002, RvS tot recentelijk, sommige lagere rechtscolleges
• “Het Hof beslist [dictum], overwegende dat …, overwegende dat …
…” (volledige arrest in één lange zin)
• Nieuwe stijl
• Geen eenduidige stijl, maar leesbaarder door:
1. Duidelijke opsplitsing in motivering, gevolgd door dictum
2. Gebruik van meerdere (kort)zinnen
• Cassatie sinds 2006, GwH, meeste lagere rechtscolleges, RvS sinds kort, …
1. De analyse van rechtspraak
algemeen
1. Nummer op de algemene rol (A.R.)
• Elke ingeleide zaak krijgt een algemeen rolnummer
• Belang?
Communicatie met rechtbank (griffie) gebeurt via dit nr.
2. Rechtscollege (materiële & territoriale bevoegdheid) + beoordelende kamer + rechters in zake
1. De analyse van rechtspraak
3. Partijen en proceshoedanigheid
• Volgorde?
1. eiser
2. verweerder
• Welke identificatiegegevens?
• Natuurlijke personen?
• Naam + adres
• Rechtspersonen?
• Naam
• rechtsvorm (bv, nv, …)
• ondernemingsnummer (ingeschreven in de KBO onder nr …)