John Deere Front Axle APL 045 AS ctm4514 Holland Technical Manual PDF

Aangedreven voorassen Serie APL, 045 en AS

John Deere Werke Mannheim CTM4514 (01MAR00) Printed in Germany

HOLLÄNDISCH

Inleiding Voorwoord Deze handleiding is geschreven voor ervaren servicepersoneel. Het gereedschap, noodzakelijk voor het uitvoeren van bepaalde werkzaamheden wordt in deze handleiding beschreven en voor gebruik aanbevolen. Het is aan te bevelen dit gereedschap ook te gebruiken.

Veiligheid boven alles: lees de veiligheidsinstructies in het begin van deze handleiding en besteed aandacht aan de waarschuwingen, die regelmatig in de tekst van de handleiding zijn opgenomen.

Dit teken vraagt aandacht voor op de machine aangebrachte of in dit handboek opgenomen veiligheidsinstructies. Het betekent dat er gevaar voor verwonding bestaat.

Gebruik deze technische handleiding voor componenten in combinatie met de technische handleiding van de machine. Een opgave betreffende het gebruik is in het begin opgenomen, waarbij de relatie wordt gelegd tussen het product-model/component en het type-model.

Raadpleeg de technische handleiding van de machine inzake de manier waarop toegang tot het onderdeel kan worden verkregen, hoe dit te verwijderen en weer te monteren is.

over reparaties geven informatie over de manier waarop het onderdeel moet worden gerepareerd. De hoofdstukken over bediening en controles helpen de meest gangbare storingen snel te identificeren.

De informatie is in groepen samengebracht voor de verschillende onderdelen die onderhoud behoeven.

Aan het begin van elke groep wordt een samenvatting gegeven van al het gereedschap, dat voor het onderhoud of de reparatie noodzakelijk is. Eventuele andere hulpmiddelen om het werk te verrichten, zoals onderdelen, specificaties, toleranties als gevolg van slijtage en aanhaalmomenten worden ook beschreven.

Technische handleidingen voor componenten bevatten beknopte richtlijnen voor bepaalde onderdelen.

Technische handleidingen voor componenten zijn geschreven als aparte handleidingen, toepasbaar voor verschillende machines.

Fundamentele informatie inzake het onderhoud kan worden ontleend aan andere bronnen, waarbij wordt ingegaan op de basistheorie van het gebruik, basisprincipes voor het opheffen van storingen, algemeen onderhoud en de basistypen en de oorzaken daarvan.

Deze handleiding bestaat uit twee gedeelten: reparaties en bediening/controles. De hoofdstukken DX,CTMIFC

CTM4514 (01MAR00)

–18–22MAY92–1/1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=2

Inleiding

Algemene aanwijzingen In deze technische handleiding zijn aanwijzingen betreffende de reparatie en een beschrijving van de opbouw en het werkingsprincipe van aangedreven voorassen: serie APL (APL-2025, APL-2035, APL-2045 en APL-2060) in de groepen 05 tot 20 en 200 serie 045 (045 JD en 045 JDS 20) in de groepen 25 tot 40 en 200 serie AS (AS-2025, AS-2035, AS-2035N 1, AS-2045 en AS-2060) in de groepen 45 tot 60 en 200 De asophanging van de aangedreven vooras met TLS is niet in deze handleiding beschreven, maar in de technische handboeken van de desbetreffende traktortypen.

1

smalspooras AG,FX04785,43 –18–24FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=3

Inleiding

LX009646

–UN–10FEB95

Assen van de serie APL

LX1018938

–UN–10FEB98

Aangedreven vooras APL-2025

Aangedreven vooras APL-2045 met TLS

AG,FX04785,44 –18–24FEB00–1/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=4

Inleiding Typeplaatje bij assen van de serie APL

–UN–08FEB95

Het typeplaatje is bij de assen APL-2025, APL-2035, APL-2045 aan de rechterkant en bij de APL-2060 aan de linkerkant van het ashuis aangebracht.

Bij de assen APL-2045 met TLS is het typeplaatje aan de rechterkant van het middelste ashuis aangebracht.

LX003496

De uit te voeren reparaties zijn afhankelijk van het astype.

Dit staat als zodanig op het typeplaatje aangegeven.

Overzichtstabel van de asuitvoering van de serie APL Trekkers (behalve Noord-Amerika) 6100 en 6200

APL-2025

APL-2035

APL-2045

X

6300 en 6400

X

6506, 6600 en 6800

X

6900 SE-trekkers 6100, 6200, 6300 en 6400

X X

6010

X

6110 en 6210

X

6310 en 6410

X

Xa Xa

6510, 6610 en 6810 6910 SE-trekkers 6010, 6110, 6210, 6310 en 6410

APL-2060

X X

SE-trekkers 6510 en 6610

X

Trekkers (Noord-Amerika): 6200 en 6200L

X

6300L en 6400L

X

6300, 6400, 6500 en 6500L 6110 en 6210

X X Xa

6310 en 6410 6405

X

X

X

6605

X

6110 en 6210L

X

6310L

X

X

X

X

6410L 6510L 6310S, 6410S en 6510S a

X

X

ook met TLS

AG,FX04785,44 –18–24FEB00–2/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=5

Inleiding

LX1018939 –UN–19JAN98

Assen uit de serie 045

LX1023446 –UN–09AUG99

Aangedreven vooras 045 JD

Aangedreven vooras 045 JDS 20 met TLS

AG,FX04785,45 –18–24FEB00–1/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=6

Inleiding Typeplaatje bij assen van de serie 045 Het typeplaatje is aan de linkerkant van het ashuis aangebracht.

LX1019821 –UN–19JAN98

De uit te voeren reparaties zijn afhankelijk van het astype.

Dit staat als zodanig op het typeplaatje aangegeven.

Overzichtstabel van asuitvoering van de serie 045

Trekkers 6910 a

045 JD

045 JDS 20a

X

X

met TLS

AG,FX04785,45 –18–24FEB00–2/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=7

Inleiding

LX1023286 –UN–09SEP99

Assen uit de serie AS

LX1023287 –UN–09SEP99

Aangedreven vooras AS-2025

Aangedreven vooras AS-2060 met TLS

AG,FX04785,46 –18–24FEB00–1/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=8

Inleiding Typeplaatje bij assen van de serie AS

LX1023288 –UN–09SEP99

Het typeplaatje is bij de assen AS-2025, AS-2035, AS-2035N, AS-2045 aan de rechterkant en bij AS-2060 aan de linkerkant van het ashuis aangebracht.

Bij de assen AS-2045 met TLS is het typeplaatje op het middelste ashuis aangebracht.

De uit te voeren reparaties zijn afhankelijk van het astype.

Dit staat als zodanig op het typeplaatje aangegeven.

Overzichtstabel van de asuitvoering van de serie AS Trekkers (behalve Noord-Amerika)

AS-2025

AS-2035

AS-2035Na

6010

X

X

6110 en 6210

Xb

X

6205

X

6310 en 6410

X

Xb, c

AS-2045

X

6505

X Xb, c

6510, 6610 en 6810

Xb, c

6910 en 6910i SE-trekkers 6010, 6110, 6210, 6310 en 6410

AS-2060

X

X

SE-trekkers 6510 en 6610

X

Trekkers (Noord-Amerika): 6110 en 6210

Xb Xb

6310 en 6410 6405

X

X

6605

X

6110 en 6210L

X

6310L

X

6410L 6510L 6310S, 6410S en 6510S a

smalspooras

b

ook met TLS

c

X

X X

X

X

X

X

X

X

X

ook met TLS en lamellenrem

AG,FX04785,46 –18–24FEB00–2/2

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=9

Inleiding

CTM4514 (01MAR00)

Aangedreven voorassen: 051600

PN=10

Inhoudsopgave Groep 00—Veiligheidsmaatregelen Groep 05—Stuurcilinder en spoorstangen serie APL Groep 10—Wielnaaf met planetaire reductie serie APL Groep 15—Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL Groep 20—Differentieel en ashuis - serie APL Groep 25—Stuurcilinder en spoorstangen serie 045 Groep 30—Wielnaaf met planetaire reductie serie 045 Groep 35—Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 Groep 40—Differentieel en ashuis - serie 045 Groep 45—Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS Groep 50—Wielnaaf met planetaire reductie serie AS Groep 55—Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS Groep 60—Differentieel en ashuis - serie AS Groep 200—Beschrijving en werking

INDX

Alle informatie, afbeeldingen en technische gegevens vermeld in deze bedieningshandleiding zijn bijgewerkt tot de datum van uitgifte. Constructiewijzigingen zijn te allen tijde zonder bekendmaking mogelijk.

COPYRIGHT 2000 DEERE & COMPANY European Office Mannheim All rights reserved A John Deere ILLUSTRUCTION Manual Previous Editions Copyright 1998, 1995, 1992

CTM4514 (01MAR00)

i 051600

PN=1

Inhoudsopgave

INDX

CTM4514 (01MAR00)

ii 051600

PN=2

Inhoudsopgave Bladzijde

Bladzijde

Groep 00—Veiligheidsmaatregelen . . . . . . . . . . 00-1

Groep 20—Differentieel en ashuis - serie APL Speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-4 Differentieel uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-10 Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2025 en APL-2035). . . . . . . . . . . . . . . . . 20-11 Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2045 en APL-2060). . . . . . . . . . . . . . . . . 20-14 Pignonas uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-15 Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen . . . . . . . 20-22 Pignonas inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-23 Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-26 Weerstandsmoment afstellen (met keerring) . . . 20-29 Differentieel monteren (APL-2025 en APL-2035) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-30 Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2025 en APL-2035) . . . . . . . . . 20-32 Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-34 Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2045 en APL-2060) . . . . . . . . . 20-36 Differentieel inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-37 Tandflankspeling van het kroonwiel controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-38 Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen . . . . . . . . . . . . . . 20-39 Draagbeeld van kroonwiel . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-41 Eindmontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-42 Olie bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-42

Groep 05—Stuurcilinder en spoorstangen serie APL Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 05-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-2 Spoorstang uitbouwen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-2 Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) . . . . . . . . . . . . . . . . 05-4 Stuurcilinder— onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) . . . . . . . . . . . . . . . . 05-6 Stuurcilinder uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-7 Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) . . . . . . . . . . . . . . . . 05-8 Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) . . . . . . . . . . . . . . . 05-16 Stuurcilinder— doorsnede (APL-2060) . . . . . . . . 05-17 Stuurcilinder - onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering) . . . . . . . . . . . . . 05-19 Stuurcilinder - onderdelen, (APL-2060) . . . . . . . . 05-20 Zuigerstang uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-21 Zuigerstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-23 Cilindervoering in- en uitbouwen . . . . . . . . . . . . . 05-27 Spoorstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-29 Sporing controleren (basisafstelling) . . . . . . . . . . 05-30 Stuuruitslag afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-31 Toespoor controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-31 Toespoor instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05-32 Groep 10—Wielnaaf met planetaire reductie serie APL Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 10-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-2 Uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-4 Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-9 Olie bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10-14

Groep 25—Stuurcilinder en spoorstangen serie 045 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-1 Spoorstang uitbouwen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-1 Stuurcilinder - doorsnede . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-3 Onderdelen van de stuurcilinder . . . . . . . . . . . . . . 25-4 Zuigerstang uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-5 Zuigerstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-6 Cilindervoering in- en uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . 25-8 Spoorstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-8 Sporing controleren (basisafstelling) . . . . . . . . . . . 25-9 Sporing instellen (basisafstelling) . . . . . . . . . . . . 25-10 Stuuruitslag afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-10

Groep 15—Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL SPECIAAL GEREEDSCHAP . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-3 Uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-4 Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-10 Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-16 CTM4514 (01MAR00)

Vervoig op voigende bladzijde

1 051600

PN=1

Inhoudsopgave

Bladzijde

Bladzijde

Toespoor controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-10 Toespoor afstellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25-11

Sporing controleren (basisafstelling) . . . . . . . . . .

Sporing instellen (basisafstelling) . . . . . . . . . . . .

Stuuruitslag afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Toespoor controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Toespoor afstellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Groep 30—Wielnaaf met planetaire reductie serie 045 Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 30-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30-1 Uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30-2 Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30-7 Olie bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30-10

Groep 50—Wielnaaf met planetaire reductie serie AS Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 50-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50-3 Doorsnede (zonder lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . 50-4 Demontage (zonder lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . 50-5 Montage (zonder lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . . 50-11 Olie bijvullen (zonder lamellenrem) . . . . . . . . . . . 50-16 Doorsnede (met lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . . . 50-17 Demontage (met lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . . 50-18 Wielnaaf (met lamellenrem) - onderdelen . . . . . . 50-24 Satellietwieldrager en lamellenrem onderdelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50-26 Montage (met lamellenrem). . . . . . . . . . . . . . . . . 50-27 Olie bijvullen (met lamellenrem) . . . . . . . . . . . . . 50-37

Groep 35—Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 35-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35-1 Uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35-2 Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35-8 Voorspanning van het fuseelager afstellen . . . . . 35-12 Groep 40—Differentieel en ashuis - serie 045 Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 40-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-2 Differentieel uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-5 Differentieel uit elkaar nemen . . . . . . . . . . . . . . . . 40-7 Pignonas uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-8 Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen . . . . . . . 40-14 Pignonas inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-15 Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-17 Differentieel in elkaar zetten . . . . . . . . . . . . . . . . 40-19 Differentieel inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-21 Lager-voorspanning van het differentieel afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-22 Tandflankspeling van het kroonwiel controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-24 Eindmontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-24 Olie bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40-25

Groep 55—Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 55-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55-4 Uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55-5 Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55-12 Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55-18 Groep 60—Differentieel en ashuis - serie AS Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 60-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-4 Differentieel uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-10 Differentieel uit elkaar nemen . . . . . . . . . . . . . . . 60-12 Pignonas uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-14 Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen . . . . . . . 60-21 Pignonas inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-22 Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-25 Weerstandsmoment afstellen (met keerring) . . . . 60-27 Differentieel monteren AS-2025, AS-2035 en AS-2035N . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-28 Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-29 Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-31 Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2045 en AS-2060) . . . . . . . . . . . 60-33 Differentieel inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-34

Groep 45—Stuurcilinder en spoorstangen serie AS Benodigd speciaal gereedschap . . . . . . . . . . . . . . 45-1 Reparatiegegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-2 Spoorstang uitbouwen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-2 Stuurcilinder — doorsnede (AS-2025 tot AS-2045) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-4 Stuurcilinder— doorsnede (AS-2060) . . . . . . . . . . 45-5 Stuurcilinder - onderdelen (AS-2025 tot AS-2045) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-6 Stuurcilinder - onderdelen (AS-2060) . . . . . . . . . . 45-7 Stuurcilinder uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-8 Zuigerstang uitbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-8 Zuigerstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-9 Stuurcilinder inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-13 Spoorstang inbouwen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45-14 CTM4514 (01MAR00)

45-15 45-16 45-16 45-17 45-17

Vervoig op voigende bladzijde

2 051600

PN=2

Inhoudsopgave

Bladzijde

Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen . . . . . . . . . . . . . .

Tandflankspeling van het kroonwiel controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Eindmontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Olie bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Groep 200—Beschrijving en werking Beschrijving van voorwielaandrijving . . . . . . . . .

Constructie van de aangedreven vooras . . . . . .

Werkingsprincipe van het differentieel . . . . . . . .

Werkingsprincipe van het zelfsperrend differentieel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Werkingsprincipe van de planetaire reductie . . .

Werkingsprincipe van de lamellenrem . . . . . . . .

Voorijling van aangedreven vooras controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

CTM4514 (01MAR00)

60-35 60-37 60-38 60-39

200-1 200-2 200-4 200-6 200-7 200-8 200-9

3 051600

PN=3

Inhoudsopgave

CTM4514 (01MAR00)

4 051600

PN=4

Groep 00

Veiligheidsmaatregelen Ken de waarschuwingssymbolen

00 1

T81389 –UN–07DEC88

Dit is een waarschuwingssymbool. Wanneer u dit symbool op uw machine of in de handleiding ziet, wees dan alert op mogelijk persoonlijk letsel.

Neem voorzorgsmaatregelen en houd u aan de veiligheidsvoorschriften.

DX,ALERT

–18–29SEP98–1/1

DX,BYPAS1

–18–29SEP98–1/1

Voorkom wegrijden van de machine Voorkom letsel of dodelijke ongelukken doordat machines plotseling wegrijden.

TS177 –UN–11JAN89

Start de motor niet door het kortsluiten van de startkabels.

De motor start ook met ingeschakelde versnelling als het normale stroomcircuit wordt omgeleid.

Start NOOIT de motor vanaf de grond. Start de motor alleen vanaf de bestuurdersplaats. Schakel van tevoren de versnelling uit of zet deze in de parkeerstand.

Wees voorzichtig met vloeistoffen—Voorkom brand

Bewaar brandbare vloeistoffen niet in de buurt van mogelijke ontstekingsbronnen. Houders onder druk mogen niet worden verbrand of doorboord.

Controleer of de machine vrij is van vuil- en vetresten en ander afval.

TS227 –UN–23AUG88

Rook niet in de buurt van brandstof; blijf uit de buurt van verwarmingselementen en andere ontstekingsbronnen.

Bewaar geen in olie gedrenkte lappen. Deze kunnen spontaan tot ontbranding komen.

DX,FLAME –18–29SEP98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

00-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=15

Veiligheidsmaatregelen/ Veilig parkeren

Wees voorbereid op noodsituaties Wees voorbereid op mogelijke brand.

Houd een brandblusser en een verbanddoos bij de hand.

TS291 –UN–23AUG88

Zorg dat alarmnummers voor doktor, ziekenauto, ziekenhuis en brandweer gereed liggen bij de telefoon.

DX,FIRE2 –18–03MAR93–1/1

Voorzichtig met vloeistof onder hoge druk

X9811 –UN–23AUG88

Onder hoge druk naar buiten spuitende vloeistoffen kunnen in de huid doordringen en ernstige verwondingen veroorzaken.

Laat daarom de druk uit het systeem weglopen voordat u hydraulische of andere leidingen loskoppelt. Draai alle leidingaansluitingen goed vast voordat de druk weer wordt opgebouwd.

Zoek eventuele lekken op met een stukje karton.

Bescherm uw handen en lichaam tegen vloeistoffen onder hoge druk.

Raadpleeg bij ongevallen direct een arts! Vloeistoffen die de huid zijn binnengedrongen moeten binnen een paar uur chirurgisch worden verwijderd ter voorkoming van infecties. Artsen, die hiermee niet goed bekend zijn, dienen de betreffende informatie in te winnen bij een ter zake kundig medisch centrum. Deze informatie is ook te verkrijgen bij Deere & Company Medical Department in Moline, Illinois (V.S.).

DX,FLUID

–18–03MAR93–1/1

DX,PARK

–18–04JUN90–1/1

Veilig parkeren Voer de volgende handelingen uit voordat u gaat werken aan de machine: Laat eventuele aanbouwwerktuigen op de grond zakken.

Zet de motor af en verwijder de contactsleutel.

Maak de massakabel los van de accu.

Hang een bordje met het opschrift "NIET IN GEBRUIK NEMEN" in de cabine.

CTM4514 (01MAR00)

00-2

TS230 –UN–24MAY89

00 2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=16

Veiligheidsmaatregelen/ Zorg voor een schone werkplek

Machine veilig ondersteunen Laat bij werkzaamheden aan de machine altijd de aanhanger of het aanbouwwerktuig op de grond zakken.

Zorg bij werkzaamheden aan een opgeheven machine of aanbouwwerktuig altijd voor een veilige ondersteuning met behulp van bokken. Hydraulische steunen onder apparaten kunnen onbedoeld inzakken of gaan lekken.

Gebruik voor het opbokken geen sintelblokken, holle stenen of steunen die onder voortdurende belasting kunnen afbrokkelen. Werk nooit onder een machine die alleen door een krik wordt ondersteund. Volg altijd de in deze handleiding beschreven werkwijze.

TS229 –UN–23AUG88

00 3

Neem bij de combinatie aanhanger/aanbouwwerktuig en trekker altijd de bijbehorende bedieningshandleidingen in acht.

DX,LOWER –18–17FEB99–1/1

Draag beschermende kleding

Langdurige geluidsbelasting kan leiden tot gehoorverlies of doofheid.

Gebruik passende hulpmiddelen tegen geluidsoverlast, zoals oorbeschermers of oordopjes.

TS206 –UN–23AUG88

Draag goed aansluitende kleding en een veiligheidsuitrusting die geschikt is voor de werkzaamheden.

Een veilige bediening van de machine vraagt de volledige aandacht van de bestuurder. Draag daarom geen koptelefoon voor het beluisteren van muziek.

DX,WEAR –18–10SEP90–1/1

Zorg voor een schone werkplek

Maak uw werkplek en machine schoon.

Leg al het benodigde gereedschap klaar.

Houd de juiste onderdelen bij de hand.

Lees alle instructies uitvoerig; probeer niet zelf iets uit.

T6642EJ –UN–18OCT88

Voor aanvang van de werkzaamheden:

DX,CLEAN –18–04JUN90–1/1

CTM4514 (01MAR00)

00-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=17

Veiligheidsmaatregelen/ Houd door de dealer geleverd gereedschap in goede staat

Voor een goede ventilatie van de werkplek zorgen

TS220 –UN–23AUG88

Uitlaatgassen kunnen zware en zelfs dodelijke schade aan de gezondheid teweegbrengen. Wanneer motoren in gesloten ruimtes in bedrijf worden genomen, dienen de uitlaatgassen door middel van een uitlaatverlenging afgeleid te worden.

Staat u geen uitlaatverlengingsleiding ter beschikking, open dan de deuren, zodat voldoende ventilatie gegarandeerd is.

DX,AIR –18–17FEB99–1/1

Veilige verlichting van de werkplek

TS223 –UN–23AUG88

Zorg voor een geschikte en veilige verlichting van de werkplek. Gebruik een draagbare veiligheidslamp bij werkzaamheden in of onder de machine. Deze lamp moet met een draadkooi zijn beschermd. De gloeidraad van een kapotte lamp kan namelijk gemorste olie of brandstof doen ontbranden.

DX,LIGHT –18–04JUN90–1/1

Gebruik geschikt hefmaterieel Wanneer zware delen of componenten niet op de juiste wijze omhoog worden gebracht, kan dit leiden tot ernstig persoonlijk letsel of schade aan machines.

TS226 –UN–23AUG88

Volg bij het monteren en demonteren van onderdelen de aanwijzingen in dit handboek.

DX,LIFT

–18–04JUN90–1/1

DX,SAFE,TOOLS

–18–10OCT97–1/1

Houd door de dealer geleverd gereedschap in goede staat Niet deugdelijk gereedschap kan tot ernstige verwondingen leiden. Voor het maken van gereedschap is kwalitatief hoogwaardig materiaal en vakmanschap noodzakelijk.

LX1016749 –UN–01JUL97

00 4

Laswerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd wanneer de juiste apparatuur en voldoende ervaring aanwezig zijn.

CTM4514 (01MAR00)

00-4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=18

Veiligheidsmaatregelen/ Verwijder verf voor lassen of verhitten

Voorkom warmteontwikkeling in de buurt van drukleidingen

00 5

TS953 –UN–15MAY90

Door warmteontwikkeling in de buurt van drukleidingen kunnen gemakkelijk ontbrandbare vloeistofnevels ontstaan, die kunnen leiden tot ernstige verbrandingen.

Gebruik daarom geen las- of soldeerapparaat of snijbrander in de buurt van drukleidingen of van gemakkelijk brandbare materialen. Ook door de warmte in de omgeving van deze apparaten kan de drukleiding beschadigd raken.

DX,TORCH –18–03MAR93–1/1

Verwijder verf voor lassen of verhitten Voorkom de vorming van giftige dampen en stof.

TS220 –UN–23AUG88

Gevaarlijke dampen kunnen ontstaan als verf wordt verhit door las- of soldeerwerkzaamheden of door gebruik van een lasapparaat.

Verwijder de verf voordat u het onderdeel verhit: Verwijder minimaal 76 mm verf van het gedeelte dat u wilt gaan verhitten.

Voorkom dat u de stof inademt die vrijkomt bij zandstralen of slijpen. Draag daarom een goedgekeurde mondkap.

Bij gebruik van oplos- of afbijtmiddelen moeten deze voor het lassen met water en zeep worden verwijderd.

Verwijder oplos- of afbijtmiddelen en ander brandbaar materiaal van het werkterrein. Wacht ten minste 15 minuten met het lassen of verhitten totdat de damp is verspreid.

Verricht deze werkzaamheden alleen in goed geventileerde ruimtes, waar giftige dampen en stof goed worden afgevoerd.

Voer de verf en het oplosmiddel af volgens de voorschriften.

DX,PAINT

CTM4514 (01MAR00)

00-5

–18–22OCT99–1/1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=19

Veiligheidsmaatregelen/ Veilig onderhoud banden

Veilig onderhoud banden Het exploderen van banden en velgen kan leiden tot ernstig of zelfs dodelijk letsel.

Monteer banden alleen bij voldoende ervaring en met goed gereedschap.

Zorg altijd voor de juiste bandenspanning. Pomp de banden niet op boven de aanbevolen spanning. Velg- en wielconstructies mogen niet worden verhit of gelast.

Verhitting kan leiden tot explosie omdat de druk in de band dan oploopt. Laswerkzaamheden kunnen vervormingen of beschadigingen van een wiel tot gevolg hebben.

Gebruik voor het oppompen van banden een nippel met veiligheidskoppeling en een zodanig lange verlengslang dat u naast de band te kunnen staan. Ga NOOIT voor of boven de band staan. Gebruik eventueel een veiligheidskooi.

TS211 –UN–23AUG88

00 6

Controleer de banden en wielen dagelijks op spanning, scheurtjes, blazen, beschadigde velgen, ontbrekende wielbouten en/of -moeren.

DX,RIM

CTM4514 (01MAR00)

00-6

–18–24AUG90–1/1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=20

Veiligheidsmaatregelen/ Gebruik het juiste gereedschap

Veilig onderhoud

00 7

Begin pas aan de onderhoudswerkzaamheden als u de procedure volledig begrijpt. Houd de werkplek schoon en droog.

Doorsmeren, onderhoud en afstellen mag alleen plaatsvinden bij stilstaande machine. Houd handen, voeten en kledingstukken verwijderd van aangedreven delen. Voor het afbouwen van de druk dient u de elektrische voedingen uit te schakelen en daarna de juiste knoppen te bedienen. Laat eventuele aanbouwwerktuigen op de grond zakken. Zet de motor uit. Verwijder de contactsleutel Laat de machine afkoelen.

Machinedelen die hoog moeten komen te staan voor het onderhoud, moeten zorgvuldig worden ondersteund.

TS218 –UN–23AUG88

Houd alle onderdelen in goede staat en goed gemonteerd.

Verhelp defecten onmiddellijk. Vervang versleten of beschadigde onderdelen. Verwijder opeenhopingen van smeervet, olie of vuil.

Wanneer bij zelfrijdende machines werkzaamheden aan de elektrische installatie of laswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd, eerst de massakabel (-) van de accu losmaken.

Koppel bij getrokken werktuigen de elektrische verbindingen naar de trekker los voordat werkzaamheden aan het elektrisch systeem of laswerkzaamheden worden uitgevoerd.

DX,SERV

–18–17FEB99–1/1

DX,REPAIR

–18–17FEB99–1/1

Gebruik het juiste gereedschap Gebruik het gereedschap dat bedoeld is voor het type werk. Eigengemaakt gereedschap en zelf bedachte procedures betekenen een veiligheidsrisico.

TS779 –UN–08NOV89

Gebruik pneumatisch of elektrisch gereedschap alleen voor het losdraaien van onderdelen met schroefdraad.

Gebruik gereedschap van de juiste afmeting voor het losdraaien of aantrekken van schroeven en moeren. Voor metrische schroeven en moeren ALLEEN metrisch gereedschap gebruiken. Voorkom letsel door een slippende sleutel.

De gebruikte onderdelen moeten beantwoorden aan de John Deere specificaties.

CTM4514 (01MAR00)

00-7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=21

Veiligheidsmaatregelen/ Smeermiddelen mengen

Veilig onderhoud machines

TS228 –UN–23AUG88

Bind lang haar vast. Draag bij werkzaamheden aan machine of bewegende onderdelen geen stropdas, shawl, ruimvallende kleding of sieraden. Indien deze vastraken in de machine kan dit leiden tot ernstig persoonlijk letsel.

Verwijder ringen en andere sieraden om te voorkomen dat u blijft haken achter bewegende delen of dat er kortsluiting ontstaat.

DX,LOOSE –18–04JUN90–1/1

Wielmoeren natrekken

L124516

–UN–03JAN95

Volgens de in het hoofdstuk “"Inlooptijd" ”aangegeven tijdslimieten moeten de wielmoeren worden nagetrokken.

LX,CRA05 002995 –18–21APR92–1/1

Voorwielaandrijving veilig onderhouden

–UN–06AUG94

Indien aan trekkers met voorwielaandrijving werkzaamheden moeten worden uitgevoerd met opgekrikte achterwielen, draaiende motor en ingeschakelde versnelling, dan moeten ook de voorwielen opgekrikt worden en overeenkomstig beveiligd worden. Bij storingen aan de elektrische installatie of aan het hydraulische systeem kan de voorwielaandrijving ongewild worden ingeschakeld, ook wanneer de tuimelschakelaar in de uit-stand staat. Op deze manier kan de trekker gaan rijden, wanneer de voorwielen niet zijn opgekrikt.

L124515

00 8

LX,MFWD2

–18–01MAY91–1/1

Smeermiddelen mengen Verschillende soorten en merken olie mogen niet worden gemengd. Oliefabrikanten gebruiken toevoegingen om aan bepaalde specificaties en eisen te voldoen.

Neem contact op met uw John Deere dealer voor advies en specifieke informatie.

Het mengen van verschillende soorten olie kan de beoogde werking van deze toevoegingen evenals het resultaat van de smering nadelig beı̈nvloeden.

DX,LUBMIX

CTM4514 (01MAR00)

00-8

–18–18MAR96–1/1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=22

Veiligheidsmaatregelen/ Veiligheid boven alles

Opslag van smeermiddelen

00 9

Uw machines kunnen alleen optimaal werken als schone smeermiddelen worden gebruikt.

vervuiling. Sla vaten liggend op om ophoping van water en vuil te voorkomen.

Gebruik voor de opslag van alle smeermiddelen altijd schone vaten.

Zorg dat alle vaten gemarkeerd zijn zodat de inhoud duidelijk is.

Bewaar smeermiddelen en vaten indien mogelijk in een ruimte die vrij is van stof, vocht en overige

Verwijder oude opslagvaten en de restanten smeermiddel op de juiste wijze.

DX,LUBST

–18–18MAR96–1/1

Het onjuist verwijderen van afval kan een bedreiging betekenen voor het milieu. Mogelijk milieuonvriendelijk afval afkomstig van John Deere materieel kan o.a. zijn: olie, brandstof, koelvloeistof, remvloeistof, filters en accu’s.

Gebruik bij het aftappen lekvrije vaten. Voorkom dat de vloeistof wordt aangezien voor drank - gebruik geen containers of bakken waar levensmiddelen in hebben gezeten.

TS1133 –UN–26NOV90

Verwijder afval volgens de voorschriften

Gooi geen afval op de grond en laat het niet weglopen in het riool of in een andere waterbron.

Koelmiddel dat vrijkomt uit de airconditioning kan schadelijk zijn voor de atmosfeer. Wettelijke voorschriften kunnen bepalen dat alleen erkende specialisten voor airconditioning gebruikte koelmiddelen mogen recyclen.

Neem contact op met de plaatselijke autoriteiten of met uw John Deere dealer over het weggooien en afvoeren van milieuschadelijk afval.

DX,DRAIN –18–03MAR93–1/1

Veiligheid boven alles

TS231 –18–07OCT88

Zorg dat de machine goed functioneert voordat deze aan de klant wordt teruggeleverd. Vooral de veiligheidsvoorzieningen moeten absoluut in orde zijn.

Monteer alle beschermkappen en veiligheidsschermen.

DX,LIVE –18–25SEP92–1/1

CTM4514 (01MAR00)

00-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=23

Veiligheidsmaatregelen/ Veiligheid boven alles 00 10

CTM4514 (01MAR00)

00-10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=24

Groep 05

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL Benodigd speciaal gereedschap

05 1

OPMERKING: Gereedschap volgens de U.S. SERVICEGARD - of Europese Microfiche-gereedschapscatalogus (MTC) bestellen.

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company.

