FRITS magazine juli/augustus/september 2025

Page 1


AQUA TERRA IN TURQUOISE

This new Seamaster Aqua Terra combines a classic OMEGA style with a vivid turquoise colour. Each lacquered dial is made even more captivating by its subtle black gradient, while the grey hands and indexes create a distinguishing contrast. Take a unique approach to your next timepiece choice with this 41 mm model that was born to stand out.

Rechtestraat 38

5611 GR Eindhoven

+31 (0)40 792 0050

WIJ MAKEN VAN IEDER BAD EEN ZWEMBAD

LOTEC Nederland

LOTEC Noord-Oost

E info@lotec.nl

E twello@lotec.nl

E info@lotec.be

Loungeplateau Zwembadafdekking
Techniek ruimte

Nieuw programma 25/26

Tickets: parktheater.nl

algemeen

013 Editorial

in dit nummer

015 Colofon/Service

022

interviews

022 The Real Housewives Chayenne Muller & Marjan Strijbosch

062 Harald Seidel en de diepe worteling van DAF

088 Harrie Kwinten is De Bedrijfsatleet

100 Niels Dusee over de toekomst van BIC

128 Leonie Maréchal in gesprek met de natuur

044

034

052

034 De Wielewaal eind september al open 044 Challenge Team PRIEMA: sportclubs sleutel tot samenleven

110 AG Eindhoven bestaat tachtig jaar

062

088

029 Jochem Goedhals

No more copies! Originals please

041 Marjolijn Sengers Lik op stuk

057 Bert-Jan Woertman Vakantie. Eureka!

073 Leyla Kalender

Een bijzondere vraag

085 Anne Deelen

Geen tijd te verliezen

105 Pieter van Santvoort Woningbouwkaart...

123 Harold van Asperdt Is er nog toekomst voor de kroeg

016 Fotospread Boomtown

018 Uitgelicht FRITS' tips

052 Eindhovenaar kun je worden Hugo Peeters

092 Onderstroom Stichting Brainsupport

138 Flits! Zien & gezien worden in FRITS

092

110

128

Jouw kans op een perfecte glimlach

Vraag vrijblijvend naar de mogelijkheden!

Vraag vrijblijvend naar de mogelijkheden!

Vraag vrijblijvend naar de mogelijkheden!

Bel: 040 - 251 45 27

Bel: 040 - 251 45 27

Bel: 040 - 251 45 27

City Mondzorg Veldhoven

City Mondzorg Veldhoven

City Mondzorg Veldhoven

Horst 18

Horst 18

Horst 18

5501 DN Veldhoven info@citymondzorg.nl

5501 DN Veldhoven info@citymondzorg.nl

012 - Frits magazine

5501 DN Veldhoven info@citymondzorg.nl

VOORWOORD

Afscheid van onze duizendpoot

Dit is de laatste FRITS met onze trafficmanager Eva Wellens aan boord. Met een perfect gevoel voor drama zou je kunnen stellen dat daarmee een einde aan een tijdperk komt. We nemen afscheid van onze duizendpoot die notabene een maand eerder in dienst was van FRITS dan ik. Dat behoeft nadere uitleg. Toen DPG Nederland najaar 2015 bedacht om de stekker uit het blad te trekken, besloot ik om zelfstandig door te gaan. Los van partners die de stap financieel mogelijk maakten, was Eva één van de eersten die ik belde en wel met de vraag of ze al een baan had. Eva had stage gelopen bij het ED - ze studeerde Communicatie aan de universiteit van Nijmegen - en mede dankzij haar was de eerste Restaurantgids van FRITS commercieel een succes geworden. Althans zo wil het verhaal, dat inmiddels welhaast mythische vormen heeft aangenomen. Eva begon op 1 april 2016 als kwartiermaker voor FRITS. Ik volgde een maand later, hoewel de productie van het magazine allang op gang was gebracht. We zaten anti-kraak in een voormalig bedrijfspand van Jules Keizer (Diagnostiek voor U) op de Bomanshof in Eindhoven. Nog zonder computers want door miscommunicatie hadden we die pas op het allerlaatste moment kunnen bestellen. Met hulp van Arjen de Koning (destijds Paradigit) was dit echter in een paar dagen geregeld.

In negen jaar tijd ontpopte Eva zich van trafficmanager tot een soort duizend-dingen-doekje, én veel meer nog. Los van alle organisatorische zaken, waaronder de presentatie van de nieuwe edities en niet te vergeten de zeer gewaardeerde Top 50's, ontfermde ze zich over de financiële administratie, de socials, onze website, de marketing, de sales en uiteindelijk de coördinatie van alle specials om vervolgens niet alleen vorm en inhoud mede te bepalen maar ook zelf te gaan schrijven en de eindredactie te voeren. Als laatste wapenfeit geldt het magazine dat ze in de afgelopen paar maanden maakte voor STE Languages. Dan hebben we het nog niet gehad over de inbreng van creativiteit en het - commercieel - meedenken. Eva ziet altijd nieuwe kansen en wacht niet graag af. Daarnaast voelt ze zich verantwoordelijk waarbij ze weinig geduld kan opbrengen voor iedereen die niet haar tempo bijhoudt. Ze kan het vaak beter en sneller. Vindt ze zelf, maar in de meeste gevallen blijkt dat ook zo te zijn.

Per 1 augustus vertrekt ze naar het projectteam Centrumgebied van de gemeente Eindhoven. Laten we hopen dat ze haar op waarde weten te schatten. Ze hebben een goeie binnengehaald, zoals dat heet. Ze gedijt bij een grote mate van verantwoordelijkheid voor het proces en vrijheid van handelen naar eigen inzicht. Ze is toe aan een nieuwe uitdaging, en dat begrijp ik. Sterker nog, het is een klein wonder dat iemand met zo veel talenten zo lang deel uitmaakte van het team dat slechts een fractie is van de omvang die de gemeente Eindhoven heeft. Ze krijgt zo'n 2.999 collega's die samen de stad moeten opstuwen in de vaart der volkeren. Wij likken onze wonden en zoeken ondertussen naar een opvolg(st)er. En dat zal niet meevallen want we zijn natuurlijk ook verwend geraakt. Eva weet al gauw raad en als ze het antwoord niet weet dan duurt het niet lang, hooguit een paar minuten, voordat ze het heeft gevonden. Waarop dit triomfantelijk wordt gedeeld met de aanwezige collega's.

Toen ze vorig jaar meedeelde dat ze haar horizon wilde gaan verbreden, ging ze er (nog) vanuit dat FRITS zou ophouden te bestaan. Zo erg is het niet maar we gaan haar missen! We zullen met nieuw elan haar erfenis beheren en voor de toekomst veilig stellen. Te beginnen met deze FRITS. Veel leesplezier!

Je favoriete kleding verdient het om veel langer mooi te blijven.

Ontdek de wasbehandeling van het beste wasmachinemerk zelf bij het Miele Experience Center Eindhoven.

colofon

FRITS MAGAZINE

FRITS is een vlot geschreven, hoogwaardig, (regio-) breed journalistiek en onafhankelijk magazine. De toon is positief-kritisch, en daardoor sterk opiniërend. FRITS besteedt aandacht aan de (Brainport)regio Eindhoven, de inwoners en hun verhalen. FRITS is verschijnt vijf maal per jaar en heeft abonnees in Zuidoost-Brabant

U kunt al een jaar kennismaken met FRITS voor € 29,95. Het jaarabonnement is daarna € 39,95. Voor abonnementen in het buitenland geldt een speciaal tarief. FRITS is los te koop bij erkende boekhandels, kiosken en in supermarkten en kost dan € 7,99.

Wilt u graag een abonnement?

Bel met BCM, 085 - 760 02 37. U kunt ook een mailtje sturen naar: abonnementen@frits.nl

Adres

Ons nieuwe bezoek- en postadres is Paradijslaan 7A, 5611 KM in Eindhoven. Ons telefoonnummer is 040 - 304 60 00.

Tips voor de redactie

Als u ons een mailtje wilt sturen met tips, opmerkingen of persberichten kunt u dit doen naar redactie@frits.nl

FRITS

LEESMAGAZINE OVER EINDHOVEN EN OMGEVING

UITGEVER / HOOFDREDACTIE

Hans Matheeuwsen 06 - 317 916 54 / h.matheeuwsen@frits.nl

TRAFFIC / COÖRDINATIE SPECIALS

Eva Wellens 040 - 304 60 00 / e.wellens@frits.nl

PROJECT COÖRDINATIE

Sam Matheeuwsen 040-304 60 00 / s.matheeuwsen@frits.nl

VORMGEVING FRITS & SPECIAL

Leon Torremans 040 - 304 60 00 / l.torremans@frits.nl

SALES / MEDIA ADVIES

Nico van der Meer 06 - 818 136 72 Marianne Brugmans 06 - 534 576 26 materiaal@frits.nl

AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE

Harold van Asperdt; Bart Assies; Anne Deelen; Monique van Esch; Ronald Frencken; Lisette Gerbrands; Jochem Goedhals; Runa Hellinga; Leyla Kalender; Marlène van Kuyk; Frank van der Linden; Martin van Rooij; Raquel Mourik; Pieter van Santvoort; Marjolijn Sengers; Bert-Jan Woertman

FOTOGRAFIE

Erik de Brouwer; Christ Clijsen; Rob Engelaar; Jules van Iperen; Margot Jans; Leon van Loon; René Manders/DCI Media; Kees Martens/DCI Media; Eddie Mol; John Wiersma

COVERFOTO

Chayenne Muller & Marjan Strijbosch, door Eddie Mol

ABONNEEHANDLING / DISTRIBUTIE

BCM International BV

DRUK

PreVision Eindhoven

ISSN 1877-895X

COPYRIGHT

Het overnemen van artikelen als bedoeld in artikel 15 van de Auteurswet is niet toegestaan

VERSCHIJNINGSDATA 2025 10 oktober, 12 december

FRITS Trends & Tips

Stijlvol tafelen

Restaurant Vestdijk47 in hartje Eindhoven serveert Frans-Aziatische gerechten met karakter. Chef Mike Vierhout combineert klassieke technieken met smaken als ponzu en five spice, en dat proef je. In een warme, moderne setting geniet je van een seizoensgebonden chefsmenu, een mooie fles wijn of een cocktail met honing van eigen bijen. Fine dining zonder strak linnen op tafel, maar mét Brabantse gastvrijheid. Kwaliteit, sfeer en smaak komen hier moeiteloos samen. www.vestdijk47.nl

Say hi to Dodo

Een nieuwe koffiebar en bakkerij aan het Gerardusplein in Eindhoven. Alles wordt met liefde zelf gebakken, van knapperig zuurdesembrood tot viennoiserie zoals je ze in Parijs hoopt te vinden. Je kunt er ontbijten en lunchen, of iets lekkers meenemen voor thuis. Combineer het met goede koffie of een vers sapje en je zit helemaal goed. Extra fijn: op vrijdag is er markt op het plein. www.dodo-eindhoven.nl

Gezondheid en training onder één dak

The Health Cube biedt een unieke combinatie van personal training, fysiotherapie en podotherapie om je doelen effectief en verantwoord te bereiken. Dankzij de samenwerking tussen Personal Training & Coaching van Finn Smeeman, Fysiotherapie De Ligt en Toppodo Podotherapie is er een totaaloplossing voor sporters van elk niveau. Of het nu gaat om krachttraining, afvallen, herstel of houdingscorrectie: zij helpen je om het maximale uit jezelf te halen. www.thehealthcube.nl

FRITS Trends & Tips

Pizza met een nieuw uitzicht

Pizzeria Hout blijft op Strijp-S, maar krijgt vanaf 28 augustus een nieuw thuis in gebouw Donna. De Napolitaanse pizza’s behoren tot de beste van Nederland: Hout is één van de vijf excellent pizzerias volgens 50 Top Pizza. Die kwaliteit proef je straks in een lichte, groene setting met hoge plafonds, veel planten en een verfijnde urban sfeer. De iconische drankenwand verhuist mee, net als de gastvrijheid en sfeer die je van Hout gewend bent. www.houteindhoven.nl

Stijl met karakter

Bij Walther Apparel in de Bergstraat vind je kleding, schoenen en accessoires van merken met een verhaal, zoals Barbour, Norse Projects en Portuguese Flannel. Walther stelt zijn collectie zorgvuldig en creatief samen tot een unieke mix van authentiek, duurzaam en eigentijds. Kom langs voor inspiratie en persoonlijk advies. Liever online bestellen? Haal je favorieten op via de Walther Pick-up Service. www.waltherapparel.nl

Slim groenbeheer

Bomen zijn geen decor maar kapitaal, ze dragen bij aan klimaat, omgeving en uitstraling. Slaats Boomverzorging verzorgt ze met aandacht en vakmanschap. Van advies en inspectie tot snoei en rooien: elk project wordt efficiënt, veilig en zorgvuldig uitgevoerd. Geen gedoe of overbodige stappen, maar wel heldere communicatie en duurzame oplossingen. Voor wie groen serieus neemt en kiest voor kwaliteit die zichtbaar bijdraagt. www.slaatsboomverzorging.nl

FRITS Trends & Tips

Overpeinzingen van een slagwerker

Willem van Kruijsdijk kennen we in Eindhoven als oprichter, componist en lid van Slagerij van Kampen. Hij leeft samen met zijn geliefde in Zuid-Spanje. Zijn tweede boek Drie maanden Boca Arriba houdt het midden tussen een autobiografisch verslag en een essay, dat via herinneringen, reisverslagen en gedachten raakt aan actuele thema's en roept op tot bezinning over samenleving, religie, muziek, cultuur en politiek. Het biedt een zeer persoonlijke inkijk in zijn verblijf in Andalusië tijdens en na corona. Dit leitmotiv geeft ruimte aan overpeinzingen, terug,- en vooruitblikken. Wat speelt zich af in het hoofd van een man zonder veel bewegingsvrijheid? Te koop voor € 21,-

De kunst van tobben

Vrouwen zijn goed in tobben. Het is een skill. Het boek Tobwijven! van onder anderen de Helmondse Lisa Wouters neemt het vrouwelijke piekerbrein onder de loep. Van carrièrestress en moederschap tot het eeuwige perfectionisme. De auteurs geven taal aan het zinloze tobben over werk, leven en alles ertussenin – én laten zien hoe je dat getob kunt ombuigen tot iets zinvols en krachtigs. Voor Tobwijven! deden ze onderzoek onder ruim 400 vrouwen én mannen naar de grootste tobbronnen op het werk. Het resultaat is een boek dat schuurt én schuifjes openzet. Zie voor meer info: www.tobwijven.nl

Het verhaal van de piemel

‘Hé Pik’ van de Eindhovense fotograaf John Wiersma - aka De FotoMeneer - is meer dan een grappig boek; het doorbreekt taboes en geeft aandacht aan de piemel. Zoek je naar boeken over de vagina, dan zijn er volop opties. Maar bij boeken over de piemel blijven de resultaten vaak achter. ‘Hé Pik’ biedt iets anders: niet alleen foto’s, maar ook de verhalen erachter. Elke piemel heeft zijn eigen persoonlijke verhaal, vaak luchtig en grappig maar ook ontroerend en soms pijnlijk. Het boek is te koop in de boekhandel voor € 37,-.

Must read over de toekomst van voeding

Met de publicatie van Mastering Food Innovation | Impact by Design introduceert innovatiestrateeg en food impactor Mary van Hoek-Hendriks een krachtige nieuwe standaard voor iedereen die werkt aan de toekomst van voeding. Het boek biedt een strategisch én praktisch kompas voor ondernemers, foodprofessionals en innovatieteams, van startup tot multinational, om sneller, slimmer en met meer impact te innoveren. De schrijfster is een geboren en getogen Eindhovense en internationaal actief in de wereld van innovatie, design en food. Meer info via: www.startafoodstory.com

Het leven en werken van Jacobus Q. Smink

De dichter Jacobus Q. Smink (1954-2024) was een markant persoon. Na zijn jeugd in Sondel (Gaasterland) en zijn studententijd in Groningen woonde hij het grootste deel van zijn leven in Eindhoven, waar hij werkte als leraar Nederlands. In 2022 keerde hij terug naar Sondel, waar hij de laatste twee jaar van zijn leven doorbracht. De dichter en de auteur kenden elkaar van hun studententijd in Groningen. Tientallen jaren na hun ontmoeting verzocht hij haar een bloemlezing uit zijn gedichten te maken en interviewde zij hem over literaire bronnen, vrouwen en verslavingen. Het resultaat is deze autobiografie. Het boek is te koop voor € 27, 50 .

CHAYENNE MULLER (L) EN MARJAN STRIJBOSCH

Succesvolle regionale businessvrouwen in reality-show Videoland

Th e Real Housewives van het Zuiden

De één is een doorgewinterde modekoningin met vastgoed in drie landen, de ander bouwt aan een miljoenenimperium in de bouw. Samen vormen ze het kloppend hart van The Real Housewives van het Zuiden. In het oog van de storm: Marjan Strijbosch en Chayenne Muller. Tijd voor een gesprek met de jongste en de oudste regionale 'huisvrouw' over status en strijd, in stijl uiteraard.

TEKST: LISETTE GERBRANDS | FOTO'S: EDDIE MOL

Sinds april is de Videoland-serie hét gesprek van de dag. Niet alleen in Zuid-Nederland, maar ook daarbuiten. Ook op social media worden de afleveringen breed uitgemeten. Fans smullen van perfect gelakte drama’s, emotionele uitbarstingen op hakken van twaalf centimeter met levens waar de gemiddelde Quote-lezer van zou slikken.

Publieksmagneet

De fontein borrelt naast het zwembad. Zuid-Frankrijk? Nee, net over de grens. Geen doorsnee villa, maar een Vlaamse oase in full Marjan-style. De grande dame van de serie ontvangt ons met flair én vuur. Omdat haar Eindhovense penthouse, compleet met spiegelmuren en een garage voor de Rolls-Royce, al een jaar te koop staat, gaat ze verbouwen voor een nieuwe verkoop-impuls. „De spiegels gaan eruit, er komen moderne banken in, en grote palmen in een bloembak. Klaar.” Ze zucht. „Ik heb ooit een bizar hoog bod afgeslagen. Achteraf heb ik daar wel spijt van. Mijn moeder zei altijd: als de trein langskomt, moet je instappen.”

Die ondernemerszin maakt haar tot een publieksmagneet. De camera’s registreren haar temperament, de vete met Brigitte, en de nu al beruchte bruidsmeis-

je-affaire. Marjan: „Ik zei op de reünie tegen Ramona: ‘Schat, je was geen bruidsmeisje. Klaar.’ Ik gaf haar ook respect want ze werkt hard, maar over mijn rug klimmen? Vergeet het.”

Serieuze businessvrouwen Tegenover Marjans flamboyante aanpak staat Chayenne Mullers zakelijke precisie. Jonger, bedachtzamer, met een hoofd voor cijfers en een hekel aan tijdverspilling. Als CEO van het familiebedrijf in de bouw werd ze getipt door vriendin Ramona Koonings om mee te doen. „Ik dacht: tof, een programma over serieuze businessvrouwen. Dat bleek ietwat optimistisch.”

De opnames verliepen stroperig. „Zinnen inspreken, wachten, nog eens opnieuw. Uiteindelijk nam ik mijn laptop maar mee.” Zichzelf terugzien vond Chayenne con-

Marjan: ‘Ik lag tien dagen op de intensive care en heb gevochten voor mijn leven’

fronterend. In de montage werd ze neergezet als het ‘preutse meisje’. „Het leek alsof ik helemaal van slag was door een scheldwoord en dat ik het shockerend vond dat Brigitte een bordeel runt, maar geloof me: in de bouw hoor je wel erger. Wat je niet zag, is dat ze ineens begon te schreeuwen toen de camera’s uit waren. Dáár heb ik iets van gezegd. Omdat dat niet is uitgezonden, lijkt het nu alsof ik moeite had met wat ze zei, terwijl het ging om hoe ze het zei. Ik run een bedrijf en weet heus mijn mannetje te staan, maar ik kwam niet voor drama om het drama.”

Krystle en Alexis

De dynamiek tussen Marjan en Chayenne doet denken aan een moderne versie van Dynasty. „We zijn soms net Krystle en Alexis”, grijnst Chayenne. „Het ene moment klikken we, het volgende niet.” Marjan: „Ze komt op voor haar vriendinnen. Dat waardeer ik.” Chayenne: „Ik vond dat je Ramona te fel aanviel in de keuken. Het ging om de toon. Maar ik snap ook: als je voor jezelf opkomt, lijk je al snel fel.”

Verwaarloosd

Beiden weten inmiddels hoe reality-tv werkt. „Ze knippen en plakken vanalles door elkaar”, zegt Marjan. „Wat ik aan het eind zeg, zetten ze aan het begin.” Toch is er geen script, vertelt Chayenne. „De productie geeft suggesties zoals ‘het zou leuk zijn als je je hakken aan doet’, maar het is aan jou wat je ermee doet.” Ondertussen wordt er ook gewoon gewerkt. „Ik heb net ons huis in Florida verkocht,” vertelt Marjan nonchalant. „Het stond twee weken online en we kregen de hoogste prijs." Luxe is voor haar geen statussymbool, maar een levensstijl. „Toen we ons huis in België verkochten, maakten we flinke winst. Uiteindelijk hebben we het weer teruggekocht. Het was zo verwaarloosd, dat deed me enorm verdriet. Inmiddels ligt het er weer knap bij.”

Afgunst

Achter Marjans bling schuilt een rauw ondernemersverhaal. Geen privilege, maar pure vechtlust. „Voor mijn eerste winkel in Breda maakte ik de collectie zelf. Overdag stond ik in de zaak, ’s avonds bracht ik bestellingen rond. Op een gegeven moment had ik 27 thuisnaaisters, en portiers voor de deur.”

Die vechtlust begint al vroeg. Marjan groeit op in een gezin van acht kinderen, en verhuist als jong meisje met haar ouders van Eindhoven naar het ijskoude Canada. „We stonden in de vrieskou te wachten op de schoolbus, soms bij min veertig. Mijn wangen bevroren gewoon. Vanwege mijn zwarte haar, ogen en lange wimpers werd ik gepest: ze noemden me ‘kat’. Jongens prikten me met spelden, maar ik durfde niks te zeggen.”

Op haar zestiende keert ze alleen terug naar Nederland, naar Breda. „Ik had een fiets, maar geen geld. En dan moet je het maar maken.” Jong en onervaren raakte ze zwanger. „Er was geen pil, geen abortus. Ik maakte kinderkleertjes, en later make-upte ik meiden met Max Factor. Zo begon het.”

Haar eerste winkel was direct een succes: 1.600 gulden omzet op dag één. Met het succes kwam ook afgunst. ‘Wat doet dat Canadese meisje hier?’, ‘Waarom staan mensen bij haar in de rij?’ werd er gezegd.” Kort na de geboorte van haar dochter werd ze thuis zwaar mishandeld. „Ik lag tien dagen op de intensive care en heb gevochten voor mijn leven.” Dertig jaar lang zwijgt ze over dat trauma. „Je schaamt je. Het blijft in je lichaam zitten.” De angst blijft lang, zelfs toen het succes zich opstapelde. „Ik kocht een huis, maar durfde er de eerste nacht niet te slapen. Ik nam een butler en kok om me veilig te voelen.”

Toch blijft Marjan bouwen. En ze houdt vast aan haar ondernemerschap. „Mensen zeggen: alles wat jij aanraakt verandert in goud. Ze vergeten alleen wat eraan voorafging. Het is vooral als ik iets doe, doe ik het goed. Of ik doe het niet.”

Chayenne: ‘Ik draag net zo makkelijk een helm als een lipstick. En als het even kan: allebei tegelijk ’

Imperium uitbreiden

Chayenne herkent Marjans instelling. De twee delen een werkethos dat niets aan het toeval overlaat. „Ik wilde vroeger zangeres worden. Alleen ik zing vals”, lacht ze. „Ik ging Entertainment Management studeren en werkte ’s avonds in de horeca. Tot mijn vader zei: ‘Waarom ga je niet ’s avonds studeren, dan kun je overdag bij mij in het bedrijf werken.’ Zogezegd, zo gedaan.” En met succes.

Achter de warme uitstraling van Chayenne schuilt namelijk een rasondernemer met een duidelijke missie. Als CEO van het bouwbedrijf dat haar vader oprichtte, leidt ze nu met vaste hand een miljoenenbedrijf in een traditionele mannenwereld. Onder haar leiding groeide SRBA Group uit tot een organisatie met drie gespecialiseerde businessunits, en met een buy-and-buildstrategie is ze bezig haar imperium uit te breiden. „We bouwen letterlijk en figuurlijk aan iets groots. We hebben afgelopen jaar een overname gedaan van een cleanroom-bedrijf in de Verenigde Staten.” Terwijl de camera’s draaien en de hakken klinken, blijft Chayenne scherp op cijfers en kansen. „Ik draag net zo makkelijk een helm als een lipstick. En als het even kan: allebei tegelijk”, zegt ze droog. „Ik vind het heerlijk wanneer ik mee kan helpen op de bouwplaats. Om gipsplaten te tillen heb ik te weinig kracht, maar wanneer we voor een oplevering moeten

opruimen en schoonmaken of als er wanden geïsoleerd moeten worden dan vind ik het stiekem nog altijd leuk om mee te helpen. Ik houd niet van een piramidestructuur. Binnen ons bedrijf doen we echt alles met elkaar, we doen het samen, met elkaar.”

Bewerkte werkelijkheid

Dat de realityshow hun leven heeft veranderd, staat buiten kijf. Dat het óók een gekleurde versie van de werkelijkheid laat zien, beseffen ze inmiddels maar al te goed. Chayenne: „Er zijn momenten geweest die veel dieper gingen dan wat je op tv ziet. Hopelijk prikken mensen daar doorheen.” Of er een tweede seizoen komt? Chayenne: „We zijn in gesprek. Met de overname in Amerika is het de vraag of ik tijd heb.” Marjan twijfelt geen seconde: „Ik bén The Real Housewife van Brabant. Ze kunnen om me lachen en over me praten, maar ze kunnen niet om me heen.”

ULLASA WINT

BEAUTY AWARD 2025: De plek waar huid en hart op topniveau presteren

Stel je voor: je loopt binnen bij Ullasa, een stijlvolle oase in Eindhoven waar rust en resultaat elkaar versterken. Hier draait alles om balans tussen ontspanning en effectieve huidverbetering. De luxe slow treatments zorgen voor diepe ontspanning en herstel, terwijl de revolutionaire SkinGym zorgt voor actie. Zie het als een sportschool voor je gezicht: een doelgerichte workout waarbij de huid intensief gestimuleerd wordt met krachtige massagetechnieken en innovatieve apparatuur. Contouren worden geaccentueerd, de doorbloeding geactiveerd en de huid zichtbaar gelift.

In mei won Ullasa de prestigieuze Beauty Award 2025 – de belangrijkste vakprijs binnen de Nederlandse beautybranche. Een bekroning op uitzonderlijke expertise, innovatie en meetbaar resultaat.

Bij Ullasa draait het niet om oppervlakkige verzorging, maar om een totaalconcept. Internationale topmerken, persoonlijke coaching en jarenlange ervaring komen samen in een verfijnde setting. Of je nu komt voor een glow, versteviging of gewoon even ademruimte: bij Ullasa krijgt je huid wat het verdient.

Één behandeling en je begrijpt waarom Eindhoven over Ullasa praat.

Aalsterweg 99a - 5615 CC - Eindhoven www.ullasa.nl

No more copies! Originals please

Zondagochtend. Buiten in het zonnetje word ik wakker met een kop koffie. Ik verken mijn tijdlijn. Scrollen, klikken, door. Tot ik blijf hangen bij een filmpje van Snoop Dogg. Geen beat, geen show. Hij kijkt me recht aan en zegt: 'Be you. Stop trying to be like everybody else. The world don’t need more copies. It needs more originals'.

En ik dacht: Ja. Dat dus.

Het raakt, omdat het zo pijnlijk botst met hoe wij omgaan met jongeren. We willen wel originals, maar alleen als ze niet te luidruchtig, te lui en te lastig zijn. We zeggen dat we ze kansen willen geven maar intussen duwen we ze in een keurslijf van regels, verwachtingen en meetmomenten. Een uitgestippelde route van A naar B, zonder zijpaden. En als ze daarvan afwijken? Dan gaan we zeuren. Over hun houding, hun schermtijd, hun fatbikes.

Maar als je goed kijkt, is alles wat ze doen heel logisch. Ze hangen omdat er weinig anders te doen is.

Ze zoeken kicks omdat we alle scherpe randjes hebben gepolijst. Ze pakken hun scherm erbij omdat de echte wereld ze pas omarmt als ze gevormd, gescreend en beoordeeld zijn.

We zijn een samenleving aan het bouwen waarin je overal pas ‘binnen’ mag als je achttien bent, alles veilig is en jij precies weet wat je komt doen. Vroeger kon je crossen op je brommertje op je veertiende, fout na fout maken, stomme dingen proberen. Nu moet alles verant-

woord zijn en dan zijn we verbaasd dat jongeren zich vervelen, terugtrekken, of juist tegen de stroom in gaan.

We verwachten discipline zonder ruimte, groei zonder speelveld, zelfstandigheid zonder vertrouwen. En ondertussen houden we vast aan structuren die allang niet meer werken. Structuren die kopieën produceren; brave, beleefde, uitgefilterde kopieën.

Maar als we echt geloven in vernieuwing, écht geloven dat deze generatie iets toe kan voegen, dan moeten we stoppen met veroordelen en beginnen met begrijpen. In hun wereld stappen. Vragen stellen. Ruimte maken voor chaos, twijfel en het experiment. Want het zijn niet de jongeren die ons tegenhouden. Het is óns gedrag, ónze angst om systemen te veranderen.

Dus ja, Snoop heeft gelijk. We hebben geen kopieën meer nodig. We hebben originals nodig. En misschien is het tijd dat we daar ook eens naar gaan handelen. Ik zou vandaag beginnen als ik jou was.

Jochem Goedhals sociaal gedreven aanjager

PROMPT:

'Stylish, sustainable design products made from recycled plastic, colorful and modern: lamps, stools, vases and panels, displayed on a wooden table in a minimalist studio setting, natural light, focus on texture and craftsmanship, eco-friendly aesthetic, suitable for editorial use in a design magazine, photo-realistic'

PROMPT VOOR CHAT GPT:

FRITS is hét toonaangevende leesmagazine voor Brainport Eindhoven. Het tijdschrift is een vlot geschreven, hoogwaardig, (regio) breed journalistiek en onafhankelijk product. De toon is positief kritisch, en daardoor sterk opiniërend. FRITS staat voor positieve beleving en maakt inwoners trots op de stad en de regio. FRITS wordt goed gelezen en hoog gewaardeerd. Het magazine wordt over het algemeen beschouwd als betrouwbare bron van informatie en inspiratie voor de

Brainportregio, waarbij het een verbindende factor is voor de gemeenschap en een platform biedt voor het delen van succesverhalen en innovaties. Help me met het schrijven van een artikel van ongeveer 1.100 woorden. Je mag zelf het onderwerp kiezen voor dit artikel als het maar aansluit op de doelgroep van FRITS. Schrijf het artikel als een professionele journalist en probeer in het artikel in te zoomen op een actueel onderwerp in Eindhoven. Schrijf nu het artikel:

Van plastic naar pionierschap

Hoe Eindhoven het circulaire

denken tastbaar maakt

Eindhoven staat al decennia bekend als een stad van vernieuwing. Waar ooit gloeilampen het licht vormden van een industriële toekomst, zijn het nu ideeën over circulariteit en community die de stad opnieuw definiëren. Een van de verrassendste voorbeelden daarvan komt niet van een multinational of beleidskamer, maar uit een open werkplaats in Strijp-S.

