40832 benadering van leerlingen

Page 1

.v

.

Project

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

fb

Benadering van leerlingen


Colofon Uitgeverij: Edu’Actief b.v.

.v

.

0522-235235 info@edu-actief.nl

fb

www.edu-actief.nl Auteur(s): Nienke Koopman

Titel: Benadering van leerlingen

u' Ac

ISBN:9789037240832 © Edu’Actief b.v. 2018

tie

Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

U

itg

ev

er

ij

Ed

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.


4

Vooronderzoek

7 15

Voorbereidingsfase Realisatiefase

18 20

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Oplevering

17

fb

Ontwerpfase

.v

Over dit project

.

Inhoudsopgave

3


Over dit project

Over dit project

.

Inleiding

Ed

Studeren.

u' Ac

tie

fb

.v

Als onderwijsassistent zul je ondersteuning bieden aan de leerkracht bij het uitvoeren van lesactiviteiten. Ook zul je zelf activiteiten voorbereiden en met leerlingen uitvoeren. Tijdens dit project ontwerp je samen met drie medestudenten drie activiteiten en voeren jullie een van deze activiteiten uit. Deze activiteiten zijn gericht op de problematiek rondom leerlingen met uitstelgedrag. Jullie ontwikkelen activiteiten waardoor leerlingen meer vertrouwen krijgen in hun eigen handelen.

Leerdoelen

er

•

Je kunt in kaart brengen welke interventies een docent kan inzetten bij leerlingen met uitstelgedrag. Je kunt drie activiteiten ontwikkelen voor leerlingen met uitstelgedrag.

ij

•

ev

Projectbeschrijving

U

itg

Casus Jullie mogen bij dit project kiezen uit twee verschillende casussen.

Casus 1 Basisonderwijs De Populierenhoek is een kindcentrum waar kinderen van 0 tot 12 jaar terechtkunnen voor onderwijs, kinderopvang, peuteropvang, voorschoolse opvang (VSO) en sport. Op dit moment maken 389 kinderen gebruik van het kindcentrum. De kinderen van 4 tot 12 jaar zitten in combinatiegroepen van 2 leerjaren met gemiddeld 22 leerlingen per groep. Het team van De Populierenhoek bestaat uit 27 leerkrachten en 8 onderwijsassistenten. Daarnaast worden er op alle groepen stagiairs van verschillende opleidingen ingezet.

4


Over dit project

.v

.

Bert Hilbrandt is schoolleider van het kindcentrum. Tijdens de laatste teamdag is naar voren gekomen dat het uitstelgedrag van leerlingen een groeiend probleem is. Met name in de middenbouw wordt dit door sommige leerkrachten als een groot probleem gezien. Bert wil dat er onderzoek gedaan wordt naar ‘uitstelgedrag’. Hij wil graag dat er voor de groepen 3 en 4 activiteiten ontwikkeld worden die de problemen kunnen verminderen en wellicht in de toekomst voorkomen.

Casus 2 Voortgezet onderwijs

tie

fb

De Waldtoren is een school waar leerlingen in de leeftijd van 12 tot 16 jaar terechtkunnen voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo). Op dit moment maken 803 leerlingen gebruik van het onderwijs op deze school. De school heeft 27 groepen van ongeveer 29 leerlingen. Het team bestaat uit 41 leerkrachten en 12 onderwijsassistenten, daarnaast zijn er ook regelmatig stagiairs actief binnen de school. Saskia Boomes is directrice van De Waldtoren.

De opdrachtgever

u' Ac

Saskia weet dat het uitstelgedrag van leerlingen op deze school, net als op veel andere scholen, een groeiend probleem is. Daarom heeft ze een enquête gehouden. Uit de enquête is gebleken dat ruim 73% van de leerlingen de groepen op school te groot vindt en dat de leerlingen zich niet op hun gemak voelen binnen de eigen groep. Saskia wil graag dat er verder onderzoek gedaan wordt naar het uitstelgedrag van leerlingen en dat er activiteiten ontwikkeld worden om de problemen met uitstelgedrag te verminderen.

Ed

De opdrachtgever is Bert Hilbrandt (casus 1) of Saskia Boomes (casus 2).