AG,FX04785,53 –18–25FEB00–1/4 KJD10190 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10190 Voor montage van de keerring op de stuurzuiger APL-2025, (oude uitvoering) AG,FX04785,53 –18–25FEB00–2/4 KJD10192 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10192 Voor montage van de keerring op de stuurzuiger APL-2025, (nieuwe uitvoering), APL-2035 en APL-2045 AG,FX04785,53 –18–25FEB00–3/4 KJD10208 –UN–25MAR98

Sluitmoersleutel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10208 Sluitmoer aan stuurcilinder

AG,FX04785,53 –18–25FEB00–4/4

CTM4514 (01MAR00)

05-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=25

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Spoorstang uitbouwen

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Buitenste geleider aan ashuis, M16-zeskantbouten (APL-2025 en APL-2035)

Aanhaalmoment

280 N•m (205 lb-ft)

Buitenste geleider aan ashuis, M12-zeskantbouten (APL-2045)

Aanhaalmoment

115 N•m (85 lb-ft)

Sluitmoer aan stuurcilinder (APL-2025 tot APL-2060)

Aanhaalmoment

1000 N•m (740 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

300 N•m (220 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

350 N•m (260 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

165 N•m (120 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

250 N•m (185 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

50 N•m (35 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

85 N•m (60 lb-ft)

Vooras

Toespoor

1,5 mm (0.06 in.)

Stuurhoek instellen, contramoer van de stelbout

Aanhaalmoment

200 N•m (150 lb-ft)

Spoorstang aan stuurzuiger

Spoorstang aan fuseehuis, zelfborgende moer

Spoorstang, klembout

LX,FAXLE 003271 –18–01JAN98–1/1

Spoorstang uitbouwen Draai de zelfborgende moer los.

LX002949 –UN–08FEB95

05 2

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-2

LX,FAXLE 003275 –18–01OCT92–1/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=26

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Spoorstang uitbouwen 05 3

LX002950

–UN–08FEB95

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

LX,FAXLE 003275 –18–01OCT92–2/3

De schroefdraad van de spoorstang is geborgd met LOCTITE 243 (L41475). Verwarm daarom de schroefdraad enigszins alvorens de zuigerstang los te draaien.

LX002951

–UN–08FEB95

Maak de spoorstang en de zuigerstang los van elkaar.

LX,FAXLE 003275 –18–01OCT92–3/3

CTM4514 (01MAR00)

05-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=27

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX002948 –UN–23FEB95

05 4

A—Zuigerstang B—Buitenste geleider C—Cilindervoering D—Zuiger E—Geleidering

F—O-ring G—Keerring H—Binnenste geleider I—Schraapring J—Groefveer

K—Geleidering L—Afstandsring (dikte naar behoefte) M—Spoorstang, links N—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks)

O—Zelfborgende moer (2 stuks) P—Koppeling (2 stuks)

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras APL-2025.

LX,FAXLE 003272 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=28

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) 05 5

CTM4514 (01MAR00)

05-5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=29

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder— onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

Stuurcilinder— onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX002956 –UN–10FEB95

05 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-6

AG,FX04785,115 –18–08MAR00–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=30

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen A—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) B—Koppeling (2 stuks) C—Afdichtmanchet (2 stuks) D—Klem (2 stuks) E—Spoorstang, rechts F—Afdichtmanchet (2 stuks)

1

APL-2025

2

APL-2035

3

APL-2045

G—Zelfborgende moer (2 stuks) H—Schraapring I—Groefveer J—Geleidering K—Binnenste geleider L—O-Ring (21 of 12, 3 stuks)

M—O-ring N—Cilindervoering O—Zuigerstang P—Geleidering Q—O-ring R—Keerring

05 7

S—Afstandsring (dikte naar behoefte) T—O-ring U—Buitenste geleider V—Zeskantbout (31, 2 of 53 stuks)

AG,FX04785,115 –18–08MAR00–2/2

Stuurcilinder uitbouwen APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX002952 –UN–08FEB95

Draai de zeskantbout (A) eruit.

Verwijder de buitenste geleider (B).

LX,FAXLE 003279 –18–01OCT92–1/4

LX002953 –UN–08FEB95

Trek de zuigerstang eruit.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-7

LX,FAXLE 003279 –18–01OCT92–2/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=31

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX002954

–UN–08FEB95

Trek de cilindervoering uit het ashuis.

LX,FAXLE 003279 –18–01OCT92–3/4

LX002955

–UN–08FEB95

Tik de binnenste geleider uit het ashuis.

LX,FAXLE 003279 –18–01OCT92–4/4

Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) APL-2025 Monteer de binnenste geleider.

LX002957 –UN–12FEB95

05 8

De stoflip van de schraapring (E) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (D) moet naar binnen gericht zijn.

A—Geleiding B—O-ring C—Geleidering D—Groefveer E—Schraapring

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-8

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–1/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=32

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) 05 9

Breng de O-ringen (A) aan op de cilindervoering.

LX002959 –UN–08FEB95

Smeer de O-ringen in met olie.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–2/15

Breng de binnenste geleider aan op de cilindervoering.

LX002960

–UN–08FEB95

Smeer de O-ringen (A) op de geleider in met olie.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–3/15

LX002961

–UN–08FEB95

Bouw de cilindervoering met de geleider zo in, dat de uitsparing voor de olietoevoer naar boven gericht is.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-9

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–4/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=33

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) APL-2035 en APL-2045 Monteer de binnenste geleider.

–UN–08FEB95

De stoflip van de schraapring (D) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (C) moet naar binnen gericht zijn.

LX002958

A—Geleiding B—Geleidering C—Groefveer D—Schraapring E—O-ring

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–5/15

Smeer de O-ring (A) in met olie.

LX009524 –UN–10FEB95

Bouw de geleider zo in dat de uitsparing voor de olietoevoer (zie pijl) naar boven gericht is.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–6/15

Breng de O-ringen (A) aan op de cilindervoering.

–UN–08FEB95

Smeer de O-ringen in met olie.

LX002959

05 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-10

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–7/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=34

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) 05 11

LX002954

–UN–08FEB95

Bouw de cilindervoering in.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–8/15

APL-2025 tot APL-2045 Monteer de O-ring (C) op de zuiger.

LX002962 –UN–08FEB95

Smeer de binnenzijde van de keerring (B) in met olie en plaats de keerring KJD10190 en op de keerringstempel1 (A) of KJD101922.

Monteer de keerring zo snel mogelijk m.b.v. de keerringstempel (omdat anders de keerring te sterk uitzet).

1

APL-2025

2

APL-2035 en APL-2045 LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–9/15

LX002963 –UN–08FEB95

Monteer de geleideringen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-11

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–10/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=35

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX002953

–UN–08FEB95

Monteer de zuigerstang.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–11/15

Monteer de buitenste geleider.

De stoflip van de schraapring (B) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (C) moet naar binnen gericht zijn.

LX002965 –UN–08FEB95

05 12

A—Geleiding B—Schraapring C—Groefveer D—Geleidering

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-12

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–12/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=36

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) 05 13

Vulringdikte bepalen 1. Meet de afstand (a) van het flensvlak tot aan het draagvlak.

–UN–08FEB95

2. Meet de afstand (b) van de cilindervoering tot aan het ashuis.

mm mm mm mm mm

(0.035 (0.039 (0.043 (0.047 (0.051

0,5 0,6 0,7 0,8 0,9 1,0 1,1

mm mm mm mm mm mm mm

(0.020 (0.024 (0.028 (0.031 (0.035 (0.039 (0.043

0,5 0,6 0,7 0,8 0,9 1,0

mm mm mm mm mm mm

(0.020 (0.024 (0.028 (0.031 (0.035 (0.039

Leverbare vulringdiktes (APL-2025) in.)

1,4 mm (0.055 in.) in.)

1,5 mm (0.059 in.) in.)

1,6 mm (0.063 in.) in.)

1,7 mm (0.067 in.) in.)

1,8 mm (0.071 in.)

Leverbare vulringdiktes (APL-2035) in.)

1,2 mm (0.047 in.) in.)

1,3 mm (0.051 in.) in.)

1,4 mm (0.055 in.) in.)

1,5 mm (0.059 in.) in.)

1,6 mm (0.063 in.) in.)

1,7 mm (0.067 in.) in.)

1,8 mm (0.071 in.)

Leverbare vulringdiktes (APL-2045) in.)

1,1 mm (0.043 in.) in.)

1,2 mm (0.047 in.) in.)

1,3 mm (0.051 in.) in.)

1,4 mm (0.055 in.) in.)

1,5 mm (0.059 in.) in.)

LX002967 –UN–08FEB95

0,9 1,0 1,1 1,2 1,3

LX002966

3. Trek maat (b) af van maat (a). Het resultaat is de dikte van de te monteren vulring.

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–13/15

LX002968 –UN–08FEB95

Smeer de vulring dun in met vet (zodat hij niet wegglijdt tijdens het monteren van de geleider) en monteer hem.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-13

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–14/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=37

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) Monteer de geleider.

Technische gegevens Zeskantbouten ............................................................. 280 N•m (205 lb-ft) M16 (3 stuks),APL-2025 en APL-2035, aanhaalmoment Zeskantbouten ............................................................... 115 N•m (85 lb-ft) M12 (5 stuks),APL-2045, aanhaalmoment

–UN–08FEB95

Draai de zeskantschroeven vast.

LX002969

05 14

LX,FAXLE 003292 –18–01NOV94–15/15

CTM4514 (01MAR00)

05-14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=38

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder uitbouwen - APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering) 05 15

CTM4514 (01MAR00)

05-15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=39

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

Stuurcilinder — doorsnede, APL-2025 tot APL-2045 (oude uitvoering)

LX1017521 –UN–12MAY98

05 16

A—Zuigerstang B—Borgveer C—Borgveer D—Steunring E—O-ring F—Zuiger

G—Geleidering H—O-ring I—Keerring J—Steunring K—O-ring L—O-ring

M—Steunring N—Kroonmoer O—Schraapring P—Steunring Q—Groefveer R—Geleidering

S—Spoorstang, links T—Koppeling (2 stuks) U—Zelfborgende moer (2 stuks) V—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks)

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras APL-2025.

LX,FAXLE 013074 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=40

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder— doorsnede (APL-2060)

Stuurcilinder— doorsnede (APL-2060)

LX1018920 –UN–16DEC97

05 17

A—Kroonmoer B—Speciale ring C—Steunring D—O-ring E—O-ring F—Steunring G—O-ring

H—Keerring I—Geleidering J—O-ring K—Cilindervoering L—Geleiding M—O-ring N—Steunring

O—Borgveer P—O-ring Q—Borgveer R—Zuigerstang S—Schraapring T—Groefveer U—Geleidering

V—Koppeling (2 stuks) W—Spoorstang (2 stuks) X—Zelfborgende moer (2 stuks) Y—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) Z—Contramoer (2 stuks)

LX,FAXLE 007340 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=41

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder— doorsnede (APL-2060) 05 18

CTM4514 (01MAR00)

05-18

Aangedreven voorassen: 051600

PN=42

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder - onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering)

Stuurcilinder - onderdelen, APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering)

LX1017522 –UN–05MAY98

05 19

1—Koppeling (2 stuks) 2—Afdichtmanchet (2 stuks) 3—Moer (2) 4—Spoorstang, rechts 5—Afdichtmanchet (2 stuks) 6—Zelfborgende moer (2 stuks)

7—Schraapring 8—Steunring 9—Groefveer 10—Geleidering 11—Steunring 12—O-ring 13—O-ring

14—Steunring 15—Cilindervoering 16—Geleidering 17—Keerring 18—O-ring 19—Zuigerstang 20—Geleiding

21—O-ring 22—Steunring 23—Borgveer 24—Borgveer 25—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) 26—Kroonmoer

LX,FAXLE 013075 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=43

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Stuurcilinder - onderdelen, (APL-2060)

Stuurcilinder - onderdelen, (APL-2060)

LX1018921 –UN–08JAN98

05 20

1—Afdichtmanchet (2 stuks) 2—Spoorstang (2 stuks) 3—Klem (2 stuks) 4—Koppeling (2 stuks) 5—Zelfborgende moer (2 stuks) 6—Contramoer (2 stuks) 7—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks)

8—Kroonmoer 9—Speciale ring 10—Schraapring 11—Groefveer 12—Geleidering 13—Steunring 14—O-ring

15—O-ring 16—Steunring 17—O-ring 18—Cilindervoering 19—Keerring 20—O-ring 21—Geleidering

22—Zuigerstang 23—Geleiding 24—O-ring 25—Steunring 26—Borgveer 27—O-ring 28—Borgveer

LX,FAXLE 007366 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=44

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang uitbouwen

Zuigerstang uitbouwen

05 21

APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering) en APL-2060 LX1018156 –UN–04FEB98

Verwijder de borgveer (A).

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 007359 –18–01JAN98–1/4

LX1018922

–UN–04FEB98

O-Ring 1 (B) uitbouwen.

Getoond: APL-2060

1

alleen APL-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-21

LX,FAXLE 007359 –18–01JAN98–2/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=45

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang uitbouwen

LX1018923 –UN–04FEB98

Schuif de geleider (A) in de cilindervoering, zodat de binnenste borgveer (B) kan worden verwijderd.

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 007359 –18–01JAN98–3/4

–UN–04FEB98

Trek de zuigerstang (A) met de geleider (B) naar buiten.

LX1017530

05 22

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 007359 –18–01JAN98–4/4

CTM4514 (01MAR00)

05-22

Aangedreven voorassen: 051600

PN=46

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang inbouwen

Zuigerstang inbouwen

05 23

APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering)

LX1017531 –UN–04FEB98

Keerringen aan de binnenzijde van de cilindervoering (E) vervangen.

De stoflip van de schraapring (A) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (C) moet naar binnen gericht zijn.

A—Schraapring B—Steunring C—Groefveer D—Geleidering E—Cilindervoering

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–1/12

Vervang de keerringen van de geleider (A).

–UN–04FEB98

De stoflip van de schraapring (G) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (E) moet naar binnen gericht zijn.

LX1017532

A—Geleiding B—O-ring C—Steunring D—Geleidering E—Groefveer F—Steunring G—Schraapring

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–2/12

Monteer de O-ring (C) op de zuiger.

Smeer de binnenzijde van de keerring (B) in met olie en plaats de keerring op de keerringstempel KJD10192 (A).

LX002962 –UN–08FEB95

Monteer de keerring zo snel mogelijk m.b.v. de keerringstempel (omdat anders de keerring te sterk uitzet) over de O-ring (C).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-23

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–3/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=47

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang inbouwen

LX002963

–UN–08FEB95

Monteer de geleideringen.

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–4/12

Bij APL-2060 Vervang de keerringen aan de binnenzijde van de cilindervoering.

LX1018924 –UN–04FEB98

De stoflip van de schraapring (A) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (B) moet naar binnen gericht zijn.

A—Schraapring B—Groefveer C—Geleidering

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–5/12

Vervang de keerringen van de geleider (F).

–UN–04FEB98

De stoflip van de schraapring (C) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (D) moet naar binnen gericht zijn.

A—O-ring B—Steunring C—Schraapring D—Groefveer E—Geleidering F—Geleiding

LX1018925

05 24

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-24

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–6/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=48

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang inbouwen 05 25

Vervang de keerringen van de zuiger.

Monteer de keerring (B) over O-ring (A).

LX1018926 –UN–04FEB98

A—O-ring B—Keerring C—Geleidering

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–7/12

APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering) en APL-2060 Smeer de pakkingvlakken en keerringen met olie in.

LX1017530 –UN–04FEB98

Monteer het geleiderstuk (B) op de zuigerstang (A).

Monteer de zuigerstang.

OPMERKING: Controleer de inbouwpositie van de zuigerstang. Monteer de geleider op de zuigerstanghelft met het sleutelaanzetstuk.

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–8/12

LX1018923

–UN–04FEB98

Schuif de geleider (A) zo in de cilindervoering, dat de binnenste borgveer (B) kan worden gemonteerd.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-25

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–9/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=49

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Zuigerstang inbouwen

LX1018151

–UN–16DEC97

Trek aan de zuigerstang (C) tot de geleider (A) tegen de binnenste borgveer (B) ligt.

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–10/12

–UN–04FEB98

O-Ring 1 (B) inbouwen.

LX1018922

05 26

Getoond: APL-2060

1

alleen APL-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-26

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–11/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=50

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Cilindervoering in- en uitbouwen 05 27

LX1018156 –UN–04FEB98

Monteer de borgveer (A).

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 014964 –18–01JAN98–12/12

Cilindervoering in- en uitbouwen APL-2025 tot APL-2045 (nieuwe uitvoering) en APL-2060 –UN–04FEB98

Sleufmoer (A) en vulring1 (B) verwijderen.

LX1018152

Trek de cilindervoering eruit.

Getoond: APL-2060

1

indien voorhanden Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-27

LX,FAXLE 007548 –18–01JAN98–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=51

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Cilindervoering in- en uitbouwen Vervang de keerringen aan de buitenzijde van de cilindervoering.

LX1018154 –UN–04FEB98

A—Steunring B—O-ring C—O-ring D—Steunring E—O-Ring 1

Getoond: APL-2060

1

alleen APL-2060 LX,FAXLE 007548 –18–01JAN98–2/4

Bouw de cilindervoering in.

Monteer vulring1 (B) en nieuwe sleufmoer (A).

–UN–04FEB98

OPMERKING: De sleufmoer is zelfborgend en mag slechts een keer gemonteerd worden.

LX1018152

05 28

Getoond: APL-2060

1

indien voorhanden Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

05-28

LX,FAXLE 007548 –18–01JAN98–3/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=52

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Spoorstang inbouwen 05 29

LX1018153 –UN–04FEB98

Trek met sluitmoersleutel KJD10208 de kroonmoer met 1000 N•m (740 lb-ft) aan.

Getoond: APL-2060

LX,FAXLE 007548 –18–01JAN98–4/4

Spoorstang inbouwen

Breng de spoorstang aan op de zuigerstang en draai hem vast.

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 300 N•m (220 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .......................................... 350 N•m (260 lb-ft)

LX002970 –UN–08FEB95

Smeer ca. 3 draadwindingen van de spoorstang in met LOCTITE 2431 (L41475)

1

voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) LX,FAXLE 003294 –18–01NOV94–1/2

Draai de zelfborgende moer vast.

LX002971

–UN–08FEB95

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 165 N•m (120 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .......................................... 250 N•m (185 lb-ft)

LX,FAXLE 003294 –18–01NOV94–2/2

CTM4514 (01MAR00)

05-29

Aangedreven voorassen: 051600

PN=53

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Sporing controleren (basisafstelling)

LX002972 –UN–23FEB95

Sporing controleren (basisafstelling)

1. Meet afstand (a) aan beide zijden. Verschuif de zuigerstang indien nodig zo, dat afstand (a) aan beide zijden even groot is. De stuurcilinder bevindt zich nu exact in het midden.

2. Controleer of afstand (b) overal even groot is.

LX,FAXLE 003295 –18–01OCT92–1/2

Sporing instellen (basisafstelling) Maak de schroef (A) los en draai de draadstang (B) van de koppeling naar binnen of naar buiten.

Draai de schroef aan.

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .................................................. 50 N•m (35 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .............................................. 85 N•m (60 lb-ft)

Controleer de spoorinstelling nogmaals.

CTM4514 (01MAR00)

LX002973 –UN–08FEB95

05 30

LX,FAXLE 003295 –18–01OCT92–2/2

05-30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=54

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Toespoor controleren

Stuuruitslag afstellen

05 31

Stel de stuuruitslag af met de bout (A).

–UN–10FEB95

OPMERKING: De stuuruitslag moet aan beide zijden even groot zijn.

LX000407

OPMERKING: De afstelling van de stuuruitslag is afhankelijk van de bandenmaat. De stelmaat (C) staat in de betreffende handleiding.

Draai na het afstellen de contramoer (B) met 200 N•m (150 lb-ft) aan.

A—Stelbout B—Contramoer C—Instelling

LX,FAXLE 003297 –18–01NOV94–1/1

Toespoor controleren

1. Meet maat (A).

2. Draai de voorwielen een halve slag.

3. Meet op hetzelfde punt waar eerst maat (A) gemeten werd nu maat (B).

LX000397 –UN–05APR00

Meet de afstand tussen de voor- en de achterzijde van de wielen tussen de velgranden ter hoogte van de wielnaaf.

De maat (A) mag hoogstens 1,5 mm (0.06 in.) van maat (B) afwijken.

LX,FAXLE 003298 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-31

Aangedreven voorassen: 051600

PN=55

Stuurcilinder en spoorstangen - serie APL /Toespoor instellen

Toespoor instellen OPMERKING: Stel het toespoor bij beide spoorstangen op gelijke waarden af.

Draai de klembout (A) enkele slagen los en draai de draadstang (B) van de koppeling in of uit.

Draai de klembout aan.

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .................................................. 50 N•m (35 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .............................................. 85 N•m (60 lb-ft)

LX000398 –UN–12AUG94

05 32

LX,FAXLE 003299 –18–01NOV94–1/1

CTM4514 (01MAR00)

05-32

Aangedreven voorassen: 051600

PN=56

Groep 10

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL Benodigd speciaal gereedschap

10 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,52 –18–25FEB00–1/5 D01267AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01267AA Binnenring van het conische rollager van het fuseehuis lostrekken AG,FX04785,52 –18–25FEB00–2/5 KJD10187 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10187 Voor het monteren van de keerring in de wielnaaf (APL-2025 en APL-2035) AG,FX04785,52 –18–25FEB00–3/5 KJD10202 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10202 Voor het monteren van de keerring in de wielnaaf (APL-2045 en APL-2060) AG,FX04785,52 –18–25FEB00–4/5 OTC27489 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27489 Keerring in de wielnaaf inbouwen

AG,FX04785,52 –18–25FEB00–5/5

CTM4514 (01MAR00)

10-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=57

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Reparatiegegevens 10 2

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Aangedreven vooras zonder TLS

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

Aangedreven vooras met TLS

Aanhaalmoment

100 N•m (72 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

30 N•m (22 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

55 N•m (40 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

150 N•m (110 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

120 N•m (90 lb-ft)

Ringwiel aan fuseehuis, zeskantbouten

Satellietwieldrager aan wielnaaf, torxbouten

Olie-aftapplug in satellietwieldrager

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-2

LX,FAXLE 003311 –18–01JAN98–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=58

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Reparatiegegevens

LX003011 –UN–23FEB95

10 3

A—Satellietwieldrager B—Satelietwiel (31, 2 of 4 2 stuks)

C—Rollager3 (3 stuks) D—Ringwiel E—Wielnaaf

F—Fuseehuis G—Zonnewielas

H—Conische rollager I—Keerring

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras APL-2025.

1

APL-2025, APL-2035 en APL-2060

2

APL-2045

3

APL-2035 en APL-2045: 2 conische rollagers per satellietwiel

LX,FAXLE 003311 –18–01JAN98–2/2

CTM4514 (01MAR00)

10-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=59

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Uitbouwen

Uitbouwen

LX003012 –UN–10FEB95

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–1/13

Draai de torxbouten (A) los.

LX003013

–UN–08FEB95

Verwijder de satellietwieldrager (B).

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–2/13

OPMERKING: De zonnewielas (A) kan nu worden uitgebouwd, zonder dat er nog andere onderdelen hoeven te worden uitgebouwd.

Zie anders “"Uitbouwen"” in groep 15.

LX003014

–UN–08FEB95

Verwijder de borgveren.

LX003015 –UN–08FEB95

10 4

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-4

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–3/13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=60

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Uitbouwen 10 5

APL-2025 en APL-2060

LX003016

–UN–08FEB95

Trek de satellietwielen los.

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–4/13

LX003017

–UN–08FEB95

Borgveer en conisch rollager

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–5/13

APL-2035 en APL-2045

–UN–10FEB95

OPMERKING: Plaats de trekker alleen aan de voorzijde van het satellietwiel. Als hij te laag wordt aangezet, wordt de lagerkooi van het onderste conische rollager beschadigd!

LX009541

OPMERKING: Inbouwpositie van de satellietwielen en rollagers markeren.

Trek de satellietwielen los.

Trek het onderste conische rollager los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-5

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–6/13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=61

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Uitbouwen Alle aangedreven voorassen

OPMERKING: Zeskantbouten zijn met LOCTITE 243 (L41475) behandeld.

LX003020

–UN–08FEB95

Draai de zeskantbouten los.

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–7/13

LX003021

–UN–08FEB95

Trek het ringwiel los m.b.v. twee bouten M8 x 100 mm (4 in.) resp. M12 x 100 mm (naargelang de uitvoering).

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–8/13

LX003022

–UN–08FEB95

Wielnaaf uitbouwen

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–9/13

Verwijder de keerring.

–UN–08FEB95

Trek de lagerbuitenringen van het conische rollager los.

LX003023

10 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-6

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–10/13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=62

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Uitbouwen 10 7

LX003024

–UN–08FEB95

Trek de lagerbinnenring van het conische rollager los van het fuseehuis m.b.v. de lagertrekker D01267AA (A).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-7

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–11/13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=63

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Uitbouwen

LX1019826 –UN–12MAR98

10 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-8

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–12/13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=64

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Montage A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Keerring C—Lagerbuitenring van conisch rollager D—Wielbout (8 stuks) E—Wielnaaf

1

APL-2025 en APL-2060

2

APL-2035

3

APL-2045

M—Rollager (3 stuks)1 N—Satellietwiel (3 stuks)1 O—Borgveer (32, 3 of 43 stuks) P—Conisch rollager (32, 3 of 43 stuks) Q—Satellietwiel (32, 3 of 43 stuks)

F—O-ring G—Ringwiel H—Borgveer I—Zonnewielas J—Zeskantschroef K—Borgveer (3 stuks)1 L—Borgveer (3 stuks)1

10 9

R—Satellietwieldrager S—Torxbout (2 stuks) T—Olie-aftapplug U—Conisch rollager (32, 3 of 43 stuks)

AG,FX04785,49 –18–25FEB00–13/13

Montage

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003026

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–1/15

LX003027 –UN–08FEB95

Monteer de lagerbuitenringen (A).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-9

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–2/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=65

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Montage Smeer de binnenzijde van de wielnaaf dun in met LOCTITE 5741 (L64500)

–UN–08FEB95

Plaats de keerring zo op de stempel KJD101872 (B) of KJD102023, die met de open zijde van de keerring van de stempel vandaan gericht is.

LX003028

Monteer de keerring m.b.v. de stempel KJD10187 (B) respectievelijk KJD10202 en de handgreep OTC27489 (A).

1

voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304).

2

APL-2025 en APL-2035

3

APL-2045 en APL-2060

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–3/15

OPMERKING: Smeer de afdichtlippen van de keerring en het pakkingvlak van het fuseehuis in met een mengsel van spiritus en water (1:1) alvorens de wielnaaf in te bouwen.

LX003029 –UN–08FEB95

Bouw de wielnaaf in.

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–4/15

–UN–08FEB95

Monteer het ringwiel.

LX003030

10 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-10

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–5/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=66

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Montage 10 11

Smeer het schroefdraad van de zeskantbouten in met LOCTITE 2431 (L41475)

LX003031 –UN–08FEB95

Draai de zeskantbouten vast en draai ondertussen de wielnaaf meerdere malen links-en rechtsom.

Technische gegevens Aangedreven vooras zonder TLS ................................... 70 N•m (50 lb-ft) aanhaalmoment Aangedreven vooras met TLS ...................................... 100 N•m (72 lb-ft) aanhaalmoment

1

voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–6/15

APL-2025 en APL-2060 Satellietwieldrager als volgt monteren:

L119678 –UN–08FEB95

Monteer één borgveer zo, dat het breedste loopvlak ervan naar het rollager gericht is.

Smeer de lagerrollen in met vet (om het lager gemakkelijker te kunnen monteren) en plaats ze op de lagerbinnenring.

Monteer de tweede borgveer zo, dat het breedste loopvlak ervan naar het rollager gericht is.

A—Satellietwiel B—Lager C—Borgveer

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–7/15

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003033

Verwarm de voorgemonteerde satellietwielen tot 90-100 C (195-215 F) en monteer ze zo, dat de grote radius van de lagerbinnenring naar beneden gericht is.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-11

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–8/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=67

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Montage

LX003015

–UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–9/15

APL-2035 en APL-2045

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003035

OPMERKING: Let bij de montage van het conische rollager en de satellietwielen op de bij de demontage aangebrachte markeringen.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–10/15

Monteer de satellietwielen.

–UN–08FEB95

Monteer het bovenste conische rollager.

LX003036

10 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

10-12

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–11/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=68

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Montage 10 13

LX003037

–UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–12/15

Alle aangedreven voorassen

LX003038 –UN–08FEB95

Smeer de O-ring (A) in met vet en breng hem aan in de groef.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–13/15

Monteer de satellietwieldrager.

Technische gegevens APL-2025, APL-2035 en ................................................. 30 N•m (22 lb-ft) APL-2045 aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .............................................. 55 N•m (40 lb-ft)

LX003039 –UN–08FEB95

Draai de torxbouten vast.

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–14/15

LX003040

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 150 N•m (110 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment ............................................ 120 N•m (90 lb-ft)

–UN–08FEB95

Breng de olie-aftapplug aan en draai hem vast (zie beneden).

LX,FAXLE 003340 –18–01NOV94–15/15

CTM4514 (01MAR00)

10-13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=69

Wielnaaf met planetaire reductie - serie APL /Olie bijvullen

Olie bijvullen 1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

2. Zorg ervoor dat de olie-aftapplug (A) in de getoonde stand staat.

3. Vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

4. Draai de olie-aftapplug vast met het voorgeschreven aanhaalmoment (zie beneden).

LX003041 –UN–08FEB95

10 14

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 150 N•m (110 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment ............................................ 120 N•m (90 lb-ft)

LX,FAXLE 003341 –18–01NOV94–1/1

CTM4514 (01MAR00)

10-14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=70

Groep 15

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL SPECIAAL GEREEDSCHAP

15 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–1/15 D01218AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01218AA Bus en de beschermring van de aandrijfas en lager en keerring van de lagerpen verwijderen AG,FX04785,51 –18–25FEB00–2/15 KJD10184 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . KJD10184 Bus en keerring in de asvuist inbouwen

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–3/15 KJD10185 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10185 Keerring in de asvuist inbouwen

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–4/15 OTC27488 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27488 Lagerbuitenring en keerring inbouwen

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–5/15 OTC27523 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27523 Lagerbuitenring in de asvuist monteren (APL-2025, APL-2035 en APL-2045) AG,FX04785,51 –18–25FEB00–6/15 OTC27528 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27528 Lagerbuitenring in de asvuist monteren (APL-2060)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-1

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–7/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=71

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /SPECIAAL GEREEDSCHAP KJD10183 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10183 Keerring in het fuseehuis inbouwen (APL-2025 en APL-2035) AG,FX04785,51 –18–25FEB00–8/15 KJD10203 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10203 Voor het monteren van de keerring in het fuseehuis (APL-2045) AG,FX04785,51 –18–25FEB00–9/15 KJD10214 –UN–16MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10214 Keerring in het fuseehuis inbouwen (APL-2060)

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–10/15 KJD10182 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10182 Keering en lager op lagerpennen aanbrengen (APL-2025, APL-2035 en APL-2045) AG,FX04785,51 –18–25FEB00–11/15 KJD10212 –UN–16MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10212 Keerring en lager op lagerpennen aanbrengen (APL-2060)

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–12/15

A—Vlakstaal, 25x6x155 mm (0.98x0.24x6.10 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad LX003083 –UN–10FEB95

15 2

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . Zelf te vervaardigen Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers (APL-2025, APL-2035 en APL-2045) CTM4514 (01MAR00)

Vervoig op voigende bladzijde

15-2

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–13/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=72

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Reparatiegegevens 15 3

OPMERKING: Dit gereedschap wordt ook gebruikt voor het afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (zie “Weerstandsmoment afstellen” in groep 20).

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–14/15

LX009711

–UN–10FEB95

A—Vlakstaal, 25x6x140 mm (0.98x0.24x5.50 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . Zelf te vervaardigen Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers (APL-2060)

AG,FX04785,51 –18–25FEB00–15/15

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

APL-2025 tot APL-2045

Weerstandsmoment

18 tot 20 N•m (13 tot 15 lb-ft)

APL-2060

Weerstandsmoment

25 tot 32 N•m (18 tot 24 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

115 N•m (85 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

185 N•m (135 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

165 N•m (120 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

250 N•m (185 lb-ft)

Fuseehuis, fuseelager

Lagerpennen in fuseehuis, zeskantbouten

Spoorstang aan fuseehuis, zelfborgende moer

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-3

LX,FAXLE 003357 –18–01NOV94–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=73

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen

LX003084

–UN–23FEB95

15 4

A—Zonnewielas B—Fuseehuis C—Conisch rollager (2 stuks) D—Keerring (2 stuks)

E—Lagerpen (2 stuks) F—Afstandsring (dikte naar behoefte) G—Ashuis

H—Aandrijfas I—Kogellager J—Keerring K—Beschermring

L—Keerring M—Bus N—Bus

OPMERKING: Wielnaaf en planetaire reductie uitbouwen, zie “Uitbouwen” in groep 10.

