90 ]
Elektriciteit
7.4 Voorbeeldoefeningen
✍ OEFENING
Bereken de substitutieweerstand van onderstaande schakeling. 10,0 V
R2 R1 R3
R4
Oplossing R3 en R4 vormen een serieschakeling. De substitutieweerstand daarvan is R34 = R3 + R4 = 70 + 30 = 100 R34 en R2 vormen een parallelschakeling. De substitutieweerstand daarvan is: 1/R234 = 1/R2 + 1/R34 = 1/80 + 1/100 = 0,023 -1 P R234 = 43 R234 en R1 vormen een serieschakeling. De substitutieweerstand daarvan is R1234 = R1 + R234 = 40 + 43 = 83 Dit is de substitutieweerstand van de hele schakeling: Rs = 83
✍ OEFENING
Bereken de spanning over weerstand R4. 10,0 V
R2 R1 R3
R4
Oplossing In oefening 1 berekenden we de substitutieweerstand van deze schakeling Rs = 83 We kunnen nu de totale stroom berekenen: I = Ub /Rs = 10,0 V/83 = 0,12 A Wees zorgvuldig in het gebruik van de indices om fouten te vermijden.
Dat is ook de stroom door R1. We kunnen dan de spanning over R1 bepalen: U1 = R1 · I1 = 40 · 0,12 A = 4,8 V De spanning over het tweede deel van de schakeling is dan 10,0 V – 4,8 V = 5,2 V Dat is de spanning zowel over R2 als over de onderste tak met R3 en R4. De stroom door die onderste tak is I34 = U34 / R34 = 5,2 V/100 = 0,052 A Die stroom gaat door R3 en R4. De spanning over R4 is dan U4 = R4 · I4 = 30 · 0,052 A = 1,6 V