Better Together

“Hier boerin zijn is een droom die uitkomt”













“Hier boerin zijn is een droom die uitkomt”
Ik kom graag bij onze klanten op het erf.
In de eerste plaats omdat ik vind dat ik als verantwoordelijke moet weten wat er écht speelt bij onze leden, op hun bedrijf en in relatie tot de coöperatie. Daarnaast vind ik korte lijnen tussen de leden en de coöperatie belangrijk, en dit is een mooie manier om direct met mensen in gesprek te gaan. Om het eerlijke
In deze eerste maanden heb ik op deze manier al veel mooie gesprekken gevoerd. Daarbij kwamen ook moeilijke onderwerpen ter sprake, want er speelt het nodige in de sector. Daar merken zowel onze leden als wij bij Agrifirm de gevolgen van. Toch merk ik ook dat juist nu de meerwaarde van de coöperatie groot is. Juist nu er op maatschappelijk en politiek vlak zoveel speelt is het belangrijk om verenigd te zijn. Om als volwaardig gesprekspartner voor lands- en provinciebesturen het geluid van de boer te laten horen en te werken aan het verdienvermogen. Door de handen ineen te slaan ontstaat er bovendien een onderneming die in staat is nieuwe kennis en oplossingen te ontwikkelen. Ondernemers profiteren daarvan, van de kennis van onze specialisten tot innovatieve producten die op een toekomstbestendige en duurzame manier een probleem op het erf oplossen, zoals de Totaal Phytophthora Aanpak.
Ook financieel moet de coöperatie meerwaarde bieden. We hebben moeilijke jaren achter de rug, maar werken er hard aan om het tij te keren. In landen waar het resultaat onder druk staat werken we aan concrete verbeteringen, bij de dochternondernemingen die goed draaien zetten we in op verdere optimalisering. Bij de Specialties divisie in de regio EMEA zijn de eerste goede resultaten al zichtbaar. Al met al hebben we een succesvol eerste kwartaal achter de rug en verwachten we dat er weer goede jaren in het verschiet liggen.
Piet Hilarides
CEO Royal Agrifirm Group
Gert Jan Nieuwland uit Rotstergaast (FR)
In Rotstergaast runt Gert Jan Nieuwland samen met zijn vader een melkveebedrijf met 140 melkkoeien op 67 hectare grond.
De grootouders van Gert Jan streken hier in 1987 neer, nadat ze werden weggekocht uit
Opende (Groningen). Op dit moment werkt
Gert Jan buiten de deur bij een loonbedrijf en is zijn vader nog volop boer op het melkveebedrijf.
“Op dit moment wonen mijn vader en moeder met z’n tweeën in het woonhuis bij het bedrijf. In het najaar komt hier verandering in: dan verhuis ik met mijn vrouw en dochter vanaf Heerenveen naar het melkveebedrijf en verhuizen mijn ouders naar een huis verderop. In eerste instantie blijft mijn vader ook na de verhuizing nog volop betrokken bij het melkveebedrijf. Hij is 57 jaar oud en fit genoeg om op deze voet verder te gaan.”
“In de oude ligboxenstal uit 1979 was eerst ruimte voor 100 koeien. Na de bouw van de nieuwe ligboxenstal is deze stal omgebouwd voor de kalfjes tot 5 à 6 maanden en de droge koeien. Ons jongvee staat op een andere locatie in de buurt. We voeren deze dieren zelf en er loopt iemand voor de dagelijkse verzorging. Voorin de oude stal zit nog altijd het tanklokaal, vanaf de melkrobots in de nieuwe stal gaat de melk in leidingen daar naartoe.”
“In deze schuur stonden
voorheen de droge koeien en wat jongvee. Nu is dit de werktuigenloods. Achter de machineberging staat de mestsilo uit 1993, waarin ruimte is voor 1400 kuub mest.”
