5 minute read

COLUMN MAGISCH HEERLEN

Next Article
samen maken we

samen maken we

Journalist en redacteur Leonie Collombon woont al ruim zeven jaar niet meer in Heerlen. Waar wegtrekken uit een stad voor velen de liefde bekoelt, wakkert het bij haar alleen maar een vlam aan. Juíst omdat ze er niet meer dagelijks komt, weet ze de schoonheid van de stad te waarderen. Voor (B)RUIS schrijft ze over die liefde, en hoopt ze jou als lezer door haar ogen naar Heerlen te laten kijken.

De liefde voor een stad zit ‘m niet in evenementen, de bekende winkels of het aantal inwoners. Het draait om de kleine plekken waar herinneringen liggen. Plekken waar een ander z’n hoofd geen twee keer voor omdraait, maar waar jij een warm, liefdevol, nostalgisch gevoel van krijgt. Het zijn niet de hotspots van een stad waar alle hippe mensen zich verzamelen. Het zijn de onbekende locaties die weinig voor een stad betekenen, maar des te meer voor een kleine groep inwoners ervan.

Advertisement

Het Kaldeborn Bos is daar een persoonlijk voorbeeld van. De beek in het Kaldeborn Bos, om precies te zijn. Het beekje is weinig bijzonder en er zijn zonder twijfel mooiere landschappen te vinden in en rondom Heerlen. Toch is het voor mij speciaal, en kijk ik met weemoed terug op dat simpele beekje. Niet omdat het nou zo’n adembenemende natuur is of omdat er veel te doen is, wel omdat er heel veel herinneringen liggen die me dierbaar zijn.

Hoewel ik als jonge tiener en later puber geen groot fan was van wandelen, is het beekje in het Kaldeborn Bos de plek waar ik steevast onze hond Sasja mee naartoe nam. In ruim zestien jaar speelde ze heel wat af in het ondiepe water en die beelden blijven - in de positieve zin van het woord - voor altijd op mijn netvlies staan. Ook picknicks met vriendinnen en een zoveelste poging om hardlopen leuk te vinden (nog altijd niet gelukt, helaas) met een van m’n zussen zijn momenten die me in gedachten langs het beekje doen lopen.

Al zijn het niet alleen de positieve herinneringen die me melancholisch aan het bos doen terugdenken: slechts twee jaar geleden kwam ik er nog om mijn hoofd leeg te maken op de dag dat mijn oma overleed, en bood het kabbelende water troost. Troost zoals het dat jaren eerder ook regelmatig deed. Als puber kon ik mijn gevoelens soms moeilijk onder woorden brengen. Deze plek was dan mijn go to om even uit te huilen of boos te zijn op de wereld. Om er een week later weer terug te komen met vrienden of familie en een verdrietig moment om te zetten in een nostalgische herinnering voor later.

Die combinatie van troost en mooie herinneringen met dierbaren maakt dat dit beekje een van mijn lievelingsplekken in Heerlen is. Iets met genieten van de kleine dingen in het leven? Hoe dan ook bewijst het opnieuw: de stad maakt de herinneringen, maar herinneringen maken ook de stad.

Leegstand of kans? De binnenstad van Heerlen kampt - net als veel andere steden - met veel leegstaande winkelpanden. Hiertussen bevinden zich meerdere pareltjes van panden, echte kansplekken. Kun jij door de lege etalages, de gedateerde inrichting en het ‘lege witte vel’ heenkijken?

Stadmaker Paul Leufkens kan dat als geen ander. Heerlen is zijn werkveld en hij neemt ons mee naar een plek met potentie van zijn keuze. Door Leonie Kohl

7

Adres: Akerstraat 7

Bouwjaar: 1722

Oppervlakte: 260 m²

Dit pand heeft haar potentie vooral in het verleden bewezen en dat op een buitenproportionele manier. Op nummer 7 van de Akerstraat zijn meer gedeelde herinneringen gemaakt dan op enige andere plek in Heerlen. Het roemruchte café Bijsmans behoeft weinig introductie, maar toch staat het pand - waar trots het jaartal 1722 op prijkt - al sinds 2016 leeg. Gelukkig is Heerlen in 2022 niet meer hetzelfde Heerlen als in 2016 en Paul ziet reële kansen voor het pand van het voormalige café Bijsmans.

Pand

“Het pand zelf is in vrij slechte staat, daar kun je niet omheen. De makelaar spreekt niet voor niets over het ‘thans in casco staat verkerende’ café. Maar de ruimte, circa 260 m² op de begane grond alleen al, biedt kansen. De oude bar staat er nog in en verder zijn er grote, open ruimtes. Achterdoor is een grote buitenruimte middenin de stad, ook dat biedt nieuwe mogelijkheden. Aan de kant van de Plaarstraat ligt een aparte feestzaal. Aan ruimte geen gebrek.”

Locatie, locatie, locatie

“De locatie is gewoon super, die hebben we al benoemd toen we het buurpand bespraken waar nu Stichting Boekensteun in huist (issue #1). Erg leuk dat daar intussen een invulling voor is gekomen. Samengevat: ook dit pand ligt aan de rand van de binnenstad langs een belangrijke aanlooproute. De buitenruimte heeft een zijingang aan de Plaarstraat, vlak bij De Vijf Pleintjes. Veel doorloop en goede zichtbaarheid.”

Een Stukje Geschiedenis

Café Bijsmans was anno 1722 een tolhuis, Huis aan den Slagboom genaamd. Het stond in de 18e eeuw aan de rand van het dorp Heerlen. In 1779 kreeg het een vergunning tot herberg en logement en jaren later, in 1845, zou er het eerste officiële bier zijn getapt. Rond 1920 komt familie Bijsmans in het café. Het bloeit op het rijke verenigingsleven van steenkoolmetropool Heerlen. Er wordt een kegelbaan gebouwd en Bijsmans is het stamlokaal van talloze verenigingen. Dat blijft zo tot na de mijnsluitingen. Ook staat het bekend als hét sport-, muziek- en literair café van Heerlen. Carnaval in Bijsmans was voor de vele stadverlaters een reden om jaarlijks terug te keren. In 2016 sluit het café tot groot verdriet van vele Heerlenaren.

Wat doet de buurt en wat doen de buren?

“Hier zit een grote kracht. Er liggen geweldige plannen voor de panden aan de rechterzijde (als je ervoor staat). Dit nu wat doodse gebied zou worden herontwikkeld tot appartementen. De historische gevels van de leegstaande panden blijven daarbij zoveel mogelijk behouden. De herontwikkeling maakt het gebied een stuk opgeruimder en levendiger. Daar kun je op meeliften. Links van je ligt Stichting Boekensteun, die sluit dadelijk naadloos aan op het nieuwe concept.”

Waar zit de potentie?

Voor een nieuwe toekomstwaarde van voormalig Bijsmans denkt Paul om te beginnen vanuit de historie van het pand, dat ooit een herberg was. “Ik denk dat je die oude functie perfect kunt loslaten op het Heerlen van nu, maar dan voor een jongere doelgroep. Noem het een hostel, met beneden gecombineerde horeca en een plek om hippe producten te verkopen, blurring zoals een dergelijke combinatie genoemd wordt. Gericht op een jongere doelgroep die voor een vriendelijke prijs op de bovenverdiepingen kan overnachten, in zowel een slaapzaal (zolder) als op thematisch ingerichte kamers met meerdere bedden en gedeelde faciliteiten. Beneden behoud je de bar en gebruik je de ruimte voor een combinatie van gezellige zitjes en retail, lekker gemixt. Zoals in die zaken waar je alles kan kopen wat je ziet: kleding, meubeltjes, servies. Wel eigentijds in een bepaalde hippe, urban stijl die bij Heerlen past, aansluitend bij de sfeer van De Vijf Pleintjes. Het zou een culturele ontmoetingsplek voor jongeren van binnen én buiten Heerlen kunnen worden met activiteiten die daarop aansluiten. Ook wat betreft de buitenruimte die je zou kunnen transformeren tot een ludieke biergarten met minipodium of buitenbioscoop. Zoiets heeft Heerlen nu niet. Met de onderwijsinstellingen die naar het centrum verhuizen zal de vraag naar dat soort hotspots alleen maar groeien. Is de wat oudere bezoeker dan helemaal niet welkom? Nee, dat is niet het geval. In de wat strakker in te richten ruimte moet ook plaats komen om het historisch verleden te belichten door middel van beelden en verhalen.”

This article is from: