
8 minute read
eczeembehandeling
from ESTHÉ 4-2021
by BDUmedia
Voeding
Voedingsadvies van belang bij eczeembehandeling
Het aantal mensen met huidaandoeningen stijgt, zo ook het aantal mensen met eczeem. Hoewel niet precies bekend is hoe atopisch eczeem ontstaat, laten steeds meer onderzoeken zien dat omgevingsfactoren en leefstijl, naast genetische factoren, de leeftijd, de werking van het immuunsysteem, de hormoonstatus en de mate van lichamelijke stress, de conditie van de huid mogelijk kunnen beïnvloeden. In dit
artikel vatten we de laatste wetenschappelijke inzichten op het gebied van voeding en eczeem samen en maken we een praktische doorvertaling.
Dermatitis, of eczeem, wordt gebruikt als algemene benaming voor een aantal verschillende aandoeningen van de huid die gekenmerkt worden door oppervlakkige ontstekingen in vooral de epidermis. De aangedane huid vertoont in eerste instantie een onscherp begrensde roodheid (erytheem), papels, blaasjes en schilfering met jeuk. Bij chronische en ernstige vormen kunnen infecties of beschadigingen van de aangedane huid het eczeem verergeren. Onder de eczemen vallen onder andere atopisch eczeem, irritatief contacteczeem en allergisch contacteczeem. In dit artikel gaan we in op de eerste vorm van eczeem, namelijk atopisch eczeem (ook wel atopische dermatitis of constitutioneel eczeem).
EEN VICIEUZE CIRKEL
Een droge, ruwe en jeukende huid met een afwijkende respons van de bloedvaten in de huid zijn de meest voorkomende kenmerken van atopisch eczeem. Vaak bestaat er een samenhang met astma, allergie en erfelijke en psychogene factoren. Stress en een droge huid kunnen eczeem(klachten) verergeren. Er worden drie pathofysiologische hoofdcategorieën onderscheiden: epidermale barrièredisfunctie, immuundisregulatie en wijziging van het microbioom (Ahn en Huang, 2017). Atopisch eczeem komt voor bij personen die een erfelijk bepaalde aanleg hebben tot de vorming van specifieke IgE-antistoffen (immunoglobuline E) tegen bepaalde allergenen. Allergenen zijn lichaamsvreemde stoffen die het immuunsysteem normaal gesproken niet stimuleren, maar bij gevoelige personen allergische verschijnselen veroorzaken. De overgevoeligheidsreactie die vervolgens ontstaat, speelt een rol bij het ontstaan van atopische dermatitis. Bovendien is er ook sprake van een verminderde omzetting van essentiële vetzuren uit de voeding en een verminderde inbouw van deze vetzuren in de celmembranen.
Voeding
De barrièrefunctie van de huid is verstoord, waardoor er een verhoogde gevoeligheid voor irriterende stoffen ontstaat. Dit kan uiteindelijk leiden tot een vicieuze cirkel van steeds terugkerend of verergerend eczeem.
ONBEVREDIGENDE SYMPTOOMBESTRIJDING
De behandeling van atopisch eczeem bestaat voornamelijk uit voorlichting en medicatie, zoals indifferente middelen en lokale of systemische toepassing van corticosteroïden (Dirven-Meijer et al., 2014). Conventionele behandelingen zijn echter wegens de bijwerkingen op de langere termijn vaak onbevredigend voor patiënten. Tevens is het werkingsmechanisme gebaseerd op symptoombestrijding. In onderzoek is er steeds meer aandacht voor de rol van voeding en suppletie.
ELIMINEREN VAN VOEDSELALLERGENEN
Hoewel onderliggende immunologische reacties en symptomen erg kunnen verschillen, is het duidelijk dat meerdere voedselallergenen atopische dermatitis kunnen beïnvloeden. Uit onderzoek komt naar voren dat het elimineren van specifieke allergenen in de voeding kan leiden tot verbetering van de tekenen en symptomen van de huidaandoening (Katta en Schlichte, 2014). De dieetbehandeling bij voedselovergevoeligheid bestaat dan ook uit eliminatie van (verdachte) allergenen (Artsenwijzer Diëtetiek, 2015). Er is geen hard bewijs voor een specifiek nutriënt of voedingsstof bij zwangere vrouwen en het risico op atopische dermatitis bij kinderen. Het is echter belangrijk dat zwangere vrouwen gezond en gevarieerd eten, aangevuld met suppletie, om een goed werkend immuunsysteem te stimuleren (Kang et al., 2020).
EEN VOLWAARDIG VOEDINGSPATROON
Een systematische review van Vaughn en medewerkers (2019) laat zien dat er voldoende aanwijzingen zijn dat suppletie met vitamine D voordelen biedt bij patiënten met atopische dermatitis. Het gaat om doseringen van tussen de 1.000 en de 4.000 internationale eenheden (IE) per dag. Ook halen de onderzoekers de associaties tussen vitamine C, vitamine E en atopische dermatitis aan, maar deze zijn wel zwak. Een tekort aan selenium en zink kan de aandoening verergeren. Met een volwaardig en gevarieerd voedingspatroon met onder andere voldoende groenten, fruit, graanproducten, vis, schelp- en schaaldieren, vlees, noten en zaden is het risico op dergelijke tekorten nihil.

POPULAIRE OLIËN
De laatste decennia is veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de rol van meervoudig onverzadigde vetzuren uit voeding en suppletie bij de preventie en behandeling van atopisch eczeem. Omega-3-vetzuren, waaronder alfalinoleenzuur en vergelijkbare vetzuren, hebben tal van gunstige effecten rondom atopische dermatitis, zoals het behouden van een goede barrièrefunctie, differentiatie van het stratum corneum, remming van pro-inflammatoire eicosanoïden, cytokineonderdrukking en regulatie van andere immuuncellen (Huang et al., 2018); Nishi et al., 2019). Tevens is er in onderzoek veel aandacht voor het inzetten van hoge doseringen gammalinoleenzuur (GLA), een omega-6vetzuur, voor het verlichten van de symptomen bij atopische dermatitis. Teunisbloemolie en borage-olie zijn plantaardige oliën die aanzienlijke hoeveelheden gammalinoleenzuur bevatten. Vanwege de inherente behoefte van de huid aan gammalinoleenzuur en het onvermogen om het te synthetiseren, wordt het orale gebruik van de olie steeds populairder. Onderzoek laat zien dat toevoeging van gammalinoleenzuur gunstig kan zijn voor het verbeteren van een droge huid bij mensen met een verminderde huidbarrière. Het zou gunstige effecten hebben op de huidvochtigheid en vochtverlies, stevigheid, ruwheid en elasticiteit (Muggli, 2005); Neukam et al., 2011). Een mogelijke verklaring voor het mechanisme achter het herstel van de huidbarrière zou kunnen zijn dat uit gammalinoleenzuur ontstekingsremmende metabolieten (waaronder PGE1) worden
Inge Backx en Samantha Jordaans

geproduceerd. PGE1 is betrokken bij de rijping en differentiatie van T-cellen. Dit kan symptoomverlichting geven bij mensen met atopische dermatitis (Bali et al., 2020).
RATIO’S MOGELIJK MEER VAN BELANG
In de huidige behandelrichtlijnen voor atopisch eczeem is nog geen aandacht voor de werkzaamheid van essentiële vetzuren. Dit kan ermee te maken hebben dat er naast de bovengenoemde voordelen ook reviews en metaanalyses zijn gepubliceerd die de therapeutische toediening van de oliën in twijfel trekken. Borage-olie zou wel een aanvulling kunnen zijn op de reguliere behandeling bij mensen met een lichte vorm van atopische dermatitis (Foster et al., 2010; Sergeant et al., 2016). De dosering van orale borage-oliecapsules die werden gebruikt in de onderzoeken naar de behandeling van atopische dermatitis, varieerde van 2.000 tot 4.000 milligram per dag bij volwassenen en van 1.000 tot 2.000 milligram per dag bij kinderen. Geen enkele studie gaf een onderbouwing voor de gebruikte dosis. Het GLAgehalte van de borage-olie ligt in de meeste onderzoeken tussen de 20 en 25 procent (Foster et al., 2010). Hoewel de bovengenoemde resultaten veelbelovend klinken en er hoge doseringen zijn gebruikt is het (bij de verrijking van het dieet met oliën) waarschijnlijk niet zozeer van belang hoeveel omega-3- en omega-6-vetzuren er absoluut gezien in het lichaam terechtkomen. Het gaat vooral om de verhouding tussen de omega-3- en omega6-vetzuren, omdat die bepaalt welke eicosanoïden er worden geproduceerd. In typisch westerse diëten is de omega-6-omega-3-verhouding zo’n 17:1, terwijl de aanbevolen verhouding varieert van 1:1 tot 4:1 (Bali et al., 2020). Praktisch betekent dit meer vis, noten en zaden en minder koek, gebak en fastfood. In de praktijk valt hier nog veel winst te behalen.
