
2 minute read
Elk project heeft recht op de juiste vloer
by VMN Media
Van kanaalplaatvloer en ribbenvloer tot breedplaatvloer of combinatievloer: elk project heeft recht op de juiste vloer, zegt directeur Johan Oltvoort van Olbecon Betonconstructies. Het bedrijf uit Lochem, gespecialiseerd in het leveren prefab betonnen systeemvloeren en wanden, heeft duurzaamheid en circulariteit hoog in het vaandel staan. Oltvoort: “Je kunt beton thermisch actief maken. Dat is een belangrijk duurzaamheidsaspect. Net als de keuze voor een kanaalplaat in plaats van een massieve vloer: qua materiaal en gewicht scheelt het bijna de helft. ”
Olbecon houdt de lijnen graag kort, zegt Oltvoort. “We hebben het proces van advisering, prijsvorming, engineering en logistiek in eigen hand. Want ons uniek maakt, is dat we een niet-producerende leverancier zijn. Met andere woorden: we zijn niet gelieerd aan een bepaald product en kunnen het totale gamma aan prefab betonproducten leveren.”
Oltvoort ziet dat vaak wordt gekozen voor een breedplaatvloer in plaats van een kanaalplaatvloer. Een simpel rekensommetje leert dat het een weinig duurzame gedachte is: een massieve vloer van 26 centimeter weegt 650 kilo, terwijl een kanaalplaatvloer 365 kilo weegt. “Dat is 56% van een massieve vloer. Met dezelfde hoeveelheid beton kun je dus bijna twee keer zoveel kanaalplaatvloeren maken. Je gebruikt minder grondstoffen en ze zijn herbruikbaar.” Vanwege de installatie wordt vaak gekozen om breedplaatvloeren te gebruiken. Klinkt logisch en effif ciënt, maar is het niet. “Een vloer heeft twee functies: constructief én is drager voor de installatie. Maar deze twee functionaliteiten hebben verschillende levensuren. Een gemiddeld casco kan makkelijk 200 jaar mee, terwijl installaties vanwege nieuwe inzichten eens in de 20 à 30 jaar vervangen moeten worden. Je kunt die functionaliteiten beter van elkaar scheiden. Leg op een kanaalplaat een folie met daarop een wat dikkere afwerklaag. In die af-f werklaag leg je de leidingen voor de installatie. Als deze vervangen moeten worden, kun je de constructie laten zitten. Dat is pas duurzaam. Bij een geïntegreerde vloer moet je alles vervangen en dus slopen.”
Oltvoort benadrukt bovendien dat betonproducten zeer geschikt zijn voor warmte en koude opslag. “Beton heeft, in tegenstelling tot hout, een warmtebufferende eigenschap. Je kunt beton thermisch actief maken. Zo is er Climadeck, met geïntegreerde leidingen in de onderschil van een kanaalplaat. Door die leidingen loopt water, zodat we een ruimte vanuit het plafond kunnen verwarmen. In de zomer is het water 18 graden, dus verkoelend. En in de winter is het 22 graden, dus lekker warm. Het kost weinig energie en levert veel comfort op.” De focus op woningbouwcasco’s is ondergebracht bij OLCAS, een bedrijf dat het prefab-woningconcept Bloqz heeft ontwikkeld. Woningbouw volgens het Bloqz-concept is 100% in prefab: snel, duurzaam, effif ciënt, circulair en betaalbaar. En dat is volgens Oltvoort waar de markt nu om vraagt.
Het besef dat we zuinig op de wereld moeten zijn, ontstond bij Oltvoort een jaar of twintig geleden, tijdens een bijeenkomst met Wubbo Ockels in de Grote Kerk in Lochem “Hij had de aarde gezien als een mooie blauwe bal in de onmetelijke ruimte, maar zag ook de kwetsbaarheid er van. Ik was geraakt en besefte hoe belangrijk het is om duurzaam en circulair te bouwen. Zodat we de wereld een beetje mooier achter kunnen laten voor de volgende generatie.”
Dit artikel is gesponsord door Olbecon.

