A-krant juni 2023

Page 1

Dean Grant chansons in de Oude Kijk De Steady schip met een rijk verleden Visserstraat 47/49 het einde van een school krant ••••••• extra dikke zomer-editie •••••••• buurtkrant van het A-Kwartier, Groningen jaargang 39 nummer 2 2023

De A-krant is een uitgave van buurtvereniging Het A-Kwartier in Groningen en wordt vier keer per jaar in een oplage van 2300 exemplaren huis-aan-huis verspreid in de hele buurt. Bij een teveel aan kopij kan de redactie besluiten de kopij verkort, niet of in een volgend nummer te plaatsen. Ingezonden brieven worden niet anoniem geplaatst en de schrijver/ ster is verantwoordelijk voor de inhoud.

De A-krant beoogt te voldoen aan de behoefte van de lezers. De redactie schrijft en stelt de krant samen zonder rechtstreekse of zijdelingse beïnvloeding.

Leden van Het A-Kwartier ontvangen - per email - automatisch ook het A-mail bulletin met actuele informatie over ontwikkelingen en aktiviteiten.

Niet-leden kunnen zich daar voor inschrijven: stuur een email naar hetakwartier@gmail. com o.v.v. 'aanmelding A-mail bulletin'.

Nog geen lid en woon of werk je in het A-Kwartier?

Persoonlijk lidmaatschap ¤ 12,50 per jaar.

Meerpersoons-lidmaatschap ¤ 17,50 per jaar.

Informatie op de website: www.a-kwartier.nl

Buurtvereniging Het A-Kwartier

Banknummer: NL33INGB0005031398

Kamer van Koophandel: 40025343

Website: www.a-kwartier.nl

Email: hetakwartier@gmail.com

Email A-krant: Aredactie@gmail.com

Buurtpand De Oude Drogisterij

Lage der A 4: Hans Imelman, 050-3125020

Post voor Het A-Kwartier en de redactie van de A-Krant: Reitemakersrijge 18, 9711 HT Groningen

Bestuur van Het A-Kwartier:

Trinet Holtslag (voorzitter)

Klaas van der Meulen (secretaris)

Giorgio Achterbosch (penningmeester)

Marieke Kremer (e-mail en leden)

Evelien (Eef) Alkema (activiteiten)

Mark Hömmen

• Politie: 0900-8844

• Meldpunt Overlast: 050-5875885

• Wijkpost Binnenstad: voor klachten over uw woonomgeving 050-3678910

• of: www.gemeente.groningen.nl/ overlast-en-zorg-melden

Verspreiding van de A-krant: Hans Mulder, Schuitemakersstraat 7a 06-26769660 / 050-3120413; email: ormu@home.nl

Hier kunt u zich ook aanmelden als u wilt meehelpen de A-krant te bezorgen.

2

van de redactie

Vorige keer schreef ik over verbeelding en verbinding. Nu sta ik wel eens buiten, en het gebeurde dat ik zomaar met 'verbeelding & verbinding' in gesprek raakte. In dit geval een opa (Foppe ten Broek) die van zijn 8-jarige kleindochter een tekening kreeg (de 'smok', de kus). Deze tekening inspireerde hem tot het opzetten van een fondsenwervend project voor het goede doel: Care for Girls (Empowering girls), meisjes sterker maken. Voor dat goede doel wordt de tekening, met hulp van Rotaryclubs in binnen- en buitenland, nu verkocht. Maar Foppe had nog een ander idee met de tekening.

Aan de Kleine der A is een grote muur van het Heykenshuis. Kon de tekening daar niet (groot) op worden aangebracht? De eigenaar had al toestemming gegeven. Nu nog draagvlak in, de verbinding met, de buurt.

Ik heb hem de contactgegevens van de Buurtvereniging gegeven. Ik ben voor. Misschien blijven graffiti-spuiters dan in het vervolg ook van deze muur af.

Een ander goed doel is de inzameling van kroonkurken voor de Stichting Huntington. Huntington is een verschrikkelijke ziekte waaraan jonge mensen, zoals Jeroen en Martin, overlijden. Ik zal nooit meer gedachteloos een kroonkurk (kunnen) weggooien en aan de Buurtvereniging vragen of zij, in hun overleg met de gemeente, misschien gedaan kunnen krijgen dat er ook in het A-Kwartier een kroonkurkeninzamelpunt komt.

Henk Sytze Meerema

colofon

Redactie:

Dick Veen, Hans van de Sande, Tjitske Zuiderbaan, Henk Sytze Meerema (eindredactie), Han Santing (vormgeving & foto's)

Medewerkers aan dit nummer:

Trinet Holtslag, Karlijn Donders, Esther Klaver

Sacha Landkroon (gedicht)

Drukkerij Scholma, Bedum

Kopij voor A-krant 2023 | 3 inzenden vóór 15 augustus 2023

3 omslag: Hoge der A (foto: Han Santing)

Een vleugje Provence in de Oude Kijk

tekst: Tjitske Zuiderbaan | foto's: Han Santing

Eigenlijk is hij in het verkeerde land en de verkeerde tijd geboren. In het Frankrijk van de jaren 50 was mooier geweest. Sander Schaap (50) verloor zijn hart aan Frankrijk en aan de Franse muziek en cultuur. De joie de vivre past bij hem.

Na 25 jaar muzikaal pionieren in de Provence, landde hij vijf jaar geleden in het Hinckaertshuis in de Oude Kijk in 't Jatstraat, waar hij sindsdien woont en werkt. In een van de oudste steenhuizen van Groningen. Er zijn zelfs nog 13eeeuwse bouwfragmenten te vinden. Ooit woonde burgemeester Otto ter Hansouwe er, wiens weduwe Syerd Mepsche het Sint Annagasthuis in het pand ernaast stichtte. In de volksmond het Mepschengasthuis.

Verleden herleeft

In twee van de statige kamers van het monumentale pand heeft Dean Grant Records, onderdeel van Records Gramophonique, nu zijn audiostudio"s. Onder weelderig gedecoreerde, hoge plafonds, herleeft een iets recenter verleden. Hier restaureert, componeert, zingt, schrijft en produceert Sander muziek die de stijlvolle Amerikaanse composities van de 50'er jaren laat samensmelten met de zinderende hitte van de Provence. De oude houten vloer golft er onder zijn voeten. "Toen ik hier voor het eerst liep was ik gewoon zeeziek."

5

Les Compagnons de la Chanson

"Iéts meer dan gemiddeld," zo omschrijft hij zijn interesse in Frankrijk en de Franse cultuur. Op zijn negentiende vertrok hij per trein vanuit

Amsterdam naar Avignon. De toelating voor het conservatorium in Groningen op zak. Piano ging hij studeren, maar eerst nog even op reis. De Provence voelde als thuiskomen. Hier kwam hij in contact met Michel Cassez, zanger van Les Compagnons de la Chanson. Cassez had samengespeeld met Édith Piaf en was orkestleider van Gilbert Bécaud. Hij nam de jeugdige

Sander onder zijn vleugels. Het conservatorium in Groningen was van de baan.

Niet van hier

Het was de tijd van vóór het internet. "Je wist eigenlijk niet met wie je te maken had. Nu google je iedereen. Zonder het te beseffen groeide ik op met iemand die toonaangevend was voor het Franse chanson. Cassez zei tegen mij: 'Jij neemt iets mee dat evident niet van hier is.' Dat is me altijd bijgebleven."

Sander werkte achter de schermen

bij audioproducties en leerde steeds meer mensen in de muziekscene

kennen. "Ik hoorde Patrick Bruel op de radio en het publiek dat door zijn intro gilde, fascinerend! Toen heb ik zijn producer opgezocht en ben met hem gaan samenwerken." Zo werkte hij dertig jaar in de keuken van het Franse chanson.

Sacha Distel en AI

Onder de vlag van Records Gramophonique werken Sander en zijn

6
Sander in zijn studio

compagnon Albert van Werkhoven samen met uitgeverij Prosadis aan het veiligstellen van een deel van het oeuvre van chansonnier Sacha Distel, wiens zoon de nalatenschap onderhoudt. "Bronbestanden en tapes zijn verloren gegaan. Historische opnamen bestaan soms alleen op vinyl, waarvan het geluid zo slecht is dat je er bijna niks meer mee kunt. Wij kunnen met zeer geavanceerde apparatuur de muziek terughalen. Op CNN werd gewaarschuwd dat AI het voortbestaan van de mensheid in gevaar brengt. Diezelfde AI zorgt ervoor dat we dingen doen die ondenkbaar zijn. Onze expertise zit in audio en restauratie van audio. Muziek wordt opgenomen op een lp. Als het motortje waarmee het destijds is opgenomen voor 0,7% langzamer liep dan wat we nu aan apparatuur hebben, haalt AI dat eruit."

Favoriete jaren

Sander vroeg zich af of hij niet zelf muziek kon uitgeven die eer doet aan de jaren 50. De stijl van dat tijdvak qua muziek, kleding, design en omgangsnormen boeit hem. "Die muziek heeft meer diepgang, los van de smaak. De American Songbook melodieën van onder meer Dean Martin, Peggy Lee, Nancy Wilson en Frank Sinatra, zijn geniaal. De akkoorden zijn complexer dan tegenwoordig en daaroverheen komen nog die fantastische arrangementen. Dat heeft zo veel charme."

Waarom een Engelse naam voor een bedrijf dat Franstalige muziek produceert? "Omdat de oorsprong van de muziek Amerikaans is."