LX,FAXLE 003357 –18–01NOV94–2/2

Uitbouwen

LX003076

–UN–08FEB95

Draai de zelfborgende moer los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-4

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–1/19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=74

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen 15 5

LX003079

–UN–08FEB95

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–2/19

LX003085 –UN–10FEB95

Draai de zeskantbouten los.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–3/19

LX003086 –UN–10FEB95

Verwijder de bovenste en onderste lagerpen.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–4/19

LX003087 –UN–10FEB95

Trek het complete fuseehuis met de aandrijfas los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-5

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–5/19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=75

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen

LX003088 –UN–10FEB95

Verwijder de borgveer en trek de zonnewielas uit de naaf.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–6/19

LX003089

–UN–10FEB95

Verwijder de borgveer van de aandrijfas.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–7/19

LX003090

–UN–10FEB95

Verwijder de aandrijfas.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–8/19

Trek de bus van de aandrijfas m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

–UN–10FEB95

Verwijder de beschermring.

LX003091

15 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-6

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–9/19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=76

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen 15 7

LX003447 –UN–08FEB95

Verwijder de borgveren.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–10/19

LX003448

–UN–08FEB95

Verwijder de bussen (A).

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–11/19

LX003092

–UN–10FEB95

Trek de keerring uit het fuseehuis.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–12/19

LX003093

–UN–10FEB95

Verwijder de borgveer (A) en het kogellager (B).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-7

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–13/19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=77

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen

LX003094

–UN–10FEB95

Pers de lagerbinnenring van het kogellager m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) van de lagerpen.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–14/19

LX003095

–UN–10FEB95

Trek de keerring los m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–15/19

LX003096 –UN–10FEB95

Verwijder de lagerbuitenringen van het conisch rollager uit de lagerpenboring van de asvuist.

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–16/19

–UN–10FEB95

Verwijder de keerring.

LX003097

15 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-8

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–17/19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=78

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Uitbouwen 15 9

LX003098

–UN–10FEB95

Verwijder de bus.

LX009546 –UN–10FEB95

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–18/19

A—Lagerbuitenring van conisch rollager B—Bus C—Keerring D—Bus E—Beschermring

F—Aandrijfas, compleet G—As H—Kruiskoppeling, compleet I—Koppeling J—As K—Keerring

L—Borgveer M—Kogellager N—Lagerpen O—Vulring (dikte naar behoefte) P—Keerring

Q—Lagerbinnenring van conisch rollager R—Fuseehuis S—Borgveer T—Borgveer U—Zonnewielas

LX,FAXLE 003372 –18–01NOV94–19/19

CTM4514 (01MAR00)

15-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=79

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage

Montage Plaats de bus zo op de handgreep KJD10184 (A) dat de smeergroef naar beneden gericht is.

LX003100

–UN–09FEB95

Monteer de bus in de asvuist.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–1/20

Plaats de keerring zo op de keerringstempel KJD10185 (B), dat de afdichtlip van de stempel vandaan gericht is.

Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500) LX003101 –UN–09FEB95

Tik de keerring m.b.v. de handgreep KJD10184 (A) en KJD10185 (B) tot aan de aanslag in de asvuist.

OPMERKING: Smeer vervolgens de ruimte tussen de stoflip en de afdichtlip in met vet.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–2/20

Monteer de lagerbuitenringen van de conische rollagers in het fuseelagerboorgat van het ashuis m.b.v. de handgreep OTC27488 (A) en OTC275231 (B) respectievelijk OTC275282.

1

LX003102 –UN–10FEB95

15 10

APL-2025, APL-2035 en APL-2045

2

APL-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-10

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–3/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=80

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage 15 11

LX003093

–UN–10FEB95

Monteer het kogellager (B) in het fuseehuis en monteer de borgveer (A).

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–4/20

LX009561 –UN–10FEB95

Om te voorkomen dat de keerring bij het inbouwen in het fuseehuis wordt beschadigd, moet de beschermring (A) van de keerring (B) worden losgemaakt.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–5/20

Plaats de keerring (zonder bescherming) zo op de keerringstempel (B), dat de afdichtlip van de stempel vandaan gericht is. Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500)

1

(A) OTC27488 OTC27488 KJD10184

(B) KJD10183 KJD10203 KJD10214

LX003103

APL-2025 en APL-2035 APL-2045 APL-2060

–UN–10FEB95

Monteer keerring m.b.v. de stempel (A) en (B).

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-11

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–6/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=81

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage

LX003104 –UN–10FEB95

Breng de beschermring aan in de keerring.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–7/20

Monteer de aandrijfas.

LX003449

–UN–08FEB95

Tik de bussen (A) met een doorn in de kruiskoppeling.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–8/20

LX003447 –UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–9/20

Monteer de beschermring (B) op de aandrijfas.

–UN–10FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de bus (A) tot 90-100 C (195-215 F) en breng hem zo aan op de aandrijfas dat de afgeronde zijde (zie pijl) van de beschermring vandaan gericht is.

LX003105

15 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-12

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–10/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=82

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage 15 13

Smeer de afdichtlippen van de keerring in het fuseehuis in met een mengsel van spiritus en water (1:1).

LX003106

–UN–10FEB95

Breng de aandrijfas aan in het fuseehuis.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–11/20

LX003107

–UN–10FEB95

Plaats de binnentrekker in de groef van de aandrijfas en trek de aandrijfas tot aan de aanslag in het fuseehuis.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–12/20

LX003108

–UN–10FEB95

Monteer de borgveer.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–13/20

LX003109

–UN–10FEB95

Monteer de borgveer voor de zonnewielas in de groef (zie pijl).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-13

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–14/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=83

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage OPMERKING: Smeer dat deel van de spiebaanvertanding, waar de zonnewielas en de aandrijfas in elkaar grijpen, in met MOLYKOTE G (L81050).

LX003110

–UN–10FEB95

Monteer de zonnewielas in de naaf. De borgveer moet in de groef (zie pijl) vallen.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–15/20

LX003111

–UN–10FEB95

Monteer het complete fuseehuis met de aandrijfas.

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–16/20

Pers de keerring (B) op de lagerpen m.b.v. de keerringstempel KJD101821 (A) respectievelijk KJD102122.

–UN–10FEB95

Smeer de buitenomtrek van de keerring (B) in met een mengsel van spiritus en water (1:1).

1

APL-2025, APL-2035 en APL-2045

LX003114

15 14

2

APL-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-14

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–17/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=84

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Montage 15 15

Pers de lagerbinnenring van het conisch rollager (B) op de lagerpen m.b.v. de keerringstempel KJD101821(A) respectievelijk KJD102122.

LX003112

–UN–10FEB95

OPMERKING: Smeer de borst van de lagerpen (zie pijl) in met een normaal in de handel verkrijgbaar roestwerend middel.

1

APL-2025, APL-2035 en APL-2045

2

APL-2060 LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–18/20

Breng de vulring (B) aan op de bovenste lagerpen (A).

Breng de bovenste (A) en onderste (C) lagerpen aan.

LX003113 –UN–08FEB95

OPMERKING: Lagerpennen zonder smeermiddel van een langdurig smeermiddel voorzien en dan monteren.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

15-15

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–19/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=85

Fuseehuis en aandrijfassen - serie APL /Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen Draai de zeskantschroeven vast.

LX003085 –UN–10FEB95

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 ................................................ 115 N•m (85 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .......................................... 185 N•m (135 lb-ft)

LX,FAXLE 003388 –18–01NOV94–20/20

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................. 18 tot 20 N•m (13 tot 15 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .......................... 25 tot 32 N•m (18 tot 24 lb-ft)

LX003115

Controleer het weerstandsmoment m.b.v. het zelf te vervaardigen draaigereedschap (A) en een momentsleutel. Stel het weerstandsmoment zo mogelijk af op de hoogst toelaatbare waarde.

–UN–10FEB95

Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen

Gebruik een dikkere vulring bij het monteren van de bovenste fuseepen als het weerstandsmoment te hoog is.

Monteer een dunnere vulring als het weerstandsmoment te laag is.

0,2 0,3 0,4 0,6 0,8

mm mm mm mm mm

(0.008 (0.012 (0.016 (0.024 (0.031

in.) in.) in.) in.) in.)

Leverbare vulringdiktes 1,0 mm 1,4 mm 1,6 mm 1,8 mm 2,0 mm

(0.039 (0.055 (0.063 (0.071 (0.079

in.) in.) in.) in.) in.)

LX,FAXLE 003502 –18–01NOV94–1/2

Breng de spoorstang aan.

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 165 N•m (120 lb-ft) aanhaalmoment APL-2060 aanhaalmoment .......................................... 250 N•m (185 lb-ft)

–UN–08FEB95

Draai de zelfborgende moer vast.

LX003450

15 16

LX,FAXLE 003502 –18–01NOV94–2/2

CTM4514 (01MAR00)

15-16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=86

Groep 20

Differentieel en ashuis - serie APL Speciaal gereedschap

20 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–1/15 D01218AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01218AA Bus en de beschermring van de aandrijfas en lager en keerring van de lagerpen verwijderen AG,FX04785,56 –18–28FEB00–2/15 OTC27508 –UN–10FEB95

Stempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC275081 Lagerbinnenringen van de conisch rollagers van het differentieel verwijderen

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,56 –18–28FEB00–3/15 D01210AA –UN–10FEB95

Slagtrekker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01210AA Buitenste lagerbuitenring van de pignonas uitbouwen en binnenste lagerring van de pignonas monteren AG,FX04785,56 –18–28FEB00–4/15 OTC27528 –UN–10FEB95

Stempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC275281 Buitenste lagerbuitenring van de pignonas monteren (APL-2025, APL-2035 en APL-2045)

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-1

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–5/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=87

Differentieel en ashuis - serie APL /Speciaal gereedschap JT01613 –UN–16MAR98

20 2

Stempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . JT016131 Buitenste lagerring van de pignonas monteren (APL-2060)

1

Gereedschap maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,56 –18–28FEB00–6/15 OTC27488 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27488 Lagerbuitenring en keerring inbouwen

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–7/15 KJD10188 –UN–10FEB95

Meetring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10188 Afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (APL-2025, APL-2035 en APL-2045) AG,FX04785,56 –18–28FEB00–8/15 KJD10215 –UN–16MAR98

Meetring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10215 Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (APL-2060) AG,FX04785,56 –18–28FEB00–9/15 KJD10186 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10186 Keerring in het ashuis inbouwen (APL2025, APL2035 en APL-2045 zonder TLS) AG,FX04785,56 –18–28FEB00–10/15 KJD10216 –UN–25MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10216 Voor het monteren van de keerring in het ashuis (APL2035 en APL-2045 met TLS) AG,FX04785,56 –18–28FEB00–11/15 KJD10204 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10204 Voor het monteren van de keerring in het ashuis (APL-2060) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-2

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–12/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=88

Differentieel en ashuis - serie APL /Speciaal gereedschap KJD10218 –UN–25MAR98

20 3

Steun . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10218 Pignonflens, zeskantbout losmaken/vastmaken (APL-2035 en APL-2045 met TLS) AG,FX04785,56 –18–28FEB00–13/15

LX003083 –UN–10FEB95

A—Vlakstaal, 25x6x155 mm (0.98x0.24x6.10 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . Zelf te vervaardigen Afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (APL-2025, APL-2035 en APL-2045)

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–14/15

OPMERKING: Het gereedschap wordt ook gebruikt voor het afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers (zie “Afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers” in groep 15).

AG,FX04785,56 –18–28FEB00–15/15

CTM4514 (01MAR00)

20-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=89

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens 20 4

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Differentieel, lamellenpakket

Axiale speling van elk lamellenpakket 0,2 mm (0.008 in.)

Kroonwiel aan satellietenhuis, torxbouten APL-2025 en APL-2035

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

APL-2045 en APL-2060

Aanhaalmoment

145 N•m (110 lb-ft)

APL-2025 en APL-2035

Tandflankspeling

0,07 tot 0.22 mm (0.0028 tot 0.0087 in.)

APL-2045

Tandflankspeling

0.10 tot 0.25 mm (0.0039 to 0.0098 in.)

APL-2060

Tandflankspeling

0,20 tot 0,28 mm (0.0079 tot 0.0110 in.)

Weerstandsmoment zonder keerring Weerstandsmoment met keerring

1 tot 2 N•m (0.74 tot 1.48 lb-ft) 2 tot 3 N•m (1.48 tot 2.21 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

450 N•m (330 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

600 N•m (440 lb-ft)

Preload Weerstandsmoment

0,10 mm (0.0039 in.)

1 tot 4 N•m (0.74 tot 2.95 lb-ft)

APL-2025 tot APL-2045

Aanhaalmoment

185 N•m (135 lb-ft)

APL-2045

Aanhaalmoment

280 N•m (205 lb-ft)

APL-2060

Aanhaalmoment

390 N•m (290 lb-ft)

Aanhaalmoment

150 N•m (110 lb-ft)

Kroonwiel

Pignonas

Pignonas, zelfborgende zeskantmoer

Differentieel, conisch rollager

Montage van beide ashuishelften op elkaar, zeskantbouten

Olie-aftapplug, respectievelijk olievulplug in ashuis

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-4

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–1/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=90

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens 20 5 Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Op het ashuis ingeslagen maat (aflezen) ......................................................................... (b) Op de pignonas ingeslagen maat (aflezen) ...................................................................... (c) Lagerbreedte (gemeten) ....................................................................................................

Rekenvoorbeeld d=a—b—c 119,80 mm (4.7165 in.)

—88,50 mm (3.4842 in.)

— 30,20 mm (1.1890 in.)

(d) Berekende vulringdikte ......................................................................................................

= 1,10 mm (0.0433 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,10 mm (0.0433 in.) moet worden gemonteerd.

Lager-voorspanning, resp. weerstandsmoment van het differentieel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Afstand van flens ashuis tot lagerbuitenring van conisch rollager (gemeten) ............................. (b) Afstand van flensvlak tot draagvlak van lagerbuitenring (gemeten) ............................................ (c) Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde) ............................................................................

Rekenvoorbeeld d=a—b+c 4,45 mm (0.1752 in.)

— 3,05 mm (0.1200 in.) + 0,10 mm (0.0039 in.)

(d) Berekende vulringdikte .................................................................................................................

= 1,50 mm (0.0591 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,50 mm dikte (0.0591 in.) moet worden gemonteerd.

CTM4514 (01MAR00)

Vervoig op voigende bladzijde

20-5

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–2/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=91

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens

LX009593 –UN–03MAR95

20 6

Differentieel bij APL-2025 en APL-2035 A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (2 stuks) F—Drukring (2 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Kroonwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-6

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–3/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=92

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens

LX1018935 –UN–08MAY98

20 7

Differentieel bij APL-2035 met TLS A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (2 stuks) F—Drukring (2 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Kroonwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-7

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–4/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=93

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens

LX009594 –UN–23FEB95

20 8

Differentieel bij APL-2045 en APL-2060 A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (4 stuks) F—Drukring (4 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Kroonwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte)

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

OPMERKING: Bij de trekkertypen 6800 en 6900 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-8

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–5/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=94

Differentieel en ashuis - serie APL /Reparatiegegevens

LX1018936 –UN–08MAY98

20 9

Differentieel bij APL-2045 met TLS A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (4 stuks) F—Drukring (4 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Kroonwiel K—Pignonas L—Ashuis M—Vulring (dikte naar behoefte)

N—Afstandsring (dikte naar behoefte) O—Pignonflens

OPMERKING: Bij het trekkertype 6810 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

AG,FX04785,54 –18–25FEB00–6/6

CTM4514 (01MAR00)

20-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=95

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel uitbouwen

Differentieel uitbouwen

LX003215 –UN–09FEB95

OPMERKING: Zie “Uitbouwen” groep 15 voor het uitbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen.

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

LX,FAXLE 003435 –18–01OCT92–1/4

Draai de zeskantbouten los.

LX003216

–UN–09FEB95

Trek de ashuishelften uit elkaar.

LX,FAXLE 003435 –18–01OCT92–2/4

–UN–09FEB95

Demonteer het differentieel.

LX003217

20 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-10

LX,FAXLE 003435 –18–01OCT92–3/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=96

Differentieel en ashuis - serie APL /Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2025 en APL-2035) 20 11

OPMERKING: In de ashuishelften zijn uitsparingen (zie pijl) aangebracht om de lagerbuitenringen gemakkelijker te kunnen verwijderen.

LX003328 –UN–08FEB95

LX003232

–UN–09FEB95

Verwijder de lagerbuitenringen (A) en (B) van het differentieel uit beide ashuishelften.

LX,FAXLE 003435 –18–01OCT92–4/4

Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2025 en APL-2035)

LX003218

–UN–09FEB95

Trek de lagerbinnenringen van het conisch rollager (C) los van het differentieel m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) en de stempel OTC27508 (B).

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–1/6

LX003219

–UN–09FEB95

Draai de torxbouten los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-11

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–2/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=97

Differentieel en ashuis - serie APL /Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2025 en APL-2035)

LX003220

–UN–09FEB95

Pers het kroonwiel m.b.v. drie zeskantbouten (A) M10 x 90 mm (3.5 in.) los van het satellietenhuis.

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–3/6

–UN–09FEB95

Verwijder het bovenste lamellenpakket en het zonnewiel.

LX003221

20 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-12

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–4/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=98

Differentieel en ashuis - serie APL /Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2025 en APL-2035) 20 13

Oude uitvoering: tik de spanhuls (5 x 18 mm; 0.2 x 0.7 in.) in de as.

Nieuwe uitvoering: verwijder de spanhuls (5 x 55 mm; 0.2 x 2.17 in.).

LX1017523

–UN–12MAY98

A—Satellietenhuis B—As C—Spanstift D—Spanstift

LX1017525 –UN–08MAY98

Oude uitvoering

Nieuwe uitvoering

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–5/6

Oude uitvoering: bouw de as uit verwijder de spanhuls (zie pijl).

Nieuwe uitvoering: bouw de as uit.

LX003223 –UN–09FEB95

Verwijder satellietwielen met drukringen, onderste lamellenpakket en zonnewiel.

LX,FAXLE 003426 –18–01JAN98–6/6

CTM4514 (01MAR00)

20-13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=99

Differentieel en ashuis - serie APL /Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2045 en APL-2060)

LX003218

Trek de lagerbinnenringen van het conisch rollager (C) los van het differentieel m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) en de stempel OTC27508 (B).

–UN–09FEB95

Satellietenhuishelften uit elkaar bouwen (APL-2045 en APL-2060)

LX,FAXLE 007327 –18–01NOV94–1/4

LX009609

–UN–10FEB95

Draai de torxbouten los.

LX,FAXLE 007327 –18–01NOV94–2/4

LX009610 –UN–10FEB95

Neem het satellietenhuis weg en verwijder alle onderdelen.

LX,FAXLE 007327 –18–01NOV94–3/4

–UN–10FEB95

Pers het kroonwiel van het satellietenhuis.

LX009611

20 14

LX,FAXLE 007327 –18–01NOV94–4/4

CTM4514 (01MAR00)

20-14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=100

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

Pignonas uitbouwen

20 15

Draai de zelfborgende moer los.

LX1019824

–UN–17MAR98

LX003224 –UN–09FEB95

A—Tegenhouder KJD10218

met TLS LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–1/12

LX003225 –UN–09FEB95

Verwijder de ring (B) en de pignonflens (A).

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–2/12

LX003226

–UN–09FEB95

Bouw de pignonas uit.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-15

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–3/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=101

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

LX003227 –UN–09FEB95

Verwijder de afstandsring.

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–4/12

LX003228 –UN–09FEB95

Trek de lagerbinnenring van het pignon (B) los van de pignonas m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–5/12

LX003229

–UN–09FEB95

Verwijder de keerring.

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–6/12

–UN–09FEB95

Trek de buitenste lagerbuitenring van het pignonlager los m.b.v. de slagtrekker D01210AA (A).

LX003230

20 16

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-16

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–7/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=102

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen 20 17

LX003231 –UN–09FEB95

Verwijder de binnenste lagerbuitenring van het conisch rollager.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-17

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–8/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=103

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

LX003233 –UN–10FEB95

20 18

A—Ashuis B—O-ring C—Vulring (dikte naar behoefte) D—Lagerbuitenring van conisch rollager E—Differentieel, compleet

F—Stoppklack1 G—Ashuis H—Bus (2 stuks) I—Pignonas J—Lagerbinnenring van conisch rollager K—Lagerbuitenring van conisch rollager

L—Vulring (dikte naar behoefte) M—Zelfborgende zeskantmoer N—Stempel O—Pignonflens P—Beschermring Q—Keerring

R—Lagerbinnenring van conisch rollager S—Lagerbuitenring van conisch rollager T—Afstandsring (dikte naar behoefte)

OPMERKING: Bij de trekkertypen 6800 en 6900 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

1

Bij trekkers voor Noord-Amerika en trekkers met fronthefinstallatie Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-18

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–9/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=104

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

LX1018937

–UN–19MAY98

20 19

As met TLS (getoond: APL-2045) A—Ashuis B—O-ring C—Vulring (dikte naar behoefte) D—Lagerbuitenring van conisch rollager E—Ashuis

F—Differentieel, compleet G—Ashuis H—Pignonas I—Lagerbinnenring van conisch rollager J—Lagerbuitenring van conisch rollager

K—Vulring (dikte naar behoefte) L—Afstandsring (dikte naar behoefte) M—Lagerbuitenring van conisch rollager N—Lagerbinnenring van conisch rollager

O—Keerring P—Beschermring Q—Pignonflens R—Stempel S—Zelfborgende zeskantmoer

OPMERKING: Bij het trekkertype 6810 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-19

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–10/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=105

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

LX003234 –UN–10FEB95

20 20

Differentieel bij APL-2025 en APL-2035 A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Torxbout (12 stuks) C—Kroonwiel D—Spanhuls (4 stuks)

E—Spanhuls (4 stuks) F—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) (dikte naar behoefte) G—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

H—Drukring I—Zonnewiel J—Satellietwiel K—Drukring

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-20

L—As M—Spanstift N—Satellietenhuis

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–11/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=106

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas uitbouwen

LX009595 –UN–10FEB95

20 21

Differentieel bij APL-2045 en APL-2060 A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Kroonwiel C—Spanhuls (4 stuks) D—Spanhuls (4 stuks) E—Satellietenhuis

F—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) (dikte naar behoefte) G—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

H—Drukring I—Zonnewiel J—Drukring (4 stuks) K—Satellietwiel (4 stuks) L—As (2 stuks)

M—Satellietenhuis N—Borgplaat (4 stuks) O—Torxbout (12 stuks) P—Lagerbinnenring van conisch rollager

LX,FAXLE 007328 –18–01JAN98–12/12

CTM4514 (01MAR00)

20-21

Aangedreven voorassen: 051600

PN=107

Differentieel en ashuis - serie APL /Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen

Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen 1. Lees de op het ashuis ingeslagen maat (a) af.

–UN–09FEB95

2. Lees de op de pignonas ingeslagen maat (b) af.

3. Meet de lagerbreedte (c).

LX003235

4. Bereken de vereiste dikte van de vulring (d). d=a-b-c mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

(0.0256 (0.0276 (0.0295 (0.0315 (0.0335 (0.0354 (0.0374 (0.0394 (0.0413 (0.0433

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

Leverbare vulringdiktes 1,15 mm 1,20 mm 1,25 mm 1,30 mm 1,35 mm 1,40 mm 1,45 mm 1,50 mm 1,55 mm 1,60 mm

(0.0453 (0.0472 (0.0492 (0.0512 (0.0531 (0.0551 (0.0571 (0.0591 (0.0610 (0.0630

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

LX003236 –UN–09FEB95

0,65 0,70 0,75 0,80 0,85 0,90 0,95 1,00 1,05 1,10

LX003237 –UN–09FEB95

20 22

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-22

LX,FAXLE 003439 –18–01OCT92–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=108

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas inbouwen

LX003238 –UN–23FEB95

20 23

Voorbeeld:

d=a-b-c

Ingeslagen maat op het ashuis, afgelezen ................................... a=119,80 mm (4.7165 in.)

Ingeslagen maat op de pignonas, afgelezen ................................ b=88,50 mm (3.4842 in.)

Lagerbreedte, gemeten ........................... c=30,20 mm (1.1890 in.)

d = 119,80 mm — 88,50 mm — 30,20 mm d = 1,10 mm d = 4,7165 in. — 3,4842 in. — 1,1890 in.

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,10 mm (0.0433 in.) moet worden gemonteerd.

d = 0,0433 in.

LX,FAXLE 003439 –18–01OCT92–2/2

Pignonas inbouwen

LX003239 –UN–09FEB95

Monteer een vulring met de vereiste dikte.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-23

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–1/8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=109

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas inbouwen

LX003240

–UN–09FEB95

Koel de binnenste lagerbuitenring van het conisch rollager (A) af en monteer hem m.b.v. de slagtrekker D01210AA (B).

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–2/8

APL-2025, APL-2035 en APL2045

LX003250

1

–UN–09FEB95

Koel de buitenste lagerbuitenring van het conisch rollager (C) af en monteer hem m.b.v. de stempel OTC275281 (A) respectievelijk JT016132en OTC27488 (B).

2

APL-2060

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–3/8

–UN–09FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

LX003241

20 24

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-24

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–4/8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=110

Differentieel en ashuis - serie APL /Pignonas inbouwen 20 25

Plaats de meetring KJD101881 (A) respectievelijk KJD102152op de as.

LX003243

–UN–10FEB95

LX003242

–UN–09FEB95

OPMERKING: De spanhulzen moeten zo zijn gemonteerd dat maat (a) minimaal 17 mm (0.67 in.) bedraagt.

1

APL-2025, APL-2035 en APL2045

2

APL-2060 LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–5/8

Breng de pignonas aan in het ashuis.

–UN–09FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003244

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–6/8

LX003245

–UN–09FEB95

Pers de beschermring (A) op de pignonflens (B).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-25

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–7/8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=111

Differentieel en ashuis - serie APL /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) Monteer pignonflens.

LX003246

–UN–09FEB95

Breng de ring en de zeskantmoer aan.

LX,FAXLE 003446 –18–01OCT92–8/8

Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

–UN–09FEB95

OPMERKING: De keerring achter de pignonflens werd nog niet gemonteerd, daar de pignonas nogmaals moet worden uitgebouwd nadat het weerstandsmoment is afgesteld.

LX003247

1. Controleer het weerstandsmoment m.b.v. het zelf te vervaardigen draaigereedschap (A) en een momentsleutel.

2. Draai de pignonmoer aan en draai ondertussen de as meerdere malen links- en rechtsom. Het weerstandsmoment moet 1 tot 2 N•m (0.74 bis 1.48 lb-ft) bedragen. Probeer zo mogelijk de hoogst toelaatbare waarde aan te houden.

LX003248 –UN–09FEB95

20 26

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-26

LX,FAXLE 003452 –18–01JAN98–1/5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=112

Differentieel en ashuis - serie APL /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) 20 27

Bouw de pignonas nogmaals uit.

Verwijder de meetring en bepaal maat (a).

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

(0.5945 (0.5984 (0.6008 (0.6024 (0.6035 (0.6047 (0.6055 (0.6063 (0.6075 (0.6089 (0.6094 (0.6102 (0.6114 (0.6126 (0.6134 (0.6142 (0.6154 (0.6165 (0.6173 (0.6181

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

Leverbare vulringdiktes 15,73 15,76 15,80 15,83 15,86 15,90 15,93 15,96 16,00 16,03 16,06 16,10 16,13 16,16 16,20 16,23 16,26 16,30 16,40

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

(0.6193 (0.6205 (0.6220 (0.6232 (0.6244 (0.6260 (0.6272 (0.6283 (0.6299 (0.6311 (0.6323 (0.6339 (0.6359 (0.6362 (0.6378 (0.6390 (0.6402 (0.6417 (0.6457

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

LX003249

15,10 15,20 15,26 15,30 15,33 15,36 15,38 15,40 15,43 15,46 15,48 15,50 15,53 15,56 15,58 15,60 15,63 15,66 15,68 15,70

–UN–09FEB95

Maat (a) komt overeen met de dikte van de te monteren vulring.

LX,FAXLE 003452 –18–01JAN98–2/5

LX003227 –UN–09FEB95

Monteer een vulring met de vereiste dikte.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-27

LX,FAXLE 003452 –18–01JAN98–3/5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=113

Differentieel en ashuis - serie APL /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) 20 28

Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500) (metalen oppervlak) of met een mengsel van spiritus en water (1:1) (rubber oppervlak)

.............................................................................. en APL-2045 zonder TLS .................................... en APL-2045 met TLS ......................................... ..............................................................................

KJD10186 KJD10186 KJD10216 KJD10204

LX003251

APL-2025 APL-2035 APL-2035 APL-2060

–UN–08FEB95

Monteer de keerring m.b.v. het speciale gereedschap (A).

Vul vervolgens de ruimte tussen de afdichtlip en de stoflip met vet.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) LX,FAXLE 003452 –18–01JAN98–4/5

Bouw de pignonas weer in.

Monteer de pignonflens.

LX003248 –UN–09FEB95

Breng de ring en de zeskantmoer aan.

Draai de zelfborgende zeskantmoer vast.

Technische gegevens APL-2025 tot APL-2045 .............................................. 450 N•m (330 lb-ft) Aanhaalmoment APL-2060 Aanhaalmoment ......................................... 600 N•m (440 lb-ft)

LX1019825

–UN–17MAR98

A—Tegenhouder KJD10218

met TLS LX,FAXLE 003452 –18–01JAN98–5/5

CTM4514 (01MAR00)

20-28

Aangedreven voorassen: 051600

PN=114

Differentieel en ashuis - serie APL /Weerstandsmoment afstellen (met keerring)

Weerstandsmoment afstellen (met keerring)

20 29

OPMERKING: Monteer een andere vulring als het voorgeschreven weerstandsmoment niet wordt gehaald.

LX003247

Het weerstandsmoment moet 2 tot 3 N•m (1.48 tot 2.21 lb-ft) bedragen. Probeer zo mogelijk de hoogst toelaatbare waarde aan te houden.

–UN–09FEB95

Controleer het weerstandsmoment m.b.v. het zelf te vervaardigen draaigereedschap (A) en een momentsleutel.

LX,FAXLE 003453 –18–01NOV94–1/1

CTM4514 (01MAR00)

20-29

Aangedreven voorassen: 051600

PN=115

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel monteren (APL-2025 en APL-2035)

Differentieel monteren (APL-2025 en APL-2035) OPMERKING: Stel voor de montage het satellietenhuis oude uitvoering (spanhuls 5 x 18 mm; 0.2 x 0.7 in.) om op de nieuwe uitvoering (spanhuls 5 x 55 mm; 0.2 x 2.17 in.)

–UN–12MAY98

Boor het richtgat van de spanhuls 10 mm (0.39 in.) dieper.

Verwijder eventuele boorsplinters uit het satellietenhuis.

LX1017523

A—Satellietenhuis B—As C—Spanhuls (5 x 18 mm; 0.2 x 0.7 in.)

D—Spanhuls (5 x 55 mm; 0.2 x 2.17 in.)

–UN–18MAY98

Oude uitvoering

LX1017524

20 30

Nieuwe uitvoering Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-30

LX,FAXLE 003456 –18–01OCT92–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=116

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel monteren (APL-2025 en APL-2035) 20 31

BELANGRIJK: Smeer de losse onderdelen vooralsnog niet in met olie, omdat anders de axiale speling van het lamellenpakket niet correct instelbaar is.

LX003252

De gevoerde zijde van de drukring (C) moet naar het lamellenpakket gericht zijn.

–UN–08FEB95

Monteer het zonnewiel:

A—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) B—Lamel met binnenvertanding (4 stuks) C—Drukring D—Zonnewiel

LX,FAXLE 003456 –18–01OCT92–2/4

LX003253

–UN–08FEB95

Breng het zonnewiel met het lamellenpakket aan in het satellietenhuis.

LX,FAXLE 003456 –18–01OCT92–3/4

Monteer de satellietwielen.

–UN–08FEB95

OPMERKING: Let tijdens het inbouwen van de satellietenas (A) op de stand van de boring voor de spanhuls.

LX003254

A—As B—Satellietwiel (2 stuks) C—Drukring (2 stuks)

LX,FAXLE 003456 –18–01OCT92–4/4

CTM4514 (01MAR00)

20-31

Aangedreven voorassen: 051600

PN=117

Differentieel en ashuis - serie APL /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2025 en APL-2035)

Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2025 en APL-2035)

–UN–08FEB95

1. Meet de axiale speling. Deze moet 0,2 mm (0.008 in.) bedragen.

LX003255

2. Bij afwijking van de voorgeschreven axiale speling moet de dikte van het lamellenpakket via lamellen met buitenvertanding worden gecorrigeerd.

