30 minute read

SUGGESTIE-MODUS IN GOOGLE DRIVE

SUGGESTIEMODUS IN GOOGLE DRIVE

Advertisement

Aanwijzingen voor de auteur De opmerking verschijnt in de rechtermarge.

Als je samen aan een document in Google Documenten werkt, kan iedereen met wie je het document deelt rechtstreeks wijzigingen aanbrengen. Maar wat als je het niet eens bent met de aanpassingen? Daarvoor dient de suggestiemodus van Google Docs. Deze functie helpt je bij het verwerken van suggesties die anderen hebben gedaan.

Dirk Schoofs

1Opmerkingen De functies Suggesties en Opmerkingen worden vaak verward. Dat is ergens logisch omdat beide een vorm van feedback zijn. Je selecteert eerst een stukje tekst waar je een opmerking aan wilt toevoegen. Dan gebruik je de rechtermuisknop en kies je de opdracht Opmerking toevoegen. Je typt de opmerking die je wilt plaatsen in een vakje dat in de rechterzijbalk verschijnt. Klik op de blauwe knop Opmerking toevoegen om te bevestigen. Om alle opmerkingen te zien, gebruik je de knop Opmerkingsgeschiedenis. Dat is het pictogram rechts bovenaan, dat op een tekstballonnetje lijkt.

De suggesties worden in het groen weergegeven.

Een reageerder kan geen tekst verwijderen.

2Suggesties Suggesties is een weergavemodus van Google Docs. Normaal zit je in de modus Bewerken. Je wijzigt de modus door op het pijltje naast het potloodje rechts in de knoppenbalk te klikken. Daar kies je een van de drie weergavemodi: Bewerken, Suggesties en Bekijken. In die laatste modus bekijk je de afdrukweergave. In de modus Suggesties wordt elke bewerking die je uitvoert, bijgehouden. Als je een stukje tekst wist, dan verschijnt dat als een groene doorhaling. Een stukje tekst dat je toevoegt, wordt ook groen gemarkeerd.

3Machtigingen Daarna kun je iemand uitnodigingen om de suggesties te beoordelen. Je moet er wel voor zorgen dat deze persoon de juiste machtigingen heeft. Daarom ga je naar Bestand / Delen en daar voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je dit document wilt delen. Die persoon ontvangt een link en hoeft geen Googleaccount te hebben. In dit dialoogvenster klik je op de pijl omlaag naast de optie Bewerker en daar kies je de optie Reageerder. Iemand met de bevoegdheid van reageerder kan suggesties geven zonder de originele tekst permanent te verwijderen. Een bewerker mag vrijelijk wijzigingen aanbrengen zonder dat Google Docs die bijhoudt. Er is ook de machtiging Lezer voor iemand die het document alleen mag bekijken. Wanneer iemand suggesties heeft ingevoerd in jouw document, dan moet jij deze wijzigingen accepteren of wijzigen. Elke wijziging wordt bijgehouden en die details kun je in de rechterbalk bekijken.

Wachtwoorden? Onveilig!

Veiliger aanmelden met extra code

Allerlei hacks en lekken hebben het de laatste jaren bewezen: aanmeldingen met enkel en alleen een wachtwoord zijn niet veilig genoeg. Je combineert zo’n wachtwoord dus beter met een extra factor. In deze workshop zetten we daarvoor speciale apps in, zogeheten authenticators, zowel van Google als van Microsoft.

Toon van Daele

1Authenticators Om je wachtwoord niet de enige methode van inloggen te laten zijn, kun je uit talloze andere opties kiezen, maar die zijn niet allemaal even handig of veilig. Je zou jezelf bijvoorbeeld een sms kunnen laten doorsturen, maar zo’n melding gaat helaas over een mobiel netwerk. Een veiligere oplossing is een authenticator-app op je smartphone. Zo’n app genereert namelijk een tijdgebaseerde en eenmalig bruikbare code, oftewel TOTP (Time-based, One-Time Passcode), waarvoor niet eens een netwerkverbinding is vereist. Zo’n code is slechts 30 seconden geldig. Bekende authenticators zijn Authy (www.authy.com), LastPass Authenticator (https://lastpass.com/auth), Google Authenticator en Microsoft Authenticator. De laatste twee zijn het populairst en daar gaan we in deze workshop dan ook dieper op in. MFA