Château Provence

Sander en Albert focussen zich nu op een nieuw televisieprogramma, Château Provence, dat wordt opgenomen in de buurt van Draguignan en waarvoor het programma Villa Felderhof de referentie is. Ze ontwikkelen het programma met hetzelfde team als dat van Villa Felderhof. "Vanwege de manier van gasten ontvangen, respectvol en rustig, capabel en goed geïnformeerd. En de manier waarop de gasten geportretteerd worden. Ik ben geïnteresseerd in mensen die excelleren. In Frankrijk

7

● Lokaal en enthousiast team

● Specialist in aankoop- en verkoop van woningen

● Gevalideerde taxaties

● Zekerheid, eerlijkheid & transparantie

● No Cure No Pay

Een gratis waardebepaling van uw woning of een vrijblijvend gesprek?

Altijd welkom aan de Westersingel 3!

Lana, Maaike, Norbert & Marissa

UW MAKELAAR IN DE BUURT! Westersingel 3 I 9718 CA Groningen I 050 - 760 17 77 Groningen@iQMakelaars.nl I www.iQMakelaarsGroningen.nl

wordt talent erkend, gewaardeerd en er wordt van je verwacht dat je er iets mee doet. De gasten gaan we ontvangen in een streek waar ik ben groot geworden, die ik goed ken. Waar ik me meer thuis voel dan thuis. Om hen te vertroetelen met aandacht, en te laten genieten van al het moois dat de Franse cultuur te bieden heeft, niet in de laatste plaats van de gastronomie. Daarom speelt Alain Caron (chefkok van tv-programma BinnensteBuiten) een prominente rol."

Vanwege familie is hij teruggekomen naar Groningen, maar helemaal terug is Sander nooit. Hij reist nog veel heen en weer. "Dean Grant is eigenlijk het zwitserlevengevoel in Frankrijk."

DESIGN MEUBELEN

VERLENGDE VISSCHERSTRAAT 1 9718 JA GRONINGEN

TELEFOON 050 - 314 36 22

MOBIEL 06 - 30 899 191

INFO@HOEKJEGRONINGEN.NL

WWW.HOEKJEGRONINGEN.NL

9

Verwarring en toch Steady

tekst & foto's: Dick Veen

Toen ik aan boord was van de Noorderzon voor mijn vorige bijdrage aan deze krant, viel me de naam van de daarnaast gelegen viskotter op: 'VK6 Steady'. Diep gravend in mijn geheugen wist ik de originele thuishaven van deze kotter niet te vinden. Het was toch duidelijk een scheepje dat in Nederland moest hebben gevaren. Steady begreep ik wel, maar VK, geen idee, slechts verwarring. Dit moest ik dan later maar eens uitzoeken door middel van een gesprek met de eigenaar Klaas Koster. En dit, beste lezers, is het moment dat de VK gaat worden verklaard.

Van sleepboot naar kotter

De eerste verandering is al bij de bouw in 1934. Het schip werd door de in Alkmaar gevestigde werf Nicolaas Witsen & Vis als sleepboot op stapel gezet. Maar toen de romp klaar was kwam er een visser uit Wieringen die het graag wilde laten afbouwen als viskotter met de naam WR323, 'De Jonge Geertruida'. Deze visser had al een leven van verandering en verwarring achter de rug, want zijn eiland Wieringen was vasteland geworden, zout water was zoet en ook de jeugd van zijn Geertruida was slechts een herinnering. Wie betaalt die bepaalt, dus werd de bijna sleepboot een viskotter voorzien van een 20 PK Deutz motor, twee masten en visgerei geschikt voor het gebruik op de kustvisserij.

Van vis naar vee en weer terug

In 1932 werd de Afsluitdijk afgebouwd waardoor de Nederlandse kust sterk veranderde.

Bij de afbouw van de WR323 was de Zuiderzee nog maar net opgegaan in het afgesloten deel, het IJsselmeer, en het open deel, de Waddenzee. Het IJsselmeerwater was nog brak en de WR323 viste in beide delen van de voormalige Zuiderzee. Er werd op haring, ansjovis, paling en garnalen gevist. De visserij werd er niet beter op en de WR323 werd bij het begin van de oorlog verlengd, van zijn oorspronkelijke lengte 14,53 m tot 17,30 m.

De breedte bleef 3,98 m. Het schip werd een koeienboot! Er werd slachtvee mee vervoerd van Friesland naar Amsterdam.

Na de oorlog werd het veevervoer weer ingeruild voor de visserij. De Waddenzee en het IJsselmeer werden weer haar vaargebied.

• gegevens van de WR 323 'De Jonge Geertruida' uit 1957 (coll. Zuiderzeemuseum)

11
foto: Han Santing

De naam werd in 1961 met 283 ingekort tot WR40 'Met Vertrouwen'. Geertruida was van het schip verdwenen.

Van zee naar strand

Nog even een jaartal, in 1971 kocht een stel Duitsers het schip. Ze kortten hem weer in met 2,8 meter tot de oorspronkelijke lengte en bouwden het visruim om tot kajuit en wilden het gebruiken voor sportvisserij. Vol goede moed vertrokken ze vanuit Amsterdam en gingen op weg naar Duitsland. Ze wisten niet helemaal hoe je zo'n schip moesten varen en toen ze koers zetten naar een flikkerlicht bleek dat de vuurtoren te zijn van Egmond, de J. C. J. van Speijktoren. En van Speijk zei al: "Dan liever de lucht in!" Dat was wat ze probeerden maar ze kwamen niet verder dan hoog en droog op het strand. Ze stapten van het schip, namen de trein en verdwenen, een ervaring rijker en een illusie armer, voorgoed uit beeld. De strandvonder was de nieuwe eigenaar.

Van hot naar her

De strandvonder verkocht het schip, het werd vervolgens weer doorverkocht en daarna nog een keer en nog een keer. Namen en eigenaars wisselden even snel als vissers van ondergoed. De Deutz was een Industrie geworden en deze weer een Kromhout 60 PK met een Reintjes keerkoppeling. 'Margaretha', 'Westzaan' en 'Zoutzee' kwamen als naam voorbij. Tot het schip in 1996 weer opdook als de WK6 Hinke van Oeke, WK voor Workum.

Van werk naar recreatie

Klaas Koster (foto boven) koopt het schip in 2009 en gaat het gebruiken als jacht. Vier jaar later besluit hij er op te gaan wonen en legt hij het in de Noorderhaven. Af en toe vaart

12

het schip de Noorderhaven uit voor een vakantietocht of voor onderhoud. Klaas zorgt goed voor het schip en het is dan ook in top conditie. Om stahoogte te krijgen wordt het voorruim een beetje verhoogd maar wel zodanig dat de lijnen van het schip intact blijven. Het beeld van het schip, met masten, is bijna hetzelfde als bij de bouw. De Kromhout is gereviseerd en kan nog jaren mee. De roef is verbouwd tot hobbyruimte en de machinekamer is opnieuw ingericht.

Van niks naar Steady

Klaas vertelt dat hij zijn leven lang heeft gevaren, ook zijn vader en opa deden dat. Een echte varensfamilie afkomstig uit de Hanzestad Kampen. Toen zijn opa zijn eerste schip liet bouwen kwam deze op het kantoor van Wagenborg om te praten over contracten voor de lading. Wagenborg vroeg naar de naam van het schip. Opa had nog geen idee, Wagenborg trok een la open en daar lagen een paar scheepsnaamborden. Opa keek even en nam het bord met de naam Steady onder zijn arm en plaatste het op het schip. Voor opa Koster een toevallige naam maar voor Klaas een naam van vier opeenvolgende coasters die in het bezit waren van opa, vader en Klaas. Dus ook de naam van zijn VK6.

Van WK naar VK

Klaas is geen Fries maar een Groninger. Om te gaan varen met een schip met WK van Workum dat ging Klaas te ver. Dat moest anders, maar je moet wel praktisch blijven. Van een W maak je gemakkelijk een V. De K en de 6 kunnen blijven. En laat de V nu staan voor Veenstra en de K voor Koster. De achternaam van Klaas en zijn vrouw gecombineerd. Logisch dat ik de thuishaven niet kon achterhalen, die staat niet in het visserijregister. Maar nu is het verklaard, de verwarring opgelost en kan dit verhaal steady worden afgesloten.

13

De Groninger Galerij

Portretten uit het aardbevingsgebied nog te zien tot eind augustus

Cas fortuit

Toeval is vloeibaar, een onbehouwen bedoening van niet naar je hand te zetten omstandigheden - onvermijdelijk overbodig - waar tactiek niet langer zoden aan de dijk…als men in ongenade bij de goden.

Croupiers doen wat croupiers moeten; ze schrapen pure dominantie van het noodlot op een hoop tot één grote jackpot van inhaligheid, waar het hart in tegenstelling tot 't hoofd geen enkel weerwoord biedt:

de gok tegen beter weten in dan maar wagen vandaag was het plundra op spaarvarkens en ouwe sokken de wil om te stoppen is slap als een wurm op sterk water dit is de firma list en bedrog verscholen in donkere kamers

waar eens een radiozaak, wordt nu te hoog van de toren geblazen. Een ferme bons doet abrupt de kansen keren; binnen de kortste keren wil men stilletjes aftochten blazen maar het vehikel naar huis blijkt een arrestatiewagen.

dichter bij toen sacha landkroon
Politie-inval in illegale gokhal aan Turftorenstraat, 1974 (foto: Persfotobureau D. van der Veen, RHC Groninger Archieven
)
15
Grote Kromme Elleboog 8 telefoon 050 31 88 451 www.leuklekker.nl De culinaire cadeaushop

van het bestuur

Het is wanneer deze bestuursberichten geschreven worden half mei. Het wil eindelijk wat lukken met de lente. Na het natte voorjaar kunnen we wel een beetje zon gebruiken. En eind juni staat er een groot buurtdiner op het programma. Natuurlijk hebben we een slecht weerprogramma. Maar hopelijk hebben we dat niet nodig en kunnen we dan aan lange tafels aanschuiven op de kade om, onder het genot van muziek en een prachtig uitzicht, als buurtbewoners lekker en gezellig met elkaar te eten.

Er zijn de afgelopen maanden weer tal van drukbezochte activiteiten georganiseerd: op 22 april 'A-Kwartier doet': schoonmaken in de wijk (foto onder), met daarna buurtborrel, het afscheid van Hans Alders en plantjesruilmiddag en op 25 mei een avond over het verduurzamen van oude panden. We zien steeds meer nieuwe gezichten, maar missen er ook nog veel. We willen echt nog meer buurtbewoners bij de vereniging betrekken om iedereen beter te kunnen vertegenwoordigen en te horen wat de bewoners verder van een buurtvereniging nogzouden willen. Hopelijk gaat de vereniging steeds meer leven.

Op onze website staan reportages over de activiteiten van de afgelopen tijd en verder onder andere columns en de rubrieken Straat-in-beeld en Stamgasten (zie www.akwartier.nl ).

We hebben kort op elkaar twee ALV's (algemene ledenvergadering) gehad om onder andere nieuwe statuten te kunnen laten vaststellen. Deze voldoen nu aan de eisen uit de UBO-wetgeving, die er is om fraude en witwassen te voorkomen.

Er is kennisgemaakt met Dorien Jellema, opbouwwerker van het WIJ-team

In de Schildersbuurt en, op aandringen van de buurtvereniging, gaat zij nu ook voor het A-Kwartier aan de slag, speciaal voor de aanpak van

17
• • • •
foto: Han Santing

woonoverlast. Zij is bij ons al actief aan de slag met een casus in de Sledemennerstraat. Er wordt gewerkt volgens het 'Gronings-escalatiemodel'. Eerst wordt met de overlastveroorzakers in gesprek gegaan, maar bij gebrek aan verbetering van onrechtmatig gedrag wordt steeds dwingender opgetreden. Ook de verhuurders wordt een nadrukkelijke verantwoordelijkheid toegekend.

De oproep is om overlast in de breedste zin, zoals geluidsoverlast door buurtgenoten of horeca, te (blijven) melden bij het Meldpunt Zorg & Overlast (MPOZ). Doe dit via https://gemeente.groningen.nl/overlast-en-zorg-melden. Alleen dan worden de meldingen ook officieel geregistreerd en ontstaat er een goed beeld over aard en frequentie van de overlast. Ook wanneer u zorgen heeft over buurtbewoners kunt u hier terecht. Is er sprake van een acute situatie, dan is het zaak 112 of 0800-8844 bellen. Voor meldingen over de openbare ruimte, bijvoorbeeld over een volle huisvuilcontainer, losse stoeptegels of lantaarns die het niet doen, is er sinds begin april een nieuw systeem. Dit is bereikbaar via https://www.meldingen.groningen.nl Op https://gemeente. groningen.nl/hoe-doet-u-een-melding-over-de-openbare-ruimte kunt u vinden hoe u een handige link aanmaakt op uw telefoon.

In het gezamenlijk overleg van de centrum-buurtverenigingen met de gemeente is het nieuwe verkeersplan voor de gemeente toegelicht en de herinrichting van het Stationsplein. Hier moet onder andere ruimte voor woningen komen. De auto wordt in de plannen verder uit het stadscentrum geweerd. Men denkt aan een knip ter hoogte van het station en bij het Schuitendiep. Autoverkeer langs de diepenring tussen verschillende stadswijken wordt dan al gauw via de ringweg geleid. Wij zijn benieuwd wat u hier van vindt.

Verder zijn we benieuwd naar uw ervaringen met de campagne 'Stoep vrij, iedereen blij'. Kunt u als voetganger inmiddels weer goed uit de voeten? En wat zijn uw ervaringen met de uitbreiding van het venstertijdengebied, merkt u al een afname van zwaar verkeer in de buurt? Of heeft u er misschien last van?

18
• • •
foto: Han Santing

Agenda

25 juni - Lustrum buurtdiner, een uitgestelde activiteit van het 35-jarig buurt-lustrum in Coronajaar 2020, tussen 16.00-20.00 uur op het pleintje aan het Hoge der A bij de Vissersbrug. Er is plek voor 75 deelnemers. Opgave is verplicht, eigen bijdrage 15 euro. Zie hiervoor de website.

4 september, 2 oktober, 6 november, 4 december

Na de zomerpauze in juli en augustus gaat de schoonmaakploeg weer elke eerste maandag van de maand aan de slag. Start 16.30 uur vanaf de Visserbrug, aanmelden is niet nodig. Het is fijn als enkele mensen een bezem en stoffer en blik meenemen. Werkhandschoenen kunnen ook handig zijn. De buurtvereniging zorgt in samenwerking met de gemeente voor knijpers en vuilniszakken. En praat, als het zo uitkomt, onder het genot van een drankje na. Dus als de sirenes gaan, dan weet u het: we gaan weer vegen!

Najaar - In voorbereiding zijn onder andere: een pubquiz in samenwerking met onze buurtgenoten van het Centrum Groninger Taal & Cultuur, een roeiclinic bij roeivereniging De Hunze, voorlichtingsbijeenkomsten Pandenonderzoek in samenwerking met de Groninger Archieven en een WinterWelvaart buurtborrel. Data zijn nu nog niet bekend, maar: blijf op de hoogte van de activiteiten en meld u aan voor het A-bulletin via hetakwartier@gmail.com.

Doorlopende oproep voor versterking activiteitencommissie, webredactie en A-krant De activiteitencommissie kan versterking gebruiken voor de organisatie van uiteenlopende buurtactiviteiten. Ook de websiteredactie en de A-krant hebben ruimte voor uitbreiding. Lijkt het je iets, af en toe iets te helpen organiseren of te schrijven? Meld je aan via het bekende hetakwartier@gmail.com

Blijf op de hoogte van de buurtactiviteiten - houd de website a-kwartier.nl en de AMail in de gaten.

Krijgt u de mailberichten nog niet, meldt u zich dan voor het A-bulletin aan via: hetakwartier@gmail.com. Het A-bulletin ontvangt u gemiddeld eens per maand in uw mail. U hoeft hiervoor geen lid te zijn van de buurtvereniging. Maar mocht u ook lid willen worden, dan kan dat natuurlijk ook. Dit kan via hetzelfde mailadres. De kosten daarvan vindt u op pagina 2 van deze A-krant.

19
• • • • •

Gezocht: Zichtlijnen

De stad verandert. Dat is natuurlijk altijd zo geweest. Soms ten goede; soms ten kwade. Het centrum van de stad is een beschermd stadsgezicht. Dit betekent dat bouwplannen in het centrum met zorg en respect voor de omgeving moeten plaatsvinden. Een belangrijk aspect van het beschermde stadsgezicht zijn zichtlijnen: een denkbeeldige as die de blik van de passant automatisch stuurt: een goed voorbeeld is het zicht op de Martinitoren vanuit de Nieuwe Ebbingestraat (foto).

De as is meestal een straat of een waterweg. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt heeft een zichtlijn een zekere lengte van tenminste een huizenblok. In Groningen wordt een zichtlijn vaak afgesloten met een toren, maar het kunnen ook markante gebouwen, beeldhouwwerken of gedenknaalden zijn.

Wij kunnen ons voorstellen dat je daarnaast ook door jou gekoesterde doorkijkjes langs gebouwen of bomen naar iets moois als zichtlijnen wilt zien en beschermen. Ook leuk om samen op verkenning te gaan in eigen buurt! De buurtverenigingen van het centrum (Hortus/Ebbinge, Binnenstad, A-Kwartier en Binnenstad-Oost) willen graag inventariseren welke zichtlijnen en doorkijkjes voor jou van belang zijn en eventueel welke storende elementen er tussen zijn gekomen.

Buurtvereniging Het A-Kwartier vraagt je foto's van zichtlijnen of doorkijkjes te maken en te voorzien van een korte beschrijving. Stuur je foto's voor 1 september 2023 op naar: hetakwartier@gmail.com

De foto's van het A-Kwartier zullen (ook) te zien zijn op de website www.a-kwartier.nl en de (volgens een onafhankelijke jury) mooiste foto van het A-kwartier zal 'centerfold' worden opgenomen in de A-krant nummer 4 van 2023.

Het plan van de buurtverenigingen is een fotoboek of presentatie samen te stellen en dit aan de politiek aan te bieden. Alvast als opmaat voor bewonersparticipatie onder de Omgevingswet. Veel succes!

PS: foto's dienen vrij van rechten te zijn. Als foto's op de website worden gepubliceerd gebeurt dit anoniem. Voor de publicatie van de mooiste foto in de A-krant, en de presentatie/het fotoboek doen we dat het liefst op naam, tenzij je aangeeft dat je foto's alleen anoniem geplaatst mogen worden.

20

Woestaard met delirium tremens

Redacteur van de A-krant is niet alleen een leuke vrijwilligersbaan, je steekt er ook nog wat van op. Zo interviewde ik voor deze editie twee totaal verschillende wijkbewoners met elk een eigen passie. Bij de een was dat kunst verzamelen en bij de ander Frankrijk en de Franse cultuur. Door edelsmid Henk de Jong weet ik nu dat Vincent van Gogh ooit nog in Emmen heeft gewoond. En voordat ik Sander

Schaap had geïnterviewd, wist ik niet dat er ooit een heuse burgervader in de Oude Kijk in 't Jatstraat heeft gewoond. Ik kwam hier achter door de Groninger Archieven te raadplegen over het Hinckaertshuis, waar Sanders bedrijf is gevestigd. Tussen de oude krantenartikelen vond ik ook een stukje uit de Leeuwarder Courant van 0707-1887 over een incident dat in de Oude

Kijk plaatshad. Een zekere P. D. kreeg in de Visscherstraat te Groningen een aanval van delirium tremens en wilde zijn metgezel met een knipmes te lijf gaan. Deze sloeg op de vlucht, wat D. alleen maar meer opfokte. Hij liep de Oude Kijk in 't Jatstraat in en

probeerde de slagerij van Iwema binnen te dringen. De eigenaar wist dit te voorkomen. Vervolgens sloeg D. een winkelraam in, greep een hakmes van de toonbank en maakte hakkende bewegingen naar de samengestroomde menigte. 'Drie agenten van politie, die inmiddels toegeschoten waren, konden door het trekken hunner sabels slechts het publiek beschermen, doch hem niet in handen krijgen, 't geen hun evenwel gelukte toen de sergeant der infanterie W. met veel beleid hem naderde en op een oogenblik, dat D. hem niet opmerkte, hem het vreeselijke wapen uit de hand rukte. Dat de man daarna naar het politie-bureau gebracht werd was voor de omstanders een groote geruststelling, te meer omdat de woestaard bij zijne poging om de agenten te slaan zich-zelven een gapende wonde aan den hals had toegebracht, waaruit het bloed rijkelijk vloeide. Aan het politie-bureau werd zijn wond gehecht door den heer dr. Folkersma.' Gelukkig is het tegenwoordig een stuk rustiger in de straat. Er worden gouden sieraden gesmeed en Franse chansons opgenomen.

21
tekst: Tjitske Zuiderbaan | foto's: Henk de Jong & Han Santing een
Maleisische vlieger in Gronings goud

Als enige in zijn familie is Henk de Jong edelsmid geworden, hoewel hij droomde over een heel ander beroep. In Nieuw-Amsterdam geboren en ondanks dat hij er maar vier jaar heeft gewoond, is Henk trots op zijn geboorteplaats. Er was een café-restaurant met een grote zaal. In hetzelfde pand heeft Vincent van Gogh nog een tijdje gebivakkeerd. Als iemand het dorp aanduidt als Emmen, Nieuw- Amsterdam ligt in die gemeente, dan corrigeert hij dat. Zijn vader was huisschilder aldaar. Toen Henk vier was, verhuisde het gezin naar Groningen. Daar namen ze een uitleenbibliotheek over aan de Oude Kijk in 't Jatstraat 34, waar nu zijn winkel Layang is gevestigd. Zijn vader bleef ernaast werken als schilder, in dienst van Sips. "Toen de bibliotheek minder goed draaide, stapten we over op lectuur, stripboeken en in december vuurwerk. Er was altijd een run op de winkel (foto rechts) wanneer de nieuwe Asterix, Suske en Wiske of Kuifje uitkwamen."

Tienertoer

Als kind droomde hij ervan om piloot te worden. Door een operatie aan zijn schouder kon hij dat vergeten. "Ik schilderde wat en wou ook wel naar de kunstacademie, maar werd afgewezen. Wat nu? Geen idee!" Een beroepsvoorlichter van het arbeidsbureau wees hem op de opleiding tot edelsmid in Schoonhoven. "Nooit aan gedacht!" Met zijn moeder bezocht hij de vakschool voor goudsmeden, zilversmeden, juweliers, graveurs en klokkenmakers. Toen wist hij, dit wordt het!

"De opleiding duurt vier jaar. Het eerste jaar is voor iedereen gelijk. Daarna specialiseer je je twee jaar lang, en dan volgt er een stagejaar. Ik had een hang naar het buitenland. Op mijn zestiende wilde ik met een vriend op tienertoer door Europa, met zo'n interrailkaart. Dat mocht niet van de ouders. Toen zijn we maar gaan fietsen. De ouders dachten, die halen Parijs niet eens. Vijf dagen later kregen ze een telefoontje…"

23
foto: Han
Santing 1974, Bur. Voorlichting gem. Groningen ( RHC Gron. Archieven)

Dickens

Stage liep hij in Londen. Daar ontmoette hij zijn vrouw, een Chinese uit Maleisië. "In Londen had ik een toffe baas. Hij telde de opleiding als drie jaar ervaring en betaalde me daarnaar. We maakten sieraden voor juweliers." Nadat zijn stagecontract was afgelopen, brak er een moeilijke tijd aan. "De goudprijs steeg enorm en de grote baas was in een week tijd een miljoen pond rijker, alleen al aan voorraad. Maar bestellingen bleven uit. De juweliers wachtten tot de goudprijs daalde." Henks contract werd niet verlengd, maar al snel vond hij een nieuwe baan. "Dat was toppie! In zo'n oude, vieze, rommelige werkplaats in Dickensstijl, gerund door vader en zoon. Vader viel soms in slaap op het werk, die was al in de negentig. Ze maakten hele mooie sieraden. Klanten beseffen niet waar de sieraden in de winkel vandaan komen. Uit dat rommelige hokje dus!"

Hoe ogenschijnlijk ongeorganiseerd ook, ze werkten wel voor Gucci, Harrods en Mappin & Webb. Helaas brandde het bedrijf af. "Op maandag kwam ik op het werk. De deur stond open. Ik kon helemaal naar boven kijken. De zoon is nog via een hijskraan door het dak naar binnen gegaan om de kluis leeg te halen."

Vlieger

Het werd moeilijk om een baan te vinden. "Om te leven in Londen is zwaar. Je woont of heel klein, of je moet elke dag uren reizen voor je werk. Al je geld ben je kwijt aan huur en vervoer." Dus keerde het echtpaar De Jong in 1981 terug naar Nederland. Het pand met de lectuurwinkel kwam te koop. Omdat er veel aan moest gebeuren, kochten ze het voor een prikkie. In 1985 openden ze hun winkel in exclusieve sieraden. "De naam Layang, vlieger in het Maleis, is een knipoog naar het geboorteland van mijn toenmalige vrouw. Ook kochten we er veel sieraden in. En als je het uitspreekt, heeft het dezelfde cadans als De Jong." Zijn eigen naam wilde Henk niet gebruiken voor de winkel, dat vond hij borstklopperij.

24

Broches

Henk maakt niet alles zelf. "In het begin liep het goed, maar je hebt een bepaalde stijl en na verloop van tijd hebben de liefhebbers daarvan alles al. De vertegenwoordigers die langskwamen, bedienden heel Groningen. Hadden die iets wat niemand anders had, omdat het te opvallend was bijvoorbeeld, dan kocht ik het in. Het was te weinig om goed van te kunnen leven. Daarom gingen we reizen. Een Duitse vertegenwoordigster tipte ons over een Duitse edelsteenslijperij die zelf beurzen organiseerde, met betaalbare, kleine partijen. Maar we kochten ook in in München, Frankfurt, Düsseldorf, Parijs en Londen. Qua administratie werd me dat te veel. Nu houd ik niet meer dan vijftig leveranciers aan." Broches waren populair, en trouwringen. Witgoud met roodgoud. "Ik verkoop nog wel broches, maar zie er nooit iemand een dragen. Kwam iemand met een aquarel aanzetten van een huis met een hekje ervoor: 'zo wil ik het hebben', dan zaagde ik dat zo uit. Voor een medewerker van Ruimtelijke Ordening maakte ik een landschap met tulpjes. En nu werk ik aan een broche met een vleermuisvleugel voor een vleermuizenspecialist."

Recyclen

Op het moment is goud heel duur. "Maar ik koop niet in van particulieren. Dan word je zo'n handelaar. Handel is leuk voor koningsdag, niet voor in de winkel. Dit zijn mijn prijzen, graag of niet. Goud van iemands oma smelt ik wel om en dat verwerk ik in een sieraad. Dan hebben ze toch iets tastbaars van haar. Gravures van versleten ringen zaag ik eruit, de rest smelt ik om en met wat extra goud maak ik er een nieuwe ring van. De gravure soldeer ik erop. Recyclen, in onze branche gebeurt het al duizenden jaren."

De verdeling van het werk is ongeveer: evenveel reparaties, opdrachten, als verkoop van eigen en ingekocht werk. "Je verdient geen bakken met geld, dat hoeft ook niet. Ik hoef niet vaak op vakantie of een grote auto. Ik heb hele lieve klanten. Ook uit de buurt, tijdens de lunchpauze van de universiteit. Op vaste klanten zit een beperkte houdbaarheidsdatum. Op een gegeven moment hebben ze al zoveel van jou, dan gaat de gulle gever over op bonbons of een bosje bloemen."

25

Overpeinzingen van een A-krant redacteur

tekst: Hans van de Sande

Mijn heerlijke huis in de Visserstraat huurde ik ooit van de stichting Stadsherstel, die later, ten nadele van haar gelukkige huurders, opging in de woningexploitant LeFier. Ik betrok die woning in 2000, na bemiddeling door Elly Brouwer, waarover later meer. Vóór mij was het pand verhuurd aan een meneer die er een Thais massage-instituut, Boon-Mi geheten, exploiteerde. Dat instituut voorzag tegen redelijke prijzen heren van een ontspannende massage.

Beneden, in mijn huidige werkkamer, hadden de twee werkneemsters hun werkplekken, gescheiden door een soort schot in het midden. Men kon als genietend mens dus ook nog eens meegenieten van het genot van de medemens. Een zeer sociaal gebeuren, die Thaise massage. Ook waren er kledingkasten en een douche voorzien.

Ik weet natuurlijk niet precies wat er daar allemaal voorviel, maar zoals ik ooit al eens in deze krant vermeldde, ontleent het dames studentenhuis 'De Overkant' zijn naam er aan. De meisjes trachtten de leemten in hun sexuele kennis namelijk op te vullen door via een spleet in het gordijn de gebeurtenissen op de eerste verdieping, waar ik nu mijn zit en eetkamer heb, te observeren.

Klanten konden, kennelijk na een extra centje in de actiekas gestort te hebben, de trap op om zich daar, onder het genot van cinematografische meesterwerken als 'Met jouw waldhoorn tussen mijn Alpen', met de dames op prettige en intieme wijze te verhouden. Voor de sfeer werd gezorgd door talrijke kaarsen, ik heb de roetsporen daarvan op het plafond

26
foto: Francis Bijl

wel drie keer moeten overschilderen voor het er wat toonbaar uitzag. De zonde trekt diepe sporen!

In het kader van het gemeentelijk beleid om 'de prostitutie Westwaarts te verplaatsen' (Ik kan er ook niets aan doen, zo stond dat toen in de krant), werd de eigenaar van dit aardse paradijs opgeschrikt door een dwangbevel om zijn streven naar groter geluk voor grote aantallen mannen te staken. Hij is toen met zijn handel naar de Paterswoldseweg vertrokken. Inderdaad een stap Westwaarts.

Wijlen onze bekende buurtgenote Elly Brouwer-Tiesenga, eigenares van een zaak in Rookartikelen die ze van haar vader, het SDAP raadslid Tiesenga, erfde en sinds het overlijden van haar man samen met vriendinnen dreef, was blij met deze ontwikkeling. Verdere uitbreiding van haar kennis inzake de geslachtelijke omgang had ze immers niet nodig, door de wol geverfd als ze was door het opgroeien in een buurt waar de gehuurde liefde welig tierde en de sexwerkers en hun klanten in de winkel een rokertje kochten en soms vol emotie hun interessante wederwaardigheden vertelden.

Haar zaak had ze eind vorige eeuw met vooruitziende blik opgedoekt, maar wel stond er op haar zijgevel nog de veelgefotografeerde mededeling dat een bepaald soort cigarettes hier voor 12½ cent te verkrijgen was. Bovendien had ze in haar benedenportaaltje een soort tabaksmuseum ingericht, dat de gelijknamige instelling van Theodorus Niemeyer naar de kroon stak. Ook bestaat er op internet een verslag van de redding van haar vader, die ze tijdens de oorlog ooit als charmante scholiere aan het stedelijk Gymnasium uit het gevreesde Scholtenshuis had weten te praten, (http://getuigenverhalen.nl/interview/ interview-08-3) Tenslotte, als souvenir aan haar vader, prijkt onder de cigarettes reclame een gebrandschilderd raampje voorstellend een kat in achteraanzicht. Als het licht in het kantoortje erachter brand wordt duidelijk dat een kat een niet alleen een achteraanzicht, maar ook een achterlicht kan hebben.

Deze Elly, die ik als klant goed kende, kwam ik in na een hele tijd tegen en toen ik vertelde over mijn scheiding was haar eerste vraag: "Heb je al een huis?" Op mijn ontkennend antwoord beloofde ze dat ze haar invloed bij de woningbouwvereniging zou aanwenden

27
foto's: Tup Wanders, Dina Beukema

om mij als buur te krijgen en dat is gelukt. Ik ben haar nog altijd dankbaar.

Ze deed dit trouwens niet geheel belangeloos, want wetend dat de oude dag er aan zat te komen, leek het haar goed een met haar sympathiserend persoon als buur-heer te hebben. Tot ons wederzijds genoegen werden we goede buren en heb ik haar laatste jaren met mijn pogingen tot mantelzorg weten te verlichten.

Toen ik eenmaal in het huis woonde geviel het vaak dat er gebeld werd door een willekeurig manspersoon, die bij mijn aanblik schrok en stamelend uitbracht: "Ik ben verkeerd."

Kennelijk had hij door dat er bij mij geen lekkere massage te halen viel. Als ik dan zei: "Als u verkeerd bent, moet u hier niet wezen", knikte zo iemand opgelucht en ging zijns weegs. Ook stond ooit een stoere motorrijder op de stoep, die ter bespoediging van zijn hoge nood, of als vriendelijke geste naar de mogelijke gastvrouw, zijn leren motorpak al tot ver onder de navel had opengeritst. Toen hij bemerkte dat het beoogde genot hier niet te halen zou zijn, trok hij met een ruk de rits omhoog, daarbij nogal wat lichaamsbeharing meenemend, zodat een heel lelijk woord aan de haag zijner tanden ontsnapte.

De laatste die ik aan de deur kreeg was een soort oudere hippie, die me vrolijk begroette met de opmerking dat hij zich hier zeker niet meer lekker kon laten masseren. Ik bevestigde dat en er ontspon zich een leuk gesprekje, waarin ik hem kon verwijzen naar het huidige adres van de dames. Geen van zijn voorgangers had het ooit zover gebracht, wat maar weer eens bewijst dat hypocrisie alleen maar nadelen heeft.

Inmiddels woon ik zo'n vierentwintig jaar in de Visserstraat en heb ik de leeftijd bereikt dat ik zelf eens moet uitkijken naar een potentiële mantelzorger. Gelukkig heb ik een heerlijke en zorgzame partner, die weliswaar in een andere buurt woont, maar in 5 minuten bij me kan zijn.

Daar komt dan nog eens bij dat ik een goede verhouding heb met de dames van de Overkant, die me even aardig vinden als ik hen, zodat ik de toekomst blij tegemoet kan zien. De geschiedenis kan zich zomaar herhalen!

28
Noordkant Visserstraat (foto: Dina Beukema)

Bij de ruim 100-jarige Wolthoorn & Co in de Turftorenstraat worden alle kroonkurken bewaard. Dit doen ze voor een goed doel, namelijk voor de Stichting Huntington. Van het geld dat de kroonkurken opleveren wordt onderzoek gedaan naar de ziekte. Professor Harrie Kampinga, werkzaam in het UMCG, doet dat onderzoek. De ziekte van Huntington is een verschrikkelijke, erfelijke ziekte, die ervoor zorgt dat eiwitten in de hersencellen gaan klonteren zodat ze elkaar geen boodschappen meer kunnen doorgeven. Als gevolg hiervan sterven delen van de hersenen af en vallen er lichaamsfuncties uit, uiteindelijk de dood tot gevolg hebbende. Genezing of afremmen van de ziekte is nog niet mogelijk, vandaar dat er veel onderzoek nodig is.

KROON KURKEN VOOR JEROEN

Dick Veen

Jeroen Vriesma woonde tot voor kort aan de Laan Corpus den Hoorn. Daar is een wooncentrum van 's Heeren Loo voor mensen met een niet aangeboren hersenafwijking. Daar is ook een afdeling voor Huntington-patiënten. Jeroen was een actieve man die graag dingen ondernam. Toen bleek dat hij de ziekte had richtte hij een stichting op om zoveel mogelijk geld in te zamelen voor onderzoek. Zo was er o.a. een voetbaltoernooi in Hoogezand maar ook een actie om kroonkurken in te zamelen. Na een interview met Harrie Kampinga kreeg de actie van Jeroen landelijke aandacht. Veel mensen thuis, maar ook bedrijven, gingen de kroonkurken voor de actie van Jeroen sparen. Met zakken vol kroonkurken tot gevolg. Jeroen zelf was ook actief in de colleges van Harrie die hij gaf over de ziekte. Kennis maken met een patiënt maakte grote indruk op de studenten.

Achter het wooncentrum staat een container waar de kroonkurken in verzameld worden. De Wolthoorn is een van de grote inzamelaars. Elke kroonkurk wordt voor de actie bewaard. Waarom er niet meer horeca-gelegenheden in onze wijk meedoen is mij een raadsel, een horeca kroonkurkeninzamelaar zet behoorlijk wat zoden aan de dijk. Ook u kunt meedoen. Simpel uw kroonkurken bewaren en aan de Laan Corpus den Hoorn 110 in de container deponeren. Alle kleine beetjes helpen.

Er worden veel kroonkurken ingezameld. Jeroen zijn acties hebben succes: er wordt geld opgehaald voor onderzoek. Deze actie is de kroon op Jeroen zijn actie werk. Zelf maakt hij verder het helaas niet meer mee. Op 12 mei j.l. is Jeroen Vriesma aan de gevolgen van de ziekte overleden. Ik kende Jeroen goed, ik heb zijn lichamelijke en geestelijke aftakeling gezien. Het was een fijne vent die tien jaar naast mijn zoon Martin heeft gewoond. Ook Martin stierf, in november, aan de gevolgen van deze ziekte. Twee jonge mannen die nooit zijn geworden wat ze zonder Huntington zouden zijn geweest.

29

DE GESCHIEDENIS VAN

Visserstraat 47/49

deel 2: het einde van de school

tekst en foto's: Han Santing

Op vroege kadasterkaarten is te zien hoe klein de school in de Visserstraat aanvankelijk was, maar nadat het huis, de werkplaats en het erf van buurman smid Wilkens na diens dood in 1856 te koop kwamen, aarzelde de gemeente -vanaf 1812 eigenaar van de school- niet en riep geïnteresseerde aannemers op voor het "verrigten van ... werkzaamheden aan de Wester-Stadsschool in de Visscherstraat ...benevens het afbreken van het aan de oostzijde dier school gelegen oude Woonhuis." Het gevolg van de werkzaamheden was tweeledig: enerzijds kon op nummer 47 een nieuwe onderwijzerswoning worden gebouwd, het was nu ook mogelijk de school naar het

westen, richting Hoge der A, uit te breiden tot aan de (doodlopende) steeg.

Negen jaar later (in 1865) volgde een nieuwe aanbesteding, dit keer alleen voor de verbouw van de school. Hoogstwaarschijnlijk kreeg het pand door deze twee aanpassingen grotendeels het uiterlijk aan de Visserstraat dat we nu nog zien.

Verder naar het westen uitbreiden was daarna onmogelijk, maar naar het noorden -richting Hoekstraat- lukte dat wel toen de gemeente in 1901 het zgn. 'Groot Pakhuis' op Hoekstraat nr. 48 kon kopen voor fl. 4800,- .