Omvang van de projectgroep

ij

Vorm een projectgroep met drie andere studenten.

er

De projectopdracht

U

itg

ev

Jullie krijgen als projectgroep de opdracht om drie activiteiten te ontwikkelen voor leerlingen met uitstelgedrag. Daarvoor is eerst vooronderzoek nodig. Voordat jullie aan de slag gaan met het ontwikkelen van activiteiten is het belangrijk om te weten wat de beginsituatie is, wat de doelgroep is, wat uitstelgedrag precies is en welke doelen behaald kunnen worden. Om dit in kaart te brengen doen jullie onderzoek. Vervolgens bedenken jullie drie activiteiten. Jullie maken een activiteitenverslag waarin jullie de drie activiteiten uitwerken en onderbouwen met de informatie uit het onderzoek. Jullie kiezen een van de beschreven activiteiten uit en voeren deze uit met een ander projectgroepje. Tijdens de uitvoering maken jullie een video-opname van de introductie, de uitvoering en de afsluiting van de activiteit. In de video-opname worden alle gebruikte materialen en middelen in beeld gebracht en is de benadering van de leerlingen duidelijk te zien en te horen. Jullie leveren twee producten op: 1. een activiteitenverslag 2. een videopresentatie.

5


Over dit project

Projectproduct: Activiteitenverslag Werkmodel Lesbrief <

Processtappen

Werkmodel Stappenplan activiteit <

• •

.v

.

Jullie voeren eerst het vooronderzoek uit, in deze fase verzamelen jullie informatie voor de projectproducten. In de ontwerpfase maken jullie het ontwerp voor het onderzoek. In de realisatiefase voeren jullie het onderzoek uit. Met behulp van de informatie uit het onderzoek ontwikkelen jullie drie activiteiten. Alle informatie neem je op in het activiteitenverslag.

fb

De doelgroep en de beginsituatie zijn volledig en in begrijpelijke taal beschreven. De doelen zijn in begrijpelijke taal beschreven en SMART geformuleerd. De onderwerpen uitstelgedrag, positieve psychologie, welbevinden en betrokkenheid zijn in het verslag beschreven. In het activiteitenverslag zijn met behulp van Werkmodel Lesbrief en Werkmodel Stappenplan activiteit drie activiteiten beschreven die voortgekomen zijn uit het onderzoek. Bij het onderzoek zijn minimaal drie literatuurbronnen gebruikt.

u' Ac

• • •

tie

Producteisen

Ed

Projectproduct: Videopresentatie Processtappen

er

• •

Jullie voeren een van de door jullie ontworpen activiteiten uit en maken hiervan een video-opname. Maak afspraken met een ander projectgroepje waarvan de leden als leerlingen kunnen fungeren bij het uitvoeren van de activiteit. Jullie bereiden de activiteit voor door als projectgroep de uitvoering te oefenen. Jullie bereiden je individueel voor op de rol die je tijdens de uitvoering hebt.

ij

ev

Producteisen

U

itg

Beoordelingsformulier <

6

• • •

Een van de activiteiten wordt uitgevoerd met een groepje medestudenten, hiervan wordt een video-opname gemaakt. In de video-opname zijn de gebruikte materialen en middelen in beeld gebracht. In de video-opname zijn de introductie, de uitvoering en de afsluiting in beeld gebracht. In de video-opname is de benadering van de leerlingen duidelijk te horen en te zien.

Beoordeling Na uitvoering van dit project word je op verschillende punten beoordeeld. Je wordt beoordeeld op de twee projectproducten, maar ook op de tussenstappen die je hiervoor hebt moeten zetten. Daarnaast word je beoordeeld op je individuele bijdrage aan het project en op je reflectie. Alle beoordelingspunten zijn terug te vinden in het beoordelingsformulier.


Vooronderzoek

Vooronderzoek

Werkmodel Planning <

• • • •

Stel de projectgroep samen en maak een samenwerkingscontract. Bepaal wat jullie moeten weten voordat je aan het project begint. Gebruik hiervoor Werkmodel Samenwerkingscontract. Maak een takenlijst en een planning: Wie onderzoekt wat? Hoe informeren jullie elkaar daarover? Gebruik hiervoor Werkmodel Planning en Werkmodel Takenlijst. Voer de afspraken uit. Maak een verslag van het vooronderzoek en leg dit voor aan je docent. Neem dit verslag op in je projectplan.