Bij traditionele aanmeldingen gebruik je slechts één factor, bijna altijd een wachtwoord. Een wachtwoord is iets wat je kent, maar het is veiliger om daar een extra factor aan toe te voegen. Vaak is dat iets wat je bent (een biometrisch kenmerk, zoals een vingerafdruk) of iets wat je hebt (zoals een token of een smartphone die een code kan genereren). Gebruik je twee factoren, dan hebben we het over 2FA (tweefactorauthenticatie, ook wel tweestapsverifi catie genoemd), maar je kunt in principe ook meerdere factoren inzetten. In zo’n geval spreken we van MFA, oftewel multifactorauthenticatie.

GOOGLE AUTHENTICATOR

2Installatie Laten we beginnen met de app Google Authenticator om met 2FA/MFA aan de slag te gaan. Je kunt deze app gratis downloaden uit de offi ciële appstores van Android en Apple. In dit artikel gaan we uit van de installatie op een Android-smartphone, maar de werking is nagenoeg identiek op een iPhone. Na de installatie kun je direct een account voor een 2FA/MFA-dienst toevoegen. Je hebt keuze uit twee opties: QR-code scannen en Instelsleutel invoeren. In het laatste geval dien je zelf de code of verifi catiesleutel voor je account in te tikken. 3 Google account (2FA) Laten we als (logische eerste) voorbeeld je Google-account zo instellen dat je hiervoor voortaan de code van Google Authenticator nodig hebt om je aan te kunnen melden. Surf hiervoor naar https://myaccount.google.com en selecteer Verificatie in 2stappen. Bevestig met Aan de slag en meld je nogmaals aan met je accountwachtwoord. Druk op Volgende en tik de ontvangen controlecode in. Bevestig met Aanzetten. In het volgende scherm krijg je een overzicht van de beschikbare, tweede verifi catiestappen.

4Accountkoppeling Klik nu op het pijlknopje bij Authenticator-app en op + Authenticatorinstellen. Je ziet nu een venster met een QR-code. Deze scan je met je Google Authenticator-app (via de optie QR-code scannen). Lukt het om een of andere reden niet, klik dan in je browser op Kun je de code niet scannen? zodat er een instelsleutel verschijnt. Deze kun je handmatig intikken in je app (via Instelsleutelinvoeren). Je account wordt nu aan de app gekoppeld, met de standaardnaam Google (<je_e-mailadres>). Druk op Volgende op de webpagina, vul de gegenereerde TOTP-code in en bevestig met Verifiëren. 5 Import en export In het vervolg moet je deze TOTP-code dus invullen wanneer je je bij Google aanmeldt, tenzij je bij zo’n aanmelding een vinkje plaatst bij Niet meer vragen op dit apparaat. In Google Authenticator zelf valt er nauwelijks iets in te stellen. Wel kun je accountkoppelingen overzetten naar een nieuw apparaat. Installeer daarvoor de app op je nieuwe toestel, open de app op je oude apparaat, tik op het menuknopje, kies Accounts exporteren, selecteer de accounts, tik op Volgende en scan de QR-code met de app op je nieuwe apparaat om je voortaan via dat apparaat aan te kunnen melden.

MICROSOFT AUTHENTICATOR

6Installatie Net als Googles app kun je ook Microsoft Authenticator gratis downloaden uit de offi ciële appstores van zowel Android als Apple. We gaan wederom uit van de werking op een Android-smartphone. Klik na de installatie van de app op Ik ga akkoord. Je ziet nu drie opties: Aanmelden met Microsoft, Werk- of schoolaccount toevoegen en Een QR-code scannen. Laten we ervan uitgaan dat je je Microsoft-account wilt koppelen. Meld je hiervoor eerst aan bij https://account.microsoft.com, open het tabblad Beveiliging en voer je wachtwoord in. Vervolgens open je de rubriek Geavanceerde beveiligingsopties. Scrol tot je bij Extrabeveiliging komt en selecteer daar Inschakelen bij Verificatie in twee stappen.

7Koppeling Druk op Volgende en selecteer Een app bij Mijn identiteit verifiëren met. Druk op Volgende (2x). Er verschijnt een QR-code die je met je Microsoft Authenticator-app scant, waarna je account aan de app wordt gekoppeld. Je krijgt nu ook het aanbod om je wachtwoorden en andere gegevens die je opslaat in Microsoft Authenticator versleuteld te bewaren in je Microsoft-account, zodat ze met al je aangemelde apparaten worden gesynchroniseerd. Tenzij je dit bewust niet wilt, laat je deze optie ingeschakeld en kies je Automatisch invulleninschakelen / Instellingen openen. Selecteer Authenticator, bevestig met OK / Gereed /OK. APP-VERSCHILLEN

Google Authenticator is wellicht de meest gebruikte authenticator-app. Dat heeft niet alleen te maken met het overwicht van Google, maar ook met het feit dat de app al vanaf 2010 beschikbaar is. Microsoft Authenticator is pas in 2016 uitgerold. Deze bevat wel een aantal functies die de Google-app ontbeert. Dat zijn onder meer cloudback-up, synchronisatie tussen apparaten, een wachtwoordloze login en het automatisch invullen van wachtwoorden. Werk je vooral met Microsoft-diensten, dan is de app van Microsoft waarschijnlijk het prettigst.

8Aanpassingen Wanneer je 2FA activeert voor je Microsoft-account moet je je ervan bewust zijn dat sommige, vooral wat oudere apps en apparaten geen beveiligingscodes accepteren. In de meeste gevallen moet je dan een zogeheten app-wachtwoord instellen. Heb je de Authenticator-app geïnstalleerd, maar verschijnt er geen beveiligingscode, dan kun je via https://kwikr.nl/appww lezen hoe je een aangepaste aanmeldmethode in kunt stellen voor onder andere Outlook.com, Windows Essentials en Xbox 360.

9Cloudback-up Microsoft Authenticator ondersteunt cloudback-up. Dit houdt in dat de app een back-up naar de cloud maakt van je accountreferenties en app-instellingen. Dit maakt het eenvoudig om via de Authenticator-app van Microsoft je accounts op een nieuw of een extra toestel te importeren. Naast een Microsoft-account heb je hiervoor bij iOS ook een iCloud-account nodig. Binnen Android schakel je cloudbackup als volgt in: open de app, tik op het knopje met de drie puntjes, kies Instellingen en activeer Cloudback-up. Bij een nieuwe installatie van de app kun je dan Herstellenvanuit een back-up selecteren, waarna je de verdere instructies volgt.

11 Automatisch invullen

Microsoft Authenticator bevat eveneens een geïntegreerde wachtwoordbeheerder. Hiervoor tik je in de app op Wachtwoorden en geef je, als je dat wilt, toestemming voor het automatisch invullen van wachtwoorden door een vinkje te plaatsen bij Instellen als provider voor automatisch invullen, waarna je Authenticator selecteert en met OK bevestigt. Via Nu proberen kun je opgeslagen wachtwoorden uit Google Chrome of uit een csv-bestand direct importeren. In Chrome doe je dat via Instellingen / Wachtwoorden, waarna je op het knopje met de drie puntjes tikt en Wachtwoorden exporteren / Verificator kiest. 10 Wachtwoordloos Het is eveneens mogelijk ‘wachtwoordloos’ te werken met je Microsoft-account. Je wordt dan niet langer om een wachtwoord gevraagd, maar je moet je aanmelden met een alternatieve methode, zoals een beveiligingstoken, biometrie of de Microsoft Authenticator-app. Deze laatste moet in elk geval geïnstalleerd zijn. Meld je vervolgens aan bij https://kwikr.nl/acwwloos en klik op Inschakelen bij Account zonder wachtwoord. Druk op Volgende, selecteer een methode om je identiteit te verifi ëren. Druk nogmaals op Volgende en tik op Goedkeuren in Microsoft Authenticator. Meer informatie hierover vind je via https://kwikr.nl/wwloos.

BACK-UP

Wanneer je 2FA via een authenticator-app hebt ingeschakeld, heb je doorgaans een wachtwoord en een TOTP-code nodig. Maar wat als je je smartphone niet bij je hebt of kwijt bent? Om te voorkomen dat je dan niet meer kunt inloggen, doe je er verstandig aan een extra aanmeldmethode in te schakelen. Welke mogelijkheden er zijn en hoe je dat precies doet, hangt van de dienst af. De kans is groot dat je in de 2FA-rubriek van je account een herstelcode kunt afdrukken, zoals bij Microsoft, of dat je, zoals bij Google, een reeks eenmalige back-upcodes kunt opvragen. Dit doe je het best zo snel mogelijk.

MFA-SERVICES

12 Facebook Je kunt nog heel wat andere webdiensten koppelen aan je Authenticator-app. Op https://2fa.directory/int vind je een behoorlijke lijst met websites die 2FA ondersteunen. Laten we beginnen met Facebook. Open Account / Instellingen en privacy / Instellingen / Beveiliging en aanmelding. Klik op Bewerken bij Tweestapsverificatie. Selecteer Verificatieapp gebruiken. Er verschijnt nu zowel een QR-code als een instelsleutel. In Microsoft Authenticator tik je op het knopje met de drie puntjes en kies je + Account toevoegen / Ander account, waarna je de QR-code scant of Enter code manually selecteert. Voor Google Authenticator volg je de aanwijzingen in stap 4.

13 Dropbox Voor Dropbox surf je naar (de desktopversie van de website op) www.dropbox.com. Klik rechtsboven op je accountpictogram en kies Instellingen. Open het tabblad Beveiliging en schakel de optie Tweestapsverificatie in. Bevestig met Aan de slag en vul je Dropbox-wachtwoord in. Druk op Volgende en selecteer Via een mobiele app. Druk nogmaals op Volgende om de QR-code te zien. Kies je voor een instelsleutel, klik dan op Voer de geheime code handmatig in. Bevestig met Volgende, vul de TOTP-code in en voltooi de procedure.

14 Instagram De procedure bij Instagram is niet veel anders dan bij Facebook en Dropbox, al moet je 2FA hierbij wel instellen vanuit de app zelf. Tik onderaan op je profi elpictogram en vervolgens op het menupictogram. Hier kies je voor Instellingen / Beveiliging / Tweestapsverificatie. Bevestig met Aan de slag en schakel de optie Verificatie-app (aanbevolen) in. Tik op Volgende of op Handmatig instellen voor de instelsleutel. In het eerste geval selecteer je de gewenste authenticator bij Openen met, waarna de koppeling een feit is 15 Twitter De 2FA-functie in Twitter zit wat verborgen in het menu onder de optie Meer. Hier klik je op Instellingen en privacy / Beveiliging en accounttoegang. Selecteer Beveiliging en open het item Tweestapsverificatie. Zet een vinkje bij Verificatie-app en bevestig met Aan de slag. Het scenario is je inmiddels bekend: er verschijnt een QR-code of je kunt klikken op Can’t scan the QR code? mocht je liever de handmatige methode met een instelsleutel gebruiken.

WordPress- webshop

Deel 2: Installatie bij hostingpartij

Nadat je je in het vorige deel van deze cursus hebt georiënteerd op een domeinnaam en hosting, en lokaal al WordPress hebt geïnstalleerd, gaan we nu je website of shop echt online zetten. Dat begint met het registreren van een domeinnaam. Daarna sluiten we een hostingpakket af en zorgen we voor de juiste domeininstellingen.

Gertjan Groen

TECH ACADEMY

Dit artikel komt uit een cursus van de Tech Academy. Wil je meer over dit onderwerp weten, dan kun je de volledige cursus ‘Webshop bouwen in WordPress’ volgen op https://techacademy.id.nl. Er zijn twee varianten van een cursus. Met een Cursusbundel schaf je het papieren naslagwerk inclusief levenslange online toegang aan. Kies je voor Online cursus, dan heb je altijd toegang tot alleen de online cursus.

Bij veel providers kun je WordPress eenvoudig vanuit een beheeromgeving installeren. In het eerste deel van de cursus hebben we de verschillende mogelijkheden voor hosting van WordPress en WooCommerce (dat we nodig hebben voor onze webshop) besproken. Nu gaan we hier ook echt mee aan de slag. We kiezen hierbij voor WooCommerce Hosting van de Nederlandse hostingprovider Cloud86. Kies je een andere provider, dan zijn de meeste stappen over het algemeen vergelijkbaar – denk aan het registreren van een domeinnaam, het aanvragen van een hostingpakket en het aanpassen van de nameservers voor je domein. Wel kan het, afhankelijk van je pakket, nog nodig zijn om WordPress te installeren. De meeste providers bieden je een beheeromgeving als Plesk, cPanel of DirectAdmin aan, waarin je WordPress als een applicatie kunt installeren. Gezien de populariteit van WordPress heeft vrijwel iedere provider daar wel een handleiding voor. Nadat je WordPress hebt geïnstalleerd, kun je inloggen in de beheeromgeving van WordPress, en WooCommerce als plug-in toevoegen. Dit komt in het derde deel van de cursus aan bod.