Dat werd gesloopt om plaats te maken voor een nieuw pand dat op de begane grond een overdekte uitbreiding van het schoolplein werd. Dat bood meerdere voordelen: niet alleen hadden de kinderen nu bijna twee keer zoveel speelruimte dan voorheen (en konden ze ook nog eens droog blijven bij slecht weer), de school had nu ook aan de Hoekstraat een in- en uitgang. Voor de kinderen en andere bezoekers was het niet meer nodig om via de steeg aan de Visserstraat de school binnen te komen.

Volgens de toezichthoudende 'schoolopziener' was de verandering hard nodig; hij constateert een 'waarlijk gebrekkige speelplaats'. En daar blijft het niet bij, ook de bestaande school krijgt ervan langs: de ventilatie en verwarming voldoen niet aan de eisen, het licht 'aan de zijde der toegangsportalen' is eveneens gebrekkig en er is volgens hem 'geen ruimte om tweemans schooltafels te plaatsen'. De gemeente is het met hem eens. "Zij (= de school) is wel onder de verschillende in deze gemeente nog bestaande minderwaardige schoolgebouwen te rangschikken." Een grondige verbouw wordt voorgesteld waarbij de onderwijzerswoning onderdeel moet worden van de school, maar de kosten daarvoor zijn de gemeente toch te hoog. Men zegt het mooi: "Wij vinden

• Pagina links v.l.n.r.: 2 details uit kadasterkaarten uit 1857 en 1865. De onderste begrenzing is de Visserstraat. Links laat (in rood) de school zien, daarnaast (4317) is de oude onderwijzerswoning.

• Midden: situatie na de uitbreiding. Afgebeeld is alleen de school.

• Rechts: detail van plattegrond uit 1901. School en woning omvatten toen 3 percelen: 595, 596 en 597. Het gekochte Groot Pakhuis is op de kaart nr. 661.

• Deze pagina, boven: op een plattegrond uit 1927 is in rood de nieuwe ingang/vergroting van de speelplaats aangegeven.

• Boven rechts: Hoekstraat 48.

31

geene vrijheid ten deze, het mindere op te offeren aan het meerdere." De ambities worden gematigd en uiteindelijk wordt een compromis-klus in 1903 geklaard door de aannemers V. en W. Mulder voor minder dan 25% van de geraamde kosten.

Interessant is dat de oorspronkelijke kleuren van de gevel van Hoekstraat 48 nogal afweken van het neutrale wit van de gevel nu (met aan de zijgevel het silhouet van de vuilniszakken tillende man). Uit onderzoek dat de Groninger Universiteit (sinds 1969 eigenaar van Visserstraat 47/49 plus Hoekstraat 48, 50 en 52) het bedrijf Veltman en Veldman in 2020 liet uitvoeren, blijkt dat de kleuren niet geschilderd waren, maar bepaald werden door metselwerk met geglazuurde stenen, aangebracht in een patroon. "Helaas," zo meldt René Bosscher van het facilitair bedrijf van de RUG, "is de muur zo beschadigd en is het verfwerk niet zonder schade te verwijderen, dat het terugbrengen van de oorspronkelijke gevel niet mogelijk is. Reconstructie aan de hand van schilderwerk wil dan weer wel. Of het zo wordt doorgevoerd, zal moeten blijken uit de kosten."

De aanleiding tot de ingrijpende verbouwactiviteiten in 1856 en 1865 is niet helemaal duidelijk. Maar het is goed denkbaar dat de Schoolwet uit 1857 die noodzakelijk maakten. In die wet was opgenomen dat '... geen lager onderwijs wordt gegeven in lokalen die door den districtsopziener verklaard zijn voor de gezondheid schadelijk te wezen of van onvoldoende ruimte voor het aantal schoolgaande kinderen'. En dat die lokalen in een deplorabele staat verkeerden hebt u in de vorige aflevering van dit vervolgverhaal kunnen lezen in het verslag dat mr. H. de Ranitz, lid van de Stedelijke Schoolcommissie, in 1838 van zijn bevindingen deed.

Dezelfde Schoolwet bepaalde tevens dat het verplichte vakkenpakket (lezen, schrijven, rekenen en Nederlandse taal) werd uitgebreid met aardrijkskunde, geschiedenis, vormleer (een soort meetkunde), kennis der natuur en zingen. Die verplichting stelde natuurlijk ook hogere eisen aan het gebouw en het interieur. Wellicht had de school ook daarom uiteindelijk 6 lokalen op de benedenverdieping, zoals duidelijk wordt uit de bouwtekeningen

32

van de nieuwe eigenaar van de panden in 1927.

In de Schoolwet van 1857 was ook voor het eerst aandacht voor positie van de onderwijzers. Grootste probleem hierbij was het totaal ontbreken van een pensioenvoorziening, waardoor het tot in de jaren 1840/1850 regelmatig voorkwam dat hoogbejaarde schoolmeesters van 80 jaar of ouder, vaak geplaagd door een aftakelende gezondheid en lichamelijke gebreken (vooral doofheid kwam veel voor), moesten blijven doorwerken tot ze er letterlijk bij neervielen.

In deze tijd verbeterden door nieuwe onderwijsmethodes de opleidingen voor onderwijzers op de Kweekscholen en deden ook de onderwijzeressen hun intrede op school, zij het voorlopig vooral in de 'nuttige handwerken'. Van betaling wordt daarbij niet altijd gesproken; zo wordt in de Visserstraat mejuffrouw W. Wiardi in 1895 benoemd tot 'buitengewoon onbezoldigd onderwijzeres in de handwerken'. Voorwaar geen vetpot.

In de tijd rond 1850 gingen nog lang niet alle kinderen naar school. Om dat voor elkaar te krijgen was een dwingende maatregel nodig: een algemene leerplicht, maar dat ging niet zonder slag of stoot. En opmerkelijk genoeg waren het vooral de ouders van toen die de grootste tegenstanders van zo'n leerplicht waren. Dat had alles te maken met de samenstelling van de toenmalige Nederlandse beroepsbevolking: ons land was grotendeels agrarisch en nog nauwelijks geïndustrialiseerd en... de bevolking was arm.

In 1859 werkten maar liefst

450.000 Nederlandse

kinderen hele dagen (op het land of in fabrieken).

En dat op een totale bevolking van 3 miljoen.

In de dorpen op het platteland zagen boeren en landarbeiders niet het nut van een (lagere) school voor hun kinderen. Hoger op de maatschappelijke ladder komen was in die bevolkingsgroep vrijwel onmogelijk, waardoor het onderwijs eerder gezien werd als een luxe dan als een noodzaak. En áls ouders hun kinderen naar school stuurden, was dat in de wintermaanden wanneer zij gemist konden worden bij het werk op het land.

Vergelijkbaar dacht de arbeidersbevolking in de steden. Op school verdienden de kinderen natuurlijk niets en dat zou goed in de huishoudportemonnee te voelen zijn. Vaak was het geld dat de kinderen binnenbrachten voor een arbeidersgezin bittere noodzaak.

Ter illustratie: uit statistieken blijkt dat in 1859 maar liefst 450.000 Nederlandse kinderen hele dagen werkten (op het land of in fabrieken). En dat op een totale bevolking van 3 miljoen.

33

De inzet van jonge kinderen tot 12 jaar in fabrieken nam pas af in 1874 door het 'Kinderwetje' van de liberale politicus Van Houten. Een algemeen verbod op kinderarbeid werd door de wet echter niet gerealiseerd. Het verbod was "niet toepasselijk op huiselijke en persoonlijke diensten en op veldarbeid".

De afkeer van een onderwijsverplichting leefde ook binnen de gelederen van de gegoede delen van de samenleving waar algemeen onderwijs of een goede opleiding als een gevaar werden gezien voor de positie van de eigen klasse.

En ook de overheid mocht dan 'verlichte' ideeën hebben t.a.v. de verbetering van het onderwijs (waarvoor een algemene schoolplicht een vereiste was), in de praktijk werd de besluitvorming belemmerd door een heuse politieke 'zuilenstrijd' en waren de onderwijsidealen ook een gevoelig financieel punt waardoor de problemen bij de bestrijding van de armoede in het land alleen maar vergroot zouden worden.

Het was evident dat een ingrijpende mentaliteitsverandering nodig was bij een groot deel van de samenleving om de zaak uit het slop te trekken. Maar het zou nog decennia duren voor de Leerplichtwet een feit zou worden. Oorzaak van de vertraging was de zgn. Schoolstrijd. In de Grondwet van 1848 was weliswaar vrijheid van onderwijs vastgelegd watw de mogelijkheid bood om ook andere dan openbare scholen op te richten, in de praktijk betekende het dat de overheid het openbare onderwijs financierde terwijl de andere (de confessionele, oftewel 'bijzondere') scholen die financiering zelf moesten organiseren. Dat werd door kerkelijk Nederland als grove ongelijkheid uitgelegd en een jarenlange politieke en maatschappelijke strijd was het gevolg. Pas in 1917 kwam de formele en financiële gelijkstelling tussen de verschillende onderwijsvormen tot stand en werd in de Grondwet vastgelegd.

Op 20 maart 1900 werd dan toch eindelijk de Leerplichtwet aangenomen, maar de uitslag van de stemming in de Tweede Kamer laat zien hoe verdeeld de politiek was aangaande onderwijsmaatregelen: met slechts één stem meerderheid (50-49) haalde de wet het en dat verschil werd ook nog eens veroorzaakt omdat de geachte afgevaardigde baron Francis David Schimmelpenninck (een uitgesproken tegenstander van de wet) van zijn paard was gevallen en te laat arriveerde voor de stemming.

