InterActie 5.2

Page 88

90 ]

Elektriciteit

7.4 Voorbeeldoefeningen

✍ OEFENING

Bereken de substitutieweerstand van onderstaande schakeling. 10,0 V

R2 R1 R3

R4

Oplossing R3 en R4 vormen een serieschakeling. De substitutieweerstand daarvan is R34 = R3 + R4 = 70  + 30  = 100  R34 en R2 vormen een parallelschakeling. De substitutieweerstand daarvan is: 1/R234 = 1/R2 + 1/R34 = 1/80  + 1/100  = 0,023 -1 P R234 = 43  R234 en R1 vormen een serieschakeling. De substitutieweerstand daarvan is R1234 = R1 + R234 = 40  + 43  = 83  Dit is de substitutieweerstand van de hele schakeling: Rs = 83 

✍ OEFENING

Bereken de spanning over weerstand R4. 10,0 V

R2 R1 R3

R4

Oplossing In oefening 1 berekenden we de substitutieweerstand van deze schakeling Rs = 83  We kunnen nu de totale stroom berekenen: I = Ub /Rs = 10,0 V/83  = 0,12 A Wees zorgvuldig in het gebruik van de indices om fouten te vermijden.

Dat is ook de stroom door R1. We kunnen dan de spanning over R1 bepalen: U1 = R1 · I1 = 40  · 0,12 A = 4,8 V De spanning over het tweede deel van de schakeling is dan 10,0 V – 4,8 V = 5,2 V Dat is de spanning zowel over R2 als over de onderste tak met R3 en R4. De stroom door die onderste tak is I34 = U34 / R34 = 5,2 V/100  = 0,052 A Die stroom gaat door R3 en R4. De spanning over R4 is dan U4 = R4 · I4 = 30  · 0,052 A = 1,6 V


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.