SPECIFIEKE BACTERIESTAMMEN
Naast de vitamines, spoorelementen en oliën zijn er diverse studies bekend naar het gebruik van probiotica voor de preventie en behandeling van eczeem bij jonge kinderen. De effecten van probiotica op het immuunsysteem worden steeds beter gedefinieerd. Veel van de beschreven mechanismen zijn bacteriestam- of metabolietspecifiek en mogen niet worden geëxtrapoleerd naar andere probiotica of prebiotica. Bovendien lijkt de timing en dosering van de interventie belangrijk (Frei et al., 2015). In 2016 verscheen een review waarin Rather en medewerkers dit bevestigen. Hard bewijs voor klinische toepassingen is er volgens de onderzoekers nog niet, maar voor de preventie van atopische dermatitis bij kinderen is er wel steeds meer onderbouwing beschikbaar (Rather et al., 2016).
AANBEVELINGEN VOOR DE PRAKTIJK
Voor mensen met atopische dermatitis is het cruciaal om onder andere voldoende vocht, vitamines, zink, selenium en essentiële vetzuren binnen te krijgen. Aandacht voor een volwaardig
en gevarieerd voedingspatroon met minimaal 250 gram groenten en 200 gram fruit, een handje noten of zaden per dag is daarom raadzaam. Evenals inname van voldoende (volkoren) graanproducten, vlees (vervangers), vette vis en schelp- of schaaldieren. Aandacht voor suppletie met vitamine D, omega-3-vetzuren, plantaardige oliën en probiotica, als aanvulling op de voeding, kan mogelijk gunstig zijn voor de preventie en behandeling van atopisch eczeem. Meer onderzoek is nodig om voedings- en suppletieadvies in te zetten als vervanging voor reguliere behandelingen.
Referenties:
Ahn C, Huang W. Clinical presentation of atopic dermatitis.
Adv Exp Med Biol. 2017;1027:39–46.
Artsenwijzer Diëtetiek. Voedselovergevoeligheid. 2015.
Geraadpleegd op 27-04-2020 van: http://www.artsenwijzer.info/.
Bali A, Vlaši D, Žužul K, Marinovi B, Mokos ZB. Omega-3 versus Omega-6 polyunsaturated fatty acids in the prevention and treatment of inflammatory skin diseases. Int J Mol Sci. 2020;21(3):741.
Dirven-Meijer PC, De Kock CA, Nonneman MMG, et al. NHGstandaard eczeem. 2014. Geraadpleegd op 27-02-2020 van: https://richtlijnen.nhg.org/standaarden/eczeem.
Foster RH, Hardy G, Alany RG. Borage oil in the treatment of atopic dermatitis. Nutrition. 2010;26(7–8):708–18.
Frei R, Akdis M, O’mahony L. Prebiotics, probiotics, synbiotics, and the immune system: Experimental data and clinical evidence.
Curr Opin Gastroenterol. 2015;31(2):153–8.
Huang TH, Wang PW, Yang SC, Chou WL, Fang JY. Cosmetic and therapeutic applications of fish oil’s fatty acids on the skin.
Mar Drugs. 2018;16(8):1–20.
Kang CM, Chiang BL, Wang LC. Maternal nutritional status and development of atopic dermatitis in their offspring. Clin Rev
Allergy Immunol. 2020.
Katta R, Schlichte M. Diet and dermatitis: food triggers. J Clin
Aesthet Dermatol. 2014;7(3):30–6.
Muggli R. Systemic evening primrose oil improves the biophysical skin parameters of healthy adults. Int J Cosmet Sci. 2005;27(4):243–9.
Neukam K, De Spirt S, Stahl W, et al. Supplementation of flaxseed oil diminishes skin sensitivity and improves skin barrier function and condition. Skin Pharmacol Physiol. 2011;24(2):67–74.
Nishi K, Kanayama Y, Kim IH, Nakata A, Nishiwaki H, Sugahara
T. Docosahexaenoyl ethanolamide mitigates IgE-mediated allergic reactions by inhibiting mast cell degranulation and regulating allergy-related immune cells. Sci Rep. 2019;9(1):1–11. [Internet].
Rather IA, Bajpai VK, Kumar S, Lim J, Paek WK, Park YH.
Probiotics and atopic dermatitis: an overview. Front Microbiol. 2016;7(APR):1–7.
Sergeant S, Rahbar E, Chilton FH. Gamma-linolenic acid, dihomo-gamma linolenic, eicosanoids and inflammatory processes. Physiol Behav. 2016;785:77–86.
Vaughn AR, Foolad N, Maarouf M, Tran KA, Shi VY.
Micronutrients in atopic dermatitis: a systematic review. J Altern
Complement Med. 2019;25(6):567–77.
Volksgezondheid en Zorg. Prevalentie constitutioneel eczeem in huisartsenpraktijk. Z.d. Geraadpleegd op 27-04-2020 van: https://www.volksgezondheidenzorg.info/.