3. Verwijder alle onderdelen en smeer ze dun in met olie als het lamellenpakket correct is afgesteld.

4. Breng op het tweede zonnewiel een lamellenpakket van dezelfde dikte aan. Smeer alle onderdelen in met olie.

Leverbare diktes lamellen met buitenvertanding 1,0 mm (0.039 in.)

1,2 mm (0.047 in.)

1,1 mm (0.043 in.)

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–1/7

Bouw de ingeoliede onderdelen weer in.

Tik de spanhuls (5 x 55 mm; 0.2 x 2.17 in.) in het satellietenhuis.

LX003222

–UN–09FEB95

OPMERKING: De spanhuls moet 5 mm (0.2 in.) uit het boorgat steken.

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–2/7

Bouw het tweede zonnewiel met het lamellenpakket in.

LX003257 –UN–08FEB95

20 32

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-32

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–3/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=118

Differentieel en ashuis - serie APL /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2025 en APL-2035) 20 33

LX009612 –UN–10FEB95

Tik de buitenste spanhulzen er zodanig in dat de vertanding in de belaste richting gericht is (zie pijl). De binnenste spanhulzen moeten onder een hoek van 180 graden t.o.v. elkaar staan.

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–4/7

LX003259

–UN–08FEB95

Pers het kroonwiel op het satellietenhuis.

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–5/7

1

LX003260 –UN–08FEB95

Smeer de torxbouten dun in met LOCTITE 2431 (L41475)en draai ze met 70 N•m (50 lb-ft) vast.

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–6/7

LX003261

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX,FAXLE 003463 –18–01NOV94–7/7

CTM4514 (01MAR00)

20-33

Aangedreven voorassen: 051600

PN=119

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060)

Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060)

LX009613

–UN–10FEB95

Tik de buitenste spanhulzen zo in het satellietenhuis dat de vertanding in de belaste richting gericht (zie pijlen) is.

De binnenste spanhulzen moeten onder een hoek van 180 graden t.o.v. elkaar staan.

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–1/6

LX009614

–UN–10FEB95

Pers het kroonwiel op het satellietenhuis.

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–2/6

Monteer het zonnewiel:

–UN–10FEB95

BELANGRIJK: Smeer de losse onderdelen vooralsnog niet in met olie, omdat anders de axiale speling van het lamellenpakket niet correct instelbaar is.

De gevoerde zijde van de drukring (B) moet naar het lamellenpakket gericht zijn.

LX009615

20 34

A—Zonnewiel B—Drukring C—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) D—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-34

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–3/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=120

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060) 20 35

LX009616

–UN–10FEB95

Plaats het voorgemonteerde zonnewiel in het satellietenhuis.

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–4/6

Bouw de satellietwielen in. De lippen aan de drukringen (zie pijl) moeten naar boven gericht zijn.

LX009617

–UN–10FEB95

A—Satellietwiel (4 stuks) B—Drukring (4 stuks) C—As (2 stuks)

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–5/6

LX009618

–UN–10FEB95

Voeg beide satellietenhuishelften samen en zet ze voorlopig met twee torxbouten vast.

LX,FAXLE 007334 –18–01NOV94–6/6

CTM4514 (01MAR00)

20-35

Aangedreven voorassen: 051600

PN=121

Differentieel en ashuis - serie APL /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2045 en APL-2060)

Axiale speling van lamellenpakket afstellen (APL-2045 en APL-2060)

–UN–10FEB95

1. Meet de axiale speling. Deze moet 0,2 mm (0.008 in.) bedragen.

LX009608

2. Bij afwijking van de voorgeschreven axiale speling moet de dikte van het lamellenpakket via lamellen met buitenvertanding worden gecorrigeerd.

3. Verwijder alle onderdelen en smeer ze dun in met olie als het lamellenpakket correct is afgesteld.

4. Breng op het tweede zonnewiel een lamellenpakket van dezelfde dikte aan. Smeer alle onderdelen in met olie.

Leverbare diktes lamellen met buitenvertanding 1,0 mm (0.039 in.)

1,2 mm (0.047 in.)

1,1 mm (0.043 in.)

LX,FAXLE 007338 –18–01NOV94–1/4

LX009619

–UN–10FEB95

Bouw alle onderdelen in en voeg de satellietenhuishelften samen.

LX,FAXLE 007338 –18–01NOV94–2/4

Breng de borgplaten (A) aan.

–UN–10FEB95

Draai de torxbouten vast met 145 N•m (110 lb-ft).

LX009620

20 36

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-36

LX,FAXLE 007338 –18–01NOV94–3/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=122

Differentieel en ashuis - serie APL /Differentieel inbouwen 20 37

LX009621

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

–UN–10FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX,FAXLE 007338 –18–01NOV94–4/4

Differentieel inbouwen

LX003262

–UN–08FEB95

Monteer de vulring en de lagerbuitenring van het conisch rollager in het ashuis.

LX,FAXLE 003465 –18–01OCT92–1/2

LX003263 –UN–08FEB95

Bouw het differentieel in.

LX,FAXLE 003465 –18–01OCT92–2/2

CTM4514 (01MAR00)

20-37

Aangedreven voorassen: 051600

PN=123

Differentieel en ashuis - serie APL /Tandflankspeling van het kroonwiel controleren

Tandflankspeling van het kroonwiel controleren 1. Plaats het ashuis verticaal.

–UN–08FEB95

2. Controleer de tandflankspeling.

Voorgeschreven tandflankspeling: Technische gegevens APL-2025 en APL-2035 .................................................. 0.07 tot 0.22 mm Tandflankspeling (0.0028 tot 0.0087 in.)

APL-2045 Tandflankspeling ............................................ 0.10 tot 0.25 mm (0.0039 tot 0.0098 in.)

APL-2060 Tandflankspeling ............................................ 0.20 tot 0.28 mm (0.0079 tot 0.0110 in.)

LX003264

20 38

Bouw indien nodig het differentieel nogmaals uit en corrigeer de tandflankspeling met een vulring met de juiste dikte.

1,00 1,05 1,10 1,15 1,20 1,25 1,30 1,35 1,40 1,45 1,50 1,55

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

Leverbare vulringdiktes (APL-2025 en APL-2035) (0.0394 in.)

1,60 mm (0.0630 in.)

(0.0413 in.)

1,65 mm (0.0650 in.)

(0.0433 in.)

1,70 mm (0.0669 in.)

(0.0453 in.)

1,75 mm (0.0689 in.)

(0.0472 in.)

1,80 mm (0.0709 in.)

(0.0492 in.)

1,85 mm (0.0728 in.)

(0.0512 in.)

1,90 mm (0.0748 in.)

(0.0531 in.)

1,95 mm (0.0768 in.)

(0.0551 in.)

2,00 mm (0.0787 in.)

(0.0571 in.)

2,05 mm (0.0807 in.)

(0.0591 in.)

2,10 mm (0.0827 in.)

(0.0610 in.)

0,10 0,20 0,30 0,40 0,45 0,50 0,55 0,60 0,65 0,70 0,75 0,80 0,85 0,90 0,95 1,00 1,05 1,10

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

Leverbare vulringdiktes (APL-2045 en APL-2060) (0.0039 in.)

1,15 mm (0.0453 in.)

(0.0079 in.)

1,20 mm (0.0472 in.)

(0.0118 in.)

1,25 mm (0.0492 in.)

(0.0157 in.)

1,30 mm (0.0512 in.)

(0.0177 in.)

1,35 mm (0.0531 in.)

(0.0197 in.)

1,40 mm (0.0551 in.)

(0.0217 in.)

1,45 mm (0.0571 in.)

(0.0236 in.)

1,50 mm (0.0591 in.)

(0.0256 in.)

1,55 mm (0.0610 in.)

(0.0276 in.)

1,60 mm (0.0630 in.)

(0.0295 in.)

1,65 mm (0.0650 in.)

(0.0315 in.)

1,70 mm (0.0669 in.)

(0.0335 in.)

1,75 mm (0.0689 in.)

(0.0354 in.)

1,80 mm (0.0709 in.)

(0.0374 in.)

1,85 mm (0.0728 in.)

(0.0394 in.)

1,90 mm (0.0748 in.)

(0.0413 in.)

1,95 mm (0.0768 in.)

(0.0433 in.)

2,00 mm (0.0787 in.)

LX,FAXLE 003466 –18–01NOV94–1/1

CTM4514 (01MAR00)

20-38

Aangedreven voorassen: 051600

PN=124

Differentieel en ashuis - serie APL /Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

20 39

–UN–08FEB95

1. Meet afstand (a) van de flens van het ashuis tot de lagerbuitenring van het conisch rollager.

LX003265

2. Meet afstand (b) van het flensvlak van het ashuis tot aan het draagvlak van de lagerbuitenring van het conisch rollager.

3. De lager-voorspanning (c) moet 0,10 mm (0.0039 in.) bedragen.

4. Bereken de vereiste dikte van de vulring (d) als volgt: d=a-b+c

LX003273

–UN–09FEB95

OPMERKING: Wanneer een vulring met de berekende dikte wordt gemonteerd, heeft het weerstandsmoment automatisch de voorgeschreven waarde van 1 tot 4 N•m (0.74 tot 2.95 lb-ft).

Leverbare vulringdiktes (APL-2025 en APL-2035) 1,00 mm (0.0394 in.)

1,60 mm (0.0630 in.)

1,05 mm (0.0413 in.)

1,65 mm (0.0650 in.)

1,10 mm (0.0433 in.)

1,70 mm (0.0669 in.)

1,15 mm (0.0453 in.)

1,75 mm (0.0689 in.)

1,20 mm (0.0472 in.)

1,80 mm (0.0709 in.)

1,25 mm (0.0492 in.)

1,85 mm (0.0728 in.)

1,30 mm (0.0512 in.)

1,90 mm (0.0748 in.)

1,35 mm (0.0531 in.)

1,95 mm (0.0768 in.)

1,40 mm (0.0551 in.)

2,00 mm (0.0787 in.)

1,45 mm (0.0571 in.)

2,05 mm (0.0807 in.)

1,50 mm (0.0591 in.)

2,10 mm (0.0827 in.)

1,55 mm (0.0610 in.)

Leverbare vulringdiktes (APL-2045 en APL-2060) 0,10 mm (0.0039 in.)

1,15 mm (0.0453 in.)

0,20 mm (0.0079 in.)

1,20 mm (0.0472 in.)

0,30 mm (0.0118 in.)

1,25 mm (0.0492 in.)

0,40 mm (0.0157 in.)

1,30 mm (0.0512 in.)

0,45 mm (0.0177 in.)

1,35 mm (0.0531 in.)

0,50 mm (0.0197 in.)

1,40 mm (0.0551 in.)

0,55 mm (0.0217 in.)

1,45 mm (0.0571 in.)

0,60 mm (0.0236 in.)

1,50 mm (0.0591 in.)

0,65 mm (0.0256 in.)

1,55 mm (0.0610 in.)

0,70 mm (0.0276 in.)

1,60 mm (0.0630 in.)

0,75 mm (0.0295 in.)

1,65 mm (0.0650 in.)

0,80 mm (0.0315 in.)

1,70 mm (0.0669 in.)

0,85 mm (0.0335 in.)

1,75 mm (0.0689 in.)

0,90 mm (0.0354 in.)

1,80 mm (0.0709 in.)

0,95 mm (0.0374 in.)

1,85 mm (0.0728 in.)

1,00 mm (0.0394 in.)

1,90 mm (0.0748 in.)

1,05 mm (0.0413 in.)

1,95 mm (0.0768 in.)

1,10 mm (0.0433 in.)

2,00 mm (0.0787 in.)

Voorbeeld:

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-39

LX,FAXLE 003469 –18–01OCT92–1/5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=125

Differentieel en ashuis - serie APL /Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

Afstand tussen flens en lagerbuitenring, gemeten ......................................... a=4,45 mm (0.1752 in.)

Afstand tussen flensvlak en draagvlak, gemeten .......................................... b=3,05 mm (0.1200 in.)

Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde) c=0,10 mm (0.0039 in.)

d=a-b+c d = 4,45 mm — 3,05 mm + 0,10 mm d = 1,50 mm (d = 0.1752 in. — 0.1200 in. + 0.0039 in. d = 0.0591 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,50 mm (0.0591 in.) moet worden gemonteerd.

LX,FAXLE 003469 –18–01OCT92–2/5

LX003266 –UN–08FEB95

Monteer een vulring met de vereiste dikte en monteer de lagerbuitenring van het conisch rollager.

LX,FAXLE 003469 –18–01OCT92–3/5

Monteer de O-ring (A).

LX003209 –UN–09FEB95

20 40

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

20-40

LX,FAXLE 003469 –18–01OCT92–4/5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=126

Differentieel en ashuis - serie APL /Draagbeeld van kroonwiel 20 41

LX003267

Breng beide ashuishelften m.b.v. twee tapeinden M14x90 mm (0.35 in.) (zie pijl) op elkaar aan en zet ze met vier zeskantbouten vast.

–UN–08FEB95

OPMERKING: Om het draagbeeld te kunnen controleren, moet het differentieel worden uitgebouwd voordat de ashuizen op elkaar worden aangebracht. Smeer meerdere tanden van het kroonwiel in met Pruisisch blauw.

LX,FAXLE 003469 –18–01OCT92–5/5

Draagbeeld van kroonwiel 1. Smeer meerdere tanden van het kroonwiel in met Pruisisch blauw.

2. Draai het differentieels meerdere malen in beide richtingen.

3. Bouw het differentieel nogmaals uit.

4. Controleer het draagbeeld van het kroonwiel en vergelijk dat met de afbeelding.

OPMERKING: Als er verschillen zijn opgetreden, moeten alle voorheen afgestelde parameters nogmaals worden gecontroleerd.

L23598 –UN–09MAR95

I—Duwflank (concaaf) II—Trekflank (convex) A—Ideaal draagbeeld B—Afstand tussen pignon en kroonwiel moet worden verkleind C—Afstand tussen pignon en kroonwiel moet worden vergroot

LX,FAXLE 003470 –18–01OCT92–1/1

CTM4514 (01MAR00)

20-41

Aangedreven voorassen: 051600

PN=127

Differentieel en ashuis - serie APL /Olie bijvullen

Eindmontage

Technische gegevens APL-2025 en APL-2035 .............................................. 185 N•m (135 lb-ft) aanhaalmoment APL-2045 aanhaalmoment .......................................... 280 N•m (205 lb-ft) APL-2060 aanhaalmoment .......................................... 390 N•m (290 lb-ft)

LX003268

Draai de zeskantschroeven vast.

–UN–08FEB95

Bouw het differentieel weer in en breng de ashuishelften op elkaar aan.

OPMERKING: Zie “Montage“ groep 15 voor het inbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen.

AG,FX04785,55 –18–25FEB00–1/2

LX003269 –UN–09FEB95

Bouw de bussen voor de asophanging zo in dat de boring (zie pijl) in lijn ligt met de smeernippel.

AG,FX04785,55 –18–25FEB00–2/2

Olie bijvullen

2. Draai de olie-aftapplug (B) vast met 150 N•m (110 lb-ft).

3. Draai de olievulplug (A) los en vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

–UN–09FEB95

1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

LX003270

20 42

4. Draai de olievulplug vast met 150 N•m (110 lb-ft).

LX,FAXLE 003473 –18–01OCT92–1/1

CTM4514 (01MAR00)

20-42

Aangedreven voorassen: 051600

PN=128

Groep 25

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 Reparatiegegevens

25 1

Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Stuurcilinderflens aan ashuis, zeskantbouten

Aanhaalmoment

185 N•m (134 lb-ft)

Spoorstang aan stuurzuiger

Aanhaalmoment

245 N•m (177 lb-ft)

Spoorstang aan fuseehuis, kroonmoer

Aanhaalmoment

245 N•m (177 lb-ft)

Spoorstang, klemmoer

Aanhaalmoment

245 N•m (177 lb-ft)

Vooras

Toespoor

0 - 2,0 mm (0 - 0.08 in.)

Stuurhoek instellen, contramoer van de stelbout

Aanhaalmoment

200 N•m (150 lb-ft)

LX,FAXLE 013775 –18–01JAN98–1/1

Spoorstang uitbouwen

LX1019496

–UN–04FEB98

Verwijder borgsplitpen en kroonmoer.

LX,FAXLE 013088 –18–01JAN98–1/3

LX1019497

–UN–04FEB98

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

25-1

LX,FAXLE 013088 –18–01JAN98–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=129

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Spoorstang uitbouwen Voor het schroefdraad van de spoorstang is LOCTITE 243 (L41475) gebruikt. Verwarm daarom het schroefdraad een beetje.

Maak de spoorstang en de zuigerstang los van elkaar.

LX1019498 –UN–04FEB98

25 2

LX,FAXLE 013088 –18–01JAN98–3/3

CTM4514 (01MAR00)

25-2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=130

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Stuurcilinder - doorsnede

Stuurcilinder - doorsnede

LX1019499 –UN–13MAY98

25 3

A—Zuigerstang B—Cilindervoering C—Geleidering D—O-ring E—Keerring F—Flens

G—Zeskantschroef H—Keerring I—Borgveer J—Borgveer K—Geleiding

L—Schraapring M—Steunring N—Groefveer O—Spanstift P—Borgveer

Q—Spoorstang (2 stuks) R—Koppeling S—Kroonmoer T—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks)

LX,FAXLE 013089 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

25-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=131

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Onderdelen van de stuurcilinder

Onderdelen van de stuurcilinder

LX1019500 –UN–13MAY98

25 4

A—Schraapring B—Steunring C—Groefveer D—Borgveer E—Flens F—Cilindervoering

G—Zeskantschroef H—Spanstift I—Geleidering J—Keerring K—O-ring L—Zuigerstang

M—Geleiding N—Keerring O—Borgveer P—Borgveer Q—Zeskantschroef R—Kroonmoer

S—Splitpen T—Manchet U—Spoorstang (2 stuks) V—Klemmoer (2 stuks) W—Koppeling (2 stuks)

LX,FAXLE 013090 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

25-4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=132

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Zuigerstang uitbouwen

Zuigerstang uitbouwen

25 5

LX1019501 –UN–04FEB98

Verwijder de borgveer (A).

LX,FAXLE 013761 –18–01JAN98–1/3

LX1019502 –UN–04FEB98

Schuif de geleider (A) in de cilindervoering, zodat de binnenste borgveer (B) kan worden verwijderd.

LX,FAXLE 013761 –18–01JAN98–2/3

LX1019503 –UN–04FEB98

Trek de zuigerstang (A) er met de geleider (B) uit.

LX,FAXLE 013761 –18–01JAN98–3/3

CTM4514 (01MAR00)

25-5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=133

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Zuigerstang inbouwen

Zuigerstang inbouwen Vervang de keerringen aan de binnenzijde van de cilindervoering (D).

LX1019504 –UN–04FEB98

De stoflip van de schraapring (A) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (C) moet naar binnen gericht zijn.

A—Schraapring B—Steunring C—Groefring D—Cilindervoering

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–1/7

Vervang de keerringen van de geleider (A).

–UN–04FEB98

De stoflip van de schraapring (D) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (B) moet naar binnen gericht zijn.

LX1019827

A—Geleider B—Groefveer C—Steunring D—Schraapring E—Keerring

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–2/7

Vervang de keerringen van de zuiger.

–UN–04FEB98

A—Geleidering (2 stuks) B—Keerring C—O-ring

LX1019505

25 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

25-6

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–3/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=134

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Zuigerstang inbouwen 25 7

Smeer de pakkingvlakken en keerringen met olie in.

Monteer het geleiderstuk (B) op de zuigerstang (A).

LX1019503 –UN–04FEB98

Monteer de zuigerstang.

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–4/7

LX1019502 –UN–04FEB98

Schuif de geleider (A) zo in de cilindervoering, dat de binnenste borgveer (B) kan worden gemonteerd.

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–5/7

LX1019508 –UN–13MAY98

Trek aan de zuigerstang (C) tot de geleider (A) tegen de binnenste borgveer (B) ligt.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

25-7

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–6/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=135

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Spoorstang inbouwen

LX1019501 –UN–04FEB98

Monteer de borgveer (A).

LX,FAXLE 014965 –18–01JAN98–7/7

Cilindervoering in- en uitbouwen Draai de bouten los.

LX1019510 –UN–04FEB98

Trek de cilindervoering eruit.

LX,FAXLE 013768 –18–01JAN98–1/2

Bouw de cilindervoering in.

LX1019511 –UN–04FEB98

Smeer het schroefdraad van de zeskantbouten in met LOCTITE 2431 (L41475)en draai ze met 185 N•m (134 lb-ft) vast.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

LX,FAXLE 013768 –18–01JAN98–2/2

Spoorstang inbouwen Smeer ca. 3 draadwindingen van de spoorstang in met LOCTITE 2431 (L41475) Bouw spoorstang in en draai hem vast met 245 N•m (177 lb-ft).

LX1019512 –UN–04FEB98

25 8

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

25-8

LX,FAXLE 013770 –18–01JAN98–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=136

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Sporing controleren (basisafstelling) 25 9

Monteer kroonmoer en draai hem vast met 245 N•m (177 lb-ft).

LX1019513 –UN–04FEB98

Monteer borgsplitpen.

LX,FAXLE 013770 –18–01JAN98–2/2

LX1018162 –UN–04MAY98

Sporing controleren (basisafstelling)

1. Meet aan beide zijden afstand (a) respectievelijk (b) en verschuif, indien nodig, de zuigerstang zo, dat de afstand (a) 149 mm (5.9 in.) of afstand (b) 139 mm (5.5 in.) bedraagt. De stuurcilinder bevindt zich nu exact in het midden.

2. Controleer of afstand (c) overal even groot is.

LX,FAXLE 013776 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

25-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=137

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Toespoor controleren

Sporing instellen (basisafstelling) Draai de klemmoer (A) enkele slagen los en draai de draadstang (B) van de koppeling in of uit.

LX1019514 –UN–04FEB98

Haal de klemmoer aan met 245 N•m (177 lb-ft).

Controleer de spoorinstelling nogmaals.

LX,FAXLE 013771 –18–01JAN98–1/1

Stuuruitslag afstellen Stel de stuuruitslag af met de bout (A).

LX1019515 –UN–04FEB98

OPMERKING: De stuuruitslag moet aan beide zijden even groot zijn.

OPMERKING: De afstelling van de stuuruitslag is afhankelijk van de bandenmaat. De stelmaat (C) staat in de betreffende handleiding.

Draai na het afstellen de contramoer (B) met 200 N•m (150 lb-ft) aan.

A—Stelbout B—Contramoer C—Instelling

LX,FAXLE 013772 –18–01JAN98–1/1

Toespoor controleren Meet de afstand tussen de voor- en de achterzijde van de wielen tussen de velgranden ter hoogte van de wielnaaf.

1. Meet maat (A).

2. Draai de voorwielen een halve slag.

3. Meet op hetzelfde punt waar eerst maat (A) gemeten werd nu maat (B).

LX000397 –UN–05APR00

25 10

De maximaal toelaatbare afwijking van maat (A) ten opzichte van maat (B) bedraagt 2,0 mm (0,08 in.).

LX,FAXLE 013773 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

25-10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=138

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Toespoor afstellen

Toespoor afstellen

25 11

OPMERKING: Stel het toespoor bij beide spoorstangen op gelijke waarden af.

LX1019516 –UN–04FEB98

Draai de klemmoer (A) enkele slagen los en draai de draadstang (B) van de koppeling in of uit.

Haal de klemmoer aan met 245 N•m (177 lb-ft).

LX,FAXLE 013774 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

25-11

Aangedreven voorassen: 051600

PN=139

Stuurcilinder en spoorstangen - serie 045 /Toespoor afstellen 25 12

CTM4514 (01MAR00)

25-12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=140

Groep 30

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 Benodigd speciaal gereedschap

30 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,57 –18–28FEB00–1/3 KJD10219 –UN–12MAY98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10219 Voor het monteren van de keerring in de voorwielnaaf.

AG,FX04785,57 –18–28FEB00–2/3 OTC27489 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC274891 Keerring in de wielnaaf inbouwen

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,57 –18–28FEB00–3/3

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Flens (ringwiel) aan fuseehuis, zeskantbouten

Aanhaalmoment

120 N•m (87 lb-ft)

Satellietwieldrager aan wielnaaf, torxbouten

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

Olie-aftapplug in satellietwieldrager

Aanhaalmoment

100 N•m (72 lb-ft) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-1

LX,FAXLE 013778 –18–01JAN98–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=141

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Uitbouwen

LX1018159 –UN–04MAY98

30 2

A—Satellietwieldrager B—Pen (3 stuks) C—Ringwiel D—Satellietwiel (3 stuks)

E—Cilinderrollager F—Borgveer (3 stuks) G—Flens H—Borgveer

I—Wielnaaf J—Beschermring K—Fuseehuis

L—Keerring M—Conisch rollager N—Zonnewielas

LX,FAXLE 013778 –18–01JAN98–2/2

Uitbouwen

LX1018302 –UN–04FEB98

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-2

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–1/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=142

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Uitbouwen 30 3

Draai de torxbouten (A) los.

LX1018303 –UN–04FEB98

Verwijder de satellietwieldrager (B).

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–2/12

LX1018304 –UN–04FEB98

Verwijder de borgveren.

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–3/12

Verwijder pennen (A) en satellietwielen (B).

LX1018305 –UN–04FEB98

OPMERKING: Trek de pennen (A) eruit m.b.v een schroef (M10).

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–4/12

Verwijder ring (A).

LX1018306 –UN–04FEB98

Verwijder lagerrollen (B).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-3

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–5/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=143

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Uitbouwen

LX1018307 –UN–04FEB98

Draai de bouten los.

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–6/12

LX1018931 –UN–04FEB98

Verwijder het ringwiel m.b.v. twee M8 x 60 mm schroeven.

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–7/12

Verwijder de borgveer (A).

LX1018308 –UN–04FEB98

Neem flens (B) uit het ringwiel (C).

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–8/12

Trek de wielnaaf los.

LX1018309 –UN–04FEB98

30 4

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-4

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–9/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=144

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Uitbouwen 30 5

LX1018310 –UN–04FEB98

Trek de lagerbuitenringen (A) van het conische rollager los.

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–10/12

Trek de lagerbinnenring van conisch rollager van het fuseehuis.

LX1018933 –UN–04FEB98

Verwijder de keerring.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-5

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–11/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=145

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Uitbouwen

LX1018311 –UN–13MAY98

30 6

A—Beschermring B—Keerring C—Lagerbinnenring van conisch rollager D—Lagerbuitenring van conisch rollager

E—Wielnaaf F—O-ring G—Wielbout (10 stuks) H—Borgveer I—Flens J—Zeskantbout (12 stuks)

K—Ringwiel L—Borgveer (3 stuks) M—Pen (3 stuks) N—Ring (6 stuks) O—Rol

P—Satellietwiel (3 stuks) Q—Torxbout (2 stuks) R—Satellietwieldrager S—O-ring T—Olie-aftapplug

LX,FAXLE 013789 –18–01JAN98–12/12

CTM4514 (01MAR00)

30-6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=146

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Montage

Montage

30 7

LX1018312 –UN–04FEB98

Monteer de beschermring (A) op het fuseehuis.

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–1/12

LX1018310 –UN–04FEB98

Monteer de lagerbuitenringen van het conisch rollager (A).

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–2/12

LX1018932 –UN–04FEB98

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conische rollager (A) tot 90-100 C (195-215 F) en leg deze in lagerbuitenring van het conische rollager.

OPMERKING: Voer de resterende werkzaamheden (montage van keerring en wielnaaf) snel uit, zodat de voorgewarmde lagerbinnenring van het conische rollager niet afkoelt en zo de montage van de wielnaaf bemoeilijkt.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-7

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–3/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=147

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Montage Smeer de keerring op het draagvlak dun met olie in.

LX1018314 –UN–07APR98

Breng met de keerringstempel KJD10219 (B) de keerring zo aan, dat de open zijde van de keerring zich aan de andere kant van stempel bevindt.

Monteer de keerring m.b.v. de stempel OTC27489 (A) en de handgreep KJD10219 (B).

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–4/12

OPMERKING: Smeer de afdichtlippen van de keerring en het pakkingvlak van het fuseehuis voor de montage dun in met vet.

LX1018315 –UN–04FEB98

Bouw de wielnaaf (A) in.

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager (B) tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–5/12

Leg de flens (B) in het ringwiel (C).

–UN–04FEB98

Monteer de borgveer (A).

LX1018308

30 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-8

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–6/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=148

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Montage 30 9

Monteer het ringwiel.

LX1018317 –UN–04FEB98

Draai de zeskantbouten aan met 120 N•m (87 lb-ft) en ondertussen de naaf meerdere malen in beide richtingen draaien.

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–7/12

Monteer de satellietwielen als volgt:

LX1018318 –UN–04FEB98

Smeer de lagerrollen in met vet en zet ze in de satellietwielen in.

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–8/12

Monteer satellietwielen op satellietdragers.

LX1018304 –UN–04FEB98

Breng pennen en borgveren aan.

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–9/12

LX1018320 –UN–04FEB98

Smeer de O-ring (A) in met vet en breng hem aan in de groef.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

30-9

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–10/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=149

Wielnaaf met planetaire reductie - serie 045 /Olie bijvullen Monteer de satellietwieldrager.

LX1018321 –UN–04FEB98

Draai de torxbouten aan met 70 N•m (50 lb-ft).

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–11/12

LX1018157 –UN–04FEB98

Draai de olie-aftapplug aan met 100 N•m (72 lb-ft).

LX,FAXLE 013800 –18–01JAN98–12/12

Olie bijvullen 1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

2. Zorg ervoor dat de olie-aftapplug (A) in de getoonde stand staat.

3. Vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

4. Draai de olie-aftapplug aan met 100 N•m (72 lb-ft).

LX1018158 –UN–04FEB98

30 10

LX,FAXLE 013801 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

30-10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=150

Groep 35

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 Benodigd speciaal gereedschap

35 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,58 –18–28FEB00–1/4 KJD10220 –UN–25MAR98

Busbevestiger. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . KJD10220 Voor het inbouwen van bussen in de asvuist.

AG,FX04785,58 –18–28FEB00–2/4 KJD10221 –UN–25MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10221 Voor het monteren van de keerring in het ashuis.

AG,FX04785,58 –18–28FEB00–3/4 KJD10222 –UN–25MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10222 Voor het monteren van de keerring in het fuseehuis.

AG,FX04785,58 –18–28FEB00–4/4

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Fuseehuis, fuseelager

Voorspanning

0,7 tot 0,8 mm (0.028 tot 0.032 in.)

Lagerpennen in fuseehuis, zeskantbouten

Aanhaalmoment

185 N•m (134 lb-ft)

Spoorstang aan fuseehuis, kroonmoer

Aanhaalmoment

245 N•m (177 lb-ft)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-1

LX,FAXLE 013818 –18–01JAN98–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=151

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen

LX1018930 –UN–04MAY98

35 2

A—Zonnewielas B—Fuseehuis C—Plaat D—Vulring (dikte naar behoefte)

E—Bovenste lagerpen F—Keerring (2 stuks) G—Ring (2 stuks) H—Conisch rollager (2 stuks) I—Ashuis

J—Aandrijfas K—Bus L—Bus M—Keerring N—Onderste lagerpen

O—Keerring P—Borgveer Q—Kogellager R—Drukring S—Borgveer

OPMERKING: Wielnaaf en planetaire reductie uitbouwen, zie “Uitbouwen” in groep 30.

LX,FAXLE 013818 –18–01JAN98–2/2

Uitbouwen

LX1018161 –UN–04FEB98

Verwijder borgsplitpen en kroonmoer.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-2

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–1/17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=152

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen 35 3

LX1018352 –UN–04FEB98

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–2/17

Draai de bouten los.

LX1018353 –UN–04FEB98

Haal plaat en afstandsringen er van boven af.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–3/17

Verwijder de bovenste en onderste lagerpen.

LX1018354 –UN–04FEB98

OPMERKING: Verwijder tapeind uit lagerpennen. Trek de lagerpennen eruit m.b.v. een zeskantschroef (M 12).

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–4/17

LX1018363 –UN–04FEB98

Verwijder keerring (A) en lagerbinnenring van het conische rollager (B) van boven en van onderen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-3

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–5/17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=153

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen

LX1018355 –UN–04FEB98

Trek het complete fuseehuis met de aandrijfas los.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–6/17

Verwijder de borgveer van de aandrijfas.

