Jaarverslag VUB 2021

Page 1


JAARVERSLAG 2021

Rubriek 2: Organisatiestructuur: decentrale organen

Rubriek 3: Onderwijsverslag

Rubriek 4: Onderzoeksverslag

RUBRIEK 1 ORGANISATIESTRUCTUUR: CENTRALE ORGANEN

Naam en adres van de universiteit: Vrije Universiteit Brussel, Pleinlaan 2, 1050 Brussel

SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE BESTUURLIJKE ORGANEN OP HET CENTRALE NIVEAU

I. UNIVERSITAIRE ORGANEN KRACHTENS HET ORGANIEK STATUUT (O.S.)

1. UNIVERSITEITSRAAD

Samenstelling:

Effectieve leden (O.S. art. 13, §1)

Voorzitter RvB

Karsten DE CLERCK

Decanen

LW Alex HOUSEN

RC Miguel DEJONCKHEERE

ES Joël BRANSON

PE Johan VANDERFAEILLIE

WE Ben CRAPS

IR Francis BERGHMANS

GF Dirk DEVROEY

LK Evert ZINZEN

ZAP-leden

LW Wim VANDENBUSSCHE

RC Filiep DERUYCK

ES Elvira HAEZENDONCK

PE Dominique VERTE

WE Luc DE VUYST

IR Lars DE LAET

GF Karine BRECKPOT

LK Marc THEEBOOM

OAP-leden

LW Mathias MEERT

ES Carmen MAZIJN

PE Elien HELEVEN

WE Geoffrey JANSSENS

LK Matthias EGGERMONT

Studenten

LW Yorben VAN DE WEGHE

RC Michaël VAN DEN POEL

RC Sueann VANDEPUTTE

ES Inas DJELLOUL

PE Liesl DE PAUW

IR Ruben SIMONS

GF Caitlin JANSEN

GF Jolien LERSBERGHE (Ondervoorzitter)

ATP-leden

Inge CORNILLIE

John KELLEN

Natalie TIELEMANS

Overige afgevaardigden

UZB Yolande AVONTROODT

Alumni Gaétan VAN RUSSELT

IES Anthony ANTOINE

EhB Dennis CLUYDTS

VECO Sven VAN KERCKHOVEN

ULB Pierre GURDJIAN

UGent Isabel VAN DRIESSCHE

Externe leden

Franc BOGOVIC

Stijn BEX

Hannelore GOEMAN

Filip MOEYKENS

Peter VANDERMEERSCH

Raymonda VERDYCK

Met raadgevend stem (O.S. art. 14)

- de Rector

- de Vicerectoren

- de Algemeen Beheerder van de Universiteit

- de Gedelegeerd Bestuurder van het UZ Brussel

Caroline PAUWELS

Jan DANCKAERT, Onderwijs en Studentenzaken

Karin VANDERKERKEN, Onderzoek

Hugo THIENPONT, Innovatie en Valorisatie

Romain MEEUSEN, Internationalisering

Nic VAN CRAEN

Marc NOPPEN

Secretaris: Yves VAN DER HOEVEN, Secretaris van de Raad

Glenn RONSSE, Adjunct-secretaris

Bevoegdheden:

De Universiteitsraad bepaalt de algemene strategische visie van de VUB, keurt de begroting en de jaarrekening goed en stelt de bestuurders aan.

Zie ook O.S. art. 15 t.e.m. 21.

2. RAAD VAN BESTUUR

Samenstelling:

Effectieve leden (O.S. art. 25, §1)

- de Rector

- de Voorzitter van het Bestuurscollege UZ Brussel

- één lid van het Zelfstandig Academisch Personeel

- één lid van het Overige Academisch Personeel

Caroline PAUWELS

Jean-Luc VANRAES

Elvira HAEZENDONCK

Carmen MAZIJN (Ondervoorzitter)

- één student Sasha SOLAU

- één lid van het Administratief en Technisch Personeel

- vier externe bestuurders, waaronder één extern lid van de Universiteitsraad en minstens één alumnus, met complementaire deskundigheid in minstens de volgende domeinen: ICT, financiën, infrastructuur, recht en internationalisering

Met raadgevende stem (O.S. art.26)

John KELLEN

Dirk BOOGMANS

Karsten DE CLERCK (Voorzitter)

Natasja DEGRIECK

Raymonda VERDYCK

- de Algemeen Beheerder Nic VAN CRAEN

- de Gedelegeerd Bestuurder van het UZBrussel, op uitnodiging van de voorzitter van de Raad van Bestuur, wanneer de Raad van Bestuur dient te beraadslagen over agendapunten die het UZ Brussel aanbelangen

Waarnemer (RVB.064/A3/04)

- Voorzitter UAB

Secretaris: (O.S. art. 33) Yves VAN DER HOEVEN, Secretaris van de Raad

Glenn RONSSE, Adjunct-secretaris

Marc NOPPEN

Caroline GENNEZ

Bevoegdheid:

De Raad van Bestuur bepaalt het algemeen strategisch beleid van de Universiteit. Zie O.S. art. 27 t.e.m. 31.

ADVISERENDE COMITES VAN DE RAAD VAN BESTUUR

2.1. AUDITCOMITE

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden:

- Voorzitter, extern

- 1 afgevaardigde van de Raad van Bestuur

- 1 extern lid van de Universiteitsraad

- 1 personeelslid van de VUB met expertise in het domein

Met raadgevende stem:

Worden ambtshalve uitgenodigd:

- de Rector

- Algemeen Beheerder

- Hoofd Financiële Administratie

- de Interne Auditor

Dirk BOOGMANS

Martine DE ROUCK

Filip MOEYKENS

Diane BREESCH

Caroline PAUWELS

Nic VAN CRAEN

Nadine VERHEYEN

Filip HONS

Andere personen kunnen de vergadering met raadgevende stem bijwonen in functie van de agenda en indien daarom verzocht door de Voorzitter.

Het secretariaat wordt waargenomen door het afdelingshoofd Interne Audit, met ondersteuning van het Secretariaat van de Raad.

Bevoegdheid:

Het auditcomité staat de Raad van Bestuur bij in zijn toezichtsfunctie, meer specifiek op volgende vlakken:

- het houden aan de diverse verplichtingen zoals voorzien in de wettelijke, statutaire of bedrijfsinterne voorschriften, en dit samen met de Bedrijfsrevisor;

- nagaan of aan alle verplichtingen ten opzichte van de toezichthoudende organen is voldaan;

- controleren en evalueren van de interne audit en het auditproces;

- onderzoeken en evalueren van risicobeheersing en interne controle;

- monitoring van het financiële verslaggevingsproces, van de interne audit en van de controle van de jaarrekening.

2.2. GOVERNANCE COMITE

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden :

- de Rector

- 1 vicerector

- 3 decanen

- de Voorzitter van de Raad van Bestuur, ambtshalve

- een extern lid van de Raad van Bestuur, bij voorkeur met juridisch profiel

Caroline PAUWELS

Karin VANDERKERKEN

Johan VANDERFAEILLIE (plvv. Miguel DE JONCKHEERE)

Francis BERGHMANS (plvv. Ben CRAPS)

Dirk DEVROEY (plvv. Evert ZINZEN)

Karsten DE CLERCK

Natasja DEGRIECK

- een extern lid van de Universiteitsraad

- een lid van het ZAP uit de Universiteitsraad

- een lid van het OAP uit de Universiteitsraad

- een lid van het ATP uit de Universiteitsraad

- een studentlid uit de Studentenraad

- een afgevaardigde Directie UZB

- een expertlid

Met raadgevende stem :

Worden ambtshalve uitgenodigd :

- Algemeen Beheerder

- de Interne Auditor

Andere personen kunnen de vergadering met raadgevende stem bijwonen in functie van de agenda en indien daarom verzocht door de Voorzitter:

- decaan ES – wordt permanent uitgenodigd.

- afgevaardigde Directie IES

Het secretariaat wordt waargenomen door het

Secretariaat van de Raad.

Treedt op als penhouder

Het voorzitterschap wordt waargenomen door de Rector, de Vicerector of de Voorzitter van de Raad van Bestuur.

Bevoegdheid:

Franc BOGOVIC

Luc DE VUYST

Jana GOYVAERTS

Natalie TIELEMANS

Sasha SOLAU

Hilde HAEGEMAN

/

Nic VAN CRAEN

Filip HONS

Joël BRANSON

Anthony ANTOINE

Yves VAN DER HOEVEN, Secretaris van de Raad

Glenn RONSSE, Adjunct-secretaris

Frank GLADINES

Het Governance Comité verleent de Raad van Bestuur advies over het bestuur en de organisatie van de VUB.

2.3. ETHISCH COMITE

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden :

- Voorzitter, extern

- een extern lid van de Raad van Bestuur

- een extern lid van de Universiteitsraad

- een lid van het ZAP uit de Universiteitsraad

- een lid van het OAP uit de Universiteitsraad

- een lid van het ATP uit de Universiteitsraad

- een studentlid uit de Studentenraad

Met raadgevende stem :

Worden ambtshalve uitgenodigd :

- de Rector

- de Vicerector Internationalisering

Andere personen kunnen de vergadering met raadgevende stem bijwonen in functie van de agenda en indien daarom verzocht door de Voorzitter.

Het Secretariaat wordt waargenomen door het Secretariaat van de Raad

Etienne DE GROOT

Raymonda VERDYCK

Franc BOGOVIC

Dominique VERTE

Carolien Nerom

Inge CORNILLIE

Inas DJELLOUL

Caroline PAUWELS

Romain MEEUSEN

Yves VAN DER HOEVEN, Secretaris van de Raad

Glenn RONSSE, Adjunct-secretaris

Bevoegdheid:

Het Ethisch Comité verleent op verzoek van de Raad van Bestuur, van de Rector of van een Vicerector advies over dossiers met een ethische dimensie, in het bijzonder (maar niet uitsluitend) over dossiers betreffende sponsoring, fundraising en internationale samenwerking.

Zesmaandelijks bespreekt het Ethisch Comité, op voorstel van de Rector of diens afgevaardigde, een rapport over de actuele ethische vraagstukken binnen de universiteit.

2.4. REMUNERATIECOMITE- EN NOMINATIECOMITE

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden :

- 4 leden aangeduid door de Raad van Bestuur met expertise in het domein

Met raadgevende stem:

Worden ambtshalve uitgenodigd:

- de Rector of zijn/haar afgevaardigde

- Algemeen Beheerder

- Directeur M&O

Het secretariaat wordt waargenomen door het Secretariaat van de Raad.

Bevoegdheden:

Elvira HAEZENDONCK (Voorzitter)

Karsten DE CLERCK

Philippe EISELEIN

Luc DESCHOUWER

Hugo THIENPONT

Nic VAN CRAEN

Raf DEVOS

Yves VAN DER HOEVEN, Secretaris van de Raad

Glenn RONSSE, Adjunct-secretaris

Het Remuneratie- en nominatiecomité verleent advies en formuleert voorstellen aan de Raad van Bestuur met betrekking tot het remuneratiebeleid en de individuele remuneratie voor bestuurders en het management van de universiteit alsook over de profielen van de niet-ambtshalve bestuursleden en bij de periodieke evaluatie van de niet-ambtshalve bestuursleden.

Het Remuneratie- en nominatiecomité heeft tevens als opdracht het selecteren van kandidaat-externe bestuurders en het formuleren van voorstellen voor de benoeming van de externe bestuurders.

2.5. GUNNINGSCOMITE

Samenstelling:

- De Rector of zijn/haar afgevaardigde (Voorzitter)

- Algemeen Beheerder

- Expert in de Bouwkunde

- Experten

- Hoofd Juridische Dienst

Leden met raadgevende stem

Worden ambtshalve uitgenodigd:

- Hoofd Aankoopdienst

- Afdelingshoofd Directie Financiën

Marc JEGERS

Nic VAN CRAEN

Jurgen MAES

Nancy MUSSCHEBROECK

Philippe LATAIRE

Johan DE MEY

Ineke CASIER

Yves VAN DER HOEVEN

Sonia DEWULF

Nadine VERHEYEN

Andere personen kunnen de vergadering met raadgevende stem bijwonen in functie van de agenda en indien daarom verzocht door de voorzitter.

Het secretariaat wordt waargenomen door een medewerker van de Dienst Aankoop.

Bevoegdheid:

Het Gunningscomité adviseert de Raad van Bestuur en het Directiecomité i.v.m. de wijze van gunnen en de toewijzing van opdrachten van werken, leveringen en diensten.

