Portret door André Bijl
25 jaar met vreugde herder en leraar in Rumpt
Ben Oosterom gelooft er zelf in
9db^cZZ DdhiZgdb ]ZZ[i ]Zi eg^bV cVVg o^_c o^c ^c Gjbei/ YZ eVhidg^ZYZjg hiVVi l^_Y deZc#
I
k ben 25 jaar predikant en heb al die jaren hier in Rumpt ‘gestaan’. Ik heb diverse beroepen gehad, maar vergelijk het predikantschap een beetje met een huwelijk. Daar verkas je ook niet om de zoveel jaar. Ik vind het belangrijk een relatie aan te gaan. Met elkaar vreugde en verdriet te beleven, samen door de diepte heen, maar ook samen groeien. Ik werk hier als part-timer, om de zondag preekt er een andere dominee. Dat zorgt voor afwisseling. Bovendien ontdek ik nog dagelijks nieuwe dingen in de bijbel die ik kan doorgeven.” Vorige maand herdacht Ben Oosterom (55) dat hij 25 jaar predikant is van de hervormde gemeente (PKN) van Rumpt én geestelijk verzorger van Lingesteyn in Leerdam. Oosterom wist al vroeg dat hij predikant wilde worden. “Toen ik zes was werd ik door de Heer geroepen. Toen ik op de middelbare school zat, verdween dat gevoel naar de achtergrond en wilde ik econometrie studeren. Later kwam die roeping terug. Misschien ook omdat een oom van mij zendeling was.” Met zijn vrouw en vier
kinderen voelt hij zich ‘prima op zijn plaats’ in Rumpt. “Het is maar een dorpje van 900 inwoners – grappig er zijn precies 450 mannen en evenveel vrouwen. De mensen zijn open; het mooie is dat we veel dingen samen doen. Bij dorpsfeesten wordt er samen gegeten, daar doen dan 250 mensen aan mee. Er zijn veel verenigingen, mensen kijken naar elkaar om. We voelen ons hier thuis.” Kleine gemeente “Kijk”, zegt de predikant en wijst op een nieuwe zaal in de monumentale dorpskerk. “Deze ruimte zegt iets over onze gemeente. We zijn maar klein, tellen hooguit 80, 90 meelevende leden. Maar het aantal doet er niet toe. We zijn de gemeente van deze plaats en geloven in de toekomst. We hebben op dit moment veel kinderen in de gemeente. Ze gaan naar de kindernevendienst, er zijn clubs. We zijn niet groot, maar vormen de gemeente hier ter plaatse. We leven nu, we geloven nu, we mogen hier werken.
‘Jezus is Zelf vluchteling geweest. Hij hielp mensen in nood. Dat heeft ons iets te zeggen.’
FOTO: FAMILIE OOSTEROM
Daarom potten we het geld niet op. Een hele winter hebben gemeenteleden hier aan gewerkt. De saamhorigheid was groot en er is een prachtige ruimte voor de jeugd ontstaan.” Ben Oosterom vindt zichzelf herder, maar ook leraar. “Ik vind het fijn om te preken, al is het niet altijd even gemakkelijk. Ik zoek hoe en waar Gods Woord mag landen in ons leven.” De predikant vindt het bijzonder om voor te gaan in rouwdiensten. “Daar komt de Boodschap van God en de levens van mensen samen. Dan komen ook de levensvragen aan bod. Iemand zei eens na zo’n dienst: ‘hij gelooft het zelf’. Een vreemde opmerking, maar vooral een compliment. Inderdaad: ik geloof de Boodschap zelf en probeer die door te geven in hedendaagse taal. God is aanwezig in deze wereld en geeft mensen hoop voor nu en later. Wij mogen Zijn liefde doorgeven. Daar kun je de wereld mee in.” Al heeft de bijbel niet altijd pasklare antwoorden op alle vragen. “Neem het vraagstuk van de vluchtelingen. Daar zitten veel kanten aan. Het is politiek best lastig. Maar: Jezus is Zelf vluchteling geweest, ook voor Hem was er geen plaats. Hij moest vluchten naar Egypte. Vandaag gaat het om mensen die onze hulp inroepen. Jezus hielp mensen in nood: Hij bekommerde
zich om zieken en melaatsen. Zoals eerder boven een artikel in deze krant stond: ‘Er staat een mens voor de deur’. En je hoort Jezus vragen: ‘Wat doe jij?’” Oosterom leest veel. Ook literaire werken. “Daar word je rijker van, dat zorgt voor verdieping. Door veel te lezen leer je hoe het leven is, hoe mensen met elkaar omgaan, wat angst voor gevolgen heeft. Mooi om te zien hoe een boek geestelijk van betekenis kan zijn. Ik las pas Gilead, een geweldige roman van Marilynne Robinson. Dat eindigt met: ‘ik ga slapen, maar eerst bidden’. Prachtig.” Pastoraat Het lezen helpt hem bij zijn pastorale werk. “Mooi werk om te doen. Vooral op die momenten als het er echt op aankomt in een mensenleven. Maar het gebeurt soms ook in het voorbijgaan, door een gesprekje langs de weg.” Het pastoraat is ook van grote betekenis bij zijn werk als geestelijk verzorger van verpleeghuis Lingesteyn. “De mensen die daar wonen en degenen die met hen verbonden zijn, lopen aan tegen de randen van het leven. Dat zorgt vaak voor vragen, boosheid, verdriet. Ik vind het mooi een stukje met ze mee te lopen op hun levensweg. Ik kan vaak niet zo veel doen. Maar alleen luisteren kan heel waardevol zijn. Hun situatie verandert
‘Ons leven ligt in de hand van God. Ik begrijp lang niet alles, maar weet dat Hij regeert.’ niet, maar erover praten kan verlichting geven. En soms kan ik hun verhaal verbinden met de Boodschap van God. Mag ik vertellen dat ik heilig geloof dat er een God bestaat die met mensen te maken wil hebben.” Dat staat voor de predikant als een paal boven water. “Ons leven ligt in de hand van God. Ik begrijp lang niet alles, maar weet dat God een doel heeft met deze wereld. Hij leeft, Hij regeert. Daarom is er toekomst.” (Dit interview vond plaats voor de vergadering over het AZC Geldermalsen).