LX1018356 –UN–04FEB98

Verwijder drukring.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–7/17

LX1018357 –UN–04FEB98

Verwijder de aandrijfas.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–8/17

Verwijder bus (A) van aandrijfas.

LX1018358 –UN–04FEB98

35 4

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-4

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–9/17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=154

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen 35 5

LX1018359 –UN–04FEB98

Verwijder de borgveren.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–10/17

LX1018360 –UN–04FEB98

Verwijder de bussen (A).

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–11/17

LX1018361 –UN–04FEB98

Verwijder dichtring (A) uit het fuseehuis.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–12/17

LX1018362 –UN–04FEB98

Verwijder borgveer en demonteer kogellager.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-5

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–13/17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=155

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen

LX1018365 –UN–04FEB98

Verwijder ring (A) en buitenring van het conisch rollager (B) uit de fuseelagerboring van het ashuis.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–14/17

LX1018366 –UN–04FEB98

Verwijder de keerring.

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–15/17

Verwijder de bus.

LX1018367 –UN–04FEB98

35 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-6

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–16/17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=156

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Uitbouwen

LX1018368

–UN–19MAY98

35 7

A—Ring B—Lagerbuitenring van conisch rollager C—Bus D—Keerring E—Bus F—Aandrijfas compleet, rechts

G—As H—Kruiskoppeling, compleet I—Koppeling J—Zonnewielas K—Keerring L—Borgveer M—Kogellager

N—Plaat O—Vulring (dikte naar behoefte) P—Bovenste lagerpen Q—Keerring R—Lagerbinnenring van conisch rollager

S—Fuseehuis T—Beschermring U—Borgveer V—Drukring W—Onderste lagerpen X—Stelbout, stuurhoek

LX,FAXLE 013836 –18–01JAN98–17/17

CTM4514 (01MAR00)

35-7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=157

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Montage

Montage Zet de bus op busbevestiger KJD10220 (A).

LX1018369 –UN–04FEB98

Monteer m.b.v. de busbevestiger de bus in het ashuis.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–1/15

Monteer de keerring zo op de stempel KJD10221 (A), dat de afdichtlippen zich aan de tegenoverliggende zijde van de stempel bevinden. Smeer omtrek van de keerring dun met olie in.

LX1018370 –UN–04FEB98

Monteer de keerring m.b.v. de stempel tot aan de aanslag.

OPMERKING: Smeer vervolgens de ruimte tussen de stoflip en de afdichtlip in met vet.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–2/15

LX1018371 –UN–04FEB98

Monteer de buitenring van het conisch rollager in de fuseelagerboring van het ashuis.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–3/15

Smeer de ring aan de buitenkant in met LOCTITE 2431 (L41475) en bouw deze in de fuseelagerboring van het ashuis in.

1

LX1018372 –UN–04FEB98

35 8

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-8

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–4/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=158

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Montage 35 9

LX1018362 –UN–04FEB98

Monteer de kogellager in het fuseehuis en breng de borgveer aan.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–5/15

Monteer de keerring zo op de stempel KJD10222 (A), dat de afdichtlippen zich aan de tegenoverliggende zijde van de stempel bevinden. Smeer omtrek van de keerring dun met olie in.

LX1018374 –UN–04FEB98

Monteer de keerring m.b.v. de stempel.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–6/15

Monteer de aandrijfas.

LX1018375 –UN–04FEB98

Monteer de bussen (A) met een tap.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–7/15

LX1018359 –UN–04FEB98

Monteer de borgringen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-9

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–8/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=159

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Montage Smeer de plaats waar de bus (A) gemonteerd is in met LOCTITE 2431 (L41475).

LX1018377 –UN–10FEB98

Monteer de bus (A) op de aandrijfas (zie afbeelding).

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–9/15

Smeer de afdichtlippen in het fuseehuis dun met olie in.

LX1018378 –UN–04FEB98

Monteer de aandrijfas.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–10/15

Monteer de drukring (A).

LX1018379 –UN–04FEB98

Monteer de borgveer (B).

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–11/15

Bevestig het complete fuseehuis met aandrijfas.

LX1018355 –UN–04FEB98

35 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-10

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–12/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=160

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Montage 35 11

Monteer de binnenring van het conisch rollager (A).

LX1018381 –UN–04FEB98

Monteer de keerring (B).

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–13/15

OPMERKING: Voorzie de rand van de fuseepen (zei pijl) met een normaal in de handel verkrijgbaar anticorrosiemiddel.

Monteer de fuseepennen boven en beneden.

LX1018382

–UN–04FEB98

Draai de zeskantbouten van de onderste fuseepen vast met 185 N•m (134 lb-ft).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-11

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–14/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=161

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Voorspanning van het fuseelager afstellen Monteer de bovenplaat (A) eerst zonder vulringen.

LX1018383 –UN–04FEB98

Breng de zeskantbouten aan en draai ze vast.

LX,FAXLE 013851 –18–01JAN98–15/15

Voorspanning van het fuseelager afstellen Meet de axiale speling van het fuseelager.

LX1018384 –UN–04FEB98

Voeg aan de gemeten axiale speling 0,7 bis 0,8 mm (0.0275 bis 0.0315 in.) toe.

Leverbare vulringdiktes 0,2 mm (0.008 in.)

0,50 mm (0.0196 in.)

Bevestig de vastgestelde vulringdikte aan de bovenste lagerpen.

LX1018439 –UN–04FEB98

Bevestig de plaat.

LX,FAXLE 013855 –18–01JAN98–1/3

Breng de zeskantbouten aan en draai ze vast met 185 N•m (134 lb-ft).

LX1018385 –UN–04FEB98

35 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

35-12

LX,FAXLE 013855 –18–01JAN98–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=162

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Voorspanning van het fuseelager afstellen 35 13

Monteer de spoorstang.

Draai de kroonmoer vast met 245 N•m (177 lb-ft).

OPMERKING: Voor het inbouwen van wielnaaf en planetaire reductie, zie “Montage” in groep 30.

LX1018386 –UN–04FEB98

Monteer de borgsplitpen.

LX,FAXLE 013855 –18–01JAN98–3/3

CTM4514 (01MAR00)

35-13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=163

Fuseehuis en aandrijfassen - serie 045 /Voorspanning van het fuseelager afstellen 35 14

CTM4514 (01MAR00)

35-14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=164

Groep 40

Differentieel en ashuis - serie 045 Benodigd speciaal gereedschap

40 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,60 –18–28FEB00–1/3 KJD10224 –UN–01DEC99

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10224 Keerring van pignonas in het ashuis inbouwen

AG,FX04785,60 –18–28FEB00–2/3 KJD10223 –UN–25MAR98

Busbevestiger. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . KJD10223 Bus voor asophanging inbouwen

AG,FX04785,60 –18–28FEB00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

40-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=165

Differentieel en ashuis - serie 045 /Reparatiegegevens 40 2

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Kroonwiel aan satellietenhuis, torxbouten

Aanhaalmoment

80 N•m (58 lb-ft)

Kroonwiel

Tandflankspeling

0,18 tot 0,25 mm (0.0070 bis 0.0098 in.)

Pignonas

Weerstandsmoment zonder keerring

2 tot 2,5 N•m (1.5 bis 1.8 lb-ft)

Pignonas, zelfborgende zeskantmoer Aanhaalmoment

245 N•m (177 lb-ft)

Differentieel, conisch rollager

Voorspanning

0,05 tot 0,10 mm (0.002 bis 0.004 in.)

Montage van beide ashuishelften op elkaar, zeskantbouten

Aanhaalmoment

185 N•m (134 lb-ft)

Olie-aftapplug, respectievelijk olievulplug in ashuis

Aanhaalmoment

100 N•m (72 lb-ft)

Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Ingeslagen maat (z) in het ashuis (aflezen) (b) Op de pignonas ingeslagen maat (aflezen) (c) Lagerbreedte (gemeten)

Rekenvoorbeeld d=a—b—c 147,70 mm (5.815 in.)

—117,10 mm (4.610 in.)

— 29,30 mm (1.154 in.)

(d) Berekende vulringdikte

= 1,30 mm (0.051 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,30 mm (0.051 in.) moet worden gemonteerd.

Lager-voorspanning van het differentieel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Afstand van flensvlak tot draagvlak van lagerbuitenring (gemeten) (b) Afstand van flens ashuis tot lagerbuitenring van conisch rollager (gemeten) (c) Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde)

Rekenvoorbeeld d=a—b+c 87,35 mm (3.439 in.)

—86,40 mm (3.402 in.) + 0,10 mm (0.004 in.)

(d) Berekende vulringdikte

= 1,05 mm (0.041 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,05 mm (0,041 in.) moet worden gemonteerd.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-2

LX,FAXLE 016086 –18–01JAN98–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=166

Differentieel en ashuis - serie 045 /Reparatiegegevens

LX1018417 –UN–04MAY98

40 3

A—Ashuis, links B—Vulring (dikte naar behoefte)

C—Lamellenpakket (2 stuks) D—Kroonwiel E—Satellietwiel (4 stuks)

F—Drukring (4 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-3

H—Satellietenhuis I—Ashuis, rechts

LX,FAXLE 016086 –18–01JAN98–2/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=167

Differentieel en ashuis - serie 045 /Reparatiegegevens

LX1018163 –UN–05MAY98

40 4

A—Pignonas B—Vulring (dikte naar behoefte)

C—Keerring D—Beschermring E—Vulring (dikte naar behoefte)

F—Pignonflens G—Zeskantmoer

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-4

H—Stempel I—O-ring

LX,FAXLE 016086 –18–01JAN98–3/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=168

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel uitbouwen

LX1019823 –UN–04MAY98

40 5

As met TLS A—Pignonas B—Vulring (dikte naar behoefte)

C—Keerring D—Vulring (dikte naar behoefte)

E—Pignonflens F—Zeskantmoer

G—Stempel H—O-ring

LX,FAXLE 016086 –18–01JAN98–4/4

Differentieel uitbouwen

–UN–04FEB98

OPMERKING: Voor het uitbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen zie “Uitbouwen”in groep 35.

LX1018418

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-5

LX,FAXLE 013982 –18–01JAN98–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=169

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel uitbouwen Draai de zeskantbouten los.

LX1018419 –UN–04FEB98

Trek de ashuishelften uit elkaar.

LX,FAXLE 013982 –18–01JAN98–2/4

LX1018420 –UN–04FEB98

Demonteer het differentieel.

LX,FAXLE 013982 –18–01JAN98–3/4

Verwijder de lagerbuitenringen (A) en (B) van het differentieel uit beide ashuishelften.

Verwijder de vulringen vanachter de lagerbuitenringen.

LX1018421 –UN–04FEB98

OPMERKING: Meet de vulringdikte en schrijf deze op.

LX1018422 –UN–04FEB98

40 6

LX,FAXLE 013982 –18–01JAN98–4/4

CTM4514 (01MAR00)

40-6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=170

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel uit elkaar nemen

Differentieel uit elkaar nemen

40 7

LX1018423 –UN–04FEB98

Verwijder de lagerbinnenringen van de conisch rollagers van het differentieel.

LX,FAXLE 013991 –18–01JAN98–1/5

Markeer beide satellietenhuishelften voordat het van elkaar gehaald wordt.

LX1018424 –UN–04FEB98

Draai de torxbouten los.

LX,FAXLE 013991 –18–01JAN98–2/5

LX1018426 –UN–04FEB98

Pers het kroonwiel van het satellietenhuis.

LX,FAXLE 013991 –18–01JAN98–3/5

LX1018425 –UN–04FEB98

Verwijder spanhulzen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-7

LX,FAXLE 013991 –18–01JAN98–4/5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=171

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen

LX1018431 –UN–04FEB98

Neem het satellietenhuis weg en verwijder alle onderdelen.

LX,FAXLE 013991 –18–01JAN98–5/5

Pignonas uitbouwen

LX1018427 –UN–04FEB98

Draai de zelfborgende moer los.

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–1/10

Verwijder de ring (A), vulringen (B) en de pignonflens (C).

LX1018428 –UN–04FEB98

40 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-8

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–2/10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=172

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen 40 9

Bouw de pignonas (A) uit.

LX1018429 –UN–04FEB98

Verwijder de keerring (B).

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–3/10

LX1018430 –UN–04FEB98

Trek de binnenring van het conisch rollager van de pignonas.

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–4/10

LX1018432 –UN–04FEB98

Verwijder de buitenste lagerbinnenring van het conische rollager (A).

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–5/10

LX1018433 –UN–04FEB98

Verwijder de buitenste lagerbuitenring van het conische rollager.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-9

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–6/10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=173

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen Verwijder de binnenste lagerbuitenring van het conisch rollager.

Verwijder de vulringen.

LX1018434 –UN–04FEB98

40 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-10

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–7/10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=174

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen

LX1018435

–UN–13MAY98

40 11

A—Ashuis, links B—Beluchtingsklep C—Vulring (dikte naar behoefte) D—Lagerbuitenring van conisch rollager E—Bus F—Differentieel, compleet

G—Ashuis, rechts H—O-ring I—Pignonas J—Lagerbinnenring van conisch rollager K—Lagerbuitenring van conisch rollager

L—Vulring (dikte naar behoefte) M—Lagerbuitenring van conisch rollager N—Lagerbinnenring van conisch rollager O—Keerring

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-11

P—O-ring Q—Beschermring R—Pignonflens S—Vulring (dikte naar behoefte) T—Ring U—Zelfborgende zeskantmoer

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–8/10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=175

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen

LX1019822

–UN–09JUN98

40 12

As met TLS A—Ashuis, links B—Aanslag C—Beluchtingsklep D—Vulring (dikte naar behoefte) E—Lagerbuitenring van conisch rollager

F—Differentieel, compleet G—Ashuis, rechts H—O-ring I—Pignonas J—Lagerbinnenring van conisch rollager K—Lagerbuitenring van conisch rollager

L—Vulring (dikte naar behoefte) M—Lagerbuitenring van conisch rollager N—Lagerbinnenring van conisch rollager O—Keerring

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-12

P—O-ring Q—Pignonflens R—Vulring (dikte naar behoefte) S—Ring T—Zelfborgende zeskantmoer

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–9/10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=176

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas uitbouwen

LX1018436 –UN–20MAR98

40 13

A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Kroonwiel C—Satellietenhuis D—Lamellen met buitenvertanding (4 stuks)

E—Lamel met binnenvertanding (3 stuks) F—Drukring G—Zonnewiel H—Drukring (4 stuks)

I—Satellietwiel (4 stuks) J—As (2 stuks) K—Satellietenhuis L—Torxbout (12 stuks)

M—Lagerbinnenring van conisch rollager N—Spanhuls (4 stuks) O—Spanhuls (4 stuks)

LX,FAXLE 013996 –18–01JAN98–10/10

CTM4514 (01MAR00)

40-13

Aangedreven voorassen: 051600

PN=177

Differentieel en ashuis - serie 045 /Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen

Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen Op exacte maataflezing letten

LX1018437 –UN–04FEB98

(a) Ingeslagen maat (z) in het ashuis (aflezen) (b) Op de pignonas ingeslagen maat (aflezen) c) Meet de lagerbreedte d) Bereken de vereiste dikte van de vulring d=a-b-c Leverbare vulringdiktes 0,50 mm (0.0196 in.)

LX1018438 –UN–04FEB98

0,15 mm (0.0059 in.)

0,30 mm (0.0118 in.)

LX003237 –UN–09FEB95

40 14

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-14

LX,FAXLE 013998 –18–01JAN98–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=178

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas inbouwen

LX1018440

–UN–05MAY98

40 15

Voorbeeld:

d=a-b-c d = 147,70 mm — 117,10 mm — 29,30 mm

Ingeslagen maat (z) in het ashuis, (aflezen) ................................................... a=147,70 mm (5.815 in.)

Op de pignonas ingeslagen maat (aflezen) ................................................... b=117,10 mm (4.610 in.)

Lagerbreedte, gemeten ............................ c= 29,30 mm (1.154 in.)

d = 1,30 mm d = 5.815 in. — 4.610 in. — 1.154 in. d = 0.051 in.

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,30 mm (0,051 in.) moet worden gemonteerd.

LX,FAXLE 013998 –18–01JAN98–2/2

Pignonas inbouwen

LX1018441 –UN–04FEB98

Monteer een vulring met de vereiste dikte.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-15

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–1/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=179

Differentieel en ashuis - serie 045 /Pignonas inbouwen

LX1018442 –UN–04FEB98

Laat de binnenste buitenring van het conisch rollager (A) afkoelen en bouw hem in.

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–2/7

LX1018443 –UN–04FEB98

Laat de buitenste buitenring van het conisch rollager (A) afkoelen en bouw hem in.

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–3/7

LX1018444 –UN–04FEB98

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–4/7

Breng de pignonas aan in het ashuis.

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX1018445 –UN–04FEB98

40 16

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-16

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–5/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=180

Differentieel en ashuis - serie 045 /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring) 40 17

Monteer de bescherming (A) op de pignonflens.

LX1018450 –UN–04FEB98

Smeer de O-ring (B) in met vet en monteer deze dan in de pignonflens.

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–6/7

OPMERKING: Monteer de keerring achter de pignonflens pas na afstelling van het weerstandsmoment van de pignonas.

LX1018446 –UN–04FEB98

Monteer pignonflens (A).

Breng de ring (B) en de zeskantmoer (C) aan.

LX,FAXLE 014004 –18–01JAN98–7/7

Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

LX1018447 –UN–04FEB98

1. Draai de pignonmoer aan en draai ondertussen de as meerdere malen links- en rechtsom.

2. Controleer het weerstandsmoment m.b.v. een momentsleutel. Het weerstandsmoment moet 2,0 bis 2,5 N•m (1.5 bis 1.8 lb-ft) bedragen. Probeer zo mogelijk de hoogst toelaatbare waarde aan te houden.

3. Stel het weerstandsmoment af m.b.v. vulringen.

0,50 mm (0.0196 in.)

LX1018448 –UN–04FEB98

Leverbare vulringdiktes 0,15 mm (0.0059 in.)

0,30 mm (0.0118 in.)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-17

AG,FX04785,59 –18–28FEB00–1/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=181

Differentieel en ashuis - serie 045 /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

Plaats de keerring zo op de keerringstempel KJD10224 (A) dat de afdichtlip van de stempel vandaan gericht is.

Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met olie.

De binnenzijde met een water-spiritusmengsel (1:4) bevochtigen.

LX1023457 –UN–28OCT99

OPMERKING: Controleer de stempel KJD10224 (A). Als er een opzetstuk (B) opgeschroefd is, moet deze worden verwijderd. Maat (a) moet 19,4 mm (0.764 in.) bedragen.

LX1018449 –UN–04FEB98

Keerring m.b.v. de stempel inbouwen.

AG,FX04785,59 –18–28FEB00–2/3

Monteer pignonflens.

Monteer vulringen met de vereiste dikte.

Breng de ring en de zeskantmoer aan.

LX1018447 –UN–04FEB98

40 18

Draai de zeskantmoer vast met 245 N•m (177 lb-ft).

AG,FX04785,59 –18–28FEB00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

40-18

Aangedreven voorassen: 051600

PN=182

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel in elkaar zetten

Differentieel in elkaar zetten

40 19

Monteer de zonnewielen:

LX1018454 –UN–04FEB98

Smeer de onderdelen in met olie.

OPMERKING: De gevoerde zijde van de drukring (B) moet naar het lamellenpakket gericht zijn.

Monteer de drukring en de lamellen op de zonnewielen.

A—Zonnewiel B—Drukring C—Lamel met buitenvertanding (4 stuks) D—Lamel met binnenvertanding (3 stuks)

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–1/8

LX1018455

–UN–04FEB98

Monteer de voorgemonteerde zonnewielen in de beide satellietenhuizen.

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–2/8

Bouw de satellietwielen in. De lippen van de drukringen (zie pijl) zoals op de afbeelding richten.

LX1018456

–UN–04FEB98

A—Satellietwiel (4 stuks) B—As (2 stuks) C—Drukring (4 stuks)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-19

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–3/8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=183

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel in elkaar zetten Voeg de satellietenhuishelften samen.

LX1018457 –UN–04FEB98

OPMERKING: De markeringen op de behuizingen moet passen.

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–4/8

LX1018452 –UN–04FEB98

Tik de buitenste spanhulzen zo in het satellietenhuis dat de vertanding in de belaste richting (zie pijl) gericht is. De binnenste spanhulzen moeten onder een hoek van 180 graden t.o.v. elkaar staan.

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–5/8

Pers het kroonwiel op het satellietenhuis.

LX1018453 –UN–04FEB98

40 20

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-20

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–6/8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=184

Differentieel en ashuis - serie 045 /Differentieel inbouwen 40 21

Smeer de torxbouten dun in met LOCTITE 2431 (L41475)

1

LX1018458 –UN–04FEB98

Draai de torxbouten vast met 80 N•m (58 lb-ft).

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–7/8

LX1018459 –UN–04FEB98

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de binnenringen van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer ze op het satellietenhuis.

LX,FAXLE 014016 –18–01JAN98–8/8

Differentieel inbouwen OPMERKING: Eerder gebruikte vulringdikte inleggen.

LX1018460 –UN–04FEB98

Monteer de vulring (A) en de lagerbuitenring van het conisch rollager (B) in het ashuis.

LX,FAXLE 014018 –18–01JAN98–1/2

LX1018461 –UN–04FEB98

Monteer het differentieel.

LX,FAXLE 014018 –18–01JAN98–2/2

CTM4514 (01MAR00)

40-21

Aangedreven voorassen: 051600

PN=185

Differentieel en ashuis - serie 045 /Lager-voorspanning van het differentieel afstellen

Lager-voorspanning van het differentieel afstellen

LX1018462 –UN–04FEB98

Plaats het ashuis verticaal.

OPMERKING: Voor de exacte maataflezing is het belangrijk dat het differentieel en de buitenring van het conisch rollager juist zijn gemonteerd.

1. Meet afstand (a) van het flensvlak van het ashuis tot aan het draagvlak van de lagerbuitenring van het conisch rollager.

2. Meet afstand (b) van de flens van het ashuis tot de lagerbuitenring van het conisch rollager.

3. De lager-voorspanning (c) moet 0,05 tot 0,10 mm (0.002 bis 0.004 in.) bedragen.

LX1018463 –UN–04FEB98

40 22

4. Bereken de vereiste dikte van de vulring (d) als volgt: d=a-b+c 0,15 mm (0.006 in.)

0,20 mm (0.008 in.)

Leverbare vulringdiktes 0,50 mm (0.020 in.)

Voorbeeld: Afstand tussen flensvlak en draagvlak, gemeten .......................................... a=87,35 mm (3.439 in.)

Afstand tussen flens en lagerbuitenring, gemeten ......................................... b=86,40 mm (3.402 in.)

Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde) c=0,10 mm (0.004 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er vulringen met een totale dikte van 1,05 mm (0.041 in.) moeten worden gemonteerd. d=a-b+c d = 87,35 mm — 86,40 mm + 0.10 mm d = 1,05 mm

d = 3.439 in. — 3.402 in. + 0.004 in. d = 0.041 in.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

40-22

LX,FAXLE 014969 –18–01JAN98–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=186

Differentieel en ashuis - serie 045 /Lager-voorspanning van het differentieel afstellen 40 23

LX1018464 –UN–04FEB98

Monteer een vulring met de vereiste dikte en monteer de lagerbuitenring van het conisch rollager.

LX,FAXLE 014969 –18–01JAN98–2/4

LX1018465 –UN–04FEB98

Smeer de O-ring (A) in met vet en monteer deze.

LX,FAXLE 014969 –18–01JAN98–3/4

Voeg beide ashuizen samen.

LX1018934 –UN–04FEB98

Monteer de zeskantbouten en draai ze vast met 185 N•m (134 lb-ft).

LX,FAXLE 014969 –18–01JAN98–4/4

CTM4514 (01MAR00)

40-23

Aangedreven voorassen: 051600

PN=187

Differentieel en ashuis - serie 045 /Eindmontage

Tandflankspeling van het kroonwiel controleren

LX1018466 –UN–04FEB98

1. Draai het differentieels meerdere malen in beide richtingen.

2. Breng de meetklok aan.

3. Controleer de tandflankspeling.

Voorgeschreven tandflankspeling: 0,18 mm tot 0.25 mm (0.007 tot 0.010 in.)

4. Indien nodig het differentieel nogmaals demonteren en de speling van de tandwielen door het verplaatsen van een vulring op de overeenkomstige zijde van het differentieel corrigeren.

OPMERKING: De eerder vastgestelde totale vulringdikte van de lager-voorspanning van het differentieel mag niet worden veranderd.

Speling te groot: betreffende vulring van links (zijde van de pignonas) naar rechts (zijde van het kroonwiel) verplaatsen.

Speling te klein: betreffende vulring van rechts (zijde van het kroonwiel) naar links (zijde van de pignonas) verplaatsen.

LX,FAXLE 014024 –18–01JAN98–1/2

–UN–04FEB98

Bouw de bussen voor de asophanging m.b.v. (A) busbevestiger KJD10223 zo in dat de boring (zie pijl) in lijn ligt met de smeernippel.

LX1018467

40 24

LX,FAXLE 014024 –18–01JAN98–2/2

Eindmontage OPMERKING: Zie “Montage”in groep 35 voor het inbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen.

LX,FAXLE 014026 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

40-24

Aangedreven voorassen: 051600

PN=188

Differentieel en ashuis - serie 045 /Olie bijvullen

Olie bijvullen

40 25

1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

3. Draai de olievulplug (A) los en vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

4. Draai de olievulplug vast met 100 N•m (72 lb-ft).

LX1018468 –UN–06FEB98

2. Draai de olie-aftapplug (B) aan met 100 N•m (72 lb-ft).

LX,FAXLE 014025 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

40-25

Aangedreven voorassen: 051600

PN=189

Differentieel en ashuis - serie 045 /Olie bijvullen 40 26

CTM4514 (01MAR00)

40-26

Aangedreven voorassen: 051600

PN=190

Groep 45

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS Benodigd speciaal gereedschap

45 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,77 –18–01MAR00–1/3 KJD10192 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10192 Keerring aan stuurzuiger monteren (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045) AG,FX04785,77 –18–01MAR00–2/3 KJD10208 –UN–25MAR98

Sluitmoersleutel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10208 Sluitmoer aan stuurcilinder

AG,FX04785,77 –18–01MAR00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

45-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=191

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Spoorstang uitbouwen

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Sluitmoer aan stuurcilinder (AS-2025 tot AS-2060)

Aanhaalmoment

1000 N•m (740 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

300 N•m (220 lb-ft)

AS-2060

Torque

350 N•m (260 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

165 N•m (120 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

250 N•m (185 lb-ft)

Klembout aan stuurcilinder (AS-2025 tot AS-2045)

Aanhaalmoment

50 N•m (35 lb-ft)

Contramoer aan stuurcilinder (AS-2060)

Aanhaalmoment

400 N•m (295 lb-ft)

Vooras

Toespoor

1,5 mm (0 - 0.06 in.)

Stuurhoek instellen, contramoer van de stelbout

Aanhaalmoment

200 N•m (150 lb-ft)

Spoorstang aan stuurzuiger

Spoorstang aan fuseehuis, zelfborgende moer

AG,FX04785,61 –18–28FEB00–1/1

Spoorstang uitbouwen Draai de aanslagbout (A) los.

LX1023290 –UN–09AUG99

45 2

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-2

AG,FX04785,62 –18–29FEB00–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=192

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Spoorstang uitbouwen 45 3

LX1023291 –UN–09AUG99

Draai de zelfborgende moer los.

AG,FX04785,62 –18–29FEB00–2/4

LX1023292 –UN–09AUG99

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

AG,FX04785,62 –18–29FEB00–3/4

OPMERKING: De schroefdraad van de spoorstang is geborgd met LOCTITE 243 (L41475).

LX1023293 –UN–09AUG99

Maak de spoorstang en de zuigerstang los van elkaar.

AG,FX04785,62 –18–29FEB00–4/4

CTM4514 (01MAR00)

45-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=193

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuurcilinder — doorsnede (AS-2025 tot AS-2045)

Stuurcilinder — doorsnede (AS-2025 tot AS-2045)

LX1017521 –UN–12MAY98

45 4

A—Zuigerstang B—Borgveer C—Borgveer D—Steunring E—O-ring F—Zuiger

G—Geleidering H—O-ring I—Keerring J—Steunring K—O-ring L—O-ring

M—Steunring N—Kroonmoer O—Schraapring P—Steunring Q—Groefveer R—Geleidering

S—Spoorstang, links T—Koppeling (2 stuks) U—Zelfborgende moer (2 stuks) V—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks)

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras AS-2025.

AG,FX04785,63 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=194

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuurcilinder— doorsnede (AS-2060)

Stuurcilinder— doorsnede (AS-2060)

LX1023289 –UN–28OCT99

45 5

A—Kroonmoer B—Keerring C—Keerring D—O-ring E—Keerring F—Geleidering

G—Cilindervoering H—Geleider I—Keerring J—Borgveer K—O-ring L—Borgveer

M—Zuigerstang N—Schraapring O—Geleider P—Groefveer Q—Spoorstang (2 stuks) R—Koppeling (2 stuks)

S—Zelfborgende moer (2 stuks) T—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) U—Contramoer (2 stuks)

AG,FX04785,64 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=195

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuurcilinder - onderdelen (AS-2025 tot AS-2045)

Stuurcilinder - onderdelen (AS-2025 tot AS-2045)

LX1017522 –UN–05MAY98

45 6

1—Koppeling (2 stuks) 2—Afdichtmanchet (2 stuks) 3—Moer (2) 4—Moer (2 stuks) 5—Afdichtmanchet (2 stuks) 6—Zelfborgende moer (2 stuks)

7—Schraapring 8—Steunring 9—Groefveer 10—Geleidering 11—Steunring 12—O-ring 13—O-ring

14—Steunring 15—Cilindervoering 16—Geleidering 17—Keerring 18—O-ring 19—Zuigerstang 20—Geleider

21—O-ring 22—Steunring 23—Borgveer 24—Borgveer 25—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) 26—Kroonmoer

AG,FX04785,65 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=196

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuurcilinder - onderdelen (AS-2060)

Stuurcilinder - onderdelen (AS-2060)

LX1023449 –UN–28OCT99

45 7

1—Afdichtmanchet (2 stuks) 2—Spoorstang (2 stuks) 3—Moer (2 stuks) 4—Koppeling (2 stuks) 5—Zelfborgende moer (2 stuks) 6—Contramoer (2 stuks)

7—Stelbout voor stuuraanslag (2 stuks) 8—Kroonmoer 9—Schraapring 10—Geleidering 11—Groefveer

12—Keerring 13—Keerring 14—Cilindervoering 15—Keerring 16—O-ring 17—Geleidering

18—Zuigerstang 19—Geleider 20—Keerring 21—Borgveer 22—O-ring 23—Borgveer

AG,FX04785,66 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=197

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Zuigerstang uitbouwen

Stuurcilinder uitbouwen Schuif de zuigerstang er tot de aanslag in.

LX1023420 –UN–09AUG99

Verwijder de sluitmoer met de sluitmoersleutel KJD10208.

AG,FX04785,67 –18–29FEB00–1/2

LX1023421 –UN–09AUG99

Trek de stuurcilinder uit de asbrug.

AG,FX04785,67 –18–29FEB00–2/2

Zuigerstang uitbouwen

LX1023422 –UN–09AUG99

Verwijder de borgveer (A) en de daar achterliggende O-ring1.

1

alleen bij de AS-2060

AG,FX04785,68 –18–29FEB00–1/4

Schuif het geleidestuk in de cilindervoering, tot de binnenste borgveer kan worden verwijderd.

LX1023423 –UN–09AUG99

45 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-8

AG,FX04785,68 –18–29FEB00–2/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=198

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Zuigerstang inbouwen 45 9

LX1023424 –UN–09AUG99

Verwijder de borgveer (A).

AG,FX04785,68 –18–29FEB00–3/4

Trek de zuigerstang (A) met de geleider naar buiten.

LX1023425 –UN–09AUG99

Verwijder alle keerringen van de cilindervoering, de zuigerstang en van de geleider.

AG,FX04785,68 –18–29FEB00–4/4

Zuigerstang inbouwen AS-2025 tot 2045

LX1023426 –UN–28OCT99

Monteer de keerringen van de zuigerstang.

1. Leg de O-ring (A) in de middelste groef.

2. Smeer de keerring aan de binnenzijde (B) in met olie en monteer deze m.b.v. stempel KJD10192 (E) over de O-ring (A).

OPMERKING: Monteer de keerring (B) zo snel mogelijk, omdat anders de keerring te sterk uitzet.

A—O-ring B—Keerring C—Geleidering D—Zuigerstang E—Keerringstempel KJD10192

3. Monteer de geleideringen (C).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-9

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–1/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=199

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Zuigerstang inbouwen Monteer de keerringen van de geleider.

