Algemeen Nijmeegs Studentenblad ans.online ANS_online Editie 1 - 4 december 2020
2
Hoofdredactioneel commentaar Een reële vraag: is proctorio een naaper van de ANS-rubriek Kamervragen?
3
Column Ik sta voor de spiegel: ‘Ik ben waardevol, geliefd en intelligent.’
6
Van het lijf ‘Hoewel ik er helemaal niet naar streef om op hem te lijken, kies ik wel vaak voor Kanye West-achtige kleding.’
8
ANS leest Ex-Spotifywerknemer Heuvelings had het inkijkje in de muziekindustrie niet in een roman hoeven gieten.
BITTERZOETE EENVOUD
Ze stond klaar om te touren toen corona haar intrede deed, maar singer-songwriter Eefje de Visser zit niet bij de pakken neer. Ze is zelfs al weer bezig met nieuw materiaal: ‘Ik zet me sterk af tegen het vorige dat ik heb gemaakt.’ Eefje de Visser wandelt met een krakende Zoom-verbinding door haar huis, op zoek naar een betere wifi-ontvangst. Terwijl een groot deel van studerend- en werkend Nederland klaagt over thuiswerken, kan De Visser er wel aan wennen: ‘Ik heb nu zoveel tijd en zin om muziek te maken.’ Wel maakt ze de kanttekening dat ze het lastig vindt haar familie en vrienden niet te kunnen zien. Ze voegt daaraan toe: ‘Ik voel me thuis in het schrijfproces: het is een moment waarop ik niet veel contact heb met anderen.’ Lees verder op pagina 2
afbeelding Lonneke van der Palen
Het is alweer meer dan een halfjaar geleden dat de campus op slot ging. Na de overgang naar online onderwijs, het invoeren van proctoring en het uitstel van het BSA is het leven aan de universiteit ingrijpend veranderd. Een reconstructie van de gebeurtenissen tot dusver. Email redactie@ans-online.nl Adres Heyendaalseweg 141 6525AJ Nijmegen Tel. 0636458763
De verklaringen voor grote beslissingen van het bestuur van de RU verdwijnen vaak een jungle van sites en andere kanalen. De RU moet transparanter communiceren richting haar studenten en werknemers.
2 Interview
COMMENTAAR Ook het Algemeen Nijmeegs Studentenblad is niet ongemoeid gelaten door de coronacrisis. We hebben drastische besluiten moeten nemen, net zoals de universiteit. Het uitleggen van die besluiten blijkt zo makkelijk nog niet, als we het papierwerk van de universiteit moeten geloven. Dat is namelijk nauwelijks of lastig te vinden en als je het vindt, bevind je jezelf waarschijnlijk in de diepste krochten van het Radboudnet.
BITTERZOETE EENVOUD
Voor onze motivatie hoeft je het papierwerk niet in te duiken hoor. Het is gewoon te vinden in het hoofdredactionele commentaar op pagina twee. Ah, komt dat even goed uit: je bent er al. Op de campus zijn jullie daarentegen minder te vinden. Terwijl dit juist de plek was waar lezers zoals jij het ANS tot voor kort en masse mee namen. Een plus een is twee, dus worden er in naam van ANS nu wat boompjes minder gekapt. Niet heel veel hoor: onze nieuwsbrief komt vaker op papier uit, maar met een kleinere oplage en je kunt hem ook nog eens in je mailbox ontvangen. Waar ANS dus minder in het blikveld van RU-studenten valt, vallen zijzelf steeds meer in het oog van Big Brother proctorio. Wij houden het vooralsnog ouderwets dus op 1 + 1 = 2, maar de universiteit zweert tegenwoordig bij 1 + 1 = 4. Zij stelt namelijk dat de coronacommotie een goede reden is om bij tentamens de privacy van studenten in het geding te brengen. Drieduizend ondertekenaars van een petitie tegen proctoring deden er natuurlijk niet toe. Ho maar dat studenten er iets over te zeggen krijgen. De universiteit verandert haar methodes dus wat. Hoewel wij dat ook in meer of mindere mate doen, hoef je je in ieder geval geen zorgen te maken over onze rubrieken. Jij kunt nog steeds ongezien binnen kijken in een studentenkamer middels onze rubriek Kamervragen,. Daar hebben we helemaal geen proctoring voor nodig, studenten zeggen zelfs dat ze het leuk vinden dat we komen kijken! Om dat te zien, moet je nog wel even op wachten tot de volgende nieuwsbrief. Er zullen daarop ook nog velen volgen, want als er een ding zeker is, is dat iedereen graag een ANS-redacteur mee naar huis neemt. Is een redacteur nog wat te hoog gegrepen voor je? Dan kun je altijd nog het ANS mee naar huis nemen. De hoofdredactie
Eefje de Visser wandelt met een krakende Zoom-verbinding door haar huis, op zoek naar een betere wifi-ontvangst. Terwijl een groot deel van studerend- en werkend Nederland klaagt over thuiswerken, kan De Visser er wel aan wennen: ‘Ik heb nu zoveel tijd en zin om muziek te maken.’ Wel maakt ze de kanttekening dat ze het lastig vindt haar familie en vrienden niet te kunnen zien. Ze voegt daaraan toe: ‘Ik voel me thuis in het schrijfproces: het is een moment waarop ik niet veel contact heb met anderen.’ Ze is nu dus weer aan het schrijven, maar haar vierde studioalbum Bitterzoet, dat bijna een jaar geleden is verschenen, is nog niet uit de spotlights verdwenen. Het is een plaat met een melodische sfeer en geheimzinnig taalgebruik, wat de luisteraar ongetwijfeld zal herkennen van vorige albums. De instrumentatie is wel anders dan op eerdere platen. De gitaren zijn aan de kant geschoven en het album is gebouwd op drum, piano en verschillende lagen zang. Synthesizers, die op de vorige plaat Nachtlicht uit 2016 al voor het eerst verschenen, spelen in het nieuwe album de hoofdrol. Die formule blijkt te werken. Het album werd bekroond met denderende recensies en uitgeroepen tot ‘album van het jaar’ door het gerenommeerde muziektijdschrift OOR. De single Oh, die op Bitterzoet te vinden is, werd het meest gedraaide nummer van het jaar op 3FM.
Zon, dat ook op Bitterzoet staat. Dit proces onderscheidt zich voor haar van de manier waarop ze eerder nummers schreef. ‘Als je geen muziek hebt gestudeerd, is dat wellicht lastig te horen, maar in mijn eerdere muziek zitten vaak halve maten en gekke toonsoorten. Ik vond dat niet meer interessant. Toen ik aan Zwarte Zon begon, dacht ik voor het eerst sinds Nachtlicht: ik ga nu geen zijweggetjes meer nemen. Ik ga het heel bedoeld simpel houden, met slechts een simpel akkoordenschema.’ De minimalistische muziek, gecombineerd met melancholische teksten, geeft Bitterzoet zijn karakteristieke sfeer. Daarvoor liet ze zich inspireren door Engelstalige artiesten zoals Fleetwood Mac, PJ Harvey, Radiohead en Bon Iver. ‘Fleetwoord Mac is een pure inspiratie voor die minimalistische songwriting. De andere drie inspiratiebronnen zijn geweldige tekstschrijvers.’
Onderweg Bitterzoet staat in schril contrast met haar vorige albums. ‘Eigenlijk heb ik met iedere plaat wel iets anders gedaan’, stelt De Visser. Op Nachtlicht maakte ze nog veel gebruik van complexe melodieën en een flink scala aan instrumenten. ‘Ik heb de neiging automatisch in complexiteit te vervallen’, bekent ze. ‘Uit angst dat het saai wordt, gebruik ik al snel teveel toon- en maatsoortwisselingen. Het is veel lastiger om een nummer zonder die overkill toch spannend te houden.’ De eerste prototypes van nummers die ze voor Bitterzoet maakte, leken veel op de complexere melodieën van het album daarvoor. Toen ze dat doorhad, hakte ze de knoop resoluut door: ze gooide de nummers weg. ‘Ik wilde iets nieuws, omdat ik het enerzijds zelf niet leuk vind om twee keer hetzelfde te doen, maar ook omdat ik het heerlijk vind om anderen met nieuw werk te verrassen.’ Met dat in haar achterhoofd schreef ze het nummer Zwarte
De vertaalslag Ook is ze altijd gecharmeerd geweest van de ‘ongrijpbare en licht filosofische stijl’ die haar inspiratiebronnen kenmerkt. Waar haar sound eenvoudiger is geworden, zijn haar teksten voor de luisteraar nog steeds niet altijd even helder. ‘Er zijn enkele luisteraars die denken glashelder te begrijpen waar ze over gaan’, vertelt ze. ‘Anderen denken: waar heeft dat mens het over?’ De Visser verklaart dit met de uitleg dat veel mensen de teksten voor zichzelf interpreteren en ze toespitsen op hun eigen situatie. Echt weten waar ze om draaien is echter een lot dat is toebedeeld voor een enkeling uit haar omgeving. ‘Misschien is dat egocentrisch, maar de thema’s zijn vaak heel persoonlijk’, licht ze toe. ‘Mensen kunnen die voor mij persoonlijke thema’s vaak toch naar hun eigen leven vertalen. Ik hoop dat mijn muziek zo kan helpen om zowel met verdriet als mooie dingen om te gaan.’
Waar haar sound eenvoudiger is geworden, zijn haar teksten voor de luisteraar nog steeds niet altijd even helder.
tekst Loïs Verkooijen afbeelding Lonneke van der Palen
Ze stond klaar om te touren toen corona haar intrede deed, maar singer-songwriter Eefje de Visser zit niet bij de pakken neer. Op basis van haar album Bitterzoet dat bijna een jaar geleden uitkwam, maakte ze een concertfilm die goed werd ontvangen. Zoetjesaan gaat ze door en is ze druk bezig met nieuw materiaal: ‘Ik zet me sterk af tegen het vorige dat ik heb gemaakt.’
DE DWARSDOORSNEE In het normale leven is rechtenstudent Sjoerd Bakker vooral bezig met het schrijven en interpreteren van wetsartikelen en jurisprudentie. Buiten het recht om laat hij de strikte verwijzingen achterwege en komt de verbeeldingskracht tevoorschijn. In deze column beschrijft hij een gebeurtenis waarbij de lezer met selectieve context midden in het verhaal valt. Ik voelde me steeds waardelozer. Om daar verandering in te brengen bestelde ik op Bol.com het eerste zelfhulpboek dat ik tegenkwam. Vanmorgen werd het boek bezorgd en nu sta ik vol goede moed alle adviezen uit het boek op te volgen. Tot mijn eigen verrassing sta ik voor mijn spiegel en spreek ik zinnen uit: Ik ben waardevol. Ik ben geliefd. Ik ben intelligent.
Nummers zijn in zekere zin dus ook herkenbaar voor anderen. De Visser neemt De Parade, een nummer over romantiek en vriendschap, als voorbeeld. Ze vindt dat de tekst ‘alle mensen heffen het glas, nergens en overal en op niemand en iedereen’, een bittere nasmaak heeft. ‘Hoewel er frictie in zit, hebben we er zo veel behoefte aan om samen te komen met andere mensen’, aldus de singer-songwriter. In samenkomst kun je nader tot elkaar komen, legt ze uit, maar tegelijk wordt vaak een schijn opgehouden dat alles goed gaat. Ook dacht ze bij het maken van dit nummer na over mensen die juist moeite hebben met het leggen van contact: ‘Als einzelgänger kunnen zij zich behoorlijk verloren voelen in een grote groep.’ Die ambivalentie, het dubbele gevoel, komt terug op de hele plaat. ‘Ik ben blij dat ik het niet wist’ De Visser heeft zelf juist zin om onder de mensen te komen, doelend op het weer kunnen optreden. Omdat Bitterzoet voor corona werd gereleased, waren de eerste drie optredens van de tour nog live. Zo stond De Visser op Eurosonic, het festival waar muzikanten voor het aankomende jaar hun naam verzegelen. Vijf kranten benoemden haar act tot de beste van de avond. ‘Wat dat betreft was dit een goed jaar’, lacht ze. Door corona werd de rest van de tour rondom Bitterzoet echter geschrapt. ‘Ik treed op via Zoom, maar ik ben er geen groot fan van. De connectie met het publiek is heel anders wanneer ik echt op het podium sta.’ Vanwege de beperkte mogelijkheid om op te treden, lopen theaters en poppodia veel geld mis. Hoewel ze de noodzaak van de maatregelen begrijpt, maakt De Visser zich zorgen om gevolgen van de huidige maatregelen voor de kunst- en cultuursector: ‘Mensen beseffen niet hoeveel het kost om te repeteren en een plaat te maken. Dat geld wordt terugverdiend zodra de tour begint, maar door corona blijven die verdiensten uit.’ De Visser, haar band en crew hadden flink geïnvesteerd in repetities. Zij zaten door de afgelaste tour zonder werk en dat baarde de singer-songwriter zorgen. Die zorgen zette ze om in een idee. De geplande show voor de tour is omgetoverd in een concertfilm die te zien was in theaters en bioscopen. ‘Hiermee verdienden we investeringen terug en kwamen de
repetities toch ten goede’, vertelt ze opgelucht. ‘Ik ben blij dat ik niet wist dat 2020 zo zou lopen als het deed.’
De film begint overdag en wordt gedurende het schouwspel langzaam avond. Eigen choreograaf De concertfilm is opgenomen in haar eigen woning. ‘Het was bijzonder om na lang thuiszitten ook op een andere manier naar mijn eigen huis te kijken; vanuit de ogen van een regisseur’, vertelt ze. De Visser was zelf bezig met de styling, het lichtgebruik en het kiezen van geschikte filmlocaties en achtergronden. Aan de ideeën die ze inbracht, ging oefening vooraf. ‘Omdat ik al jaren bezig ben met het maken van videoclips voor nummers die ik uitbreng, heb ik een goed beeld van wat ik visueel voor elkaar wil krijgen en wat bij mijn muziek past.’ Anders dan een Zoomoptreden is de concertfilm beeldender ingesteld. Zo begint de film overdag en wordt het gedurende het schouwspel langzaam avond. Ook komt er veel dans bij kijken en wordt de film afgesloten met een heuse lichtshow. Ondanks de overgang van concertzalen naar film, houdt De Visser nog wel contact met haar fans. Normaal sprak ze met hen na de show of kwam ze de fans tegen tijdens het verkopen van merchandise. ‘Die gesprekken mis ik heel erg, maar ik ben blij dat we middels Instagram nog wel contact kunnen houden’, verklaart ze. Een positief effect van de coronacrisis is dat De Visser nu wel veel tijd heeft om muziek te maken. ‘Voor mij betekent het hebben van veel tijd automatisch dat ik muziek ga maken. Ik schrijf nu veel meer dan normaal’, vertelt ze enthousiast. ‘Ik ben op het moment twee dingen aan het doen: ik werk enerzijds elektronisch en…’ Ze stopt even. ‘…Weet je, ik ga er nog niet te veel over zeggen. Maar ik ga me zeker afzetten tegen wat ik op Bitterzoet heb gedaan.’ ANS
Mijn gemoedstoestand wordt er niet beter van. Ik voel me nog steeds ellendig en twijfel nu ook aan mezelf. Doe ik de oefening wel goed? Ik besluit het boek te laten voor wat het is en op onderzoek uit te gaan. Een blogpost beschrijft de redenering achter het advies. Het idee om jezelf moed in te spreken kwam voort uit het bestuderen van succesvolle mensen die veelal een hoog zelfbeeld hebben. Ik twijfel eraan of deze gedachtegang logisch is. Een vriend van mij had bijvoorbeeld een heel groot ego. Hij gamede obsessief en haalde daar zijn trots vandaan. Toen ik deze vriend erop attendeerde dat het leven uit meer bestond dan spelletjes spelen, werd hij kwaad op mij. Hoe durfde ik zijn levensaanpak te betwijfelen? Op de website verder lezend, kom ik erachter dat de wetenschappers een cruciale denkfout hadden gemaakt. Het feit dat succesvolle mensen zich goed over zichzelf voelden, hoefde geen oorzakelijk verband te houden. Latere onderzoeken hebben aangetoond dat het uitspreken van bemoedigingen aan jezelf desastreuze effecten kan hebben: mensen worden bang om uitdagingen aan te gaan, ze kunnen slechter met kritiek omgaan en krijgen narcistische kenmerken. Het beeld van het ‘zelf ’ moet koste wat het kost in stand worden gehouden. Hierin herken ik de vriend van mij. Hij was zo overtuigd van zichzelf dat mijn goed bedoelde advies niet meer bij hem binnenkwam. Zo wil ik niet eindigen. Ik besluit om nooit meer voor de spiegel dit soort gekkigheid te bevorderen. Het boek heeft me twintig euro armer gemaakt, geen oplossingen gebracht en vooral veel tijd gekost. Ik heb me nog nooit zo waardeloos gevoeld.
4 Reconstructie
CORONACOMMOTIE HERBELEEFD tekst Jochem Bodewes & Noah Kleijne beeld Merel Janssen
Het is alweer meer dan een halfjaar geleden dat de campus op slot ging. Na de overgang naar online onderwijs, het invoeren van proctoring en het uitstel van het BSA is het leven aan de universiteit ingrijpend veranderd. Een reconstructie omtrent de maatregelen op de RU. tot dusver.
1. DE DIGITALE OMSLAG Op 7 maart 2020 wordt bij een student aan de Radboud Universiteit (RU) het coronavirus vastgesteld. Hoewel de student niet in Nijmegen is besmet en alle campusactiviteiten gewoon doorgaan, neemt de spanning aan de universiteit langzaam toe. Als Mark Rutte op 12 maart de eerste landelijke maatregelen inluidt, is het voor de RU echt menens. De universiteit communiceert diezelfde dag dat al het fysieke onderwijs op de campus wordt geschrapt. In de overgang naar online onderwijs lukt het veel docenten niet om de kwaliteit van de colleges te bewaren: zestig procent van de RU-studenten geeft in april aan hun colleges te zien verslechteren. Dit staat haaks op het extra werk dat docenten leveren. ‘Online onderwijs dat recht doet aan de individuele kwaliteiten en behoeftes van studenten is veel intensiever dan fysiek onderwijs’, verklaart Johan Oosterman, hoogleraar Oudere Nederlandse Letterkunde. ‘Ik neem nu bijvoorbeeld video’s op om
onderwerpen in te leiden. Daardoor ben ik vier uur bezig met twintig minuten college.’ Om de docenten bij de transitie te ondersteunen, vindt er bij veel opleidingen een wekelijks sectieoverleg plaats waarin docenten college-ervaringen uitwisselen en van elkaar leren. Daarnaast zorgen hogere universiteitsorganen ervoor dat docenten het wiel niet opnieuw uit hoeven te vinden.
‘Kortom, de academische gemeenschap bestaat op dit moment niet.’ Esther-Mirjam Sent, vice-decaan onderwijs aan de Faculteit der Managementwetenschappen, licht dit toe: ‘Wij hebben een speciaal team opgericht, bestaande uit docenten, studenten en ondersteuners. Dat zorgde ervoor dat de gewonnen kennis tussen opleidingen wordt uitgewisseld.’ Daarnaast is docenten de mogelijkheid geboden om gebruik te maken van de expertise van het Radboud Teaching and Learning Centre. Dit instituut trad toevalligerwijs vlak voor de
coronacrisis in werking. ‘Hier konden medewerkers terecht met vragen over de tools die er voor online onderwijs beschikbaar waren’, aldus Sent.
De RU kiest niet direct voor controversiële anti-fraudesoftware Oostermans ervaringen met de studievoortgang van studenten zijn door deze hulp overwegend positief. Desalniettemin doen de neveneffecten van het online onderwijs, waaronder het wegvallen van het ‘informele circuit’, volgens de neerlandicus grote afbreuk aan de academische wereld. ‘Het continue gesprek over onze waarden, onderzoek dat we willen gaan doen en vernieuwingen in het onderwijs wordt niet meer gevoerd’, vertelt Oosterman. ‘Kortom, de academische gemeenschap bestaat op dit moment niet.’ Dat gaat ook op voor studenten, zo bevestigt Cor van Halen, universitair docent Sociale en Culturele Psychologie: ‘Een deel van de academische vorming bestaat uit het gevoel deel uit te
maken van een gemeenschap waarin men elkaar uitdaagt. Daarbij werkt het beeldscherm te veel als een one-way screen.’
2. TOETSEN MET TOEZICHT Een ding mag dus duidelijk zijn: waar gehakt wordt, vallen spaanders. Dat gaat ook op voor de toetsing aan de universiteit. Voor de tentamenweek in maart 2020 kiest de RU niet direct voor controversiële anti-fraudesoftware, maar vraagt ze studenten een zogenaamde ‘fraudeverklaring’ af te leggen. Toch voorkomt dit niet dat een grote groep psychologiestudenten over de schreef gaat bij een multiple-choice tentamen voor het vak Brein en Cognitie. Van Halen, coördinator van verschillende psychologiecursussen, zag de bui daarna wel hangen: ‘Als docenten gaven wij de voorkeur aan multiple-choice tentamens met krappe tijdsloten, gehusselde volgordes en vragen met inhoudelijke varianten.’ De examencommissie gaf hier na alle
5
7 maart: COVID-19 vastgesteld bij Radboudstudent
12 maart: Fysiek universitair onderwijs wordt geschrapt
19 maart: RU-studenten zonder positief BSA krijgen uitstel
24 april: Pilot proctoring gaat van start
10 juni: Groen licht voor proctoring bij tentamens
zoektocht naar alternatieven. Hij licht dit toe: ‘Opleidingscommissies kwamen met alternatieve plannen om mee te denken met docenten. Zij kregen dan echter van examencommissies te horen: “nee, proctoring wordt toch toegestaan, dus waarom zouden jullie moeilijk doen?”’ Examencommissies van grotere opleidingen gaven overigens sneller toe aan proctoring dan examencommissies van kleinere opleidingen die vaker essayvragen gebruikten. ‘Dat heeft te maken met de tentameninhoud, de studentenaantallen en de uitvoerbaarheid’, aldus vice-decaan Sent, wier faculteit relatief veel proctoring inzette.
3. BSA: UITSTEL OF AFSTEL? Waar AKKUraatds hoop op alternatieve toetsing dit jaar als sneeuw voor de zon verdwijnt, krijgen anderen juist een sprankje hoop terug. Minister Ingrid van Engelshoven presenteert in maart een aantal coronamaatregelen in het hoger onderwijs om studenten een hart onder de riem te steken. De meest ingrijpende daarvan is het landelijk uitstellen van het bindend studieadvies (BSA) voor studenten die er niet in slaagden genoeg punten te behalen voor een positief advies. Elise van Eeten, eerstejaarsstudent Communicatie- en Informatiewetenschappen, ziet haar situatie door deze maatregel plotseling veranderen: ‘Ik wist eerst zeker dat ik onvoldoende punten zou halen voor een positief BSA. Toen kwam echter het bericht naar buiten dat het BSA werd uitgesteld. Ik sprong een gat in de lucht!’
‘Als ik een eerstejaarsvak nu niet haal, moet ik de universiteit direct verlaten.’
7 juli: Streven naar een keer per week fysiek college
fraude echter geen toestemming meer voor. Er moest en zou een vorm van audiovisueel toezicht komen.
‘Toen we studenten over proctoring vertelden, schrokken ze zich het leplazarus.’ Naast de examencommissie voor Sociale Wetenschappen benadrukken ook andere examencommissies de noodzaak van audiovisueel toezicht tegenover het universiteitsbestuur. Om die reden communiceert de universiteit in april dat er een pilot in gang wordt gezet voor de anti-fraudesoftware Proctorio. Deze software analyseert het computerscherm, de zoekopdrachten, de oogbewegingen en de microfoongeluiden van studenten. Alles wat hierbij afwijkt van de norm wordt gecontroleerd. Het psychologietentamen dat Van Halen in mei organiseert, is een van de toetsen die onder de Proctorio-pilot valt. Van Halen licht
toe: ‘Toen we de studenten over proctoring vertelden, schrokken ze zich het leplazarus. Grote groepen studenten zeiden “over mijn lijk”.’ Een dag voor het tentamen komt er alsnog een opt-outregeling: studenten met bezwaren tegen proctoring mogen van deze regeling gebruik maken en op een later moment een fysiek tentamen afnemen. Maar liefst 170 studenten kiezen ervoor om hieraan mee te doen. Ook AKKUraatd neemt waar dat er onder studenten veel weerstand is tegenover Proctorio. De partij verzamelt in juni drieduizend handtekeningen om de pilot in de kiem te smoren. Bart Zonneveld, lid van de medezeggenschapsraad voor AKKUraatd, legt de intentie achter de petitie uit: ’Als je naar die pilot keek, dan was de opdracht alleen om te kijken of alles technisch mogelijk was. Dit terwijl het grootste vraagstuk voor ons was of we wel willen dat studenten zodanig worden gewantrouwd.’ AKKUraatds inzet ten spijt, de proctoringtoetsen komen er toch. Wel stelt de universiteit het audiovisuele toezicht alleen in te zetten bij tentamens waarvoor geen fraudeveilig alternatief is. Volgens Zonneveld blokkeert de optie voor proctoring juist de
Toch ziet Van Eeten inmiddels ook de nadelen van het uitgestelde BSA. De RU vulde de uitstelregeling namelijk zo in dat studenten die te weinig studiepunten haalden voor een positief BSA in hun tweede jaar alle 60 studiepunten van het eerste jaar moeten halen. Doen zij dit niet, dan moeten zij alsnog met hun opleiding stoppen. Van Eeten zucht: ‘Als ik een eerstejaarsvak nu niet haal, moet ik de universiteit direct verlaten. Dat levert veel onzekerheid op.’ Normaal gesproken kunnen studenten die een positief BSA ontvangen in hun laatste studiejaar eerstejaarsvakken halen en nog steeds nominaal afstuderen. Martijn Gerritsen, woordvoerder van de universiteit, vertelt dat het college van bestuur desondanks de norm van zestig punten in het tweede jaar wilde stellen voor het uitgestelde BSA. De aanleiding hiervoor is de opbouw in het studieprogramma. ‘Veel cursussen bouwen voort op de kennis die is opgedaan in het eerste jaar en hebben vaak ook ingangseisen.’ Daarnaast stelt Gerritsen dat de universiteit studenten die hun opleiding eigenlijk niet aankunnen met de uitstelnorm wil behoeden voor verloren tijd en energie. Dit is ook het motief voor het reguliere BSA.
4. EEN DAG IN DE WEEK OP DE CAMPUS? Na maanden van online onderwijs is er begin juli dan eindelijk toch weer zicht op een terugkeer naar de campus. De RU kondigt aan alle studenten en medewerkers vanaf 1 september tenminste een dag fysiek naar de universiteit te willen laten komen. Gezien de capaciteit van het openbaar vervoer en de ruimte die de anderhalvemeterregel overlaat, wordt dit mogelijk geacht. Bovendien huurt de RU ook theaterzalen De Vereeniging en de Stadsschouwburg af, waar fysiek college kan worden gegeven. Desalniettemin is Job Mogezomp, eerstejaarsstudent Geografie, Planologie & Milieu (GPM), in het eerste studieblok alleen nog tijdens de introductieweek op de campus geweest. ‘Van economiestudenten hoor ik dat ze wel een keer per week een werkcollege op de universiteit hebben. Dat vind ik krom’, vertelt hij. Vice-decaan Sent vertelt dat de verdeling van fysiek onderwijs door de roostermakers wordt gecoördineerd. ‘Soms is het streven van een dag in de week op de campus niet uitvoerbaar omdat roosters niet op elkaar kunnen worden afgestemd’, verklaart ze. ‘Het is immers niet mogelijk om een college op de campus te volgen als je net daarvoor een online college hebt gehad.’ In het geval van de eerstejaars GPM-studenten was er in de ogen van hun opleidingscoördinatoren tijdens het eerste blok weinig toegevoegde waarde om onderwijs op de campus te faciliteren. ‘Zij wilden juist speciale bijeenkomsten aanbieden waarbij de sociale dimensie goed tot zijn recht komt’, stelt Sent. De opleiding gaf hier invulling aan met een tweewekelijkse sessie in de Vereeniging waarbij studenten in groepjes de stad in konden gaan om GPM-gerelateerde opdrachten te maken. Buiten deze tweewekelijkse sessies is Mogezomps studieprogramma volledig online, maar dat weerhoudt hem er niet van om dagelijks sociaal actief te blijven. Hij neemt hier zelf het initiatief voor, maar dit is niet voor elke nieuwe student zo gemakkelijk. De gevolgen van het sociale isolement waar sommige eerstejaarsstudenten zich in bevinden, zijn onzichtbaar voor docenten en medestudenten, zo stelt hij. Van Halen bevestigt dit probleem als docent aan een opleiding met een paar duizend studenten. ‘In de huidige situatie is het nog moeilijker voor de opleiding geworden om goed persoonlijk contact te onderhouden met studenten. Anderzijds is het voor studenten nog gemakkelijker om dat contact af te houden.’
5. WORDT VERVOLGD... De coronacrisis heeft de RU in een flits ingrijpend veranderd. Geen enkele student had in februari kunnen bedenken dat studies zonder fysieke colleges zouden worden gevolgd, het BSA een jaar zou worden uitgesteld of meekijksoftware op laptops vereist zou zijn voor een tentamen. Toch is het zo verlopen en zitten studenten de komende tijd nog aan deze omstandigheden vast. De wereld zoals we hem voorheen kenden, ligt immers vooralsnog niet in het verschiet. ANS
6
beeld Roos in ‘t Velt Sinds de ondergang van zwarte piet is men op zoek naar alternatieven. ANS dacht mee en presenteert diverse pieten. Vind ze pietje precies! Zie de antwoorden op ans-online.nl.
VAN HET LIJF
tekst Leah van Oorschot en Simon Swelsen afbeelding Sonja Kwakkel
Wie: Sarah Boulehoual (23), vierdejaars Politicologie Stijl: Kanye West Hoe zou je jouw stijl omschrijven? ‘Over het algemeen is mijn stijl neutraal en comfortabel. Hoewel ik er helemaal niet naar streef om op hem te lijken, kies ik wel vaak voor Kanye West-achtige kleding. Dat wil zeggen: oversized kleding in de kleuren kaki, beige, zwart en wit. Soms combineer ik deze kledingstukken met fellere kleuren of mix ik verschillende structuren zoals wol en nepleer, dat is vaak het geval als ik energiek wakker word. Als ik erg moe wakker word, is de kans groot dat je mij in een simpele en comfortabele outfit buiten ziet lopen. Dat hangt dus af van hoe ik me voel.’ Waarom draag je een hijab en welke invloed heeft deze voor je stijl? ‘Het uitgangspunt is natuurlijk mijn godsdienst: het is een vorm van aanbidding die mij iedere dag herinnert aan mijn geloof. Ik draag hem al vanaf mijn tiende waardoor het deel is gaan uitmaken van mijn persoonlijkheid. Zonder hijab zou ik me niet eens meer comfortabel voelen. Toch zou ik liegen als ik zeg dat het dragen van een hijab altijd
koek en ei is. Ik denk dat iedere dame die een hoofddoek draagt wel eens een goede haardag heeft zonder er mee te kunnen pronken. Daarbij heb ik soms van die momentjes waarop ik denk: “If it wasn’t for my hijab I would slay y’all.” Anderzijds is mijn hijab uiteraard een voordeel als ik een slechte haardag heb.’ Heeft de hijab invloed op hoe je je verder kleedt? ‘Ik denk niet dat de hijab een grote rol heeft gespeeld in de ontwikkeling van mijn stijl. De uitzondering hierop is het feit dat bij het dragen van een hijab hoort dat je geen te strakke of korte kleding draagt. Soms levert dit problemen op. Zo kan ik een kledingstuk super leuk vinden, maar is het bijvoorbeeld te kort. Ik kijk dan hoe ik het toch draagbaar kan maken, bijvoorbeeld door er iets onder te dragen. Af en toe is dat helaas niet mogelijk. Desalniettemin is er genoeg inspiratie te vinden bij de vele influencers met hoofddoek die ik volg, zoals Dina Tokio en Sisi Bolatini. Als ik zulke dames zie, bevestigt dit dat ik alle kanten op kan en het dragen van een hijab geen obstakel is om er leuk uit te zien.’ Ben je benieuwd naar meer kleding van Sarah? Duik dieper in de kast op ans-online.nl
7
Opinie
OPENBAAR UW BELEIDSKAARTEN!
mensen geldt’, voegt de filosoof toe. ‘Want dan worden de betrokkenen ook “eigenaar” van dat beleid.’ Als eigenaar sta je namelijk ook eerder achter je besluit. Dit is dus niet hetzelfde als een inzichtelijke verklaring afleggen, maar dit houdt in dat het bestuur mensen, ook naast de medezeggenschapsraad, actief betrekt door ze bijvoorbeeld uit te nodigen aan tafel waar de knopen worden doorgehakt. Dat begint echter bij geïnformeerde studenten en medewerkers, wat nu nog regelmatig mist, blijkt uit verschillende voorbeelden. Zo vond Lieke Verheijen, universitair docent Communicatie- en Informatiewetenschappen aan de RU, het verbazingwekkend hoe zij werd geïnformeerd over de keuze voor de tentaminering in coronatijd. Meteen benadrukt ze wel dat het lastig is om tijdens een crisis een organisatie aan te sturen en dat communicatie dan niet de hoogste prioriteit heeft.
‘In één zin werd de keuze voor toetsing zonder proctoring aangekondigd.’ Toch is ze ontevreden over de wijze waarop er naar docenten is gecommuniceerd. ‘Ik heb een mail ontvangen waar in één zin de keuze voor toetsing zonder proctoring werd aangekondigd en verantwoord’, vertelt ze met verontwaardiging. ‘Ik beweer niet dat het een foute keuze was om geen proctoring in te zetten’, nuanceert ze. Waar het haar om gaat is dat proctoring onder vuur lag en dat juist dan de motieven voor een keuze belangrijk zijn om draagvlak te creëren.
tekst Rik Sinnige & Floor Toebes beeld Inge Spoelstra
Grote beslissingen van het bestuur van de Radboud Universiteit (RU) worden niet of nauwelijks uitgelegd. Als er al een verklaring is, verdwijnt die vaak in een jungle van sites en andere kanalen. Juist in tijden van crisis is het belangrijk dat alle betrokkenen bekend zijn met de inhoud van het beleid. Daarom moet de RU transparanter communiceren richting haar studenten en werknemers. Waarom heeft mijn huisgenoot wel fysiek college en geen proctoring bij tentamens terwijl dit bij mij precies andersom is? Deze en andere vergelijkbare vragen zijn niet alleen tijdens de coronacrisis herkenbaar, maar ook vóór COVID-19 zaten veel studenten ermee in hun maag. Denk alleen al aan het feit dat sommige colleges wel werden opgenomen en andere niet. Na een zoektocht kom je met lege handen thuis. De motivatie voor het universiteitsbeleid is namelijk niet makkelijk te vinden: na sommige besluiten staat er een verklaring op Radboud Nieuws, een enkele keer verschijnt er informatie op het voor veel studenten onbekende RadboudNet en zelden ontvang je een mail met uitleg. Als de RU in de de spiegel zou kijken, zou zij inzien dat dit nauwelijks transparant is te noemen. Het is dan ook niet verrassend dat de RU volgens de transparantiebenchmark van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat een van de minst transparante organisaties van het land is. Deze ranking uit 2019 meet
hoe open instanties zijn in hun verslaggeving over onder meer beleid, strategie en communicatie. Van de in totaal 240 organisaties bekleedt de RU de 169ste plek. Daarmee is ze in de groep ‘achterlopers’ geplaatst. Ook als je onze universiteit enkel spiegelt met andere universiteiten bungelt ze onderaan de lijst. Dat laat zien dat er werk aan de winkel is. Het is hoe dan ook belangrijk dat men bekend is met de motieven voor beleid, maar in tijden van crisis waarin alles anders is, is dit cruciaal. Daarom moet de RU transparanter zijn over haar beweegredenen naar haar studenten en medewerkers. Geïnformeerde student, tevreden student Het informeren van studenten en medewerkers is niet alleen fijn voor henzelf, maar ook de RU zelf is daarbij gebaat, stelt Rik Peels. Hij is universitair hoofddocent Kennistheorie en Ethiek aan de Vrije Universiteit Amsterdam en schreef over transparantie bij uni-
versiteiten. Studenten en medewerkers staan volgens hem sneller achter nieuw beleid als ze op de hoogte zijn van de redenen voor dat beleid. ‘Misschien zullen tegenstanders dan nog steeds niet tevreden zijn, maar ze zullen wel eerder zijn geneigd om in te schikken omdat ze de argumenten kennen’, legt Peels uit. Bij het invoeren van de mondkapjesplicht in universitaire gebouwen is dit bijvoorbeeld het geval. Vrijwel iedereen weet dat ze deze moeten dragen omdat het virus zich dan minder snel zal verspreiden.
Er missen nu nog vaak geïnformeerde studenten en medewerkers.’ ‘Het zou nog beter zijn als medewerkers en studenten actief worden betrokken bij de totstandkoming van beleid dat voor veel
Lessen voor de toekomst Open communicatie over beleid is niet alleen belangrijk voor nu, maar ook voor in de toekomst. ‘Als er een nieuw bestuur aantreedt, is het wel zo handig dat zij kunnen zien waarom er in het verleden bepaalde keuzes zijn gemaakt’, vertelt Peels. Het zou voor de hand liggen dat beleidsinformatie in ieder geval intern toegankelijk is, maar toch stelt Ties van der Stappen, oud-lid van de Universitaire Studentenraad (USR) dat dit niet voldoende gebeurt. Gedurende zijn bestuursjaar waren zowel de notulen van vergaderingen als beleidsstukken zo’n vijf tot tien keer niet beschikbaar. ‘Andere leden van de USR hadden hetzelfde probleem’, voegt hij toe. Dit is kwalijk omdat de USR zijn functie zonder oude notulen niet goed kan uitvoeren. ‘Elk jaar hebben we namelijk nieuwe bestuursleden en zij kunnen daardoor niet weten wat er in een vergadering van een jaar geleden is besproken’, legt Van der Stappen uit. Met die kennis formuleren ze hun standpunten en daarmee kunnen ze, wanneer nodig, de spiegel voorhouden aan het college van bestuur.
Notulen zouden op tijd online moeten staan en vindbaar moeten zijn. Gelukkig kon Van der Stappen de gegevens alsnog opvragen, maar dit blijft een kwalijke zaak. De notulen zouden namelijk openbaar toegankelijk moeten zijn voor iedereen verbonden aan de RU, zo is te lezen in haar eigen statuten. Niet alleen de USR is gebaat bij die notulen. Ook studenten of medewerkers die willen weten hoe een maatregel of beleid is ingevoerd, kunnen hun informatie juist uit deze gegevens halen. Daarom pleit Van der Stappen ervoor dat de notulen zowel op tijd online moeten staan als makkelijker vindbaar moeten zijn. Midden in een tijd waar de regels elke maand veranderen - denk aan mondkapjes en wel of geen fysiek college - is het belangrijk om op de hoogte te blijven van het beleid en om de redenen daarachter te kennen. Alleen zo voelen we ons verbonden met de RU, die nu verder weg is dan ooit. ANS
ANS LEEST
Auxiety (2020), Dieuwertje Heuvelings (**) Tekst Thomas Coenraads beeld Inge Spoelstra
Auxiety van Dieuwertje Heuvelings (1989) heeft een opvallend en vooral origineel thema. De literaire debutante werkt al jaren in de muziekbranche en is als geen ander bekend met de Nederlandse hiphopscene. Voor haar schrijfdebuut putte ze vooral
inspiratie uit haar tijd als playlist editor bij Spotify. Dit betekent grofweg dat zij eigenhandig bepaalde welke artiesten in de Nederlandse afspeellijsten van de wereldwijde streamingdienst terechtkwamen. Een machtige positie in een behoorlijk verknipte industrie, zo begrijpt de lezer al na enkele pagina’s uit deze interessante maar chaotische sleutelroman. De neerwaartse spiralen Heuvelings heeft de lezer ontzettend veel te vertellen in het fragmentarisch opgebouwde verhaal. Hiervoor zet ze drie hoofdpersonen in. Als spil van het verhaal fungeert Wytske, playlist editor bij de grote streamingdienst Lyssna. Het moderne muziektijdperk heeft haar een droombaan, roem en bovenal macht in het wereldje opgeleverd. Persoonlijke en professionele neergang liggen echter continu op de loer. Dankzij haar positie kruist ze paden met Isaiah, een medewerker bij platenlabel Cosmos die zijn artiesten in Wytskes afspeellijsten geplaatst wil krijgen. Tot slot wordt iemand geïntroduceerd wiens succes via social media tot ongekende hoogtes wordt gestuwd: Amir, een jonge rapper die onder de naam Strijder in eigen beheer muziek maakt. Zijn populariteit is immens, maar fout gedrag bezorgt hem negatieve aandacht. De roman bestaat uit tientallen korte hoofdstukken waarin telkens een hoofdpersonage centraal staat. Op een gegeven moment gaan de drie verhaallijnen steeds meer een geheel vormen dat eindigt
in een tragische climax, maar door het veelvuldig heen-en-weerspringen komt de roman niet harmonisch uit de verf. De schrijfster laat zien hoe deze mensen elk op hun eigen manier kapotgaan aan hun ambities. Wat Auxiety zo interessant maakt is de aanwezigheid van een industrie die deze mensen verslaafd maakt aan zelfdestructie. Ze denken vaak aan stoppen, maar trappen uiteindelijk niet op de rem als het mis dreigt te gaan. Vooral Wytske merkt dit als onmisbare schakel in de ketting: ‘Ze wist dondersgoed [sic!] hoeveel geluk ze had. Een baan die een paar jaar geleden niet eens bestond. Een baan waar ze nooit van had durven dromen. Een baan waar nog driehonderd andere mensen op hadden gesolliciteerd.’ Heuvelings presenteert de muziekindustrie in tijden van Spotify als een gesloten netwerk dat groot persoonlijk succes kan brengen, maar individuen als vervangbaar ziet. Veel informatie, weinig diepgang Dat was haar in deze romanvorm beter gelukt als de personages meer eigen identiteit hadden gehad. Ze neigen doorgaans naar karikaturen van degenen op wie ze zijn gebaseerd. Makkelijk herkenbaar zijn bijvoorbeeld de typische managers, talkshowhosts en drill rappers van deze wereld. Ook de hoofdpersonen worden oppervlakkig vormgegeven. Zo wordt terloops vermeld dat de gekleurde Isaiah ‘als onderdeel van de internationale diversiteitsstrategie’ van zijn werk-
gever is aangenomen. Het zou niet alleen interessant zijn om erachter te komen wat dit met Isaiah als persoon doet, maar ook of dit soort dingen in dit werkveld gebruikelijk zijn. Heuvelings gaat echter niet de diepte in met haar personages. Ze staan niet in dienst van een roman, maar van een non-fictieboek over de streamingmaatschappij. Het boek lijkt daardoor bedoeld als opgeleukte encyclopedie van het Spotify-tijdperk. De schrijfstijl is dan ook wispelturig: soms uitbundig en fantasierijk omwille van het verhaal, dan weer te droog omdat de schrijfster informatie wil overbrengen. De enorme hoeveelheid straattaal die vooral in de hoofdstukken van Amir wordt gebruikt, is vaak een struikelblok en soms ronduit hinderlijk. Een gespleten boek Auxiety biedt uiteindelijk veel interessante materie en helpt om de huidige tijd beter te begrijpen. Het is echter een volledig raadsel waarom Heuvelings dit in de vorm van een roman moest gieten. De platte personages en het fragmentarische verhaal leiden behoorlijk af van die verborgen wereld achter dat groene icoontje. Dankzij dit boek weet de lezer namelijk veel meer over de huidige muziekindustrie. Als roman is Auxiety behoorlijk mislukt, als informatieve kost over de moderne muziekindustrie staat het vrij stevig. Het romangedeelte heeft echter de overhand waardoor het boek niet weet te overtuigen. ANS
HET LAATSTE OORDEEL STUDIE: Geografie, Planologie en Milieu COLLEGE: Factor Aarde, dinsdag 17 november, 15.30-17.15 uur, Zoom DOCENT: Dr. M. Kaufmann UITSTRALING: Verlegen klimaatactiviste PUBLIEK: De kleur zwart INHOUD: Duitsers maken geen grappen Tekst Thomas Langevoort
Stipt om half vier opent Maria Kaufmann op Zoom het gastcollege ‘Perspectieven in de milieurechtvaardigheid’. Vijfentachtig eerstejaars Geografie, Planologie en Milieu zitten klaar voor het college dat onderdeel is van het vak Factor Aarde. Ze begint gelijk met haar uitleg, die zij tegen een muur van zwarte schermen vertelt. In de bijbehorende PowerPoint-presentatie blijkt de letterafstand de grootste artistieke keuze te zijn. Diagrammen en grafieken vormen samen met de standaard Radboudbanner het leeuwendeel van de dia-decoratie. Op zeer duidelijke toon en met amusant Duits accent leidt Kaufmann het college in met de leerdoelen die zij vandaag wil bereiken. Zo hoopt ze dat de aanwezigen straks op empirische wijze kritisch kunnen analyseren vanuit een milieurechtvaardigheidsperspectief. Vervolgens toont Kaufmann een video over de gevolgen van kwikvergiftiging in Minamata, Japan. Zichtbare snoetjes zijn er dan misschien weinig, toch participeren de studenten volop. Vragen zoals ‘Wat vinden jullie hiervan?’ worden vlug begroet met antwoorden in de chat. Hierop volgt een pauze die zeer punctueel van 16:20 tot 16:30 duurt. Ze vervolgt het college met een uitleg overstromingsrisicobeheer, waarna de kijkcijfers ineens flink zijn gedaald. Blijkbaar was de filosofische conceptualisering met een herhaling van de eerdere inhoud niet indrukwekkend genoeg om de aandacht vast te houden. De tweede helft van Kaufmanns betoog is helaas gedoemd tot een lot van ach-joh-diekijk-ik-later-wel-terug. Bovendien maakt ze het college niet aantrekkelijker voor de studenten. Enkel een grappige term als ‘kiep-eiprobleim’ tovert van tijd tot tijd nog een glimlachje op het kleine aantal gezichten dat zich durft te tonen. De overgebleven doorzetters zijn semi-zicht-
baar nog present, maar mentaal zijn de meesten door de droge stof toch echt afgetaaid. Dat blijkt ook uit het volgende onderdeel: wanneer er breakout rooms worden aangekondigd, lijkt Kaufmann een spreuk te hebben uitgesproken die nog eens twintig van de studenten doet verdwijnen. Het publiek dat toch besluit deel te nemen aan de blijkbaar beangstigende breakout rooms krijgt van Kaufmann een vrij standaard opdracht: zoek verbanden tussen typen conflict en maatschappelijke omstandigheden. De studenten in een van de breakout rooms komen echter niet tot een plotselinge doorbraak van probleemoplossingsvermogen. Ook op Zoom zijn de spreekwoordelijke krekels hoorbaar wanneer er een actieve discussie wordt verwacht. Hoewel Kaufmanns blijk van vertrouwen in de werklust van haar studenten - door ze tijdelijk te verlaten - bewonderenswaardig was, is dit toch een tikkeltje naïef geweest. Misschien gaat het de studenten bij het terugkijken van het college wat beter af. Het Laatste Oordeel der Studenten Voor het invullen van de enquêtes was nog minder animo dan voor de breakout rooms. Uit het kleine aantal inzendingen bleek dat het college van dr. Kaufmann over het algemeen interessant werd gevonden. De onderwerpen waren relevant, zeer actueel en kwamen goed aan bij degenen die de voorbereidingen hadden gemaakt. Een student vond Kaufmann een ‘leuke, geënthousiasmeerde docent die een beetje humor niet erg vindt, maar serieus en gedisciplineerd is als het moet.’ Deze toekomstige geograaf kan zelfs geen enkel verbeteringspunt voor haar bedenken! De Kaufmann-fanclub bestaat gelukkig dus toch. ANS
35e jaargang
Nowee, Bavo Oost, Inge Spoelstra, Celis Tittse, Vincent Veerbeek en Irene Hoofdredactie Jochem Bodewes en Wilde Julia Meilink Ontwerp en lay-out Julia Meilink Redactie Sofie Bongers en Naomi Logodesign voorpagina Noah Kleijne Habashy Dagelijks bestuur Shiba Shohra Medewerkers Thomas Coenraads, Fahim (penningmeester), Seber Faraj Noah Kleijne, Leah van Oorschot, Rik (secretaris) en Sumaya Jimale (voorzitSinnige Simon Swelsen, Floor Toebes ter) en Loïs Verkooijen Druk Flevodruk Harlingen BV Illustraties Merel Janssen, Inge Spoel- Uitgave, abonnementen en advertstra en Roos in ‘t Velt entie-acquisitie Foto’s Lonneke van der Palen en Sonja Stichting MultiMedia: stichtingmultimeKwakkel dia@gmail.com Columnist Sjoerd Bakker Redactieadres Eindredactie Niek van Ansem, Sjoerd Heyendaalseweg 141 Bakker, Elze Bekkers, Jackie de Bree, 6525 AJ Nijmegen Sanne Breedveld, Simone Bregonje, Tel: 06-36458763 Mara Burgstede, Delphine Broasca, Mail: redactie@ans-online.nl Pim Dankloff, Aan-Age Dijkstra, Annika Eskes, Noah Kleijne, Julia Mars, Myrte