de trein’ die haar naar Lausanne brengt waar haar broer Floris als diplomaat werkt. Vanaf dat moment kiest ze definitief voor zichzelf en voor het kunstenaarschap. Ze neemt in Zwitserland, en later in Parijs, teken- en schilderlessen en maakt kennis met topbeeldhouwers als Aristide Maillol en Ossip Zadkine. Eenmaal terug in Nederland verhuist ze naar de kunstenaarskolonie op de Zomerdijkstraat in Amsterdam. Hier leert ze bekende Nederlandse beeldhouwers als Mari Andriessen, Piet Esser en Fred Carasso kennen, die haar op het juiste beeldhouwspoor zetten. Ze oogst veel lof tijdens exposities bij toonaangevende galeries. In 1967 verhuist ze definitief naar Noordwijk, waar zij een appartement aan de Beeklaan betrekt. Ze werkt van mei tot oktober zo veel mogelijk in haar atelier aan de Gooweg en hier ontstaan een groot aantal van haar beroemde portretten van onder anderen Adriaan Roland Holst, Kees Verwey en de vorstinnen Juliana en Wilhelmina. Opmerkelijk is dat Charlotte van Pallandt, ondanks haar aristocratische achtergrond en als alleenstaande vrouw, zich in die tijd volledig aan het beeldhouwersvak overgeeft. Dat zij in deze voor vrouwen zo moeilijk toegankelijke wereld ook nog succesvol wordt, is enkel en alleen toe te schrijven aan haar tomeloze inzet en ambitie om artistiek gezien te streven naar het hoogste niveau. EEN BEELD VOOR NOORDWIJK De teruggetrokken Charlotte wordt door de meeste Noordwijkers als tamelijk zonderling gezien. Wellicht dat het daarom tot 1976 duurt voordat zij een beeld voor de Noordwijkse gemeente mag maken. Het moet gaan om een bronzen ‘redder’ die verwijst naar drie verdronken redders uit 1919: Jan Cramer, Leendert Hellenberg en Hendrik Vink. Charlotte stort zich met hart en ziel op deze opdracht.
De Redder straalt forsheid uit en in het brons zie je nog de klonten die onder haar duimen in de juiste vorm werden gedrukt Maar haar eerste model, waarvoor de Noordwijkse schipper Cees van den Berg en zijn dochter Coby model staan, wijst de kunstcommissie af. De leden zijn niet tevreden over de positie van de geredde die over de schouder/op de rug van de redder hangt. Hij lijkt te veel op een zak aardappels is de voor de beeldhouwster onthutsende conclusie van de commissie. Met de moed der wanhoop verandert zij het beeld naar een drenkeling die in de armen van De Redder wordt gedragen. In 1976 wordt het beeld onthuld op de Koningin Wilhelmina Boulevard, maar Charlotte ontwijkt het beeld zelf zo veel mogelijk en loopt altijd aan de andere kant van de boulevard om zo min mogelijk geconfronteerd te worden met de in haar ogen mislukte creatie. De mal moet worden vernietigd en het ontwerp van De Redder wil ze doorgezaagd hebben, vertelt ze op haar sterfbed aan haar vriendin en steun en toeverlaat: de Noordwijkse Maja van Hall, zelf ook een succesvol beeldhouwster. RENNEND NAAKT MET HINDE Toch is het in Noordwijk een geliefd beeld en onlosmakelijk met de maakster verbonden. Het monument past goed in de lijn van beroemde beelden uit die tijd, zoals de Amsterdamse Dokwerker van Mari Andriessen en het vissersmonument in IJmuiden van Han Wezelaar. Een krachtige compositie, een heldere opbouw van volumes en een vereenvoudiging van de vorm zijn kenmerkend voor deze monumenten uit de naoorlogse jaren. De Redder straalt forsheid uit en in het brons zie je nog de klonten die onder haar duimen in de juiste vorm werden gedrukt.
90 NEX
Na de succesvolle expositie over Charlotte van Pallandt in het Noordwijks Museum in 2011, wordt er een tweede beeld (in de openbare ruimte) van haar hand aangekocht, te weten Rennend Naakt met Hinde. De vereniging De Oude Dorpskern schenkt dit beeld aan de Noordwijkse inwoners. Het staat op het Raadhuisplein. ATELIER ADEMT CHARLOTTE Tijdens haar lange leven – de kunstenares zal bijna honderd jaar oud worden – blijft Charlotte van Pallandt zeer productief. Honderden monumentale en kleinere beelden in brons en steen – vrij werk en werk in opdracht – vinden hun weg via haar atelier naar particuliere opdrachtgevers, musea en galeries. Haar laatste maanden brengt ze door in verzorgingshuis Groot Hoogwaak, waar