9 minute read

Duurzaam wonen Kweektuin

VERANTWOORD WONEN IN DE HAARLEMMER KWEEKTUIN

Advertisement

Tussen de bomen op het land staat een huis verscholen. In juni 2020 worden inmiddels parkmanager Linde, haar man Paul en zoontje Tijmen uitgekozen om tijdelijk in de woning te trekken. Het pand is omgetoverd tot en duurzame voorbeeldwoning waar anderen inspiratie op kunnen doen. Behalve dat het gezin mag genieten van de prachtige woning, moeten zij ook hun steentje bijdragen aan het verduurzamen van het pand.

‘Dit pand was helemaal overwoekerd, de gordijnen waren dicht en de tuin leek niet eens meer op een tuin’

Zijn jullie altijd bezig geweest met duurzaam leven? Paul: “Niet bewust, maar we hebben altijd weinig spullen in ons huis gehad. We zijn geen verzamelaars. Wanneer iets nieuws in huis komt, gaat er ook iets uit.” Linde: “We zijn zeker bewust van onze geest en de voetafdruk die we achterlaten. Wat bij ons kenmerkend is, zoals Paul al zegt, is dat we proberen zo min mogelijk spullen te bezitten. Dat vinden we prettiger wonen. Daarnaast zijn we niet materialistisch ingesteld en houden we van delen. Dus als wij iets minder goed kunnen gebruiken vinden wij het prima om dat weg te geven of daarmee te rouleren. Kinderkleding lenen wij bijvoorbeeld aan vrienden uit. Die kunnen het houden of weer doorgeven aan een ander.”

In hoeverre verschilt deze woning van jullie eigen woning? Linde: “Onze eigen woning hier verderop komt uit 1890. Dat is een oud pand, maar dat hebben we geprobeerd te verduurzamen voor zover dat mogelijk was. We hebben nog wel een slag te slaan. Deze woning in de Haarlemmer Kweektuin wordt gefaseerd verduurzaamd. Dat houdt in dat niet alles duurzaam is, maar dat de grootste stappen zijn gezet. Het huis is namelijk een doos-in-doos-constructie. Dat betekent dat de buitenkant van het pand hetzelfde blijft, maar de binnenkant geheel wordt verduurzaamd. Wij hebben daarbij gezorgd voor lokale en duurzame inrichting. Dat is de stempel die wij hier achterlaten.” Paul: “De kennis die wij mogen opdoen tijdens dit verduurzamingsproces gebruiken wij om anderen te inspireren duurzame keuzes te maken.” Hoe kwamen jullie eigenlijk in deze beheerderswoning terecht? Linde: “Met onze zoon Tijmen kwam ik hier vaak spelen, dus de speeltuin was al een bekend fenomeen. Dit pand was helemaal overwoekerd, de gordijnen waren dicht en de tuin leek niet eens meer op een tuin. Ik had wel interesse in wie daar zou wonen. Later kwam ik erachter dat de stichting Haarlemmer Kweektuin samen met de gemeente Haarlem bezig was om een plan te maken voor een renovatie van de woning. De gemeente heeft er toen voor gekozen om het pand op te knappen en het een actieve functie te geven voor een parkbeheerder. Bij toeval kwam ik de vacature tegen op sociale media.” Paul: “Nou, Linde hield wel in de gaten of de vacature online kwam. Zodra dat gebeurde zat ze er bovenop. Ze had al een heel plan en zo stuurden we een video voor de sollicitatie. Ik liet het allemaal maar over mij heenkomen en dacht: het zal wel. En kijk eens aan, anderhalf jaar later zitten we hier!” Linde: “Zo kwam het eigenlijk allemaal samen. In december 2019 kwam de vacature online. Toen hebben we gesolliciteerd en in januari 2020 kwamen we op gesprek. Er waren tweeëntwintig andere geïnteresseerden, maar wij zijn uiteindelijk uitgekozen om hier te mogen wonen. We hadden getekend voor iets wat we nog nooit van binnen hadden gezien.”