Hier ontstond Precious Plastic – een beweging die plastic afval omzet in nieuwe producten, en daarmee niet alleen grondstoffen, maar ook maatschappelijke waarden recyclet.

TEKST: CHAT GPT/GRAIY | FOTO'S: AI/GRAIY

Het begon allemaal met een idee van ontwerper en oud-student van de Design Academy, Dave Hakkens. Zijn naam ging al eens de wereld over met ‘Phonebloks’, een modulair telefoonconcept. Maar het was zijn tweede project dat écht impact bleek te hebben. In een kleine werkplaats in Eindhoven ontwikkelde hij machines waarmee mensen over de hele wereld plastic kunnen recyclen tot bruikbare objecten: van bloempotten tot meubels.

Wat deze ‘Precious Plastic’-beweging zo bijzonder maakt, is haar open-source karakter. De ontwerpen van de machines – een shredder, extruder en pers –zijn gratis beschikbaar. Iedereen, van een hobbyist in Colombia tot een buurtcentrum in Polen, kan ze bouwen en ermee aan de slag. Inmiddels zijn er wereld-

wijd honderden werkplaatsen die met deze technologie werken. Maar het hart van de beweging klopt nog steeds in Eindhoven.

Strijp-S als circulaire voedingsbodem Het epicentrum van deze duurzame revolutie ligt in Strijp-S, het voormalige Philips-terrein dat zich de afgelopen tien jaar ontwikkelde tot creatieve proeftuin. Tussen designstudio’s, hippe koffiebars en ateliers huist hier het Precious Plastic-hoofdkwartier. Geen strak hoofdkantoor, maar een werkplaats vol geur van gesmolten kunststof, gereedschap en experiment.

In deze ruimte ontmoeten makers, buurtbewoners, studenten en sociaal ondernemers elkaar. Ze volgen workshops, bouwen machines, experimenteren met mallen en kleuren, of starten zelfs een eigen microfa-

‘Het vraagt om een cultuurverandering, waarin bewoners, ondernemers en beleidsmakers anders gaan denken over afval, eigenaarschap en productie ’

briek. Het draait niet om winstmaximalisatie, maar om eigenaarschap, duurzaamheid en betrokkenheid.

Voor veel deelnemers is het een eerste kennismaking met recycling als ambacht. Ze leren niet alleen hoe je plastic sorteert en smelt, maar ook hoe design, economie en ecologie met elkaar vervlochten zijn.

Economisch én sociaal potentieel

Wat Precious Plastic onderscheidt van andere duurzaamheidsprojecten, is dat het zowel maatschappelijke als economische kansen biedt. Voor kleine ondernemers is het een laagdrempelige manier om producten te maken die ze lokaal kunnen verkopen. Denk aan lampenkappen, zitmeubels of promotionele items –allemaal van hergebruikt plastic.

Daarnaast is er een duidelijke sociale component. Sommige werkplaatsen in Eindhoven worden gebruikt voor re-integratietrajecten, educatieve programma’s of jongerenwerk. Hier krijgt plastic letterlijk een tweede leven, en mensen vaak ook.

Voor de gemeente Eindhoven is dit geen onbekend terrein. Al jaren wordt er ingezet op circulaire economie, maar vaak blijven de ambities steken op beleidsniveau.

Precious Plastic laat zien hoe je die ambities praktisch en tastbaar maakt – niet via beleidsnota’s, maar via een smeltoven, wat PET-flessen en een idee.

Van grassroots naar groeimodel?

Toch rijst de vraag: kan zo’n beweging echt groeien zonder aan kracht of idealisme te verliezen?

De kracht van Precious Plastic zit in haar autonomie en open karakter. Er is geen centraal bestuur, geen winstoogmerk. Maar die vrijheid kent ook grenzen. Zo zijn veel werkplaatsen afhankelijk van tijdelijke subsidies, enthousiaste vrijwilligers of incidentele huurcontracten. Opschaling is moeilijk als je geen stabiele basis hebt.

Daarnaast zijn er juridische en praktische hobbels. Producten die gemaakt worden van gerecycled plastic moeten aan allerlei veiligheids- en hygiënenormen voldoen – zeker als ze bedoeld zijn voor kinderen, horeca

of buitengebruik. En hoewel de machines toegankelijk zijn, vergt het werken ermee wél een zekere technische vaardigheid.

Desondanks blijven de ambities groot. In Eindhoven wordt nagedacht over de koppeling van Precious Plastic aan bestaande afvalstromen, zodat er structureel grondstof beschikbaar komt. Ook zijn er plannen om meer scholen en wijkcentra te betrekken, zodat de beweging zich verspreidt over de hele stad.

Circulair denken als stadsstrategie

Wat Precious Plastic bijzonder maakt, is dat het het gesprek over duurzaamheid verplaatst van de directiekamer naar de werkbank. Terwijl veel duurzame initiatieven vooral top-down worden aangejaagd, groeit dit initiatief vanuit de gemeenschap zelf. Mensen doen mee omdat het leuk, leerzaam en maatschappelijk relevant is – niet omdat het verplicht wordt.

Voor Eindhoven is dit cruciaal. De stad wil zich positioneren als voorloper op het gebied van circulaire economie. Maar om dat waar te maken, is meer nodig dan technologie of recyclingfabrieken aan de rand van de stad. Het vraagt om een cultuurverandering, waarin bewoners, ondernemers en beleidsmakers anders gaan denken over afval, eigenaarschap en productie.

Precious Plastic biedt daarvoor het perfecte podium. Het laat zien dat duurzaamheid niet per se duur, ingewikkeld of afstandelijk hoeft te zijn – maar juist iets waar je zélf invloed op hebt. Dat is misschien wel de grootste waarde van dit project: het maakt mensen weer producent van hun omgeving, in plaats van passieve consument.

Conclusie: plastic als beginpunt van een mentaliteitsverandering In een tijd waarin klimaatverandering en grondstoffenschaarste steeds urgenter worden, biedt Eindhoven met Precious Plastic een inspirerend alternatief. Geen grote beloftes, maar concrete actie. Geen massaproductie, maar lokale creativiteit. Geen afval, maar nieuwe kansen.

PROMPT AFBEELDING:

'An open, creative recycling workshop in a modern urban industrial space, people working with small plastic recycling machines (shredder, extruder), colorful recycled plastic parts on workbenches, DIY tools, repurposed materials, warm daylight from large factory windows, atmosphere of collaboration and sustainability, Eindhoven style creative hub, photo-realistic, editorial photography style'

Het is verleidelijk om de impact van zo’n beweging klein te maken: ‘een paar designers met wat machines’. Maar wie goed kijkt, ziet een krachtig model voor stedelijke innovatie: laagdrempelig, sociaal, duurzaam én economisch levensvatbaar. Niet in de marge, maar juist in het midden van de samenleving.

De komende jaren zullen bepalend zijn. Krijgt de beweging structurele ondersteuning? Durven gemeente en bedrijfsleven te investeren in deze vorm van kleinschalige circulariteit? En lukt het om het model uit te rollen naar andere delen van de stad – of zelfs daarbuiten?

Wat vaststaat: als er ergens een plek is waar zulke radicale ideeën kunnen wortelen, dan is het Eindhoven. De stad waar innovatie geen doel is, maar een houding. En waar zelfs iets simpels als een plastic fles het begin kan zijn van iets groots.

Dit artikel is een initiatief van GRAIY, een nieuw Eindhoven communicatiebureau dat volledig samenwerkt met AI. GRAIY bewaakt de menselijke maat bij de inzet van AI-technologie. We zijn geen AI-bureau met slechts wat ervaring. We zijn ook geen traditioneel conceptbureau dat wat experimenteert met AI. Wij zijn het beste van beide werelden. Want échte impact ontstaat waar menselijk inzicht én technologie samenkomen. Dat is geen grijs gebied. Dat is GRAIY.

Cadeau voor alle inwoners van Eindhoven

Wielewaal eind september open voor publiek

In 2022 schonk de gemeente Eindhoven zichzelf en haar inwoners landgoed de Wielewaal. Een prachtcadeau, maar wel een met een belangrijke restrictie: het cadeau mocht pas in 2032 worden uitgepakt. Tot verrassing van iedereen maakte de gemeente bekend dat het hek op zaterdag 27 september al opengaat. FRITS kreeg van wethouder Rik Thijs een sneak preview.

TEKST & FOTO'S: MARTIN VAN ROOIJ

Terwijl hij zijn stalen ros soepel over de halfverharde paden van de Wielewaal stuurt, lepelt wethouder Rik Thijs moeiteloos feiten, cijfers en wetenswaardigheden op over het landgoed waar Frits Philips woonde tot zijn overlijden in 2005. Thijs kan het dossier zo ongeveer dromen; het project ligt hem na aan het hart. „Dit is niet zomaar een park, hé? Het is een flink gebied. Vier keer het Vondelpark in Amsterdam en even groot als Hyde Park in Londen. Je kunt er straks wandelen en recreatief fietsen - niet moutainbiken dus - en een deel van de paden is geschikt voor minder validen zoals rolstoelers."

Buitenverblijf

In 1891 vestigde Gerard Philips zich in Eindhoven en begon aan de Emmasingel een gloeilampenfabriek, het huidige Philips Museum. Vier jaar later kwam zijn broer Anton in de zaak. De rolverdeling was glashelder: Gerard was de man van de techniek en de fabriek, Anton deed de verkoop. In 1907 betrok Anton villa De Laak op de hoek van de Parklaan en de Nachtegaallaan, die in zijn opdracht was gebouwd. De volgende stap was een buitenverblijf voor zijn familie. In 1912 kocht hij

daartoe grond aan, zes kilometer verderop nabij de Oirschotsedijk: landgoed de Wielewaal.

Rik Thijs is wethouder klimaat, energie, grond en vergroening. De aankoop van de Wielewaal valt onder zijn portefeuille. Het landgoed dat Philips aankocht was een stuk Oirschotse Hei dat was omgevormd tot productiebos voor de industrie, aldus Thijs. „Philips trok tuinarchitect Tersteeg, later ook verantwoordelijk voor het Philips de Jongh wandelpark en het middenstuk van het Stadswandelpark, aan om een ontwerp voor het landgoed te maken. Tersteeg toverde het ontginningsbos om tot een wandelpark met ‘tuinkamers’: bijzondere elementen zoals een rotstuin, een doolhof gemaakt van hagen, een rozentuin, een bomentuin, een naaldbomen-

‘Een projectontwikkelaar had aan de gemeente plannen gepresenteerd voor minstens 750 woningen op de Wielewaal. Ik voelde meteen: geen goed idee ’

tuin, slingerpaden en gevarieerde beplanting met onder meer rododendrons en azalea’s. Het doolhof, gemaakt van hagen, is verdwenen maar dat gaan we weer herstellen.’

Beschermen tegen woningbouw

In 2022 nam de gemeente het landgoed over van Marc Brouwers, die het op zijn beurt had gekocht na het overlijden van Frits Philips in 2005. Met de aankoop van het 142 hectare metende gebied was 29 miljoen euro gemoeid. Wat waren de motieven? Thijs: „Kort daarvoor had een projectontwikkelaar aan de gemeente plannen gepresenteerd voor minstens 750 woningen op de Wielewaal. Ik voelde meteen: geen goed idee, ondanks onze behoefte aan woningen. Al gauw kregen diverse raadsfracties lucht van de plannen en werden er raadsvragen over gesteld. Verschillende partijen wilden weten wat het standpunt van het college was. Wij waren niet alleen tegen, maar zagen ook in dat we het gebied moesten beschermen tegen dit soort ontwikkelingen. Mijn collega Yasin Torunoglu en ik hebben toen in het college gevraagd of we nog een keer konden onderzoeken of we het gebied konden kopen – dat was al eens eerder geprobeerd. Dit keer lukte het wel."

Hoewel de gemeente al drie jaar eigenaar is van het landgoed is het nog niet open. Thijs: „Er was sprake van achterstallig onderhoud. Denk aan bomen die op omvallen staan en takken die bijna afbreken. We hebben behoorlijk wat bomen gesnoeid en gekapt. We voeren dat hout overigens niet af; het blijft in het bos. Dat heeft belangrijke voordelen. Hout dat vergaat is voedsel voor micro-organismen en insecten, die op hun beurt weer voedsel zijn voor bijvoorbeeld vogels. Daarnaast is dood hout samen met vergaan blad voeding voor de bomen, die daardoor beter gaan groeien. We gebruiken het gekapte hout trouwens ook om de paden af te bakenen. We willen dat bezoekers binnen de paden blijven, zodat het leven in het bos niet teveel wordt verstoord."

Meer baten dan kosten Om het achterstallige onderhoud weg te werken heeft de gemeente vier miljoen euro uitgetrokken. Daarnaast is de gemeente jaarlijks 600.000 euro kwijt aan onderhoud en beheer, inclusief toezicht door BOA’s. De Wielewaal kost de gemeente dus jaarlijks geld? Thijs: „Integendeel, het levert ons geld op. Ten eerste: in het landhuis komen een restaurant, een boetiekhotel en een wijnproeverij. Het restaurant wordt gerund door Jan Sobecki van Tribeca in Heeze, een restaurant met twee Michelinsterren. De verhuur van het pand levert de gemeente jaarlijks ongeveer 325.000 euro op."

Nog groter is de ‘gezondheidswinst’, aldus Thijs. „Ons projectteam heeft de Foundation for Sustainable Development (FSD), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) gevraagd een realistische inschatting van de maatschappelijke waarde in euro’s te maken van de aankoop van de Wielewaal. Daar rolden verschillende bedragen uit, met een behoorlijke bandbreedte: van 265.000 tot 3,8 miljoen euro per jaar. Vooral gezondheidswinst in de vorm van lagere zorgkosten en minder kosten voor het doorbetalen van loon aan zieke mensen."

Terras aan het ven

We houden halt bij Thijs’ favoriete plek op de Wielewaal: het ven. „Hier was jaren niks meer aan gedaan. De oevers stonden vol met bamboe. Daardoor viel er amper zonlicht op het ven. Ook lag er veel blad in het water, wat voor rotting en

‘De wielewaal is hier laatst gehoord. Drie keer zelfs. Gehoord ja,niet gezien. De wielewaal is een heel schuwe vogelsoort ’

RIK THIJS

overmatige algengroei zorgde. De bamboe is verwijderd en de oude zaadbanken die in de oevers liggen zijn opengetrokken, in de hoop dat daar weer nieuwe soorten uit ontspruiten, die passen bij het gebied."

Een grote gele kwikstaart scheert over het water.

Thijs: „Eerder deze week is nabij de kwekerij, een ander onderdeel van het landgoed, de wielewaal gehoord. Drie keer zelfs. Gehoord ja, niet gezien.

De wielewaal is een heel schuwe vogelsoort."

Aan het ven staat nog een woning, bewoond door de heer Van Lennep. Thijs: „De afspraak is dat hij daar mag blijven wonen en dat zijn privacy wordt gerespecteerd.

Als hij er niet meer woont, zal de gemeente het pand in de markt zetten voor een economische functie. Het zou een geweldige plek zijn voor een horecauitspanning met een terras met uitzicht over het ven. Even verderop heb je dan het boetiekhotel, het restaurant, de wijnkelder en elders in het Lichtbos de Mishelhoef, de Philips Fruittuin en het Parkpaviljoen Philips de Jongh. Het is een prachtig stuk Eindhoven. Je kunt je hier de hele dag vermaken."

Trefpunt Groen Eindhoven:

‘Goed plan, wel effecten monitoren’

Nuno Curado is coördinator bij Trefpunt Groen Eindhoven (TGE), de Eindhovense koepel van alle lokale initiatieven voor een groene en duurzame leefomgeving. Wie in de stad iets in de openbare ruimte wil ondernemen dat consequenties heeft voor het groen moet eerst langs TGE. Volgens Curado is TGE in hoofdlijnen blij met de plannen voor de Wielewaal: geen woningbouw en behoud van het groene karakter. „We onderschrijven de uitgangspunten van het groenbeheerplan, inclusief de kap van een aantal bomen. Als je veel bomen van dezelfde soort dicht op elkaar plant, krijg je een monotoon bos dat weinig natuurwaarde heeft en kwetsbaar is voor ziekten. Door bomen te kappen komt er meer licht in het bos. De overgebleven bomen gaan daardoor beter groeien. Verder worden er andere boom-

soorten maar vooral ook andere struiksoorten aangeplant, wat voor meer biodiversiteit zorgt."

Rust in het gebied

Op twee punten is TGE terughoudend, aldus Curado. „Het eerste punt is het autoverkeer naar het restaurant en het hotel. In 2013 is de Oirschotsedijk heringericht en autoluw gemaakt, dus wat ons betreft geen auto’s over die weg. Als het verkeer naar het hotel kan via de PSV Campus, zoals nu het plan is, dan is dat wat ons betreft de beste oplossing." Een ander punt van zorg is volgens Curado de rust in het gebied. „Niemand weet precies hoeveel bezoekers het landgoed straks gaat trekken en wat de effecten daarvan zijn op het dieren- en plantenleven. Daarom hebben wij de gemeente gevraagd de ervaringen goed te volgen, vanaf het begin te zorgen voor toezicht en handhaving en het toelatingsbeleid desgewenst na verloop van tijd aan te passen."

Naar verluidt las Frits Philips iedere ochtend op dit bankje de krant met een kop thee en zicht op het azalealaantje.

Kantoorgebouw

De Waal 38/40, 5684 PH Best

KOOPPRIJS

€2.800.000,kosten koper

HUURPRIJS PER HELE VERDIEPING

€125,–

per m2 per jaar excl. servicekosten

LOCATIE

Dit kantoorgebouw met 99 parkeerplaatsen gelegen aan De Waal 38/40 te Best, is gelegen binnen de Brainport regio op bedrijventerrein Breeven. Dit bedrijventerrein kenmerkt zich door de uitstekende bereikbaarheid en de aanwezigheid van een mooie mix tussen zowel kantoren, lichte industrie als logistieke bedrijven. Daarnaast ligt het binnenkort ca. 1.5 km af van de nieuw te realiseren productielocatie BIC van ASML.

FACILITEITEN

Beschikbare (verhuurbare) oppervlakte

Parkeergelegenheid

Opleveringsniveau kantoorruimte

Aanvaarding

Energielabel

Bouwjaar

Deelverhuur

Kadastrale gegevens 3.412

99 parkeerplaatsen

Nader aan te vragen A

Per direct 1998

Mogelijk

Gemeente Best, sectie F perceelnummer: 681.

Lik op stuk

Er is ophef over de werkwijze van dirigent Jaap van Zweden. Hij zou zich gedurende zijn dertigjarige carrière schuldig hebben gemaakt aan machtsmisbruik. Hij zou orkestmusici hebben beledigd en gekleineerd, zo zelfs dat ze niet meer met hem wilden spelen, kalmerende medicijnen moesten slikken tijdens een repetitieperiode en/ of na afloop daarvan nog maanden een psycholoog moesten raadplegen. Het tv-programma Pointer had enkele tientallen gedupeerden gesproken van wie het grootste deel hun verhaal alleen anoniem wilde doen. ‘Geen woord van gelogen’, zeggen mijn zus en haar dochter, die als zangeressen in het Groot Omroepkoor vaak onder Van Zweden hebben gezongen. Overigens: ‘Tegen het koor was hij altijd vriendelijk’.

Maestro

Van Zweden is een muzikaal natuurtalent. Op zijn negentiende werd hij concertmeester van het Concertgebouworkest, de jongste ooit. De kunst van het dirigeren heeft hij twintig

jaar lang letterlijk kunnen afkijken van de grootste maestro’s ter wereld, ook niet allemaal lieverdjes. Die beschuldigingen zijn niet niks en beledigend gedrag, zeker en plein public, is nooit en in geen enkele situatie goed te praten. Toch wil ik het enigszins voor Jaap van Zweden opnemen, want een grote geest - en in muzikaal opzicht is hij dat - heeft bij mij meer krediet dan de gemiddelde goed en hardwerkende vakman. Die grote geest moet met zichzelf zien te leven in een wereld waarin hij of zij in staat is te doorgronden waaraan een ander alleen maar kan snuffelen. Maar nog lastiger aan dit verhaal vind ik dat niemand Van Zweden tegen zichzélf in bescherming heeft genomen. Waarom heeft niemand hem twintig, dertig jaar geleden al niet de maat genomen en hem gecorrigeerd zoals een mens - en ook een genie - verdient gecorrigeerd te worden? Waarom heeft niemand dit Amsterdamse straatvechtertje in duidelijke straattaal lik op stuk gegeven en hem verteld dat hij met zijn gedrag geen vrienden maakt?

Niet kwaad bedoeld

We zijn in Nederland dol op slachtoffers en gedupeerden. En nee, niet iedereen is even mondig, maar al die onmondigen samen - inclusief alle orkestdirecteuren die niets durven te zeggen omdat Van Zweden veel geld in het laatje brengt - zorgen er wel voor dat zo’n cultuur in stand blijft. En Van Zweden zelf? Die heeft weinig actieve herinneringen aan wat hem wordt verweten en heeft het allemaal niet kwaad bedoeld. Hij heeft liever dat er mét hem dan óver hem wordt gesproken. En dat laatste lijkt me vanaf nu een heel goed idee!

Marjolijn Sengers

Muziekjournalist/columnist

Máxima MC Fonds bedankt ambassadeurs

‘U

maakt zorgvernieuwing in de regio mogelijk’

Waarom steunen bedrijven, families en particulieren het Máxima MC Fonds? Dat werd opnieuw duidelijk op de jaarlijkse ambassadeursavond. Onderzoeken naar medische innovaties zijn onmisbaar voor toegankelijke, slimmere zorg dichtbij huis. Hart voor mensen én de Brainportregio vormen de verbinding.

TEKST: ASTRID MIKKERS | FOTO’S: TOM VAN LIMPT

De ambassadeurs van het Máxima MC Fonds zijn divers, maar hun drijfveren zijn hetzelfde. Ze willen actief bijdragen aan de maatschappij, iets tastbaars doen voor hun omgeving. Gerard Dinnessen (Caspar de Haan), Marjolein de Hooge (ASML), Louis van de Waarsenburg (Tour d’Asperges) en Theo Schoenmakers deelden hun persoonlijke verhaal. De rode draad? Het fonds maakt verschil. Het maakt onderzoeken en projecten in Máxima MC mogelijk die anders niet of nauwelijks kunnen worden gefinancierd. Ook de aandacht voor het welzijn van patiënten is een drijfveer. Zo vertelde Theo: „ Mijn vrouw is helaas overleden, maar de medewerkers van Máxima MC hebben écht het verschil voor ons gemaakt met hun dienstbaarheid, geduld en kennis. Ik doe nu graag iets betekenisvol voor hen.” De betrokkenheid raakt en inspireert.

Samen zorgen voor innovatie en impact Eric van Schagen, bestuursvoorzitter van het Máxima MC Fonds, benadrukt het belang van samenwerking met ambassadeurs: „We hebben de afgelopen jaren heel wat financiële middelen bij elkaar gekregen voor medisch-wetenschappelijk onderzoek en de realisatie van projecten, zoals de kindertuin. Daar heeft u allen voor gezorgd, waarvoor dank! U maakt zorgvernieuwing mogelijk, helpt het welzijn van patiënten verbeteren en draagt eraan bij dat talentvolle professionals behouden blijven in de regio.” Dat dit ook in de toekomst belangrijk is, liet Mario Korte, lid van de raad van bestuur van Máxima MC, zien in zijn vooruitblik. „Uw steun is van onschatbare waarde.”

Tijdens de avond werden twee actuele onderzoeken uitgelicht.

• SYNONIEM: onderzoekt hoe een nauwkeuriger inzicht in het weeënverloop kan zorgen voor gezondere geboortes en minder complicaties.

• Shear Wave Elastografie: richt zich op betere diagnostiek bij endometriose, een aandoening met grote impact op het dagelijks leven van vrouwen.

Verbinding en waardering

In het sfeervol aangeklede auditorium van het Máxima MC in Veldhoven was veel waardering voor elkaar en voor de impact die samen wordt gemaakt. Onder het genot van een diner, verzorgd door de keukenbrigade van het ziekenhuis, werd de verbinding met elkaar verder versterkt.

Wil jij ook het verschil maken?

Word ambassadeur van het Máxima MC Fonds, steun een concreet project of adopteer een onderzoek. Neem contact op met: Dries.Steinmeijer@mmc.nl www.mmc.nl/fonds/

DE IMPACT VAN MÁXIMA MC FONDS IN CIJFERS (2024)

• € 1,2 miljoen aan giften

• 8 medisch-wetenschappelijke onderzoeken gesteund

• 3 welzijnsprojecten gerealiseerd, zoals de kindertuin

• 60 actieve ambassadeurs uit het bedrijfsleven

'Brainsport': slimme regio, simpele oplossing

Sportverenigingen als sleutel tot samenleven

Ondernemers in onze regio hebben grote behoefte aan een knappe koppen en gouden handjes. De schoolgaande jeugd in onze regio wordt op allerlei manier gestimuleerd om voor techniekonderwijs te kiezen, maar we weten allemaal dat we daarmee niet aan deze vraag kunnen voldoen. Precies daarom trekt de Brainportregio Eindhoven jaarlijks duizenden kenniswerkers en hun gezinnen van over de hele wereld aan.

TEKST: TEAM PRIEMA LIBRE 18 I FOTO'S: O.A. GEMEENTE EINDHOVEN

Deze nieuwkomers brengen waardevolle expertise met zich mee maar ervaren vaak ook uitdagingen bij het integreren in hun nieuwe woonomgeving. Één van de plekken waar integratie op een laagdrempelige en informele manier kan plaatsvinden, is de sportvereniging om de hoek!

Veel sportverenigingen kampen met een tekort aan vrijwilligers, terwijl de toestroom van nieuwe leden – met name uit internationale hoek – toeneemt. Dit biedt kansen, mits er voldoende aandacht is voor een goede begeleiding. Het lijkt erop dat het mes wel eens aan twee kanten kan snij-

den. Sport verbindt namelijk, het overstijgt taalbarrières en biedt een gevoel van gemeenschap. Geldt dat ook voor de sportvereniging?

In de praktijk is de aansluiting tussen nieuwkomers en sportverenigingen helaas niet vanzelfsprekend. Cultuurverschillen, taalproblemen en onbekendheid met de Nederlandse verenigingsstructuur zorgen regelmatig voor wederzijdse onbegrip en gemiste kansen. Dit artikel doet vier aanbevelingen om bedrijven, sportverenigingen en gemeenten beter in staat te stellen om hiermee om te gaan.

Verbeter het welkomstproces, leg de focus op het meedoen in de samenleving Welkom in de Brainportregio betekent niet alleen dat een woning en school voor de kinderen is geregeld, maar ook dat je weet wat het aanbod is aan voorzieningen, zoals sportverenigingen én weet hoe de Nederlandse cultuur is rondom sport en vrijwilligerswerk. Een goed ingericht welkomstproces blijkt

ARNOLD VAN DE WATER.

De integratie van nieuwkomers en internationale kenniswerkers vraagt om meer dan alleen woonruimte en werk.

nieuwkomers te helpen om zich sneller thuis te voelen. Dat begint bij de werkgever, de gemeente of het expat center en komt uiteindelijk aan op de sportvereniging zelf. Deze kan de drempel verlagen door bestaande leden te koppelen aan nieuwe leden (buddyprojecten), door goodiebags met informatie over lokale sportmogelijkheden aan te bieden en door de sportvereniging te promoten op scholen waar gezinnen kennismaken met de opzet en cultuur van de sportvereniging(en).

Iedereen vindt momenteel zelf het wiel uit. Een structurele en terugkerende aanpak is hierbij cruciaal om versnippering en verwatering van initiatieven te voorkomen. Dit vraagt om een coalitie van regionale partijen – zoals de gemeente (met een faciliterende rol), werkgevers, scholen en sportverenigingen –die samen verantwoordelijkheid nemen voor een duurzame en gastvrije ontvangst van nieuwe inwoners. We noemen die nog op te richten coalitie ‘Brainsport’.

„We zijn nu al drie jaar in Nederland maar lid worden van een sportclub voelde als een grote stap. Als iemand uit de buurt ons had uitgenodigd, waren we zeker meegegaan. Maar zomaar ergens binnenstappen, zonder iemand te kennen? Dat voelt onwennig.” - ML (Zuid-Afrika)

Overbrug cultuurverschillen tussen nieuwkomers en sportverenigingen Veel internationale kenniswerkers en hun gezinnen hebben een ander beeld van wat een sportvereniging inhoudt. In

sommige landen draait sport om prestatie en competitie, terwijl in Nederland het verenigingsleven sterk leunt op vrijwillige inzet en gemeenschapsgevoel. Dit kan leiden tot verwarring of zelfs terughoudendheid om zich aan te sluiten. Daar komt bij dat praktische zaken als volle agenda’s, taalbarrières en andere opvoedkundige normen de deelname kunnen belemmeren.

„We zijn lid van een volleybalclub en er zijn wel vrijwilligerstaken, maar het zijn hele eenvoudige dingen. Bijvoorbeeld vervoer regelen of helpen op de wedstrijddag. Dat maakt het heel toegankelijk.”

- AK (Turkije)

Door beter inzicht te krijgen in zowel de behoeften van deze nieuwkomers als die van de sportverenigingen zelf, kunnen verwachtingen op elkaar worden afgestemd. Denk aan duidelijke communicatie over vrijwilligerstaken zoals bardienst of teambegeleiding, of het afstemmen van trainingstijden op het drukke leven van expats cq internationals. Cultuursensitieve communicatie - die is aangepast aan de doelgroep - en begeleiding zijn hierbij essentieel.

„Vrijwilligerswerk voelt soms lastig. Niet alleen omdat we het druk hebben, maar ook door de taalbarrière. Je wilt niet verantwoordelijk zijn voor andere kinderen als je niet zeker weet of je alles begrijpt.”

- AF (Italië)

Maak gericht gebruik van de competenties van ouders en nieuwe leden. In plaats van een

algemene oproep voor vrijwilligers, kunnen verenigingen actiever inzetten op het benutten van specifieke vaardigheden van nieuwe leden en hun ouders. Door helder te maken welke taken er zijn en wat daarvoor nodig is, kunnen mensen zich aangesproken voelen op hun expertise, bijvoorbeeld op het gebied van organisatie, communicatie of techniek.

Tegelijkertijd is het belangrijk om oog te hebben voor het verschil in verblijfsintentie. Ouders die kort in Nederland blijven hebben vaak andere motieven en mogelijkheden dan degenen die zich permanent willen vestigen. Flexibiliteit en wederzijds begrip zijn daarom nodig om een werkbaar midden te vinden tussen de behoeften van de vereniging en de beschikbaarheid van internationale leden.

„ Mijn man coacht en ik ben teammanager bij de rugbyclub van onze zoon. Het is soms overweldigend, vooral omdat alles in het Nederlands gaat, maar het heeft enorm geholpen bij onze integratie.” - MW (Zuid-Afrika)

Ondersteun sportverenigingen met verenigingsmanagers Niet elke vereniging heeft de capaciteit om deze integratie-opgaven zelf te organiseren. De inzet van verenigingsmanagers kan hier een groot verschil maken. Zij kunnen sportverenigingen ondersteunen bij het opzetten van activiteiten, het betrekken van internationale leden en het aansturen van vrijwilligers. Om dit mogelijk te maken, zijn structurele subsi-

dies nodig, afgestemd op de specifieke context van elke vereniging. De sportbehoefte van een cricketclub met veel Zuid-Aziatische leden verschilt immers wezenlijk van die van een lokale voetbalvereniging. Maatwerk is daarom noodzakelijk, zowel in ondersteuning als in communicatie met verschillende doelgroepen binnen de internationale gemeenschap.

„ Ik heb gehoord dat je een jaarabonnement moet afsluiten, dat het duur is en je elk weekend vastzit aan wedstrijden. Misschien zijn dat misverstanden, maar het houdt ons wel tegen om lid te worden.” - ML (Zuid-Afrika)

De integratie van nieuwkomers en internationale kenniswerkers vraagt om meer dan alleen woonruimte en werk. Juist de sociale infrastructuur – waarin sportverenigingen een sleutelrol kunnen spelen – bepaalt of mensen zich echt thuis gaan voelen. Door proactief in te zetten op een warm welkom, culturele bruggen te slaan, talenten te benutten en verenigingen te ondersteunen met professionele krachten, ontstaat er ruimte voor ontmoeting, begrip en betrokkenheid. Zo wordt de sportvereniging niet alleen een plek om te bewegen, maar vooral een plek om samen te groeien in een diverse en verbonden wijk.

Dit artikel is geschreven door Team PRIEMA (Marnic Aarts, Hylke Annema, Bas Hessing en Eric Berns) in het kader van het LIBRE-programma van de Eindhoven Academy. Op basis van interviews met expats, gesprekken met sportverenigingen en literatuuronderzoek formuleerde het team aanbevelingen over de rol van sportverenigingen bij de integratie van nieuwkomers in de Brainportregio. Dit gebeurde in samenwerking met de gemeente Eindhoven.

Mocht u meer willen weten van hun onderzoek, neem dan contact met ze op via: priema2025@proton.me

ERIC BERNS, BAS HESSING,MARNIC AARTS EN HYLKE ANNEMA (VLNR)

Astrid van Deelen is hard op zoek naar talent

Passie voor Brainport

Astrid van Deelen werkt sinds 2007 bij Brainport Development. In diverse functies zag ze de organisatie gestaag groeien en veranderen. Nu geeft ze leiding aan het team Onderwijs en Arbeidsmarkt dat zich bezighoudt met de vraag hoe in de nabije toekomst een tekort op de arbeidsmarkt in de Brainportregio bestreden kan worden.

TEKST: BART ASSIES | FOTO’S: LEON VAN LOON

Astrid praat niet graag over zichzelf: niet belangrijk, vindt ze. Haar missie, de Brainportregio toekomstbestendig maken, dáár gaat het om. Maar toch, als je een kleine twintig jaar met hart en ziel bij een organisatie betrokken bent, is het natuurlijk best interessant om iets over je drijfveren te vertellen. Wat maakt de Brainportorganisatie zo aantrekkelijk voor haar? Astrid (1982) groeide op in Gestel, het stadsdeel in het zuidwesten van Eindhoven. In het begin van deze eeuw ging ze Economische geografie studeren aan Universiteit Utrecht. „Een decennium eerder raakte Eindhoven in een dip: Philips en de zware industrie trokken weg uit de stad en het inwonertal liep terug. Eindhoven dreigde een krimpgemeente te worden met een grote hoeveelheid leegstaande fabriekspanden en in onbruik geraakte industrieterreinen. De vraag was hoe je een dergelijke ontwikkeling het hoofd moest bieden. Ik vond dat vanuit mijn vakgebied reuze interessant. Ik had mij verdiept in de interactie tussen mens en omgeving en vond het heel boeiend om te zien hoe onze regio veranderde. Kijken wat innovatie met een regio kan doen, welke rol de mens daarin speelt. Dit zou een prachtig onderwerp voor een afstudeerscriptie zijn! Bovendien voelde ik mij als Eindhovenaar enorm betrokken bij deze problema-

tiek.” In 2006 studeerde ze af op dit onderwerp en in 2007 startte ze bij Brainport Operations BV (de voorloper van Brainport Development, red.), de regionale ontwikkelingsmaatschappij die in het leven geroepen was om de reeds bestaande samenwerking tussen de 21 gemeenten in Metropoolregio Eindhoven, bedrijven en kennisinstellingen die actief zijn in de regio Zuidoost -Brabant te stroomlijnen.

Droombaan

„Na mijn studie ben ik weer naar Eindhoven gekomen. Mijn vriend studeerde nog aan de TU/e en ik kon terecht bij de gemeente Veldhoven. Bij Brainport had ik te kennen gegeven dat ik er graag zou komen werken en dat waren ze gelukkig niet vergeten. Na ongeveer een half jaar werd ik gebeld: er was een vacature – mijn droombaan!” Astrid vertelt met veel plezier over de eerste jaren bij Brainport: „Het waren, zogezegd, de startup-jaren. Ik was de eerste

‘In hoogconjunctuur is er geen tijd, in laagconjunctuur geen geld. Maar de urgentie stijgt’

medewerker in dienst bij Brainport Operations BV en heb diverse functies gehad, waaronder portfoliomanager en alliantiemakelaar voor de Regio Deal, Via een interne vacature, nu ruim drie jaar geleden, ben ik teammanager Onderwijs en Arbeidsmarkt geworden.” In de afgelopen paar decennia heeft de Brainportregio een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. De gevreesde krimp heeft niet plaatsgevonden, integendeel: Brainport groeide uit tot een regio van groot belang voor Nederland, Europa en de rest van de wereld. Hier worden door ruim zesduizend high tech bedrijven en vooraanstaande kennis- en onderwijsinstellingen complexe machines, producten en innovaties worden bedacht én gemaakt. Innovaties en technologieën die bijdragen aan het oplossen van wereldwijde maatschappelijke uitdagingen, zoals de energietransitie of het verbeteren van de zorg. Astrid: „Het succes brengt heel andere uitdagingen met zich mee dan de problemen waar we in het begin mee te maken hadden. Nu is de Brainportregio een groeiregio en Brainport Development is uitgegroeid tot een volwassen organisatie met bijna honderd medewerkers, die op diverse terreinen actief is en beleid coördineert. Voor de ontwikkeling van de regio is onze organisatie de spin in het web.”

Schaalsprong Talent

De grootste uitdaging waarvoor de regio zich gesteld ziet, is het voorziene tekort aan arbeidskrachten. De groeispurt van Brainport vraagt om tienduizenden extra vakmensen. Door vergrijzing daalt het beschikbare arbeidspotentieel terwijl de technologische sector blijft groeien. „We hebben het over 70.000 mensen voor de komende tien jaar. Slechts 20.000 van hen komen via de reguliere uitstroom uit het onderwijs. Er blijft dus een tekort van 50.000 mensen”, legt Astrid uit. „De helft daarvan is nodig voor de semicon-sector. We kunnen ons niet veroorloven om talent onbenut te laten. Samen met onderwijsinstellingen, bedrijven en arbeidsmarktregio’s trekken we alles uit de kast om straks in de behoefte naar talent te kunnen voorzien. Wij hebben samen met de regionale partners een strategische agenda voor talentontwikkeling opgesteld: de Strategische agenda Schaalsprong Talent.”

De kern van de agenda zijn vijf maatregelen. De eerste: het activeren van mensen die nu nog aan de kant staan, zoals statushouders, werkzoekenden, vroegtijdig schoolverlaters en partners van internationals.

„We gaan samen met partijen als Ergon en Senzer mensen begeleiden naar een baan in tech of IT. Maar dat moet wél met garanties vanuit het bedrijfsleven, anders leid je mensen op zonder uitzicht op werk”, aldus Astrid. „Omscholingstrajecten moeten passen bij échte vacatures.”

De tweede: het bewerkstelligen van meer instroom en minder uitval bij technische opleidingen. „Meer jongeren moeten kiezen voor techniek, en vooral: hun opleiding afmaken. We zien dat de uitval nog steeds hoog is. Daarom investeren we in campagnes voor het voortgezet onderwijs, hybride leeromgevingen en flexibele leerpaden. Of zoals bij de TU/e in extra beurzen voor excellente studenten.” Ook investeren onderwijsinstellingen in extra docenten en betere voorzieningen om de groei te kunnen faciliteren.

De derde set maatregelen is erop gericht dat talent voor de sector behouden blijft. „Veel technici verlaten de sector alweer binnen vijf jaar”, weet Astrid. „We moeten zorgen dat mensen zich kunnen ontwikkelen binnen bedrijven, zich thuis voelen en perspectief zien.” Daarbij draait het niet alleen om goed werkgeverschap, maar ook om initiatieven als traineeships, jobrotatie en aandacht voor diversiteit en inclusie.

De vierde maatregel gaat over slimmer werken. Astrid: „Met digitalisering, robotisering en sociale innovatie kunnen we meer doen met dezelfde mensen. Toch gebeurt dat nog te weinig. In hoogconjunctuur is er geen tijd, in laagconjunctuur geen geld. Maar de urgentie stijgt. Op een gegeven moment zijn er écht te weinig mensen. Het is heel belangrijk dat bedrijven zich hiervan bewust worden. We hebben daarom een aantal stimuleringsprogramma’s in het leven geroepen.”

Maar zelfs als deze maatregelen succesvol zijn, redt de regio het niet zonder buitenlands talent. De vijfde maatregel is daarop gericht. „Vanwege de maatschappelijke discussie over buitenlanders, zijn we steeds selectiever geworden: welke skills missen we écht, en in welke landen vinden we die?”, aldus Astrid. „We verkennen de arbeidsmarkt in landen als Indonesië, Spanje en Portugal.” Verder zijn er initiatieven om expats beter te integreren in Nederland, zoals de website Insidr die werknemers uit het buitenland wegwijs maakt in het Nederlandse onderwijssysteem zodat hun kinderen naar de juiste

school kunnen gaan. Astrid: „Dat klinkt misschien klein, maar het maakt een groot verschil. Als kinderen niet goed landen op school vertrekt een gezin alsnog.”

Verder zit er een Brainport Academy in de pijplijn: een platform dat vraag en aanbod op het gebied van bij- en omscholing bij elkaar brengt. „ Er is geen fysiek gebouw, maar wel een gezamenlijke aanpak. Bijvoorbeeld: werkt iemand bij NXP en heeft hij over vijf jaar specifieke

AI-kennis nodig, dan zorgen wij ervoor dat er nú passende scholing wordt ontwikkeld.”

Geen Silicon Valley

Astrid wil benadrukken dat bij het zoeken naar talent, altijd gestreefd wordt naar een goede balans. „We willen geen Silicon Valley worden”, stelt ze. Bij de ontwikkeling van Sillicon Valley in de VS, een min of meer vergelijkbare economische groeiregio, ontstond al snel een kloof tussen rijk en arm omdat er heel eenzijdig werd gekeken

naar de economische aspecten van groei. Die groei ging ten koste van de oorspronkelijke bevolking. „Brainport Development richt zich op talent in brede zin. We zoeken naar talent voor de bedrijven, we houden ons bezig met opleiding, ontwikkeling en we helpen bij processen en structuren die ervoor zorgen dat talent op de juiste plaats terechtkomt. Hier ligt voor ons de uitdaging”, vat Astrid samen. „Het gaat altijd om een goede balans - en dat is wat deze baan zo leuk maakt! Wij moeten oog houden voor de sociale en maatschappelijke kant. Er moeten bijvoorbeeld nieuwe huizen gebouwd worden, nieuwe infrastructuur… De zorg moet op peil blijven. Daar moet draagvlak voor zijn en daar moeten wij samen voor zorgen. Het mag niet zo zijn dat er nu grote investeringen gedaan worden waar uiteindelijk alleen een paar grote bedrijven van profiteren. Inclusiviteit hebben we hoog in het vaandel, want deze prachtige regio, met al zijn potentie, moet voor íedereen leefbaar blijven! ”

Hugo Peeters, geboren in Roosendaal

‘Wij

vinden het leuk om een beetje in de reuring te zitten’

Bêtaman Hugo Peeters kwam via zijn studie Scheikundige technologie aan de Technische Universiteit in Eindhoven terecht. In die tijd ontmoette hij zijn partner Eefke Boelhouwers die journalistiek ging studeren in Tilburg. De geboren Roosendalers besloten samen te gaan wonen in de Tongelresestraat. Twintig jaar later wonen ze op het Clausplein waar het leven van de stad door het open raam binnendringt. Ze genieten van de internationale dynamiek van Eindhoven.

TEKST: HANS MATHEEUWSEN | FOTO'S: KEES MARTENS/DCI MEDIA

Hugo Peeters werkt alweer achttien jaar op de IT-afdeling van DLL in het centrum van de stad. Hij gaat te voet naar zijn werk. Een manager van Stork nam hem destijds mee naar de financiële dienstverlener. Hugo was bij Stork gedetacheerd vanuit OGD - Operator Groep Delft – waar studenten met een universitaire opleiding praktijkervaring in de IT konden opdoen. „Solliciteren in de scheikunde werd helemaal niks”, aldus Hugo: „Weinig banen, veel sollicitanten.”

Vele mede-studenten kwamen in de cleanrooms van ASML terecht, vertelt hij. Zelf is Hugo bij DLL doorgegroeid van beheer van het ICT-systeem naar het oplossen van problemen. „Dat noemen wij Architect. Net zoals de functie van de architect in de bouw maken wij plannen die iemand anders uitvoert. Lange termijn en ingewikkelde dingen proberen

in een simpel plaatje te vangen. Ik ben inmiddels een keer of vijf, zes voor DLL in Amerika geweest, ga regelmatig naar congressen. Ik vertrek morgen naar Londen. Bezocht congressen in Barcelona en Kopenhagen. DLL werkt in meer dan 25 landen.”

Gezelliger

Hugo werd in 1980 in Roosendaal geboren. Zijn vader komt uit Utrecht, zijn moeder was Amsterdamse. Zij overleed tien jaar geleden. Hugo heeft twee oudere zussen die met hun gezin in Roosendaal wonen. Zijn vader reisde voor de Suiker Unie, nu Cosun Beet Company, het hele land door. Zo kwam de familie Peeters in Roosendaal terecht. „Eerlijk gezegd weet ik niet precies waarom.” Inmiddels woont zijn vader in West-Friesland. Er zijn vijf kleinkinderen. Hugo en Eefke hebben geen kinderen. „Er zijn al genoeg kleinkinderen”, grijnst hij. Op de middelbare school excelleerde Hugo in de

EINDHOVENAAR KUN JE WORDEN

‘De laatste anderhalf jaar ben ik lid van de Eindhovense Schaakvereniging. Dan verdraai ik mijn enkels tenminste niet meer…’

exacte vakken waaronder scheikunde dus was het geen hogere wiskunde dat hij een technische studie zou gaan volgen. De keuze was uit de universiteit van Delft of Eindhoven. Hij vond Delft traditioneler, zeg maar gerust ouderwets, en Eindhoven moderner. Toen hij vervolgens in de kelderbar eindigde van het gebouw waarin scheikundige technologie huisde, was het pleit snel beslecht in het voordeel van de TU/e. „Ja, dat was veel gezelliger. Het eerste jaar reisde ik nog met de trein op en neer, totdat ik Eefke tegenkwam.”

Een saaie stapavond in Roosendaal eindigde in het gezelschap van Eefke Boelhouwers die net zoals Hugo alleen op pad was. Hoewel beiden op het punt stonden huiswaarts te keren, besloten ze samen opnieuw de kroeg in te duiken, en zo is het gekomen, verklaart Hugo. „We zaten de rest van de avond te kletsen en het was meteen dik aan.”

Ze besloten samen te gaan wonen in Eindhoven. Via de Tongelresestraat, de Cantecleerstraat en de Generaal des Tombepad in de Woenselse Generalenbuurt verhuisden ze naar het Clausplein dat een schot in de roos bleek qua stedelijke levendigheid. Zowel Hugo als Eefke - die lang bij Omroep Brabant presenteerde maar inmiddels zelfstandig werkt en ook de manager is van de Eindhovense zangeres Anneke van Giersbergen - zijn actieve inwoners die er graag op uit trekken. „We zaten eigenlijk altijd in de bioscoop, waren te vinden in de Effenaar, het Muziekgebouw, café Wilhelmina. In Woensel zaten we toch vooral tussen de kinderen…”

Ultimate frisbee

In zijn studietijd werd Hugo lid van sportverenigingen in Eindhoven. „ Ik wilde graag naar buiten, ook om mensen te ontmoeten. Ik heb een poosje

ultimate frisbee gespeeld. Dat is een teamsport, lijkt een beetje op rugby maar dan met een frisbee. Als je hem vast hebt, mag je niet lopen. Als je hem gooit, moet je net als bij basketbal één voet aan de grond houden. Je gooit naar iemand die probeert vrij te lopen en de achterlijn te halen voor een soort touchdown. We speelden op sportvelden in Woensel, in het Philips de Jonghpark en later op sportvelden bij het IJssportcentrum.”

Hij voetbalde een tijdje met vrienden op zondagmiddag in het park maar daar is hij mee gestopt. Hugo: „De laatste anderhalf jaar ben ik lid van de Eindhovense Schaakvereniging. Dan verdraai ik mijn enkels tenminste niet meer… Schaken vind ik erg leuk. Ik schaakte al twee jaar online. Ik doe het nog niet lang, het is dus te vroeg om te zeggen dat ik er op uitgekeken raak, al heb ik dat snel bij veel dingen. Ik verlies de interesse. Schaken heeft een oneindige leercurve.”

Hobby

Met Eefke ontwikkelde hij de liefde voor bordspellen. „Dat komt door onze buren in de Tongelresestraat. We zagen elkaar en zij waren heel erg van de bordspelletjes. Daar zijn we door aangestoken, in combinatie met het verzamelen van spellen. We spelen nog steeds weleens samen.” De kast in woonkamer van hun appartement is helemaal gevuld met bordspellen. En boeken. „Dat is meer de hobby van Eefke.” In het midden van de kamer staat een grote, vierkante tafel. Ideaal om spelletjes op te spelen, erkent Hugo: „Ja, handig.” Ze spelen de spellen met vrienden. Liefst zo simpel mogelijk. „Het nadeel van een ingewikkeld bordspel is dat je het vaker moet spelen met dezelfde mensen om daar echt in te komen. Ik heb

‘Het internationale karakter van de stad spreekt ons aan. De ene keer komt er een Indiase trouwstoet voorbij, de andere keer de platte kar met PSV’ers’

liever een spel dat ik in tien minuten kan uitleggen en dat je dan een uurtje speelt. En dat iedereen het idee heeft van ‘nou, dit ging een beetje gelijk op’. We hebben ook spellen die we met z’n tweeën kunnen spelen. Maar bordspellen zijn toch vooral iets voor in de herfst en de winter.”

Reuring

Want hoewel ze naast muziek- ook filmliefhebbers zijn - er hangt een projector in de woonkamer -, zijn ze vooral graag in de stad te vinden. De conclusie lijkt dan ook gerechtvaardigd dat Eefke en Hugo echt Eindhovenaren zijn geworden? Hugo: „We vinden het leuk om een beetje in de reuring te zitten. Het internationale karakter van de stad spreekt ons aan. De ene keer komt er een Indiase trouwstoet voorbij, de andere keer de platte kar met PSV’ers. Er zijn hier goede restaurants uit allerlei windstreken. Met dank aan de kenniswerker,

denk ik. Er komen ook steeds meer toeristen naar Eindhoven, dat zorgt wel voor een bepaalde sfeer. Ik kom nog regelmatig in Roosendaal voor familieof vriendenbezoek maar dan zie ik dezelfde mensen in de kroeg zitten en dan denk ik: ‘Hoe bestaat het?’” Ik verdedig Eindhoven altijd als mensen vragen wat er te doen is. Nou, veel, maar je moet het wel weten te vinden. Neem Strijp-S, vooral toen dat nog rauw was gebeurden er fantastische dingen die andere Eindhovenaren waarschijnlijk helemaal niet hebben opgemerkt. Een modeshow in een leegstaand pand, of een buitenfilm. Ik vind initiatieven als de talkshow ‘Eindje van de Week’ leuk omdat daar inspirerende Eindhovenaren aan het woord komen. Mensen die fan zijn van de stad en er alles voor doen. Ik zou ook graag iets bijdragen. Al doen we dat al via DLL, dat is superleuk. Eindhoven houdt me de laatste tijd wel bezig.”

Driessen Mobility: partner in brede, flexibele en duurzame mobiliteit

De markt voor mobiliteit evolueert als nooit tevoren. We denken na over de impact van onze manier van leven en reizen. Keuzes in vervoermiddelen en vernieuwende alternatieven zijn bijna onbegrensd. Dat vereist een specialist die vooropgaat in toegankelijke, transparante en duurzame mobiliteit.

Driessen Mobility weet wat mensen beweegt

Al meer dan 50 jaar een gerenommeerde naam in de regio. Particulier of ondernemer: met Driessen Mobility kan iedereen zorgeloos op weg. Gegarandeerd door ons team van experts dat gebrand is op de beste oplossing voor jouw mobiliteitswensen.

Onze evenwichtige selectie omvat Lease (zakelijk en particulier), Lease Direct (zakelijk), Rental (autoverhuur), Commercial Vehicles (bedrijfswagens) en niet te vergeten Driessen Mobility Electric, hét kenniscentrum gespecialiseerd in elektrische voertuigen en diensten (batterijen, laadinfrastructuur, energiecontracten). Zo biedt Driessen Mobility uitkomst met duurzame mobiliteitsoplossingen over de volle breedte: van een individuele leasefiets of leaseauto tot het complete wagenpark voor de onderneming. Maatwerk in mobiliteit is onze missie en passie.

Bekijk onze corporate video

Vakantie. Eureka!

„Ga je vandaag nog boeken?”, vroeg mijn vrouw net. “Straks. Deze column moet morgen worden ingeleverd.”

Terwijl u dit leest, zit ik met mijn voeten in het water. Of sta ik boven op een bergtop. Misschien eet ik een pizza op een terras aan een Italiaans meer. Of zak ik in een kano de Dordogne af. Geen idee. Op het moment van schrijven zitten we midden in de aanloop naar de zomervakantie. Alles ligt nog open. Waar gaan we heen? Wat - en wie van de kinderen - gaat mee? Wordt het een huisje? Of toch weer verplicht kamperen, omdat we - zoals vaker - in alle drukte nét te laat waren met reserveren.

Dat kanoën op de Dordogne blijft een aanrader. Tentje mee en kijken hoever je komt. Het ene dorpje nog mooier dan het andere. En na een dag peddelen een dik verdiend toetje toe. Go with the flow! Tot de vakantie voorbij is, natuurlijk. Dan is het gedaan met de flow, en sprinten we met z’n allen weer richting kerst. Zonde.

De beste ideeën ontstaan zelden als je druk bent. Niet als je vergadert of je inbox wegwerkt, maar juist als je afstand neemt. Vakantie is geen excuus, het is een

noodzaak. Zo werkt ons brein. Het heeft rust nodig om tot nieuwe inzichten te komen. Innovatie laat zich niet plannen. Die verschijnt op onverwachte momenten – onder de douche, in een hangmat, op de fiets of tijdens een wandeling. Terwijl jij een ijsje eet of een bergpad volgt, werkt je onbewuste door. Geen deadline die dat kan forceren.

Om afstand te nemen hoef je niet altijd ver weg op vakantie te gaan. Op het NatLab van Philips wisten ze dat allang. Het rondje vijver was er vaste prik, tijdens de lunch, of als je even vastliep in het lab. Alleen of met collega’s, op zoek naar inspiratie. Die vijver is ook niet voor niets gebleven toen vanuit het NatLab de High Tech Campus ontstond. Omdat goede ideeën beginnen met ruimte en afstand. Letterlijk én figuurlijk.

En toch blijven we het moeilijk vinden. Afstand nemen voelt vaak als tijdverspilling. Alsof je alleen iets waard bent als je produceert, vergadert of presenteert. Natuurlijk, dat blijft ook belangrijk, maar het is niet genoeg. Onze economie draait niet op uren, maar op ideeën. Op mensen die verbanden leggen, durven afwijken van de gebaande paden, nieuwe mogelijkheden zien. Dáár zit onze toegevoegde waarde. Zeker hier, in Brainport Eindhoven.

Maar onze breinen zijn geen machines. Ze hebben rust nodig om te kunnen pieken. Momenten zonder input. Zonder scrollen, zonder overleg, zonder to-do’s. Alleen dan ontstaan die briljante ingevingen waar geen KPI tegenop kan. Het begin van een nieuwe machine, een slimmere service, een idee dat de wereld verandert.

En dat hoeft niet alleen in de zomervakantie. Dat zou zonde zijn. Gun je hoofd ook dit najaar eens vrij. Maak eens wat vaker die omweg op de fiets. Laat je telefoon liggen tijdens een wandeling - zonder doel, zonder plan. En ja, dat is wennen. Misschien voelt het nutteloos. En dat is precies de bedoeling.

Mooi. Column af. Nu boeken. Eureka!

Familiebedrijf Van der Kruijs al ruim 170 jaar actief in schilderwerk

We zijn geen roeptoeters, maar doe maar gewoonBrabanders ’

Zo vader, zo zoon wordt er wel gezegd. En binnen schildersbedrijf Van der Kruijs geldt deze slogan maal vier. Mathieu (57) en zoon Daan (29) bestieren als vierde en vijfde generatie hun familiebedrijf uit 1854 dat door de overgrootvader, opa, vader en oom van Mathieu werd opgebouwd. „Volgens traditie had Daan als mijn opvolger eigenlijk Jan moeten heten”, vertelt Mathieu met een knipoog, die er overigens niet aan moet denken om al te stoppen. De vraag of een zesde generatie met de naam Mathieu deze traditie in ere gaat herstellen, blijft vooralsnog onbeantwoord.

TEKST: MONIQUE VAN ESCH | FOTO’S: RENÉ MANDERS/DCI MEDIA

Bedrijvige families

Deze rubriek gaat over familiebedrijven. Bedrijven die, zoals de naam al aangeeft, in handen zijn van families en die van vader op zoon worden doorgegeven, van generatie op generatie. Het zijn vaak eeuwenoude, ambachtelijke bedrijven die zijn meegegroeid met hun tijd, maar hun familiewaarden en basis(product) trouw zijn gebleven. Deze bedrijven zijn de kurk waarop Brainport drijft.

Vier geschilderde portretten van drie voorgaande generaties sieren de sfeervolle gasten- c.q. kantoorruimte op de eerste etage van het schildersbedrijf aan het Verdunplein in Eindhoven. Het betreft oprichter en overgrootvader Jan, diens zoon Mathieu en zíjn zonen Jan (vader van Mathieu) en Lucien (oom van Mathieu). Vier portretten om letterlijk even bij stil te staan en de familieleden goed van elkaar te onderscheiden. De schilderijen benadrukken dat het hier om een authentiek familiebedrijf gaat, met een hecht team van fijne en gemotiveerde medewerkers die bewust kozen voor de persoonlijke en familiaire benadering. „We worden hierin steeds unieker en daar zijn we uitermate trots op”, zegt Mathieu.

Zowel Mathieu als zijn zoon Daan hebben de old school schildersvakopleiding gevolgd. Bij vader en zoon stroomt er figuurlijk verf door de aderen. Hoewel over het woord verven eigenlijk niet wordt gesproken. „Verven doe je bij de kapper zeggen we altijd”, aldus Daan, die sinds zijn achtiende fulltime aan het bedrijf is verbonden en met dezelfde passie als zijn vader.

Ook Mathieu, die in 1990 afstudeerde aan het Nimeto in Utrecht, werkte enkele jaren samen met zijn vader. Hij was 23 en zijn vader 63 toen hij in het bedrijf terechtkwam. „Mijn vader werd een beetje gek van mij want ik was veel te eigenwijs”, zegt Mathieu met een lach. „Drie jaar later had hij er genoeg van en stapte hij uit de zaak. Gelukkig verloopt de samenwerking tussen Daan en mij aanzienlijk beter. We vullen elkaar uitstekend aan.”

No-nonsense cultuur

Daan is letterlijk onderaan de ladder begonnen. Als schilder, met veel buitenlandse projecten, doorgestroomd naar uitvoerder,

Daan:
Vrouwen geven weer een heel andere dynamiek en sfeer in de bouw en afbouw als het gaat om de kijk op zaken’

projectleider, calculator, ontzorgt hij zijn vader steeds meer met acquisitie, aansturing en controlerende taken.

Ook moeder en echtgenote Dominique is werkzaam in het bedrijf en naast haar verantwoordelijkheid voor debiteuren en crediteuren versterkt zij het familiaire karakter van het bedrijf. De functieomschrijvingen adjunct-directeur en directeur laten vader en zoon het liefst achterwege. Mathieu: „Daar zijn we niet zo van. Achter onze namen staat ‘vierde en vijfde generatie’. We hebben een no-nonsense cultuur en kennen elke werknemer bij naam en toenaam. We zijn geen roeptoeters, maar ‘doe maar gewoon-Brabanders’.”

En daarmee wordt impliciet gerefereerd aan het noeste werk van overgrootvader en opa die met schildersspullen op de bakfiets door het boerenland trokken op weg naar een klant. De opa van Mathieu heeft de oorlogsjaren meegemaakt en was voornamelijk bezig met de wederopbouw, waardoor het bedrijf kon uitgroeien tot waar het nu staat. Geleidelijk aan kwamen de grotere projecten, zoals onder andere de bekende Pellikaanhallen, de Philips fabrieken, het Catharina Ziekenhuis en zorginstellingen.

1896

De traditie en familiegeschiedenis staan nog steeds hoog in het vaandel. Dat blijkt wel uit oude, originele facturen, zoals een jaarrekening uit 1896 voor een parochiebestuur, waarop een uurloon van vijftien cent voor de schilder en acht cent voor de knecht staat te lezen. Ook prijkt er een authentiek diploma aan de muur van oom Lucien als ‘meester in het schilderen’, uitgereikt in 1958 door de Nationale Schildersschool te Utrecht.

Van der Kruijs is inmiddels uitgegroeid tot een schildersbedrijf van zo’n 45 vaste enthousiaste medewerkers en dito inhuurkrachten en/of onderaannemers. Ook vrouwen maken tegenwoordig deel uit van het personeel. Daan: „Die geven weer een heel andere dynamiek en sfeer in de bouw en afbouw als het gaat om

bijvoorbeeld precisie, klantvriendelijkheid en de kijk op zaken. Tevens wordt er fiks geïnvesteerd in nieuwkomers, getuige de jaarlijkse aanwas van vele frisse en fruitige leerlingen.” Het moge duidelijk zijn dat, mede door bedrijven als Van der Kruijs, het imago van het schildersvak flink is verbeterd. Voorheen werd dat toch bestempeld als enigszins stoffig.

Schilderkrachtig

‘Modern vakmanschap en ouderwets persoonlijke service’ was tot voor enkele jaren geleden de vaste slogan van het bedrijf. Hoewel die termen nog steeds gelden, wordt er nu gesproken over ‘schilderkrachtig’, waarbij het bedrijf innovatief en daadkrachtig wil zijn voor de voornamelijk zakelijke opdrachtgevers en creatief wil meedenken bij ieder project. In het groene logo staat het kruis van de naam symbool voor kracht, kennis en kwaliteit. Mathieu: „In schilderkrachtig komt onze passie voor het schildersvak en de andere expertisegebieden glas-, behang- en foliewerk én vloeren tot

Mathieu:
‘De klant is koning. Wij kunnen zaken snel regelen en uitvoeren. Wij verkopen eigenlijk geen nee’

uitdrukking. Krachtig door onze omvang en flexibel door onze mentaliteit.”

De landelijke klantenkring is inmiddels heel divers te noemen en bestaat onder meer uit vastgoedbeheerders, aannemersbedrijven, zorginstellingen, scholen, banken, industrie, vakantieparken en zelfs voetbalstadions, waaronder het Philips Stadion en de Johan Cruijff ArenA. Mathieu: „De klant is koning. We kun-

nen zaken snel regelen en uitvoeren, hanteren korte communicatielijnen en kunnen het werk zo nodig een dag van tevoren inplannen. We verkopen eigenlijk geen nee.”’

Het Eindhovense schildersbedrijf gaat constant met zijn tijd mee. Veiligheid staat al jaren hoog in het vaandel en er is meer concrete aandacht voor duurzame, milieubewuste producten en applicatiemethoden op het gebied van onder andere verf en vervoer. Zo rijdt inmiddels meer dan vijftig procent van het wagenpark elektrisch en is het bedrijfspand gasloos en energieneutraal. Daarnaast wordt volop geïnvesteerd in personeel en opleidingen, zodat continuïteit gewaarborgd blijft voor volgende generaties. Binnenkort wordt er ook een nieuwe website gelanceerd en er wordt nagedacht over een andere, grotere bedrijfslocatie. Mathieu: „Er is volop vernieuwing, maar het modern vakmanschap en de ouderwets persoonlijke service van weleer blijven bestaan.”

MATHIEU EN ZOON DAAN VAN DER KRUIJS
HARALD SEIDEL

Het Brabantse DAF Trucks bestaat in 2028 honderd jaar

‘Wij blijven een uniek merk met een eigen identiteit’

DAF bestaat in 2028 honderd jaar. En dit is het eerste verhaal over de Eindhovense truck-producent in FRITS… Het was hoog tijd dus voor een bezoek aan het hoofdkantoor aan de Geldropseweg en een gesprek met CEO Harald Seidel. Want wat bindt het voormalige familiebedrijf in Amerikaanse handen überhaupt nog aan Eindhoven dan wel aan Brainport? Nou, alles, zo blijkt. „Ik zeg wel eens: DAF is het best bewaarde geheim van Zuidoost-Brabant”, verklaart de president-directeur.

TEKST: HANS MATHEEUWSEN | FOTO'S: DOUWE BECKMANN, DAF TRUCKS

Om maar meteen alvast één vooringenomenheid uit de weg te ruimen: DAF Trucks NV beschouwt zich nog steeds als een familiebedrijf. Niet vanwege aanwezige bloedbanden met de grondleggers Wim en Hub van Doorne, maar door het corporate gevoel, de (werk)cultuur, de maatschappelijke betrokkenheid en de sociale verantwoordelijkheid, stelt Harald. „Wij koesteren de familietraditie - PACCAR, onze moedermaatschappij, is ook een familiebedrijf - maar het gaat vooral om de manier hoe wij met elkaar omgaan, omzien naar elkaar en elkaar helpen. Als het spannend wordt dan stropen wij de mouwen op om het te gaan regelen voor onze klanten.”

Een Brabantse tongval verloochent zich niet. In de voorbereiding van ons gesprek was ik nog uitgegaan van mogelijk een interview in het Engels. Harald is geboren in Oss. „Vroeger was het in Eindhoven: ‘Werkte gij bij Philips of bende van d’n DAF?’ Daffer ben je”, benadrukt hij de diepe worteling in Brabant én de speciale Eindho -

‘Wij zijn de grootste in automotive in Nederland, qua R&D’

vense DAF-beleving. Hij ontvangt mij in de boardroom waarin de broers en naamgevers - geboren in Limburg, opgegroeid in Deurne - zomaar gisteren nog aan tafel hadden kunnen zitten. De sfeer is nostalgisch, de ruimte ademt hun aanwezigheid, al was het maar omdat de oorspronkelijke inrichting ongemoeid is gelaten. Dat geldt tevens voor het kantoor van Harald. Het bureau was eigendom van Hub van Doorne. Hij was de techneut van de broers. Wim was de ondernemer. Hub begon in 1928 met een smidse voor metaalbewerking in de Tongelresestraat. DAF staat voor Van Doorne’s Automobielfabriek waar tot 1975 niet alleen vrachtwagens maar ook personenauto’s van de band rolden, toen nam Volvo deze tak over. In 1993 ging de truck-fabrikant failliet waarna een doorstart werd gemaakt in afgeslankte vorm onder de naam DAF Trucks NV. De multinational is sinds 1996 eigendom van PACCAR dat in de Verenigde Staten eigenaar is van de vrachtwagenmerken Kenworth en Peterbilt.

Rijdende computer

De historische analogie met dat andere, uitermate succesvolle duo dat Eindhoven vorm gaf, is evident: Gerard Philips was de uitvinder, zijn broer Anton de ondernemer. Hoewel trucks nog voor een deel met de hand worden geassembleerd is DAF anno 2025 binnen Brainport Eindhoven haast net zo innovatief als Philips. Beide bedrijven staan in de R&D Top 30 van Nederland. Philips op 2 met jaarlijks 700 miljoen

euro aan uitgaven en DAF op 7 met 181 miljoen, nóg voor de VDL Groep die op 8 staat. ASML (1) en NXP (6) completeren de regionale inbreng in de Top 10. „Over worteling gesproken…”, onderstreept Harald de positie en betrokkenheid van DAF. En zo kan hij nog wel even doorgaan. Zijn presentatie van het bedrijf draait mee. „Wij zijn de grootste in automotive in Nederland, qua R&D. Onderzoek en ontwikkeling zijn enorm belangrijk. Dat geldt voor de lifeline van ons bedrijf, verduurzaming, vermindering van emissie, terugdringen van CO2 en klimaatdoelstellingen, de ontwikkeling van de elektrische trucks van de toekomst. Daar is ontzettend veel engineering voor nodig. We hebben een Digital Technology Center waar onze engineers werken aan alle embedded software, digitalisering en connectivity. Ja, we werken ook aan autonoom rijden en het spreekt voor zich dat we ook qua moderne veiligheidssystemen gezien mogen worden. Onze trucks zitten vol met camerasystemen en sensoren. De truck is een rijdende computer geworden. Je zou kunnen zeggen dat we inmiddels ook een softwarebedrijf zijn.”

Bij DAF in Eindhoven werken zo’n zesduizend mensen, verdeeld over 72 nationaliteiten. Bij de toeleveranciers in de regio, dat zijn er 76, werken ook nog eens zevenduizend mensen voor DAF, indirect weliswaar. Geheel volgens de trend wordt het fabriekscomplex in Tongelre en deels op Geldrops grondgebied campus genoemd. DAF heeft één miljoen vierkante meter in gebruik en

DAF FABRIEK 1957

ruimte genoeg voor de ontwikkeling en productie van alle soorten vrachtwagens. Voor de nieuwste generatie, elektrische trucks is een nieuwe fabriek ingericht bij de hoofdingang aan de Hugo van der Goeslaan.

Mooier maken

Moeiteloos schakelt Harald van de high tech en de positie in Brainport over naar de maatschappelijke verantwoordelijkheid die de onderneming neemt in stad en regio. „Wij zijn hier al zo lang, Daffers zijn niet alleen trots op onze producten maar ook op Eindhoven en het feit dat de fabrieken in Eindhoven staan. Als industriëlen in de regio hebben wij regelmatig overleg met elkaar om te kijken hoe wij elkaar kunnen versterken. Hoe kunnen wij het talent dat we hier hebben zich optimaal laten ontplooien?

We nemen ook onze sociale verantwoordelijkheid. Wij vinden het belangrijk dat DAF-werknemers worden gestimuleerd om zich in te zetten voor goede doelen of mensen in de omgeving die het minder goed hebben. Dat doen we bijvoorbeeld via Samen voor de Regio. Onze werknemers doneren aan de Stichting DAF Helpende Handen die lokale doelen ondersteunt die het leven een stukje mooier kunnen maken.

We zijn founding member van de Ontdekfabriek op Strijp-S. We doen mee aan de Jonge Onderzoekers. We sponsoren het Solar Team van de Technische Universiteit Eindhoven, evenals het University Racing Team, en het e-racing team van het Hub van Doornecollege in

Deurne. Wij zijn de grootste in de regio op het gebied van wat sociale werkgelegenheid wordt genoemd. In ons verpakkingscentrum voor onderdelen werken vierhonderd mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. In goede samenwerking met Ergon. Je kunt zien dat deze mensen trots zijn op hun werk voor DAF, dat vinden wij mooi.”

Voetsporen

Harald maakt sinds 2017 deel uit van de raad van bestuur van DAF. Daarvoor was hij financieel directeur. Hij kwam in 2001 aan boord. Sinds 2022 is hij president-directeur. „Ik werk hier zo’n 25 jaar en het vervult me elke dag met veel vreugde om hier te mogen zijn en in de voetsporen te treden van Hub en Wim van Doorne. We noemen ons automobielfabriek maar kennen een rijke geschiedenis met vrachtwagens, personenauto’s, bussen en ook militaire voertuigen. Die vind je terug in het prachtige DAF Museum, dat wij uiteraard ook steunen. Dat vinden wij óók belangrijk, het is één van de best bezochte musea in Eindhoven, gedragen door vrijwilligers met een groot hart voor DAF, zij hebben hier bijna allemaal gewerkt. We koesteren onze geschiedenis.

Vandaag de dag zijn we een internationaal high tech bedrijf met een omzet van zeven miljard euro. We bouwen bijna vijftigduizend trucks per jaar die we exporteren naar zeventig landen. Één op de zes trucks in Europa is een DAF. We hebben een marktaandeel van circa vijftien procent, zijn marktleider in Nederland en Engeland, het grootste importmerk van trekkers in

‘Daffers zijn niet alleen trots op onze producten maar ook op Eindhoven’

Duitsland en Frankrijk. DAF wordt over de hele wereld verkocht. Je kunt het zo gek niet bedenken of er rijden DAF’s. En niet alleen nieuwe trucks, ook tweedehands. Een DAF staat bekend om z’n betrouwbaarheid en die het ook uitstekend doet in zijn tweede of derde leven. We zijn weliswaar overgenomen door PACCAR dat met hun drie merken wereldwijd opereert maar DAF is altijd een uniek product gebleven; een uniek merk met een eigen identiteit in Europa.”

Kilometers maken

Het beroemde, uitgebreide dealernetwerk met meer dan 1.500 locaties in Europa is een kracht van DAF, beaamt Harald. „Je koopt een vrachtwagen om mee te rijden. Die moet het gewoon goed doen. Dag in, dag uit, de weg op, kilometers maken. De nieuwste generatie trucks is de trots van het bedrijf. Sinds 2021 maken wij de eerste en enige trucks die voldoen aan de nieuwe Europese regelgeving op het gebied van afmetingen en gewichten van vrachtwagens. De trucks mogen tegenwoordig net wat langer zijn, waardoor je ze aan de voorzijde wat ronder

‘Je koopt een vrachtwagen om mee te rijden. Die moet het gewoon goed doen. Dag in, dag uit, de weg op, kilometers maken’

mag maken, zeg maar. Dat scheelt twintig procent in de aerodynamica. De CO2-uitstoot is tien procent minder, onder andere door die optimale aerodynamica maar ook door een verder verbeterde motor voor meer brandstofbesparing, systemen voor veiligheid en connectivity. De auto is voortdurend verbonden met de thuisbasis. DAF heeft vele producten ontwikkeld en gemaakt, en de nodige automotive uitvindingen gedaan: de automatische transmissie, de turbo intercooler. Waarin de rijke historie resulteert zijn toonaangevende transportoplossingen in de breedste zin van het woord voor onze klanten. En in principe zijn er geen twee trucks hetzelfde. Er zijn in onze sector geen one size fits all-oplossingen. Het is allemaal maatwerk.

We leveren momenteel achthonderd vrachtwagens uit aan het Belgische leger. Speciale auto’s met een chassis en onafhankelijk geveerde wielen die geschikt zijn voor extreem terrein, in combinatie met een ballistische cabine. We hebben geen speciale afdeling meer voor defensie-producten maar we nemen wel deel aan tenders. Ik denk dat wij uitstekende oplossingen hebben voor het leger. Laatst was de Inspecteur-Generaal van de Krijgsmacht op bezoek. Ook om te spreken met veteranen en reservisten binnen DAF en om interesse bij belangstellenden te wekken. Daar kwamen tientallen Daffers op af. Onze kracht is ook de inzet van verschillende talenten. Wij zijn succesvol in innovatie en ondernemen, net zoals Hub en Wim van Doorne. Wij hebben hooggekwalificeerde medewerkers die houden van uitdaging. Daffers nemen geen genoegen met aankijken; wij willen echt begrijpen wat de klant nodig heeft en dan het beste product leveren. Dat zijn onze passie en trots. PACCAR heeft ons ontzettend geholpen qua gezonde discipline en performance om binnen de automotive succesvol te zijn. In onze branche moet je elk dubbeltje tien keer omdraaien. Voor onze klanten zijn de marges klein. We letten op de kleintjes maar leveren de gevraagde kwaliteit.

PACCAR heeft een wereldwijde focus waarvan wij profiteren waar het gaat om grote investeringen. Dat hadden wij nooit op eigen kracht kunnen doen. Maar we zijn en blijven een bedrijf dat geworteld is in Brabant, met een groot Brabants hart.”

Van Babyboomers tot Gen Z

Één filosofie voor alle generaties

Fun fact: CapitalatWork praat niet alleen op kantoor met relaties over de groei van hun vermogen en toekomstdromen maar ook op de padelbaan. Al 35 jaar varen ze een stabiele koers in de hectische financiële markten.

TEKST: RAQUEL MOURIK | FOTO'S: JULES VAN IPEREN

jaar geleden zag de wereld er compleet anders uit dan nu. Één van de meest opvallende verschillen is de centrale rol die technologie vandaag de dag in ons leven speelt. Mobiele telefoons waren destijds een zeldzaamheid en internet werd pas vanaf 1993 toegankelijk voor het grote publiek.

In 1990 richtten enkele getalenteerde vermogensbeheerders CapitalatWork op. 35 jaar later is de organisatie uitgegroeid naar een bedrijf van ongeveer 185 medewerkers, met negen kantoren in de Benelux. Tot zover de veranderingen want bij CapitalatWork geloven ze erin dat je het goede moet behouden. Dus opereren de vermogensbeheerders al 35 jaar volgens dezelfde filosofie.

RICHARD VAN DEN BERG (L) EN MAURITS BERENDSCHOT
‘Feitelijk hebben ingrijpende gebeurtenissen op de lange termijn relatief weinig invloed op de beurzen’

Maurits Berendschot, directeur

Vermogensbeheer: „We richten ons op bedrijven met een sterke marktpositie, stabiele cashflow, sterke balans en onderwaardering op de beurs. Dit analyseren we dagelijks. Die blauwdruk is 35 jaar geleden gelegd en als het aan ons ligt zal dat de komende 35 jaar ook zo blijven.”

Richard van den Berg, regiodirecteur Eindhoven sluit zich daarbij aan: „ In onze wereld is veel dynamiek. Binnen onze filosofie laten we ons niet afleiden door ruis en hysterie, we focussen op feiten. Dat zal de komende jaren nog belangrijker worden.”

Windkracht 8

„ Als je kijkt naar de wereld van vandaag, lijkt het soms of er geen einde komt aan de onrust”, stelt Maurits. „ In praktijk zie je dat ingrijpende gebeurtenissen ook weer voorbijgaan. Dat was zo bij corona en zo zal het ook zijn bij de conflicten die nu spelen. Feitelijk hebben dat soort gebeurtenissen op de lange termijn relatief weinig invloed op de beurzen.”

Richard: „ Ik ben opgegroeid in Friesland waar zeilen een belangrijk onderdeel van ons leven was. Als je een boot goed kent dan maakt het eigenlijk niet uit in welk weer je terecht komt. Je weet namelijk precies hoe hij reageert bij harde wind. Zo is het ook met de investeringen die wij doen. Als er paniek is in de wereld, dan kan dat op korte termijn voor veel onrust zorgen, maar omdat wij weten wat we in handen hebben, kunnen we beslissen vanuit rust en blijven wij op koers.”

Schokgolf

Maurits: „ Natuurlijk doen wij aanpassingen in de portefeuille als daar aanleiding voor is. Toen Trump vorig jaar werd herkozen, reageerden de financiële markten euforisch. Hij beloofde belastingverlaging en deregulering, maatregelen die bedrijven onder de streep meer

‘In een wereld vol prikkels en kortetermijnreacties is het juist waardevol om ruimte te maken voor het grotere plaatje’

opleveren. Toen hij vervolgens het handelstekort wilde aanpakken met die importheffingen ging er een schokgolf door de financiële markten. Die tarieven waren veel hoger dan iedereen had verwacht. Daardoor worden producten duurder en dat leidt tot inflatie. Na die aankondiging liepen de markten dan ook fors terug. Onder druk van de obligatiemarkten heeft Trump zijn plannen bijgesteld. Wij hebben naar aanleiding van de importtarieven van Trump maatregelen getroffen in onze obligatieportefeuille door de looptijd aan te passen en minder in de USD te beleggen. Onze aandelenstrategie hadden we vorig jaar al aangepast. Omdat wij toen al vonden dat een aantal Big Tech-bedrijven veel te duur waren, hebben wij die fors afgebouwd. Ook hebben wij ons gericht op bedrijven die lokaal opereren; dat wil zeggen dat ze middelen betrekken uit hun eigen regio en binnen die regio ook verkopen, waardoor zij nauwelijks getroffen werden door de importheffingen.”

Babyboomers

Richard: „Je moet niet vergeten dat Trump een passant is. Natuurlijk acteren wij op wat er in Amerika of het Midden-Oosten gebeurt, maar uiteindelijk willen we langjarig bezig zijn met de beste keuzes voor onze relaties. In een wereld vol prikkels en kortetermijnreacties is het juist waardevol om ruimte te maken voor het grotere plaatje. We hebben met cliënten gesprekken die verder gaan dan rendement of marktschommelingen. Het gaat over wat er écht toe doet in hun leven: ambities, toekomstplannen en wat ze willen betekenen voor volgende generaties. Het financiële verhaal sluit daar logisch op aan, mits je er voldoende aandacht voor hebt."

Hij vervolgt: „Het CBS verwacht dat de komende tien jaar ongeveer 230 tot 240 miljard van babyboomers overgaat naar volgende generaties. De nieuwe generatie denkt wezenlijk anders over vermogen dan de generaties daarvoor. Ze zijn digitaal onderlegd, ze zijn minder gebonden aan traditie en ze zoeken een sparringpartner die ze uitdaagt en niet alleen bevestigt. Ze willen inhoud, snelheid en eerlijk advies.

Daarnaast willen ze in gesprek met iemand die hun leven snapt, van de groei van hun bedrijf tot de overdracht aan kinderen. Onze sterkste troef is de relatie die wij met onze cliënten hebben.”

Padellen

Richard: „Daarbij kiezen we voor focus en kwaliteit; we doen één ding en dat doen we goed. Je merkt dat onze relaties ook steeds meer kiezen voor specialisten. Dat heeft ook te maken met bereikbaarheid. Wij zijn er op de natuurlijke momenten in het leven van de cliënt. Dus ook na vijf uur. In ons team hebben we ook ’s avonds gesprekken met onze cliënten of we gaan een potje padellen of een rondje lopen op de golfbaan. Op die momenten van ontspanning is er ruimte om na te denken over wat hij of zij graag zou willen. Dan willen wij er zijn.

Onze kracht zit erin dat we meegroeien met onze relaties, zodat we samen successen kunnen vieren. Cliënten hebben 24/7 inzicht in hun portefeuille, maar ze kunnen ook altijd bellen of appen met hun Wealth Manager. Technologie helpt ons transparanter, efficiënter én menselijker te zijn, maar we laten ons er niet door vervangen. Wat dat betreft gaan we de komende 35 jaar ook weer in grote lijnen op dezelfde voet door. Relaties willen echte gesprekken, een goed plan en het rendement dat daarbij hoort. Wij zijn klaar voor die volgende fase.”

Geen tijd te verliezen

Wie Brainport in één woord wil vangen, komt al snel uit op: groei. Groei in innovatie. Groei in banen. Groei in betekenis – voor Nederland én voor Europa’s positie op het wereldtoneel. Ruim een jaar geleden bundelden overheid en bedrijfsleven hun krachten in Project Beethoven: een krachtig maatregelenpakket om die groei in goede banen te leiden én om strategisch belangrijke bedrijven voor Nederland te behouden. De cijfers zijn indrukwekkend: tienduizenden nieuwe banen, miljarden aan investeringen en internationale bewondering voor onze technologische voorsprong. En toch wringt het. Want ondanks alle veelbelovende vooruitzichten groeit bij bedrijven ook de twijfel. Ze lopen al (te) lang vast op een hardnekkige mix van stroomtekort, ruimtegebrek, woningnood, overbelaste infrastructuur en een krappe arbeidsmarkt. Deze bedrijven kijken steeds vaker naar het buitenland. Gaat groeien hier nog lukken?

De urgentie is voelbaar. Gemeenten zijn volop beweging. Om uitvoering te geven aan project Beethoven worden afspraken gemaakt. Met elkaar, én met het bedrijfsleven.

Die jarenlange samenwerking binnen Brainport maakt onze regio uniek. Overheden en ondernemers nemen hun verantwoordelijkheid. Via initiatieven als het Brainport Partnerfonds investeren ze concreet in voorzieningen, infrastructuur en talentontwikkeling. Met visie samen bouwen aan hun eigen toekomst én die van de regio. De plannen liggen klaar. De wil is er.

Maar om echt vaart te maken, zijn plannen alleen niet genoeg. Realisatie vraagt om doorpakken en daadkracht. En dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Want ‘de regio’, die bestaat niet. Althans, niet als bestuurslaag binnen onze democratie. Wie tempo wil maken, vraagt in feite om samenwerking tussen 21 gemeenten –elk met hun eigen dynamiek, belangen en politieke realiteit. Gemeenten die verantwoording afleggen aan de kiezer in hun dorp of stad, en niet aan 'de regio'. Het vraagt ook om geven, niet alleen nemen. Om het lef om het grotere plaatje te zien – en ernaar te handelen. De fase waarin we nu zitten vraagt dus om regie op regioniveau. Om bestuurders en politici die bereid zijn over grenzen heen te kijken en ruimte te maken –letterlijk en figuurlijk – voor het gezamenlijke belang. Ook het bedrijfsleven heeft daarin een sleutelrol. Ondernemers die blijven investeren, zich uitspreken, samenwerken en anderen meenemen, maken het verschil. Want wie denkt dat we stilstaand relevant blijven, vergist zich. Willen we blijven meedoen op het wereldtoneel? Dan hebben we geen tijd te verliezen. Het is nú tijd om samen plannen om te zetten in actie.

Anne Deelen

Regiomanager VNO-NCW

Brainport

Bedrijfsruimte + kantoorruimte te huur op Eindhoven Airport!

MARINUS VAN MEELWEG 22 TE EINDHOVEN

Bedrijfsruimte met kantoorruimte --> circa 4.205 m²

• Bedrijventerrein Eindhoven Airport

• Circa 1.125 m² kantoorruimte verdeeld over 2 bouwlagen

• Circa 290 m² atelierruimte

• Circa 2.790 m² bedrijfsruimte verdeeld over 2 units

• 4 loading docks

• Buitenterrein met goede laad- en losmogelijkheden

• Voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein

• Energielabel: A

> Beschikbaar: per direct

Hoogwaardige kantoorruimte te huur op Bedrijventerrein De Run!

DE RUN 6801 TE VELDHOVEN

Transformatie van historische Melkfabriek naar inspirerende werkomgeving!

MELKFABRIEKSTRAAT

11 TE EINDHOVEN

Kantoorruimte verdeeld over 3 bouwlagen --> circa 1.248 m²

• Gelegen op bedrijventerrein De Run dichtbij de op-/afrit van de N2-A2

• Circa 447 m² kantoorruimte gelegen op de begane grond

• Circa 438 m² kantoorruimte gelegen op de 1e verdieping

• Circa 363 m² kantoorruimte gelegen op de 2e verdieping

• Energielabel: A

• 34 parkeerplaatsen gelegen op eigen terrein

> Beschikbaar: per direct

Kantoorruimte - verdeeld over 3 units - vanaf circa 170 m² -->

totaal circa 1.603 m²

• 65% reeds verhuurd

• Deelverhuur mogelijk vanaf circa 170 m²

• Volledig getransformeerde voormalige melkfabriek van Campina

• Kantoorunit 1: circa 872 m² verdeeld over 2 bouwlagen

• Kantoorunit 3A: circa 289 m² gelegen op de begane grond

• Kantoorunit 5: circa 442 m² gelegen op de 1e verdieping

• Energielabel: A++

• Bovengrondse semi-openbare parkeervoorziening

> Beschikbaar: per direct

Drie inspirerende kantoorunits met industrieel karakter!

IJSFABRIEKSTRAAT 10 TE EINDHOVEN

Kantoorruimte - verdeeld over 3 units - vanaf circa 703 m² -->

totaal circa 2.822 m²

• Gelegen in plangebied De Caai op het voormalige Campina terrein direct aan de binnenring

• Kantoorunit 1: circa 703 m² gelegen op de begane grond

• Kantoorunit 2: circa 959 m² verdeeld over de kelder, begane grond en 1e verdieping

• Kantoorunit 3: circa 1.160 m² verdeeld over de kelder, begane grond en 1e verdieping

• Hoogwaardig afwerkingsniveau met nieuwbouwcomfort en behoud van industrieel karakter

• De units worden casco+ opgeleverd, mogelijkheden tot maatwerk opleverniveau

• Energielabel A++

• Semi-openbare parkeervoorziening op huurbasis, tevens etsenstalling in de kelder

> Beschikbaar: per direct

Hurkse Bogen: showroom van De Hurk, zéér dichtbij de op-/afrit N2-A2!

BEEMDSTRAAT

2 TE EINDHOVEN

Bedrijfsruimte met kantoorruimte --> circa 5.531 m²

• Gelegen op Bedrijventerrein De Hurk op een prominente locatie, hoek Beemdstraat/Lodewijkstraat

• Circa 4.839 m² bedrijfsruimte met ca 692 m² kantoorruimte

• De “Hurkse Bogen” heeft een rigoureuze metamorfose ondergaan, het complex verkeert in nieuwbouw staat

• Casco-plus oplevering voorzien van hoogwaardige installaties, afbouw nader te bespreken

• Stroomvoorziening van 120 kW, tegen meerkosten is uitbreiding hiervan bespreekbaar

• 37 openbare parkeerplaatsen direct aan het gebouw en 12 eigen parkeerplaatsen + optioneel uit te breiden met 60 parkeerplaatsen aan de Waldeck Pyrmontstraat

> Beschikbaar: per direct

Representatieve kantoorruimte gelegen midden in het centrum!

JAN VAN HOOFFSTRAAT 8A-C TE EINDHOVEN

Kantoorruimte verdeeld over de 2e en 3e verdieping - vanaf circa 194 m²

--> totaal circa 860 m²

• Ca 860 m² kantoorruimte verdeeld over de 2e en 3e verdieping

• Ruimte 1: circa 194 m² kantoorruimte op de 2e verdieping

• Ruimte 2: circa 236 m² kantoorruimte op de 2e verdieping

• Ruimte 1: circa 194 m² kantoorruimte op de 3e verdieping

• Ruimte 2: circa 236 m² kantoorruimte op de 3e verdieping

• Gelegen in het centrum van Eindhoven

• Het gehuurde is voorzien van een liftinstallatie

• Voorzien van glasvezelverbinding

• Energielabel: A

Kantoorruimte te huur op zichtlocatie binnen de ring van Eindhoven!

JEROEN BOSCHLAAN 2 TE EINDHOVEN

• Ruime parkeermogelijkheden in onder andere Q-Park ‘Heuvel’

> Beschikbaar: per direct

Kantoorruimte verdeeld over 2 bouwlagen - vanaf circa 130 m² --> totaal circa 400 m²

Gelegen op Bedrijventerrein De Hurk op een zichtlocatie

• Circa 889 m² bedrijfsruimte met 183 m² kantoorruimte

• Goede bijbehorende gratis parkeergelegenheid

• Strategische ligging nabij het snelwegennet

Stadsdeel Tongelre

• Circa 270 m² kantoorruimte (unit 1) gelegen op de begane grond

• Circa 130 m² kantoorruimte (unit 2) gelegen op de 1e verdieping

• Unit 1 en 2 zijn ook gecombineerd te huren

• 4 parkeerplaatsen op eigen afgesloten parkeerterrein

> Beschikbaar: juli 2025

Bedrijfsruimte met kantoorruimte op een zichtlocatie op bedrijventerrein de Hurk!

HURKSESTRAAT 24-26 TE EINDHOVEN

Bedrijfsruimte met kantoorruimte > circa 1.072 m²

• Gelegen op Bedrijventerrein De Hurk op een zichtlocatie

• Circa 889 m² bedrijfsruimte met 183 m² kantoorruimte

• Goede bijbehorende gratis parkeergelegenheid

• Strategische ligging nabij het snelwegennet

> Beschikbaar: per direct

Binnenkijken in de controlepraktijk van Govers:

Mensenwerk met impact

Binnen de controlepraktijk van Govers Accountants / Adviseurs in Eindhoven speelt zich een vakgebied af dat zich moeilijk laat vangen in een paar regels. Wie denkt dat accountants alleen vinkjes zetten bij cijfers, zal zich verbazen over de dynamiek, de mensen en de maatschappelijke impact van dit werk. „Onze handtekening maakt vaak het verschil tussen wel of geen financiering”, vertelt William de Wijs, partner en registeraccountant bij Govers. „Maar die handtekening is alleen het eindpunt. Wat eraan voorafgaat, is minstens zo belangrijk."

TEKST: MARLÈNE VAN KUYK | FOTO'S: JOHN WIERSMA

De controlepraktijk van Govers draait om drie vaste pijlers: de klant, de wet- en regelgeving en de mensen. De klanten zijn actief in het bedrijfsleven en de non-profitsector; dus zowel familiebedrijven als grotere, vaak internationale ondernemingen en stichtingen en verenigingen. De controle is wettelijk gereguleerd: de regels zijn niet buigzaam, maar hoe je ze toepast, vraagt om vakmanschap en inzicht. En dan zijn er uiteraard de mensen. Zo’n vijftig professionals werken bij Govers in de controlepraktijk. Ze zijn veelal jong, altijd betrokken en goed opgeleid. Joep Dams, registeraccountant en audit-manager: „We doen dit als team. Ieder met een eigen rol en specialisme."

Tussen zomer en voorjaar

De controle van een jaarrekening is geen momentopname. Het werk begint vaak al in de zomer, met een planningsgesprek waarbij het team en de klant aanwezig zijn. Daarna volgt in het najaar een grondige analyse van de bedrijfsprocessen: inkoop, verkoop, personeel, productie en IT. Kortom, alles wat relevant is voor de cijfers wordt bekeken. In het voorjaar volgt de controle van de jaarrekening enals alles klopt - de goedkeurende verklaring.

Femke Leijssenaar werkt vijf jaar bij Govers, is inmiddels opdrachtleider en volgt de opleiding tot registeraccountant: „Ik kwam als student voor mijn afstudeerstage binnen. Nu begeleid ik een team en ben ik het eerste aanspreekpunt voor de klant. Het mooie aan dit werk is dat ik mag binnenkijken bij bedrijven; iedere week is anders."

Breed vak, brede professionals

Het werk van een controlepraktijk is dus veelomvattend. Het vraagt nieuwsgierigheid, analytisch vermogen, maar ook communicatiekracht. Een klant begrijpt soms niet direct waarom iets volgens de regels niet kan. Dan is het aan de accountant om dat goed uit te leggen, soms meer dan één keer. Natuurlijk vindt niet iedereen het leuk om te horen dat er iets niet klopt. Als je het echter goed brengt, is er altijd begrip. Dorus van den Broek, partner en registeraccountant: „De eerste keer dat je een klant moet vertellen dat iets niet klopt, vergeet je nooit. Het hoort er echter bij. Je leert hoe je zo'n gesprek voert, hoe je nuance aanbrengt en hoe je blijft staan." Daar wordt binnen de opleiding al aandacht aan besteed, maar ook binnen Govers krijgen jonge medewerkers trainingen in communicatie, samenwerken en leidinggeven.

FLEUR WILLEMS, WILLIAM DE WIJS, DORUS VAN DEN BROEK EN JOEP DAMS (VLNR)
KIM SCHOLTZ EN WILLIAM DE WIJS
‘Soms ontdekken we zaken waar de klant zelf nog niet van op de hoogte was’

Van data naar inzichten

Het mag inmiddels duidelijk zijn, de controle van een jaarrekening gaat over veel meer dan cijfers. Achter elk getal zit een proces. Daarom kijkt een team bij de klant ook naar computersystemen, toegangsrechten, datastromen en eventuele risico's. De IT-auditors en data-analisten van de controlepraktijk voeren dataanalyses uit en onderzoeken bijvoorbeeld of er dubbele betalingen in het betalingsverkeer zitten. Dorus vertelt daarover: „Door die combinatie van IT en accountancy kun je sneller signaleren. Soms ontdekken we zaken waar de klant zelf nog niet van op de hoogte was. Dan kun je echt een merkbaar verschil maken voor die klant."

Van kinderopvang tot bouwbedrijf tot multinational

De klantenkring van Govers is enorm divers. Van culturele instellingen tot grote familiebedrijven en internationale holdings. Die variatie zorgt voor inhoudelijke verdieping. Veel medewerkers van de controlepraktijk kiezen bewust voor een sector waarin ze geïnteresseerd zijn en zich graag verder ontwikkelen. „Ik zit zelf veel in de non-profitsector”, zegt William de Wijs, partner en registeraccountant. „ Daar spelen andere vraagstukken dan in de bouw of industrie; je leert iedere keer iets nieuws."

Zo werd Govers gevraagd om mee te kijken bij een mogelijke fusie van een bibliotheekorganisatie. Niet vanwege de cijfers, maar vanwege de risico's. De rol van de accountant is dan om inzicht te geven, om opties af te wegen, om rust te brengen in besluitvorming bij de klant. Die rol hebben ze bij Govers vaker.

Internationaal verbonden

Govers is aangesloten bij het UHY-netwerk, een wereldwijd samenwerkingsverband van onafhankelijke accountants- en advieskantoren. Voor klanten met internationale vestigingen betekent dat dat ze ook over de grens kunnen rekenen op deskundige ondersteuning. Soms voert een lokaal UHY-kantoor de controle uit, soms reist een teamlid van Govers naar een productielocatie in China of een verkoopkantoor in Spanje: dat vraagt om flexibiliteit, culturele gevoeligheid en oog voor detail.

Omgekeerd vragen netwerkpartners aan Govers om in Nederland de controle te verzorgen van een vestiging van een buitenlands bedrijf. Die wederzijdse

samenwerking zorgt niet alleen voor een consistente aanpak, maar ook voor veel variatie in het werk en de professionele groei van medewerkers. Geen enkele controleopdracht is precies hetzelfde.

Vertrouwen vraagt om bewaking Accountants kennen hun klanten goed, zijn vaak jarenlang betrokken bij dezelfde organisaties en raken vertrouwd met de mensen, processen en uitdagingen achter de cijfers. Maar dat vertrouwen mag nooit als vanzelfsprekend worden beschouwd. Onafhankelijkheid is niet vrijblijvend, maar is verankerd in de weten regelgeving en een vakinhoudelijk uitgangspunt. Binnen Govers geldt een stevig kwaliteitskader.

Steekproefsgewijs worden controleopdrachten dan ook onderworpen aan een kwaliteitsonderzoek, uitgevoerd door medewerkers van compliance en vaktechniek: een gespecialiseerd team dat toetst of de werkzaamheden volgens de geldende wet- en regelgeving zijn uitgevoerd. Zij kijken onder andere naar de gekozen aanpak, de onderbouwing van het oordeel en de volledigheid van de vastlegging. Daarnaast wordt er na verloop van tijd bewust gewisseld van verantwoordelijke accountant. Zo blijft de controle ook op langere termijn kritisch en onafhankelijk.

Een beroep met impact

Achter de cijfers gaat dus veel meer schuil dan je denkt. Wie voor dit vak kiest, kiest voor afwisseling, relevantie en maatschappelijke waarde. Je betekent niet alleen veel voor klanten. Omdat jaarrekeningen openbaar zijn, vormen ze het fundament onder het vertrouwen van banken, investeerders, aandeelhouders en medewerkers. Als dat vertrouwen verdwijnt, komt er veel meer in gevaar dan een goedkeuring. Dan komt de toekomst van een bedrijf onder druk te staan. Daarom is de controlepraktijk van Govers geen sluitstuk, maar een basis. Zowel juridisch als strategisch. Een stille kracht, die zichtbaar is op het juiste moment.

Govers

Beemdstraat 25, Eindhoven 040 - 250 45 04 www.govers.nl info@govers.nl

Impact Through Design

Een eeuw baanbrekend Philipsdesign

Met ‘Impact through Design’, de nieuwe tentoonstelling in het Philips Museum, wordt een ode gebracht aan één eeuw baanbrekend Philipsdesign; van iconische producten als ‘het Kapelletje’, de warmtelamp Infraphil en de cd tot de sensortechnologie in slimme tandenborstels en de bekroonde Azurion voor minimaal invasief opereren. De expositie geeft een mooi overzicht hoe Philipsdesign in de loop van een eeuw is geëvolueerd.

TEKST: HANNEKE VAN DEN NIEUWENHOF | FOTO'S: CHRIST CLIJSEN/TWYCER

„Louis Kalff, een jonge architect en graficus, solliciteerde eind 1924 bij Philips. Hij opperde dat de nogal ouderwetse reclame-uitingen van het concern niet pasten bij een modern bedrijf als Philips en nodig aan vernieuwing toe waren”, vertelt Sergio Derks, Hoofd Philips Heritage Organization. „Kalff overtuigde Anton Philips en op 5 januari 1925 trad hij in dienst als hoofd van een afdeling die zou uitgroeien tot Philips Design.”

Brand Identity

Het eerste ontwerp van Kalff was een reclameaffiche voor autolampen. Het wijkt nogal af van eerdere affiches, waarop boertjes en boerinnetjes in Volendams kostuum rond een gloeilamp dansen en de merknaam in sierlijke krulletters vermeld is. „In het affiche van Kalff zie je het product niet. De oplichtende ogen van een kat verraden dat het om autolampen gaat. Toen Kalff begon,

telde hij maar liefst vijfentwintig manieren waarop de merknaam vormgegeven werd. Hij heeft daar eenheid in gebracht met een herkenbaar woordmerk – het begin van een duidelijke brand identity.”

Kalff beperkte zich niet tot reclame-uitingen en verpakkingen; als architect was hij al snel betrokken bij de vormgeving van producten. Toen Anton Philips besloot om ook luidsprekers en complete radio’s te maken, werd de afdeling van Kalff verantwoordelijk voor het esthetisch ontwerp van deze nieuwe producten. Zo werd een consistente artistieke lijn uitgezet. De meeste Philipsradio’s uit de jaren dertig zijn hierdoor van Kalffs hand of onder zijn leiding ontworpen. Het vermaarde ‘Kapelletje’ uit 1931 is daar een vroeg voorbeeld van. Het bakelieten rooster dat de kwetsbare kartonnen luidsprekerconus beschermt, is gedecoreerd met golven en sterren die geluidsgolven in de ether symboliseren. In 1938 werd dit ontwerp gebruikt voor het officiële beeldmerk van Philips. Derks: „Naast grafisch werk en producten focuste Kalff zich op een eenduidige uitstraling en identiteit. Ook

ontwierp hij verschillende presentaties op belangrijke internationale exposities. Bovendien vond Kalff dat licht een essentieel onderdeel was van architectuur, zowel binnen als buiten een gebouw. ‘Indirect licht’, dus licht dat via de muren of het plafond werd weerkaatst, zorgde voor een aangename leefomgeving. Daarin was hij echt een pionier. Vermaarde architecten als Le Corbusier vroegen hem om advies.”

Duo tone

Kalff werd in 1960 opgevolgd door Rein Veersema. Het concern was ondertussen uitgegroeid tot een allround producent van consumentenelektronica en de designafdeling was flink uitgebreid. Onder Veersema werd industrial design verder ontwikkeld en ontstonden er duidelijk te herkennen ‘productfamilies’. Veersema introduceerde de bekende ‘duo tonen’: producten met twee kleuren. Op de tentoonstelling zijn hier een paar fraaie voorbeelden van te zien, zoals een drietal koffiemolens in pastelkleuren met een crème-witte manchet. Rond 1963 volgden allerlei producten in zwart en chroom. Of het nu een cassetterecorder, shaver, broodrooster of transistorradio was, de karakteristieke tweekleurigheid is zeer herkenbaar.

Experience Design

Derks: „Veersema vertrok in 1965 en werd opgevolgd door interim-manager Frans van der Put. Een jaar later kreeg de Noor Knut Yran de leiding van het Corporate Industrial Design Centre (CIDC), zoals de afdeling toen heette. Zijn afdeling ontwierp de iconische gele praatpaal, die langs alle Nederlandse snelwegen stond.” Na Yran volgden respectievelijk Bob Blaich (1980-1991) en Stefano Marzano (19912011). De laatste ging een samenwerking aan met het

Italiaanse bedrijf Alessi, wat in 1994 resulteerde in een serie opmerkelijke huishoudelijke apparaten. Marzano’s grootste verdienste is de ingrijpende manier waarop hij de ontwerpdivisie van Philips veranderde. Derks: „Marzano’s mantra was Hardware will be humanware. Als je iets wilt ontwerpen wat wezenlijke impact heeft, moet je mensen willen doorgronden en écht begrijpen waar ze behoefte aan hebben. Hij trok daarom antropologen, psychologen, trendwatchers en andere menswetenschappers aan om mee te denken over design. De afdeling werd als het ware de ‘Uomo Universalis’ van Leonardo da Vinci.”

Sean Carney, die Philips Design van 2011 tot 2023 aanstuurde, bouwde voort op de kracht van multidisciplinaire teams en een ontwerpproces dat gebaseerd is op bewijs, onderzoek en vooral ook co-creatie: Experience Design; een aanpak die tot vandaag de dag voortleeft in de samenwerking tussen Philips, patiënten en zorgverleners binnen Healthcare.

Doelgroepen

„Na de nadruk op esthetiek en een eenduidige internationale designtaal in de eerste vijftig jaar, zie je in de decennia die volgen de accenten langzaam verschuiven. Er komt meer aandacht voor verschillende doelgroepen”, vat Esther Beckers de ontwikkelingen van de afgelopen eeuw samen. Zij is Programmaleider Design community & Design competities bij Philips Design, dat nu wereldwijd zo’n 460 ontwerpers in dienst heeft. „De tijd van de sterdesigners is een beetje voorbij. We ontwerpen als team, bij productdesign komen steeds meer disciplines kijken.” In de jaren tachtig werd er veel aandacht besteed aan jongere doelgroepen. De Roller Radio, een portable radio met geinige ronde speakers,

Marzano’s mantra was: ‘Hardware will be humanware’

is daar een voorbeeld van. Andere doelgroepen en regionale markten volgden. Beckers: „Zo hebben we voor de Chinese markt een roze rijstkoker ontwikkeld, omdat roze daar met luxe geassocieerd wordt.” Beckers, die zelf lang nauw betrokken is geweest bij het ontwerpen van medische apparatuur, vertelt hoe daar tegenwoordig een heel team aan te pas komt. „Neem het ontwikkelen van medische scanapparatuur. Daarvoor lopen we regelmatig mee in ziekenhuizen, soms wel een hele week, als de spreekwoordelijke fly on the wall. We kijken heel goed hoe apparatuur gebruikt wordt en hoe de workflow verbeterd kan worden zodat het niet alleen efficiënter wordt maar voor gebruikers én voor patiënten ook zo aangenaam mogelijk. We streven naar zinvolle innovatie, we willen bijdragen aan een beter leven. Ons design moet impact hebben!”

Teamwork

Dit streven is daarom ook één van de leidende thema’s in de tentoonstelling en wordt fraai verbeeld in de ‘Gallery of Needs’. Hier staan zes universele menselijke behoeften centraal, gekoppeld aan concrete Philipsoplossingen. Die behoeften, zo licht Beckers toe, spelen een belangrijke rol in de design briefs die de vormgevers krijgen aan het begin van een ontwerpproces. „We hebben in deze tentoonstelling

Simplicity, Reassurance, Performance, Self-expression, Support en Connection gevisualiseerd”, somt ze op. „Neem bijvoorbeeld Support. Bij onze baby monitor leveren we tegenwoordig een app die herkent waarom je baby huilt, bijvoorbeeld vanwege honger, ongemak, vermoeidheid of verveling. Voor jonge ouders is dergelijke kennis heel belangrijk en geeft veel ondersteuning.” Dit voorbeeld raakt ook aan een andere belangrijke ontwikkeling, namelijk het toenemend belang van digitalisering en slimme software. Het is dan ook geen toeval dat de Amerikaan Peter Skillman, die in het verleden leidende functies had bij onder meer Microsoft en Amazon, sinds 2023 hoofd is van Philips Experience Design.

Verder illustreert het dat een ontwerp tegenwoordig echt teamwork is, waaraan verschillende disciplines een bijdrage leveren. We willen niet alleen meer mooie dingen maken, maar ook dingen die wezenlijke impact hebben. In de toekomst zullen we daarbij ook steeds vaker AI in ons design integreren.” Want dat is wat deze tentoonstelling ook duidelijk maakt: een eeuw geleden werd de basis gelegd voor Philips Design, maar Philips Design is nog lang geen afgeronde geschiedenis. Zinvolle innovatie die impact heeft en bijdraagt aan een mooier leven, daarmee heeft Philips Design de toekomst.

Woningbouwkaart, Droomvlucht of Fata Morgana

Metropoolregio Eindhoven – het samenwerkingsverband van onze 21 regiogemeenten – heeft onlangs een woningbouwkaart voor de regio gepresenteerd. Het idee is dat je daarop de woningbouwplannen voor 62.000 nieuwbouwwoningen kunt vinden die tot 2033 hard nodig zijn. Plus de informatie over de status van deze plannen (in studie, in voorbereiding of in uitvoering) en de verdeling over de verschillende segmenten (koop, huur, prijsklassen). Het Eindhovens Dagblad verkocht de kaart eigenlijk iets te mooi door te schrijven dat je ‘voortaan als een havik over alle nieuwbouwprojecten in de regio’ kunt vliegen. Maar dat is iets te veel eer: je moet gewoon inzoomen en doorklikken. Geen spannende animaties van helikoptertjes of vliegtuigjes waarmee je over de kaart kunt vliegen. Met zoveel creatieve bedrijven in de regio had het misschien toch iets aantrekkelijker gekund.

Daarnaast hebben van de 21 gemeenten nog maar zes gemeenten hun plannen ingevoerd. Op de plannen van de andere vijftien gemeenten is het kennelijk nog even wachten. Dat is eigenlijk ernstiger, want het is ook weer illustratie van wat voorman Joost Eijsbouts van VNO-NCW Brainport de ‘traagheid van de Brainport-gemeenten’ noemt. Als men al niet in staat is zo’n kaart snel te vullen en gezamenlijk compleet te presenteren, hoe staat het dan met de uitvoering van al die plannen en de samenwerking op woningbouwgebied? De belofte dat de informatie op deze website iedere 24 uur geactualiseerd wordt, is op deze manier ook niet erg geloofwaardig.

De gemeente Eindhoven heeft als grootste regiogemeente gelukkig wel de informatie ingevoerd. Maar als we op de Eindhovense

cijfers inzoomen, zien we dat het aandeel ‘in studie’ verreweg het grootste is: 10.340 woningen, 44 procent van de totaal 23.290 woningen. ‘In voorbereiding’ zijn dan nog 9.306 woningen (40 procent) en slechts 3.640 woningen (16 procent) zijn in aanbouw. Als je kijkt naar het gemiddelde tempo waarin woningbouwplannen worden gerealiseerd, dan is nu al zonneklaar dat het noodzakelijke aantal woningen zeker niet op tijd gerealiseerd zal worden. Als we tijdelijke units en studentenwoningen niet meetellen, dan is de bouwproductie in Eindhoven de afgelopen jaren niet boven de 1.700 woningen gekomen. Veel projecten die op de website voor oplevering na 2028 zijn gepland, zijn nog boterzacht. Dus het is zeker niet te verwachten dat er dan plotseling 4.000 tot 6.000 woningen per jaar zullen worden opgeleverd.

Zou je al over deze woningbouwkaart van de regio kunnen vliegen, dan is het eerder een ‘Droomvlucht’. Of - om in Efteling-termen te blijven - je krijgt dan een blik op een Fata Morgana. Met de realiteit heeft het helaas allemaal weinig te maken.

Pieter van Santvoort is nieuwbouwmakelaar

RUUD VERSPAGET (L) EN CARLO CHANTREL

VANE Restaurant & Skybar

Gastronomisch hoogste punt in Eindhoven

VANE is het gastronomisch hoogste punt in Eindhoven. Gelegen op de bovenste verdiepingen van het NH Collection Eindhoven Centre hotel aan de Vestdijk zorgt VANE voor een winnende combinatie van een toprestaurant en een high-end cocktailbar met enorm rooftop terras, beiden met het allermooiste uitzicht over Eindhoven Skyline.

VANE is een ware hotspot, biedt 3 verschillende concepten en is bekend bij zowel de lokale inwoners als de internationale reizigers.

VANE Restaurant biedt een heerlijk fine-dining seizoensmenu en à la carte voor een complete culinaire ervaring. De signatuur van chef-kok Carlo Chantrel is de traditionele Franse keuken met internationale invloeden en het gebruik van prachtige lokale seizoens ingrediënten.

VANE Skybar & Rooftop terras is de stijlvolste cocktail bar met uitzicht waar iedere inwoner en bezoeker van Eindhoven een keer geweest moet zijn en ook zal terugkeren. In combinatie met het rooftop terras biedt het een plek om te genieten van heerlijke bar bites, verfrissende cocktails, exlusieve wijnen en verfijnde champagnes in een relaxte sfeer.

Sinds kort kun je in de Skybar & Rooftop terras ook genieten van VANE Flavours Casual dining, de à la carte kaart is geïnspireerd door smaken van over de hele

wereld en is met zorg samengesteld: creatief, toegankelijk, met focus op smaak en voor ieder wat wils.

Kom samen met je geliefde, je vrienden, familie en/of collega’s binnenkort genieten, de mogelijkheden zijn eindeloos en kunnen volledig naar wens worden ingevuld of je nu met twee of met 150 personen wilt komen.

VANE Restaurant & Skybar Vestdijk 5, Eindhoven 040-8009909 info@vane-eindhoven.nl www.vane-eindhoven.nl Reserveren kan via de website

Ex-tophockeyer Harrie Kwinten combineert zijn skills als De Bedrijfsatleet

‘Doen

is de beste manier van denken’

Harrie Kwinten was tophockeyer. De enige mannelijke wereldkampioen die we binnen de gemeentegrenzen van Eindhoven kennen. Na zijn sportcarrière vervulde hij commerciële functies bij onder meer consultancybedrijven, zowel nationaal als internationaal. Nu combineert hij zijn skills als coach op het snijvlak van topsport en business onder de noemer De Bedrijfsatleet. Zijn credo: ‘Doen is de beste manier van denken'. „Dat schreeuw ik al heel lang van de daken.”

TEKST: HANS MATHEEUWSEN | FOTO'S: : MARGOT JANS

Topsport en business lijken op het eerste gezicht twee verschillende werelden, maar in de kern draaien ze om hetzelfde: presteren op het hoogste niveau. Als voormalig topsporter, wereldkampioen hockey en deelnemer aan de Olympische spelen, weet ik precies wat ervoor nodig is om continu te verbeteren, onder druk te presteren en een winnende mindset te ontwikkelen”, betoogt de geboren en getogen Eindhovenaar. De dood van zijn zus bracht een kentering bij Harrie teweeg. Het bestaan kan zomaar voorbij zijn, hij wilde nog iets met zijn leven doen, iets teruggeven aan de samenleving maar er moest ook brood op de plank komen. Wie hem een beetje kent, weet dat met zijn komst altijd veel energie binnenkomt. Die wilde hij ten positieve aanwenden, in combinatie met zijn psychologische kennis en ervaring door vijftien jaar topsport én zijn jarenlange expertise in het bedrijfsleven. Wie zich aan hem verbindt, doet dat voor honderd procent, is zijn voorwaarde. Ja, soms is hij too much, erkent hij, „maar ik kan niet de helft van mijn energie thuis laten.”

„Met De Bedrijfsatleet breng ik de principes van de

topsport naar het bedrijfsleven. Net zoals een atleet elke dag traint om beter te worden, moeten bedrijven, leiders en teams zich blijven ontwikkelen om te winnen in hun markt. Dat doe je niet alleen met theorie, maar vooral door te doen, analyseren en bijsturen – net zoals in de sport”, aldus Harrie. „Of het nu gaat om het veld - business performance mentoring -, het team - business executive mentoring -, het scouten - business scan - of fans - business development mentoring -, De Bedrijfsatleet helpt organisaties om structureel beter te presteren. Want in business geldt net als in topsport: winnaars zijn niet degenen met het meeste talent, maar degenen die het beste voorbereid zijn.”

Vijfde versnelling

Harrie hockeyde vijftien jaar bij Oranje-Rood-voorloper Oranje-Zwart. Daarvoor speelde hij bij HTCC, was een talent en switchte op zijn zeventiende naar OZ. Hij werd nooit kampioen met de club maar als international wel onverwacht wereldkampioen in 1990 in Pakistan. „We speelden in de finale tegen Pakistan. Op de tribunes zaten zestigduizend gillende Paki’s, wat

‘ Winnaars zijn niet degenen met het meeste talent, maar degenen die het beste voorbereid zijn.
‘Topsport-mentaliteit is een attitude die je hebt, of niet. Ik heb die’

ouders en KLM-stewardessen”, zegt hij met zijn bekende sceptische humor. „Ik speelde de finale niet; in die tijd was er nog geen interchange. Ik voelde me wel volwaardig lid van het team: als je speelt, sta je er, en dan moet je duizend procent leveren. De kracht van het team wordt mede bepaald door de kracht van de bank.” Bij de Olympische Spelen in Barcelona twee jaar later ging het mis. „Door wat misplaatste arrogantie. We zagen wel waar het schip strandde. Want we waren topfit, gingen ervoor en waren toch wereldkampioen geworden? Maar dan mis je net die paar procent die nodig zijn voor een topsport-prestatie. Daarom moet je altijd zorgen dat je ook atleten in je managementteam hebt. Topsport-mentaliteit is een attitude die je hebt, of niet. Ik heb die. Ik kan er niets aan doen. Ik sta ermee op en ga ermee naar bed. Wij dachten het zonder te redden, dat lukt niet, dan ga je eraf. Je moet altijd in zijn vijfde versnelling spelen, en niet in de vierde. Hoeveel coaches hoor je niet zeggen: we begonnen slecht aan de wedstrijd. Gelul! Dat stoort mij enorm. Bovendien zijn zij verantwoordelijk voor de voorbereiding van hun spelers.”

Padellen

Na zijn sportieve carrière probeerde Harrie het nog een tijdje bij Oranje-Zwart maar spelen op een lager pitje beviel hem niet. Harrie gaat alleen maar tot het gaatje, zegt hij: „Ik was er klaar mee. Er wordt in Nederland te weinig op honderd procent getraind. En hoe speel je op de wedstrijddag dan wel voluit? Dat is de wet van afnemende meeropbrengst: je kunt trainen en trainen maar als dat nooit op honderd procent kan, ga dan padellen of zo… Ja, dat meen ik.”

Ook in coachen had hij niet zo’n zin. „Dan heb je verlengstukken van jezelf nodig in het veld... Er zit een hoop waarheid in sportpsychologie. Wat was volgens Cruijff de impact van een rode kaart? Het team van tien denkt: godverdomme, we hebben een man minder; we moeten harder werken. Die elf denken: dat is lekker; we hebben een man meer... Nou, wie staat er dan mentaal voor op dat moment?”

Harrie is erelid van Oranje-Zwart cq Oranje-Rood. Zijn betrokkenheid bij het spelletje bestaat nog uit het

becommentariëren van tophockeywedstrijden voor Viaplay. „Ik ben niet echt actief bij de club Oranje-Rood betrokken. Voor Viaplay moet ik natuurlijk wat neutraler zijn; ik krijg ook wedstrijden van Oranje-Rood toebedeeld. Mensen horen toch wel dat ik uit Eindhoven kom. Ik zal mijn afkomst nooit verloochenen. Ik ben mijn eigen nulmeting. Ik kan de wedstrijd lezen, zie technisch wat er gebeurt. Als er ergens een Argentijnse speler uit de hoge hoed wordt getoverd, verdiep ik me wel in hem.”

Mensenmens

Harrie beschouwt zichzelf als een gewone, gezellige Brabantse jongen in de categorie what you see is what you get. Dat geldt tevens voor zijn coaching als De Bedrijfsatleet. „Ik doe geen rollenspellen, ik ga met je het veld in”, legt hij uit. „Kijk, het stikt van de coaches. Ten opzichte van velen heb ik een unieke propositie want wie is er wereldkampioen geworden of heeft deelgenomen aan de Olympische Spelen? Van alles wat jij kent en kunt, volg ik de tien, twintig, zeventig procent-regel. Tien procent heb je formeel geleerd, twintig procent is wat je van collega’s opsteekt en zeventig procent is het gevolg van begeleiding en coaching in het veld.

Ik barst nog steeds van de creativiteit maar wil me nu op De Bedrijfsatleet focussen. Ik ben geen psycholoog, ik ben geen dokter, ik ben geen HR-manager. Ik perform langs de as van IQ en EQ, en langs die van SQ: de spirituele quotiënt: Wie ben jij? Waar sta je voor? Wat wil je echt? Dat is de taal van het hart. Dan heb je ook nog FQ, dat is de fysiologische as: hoe fit ben je? Dan koppel ik je aan een coach op dat vlak. Ik doe niet alles zelf, werk samen met anderen. Kijk, ik kom niet alleen gezellig langs, ik speel geen rol, ik steek geen parochieverhaal af maar ik heb een dik werkboek, je moet aan de bak want doen is de beste manier van denken. Ik ben een blijver, minimaal zes maanden. Ik krijg hier echt energie van. Commercie was lang mijn comfortzone. Maar ik ben een mensenmens en intrinsiek geïnteresseerd in anderen. Ik neem mensen serieus en echt mee. Da’s best een frustratie: ik had hier tien, vijftien jaar eerder mee moeten beginnen.”

‘ Wie ben jij? Waar sta je voor? Wat wil je echt? Dat is de taal van het hart ’

Afl. 20: Ellen Schoone, founder en directeur van de Stichting Brainsupport

‘De samenleving wordt ingewikkelder, jongeren lopen tegen zaken aan’

TEKST: HANS MATHEEUWSEN I FOTO’S: DCI MEDIA

Ik ben geboren in Eindhoven, moeder van drie kinderen en zeven kleinkinderen. Ik ben mede-eigenaar van Medisch Centrum Westerhoven. Wij kwamen daar terecht omdat mijn man er een huisartsenpraktijk begon. Die loopt goed waardoor ik op een gegeven moment bedacht om iets anders te gaan doen. Ik was altijd al geïnteresseerd in de mentale gezondheid van mensen. Ik volgde veel opleidingen, van de ene kwam de andere. Ik ben inmiddels onder andere relatietherapeut, psychodynamisch therapeut en stressconsultant. Ik heb me verdiept in methodes om mensen in mentale nood te helpen: wat werkt nu echt? Daarna heb ik een bedrijf opgericht, Zipperr, dat werkzaam is voor bedrijven en instellingen in het land. Ik heb een team van goed opgeleide coaches met veel levenservaring om me heen.

Gaandeweg kwamen we erachter dat mentale problemen in een veel vroeger stadium moeten worden aangepakt. Bovendien vond ik dat ik iets moest terugdoen voor de samenleving. Dat werd de Stichting Brainsupport, zonder winstoogmerk. We richten ons op jongeren met spanningen maar gebruiken dezelfde methodes als die we in het bedrijfsleven gebruiken. We hebben samen met Kameleon Professionele Weerbaarheid & Empowerment wel een speciaal, preventief programma voor jeugd ontworpen dat Gamechangers heet. Het komt neer op weerbaarheidstrainingen, zowel in groepsverband of klassikaal als indivdiueel. Veel jongeren hebben ondanks hun leeftijd al veel meegemaakt. Ons doel is om

ze in hun kracht te zetten. Wij kijken vanuit de positieve gezondheid omdat wij daarin geloven. Elk kind heeft een potentieel in zich en dat halen wij naar boven. Wij bieden dit programma aan op scholen. Zij zijn enthousiast. Er zijn veel aanmeldingen. Van leerlingen waaronder bijvoorbeeld jonge sporters op scholen die hun prestaties willen verbeteren. Ik heb diverse topsporters begeleid.

De stichting heeft sponsoren, voornamelijk bedrijven maar bijvoorbeeld ook de Stichting Thomas van Villanova. Voor financiële steun hebben we ook de Vrienden van Brainsupport opgericht. Twee trainers geven in vier dagen drie uur les, voor de groep, van maximaal twintig leerlingen. We sluiten aan bij de belevingswereld van jongeren, onder andere door gebruik te maken van virtual reality-brillen. Er ontstaat een groepsgevoel. Je ziet zo’n klas helemaal veranderen want de leerlingen stellen zich kwetsbaar op. Ze begrijpen elkaar steeds meer en beter. We willen graag verbinding maken. Dat is hard nodig. Hoe dichter de jongeren bij zichzelf komen, hoe weerbaarder ze worden. De wereld om hen heen verandert snel, en daarin moet je je maar staande zien te houden. Dat is voor het ene kind gemakkelijker dan voor het andere, kinderen kunnen met 10-0 achter staan, en dat kan mede afhankelijk zijn waar hun wieg heeft gestaan.

We kweken begrip voor elkaar, dan wordt het gemakkelijker om elkaar te begrijpen. We leren ze over de werking van het brein. Hoe reageer je op een situatie? Je ziet bij jongeren bijvoorbeeld dat de emotie-regulatie niet altijd goed werkt; dat ze snel boos worden. We maken

Onderstroom de staat van sociaal nederland

‘Sommige kinderen worden snel boos, anderen raken geïrriteerd, neigen naar agressie, of bevriezen juistʼ

ze bewust van die situatie. Daar gebruiken we ReAttach voor als methode. Die is ontwikkeld door Paula Bartholomeus, ze heeft veel kinderen gediagnosticeerd. Kinderen hebben terugkerende mentale problemen door overprikkeling. Ze krijgen veel prikkels binnen, onder andere door social media, waardoor de emotionele- en informatieverwerking stopt. Hun schijf zit op enig moment gewoon vol. Elk kind verwerkt dat op zijn of haar manier. Sommigen worden snel boos, anderen raken geïrriteerd, neigen naar agressie, of bevriezen juist. Dat heeft allemaal effect op hun prestaties op school. De maatschappij stopt jongeren in hokjes, hangen er een label aan. Wij kijken waar ze echt last van hebben.

Van alles wat we doen, is vijf procent bewust gedrag en vijfennegentig procent onbewust gedrag. Ondanks hun problemen vinden veel jongeren een manier om in beweging te komen. Bij ReAttach hoeven ze niet te praten. Praat maar eens over je gevoel terwijl je zelf niet precies weet hoe het zit. Dat hebben wij als coaches en volwassenen ook. Ze mogen erbij komen zitten. We raken op enig moment wel in gesprek en geven dan opdrachten mee die we van tevoren afspreken. Voor het individuele traject moeten leerlingen zichzelf aanmelden. Dat gebeurt ook. Dan komt er een jongen binnen die zegt dat hij wil meedoen omdat hij snel boos wordt en daar vanaf wil. Daar zoeken wij dan de juiste coach bij. Onze medewerkers trainers hebben een achtergrond vanuit het onderwijs, de jeugdzorg, GGZ en forensisch werk. Zij weten hoe met jongeren om te gaan. Daar ligt hun hart. We horen verhalen van kinderen waarvan wij vinden dat het knap is dat zij nog functioneren. Niet zelden kennen ze een thuis-situatie die problematisch is. Financiële stress, of relationele problemen van de ouders. De onderlinge sociale druk speelt een grote rol. En dan moeten ze op school presteren, terwijl je niet goed in je vel zit of onzeker bent.

Wij stimuleren dat kinderen zich kunnen inleven in de situatie van de ander. Wij werken heel erg op de empathie. Als jij je al niet kunt inleven in de gevoelswereld van jezelf, hoe kun je dat dan in die van een

ander? Jongeren leven steeds meer in hun eigen bubbel. Corona heeft dat nog eens verergerd. Zij sluiten zich af. Alles gaat over social media. Denk aan pesten. Dat komt veel voor. Gaat ook gemakkelijk via social media. Ik denk dat er sinds corona onder jongeren veel meer eenzaamheid voorkomt. Het sociale isolement heeft negatieve invloed op hun ontwikkeling gehad. De vraag is waardoor het gedrag wordt veroorzaakt. Trauma’s bijvoorbeeld, waardoor iemand ineens kan worden getriggerd. Een ander begrijpt dan niet wat er aan de hand is. En als er een conflict in een groep ontstaat, dat begint tussen twee mensen, dan leg ik precies uit hoe dat in elkaar zit en werkt, met de vraag waarom iemand wordt getriggerd. Mensen maken steeds moeilijker persoonlijk contact, onder invloed van bijvoorbeeld de smartphones. Het is een andere reden waarom jeugd het moeilijker heeft. Ik vraag wat jongeren zélf willen. Over het algemeen willen ze zelf heel graag meedoen. Maar ze maken deel uit van een groep, of van een cultuur. Dat is in het bedrijfsleven ook. Zelf vind ik dat geweldig. We kunnen allemaal iets van elkaar leren.

Met de training willen wij bereiken dat de maatschappij weer wat toleranter wordt. Houd eens rekening met de ander. Onze methode is er juist op gericht om kinderen uit die hokjes te halen. Iedereen heeft zijn kwaliteiten, en zijn valkuilen. Maar juist door het stigmatiseren van kinderen lopen we het risico dat zij zich hier naar gaan gedragen. Ik zou het mooi vinden als mentale gezondheid een vast onderdeel wordt van het lespakket op school, op welke manier dan ook, liefst een vak. De samenleving wordt steeds ingewikkelder, jongeren lopen tegen zaken aan. Dan helpt het als je wat meer weet van de psychologie van mensen. Waarom wordt daar geen aandacht aan besteed? Voor mijn part al op de basisschool. Ik vind dit heel essentieel want dit gaat over hoe wij met elkaar - willen - omgaan in de maatschappij. Anders zijn mensen straks nog louter gericht op zichzelf en snappen niet meer wat er in de ander omgaat. Het gaat om het verhaal achter het verhaal. Wij zien alleen de buitenkant van mensen, waar dan ook nog eens een label op wordt geplakt terwijl onvoldoende wordt geke-

‘Het brein is negatief ingesteld. Wij vinden nogal snel dat iets niet goed is. Maar is dat wel zo? ʼ

ken naar de bron van het gedrag. Mensen gaan vanzelf geloven in dat label, als het maar vaak genoeg tegen je wordt gezegd. Dan komt er een kind binnen en dat zegt: ‘Ik ben autistisch’. Dan vraag ik: ‘Oké, maar wat ben je nog meer?’

Iedereen is verschillend. Je hebt een buitenwereld en een binnenwereld. Het gaat ook vaak over respect. Laten we elkaar respecteren zoals we zijn. Dat er iemand naar je

luistert zonder oordeel. Waardoor jongeren hun verhaal durven doen. Wij zijn erop getraind om geen oordeel te hebben. Ik zit nu dertig jaar in dit vak. Ik vraag me regelmatig af wat ik gedaan zou hebben in een bepaalde situatie. Het brein is negatief ingesteld. Wij vinden nogal snel dat iets niet goed is. Maar is dat wel zo? Er kan nog veel aan perceptie worden gedaan. Ons streven is dat wij meer begrip voor elkaar krijgen waardoor ook de wereld weer een beetje mooier wordt.”

Ellen Schoone heeft veel ervaring en expertise in het coachen en trainen van mensen. Ze is founder van haar bedrijf Zipperr. Haar doel is de weerbaarheid van mensen vergroten. Daartoe heeft ze de Stichting Brainsupport opgezet, die op scholen jongeren helpt om hun mentaal fundament te verbeteren. Meer informatie over de stichting is te krijgen door een e-mail te sturen naar info@brainsupport.nl. Vriend van de stichting worden kan ook, via www.brainsupport.nl.

'Technologie is onderdeel van onze natuur'

Next Nature onderzoekt de toekomst van de aarde

Sinds tweeënhalf jaar heeft Brainport er een prachtig museum bij. In het Next Nature Museum ervaren bezoekers hoe in de toekomst technologie zich zal gaan ontwikkelen. Want, zo zeggen ze er: technologie is nu eenmaal onderdeel van onze natuur, een tweede natuur zelfs. Het museum bevindt zich in het meest aansprekende gebouw dat je je kunt voorstellen: het Evoluon aan de Noord-Brabantlaan. Het

Next Nature Museum nodigt bedrijven en organisaties uit om via maatwerkprogramma’s hun visie op technologie, denken en samenleving voor een breed internationaal bezoekerspubliek tot leven te wekken.

TEKST: RONALD FRENCKEN | FOTO’S: RENÉ MANDERS/DCI MEDIA

Na oplevering in 1966 werd het Evoluon door de firma Philips aan Eindhoven geschonken. „Toen was het al een toekomstmuseum”, zegt Hoofd Fondsenwerving Robert Valentijn van Next Nature. „ Het Evoluon droeg eraan bij dat veel kinderen kozen voor een technische opleiding. Wij zien nog steeds dat bezoekers, waaronder veel kinderen, hier gefascineerd raken door de immersive ervaring die wij ze meegeven. Wij zitten in een regio waar het bedrijfsleven roept om technisch georiënteerde mensen. Wij interesseren onze bezoekers voor technologie. Dat geldt ook voor de jeugd. Het is één van de pluspunten die het Next Nature Museum bestaansrecht geven. Daarom zijn wij én het bedrijfsleven gebaat bij een goede wisselwerking.”

Immersive

Tijdens het gesprek komt de term regelmatig terug: immersive. Het is een van de stokpaardjes van Next Nature. „Het betekent dat wij de bezoeker een totaalbelevenis meegeven”, zegt Robert. „Waar het bij veel musea gaat om passieve ervaringen, zoals ervaren wat een mooi schilderij met je doet, wat natuurlijk machtig is, dompelen wij de bezoeker onder en laten deze de toekomst echt ervaren; zien, horen en voelen.” In het museum dagen mens, natuur en techniek elkaar uit. Via vier samenhangende exposities maken bezoekers een spectaculaire reis naar vier spheres.

De Geosphere, de Biosphere, de Technosphere en de Mindsphere maken mogelijke toekomstperspectieven inzichtelijk voor de bemanning van ‘ruimteschip Aarde’. De Mindsphere is al klaar, de overige drie spheres worden nu gefaseerd ontwikkeld en zijn eind 2027 helemaal af. Ze hebben dan de expositie die nu nog draait, RetroFuture, vervangen. Deze brengt op een fascinerende manier in beeld hoe mensen in de loop van de geschiedenis over de toekomst nadachten. Slimme koppen

Het Next Nature Museum gaat verder dan het beschrijven van toekomstdromen. „Wij hebben niet zelf alle kennis om de toekomst te duiden. Hiervoor zijn slimme denkers nodig. Het museum heeft een bevlogen

founder en een eigen curator. Samen met een gespecialiseerd team van internationale experts waarmee wij samenwerken, denk aan wetenschappers en eigenzinnige denkers maar ook aan prominenten zoals André Kuipers en het bedrijfsleven, brengen wij reële toekomstscenario’s in beeld.” Het museum spreekt ook internationaal enorm aan. Dat is omdat Next Nature al vijftien jaar als reizende expositie wereldwijd allerlei steden aandoet. Bijzonder is dat het museum in 44 landen, zelfs in Australië, supporters heeft. „ Deze denkers helpen ons om onze toekomstvisie goed voor het voetlicht te brengen zodat wij zo nauwgezet en effectief mogelijk impact kunnen maken op de samenleving.”

Digital Wellness Center

We maken met Robert een rondje over de ringen onder het dak van het Evoluon. Hij laat zien waar het Next Nature Museum met het bedrijfsleven de komende jaren naartoe wil. Op de bovenste ring vind je bijvoorbeeld het Digital Wellness Center, een onderdeel van de Mindsphere. „Hier combineren wij aan de hand van fractals, oneindig herhalende patronen, de kracht van technologie met rustgevende effecten uit de biologie. Maar we laten ook zien wat de gevolgen zijn van de smartphone op ons leven, en hoe we hiermee goed kunnen omgaan. Bezoekers maken ook kennis met de mogelijkheden om via AI met diertjes in de grond te communiceren, en hoe je leeft in een interieur dat volledig uit levende materialen bestaat. Dat zijn heel bijzondere ontdekkingsreizen.”

Stijgende bezoekersaantallen

Nu het Next Nature Museum er is neergestreken, is het definitief gedaan met de ‘verhuurschuur’, waar het publiek het Evoluon de laatste twintig jaar van kende. Het museum is een blijver, in de Brainportregio én in het Evoluon, weet Robert. „De bezoekersaantallen stijgen. Vorig jaar ontvingen wij 62.000 particuliere bezoekers en circa 30.000 zakelijke bezoekers. Dan zijn er nog 7.000 scholieren van het basis- en voortgezet onderwijs. Bezoekers komen uit de regio, maar wij ontvangen ook veel toeristen die via de social kanalen over het museum hebben gehoord, en nieuwsgierig zijn hoe mens, natuur en techniek elkaar uitdagen. Ze kopen één kaartje en mogen door het hele Evoluon en natuurlijk ook op alle ringen.”

Funding

Robert is er duidelijk over: alleen met steun van het bedrijfsleven en organisaties kan het museum de gewenste impact maken. Er is nog een weg te gaan. „Zie ons als de regionale startup die stappen moet zetten om

‘Waar het bij veel musea vaak gaat om passieve ervaringen,

dompelen wij de bezoeker onder en laten deze de toekomst echt ervaren; zien, horen en voelen’

de funding op orde te krijgen. Er zijn al tal van actieve samenwerkingen met partners, maar er is meer nodig. Een museum als het onze maken en onderhouden is niet goedkoop. Wij gaan veel verder dan een stukje technologie tonen of kunstwerken aan de muur hangen. Wij kopen ook geen kant-en-klare collecties aan, maar komen met eigen curatie en producties. Wij doen er alles aan om met onze visie relevant te blijven. Daarvoor hebben wij onze partners in het bedrijfsleven hard nodig.”

Samenwerken met bedrijfsleven

Het Next Nature Museum biedt alle mogelijkheden voor een productieve samenwerking. „Richt je je als

vooruitstrevende organisatie op de toekomst, dan biedt ons museum tal van haakjes om je boodschap op een aansprekende manier te vertellen aan een breed publiek. Over de mogelijkheden gaan wij graag met je in gesprek. Alles kan, van een financiële afspraken tot barterdeals. Wij bieden educatieve programma’s en tijdens Friday Next-avonden ontmoeten partners elkaar. Onze expositie op de ringen biedt daarnaast allerlei mogelijkheden voor bedrijfsbijeenkomsten in een impactvolle, inspirerende omgeving. De mogelijkheden zijn onbeperkt.”

Zestig jaar Evoluon in 2026

In 2026 is het zestig jaar geleden dat de inwoners van Eindhoven het Evoluon cadeau ‘kregen’. Het wordt een feestelijk jaar met volop publicitaire mogelijkheden voor de partners. De mogelijkheden onderzoekt het museum nu. Het Next Nature Museum gaat daarom graag in gesprek met ondernemers die willen partneren. Ben je geïnteresseerd? Neem dan contact op met Robert Valentijn, 06 - 23 67 97 43 of stuur een e-mail naar robert@nextnature.net

Directeur Niels Dusee van ontwikkelaar SDK Vastgoed nodigt high tech markt uit

Brainport Industries Campus is klaar voor nieuwe toekomst

Eindhoven telt drie campussen van nationaal belang. Een daarvan is Brainport Industries Campus, waar op 105.000 vierkante meter hoogwaardige maakindustrie en onderwijsinstellingen zijn gevestigd. BIC gaat volgend jaar fors uitbreiden. De campus wordt drie keer zo groot. Ontwikkelaar SDK Vastgoed is klaar voor de presentatie van dit tweede cluster, zegt directeur Niels Dusee: „Dit is een open uitnodiging voor de hele high tech markt.”

TEKST: HANS MATHEEUWSEN | FOTO: ERIK DE BOUWER

De high tech markt beperkt zich niet tot de Brainportregio maar betreft die in het hele land, aldus Niels. „We zijn klaar om de gesprekken aan te gaan; om samen te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn voor bedrijven om onderdeel te worden van de Brainport Industries Campus. Om uit te breiden of zichzelf sterker in de markt te zetten, hun businesscase robuuster te maken en een efficiënter bedrijfsproces plaats kunnen laten vinden om zichzelf steviger te verankeren in de markt van de high tech maakindustrie.”

Brainport Industries Campus is gevestigd in het noordwesten van Eindhoven, in de groene long van de stad naast Eindhoven Airport. Vanwege het (inter)nationale, strategische belang van de high tech maakindustrie voor Nederland - en Europa - én ten behoeve van de werkgelegenheid in de regio verwierf de gemeente Eindhoven onlangs cluster 1 in eigendom. Ontwikkelaar SDK Vastgoed heeft de plannen voor een uitbreiding van de campus met nog eens ruim 225.000 vierkante meter rond. Dit cluster 2 wordt in fases gebouwd naast

de regionale luchthaven. Ten noorden van de Oirschotsedijk wil de Veldhovense chipmachinefabrikant ASML op BIC uitbreiden met kantoren en fabrieken voor 20.000 nieuwe werknemers.

Niels spreekt in dat verband van BIC Noord. Zoals hij ook inmiddels spreekt van hoogwaardige maakindustrie. „De high tech maakindustrie is deel van de hoogwaardige maakindustrie. Die verbreedt zich. Wij hebben de deuren opengezet voor dit bredere perspectief. Dan gaat het om batterij-technologieën, fotonica, de verdere ontwikkeling van semicon (halfgeleiders – red) en kwantumtechnologie. De canon van de high tech maakindustrie binnen Brainport verbreedt zich. De partijen die hierin succesvol zijn, maken de grootste groei door op BIC omdat zij daar gevestigd zijn met gelijkgestemden en de ontwikkeling is ingebed in het specialistische gedachtegoed van deze bedrijven. Zij kunnen op de campus het beste uit zichzelf halen.”

‘We hebben straks een prachtig open campuscomplex dat voor zestig procent in de natuur ligt.’

Stroom

Brainport Industries Campus is een relatief nieuwe loot aan de boom van erkende campussen in Eindhoven. De andere zijn die van de Technische Universiteit en de High Tech Campus Eindhoven (HTCE). BIC opende in 2019 zijn deuren. Het is niet alleen de snelst groeiende campus van het land maar verwierf binnen vijf jaar de status van nationaal belang, in navolging van de TU/e-campus en HTCE. Dit bewijst volgens Niels dat BIC zijn bestaansrecht al meer dan heeft bewezen. „De bedrijvigheid op de campus groeit, een OEM’er als ASML trekt hier naartoe. Dit is hét moment voor bedrijven om aan te sluiten. BIC Cluster 2 is klaar voor de markt, alle voorwaarden voor bedrijven om succesvol te kunnen zijn, zijn aanwezig.”

SDK Vastgoed heeft de grenzen van de mogelijkheden van he tweede cluster opgezocht, verklaart Niels het hoge tempo van de ontwikkeling. „Wat betreft de infrastructuur; wij kunnen in elk geval continuiteit bieden waar het gaat om stroom. Dat is op zich al een unqiue selling point. Het is een belofte die wij kunnen waarmaken. We rollen innovatieprogramma’s en de mogelijkheden voor talentontwikkeling verder uit, in samenwerking met de onderwijsinstellingen en de Campus Ontwikkelings Organisatie, waarin naast SDK de provincie Brabant en de gemeente Eindhoven vertegenwoordigd zijn. Samen zorgen we ervoor dat over vijf of tien jaar bedrijven door kunnen gaan met hun ontwikkeling.”

Dat is de harde kant van de voordelen van de Brainport Industries Campus maar er is volgens Niels ook een zachte kant. „BIC is een plek geworden waar je samenkomt en mensen ontmoet. De toevallige ontmoeting is een belangrijke kernwaarde. Zelf heb ik vanochtend een belangrijk deel van mijn eigen netwerk hier gezien en gesproken. We hebben een paar jaar last gehad van corona maar er ontwikkelt zich een community over de volle breedte, zowel binnen de high tech als politiek. We willen nu doorgroeien naar een volwassen campus.” Dat kan door nog actiever te programmeren voor een breder publiek, betoogt de SDK Vastgoed-directeur. „Voor alle lagen van de bevolking, vanaf de basisschool. Het onderwijs nog meer betrekken.

We willen talent kennis laten maken met techniek. Voorzieningen uitbreiden. Het zijn tevens de lessons learned van BIC Cluster 1. Hoe kunnen we zorgen dat we nog beter aansluiten op de behoeften van de markt, meer traffic genereren zodat wij de verbinding en de ontmoeting nog beter kunnen faciliteren waardoor het netwerk van en voor bedrijven groeit? We hebben straks een prachtig open campuscomplex, dat voor zestig procent in de natuur ligt. Het is een ambitie om als ontwikkelaar daar het maximale uit te halen om het ecosysteem verder te laten groeien.”

Parken

Niels prijst moederbedrijf en bouwconcern VolkerWessels, waar SDK Vastgoed een dochter van is, voor de ruimte om te investeren in goede ideeën, zoals hij het noemt. Vooralsnog opnieuw voor eigen rekening en risico, zoals in geval van BIC 1. Beperking en beheersing van risico’s is een uitgangspunt, evenals strak aan de wind zeilen, aldus de directeur, maar hij heeft alle vertrouwen in de markt want de industrie heeft behoefte een ruimte. „In cluster 1 zitten een vijftigtal bedrijven, allemaal kwalitatief hoogwaardige huurders. We trekken de structuur van BIC door wat betreft modulariteit en opbouw. We vergroten de mogelijkheden voor daglicht en betere zichtbaarheid. Er is ruimte voor uitstraling van de bedrijven, bijvoorbeeld richting de A2.”

Brainport Industries Campus Cluster 2 wordt gebouwd in een groene, natuurlijke omgeving, voegt Niels toe aan de propositie. „Er lopen eigenlijk twee parken tussen de gebouwen door. Deze zijn openbaar, met een learning path. Mensen kunnen hier doorheen lopen en kennismaken met de high tech maakindustrie. Onbekend maakt onbemind. Wij willen de campus verder openen en meer zichtbaar maken wat daar gebeurt. We willen mensen fan van techniek maken en verliefd laten worden op de hoogwaardige maakindustrie en de mogelijkheden die de campus biedt.”

SDK Vastgoed

Philitelaan 73, Eindhoven

085 - 560 05 20 www. brainportindustriescampus.com info@brainportindustriescampus.com

Een bijzondere vraag

Soms krijg je een vraag die je niet meer loslaat. Een vraag die alles zegt over vertrouwen, kwetsbaarheid en de kracht van verbinding.

Ze had zich net ingeschreven voor taallessen bij ons, bij Stichting Ik Wil in Eindhoven. Samen met haar schoonmoeder kwam ze kennismaken. We spraken over het leven in Nederland, over kansen, over taal. Het klikte meteen. Na afloop wisselden we telefoonnummers uit. Af en toe stuurde ze me een berichtje met een praktische vraag. Tot ik hoorde dat ze zwanger was.

Ik was blij voor haar, maar stond er niet meteen bij stil hoe ingewikkeld haar situatie eigenlijk was. Ze woonde nog maar kort in Nederland, sprak nauwelijks de taal, had geen netwerk. Haar man werkte veel. Familie had ze hier niet, en mensen in haar omgeving spraken ook nauwelijks Nederlands.

Toen ze me later een bericht stuurde, moest ik het twee keer lezen: 'Wil jij alsjeblieft bij mijn bevalling zijn?'

Ik schrok. Niet uit afwijzing, maar uit besef. Wat een intieme vraag. Wat een vertrouwen. We kenden elkaar amper. En toch voelde zij zich veilig genoeg om dit aan mij te vragen. Ze had niemand anders.

Mijn eerste reactie was twijfel. Ik heb een druk leven en dit is geen kleine verantwoordelijkheid. Maar ik dacht ook: wat als ik in haar schoenen stond? Alleen, in een nieuw land, zwanger, en afhankelijk van mensen die ik nauwelijks ken?

Ik besloot haar te helpen. Niet door er zelf bij te zijn, maar op een manier die duurzaam voelde. Ik vroeg of ze ervoor openstond dat ik vrouwen zou zoeken die haar konden bijstaan. Ze zei ja. Ik plaatste een oproep op Facebook. Binnen een halve dag meldden zich vijf vrouwen. Ze spraken Turks én Nederlands. Geen van hen kende haar. En toch wilden ze helpen.

De bevalling werd uiteindelijk begeleid door een groep vrouwen die elkaar afwisselden via een WhatsApp-groep. Als de een weg moest, stond de ander alweer klaar. Zonder voorwaarden. Zonder oordeel.

Voor mij bevestigde dit opnieuw wat ik eigenlijk al wist: menselijkheid is springlevend. En het liet zien hoe krachtig een netwerk kan zijn. Zelfs een klein, (digitaal) netwerk van vreemden die bereid zijn elkaar bij te staan. In een tijd waarin we allemaal druk zijn, is dit een waardevolle herinnering: je hoeft het niet alleen te doen. En soms ben jij precies diegene die het verschil maakt.

Catharina Ziekenhuis maakt het verschil met innovaties, leefstijlverandering en samenwerking

Samen slim werken aan hart en vaten

Hart- en vaatziekten treffen inmiddels zo’n 1,7 miljoen Nederlanders. Zonder verandering kan dit volgens de Hartstichting oplopen tot 2,7 miljoen. Veel werkdruk, weinig tijd, vaak onderweg, iets teveel kilo’s, wat kun jij allemaal doen om niet bij de risicogroep te horen? Het Catharina Ziekenhuis werkt met partners als Philips en TU/e hard aan slimmere zorg én gezondere levens en dat begint steeds vaker vóór de operatiekamer. Ook buiten het ziekenhuis valt nog winst te behalen. Wie actief aan leefstijl werkt, voelt zich fitter, presteert beter en helpt de zorg ontlasten.

TEKST: FRANK VAN DER LINDEN | FOTO'S: ROB ENGELAAR

„ Je kunt zeker stellen dat de Brainportregio voorop loopt als het gaat om het groeiend aantal hart- en vaatziekten. Dit komt natuurlijk omdat onze regio booming is. Meer inwoners betekent meer patiënten. Daarnaast zijn er volgens mij relatief veel stressvolle banen, waarbij mensen, en dat geldt zeker ook voor jongeren, niet altijd de meest gezonde leefstijl erop nahouden. Feit is dat de druk op de ziekenhuizen, ook bij ons, steeds meer toeneemt”, aldus Eva Wisse, directeur van het Hart- en Vaatcentrum Catharina Ziekenhuis. Een centrum dat nationaal en internationaal bekend staat als specialist op dit gebied. Zij zijn dan ook voortdurend bezig met innoveren, manieren bedenken om behandelingen steeds meer te optimaliseren. Eva Wisse; „Het meeste effect bereik je uiteraard met preventie. Daarom werken wij aan

de start van een leefstijlpoli en zoeken daarbij actief de samenwerking met huisartsen en verwijzers. Maar ook tijdens een behandeling is er nog positieve invloed door leefstijl. Een goed voorbeeld hiervan is het onderzoek dat cardioloog en hoogleraar TU/e Lukas Dekker onlangs deed, naar de effecten van leefstijl op de behandeling van boezemfibrilleren.”

Leefstijlverandering verkleint kans op ingreep bij boezemfibrilleren Boezemfibrilleren is de meest voorkomende ritmestoornis en komt vooral voor boven de zestig jaar. Het veroorzaakt klachten van vermoeidheid en hartkloppingen maar ook verhoogde kans op beroerte en hartfalen. Het Catharina Ziekenhuis past inmiddels zo’n duizend keer per jaar de zogenaamde ablatie als behandeling toe bij boezemfibrilleren. Een ingreep met katheters via de lies, waarbij met elektrische pulsen hartspiercellen die de stoornis veroorzaken worden uitgeschakeld. Lukas Dekker; „Met deze methode waren we al bij zo’n zeventig procent van de patiënten succesvol na één ingreep. We willen het liefst naar honderd procent, dus onderzochten we met een subsidie van ZonMW binnen het Eindhoven MedTech Innovation Centre (e/MTIC) de

EVA WISSE EN MARK STOFFELS

invloed van leefstijlverandering op deze behandeling. Dit is een samenwerkingsverband tussen de TU/e, Máxima MC, Kempenhaeghe Epilepsie- en Slaapcentrum, Philips en Catharina Ziekenhuis. We deden een studie onder 150 patiënten, die naar ons centrum waren verwezen voor de ingreep. De helft doorliep het gebruikelijke pad en de andere helft kreeg eerst maximaal zes maanden leefstijlbegeleiding.” Er werd onder andere gewerkt aan overgewicht, hoge bloeddruk, alcoholgebruik en slaapapneu. Men keek per patiënt waar winst te behalen viel, want niet iedereen kon én stoppen met roken, én afvallen, én meer bewegen. Het leverde significante resultaten op. Lukas Dekker is tevreden en werd hier en daar nog verrast. „Bij de leefstijlgroep daalde het aantal tweede ingrepen tot nog maar achttien procent. Bovendien heeft het nog andere mooie inzichten opgeleverd. Zo ontdekten we dat slaapapneu een onderschatte oorzaak is van boezemfibrilleren. En het onderzoek maakt duidelijk dat een ablatie een goed moment is om patiënten bewust te maken van het belang van een goede leefstijl. Soms was een ingreep zelfs helemaal niet meer nodig. Door de inzichten pleit ik nu nog meer voor structurele aandacht voor leefstijl.”

Techniek en zorg hand in hand Technologische ontwikkelingen spelen eveneens een belangrijke rol in het verbeteren van het proces. Met Philips als partner is het Catharina Ziekenhuis voortdurend op zoek naar innovaties om de druk op de zorg te verminderen en behandeling voor patiënten minder ingrijpend te maken. Wereldwijd gebruikt ruim de helft van alle hart- en katheterisatiecentra Philips apparatuur. Vanuit R&D in Best en Eindhoven zoekt het bedrijf continu naar innovaties. Mark Stoffels, business leader image guided therapy; „Onze apparatuur voor beeldgestuurde behandelingen is belangrijk om zo efficiënt en effectief mogelijk de diagnose te stellen. Kunstmatige intelligentie is een interessante ontwikkeling om artsen hierbij nog beter te ondersteunen. En in aanvulling op het verhaal van Lukas, we zijn bezig met een uitrol van een wearable ePatch. Een op een pleister gebaseerde patiënt-

‘Wereldwijd gebruikt ruim de helft van alle hart- en katheterisatiecentra Philips apparatuur’
LUKAS DEKKER
‘Een op een pleister gebaseerde patiëntvriendelijke sensor, die data genereert waarmee AI helpt om nog beter boezemfibrilleren op te sporen’

vriendelijke sensor, die data genereert waarmee AI helpt om nog beter boezemfibrilleren op te sporen.”

Eva Wisse; „Gezien mijn achtergrond aan de TU/e houd ik van technologie, maar wij kijken steeds hoe dit ten dienste staat van de patiënt en het verbeteren van het proces. Een mooi voorbeeld waar dit hand in hand gaat is de nieuwe - wetenschappelijk bewezen - patiëntvriendelijke endoscopische bypass operatie (Endo-CAB), die in het Catharina ontwikkeld werd.”

Dankbare patiënten en ziekenhuizen

Bij een traditionele bypass hartoperatie moet het borstbeen geopend worden. Bij Endo-CAB volstaat een klein sneetje tussen de ribben, ofwel minimaal invasief. In zo’n drie jaar tijd voerde cardiothoracaal chirurg Ferdi Akca al zeshonderd van deze operaties uit. „Ondertussen heb ik tevens de nodige andere chirurgen mijn methode mogen leren, mooi, want wij vinden kennis delen heel belangrijk. Cruciaal is dat chirurgen volledig vertrouwd zijn met deze manier van opereren. De voordelen zijn evident: minder complicaties en bloedverlies, sneller herstel en cosmetisch fraaier. Kortom goed voor patiënt én ziekenhuis. Mensen komen van heinde en ver voor deze operatie en het wordt tot in het buitenland steeds meer toegepast. Het is onze missie dat dit binnen vijf jaar de standaard is. Het levert immers tevreden patiënten én ziekenhuizen op.”

Eva Wisse is in ieder geval blij met iedere stap waarmee deze doelen bereikt worden. „De druk is hoog, maar we houden grip. Elke extra patiënt die tevreden naar huis mag telt voor ons. Daarvoor is naast de enorme inzet van onze medewerkers dus ook innovatie en veel aandacht voor leefstijl belangrijk. Tegelijkertijd zijn we in gesprek met gemeenten en trekken we samen op met andere partijen om voldoende budget te krijgen voor zorgpadvernieuwing voor onze groeiende Brainportregio. Door goede multidisciplinaire samenwerking heb ik er het volste vertrouwen in dat we de zorg hier op niveau houden en heel belangrijk, voor iedereen toegankelijk. Zeker als mensen ook nog eens gezonder gaan leven!”

FERDI AKCA

Academisch Genootschap bestaat tachtig jaar

Nog steeds relevant én een platform voor debat en dialoog

Het was niet veel werk kreeg Willem van Dullemen (70) te horen toen hij in 2022 gepolst werd voor het voorzitterschap van het Academisch Genootschap (AG) Eindhoven. Hij vertelt het nog steeds grinnikend. Maar een vereniging die iedere week meerdere activiteiten zoals lezingen, filosofiecursussen, toneel, wandelingen en muziek op het programma heeft staan? Het zijn weliswaar andere leden die dat programma organiseren, maar ‘niet zoveel werk’ bleek uiteindelijk toch een aardige dagtaak te zijn."

TEKST: RUNA HELLINGA I FOTO'S: KEES MARTENS/DCI MEDIA

Niet dat Willem van Dullemen, een kolonel buiten dienst die voor de Verenigde Naties (VN) deel uitmaakte van diverse vredesmissies, daarover moppert: „Ik vind het mooi om te doen. We bestaan dit jaar tachtig jaar en zijn nog steeds een bloeiende vereniging. Ik help graag om daar verder een succes van te maken en als oud-militair houd ik er niet van om dingen half doen. Je kunt voor een zes of een zeven gaan, maar ik ga altijd voor een acht of een negen.”

eenheid die in voormalig Joegoslavië bij Srebrenica DutchBat 1 logistiek moest ondersteunen. ,,Ik houd van uitdagingen maar ik prijs me gelukkig dat ik er toen was en niet later, toen in Srebrenica 7.000 moslims werden geëxecuteerd.”

Hij was pakweg een jaar lid toen hem gevraagd werd voorzitter te worden. De kaarten daarvoor had hij zeker, want organiseren maakte een groot deel van zijn leven uit. Behalve in New York werkte hij voor de VN in onder andere Jeruzalem, Kopenhagen en New York en hield toezicht op de militaire VN-operaties, vooral in Afrika en het Midden-Oosten, waar meer dan 100.000 Blauwhelmen waren ontplooid. „Een hele klus”, zegt hij. In 1994 stond hij aan het hoofd van een 600-koppige

Behalve voorzitter van AG Eindhoven is Willem ook voorzitter van FC Eindhoven Amateur Voetbal (AV) en van het platform van Eindhovense Amateur Voetbalverenigingen. Sport was altijd belangrijk in zijn leven, zegt hij, het was zelfs de reden waarom hij op zijn zestiende naar de KMA wilde gaan. Als scheids floot hij in de hogere klassen van het ama-

WILLEM VAN DULLEMEN
‘Maar wat het AG voor mij echt bijzonder maakte, is het brede aanbod aan activiteiten’

teurvoetbal en sinds zijn twaalfde bezit hij een seizoenkaart van PSV.

Belangrijker en dieper

Toch is Willem net als veel andere AG-leden geen geboren Eindhovenaar. Hij was negen toen zijn familie vanuit het Zeeuwse Oost-Souburg naar Veldhoven trok. Toen hij zich na een lange militaire carrière in 2019 in Eindhoven vestigde, had hij er net dertien jaar bij de VN in New York opzitten. „Het AG was voor mij een goede plek om nieuwe mensen te leren kennen en nieuwe contacten te leggen”, zegt hij. „Wat me aanvankelijk vooral aantrok, was de filosofieclub. We zijn zo vaak bezig met trivialiteiten. Ik denk en praat ook graag over zaken die wat belangrijker zijn en dieper gaan.

Maar wat het AG voor mij echt bijzonder maakte, is het brede aanbod aan activiteiten: lezingen, filosofiecursussen, opinie en debat, toneel, literaire groepen, bridge, wandelen, muziekactiviteiten, excursies, de museumkring, gezellige borrels, en dan vergeet ik vast nog wel wat. Allemaal activiteiten die je elders natuurlijk ook vindt, maar alles onder één dak, en allemaal georganiseerd onze eigen leden, dat maakt het AG toch wel uniek.”

Relevant

Daar komen dit jaar tal van speciale activiteiten bij, want het AG viert zijn jubileum uitvoeriger dan gebruikelijk is bij een tachtigjarig bestaan. „In 2020 viel het jubileum door corona in het water”, legt Willem uit, „Daarom vonden we

dat we dit jaar wat extra aandacht moesten geven.”

Een hoogtepunt was de conferentie ‘Brainport, inspiratie voor de toekomst’ begin juni. De bijeenkomst haalde de voorpagina’s dankzij de ongezouten kritiek van voormalig Philips-topman Gerard Kleisterlee, volgens wie Brainport innovatief niet voor-, maar achterloopt op Amerika en Azië. „De andere sprekers, Roger Dassen, CFO van ASML, Silvia Lenaerts, rector magnificus van de Technische Universiteit Eindhoven, en burgmeester Jeroen Dijsselbloem hadden ook zeer inhoudelijke en kritische verhalen”, aldus Van Dullemen. „Ik denk dat we het AG daarmee duidelijk in Eindhoven verder op de kaart hebben gezet. Het laat zien dat we als vereniging nog steeds relevant zijn in deze regio en nog steeds een platform bieden voor debat en dialoog.”

Tandartsen

Zulke verdieping was ook de achterliggende gedachte tachtig jaar geleden. Het is eigenlijk niet meer voor te stellen hoe bijzonder dat in het verzuilde Nederland van 1945 was, de oprichting van een genootschap waar niet geloof of overtuiging, maar opleidingsniveau doorslaggevend was voor lidmaatschap. Dat het idee opkwam, en nota bene in Eindhoven waar de kerk zich altijd had afgezet tegen de niet-katholieke familie Philips, tekent ook de maatschappelijke veranderingen die door de oorlog waren ingezet. De aanzet voor het AG kwam van

hoger opgeleide Philips-ingenieurs, maar de sociëteit richtte zich van de meet af aan op alle academici in Eindhoven. Dat luisterde aanvankelijk nauw. De eerste jaren werden tandartsen, dierenartsen en landmeters uitgesloten van het lidmaatschap. Ze hadden weliswaar een universitaire opleiding, geen academische graad.

Vanaf midden jaren zestig konden ook niet-academici lid worden. „Tegenwoordig noemen we ons daarom liever AG Eindhoven”, zegt Willem. Academisch Genootschap zorgt er volgens hem voor dat mensen zonder academische graad ten onrechte denken dat ze geen lid kunnen worden. „Wat we wel verwachten, is dat leden onze belangstelling voor wetenschap, maatschappelijke ontwikkeling en cultuur delen.”

Lust en last

Dankzij Philips kon het AG in 1953 verhuizen naar villa De Meerle aan de Parklaan. In een aanbouw bevinden zich een zaal, groot genoeg voor lezingen, concerten en toneelvoorstellingen, en een horecagelegenheid waar AG-leden, maar ook anderen kunnen lunchen, dineren en een borrel drinken. Door de week overdag en in het weekend worden de zalen door verhuurd door horecaondernemers Peter en José Koppen en hun zoon Twan die ook de keuken en de bar verzorgen.

Die exploitatie is belangrijk, zegt Van Dullemen. „De villa en onze prachtige tuin zijn een lust, maar ook een last. Denk maar eens aan

het onderhoud van zo’n historisch gebouw en aan de kosten van verduurzaming. Dat financier je niet uit de contributies alleen.”

Nieuwe invulling

Met zo’n 315 leden is het ledenaantal van het AG lager dan in de vorige eeuw, maar sinds enkele jaren wel stabiel. De banden met Philips zijn inmiddels verbroken en steeds meer nieuwe leven hebben geen Philipsachtergrond. Willem: „De meeste nieuwe leden zitten zo rond hun pensioen en zijn na

hun werkzame leven op zoek naar een nieuwe invulling van hun tijd. Gelukkig daalt de gemiddelde leeftijd de laatste jaren wel licht. Voor een vereniging als de onze is verjonging natuurlijk heel belangrijk, dus daar zetten we wel op in.”

Een aansprekend aanbod aan activiteiten staat daarbij voorop, verklaart Van Dullemen: „Lezingen, filosofie en discussie zijn een belangrijke basis, maar cultuur en een bloeiend sociëteitsleven zijn is minstens net zo belangrijk. Ik kan

alleen maar aanraden om gewoon een keer te komen kijken. Een deel van onze activiteiten is openbaar. Dus kijk eens op onze website, bezoek een lezing of kom naar de jongere ledenborrel, iedere vierde vrijdag van de maand. Of word twee maanden gratis kennismaker en draai een tijdje mee.”

AG Eindhoven

Parklaan 93, 5613 BC Eindhoven www.ag-eindhoven.nl

T: 040-243 48 08

E: info@ag-eindhoven.nl

‘ Voor een vereniging als de onze is verjonging natuurlijk heel belangrijk, dus daar zetten we wel op in’

Nieuwe kansen over de grens:

360 Duurzaam breidt uit naar

Frankrijk

De missie van Dennis Magendans begon zes jaar geleden klein, maar hij heeft inmiddels grote ambities. Met het plaatsen van zonnepanelen, thuisbatterijen en laadpalen breidde zijn onderneming haar activiteiten in de regio Eindhoven verder uit. Nu staat

Dennis met zijn bedrijf 360 Duurzaam aan de vooravond van een spannende stap: uitbreiding naar Frankrijk. Met de steun van Rabobank wil hij de Franse markt veroveren.

Dennis heeft nooit stilgezeten. Na een periode als projectleider bij Greenchoice, waar hij alles over de techniek van zonnepanelen leerde, besloot hij samen met zijn vriendin Lotte Nettinga zijn eigen onderneming te starten. „ Het begon allemaal vanuit mijn passie voor energie. Ik wilde op zoek naar een oplossing die consumenten hielp bewuster met duurzaamheid om te gaan", vertelt hij.

Thuisbatterij

Toch bleek de markt van zonnepanelen niet eindeloos rendabel. Door de afbouw van de salderingsregeling, waarmee huishoudens met zonnepanelen minder geld terugkrijgen, moest Dennis op zoek naar nieuwe mogelijkheden. „ Er zijn te veel concurrenten op een markt die ineens heel klein is geworden. Gelukszoekers noem ik ze ook wel. Daarnaast vroegen klanten steeds vaker naar manieren om energie slim op te slaan. We moesten verbreden. Zo kwamen we uit bij de thuisbatterij."

Dat apparaat biedt huishoudens de mogelijkheid om overtollige energie op te slaan die overdag wordt opgewekt, bijvoorbeeld door zonnepanelen. In plaats van deze goedkope stroom terug te leveren aan het net, kan de batterij deze opslaan en later gebruiken, wanneer de elektriciteit duurder is. „ Niet alleen voor licht en apparaten, maar bijvoorbeeld ook om je huis te verwarmen of een elektrische auto op te laden."

Sterke start in Frankrijk

De verbreding van het aanbod met producten zoals thuisbatterijen, laadpalen en warmtepompen bleek de juiste. Het innovatieve plan gaf Dennis het vertrouwen om ook buiten de landsgrenzen te kijken. Zijn oog viel op Frankrijk, waar de energiemarkt nog in de kinderschoenen staat en steeds meer aandacht krijgt. „ Daar zie je nu dezelfde vragen en uitdagingen die we van hier al kennen. De prijs van zonnepanelen gaan drie keer over de kop en er is te weinig kennis en ervaring in huis." Een meevaller: daar beschikt Dennis met zijn bedrijf wél over. En de eerste stappen zijn al gezet. Samen met een lokaal installatieteam en François, salesmanager bij 360 Duurzaam, is het bedrijf al begonnen in Luzy in de Bourgogne. „We werken nu aan de eerste vijftien installaties, terwijl we de markt leren kennen. En wat in Nederland goed werkt, kunnen we daar meteen toepassen."

Bij zo’n internationale uitbreiding komt veel kijken. Ook financieel. Rabobank hielp Dennis in de vorm van een financiering om zijn internationale droom te bewerkstelligen. Sam Franse, adviseur MKB

DENNIS MAGENDANS (L) EN SAM FRANSE

bij Rabobank: „Wij willen ondernemers graag helpen groeien. We ondersteunen, als het kan, ook over landsgrenzen heen. We zien het potentieel in Dennis en zijn met het volste vertrouwen samen in zee gegaan. Ook vindt Rabobank het belangrijk dat ondernemers bijdragen aan een duurzamere wereld. Dennis deelt onze visie en we kijken met veel plezier uit naar de samenwerking op de lange termijn."

Domino-effect

Met een solide basis in Nederland en de ambitieuze plannen in Frankrijk werpt Dennis al een blik op de toekomst. In Nederland wil hij zich blijven ontwikkelen in duurzamere energieoplossingen, van zonnepanelen tot laadpalen en natuurlijk de thuisbatterijen. „ Maar ook in Frankrijk zie ik veel potentie. Ik zie het als een blanco canvas. Het zou mooi zijn als we een domino-effect op gang kunnen brengen en ons in de Franse markt positioneren. Dat is een mooie droom om naartoe te werken."

„ Zonder de hulp van Rabobank hadden we echt niet gestaan waar we nu staan. Het was een spannend moment toen we besloten naar Frankrijk uit te breiden. We hadden een goed plan, maar je hebt ook de middelen nodig om het van de grond te krijgen. Rabobank heeft niet alleen meegedacht, maar ook het vertrouwen gegeven dat we dit konden. Een unieke kans als deze doet zich niet vaak voor, super dat Rabobank ons faciliteert deze kans te pakken. Nu kunnen we echt bouwen aan onze toekomst.”

Wil jij jouw ambitie realiseren?

Ondernemers duurzaam helpen groeien, dat is onze ambitie. Wil jij weten hoe Rabobank jou kan helpen?

Neem dan contact op met: Sam Franse, adviseur MKB in Regio Eindhoven, sam.franse@rabobank.nl of 06 - 42 38 07 92.

Rabobank 088 - 722 66 66 bedrijven.kring.obr@rabobank.nl www.rabobank.nl/bedrijven

‘Het zou mooi zijn als we een domino-effect op gang kunnen brengen en ons in de Franse markt positioneren’

Samen voor onze Regio

Brengt sociale organisaties en bedrijven samen

JULIA GEERTS (L) EN WENDY VAN DEN AKKER

Begin dit jaar onderging Samen voor Eindhoven een logische naamswijziging. Al langere tijd was duidelijk dat de ambities verder reiken dan alleen de stad. Op dit moment krijgen de 21 gemeenten in de Brainportregio onder de nieuwe naam Samen voor onze Regio alle aandacht. Veel bedrijven willen graag iets betekenen voor de samenleving, maar weten niet altijd hoe...

TEKST: RONALD FRENCKEN | FOTO’S: RENÉ MANDERS/DCI MEDIA

Wendy van den Akker en Julia Geerts brengen samen met hun collega’s bedrijven en maatschappelijke organisaties bij elkaar en zorgen voor sterke samenwerkingen. De bijdragen zijn er in allerlei vormen, van bedrijfsvrijwilligerswerk, giften in natura, kennisoverdracht tot financiële steun. Maar de mooiste resultaten ontstaan uit langdurige partnerships, waarbij beide partijen blijvend van waarde zijn voor elkaar.

Alles voor de optimale match

Als we willen weten hoe Samen voor onze Regio werkt, dan kom je al snel bij de kip-en-eivraag: begin je bij de behoefte van maatschappelijke organisaties, of bij die van de bedrijven? Volgens Julia is daar geen eenduidig antwoord op te geven. „Ik leg vooral contacten met maatschappelijke organisaties, maar het begint niet altijd daar. Met het leggen van verbinding tussen partijen zijn we eigenlijk steeds aan beide kanten bezig.” Wendy, die zich in eerste instantie richt op bedrijven in onze regio, valt haar bij: „Het is meer een continu en dynamisch proces. We brengen als eerste de behoeften van de potentiële partners in beeld. Mijn ervaring is dat veel bedrijven bereid zijn om iets te betekenen voor de maatschappij, wat mooi is om te zien. De uitdaging is voor hen echter vaak, hoe ga je dit dan concreet maken? Welke organisatie kiezen we, want we krijgen zoveel aanvragen. En hoe begin je er dan ook echt aan? Daar komt onze rol om de hoek kijken.” Wendy draait er niet omheen, voor hun dienstverlening moet gewoon

Ontdek de Brainport Geefwijzer

betaald worden. „Wij vragen een financiële vergoeding voor de uren die wij maken ten behoeve van de optimale match en ontzorging waarbij wij ons richten ons op langdurige samenwerking. Wij merken dat bedrijven júist behoefte hebben aan onze dienstverlening. DGA’s/ directeuren vinden het toch vaak een belasting voor hun organisatie. Bovendien zijn wij een stichting en transparant in alles wat we doen voor de optimale match.”

Zorgen dat iedereen mee kan doen

De Brainportregio groeit hard. Maatschappelijke organisaties zetten zich dagelijks in om ervoor te zorgen dat alle inwoners mee kunnen doen. Zij doen belangrijk werk, dat nóg krachtiger wordt wanneer ook zij kunnen samenwerken met het bedrijfsleven. Julia: „Veel maatschappelijke organisaties ontstaan vanuit een passie voor een doelgroep of thema. Een samenwerking met een bedrijf opstarten of hun behoefte formuleren is voor hen vaak lastig. Onze Unique

De Brainport Geefwijzer is dé zoekmachine naar maatschappelijke organisaties in de Brainportregio. Zoek op naam, categorie, plaatsnaam of thema en kom in contact met interessante organisaties die jouw hulp kunnen gebruiken. Neem ze op in je testament, doneer aan ze of meld je aan als bedrijfsvrijwilliger of bestuurder. Zo help je actief mee aan een sociale en meer inclusieve samenleving bij jou in de buurt.

‘We kunnen ervoor zorgen dat bedrijven een samenwerking bieden met het hart, het hoofd, handen en hulpbronnen’

Selling Point is dat wij altijd denken vanuit de wensen en behoeften van het maatschappelijke veld en daarbij dan het juiste aanbod vinden met de bedrijfsvrijwilligers. Daarbij hanteren wij onze zogenaamde vier H’s, die geven houvast. We kunnen ervoor zorgen dat bedrijven en hun medewerkers een samenwerking bieden met het hart, het hoofd, de handen en de hulpbronnen. Liefst natuurlijk met alle vier.” Wendy: „Hulpbronnen moet ik even toelichten. Dankzij de betrokkenheid van het bedrijfsleven kunnen wij een sterke organisatie en een sterk programma neerzetten. Wij werken op projectbasis, maar wij merken dat maatschappelijke organisaties daar ook in algemene zin professioneler van worden. Die belangrijke bronnen komen van bedrijven, in de vorm van geld of donaties in natura. Daarnaast kun je als serviceclub of geldgevend fonds een gift doen, waarbij wij kunnen adviseren waar de behoefte exact ligt. Een belangrijke drive in mijn werk is om te zorgen dat zoveel mogelijk verschillende organisaties profiteren van ons werk, want niet iedereen is even sterk in het vinden van hulpbronnen. In dit kader hebben we onlangs een belangrijk online platform geopend, de Brainport Geefwijzer. Hier vinden bedrijven en geldgevende fondsen overzichtelijk de goede doelen en maatschappelijke organisaties in onze regio op een rij.”

Wendy werkte hiervoor twintig jaar voor het Ronald McDonald Huis in Veldhoven. Wat zorgde ervoor dat ze de switch maakte? „Daarvoor was ik eerst werkzaam in de recruitmentbranche, met veel contacten in het bedrijfsleven. Met behulp van dat netwerk kon ik bij het Ronald McDonald Huis een andere invulling aan mijn loopbaan geven. Heel mooi, leerzaam en dankbaar werk. Daar staat nu een organisatie die prima de hulpbronnen zelf weet te vinden. Ik voelde dat ik op een punt was dat ik mijn kennis en ervaring breder wilde inzetten, voor meer bedrijven die maatschappelijk verantwoord bezig zijn, ze advies geven hoe ze dit kunnen doen. Dat kan nu bij Samen voor de Regio.” Julia kwam zes jaar geleden voor haar afstudeerstage bij de organisatie. Ze studeerde Business Innovation en schreef haar masterscriptie New Media Design over partners van expats, een programma voor aansluiting. „Ik ontdekte hier al snel dat maatschappelijk betrokken ondernemen mij aanspreekt. Bij Samen voor de Regio maken wij het verschil door onze goede

begeleiding, door het intensief samenwerken met de partners voor de optimale match." Klopt, vult Wendy aan. „In die zin vind ik maatschappelijke organisaties ‘helpen’ wel een lastig woord. Het is namelijk een wederkerig proces, beide partners moeten er zelf hun voordeel uit halen.”

Maatschappelijke impact meetbaar maken

Op de website van Samen voor onze Regio staan de Sustainable Development Goals. Is dit een belangrijke drijfveer voor bedrijven om mee te doen? Julia: „Ik noem dat eerder een dankbare kapstok. Veel van wat wij doen sluit erop aan, maar bedrijven moeten vooral intrinsiek gemotiveerd zijn.” Wendy: „Bedrijven vinden het fijn als wij hen ontlasten bij bedrijfsvrijwilligerswerk en medewerkers waarderen het om impact te maken." Julia: „Wij meten zelf ook wat het oplevert, zoals het aantal bedrijfsvrijwilligers dat zich maatschappelijk inzet en het aantal uren. Dit groeit elk jaar, en de laatste twee jaar zelfs extreem hard. Mooi, zeker als je weet dat werkgevers hiervoor werktijd beschikbaar stellen. Dat zegt veel over hun betrokkenheid. Bij partnerships is dit inmiddels de norm.” Wendy ziet nog een waardevol resultaat: „Voor veel mensen is vrijwilligerswerk écht een eyeopener. Even helemaal uit je eigen bubbel en in aanraking komen met een wereld die je anders nooit had leren kennen! Daar kan geen virtuele wereld tegenop.”

Meer weten?

Wil jouw bedrijf maatschappelijk verantwoord ondernemen en kennis, tijd of middelen inzetten voor een goed doel? Of ben je een geldgevend fonds of serviceclub? Neem dan nu contact op met: wendy@samenvooronzeregio.nl 06 - 42 23 25 12

‘Voor veel mensen is vrijwilligerswerk écht een eyeopener. Even helemaal uit je eigen bubbel en in aanraking komen met een wereld die je anders nooit had leren kennen!’

FCE GALA 5 SEPTEMBER 2025

EXCELLENT POLO CLUB WAALRE

THE POLO EDITION

Wil jij een avond vol klasse, stijl en spektakel beleven? Het FC Eindhoven Gala krijgt dit jaar een unieke twist! Op vrijdag 5 september 2025 ben je welkom op een bijzondere locatie: de Polo Club Waalre, gelegen op het prachtige Landgoed Eeckenrhode.

Het FCE gala vormt de opening van het Excellent Polo Waalre-weekend. Laat je vooraf verrassen door een spectaculaire poloshow met verfijnde hapjes en drankjes. Daarna schuif je aan voor een stijlvol diner op een unieke locatie.

Het entertainment? Dat is in handen van niemand minder dan Sonny’s Inc. en samen met gastoptredens als Glennis Grace zorgen zij voor een avond vol topentertainment en natuurlijk een afsluitend feest om nooit te vergeten!

Kosten

De kosten bedragen € 295,00 excl. btw per persoon.

De tafels zijn beschikbaar voor 10 personen. Daarnaast zijn er ook combitafels beschikbaar

Wil jij erbij zijn?

Neem dan direct contact op met Marcel van den Bunder via marcel.vandenbunder@fc-eindhoven.nl I 06-53968446. Of mail naar commercie@fc-eindhoven.nl.

Is er nog een toekomst voor de kroeg?

Deze vraag houdt me bezig: heeft de kroeg zoals we die kennen nog een toekomst? Of moeten we afscheid nemen van het fenomeen dat ooit het kloppende hart van buurten, bedrijven en verhalen was? In de grote steden zijn de huren torenhoog geworden. De meterprijzen schieten als paddenstoelen de lucht in, het is bijna niet meer te doen om die kosten door te berekenen in een gewoon glaasje bier. De cafébaas wordt boekhouder, het bierviltje een rekenvel.

Ik denk terug aan de hoogtijdagen. Net voor de bezuinigingsoperatie Centurion - die de grote hevormer Jan Timmer bij Philips uitrolde -, barstte Eindhoven van de kroegen die draaiden als een tierelier. Elke Philips-afdeling had wel een paar keer per jaar een borrel. En er waren heel wat afdelingen. In de ochtend werd er gebeld: „ Henk, we komen straks met een man of veertig. Zorg jij voor kaas en worst?" Ik mocht de kaas en worst snijden, glazen ophalen en kijken, ik keek mijn ogen uit, mijn verstand te boven. Ware bacchanalen waren het. Het kader regelde de borrel, en het werkvolk liet zich vollopen met vier glazen bier tegelijk in de hand tot de laatste ronde werd ingezet.

De echte kasteleins in Eindhoven cq Strijp zijn bijna uitgestorven. Van die oude garde leeft er naar mijn weten nog maar één: mijn vader Henk van Asperdt die dit jaar nog de 91 zal gaan halen. Hij runde meer dan 25 jaar lang café De Nachtegaal in de Schootsestraat, recht tegenover Strijp-S. Elke dag kwamen daar honderden werknemers voorbij. De plek voor het café was perfect gekozen.

Al rond elf uur in de ochtend meldden zich de eerste gasten, mannen net uit de ploegendienst en met dorst. Velen zijn daar door hun vrouw ook weer opgehaald, in die tijd kregen werknemers nog wekelijks hun loon in contanten uitbetaald. De vrouwen stonden dan buiten te wachten om de loonbuil veilig te stellen voordat die opging aan bier, jonge klare en Dujardin. Als het dan toch misliep, moest er bij de buren worden meegegeten. Dat kon toen nog gewoon.

De Schootsestraat liep onder het Strijps bultje door en ging over in het Drents Dorp, een buurt die tussen 1925 en 1930 werd gesticht door Anton Philips voor arbeiders uit Drenthe.

Dus ook toen al kwamen mensen van ver voor werk en onderdak. En kijk nu eens naar ASML. De groei explodeert, de mensen komen van heinde en ver. De fabrieken worden wijken, appartementen, lofts en andere hippe woonvormen met overgeprijsde namen. Op de weilanden vestigen zich fabriekshallen en parkeerkastelen, sommige boeren zijn hierdoor miljonair geworden, de mest ingeruild voor chips en dan bedoel ik geen Lay's maar de nieuwe grondstof voor de globale transformatie.

Kan de kroeg opnieuw worden uitgevonden? Ik weet het niet. Maar als we de verbinding willen houden in een wereld die steeds sneller en duurder wordt, dan moet er ergens een plek blijven waar je niet betaalt met je pinpas, maar met je verhaal en ook de waarde van de 'mensch' nog herkent in de ontmoeting, in de grap, in de stilte of een schouderklop van iemand waarvan je zijn naam niet weet maar het gezicht nooit vergeet….

Nondeknetter!

Harold van Asperdt

Cindy van der Zanden nieuw gezicht Luzac Junior College

'Hier ben ik orthopedagoog en leerkracht in één'

Ze gaf les in Afrika en Portugal en kwam na de coronatijd terug in Nederland om vervolgens haar passie voort te zetten bij het Luzac. Daar gaat ze vanaf augustus starten als leerkracht van het nieuwe Junior College, ofwel de groepen 7 en 8 die leerlingen voorbereiden op de overgang naar de brugklas, de eerste klas van het voortgezet onderwijs (VO). „ Ik voel me goed in dit mooie gebouw, bij de kleuren en het vele licht dat door de hoge ramen naar binnen schijnt én het is heel ondernemend, omdat ik vrijheid krijg zelf keuzes te maken hoe ik het onderwijs wil vormgeven.” Dit is deel drie in de reeks over de particuliere school, waarin elke keer een leerling, medewerker of ouder in the spotlight wordt gezet.

TEKST: MONIQUE VAN ESCH | FOTO'S: KEES MARTENS/DCI MEDIA

Cindy van der Zanden zoekt naar antwoorden op vragen. Hoe voelt een kind zich thuis en op school? Welk gedrag hoort bij het temperament van een kind en wanneer gedraagt het zich (on) aangepast aan de situatie? Wat heeft een kind nodig, wanneer het iets zelf niet kan verwoorden?

Na haar studie pedagogische wetenschappen in Nijmegen vertrok Cindy naar Afrika om daar thuislessen te gaan geven binnen een Nederlands gezin. „ Dat was eigenlijk mijn eerste contact met het lesgeven. Daarna besefte ik dat ik als zij-instromer het onderwijs in wilde”, geeft Cindy aan. „ Als je bedenkt hoeveel tijd een kind van zijn leven in een schoolgebouw doorbrengt, is het écht wel belangrijk dat die invulling zinvol is. Ik wil daaraan bijdragen.

Het onderwijs biedt zoveel mogelijkheden voor de ontwikkeling van een kind. Dat gaat veel verder dan cijfers en letters leren. Het mooie is dat

ieder kind van zichzelf in de basis wel weet waar het goed in is. Daar moet je als leerkracht verder op inzoomen. In een kleine groep kan ik meer uitdaging en verdieping brengen. Hier ben ik orthopedagoog en leerkracht in één want er is ruimte voor persoonlijke benadering. Elke dag weer.”

Waarachtigheid

In een kleine klas leer je elkaar écht kennen weet Cindy. Ze ziet bij binnenkomst vaak meteen hoe een kind zich voelt. „ Die eerste afstemming is de basis om vervolgens het denken aan te spreken. Hoe fijn is het als een kind zich op zijn of haar eigen tempo mag ontwikkelen. In deze kleine setting hoeft niet iedereen tegelijkertijd hetzelfde te doen. Het kan een eigen route worden op weg naar het VO waar het plezier om te leren behouden blijft.”

Volgens Cindy voelt een kind vaak meteen wanneer een leerkracht iets doet met passie of wat niet bij hem of haar past. „ Het is die waarachtigheid die vertrou-

‘Kinderen worden heel vertrouwd met meertaligheid als je ze er vanaf een jonge leeftijd mee laat opgroeien’

wen geeft en blijft hangen wanneer een leerling terugdenkt aan zijn of haar schooltijd. Als volwassene maak je ook een groei door in de klas. Het is belangrijk dat een leerkracht daarin investeert. Een kind zal jou altijd een spiegel voorhouden. Persoonlijke ontwikkeling van een leerkracht is minstens zo belangrijk als kunnen lesgeven. Door trouw te blijven aan mezelf kan ik het voorbeeld geven en doen waar ik voor sta. Dat is eerlijk en geeft voldoening.”

Portugal

Cindy woonde ruim tien jaar in Portugal. Uiteindelijk besloot ze na de coronatijd terug naar Nederland te gaan door onder andere de gestegen (huizen) prijzen waardoor het meer overleven dan leven werd. De eerste jaren runde ze er een surfschool en gaf les aan een taalschool aangesloten bij Stichting Nederlands Onderwijs in Het Buitenland. Daarna ging ze aan de slag bij een internationale Waldorf school in de Algarve en in de buurt van Lissabon. Daar kreeg ze te maken met diverse nationaliteiten en spraken kinderen in één klas verschillende moedertalen. Ze gaf er les in het Portugees, maar kon kinderen die na emigratie de taal nog niet machtig waren een beetje bijstaan in het Duits of Engels. Cindy: „ Kinderen worden heel vertrouwd met meertaligheid als je ze er vanaf een jonge leeftijd mee laat opgroeien. Dat creëert een open houding naar de wereld. Je leert spelenderwijs omgaan met verschillende culturen. Het is oké dat iemand het anders doet dan jij of ergens anders in gelooft.”

Belevingswereld

Het is van groot belang om de belevingswereld van kinderen aan te spreken, weet Cindy. „ Basisvaardigheden kun je óók aanleren in de praktijk.

Soep maken bijvoorbeeld. Dat begint bij ingredienten kopen, het verkeer in. Wat weegt één prei en hoeveel kost die per kilo? Waar komt deze avocado vandaan? In welk klimaat groeit hij goed? Waarom betalen we btw? Hoeveel winst maak ik als ik mijn soep in porties verkoop? Het draait om bewegen, prikkelen, onderzoeken, zelf nadenken en ondernemen. Leren van een ervaring, die inzichten kunnen toepassen, zoals het oplossen van rekensommen in een werkboek of tijdens een toets.”

Groepen 7 en 8

Een basisschool binnen het middelbaar onderwijs was er nog niet. Het Luzac haakt met het nieuwe Junior College in op een behoefte binnen de samenleving. Cindy: „ De groepen 7 en 8 vragen vaak juist extra aandacht. Het gaat om kinderen waarbij de pubertijd al in zicht komt. Er verandert dan veel, eerst mentaal, daarna fysiek. Dat kost veel energie. Schoolwerk voelt dan soms als nog harder werken. Op het Junior College kunnen kinderen tot het einde van groep 8 blijven oefenen zodat er met vertrouwen de stap kan worden gemaakt naar het vervolgonderwijs.”

Volgens Cindy vraagt het moed van ouders om out of the box te denken. „ Kinderen die bij ons worden aangemeld hebben vaak al een andere basisschool doorlopen dichtbij huis. Verder van huis is eigenlijk vrij on-Nederlands. Steeds meer ouders kopen kennis en kunde in voor hun kind, want een stukje extra begeleiding kan het verschil maken. Het is werken aan basisvaardigheden en persoonlijke ontwikkeling. Ik krijg de vrijheid om dat heel passend aan het kind vorm te gaan geven en daar kijk ik enorm naar uit!”

LUZAC EINDHOVEN

Het Luzac in Eindhoven, gehuisvest in de oude mts/hts van Philips aan de Frederiklaan, is één van de in totaal 16 vestigingen verdeeld over Nederland waar particulier onderwijs wordt gegeven. Het instituut werd in 1983 opgericht.

Eric Jan Luzac is één van de grondleggers. Al ruim veertig jaar is Luzac de grootste in het particuliere voortgezet onderwijs op vmbo-tl-, havo- en vwo-niveau en vanaf

komend schooljaar komen groepen 7 en 8 van de basisschool erbij.

De onderwijsvisie van Luzac wordt gezien als de norm voor andere Nederlandse onderwijsinstellingen. Luzac biedt persoonlijk kwaliteitsonderwijs waarbij de unieke leerlingbegeleiding centraal staat.

‘Op het Junior College kunnen kinderen tot het einde van groep 8 blijven oefenen zodat er met vertrouwen de stap kan worden gemaakt naar het vervolgonderwijs’

Kunstenaar Leonie Maréchal verbindt binnen- en buitenwereld

‘De natuur vertelt ons hoe we er als mensheid voorstaan’

Leonie Maréchal beschouwt zichzelf niet als mondfiat genoeg voor een interview, mailt ze. We besluiten om te corresponderen over haar en haar kunstenaarschap. Ik vind Leonie veel te bescheiden, zij noemt het verlegenheid. Bovendien treedt ze niet graag op de voorgrond. Omdat ze bijna nergens meer komt en ver van het stadscentrum af woont, stelt ze wel op de eerste zondag van elk kwartaal haar atelier ‘Aanschot’ in de Woenselse wijk Blixembosch open voor belangstellenden.

TEKST: HANS MATHEEUWSEN | FOTO'S: RENÉ MANDERS/DCI MEDIA.

„Je vroeg me hoe het met me gaat. Ik blijf bezig met het laten zien van de natuur in mijn kunst, en dan vooral het landschap. Dat is mijn leven nu, al is het soms té stil”, antwoordt Leonie op de opening van onze digitale conversatie. Ze was eerst blij met het voorstel om een verhaal over haar te maken voor FRITS maar vreest dat ze te weinig en inhoudelijk onvoldoende te vertellen heeft. „Het is daarom ook dat ik bij KEK-040 mannen als Marcus van Roode en Hans Berndsen nodig had om mijn doel te bereiken: kunstenaars verbinden!”

Daarmee doet ze zichzelf en haar betekenis voor de beeldende kunsten in Eindhoven ernstig te kort. Leonie was al een vrouw van weinig woorden, na de dood

van haar man Ad van Oers viereneenhalf jaar geleden heeft ze zich zo goed als teruggetrokken uit het openbare leven en concentreert ze zich op haar raison d’être: het schilderen van de natuur, waarmee ze voortdurend in gesprek is. Haar liefde voor de kunst en de natuur is vanzelfsprekend en háár manier om haar binnen- en buitenwereld met elkaar te verbinden. Tekenen en schilderen maakte van jongs af aan deel uit van Leonies leven. „Mijn werk verstilt het dagelijks leven dat ik rondom mij zie. Hetzij veelal in de natuur alsook in de natuur van de mensen om me heen die hun verhaal over mij vertellen.

Deze verhalen vertellen mijn ontwikkeling als individu, als vrouw: mijn emotie in beweging in zowel positiviteit als teloorgang, in gemis en in rijkdom, maar ook in mijn grenzeloze fantasie die gevoed wordt tijdens mijn wandelingen. Hiervoor kies ik een tijdstip vroeg in de ochtend als de stad nog slaapt, en mijmer ik over wat was en thans is geworden.”

Steun en toeverlaat

Maar eerst terug naar Ad. Ze trouwde met hem in 1970. Leonie was 22 jaar en werkte bij de Grand Bazaar op de kantoor-afdeling.

‘Passen en meten, composities maken, verf mengen. Ik leerde veel maar toch hunkerde ik naar vrijheid ’

De liefde van haar leven noemt ze Ad, waarmee ze twee mooie dochters kreeg. Zijn onverwachte heengaan was een enorme schok waarvan ze eigenlijk nooit herstelde. Ook het overlijden van haar broer Pierre, in 2018, had een grote impact op haar. Ze legde tijdelijk de kwasten neer. Leonie had ook met hem een innige band. „Ad was altijd mijn steun en toeverlaat. Mijn man, maar ook mijn maatje en de geweldige vader van onze dochters. Hij werkte hard, zorgde voor een goed belegde boterham, onze dochters konden hockeyen, honkballen, zaten in clubjes, bezochten de goede scholen, konden studeren en gingen op stap. Het Stratumseind was verboden terrein voor ze. Hij ging ze halen. Ad was waakzaam en gelijk had ie.

In deze perfecte omstandigheden kon ik mij volledig concentreren op wat mij lief was: kunst. Ik kon studeren wat ik wilde, waar ik maar wilde. Ik genoot masterclasses van gerenommeerde meesters onder wie Peter Dillen in Meerveldhoven die mij vertelde dat de natuur ‘mijn ding’ is en dat voelde ik zelf ook wel. Dat ben ik daarna gedurende negen jaar

gaan ontdekken en uitdiepen op de kunstacademie.”

Idylle

Haar thuis is wat zij van nature om zich heen waarneemt, schrijft ze. Leonie werd geboren in Eindhovens enige stadwijk de Bergen. Ze groeide op onder de rook van Philips in Drents Dorp. Ze volgde ‘vrije expressie’ bij het Centrum voor de Kunsten in de Gagelstraat en tekende op school in schriftjes. Leonie was vijftien toen ze haar eerste schilderijtje maakte. „Ik was verliefd op een jongen. Wij woonden in de Canadastraat. Op mijn slaapkamertje heb ik hem geschilderd. Het was ijskoud, de bloemen stonden op de ramen. Mijn moeder kwam naar boven en vond het veel te koud voor mij. Ik gaf daar niet om, mijn idylle op het doek was belangrijker. Ik weet dat nog zo goed. Het schilderijtje heb ik helaas niet bewaard. Mijn ouders deden mij een schriftelijke cursus tekenen en schilderen van de Famous Artistschool cadeau. Daarna heb ik verschillende cursussen gevolgd, acht jaar aquarelleren en vrij schilderen. Ook was ik erg geïnteresseerd in theater, en trad ik met Ton de Jong op voor oudere mensen. Ons groepje Luim & Ernst werd mede opgericht door Theo. Hij werkte voor het Rembrandt Theater in de Vrijstraat. Ton zou later het vermaarde Lichtstad Revuetheater oprichten.”

Beeldtaal

In 1986 overleed haar vader op 61-jarige leeftijd. „Dat was heftig. Toen ben ik serieus aan de slag

gegaan. Ik wilde veel leren.” Ze bekwaamde zich niet alleen in tekenen en aquarelleren maar ook in schilderen met olieverf. „Passen en meten, composities maken, verf mengen. Ik leerde veel maar toch hunkerde ik naar vrijheid. Ik ben naar de Academie in Arendonk, België, gegaan. Daar viel het kwartje wat abstract werk inhoudt. Dát was het toen voor mij. Ik heb daar negen jaar vertoefd, elk weekend op en neer. Het was een inspirerende plek. De leraren hadden kwaliteit, het was een gedegen opleiding. Daarna zette ik me in voor zaken als de Atelierroute en KEK-040.”

Leonie exposeert sinds 1996 in binnen- en buitenland. Haar werk spreekt tot de verbeelding van kenners. ‘Haar beeldtaal gaat vooral over de natuur en de wereld om haar heen, hetgeen zij op een verstilde manier dan weer expressieve manier uitwerkt. Zij gaat haar eigen weg en werkt intuïtief. Ze schildert landschappen met een mooi kleurenpalet, waarbij ze zoekt naar structuren, zeggingskracht, het verlaten, soms desolate landschap, verstilling, het spel van lichtcontrasten en grafisch lijnenspel van bomen en organische vormen met wellicht een romantische inslag’, beschrijft Peter Thoben, voormalig directeur van Kempenlandmuseum in Eindhoven, haar werk. Een leraar van de Academie omschrijft Leonie als een gedreven zoeker, om haar schilderen te laten balanceren op ratio en intuïtie. Collega-kunstenaar Peter Stoop stelt over haar werk: ‘Kunst

‘ Ik wil mijn binnen- en buitenwereld bij elkaar brengen. Dat is altijd zo geweest. Ik kan het niet anders zeggen’

wil geen geheimen oplossen: nee, kunst wil geheimen creëren en dit is daar een prachtig voorbeeld van. Zo mysterieus, maar niet afstandelijk. Eerder dichtbij en invoelbaar. Het is heel mooi als je geheimen tastbaar kunt maken. Er staat niet wat er staat, maar het heeft altijd al bestaan en jij laat dat zien’.

Natuur verbindt

Op haar site staat: ‘Mijn beeldtaal zegt meer dan duizend woorden’. „Ik wil mijn binnen- en buitenwereld bij elkaar brengen. Dat is altijd zo geweest. Ik kan het niet anders zeggen”, verklaart Leonie. Ze constateert dat de natuur inmiddels een veelbesproken onderwerp is in de maatschappij en niet ten positieve. „De klimaatverandering, maar ook medewerkers van Ergon die wilgen te vaak snoeien. Ik noem maar twee uitersten. De natuur vertelt ons hoe we er als mensheid voorstaan. Waar het aan schort en waaraan we behoefte hebben, zoals rust, persoonlijke groei, ontwikkeling etcetera. De natuur verklapt ons dat we wat meer stil zouden mogen staan bij onszelf. Dát schilder ik. De natuur verbindt ons, alleen vrees ik dat wij mensen onze onderlinge verbinding aan het kwijtraken zijn.”

Verbinding maken is een levensdoel van Leonie. „Kunstenaars verbinden was ook mijn doel met de Atelierroute, samen met Lennie van Vugt. Er is geen structurele plek in Eindhoven waar Eindhovense kunstenaars hun werk kunnen tonen. Waarom niet, gemeente Eindhoven? Het draait allemaal om design, creatieve industrie… Eindhoven is van

oudsher een industriestad! Het is nu belangrijk dat mensen middels de kunst blijdschap en troost kunnen vinden in deze stad.”

Vroeger

Met haar gezin woonde Leonie op diverse plekken in de stad, waaronder 23 jaar in de Achtse Barrier. Inmiddels leeft ze alweer 25 jaar in Blixembosch, waar ze niet veel contact heeft met de buurt. „Er wonen veel jongeren, die zijn overdag allemaal aan het werk.” Eindhoven is sowieso meer een stad voor jongeren, denkt ze. „De stad van de toekomst, met design en voor high tech. De stad bruist. Vergeet de ouderen niet. Organiseer ook eens iets voor mensen van zestig, zeventig jaar.” De ontwikkeling van de stad gaat haar aan het hart, al is de sfeer uit haar jeugd verdwenen, vindt ze. „ Er zijn nog maar weinig spelende kinderen op straat en waar is het heitje voor een karweitje gebleven om naderhand die bij elkaar gezwoegde opbrengst te verkwisten voor wat lekkers bij het snoepwinkeltje in de Beukenlaan? Neem Strijp-S, waar mijn vader in het Klokgebouw voor Philips werkte. Vroeger een gesloten gebied, toen kon niemand daar wonen. Nu is het helemaal hip. Dat komt mede door mensen als Piet Hein Eek, met zijn werkplaats op Strijp-R. Daar ben ik ergens wel trots op. In mijn beleving werd er in de stad een beetje op ons neergekeken als kunstenaars, al had mijn broer dat gevoel niet.”

Schermpje

Hoewel teruggetrokken in haar huis in Blixembosch, waar ze haar atelier aan huis heeft, houdt de wereld om haar heen

haar weldegelijk bezig. „Er gaat veel onjuiste informatie rond en mensen worden misleid door de media. Dit kan niet leiden tot een gezonde uitkomst. Er is zoveel meer moois te zien en te ervaren dan wat het schermpje ons toont. Mensen leven tegenwoordig met en door hun schermpje. Dat functioneert als oogkleppen. Kunst, in welke hoedanigheid ook, kan die oogkleppen wegnemen. Ik heb ook het idee dat we in een wereld leven waarin iedereen voor zichzelf strijdt. Er is weinig saamhorigheid, amper verbinding, nauwelijks behulpzaamheid en geen broederschap. Er is slechts competitie en vooral concurrentie…, een survival of the fittest.”

Vriendschap

Leonie heeft sinds drie jaar een vriendschap opgebouwd met Freek De Graaf, de jonge Eindhovense kunstenaar die bij haar in het atelier schildert. „Omdat hij ruimtegebrek heeft voor zijn grote werken heb ik hem aangeboden om in mijn atelier te werken. Ik ben op een wonderbaarlijke manier met hem in contact gekomen, en geef hem een kans om zich te ontwikkelen. Als kunstenaar heeft hij ook iets van ‘boven’, denk ik. Hij is een man met veel talent. Hij werkt hard en verdient het om om zich hier meer te kunnen bekwamen.” Het is Leonie ten voeten uit: altrui stisch, filosofisch en verbindend. Haar werk spreekt voor haar en daar waar zij meer gehoord wil worden, vindt zij een klankbord. „Ik weet niet of ik wat nieuws te melden heb, alleen dat ik heb besloten mijn atelier open te stellen. Ook Freek laat dan het werk zien waarmee hij bezig is.”

HET TEAM VAN ALLTALENT: ROEL VAN KEMPEN, EVY WOUTERS, LUUK VISSER, MICHAEL CADENAS (VLNR)
'We geloven in mensen'

Alltalent: het nieuwe label van Allroad dat verder kijkt dan het cv

In een krappe arbeidsmarkt waar vacatures legio zijn, maar geschikte kandidaten schaars, lanceert Allroad een vernieuwend label: Alltalent. Met een frisse blik, een mensgerichte aanpak en focus op motivatie in plaats van diploma’s, wil dit nieuwe label het verschil maken in recruitment en detachering.

TEKST: LISETTE GERBRANDS | FOTO’S: FARON VAN LEEUWEN, KEES MARTENS/DCI MEDIA

Tegenover me zitten drie sleutelfiguren van Allroad over de visie en aanpak van Alltalent: directeur

Roel van Kempen van Allroad, commercieel

manager Luuk Visser en operationeel directeur Michael Cadenas van Rijschool Dekker, een vaste partner. „ Allroad is al zeventien jaar gespecialiseerd in het bemiddelen van bus- en vrachtwagenchauffeurs”, begint Roel. „ Maar in de praktijk zagen we een grote groep sollicitanten die wél gemotiveerd was maar niet door de specifieke testen kwam om chauffeur te worden. Het voelde verkeerd om daar niks mee te doen.” Met het nieuwe label wil Allroad ook deze groep een kans geven op een toekomstbestendige baan. „ De arbeidsmarkt is veranderd”, vervolgt hij. „We krijgen veel sollicitanten aan tafel, vooral jongeren onder de dertig die niet goed weten wat ze willen. Die groep heeft behoefte aan richting. Wij hebben gezegd: als je motivatie hebt, dan gaan we je helpen. Het maakt niet uit wat je achtergrond is.”

Begeleiding op maat

Alltalent is een initiatief van John Dekker, eigenaar van Allroad, Alltalent en Rijschool Dekker. Met de oprichting van dit label zet hij in op een bredere visie op werk, waarbij ontwikkeling, maatwerk en motivatie centraal staan. Bij Alltalent wordt niet gezocht naar de ‘perfecte match’ op papier, maar naar potentie. „We hebben onze intakeprocedure uitgebreid en een beroepskeuzetest ontwikkeld”, vertelt Roel. „We zijn ook gaan samenwerken met het UWV zodat we kandidaten die nog niet direct inzetbaar zijn een traject kunnen bieden. Denk aan loopbaanbegeleiding, coaching en waar nodig scholing.”

Die investering betaalt zich niet altijd direct uit, maar dat is ook niet het doel. „We willen mensen duurzaam verder helpen”, benadrukt Roel. „ Soms duurt dat traject wat langer, maar het resultaat is sterker: gemotiveerde mensen op de juiste plek.”

‘Als wij geloven dat iemand past bij een organisatie, dan zit daar een goed onderbouwd traject achter’

Het mes snijdt aan twee kanten

Luuk Visser ziet ook bij opdrachtgevers de behoefte aan deze aanpak. „Veel bedrijven kampen met langdurig verzuim en personeelskrapte. Maar er is vaak nog een focus op ‘het juiste cv’. Wij laten zien dat het anders kan. Een kandidaat zonder diploma maar met motivatie kan met begeleiding uitgroeien tot een waardevolle kracht.”

Die houding vraagt ook iets van de opdrachtgever. „We zoeken opdrachtgevers die openstaan voor maatwerk en vertrouwen hebben in onze begeleiding”, zegt Luuk. „Want als wij geloven dat iemand past bij

een organisatie, dan zit daar een goed onderbouwd traject achter.”

Volgens Michael, die verantwoordelijk is voor de opleidingskant, is er bij veel bedrijven behoefte aan een totaalpartner. „ Ze willen niet alleen iemand die een stoel bezet, maar iemand die écht meedoet. En ze willen hulp bij HR-vraagstukken, zoals ziekteverzuim of omscholingstrajecten. Dat pakken wij als Alltalent allemaal mee.”

Anders denken

Alltalent draait de klassieke volgorde van werving om. „ Het is niet langer: er is een vacature, dus we zoeken een match”, zegt Roel. „ Bij Alltalent begint het bij de kandidaat. Die meldt zich, we doen een test, voeren gesprekken en kijken dan wat bij die persoon past. Is er nog geen vacature? Dan zoeken we die. Is er scholing nodig? Dan regelen we dat.”

Deze aanpak sluit aan bij de bredere trends in de arbeidsmarkt, ziet Luuk. „We moeten af van het denken in diploma’s. Zeker in deze krappe markt. Het gaat om motivatie, inzet, en of iemand bij je organisatie past. Wij zorgen dat iemand daarin groeit.”

Dat vraagt vertrouwen, en ook tijd. „ Maar”, voegt Michael toe, „ het alternatief is blijven zoeken naar een kandidaat die aan alle vinkjes voldoet, en die is er meestal niet. Je kunt beter iemand opleiden die blijft, dan blijven zoeken naar de perfecte kandidaat die er niet is.”

De mensen die zich bij Alltalent melden zijn vaak tussen de 25 en 45 jaar oud. Ze hebben al werkervaring, maar lopen vast. „Veel van hen hebben ooit een verkeerde beroepskeuze gemaakt”, zegt Michael. „ Ze willen wel, maar hun werk past niet meer bij hun situatie, fysiek of mentaal. Die mensen begeleiden

wij richting iets wat wél bij hen past.” Dat maakt Alltalent meer dan een detacheerder. „We bieden perspectief, geen pleister”, vat Luuk samen.

Maatwerk

Wat kunnen opdrachtgevers verwachten van Alltalent? Vooral: maatwerk. „ Elke kandidaat is anders, en elke opdrachtgever ook”, zegt Luuk. „ De ene kandidaat leert via een thuisstudie, de ander heeft persoonlijke begeleiding nodig. De ene werkgever wil over zes maanden resultaat, de andere kan een jaar wachten. Wij stemmen het traject daarop af.”

Roel vult aan: „We werken alleen met opdrachtgevers die ons dna delen. Die begrijpen dat deze aanpak werkt en die vertrouwen op onze inschatting. Alleen dan kun je bouwen aan langdurige samenwerking.”

Alltalent is sinds begin dit jaar operationeel en draait inmiddels de eerste trajecten succesvol. Maar het team neemt bewust de tijd. „We willen het in één keer goed neerzetten”, zegt Roel. „Geen loze beloften, maar een stevig verhaal. Daar bouwen we nu aan.”

Dat vraagt om uitbreiding. „We zijn nu met z’n vieren actief binnen Alltalent, maar we zoeken nog recruiters en interimprofessionals”, vertelt Roel. „Want we willen ook HR-oplossingen bieden bij opdrachtgevers. Of het nu om tijdelijke ondersteuning, re-integratie of coaching gaat; we willen dat de mensen die we inzetten, onze klanten echt kennen. Alleen zo kunnen we kwaliteit leveren.”

Alltalent is actief in Brabant en Noord-Limburg, met de ambitie om door te groeien naar andere regio’s waar Allroad al actief is.

Partner in ontwikkeling

Waar veel uitzendbureaus zich beperken tot het invullen van vacatures, kiest Alltalent voor een bredere rol. „We zijn geen cv-schuivers”, zegt Roel. „We zijn een partner in ontwikkeling. Voor kandidaten én voor bedrijven.”

Dat maakt Alltalent volgens de drie mannen een logische, maar ook noodzakelijke stap. „ De wereld van werk verandert. Wie daar als werkgever of werkzoekende in mee wil, heeft iemand nodig die verder kijkt. Wij willen die partij zijn.” Zoals Roel afsluit: „ Alltalent is voortgekomen uit Allroad, maar heeft een eigen koers. We geloven in mensen. En dat zie je terug in alles wat we doen.”

Uitnodiging 11 september

PHIL SURROUND BUSINESS

HÉT BUSINESS EVENT

VAN HET JAAR

Ben jij klaar voor een totaalervaring die jouw kijk op leiderschap verandert? Tijdens Philsurround Business brengen we muziek, leiderschap en talentontwikkeling op verrassende wijze samen. Een unieke beleving want jij zit als ondernemer of leidinggevende midden tussen de musici van Philzuid. Je hoort elk detail, voelt de onderlinge afstemming en ziet van dichtbij hoe een dirigent mensen laat excelleren.

Wat kun je verwachten?

Sta jij écht tussen je mensen? Je ervaart van dichtbij hoe samenwerking, luisteren en leiderschap in muziek samenkomen. Je ziet hoe het beste uit onze musici wordt gehaald – net als jij dat dagelijks doet binnen jouw team of organisatie. Deze ervaring laat je met een frisse blik kijken naar je eigen rol op de werkvloer. En dat op een unieke locatie. Philsurround Business vindt plaats in de fabriek van Adams Music Centre: een toonaangevend producent van muziekinstrumenten.

Philsurround is een nieuw belevingsconcept van Philzuid waarbij het orkest met het publiek in een 360°-opstelling zit met in het midden de dirigent.

Wanneer?

Do 11 september 15.00 - 18.30 uur Adams Music Centre, Ittervoort

Erbij zijn?

Neem contact op met onze relatiemanagers voor meer informatie.

Maud Douwes, relatiemanager 06 12 40 12 30

maud.douwes@philzuid.nl

Annemarie Borm, relatiemanager 088 1660743

annemarie.borm@philzuid.nl

Meer weten? Scan de QR-code

philzuid.nl/philsurround-business

powered by
mede mogelijk gemaakt door

TOUR D’ASPERGES

Wanneer: Zaterdag 10 mei 2025

Wat: 37e Tour d‘Asperges, met 50.000 euro voor het Máxima MC Fonds voor nieuwe kindertuin ‘Binnenste Buiten’

Wie: Deelnemende teams

Door wie: Louis van de Waarsenburg

Waardering: 

Foto’s: Kim Balster, Igor Vermeer

De keukenbrigade

Eve Maessen
Anne Marie Steenbeek, Imke Bertrams & Max Visser (vlnr)
Adrie van der Poel (vlnr)
Steven Zweegers, Arnold Vrind, Louis & Max Visser (vlnr)
Het team van Jumbo
Louis van de Waarsenburg, Rini Wagtmans, Jan Hoogsteen & Daniëlle Rozema (vlnr)
Luuk Vaessen (l) & Peer van Mol

FRITS PRESENTATIE

Wanneer: Dinsdag 13 mei 2025

Wat: Presentatie nieuwe FRITS bij Oranje-Rood

Door wie: FRITS Media & Hockeyclub Oranje-Rood

Wie: Gasten, genodigden, relaties & Vrienden van FRITS

Waardering: 

Foto’s: John Wiersma (De FotoMeneer)

Emmy Schellekens-van der Meulen (l) & Helma van Bakel
Pieter Janssen & Agnes Verbruggen-Koek
Linda Wijtsma, Berthe van der Peet & Mikki Mendel (vlnr)
Lex van Wel (l) & Edward Plass
Frank van der Linden (l), Marjan Boersma & Rutger Raymakers
Quincy Pluimakers, Lars Karsmakers, Jelle Ligtvoet & Angela Groenen (vlnr)
Marjan Strijbosch & Luuk van Wingerden
Bennie Verbruggen, Agnes Verbruggen-Koek, Daniël & Monique Mogendorff (vlnr)
Remco van Leeuwen (l) en Harrie Kwinten
Irene Swinkels (l) & Suzanne Keuning
Sam Matheeuwsen (l) & Eva Wellens

Thuis in buitenmomenten

ONDERNEMINGS PRIJZEN

Wanneer: Donderdag 15 mei 2025

Wat: Uitreiking van de Brainport

Ondernemings Prijzen, te weten de Wim van der Leegte Award (Driessen Groep), Rabobank Community Award (Bright Cape) & Brainport Young Business Award (Chromo Dynamics)

Door wie: WTC/e Brainport & Van der Valk Hotel Eindhoven

Wie: Sponsoren, gasten & leden

Waardering: 

Foto’s: Richard Jansen

Erik Neeskens, Jeroen Driessen & Rene van Wijk (vlnr)
Wim Daniëls (l) & Hans Duisters
Marcel Brands, Rene van Wijk, Erik Neeskens, Jeroen Driessen & Willem van der Leegte (vlnr) Paul Veendrick (l) & Marc Cootjans
The Dutch Tenors
John Willems (l) & Paul Rooimans
Roel Hellemons, Bart Houben & Michael ten Böhmer (vlnr)
Caspar Pronk (l), Wouter Vijvers & Maartje van Schagen

Private Debt

6% tot 12% netto rendement per jaar

Beleggen vanaf €100.000

Gedegen risicoanalyses door specialisten

Defensief en veilig Service en beheer door WDL

100% transparantie over kosten en geldstromen

FRITS DINER

Wanneer: Woensdag 18 juni 2025

Wat: FRITS’ relatie-diner in VANE

Restaurant & Skybar met spectaculair uitzicht over de stad

Wie: Partners & relaties FRITS Media

Door wie: FRITS Media, Jeroen Renders, 5* Superior NH

Collection Eindhoven Centre

Waardering: 

Foto’s: René Manders/DCI Media

Maître Ruud Verspaget (l) en Chef-kok Carlo Chantrel
Jackeline Tullenaar, Hugo van den Berk, Hans Matheeuwsen & Hilde de Vocht (vlnr)
Astrid van Deelen, Richard van den Berg, Koen van Lieshout & Maarten van Nieuwland (vlnr)

Als u veel waarde hecht aan goede service en een betrouwbare partner zoekt voor het onderhoud van uw fiets dan zit bij ons altijd goed!

Daarnaast bieden we u een ruime keuze van uitsluitend de beste A-merken waar u samen met onze E Bike specialisten tot de ideale fietskeuze komt.

Uiteraard tegen zeer concurrerende prijzen en standaard met service pakket en verlengde garantie!

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.