Werkmodel Takenlijst <

Opdracht 2

Opdracht Werkvormen

Ed

a. Bekijk de verschillende werkvormen op de Website Werkvormen. Bedenk een werkvorm die samenwerking binnen een groep kan bevorderen. Beschrijf de werkvorm en de doelgroep waarvoor je deze werkvorm zou kunnen inzetten.

ij

Website Werkvormen <

fb

tie

Werkmodel Samenwerkingscontract <

Opdracht Vooronderzoek

u' Ac

Opdracht 1

.v

.

Om drie activiteiten voor leerlingen met uitstelgedrag te kunnen ontwikkelen, doen jullie eerst vooronderzoek. Het is belangrijk dat jullie een duidelijk beeld hebben van de doelgroep en van de verschillende oorzaken die een rol kunnen spelen bij uitstelgedrag. De informatie uit het vooronderzoek kunnen jullie gebruiken voor het ontwikkelen van de beroepsproducten.

ev

er

b. Bedenk een werkvorm die je kunt inzetten om elkaar beter te leren kennen. Beschrijf de werkvorm en de doelgroep waarvoor je deze werkvorm zou kunnen inzetten.

U

itg

c. Kies een werkvorm die je kunt inzetten als ontspanning. Beschrijf de werkvorm en de doelgroep waarvoor je deze werkvorm zou kunnen inzetten.

7


Vooronderzoek

Opdracht 3

Opdracht Interventies

Zonnetje van de week.

u' Ac

tie

fb

.v

.

Leerkrachten kunnen verschillende interventies inzetten die bijdragen aan een positief klimaat en het optimaal functioneren van leerlingen. Een voorbeeld hiervan is ‘Zonnetje van de week’.

Ed

Iedere week is een leerling uit de groep ‘het zonnetje van de week’. De naam van deze leerling wordt opgehangen in de klas en de leerling mag een tekening of schilderij maken van een grote zon. In de groep wordt in deze week een moment gekozen waarop alle leerlingen uit de klas een compliment geven aan ‘het zonnetje van de week’. De leerkracht noteert alle positieve punten die genoemd worden bij de zon. Zo krijgt iedere leerling een mooi overzicht van zijn of haar sterke punten.

ev

er

ij

a. Bedenk drie korte lesactiviteiten die een leerkracht aan het begin van het schooljaar kan inzetten om elkaar beter te leren kennen.

U

itg

b. Bedenk drie korte activiteiten die een leerkracht later in het schooljaar kan inzetten om kwaliteiten van leerlingen te erkennen.

c. Bedenk drie interventies die ‘welbevinden en betrokkenheid’ bij leerlingen kunnen vergroten.

8


Vooronderzoek

.

d. Bedenk een activiteit voor een groep leerlingen uit groep 8 die ingezet kan worden bij het onderwerp ‘uitstelgedrag’.

Opdracht 4

fb

.v

e. Wat is het doel van de activiteit? Formuleer een SMART-doel.

Opdracht Casus

u' Ac

tie

Interventie bij Kay Kay zit in groep 2. Hij moet nog een paddenstoel maken van een wc-rol en een papieren bordje en deze met verf beschilderen. De hele week ziet Kay hier al tegen op, juf weet dit niet. Maar het is nu vrijdag en het moet deze week echt af, heeft juf gezegd. Kay heeft eerder een wc-rol beschilderd, maar toen viel het rolletje steeds om en zaten de handen van Kay helemaal onder de verf. Kay vond dit niet leuk, hij vond het veel te moeilijk en nu heeft hij ook geen zin om de paddenstoel te maken. Als het tijd is om te kiezen pakt Kay vlug het plaatje van de bouwhoek. Maar juf zegt dat hij toch eerst zijn paddenstoel moet maken. Kay begint heel hard te huilen …

Ed

Bedenk een interventie die je in zou kunnen zetten bij de casus van Kay.