2.6. FINANCIEEL MANAGEMENT COMITE

Samenstelling:

Externe bestuurder RvB met

Karsten DE CLERCK deskundigheid in financiën

Expert Joël BRANSON

Expert Steven VANDUFFEL

Afdelingshoofd Directie Financiën

Hoofd planning en begroting

Nadine VERHEYEN

Eddy STROOBANTS

Algemeen Beheerder Nic VAN CRAEN

Bevoegdheden:

Het Financieel Management Comité werkt conform het door de Raad van Bestuur goedgekeurde lange termijn financiële strategisch beleid (met inbegrip van het beheer van de portefeuilles en het thesauriebeheer).

Het FMC treedt op als financieel expertencomité voor de governance organen van de VUB. Het kan op vraag van de organen of op eigen initiatief adviezen formuleren.

Het FMC rapporteert halfjaarlijks (en tussentijds waar nodig) over de wijze waarop het zijn bevoegdheden heeft uitgeoefend en over de behaalde resultaten in het portefeuille- en thesauriebeheer.

3. ACADEMISCHE RAAD

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden

Ambtshalve leden

Rector (statutair voorzitter)

Vicerector Onderwijs en studentenzaken

Vicerector Onderzoek

Vicerector Innovatie en Valorisatie

Vicerector Internationalisering

Decaan faculteit LW

Decaan faculteit RC

Decaan faculteit ES

Decaan faculteit PE

Caroline PAUWELS

Jan DANCKAERT

Karin VANDERKERKEN

Hugo THIENPONT

Romain MEEUSEN

Alex HOUSEN

Miguel DEJONCKHEERE

Joël BRANSON

Johan VANDERFAEILLIE

Decaan faculteit IR Francis BERGHMANS

Decaan faculteit WE Ben CRAPS

Decaan faculteit GF Dirk DEVROEY

Decaan faculteit LK

Niet-ambtshalve leden

Afgevaardigden OAP

Afgevaardigden Studenten

Evert ZINZEN

Jana GOYVAERTS plvv. Mathias MEERT

Geoffrey JANSSENS/ plvv. Matthias EGGERMONT

Michael VAN DEN POEL / plvv. Lula MARIS

Caitlin JANSEN / plvv. Jolien LERSBERGHE

Afgevaardigden ATP

Plaatsvervangende leden

Voor de ambtshalve effectieve leden

Inge CORNILLIE / plvv. / Nina BRIGOU / plvv. Thomas ENGWEGEN

overeenkomstig Organiek Statuut

Voor de niet-ambtshalve effectieve leden de door de Academische Raad aangeduide plaatsvervangers overeenkomstig Huishoudelijk Reglement Academische Raad c.q. het Participatiereglement, voor wat betreft de studentleden.

Leden met raadgevende stem:

Voor de ATP-leden: via rechtstreekse verkiezing

Algemeen Beheerder van de Universiteit Nic VAN CRAEN

Directeur Personeel van de Universiteit Raf DEVOS

Afgevaardigde Instituut voor Europese Studies Alexander MATTELAER / plvv. Sven VAN KERCKHOVEN

Bevoegdheid:

De Academische Raad is het hoogste academisch advies- en overlegorgaan op het gebied van academisch strategisch beleid.

De beslissingsbevoegdheid betreft het aanstellen, evalueren en bevorderen van Academisch Personeel. Zie ook O.S. art. 39 t.e.m. 41.

ONDERSTEUNENDE RADEN INZAKE ACADEMISCH BELEID

3.1. ONDERWIJSRAAD

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden:

Vicerector Onderwijs en Studentenzaken (Voorzitter) Jan DANCKAERT

ZAP

OAP

LW Esli STRUYS / plvv. Wouter RYCKBOSCH

RC /

ES Jo PIERSON / plvv. Bert SCHREURS

PE Koen LOMBAERTS / plvv. Joeri HOFMANS

WE Dominique MAES / plvv. Wolfgang DE MEUTER

IR Annick HUBIN / plvv. Svend BRAM

GF Nicole POULIART / plvv. Yvan VANDER HEYDEN

LK Bart ROELANDS / plvv. Erik CATTRYSSE

MILO Jill SURMONT

IES Sven VAN KERCKHOVEN / plvv. Alexander MATTELAER

LW Jan MATHE/ plvv. Tatiana PIETERS

RC /

ES Tom DE WINTER / plvv. Julie VANDERLEYDEN

PE Margot GARRÉ/ plvv. Jennifer DE CREMER

WE Imke BOONEN / plvv. Arne VAN ANTWERPEN

IR /

GF Iris STEENHOUT / plvv. Lara VESENTINI

LK Yanni VERHAVERT/ plvv. Sofie SMISMANS

STUDENTEN LW Lula MARIS

RC Alexander VAN DE SANDE

ES /

PE Aron BRANCKAERT

WE / IR Ruben SIMONS

GF Caitlin JANSEN

LK /

Leden met Raadgevende Stem:

De Centrale ombudsman/vrouw

De door de vicerector onderwijs en studentenzaken daartoe aangeduide medewerkers van het Departement Onderwijs en Studentenzaken

De Algemeen Beheerder van de VUB

De Voorzitter van de Commissie middelen

Nic VAN CRAEN

Secretaris: de verantwoordelijke van het Departement Onderwijs en Studentenzaken Vanessa DE COCK

Bevoegdheid:

O.S. art. 46 en 47

3.2. ONDERZOEKSRAAD

Samenstelling:

Vicerector Onderzoek (Voorzitter) Karin VANDERKERKEN

2 effectieve en 2 plaatsvervangende leden per faculteit met streven naar genderevenwicht

Faculteit LW

Faculteit RC

eff.: Rik VOSTERS / Nel DE MÛELENARE plvv.: Inge ARTEEL / Paul ERDKAMP

eff.: Sofie DE KIMPE / Koen BYTTEBIER plvv.: Kristel BEYENS / Guido VAN LIMBERGHEN

Faculteit ES eff.: Malaika BRENGMAN / Kevin SMETS plvv.: Lieselot VANHAVERBEKE / Pieter-Paul VERHAEGHE

Faculteit PE

Faculteit LK

eff.: Frank VAN OVERWALLE / Liesbeth DE DONDER plvv.: Gina ROSSI / Free DE BACKER

eff.: Kristine DE MAERTELAER / Jo NIJS plvv.: Paul WYLLEMAN / Eva D’HONDT

Faculteit WE eff.: Wim VERSÉES / Ann NOWÉ plvv.: David BASSENS / Steven GODERIS

Faculteit IR

Faculteit GF

eff.: Bram VANDERBORGHT / Marijke HUYSMANS plvv.: Herman TERRYN / Niels DE TEMMERMAN

eff.: Koen PUTMAN / Tamara VANHAECKE plvv.: Vicky CAVELIERS / Ivan BAUTMANS

1 effectief lid en 1 plaatsvervanger niet beiden van hetzelfde geslacht, aangeduid per School of Arts binnen de Associatie

KCB

RITS

eff.: Jan DE WINNE

plvv.: Jan MICHIELS

eff.: Klaas TINDEMANS plvv.: Ann OLAERTS

Leden met Raadgevende Stem

Vicerector Innovatie & Valorisatie of plvv Hugo THIENPONT

Algemeen Beheerder van de VUB

Nic VAN CRAEN

Vijf waarnemers, aangeduid door de AR Philippe CLAEYS (ZAP)

Mathieu DECLERCK (ZAP)

Steven PROVYN (ZAP)

Mathias MEERT (OAP)

Jana GOYVAERTS (OAP)

Een afvaardiging vanuit het UMC-comité

Een academisch vertegenwoordiger vanuit

DICT-VSC voor de onderzoeksgerelateerde ICT

Bevoegdheid:

O.S. art. 49 en 50

Aude BONEHILL

Stefan WECKX

3.3. INNOVATIE- EN VALORISATIERAAD

Samenstelling:

Leden die tevens in de IOF-Raad zetelen:

Hugo THIENPONT (Voorzitter)

Karin VANDERKERKEN

Romain MEEUSEN

Vicerector Innovatie- en Valorisatie IR

Vicerector Onderzoek GF

Vicerector Internationalisering LK

Peter SCHELKENS IR

Pieter BALLON ES

Ann NOWÉ WE

Thomas CRISPEELS ES

Dominique MAES WE

Tony LAHOUTTE (raadgevend) GF/UZ

Bijkomende leden:

Dominique VERTÉ PE

Koen KERREMANS LW

Fabienne BRISON RC

In functie van de agenda en voorliggende dossiers kunnen experten worden uitgenodigd.

