GONZEND Magazine 01

Page 1

ONDERDEEL VAN DE FRUITMOTOR / MAGAZINE 01 BLOEIENDE BEDRIJVEN IN RIVIERENLAND 10 inspirerende verhalen over hoe het anders kan
GONZEND RIVIERENLAND / 1

In het programma Gonzend Rivierenland van De Fruitmotor werken we aan een mooier, biodiverser, klimaatbestendiger en vitaler Rivierenland. Dat doen we samen met gemeenten, het waterschap, bedrijven, verenigingen, boeren, burgers en buitenlui. Verschillende bedrijven in de regio zijn al actief bezig om de biodiversi teit in hun directe omgeving te vergroten. Tien van hen hebben we benaderd om hun verhaal te horen. Wat heb je gedaan om de biodiversiteit te stimuleren? Waarom?

Hoe heb je dit aangepakt en wat heeft het opgeleverd? In de afgelopen zomer gingen we bij alle bedrijven langs om hun verhalen op te schrijven en in beeld te brengen.

In dit magazine vind je de tien portretten van heel verschillende ondernemers uit Rivierenland, zowel managers als eigena ren. De een beheert een bedrijvenpark, de ander een camping, theetuin of voedselbos. Wat ze gemeen hebben? Hun enthousiasme voor wat er voor hun deur en onder hun handen groeit én de over tuiging dat het anders kan en móét. Het is opvallend hoe persoonlijk veel van de verhalen zijn. Buiten bezig zijn, met natuur, planten, dieren – met biodiversiteit –zorgt voor schoonheid, rust, kleur, en voor leven. Hun inspanning is nodig, ervaren ze. En of ze nu al langer of pas sinds kort bezig zijn: het smaakt bij iedereen naar meer.

ONDERNEMERS LATEN RIVIERENLAND GONZEN

Het was een genoegen om deze serie te maken. Veel dank gaat uit naar de geïnterview den voor hun tijd en persoonlijke verhalen. De portretten vormen samen een schat aan informatie. We hopen dat ze een inspiratie zijn voor nog veel meer groen op de terreinen en erven van bedrijven in Rivierenland. Kijk, lees en geniet van de gonzende verhalen!

Wil je reageren of ook meedoen? Laat het ons weten via gonzend@defruitmotor.nl Meer over het programma Gonzend Rivierenland vind je op www.gonzend.nl

Hilde Engels en Mara Francken Namens Gonzend Rivierenland van De Fruitmotor Culemborg 2022
VOORWOORD GONZEND RIVIERENLAND / 2

VOORWOORD / 01

INHOUDSOPGAVE / 03

INTERVIEWS

HET WIELSEVELD / 05

De eigenaren van deze duurzame minicamping delen rust en natuur met hun gasten en maken hun terrein steeds kleurrijker.

VOEDSELBOS LINGEHOUT / 11

Dit voormalige stuk landbouwgrond verandert langzaamaan in een prachtig voedselbos.

FRUIT TECH CAMPUS / 17

Deze nieuwe proeftuin voor de fruitteelt houdt vanaf de start rekening met biodiversiteit en een veranderend klimaat.

BEDRIJVENPARK MEDEL / 23

Dit bedrijvenpark was altijd al groen maar wordt nu steeds biodiverser en natuurlijker beheerd.

FRUITWEELDE / 29

Op dit biodynamisch fruitbedrijf is het fijn werken en leven voor planten, mensen en dieren.

INHOUD GONZEND RIVIERENLAND / 3

GMB / 35

Dit bouwbedrijf wil zowel bij projecten als bij hun aankomende verhuizing de natuur beter achterlaten dan ze haar aantroffen.

DE FRUITMOTOR / 41

Deze coöperatie maakt cider en werkt samen met partners aan een meer biodiverse regio en een mooier landschap.

ANKER HOLSTEIN / 47

Deze melkveehouder schakelt om van regulier naar biologisch en zaait gezonde kruiden voor zijn koeien.

DE FRUITPROEVERIJ / 53

Dit gemengde bedrijf combineert accommodatieverhuur met fruit , groente en kruidenteelt volgens permacultuurprincipes.

HONDDIJKER THEETUIN / 59

In deze theetuin, op het erf en het land erachter, vinden bezoekers inspiratie, rust en een groene oase vol dierenleven.

BEGRIPPENLIJST / 65

Enkele begrippen in de interviews vergen misschien wat uitleg. Die vind je terug in de begrippenlijst achter in dit magazine. Deze begrippen zijn in de tekst gemarkeerd met een *

COLOFON / 66

GONZEND RIVIERENLAND / 4
GONZEND RIVIERENLAND / 5

MINICAMPING HET WIELSEVELD

Joke Brookman en Joost Ghijssen van minicamping Het Wielseveld verhuisden vanuit Nieuwegein naar de Betuwe, op zoek naar meer ruimte en groen. Die vonden ze in Eck en Wiel. Nu delen ze rust en natuur op hun eigen kleinschalige en duurzame camping die steeds kleurrijker wordt.

WELKOM VOELEN EN GROEN BELEVEN

Joke is blij in de Betuwe: “Wakker worden in deze omgeving is fantastisch. Je ziet de zon op en onder gaan. We zitten hier mid den tussen het groen, de snelwegen zijn ver weg. Er is rust.”

Joost: “Ik heb heel verschillende banen gehad, onder meer in de jeugdzorg, als hovenier en als projectleider om kinderen meer aan het bewegen te krijgen. Hier komt alles samen. Als ‘camping boer’ is het hard werken, maar het is voor jezelf werken, met veel afwisseling. Ik heet gasten welkom, poets, timmer, leg straatjes, onderhoud het groen en doe de website.” Joke werkt soms ook mee op de camping en werkt daarnaast in de jeugdzorg. Met mensen werken was Joost al gewend en dat vindt hij ook erg leuk: “Ik ben hier de ‘aanwezige gastheer’ zou je kunnen zeggen. Niet opdringerig maar benaderbaar. Ik probeer mensen een ver trouwd gevoel te geven, ze te ontzorgen en zich welkom te laten voelen. Het is onze kracht, horen we. We hebben veel gasten die terugkomen.”

STEEDS NATUURLIJKER

Joost en Joke willen het terrein steeds meer laten aansluiten op de groene omgeving. Drie jaar geleden bezocht Joke een avond over natuurlijk terreinbeheer van Stichting Landschapsbeheer

Gelderland (SLG). Ze kwam geïnspireerd thuis. Joke: “Het ging over sinusmaaien*, een manier van maaien waarbij je meer verschillende soorten de kans geeft om te groeien en te bloei en. Zo maak je een stuk gras diverser qua planten en daarmee aantrekkelijker voor vogels, bijen en andere insecten.” Joke en Joost gingen anders maaien en stukje bij beetje werd het terrein natuurlijker. Achter de campingplaatsen is een halve hectare grasland opnieuw ingericht met hulp van SLG. De stichting maak te een tekening met onder meer een bosje, een struweelhaag en een bloemenweide en deed suggesties voor plantensoorten. Waar eerst alleen gras was, zijn nu de contouren van een stuk nieuwe natuur zichtbaar, met verschillende inheemse soorten zoals wilg, zomereik en hazelaar. Er zijn ook bessen en er is een kruiden mengsel gezaaid.

BEPERKT ONDERHOUD

Veel onderhoud aan al dat nieuwe groen is niet nodig. “Het idee is dat het meeste zichzelf redt,” legt Joost uit. “De jonge bomen krijgen wel wat water, anders redden ze het niet bij droogte. Het nieuw beplante stuk maaien we stukje bij beetje. Het maaien met een bosmaaier tussen de bomen kost wel meer tijd dan gewoon maaien. We halen bijvoorbeeld berenklauw en brandnetels weg. Het is hier een camping, dus we houden het groen wel bij.”

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 6
GONZEND RIVIERENLAND / 7
“ONZE AANPAK INSPIREERT ZOWEL GASTEN ALS BUREN OM OOK TE VERGROENEN”

REKENING HOUDEN MET DIEREN

Er leven verschillende dieren op het terrein. Joost: “We zien hazen, vlinders, bijen en andere insecten en vogels zoals buizerds, fazanten, patrijzen, ijsvogels, zilverreigers, ooievaars, zwaluwen, merels, spreeuwen, duiven en steenuilen.” De steenuilen krijgen extra aandacht van de lokale steenuilenvrijwilligersgroep die nestkasten op het terrein plaatsen en onderhouden. In de twee vijvers op het terrein leven padden, salamanders, kikkers en libellen.

Joke en Joost denken bij veel ingrepen op het terrein aan de wilde dieren. Joke: “We hebben een stuk terrein omheind, maar met grofmazig schapengaas. Zo kunnen bijvoorbeeld egels er nog doorheen.” Ook in de verlichting werd rekening gehouden met de natuur. Joost: “We moesten echt wat verlichting hebben. Gasten vonden het zonder wel heel donker. Ik vond het heel spannend, want we willen voor het leven op ons terrein geen lichthinder. Het is gelukkig mooi geworden, heel subtiel en vlak bij de grond. Zo is de lichtuitstraling en de lichthinder voor dieren beperkt.”

GROEN GENOT

De inspanning voor meer groen op het terrein levert Joke en Joost veel genot op. Beiden: “Het is voor ons een feest om alles hier te zien groeien en bloeien.” Joke voegt toe: “Het is bewezen dat het goed voor je is, groen om je heen. Het laat me voelen dat ik onderdeel ben van iets groters en ik kom erdoor tot rust. We zien dat de gasten het ook waarderen. Het sedumdak op ons sanitairgebouw en fietsenstalling is het eerste wat mensen zien als ze hier het terrein opkomen. We krijgen vaak de reactie: ‘Dat wil ik ook!’

GONZEND RIVIERENLAND / 8

Het valt op.” Joost: “Een van de gasten zei laatst: ‘Je had wel eens eerder mogen vertellen dat het zo mooi is achterin!’ Het feit dat wij een duurzame uitstraling hebben en dat we bewust willen omgaan met de omgeving stimuleert onze gasten ook netjes om te gaan met het terrein. Ik vind hier nooit iets op de grond.” Behalve de gasten inspireert de vergroening van Het Wielseveld ook mensen uit de straat. Enkele buren werden enthousiast en zijn inmiddels ook met SLG aan de slag op hun terrein.

ZELF AANLEGGEN SCHEELT KOSTEN

Het groen kost geld, maar voor Joost en Joke is de prijs van groene aanpassingen op het terrein geen reden om ze niet uit te voeren. Joost: “We kunnen zeker niet zomaar alles doen, maar het sedumdak was een grote wens. We hebben dus gekeken hoe we dat konden realiseren. Door de aanleg zelf te doen, heeft het ongeveer 3000 euro gekost. Daarnaast hebben we nog zo’n 750 euro aan bomen en struiken uitgegeven.” De twee hebben ook nog genoeg verdere plannen en wensen voor het terrein. Joke: “We willen graag nog een bloemenmengsel aan de straat zaaien, en op de heuvel op het nieuw ingerichte deel meer bloemen laten groeien. Dit jaar groeide daar vooral koolzaad. En ik wil graag nog meer kleur in de borders aanbrengen, bij voorbeeld met bessen.” Joost voegt daar nog aan toe: “Een goed bijenhotel dat er ook leuk uitziet, dat zou ook nog mooi zijn!”

TROTS OP HET SEDUMDAK

“Eigenlijk zijn we trots op alles wat we hebben gedaan,” vertelt Joke “maar van het sedumdak hebben we zelf wel het meeste plezier! Het heeft alle kleuren van de regenboog. We vinden het prachtig. En dat het zo weinig onderhoud vraagt, is ook fijn.” Joost vult aan: “Het is echt een visitekaartje geworden. Dat hadden we van tevoren niet zo bedacht. En we zijn er trots op dat we hier ruimte creëren voor planten en dieren. Je hoort overal dat het slecht gaat met de biodiversiteit, maar hier zien we steeds meer dieren.”