ij

Ontwerp een activiteit voor een groepje van vijf kinderen uit groep 6 om de sociale vaardigheden te verbeteren. Doe dit met behulp van de onderstaande stappen. • Beschrijf de beginsituatie van de doelgroep. • Formuleer een SMART-doel voor de activiteit. • Beschrijf het onderwerp van de activiteit. • Beschrijf de leerstof bij de inleiding, de kern en de afsluiting. • Beschrijf de onderwijsleermiddelen bij de inleiding, de kern en de afsluiting. • Noteer de verwachte tijdsduur van de inleiding, de kern en de afsluiting.

ev

Werkmodel Stappenplan activiteit <

Opdracht Activiteiten ontwerpen

er

Opdracht 5

U

itg

Werkmodel SMART formuleren <

Jullie werken de activiteit verder uit met behulp van Werkmodel Stappenplan activiteit. Gebruik hierbij de eerste zes stappen van het werkmodel. Zorg ervoor dat de doelen SMART geformuleerd zijn, hiervoor kun je gebruikmaken van Werkmodel SMART formuleren. De ideeën en de informatie die jullie gevonden hebben, kunnen jullie gebruiken voor het activiteitenverslag en bij het ontwikkelen van de activiteiten.

9


Vooronderzoek

Opdracht 6

.v

b. De opdrachtgever wil graag dat er activiteiten ontwikkeld worden voor leerlingen met uitstelgedrag. Wat wordt er volgens jullie bedoeld met ‘uitstelgedrag’?

fb

Filmpje Uitstelgedrag <

a. Door vooronderzoek te doen zorgen jullie ervoor dat jullie met elkaar voldoende kennis hebben om het project uit te voeren. Bespreek met elkaar wat jullie moeten weten voordat jullie aan het project beginnen.

.

Website Test Ben jij een uitsteller? <

Opdracht Uitstelgedrag

u' Ac

tie

c. Hoe zit het eigenlijk met jullie eigen uitstelgedrag? Op de Website Test Ben jij een uitsteller? kun je een test maken om te zien in hoeverre je zelf een uitsteller bent. Wat is er uit de test gebleken over jouw eigen uitstelgedrag?

d. Welke factoren spelen bij jou een rol bij het uitstellen van taken?

Ed

e. Bekijk het Filmpje Uitstelgedrag. Bespreek in de projectgroep de volgende punten: Wat zijn jouw persoonlijke ervaringen met uitstelgedrag?

er

ij

f. Hoe kun je uitstelgedrag bij jezelf of bij iemand anders herkennen?

h. Jullie maken voor de opdrachtgever een verslag met daarin een theoretische onderbouwing voor de activiteiten die jullie gaan ontwikkelen. Ga op internet en in boeken op zoek naar informatie over uitstelgedrag en mogelijke oorzaken van uitstelgedrag. Beschrijf minimaal drie oorzaken van uitstelgedrag.

U

itg

ev

g. Welke problemen zie je in jouw eigen omgeving met uitstelgedrag?

i.

10

Welke deskundige(n) op het gebied van uitstelgedrag zijn jullie tijdens jullie zoektocht naar informatie tegengekomen?


Vooronderzoek

De informatie die jullie gevonden hebben, kunnen jullie gebruiken voor het activiteitenverslag.

Opdracht 7

Opdracht Positieve psychologie a. Jullie gaan op internet en in boeken op zoek naar informatie over positieve psychologie. Bekijk bijvoorbeeld het Artikel Positieve benadering en de Website Positieve psychologie. Wat wordt er bedoeld met ‘positieve psychologie’?

u' Ac

c. Wat is het doel van positieve psychologie?

fb

b. Wie zijn de grondleggers van de positieve psychologie?

tie

Website Positieve psychologie voor het onderwijs <

.v

.

Artikel Positieve benadering <

Ed

d. Wat is belangrijk binnen het onderwijs op het gebied van positieve psychologie in de benadering van leerlingen?

ij

e. Wat wordt er binnen de positieve psychologie bedoeld met ‘flow’?

ev

er

f. Bespreek in je projectgroep jullie persoonlijke ervaringen met flow. Hoe kwam je in een flow terecht? Wat had je hiervoor nodig? Hoe voelde het om in een flow te zitten? Welke deskundige(n) op het gebied van positieve psychologie zijn jullie tijdens jullie zoektocht naar informatie tegengekomen?

