maart 2003 - De Hoogstraatse Maand

Page 26

Davidsfonds - junior journalistenwedstrijd 2003 Winnaar 5de leerjaar lager onderwijs

Het been en de arm van Ben Tuzot 'Hoe was het op school?' vraagt zijn moeder aan Akke. 'Goed' zegt Akke. 'Je vader zou het leuk vinden als je de zolder eens opruimde. Ik zal nog zien' was het antwoord van Akke en hij sprintte de trap op naar zijn kamer. Hij smeet de deur open en sprong op zijn bed. Frits, zijn kat, die op het voeteinde lag te slapen sprong verschrikt van het bed af. 'We zullen er maareens aan beginnen' zei Akke tegen zichzelf. Hij pakte zijn boekentas en zijn agenda. 'Opstel schrijven over heksen en tovenaars' las hij. 'Toch wel een goed idee van mama om de zolder op te ruimen. Daar vind ik misschien nog iets overheksen en tovenaars' zei Akketegen Frits. 'Wateen rommel' vond Akke, toen hij op de zolder kwam. Hij zag een stapel boeken liggen. 'Misschien vind ik daarin iets' dacht hij. Opeens zag hij iets blinken in een kist. Rij liep er naartoe en keek ernaar. Het was een soort klok. Hij pakte ze en draaide eraan. Opdat moment streek Frits met zijn staart tegen zijn been. En werden ze samen door een gat gezogen. Ze kwamen in een bos terecht. Het was een groot griezelig bos. 'Waarben ik?' dacht Akke. 'Je bent in Het Bos Des Onheils'. Akke draaide zich om te zien van wie die stem kwam. Ze kwam van Frits. 'Huh! Kan jij praten?' vroeg Akke verbaasd. 'Ik kan altijd praten. Alleen hier kan je me verstaan want hier kan iedereen toveren.' vertelde Frits. 'En trouwens' zei Akke, 'hoe kunjij weten wat ik denk'?.' 'Ik kan gedachten lezen' was het antwoord. Opeens hoorde hij iemand snikken. Hij rende eropaf. Akke vond een oud mannetje dat op een boomstronk zat te wenen. 'Wat is er?' vroeg hij. De man keek op en zei: Kijkeens goed, ik ben een arm en een been kwijt.' De man miste inderdaad een arm en een been. Hij vroeg aan Akke: 'Hoe heetjij'?' 'Akke' antwoordde Akke. En hoe heetjij?' vroeg Akke. 'Ik heet Ben Tuzot, zeg maar Ben'. 'Kunnen wij je ergens mee van dienst zijn?' vroeg Akke. 'Ja' zei Ben 'je kunt mij helpen zoeken naar mijn been en mijn arm.' 'Er is maar een voordeel' zei Ben. 'En dat is? vroeg Frits. 'Oh ja dit is Frits' zei Akke en wees op de kat. 'Endatis'?' herhaaldeFrits.'Hetenigevoor deel is dat ik me in alles kan veranderen wat ik wil' legde Ben uit. 'En ik kan gedachten lezen dus samen komen we wel een eind!' riep Frits 'En ik kan niets' zei Akke bedroefd. 'Geef niet' zeiden Benen Frits inkoor. 'Zullen we dan maar gaan?' vroeg Ben. Na een kwartiertje lopen in het bos des onheil's kwamen ze op een open plek. Akke hoorde een grommende stem. Hij draaide zich om en de anderen volgden zijn voorbeeld. Achterhen stond een reusachtig monster. 'Ah! Die Ben' bromde het monster. 'Zoek je nog altijd naar je arm enje been?' lachte hij. 'Ik heb er een, maar je zult me eerst moeten verslaan' spotte hij. Het monster kwam op hen afgestapt. Ben veranderde meteen in een katapult. 'Schiet die stenen,.. de stenen af! 'riep Ben. Akke pakte een steen en legde hem op de lepel. Hij sneed het touw door met een stuk glas dat hij had gevonden. De steen vloog weg en raakte het monster recht tussen zijn twee ogen. Het zwaargewicht viel achteroverop de grond. 'Leeft hij nog?' vroeg Akke. 'Hij heeft in ieder geval geen gedachten meer' zei Frits. 'Hij zei dat hij mijn been of arm had' zei Ben. En