34

In de stad Groningen leidde de Schoolwet van 1857 tot een gemeentelijk leerplan en de bouw van nieuwe scholen. De begrippen 'Stadsschool' en 'Stadsarmenschool' verdwenen. Men ging over tot een kwalificatie van openbare lagere scholen in diverse klassen. Scholen van de 1e klasse met 'gewoon' lager onderwijs waren gratis. Een tweetal nieuwe scholen plus de oude Stadsscholen (waaronder die in de Visserstraat) behoorden tot deze klasse. Er was één openbare school van de 2e klasse. Op deze school werden naast de gewone lageronderwijsvakken nog een of meer extra vakken onderwezen. Iets later ontstonden nog andere scholen die vanwege het te betalen schoolgeld de 3e en 4e klasse werden genoemd. Daarnaast kwamen in deze periode de nieuwe 'bijzondere' scholen in de stad. Deze klasse-indeling werd in 1920 afgeschaft; daarna werden de openbare lagere scholen met een (Romeins) cijfer aangeduid.

De Visserstraatschool hield die 1e klasse kwalificatie niet lang. Wanneer de verandering kwam is niet helemaal duidelijk, maar dertig jaar later, in 1888, wordt er bij de benoeming van een onderwijzeres 'in de nuttige handwerken' gesproken van een 'O.L.S. 2e klasse' en een paar jaar later is van gratis onderwijs ook geen sprake meer blijkens de Schoolgelden-lijsten uit 1912/13.

De naleving van de Leerplichtwet uit 1900 werd in Groningen gecontroleerd door twee gemeentelijke commissies. Nu alle kinderen naar school gingen werd pas echt duidelijk hoe verwaarloosd sommigen waren.

• Pagina links: spotprent Schoolstrijd van tekenaar Albert Hahn.

• Deze pagina, boven: foto's van kinderen op de Visserstraatschool zijn schaars. Dit is de enige die ik heb gevonden: Juf van Denderen is met haar klas gefotografeerd t.g.v. de inhuldiging van koningin Wilhelmina in 1889. Ik tel 45 leerlingen.

• Advertentie uit 1888. Hier is al sprake van een '2e klasse' school.

• Onder: het schoolgeld werd wekelijks betaald. Hoodonderwijzer Donia hield het nauwgezet bij in zijn jaarlijkse lijst van 'ontvangen schoolgelden'. Hier uit 1912/13.

35

De gemeente besloot daarom voedsel (van de Volksgaarkeuken), kleding en schoeisel beschikbaar te stellen. Welke kinderen in aanmerking kwamen voor deze steun werd bepaald door de schoolhoofden. Uit cijfers uit 1910 bleek dat een niet onaanzienlijk deel van de scholieren: 789 oftewel 8% van het totaal aantal leerlingen.

In 1910 komt de gemeente met een ingrijpend verbouw-idee, bestaande uit een Plan A en een Plan B. Uit de tekeningen wordt duidelijk dat gestreefd wordt naar een gebouw met 7 lokalen (waaronder een gymnastieklokaal), maar het lijkt erop dat de plannen nooit gerealiseerd werden. Hoe de school er vanbinnen uitzag, wordt alleen zichtbaar in de bouwtekeningen van de nieuwe eigenaar in 1927, waarbij ook tekeningen zijn van de bestaande (= oude) situatie. Hierop is te zien dat de benedenverdieping 6 lokalen heeft die twee aan twee met elkaar verbonden zijn. Die geschakelde klassen zijn bereikbaar via drie ingangen op de speelplaats. Of er op de eerste verdieping ook lokalen waren blijft onduidelijk omdat daarvan geen tekeningen meer bestaan. De laatste periode van de Visserstraatschool lijkt rustig. Er zijn geen gegevens van ingrijpende aanpassingen van het gebouw of het moet zijn de melding van de realisatie in 1918 van een extra lokaal 'bestemd voor gymnastiekonderwijs vrije en orde oefeningen'. Waar dat lokaal in de school uiteindelijk werd gesitueerd wordt niet duidelijk.

Wat je verder tegenkomt in kranten uit die jaren zijn vooral advertenties voor activiteiten die niet altijd direct te maken hebben met het onderwijs. Zo keert in 1904 de oorspronkelijke stichter De Maatschappij tot Nut van het Algemeen terug in de Visserstraat met cursussen van de 'Handwerkschool voor Dienstmeisjes en Vrouwen boven de 18 jaar'. De lessen worden gegeven van oktober tot april op dinsdag- of donderdagavond van 8

36

tot 9. Van een geheel andere orde is het verzoek van Stadsevangelisatiegroep De Goede Herder om de lokalen te mogen gebruiken voor een Zondagsschool.

Maar ook goed intern nieuws: in 1902 bericht het Nieuwsblad van het Noorden dat mevrouw Donia-Edens (de vrouw van hoofdonderwijzer Donia) aangesteld is voor het handwerkonderwijs.

In februari 1923 verschijnen er berichten in de krant over een mogelijke sluiting van een aantal Groninger scholen. Ook de school in de Visserstraat wordt genoemd. In de gemeenteraad stelt raadslid Van Geuns vragen aan B&W. Wethouder Voerman moet bekennen dat "... er op verscheidene plaatsen te veel schoolruimte is en dat getracht wordt die te vullen, ten gevolge waarvan verplaatsing van leerlingen zal moeten plaats hebben en scholen vrij komen. En daarvoor komen in de eerste plaats in aanmerking de scholen in Visscherstraat en Peperstraat." Van Geuns heeft zijn twijfels over een goede afloop: "De belangen der volkskinderen moeten worden behartigd. Het onderwijs mag niet lijden door overplaatsing." De opheffing heeft waarschijnlijk ook veel te maken met de komst van (alweer) een nieuwe Schoolwet in 1920, waarin o.m. strikte eisen worden gesteld aan het maximale aantal leerlingen per klas (48) en de minimale hoogte van de lokalen (4 meter). Dat betekende voor veel scholen een fikse verbouwing, of zelfs het einde.

De geruchten over sluiting verstommen, maar in januari 1927 besluiten B&W alsnog dat de aangekondigde plannen doorgaan. De school aan de Visserstraat wordt opgeheven.

"Aangezien het gebouw...niet meer benoodigd is voor gemeentelijk onderwijs en ook niet voor andere gemeentedoeleinden in gebruik behoeft te worden genomen, hebben B. en W. stappen gedaan om tot den verkoop van dit gebouw met de daarbij behoorende onderwijzerswoning te geraken." Ouders worden geadviseerd om hun kinderen in te schrijven bij de nieuwe school aan het Albertine Agnesplein die in 1922 was opgeleverd. Het is duidelijk dat de gemeente een prettig bod heeft gekregen en daar tevreden mee is. Voor fl. 29.000,- valt het doek voor de school.

B&W mogen dan tevreden zijn over het bod, zij aarzelen toch niet om nog even fijntjes te melden dat "de zich voor de perceelen bevindende stoepruimten het eigendom blijven van de verkoopster." De gemeente dus...

In de volgende aflevering: de bedrijven In Visserstraat 47/49 na 1927.

Bronnen: 'Het Groningse Onderwijs', Beno Hofman, 'Geschiedenis van de school in Nederland', P. Th. F. M. Boekholt & E. P. de Booy Met dank aan: Jet ter Heegde & René Bosscher (RUG), Michael Hermse & Henk Wierts (Groninger Archieven)

37

Bij het binnenkomen van de woning zie ik het al, hier woont een man die meer dan één verhaal te vertellen heeft. De woning staat vol met bijzondere zaken, ik zie een zeer speciale kist, maar ook een gewei van een eland. Ook nog stenen van diverse grootte, beelden van brons, een Oostenrijkse koekoeksklok, een soort kaartenkast en nog heel veel meer. De wanden zijn gevuld en als ik schrijf gevuld, bedoel ik ook gevuld. Het liefste zou ik eerst een uurtje rondlopen, af en toe een onderwerp oppakken of er een aanwijzen en dan luisteren naar het verhaal van Koos. Koos is Koos Boertjens en de reden dat ik hem spreek, is een verhaal over luchtfotografie. Koos was ons opgevallen door de mooie foto’s die hij regelmatig op de sociale media plaatst. Foto’s van het drooggevallen Wad, van de werkzaamheden hier en daar in de provincie en natuurlijk foto’s van de stad.

Groningen onder de vleugels

Hoe zoiets begint, is vaak wonderlijk, zo ook nu. Koos was na een jaar studie sociale geografie naar de fotovakschool gegaan. Toen in de IT terechtgekomen en daar een indrukwekkende rij boeken geschreven en uitgegeven over o.a. basiskennis gegevensbeheer en basiskennis spreadsheets. Maar ook een Combi-cursus over Microsoft Office en een Basiscursus Access.

In 2005 werkte hij echter plotseling als freelance fotograaf onder andere voor Groningen Sea-ports (GSP). De Beatrixhaven zou worden geopend door de koningin. GSP bestelde een heli en omdat de piloot de weg niet wist en ook niet wist waar hij kon landen, werd Koos meegestuurd als gids. De eerste vlucht in zo’n libelleding beviel hem maar matig. Toen de heli echter terugging en Koos de zonsondergang vanuit de lucht zag was hij verkocht. Dat moest hij gaan doen, foto’s vanuit de lucht.

tekst: Dick Veen

GSP gaf hem opdracht elke maand een vlucht te maken om de vorderingen in de Eemshaven en het chemiepark Delfzijl op beeld vast te leggen. Via zijn netwerk kwamen er al gauw andere opdrachtgevers bij, zoals het RWE, Nuon/Vattenvall, gemeente Groningen, Bam en nog anderen. "Als ik er toch ben", dacht

Koos, "kan ik ook mooi andere foto’s maken van Stad en Ommeland". Zo heeft hij de diverse wijken, bijzondere plekken en evenementen op de foto vastgelegd.