U

itg

De informatie die jullie gevonden hebben, kunnen jullie gebruiken voor het activiteitenverslag.

Opdracht 8

Filmpje Welbevinden en betrokkenheid <

Opdracht Welbevinden en betrokkenheid a. Jullie gaan op internet en in boeken op zoek naar informatie over welbevinden en betrokkenheid. Wat wordt er bedoeld met ‘welbevinden en betrokkenheid’?

11


Vooronderzoek

.

b. Bekijk het Filmpje Welbevinden en betrokkenheid. Bespreek in de projectgroep de volgende punten: Wat zijn jullie persoonlijke ervaringen met welbevinden en betrokkenheid?

tie

d. Wat gebeurt er als welbevinden bij een leerling ontbreekt?

fb

.v

c. Hoe kun je welbevinden en betrokkenheid bij jezelf of bij iemand anders herkennen?

u' Ac

e. Wat gebeurt er als betrokkenheid bij een leerling ontbreekt?

f. Welke factoren zijn belangrijk voor het vergroten van welbevinden en betrokkenheid?

Ed

g. Welke deskundige(n) op het gebied van welbevinden en betrokkenheid zijn jullie tijdens jullie zoektocht naar informatie tegengekomen?

De informatie die jullie gevonden hebben, kunnen jullie gebruiken voor het activiteitenverslag.

ij

Opdracht Positieve benadering a. Positieve psychologie krijgt steeds meer plek binnen het onderwijs. Op de websites Lessen in geluk en Positief onderwijs is meer informatie te vinden over positief onderwijs. Welke factoren kunnen volgens jullie bijdragen aan een positief klimaat in een groep?

er

Opdracht 9

ev

Website Lessen in geluk <

U

itg

Website Positief onderwijs <

12

b. Welke afspraken kun je maken met leerlingen in een groep om een positief klimaat te bevorderen?


Vooronderzoek

.

c. Wat kan een leerkracht doen om een positief klimaat in een groep te bevorderen?

fb

Opdracht 10

.v

d. Wat is het doel van een positieve benadering van leerlingen?

Opdracht Hoofd- en deelvragen

tie

Wanneer je onderzoek doet, ga je op zoek naar informatie om een vraag te beantwoorden. De ‘hoofdvraag’ is de centrale vraag in een onderzoek. In het verslag van het onderzoek beantwoord je de hoofdvraag.

u' Ac

a. Kies een onderwerp dat past bij jullie opleiding waarover je iets zou willen onderzoeken.

b. Beschrijf wat je precies wilt gaan onderzoeken. Wat wil je over het onderwerp weten?

Ed

c. Bedenk bij het onderwerp een vraag die duidelijk is afgebakend, de hoofdvraag.

er

ij

d. Om een hoofdvraag stap voor stap te kunnen beantwoorden, stel je deelvragen op. Deze vragen zorgen voor structuur bij het beantwoorden van de hoofdvraag. Formuleer drie deelvragen bij het gekozen onderwerp.

Opdracht Bronnen

ev

Opdracht 11

U

itg

Website Het maken van een bronnenlijst <

Filmpje Bronnen zoeken <

a. Wanneer je onderzoek doet, is het belangrijk dat je betrouwbare en recente informatie gebruikt. Bespreek in je projectgroep wat volgens jullie betrouwbare bronnen zijn en beantwoord de vragen. Waar kun je betrouwbare informatie aan herkennen?

b. Hoe oud mogen informatiebronnen ongeveer zijn om betrouwbaar te zijn?

c. Bekijk het Filmpje Bronnen zoeken. Zoek een goede bron die je zou kunnen raadplegen over het onderwerp ‘positieve psychologie’.

13


Vooronderzoek

d. Zoek een goede bron die je zou kunnen raadplegen over het onderwerp ‘uitstelgedrag’

.v

.

e. Kies een onderwerp dat past bij jullie opleiding waarover je iets zou willen onderzoeken.

fb

Zoek individueel een bron die past bij het onderwerp en check deze met de volgende vragen. f. Welke bron heb je gevonden?

i.

u' Ac

h. Met welk doel is de informatie geschreven?

tie

g. Wie is de auteur van de informatie?

Wanneer is de informatie geschreven?