26

inderdaad Ben zijn been zat tussen het monster zijn broeksriem. 'Hoera' juichte Ben. 'Hoe krijgen weje been weer aan je lijf'?' vroeg Akke zich luidop af. 'Geen probleem' zei Ben geruststellend. Ben veranderde zich in een auto en dat been werd natuurlijk een wiel. 'Maak dat wiel aan mij vast' zei Ben. Akke monteerde het wiel aan Ben vast. Zodra het wiel vast zat veranderde Ben terug

Ondertussen waren ze hij het kasteel aangekomen. Ben klopte op de deur, die meteen daarna vanzelf openging. Ze stonden in een grote hal. Aan de andere kant van de hal ging een deuropen en er kwam een man binnen. Toen de man bij hen was vroeg Ben: 'Heb je soms mijn arm hier gezien'?' 'Jazeker' antwoordde de man. Maarje moet eerst iets voor me doen.' 'Wat dan?' vroeg Ben. 'je krijgt een woord en dat is: dier. Met de letters van dat woord moeten jullie nieuwe woorden maken en met die woorden moeten jullie een zin maken. Jullie krijgen daarvoor een half uur tijd.' 'Ga hier zitten' zei de man en wees op een bank. Ik zit in de kamer hiernaast. Na twintig

Voorzitter Riif Peetets en secretaris Joo.s Croes niet de itinnaars (i'. 1. ii.r.) Ere/ten Poes, Michiel Proroost en Anne Stoffrls. Kaieli'jne Sommen was afwezig. in de gewone Ben Tuzot. 'Ik ben moe' zuchtte Akke. 'Ik heb een idee' zei Ben. En wel onmiddellijk veranderde hij in een rijdend bed. Akke kroop onder de lakens en viel in slaap. Na een uurtje maakte Frits hem wakker. 'Kijk ginder een kasteel, waarschijnlijk van een groot tovenaar' zei Frits. 'Zullen we daar eens gaan kijken'?' vroeg Ben. 'Het begint al te schemeren dus het lijkt me geen goed idee om nu nog te gaan' zei Akke. 'Laten we dan hier overnachten' stelde Frits voor. 'Ik verander me in een kar en dan gaan Akke en ik hout zoeken voor het vLiur' stelde Ben voor. Even later kwamen ze terug meteen stapel hout. 'Ben, veranderje eens in een aansteker om het hout aan te steken' zei Akke. Even later lagen ze alle drie rond het vuur te slapen. 's Morgens hing er mist in het bos en het vuurwas gedoofd door de dauw. Toen ze alle drie wakker waren, vertrokken ze naar het kasteel. 'Denk je dat je daar je arm kunt vinden'?' vroeg Akke aan Ben. Voor Ben antwoordde zei Frits: 'ja'. 'Zeg Frits, hou nu toch eens op met gedachten lezen en laateens iemand anders antwoorden, begi'epen'?' riep Akke. 'Ja,jahet is al goed' zei Frits beledigd.

minuten denken vloog Akke op van de bank. Als een bezetene sprintte hij de kamer in waarde man zat. 'Ik weet' het hijgdehij. 'Sorry' zei de man,' maar Ben moet het me zeggen' 'OkĂŠ' zei Akke. 'dan ga ik het aan Ben vertellen.' 'Nee' zei de man opnieuw,'jij mag het niet doen' 'Hij moet het zelf vinden.' Opeens kreeg hij een idee. Hij liep de kamer uit en vroeg aan Frits om zijn gedachten te lezen en het aan Ben te vertellen. 'Het is: Dit is een ruit' zei Frits. 'Ga het aan de man vertellen' zei Akke gehaast. Ben kwam de kamer uit met zijn arm in zijn hand. Akke monteerde de arm terug aan Ben zijn lijf op dezelfde manier als met zijn been. Toen ze uit het kasteel kwamen zei Ben tegen hem: 'Jouw taak zit er op en daarom magjij naar de mensenwereld waar ze niet kunnen toveren.' Drie seconden later stonden hij en Frits op hun eigen zolder. Akke zei iets tegen Frits maar die zei alleen: 'miauw' Hij kon niet meer met dieren praten, maar Akke had stof voor een geweldig opstel!

Michiel Provoost, St.- Jansstraat 21, Wortel.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.