“Dit is de 3+0 ligboxenstal waarin 127 melkkoeien staan. Deze is gebouwd ter vervanging van de oude ligboxenstal en is in februari 2023 in gebruik genomen. Agrifirm Exlan hielp onder andere bij het ontwerp van de stal en het vergunningstraject. In de stal staan twee melkrobots en een mestrobot. Deze stal is een goede investering geweest. We hebben net zoveel werk als in de vorige ligboxenstal waarin
100 koeien stonden. Eigenlijk gaat het hier nog veel makkelijker. Er is veel licht en het is veel ruimer, het is plezierig werken.”
“Rondom het bedrijf ligt 67 hectare grond. Op 55 hectare staat gras en op de overige 12 hectare wordt maïs verbouwd. Al onze grond ligt binnen 1 kilometer van het bedrijf. De ene helft ligt rondom de stal, en de andere helft ligt aan de andere kant van de weg. Ons ruwvoer komt grotendeels van eigen grond, maar we kopen ook wat aan. Het loonwerk besteden we uit.”
“Hier boerin zijn is een droom die uitkomt”
VOF Van der Zon uit Lisse
Pieter van der Zon, Jasmijn van der Zon, Thijs van Spronsen en Pieter van der Zon
Bedrijf
> 90 melkkoeien
> 40 stuks jongvee
> 400 zeugen met bijbehorende biggen
> 60 hectare land in gebruik
“Als ik met mijn zoontjes Gijs en Ties tussen de varkens loop is dat voor mij echt een droom die uitkomt”, vertelt Jasmijn van der Zon glunderend. “De vrijheid, het alleen zijn tussen de dieren, biggen die geboren worden. De boerderij is echt mijn plek.” Samen met haar vriend Thijs, haar jongere broer Pieter en haar vader Pieter ziet ze volop kansen voor de toekomst van hun melkvee- en varkensbedrijf in de Zuid-Hollandse bollenstreek.
De drachtige zeugen liggen tevreden in het stro. De grutto’s vliegen af en aan. De melkkoeien weiden rond de boerderij. Het is een plaatje om te zien. Wat Jasmijn van der Zon (25) betreft gaat ze hier nooit meer weg. En daar sluit haar trotse vader Pieter van der Zon (57) zich graag bij aan.
Hoe zijn jullie hier op deze plek beland?
Pieter: “In 1925 begon mijn opa zijn boerderij met vijfentwintig melkkoeien. In de jaren zestig kwam mijn vader bij het bedrijf in en begon hij naast de koeien ook met varkens. Als kind was ik al graag op de boerderij te vinden. In 1986 kwam ik in maatschap en heb het bedrijf verder doorontwikkeld.”
Jasmijn: “Als kind hielp ik al mee op de boerderij, maar dat vond ik niet altijd leuk. Toen ik veertien was leerde ik koeien melken van de medewerker. Dat vond ik ineens wel erg leuk. Toen kreeg ik mijn eigen melkweekend, waarbij ik eens per drie weken de weekendmelkingen deed. Het is leuk om op die manier meer verantwoordelijkheid te krijgen. Ik heb een agrarische opleiding gedaan en werk sindsdien in het bedrijf. Sinds 2023 vorm ik samen met mijn vader, mijn broer Pieter en mijn vriend Thijs de VOF. Dit jaar bestaat onze boerderij 100 jaar. Samen met driehonderd gasten hebben we op de boerderij gefeest op ons honderdjarig bestaan.”
Jasmijn, Thijs en Pieter nemen nu steeds meer de beslissende rol over. Hoe ervaren jullie deze fase?
Pieter: “Ik vind dat hartstikke leuk. Ik heb daar ook nooit
>>
>>
moeite mee gehad, op bepaalde kleine dingen na. Ik ben van vroeg op, dus om 05.00 uur melken. Maar je ziet dat de jeugd dat minder heeft. Ik heb mijn hele leven het bedrijf alleen gedaan. Ik had wel personeel, maar ik was ook altijd aan het voorbereiden wat zij konden doen. Het is nu heel fijn dat we het met vier mensen kunnen doen, dat geeft rust. Thijs studeert nog aan de HAS. Daar leert hij dingen die hij hier wil proberen. Zoals met de eerste snede kort maaien. Ik ben meer van het langer maaien. Maar dan laat ik hem beslissen en soms komt hij er dan later ook weer op terug. Hij beslist en dat vind ik ook fijn. Met Jasmijn en mij botste het in het begin wel, omdat we heel erg hetzelfde zijn.” Jasmijn: “Ja, dat klopt. Ik wil het graag uitpraten, jij zit er snel over in en bent bang dat het nooit meer goedkomt. Maar dat komt wel weer goed, we snappen elkaar. Jij hebt het bedrijf alleen gedaan, het bedrijf was jouw alles. Nu wij het met zijn vieren doen, is er meer ruimte voor andere dingen. Een weekend weg bijvoorbeeld. Al doen we dat bijna nooit. Als ik weg ben denk ik altijd: wat hebben we het op de boerderij toch goed.”
Jullie hebben twee takken; melkvee en zeugen. Waarom?
Jasmijn: “Thijs vindt de koeien heel mooi en in de varkens wordt het meest verdiend. Ik vind beide takken mooi. En we zijn toch met zijn vieren, wat moet je anders de hele dag doen?”
Pieter: “Mijn vader en ik vonden de combinatie tussen koeien en varkens altijd al leuk, daarom hebben we altijd in beide takken geïnvesteerd. Ik heb wel meerdere momenten overwogen om te stoppen met varkens, zoals in 2014 voor de bouw van de zeugenstal. Maar toen zei Jasmijn ook, laten we ermee doorgaan. Dat is een goede keuze
“Als ik weg ben denk ik altijd: wat hebben we het op de boerderij toch goed.”
geweest. De melkveetak is stabieler qua inkomen, in de varkenstak kun je soms financieel grote pieken halen waarvan je kunt investeren.”
Welke rol speelt dierenwelzijn in jullie bedrijf?
Jasmijn: “Rust en welzijn voor onze dieren vind ik enorm belangrijk. Erfbetreders zijn er vaak verbaasd over hoe wij met fluiten en handbewegingen onze zeugen op de juiste plek krijgen. En ik heb lange gelakte nagels, dat vind ik leuk, maar dat is ook nog eens handig om een varken zachtjes mee op haar rug te tikken. We proberen echt elke big groot te brengen. We hebben een ziekenstal voor biggen en verplaatsen kleinere biggen naar zeugen die kleinere speentjes aan hun uier hebben. Daarnaast hebben we onze dragende zeugen in een strostal. Onze varkens vallen onder het 1 Ster Beter
Leven-keurmerk, we doen mee aan het concept ‘Antibioticavrij Leven’ en hebben extra speelgoed in de stal hangen. De koeien krijgen bij ons minstens 1.500 uur weidegang per jaar.”
Hoe zie jij de toekomst van de sector?
Pieter: “Ik ben heel positief. Als je de omvang hebt en tevreden bent met je bedrijf kun je heel lang boeren in Nederland. Als je maar de opbrengst hebt, dan maken de kosten niet uit. Sinds 2023 heb ik nog nooit zulke goede jaren gedraaid.”
Hoe zie je de toekomst voor jullie bedrijf?
Jasmijn: “Ik hoop zo verder te gaan, samen met mijn vriend, broer en vader en met varkens en koeien op deze plek. We hebben een vergunning voor een nieuwe koeienstal. Die zou ik graag nog eens bouwen. Niet om groter te worden, maar om het nog beter voor de koeien te maken. Er zullen ook vast nog wel financieel slechtere jaren komen, maar hier boerin zijn samen met mijn familie, dat is voor mij een droom die uitkomt.”
Wie?
Patrick Buiks (33) en Maartje van Dijck (25), VOF De Buikshoeve
Wat?
Controleronde melkgeiten
Waar? Teteringen
Wanneer?
13 mei 2025
Open dag
9 juli 2025
Blauwhoefsedreef 3
4847 ND Tetering
Met zijn vriendin Maartje doet Patrick Buiks een controleronde door de stal met 1.200 melkgeiten. Dat doen ze twee keer per dag als ze de geiten ophalen om te melken. Het is een gemengd gezelschap van Saanengeiten, witte en bonte geiten. Samen leverden ze afgelopen jaar 1,4 miljoen liter melk, met 5,04% vet en 3,64 % eiwit. Dat zijn bovengemiddelde gehaltes waar de familie Buiks specifiek op fokt. Daardoor wordt er een hogere melkprijs gerealiseerd.
De stal is verdeeld in vijf groepen die elk vijf keer per dag een eigen, voorgedraaid rantsoen krijgen. Daarvoor hebben ze een Sieplo-voerrobot. Voor de opfok wordt op het erf momenteel een nieuwe stal gebouwd met ruimte voor 400 lammeren.
De nieuwe stal heeft een gesloten systeem met een luchtwasser.
Op 9 juli moet alles klaar zijn als melkgeitenhouderij
De Buikshoeve een open dag houdt.
Op 12 februari beleefden ruim 700 agrarische jongeren de Nationaal Agrarische Jongerendag, een inspirerende dag vol kennis, ontmoeting en toekomstperspectief. De dag werd geopend door Ruud Veltenaar en minister Femke Wiersma, wat meteen zorgde voor een boeiend en goed gesprek. Vervolgens konden de jongeren kiezen uit diverse interessante sessies over o.a. bedrijfsovername en de transitie naar duurzame landbouw. Naast de waardevolle inzichten was er natuurlijk ook ruimte voor gezelligheid en goed eten!
Scan de QR-code en bekijk de aftermovie.
Met trots kijken we terug op een succesvolle reeks van de Regio Relatiedagen, het programma waarbij innovaties, praktijkervaringen en duurzame oplossingen in de bloembollenteelt centraal staan. Op verschillende locaties in Nederland hebben we ruim 600 bezoekers mogen ontvangen en hebben we diverse thema’s met elkaar kunnen bespreken, waaronder onkruidbeheersing, galmijt en emissiereductie.
De telersbijeenkomsten waren ook in 2024 weer een groot succes!
Scan de QR-code en bekijk de aftermovie.
Anke van Oorschot, Specialist Akkerbouw, vertelt: “Met de bijeenkomsten willen we akkerbouwers inspireren en enthousiasmeren en hen voorzien van actuele inzichten en praktische kennis, waarmee ze direct aan de slag kunnen op hun eigen bedrijf. Tijdens de bijeenkomsten wordt niet alleen gekeken naar resultaten van actuele onderzoeken en proeven, maar wordt ook vooruit gekeken: wat staat onze telers te wachten en waar liggen de kansen? Thema’s die onder andere aan bod komen zijn efficiënte irrigatie en fertigatie, phytophthoraoplossingen, onkruid bestrijden met een Ecorobotix, oppervlakte-uitspoeling en veiligheid op- en rond het erf.”
Bijeenkomsten Akkerbouw 2025
Ook in 2025 zijn er weer diverse telersbijeenkomsten. Houd de website in de gaten voor de actuele data.
Scan de QR-code voor meer informatie.
Leuke ontmoetingen met klanten, goede gesprekken met partners en een uitnodigende stand met de vertrouwde sfeer van de keukentafel. Agrifirm was aanwezig op maar liefst vier belangrijke beurzen: de RMV beurs in Gorinchem en Hardenberg, de HHH show in Leeuwarden en de Landbouwbeurs in Leeuwarden. ‘Aanschuiven bij Agrifirm’ bood de perfecte gelegenheid om waardevolle gesprekken te voeren en nieuwe ideeën uit te wisselen. We kijken terug op een succesvol beursseizoen, vol inspiratie. Dank aan al onze medewerkers die zich vol enthousiasme en passie hebben ingezet!
Ook onze afdeling Rundvee heeft de afgelopen tijd niet stilgezeten. Een impressie van de verschillende activiteiten:
1. Diergezondheidsspecialist Ryan van Egmond gaf tijdens de RMV in Hardenberg een presentatie over de invloed van klauwgezondheid op koesaldo.
2. Diergezondheidsspecialisten Jorien en Herke gaven een boeiende training over het Dry2Fit transitie-concept aan onze Poolse collega’s.
3. Op uitnodiging van Agrarische Jongeren Friesland werkte voerspecialist Herke Pijl mee aan een Veevoedingsdebat, waarbij verschillende voerleveranciers met elkaar in gesprek gingen en hun visie konden tonen.
4. De masterclasses “Doelen halen, maar hoe?” in Hoeven en Berlicum waren met een opkomst van 150 melkveehouders een schot in de roos.
Het terrein van Agrifirm aan het Meppelerdiep in Meppel heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot het begin van de 20 e eeuw. In de rubriek Toen en Nu blikken we terug op deze rijke historie met oud facilitair manager van Agrifirm Henk Deuring. Hij werkte meer dan 45 jaar voor (voorgangers van) Agrifirm en hielp mee met de transformatie van het terrein.
Rond 1910 werd er aan de Meppelerdiep gestart met de bouw van de eerste bedrijfspanden van de toenmalige Coöperatieve Landbouwersbank en Handelsvereeniging. In de daaropvolgende decennia verrezen er op het terrein
verschillende gebouwen: veevoerfabrieken (fabriek A en B), grondstofsilo’s, kunstmestloodsen en kantoren.
Kantoor en productie
Eén van de mensen die de plek door en door kent, is Henk Deuring. Hij begon zijn loopbaan
in 1979 bij Aankoop Centrale Groningen (ACG) in Groningen en werkte zich op binnen het bedrijf, waar hij maar liefst acht fusies meemaakte. In mei 2025 ging hij met pensioen. Henk omschrijft de situatie toen hij in 1991 startte in Meppel. “In 1990 fuseerden meerdere noordelijke coöperaties tot een bedrijf dat later Agrifirm werd. Meppel werd het hoofdkantoor van het toenmalige ACM. Ik was voorzitter van zowel de ACG ondernemingsraad als de fusieondernemingsraad. De OR
omdat het de status industrieel monument kreeg. De bakstenen grondstoffensilo, met zijn herkenbare silhouet, bleef ook overeind vanwege dezelfde status.”
Ouderwetse fabriek
wilde liever een hoofdkantoor centraal in het werkgebied, bijvoorbeeld Beilen. De directie koos voor Meppel, omdat het hoofdkantoor gekoppeld moest zijn aan een productielocatie.”
Industrieel monument
Om alle medewerkers op kantoor te kunnen herbergen, werd fabriek A deels omgevormd tot kantoor, terwijl fabriek B gewoon bleef draaien. Henk: “In 2005 werd een groot deel van fabriek A gesloopt, maar een gedeelte bleef behouden
Het kantoor-gereed maken van fabriek A heeft veel voeten in de aarde gehad, legt Henk uit. “Het was een ouderwetse fabriek, ingericht op veel mensen op de werkvloer en niet of nauwelijks automatisering. We hebben de verdiepingsvloeren vervangen, omdat de bestaande verdiepingsvloeren te dicht op elkaar lagen. We hebben er drie vloeren uitgehaald en twee teruggeplaatst.”
Renovatie 2009
In 2009 begeleidde Henk ook de grootschalige renovatie van het kantoorgebouw bij de brug. Dit kantoor was oorspronkelijk gebouwd in de jaren ’60. Er werd een nieuwe buitengevel (schil) omheen gezet, het hele interieur werd vernieuwd. Bijzonder
aan deze verbouwing: alle 250 medewerkers konden op de locatie blijven werken. “Dat is iets waar ik nog steeds erg trots op ben dat dat ons dat gelukt is. Het kantoor was op tijd klaar voor de viering van het 100-jarige bestaan.”
Unieke geschiedenis
Het hoofdkantoor van Agrifirm is sinds 2011, na de fusie met Cehave Landbouwbelang, in Apeldoorn gevestigd. Ook dat pand heeft Henk helpen inrichten. Toch heeft Meppel nog een speciaal plekje in zijn hart. “De sfeer, de kelders, de originele buitenmuren en ornamenten, dat maakt dit pand uniek. Jongere collega’s vinden misschien een modern pand mooier, maar ik hou van de geschiedenis”, aldus Henk. De locatie in Meppel speelt nog steeds een essentiële rol in de productie. Na de sluiting van de fabriek in Zwolle in 2023, is Meppel de plek geworden waar zowel pluimvee- als varkensvoer wordt geproduceerd.
Iedere dag zetten meer dan 3.000 medewerkers bij Agrifirm zich samen in voor een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties. Maar wat houdt dit concreet in, waar houdt iedereen zich mee bezig? Kijk mee achter de schermen bij een van de Agrifirm-locaties, dit keer Oss. Maak kennis met de gezichten van Agrifirm.
Karin van Loon
Adviseur Bedrijfsontwikkeling, ecologisch deskundige
“Sinds vijf jaar werk ik bij Agrifirm Exlan. Eerst als projectleider Rundvee en sinds twee jaar als ecologisch deskundige, een heel ander soort werk. Ik doe onderzoek naar flora & fauna. Voor het starten van een nieuw bouwproject moet eerst onderzocht worden of er geen nadelige gevolgen zijn voor beschermde planten en dieren. Dit is nodig om een vergunning te krijgen. Dit betekent dat ik ecologisch veldwerk doe op locatie: wat zie, hoor en voel ik? Op basis van mijn bevindingen maak ik een rapport. De combinatie van het buiten zijn en het werken op kantoor vind ik heerlijk. Op een praktische manier omgaan met een wettelijk kader, dat spreekt mij erg aan en past ook goed bij Agrifirm als organisatie.”
Roy van Tilburg - Accountmanager Varkens
“Ik werk inmiddels tien jaar als Accountmanager in de varkenshouderij en weet wat er zich allemaal op het erf afspeelt. Dé boer bestaat niet, iedere ondernemer is uniek, en dat vraagt om scherpte en maatwerk. Heldere communicatie, een doordacht plan en snel schakelen zorgen samen voor maximaal resultaat. Dat samen voor elkaar krijgen, ja, dat vind ik super!”
Liselotte van Loon - Medewerker Sales Support Feed
“De liefde voor dieren, mensen en de agrarische sector zat er bij mij al vroeg in, dus deze functie bij Agrifirm past ontzettend goed. Ik vind het heerlijk om onder de mensen te zijn en veel klantcontact te hebben. Als een klant blij is, ben ik dat ook. Samen met mijn collega’s streven naar een hoge klanttevredenheid, daar doen we het voor.”
Jeroen Otten - Bouwkundig Ontwerper & Adviseur Agrifirm Exlan
“Ik houd me bezig met het maken van bouwkundige ontwerpen en het bijbehorende tekenwerk, maar ook met zaken die bij een omgevingsvergunning horen. Die variatie en de fijne collega’s maken mijn werk leuk. Het is geen makkelijke tijd voor de agrarische sector. Ondanks dat krijgen we het als team gelukkig toch voor elkaar om mooie projecten te realiseren. Dat beetje extra dat we onze klanten kunnen bieden, daar word ik heel blij van.”
René van Stiphout - Onderhoudsmonteur & Werkvoorbereider
“Samen met collega’s zorg ik ervoor dat de fabriek goed kan draaien. Binnen Agrifirm merk ik dat als je je inzet, je de kans krijgt je te ontplooien. Zo heb ik binnen de Technische Dienst de kans gekregen om werkvoorbereiding erbij op te pakken. Juist de combinatie spreekt mij erg aan. Niet alleen sleutelen, maar ook de theorie en alles eromheen. Echt het totaalpakket, dat past bij mij!”
Dave van der Lee - Assistent Bedrijfsleider
“In 2010 ben ik begonnen bij Agrifirm als vakantiekracht en sindsdien doorgegroeid. Daar ben ik trots op en ik waardeer het dat Agrifirm mij die kans gegeven heeft. Als assistent bedrijfsleider is geen dag hetzelfde en ben ik zowel bezig met de productie van de brok als met veel randzaken. Die variatie en veel zelf mogen beslissen vind ik prettig.”
“Later wil ik net als mijn papa koeien- en geitenboer worden. Nu mag ik hem al bijna elke dag helpen, als ik niet naar de opvang ga. De lammetjes geef ik brokjes, hooi en stro en melk uit de fles. En ik knuffel ook vaak met de kleintjes. De flessen melk bij de kalfjes zijn te zwaar voor mij. Die worden door oma verzorgd, maar ik mag wel helpen roeren in de emmers met water en melkpoeder.
Het mooiste vind ik als papa gaat voeren. Dan mag ik mee op de trekker, de shovel of de verreiker. Natuurlijk in mijn eigen overall. Ik heb een blauwe en een rode. Op de blauwe staat mijn naam ook achterop. Die hebben papa en mama gekregen toen ik geboren was. Hij was toen nog te groot, maar nu pas ik hem heel goed.”
“Ik had mijn vergunningen net rond toen de Raad van State-uitspraken over intern salderen bekend werden. Kan ik nog wat met mijn vergunningen?”
Lambert Polinder:
“De recente uitspraken van de Raad van State op het gebied van stikstof, vooral de veelbesproken Amercentrale- en Rendac-uitspraken, zorgen sinds begin dit jaar voor veel onrust en vragen. Vragen die moeilijk te beantwoorden zijn, omdat er nog steeds veel onduidelijk is.
De uitspraken zijn opmerkelijk, omdat ze eigenlijk wetgeving bevatten en dan ook nog wetgeving die tijdens het spel de regels verandert. Wetgeving wordt normaal gesproken door het ministerie voorbereid en besproken in het parlement. Dat democratische proces ging niet vooraf aan de wetgeving die de Raad van State via de betreffende uitspraken tot stand bracht. Dat zorgt voor veel onzekerheid.
Om te weten wat dit voor jou betekent, is het om te beginnen van belang na te gaan hoe het zit met die verleende vergunningen. Waarvoor is precies vergunning verleend en zijn alle benodigde vergunningen verleend? Is er al gestart met de
uitvoering en wanneer precies? Welke verplichtingen ben je aangegaan om tot uitvoering te komen? Vervolgens is het de vraag hoeveel risico je kunt en wilt lopen.
Volgens de uitspraken mogen activiteiten die fysiek zijn gestart in ieder geval worden voortgezet tot 1 januari 2030. In de periode tot 2030 kan dan alsnog een reparatievergunning worden verleend. Zelfs voor die situaties is het echter goed een risico-inschatting te maken. Vijf jaar lijkt lang, maar de schrijnende toestand van de PAS-melders leert ons dat vijf jaar niet altijd genoeg is om reparaties uit te voeren. Alle vragen die nu nog niet beantwoord kunnen worden zijn een potentieel risico omdat de uitkomst kan meevallen, maar ook tegenvallen. Zorg dus dat je weet wat het risico is en weeg dat risico goed af voordat je toch tot uitvoering overgaat.
De beste aanpak verschilt per situatie. Neem contact op met Juridisch Advies voor meer informatie. E-mail juridischadvies@agrifirm.com of T 088 488 29 29.
Hoe worden de producten die Agrifirm levert gemaakt, en wat komt daarbij kijken? We volgen de route in de rubriek ‘In de maak’. In deze editie: biologisch bulkvoer.
Van zaadje in de grond tot voer in de stal: hoe biologisch bulkvoer tot stand komt.
Graan van dichtbij
De biologische granen die Agrifirm gebruikt in het biologische veevoer, zoals tarwe, gerst of maïs, worden daar waar mogelijk door eigen telers in Nederland geteeld, volgens de strikte Europese eisen voor de biologische productie. Voorafgaand aan de teelt wordt het zaaizaad dat Agrifirm aan haar telers levert gecontroleerd op kiemkracht, zuiverheid en kwaliteit. Na de oogst wordt van elke partij een monster genomen om de kwaliteit te bepalen. Op basis daarvan wordt vastgesteld of het graan geschikt is voor humane consumptie of verwerkt wordt tot diervoeding.
Controle en opslag
Alle biologische granen die bestemd zijn voor diervoeder worden verzameld op de opslaglocatie in Zeewolde. Bij binnenkomst worden de partijen gecontroleerd op kwaliteit. Is het graan te vochtig, dan wordt het eerst gedroogd. Is het niet schoon genoeg, dan wordt het gezeefd. Ook wordt er gecontroleerd op de aanwezigheid van ongewenste stoffen, zoals residuen van gewasbeschermingsmiddelen. Zo wordt de kwaliteit van het graan gewaarborgd voordat het verder de keten in gaat. De granen worden hier tot maximaal één jaar onder de juiste omstandigheden bewaard.
4
6
Van opslag naar verwerking Sinds april 2025 wordt het biologische voer van Agrifirm geproduceerd door Naturmühle Vechteland (dochteronderneming van Raiffeisen Ems-Vechte), een Duitse partner met twee biologische fabrieken dicht bij de Nederlandse grens. Deze coöperatie heeft toegang tot een ruime hoeveelheid grondstoffen (zoals granen) in het noordwesten van Duitsland. Ook dit draagt bij aan de aanlevering van grondstoffen van dichtbij voor onze boeren. In de twee fabrieken wordt uitsluitend biologisch voer geproduceerd, zodat deze stroom volledig gescheiden blijft van de gangbare stroom.
In de fabriek: mengen, walsen, optimaliseren
In de moderne fabriek worden de granen gereinigd, gewalst en verwerkt volgens de vertrouwde recepturen van Agrifirm. Het walsen per grondstof zorgt ervoor dat de structuur van het voer optimaal is. Daarna wordt het verwerkt tot meel of brok, geheel volgens biologische normen. Ook in de biologische productie willen we zo circulair mogelijk werken. Reststromen uit de humane biologische voedingsindustrie, zoals tarwegries of zonnebloempitschilfers, vinden hun weg naar het biologische voer, mits ze voldoen aan de certificeringseisen.
5
Biologisch van begin tot eind
Om een product biologisch te mogen noemen, moet iedere schakel in de keten voldoen aan strenge eisen. Van teler tot fabriek: alles moet aantoonbaar gecertificeerd zijn. Ook reststromen uit de humane consumptie moeten biologisch gecertificeerd zijn. Is één schakel niet in orde, dan verliest het hele product zijn biologische status. Daarom houdt Agrifirm de biologische stromen strikt gescheiden van de gangbare stromen, en werkt het samen met gecertificeerde bedrijven.
Naar de boer: het voer in de praktijk Eenmaal geproduceerd, gaat het bulkvoer direct per vrachtwagen naar boeren in Nederland en Duitsland. Een klein deel wordt verpakt als zakgoed, bijvoorbeeld voor de Welkoop-winkels. Ook enkelvoudige producten, zoals gewalste gerst, maken deel uit van het biologische assortiment dat beschikbaar is voor onze klanten. De productie van biologisch bulkvoer is een ketenproces waarbij van teler tot boer meerdere partijen betrokken zijn. Die gezamenlijke verantwoordelijkheid benadrukt de kracht van samenwerken binnen de coöperatie en tussen de onderlinge coöperaties.