LAAT WAT GROEIEN

De aanpak van Het Wielseveld is inspirerend en biedt aanknopingspunten voor wie ook meer groen en leven op zijn terrein wil. Een paar belangrijke tips van Joost: “Water in je tuin doet leven! Ook al is het maar een klein vijvertje. En laat eens wat groeien. Mensen zien op tegen onderhoud, maar je hoeft niet elk sprietje weg te halen. Als je niets doet, komen er vanzelf nieuwe plantjes. Laat je eens verrassen en wees blij met onverwachte dingen. Je ziet elke keer weer iets nieuws, een vlinder of een insect.”

GONZEND RIVIERENLAND / 9

WIE

Joke Brookman en Joost Ghijssen, eigenaren Het Wielseveld WAT minicamping met 25 plaatsen WAAR Eck en Wiel (gemeente Buren) SINDS 2018

WEBSITE www.camping betuwe wielseveld.nl

GONS / 10
GONZEND RIVIERENLAND / 10

VOEDSELBOS LINGEHOUT

Aan de rand van Geldermalsen wordt een stuk voormalige landbouwgrond omgevormd tot voedselbos. Projectleider natuurinclusieve landbouw Gerdien Dijkstra maakt er haar ambitie waar om meer duurzaam lokaal voedsel te produceren én realiseert tegelijkertijd haar droom om buiten te werken.

VAN BUREAU NAAR BUITEN

Gerdien laat meteen haar tuinderskant zien: “Wil je nog peultjes? Ze moeten echt heel nodig de grond in en ik heb er veel te veel!” Vroeger wilde ze bioloog worden. Maar biologie studeren? Daarmee werd je meestal wetenschapper of docent. Niet haar gedroomde pad. Het werd milieukunde en een carrière ‘in de duurzaamheid’ volgde. Na jaren bij onder meer de Vereni ging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling, als consultant bij PricewaterhouseCoopers (PwC) en bij MVO Nederland in het internationale ketenbeheer nam ze in 2017 een sabbatical. Gerdien bouwde een tiny house, ging op reis naar China en dacht na over een centrale vraag: Wil ik tot aan mijn pensioen een kantoorbaan? Nee dus. Te weinig buiten. Ze begon voor zichzelf, met als doel te combineren wat ze leuk vindt en waar ze goed in is: projecten realiseren én voedsel telen! Na opdrachten voor Herenboeren en Streekboerderijen – beide actief in de productie van lokaal, duurzaam voedsel – komt er in 2021 een vacature langs waarin ze echt haar ei kwijt kan: het realiseren van een nieuw voedselbos* in Geldermalsen.

COMBINATIE MET BOMENHERPLANT

Coöperatie Betuwewind is initiatiefnemer van het voedselbos. Als burgercoöperatie met eigen windmolens keert ze rendement uit de geleverde windenergie uit aan de leden. Na uitkering is er

nog geld over en daarmee investeert de coöperatie in duurzame projecten in de regio. Voor de realisatie van windmolens worden af en toe bomen gekapt. Daarvoor heeft de coöperatie een ‘herplantplicht’. Met die bril was al eens gekeken naar de regio: waar kon geplant worden? Tegelijkertijd ontstond bij enkele leden het idee om een voedselbos te realiseren. Op het landgoed Groot Westerhout, net buiten Geldermalsen, wordt uiteindelijk ruimte voor beide gevonden. Het landgoed wil graag meer natuurontwikkeling en duurzame landbouw op zijn terrein, en daarom was er een goede match met de voedselbosplannen. Op een deel van het terrein worden bomen herplant en op een ander deel start Betuwewind een voedselbos van 12 hectare.

DE START VAN HET VOEDSELBOS

Een voedselbos groeit niet in een dag. Gerdien: “Enkele leden van Betuwewind waren op het moment van starten op de huidige locatie al zo’n drie jaar bezig met de voorbereiding. Ze bezochten andere voedselbossen, lazen zich goed in en praatten over hun plannen. Langzaamaan ontstond een beeld van hoe het nieuwe voedselbos eruit kon gaan zien.”

Nadat het als een project binnen Betuwewind begon, is het voedselbos sinds 2022 een eigen bv onder de coöperatie. Zo’n 120 mensen zijn nu deelnemer in het voedselbos en er is

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 11

nog ruimte voor nieuwe deelnemers. Deelnemers krijgen geen financieel rendement; wel zijn ze mede initiatiefnemer en krijgen ze de keuze uit het geproduceerde voedsel via een abonnement. “Deelnemers doen niet mee om er rijk van te worden, maar omdat ze het belangrijk vinden dat dit gebeurt,” zegt Gerdien. Om daar meteen aan toe te voegen: “We zijn wel een serieus bedrijf. Het is nu nog investeren, maar we verwachten over vijf tot zeven jaar kostendekkend te kunnen werken. De hoeveelheid oogst en hoe we deze kunnen verwerken tot mooie producten is hierin bepalend. Maar we hebben ook andere bronnen van inkomsten, zoals educatie en voorlichting.”

8000 BOMEN EN DE EERSTE GROENTETEELT

In 2022 is de structuur aangelegd. Op het terrein van 12 hectare zijn 8000 bomen en struiken geplant. De helft daarvan is klein fruit voor de tuinderij, de andere helft bestaat uit boomsingels en hagen in het voedselbosdeel. In het najaar van 2022 wordt gestart met de rest van de aanplant van het voedselbos. Het ontwerp ontstond met hulp van Stichting Voedselbosbouw Nederland, Fruitzforlife, Werkend Landschap, De Waalgaard en andere partners. Zowel voedselbos als de tuinderij worden aangelegd in overleg met partners die producten gaan verwerken of afnemen.

Ook kwamen er druppelslangen voor het water geven. Gerdien: “We hebben dit jaar drie parttime tuinders ingehuurd, met wie we groenteteelt gaan uitproberen. Volgend jaar wordt dan ons eerste echte exploitatiejaar.”

‘NIKS DOEN’ VOOR DE BIODIVERSITEIT Haast vanzelfsprekend voedt het voedselbos niet alleen de monden van de deelnemers, maar voorziet ook in de behoeften van al het andere leven in de omgeving. Het motto van Voed selbos Lingehout is ‘samen eten uit de natuur’. De keuzes van de planten helpen de biodiversiteit op het terrein. Zo zijn voor de aanplant van de hagen bijvoorbeeld veel verschillende inheemse soorten gekozen. Ook het beheer vergroot de biodiversiteit. Gerdien: “In ‘voedselbossenland’ is er een schaal van helemaal niks doen tot toch af en toe ingrijpen. Ik zoek een werkbare midden weg hierin. We onderhouden onze graspaden bijvoorbeeld om het terrein toegankelijk te maken. En als de bomen echt staan dood te gaan van de droogte geven we een keer water, maar niks doen is het belangrijkste.” Zo worden er geen bestrijdingsmiddelen, geen mest en geen compost gebruikt en ontstaan wildere plekken op het terrein. “Accepteren dat het er een beetje rommelig uit gaat zien, hoort erbij,” aldus Gerdien. “Omwonenden vinden dat best

GONZEND RIVIERENLAND / 13

“NIKS DOEN IS HET BELANGRIJKSTE”

GONZEND RIVIERENLAND / 14

spannend, al die brandnetels en bramen. Praten helpt: ‘Waar ben je bang voor? En wat kunnen we doen als dat gebeurt?’ Wat ik ook doe, is een heel duidelijke, zichtbare structuur aanleggen op het terrein, en een bord met wat we doen. Om te laten zien dat wat we doen én laten bewust gebeurt.”

DE OPBRENGST GROEIT

De verkoop van de producten groeit de komende jaren mee met de nieuwe bomen en planten. In 2022 is er al opbrengst van de appel en perenbomen die zijn blijven staan. Daarnaast komen er producten van de moestuin tuinderij. De afzet gaat naar deelnemers, lokale consumenten en lokale partijen en verwerkers. Gerdien: “En misschien gaan we ook wel ergens op de markt staan!” Lachend: “Het is één groot experiment.” Ook rondleidingen en workshops maken deel uit van de plannen op het terrein. Er is daarbij veel ruimte voor initiatief van de deelnemers,

zoals de bloemenweide. “En het leuke is: dat kan hier,” zegt Gerdien enthousiast. “In het voorjaar is er 5000 vierkante meter bloemenzaad ingezaaid.” Al met al is er in korte tijd best veel bereikt en is Gerdien terecht trots op de praktische aanleg van het voedselbos: “Als ik er sta en de lijnen in het ontwerp zie ontstaan, dat maakt me echt een blij mens!”

RAFELRANDEN VOL VLINDERS

En als je nu zelf iets wilt doen voor meer biodiversiteit op je eigen bedrijf of in je eigen omgeving? Gerdien heeft een goede tip: bouw het groenbeheer van je stukje grond eens af – hoe klein ook – en kijk wat er gebeurt. “Het staat leuk om er een beet je structuur in aan te brengen, maar laat ook gewoon eens wat gebeuren. Vooral aan de rafelranden, waar je toch niets mee doet. En dan de vlinders zien komen. Dat is toch prachtig?!”

GONZEND RIVIERENLAND / 15

WIE

Gerdien Dijkstra, projectleider Voedselbos Lingehout, samen met zo’n 30 vrijwilligers, 3 tuinders/beheerders en bijna 120 deelnemers

WAT

voedselbos en tuinderij WAAR

Geldermalsen (gemeente West Betuwe) SINDS 1 januari 2022 (start aanplant)

WEBSITE www.voedselboslingehout.nl

GONZEND RIVIERENLAND / 16

FRUIT TECH CAMPUS

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 17

Tom Hottentot is als projectleider druk met het opstarten van de nieuwe Fruit Tech Campus in Geldermalsen. Bij het inrichten van deze proeftuin voor de fruitteelt houdt hij rekening met biodiversiteit en een veranderend klimaat.

TERREIN IN ONTWIKKELING

De interesse in zijn natuurlijke omgeving zat er bij Tom al vroeg in. Zowel zijn vader als opa was bioloog en dat zorgde voor een jeugd met veel aandacht voor planten en dieren. “We gingen op vakantie naar natuurkampen,” vertelt Tom. Na de middelbare school koos hij voor een studie internationaal land en waterbeheer in Wageningen. “Biologie viel af; celbiologie leek me te kleinschalig en het beschrijven van soorten vond ik niet interessant genoeg.” Natuurkunde vond hij interessanter.

Tom: “De toegepaste kant van de exacte wetenschappen spreekt me aan. Het is fijn als dingen kloppen, er cijfers en argumenten

zijn om keuzes op te baseren. Er is weinig ruimte voor interpre tatie, daar houd ik van.” In Wageningen leerde hij welke keuzes je kunt maken bij het inrichten van een gebied. Dat komt goed van pas bij de Fruit Tech Campus, want het terrein in Geldermalsen is nog volop in ontwikkeling. “Ik ben dit jaar gestart bij de Fruit Tech Campus en ga hier vorm geven aan ons innovatie programma. Maar tot nu toe ben ik vooral bezig met het coördineren van de inrichting van tech labs en de buiten ruimte.” Voordat Tom startte bij de Fruit Tech Campus deed hij fruitervaring op in het buitenland en bij Fruitmasters, de regionale fruitcoöperatie.

GONZEND RIVIERENLAND / 18

HERKENBARE ÉN TOEKOMSTBESTENDIGE BOOMGAARD

De Fruit Tech Campus wordt een innovatiecentrum met demonstraties van nieuwe ontwikkelingen in fruit, technologie en data in de fruitteelt. Telers en studenten kunnen er komen kijken, leren en inspiratie opdoen. De infrastructuur van het terrein moet voor de winter van 2022 klaar zijn. In het voorjaar van 2023 moet er een jonge boomgaard staan waar nu nog grasland is. Tom: “Veel innovaties kun je pas laten zien als je een boomgaard hebt. We zijn dus aan het plannen: hoe richt je een boomgaard in die geschikt is voor ontwikkelingen van over vijf jaar en tegelijkertijd herkenbaar is voor de teler van nu?” Innovaties kunnen technologisch zijn, zoals controle van gewassen door drones. Maar ook met nieuwe vormen van plaagbestrijding, kleinschalige teeltsystemen en elementen van agroforestry* kan straks geëxperimenteerd worden. Op het terrein is ook ruimte voor een school /moestuin.