–UN–28OCT99

De stoflip van de schraapring (G) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (E) moet naar binnen gericht zijn.

LX1023427

A—Geleider B—Steunring C—O-ring D—Geleidering E—Groefveer F—Steunring G—Schraapring

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–2/12

Monteer de keerringen van de cilindervoering.

–UN–28OCT99

De stoflip van de schraapring (E) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (G) moet naar binnen gericht zijn.

A—Steunring B—O-ring C—O-ring D—Steunring E—Schraapring F—Steunring G—Groefveer H—Geleidering I—Cilindervoering

LX1023428

45 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-10

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–3/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=200

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Zuigerstang inbouwen 45 11

AS-2060 Monteer de keerringen van de zuigerstang.

LX1023429 –UN–28OCT99

1. Monteer de O-ring (A).

2. Monteer de keerring (B) over de O-ring (A).

3. Monteer de geleidering (C).

A—O-ring B—Keerring C—Geleidering D—Zuigerstang

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–4/12

Monteer de keerringen van de geleider.

–UN–28OCT99

De stoflip van de schraapring (C) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (E) moet naar binnen gericht zijn.

LX1023430

A—Geleider B—Keerring C—Schraapring D—Geleidering E—Groefveer

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–5/12

Monteer de keerringen van de cilindervoering.

LX1023431 –UN–28OCT99

De stoflip van de schraapring (A) moet naar buiten gericht zijn. De afdichtlip van groefring (C) moet naar binnen gericht zijn.

A—Schraapring B—Geleidering C—Groefveer D—Keerring E—Keerring F—Cilindervoering Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-11

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–6/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=201

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Zuigerstang inbouwen Alle assen

LX1023432 –UN–09AUG99

OPMERKING: Smeer de pakkingvlakken en keerringen voor de montage van de zuigerstang met olie in.

Schuif de zuigerstang (A) er tot de aanslag in.

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–7/12

OPMERKING: Smeer de pakkingvlakken en keerringen voor de montage van de geleider met olie in.

LX1023433 –UN–09AUG99

Schuif het geleiderstuk (A) in de cilindervoering, tot de binnenste borgveer kan worden gemonteerd.

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–8/12

LX1023434 –UN–09AUG99

Monteer de borgveer (A) in de groef van de cilindervoering.

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–9/12

Trek aan de zuigerstang (B) tot het geleiderstuk (A) aan de borgveer bij de aanslag is.

LX1023435 –UN–09AUG99

45 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-12

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–10/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=202

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuurcilinder inbouwen 45 13

LX1023436 –UN–09AUG99

O-Ring 1 (A) inbouwen.

1

Alleen bij AS-2060

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–11/12

LX1023437 –UN–09AUG99

Monteer de borgveer (A).

AG,FX04785,69 –18–29FEB00–12/12

Stuurcilinder inbouwen

LX1023438 –UN–09AUG99

Afdichtmiddel LOCTITE 573 op de stuurcilinder aanbrengen Maat (a) = 50 - 55 mm (2 - 2.2 in.)

AG,FX04785,70 –18–29FEB00–1/3

Monteer de stuurcilinder (A) in de asbrug.

LX1023439 –UN–09AUG99

OPMERKING: Let op de juiste montagepositie van de aansluitingen voor de olieleidingen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-13

AG,FX04785,70 –18–29FEB00–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=203

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Spoorstang inbouwen Monteer een nieuwe sluitmoer.

LX1023440 –UN–09AUG99

OPMERKING: De sluitmoer is zelfborgend en mag slechts een keer gemonteerd worden.

Draai de sluitmoer m.b.v. de sluitmoersleutel KJD10208 vast met 1000 N•m (740 lb-ft).

AG,FX04785,70 –18–29FEB00–3/3

Spoorstang inbouwen

LX1023293 –UN–09AUG99

Smeer ca. 3 draadwindingen van de spoorstang in met LOCTITE 2431 (L41475) Monteer de spoorstangen aan de zuigerstangen en trek ze aan.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................................. 300 N•m (220 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 350 N•m (260 lb-ft)

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) AG,FX04785,71 –18–29FEB00–1/3

Hang de spoorstang in het fuseehuis en draai hem met de nieuwe zelfborgende moer vast.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................................. 165 N•m (120 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 250 N•m (185 lb-ft)

LX1023442 –UN–09AUG99

45 14

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

45-14

AG,FX04785,71 –18–29FEB00–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=204

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Sporing controleren (basisafstelling) 45 15

LX1023290 –UN–09AUG99

Bevestig de aanslagbout (A).

AG,FX04785,71 –18–29FEB00–3/3

LX002972 –UN–23FEB95

Sporing controleren (basisafstelling)

1. Meet afstand (a) aan beide zijden. Indien nodig de zuigerstang zo verschuiven, dat de afstand (a) aan beide zijden even groot is. De stuurcilinder bevindt zich nu exact in het midden.

2. Controleer of afstand (b) overal even groot is.

AG,FX04785,72 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=205

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Stuuruitslag afstellen

Sporing instellen (basisafstelling) Draai de klembout (A) respectievelijk de contramoer (C) los en draai de draadstang (B) van de koppeling in of uit.

Klembout (A) bij: AS-2025 tot AS-2045 ..................

AS-2060 ......................................

50 N•m (35 lb-ft) 85 N•m (60 lb-ft)

Contramoer (C) bij: AS-2025 tot AS-2045 ..................

AS-2060 ......................................

300 N•m (220 lb-ft) 400 N•m (295 lb-ft)

LX000398 –UN–12AUG94

Draai de klembout respectievelijk de contramoer vast.

Met klembout

LX1023444

–UN–09AUG99

Controleer de spoorinstelling nogmaals.

Met contramoer AG,FX04785,73 –18–29FEB00–1/1

Stuuruitslag afstellen Stel de stuuruitslag af met de bout (A).

–UN–10FEB95

OPMERKING: De stuuruitslag moet aan beide zijden even groot zijn.

OPMERKING: De afstelling van de stuuruitslag is afhankelijk van de bandenmaat. De stelmaat (C) staat in de betreffende handleiding.

LX000407

45 16

Draai na het afstellen de contramoer (B) met150 N•m (110 lb-ft) aan.

A—Stelbout B—Contramoer C—Instelling

AG,FX04785,74 –18–29FEB00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=206

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Toespoor afstellen

Toespoor controleren

45 17

Meet de afstand tussen de voor- en de achterzijde van de wielen tussen de velgranden ter hoogte van de wielnaaf.

LX000397 –UN–05APR00

1. Meet afstand (A).

2. Draai de voorwielen een halve slag.

3. Meet op hetzelfde punt waar eerst maat (A) gemeten werd nu maat (B).

De maat (A) mag hoogstens 1,5 mm (0.06 in.) van maat (B) afwijken.

AG,FX04785,75 –18–01MAR00–1/1

Toespoor afstellen OPMERKING: Stel het toespoor bij beide spoorstangen op gelijke waarden af.

–UN–12AUG94

Draai de klembout (A) respectievelijk de contramoer (C) los en draai de draadstang (B) van de koppeling in of uit.

50 N•m (35 lb-ft) 85 N•m (60 lb-ft)

Contramoer (C) bij: AS-2025 tot AS-2045 ..................

AS-2060 ......................................

300 N•m (220 lb-ft) 400 N•m (295 lb-ft)

Met klembout

LX1023444 –UN–09AUG99

Klembout (A) bij: AS-2025 tot AS-2045 ..................

AS-2060 ......................................

LX000398

Draai de klembout respectievelijk de contramoer vast.

Met contramoer AG,FX04785,76 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

45-17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=207

Stuurcilinder en spoorstangen - serie AS /Toespoor afstellen 45 18

CTM4514 (01MAR00)

45-18

Aangedreven voorassen: 051600

PN=208

Groep 50

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS Benodigd speciaal gereedschap

50 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–1/12 D01267AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01267AA Binnenring van het conische rollager van het fuseehuis lostrekken AG,FX04785,88 –18–02MAR00–2/12 KJD10187 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10187 Voor het monteren van de keerring in de voorwielnaaf (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N) AG,FX04785,88 –18–02MAR00–3/12 KJD10202 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10202 Voor het monteren van de keerring in de voorwielnaaf (AS-2045 en AS-2060) AG,FX04785,88 –18–02MAR00–4/12 OTC27489 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27489

1

Keerring in de wielnaaf inbouwen

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,88 –18–02MAR00–5/12 KJD10229 –UN–01DEC99

Montagering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10229 Remzuigers inbouwen (AS-2035 met lamellenrem)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-1

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–6/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=209

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Benodigd speciaal gereedschap KJD10230 –UN–01DEC99

Montagering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10230 Voor het inbouwen van remzuigers (AS-2045 met lamellenrem) AG,FX04785,88 –18–02MAR00–7/12 KJD10231 –UN–01DEC99

Montagering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10231 Remzuigers inbouwen (AS-2060 met lamellenrem)

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–8/12 LX1023461 –UN–01DEC99 1

1

Verbindingsstuk en O-ring . . . . . . . .M87733 en T77613 Voor lekkagetest van de lamellenrem

1

Als onderdeel verkrijgbaar AG,FX04785,88 –18–02MAR00–9/12

Manometer (0 - 250 bar) en (0 - 6 bar) . . . FKM10207 en FKM10204

–UN–19SEP94

Voor lekkagetest van de lamellenrem

LX000941

50 2

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–10/12 LX001364 –UN–16MAR95

Hydraulische handpomp . . . . . . . . . . . . . . . D01019AA Voor lekkagetest van de lamellenrem

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–11/12 LX001365 –UN–22JUL94

Testapparaat voor drukcontrole . . . . . . . . . . . . JDH43A Voor lekkagetest van de lamellenrem

AG,FX04785,88 –18–02MAR00–12/12

CTM4514 (01MAR00)

50-2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=210

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Reparatiegegevens

Reparatiegegevens Kontrolepunt

50 3 Te meten

Technische gegevens

AS-2025 tot AS-2060 zonder TLS

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

AS-2025 en AS-2035 met TLS

Aanhaalmoment

100 N•m (74 lb-ft)

AS-2045 met TLS

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

AS-2060 met TLS

Aanhaalmoment

100 N•m (74 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

30 N•m (22 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

55 N•m (40 lb-ft)

Aanhaalmoment

150 N•m (110 lb-ft)

Ringwiel aan fuseehuis, zeskantbouten

Satellietwieldrager aan wielnaaf, torxbouten

Olie-aftapplug in satellietwieldrager

AG,FX04785,78 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=211

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Doorsnede (zonder lamellenrem)

–UN–23FEB95

Doorsnede (zonder lamellenrem)

LX003011

50 4

A—Satellietwieldrager B—Satellietwiel1, 2 C—Cilinderrollager3

D—Ringwiel E—Wielnaaf

F—Fuseehuis G—Zonnewielas

H—Conisch rollager I—Keerring

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras AS-2025.

1

3 stuks bij AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2060

2

3 of 4 stuks bij AS-2045

3 2 conisch rollagers per satellietwiel bij AS-2035, AS-2035N en AS-2045

AG,FX04785,82 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=212

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem)

Demontage (zonder lamellenrem)

50 5

LX003012 –UN–10FEB95

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–1/14

Draai de torxbouten (A) los.

LX003013

–UN–08FEB95

Verwijder de satellietwieldrager (B).

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–2/14

LX003014

–UN–08FEB95

OPMERKING: De zonnewielas (A) kan nu worden uitgebouwd, zonder dat er nog andere onderdelen hoeven te worden uitgebouwd.

Zie anders “"Uitbouwen"” in groep 55.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–3/14

LX003015

–UN–08FEB95

Verwijder de borgveren.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-5

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–4/14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=213

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem) AS-2025 en AS-2060

LX003016

–UN–08FEB95

Trek de satellietwielen los.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–5/14

LX003017

–UN–08FEB95

Verwijder de borgveer en het conisch rollager.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–6/14

AS-2035, AS-2035N en AS-2045

–UN–10FEB95

OPMERKING: Plaats de trekker alleen aan de voorzijde van het satellietwiel. Als hij te laag wordt aangezet, wordt de lagerkooi van het onderste conische rollager beschadigd!

OPMERKING: Inbouwpositie van de satellietwielen en rollagers markeren.

LX009541

50 6

Trek de satellietwielen los.

Trek het onderste conische rollager los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-6

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–7/14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=214

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem) 50 7

Alle aangedreven voorassen

OPMERKING: Zeskantbouten zijn met LOCTITE 243 (L41475) behandeld.

LX003020

–UN–08FEB95

Draai de zeskantbouten los.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–8/14

LX003021

–UN–08FEB95

Trek het ringwiel los m.b.v. twee bouten M8 x 100 mm (4 in.) resp. M12 x 100 mm (naargelang de uitvoering).

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–9/14

LX003022

–UN–08FEB95

Trek de wielnaaf los.

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–10/14

Verwijder de keerring.

LX003023

–UN–08FEB95

Trek de lagerbuitenringen van het conische rollager los.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-7

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–11/14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=215

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem)

–UN–08FEB95

Trek de lagerbinnenring van het conische rollager los van het fuseehuis m.b.v. de lagertrekker D01267AA (A).

LX003024

50 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-8

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–12/14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=216

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem) 50 9

CTM4514 (01MAR00)

50-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=217

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (zonder lamellenrem)

LX1019826 –UN–12MAR98

50 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-10

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–13/14

Aangedreven voorassen: 051600

PN=218

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (zonder lamellenrem) A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Keerring C—Lagerbuitenring van conisch rollager D—Wielbout (8 stuks1, 2, 3 ; 10 stuks4) E—Wielnaaf

1

bij AS-2025

2

bij AS-2035 en AS-2035N

3

bij AS-2045

4

bij AS-2060

M—Cilinderrollager (3 stuks1, 4 ) N—Satellietwiel (3 stuks1, 4 ) O—Borgveer (3 stuks2, 3 respectievelijk 43 stuks) P—Conisch rollager(32, 3 respectievelijk 43 stuks)

F—O-ring G—Ringwiel H—Borgveer I—Zonnewielas J—Zeskantschroef K—Borgveer (3 stuks1, 4 ) L—Borgveer (3 stuks1, 4 )

50 11

Q—Satellietwiel (32, 3 respectievelijk 43 stuks) R—Satellietwieldrager S—Torxbout (2 stuks) T—Olie-aftapplug U—Conisch rollager(32, 3 respectievelijk 43 stuks)

AG,FX04785,79 –18–01MAR00–14/14

Montage (zonder lamellenrem)

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003026

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–1/15

LX003027 –UN–08FEB95

Monteer de lagerbuitenringen (A).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-11

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–2/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=219

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (zonder lamellenrem) Smeer de binnenzijde van de wielnaaf dun in met LOCTITE 5741 (L64500)

–UN–08FEB95

Plaats de keerring zo op de stempel KJD101872 (B) of KJD102023dat de open zijde van de keerring van de stempel vandaan gericht is.

LX003028

Monteer de keerring m.b.v. het speciaal gereedschap OTC27489 (A) en KJD10187 (B) of KJD10202.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304)

2

bij APL-2025 en APL-2035

3

APL-2045 en APL-2060

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–3/15

OPMERKING: Smeer de afdichtlippen van de keerring en het pakkingvlak van het fuseehuis in met een mengsel van spiritus en water (1:1) alvorens de wielnaaf in te bouwen.

LX003029 –UN–08FEB95

Bouw de wielnaaf in.

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–4/15

–UN–08FEB95

Monteer het ringwiel.

LX003030

50 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-12

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–5/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=220

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (zonder lamellenrem) 50 13

Smeer het schroefdraad van de zeskantbouten in met LOCTITE 2431 (L41475)

LX003031 –UN–08FEB95

Draai de zeskantbouten vast en draai ondertussen de wielnaaf meerdere malen links-en rechtsom.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2060 zonder TLS .................................. 70 N•m (50 lb-ft) aanhaalmoment AS-2025, AS-2035 en AS-2060 .................................... 100 N•m (74 lb-ft) met TLS aanhaalmoment AS-2045 met TLS ............................................................ 70 N•m (50 lb-ft) aanhaalmoment

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370) AG,FX04785,80 –18–01MAR00–6/15

AS-2025 en AS-2060 Satellietwieldrager als volgt monteren:

L119678 –UN–08FEB95

Monteer één borgveer zo, dat het breedste loopvlak ervan naar het rollager gericht is.

Smeer de lagerrollen in met vet (om het lager gemakkelijker te kunnen monteren) en plaats ze op de lagerbinnenring.

Monteer de tweede borgveer zo, dat het breedste loopvlak ervan naar het rollager gericht is.

A—Satellietwielen B—Cilinderrollager C—Borgveer

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–7/15

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003033

Verwarm de voorgemonteerde satellietwielen tot 90-100 C (195-215 F) en monteer ze zo, dat de grote radius van de lagerbinnenring naar beneden gericht is.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-13

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–8/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=221

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (zonder lamellenrem)

LX003015

–UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–9/15

AS-2035, AS-2035N en AS-2045

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003035

OPMERKING: Let bij de montage van het conische rollager en de satellietwielen op de bij de demontage aangebrachte markeringen.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–10/15

Monteer de satellietwielen.

–UN–08FEB95

Monteer het bovenste conische rollager.

LX003036

50 14

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-14

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–11/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=222

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (zonder lamellenrem) 50 15

LX003037

–UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–12/15

Alle aangedreven voorassen

LX003038 –UN–08FEB95

Smeer de O-ring (A) in met vet en breng hem aan in de groef.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–13/15

Monteer de satellietwieldrager.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2060 ...................................................... 30 N•m (22 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ................................................ 55 N•m (40 lb-ft)

LX003039 –UN–08FEB95

Draai de torxbouten vast.

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–14/15

LX003040

–UN–08FEB95

Monteer de olie-aftapplug, voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

AG,FX04785,80 –18–01MAR00–15/15

CTM4514 (01MAR00)

50-15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=223

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Olie bijvullen (zonder lamellenrem)

Olie bijvullen (zonder lamellenrem) 1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

2. Zorg ervoor dat de olie-aftapplug (A) in de getoonde stand staat.

3. Vul olie bij tot aan de onderrand van de boring.

4. Monteer de olie-aftapplug, voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

LX003041 –UN–08FEB95

50 16

AG,FX04785,81 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=224

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Doorsnede (met lamellenrem)

Doorsnede (met lamellenrem)

LX1023441

–UN–28OCT99

50 17

A—Satellietwieldrager B—Satellietwiel1, 2 C—Cilinderrollager3 (3 stuks) D—Ringwiel

E—Lamel met buitenvertanding F—Lamel met binnenvertanding

G—Zuiger H—Wielnaaf I—Fuseehuis J—Keerring

K—Conisch rollager L—Lamellendrager M—Zonnewielas

OPMERKING: De afbeelding toont de aangedreven vooras AS-2060.

1

3 stuks bij AS-2035 en AS-2060

2

4 stuks bij AS-2045

3

2 conische rollagers per satellietwiel bij AS-2035 en AS-2045

AG,FX04785,83 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-17

Aangedreven voorassen: 051600

PN=225

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem)

Demontage (met lamellenrem) Satellietwielen demonteren LX1023527 –UN–12AUG99

ATTENTIE: In het satellietwieldragerhuis kan druk ontstaan, breng daarom de olie-aftapplug in bovenste positie en draai hem er dan voorzichtig uit. Vervolgens in onderste positie brengen en olie aftappen.

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–1/20

Draai de torxbouten (A) los.

LX1023528 –UN–16AUG99

Verwijder de satellietwieldrager (B).

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–2/20

Verwijder de borgveren.

LX1023529 –UN–12AUG99

50 18

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-18

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–3/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=226

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem) 50 19

AS-2035, AS-2035N en AS-2045

–UN–10FEB95

OPMERKING: Plaats de trekker alleen aan de voorzijde van het satellietwiel. Als hij te laag wordt aangezet, wordt de lagerkooi van het onderste conische rollager beschadigd!

LX009541

OPMERKING: Inbouwpositie van de satellietwielen en rollagers markeren.

Trek de satellietwielen los.

Trek het onderste conische rollager los.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–4/20

AS-2060

LX1023530 –UN–12AUG99

Licht de satellietwielen eruit.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–5/20

Verwijder de borgveren en de ringen.

LX1023531 –UN–12AUG99

Verwijder het cilinderrollager.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-19

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–6/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=227

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem) Demontage van de lamellenrem

LX1023532 –UN–12AUG99

Verwijder de borgveer.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–7/20

LX1023533 –UN–12AUG99

Verwijder de lamellendrager.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–8/20

LX1023534 –UN–12AUG99

Verwijder de borgveer.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–9/20

Verwijder de laatste ring met het lamellenpakket.

LX1023535 –UN–12AUG99

50 20

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-20

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–10/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=228

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem) 50 21

LX1023536 –UN–12AUG99

Verwijder de borgveer van de zonnewielas.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–11/20

OPMERKING: De bouten zijn met LOCTITE 243 (L41475) geborgd!

LX1023537 –UN–12AUG99

Draai de zeskantbouten los.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–12/20

Druk het ringwiel er m.b.v. twee bouten (M10 x 100 mm) uit.

LX1023538 –UN–12AUG99

Verwijder de O-ring van het remoliekanaal.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–13/20

Bevestig het ringwiel met de beschermingskaak in de bankschroef.

LX1023539 –UN–12AUG99

Verwijder de trekveren en de beide vastzetringen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-21

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–14/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=229

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem)

LX1023540 –UN–12AUG99

Til de zuigers eruit.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–15/20

LX1023541 –UN–12AUG99

Trek de borgveer uit elkaar en trek de zonnewielas eruit.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–16/20

Wielnaaf uitbouwen

LX1023542 –UN–12AUG99

Verwijder de wielnaaf van het fuseehuis.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–17/20

Verwijder de keerringen.

LX1023543 –UN–12AUG99

50 22

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-22

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–18/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=230

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Demontage (met lamellenrem) 50 23

LX1023544 –UN–12AUG99

Trek de lagerbuitenringen van het conische rollager los.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–19/20

LX1023545 –UN–12AUG99

Trek de binnenring van conisch rollager eruit.

AG,FX04785,84 –18–01MAR00–20/20

CTM4514 (01MAR00)

50-23

Aangedreven voorassen: 051600

PN=231

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Wielnaaf (met lamellenrem) - onderdelen

Wielnaaf (met lamellenrem) - onderdelen

LX1023443 –UN–26OCT99

50 24

A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Keerring

1

bij AS-2035 en AS-2045

2

bij AS-2060

C—Lagerbuitenring van conisch rollager

D—Wielbout (8 stuks1; 10 stuks2)

E—Wielnaaf F—O-ring

AG,FX04785,85 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-24

Aangedreven voorassen: 051600

PN=232

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Wielnaaf (met lamellenrem) - onderdelen 50 25

CTM4514 (01MAR00)

50-25

Aangedreven voorassen: 051600

PN=233

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Satellietwieldrager en lamellenrem - onderdelen

Satellietwieldrager en lamellenrem - onderdelen

LX1023452 –UN–30NOV99

50 26

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-26

AG,FX04785,86 –18–01MAR00–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=234

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) 1—Borgveer 2—Zonnewielas 3—O-ring 4—Houder, achter 5—Ringwiel 6—Steunring 7—Groefveer 8—Zuiger 9—Groefveer 10—Steunring 11—Veer (6 stuks) 12—Houder, voor

1

bij AS-2045

2

bij AS-2035

3

bij AS-2060

13—Borgveer 14—Lamellendrager 15—Borgveer 16—Lamel met buitenvertanding1 (4 stuks) 17—Lamel met buitenvertanding1 (3 stuks) 18—Lamel met buitenvertanding2, 3 (3 stuks)

19—Lamel met buitenvertanding2, 3 (2 stuks) 20—Laatste ring 21—Borgveer 22—Borgveer (3 stuks2; 4 stuks1) 23—Conisch rollager (3 stuks2; 4 stuks1) 24—Satellietwiel (3 stuks2; 4 stuks1)

50 27

25—Conisch rollager (3 stuks2; 4 stuks1) 26—Borgveer3 (3 stuks) 27—Borgveer3 (3 stuks) 28—Ring3 (3 stuks) 29—Cilinderrollager3 (3 stuks) 30—Satellietwiel3 (3 stuks) 31—Satellietwieldrager 32—Olie-aftapplug 33—Torxbout (2 stuks)

AG,FX04785,86 –18–01MAR00–2/2

Montage (met lamellenrem) Wielnaaf inbouwen LX1023546 –UN–12AUG99

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–1/30

LX1023547 –UN–12AUG99

Beide lagerbuitenringen erin persen

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-27

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–2/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=235

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) Smeer de binnenzijde van de wielnaaf dun in met LOCTITE 5741 (L64500)

LX1023548 –UN–12AUG99

Plaats de keerring zo op de stempel KJD101872 (B) respectievelijk KJD102023 dat de open zijde van de keerring van de stempel vandaan gericht is.

Monteer de keerring m.b.v. het speciaal gereedschap OTC27489 (A) en KJD10187 (B) of KJD10202.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304)

2

bij AS-2025, AS-2035 en AS-2035

3

bij AS-2045 en AS-2060

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–3/30

OPMERKING: Smeer de afdichtlippen van de keerring en het pakkingvlak van het fuseehuis in met een mengsel van spiritus en water (1:1) alvorens de wielnaaf in te bouwen.

LX1023573 –UN–12AUG99

50 28

Bouw de wielnaaf in.

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-28

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–4/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=236

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) 50 29

Demontage van de lamellenrem Verwarm de steunringen (A) en (D) in een oliebad.

LX1023549 –UN–12AUG99

Monteer de steun-en groefringen op de zuiger. Let op de juiste montagepositie (zie tekening)

LX1023550 –UN–28OCT99

A—Steunring B—Groefveer C—Groefveer D—Steunring E—Zuiger

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–5/30

Leg de montagering (A) in het ringwiel.

(A) KJD10229 KJD10230 KJD10231

LX1023551 –UN–12AUG99

Montagering bij: AS-2035 ......................................

AS-2045 ......................................

AS-2060 ......................................

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–6/30

OPMERKING: Smeer het glijvlak van de montagering en de keerring van de zuiger voor de montage in met olie.

LX1023574 –UN–12AUG99

OPMERKING: Let op de radiale inbouwpositie van de zuiger.

Monteer, nadat de steunringen afgekoeld zijn, de zuiger in de montagering.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-29

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–7/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=237

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) Beweeg de zuiger met de handpers en een geschikte ring (A) voorzichtig tot aan de aanslag.

LX1023552 –UN–12AUG99

Verwijder gde montagering en ring.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–8/30

OPMERKING: De trekveren kunnen alleen per complete set (per aandrijvingszijde) vervangen worden.

LX1023553 –UN–12AUG99

Monteer de achterste houder (A) met de trekveren (B).

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–9/30

LX1023554 –UN–12AUG99

Monteer de voorste houder en bevestig de veren.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–10/30

Smeer de O-ring (A) in met vet.

LX1023555 –UN–12AUG99

50 30

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-30

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–11/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=238

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) 50 31

LX1023556 –UN–12AUG99

OPMERKING: Let op de juiste montagepositie. Het remoliekanaal in het fuseehuis en het ringwiel moeten met elkaar overeenstemmen!

Plaats het ringwiel op de naaf.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–12/30

Smeer de bouten in met LOCTITE 2431 (L41475)

LX1023557 –UN–12AUG99

Draai de bouten vast en draai ondertussen de wielnaaf meerdere malen links-en rechtsom.

Technische gegevens AS-2035 en AS-2060 .................................................... 100 N•m (74 lb-ft) aanhaalmoment AS-2045 aanhaalmoment ................................................ 70 N•m (50 lb-ft)

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–13/30

LX1023558 –UN–12AUG99

Monteer de zonnewielas, tot de borgveer in de groef (A) valt.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–14/30

LX1023559 –UN–12AUG99

Bevestig de borgveer in de achterste groef van de zonnewielas.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-31

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–15/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=239

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem)

LX1023560 –UN–12AUG99

Bevestig de ring (A) in de groef (B) van de lamellendrager.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–16/30

LX1023561 –UN–12AUG99

Schuif de lamellendrager tot de aanslag op de zonnewielas.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–17/30

Zet de borgveer (A) in de groef (B).

LX1023562 –UN–16AUG99

50 32

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-32

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–18/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=240

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) 50 33

Smeer de lamellen in met olie en bevestig ze (zie tekening)

LX1023564 –UN–28OCT99

LX1023563 –UN–12AUG99

A—Vastzetring B—Laatste ring C—Lamel met buitenvertanding (3 stuks1; 4 stuks2) D—Lamel met buitenvertanding (2 stuks1; 3 stuks2) E—Zuiger F—Zonnewielas G—Lamellendrager H—Ringwiel

LX1023565 –UN–28OCT99

AS-2035 en AS-2060

1

bij AS-2035 en AS-2060

2

bij AS-2045

AS-2045

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–19/30

Monteer de laatste ring.

LX1023566 –UN–12AUG99

Monteer de borgveer.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-33

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–20/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=241

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) Remhydraulica op lekkage controleren 1. Bevestig testdelen (B) tot (E).

OPMERKING: De handpomp moet met schone versnellingsbak-/hydraulische olie gevuld zijn.

LX1023567 –UN–20OCT99

50 34

2. Remhydraulica ontluchten en minstens 10 keer in werking stellen.

3. Hoge druk controle uitvoeren: A—Remolieleiding B—Adapter M877331 en O-ring T776131 C—Afsperventiel2 D—Manometer FKM10207 en FKM10204 E—Handpomp D01019AA

Bouw een testdruk van ongeveer 12000 kPa (120 bar; 1740 psi) op. Sluit het afsperventiel tussen de handpomp en de manometer.

Binnen 5 minuten mag de oliedruk hooguit 300 kPa (3 bar; 44 psi) naar beneden gaan.

4. Lage druk controle uitvoeren: Bouw een druk van 500 kPa (5 bar; 73 psi) op. Sluit het afsperventiel tussen de handpomp en de manometer.

Binnen 5 minuten mag de oliedruk niet naar beneden gaan.

1

Als onderdeel verkrijgbaar

2

Onderdeel van de manometerset JDH43A Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-34

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–21/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=242

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) 50 35

Satellietwielen monteren AS-2035 en AS-2045

LX003035

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

OPMERKING: Let bij de montage van het conische rollager en de satellietwielen op de bij de demontage aangebrachte markeringen.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–22/30

Monteer de satellietwielen.

LX003036

–UN–08FEB95

Monteer het bovenste conische rollager.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–23/30

LX003037 –UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-35

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–24/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=243

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Montage (met lamellenrem) AS-2060 Monteer de satellietwielen als volgt: LX1023568 –UN–12AUG99

Monteer het cilinderrollager (B) in het satellietwiel (A).

Ringen (C) en borgveren (D) aanbrengen.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–25/30

LX1023569 –UN–12AUG99

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de voorgemonteerde satellietwielen tot 90-100 C (195-215 F) en monteer ze zo, dat de grote radius van de lagerbinnenring naar beneden gericht is.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–26/30

LX1023529 –UN–12AUG99

Monteer de borgveren.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–27/30

Alle assen Monteer de O-ring (A) en smeer deze in met vet.

LX1023571 –UN–12AUG99

50 36

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

50-36

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–28/30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=244

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Olie bijvullen (met lamellenrem) 50 37

Monteer de satellietwieldrager.

Technische gegevens AS-2035 en AS-2045 ...................................................... 30 N•m (22 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ................................................ 55 N•m (40 lb-ft)

LX1023572 –UN–12AUG99

Draai de torxbouten vast.