Bespreek in de projectgroep of de bronnen die jullie gevonden hebben betrouwbaar zijn.

Kies drie verschillende bronnen en noteer deze volgens de regels van een bronnenlijst. Gebruik bij deze opdracht de informatie van de Website Het maken van een bronnenlijst.

ev

er

ij

j.

Ed

Alle informatie die je gebruikt bij het maken van een onderzoeksverslag vermeld je in een bronnenlijst. Een bronnenlijst geeft een overzicht van de informatie die gebruikt is bij bijvoorbeeld het maken van een verslag. De bronnen in een bronnenlijst worden geordend in alfabetische volgorde.

U

itg

Opdracht 12

Werkmodel Logboek en evaluatie <

Opdracht Logboek Begin met het schrijven van het logboek door de samenwerking tot zover te beschrijven. Hoe is het samenwerken tot nu toe verlopen? • Wat ging goed en wat ging niet goed? • Wie heeft wat gedaan? Heeft iedereen een voldoende bijdrage geleverd? • Hebben jullie duidelijke afspraken gemaakt? Hoe is dit gegaan? Houd het logboek tijdens het project goed bij. De docent gebruikt het bij de beoordeling van het project.

14


Ontwerpfase

Ontwerpfase Opdracht Ontwerpfase

Opdracht 14

.

Opdracht Activiteitenverslag ontwerpen

tie

a. Formuleer een hoofdvraag voor het onderzoek dat jullie gaan beschrijven in het activiteitenverslag.

u' Ac

Website Het maken van een bronnenlijst <

Jullie maken het ontwerp voor het activiteitenverslag. Laat het ontwerp goedkeuren door de docent en neem het inclusief begroting op in je projectplan. Werk vervolgens het logboek bij.

.v

• •

fb

Opdracht 13

Ed

b. Formuleer drie deelvragen voor het onderzoek dat jullie gaan beschrijven in het activiteitenverslag.

U

itg

ev

er

ij

c. Jullie maken een inhoudsopgave voor het activiteitenverslag. Zorg ervoor dat alle onderwerpen in de inhoudsopgave staan die jullie in het activiteitenverslag willen verwerken.

15


Ontwerpfase

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

fb

.v

.

d. Jullie gaan alvast op zoek naar bronnen die jullie kunnen gebruiken voor het activiteitenverslag. Noteer de bronnen volgens de regels op de Website Het maken van een bronnenlijst. Tijdens het werken aan het activiteitenverslag vullen jullie de bronnenlijst verder aan.

16


Voorbereidingsfase

Voorbereidingsfase Opdracht 15

.

Het is nu bijna tijd om te gaan starten. Maak een takenlijst: Wie gaat wat doen? Maak gebruik van het Werkmodel Takenlijst. Denk ook aan de benodigde materialen, wie is waar verantwoordelijk voor?

.v

Werkmodel Takenlijst <

Opdracht Takenlijst

fb

Bespreek de planning/takenlijst met de docent en verbeter deze als het nodig is. Vul daarbij ook je logboek in. Daarna kunnen jullie met de uitvoering starten.

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Werk het logboek telkens bij wanneer je een activiteit hebt uitgevoerd. Noteer wat goed en wat minder goed is gegaan en waardoor dit kwam. Tegen welke problemen ben je aangelopen en hoe heb je dit opgelost?

17


Realisatiefase

Realisatiefase Opdracht Activiteitenverslag

.v

Opdracht 16

.

Nu de opdrachtgever akkoord is gegaan met het ontwerp gaan jullie aan de slag met het onderzoek en het ontwikkelen van de drie activiteiten.

Opdracht 17

Opdracht Ontwikkelen activiteiten

tie

fb

Jullie gaan aan de slag met het onderzoek. Werk alle punten uit die jullie in de ontwerpfase in de inhoudsopgave hebben gezet. Jullie maken bij het onderzoek gebruik van minimaal drie literatuurbronnen. Zorg ervoor dat de bronnen die jullie gebruiken betrouwbaar en recent zijn. Beantwoord in het activiteitenverslag de deelvragen en de hoofdvraag van het onderzoek. Naar aanleiding van het onderzoek ontwikkelen jullie drie activiteiten, voeg de uitgewerkte activiteiten als bijlage bij het activiteitenverslag.

a. Jullie ontwerpen met behulp van onderstaande onderdelen drie activiteiten voor jullie doelgroep. Werk de activiteiten nog niet helemaal uit. • Beschrijf de beginsituatie van de doelgroep. • Formuleer een SMART-doel voor de activiteit. • Beschrijf het onderwerp van de activiteit. • Beschrijf de leerstof bij de inleiding, de kern en de afsluiting. • Beschrijf de onderwijsleermiddelen bij de inleiding, de kern en de afsluiting. • Noteer de verwachte tijdsduur van de inleiding, de kern en de afsluiting.

u' Ac

Werkmodel Stappenplan activiteiten < Werkmodel SMART formuleren <

Ed

Laat het ontwerp voor de activiteiten door je docent/begeleider beoordelen. Op basis van het ontwerp wordt bepaald of je als projectgroep verder kunt gaan. b. Jullie werken de drie activiteiten verder uit met behulp van Werkmodel Stappenplan activiteit en Werkmodel Lesbrief. Gebruik hierbij de eerste zes stappen van Werkmodel Stappenplan activiteit. Zorg ervoor dat de doelen SMART geformuleerd zijn, gebruik hiervoor Werkmodel SMART formuleren.

Opdracht 18

Opdracht Activiteit uitvoeren

ij

Werkmodel Lesbrief <

er

Jullie kiezen een van de ontwikkelde activiteiten uit om uit te voeren.

ev

a. Welke materialen hebben jullie tijdens de uitvoering nodig?

U

itg

b. Wie heeft welke rol tijdens de inleiding, de kern en de afsluiting?

Jullie bereiden individueel de rol voor die je hebt tijdens de uitvoering. In jullie eigen projectgroep oefenen jullie met deze rol. Zorg ervoor dat jullie precies weten wat jullie willen zeggen en doen tijdens de echte uitvoering. Jullie geven elkaar feedback en nemen de verbeterpunten mee voor de uitvoering. Van de uitvoering wordt een video-opname gemaakt.

18


Realisatiefase

Opdracht 19

Opdracht Video-opname De activiteit die jullie hebben uitgekozen, voeren jullie uit met een andere projectgroep. De andere projectgroep speelt de doelgroep die jullie gekozen hebben. Jullie voeren de activiteit uit en maken hiervan een video-opname. Zorg ervoor dat alle deelnemers, de gebruikte materialen en de benadering van de leerlingen goed in beeld gebracht worden. Vraag na afloop van de activiteit aan alle deelnemers om Werkmodel Evaluatieformulier voor jullie in te vullen. Jullie evalueren na afloop in jullie eigen projectgroep de activiteit met behulp van stap 7, 8 en 9 uit het Werkmodel Stappenplan activiteit.

fb

Werkmodel Evaluatieformulier <

.v

.

Werkmodel Stappenplan activiteiten <

U

itg

ev

er

ij

Ed

u' Ac

tie

Werk het logboek telkens bij wanneer je een activiteit hebt uitgevoerd. Noteer wat goed en wat minder goed is gegaan en waardoor dit kwam. Tegen welke problemen ben je aangelopen en hoe heb je dit opgelost?

19


Oplevering

Oplevering Opdracht 20

Opdracht Oplevering

.v

.

Spreek met de opdrachtgever af wanneer jullie het activiteitenverslag en de videopresentatie opleveren.

Opdracht 21

fb

Na het afronden van het project bespreken jullie in de projectgroep elkaars ervaringen en werken jullie het eigen logboek bij.

Opdracht Evaluatie

Bedenk een moment of situatie tijdens het werken aan het project waarvan je nu vindt dat je het in het vervolg anders zou moeten aanpakken. Kijk terug met behulp van de STARRT-methode. Lever het reflectieverslag in bij je docent.

U

itg

ev

er

ij

Ed

Werkmodel STARRT-methode <

Opdracht Reflecteren

u' Ac

Opdracht 22

tie

Evalueer met elkaar het project en doe hiervan verslag in het logboek. Gebruik hiervoor het Werkmodel Logboek en evaluatie.

Werkmodel Logboek en evaluatie <

20


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.