Domeinnaam kiezen en registreren

We beginnen met het registreren van een domeinnaam. Als je al over een domeinnaam beschikt, kun je deze stap overslaan. Voor de aanvraag gebruiken we de diensten van TransIP (www.transip.nl). In de zoekbalk op de homepage kun je direct controleren of de door jou gewenste domeinnaam beschikbaar is. Bij Trans IP kun je inmiddels uit meer dan 450 domein extensies kiezen (daarover kon je in het eerste deel van de cursus meer lezen). Handig als de .nl-extensie die je op het oog had al bezet is. Let wel op: de prijzen variëren per extensie en de genoemde prijs geldt alleen voor het eerste jaar.

Als je je domeinnaam hebt gekozen, kun je het bestelproces verder doorlopen. Voeg hierbij geen webhosting toe, maar kies voor de optie om verder te gaan zonder pakket. Tijdens het proces maak je een account aan, voer je je naam- en adresgegevens in en betaal je voor het domein. Met het account kun je later het domein beheren.

Tijdens het bestelproces maak je een account aan voor het domeinbeheer.

WAT GA JE LEREN?

In deze driedelige cursus leer je een webshop bouwen met Word Press. Volgens het CBS komen er in Nederland iedere week tientallen webshops bij. Die zijn natuurlijk lang niet allemaal van grote bedrijven, maar juist vaak van mensen die zelf een goed idee hebben voor een digitale winkel. Is een webshop voor jou net een stap te ver? Geen nood: de stof uit deze cursus kun je ook gebruiken om een gewone website te bouwen!

Hostingpakket kiezen

Als je naar de website van Cloud86 (www. cloud86.nl) gaat, vind je onder Hosting verschillende mogelijkheden. Wil je een gewone site opzetten, dan kun je kiezen voor Webhosting of Managed WordPress. Voor ons voorbeeld, een webshop, gaan we naar WooCommerce Hosting. Zoals je ziet, zijn er verschillende pakketten. Het aantal bezoekers per maand is hierbij overigens een richtlijn en geen limiet.

Cloud86 biedt verschillende pakketten voor hosting aan; hier zie je een overzicht van WooCommercepakketten, speciaal voor webshops.

Controleer het overzicht en geef de gewenste facturatieperiode aan. Hier geef je aan dat ke de nameservers laten wilt wijzingen.

De actieprijzen die je ziet, zijn exclusief btw en gelden voor de eerste contractperiode, naar keuze een maand, kwartaal, jaar of drie jaar. Na verlenging geldt de hogere prijs. Je mag alle pakketten overigens één maand proberen. Als het niet bevalt, kun je direct annuleren en wordt het bedrag teruggestort.

We kiezen hier voor WooCommerce Start, maar afhankelijk van je wensen kun je natuurlijk ook een zwaarder pakket kiezen. Zo kan 10 GB opslag bijvoorbeeld wat te weinig zijn als je heel veel grote foto’s gaat plaatsen. Misschien wil je wel meer dan twee websites onderbrengen of wil je de site beheren met meer mensen, waardoor de aangeboden tien e-mailadressen niet genoeg zijn.

Hosting aanvragen

Heb je een pakket gekozen, dan kun je de aanvraag verder doorlopen. Kies bij de eerste stap de optie Ik wil alleen hosting en verhuis mijn domein later of wijzig mijn nameservers. Wij kiezen verderop voor het laatste (het wijzigen van de nameservers). Met die keuze blijft het domein bij TransIP en dat maakt het overstappen naar een andere hostingprovider in de toekomst wat eenvoudiger.