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–29/30

LX003040

–UN–08FEB95

Monteer de olie-aftapplug, voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

AG,FX04785,87 –18–02MAR00–30/30

Olie bijvullen (met lamellenrem)

2. Zorg ervoor dat de olie-aftapplug (A) in de getoonde stand staat.

3. Vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

4. Monteer de olie-aftapplug, voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

LX003041 –UN–08FEB95

1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

AG,FX04785,81 –18–01MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

50-37

Aangedreven voorassen: 051600

PN=245

Wielnaaf met planetaire reductie - serie AS /Olie bijvullen (met lamellenrem) 50 38

CTM4514 (01MAR00)

50-38

Aangedreven voorassen: 051600

PN=246

Groep 55

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS Benodigd speciaal gereedschap

55 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–1/15 D01218AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01218AA Bus en de beschermring van de aandrijfas en lager en keerring van de lagerpen verwijderen AG,FX04785,94 –18–06MAR00–2/15 KJD10184 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . KJD10184 Voor het monteren van de bus en keerring in de asvuist

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–3/15 KJD10185 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10185 Voor het monteren van de keerring in de asvuist

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–4/15 OTC27488 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27488 Voor het monteren van de lerbuitenring en de keerring

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–5/15 OTC27523 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27523 Voor het monteren van de lagerbuitenring in de asvuist (AS-2025, AS-2035 en AS-2045) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–6/15 OTC27528 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27528 Voor het monteren van de lagerbuitenring in de asvuist (AS-2060) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-1

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–7/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=247

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Benodigd speciaal gereedschap KJD10183 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10183 Voor het monteren van de keerring in het fuseehuis (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–8/15 KJD10203 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10203 Voor het monteren van de keerring in het fuseehuis (AS-2045) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–9/15 KJD10214 –UN–16MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10214 Voor het monteren van de keerring in het fuseehuis (AS-2060) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–10/15 KJD10182 –UN–10FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10182 Voor het monteren van keerring en lager aan de lagerpennen (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–11/15 KJD10212 –UN–16MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10212 Voor het monteren van keerring en lager aan lagerpennen (AS-2060) AG,FX04785,94 –18–06MAR00–12/15

A—Vlakstaal, 25x6x155 mm (0.98x0.24x6.10 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad LX003083 –UN–10FEB95

55 2

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . zelf te vervaardigen Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045) CTM4514 (01MAR00)

Vervoig op voigende bladzijde

55-2

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–13/15

Aangedreven voorassen: 051600

PN=248

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Benodigd speciaal gereedschap 55 3

OPMERKING: Dit gereedschap wordt ook gebruikt voor het afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (zie “Weerstandsmoment afstellen”in groep 60).

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–14/15

LX009711

–UN–10FEB95

A—Vlakstaal, 25x6x140 mm (0.98x0.24x5.50 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . zelf te vervaardigen Voor het afstellen van het weerstandsmoment van het fuseelager (AS-2060)

AG,FX04785,94 –18–06MAR00–15/15

CTM4514 (01MAR00)

55-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=249

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Reparatiegegevens 55 4

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

AS-2025 tot AS-2045

Weerstandsmoment

18 tot 20 N•m (13 tot 15 lb-ft)

AS-2060

Weerstandsmoment

23 bis 30 N•m (17 bis 22 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

115 N•m (85 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

185 N•m (135 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

165 N•m (120 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

250 N•m (185 lb-ft)

Aanhaalmoment

45 N•m (33 lb-ft)

Fuseehuis, fuseelager

Lagerpennen in fuseehuis, zeskantbouten

Spoorstang aan fuseehuis, zelfborgende moer

Zeskantmoer, remslang aan holle moer

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-4

AG,FX04785,89 –18–02MAR00–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=250

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen

LX003084

–UN–23FEB95

55 5

Fuseehuis - doorsnede A—Zonnewielas B—Fuseehuis C—Conisch rollager (2 stuks) D—Keerring (2 stuks)

E—Lagerpen (2 stuks) F—Vulring (dikte naar behoefte) G—Ashuis

H—Aandrijfas I—Kogellager J—Keerring K—Beschermring

L—Keerring M—Bus N—Bus

AG,FX04785,89 –18–02MAR00–2/2

Uitbouwen

LX1023447 –UN–18FEB00

OPMERKING: Wielnaaf en planetaire reductie uitbouwen, zie “Uitbouwen” in groep 50.

Alleen bij lamellenrem: Draai de ontluchtingsschroef los.

Verwijder de zeskantmoer (A), remolieleiding (B) en holle moer (C).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-5

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–1/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=251

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen

LX003076

–UN–08FEB95

Draai de zelfborgende moer los.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–2/20

LX003079

–UN–08FEB95

Pers de spoorstang uit het fuseehuis.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–3/20

LX003085 –UN–10FEB95

Draai de zeskantbouten los.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–4/20

Verwijder de bovenste en onderste lagerpen.

LX003086 –UN–10FEB95

55 6

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-6

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–5/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=252

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen 55 7

LX003087 –UN–10FEB95

Trek het complete fuseehuis met de aandrijfas los.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–6/20

LX003088 –UN–10FEB95

Verwijder de borgring en trek de zonnewielas eruit.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–7/20

LX003089

–UN–10FEB95

Verwijder de borgveer van de aandrijfas.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–8/20

LX003090

–UN–10FEB95

Verwijder de aandrijfas.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-7

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–9/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=253

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen Trek de bus van de aandrijfas m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

LX003091

–UN–10FEB95

Verwijder de beschermring.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–10/20

LX003447 –UN–08FEB95

Verwijder de borgveren.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–11/20

LX003448

–UN–08FEB95

Verwijder de bussen (A).

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–12/20

–UN–10FEB95

Trek de keerring uit het fuseehuis.

LX003092

55 8

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-8

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–13/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=254

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen 55 9

LX003093

–UN–10FEB95

Verwijder de borgveer (A) en het kogellager (B).

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–14/20

LX003094

–UN–10FEB95

Pers de lagerbinnenring van het kogellager m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) van de lagerpen.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–15/20

LX003095

–UN–10FEB95

Trek de keerring los m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–16/20

LX003096 –UN–10FEB95

Verwijder de lagerbuitenringen van het conisch rollager uit de lagerpenboring van de asvuist.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-9

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–17/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=255

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen

LX003097

–UN–10FEB95

Verwijder de keerring.

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–18/20

–UN–10FEB95

Verwijder de bus.

LX003098

55 10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-10

AG,FX04785,90 –18–02MAR00–19/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=256

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Uitbouwen

LX1023453

–UN–29OCT99

55 11

A—Lagerbuitenring van conisch rollager B—Bus C—Keerring D—Bus E—Beschermring F—Aandrijfas, compleet

1

G—As H—Kruiskoppeling, compleet I—Koppeling J—As K—Keerring L—Borgveer M—Kogellager

N—Lagerpen O—Vulring (dikte naar behoefte) P—Keerring Q—Lagerbinnenring van conisch rollager R—Fuseehuis

S—Borgveer T—Borgveer U—Zonnewielas V—Fuseehuis1 W—Remolieleiding1 X—Ontluchtingsnippel1 Y—Holle schroef1

Met lamellenrem AG,FX04785,90 –18–02MAR00–20/20

CTM4514 (01MAR00)

55-11

Aangedreven voorassen: 051600

PN=257

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage

Montage Plaats de bus zo op de handgreep KJD10184 (A) dat de smeergroef naar beneden gericht is.

LX003100

–UN–09FEB95

Monteer de bus in de asvuist.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–1/20

Plaats de keerring zo op de keerringstempel KJD10224 (A), dat de afdichtlippen van de stempel vandaan gericht is. Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500) LX003101 –UN–09FEB95

Tik de keerring m.b.v. de handgreep KJD10184 (A) en KJD10185 (B) tot aan de aanslag in de asvuist.

OPMERKING: Smeer vervolgens de ruimte tussen de stoflip en de afdichtlip in met vet.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) AG,FX04785,91 –18–02MAR00–2/20

Monteer de lagerbuitenringen van de conische rollagers in de fuseelagerboring van het ashuis m.b.v. de handgreep OTC27488 (A) en OTC275231 (B) respectievelijk OTC275282.

1

LX003102 –UN–10FEB95

55 12

bij AS-2025, AS-2035 en AS-2045

2

bij AS-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-12

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–3/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=258

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage 55 13

LX003093

–UN–10FEB95

Monteer het kogellager (B) in het fuseehuis en monteer de borgveer (A).

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–4/20

LX009561 –UN–10FEB95

Om te voorkomen dat de keerring bij het inbouwen in het fuseehuis wordt beschadigd, moet de bescherming (A) van de keerring (B) worden losgemaakt.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–5/20

Plaats de keerring (zonder beschermring) zo op de keerringstempel (B), dat de afdichtlip van de stempel vandaan gericht is. Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500)

1

(A) OTC27488 OTC27488 KJD10184

(B) KJD10183 KJD10203 KJD10214

LX003103

Speciaal gereedschap bij: AS-2025, AS-2035 en AS-2035N AS-2045 AS-2060

–UN–10FEB95

Monteer keerring m.b.v. de stempel (A) en (B).

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-13

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–6/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=259

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage

LX003104 –UN–10FEB95

Breng de beschermring aan in de keerring.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–7/20

Monteer de aandrijfas.

LX003449

–UN–08FEB95

Tik de bussen (A) met een doorn in de kruiskoppeling.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–8/20

LX003447 –UN–08FEB95

Monteer de borgveren.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–9/20

Monteer de beschermring (B) op de aandrijfas.

–UN–10FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de bus (A) tot 90-100 C (195-215 F) en breng hem zo aan op de aandrijfas dat de afgeronde zijde (zie pijl) van de beschermring vandaan gericht is.

LX003105

55 14

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-14

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–10/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=260

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage 55 15

Smeer de afdichtlippen van de keerring in het fuseehuis in met een mengsel van spiritus en water (1:1).

LX003106

–UN–10FEB95

Breng de aandrijfas aan in het fuseehuis.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–11/20

LX003107

–UN–10FEB95

Plaats de binnentrekker in de groef van de aandrijfas en trek de aandrijfas tot aan de aanslag in het fuseehuis.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–12/20

LX003108

–UN–10FEB95

Monteer de borgveer.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–13/20

LX003109

–UN–10FEB95

Monteer de borgveer voor de zonnewielas in de groef (zie pijl).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-15

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–14/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=261

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage OPMERKING: Smeer dat deel van de spiebaanvertanding waar de zonnewielas en de aandrijfas in elkaar grijpen, in met MOLYKOTE G (L81050).

LX003110

–UN–10FEB95

Monteer de zonnewielas. De borgveer moet in de groef (zie pijl) vallen.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–15/20

LX003111

–UN–10FEB95

Monteer het complete fuseehuis met de aandrijfas.

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–16/20

Pers de keerring (B) m.b.v. de keerringstempel KJD101821 (A) respectievelijk KJD102122 op de fuseelagerpennen.

–UN–10FEB95

Smeer de buitenomtrek van de keerring (B) in met een mengsel van spiritus en water (1:1).

1

bij AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045

2

LX003114

55 16

bij AS-2060 Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-16

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–17/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=262

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Montage 55 17

Pers de lagerbinnenring van het conisch rollager (B) op de lagerpen m.b.v. de keerringstempel KJD101821(A) respectievelijk KJD102122.

LX003112

–UN–10FEB95

OPMERKING: Smeer de borst van de lagerpen (zie pijl) in met een normaal in de handel verkrijgbaar roestwerend middel.

1

bij AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045

2

bij AS-2060 AG,FX04785,91 –18–02MAR00–18/20

Breng de vulring (B) aan op de bovenste lagerpen (A).

Breng de bovenste (A) en onderste (C) lagerpen aan.

LX003113 –UN–08FEB95

OPMERKING: Smeer de lagerpennen voor de montage in met een bestendig soort smeermiddel.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-17

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–19/20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=263

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen Draai de zeskantschroeven vast.

LX003085 –UN–10FEB95

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................................... 115 N•m (85 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 185 N•m (135 lb-ft)

AG,FX04785,91 –18–02MAR00–20/20

Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen

–UN–10FEB95

Controleer het weerstandsmoment m.b.v. het zelf te vervaardigen draaigereedschap (A) en een momentsleutel. Stel het weerstandsmoment zo mogelijk af op de hoogst toelaatbare waarde.

LX003115

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................. 18 tot 20 N•m (13 tot 15 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment .......................... 23 bis 30 N•m (17 bis 22 lb-ft)

Gebruik een dikkere vulring bij het monteren van de fuseepen als het weerstandsmoment te hoog is. Monteer een dunnere vulring als het weerstandsmoment te laag is.

AG,FX04785,92 –18–06MAR00–1/3

Breng de spoorstang aan.

Draai de zelfborgende moer vast.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................................. 165 N•m (120 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 250 N•m (185 lb-ft)

LX003450 –UN–08FEB95

55 18

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

55-18

AG,FX04785,92 –18–06MAR00–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=264

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen 55 19

Alleen bij lamellenrem: Monteer de holle moer (C) met nieuwe pakkingen.

Draai de zeskantbout (A) vast met 45 N•m (33 lb-ft).

Monteer de ontluchtingsnippel en de afdekkap.

OPMERKING: Wielnaaf en planetaire reductie uitbouwen, zie “Montage” in groep 50.

LX1023447 –UN–18FEB00

Monteer de remolieleiding (B) en de zeskantmoer (A).

AG,FX04785,92 –18–06MAR00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

55-19

Aangedreven voorassen: 051600

PN=265

Fuseehuis en aandrijfassen - serie AS /Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen 55 20

CTM4514 (01MAR00)

55-20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=266

Groep 60

Differentieel en ashuis - serie AS Benodigd speciaal gereedschap

60 1

OPMERKING: Bestel gereedschap a.d.h.v de U.S. SERVICEGARD of de Europese Microfiche-gereedschapcatalogus (MTC).

SERVICEGARD is een handelsmerk van Deere & Company

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–1/16 D01218AA –UN–10FEB95

Lagertrekker. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01218AA Voor het verwijderen van de binnenringen van het conisch rollager van het differentieel en van de pignonas AG,FX04785,114 –18–07MAR00–2/16 OTC27508 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC275081 Voor het verwijderen van de lagerbinnenringen van de conisch rollagers van het differentieel

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,114 –18–07MAR00–3/16 KJD10218 –UN–25MAR98

Steun . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10218 Pignonflens, zeskantbout losmaken/vastmaken (AS-2025, AS-2035 en ASL-2045 met TLS) AG,FX04785,114 –18–07MAR00–4/16 KJD10232 –UN–29OCT99

Tegenhouder . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . KJD10232 Pignonflens, zeskantbout losmaken/vastmaken (AS-2060 met TLS)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-1

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–5/16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=267

Differentieel en ashuis - serie AS /Benodigd speciaal gereedschap D01210AA –UN–10FEB95

60 2

Slagtrekker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . D01210AA Voor het demonteren van de buitenste lagerbuitenring van de pignonas en het monteren van de binnenste lagerring van de pignonas AG,FX04785,114 –18–07MAR00–6/16 OTC27528 –UN–10FEB95

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC275281 Voor het monteren van de buitenste lagerbuitenring van de pignonas (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045)

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,114 –18–07MAR00–7/16 JT01613 –UN–16MAR98

Ring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . JT016131 Voor het monteren van de buitenste lagerring van de pignonas (AS-2060)

1

Gereedschap maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,114 –18–07MAR00–8/16 OTC27488 –UN–10FEB95

Handgreep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . OTC27488

1

Voor het monteren van de buitenste lagerbuitenring op de pignonas

1

Maakt deel uit van de gereedschapset D01045AA AG,FX04785,114 –18–07MAR00–9/16 KJD10188 –UN–10FEB95

Meetring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10188 Weerstandsmoment van de pignonas afstellen (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-2

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–10/16

Aangedreven voorassen: 051600

PN=268

Differentieel en ashuis - serie AS /Benodigd speciaal gereedschap KJD10215 –UN–16MAR98

60 3

Meetring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10215 Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas (AS-2060).

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–11/16 KJD10186 –UN–08MAR95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10186 Voor het monteren van de keerring in het ashuis (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045 zonder TLS) AG,FX04785,114 –18–07MAR00–12/16 KJD10216 –UN–25MAR98

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10216 Voor het monteren van de keerring in het ashuis (AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045 met TLS) AG,FX04785,114 –18–07MAR00–13/16 KJD10204 –UN–27FEB95

Keerringstempel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .KJD10204 Voor het monteren van de keerring in het ashuis (AS-2060) AG,FX04785,114 –18–07MAR00–14/16

LX003083

–UN–10FEB95

A—Vlakstaal, 25x6x155 mm (0.98x0.24x6.10 in.)

B—Zeskantbout M8, ingekort C—Lasnaad

Draaigereedschap . . . . . . . . . . . . . zelf te vervaardigen Voor het afstellen van het weerstandsmoment van de pignonas

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–15/16

OPMERKING: Het gereedschap wordt ook gebruikt voor het afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers (zie “Afstellen van het weerstandsmoment van de fuseelagers” in groep 55).

AG,FX04785,114 –18–07MAR00–16/16

CTM4514 (01MAR00)

60-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=269

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens 60 4

Reparatiegegevens Kontrolepunt

Te meten

Technische gegevens

Differentieel, lamellenpakket

Axiale speling van elk lamellenpakket 0,2 mm (0.008 in.)

Kroonwiel aan satellietenhuis, torxbouten AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

Aanhaalmoment

70 N•m (50 lb-ft)

AS-2045 en AS-2060

Aanhaalmoment

145 N•m (110 lb-ft)

AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

Tandflankspeling

0.07 tot 0.22 mm (0,0028 tot 0,0087 in.)

AS-2045

Tandflankspeling

0,10 tot 0,25 mm (0.0039 tot 0.0098 in.)

AS-2060

Tandflankspeling

0,20 tot 0,28 mm (0.0079 tot 0.0110 in.)

Weerstandsmoment zonder keerring Weerstandsmoment met keerring

1 tot 2 N•m (0.74 tot 1.48 lb-ft) 2 tot 3 N•m (1.48 tot 2.21 lb-ft)

AS-2025 tot AS-2045

Aanhaalmoment

450 N•m (330 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

600 N•m (440 lb-ft)

Voorspanning Weerstandsmoment

0,10 mm (0.0039 in.)

1 tot 4 N•m (0.74 tot 2.95 lb-ft)

AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

Aanhaalmoment

185 N•m (135 lb-ft)

AS-2045

Aanhaalmoment

280 N•m (205 lb-ft)

AS-2060

Aanhaalmoment

390 N•m (290 lb-ft)

Aanhaalmoment

150 N•m (110 lb-ft)

Kroonwiel, tandflankspeling

Pignonas

Pignonas, zelfborgende zeskantmoer

Differentieel, conisch rollager

Montage van beide ashuishelften op elkaar, zeskantbouten

Olie-aftapplug, resp. olievulplug in ashuis

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-4

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–1/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=270

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Op het ashuis ingeslagen maat (afgelezen) ..................................................................... (b) Op de pignonas ingeslagen maat (afgelezen) .................................................................. (c) Lagerbreedte (gemeten) ....................................................................................................

Rekenvoorbeeld d=a—b—c 119,80 mm (4.7165 in.)

— 88,50 mm (3.4842 in.)

— 30,20 mm (1.1890 in.)

(d) Berekende vulringdikte ......................................................................................................

= 1,10 mm (0.0433 in.)

60 5

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,10 mm (0.0433 in.) moet worden gemonteerd.

Lager-voorspanning, resp. weerstandsmoment van het differentieel afstellen (vulringdikte bepalen): (a) Afstand van flens ashuis tot lagerbuitenring van conisch rollager (gemeten) ............................. (b) Afstand van flensvlak tot draagvlak van lagerbuitenring (gemeten) ............................................ (c) Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde) ............................................................................

Rekenvoorbeeld d=a—b+c 4,45 mm (0.1752 in.)

— 3,05 mm (0.1200 in.) + 0,10 mm (0.0039 in.)

(d) Berekende vulringdikte .................................................................................................................

= 1,50 mm (0.0591 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,50 mm dikte (0.0591 in.) moet worden gemonteerd.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-5

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–2/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=271

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens

LX1023450 –UN–29OCT99

60 6

Differentieel AS-2025, AS-2035, AS-2035N A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (2 stuks) F—Drukring (2 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Tandwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte) Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-6

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–3/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=272

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens

LX1018935 –UN–08MAY98

60 7

Differentieel AS-2025, AS-2035 met TLS A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (2 stuks) F—Drukring (2 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Tandwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-7

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–4/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=273

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens

LX009594 –UN–23FEB95

60 8

Differentieel bij AS-2045 en AS-2060 A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (4 stuks) F—Drukring (4 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Tandwiel K—Pignonas L—Vulring (dikte naar behoefte)

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Pignonflens

OPMERKING: Bij het trekkertype 6810 en 6910 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-8

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–5/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=274

Differentieel en ashuis - serie AS /Reparatiegegevens

LX1018936 –UN–08MAY98

60 9

Differentieel bij AS-2045 met TLS A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietwiel (4 stuks) F—Drukring (4 stuks) G—Zonnewiel (2 stuks) H—Satellietenhuis

I—Ashuis J—Tandwiel K—Pignonas L—Ashuis M—Vulring (dikte naar behoefte)

N—Afstandsring (dikte naar behoefte) O—Pignonflens

OPMERKING: Bij het trekkertype 6810 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-9

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–6/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=275

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel uitbouwen

LX1023451 –UN–29OCT99

60 10

Differentieel bij AS-2060 met TLS A—Ashuis B—Vulring (dikte naar behoefte) C—Lamellenpakket (2 stuks) (dikte naar behoefte)

D—Drukring (2 stuks) E—Satellietenhuis F—Satellietwiel (4 stuks) G—Drukring (4 stuks) H—Zonnewiel (2 stuks)

I—Ashuis J—Tandwiel K—Pignonas L—Pignonflens

M—Afstandsring (dikte naar behoefte) N—Vulring (dikte naar behoefte)

AG,FX04785,95 –18–06MAR00–7/7

Differentieel uitbouwen

LX1023575 –UN–24AUG99

OPMERKING: Voor het uitbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen zie “Uitbouwen” in groep 55.

Draai de olie-aftapplug los en tap de olie af.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-10

AG,FX04785,96 –18–06MAR00–1/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=276

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel uitbouwen 60 11

Draai de zeskantbouten los.

LX1023576 –UN–24AUG99

Trek de ashuishelften uit elkaar.

AG,FX04785,96 –18–06MAR00–2/4

LX1023720 –UN–24AUG99

Verwijder het differentieel.

AG,FX04785,96 –18–06MAR00–3/4

Verwijder de lagerbuitenringen (A) en (B) van het differentieel uit beide ashuishelften.

LX1023721 –UN–24AUG99

Verwijder de vulringen.

LX1023722 –UN–24AUG99

OPMERKING: Meet voor de latere montage de vulringdikte en schrijf deze op.

AG,FX04785,96 –18–06MAR00–4/4

CTM4514 (01MAR00)

60-11

Aangedreven voorassen: 051600

PN=277

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel uit elkaar nemen

Differentieel uit elkaar nemen AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

LX003218

–UN–09FEB95

Trek de lagerbinnenringen van het conisch rollager (C) los van het differentieel m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) en de stempel OTC27508 (B).

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–1/9

LX003219

–UN–09FEB95

Draai de torxbouten los.

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–2/9

LX003220

–UN–09FEB95

Pers het kroonwiel m.b.v. drie zeskantbouten (A) M10 x 90 mm (3.5 in.) los van het satellietenhuis.

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–3/9

–UN–09FEB95

Verwijder het bovenste lamellenpakket en het zonnewiel.

LX003221

60 12

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-12

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–4/9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=278

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel uit elkaar nemen 60 13

Verwijder de spanhuls (zie pijl).

Bouw de as uit.

LX1023723 –UN–24AUG99

Verwijder satellietwielen met drukringen, onderste lamellenpakket en zonnewiel.

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–5/9

AS-2045 en AS-2060

LX003218

–UN–09FEB95

Trek de lagerbinnenringen van het conisch rollager (C) los van het differentieel m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A) en de stempel OTC27508 (B).

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–6/9

LX009609

–UN–10FEB95

Draai de torxbouten los.

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–7/9

LX009610 –UN–10FEB95

Neem het satellietenhuis weg en verwijder alle onderdelen.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-13

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–8/9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=279

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX009611

–UN–10FEB95

Pers het kroonwiel van het satellietenhuis.

AG,FX04785,98 –18–06MAR00–9/9

Pignonas uitbouwen Alle aangedreven voorassen

LX1023724 –UN–10SEP99

OPMERKING: Bewaar de zeskantbouten voor de latere afstelling van het weerstandsmoment van de pignonas.

Draai de zelfborgende moer los.

(A) KJD10218 KJD10232

AS-2025

LX1023725

–UN–24AUG99

Tegenhouder bij assen met TLS AS2025, AS-2035 en AS-2045 ...............

AS-2060 ...................................................

AS-2060 met TLS AG,FX04785,99 –18–06MAR00–1/12

Verwijder de ring en de pignonflens.

LX1023726 –UN–24AUG99

60 14

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-14

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–2/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=280

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen 60 15

LX1023727 –UN–07SEP99

Bouw de pignonas uit.

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–3/12

LX003227 –UN–09FEB95

Verwijder de afstandsring.

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–4/12

LX003228 –UN–09FEB95

Trek de lagerbinnenring van het conisch rollager van het pignon (B) los van de pignonas m.b.v. de lagertrekker D01218AA (A).

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–5/12

LX1023728 –UN–24AUG99

Verwijder keerring en lagerbinnenring van het conisch rollager.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-15

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–6/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=281

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX1023729 –UN–18FEB00

Trek de buitenste lagerbuitenring van het conisch rollager los m.b.v. de slagtrekker D01210AA (A).

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–7/12

Verwijder de binnenste lagerbuitenring van het conisch rollager.

LX1023730 –UN–24AUG99

60 16

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-16

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–8/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=282

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX003233 –UN–10FEB95

60 17

A—Ashuis B—O-ring C—Vulring (dikte naar behoefte) D—Lagerbuitenring van conisch rollager E—Differentieel, compleet

F—Stoppklack1 G—Ashuis H—Bus (2 stuks) I—Pignonas J—Lagerbinnenring van conisch rollager K—Lagerbuitenring van conisch rollager

L—Vulring (dikte naar behoefte) M—Zelfborgende zeskantmoer N—Ring O—Pignonflens P—Beschermring Q—Keerring

R—Lagerbinnenring van conisch rollager S—Lagerbuitenring van conisch rollager T—Afstandsring (dikte naar behoefte)

OPMERKING: Bij de trekkertypen 6810 en 6910 zijn het ashuis en het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

1

Bij trekkers voor Noord-Amerika en trekkers met fronthefinstallatie Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-17

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–9/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=283

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX1018937

–UN–19MAY98

60 18

As AS-2045 met TLS A—Ashuis B—O-ring C—Vulring (dikte naar behoefte) D—Lagerbuitenring van conisch rollager E—Ashuis

F—Differentieel, compleet G—Ashuis H—Pignonas I—Lagerbinnenring van conisch rollager J—Lagerbuitenring van conisch rollager

K—Vulring (dikte naar behoefte) L—Afstandsring (dikte naar behoefte) M—Lagerbuitenring van conisch rollager N—Lagerbinnenring van conisch rollager

O—Keerring P—Beschermring Q—Pignonflens R—Ring S—Zelfborgende zeskantmoer

OPMERKING: Bij het trekkertype 6810 en 6910 is het differentieel in spiegelbeeld geplaatst.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-18

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–10/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=284

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX003234 –UN–10FEB95

60 19

Differentieel AS-2025, AS-2035, AS-2035N A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Torxbout (12 stuks) C—Tandwiel D—Spanhuls (4 stuks)

E—Spanhuls (4 stuks) F—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) (dikte naar behoefte) G—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

H—Drukring I—Zonnewiel J—Satellietwiel K—Drukring

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-19

L—As M—Spanhuls N—Satellietenhuis

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–11/12

Aangedreven voorassen: 051600

PN=285

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas uitbouwen

LX009595 –UN–10FEB95

60 20

Differentieel bij AS-2045 en AS-2060 A—Lagerbinnenring van conisch rollager B—Tandwiel C—Spanhuls (4 stuks) D—Spanhuls (4 stuks) E—Satellietenhuis

F—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) (dikte naar behoefte) G—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

H—Drukring I—Zonnewiel J—Drukring (4 stuks) K—Satellietwiel (4 stuks) L—As (2 stuks)

M—Satellietenhuis N—Borgplaat (4 stuks) O—Torxbout (12 stuks) P—Lagerbinnenring van conisch rollager

AG,FX04785,99 –18–06MAR00–12/12

CTM4514 (01MAR00)

60-20

Aangedreven voorassen: 051600

PN=286

Differentieel en ashuis - serie AS /Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen

Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen

60 21

1. Lees de op het ashuis ingeslagen maat (a) af.

–UN–09FEB95

2. Lees de op de pignonas ingeslagen maat (b) af.

3. Meet de lagerbreedte (c).

LX003235

4. Bereken de vereiste dikte van de vulring (d). d=a-b-c (0.0256 (0.0276 (0.0295 (0.0315 (0.0335 (0.0354 (0.0374 (0.0394 (0.0413 (0.0433

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

Leverbare vulringdiktes 1,15 mm 1,20 mm 1,25 mm 1,30 mm 1,35 mm 1,40 mm 1,45 mm 1,50 mm 1,55 mm 1,60 mm

(0.0453 (0.0472 (0.0492 (0.0512 (0.0531 (0.0551 (0.0571 (0.0591 (0.0610 (0.0630

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

LX003236 –UN–09FEB95

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

LX003237 –UN–09FEB95

0,65 0,70 0,75 0,80 0,85 0,90 0,95 1,00 1,05 1,10

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-21

AG,FX04785,100 –18–06MAR00–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=287

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas inbouwen

LX003238 –UN–23FEB95

60 22

Voorbeeld:

d = 1,10 mm

Ingeslagen maat op het ashuis afgelezen .................................... a=119,80 mm (4.7165 in.)

Ingeslagen maat op de pignonas, afgelezen .............................. b=88,50 mm (3.4842 in.)

Lagerbreedte, gemeten .......................... c=30,20 mm (1.1890 in.)

d=a-b-c

d = 4.7165 in. — 3.4842 in. — 1.1890 in. d = 0.0433 in.

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,10 mm (0.0433 in.) moet worden gemonteerd.

d = 119,80 mm — 88,50 mm — 30,20 mm

AG,FX04785,100 –18–06MAR00–2/2

Pignonas inbouwen

LX1023731 –UN–24AUG99

Monteer een vulring met de vereiste dikte.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-22

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–1/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=288

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas inbouwen 60 23

LX1023732 –UN–18FEB00

Koel de binnenste lagerbuitenring van het conisch rollager (A) af en monteer hem m.b.v. de slagtrekker D01210AA (A).

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–2/7

1

LX1023733 –UN–24AUG99

Koel de buitenste lagerbuitenring van het conisch rollager (C) af en monteer hem m.b.v. de stempel OTC275281 (A) respectievelijk JT016132 en OTC27488 (B).

bei AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045

2

bij AS-2060

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–3/7

–UN–09FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003241

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-23

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–4/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=289

Differentieel en ashuis - serie AS /Pignonas inbouwen

LX003243

–UN–10FEB95

LX003242

OPMERKING: De spanhulzen moeten zo zijn gemonteerd dat maat (a) minimaal 17 mm (0.67 in.) bedraagt.

–UN–09FEB95

Plaats de meetring KJD101881 (A) respectievelijk KJD102152 op de as.

1

AS-2025, AS-2035, AS-2035N en AS-2045

2

AS-2060 AG,FX04785,101 –18–06MAR00–5/7

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en monteer hem op de pignonas.

LX1023454 –UN–24AUG99

Breng de pignonas aan in het ashuis.

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–6/7

Monteer de pignonflens.

Breng de ring en de zeskantmoer aan.

LX1023734 –UN–24AUG99

60 24

AG,FX04785,101 –18–06MAR00–7/7

CTM4514 (01MAR00)

60-24

Aangedreven voorassen: 051600

PN=290

Differentieel en ashuis - serie AS /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

60 25

LX1023735 –UN–24AUG99

OPMERKING: De keerring achter de pignonflens werd nog niet gemonteerd, daar de pignonas nogmaals moet worden uitgebouwd nadat het weerstandsmoment is afgesteld.

1. Controleer het weerstandsmoment.

OPMERKING: Gebruik voor het afstellen van het weerstandsmoment de oude zeskantbouten.

(A) KJD10218 KJD10232

LX1023736

Tegenhouder bij assen met TLS AS2025, AS-2035 en AS-2045 ................

AS-2060 ...................................................

–UN–24AUG99

2. Draai de zeskantbouten zover vast, tot een weerstandsmoment van 1 tot 2 N•m (0.74 tot 1.48 lb-ft) bereikt is. Probeer zo mogelijk de hoogst toelaatbare waarde aan te houden. Draai de pignonas tijdens het vastdraaien meerdere malen in beide richtingen.

AG,FX04785,102 –18–06MAR00–1/6

Bouw de pignonas nogmaals uit.

Verwijder de meetring en bepaal maat (a).

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

(0.5945 (0.5984 (0.6008 (0.6024 (0.6035 (0.6047 (0.6055 (0.6063 (0.6075 (0.6089 (0.6094 (0.6102 (0.6114 (0.6126 (0.6134 (0.6142 (0.6154 (0.6165 (0.6173 (0.6181

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

Leverbare vulringdiktes 15,73 15,76 15,80 15,83 15,86 15,90 15,93 15,96 16,00 16,03 16,06 16,10 16,13 16,16 16,20 16,23 16,26 16,30 16,40

mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm mm

(0.6193 (0.6205 (0.6220 (0.6232 (0.6244 (0.6260 (0.6272 (0.6283 (0.6299 (0.6311 (0.6323 (0.6339 (0.6359 (0.6362 (0.6378 (0.6390 (0.6402 (0.6417 (0.6457

in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.) in.)