"In het fotograferen van de veranderingen ter verbetering van de eigen omgeving door de mens ten eigen nutte, kwam voor mij de studie sociale geografie en de fotovakschool samen." Een mooi voorbeeld van hoe Koos de omgevingsverandering in de stad heeft vastgelegd, is de reportage over het Forum. Van september 2011 tot februari 2020 fotografeerde hij dit proces van uit de lucht. De foto’s zijn te vinden in Koos zijn jubileumboek "Groningen van boven - Stad en Ommeland". In dit boek staan nog vele andere platen van de stad en ook van onze eigen wijk. Vanuit de IT wist Koos nog prima hoe je een boek moest maken en hij breidde zijn oeuvre uit met minstens 10 fotoboeken.

Op een vlucht maakt Koos ongeveer 800 foto’s per uur. Wat heerlijk moet het voor hem zijn dat de digitale fotografie is uitgevonden. Daar zijn natuurlijk foto’s bij voor zijn opdrachtgevers maar ook veel die hij maakt omdat het kan. Op zijn LinkedIn-pagina (12.000 volgers) plaatst hij regelmatig mooie foto’s van de drie Noordelijke provincies. Ook op het YouTube-kanaal 'Noord in beeld' of Noordinbeeld.nl staan zijn foto’s en filmpjes.

Koos is inmiddels 72 lentes en gaat met zijn tijd mee. Er komen nu niet alleen foto’s van boven, maar ook videobeelden. Hij vond Elise Venhuis (foto), soldaat bij de luchtmacht, stewardess bij de KLM en videograaf, die het beeldmateriaal uitbreidt met videobeelden. Onder de vleugels van de Cessna 172 hangen drie 4k actioncamera’s die recht naar beneden en recht naar voren filmen. De prachtige opnames kunnen ook in opdracht worden gemaakt. De reden dat Koos sociaal geofotograaf is, is puur enthousiasme. Hij wil de Groningers laten zien wat er in hun omgeving gebeurt. Hoe ongelofelijk veel activiteiten er zijn. Hoe er gewerkt wordt, hoe er behouden wordt. Hoe het was en hoe het is. Maar ook dat wat is, weer was zal worden en de volgende verandering vraagt weer om een foto. Het werk gaat door, veranderingen zullen nooit stoppen. Maar, zegt Koos, het wordt tijd dat de Noordeling trots is op wat we hier hebben en wat we hier doen.

Het voordeel van na een uitgebreid gesprek weggaan via dezelfde weg als die je bent gekomen, is dat je een geheel nieuwe blik hebt op de ruimte krijgt die je al was gepasseerd. Ik zie nu waterkaarten, waterski’s, foto’s van surfen geloof ik en nog meer attributen met een verhaal. Tot de voordeur, nee, tot in de tuin liggen de verhalen voor het oprapen. Koos is fotograaf, Koos is zoveel meer, Koos is een bron van verhalen.

39

Kunstatelier Noes

Met werk van Beeldend

Kunstenaar Annuska ‘t Hart

Geopend op afspraak en iedere zaterdag van 13.00-17.00 u

Pottebakkersrijge 13

9718 AG Groningen

Telefoon 06-30109303

Website www.annuska-t-hart.nl

40

Sailing Couple

Dit is een verkorte versie van de zeebrieven die oud-voorzitter van buurtvereniging Het A-Kwartier en redactielid van de A-krant Esther Klaver en haar levensgezel Piet Boorsma sturen van hun zeiltocht naar Zuidwest Australië.

Panama

We rekenen erop dat het 7 tot 10 dagen varen is van de Benedenwindse eilanden naar Colon (Panama). Nu de wachten weer over ons tweeën zijn verdeeld gaat de scherpte er af. Dat blijkt als we moeten gijpen en ik de grootschoot niet kan houden (te weinig slagen om de lier). Terwijl het grootzeil uitviert, vliegt de lijn door m'n handen. Binnen 2,5 seconden verschijnen er 9 brandblaren op m'n vingers en voel ik m'n rechterhand branden. Shit! Piet is zich ook rot geschrokken, roept een paar zaken die niet voor herhaling vatbaar zijn en gebiedt me voor mezelf te zorgen.

In Colon begint de reis door het Panamakanaal en aan het einde ervan de oversteek van de Stille Oceaan. Maar zover is het nog niet! Eerst moet er ingeklaard worden bij de Havenautoriteiten en de Immigratiedienst. Vervolgens moet er een scheepsinspectie plaatsvinden en daarna volgt de toewijzing van een datum waarop we door het Panamakanaal kunnen. Voor de scheepsinspectie geldt een wachttijd van 3 tot 5 dagen, voor de transit door het Panamakanaal is de wachttijd op dit moment drie weken. Om het onszelf iets makkelijker te maken, hebben we een scheepsagent ingehuurd.

Na een dag of vijf hebben we de voorbereidingen achter de rug en maken we ons op voor vertrek richting de San Blas eilanden om een korte vakantie te vieren in afwachting van onze transit door het Panamakanaal. We droppen het anker bij het eerste het beste tropisch eilandje: Uchutupu Dunmat bij de Chichime Cays. Aan het einde van de middag krijgen we bezoek van een jonge

41

indiaan in zijn kano. Hij heeft vis te koop. In ruil voor een pak koffie en een Allerhande, krijg ik twee visjes die ik direct schoonmaak. Binnen een paar tellen verzamelen drie verpleegsterhaaien zich onder de boot om de visrestanten te verorberen. Een uur later doen Piet en ik hetzelfde met de visfiletjes.

De volgende morgen zeilen we naar het oostelijke deel van de Holandes Cays om het anker te laten vallen in de beschutting van het eilandje Banedup. "Hier gaan we mijn 50e verjaardag vieren", zeg ik opgetogen tegen Piet. Bij het ochtendgloren zingt Piet me toe. Het is zover: ik word toegelaten tot 'de club'.

Het is een heerlijke ankerplek. Op het eilandje is een hutje met een hangmat waar je koffie en een koel biertje kunt kopen. Aan de andere kant van het eiland (twee minuten lopen) kun je kokosnootbrood en versgebakken pizza afnemen. De paar eilandbewoners die er zijn, doen er alles aan om de zeilers het naar de zin te maken. Bewoners van andere eilanden bezoeken de baai met hun kano om groente, fruit en mola's (traditionele veelkleurige kleedjes) te verkopen. Anderen vragen of we hun jerrycan willen vullen met vers drinkwater of vijf dollar willen geven voor de vaccinatie van een ziek kind. Ook doen we het eilandje Kanlildup (Green Island) aan. Ook hier lopen we rond en moeten we concluderen dat de noordkant van het eiland langzamerhand overspoelt raakt met een dikke laag plastic flessen, slippers en andere rotzooi. De eilandbewoners weten zich er kennelijk geen raad mee. Verbranding is voor hen de enige manier om ervan af te komen, maar het is gewoon te veel.

Het wordt tijd om de terugtocht te aanvaarden en ons voor te bereiden op de transit en de oversteek. We ontvangen we per mail de instructies van de scheepsagent voor de transit op maandag. We kunnen onze borst natmaken.

De transit door het Panamakanaal en de oversteek naar Frans-Polynesië: vlak voor sluis nummer 2 (Pedro Miguel Locks) krijgen we aan stuurboord een Japans jacht langszij en aan

42

bakboord een Amerikaans zeiljacht. Op die manier kunnen drie jachten tegelijkertijd geschut worden. Stevig aan elkaar vastgemaakt varen we de sluis in; dat wil zeggen: Piet vaart de drie boten en de andere schippers mogen het stuur niet aanraken. Dat vindt de schipper van het Amerikaans jacht nogal lastig: hij blijft maar meesturen, zodat onze kanaal-adviseur hem keer op keer moet vertellen met z'n handen van het wiel af te blijven. Vanaf sluis nummer 2 naar sluis nummer 3 (Miraflores Locks) is het slechts een klein eindje varen en nadat we ook die gepasseerd zijn, worden de jachten weer van elkaar losgemaakt. Eenmaal onder de 'Bridge of the Americas' door beginnen we vol goede moed en met frisse tegenzin aan de tocht van 4200 zeemijlen naar Nuku Hiva, het grootste eiland van de Marquesas, één van de drie eilandengroepen in Frans-Polynesië. We zullen er een maand over doen, inclusief een tussenstop op de Galapagos om diesel te laden.

We kijken naar de vogels die dagen achtereen voorop de boeg met ons meereizen. Ze verlaten af en toe de boot om op een visje te jagen, maar keren telkens terug om op de boeg plaats te nemen en als dank de boel onder te kakken, wat Piet de dankbare taak geeft om dagelijks met puts en bezem hun toilet te reinigen. Als hij zijn bezoek aankondigt met een luide "Roomservice!" vliegen ze geërgerd weg en keren na de schoonmaakbeurt weer tevreden terug.

Na precies vier weken zien we het eerste eiland van de Marquesas opdoemen. In de baai Taiohae laten we te midden van een dertigtal andere jachten het anker vallen. We zijn er en trekken een zak chips open en een blikje bier los: het standaardontbijt bij aankomst na een lange oversteek... Lieve groeten:

43

v.b.n.b. Het gaat niet snel, maar lijkt wel veelbelovend: de verbouw van het voormalige koelhuis van Heineken Bier, Lutkenieuwstraat. En komt de steen met HB ook weer terug? | Witte muren zijn geen lang leven beschoren: dreigende portretten in de Lutkenieuwstraat. | Maar liefst 11 schilders in opleiding van de Klassieke Academie o.l.v. Hans Versfeld op 26 april op de kade | Na de geveltuin is nu ook de traptuin in opkomst, Reitdiepskade | Oude tijden herleven: de bewoners van Turforenstraat 8 waren flauw van de fietsen voor hun gevel en vonden bij Monument & Materiaal twee klassieke hekjes. | foto's: Han Santing

46
47 Bezoek ons op Akerkhof 31
whisky

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.