Vul, ongeacht je keuze, jouw domeinnaam in het vak in. Als voorbeeld gebruiken we hier de domeinnaam winkelbegin.nl, die bij TransIP is geregistreerd. Kies in de volgende stap de gewenste facturatieperiode. Merk op dat de korting, zoals gezegd, alleen gedurende de eerste contractperiode geldt. In het volgende venster kun je al je adres- en contactgegevens invullen en meteen een account aanmaken. Tot slot kun je de gekozen contractperiode afrekenen met onder meer iDEAL.

Domeininstellingen

Als de aanvraag voor hosting is afgerond en je hostingpakket is gemaakt, kun je direct inloggen bij het klantensysteem van Cloud86. Voordat je meteen enthousiast aan de slag gaat: eerst moet je nog even de domeininstellingen van TransIP aanpassen. We gaan zoals gezegd de nameservers (zie het kader ‘Werking nameservers op internet’) veranderen naar die van Cloud86. Hiervoor ga je naar TransIP, volg je de link naar het controlepaneel en log je in met je account. Ga naar het onderdeel Domein & Hosting en klik je domeinnaam aan. Onder het kopje Geavanceerd domeinbeheer vind je bovenaan de mogelijkheid om de nameservers te veranderen. Vul als primaire nameserver ns1.cloud86.nl in en als secundaire nameserver ns2.cloud86.nl. Klik dan op Opslaan. Let erop dat je in het vervolg je DNSrecords via de omgeving van Cloud86 beheert, en dus niet meer bij TransIP! Verderop laten we zien waar je die instellingen kunt vinden en hoe je je site en domein kunt beheren.

WERKING NAMESERVERS OP INTERNET

Een DNS-server (Domain Name System) heeft een belangrijke taak bij het surfen op internet. Elke domeinnaam die je intikt, van Google.nl tot Winkelbegin.nl, zal via een verzoek aan een DNS- server worden vertaald naar het ip-adres van de bijbehorende server die het verkeer verder afhandelt. Je kunt het zien als een soort telefoonboek voor internetadressen. Een domeinnaam bevat meerdere zogenoemde DNS-records, bijvoorbeeld voor subdomeinen en e-mail. Al deze DNS-records zijn opgenomen in de zogeheten nameservers. Bij de aanvraag van je domeinnaam bij TransIP zijn standaard de nameservers van TransIP ingesteld. In dat geval kun je bij die provider via je controlepaneel alle DNS-records beheren. Je kunt echter ook een andere nameserver instellen, bijvoorbeeld voor je nieuwe provider die de hosting verzorgt, waarna je de DNS-records bij die provider moet beheren.

We duiken dieper in de beheeromgeving voor je hosting pakket van Cloud86.

De volgende stap

Na de bestelling is je hostingpakket vrijwel direct opgeleverd. De aanpassing van de nameservers kan alleen een stuk langer in beslag nemen. Alle DNS-servers over de hele wereld moeten namelijk worden bijgewerkt en dit proces kan zo’n 1 tot wel 24 uur duren. Als ook die horde is genomen, kun je verder met onder andere het aanmaken van e-mailadressen en een beheerdersaccount voor WordPress. Cloud86 werkt daarvoor met Plesk. Daar gaan we nu mee aan de slag. Tot slot behandelen we in dit tweede deel van de cursus de WordPress Toolkit, een handige gereedschapskist binnen Plesk.

Domeinbeheer

Nadat je de nameservers voor het domein bij TransIP hebt aangepast naar die van Cloud86, kun je in het vervolg voor het beheren van de DNS-records bij Cloud86 terecht. Om deze te raadplegen en eventueel al te beheren, zorg je dat je bent ingelogd in de klantomgeving van Cloud86. Daar kom je door de link rechtsboven op de website van Cloud86 te volgen. Gebruik hierbij het account dat je bij de aanvraag had aangemaakt.

Vouw het menu Domeinnamen uit en kies DNS beheren. Klik achter je domeinnaam op het penseeltje. Je ziet dat alle DNS-records al voor je zijn ingevuld en je hoeft hier dan ook geen veranderingen meer te maken. De zogenaamde Arecords die je ziet, verwijzen naar onder meer je website en webmail, terwijl de MX-records wat verder naar onderen er zijn voor de e-mailafhandeling. Er zijn standaard nog geen e-mailadressen ingesteld. Daarom gaan we als eerste een of meerdere e-mailadressen instellen die je kunt gebruiken voor je website en eventueel correspondentie.

Voor het beheren van DNS-records gebruik je de klantomgeving van Cloud86.

Toevoegen e-mailadressen

Waarschijnlijk wil je e-mail ontvangen op je domeinnaam. Dat staat, vooral wanneer je een webshop aan het opzetten bent, een

Cloud86 gebruikt het bekende Plesk als beheeromgeving voor je website en domein.

stuk professioneler dan het gebruik van je eigen e-mailadres. In ons voorbeeld maken we de e-mailadressen info@winkelbegin.nl en klantenservice@winkelbegin.nl aan. Je kunt hiervoor een mailbox gebruiken, maar ook de berichten laten doorsturen naar een ander e-mailadres (zie kader ‘Mailbox of doorsturen?’). We vertelden al dat veel providers een beheeromgeving bieden waarin je WordPress eenvoudig als applicatie kunt installeren. Zo’n beheeromgeving wordt ook gebruikt voor het instellen van e-mailadressen. Om nu e-mailadressen aan te maken, log je in in je klantomgeving. Ga dan naar Mijn diensten en klik op je hostingpakket. Kies daarna Inloggen op Plesk.

MAILBOX OF DOORSTUREN?

Je hebt bij het instellen en gebruiken van e-mailadressen diverse mogelijkheden. Zo kun je een mailbox aanmaken waarin alle berichten naar een bepaald e-mailadres worden doorgestuurd. De berichten kun je dan lezen met een e-mailtoepassing op bijvoorbeeld je pc of smartphone. Je kunt ook een aantal extra e-mailadressen naar dezelfde mailbox laten verwijzen; dat noemen we e-mail aliassen. Je zou er ook voor kunnen kiezen om geen mailbox aan te maken, maar de berichten direct door te laten sturen naar een e-mailadres dat je al gebruikt. Dat noemen we e-mailforwarding. Wat voor jou werkbaar is, moet je zelf bepalen. Bij een gewone website is de laatste optie misschien het handigst; wil je juist een webshop opzetten die door meer mensen beheerd zal worden, dan is werken met een mailbox handiger – op die manier heeft het volledige team toegang tot de mails.

Mailbox maken

We maken nu een mailbox aan en laten daarna zien hoe je de berichten eventueel kunt doorsturen naar een ander e-mailadres. Ben je ingelogd bij Plesk, ga dan via het hoofdmenu aan de linkerkant naar Mail. Klik dan op E-mailadres aanmaken. Geef in elk geval het e-mailadres op dat je wilt gebruiken (wij gebruiken in ons voorbeeld info@winkelbegin.nl) en bedenk een sterk wachtwoord. Met het vinkje bij Postvak zorg je dat de berichten in een mailbox worden bewaard. Eventueel kun je hierbij een quotum instellen. Dit bepaalt hoeveel schijfruimte dit emailadres maximaal mag gebruiken. Klik dan op OK. Je ziet het e-mailadres nu in de lijst staan.

Wil je e-mailaliassen maken? Klik het e-mailadres dan aan in de lijst om het te bewerken en voeg op het tabblad E-mailaliassen de gewenste aliassen toe.

E-mail doorsturen

Wil je e-mail naar een bepaalde mailbox doorsturen? Klik dan op het e-mailadres om het te bewerken. Op het tabblad Doorsturen zet je vervolgens een vinkje bij Het doorsturen van emailberichten activeren. Voer dan een of meerdere e-mailadressen in waar de berichten moeten worden afgeleverd. Let erop dat de originele berichten in de mailbox achterblijven. Wil je berichten alleen doorsturen en niet in de mailbox bewaren? Dan haal je bij de instellingen voor het

In Plesk kun je in enkele stappen een e-mailadres aanmaken.

Je kunt e-mail ook laten doorsturen.

WEBMAIL: E-MAIL VIA DE BROWSER

Als je een mailbox hebt aangemaakt, kun je het e-mailadres toevoegen aan bijvoorbeeld Outlook of op je smartphone laten binnenkomen. Voor informatie daarover verwijzen we je graag naar de supportpagina’s van Cloud86, die vind je via https://support.cloud86.nl. Een andere en laagdrempelige manier om je e-mail te lezen, is via webmail. Om in te loggen op je webmail, ga je naar webmail. domein.nl, waarbij je domein.nl uiteraard vervangt door je eigen domein en extensie. Je kunt vervolgens inloggen met je e-mailadres en wachtwoord.