LX003249

15,10 15,20 15,26 15,30 15,33 15,36 15,38 15,40 15,43 15,46 15,48 15,50 15,53 15,56 15,58 15,60 15,63 15,66 15,68 15,70

–UN–09FEB95

Maat (a) komt overeen met de dikte van de te monteren vulring.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-25

AG,FX04785,102 –18–06MAR00–2/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=291

Differentieel en ashuis - serie AS /Weerstandsmoment afstellen (zonder keerring)

LX003227 –UN–09FEB95

Monteer een vulring met de vereiste dikte.

AG,FX04785,102 –18–06MAR00–3/6

Smeer de buitenomtrek van de keerring dun in met LOCTITE 5741 (L64500) (metalen oppervlak) of met een mengsel van spiritus en water (1:1) (rubber oppervlak) LX1023458 –UN–30AUG99

Monteer de keerring m.b.v. het speciale gereedschap (A).

AS-2025 tot AS-2045 zonder TLS ........................................ KJD10186 AS-2025, AS-2035 en AS-2045 met TLS ............................. KJD10216 AS-2060 ................................................................................ KJD10204

Smeer de keerring (ruimte tussen de afdichtlip en de stoflip) na de montage in met vet.

1

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 518 (TY6304) AG,FX04785,102 –18–06MAR00–4/6

Pers de beschermring (A) op de pignonflens (B).

LX1023459 –UN–30AUG99

60 26

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-26

AG,FX04785,102 –18–06MAR00–5/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=292

Differentieel en ashuis - serie AS /Weerstandsmoment afstellen (met keerring) 60 27

Bouw de pignonas weer in.

Monteer de pignonflens.

LX1023738 –UN–30AUG99

Breng de ring en de nieuwe zeskantmoer aan.

Draai de zelfborgende zeskantmoer vast.

Technische gegevens AS-2025 tot AS-2045 .................................................. 450 N•m (330 lb-ft) aanhaalmoment AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 600 N•m (440 lb-ft)

AG,FX04785,102 –18–06MAR00–6/6

Weerstandsmoment afstellen (met keerring)

LX1023739 –UN–10SEP99

Controleer het weerstandsmoment m.b.v. het draaigereedschap (A)1 en een momentsleutel.

Het weerstandsmoment moet 2 tot 3 N•m (1.48 tot 2.21 lb-ft) bedragen. Probeer zo mogelijk de hoogst toelaatbare waarde aan te houden.

zonder TLS

LX1023456 –UN–24AUG99

OPMERKING: Monteer een andere vulring als het voorgeschreven weerstandsmoment niet wordt gehaald.

met TLS

1

aangedreven voorassen zonder TLS

AG,FX04785,103 –18–06MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

60-27

Aangedreven voorassen: 051600

PN=293

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel monteren AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

Differentieel monteren AS-2025, AS-2035 en AS-2035N

LX003252

BELANGRIJK: Smeer de losse onderdelen vooralsnog niet in met olie, omdat anders de axiale speling van het lamellenpakket niet correct instelbaar is.

–UN–08FEB95

Monteer het zonnewiel:

De gevoerde zijde van de drukring (C) moet naar het lamellenpakket gericht zijn.

A—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) B—Lamel met binnenvertanding (4 stuks) C—Drukring D—Zonnewiel

AG,FX04785,104 –18–06MAR00–1/3

LX003253

–UN–08FEB95

Monteer het zonnewiel met het lamellenpakket in het satellietenhuis.

AG,FX04785,104 –18–06MAR00–2/3

Bouw de satellietwielen in.

–UN–08FEB95

OPMERKING: Let tijdens het inbouwen van de satellietenas (A) op de stand van de boring voor de spanhuls.

A—As B—Satellietwiel (2 stuks) C—Drukring (2 stuks)

LX003254

60 28

AG,FX04785,104 –18–06MAR00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

60-28

Aangedreven voorassen: 051600

PN=294

Differentieel en ashuis - serie AS /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N)

Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N)

60 29

–UN–08FEB95

1. Meet de axiale speling. Deze moet 0,2 mm (0.008 in.) bedragen.

LX003255

2. Bij afwijking van de voorgeschreven axiale speling moet de dikte van het lamellenpakket via lamellen met buitenvertanding worden gecorrigeerd.

3. Verwijder alle onderdelen en smeer ze dun in met olie als het lamellenpakket correct is afgesteld.

4. Breng op het tweede zonnewiel een lamellenpakket van dezelfde dikte aan. Smeer alle onderdelen in met olie.

Leverbare diktes lamellen met buitenvertanding 1,0 mm (0.039 in.)

1,2 mm (0.047 in.)

1,1 mm (0.043 in.)

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–1/7

Bouw de ingeoliede onderdelen weer in.

Tik de spanhuls 5 x 55 mm (0.2 x 2.17 in.) in het satellietenhuis.

LX003222

–UN–09FEB95

OPMERKING: De spanhuls moet 5 mm (0.2 in.) uit het boorgat steken.

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–2/7

LX003257 –UN–08FEB95

Bouw het tweede zonnewiel met het lamellenpakket in.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-29

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–3/7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=295

Differentieel en ashuis - serie AS /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2025, AS-2035 en AS-2035N)

LX009612 –UN–10FEB95

Tik de buitenste spanhulzen er zodanig in dat de vertanding in de belaste richting gericht is (zie pijl). De binnenste spanhulzen moeten onder een hoek van 180 graden t.o.v. elkaar staan.

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–4/7

LX003259

–UN–08FEB95

Pers het kroonwiel op het satellietenhuis.

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–5/7

1

LX003260 –UN–08FEB95

Smeer de torxbouten dun in met LOCTITE 2431 (L41475) en met 70 N•m (50 lb-ft) vastdraaien.

Voor Noord-Amerika: LOCTITE 242 (TY9370)

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–6/7

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

–UN–08FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

LX003261

60 30

AG,FX04785,105 –18–06MAR00–7/7

CTM4514 (01MAR00)

60-30

Aangedreven voorassen: 051600

PN=296

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060)

Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060)

60 31

LX009613

–UN–10FEB95

Tik de buitenste spanhulzen zo in het satellietenhuis dat de vertanding in de belaste richting (zie pijl) gericht is. De binnenste spanhulzen moeten onder een hoek van 180 graden t.o.v. elkaar staan.

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–1/6

LX009614

–UN–10FEB95

Pers het kroonwiel op het satellietenhuis.

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–2/6

Monteer het zonnewiel:

–UN–10FEB95

BELANGRIJK: Smeer de losse onderdelen vooralsnog niet in met olie, omdat anders de axiale speling van het lamellenpakket niet correct instelbaar is.

LX009615

De gevoerde zijde van de drukring (B) moet naar het lamellenpakket gericht zijn.

A—Zonnewiel B—Drukring C—Lamel met buitenvertanding (5 stuks) D—Lamel met binnenvertanding (4 stuks)

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-31

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–3/6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=297

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel monteren (APL-2045 en APL-2060)

LX009616

–UN–10FEB95

Plaats het voorgemonteerde zonnewiel in het satellietenhuis.

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–4/6

Bouw de satellietwielen in. De lippen aan de drukringen (zie pijl) moeten naar boven gericht zijn.

LX009617

–UN–10FEB95

A—Satellietwiel (4 stuks) B—Drukring (4 stuks) C—As (2 stuks)

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–5/6

–UN–10FEB95

Voeg beide satellietenhuishelften samen en zet ze voorlopig met twee torxbouten vast.

LX009618

60 32

AG,FX04785,106 –18–06MAR00–6/6

CTM4514 (01MAR00)

60-32

Aangedreven voorassen: 051600

PN=298

Differentieel en ashuis - serie AS /Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2045 en AS-2060)

Axiale speling van lamellenpakket afstellen (AS-2045 en AS-2060)

60 33

–UN–10FEB95

1. Meet de axiale speling. Deze moet 0,2 mm (0.008 in.) bedragen.

LX009608

2. Bij afwijking van de voorgeschreven axiale speling moet de dikte van het lamellenpakket via lamellen met buitenvertanding worden gecorrigeerd.

3. Verwijder alle onderdelen en smeer ze dun in met olie als het lamellenpakket correct is afgesteld.

4. Breng op het tweede zonnewiel een lamellenpakket van dezelfde dikte aan. Smeer alle onderdelen in met olie.

Leverbare diktes lamellen met buitenvertanding 1,0 mm (0.039 in.)

1,2 mm (0.047 in.)

1,1 mm (0.043 in.)

AG,FX04785,107 –18–06MAR00–1/4

LX009619

–UN–10FEB95

Bouw alle onderdelen in en voeg de satellietenhuishelften samen.

AG,FX04785,107 –18–06MAR00–2/4

Zet de torxbouten met zekerheidselementen1 (A) respectievelijk ringen2 (B) in.

bij AS-2045

2

bij AS-2060

LX009620

1

–UN–10FEB95

Draai de torxbouten vast met 145 N•m (110 lb-ft).

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-33

AG,FX04785,107 –18–06MAR00–3/4

Aangedreven voorassen: 051600

PN=299

Differentieel en ashuis - serie AS /Differentieel inbouwen

LX009621

Verwarm de lagerbinnenring van het conisch rollager tot 90-100 C (195-215 F) en pers hem op de astap.

–UN–10FEB95

ATTENTIE: Bij werkzaamheden met hete olie bestaat kans op brandwonden. Verhit de olie niet boven de 190 C (380 F), daar anders de olie of oliedampen kunnen ontbranden.

AG,FX04785,107 –18–06MAR00–4/4

Differentieel inbouwen Alle aangedreven voorassen

OPMERKING: Eerder gebruikte vulringdikte inleggen.

Monteer de vulring en de lagerbuitenring van het conisch rollager in het ashuis.

LX1023740 –UN–24AUG99

Plaats het ashuis verticaal.

AG,FX04785,108 –18–06MAR00–1/2

OPMERKING: Om later het draagbeeld te kunnen controleren, moeten meerdere tanden van het tandwiel met verf gemerkt worden.

Monteer het differentieel.

LX1023741 –UN–24AUG99

60 34

AG,FX04785,108 –18–06MAR00–2/2

CTM4514 (01MAR00)

60-34

Aangedreven voorassen: 051600

PN=300

Differentieel en ashuis - serie AS /Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

60 35

LX1023742 –UN–24AUG99

1. Meet afstand (a) van de flens van het ashuis tot de lagerbuitenring van het conisch rollager.

2. Meet afstand (b) van het flensvlak van het ashuis tot aan het draagvlak van de lagerbuitenring van het conisch rollager.

3. De lager-voorspanning (c) moet 0,10 mm (0.0039 in.) bedragen.

4. Bereken de vereiste dikte van de vulring (d): d=a-b+c

LX1023743 –UN–24AUG99

OPMERKING: Wanneer een vulring met de berekende dikte wordt gemonteerd, heeft het weerstandsmoment automatisch de voorgeschreven waarde van 1 tot 4 N•m (0.74 tot 2.95 lb-ft).

Voorbeeld: Afstand tussen flens en lagerbuitenring, gemeten ......................................... a=4,45 mm (0.1752 in.)

Afstand tussen flensvlak en draagvlak, gemeten .......................................... b=3,05 mm (0.1200 in.)

Lager-voorspanning (voorgeschreven waarde) c=0,10 mm (0.0039 in.)

d=a-b+c d = 4,45 mm — 3,05 mm + 0,10 mm d = 1,50 mm (d = 0.1752 in. — 0.1200 in. + 0.0039 in. d = 0.0591 in.)

Het resultaat van het rekenvoorbeeld is dat er een vulring van 1,50 mm (0.0591 in.) moet worden gemonteerd.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-35

AG,FX04785,109 –18–07MAR00–1/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=301

Differentieel en ashuis - serie AS /Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen

LX1023455 –UN–24AUG99

Monteer een vulring met de vereiste dikte en monteer de lagerbuitenring van het conisch rollager.

AG,FX04785,109 –18–07MAR00–2/3

Voeg beide ashuishelften m.b.v. twee tapeinden M14x90 mm (3.5 in.) op elkaar aan en zet ze met vier zeskantbouten vast.

LX1023744 –UN–24AUG99

60 36

AG,FX04785,109 –18–07MAR00–3/3

CTM4514 (01MAR00)

60-36

Aangedreven voorassen: 051600

PN=302

Differentieel en ashuis - serie AS /Tandflankspeling van het kroonwiel controleren

Tandflankspeling van het kroonwiel controleren

60 37

LX1023746 –UN–24AUG99

1. Draai de pignon meerdere malen in beide richtingen.

2. Bevestig het meetuur met 90 graden aan een tandflank van het kroonwiel.

3. Controleer de tandflankspeling.

Voorgeschreven tandflankspeling: Technische gegevens AS-2025, AS-2035, AS-2035N ........................................ 0,07 tot 0,22 mm Tandflankspeling (0.0028 tot 0.0087 in.)

AS-2045 Tandflankspeling .............................................. 0,10 tot 0,25 mm (0.0039 tot 0.0098 in.)

AS-2060 Tandflankspeling .............................................. 0,20 tot 0.28 mm (0.0079 tot 0.0110 in.)

4. Corrigeer indien nodig de tandflankspeling met een passende vulring.

5. Bouw het differentieel uit.

6. Controleer het draagbeeld van het kroonwiel en vergelijk dat met de afbeelding.

–UN–09MAR95

OPMERKING: Als er verschillen zijn opgetreden, moeten alle voorheen afgestelde parameters nogmaals worden gecontroleerd.

L23598

I—Duwflank (concaaf) II—Trekflank (convex) A—Ideaal draagbeeld B—Afstand tussen pignon en kroonwiel moet worden verkleind C—Afstand tussen pignon en kroonwiel moet worden vergroot

AG,FX04785,110 –18–07MAR00–1/3

LX1023741 –UN–24AUG99

Monteer het differentieel.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

60-37

AG,FX04785,110 –18–07MAR00–2/3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=303

Differentieel en ashuis - serie AS /Eindmontage

LX1023748 –UN–24AUG99

Monteer de O-ring (A) en smeer deze in met vet.

AG,FX04785,110 –18–07MAR00–3/3

Eindmontage

Draai de zeskantschroeven vast.

Technische gegevens AS-2025, AS-2035, AS-2035N .................................... 185 N•m (135 lb-ft) aanhaalmoment AS-2045 aanhaalmoment ............................................ 280 N•m (205 lb-ft) AS-2060 aanhaalmoment ............................................ 390 N•m (290 lb-ft)

OPMERKING: Zie “Montage” in groep 55 voor het inbouwen van het fuseehuis en de aandrijfassen.

LX1023749 –UN–24AUG99

Voeg ashuizen samen.

AG,FX04785,111 –18–07MAR00–1/2

Bouw de bussen1 voor de asophanging zo in dat de boring (zie pijl) in lijn ligt met de smeernippel.

LX1023750 –UN–10SEP99

60 38

1

bij assen zonder TLS

AG,FX04785,111 –18–07MAR00–2/2

CTM4514 (01MAR00)

60-38

Aangedreven voorassen: 051600

PN=304

Differentieel en ashuis - serie AS /Olie bijvullen

Olie bijvullen

60 39

2. Monteer de olie-aftapplug (B), voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

3. Draai de olievulplug (A) los en vul olie bij tot aan de onderrand van de vulboring.

4. Monteer de olievulplug, voorzien van een nieuwe O-ring, en draai hem vast met 150 N•m (110 lb-ft).

LX003270 –UN–09FEB95

1. Plaats de trekker op een horizontale ondergrond.

AG,FX04785,112 –18–07MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

60-39

Aangedreven voorassen: 051600

PN=305

Differentieel en ashuis - serie AS /Olie bijvullen 60 40

CTM4514 (01MAR00)

60-40

Aangedreven voorassen: 051600

PN=306

Groep 200

Beschrijving en werking Beschrijving van voorwielaandrijving

LX003425 –UN–10FEB95

200 1

A—Voorwiel-aandrijfkoppeling

B—Cardanas

C—Aangedreven vooras

Wanneer bij trekkers met voorwielaandrijving de voorwielaandrijving wordt ingeschakeld, worden alle vier de wielen gelijktijdig aangedreven. Daardoor neemt de trekkracht van de trekker toe en de wielslip af.

Het koppel wordt door de versnellingsbak via de eindaandrijvingen op de achterwielen overgebracht.

Tegelijkertijd wordt het koppel door de versnellingsbak via de voorwiel-aandrijfkoppeling (A) op de cardanas (B) overgebracht, die de vooras (C) en zo direct de voorwielen aandrijft.

elkaar en brengen zo een verbinding tot stand tussen de versnellingsbak en de vooras. Zodra de voorwielaandrijving wordt uitgeschakeld, stroomt de olie door de elektromagnetische klep naar de voorwiel-aandrijfkoppeling. De schotelveren worden door de oliedruk op elkaar geperst en het lamellenpakket komt vrij. Er is niet langer een verbinding tussen de versnellingsbak en de aangedreven vooras. De voorwielaandrijving is altijd ingeschakeld wanneer de motor is afgezet, aangezien de versnellingsbak-oliepomp op dat moment geen olie oppompt.

De voorwielaandrijving wordt via een tuimelschakelaar in- en uitgeschakeld. Wanneer de voorwielaandrijving wordt ingeschakeld, onderbreekt een elektromagnetische klep de oliestroom naar de voorwiel-aandrijfkoppeling. Schotelveren drukken het lamellenpakket in de voorwiel-aandrijfkoppeling op

Door wijzigingen in de tandwielparen en de bandencombinatie kan men bij de aangedreven vooras de voorijling tussen 1,5 tot 4 procent variëren. Dit betekent dat de voorwielen iets sneller draaien dan de achterwielen. De tractie van de trekker wordt hierdoor verbeterd.

LX,FAXLE 003481 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

200-1

Aangedreven voorassen: 051600

PN=307

Beschrijving en werking / Constructie van de aangedreven vooras

Constructie van de aangedreven vooras

LX003426 –UN–10FEB95

200 2

A—Ashuis B—Differentieel

C—Fuseehuis D—Wielnaaf met planetaire reductie

Ashuis Het ashuis (A) bestaat uit twee delen die tegen elkaar gemonteerd zijn. De uiteinden van het ashuis hebben de vorm van een vuist waaraan het fuseehuis (C) is bevestigd.

E—Aandrijfas

F—Stuurcilinder

satellietwielen alsmede twee lammellenpakketten die dienst doen als zelfsperrend differentieelslot. Het differentieel is dus zelfsperrend. In de meeste gevallen voorkomt deze constructie dat het wiel tijdens het wegrijden of op een gladde ondergrond doorslipt.

Aandrijfassen

Fuseehuis Het fuseehuis (C) vormt de verbinding tussen het ashuis (asvuist) en de wielnaaf (D). Dankzij het fuseehuis kan de as worden gestuurd.

De aandrijfassen (E) brengen het koppel van het differentieel over op de wielnaven. De kruiskoppeling die in elke aandrijfas is opgenomen, compenseert het verschil in hoogte tussen het differentieel en de wielnaaf.

Differentieel Wielnaaf met planetaire reductie Het differentieel (B) is in het midden van de aangedreven vooras geplaatst. Door het differentieel kunnen de voorwielen met verschillende wielomtreksnelheden draaien (b.v. in bochten). Het differentieel bestaat uit het satellietenhuis, het kroonwiel en de pignon. De pignon brengt het koppel van de cardanas over op het differentieel. In het satellietenhuis bevinden zich de zonnewielen en

Bij de planetaire naafreductie (D) worden de satellietwielen aangedreven door de zonnewielas, die aan de aandrijfas (E) is gekoppeld. De satellietwielen wentelen zich op het vaststaande ringwiel af en nemen de satellietwieldrager en de wielnaaf mee. Door de planetaire naafreductie neemt het toerental af en wordt het koppel vergroot.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

200-2

LX,FAXLE 003484 –18–01OCT92–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=308

Beschrijving en werking / Constructie van de aangedreven vooras Stuurcilinder De stuurcilinder (F) is in het ashuis geı̈ntegreerd. Hij bestaat uit een stalen cilindervoering en een zuiger

200 3

met een zuigerstang aan beide uiteinden. Het zuigeroppervlak is aan beide zijden even groot en de stuurinrichting is daardoor geheel uitgebalanceerd.

LX,FAXLE 003484 –18–01OCT92–2/2

CTM4514 (01MAR00)

200-3

Aangedreven voorassen: 051600

PN=309

Beschrijving en werking / Werkingsprincipe van het differentieel

Werkingsprincipe van het differentieel

LX003427 –UN–10FEB95

200 4

A—Aandrijfas B—Zonnewiel

C—Lamellenpakket D—Kroonwiel

Krachtverloop bij rechtuitrijden Bij rechtuitrijden draaien het aangedreven kroonwiel (D), het satellietenhuis (G) met de satellietwielen (E), de zonnewielen (B) en de aandrijfassen (A) alle met hetzelfde toerental.

E—Satellietwiel F—Pignon

De satellietwielen (E) draaien niet om hun eigen as.

Beide wielen worden dus met hetzelfde toerental en hetzelfde koppel aangedreven.

Vervoig op voigende bladzijde

CTM4514 (01MAR00)

G—Satellietenhuis

200-4

LX,FAXLE 003486 –18–01OCT92–1/2

Aangedreven voorassen: 051600

PN=310

Beschrijving en werking / Werkingsprincipe van het differentieel

LX003428 –UN–10FEB95

200 5

A—Aandrijfas B—Zonnewiel

C—Lamellenpakket D—Kroonwiel

E—Satellietwiel F—Pignon

Krachtverloop in bochten In bochten draaien alleen het aangedreven kroonwiel en het satellietenhuis met de satellietwielen met hetzelfde toerental. Als het rechterwiel en dus ook het rechter zonnewiel stilstaan, moeten de satellietwielen over het rechter zonnewiel rollen. Ze draaien daarbij om hun eigen as. Het linker zonnewiel is in aangrijping met de draaiende satellietwielen. Dit betekent dat het toerental van het linker zonnewiel toeneemt, terwijl het normaal gesproken, als de trekker rechtuit rijdt, alleen met het kroonwiel meedraait.

G—Satellietenhuis

Het resultaat is dat bij elke omwenteling van het kroonwiel het linker zonnewiel en de daaraan gekoppelde aandrijfas twee omwentelingen maken.

Zodoende draait bij ongelijke rijweerstanden van de beide aangedreven wielen het wiel met de lagere weerstand, resp. met meer bewegingsvrijheid sneller dan het andere. Het ene wiel draait net zoveel sneller als het andere langzamer draait.

LX,FAXLE 003486 –18–01OCT92–2/2

CTM4514 (01MAR00)

200-5

Aangedreven voorassen: 051600

PN=311

Beschrijving en werking / Werkingsprincipe van het zelfsperrend differentieel

Werkingsprincipe van het zelfsperrend differentieel

LX003429 –UN–23FEB95

200 6

A—Zonnewiel

B—Lamellenpakket

Het zelfsperrend differentieel verbetert de rijeigenschappen van de trekker in ruw terrein of op een gladde ondergrond. Het differentieel wordt hierbij geheel of slechts gedeeltelijk buiten werking gesteld.

Vermogensverlies dat ontstaat als een van de aangedreven wielen doorslipt, wordt zo voorkomen.

T.o.v. een handmatig of via een pedaal ingeschakeld differentieelslot heeft het zelfsperrend differentieel het voordeel dat de belasting van de aandrijfassen beperkt wordt. Een ander voordeel is dat het waar nodig direct en automatisch wordt ingeschakeld, zonder tussenkomst van de bestuurder.

De sperwerking wordt verzorgd door twee symmetrisch in het satellietenhuis aangebrachte lamellenpakketten (B). Door de reactiekracht die tijdens het overbrengen van het koppel optreden, worden er op de schuine vlakken van de satellietwielen (C) krachten in axiale

C—Satellietwiel

richting uitgeoefend. Deze axiale krachten, opgewekt in de spiebaanvertanding, oefenen druk uit op de lamellenpakketten via de over de aandrijfassen verschuifbare zonnewielen (A). Daar de lamellen in aangrijping zijn met het satellietenhuis en die met binnenvertanding met de zonnewielen, kunnen de aandrijfassen minder makkelijk onafhankelijk van het satellietenhuis draaien.

De axiale krachten zorgen in de lamellenpakketten voor een belastingafhankelijke sperwerking. Deze staat altijd in directe verhouding met het ingangskoppel, d.w.z het ingangskoppel, verhoudt zich rechtevenredig met het uitgangskoppel, uitgaande van een gelijkblijvende sperwaarde. De sperwerking varieert dus afhankelijk van het motorkoppel en het koppel dat door de diverse versnellingen wordt overgebracht.

LX,FAXLE 003487 –18–01OCT92–1/1

CTM4514 (01MAR00)

200-6

Aangedreven voorassen: 051600

PN=312

Beschrijving en werking / Werkingsprincipe van de planetaire reductie

Werkingsprincipe van de planetaire reductie

LX003430

–UN–10FEB95

200 7

A—Zonnewielas B—Satellietwieldrager

C—Satellietwiel (3 stuks) D—Ringwiel

E—Wielnaaf

De planetaire naafreductie wordt aangedreven door de zonnewielas (A) die in aangrijping is met de aandrijfas van de vooras.

Wanneer de zonnewielas draait, moeten de satellietwielen (C) zich op het vaststaande ringwiel (D)

F—Fuseehuis

afwentelen. Hierdoor draaien de satellietwieldrager (B) en zodoende de wielnaaf (E) in dezelfde richting als de zonnewielas. De voorwielen worden zo met een lager toerental, maar het erop overgebrachte koppel is hoger.

LX,FAXLE 003488 –18–01OCT92–1/1

CTM4514 (01MAR00)

200-7

Aangedreven voorassen: 051600

PN=313

Beschrijving en werking / Werkingsprincipe van de lamellenrem

–UN–29OCT99

Werkingsprincipe van de lamellenrem

LX1023460

200 8

A—Satellietwieldrager B—Satellietwiel C—Lamellenpakket D—Remzuiger

E—Ringwiel F—Olie van/naar het remventiel G—Veer

H—Lamel met buitenvertanding I—Lamel met binnenvertanding

Bij het bedienen van het rempedaal wordt er van het remventiel drukolie (F) achter de remzuiger (D) van de vooras geleid. De oliedruk drukt de remzuigers tegen het lamellenpakket (C), dat daardoor wordt samengedrukt. Hierdoor ontstaat een verbinding tussen de lamellen met buitenvertanding (H) die aan het vaststaande ringwiel (E) steunen en de lamellen met binnenvertanding (I) die over de lamellendrager (J) met de zonnewielas (K) verbonden zijn.

J—Lamellendrager K—Zonnewielas

zonnewielas afgeremd. De remwerking wordt via de zonnewielas, de satellietwielen (B) en de satellietwieldragers (A) op de voorwielen overgedragen.

Zodra de rempedalen worden losgelaten, wordt de druk op de olie opgeheven en trekken de terugtrekpennen (G) de remzuiger terug in zijn uitgangspositie. De olie stroomt naar de remklep terug.

Met stijgende remdruk perst de remzuiger het lamellenpakket steeds meer samen en zo wordt de

AG,FX04785,113 –18–07MAR00–1/1

CTM4514 (01MAR00)

200-8

Aangedreven voorassen: 051600

PN=314

Beschrijving en werking / Voorijling van aangedreven vooras controleren

Voorijling van aangedreven vooras controleren

200 9

1. Controleer de bandenspanning.

LX003431

OPMERKING: Zorg ervoor dat de voorijling van de voorwielen aan de specificaties voldoet, daar anders de bandenslijtage te groot is en de levensduur van andere componenten wordt bekort.

–UN–08FEB95

Front axle overrun: 1,5 tot 4 %

2. Teken de stand van de pignonflens (A) af t.o.v. de cardanasflens (B) (zie pijlen).

3. Bind de cardanas op met een stuk touw.

ATTENTIE: Blijf uit de buurt van draaiende delen zolang de motor draait.

4. Schakel de voorwielaandrijving in en rijd langzaam met de trekker in de laagste versnelling tot de pignonflens 20 omwentelingen heeft gemaakt.

OPMERKING: Heeft zich na 25 omwentelingen van de pignonflens, de flens van de cardanas zich 25,5 tot 26 keer gedraaid, dan stemt dit overeen met een voorijling van 2% tot 4%.

Voldoet de voorijling niet aan de specificaties, dan moet de bandencombinatie worden gecontroleerd (zie de handleiding).

LX,FAXLE 003489 –18–01JAN98–1/1

CTM4514 (01MAR00)

200-9

Aangedreven voorassen: 051600

PN=315

Beschrijving en werking / Voorijling van aangedreven vooras controleren 200 10

CTM4514 (01MAR00)

200-10

Aangedreven voorassen: 051600

PN=316

Alfabetisch register Bladzijde

Bladzijde

A

M

Aangedreven vooras, constructie . . . . . . . . . . . 200-2 Axiale speling van lamellenpakket afstellen . . .20-32, 20-36, 60-29, 60-33

Mengen van smeermiddelen. . . . . . . . . . . . . . . . 00-8 Indx 1

O C

Opslag van smeermiddelen . . . . . . . . . . . . . . . . 00-9

Controles Draagbeeld van kroonwiel. . . . . . . . . .20-41, Kroonwiel, tandflankspeling. . . 20-38, 40-24, Voorijling van aangedreven vooras controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Weerstandsmoment . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

60-37 60-37 200-9 20-29

P Planetaire reductie, werkingsprincipe . . . . . . . . 200-7

S D Differentieel, werkingsprincipe . . . . . . . . . . . . . 200-4 Draagbeeld van kroonwiel controleren . . . . . . .20-41, 60-37

Smeermiddel Mengen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 00-8 Spoor controleren en afstellen (basisafstelling) . . . . . . . . . . . . . 05-30, 25-9, 45-15 Stuurcilinder en spoorstangen . . . . . . . . . . . . . . 25-1 Stuuruitslag afstellen . . . . . . . . . 05-31, 25-10, 45-16

I Instellingen Axiale speling van lamellenpakket. . . 20-32, 20-36, 60-29, 60-33 Lager-voorspanning . . . . . . . . 20-39, 40-22, 60-35 Rolweerstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-39 Spoor (basisafstelling). . . . . . . . 05-30, 25-9, 45-15 Stuuruitslag . . . . . . . . . . . . . . . 05-31, 25-10, 45-16 Tandcontact pignon-kroonwiel. . . . . . . . . . . . 20-22 Tandcontact van de pignonas . . . . . . .40-14, 60-21 Voorspanning van het fuseelager . . . . . . . . . 35-12 Vulringdikte, stuurcilinder . . . . . . . . . . . . . . . 05-13 Weerstandsmoment . . 15-16, 20-26, 55-18, 60-25, 60-35 Weerstandsmoment van de pignonas . . . . . . 40-17

L Lager-voorspanning respectievelijk weerstandsmoment afstellen . . . . . . . . . . . . .

Lager-voorspanning, resp. weerstandsmoment van het differentieel afstellen. . . . . . . . . . . . .

Lager-voorspanning van het differentieel afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Lamellenrem, werkingsprincipe. . . . . . . . . . . . .

CTM4514 (01MAR00)

T Tandcontact pignon-kroonwiel afstellen . . . . . .20-22, 40-14, 60-21 Tandflankspeling van het kroonwiel controleren . . . . . . . . . . . . . . . 20-38, 40-24, 60-37 Toespoor controleren . . . . . . . . . 05-31, 25-10, 45-17

V Voorijling van aangedreven vooras controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Voorspanning van het fuseelager (fuseehuis) afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Voorwielaandrijving, beschrijving . . . . . . . . . . .

Vulringdikte bepalen (stuurcilinder) . . . . . . . . . .

200-9 35-12 200-1 05-13

20-39

W

60-35

Weerstandsmoment van de fuseelagers afstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .15-16, 55-18 Weerstandsmoment van pignonas afstellen (zonder keerring) . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-26, 40-17, 60-25

40-22 200-8

Alfabetisch register-1 051600

PN=1

Alfabetisch register

Bladzijde

Weerstandsmoment van pignonas controleren (met keerring) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20-29 Werkingsprincipe Aangedreven vooras . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-2 Indx Differentieel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-4 2 Lamellenrem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-8 Planetaire reductie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-7 Voorwielaandrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-1 Zelfsperring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200-6

Z Zelfsperrend differentieel, werkingsprincipe . . . 200-6

CTM4514 (01MAR00)

Alfabetisch register-2 051600

PN=2

Aangedreven voorassen Serie APL, 045 en AS CTM4514 (01MAR00)