“LIEVER EEN WINDHAAG MET INHEEMSE SOORTEN DAN AL DIE CONIFEREN”

BIODIVERSE BEPLANTING

Op het campusterrein wordt op verschillende manieren ruimte gemaakt voor natuur. Twee grote bloemenstroken met inheemse bloemen vallen op. Tom: “Die hebben we gelijk toen ik begon dit voorjaar ingezaaid. De stroken zijn samen 300 meter lang en elk 3 meter breed. Tom: “De Fruitmotor heeft meegekeken bij de inrichting van het terrein en een deel van het inheemse bloemzaadmengsel geleverd. Ze hebben ons laten zien hoe we het kunnen zaaien en uitgelegd hoe we het moeten maaien.” Een andere belangrijke toevoeging aan het terrein is de geplande biodiverse windhaag van tien verschillende in heemse boomsoorten. Tom: “Veel mooier en beter voor de biodiversiteit dan de coniferen die je veel ziet in deze regio.” Er komen verschillende fruitsoorten in de boomgaard. Tom: “Ook dat is biodiversiteit. We hebben elf gewassen en daarbinnen verschillende rassen in ons teeltplan staan. Zo hebben we straks veel om het verhaal van de fruitteelt ook aan de bezoekers te laten zien.”

BIJENHOTEL EN RUIME WATEROPVANG

Een enorm bijenhotel, dat is gebouwd tussen grote vierkante palen op het terrein, valt op. Tom: “We nemen heel bewust maatregelen voor meer dieren en planten op het terrein. Het hotel is goed voor bijen, hommels, oorwurmen en andere insecten die hier kun nen nestelen. Lachend: “We noemen het wel het hoogste bijenhotel van Rivierenland!” Voor de bestuiving van de fruitbloesems willen we metselbijen inzetten in plaats van de honingbijen die veel telers huren. Tom: “Die vliegen al bij lagere temperaturen, wat goed is voor de bestuiving van de fruitbomen.” Op de parkeerplaats liggen grasbetontegels. Zo kan het water weglopen en er kunnen planten tussen groeien. Op het terrein is een wadi* aangelegd. Tom: “Het is er nu een beetje droog, maar ik verwacht hier lisdodde en andere waterplanten. Die komen vanzelf.” Ook dieren, zoals vogels, zijn gebaat bij het water. Naast de wadi is er ook een wateropvangbassin. Regenwater stroomt naar het bassin toe en kan vervolgens worden gebruikt voor irrigatie.

GONZEND RIVIERENLAND / 19
GONZEND RIVIERENLAND / 20
GONZEND RIVIERENLAND / 21

SOORTEN BIJHOUDEN

In korte tijd is er veel werk verzet op het campusterrein. Tom: “De eerste paal is in 2021 de grond in gegaan en driekwart jaar later staat er een pand dat functioneert en een terrein dat steeds mooier wordt. Daar zijn we met het hele team heel trots op.” Zelf vindt Tom de bloemen heel leuk: “Een heel stuk mooier dan een kaal gemaai de slootrand!” De bloemen worden gewaardeerd door insecten en ook vogels ziet Tom op het terrein. “Tot nu heb ik kieviten, de kleine plevier, kwikstaartjes en scholeksters gezien. Zij vinden het prettig op onze bouwgrond.” Tom zou graag nog een lijst bijhouden met welke dieren er op het terrein leven; een goede inventarisatie van de biodi versiteit met soorten planten en dieren. Lachend: “We zijn hier toch van de data, dus dan kan dit ook wel!”

BLOEMRIJKE PAUZEPLEK

Tom weet niet precies wat de kosten zijn die Fruit Tech Campus maakt voor de verschillende biodiverse elementen. Tom: “Het hoort er gewoon bij. Het bloemzaad en de andere dingen die we doen, komen uit het potje ‘aankleding’. Op onze schaal zijn het geen hoge kosten. We moeten allemaal een beetje ons best doen voor de biodiversiteit en ook met klimaatverandering moeten we rekening houden.” Het is volgens Tom niet moeilijk om iets te doen voor meer biodiversiteit op je terrein. “Als het terrein verder af is, zijn er vast nog wel meer stukjes waar we wat grond kunnen neerleggen. Dan raken ze vanzelf begroeid.” Een tip voor anderen die een terrein nieuw inrichten, heeft hij ook: “Als je ergens een hoekje over hebt, maak de grond wat los en hark wat bloemzaad in. Dan heb je meteen een fijne plek om heen te gaan voor je pauzewandeling. Op de plek van één parkeerplaats kun je al veel doen.”

WIE

Tom Hottentot, projectleider Fruit Tech Campus

WAT

Opleidings , kennis en innovatiecentrum

WAAR

Geldermalsen (gemeente West Betuwe)

SINDS 2020 WEBSITE www.fruittechcampus.nl

GONZEND RIVIERENLAND / 22
GONZEND RIVIERENLAND / 23

BEDRIJVENPARK MEDEL

Marcel van den Berg is al zes jaar parkmanager bij bedrijvenpark Medel. Het als park aangelegde industrieterrein was altijd al groen maar wordt nu steeds biodiverser en natuurlijker beheerd.

VERBINDEN EN RELATIES OPBOUWEN

Medel, aan de rand van Tiel, is sinds 1998 de thuishaven van bedrijven in de logistieke en distributiesector, en handel , bouw en productiebedrijven. Als parkmanager is Marcel het aanspreek punt voor de ondernemers op het park: “Ik houd van faciliteren en ontzorgen, ik voel mensen aan en kan waardevolle relaties opbouwen. Vroeger wist ik niet wat ik wilde worden, maar die elementen passen me goed en zaten er al vroeg in.” Op bedrij venpark Medel is hij een verbinder: “Ik ben een generalist en ik zie veel kansen. Mijn kracht ligt in verbinden, in mensen en ideeën aan elkaar koppelen.” Het park beslaat nu 160 hectare en heeft nog uitbreidingsplannen. Marcel: “Bedrijvenpark Medel is een bijzonder bedrijventerrein, omdat het is aangelegd als een echt park. Er wordt gewerkt, maar mensen komen er ook vissen en hun hond uitlaten. Dat kan hier ook.”

DUURZAAMHEID IS ACTUEEL

Bedrijvenpark Medel wordt beheerd door Coöperatie Medel. Het bestuur van de coöperatie is bezig met verduurzaming, ziet Marcel. “In het afgelopen halfjaar zijn we in actie gekomen. De

focus ligt op energie. We moeten van het gas af, dus ondernemers zijn bezig met zonnepanelen, energie uitwisselen en energie besparen.” Biodiversiteit speelt nog niet als thema. Grotere or ganisaties hebben een innovatie afdeling, maar kleinere bedrijven hebben niet de capaciteit voor allerlei ontwikkelingen, is Marcels ervaring. “Als coöperatie moeten we het voortouw nemen, vind ik. De komende een tot drie jaar gaan we flink inzetten op verduur zaming. We gaan niet voorschrijven, wel voorlichten. Hardop den kend: “Wellicht kunnen we een campagne opzetten hoe bedrijven verder kunnen verduurzamen en daar iets over biodiversiteit in opnemen. Marcel is geïnteresseerd om in contact te komen met een ondernemer die elders zijn of haar terrein succesvol heeft vergroend en die ervaringen wil delen. “Dat vinden onze ondernemers interessant.”

VERANDERENDE IDEEËN EN MINDER MAAIEN

Marcel ziet dat ideeën over terreininrichting door de tijd verande ren. “We hebben hier bijvoorbeeld 950 eiken. Toen het park werd aangelegd, leek dat een goed idee. Het ziet er mooi uit, het straalt eenheid uit en het geeft schaduw en verkoeling. Maar inmiddels hebben we de eikenprocessierups en weten we dat een mix van

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 24

soorten bomen beter is. Zo ontwikkelen ideeën en wensen zich.” Ook het beheer verandert. Marcel: “Mijn voorganger hield van alles kort en strak maaien. Ik ben meer van extensief maaien.” Op verschillende plaatsen op het terrein wordt nu minder gemaaid dan vroeger. “De rand wil ik nog strak hebben, voor een verzorgde entree. Maar in het midden kan het prima langer blijven. Tot twee meter vanaf de weg houden we het gras laag voor goed zicht en voldoende veiligheid, maar daarachter laten we het hoger. Het is pionieren.” In het begin vond iedereen dat minder maaien nog best spannend, vult Marcel aan. “Mensen waren bang dat het er rommelig ging uitzien. Maar nu horen we dat bezoekers en gebruikers het mooi vinden. En het is goed voor allerlei dieren die ertussen leven en er voedsel vinden.” Bijkomend voordeel is dat je zwerfvuil er minder in ziet liggen, merkt Marcel: “Omdat afval ander afval aantrekt, denk ik dat het dus mensen aanspoort om niets op de grond te gooien.”

NATUURLIJK BEHEER EN KRUIDENMENGSEL

In het midden van het terrein ligt een grote waterplas. Ook hier wordt anders gemaaid. Marcel: “We noemen dit onze testlong, als een plek die zuurstof levert voor de omgeving en waar we steeds meer natuurlijk willen gaan beheren. Het riet dat er groeit, wordt gefaseerd gemaaid, in een cyclus van drie jaar. Zo hebben we afwisseling tussen jong en oud en maaien we niet alles in een keer weg. Waterhoentjes en andere dieren hebben dan meer schuilge legenheid.” Een andere verandering die is ingezet op het terrein: waar eerst gras was, zijn nu kruiden ingezaaid. Een stuk van twee bij zeventig meter is dit jaar ingezaaid en een volgende strook van vijftig meter staat nog gepland. Net als het hogere gras waren ook deze stukken met kruiden even wennen: “In eerste instantie zag het er rommelig uit. Ondernemers zeiden: ‘Wat heb je nu verzon nen?!’. Maar ik zei: ‘Geef het even tijd. Jouw bedrijf stond er ook niet in een dag!”. Het kruidenmengsel heeft wel een ander soort

GONZEND RIVIERENLAND / 25
“WE MOETEN GEWOON AAN DE SLAG VOOR MEER VERSCHILLENDE PLANTEN EN DIEREN” GONZEND RIVIERENLAND / 26

onderhoud nodig, merkt Marcel. “Daar zijn we nog mee aan het stoeien. Een ondernemer belde gisteren nog dat hij het rommelig vond en dat het door zijn hek heen groeide. Daardoor klapte de elektriciteit van zijn hek eraf. Gras is in die zin makkelijker. Daar ga je met een maaimachine overheen en dan is het klaar. Als we meer bloeiers willen, vergt dat dus een ander type onderhoud met een andere kostenpost.” Waarop hij meteen aanvult: “Niet per se hoger op het totaal trouwens. Maar wel anders.”

IN

STAPPEN NAAR MEER BIODIVERSITEIT

Marcel werkt samen met de groenaannemer aan de vergroening van het terrein. “We hebben het groen in eigen beheer. Met de groenaannemer overleg ik elke maand.” Ook met de gemeente is regelmatig contact over het groen. Marcel: “Voor de tweede strook met het kruidenmengsel moest de gemeente toestemming geven. Die hebben we nu en ze betalen wat mee omdat ze het ook belangrijk vinden.” Marcel haalt overal ideeën en kennis vandaan en probeert graag dingen uit. “Ik probeer op internet wat organisaties te volgen die bezig zijn met biodiversiteit, zoals IVN [Instituut Voor Natuureducatie, red.]. Ook kijk ik naar beschikbare subsidies.” Kleine veranderingen voert hij meteen door, voor grotere verduurzamingsideeën overlegt Marcel met het bestuur. “Grote veranderingen moeten we plannen. Ik wil de biodiversiteit vergroten en ik wil dat dieren het fijn hebben, maar ik kan niet het hele terrein hier op de schop gooien. Het moet in kleine stappen.”

ZELF IN ACTIE

Marcel is tevreden over de uitstraling van het terrein, de samenwerkingen en de reacties van ondernemers op hoe het park eruitziet. Zelf merkt hij dat hij lol krijgt in het groen en de bloemen: “Ik vind het mooi. In mijn eigen tuin stond ik afgelopen weekend met plezier de knopjes uit de lavendel te knippen. Wat ik privé doe en wat ik hier doe, versterkt elkaar.” Vooruitkijkend: “Ik word blij van de dingen die ik uitprobeer. Maar ik merk ook dat we echt nog meer kunnen doen. We moeten gewoon aan de slag voor meer verschil lende planten en dieren. Ik wil meer voor insecten gaan doen, de biodiversiteit in onze testlong verder verhogen en er mag nog meer kleur in. In 2025 gaan we ons groenbestek vernieuwen. Dat biedt nieuwe kansen.” In de tussentijd blijft hij zeker dingen uitproberen. Lachend: “Ik houd van actie. Ik heb bijvoorbeeld mezenkasten besteld en die spijker ik het liefst meteen zelf aan de boom. Maar ik hoor dat het belangrijk is om ze op een bepaalde manier op te hangen, dus daar moet ik dan even op letten.”

WIE

Marcel van den Berg, parkmanager coöperatie Medel

WAT

Bedrijvenpark

WAAR Tiel

SINDS 1998, Marcel is sinds 2017 actief

WEBSITE www.cooperatiemedel.nl

GONZEND RIVIERENLAND / 27
GONZEND RIVIERENLAND / 28

ZACHTFRUITBEDRIJF FRUITWEELDE

Willemien Brouwer is eigenaar van Fruitweelde in Ingen, een biodynamisch* fruitbedrijf met verschillende soorten bramen, frambozen en andere bessen. Na een jaar meewerken nam ze per 2021 het bedrijf echt over. Ze werkt er aan haar ‘mooie tuin’, een plek waar het fijn werken en leven is voor planten, mensen en dieren.

TERUG NAAR DE EENVOUD

Willemien Brouwer arriveerde in 2020 in Ingen. Daar ging heel wat denkwerk aan vooraf. Willemien: “Na school wist ik niet wat ik met mijn leven wilde. Ik deed vwo en veel mensen verwachten dan dat je gaat studeren. Maar ik was helemaal klaar met al die boeken. Na mijn examen nam ik de tijd om te reizen, te werken en rond te kijken in de wereld. Op fietsreis merkte ik vooral dat ik het heerlijk vind om alleen maar bezig te zijn met de basis: waar ga ik slapen? Waar ga ik eten? Waar zet ik mijn tentje op?”

VAN VAKANTIEWERK NAAR EIGEN FRUITBEDRIJF

Na haar reis wilde Willemien de rust en de ruimte die ze heeft ervaren graag vasthouden. Een eerdere werkervaring bracht een kans op een leven buiten in het groen. Willemien: “Mijn moeder is biologisch fruitteler adviseur. Toen ik op de middelbare school zat, stelde zij voor dat ik bij een biodynamisch fruitbedrijf in Zeeland vakantiewerk zou gaan doen. Ik vond het een paradijsje op aarde. Lekker buiten tussen de planten. Jaar na jaar kwam ik er terug en leerde steeds meer omdat ik het zo leuk vond. De eigenaar, Harald

[Oltheten red.], zag dat. Op een dag belde hij: wil je je eigen fruit bedrijf? Fruitweelde in Ingen komt ter overname. Ik wist natuurlijk nog heel veel niet. Maar ik zei meteen ja!”

PRAKTISCHE EN FINANCIËLE HULP

Na het eerste telefoontje volgde een spannende periode. Om kennis te maken met het bedrijf en alles dat erbij komt kijken, ging Willemien op het terrein wonen. Een jaar lang leerde ze alles dat nodig is van eigenaar en oprichter Elze Lia Visser. Naast de verzorging van de planten dompelde ze zich onder in planningen, machines, afnemers en financiën. Financieel is het voor jonge startende ondernemers een grote uitdaging om een agrarisch be drijf over te nemen. Voor Fruitweelde maakte Stichting BD (bio logisch dynamisch) Grondbeheer het mede mogelijk om het be drijf voort te zetten. Bij de overdracht heeft de stichting de grond gekocht en in erfpacht uitgegeven aan de bedrijfsopvolgers. Zo is geborgd dat de grond biodynamisch blijft, ook in de toekomst. Harald werd een van de twee vennoten waarmee Willemien het bedrijf nu samen runt. Lachend: “Ik beslis als bedrijfsleider nu veel

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 29
GONZEND RIVIERENLAND / 30
GONZEND RIVIERENLAND / 31
“ELK BLOEMETJE MAAKT EEN VERSCHIL”

zelf, maar ik bel hem nog bijna elke dag om even te sparren! Mijn moeder kan ik ook altijd om advies vragen, over de teelt maar ook bijvoorbeeld over welk bloemzaad ik kan zaaien voor bijen.”

FRUIT NAAR NEDERLAND EN HET BUITENLAND

Op Fruitweelde groeien onder meer rode bessen, bramen, fram bozen en kiwibessen. Er is veel vraag naar het fruit van Willemien: “Mijn fruit gaat naar biologische groothandels in Nederland en in het buitenland. Fruit dat we niet als ‘eerste klas’ kunnen verkopen, gaat naar jam en ijsjesmakers.” Fruitweelde is aangesloten bij Nautilus Organic, een biologische akker , fruit en tuinbouw coöperatie van telers in heel Nederland. Willemien: “Zij doen de verkoop, daar houd ik me minder mee bezig. Ik heb wel contact met klanten, maar zij zoeken bijvoorbeeld nieuwe klanten, houden klantgesprekken en spreken prijzen af.”

DE NATUUR LOST HET OP

Werken in harmonie met de omgeving en de natuur, en de ge zondheid van de bodem staan centraal op het Fruitweelde terrein.

Willemien: “In de biologisch dynamische landbouw gebruiken we geen chemische bestrijdingsmiddelen. Veel wordt opgelost door de natuur. Dit voorjaar hadden we bijvoorbeeld veel luizen op de planten. Dan moet je bedenken wat je daarmee gaat doen. Biolo gisch bestrijden? Of heb je er vertrouwen in dat de natuur het op kan lossen? Dat is in elke situatie anders. Een week later zaten de planten vol met lieveheersbeestjeslarven die alle luizen opaten. Zo laten we de natuur zijn werk doen.”

WEELDERIGE HOEKJES EN RANDJES

Wat meteen opvalt op het terrein zijn de hoekjes en randen waar van alles groeit: korenbloem, klaproos, cichorei en guldenroede bijvoorbeeld. Willemien: “Je kunt deze soorten ‘onkruid’ noemen, maar heel veel dieren zijn er blij mee. Ik heb wat ingezaaid tussen de rijen en aan het begin ervan, maar veel groeit hier ook omdat we weinig maaien en deze ‘onkruiden’ een kans geven.” Het is soms even slikken, ook voor Willemien, beaamt ze. “Ik vind het eigenlijk het mooiste als alles netjes is! Maar ik maai echt bewust niet alles kort.” De bijen en andere bestuivers die al die bloemen

GONZEND RIVIERENLAND / 32

aantrekken, zijn ook weer gunstig voor de ontwikkeling van het fruit van Willemien. Hoewel frambozen zelfbestuivend zijn –ze hebben in principe geen insecten nodig om de bloemen te bestuiven – profiteren ze toch van bijenbezoek: hoe meer bijen, hoe groter en talrijker de vruchten aan een struik. Willemien ziet ook veel andere dieren op haar terrein: “Heel veel hazen, allemaal verschillende soorten vogels. En rond de sloot heel veel kikkertjes en ook watervogels.”

BLOEMEN EN BLIJE MENSEN

Waar is Willemien tevreden over? “Ik wil graag iets doen dat nut heeft.” Maar de vervolgvraag is lastig, voegt ze toe. Want wat heeft dan nut? Gezond eten produceren op een manier die goed is voor deze aarde heeft dat, denkt ze. “Ik wil in ieder geval iets goed doen voor het milieu en voor andere mensen. Wat voor mij het beste voelt, is zelf gelukkig zijn en het leven van anderen ook proberen mooier te maken. Als de mensen die hier werken blij zijn, ben ik het ook. En op dit moment denk ik dat een van de dingen

die voor mij de wereld een stukje mooier maakt, het zaaien van bloemen is. Omdat het goed is voor de bijtjes en andere insecten, maar ook gewoon omdat het er mooi uitziet en mensen daar blij van worden. Ik zie mijn bedrijf niet zozeer als een fruitteeltbedrijf, maar eerder als een mooie tuin die ik graag steeds mooier wil maken. Het reizen dat ik heb gedaan is prachtig, maar ik heb de laatste jaren geleerd dat je dichtbij ook avontuur kunt beleven.”

TWEE BLOEMPOTTEN

Voor bedrijfseigenaren die ook meer biodiversiteit op hun bedrijf willen, heeft Willemien nog wel een tip: “Elk bloemetje maakt een klein verschil! Zet twee bloempotten voor je deur en je draagt al wat bij. En gebruik geen gif. Het is slecht voor het bodemleven en de insecten, want je doodt niet alleen de ‘slechte’ dingen. En uiteindelijk eet je dat gif zelf ook weer op. Bovendien is het veel gunstiger voor je portemonnee als je het de natuur zelf laat oplossen.”

GONZEND RIVIERENLAND / 33

WIE

Willemien Brouwer, eigenaar en bedrijfsleider, met twee vennoten

WAT biodynamisch fruitteeltbedrijf met verschillende soorten zacht fruit

WAAR Ingen (gemeente Buren)

SINDS 2021 WEBSITE www.biofruitweelde.nl

GONZEND RIVIERENLAND / 34
GONZEND RIVIERENLAND / 35

GMB

Manager Duurzaamheid en circulariteit Tobias Stöcker werkt gedreven aan de duurzame ambities van GMB.

Bij het bouwbedrijf uit Opheusden hebben ze met hun activiteiten grote impact op het landschap in de regio en erbuiten. Daarbij is steeds het streven om de natuur beter achter te laten dan ze haar aantroffen.

NATUUR BESCHERMEN EN HERSTELLEN

GMB is een familiebedrijf met ruim 500 medewerkers. Het bedrijf realiseert en renoveert dijken, rioleringen, gemalen, waterzuiveringsinstallaties en andere werken. Tobias: “Met de activiteiten die we doen, hebben we invloed op de natuur op en rond de bouwplaats. Voor bijvoorbeeld dijkherstel, dat we veel doen, moet de aanwezige biodiversiteit tijdelijk ‘even aan de kant’. Er zijn allerlei wettelijke verplichtingen voor de bescherming van biodiversiteit, maar binnen die wetten heb je in de uitvoering nog veel ruimte voor eigen invulling. Wij vullen die zo natuurvriendelijk mogelijk in. GMB heeft de ambitie om natuur in Nederland weer te herstellen en loopt daarin volgens Tobias ‘een klein beetje voorop’: “Vooral door het consequent handelen naar onze duur zaamheidsambities en deze toe te passen op de bouwprojecten. Het absolute minimum is: niet slechter achterlaten dan we het aantroffen. Maar liever doen we veel meer.”

KANSEN VOOR ONS LANDSCHAP

De feiten naast elkaar zetten, is voldoende om de urgentie te voe len, meent Tobias: “We zien verschraling en verdroging en het ver lies van soorten. Op wereldschaal heeft dat grote gevolgen voor

miljoenen mensen. Biodiversiteitsverlies is de sluipmoordenaar achter onze manier van leven. Anno 2022 zijn alle thema’s al veel dichter bij huis dan bijvoorbeeld in 2010. Wanneer heb je voor het laatst platte muggen van je voorruit moeten krabben?” Tobias licht de ambitie van GMB toe om het tij te keren: “We zijn heel dominant in ons landschap, alles in Nederland is door mensen gemaakt. Wij hebben als GMB de mogelijkheid om goede keuzes voor ons landschap te maken en we zien kansen. Er is dus wat ons betreft geen logica om het niet te doen. Tegelijkertijd kunnen we niet alles en niet alles ineens. We maken afwegingen: waar maken we het snelst impact?”

VAN NATUURZORG NAAR NATUURHERSTEL

GMB vraagt zich steeds af wat nodig is, en dat is meer dan ooit, volgens Tobias. “Het rentmeesterschap zijn we voorbij. Dat hebben we niet goed gedaan. ‘Zorgen voor’ is niet meer voldoende, we moeten herstellen. Een neutrale milieu impact is dus te weinig. We realiseren ons dat de natuur er buitengewoon slecht voor staat en dat we dat als mensen hebben gecreëerd. Daar hebben we ook zelf last van, maar we kunnen er ook iets aan doen.” Bij GMB betekent dit dat er per werk bepaald wordt wat er

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 36

gedaan kan worden om dat herstel te realiseren, altijd in overleg met de opdrachtgever. Als het nodig is, wordt het oorspronkelijke plan aangepast. Zo plaatsten ze ooit een brug op een andere manier dan bedacht, omdat er in de nacht ervoor oeverzwaluwen waren komen nestelen. Tobias: “Dat is een manier om geen negatieve impact te hebben. Maar vaak ontstaan op de bouw plaats ook kansen om meer te doen, de biodiversiteit te versterken en het landschap toekomstbestendiger te maken. Zo hebben we bij Vuren van gesnoeide bomen een ril gemaakt, zodat marterachtigen zich daarlangs kunnen verplaatsen. En wateroverlast kunnen we helpen tegengaan door de waterbergingsmogelijkheden te verbeteren.”

MEER BIODIVERSITEIT OP NIEUW TERREIN

Ook in de plannen voor een verhuizing van GMB – van Opheusden naar een nieuw gebouw op bedrijventerrein Bonegraaf Oost in Dodewaard – worden bewust duurzame keuzes gemaakt. Dat geldt zowel voor het gebouw als voor de inrichting van het nieuwe terrein. Tobias: “Het gonst er nu niet. Ten oosten van het terrein ligt een boomkwekerij. Daar worden bestrijdingsmiddelen gebruikt en zijn er spuitzones waar we rekening mee moeten houden. Daar maken we een grote groenstrook tussen. Tussen de woningen aan de andere kant en ons terrein komt een groene wal. Het terrein bestaat uit voormalig productiebos met populieren die voor een deel aan het eind van hun levensduur zijn, en uit weiland. Beide zijn niet erg biodivers.” Het bos wordt daarom verjongd en bomen worden vervangen. “We gaan meer variatie aanbrengen, met verschillende soorten inheemse bomen,” legt Tobias uit. “Ook maken we een betere combinatie met de bestaande watergangen en we kijken of we oude watergangen terug kunnen brengen. Nu zijn we nog aan het verkennen. Daarna volgen sessies met ecologen en landschapsarchitecten om de plannen concreet te maken.” Het doel is om een groen, rijk gevoel en een ecologisch waardevol terrein te creëren. Tobias: “Daar ben ik persoonlijk heel trots op en ook de familie staat er helemaal achter. We gaan voor inheemse planten en zoveel mogelijk biodiversiteit. Meer soorten komen er sowieso. Het aantal vierkante meters groen gaat misschien achteruit, omdat je gras vervangt door bebouwing. Maar uiteindelijk gaan we ervoor om op minder meters meer biodiversiteit te creëren.”

GROEN IS NIET PER SE DUUR

De ervaring van GMB leert dat meerinvesteringen voor duurzame keuzes vaak wel meevallen. Dat bleek bijvoorbeeld bij de eigen nieuwbouw op een andere GMB locatie in Berkel en Roden rijs. Voor de groene keuzes op dat terrein zijn geen uitgebreide berekeningen gemaakt. “We investeren wat nodig is om de doelen te behalen,” aldus Tobias. “Ik zie bedrijven die bijvoorbeeld een paar procent van de winst besteden aan biodiversiteitsambities.

GONZEND RIVIERENLAND / 37
“ZIE JE BIJDRAGE AAN BIODIVERSITEIT NOOIT ALS BUSINESS CASE” GONZEND RIVIERENLAND / 38

Dat doen wij niet. We doen wat we denken dat goed is en betalen wat nodig is. Voor een buitenterrein kosten bijvoorbeeld vergroenen en verharden beide geld. Onze ervaring is dat vergroenen makkelijker is dan verharden. Met een beetje grondverbetering en een plant ben je er al.” Binnen de wens voor een groene aankle ding maakt GMB bewuste keuzes. Tobias: “Niet alles wat groen is, is ook duurzaam of goed voor de biodiversiteit.” Een plan voor een groene gevel ging om die reden niet door. “In de volle grond met klimplanten die hier in de natuur passen, had het gekund. Maar als je een constructie moet bouwen met irrigatiesystemen is dat niet duurzaam.” Ook het ontwerp voor een houten bekleding van de gevel is aangepast. Het uiteindelijke ontwerp vraagt minder hout en is van bamboe in plaats van tropisch hardhout. “Ook dat is een

manier om rekening te houden met biodiversiteit, in dit geval die van ver weg,” licht Tobias die bewuste keuze toe.

VERANDER JE INSTEEK

Voor bedrijven die ook een bijdrage willen leveren aan meer biodiversiteit heeft Tobias het volgende advies: “Je krijgt het dubbel en dwars terugbetaald, maar stap af van het idee dat je biodiversiteit als business case moet benaderen. Je moet kijken naar de omgeving waarin je werkt en of die functioneert. Als jij continu bezig bent om pesticiden, mest of andere middelen aan het landschap toe te voegen, dan weet je dat je situatie niet ro buust is en heb je een probleem op het moment dat die input niet meer beschikbaar is. Gebruik dat inzicht om te veranderen.”

GONZEND RIVIERENLAND / 39

WIE

Tobias Stöcker, manager Duurzaamheid en circulariteit WAT

Bouwbedrijf in de civiele techniek, bouw en energie WAAR Hoofdkantoor in Opheusden (Neder Betuwe), diverse andere kantoren en projectlocaties

SINDS 1963 WEBSITE www.gmb.eu

GONZEND RIVIERENLAND / 40
GONZEND RIVIERENLAND / 41

DE FRUITMOTOR

Met coöperatie De Fruitmotor werken Hilde Engels en Henri Holster samen met telers, ondernemers, consumenten en anderen in de regio Rivierenland en erbuiten aan een missie: onze omgeving biodiverser en het landschap mooier maken. Ze combineren genieten van lekkere cider met goed zijn voor de natuur.

CIDER VAN BIJZONDERE APPELS

Hilde en Henri wonen beiden in de Betuwe. Zes jaar geleden richtten ze De Fruitmotor op, samen met een derde oprichter, wijlen Peter van Luttervelt. Hilde: “Dat deden we omdat we een missie hebben: onze eigen regio mooier, biodiverser, vitaler en klimaatbestendiger maken.” De Fruitmotor is een coöperatie en een sociale onderneming. Dat betekent dat de maatschappelijke missie voorop staat. “Samen met fruittelers en onze verwerkers Michiel Spoor van Mobipers en Diederik Beker van het Betuws Wijndomein hebben we een bijzonder businessmodel ontwikkeld,” vertelt Hilde. “Van appels die niet mooi genoeg zijn voor de super markt maken we lekkere cider die we landelijk verkopen. Die heet ‘Krenkelaar’, net als de appels met een plekje of vlekje die erin verwerkt worden.” De cider wordt steeds bekender in de regio. Hilde: “En ook steeds verder daarbuiten. Hij wordt verkocht in diverse speciaalzaken zoals streekwinkels en landwinkels, maar ook in restaurants en andere horeca. Daar zijn we heel blij mee, want

voor elke fles cider die verkocht wordt, stoppen we een bedrag in een biodiversiteitspot die bij De Fruitmotor in beheer is. We zijn er trots op dat we met zo’n prachtig product afval reduceren én tegelijk de biodiversiteit kunnen bevorderen.”

OPBRENGST GAAT NAAR BIODIVERSITEIT

Met de opbrengst investeren Hilde en Henri in projecten die ze zelf opzetten. Hilde: “We hebben verschillende projecten en programma’s die bijdragen aan de transitie naar een duurzamere wereld op het gebied van voedsel, landbouw, natuur en landschap, en we werken met veel partners samen. We verbinden mensen bij overheidsorganisaties, bedrijven en kennisinstellingen met elkaar, leveren een bijdrage aan het onderwijs in de regio en delen op allerlei manieren kennis en ervaring om samen vooruit te kunnen komen. Ook ontwikkelen we nieuwe producten en bedrijfsmodellen voor meer biodiversiteit. We doen dus veel verschillende dingen, maar allemaal voor hetzelfde doel.” Hilde en Henri vinden

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 42

het erg belangrijk om biodiversiteit lokaal te bevorderen. “Omdat de soortenrijkdom zo hard achteruit is gehold in de afgelopen dertig jaar,” aldus Hilde. Het is alle hens aan dek en daarom is het fijn als iedereen die iets kan doen om de biodiversiteit vooruit te helpen, ook meedoet. Het rivierengebied heeft zijn eigen unieke natuurlijke omstandigheden en habitats*, met specifieke plant en diersoorten die vooral hier voorkomen. Die maken ons gebied zo waardevol. Daar moeten we dus zuinig op zijn.”

WILDE BIJEN IN DE BOOMGAARD HELPEN Een van de dingen die De Fruitmotor doet voor meer biodiversiteit is samenwerken met fruittelers aan meer wilde bijen in de boomgaard. Henri: “Wilde bijen zijn belangrijk bij het bestuiven van het fruit. In het voorjaar zie je vaak bijenkasten voor honing bijen staan in de boomgaarden. Maar hoe meer verschillende soorten wilde bijen in een boomgaard ‘wonen’, hoe beter het fruit bestoven wordt. We werken samen met onderzoekers van Wageningen Environmental Research, onderdeel van Wageningen University en Research (WUR). Zij hebben een advies opgesteld voor wat je in een professionele boomgaard kunt doen om biodiversiteit te bevorderen. Bijvoorbeeld aan de rand, in de rijpaden en langs sloten.” De onderzoekers hielden daarbij rekening met

GONZEND RIVIERENLAND / 43

“GENIETEN EN GOED ZIJN VOOR DE NATUUR KUN JE PRIMA COMBINEREN”

de bloeiboog* van planten door een samenstelling van bloem mengsels en heesters te zoeken waarbij er van maart tot en met september altijd iets in bloei staat. Dit past De Fruitmotor toe in de boomgaarden van de telers waar zij mee samenwerken. Henri: “We gebruiken een mengsel met bloemzaad van inheemse soorten die voor het hele groei en bloeiseizoen goed zijn afgestemd op onze Nederlandse bijen en andere bestuivers. Het is belangrijk dat het inheems bloemzaad is. Dan hebben de wilde bijen en andere bestuivers er wat aan. De Nederlandse bijen hebben zich in de loop van de tijd helemaal aangepast aan de inheemse planten, met de vorm van hun tong bijvoorbeeld. Daar moeten we dus rekening mee houden. Er zijn allerlei bloemmengsels in de handel die er fantastisch uitzien maar waar de bijen niet zoveel aan hebben. ‘Carnavalsmengsels’ heten ze in de volksmond. We leren telers en anderen niet alleen hoe te zaaien, maar ook hoe ze de bloemstroken moeten onderhouden. En we zorgen voor nestelgelegen heid voor wilde bestuivers, zodat ze naast voedsel ook onderdak in hun kleine leefgebied kunnen vinden.”

BIJEN TELLEN EN VERGELIJKEN

Voor de bijen in de boomgaarden houdt De Fruitmotor bij wat het effect van de maatregelen is. Het aantal wilde bijen in de boom

gaarden van De Fruitmotor fruittelers is een aantal jaren achter elkaar gemeten door de onderzoekers van de WUR. Henri: “Na één jaar al was het aantal soorten wilde bijen verdubbeld! Daar waren ook enkele soorten bij die op de zogenaamde Rode lijst* staan. Dat is een lijst van soorten die uit Nederland verdwenen zijn of dreigen te verdwijnen. Het leuke is dat de fruittelers zeer geïnteresseerd zijn en onderlinge resultaten gaan vergelijken. ‘Hoe kan het dat jij meer behangersbijen hebt dan ik?’ Dat gesprek hebben we graag, dan kunnen we samen kijken wat er nog meer mogelijk is in de boomgaard.”

PROGRAMMA’S VOOR MEER NATUUR

De kracht van De Fruitmotor ligt erin andere partijen te interesseren voor biodiversiteit en deze samen met anderen te be vorderen. Naast fruittelers werkt De Fruitmotor ook met anderen samen. Henri: “Met de Agrarische Natuur Vereniging Lingestreek hebben we het programma Natuurinclusief Betuws Boeren opge zet, waar 42 boeren aan meedoen. Dit zijn boeren uit de fruitteelt, maar ook uit de laanbomenteelt, melkveehouderij en akkerbouw. Alle typen boeren en telers die grond gebruiken in Rivierenland zijn vertegenwoordigd; dat vinden we belangrijk. Samen hebben zij meer dan 40.000 m2 bloemen ingezaaid!

GONZEND RIVIERENLAND / 44

Met de Fruit Tech Campus gaan we in 2023 een leergang ‘Natuurinclusieve fruitteler van de toekomst’ geven en met zorgboerderij De Witte Schuur in Culemborg telen we met ‘Zorg voor bloemen’ inheemse bloemen voor onze eigen regio.” Hilde vult aan: “Niet agrarische bedrijven zoeken we ook graag op, zoals met dit magazine. Zij heb ben een belangrijke lokale positie in het bevorderen van biodiversiteit die vaak nog niet onderkend wordt. Veel ondernemers hebben hun terrein aan de randen van steden en dorpen, in de overgang naar het buitengebied. Juist daar kun je een plek bieden aan dieren. Vleermuizen, egels en vogels bijvoorbeeld.” Deze zomer publiceerde De Fruitmotor vanuit het programma Gonzend Rivierenland een Manifest voor een bio diverse regio. Het manifest is een plan met acties voor meer biodiversiteit in Rivierenland waar iedereen aan kan bijdragen. Hilde: “Het is online te ondertekenen. Inmiddels hebben bijna 100 mensen en organisaties dat gedaan. Daar zijn we heel blij mee en we hopen op nog veel meer ondertekenaars.”

MEER BIODIVERSITEIT DICHT BIJ HUIS

Op hun eigen terrein is het nog lastig om de biodiversiteit te vergroten. Hilde: “We huren nu een kantoorpand op een industrieterrein in Culemborg dat jammer genoeg nog erg versteend is. In de komende jaren gaat het terrein op de schop als onderdeel van het gemeentelijke plan Spoorzone, in de stationsomgeving. De gemeente wil hier werken en wonen duurzaam combineren. Dan is het natuurlijk belangrijk om bij het ontwerp al rekening te houden met planten en dieren.”

Hilde en Henri barsten van de tips voor hoe de gemeente en anderen dicht bij huis biodiversiteit kunnen bevorderen. Een tip van Henri voor fruittelers of anderen met een boomgaard: “Bij De Fruitmotor maken we verschillende publicaties. In 2019 hebben we een werkboek uitgebracht met onze ervaringen en lessen: ‘Bijen in de boomgaard’. Het is gratis te downloaden van de Fruitmotor website.” Hilde vult aan: “Ik zou zeggen: wees creatief, planten en dieren voelen zich op vele plekken thuis. Op een bedrijfspand kun je misschien speciale dakpannen voor vogels leggen. Of als je een plat dak hebt: grind waar scholeksters kunnen broeden. Een simpel geveltuintje geeft kleur aan je gebouw en je wordt er vrolijk van. Op de parkeerplaats kun je grasbetontegels leggen die wel verharding bieden maar ook water doorlaten. Ertussen kunnen planten groeien. Er kan zo veel!”

GONZEND RIVIERENLAND / 45

WIE

Hilde Engels, bestuursvoorzitter en Henri Holster, bestuurssecretaris

WAT Coöperatie voor natuur inclusiviteit

WAAR Culemborg, met projecten in heel Rivierenland

SINDS 2016 WEBSITE www.defruitmotor.nl

GONZEND RIVIERENLAND / 46

MELKVEE- EN FOKBEDRIJF ANKER HOLSTEIN

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 47

Joost van den Anker is melkveehouder in Maurik. Sinds dit jaar schakelt hij om van regulier naar biologisch werken. De kruiden die hij zaait op zijn land zijn gezond voor zijn koeien. Vogels en insecten profiteren ook mee en bovendien wordt Joost er zelf blij van.

De oorsprong van het bedrijf van Joost ligt in de Tweede Wereldoorlog. Toen namen zijn grootouders in Maurik een agrarisch bedrijf over van de Franse eigenaren die het te heet onder de voeten werd. Ze startten een gemengd bedrijf met fruitteelt en wat vee. Door de jaren heen veranderde de familie het bedrijf in een melkveehouderij. Joost ging er in 1999 meewerken en is sinds 2017 eigenaar. Naast houder van melkvee is hij ook fokker van twee koeienrassen, Holstein en Brown Swiss. Voor het bedrijf is in totaal 126 hectare grond in gebruik. Een groot deel is grasland, op een kleiner deel staan gewassen zoals

graszaad, aardappels, mais en voederbieten. Vanaf dit jaar wordt er anders geboerd. Joost: “Ik ben dit jaar begonnen met omschakelen van regulier naar biologisch. Toen ik het bedrijf overnam, heb ik daar ook al aan gedacht, maar mijn vader wilde het niet. Dat respecteerde ik. Hij was bang dat het mis zou gaan. Maar ik ben nu een halfjaar aan de gang en inmiddels vindt hij het fantastisch. Hij snapt nu dat het bij mij past.”

LEREN EN EXPERIMENTEREN MET KRUIDEN

Een van de velden van Joost is blauw van de wilde cichorei. Voor het tweede jaar heeft hij nu in plaats van gras kruiden ingezaaid.

GONZEND RIVIERENLAND / 48

Op 3,5 hectare staan naast cichorei ook verschillende soorten klaver en boekweit. Joost: “Dat is goed voor de koeien, voor hun lever en tegen een maagdarmworm waar koeien last van kunnen hebben.” Op sommige plekken is het inzaaien goed gelukt, op andere minder. Joost: “De eerste keer was het zaaien nieuw voor mij. Intussen heb ik veel bijgeleerd, bijvoorbeeld dat de grond waarden belangrijk zijn. Nu doe ik dus grondtesten om te kunnen bepalen wat we het beste kunnen zaaien. Als gangbare boer ben je niet getraind om te weten waar je naar moet kijken. Veel kruiden kon ik niet determineren. Zeker als het nog kleine planten zijn.” Joost heeft een adviseur die hem helpt: “Gerard Meuffels, die bij de Veldleeuwerik zat [stichting die kennisuitwisseling bevorderde op het gebied van duurzaamheid in de landbouw, red.]. Ook is hij

akkerbouwadviseur. In samenspraak met hem en loonbedrijf Van der Woerd werken we veel teeltplannen uit. We hebben samen een ronde gemaakt door de weide en zagen dat alles wat gezaaid was ook was opgekomen. Nu inventariseren en monitoren we samen de ingezaaide weide en maken plannen voor andere percelen. Zo gaan we op een perceel waar nu nog raaigras staat grasklaver en luzerne, rolklaver en rode klaver zaaien voor onze wintervoorraad. Het zaad kost wat, maar het is goed voor de koeien, dus dat verdien je terug.”

NOTEN- EN KERSENBOMEN

Langs een kavelpad heeft Joost notenbomen geplant. “Een aantal jaar geleden faciliteerden de gemeente Buren en Stich

GONZEND RIVIERENLAND / 49
“IK ZIE HIER VOGELS TERUG DIE IK JAREN NIET GEZIEN HEB” GONZEND RIVIERENLAND / 50

ting Landschapsbeheer Gelderland het planten van bomen. Toen heb ik 5 zoete kersen en 35 notenbomen gekregen. Het duurt nog een tijd, maar dan hebben de koeien schuilgelegenheid. En walnotenbomen zijn onderhoudsvriendelijk.” Hij kreeg de bomen van de gemeente en plantte ze zelf. “Nu bleek dat ik wel een aantal walnotenbomen te diep had gepoot. Daarom zijn er vier doodgegaan. Inmiddels weet ik dat de kluit deels boven de grond moet.” Ook hier blijft het leerproces dus continu doorgaan.

SYSTEEM EN DE KETEN VERANDEREN

Joost vindt zichzelf ‘niet echt alternatief’. “Maar de consument vraagt iets aan ons: op een verantwoorde manier voedsel maken. Ik denk dat biologisch daar het best bij past. Het scheelt me ook veel stress. Ik ga van 150 koeien terug naar 120 en van een productie van 1,6 naar 1,1 miljoen liter per jaar, met hetzelfde inkomen. Onze overheid zegt al 15 jaar dat we niet meer voor de wereld hoeven te produceren. Ik ga daar nu in mee.” Er moet nog veel veranderen in de sector, meent hij, waarmee hij onder meer doelt op de manier van voedsel produceren en de verdeling van kosten en inkomsten in de keten. “De consument hoeft niet méér te betalen, maar de verdeling van de marge tussen boer, verzuivelaar en supermarkt moet anders. Die is heel anders dan 30 jaar geleden. Er gaat in verhouding nu veel meer naar de

retailer.” Burgers en media moeten samen met boeren druk zetten op de overheid, denkt Joost. Dan kan er wat veranderen. “En ook boeren zelf moeten veranderen. In de agrarische sector heb je bijvoorbeeld grote coöperaties, die moeten meer durven. We moeten ook meer luisteren naar burgers.” De waardering die Joost ontvangt van bijvoorbeeld buren voor zijn overstap op biologisch boeren vindt hij prettig. “Ik wil graag mensen ontvangen en ons verhaal vertellen. En als ik fouten maak, vertel me hoe het beter kan. Daar sta ik voor open.” Hardop denkend: “In het bestuur van een boerencoöperatie zouden ook burgers en bijvoorbeeld mensen van andere bedrijven in het bestuur moeten zitten. En dan samen een manier smeden hoe het verder moet. Dat zou kunnen werken.”

KENNIS UITWISSELEN IS NODIG

Qua biodiversiteit is iedereen aan het zoeken, ziet Joost. “Ik ook. Als ik om advies vraag, bij partijen in de sector, dan weten mensen vaak nog niet hoe het moet. Wat zou helpen, is meer bijeenkomsten organiseren voor boeren. Door de Agrarische Natuurvereniging bijvoorbeeld. Zet mij dan maar voor de groep. Als een boer zelf iets vertelt, wordt het aangenomen. Met een barbecue erbij, dan komen ze wel!” Er is nog veel communicatie en informatie nodig, denkt hij. Bijvoorbeeld over de bloemen

GONZEND RIVIERENLAND / 51

stroken die je nu steeds meer ziet. “Ik zag er laatst nog een die er prachtig uitzag, heel kleurrijk. Maar de ecoloog die ook op de bijeenkomst was, vond hem waardeloos. Dat irriteerde me, ik snapte niet waarom hij dat zo zei. Ik merk vaker dat ecologen anders denken en praten en we elkaar niet goed begrijpen.” Het bloemenmengsel bleek niet inheems, er zaten soorten in waar bijen hier niets aan hebben. Joost: “Zeg dat dan, dacht ik toen. De hele sector moet over naar meer biodivers grasland en daarom zou het goed zijn afspraken te maken met zaadleveranciers. We hebben een doel in Nederland en die kleurrijke uitheemse mengsels dragen daar niet aan bij. Die moeten dus uit het assor timent en er moeten andere mengsels voor in de plaats komen. Dan pakken we als boer ook niet meer de verkeerde.”

VOGELS EN INSECTEN

Op zijn eigen terrein ziet Joost inmiddels al meer verschillende diersoorten: “Er komen hier vogelsoorten terug, waarvan ik sommige al jaren niet gezien heb. Maar vraag me niet welke, daar ben ik niet mee bezig. Ik vind het mooi, alle vlinders en bijen en al het andere dat hier rondvliegt, en zie steeds meer fladderen, maar ik ben er niet in opgeleid. Ik weet dat ik inheemse plantsoorten moet zaaien, dus dat doe ik. Ik denk dat het hier nog niet zo slecht gaat.”

WIE

Joost van den Anker, eigenaar WAT melkvee en fokbedrijf WAAR Maurik (gemeente Buren) SINDS 2017

GONZEND RIVIERENLAND / 52
GONZEND RIVIERENLAND / 53

DE FRUITPROEVERIJ

Laurens Smits en Pauline de Maar runnen samen De Fruitproeverij, een bijzonder gemengd bedrijf van 3,5 hectare in Rijswijk met fruit-, groente en kruidenteelt en accommodatieverhuur. De hele tuin van De Fruitproeverij wordt beheerd volgens de permacultuurprincipes*. Er zijn diverse moes- en fruittuinen en er is een voedselbos aangeplant van 1 hectare. Overal staan bloemen en er is een bijenstal.

Dat was niet altijd zo. Tien jaar geleden was het nog een weiland.

Laurens en Pauline hebben allebei in Wageningen gestudeerd. Laurens werkte daarna lange tijd bij het Ministerie van Landbouw en zag hoe taai de verandering richting een duurzame landbouw is. Laurens: “In de term ‘duurzaamheid’ kan iedereen zich wel vinden. Dat is een containerbegrip met voor ieder wat wils. Maar concrete maatregelen om bijvoorbeeld biologische landbouw te stimuleren waren moeizaam.” Pauline startte in de veeteelt, maar hield dat snel voor gezien. Ze werd vegetariër omdat ze de schaalvergroting en het dierenwelzijn discutabel vond. Via een studie geneeskunde belandde ze in het onderwijs. Al van jongs af aan verdiept ze zich in gezonde voeding en nu zet ze deze kennis om in het verzorgen van maaltijden voor de gasten op de Fruitproeverij.

Laurens en Pauline besloten een plek te zoeken om zelf vorm te geven aan biodiverse landbouwproductie. Een uitgekristal liseerd plan hoe dat er uit zou zien, hadden ze echter nog niet. Bij toeval vonden ze in Rijswijk een geschikt stuk grond met een bedrijfsgebouw tegen een redelijke prijs. Er was dan ook geen bank nodig om deze stap te zetten. Biodiversiteit stimuleren, zelf iets neerzetten en tegelijk een voorbeeld zijn voor anderen om te doen wat je leuk vindt: dat was hun intentie. “We zijn het gaan

doen omdat we het belangrijk vinden dat er meer aandacht voor biodiversiteit in de land en tuinbouw komt,” vertelt Laurens. “Daarnaast vinden we het leuk om te doen omdat je er veel voor terugkrijgt aan natuurbeleving.” Om in de aanloopfase voldoende inkomsten te hebben, begonnen ze op advies van hun oudste zoon een vergaderlocatie. Laurens: “De prachtige locatie en de verse groenten, fruit, bloemen en kruiden die we verwerken tot bijzondere maaltijden: het bleek een goede combinatie te zijn waar we ook zelf veel inspiratie uit putten. En een prima verdienmodel voor kleinschalige tuinbouw.”

HULP VAN DICHTBIJ

De jongste zoon maakte een ontwerp voor het terrein. Pauline: “Onze zoon zat vast in zijn studie landschapsarchitectuur en bood aan dit voor ons te doen.” Lachend vult ze aan: “Hij zei: ‘Jullie denken vast alleen over de bomen die je wilt neerzetten. Het moet ook een belevingsplek worden.” Voor hun zoon was het een door braak in zijn opleiding en verdere beroepskeuzes. Ook een zoon van vrienden kwam helpen en vond er zijn passie. Pauline: “Hij heeft inmiddels zelf een stuk grond gekocht, is cursussen gaan doen en verder gegaan in deze manier van land beheren.” Het

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 54

“LAAT DE NATUUR DOEN WAAR ZE GOED IN IS”

GONZEND RIVIERENLAND / 55

zijn terugkerende elementen in het verhaal van De Fruitproeverij: doorgeven en samen met anderen kijken welk positief verschil zij kunnen maken.

AFSCHEID VAN VASTE IDEEËN

“Sinds onze start hebben we meer dan vijfduizend bomen en struiken geplant,” vertelt Laurens. “In het begin was het mas sawerk, nu is het fijnslijpen. Onze manier van werken, volgens permacultuurprincipes, vraagt regelmatig afscheid nemen van ideeën die je van huis uit hebt meegekregen. Boompalen bijvoor beeld. Het is de gewoonte die te gebruiken, maar het kan ook zonder. De paal bij een hoogstamboom haal ik na twee jaar weg. Dan staat de boom vast en wordt hij van beweging juist sterker. Zo kan een fruitboom dertig tot veertig jaar meegaan en produceren, terwijl nu veel bomen nog geen vijftien jaar meegaan en zonder paal omvallen. Voor biodiversiteit en CO2 opslag is het veel beter als een boomgaard lang meegaat, meer zoals een bos.”

DIVERSITEIT IN PLANTEN, VOGELS EN BODEMLEVEN

Wat maakt De Fruitproeverij een biodiverse plek? Laurens: “Veel verschillende planten en geen kunstmest of bestrijdingsmiddelen zorgen voor diversiteit in insecten, vogels en ook bodemleven. Twee jaar geleden waren hier twee entomologen* uit Wagenin gen. Zij zagen beestjes waarvan ze dachten dat die niet meer in Nederland voorkwamen!” De Fruitproeverij doet mee aan een nog lopend onderzoek van Wageningen University & Research en de Universiteit Gent. Hiervoor worden op een flink aantal locaties met een voedselbos metingen gedaan. Bij alle voedselboslocaties zijn referentiepercelen in de buurt gekozen waar gangbaar wordt geboerd én een perceel waar al lang bos op staat. Doel is om vast te stellen hoe het in de verschillende omstandigheden gesteld is met het bodem en insectenleven.

ZUIDELIJKE RASSEN

“We proberen van alles uit, ook mediterrane soorten zoals perzi ken, kaki’s en granaatappel,” licht Laurens hun keuze aan soorten toe. “Op de beschutte plekken die we gecreëerd hebben, doen deze soorten het goed. We kijken naar wat het hier prettig vindt en houden rekening met het warmer wordende klimaat. Zuidelij kere soorten doen het nu steeds beter. We hebben ook Belgische en Franse appel en perenrassen geplant, zoals Jeanne d’Arc pe ren. Ook kijken we naar wat we wanneer kunnen plukken en eten. Veel van de gangbare fruitrassen in Nederland zijn soorten die vrij vroeg geplukt worden. Wij hebben liever wat latere rassen. Die zijn beter te bewaren, ook zonder een geavanceerd koelhuis. En ze zijn minder gevoelig voor nachtvorst omdat ze later bloeien.”

GONZEND RIVIERENLAND / 56

VERGADERPLEK MET EIGEN OOGST

De bomen op het terrein hebben tijd nodig om te groeien en in productie te komen. Omdat het geen monocultuur* is, zijn er geen grote hoeveelheden van hetzelfde product en is de verkoop van de oogst best ingewikkeld. Naast verkoop aan particulieren levert De Fruitproeverij ook fruit aan onder meer ambachtelijke cider , bier en limonademakers die verschillende soorten kunnen verwerken.

Een ander bedrijfsonderdeel is accommodatieverhuur. De plek en de entourage maken De Fruitproeverij tot een gewilde vergader locatie. Catering is een vast onderdeel van de arrangementen. Pauline: “Het idee is dat mensen in aanraking komen met voedsel, en ervaren hoe dit smaakt als het direct van het land komt. Daar hebben we veel lol in, ook in het op een smaakvolle wijze pre senteren van eetbare bloemen en onkruiden.” Daarnaast zorgen rondleidingen en workshops voor inkomsten en geven Pauline en Laurens tevens de kans hun kennis te delen.

ZINGEVING

Pauline is er trots op dat De Fruitproeverij inmiddels goed loopt.

“We doen wat we leuk vinden en dat wordt gewaardeerd. Ik ben goed in alles wat met voeding te maken heeft en Laurens met planten. Dat maakt ons bedrijf heel ‘eigen’. Elke dag dat ik opsta, voel ik dat ik onderdeel ben van de aarde, van het geheel hier. Voorheen was ik altijd aan het zoeken naar zingeving: waarvoor ben ik op aarde? Sinds ik hier woon, heb ik dat niet meer. Ik denk dat we last hebben van de uitputting van de aarde. En dan helpt het als je ook maar iets hebt dat je concreet zelf kunt doen. Hier zijn we in balans.”

MEEBEWEGEN EN UITPROBEREN

Laurens: “Het leuke van onze manier van werken, is dat we voort durend leren en ons verwonderen over hoe de natuur zelf proble men oplost. In het begin hadden we bijvoorbeeld veel schade door slakken in de tuin. Dat is door egels en kikkers grotendeels opge lost. Laat de natuur doen waar ze goed in is.” Aan iedereen die de manier van werken van De Fruitproeverij wil oppakken, hebben Laurens en Pauline het advies om flexibel te zijn. “Als je een eigen terrein inricht, maak dan geen plan waar je rigide aan vasthoudt. Open blijven staan en kijken waar je kansen ziet. Meebewegen en uitproberen brengen je veel moois.”

WIE

Laurens Smits en Pauline de Maar, eigenaren De Fruitproeverij

WAT fruit , moes en kruidentuin en voedselbos

WAAR Rijswijk (gemeente Buren) SINDS 2003 WEBSITE www.fruitproeverij.eu

GONZEND RIVIERENLAND / 57
GONZEND RIVIERENLAND / 58

DE HONDDIJKER THEETUIN

Ada Wille maakt van haar erf en het stuk land erachter een groene oase. Met de theetuin die ze er heeft, wil ze bezoekers inspireren en laten meegenieten. In de Kuilenburger Polder, aan de stadsrand van Culemborg, trekt ze steeds meer bezoekers: mensen, planten én dieren.

THEE, TAARTJES EN GROEN

Elke zondag met mooi weer van mei tot oktober is de Honddijker Theetuin geopend. Te midden van bloemen en planten, vlinders en bijen genieten gasten van een drankje en een vers gemaakt taartje. Eigenaar Ada: “Ik vind bakken heel ontspannend en ik deel mijn tuin graag.” In de theetuin op Ada’s erf is er veel aandacht voor natuur en biodiversiteit en gasten kunnen er informatie over natuur, dieren en planten vinden. Aan het erf van Ada grenst de Kuilenburger Polder, met akkerbouwers en melkveehouders. Daar beheert Ada ook een stuk grond, dat ze steeds natuurlijker inricht.

SAMENWERKEN MET NATUUR

Naast gasten ontvangen op de Honddijker Theetuin en de natuur in haar directe omgeving verbeteren, is Ada actief als landschapsarchitect. Met haar ontwerpbureau adviseert ze hoe terreinen, waaronder begraafplaatsen – haar specialisme – na tuurlijk en mooi kunnen worden ingericht. Ze studeerde land

schapsarchitectuur, maar deed ook vakken als geologie, ecologie en bodemkunde. Ada: “Je gaat verbanden zien, de dynamiek van de natuur herkennen. De bodem en andere kenmerken van een gebied, hoe mensen ermee omgaan en wat er groeit: het hangt allemaal samen en beïnvloedt elkaar.” Ze maakt zich zorgen over de stand van de natuur. “Die hebben we lang tegengewerkt, door bijvoorbeeld bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Dat heeft veel verlies van soorten opgeleverd. Als ik de onderzoeken zie over hoe hard allerlei soorten achter uitgaan, word ik daar best somber van. We moeten anders gaan werken. Gaan samenwerken met de natuur voor bijvoorbeeld plaagbestrijding. Anders naar onze omgeving gaan kijken, hoort daar ook bij. Bioloog Dave Goulson stelt voor om onkruid ‘wilde flora’ te gaan noemen. Dan zijn we in een klap van veel problemen af! De oude generatie vindt het accepteren van onkruiden mis schien lastig, maar de jongere garde kan leren kijken en genieten van interessante planten.”

INTERVIEW GONZEND RIVIERENLAND / 59
GONZEND RIVIERENLAND / 60

“ALS WE ONKRUID ‘WILDE FLORA’ GAAN NOEMEN, ZIJN WE VAN VEEL PROBLEMEN AF”

LEREN KIJKEN

Goed kijken brengt je kennis, begrip en heel veel plezier, denkt Ada. Zelf kijkt ze elke dag rond: “Het is fantastisch als je meer planten leert herkennen en ziet dat er bijvoorbeeld ontwikkelings stadia zijn in hoe een stuk grond begroeid raakt. De eerste soorten maken de grond los waar andere soorten daarna kunnen groeien. Als je dat weet, dan zie je niet zomaar meer wat planten, maar een verhaal. Net alsof je een boek openslaat.” Ada schakelt regelmatig de hulp in van een plantenapp: “Hiermee kun je een foto nemen van een wilde plant of dier en meteen zien wat het is, en of het een zeldzame soort is voor Nederland bijvoorbeeld. Als je meer soorten leert kennen en wat meer van ze weet, ga je al die ver schillende soorten natuur nog leuker vinden.” De app ObsIdentify is Ada’s favoriet.

LEVEN IN DE POLDER

De Kuilenburger Polder ligt aan de rand van Culemborg en ver bindt de stadsrand met de uiterwaarden van de Lek. Het beheer van Ada’s stuk land in de polder is gericht op veel leven, met ver schillende soorten. Haar terrein is grasland, maar wordt al sinds zij er woont niet meer bemest of bespoten. Het wordt begraasd door

paarden Loes en Maas. Ook zijn bosjes aangeplant als beschutting en nestgelegenheid voor vogels en soorten als hazen, patrijzen en fazanten. Ada: “Biodiversiteit is soortenrijkdom, maar niet per se een bepaalde hoeveelheid soorten per vierkante meter. Het gaat erom de rijkdom van een specifiek gebied de beste kansen te geven. Dan krijg je soorten die daar van nature voorkomen en een goede balans.”

Afgelopen jaar is onder de noemer Kuilenburger Polder Plan samen met De Fruitmotor, grondeigenaren, natuurorganisaties en bedrijven een extra zetje gegeven aan de biodiversiteit in de gehele polder. Er zijn bomen geplant, bloemen gezaaid, een groot bijenhotel gebouwd en een keverbank gemaakt. Ook is er een poel aangelegd. Op het terrein is hiervoor afgelopen zomer een groot gat van 7,5 bij 10 meter en 1.80 meter diep gegraven. De poel vult zich vanzelf met allerlei plantjes en straks misschien ook met vissen. Ada: “Die komen met vogelpootjes mee”.

DOELSOORT KAMSALAMANDER

De belangrijkste gast die in de nieuw gegraven poel verwelkomd wordt, is de kamsalamander. “Dat is een zogenaamde ‘doelsoort’,

GONZEND RIVIERENLAND / 61

een soort die we hier in de polder graag terug willen hebben,” legt Ada uit. “Ze zijn er nog wel, maar ze hebben het moeilijk. Veel slootkanten zijn bijvoorbeeld heel steil gemaakt om ze te kunnen schonen. Dat is het beheer dat door het Waterschap verplicht wordt voor de doorstroming. Deze poel is daarom speciaal voor ze aangelegd met getrapte kanten.” Beschutting en schuilplekken zijn ook gecreëerd. Ada: “Heel simpel, met een hoopje takken of een paar bakstenen, dat is genoeg.” Ook andere soorten, zoals verschillende vogels en plantensoorten profiteren van de poel. “Als je ziet welke planten de natuur hier terug heeft gebracht in de afgelopen droge zomer, dat is verslavend leuk om te volgen,” zegt Ada enthousiast. Haar ervaring wil ze inzetten om meer water in de polder te creëren. “Binnenkort ga ik praten met een aantal buren. Vooral de buren die geen boer zijn, hebben misschien wel wat ruimte.” Bij boeren is dit vaak lastig, merkt ze, want zij willen elke vierkante meter gebruiken voor hun activiteiten. “Het hoeft niet zo’n grote poel te zijn. Met een kleintje help je bijvoorbeeld zwaluwen ook, die met de modder hun nesten kunnen bouwen.”

GONZEND RIVIERENLAND / 62

MUSSEN IN HALMEN

In de theetuin hangen veel nestkasten, voor verschillende soorten mussen, koolmezen en pimpelmezen. In de tuin ziet Ada ook me rels, roodborstjes, winterkoninkjes, steenuilen en kerkuilen. “Heel leuk om te zien en ik heb nooit luizen in de fruitbomen. De vogels eten alles op.” Gif is echt niet nodig, benadrukt Ada: “Als je iets voor biodiversiteit wilt doen, is de nummer één: geen gif gebrui ken. Dat gaat in de planten zitten, komt in rupsen en insecten en daarmee krijgen ook jonge vogels het binnen.” Ada laat in haar tuin ook stukken gras lang. “Ik maai bewust laat. De zaden van het gras zijn goed voedsel voor vogels. Als ik mussen met hun jongen in de halmen zie klimmen, vind ik dat fantastisch.” Geluk zit hier vaak in kleine dingen. Ada: “Een dier dat zich hier veilig voelt, jongen groot kan brengen en eten komt halen. Gisteren zag ik nog een egel bijvoorbeeld. Helemaal op zijn gemak.”

PLANTEN VOOR WEINIG

Voor Ada is planten verzamelen een hobby. “Ik koop regelmatig nieuwe. Maar als je er niet veel geld aan wilt uitgeven, kan dat ook. Je kunt zaden en stekken ruilen en ook spontaan dingen op laten komen.” Ook kennis is makkelijk te verkrijgen, ziet Ada. “Ik ga vaak naar lezingen en ook webinars zijn een makkelijke, gratis manier om in korte tijd veel te leren.” Wat ze leert, deelt Ada in de theetuin weer met anderen. “Ik hoop dat ik door kennis te delen mensen kan inspireren om ook iets te gaan doen aan verbetering van biodiversiteit. Als we zo allemaal onze kennis delen en doen wat we kunnen, dan hoop ik dat delen vermenigvuldigen wordt.” Ada heeft nog enkele tips voor makkelijke planten waar ze goede ervaringen mee heeft in de theetuin. Fijn voor bijen en een mooie, lange bloeier is Geranium Rozanne. Aralia cordata en Aralia elata, ook wel engelenboom, zijn fijne struiken die niet groot worden. Ada: “En struikklimop! [Hedera helix arborescens, red.] Die past ook op elk terrein. Heel goed voor bijen en andere insecten in het najaar.”

RUST EN TROOST

Ada krijgt veel bezoek in haar tuin. Fietsers en buurtbewoners die voor de thee en taartjes komen, maar ze organiseert ook momen ten voor ouderen in het groen. Ada ziet dat mensen zich er op hun gemak voelen. “Bezoekers zeggen: ‘wat word ik hier rustig van!’” Oudere mensen vinden het soms wel een rommel, hoort ze. Die hebben moeite met de grassprietjes tussen de tegels. “Maar als je dat los kunt laten, ervaar je hier rust.” Ada wil daar graag nog meer mee doen. “Mijn man Bart is aan kanker overleden. Toen hij ziek was, zag ik hoeveel troost hij vond in de tuin. Door naar de vogeltjes te kijken, de bloemen en bomen. Mijn droom is om voor andere mensen met kanker ook nog eens zo’n plek te bieden.”

GONZEND RIVIERENLAND / 63
WIE Ada Wille, eigenaar Honddijker Theetuin WAT Theetuin met stuk polder erachter WAAR Culemborg SINDS 2014 WEBSITE www.honddijkertheetuin.nl

BEGRIPPENLIJST

Hier vind je uitleg over enkele begrippen die in dit magazine terugkomen.

AGROFORESTRY

ook wel boslandbouw: Landbouwsysteem waarbij bomen of struiken worden gecombineerd met akkerbouw of veeteelt op hetzelfde perceel.

BIOLOGISCH/BIOLOGISCHE

LANDBOUW

Manier van voedsel produceren volgens internationale regels, te herkennen aan het SKAL keurmerk, waarbij zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met het milieu (bijvoorbeeld geen gebruik van chemische bestrijdings middelen en kunstmest), dierenwelzijn en diergezondheid. Meer informatie is te vinden op www.skal.nl.

LANDBOUW

ook wel BD landbouw: Een speciale vorm van biologisch, te herkennen aan het Demeter keurmerk, met extra hoge eisen op het gebied van dierenwelzijn, gesloten kringlopen en ecologie. Meer informatie is te vinden op www.stichtingdemeter.nl.

BIODIVERSITEIT

De verscheidenheid van plant en diersoorten, inclusief alle micro organis men, en de balans tussen alle soorten op aarde. De biodiversiteit is essentieel voor het in stand houden van ecosystemen en daarmee een gezonde leefomgeving (www.samenvoorbiodiversiteit.nl).

BLOEIBOOG

ook wel bloesemboog: Een samenstelling van verschillende planten met verschil lende bloeiperiodes die elkaar overlappen of op elkaar aansluiten. Bij een volledige bloeiboog hebben verschillende wilde bijensoorten en andere insecten het hele vliegseizoen de beschikking over voedsel.

BLOESEMBOOG zie bloeiboog

BOSLANDBOUW zie agroforestry

ECOSYSTEEM

Een natuurlijk leefsysteem dat bestaat uit alle levende organismen die erin een bepaald gebied voorkomen, samen met hun niet levende omgeving (bijvoorbeeld bodem, lucht, licht, vocht, temperatuur), en de wisselwerkingen tussen beide.

ENTOMOLOOG

Een bioloog met als specialisme de studie van insecten.

HABITAT

Het specifieke leefgebied van een soort dieren, planten of mensen.

INHEEMS, INHEEMSE PLANTEN

Planten die van nature in een gebied voor komen, bijvoorbeeld in Nederland. Deze planten en de lokale insecten zijn daarom goed ‘afgestemd’ op elkaar.

MONOCULTUUR

Manier van voedsel produceren met één soort gewas op een perceel.

ORGANISMEN

Planten, dieren en micro organismen (zoals schimmels en bacteriën).

PERMACULTUUR

Een vorm van ‘permanente landbouw’, ofwel een voedselproducerend systeem dat zo wordt ontworpen dat het zichzelf in stand houdt en tegelijk voor de mens voedsel oplevert, bijvoorbeeld in een voedselbos.

REGENERATIEF WERKEN

Op zo’n manier werken en produceren dat natuurlijke hulpbronnen worden versterkt in plaats van uitgeput en de bodemkwaliteit verbetert.

BEGRIPPENLIJST GONZEND RIVIERENLAND / 65

RODE LIJST

(OFFICIEEL: IUCN RODE LIJST)

Lijst met informatie over de status van soorten, bedreigingen, ecologische eisen en leefgebieden van soorten, en over beschermingsmaatregelen die genomen kunnen worden om uitsterving te voorkomen. Te vinden op www.iucnredlist.org.

SINUSMAAIEN

Een speciale manier van gefaseerd maaien. Door grasland op zo’n manier te beheren, ontstaat meer variatie in de begroeiing.

VOEDSELBOS

Een voedselproducerend systeem in de vorm van een bos met meerdere lagen aan begroeiing. De mens kiest de beplanting en plant aan en daarna houdt het bos zichzelf, vaak met een klein beetje hulp, in stand.

WADI

Opvangplaats voor regenwater die het water tijdelijk bergt en zuivert, waarna het infiltreert in de ondergrond. Helpt om zowel wateroverlast als droogte tegen te gaan.

COLOFON TEKST

De Fruitmotor

FOTOGRAFIE, TEKSTREDACTIE & -ADVIES

Marjolein den Hartog (Kissmyarts)

VORMGEVING

Puur Anouk

WIL JE MEER WETEN OVER GONZEND RIVIERENLAND? Kijk op www.gonzend.nl

DIT MAGAZINE IS MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR

COLOFON

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.