Terugblikken met Inretail
Een bizar jaar Nu 2020 bijna voorbij is, kijken we terug op een uitzonderlijk jaar; in negatieve én positieve zin. Vakblad Mobilia sprak met Bert-Jan van der Stelt van branchevereniging Inretail over het effect dat Covid-19 op de woonbranche had en heeft. Ook blikken we voorzichtig vooruit naar 2021. Tamara Brouwers
Van der Stelt heeft het erg druk met de coronacrisis. “Alles hieromtrent staat centraal binnen ons bedrijf. Toen de maatregelen éven versoepeld werden rond de zomer, was dit iets minder, maar verder zijn we sinds de uitbraak fulltime met corona bezig.” In het begin dacht Inretail onder meer mee over de noodsteun die nodig was voor retailers. Toen de overheid de bij Inretail aangesloten branches níet aanmerkte als getroffen sector, wist de brancheorganisatie dit in korte tijd om te turnen. “Daarnaast vertaalden wij alle ingewikkelde regels in begrijpelijke taal.”
Korte dip woonbranche Daarna lag de focus van Inretail op het zoveel mogelijk normaliseren van de bedrijfsvoering. Hiervoor werd #veiligwinkelen in het leven geroepen, om alle maatregelen te nemen
die nodig waren om de consument veilig in de winkels te kunnen ontvangen. Vanaf toen zag Van der Stelt een tweedeling ontstaan. “Binnen de mode-, schoenen- en sportbranche was de impact van de crisis duidelijk negatief voelbaar, ook op langere termijn. De interieurbranche bleek echter maar een paar weken echt last van het virus te hebben, daarna krabbelde de omzet al heel snel weer op. Het is vreemd om te zeggen, maar de woonbranche heeft juist van corona geprofiteerd.” Ook de cijfers van het CBS laten dit duidelijk zien. In het derde kwartaal van 2020 pluste winkels in doe-het-zelfartikelen, keukens en vloeren met 18,7 procent en winkels in meubels en woninginrichting met 17,2 procent. “Dat de dip bij de woonbranche korter duurde, is omdat woonwinkels over het algemeen twee momenten kennen. Eerst wordt de order gemaakt, later wordt de order vaak pas geleverd en het hele bedrag voldaan. Terwijl er korte tijd weliswaar minder orders geschreven werden, konden woonwinkels nog wel gewoon uitleveren.”
Gerichte traffic
Bert-Jan van der Stelt.
Door het (ontmoedigings)beleid van de overheid is er steeds minder traffic naar winkels en dan met name in de grote steden. In de herfstvakantieweek nam het aantal bezoekers van de Amsterdamse binnenstad met maar liefst 73 procent af, ten opzichte van vorig jaar. Inretail concludeerde dat in tien van dertien Nederlandse steden meer dan 40 procent minder bezoekers de binnenstad bezocht. De gemiddelde daling in bezoekers was 49 procent. Volgens Inretail leverde Amsterdam 64 procent van de omzet in, Groningen 58 procent en Utrecht 54 procent. Toch doet de woonbranche het goed, hoe kan dat? Van der Stelt: “Winkelen op een woonboulevard is echt anders dan in de binnenstad. Er is veel meer ruimte en winkels zijn groter. Verder is de traffic naar de woonwinkels heel gericht geworden, er wordt bijna niet meer aan funshoppen gedaan. De consument gaat niet of nauwelijks meer uit, geen etentjes, geen vakantie, en dus kiest men ervoor om geld in zijn huis te steken.”
20
22_Artikel_05L.indd 20
03-12-20 16:16