Via het hoofdscherm in Plesk kun je direct inloggen in de beheerdersomgeving van WordPress. e-mailadres het vinkje bij Postvak weg. Dit raden we overigens af, omdat er dan geen e-mail vanaf het betreffende adres kan worden verstuurd.

Account voor WordPress

Om met WordPress aan de slag te kunnen, moeten we een beheerdersaccount maken voor WordPress. Hiervoor open je opnieuw Plesk. In het hoofdscherm zie je de installatie van je WordPress-website en kun je op Aanmelden klikken om direct in te loggen in de beheeromgeving van WordPress. Als WordPress op de Engelse taal is ingesteld, kun je dit eventueel veranderen naar Nederlands. Ga daarvoor naar Settings / General. Kies achter Site Language voor Nederlands. Je kunt ook de tijdzone en -notatie aanpassen. Meer instellingen voor WordPress komen in het derde deel van de cursus aan bod.

Nu gaan we een gebruiker toevoegen. Kies in het hoofdmenu aan de linkerkant voor Gebruikers en daarna voor Nieuwe toevoegen. Hier kun je dan een nieuw beheerdersaccount aanmaken, waarna je met die gegevens direct kunt inloggen op WordPress. Vul een gebruikersnaam in (wij kiezen voor siteadmin) en vul ook de andere velden in. Zorg dat achter Rol de optie Beheerder is ingevuld, zodat je volledige beheerdersrechten hebt. Gebruik een ander e-mailadres dan je bij de hostingaanvraag hebt gebruikt, bijvoorbeeld je nieuw aangemaakte e-mailadres. STAGING: AANPASSINGEN TOEPASSEN

De staging-omgeving is vooral handig om te experimenteren met features voor je website, of om bijvoorbeeld grotere aanpassingen aan het thema of de lay-out uit te proberen. Maar wat zijn je opties als de veranderingen bevallen die je in de gekloonde site hebt gemaakt? Als het niet te veel stappen zijn, raden we je aan om voor de zekerheid eerst een back-up van de originele site te maken, en daarna dezelfde veranderingen eenvoudigweg stap voor stap op de originele site door te voeren. Gaat dat toch niet goed, dan kun je de back-up terugzetten. Een alternatief is dat je alle gegevens van de gekloonde site overzet naar de originele site. Dat kan in de WordPress Toolkit, in het onderdeel WordPress. Je ziet hier de twee sites (het origineel en de kloon). Vouw de kloon uit en kies de optie Gegevens kopiëren. Bij Doel kies je de originele site. Geef aan wat er moet worden gekopieerd. Hierna zal de originele site er precies hetzelfde uitzien als je staging-omgeving.

WordPress Toolkit

De WordPress Toolkit is – zoals de naam al doet vermoeden – een soort gereedschapskist voor WordPress. Hiermee kun je bijvoorbeeld met een paar klikken je webshop beveiligen tegen de meest voorkomende problemen. Ook kun je hiermee WordPress met alle plug-ins en thema’s volledig up-to-date houden, al kun je dat ook binnen WordPress zelf regelen. Verder kun je met de WordPress Toolkit backups maken of terugzetten. Ook praktisch is de staging-omgeving die we in deel 1 van deze cursus al noemden: hier kun je alvast zaken uitproberen voordat je ze live zet. Als voorbeeld maken we een testomgeving voor de website op https://staging.winkelbegin.nl.

Log om te beginnen opnieuw in bij Plesk en ga via het hoofdmenu naar WordPress. Klik op Klonen. Bij Doel selecteer je de optie Subdomein aanmaken. Hier gebruiken we https://staging. winkelbegin.nl. Nadat je op Start hebt geklikt, wordt als het ware een kopie van de database gemaakt. Vervolgens kun je op het bewuste adres je gekloonde website bekijken of (door / wp-admin achter het adres te zetten) beheren. Je hebt nu in feite twee WordPress-omgevingen naast elkaar!

Via de WordPress Toolkit kun je een kloon van je website maken; ideaal voor testdoeleinden.

This article is from: