Artikel 'Groen Traineeship' - Magazine Zomer 2021

Page 1

Brabants Landschap

zomer 2021

Vers van de pers: ‘Groen Traineeship’ Inleiding door Thijs Caspers

Jonge input voor groene vrijwilligers

Sinds twee jaar loopt het landelijke project ‘Groen Traineeship’, een initiatief van ‘Maatschappelijke Diensttijd’ (MDT). Dit jaar sloot Brabants Landschap er zich bij aan en deed een oproep. Die was gericht aan jongvolwassenen tussen de 18 en 27 jaar aan wie gevraagd werd of ze in de periode tussen 27 februari en 3 juli een dag in de week als vrijwilliger beschikbaar waren. Dat was om het verhaal van de ‘groene’ vrijwilligers van Brabants Landschap vast te leggen. Die zijn voor het grote publiek namelijk zo goed als onzichtbaar. Men weet nauwelijks dat ze bestaan, laat staan wat ze doen. De trainees is gevraagd ze in beeld te brengen en er letterlijk ook beeldmateriaal, video’s, van te maken. En wel op zo’n manier dat er andere jonge mensen door worden aangesproken. Zij zouden dan de sterk vergrijzende vrijwilligersgroepen kunnen versterken. Waarmee twee vliegen in één klap geslagen zouden worden. Brabants Landschap nam de organsatie op zich door de ‘trainees’ in contact te brengen met groepen en ruimte te regelen voor de bijeenkomsten. Om de week was sprake van een binnen- en dan weer een buitendag. Plaatsen van samenkomst waren Haanwijk in de buurt van Vught en het Groot

¯ ‘Groene Trainees’ aan de wandel op Haanwijk (Sint-Michielsgestel), fris en fruitig!

41

Pyjamawants


Brabants Landschap

Libby Madelon

Duijfhuis bij Liempde, uiteraard op 1,5 meter. (En vanwege corona moest natuurlijk ook veel online worden gedaan.) 12 trainees meldden zich, 8 zaten de rit uit. Wie zijn het en wat zijn hun bevindingen? Hoe kijken zij tegen de vrijwilligers aan en hoe denken ze hen te kunnen helpen? Hieronder volgt het verslag van interviews met 6 van hen.

Wie zijn het?

Manon

Hanne

Achtergrond en opleiding van de trainees is behoorlijk divers. Libby van den Besselaar (1992) studeerde Spaanse taal en cultuur, algemene sociale wetenschappen, onderwijskunde en media design. Ze werkte voor het duurzaamheidsteam van de Universiteit van Utrecht. Uiteindelijk wil ze natuuronderwijs ontwikkelen. Madelon Brouwer (1997) studeerde Engelse taal en cultuur en toerisme in Nijmegen. Hanne Delbaere (1995) doet tweedejaars journalistiek in Tilburg na eerdere studies creatieve therapie in Nijmegen en moraalfilosofie in Gent. Manon Snoeren (1997) deed journalistiek in Tilburg en is daar als freelancer werkzaam in. Luuk Zwartenkot (1999) studeert bos- en natuurbeheer in Wageningen, net als Stefan Heijkamp (1999), die voor zijn master verder wil gaan in Nijmegen.

De zelf genoten natuureducatie

Stefan

Luuk

De biologieles op middelbare school werd als teleurstellend ervaren met nauwelijks lessen buiten (en indien wel, dan alleen technisch, over waterkwaliteit bijvoorbeeld). Het ging voornamelijk over zaken als celbiologie, fruitvliegjes en het menselijk lichaam, bijna

zomer 2021

nooit over ecologie en ecosystemen. Libby: ‘Het demotiveerde me om later bioloog te worden, wat ik aanvankelijk wel wilde. Ik zag mezelf niet de hele dag in een laboratorium lopen en door een microscoop kijken.’ In het basisonderwijs ziet ze wel de aandacht voor natuuronderwijs groeien, zeker op montessorischolen en die van het Jenaplan. Alle jonge kinderen hebben binding met de natuur, maar die wordt op latere leeftijd bepaald niet gestimuleerd, eerder eruit gestampt. Madelon: ‘Als kind kende je maar weinig planten en vogels bij naam, maar je vond het wel allemaal geweldig leuk. Vanaf de middelbare school was je veel minder buiten: de telefoon verving het leuke buiten zijn.’

Welke groepen bezochten zij? Een greep: Altena Bezoek aan groene vrijwilligers werd steeds per twee trainees gedaan. Madelon en Manon gingen in Almkerk op zoek naar de patrijs, die daar wordt gemonitord door de vogelwerkgroep van Altenatuur. Aan de hand van Jan van Harten maakten ze er een video over: ‘Het is leuk om in een video iemands motivatie / boodschap naar voren te laten komen: waarom doet ie het? Waarom ga je doordeweeks in alle vroegte met een ontvanger door het terrein lopen? Het geeft hem naar eigen zeggen rust. Van jongs af loopt hij er al rond met een verrekijker. Het is zijn manier om bij te dragen aan een betere wereld. Hij maakt er allerlei afspraken voor met boeren (over maaidata, rustzones etc.). Vooral de emotie waarmee hij het doet, spreekt mij aan.’ Ook

43


Brabants Landschap

Hanne en Libby togen naar het Land van Altena in het kader van ‘PARTRIDGE’: ‘Met Rinus Punt gingen we op de fiets in het donker op pad. We mochten het kastje bedienen om het geluid af te spelen, de manier om patrijzen te lokaliseren. Rinus bleef maar vragen: ‘hoor je ze, hoor je ze?’ Dat was op een gegeven moment ook zo en hij was er nog blijer om dan wijzelf. Dat is onvergetelijk! De patrijs is te horen op de video, maar Rinus’ stem nog beter. Het werkt zo aanstekelijk als iemand enthousiast is. Dan word je het zelf ook. En dat is nou net wat wij moeten uitdragen, met beeld en geluid.’

Schijndel, Maasdonk, Gemert, Uden Hanne maakte ook een video van de vrijwilligers, actief op de schaapskooi bij Schijndel: ‘Er lopen bijzondere schapen en kippen rond, ze verbouwen hop, er is een educatietuin voor bijen en de kuddes zorgen dat de graspaden in het Wijboschbroek, een wandelgebied, begaanbaar blijven. En dat allemaal op één plek geconcentreerd. Horeca trekt er vrij gemakkelijk publiek. Voor jongeren hoeft hier dus absoluut géén drempel te zijn.’ Stefan en Luuk bezochten de weidevogelgroep Maasdonk en Geffen en deden mee aan de verschillende beschermende handelingen, zoals het markeren en verplaatsen van kievitslegsels. Van de Groene Heerlijckheid in Gemert-Bakel filmde Luuk de roggeakkers met kruidenrijke randen. Ook veel indruk maakte een bezoek aan de stichting Vrijwillig Landschapsbeheer Uden ( VLU). Stefan kreeg er uitleg over het hele

zomer 2021

scala aan activiteiten: ‘Ze hebben het al heel goed voor elkaar. De uitdaging is om er jonge mensen bij te halen zodat hun enorme kennis overgedragen kan worden. In onze video’s moeten we laten zien hoe nuttig, leerzaam, leuk en gezellig het werk van groepen is.’

Giessen, Maaspoort Stefan kreeg van de Archeologische Vereniging ook een rondleiding en uitleg op Fort Giessen. En vond dit tastbare historische erfgoed veel leuker dan een museum. Alleen al in praktische zin is aanwas van jongeren hier broodnodig: ‘Er is maar één vrijwilliger die het schilderonderhoud doet, en hij is al behoorlijk op leeftijd. Dat is gevaarlijk!’ Manon bezocht de eendenkooi in de Maaspoort (Den Bosch) onder leiding van vrijwilliger Rut Stokman: ‘Het is natuur midden in de stad met de snelweg vlakbij. Die hoor je ook goed op de video. En toch is het een oase van rust en leven er bevers, ijsvogels en nog veel meer dieren en planten. Met een drone is de ‘drukke’ ligging in beeld gebracht. Door continu onderhoud en het geven van rondleidingen houden de vrijwilligers het verhaal van de eendenkooi - een eeuwenoude wijze van vleesvoorziening - in stand. Van tevoren had ik nog nooit van het fenomeen gehoord! Het is fijn om daar te zijn.’

Vrijwilligers, wie en wat zijn het? De trainees zijn zonder uitzondering diep onder de indruk van de vrijwilligers. Madelon: ‘Veel vrijwilligers hebben gewoon niet door hoeveel ze te bieden hebben, in hun mars hebben zeg maar. En twijfelen aan een ‘match’ Zeearend, uit: ‘Naturgeschichte der Vögel Mitteleuropas’, door Johann Friedrich Naumann, Band V, 1822

44

45


Brabants Landschap

met jongeren. Daar is geen reden toe, want wij trainees, allemaal diep onder de indruk van hen, zijn het levende bewijs dat het wél kan. Als zij met passie praten, voelen wij die ook.’ Libby beaamt dit: ‘Bij de meeste groepen merk je dat ze maar wát graag hun kennis overdragen aan jongeren. En je leert ook inderdaad veel van ze. Van een weidevogelbeschermer uit Middelbeers leerde ik op één ochtend meer van vogels dan in heel mijn leven daarvóór uit gidsen. Het enthousiasme spatte ervan af. Het is cool om met iemand op stap te gaan die zoveel weet.’ Er is alle reden om het nuttige werk van de vrijwilligers een grotere bekendheid te geven. Luuk: ‘Veel jongeren maar ook ouderen hebben het idee dat natuur helemaal geen beheer nodig heeft en zichzelf wel kan redden. Er moet dus wél veel voor gedaan worden en dat kan echt niet allemaal door betaalde krachten. Daarom zijn vrijwilligers zo belangrijk en dat zouden wij als trainees duidelijk moeten maken.’ Hanne is opgevallen dat vrijwilligers doorgaans geen natuuropleiding als achtergrond hebben, wat een hoog kennisniveau kennelijk niet in de weg staat: ‘Het zijn bijvoorbeeld oud-onderwijzers of -ambtenaren. Ze kennen elkaar al van jongs af van het dorp - wat de hoge leeftijdscategorie verklaart - en hebben een sterke onderlinge band. Het zijn echte vriendengroepen, wat het soms moeilijk maakt voor mensen van buitenaf om binnen te raken. Ze denken ‘we redden het op onszelf wel.’ Het lijkt soms een ontoegankelijke wereld. Maar juist bij zware klussen zou je flexibele jongeren moeten benaderen. Eenmaal ingezet, zouden die dan kunnen blijven hangen.’

zomer 2021

Knelpunten Er staat bijna niets online over wie de vrijwilligers zijn en wat ze doen. Ging Libby vóór dit traineeship op zoek naar vrijwilligerswerk in de natuur, ‘dan kwam ik uit bij summiere websites met enkel de lading (‘uilen’, ‘knotten’) en de naam en het telefoonnummer van een contactpersoon. Dat is niet bepaald uitnodigend voor eventuele nieuwkomers.’ Ook Luuk vindt het niet te onderschatten hoe spannend het kan zijn voor iemand met weinig natuurachtergrond om te vragen ‘mag ik mee’. ‘In mijn vriendenkring merk ik dat al. Iets nieuws is spannend. Maar omgekeerd geldt dat natuurlijk ook voor de oudere vrijwilligers: nieuwelingen kunnen een energie brengen die ze niet gewend zijn. Maar spanning kan natuurlijk ook positief worden uitgelegd'. Zichtbaarheid is zo belangrijk, maar tegelijk ook zo moeilijk te bereiken. Er staat al zoveel op internet. Van alle kanten wordt geprobeerd je aandacht te trekken. Zie maar eens op te vallen in deze ‘prikkelende’ wereld. ‘Maar als je niet eens weet dat mensen bestaan, is het einde verhaal’, aldus Stefan. ‘En als je onder de naam van een groep een persoon met een telefoonnummer vindt en je moet eerst bij hem langs voor tekst en uitleg, kan dat best een drempel zijn. Begin met de website aantrekkelijker te maken.’ Libby valt hem bij: ‘Jongeren zonder natuurachtergrond hebben vaak schroom en zijn bang om door de mand te vallen. Maar ga je een keer mee met zo’n groep en het bevalt, dan blijf je misschien wel.’

Kamperfoelie, uit: ‘Flora Batava’, door Jan Kops, deel 1, 1800

46

47


Brabants Landschap

Het struikelblok tijd Het grootste knelpunt lijken de vaste werktijden te zijn, waar de groepen sterk aan hechten; bijvoorbeeld elke dinsdag en donderdag vanaf 9.00 uur. Maar op zulke tijdstippen kunnen jongeren vaak niet, vast als ze zitten aan school of werk. Van hun kant is het geen onwil. Madelon: ‘Je hoeft je niet vast aan te sluiten om toch van waarde te zijn. Jongeren willen écht wel wat doen voor de natuur, maar alleen wanneer ze een gaatje kunnen vinden.’ Vrijwilligerswerk wil zeggen ‘op vrijwillige basis’ iets anders dan ‘vrijblijvend’. Maar als het niet anders kan, moet het wel flexibel in te vullen zijn. Manon: ‘Eendenkooi Maaspoort is maar een paar dagen in de week open, er wordt op gezette tijden gewerkt. Kom je er een paar weken achtereen niet, dan hoeft dat toch geen bezwaar te zijn? Het kan voor jongeren goed werken dat ze niet moéten. En elke hulp is altijd welkom. Je hoeft er niet elke week naar toe om toch nuttig werk te doen.’ Dit is inderdaad een punt om op te letten. Op de website van Brabants Landschap staat ‘word vrijwilliger’, wat gebiedende wijs is: dan zit je eraan vast. Zo trek je jongeren niet over de streep.

Waarom en hoe jongeren er bij betrekken? Zonder aanwas van jongeren heb je straks geen opvolgers voor de vergrijzende groepen. En betrokkenheid bij de natuur moet maatschappelijk zo breed mogelijk gedragen worden, net als de inzet ervoor. Dat zijn alvast twee duidelijke punten. Maar er is meer. ‘De oudere vrijwilligers weten

heel veel’, vindt Stefan, ‘maar zijn digitaal en qua sociale media vaak minder handig, wat hun communicatie niet ten goede komt. Daarvoor alleen al zou het goed zijn als er meer jongeren bij de groepen kwamen.’ Luuk ziet jongeren voor meer dynamiek zorgen: ‘Ze kunnen een frisse blik leveren op hoe dingen aan te pakken.’ Maar jongeren moeten vooral beter geïnformeerd worden. Ze zijn totaal niet bekend met het groene vrijwilligerswerk! Hier ligt een schone taak voor de trainees. Madelon: ‘Onze video’s kunnen jongeren leren dat je meer voor de natuur kunt doen dan alleen zwerfafval opruimen. En laten zien dat er ook plezier valt te beleven als je op pad gaat. Daar hoef je geen natuurachtergrond voor te hebben. We moeten op een verwonderende, nieuwe manier leren kijken naar een omgeving waar je normaal gewoon doorheen wandelt. Wat tijdens de lockdown met corona bijvoorbeeld het geval was. Hetzelfde rondje wordt dan heel anders.’ Hanne wil met de video’s overbrengen ‘dat iets wat ogenschijnlijk zó klein is, zó groot kan zijn om van te genieten. Ik denk dat weinig beseft wordt hoeveel deze groepen betekenen voor de eigen leefomgeving, het landschap dicht bij huis.’ Het enthousiasme van de vrijwilligers moet in beeld worden gebracht. ‘En omdat wij de techniek daarvoor in huis hebben, moeten wij dat voor jongeren overbrengen in beeld. De vrijwilligers willen hun kennis maar wat graag delen, alleen het bruggetje is nog niet geslagen.’

48

Met iets kleins iets groots bereiken Net als Hanne ziet Stefan de kracht van de verwondering: ‘Wat ik in mijn studie heb geleerd is hoe veelzijdig het (ogenschijnlijk) simpele is. Je kunt bijvoorbeeld naar kevers kijken en denken ‘het zijn maar kevers’. Dat zijn ze ook, maar raak je geïnteresseerd dan zie je zoveel meer.’ Of het nou om jongeren of ouderen gaat, in meer dan een eeuw tijd heeft natuureducatie ondanks alle inspanningen en ingestoken creativiteit veel minder mensen kunnen bereiken dan gehoopt: ‘Je moet de natuur veel bekender maken bij het grote publiek. Dat klinkt misschien raar, er zijn zoveel natuurdocumentaires op tv over zowel binnen- als buitenland. En toch is het werk van de groene vrijwilligers en Brabants Landschap nog altijd maar weinig bekend. Met corona zag je dat de tijd rijp is om daar verandering in te brengen. Mensen konden geen kant op en gingen daarom maar de natuur in, die ze bijna claimden, zo van ‘ik heb recht op dit stukje natuur.’ Wij moeten daarop reageren met: ‘O ja, is dat zo? Zorg er dan ook voor!’ Hoe maak je een video aantrekkelijk voor de doelgroep, zeg maar ‘jong’? Manon: ‘Onder rustige onderwerpen als een eendenkooi en patrijzenbescherming zet je toch geen hiphop? Het is een hele opgave om een video ‘swingend’ te maken. Het beeld dat rond vrijwilligerswerk hangt is dat van overwegend witte grijze oude mannen. En dat is overwegend ook zo! Het is nog niet zo eenvoudig om dat te doorbreken, anders was het al lang gebeurd.’

zomer 2021

Een flexpool Zoals gezegd vormen vaste tijden het grootste struikelblok voor jongeren om zich aan te sluiten bij een groep. Daarom gaat Brabants Landschap als proef nu een flexibele pool opzetten. Jongeren kunnen zich daarop inschrijven en aangeven wat zij graag doen en krijgen dan via whatsapp bericht waar en wanneer hun inzet welkom is voor welke activiteit: ‘wie doet mee?’ Ze kunnen zich daarop intekenen en zijn dan beschikbaar op oproepbasis. Wat wil je nog meer, iedereen blij! De video’s die de trainees, in dit artikel aan het woord, hebben gemaakt, zijn vanaf juli op de website van Brabants Landschap en sociale media te bewonderen. Iedere week één, zodat de reeks lekker doorloopt tot in het najaar. Ze duren elk zo’n drie minuten. Daarnaast maakten ze zogenaamde ‘teasers’, veel kortere filmpjes van zo’n 15 seconden. Die worden weer op instagram geplaatst en moeten de kijker lokken naar de langere producties. Een aantal trainees gaf aan als ‘vrijwillige verslaggever’ betrokken te willen blijven bij Brabants Landschap, onder de naam ‘Groene Storytellers’. Onze dank hiervoor is uiteraard groot. Net als voor het licht dat zij hebben doen schijnen op de groepen én ons als organisatie. Het is namelijk goed het eens van de andere kant te bekijken.

49


Brabants Landschap

Het zijn ‘maar’ kevers, maar kijk

Uit: ‘Systematische Naamlijst van dat geslacht van insecten dat men Torren noemt’, (1804), door Joannes Eusebius Voet (med. Doct.). Te zien zijn nr 39: Chineesche kwastdrager; nr 40: Groote platbeen; nr 41: Kleine platbeen; nr 42: Goude platbeen, mannetje; nr 43: Goude platbeen, wyfje.

50

zomer 2021

nou eens goed: ze verwonderen!

nr 51: Tapyt bok, mannetje; nr 52: Agaate bokje; nr 53: Geelvlak; nr 54: Witvlak; nr 55: De Gerimpelde, mannetje; nr 56: De Gerimpelde, wyfje.

51


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.