Dus het was een onaangename verrassing toen jullie introkken? Paul: “We wisten dat de gemeente en de stichting gingen verbouwen, dus je weet in het achterhoofd dat het mooi gaat worden. Toen we de woning aantroffen was de keuken al slecht, maar een verbouwing stond niet op de planning. In overleg met de gemeente hebben wij zelf actie ondernomen en een showroomkeuken op de kop getikt die hier een tweede leven krijgt. Veel luxe hebben we niet nodig. Als je naar de badkamer kijkt zijn we er flink op achteruit gegaan. Maar met zo’n tuin als deze is dat het helemaal waard.”

Aan het wonen op deze locatie zitten voorwaarden verbonden. Hoe zit dat precies? Linde: “De voorwaarde is dat je vrijwillig zestien uur per week als parkbeheerder actief bent. Je hebt een signalerende functie die van belang is voor de gemeente en het bestuur van de stichting. Voor de ondernemers, bezoekers en andere vrijwilligers ben ik het eerste aanspreekpunt. Het is mijn taak om in te grijpen voordat dingen ‘escaleren’. Zo los ik problemen op het terrein zelf op of koppel ik iemand met een vraag aan de juiste persoon. Het belangrijkste is dat je zorgt voor het sluiten van de poort en dat je een signalerende functie hebt.”

Was het duurzaam inrichten van het huis een voorwaarde of was dit een persoonlijke voorkeur? Linde: “Dat is deels een eigen keus geweest. Toen wij gingen solliciteren vertelden we dat het onze ambitie was om een duurzame voorbeeldwoning op de kaart te zetten. Dat mocht, als voorwaarde dat de woning werd opengesteld voor geïnteresseerden. Zo leiden wij mensen rond in onze woning. Het is niet zo dat de gehele dag mensen bij ons thuis binnen en

‘Onze ambitie was om een duurzame woning op de kaart te zetten’

buiten lopen, maar je moet er wel voor openstaan. Zo werden wij eigenlijk het visitekaartje van de Haarlemmer Kweektuin.” Paul: “Door corona zijn de bezoeken helaas teruggeschroefd.” Linde: “Deze week komen er wel mensen even een rondje wandelen. Vaak gaat dat in combinatie met een bezoek aan het Duurzaamheidsloket in het Kweekcafé. Daar kunnen bezoekers advies vragen voor het verduurzamen van hun eigen woning.”

Waarom hebben jullie gekozen voor de hulp van Haarlemse ontwerpers bij het inrichten van de woning? Linde: “We vinden het niet belangrijk om eigenaar te zijn van de producten. We vinden het geen probleem als onze spullen na een tijdje naar een ander gaan. Vanuit dat oogpunt heb ik gezocht naar Haarlemse ontwerpers en ondernemers, wat dus duurzaam en zo lokaal mogelijk is. De combinatie dat iemand zowel de ontwerper als de maker is van een product komt niet vaak voor.”

Maar in Haarlem dus wel? Linde: “Ja, eigenlijk wel! Als je hier een paar mensen kent, kom je zo bij anderen terecht. Dus zo leerden we een handje vol ontwerpers kennen bij wie we een goed gevoel hadden. Zij snapten meteen waar deze locatie voor dient.”

Hebben jullie specifiek gekozen voor Haarlemse ontwerpers om zo de ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden? Paul: “We vinden het belangrijk om lokale bedrijven te ondersteunen. Dat is door corona groter geworden, maar daarvoor deden wij dit al. De Haarlemse ontwerper David Veldtwerk is bijvoorbeeld een goede vriend van een collega van mij en zo komt zijn werk weer bij ons terecht.” Linde: “David werkt bijvoorbeeld met oude treinvloeren die hij bij Paul zijn werk ophaalt om daar vervolgens pingpongtafels van te maken. Ons televisiemeubel heeft hij gemaakt van graanstelen, wat een restproduct is van graan. Dit kastje is bijvoorbeeld goed mee te nemen op de fiets omdat het zo lekker licht is. Je hoeft op deze manier niet op en neer naar de woonboulevard waar je ook nog eens duurder uit bent. Hier hebben we onze eigen etalage waarin wij laten zien hoe het product eruitziet in een bruikbare situatie. Met David zijn wij een samenwerking aangegaan waarbij wij het kastje hebben geleend.”

Hebben jullie meer meubels geleend van ontwerpers? Linde: “Alleen het kastje is geleend. De rest van de meubels hebben wij zelf gekocht. Tijdens het kopen van de meubels heb ik wel gekeken of ik wat voor de ondernemer kon betekenen. Zo heb ik gezocht naar restproducten of showroommodellen. Niets is hier op aanvraag gemaakt, dus de tafel ook niet.”

Welk stuk is jullie favoriet? Linde: “Bij de tafel hebben wij een mos-paneel hangen met een dempende functie. Het mos hoeft niet besproeid te worden met water, maar het neemt vocht op uit de lucht in de woonkamer. Dat vind ik een geweldig item, maar mijn favoriete stuk is onze eetkamertafel. De tafel is gemaakt van oude transportkisten van het Rijksmuseum, wat een heel mooie gedachte is.” Paul: “Met de planken van Nederlands Hout zijn we ook erg blij. Dat is omdat ze zijn gemaakt van de restanten van omgewaaide bomen uit onder andere Haarlem. Dat maakt het extra bijzonder. Het is een object dat altijd in een woning zal blijven.”

Jullie zoon Tijmen is pas vier jaar oud, maar erg milieubewust. Hebben jullie hem zo opgevoed? Linde: “Indirect geven wij wel wat mee, maar dat gebeurt meer omdat hij zich heel erg bewust is van afval. Als er iets op de grond ligt wat er niet hoort beseft hij dat zelf ook. Hij weet dat wanneer hij uit zijn kleren groeit ze naar zijn neefjes of vriendjes gaan. Uit zichzelf gebeurt het vaak dat hij een cadeautje wil meenemen als hij op bezoek gaat. In plaats van naar de winkel te gaan, kiest hij dan iets van zijn eigen spullen. Het is leuk om te zien dat hij dat soort dingen uit zichzelf doet en dat het niet ‘geprogrammeerd’ is door ons.”

Hoe is het nu om in jullie droomhuis te wonen? Linde: “Zoveel mensen wilden hier wonen en konden solliciteren. Het is geweldig dat wij zijn uitgekozen. Gelukkig krijgen we te horen dat ze blij zijn met ons en de hulp die wij bieden. Het is heel bevestigend dat je iets kan toevoegen met jouw eigen idee van duurzaamheid.”

Op de inrichting na, wat maakt de beheerderswoning zo speciaal? Paul: “De tuin is natuurlijk fantastisch. Iedereen is deelgenoot van onze tuin. We hebben een deel van de bomen gisteren gesnoeid en het is heerlijk dat je de ruimte hebt. Tijmen kan ook lekker meehelpen. Je moet hem soms even activeren, maar het is voor hem belangrijk om mee te doen en buiten te zijn.”

Wat kunnen anderen doen om hun woning te verduurzamen? Linde: “Begin vandaag nog met kleine stapjes. Wacht niet tot je een budget hebt waar je grootse dingen mee kan doen. Begin lekker simpel en bedenk dat wat bij de bouwmarkt of woonboulevard te koop is, ook heel goed ergens anders kunt halen. Als je dat hebt bedacht, kan je kijken of je iets passends kan laten maken. Je hoeft niet altijd meteen naar de kringloop. Ga eens langs bij ontwerpers. Daar krijg je vaak gratis en goed passend advies dat je interieur uniek maakt zonder dat het veel geld hoeft te kosten.” ✶

This article is from: