zuiderlucht 3/2020
cultuur
Van een hel die veranderde in een hemel was na de bevrijding in 1944 geen sprake, constateert PAUL VAN DER STEEN. In gevangenissen in Maastricht, Vught en Reusel leidden wraakgevoelens, geldingsdrang en sadisme tot misstanden onder van landverraad verdachte Nederlanders.
voorkeur toegepaste opvoedingsmethode bestaat uit het z.g. ‘grammofoondraaien’ – gebukt met een vinger op de grond rondloopen. Dit spelletje schijnt voor toeschouwers zeer vermakelijk te zijn, doch moet een buitengewoon geschikt middel zijn om iemand krankzinnig te maken en is daarom in de Duitsche concentratiekampen verboden.” Soms moesten gevangenen in een kring gaan staan en elkaar klappen geven. Als de ander werd gespaard, demonstreerden bewakers hoe het wel moest. Ons beeld van de bevrijding in ons collectieve geheugen is vervormd. Ook bij de herdenking 75 jaar later wordt nogal eens de suggestie gewekt dat van de ene dag op de andere de hel veranderde in de hemel, en dat de vooroorlogse recht en orde in een paar dagen tijd waren hersteld. In werkelijkheid hield de chaos ook na het verjagen van de Duitsers in veel gevallen aan. Van Oppen formuleerde scherp, maar zijn inhoudelijke punten waren niet uniek Maastrichts. In concentratiekamp Kamp Vught vonden na de bevrijding ook bedenkelijke praktijken plaats.
D
Daar leden vastgezette verdachten van landverraad onder voortdurende onduidelijkheid over
achau in Maastricht? stond er
beschuldiging, voedselgebrek (hongeroedeem
boven een van de artikelen die
was geen uitzondering) en mishandeling. Straffen
Charles van Oppen, de deken
zoals dertig dagen opsluiting in een bunker zonder
van de plaatselijke Orde van
water om te wassen en verschoning waren schering
Advocaten, aan het einde van
en inslag. In een als gevangenis gebruikte oude
de winter van 1944-1945 schreef
sigarenfabriek in Reusel waren de omstandigheden
in het blad Veritas. Als goed vaderlander en jurist kon hij na vijf jaar oorlog leven met vergelding,
al even slecht. Van Oppens openlijke aanklacht riep scherpe
maar wat hij na september 1944 zag gebeuren in zijn
reacties op. Hoe haalde hij het in zijn hoofd om
stad stuitte hem tegen de borst.
een Maastrichts Dachau te suggereren? “Men moet wel zeer weinig weten van de afschuwelijke
Liet het vraagteken in de kop van het artikel
beestachtigheden, die zich in Dachau en andere
het antwoord open, voor de tekst zelf gold dat
moffenconcentratiekampen hebben afgespeeld
een stuk minder. Van landverraad verdachte
wanneer men een zoodanige vergelijking meent
Maastrichtenaren zaten in ranzige, overvolle,
te mogen trekken”, schreef J. Jacobs in de krant
ijskoude cellen, onder meer in De Grote Looier. Het
Je Maintiendrai. En nog meer op de persoon
onderkomen pand, in de achttiende eeuw gebouwd
Charles van Oppen gericht: waarom had hij zich
als armenhuis, werd geschikt geacht voor hooguit
in de bezettingsjaren 1940-44 niet geuit over
700 gevangenen. Op het hoogtepunt zaten er 2600
“de vergaande rechteloosheid van 18-karaats-
mensen vast. Vrouwen sliepen in houten kribben,
Nederlanders” en spande hij zich nu wel in “ten
mannen op stro. Voor de ontlasting stonden er
gunste van verraderlijke en/of onbetrouwbare
tonnen.
elementen”.
Wie na zo’n gevangenschap weer vrijkwam
De misstanden waar Van Oppen over schreef,
was in een paar maanden vaak 15 tot 25 kilo
dateerden bovendien van maanden geleden.
kwijtgeraakt. Jarenlang opgebouwde wrok tegen
Inmiddels zou veel zijn verbeterd. Bovendien:
collaborateurs vond een uitweg via bewakers.
waarom zouden de gedetineerden het beter
Soms wilden ze zich simpelweg laten gelden. “De
hebben dan de duizenden die nog steeds de schade
menschen worden mishandeld; soms geslagen
ondervonden van de oorlog? “Wanneer getroffenen
met de hondenzweep, met gummistokken en
zonder ruiten moeten zitten, zijn ook de bewoners
geweerkolven”, schreef Van Oppen. “Een bij
van de Looiersstraat daar niets te goed voor.”
25