Secretariaat: TTI

Bevoegdheid:

O.S. art. 52 en 53

3.4. RAAD INTERNATIONAAL BELEID

Samenstelling:

Vicerector Internationalisering (Voorzitter)

Romain MEEUSEN

Effectieve ZAP-leden, plaatsvervangend ZAP-lid, raadgevend ATP-lid

LW ZAP ATP

RC ZAP ATP

ES ZAP ATP

PE ZAP ATP

WE ZAP ATP

IR ZAP ATP

GF ZAP ATP

LK ZAP ATP

Vertegenwoordigers Studentenraad:

Adam NAJJAR.

Tchouateu Cuttbert WATTONG

Leden met Raadgevende Stem:

eff.: Ann PEETERS / Bart LAMBERT

Lorenzo GUELI

Lucas DE MELO MELGAÇO / Kim VAN DER BORGHT

Edith CLAES

Ilse SCHEERLINCK / Leo VAN AUDENHOVE

Jonas LOOS

Chang ZHU / Tim VANTILBORGH

Freya DE VROEDE

Matthieu KERVYN / Beat SIGNER

Marjan MAES

Heidi OTTEVAERE / Lincy PYL

Pauline DE PELSMACKER

Debby MANGELINGS / Ellen GOOSSENS

Irén VARGA

David BECKWEE / Paul WYLLEMAN

Katrijn D’HERDT

Vertegenwoordiger BSoG Sven VAN KERCKHOVEN

Back up BSoG Anthony ANTOINE

Directeur IRMO

Vertegenwoordiger OWSB

Vertegenwoordiger R&D

Jacqueline COUDER

Daphné COOMANS

Mieke GIJSEMANS

Vertegenwoordiger Techtransfer Jessica HEKKING

Vertegenwoordiger MARCOM Hans PYCKHOUT

Secretariaat

Bevoegdheid:

O.S. art. 55 en 56

Jacqueline COUDER

ADVISERENDE ORGANEN VAN DE ACADEMISCHE RAAD

3.5. PERMANENT ADVIESORGAAN IN HET KADER VAN GESCHILLEN BETREFFENDE VERDERZETTING VAN DOCTORAATSPROEFSCHRIFTEN

Samenstelling:

- De voorzitter van de Academische Raad, die het adviesorgaan voorzit

- Minstens twee Vicerectoren, met uitzondering van de Vicerector Onderzoek

- Twee leden van het overig academisch personeel uit de Academische Raad

- Een jurist van het departement Onderzoek, die optreedt als secretaris van het adviesorgaan De nominatim samenstelling gebeurt ad hoc, afhankelijk van de casus.

Bevoegdheid:

Het Adviesorgaan in het kader van geschillen betreffende de verderzetting van doctoraatsproefschriften behandelt en geeft bindend advies inzake geschillen betreffende de verderzetting van doctoraatsproefschriften.

3.6. COMMISSIE VOOR WETENSCHAPPELIJKE INTEGRITEIT

Samenstelling:

Vaste leden

Voorzitter

Een juridisch-academisch expert en zijn plaatsvervanger

- 2 vertegenwoordigers uit Humane en Sociale Wetenschappen

- 2 vertegenwoordigers Basis, Natuur en Toegepaste Wetenschappen

- 2 vertegenwoordigers Biowetenschappen en Geneeskunde

Paul GEERLINGS

Daniël DE WOLF

Jean-Paul VAN BENDEGEM / Inge ARTEEL

Patrick DE BAETSELIER / Henri DE GREVE

Inge LIEBAERS / Jacques DE GRÈVE

Met raadgevende stem een jurist van R&D die tevens als plaatsvervanger van de secretaris in geval van overmacht en/of langdurige afwezigheid wordt aangeduid

Secretaris

Bevoegdheid:

John PIERSON

De Commissie Wetenschappelijke Integriteit spreekt zich in een advies uit over het bestaan van een inbreuk op de wetenschappelijke integriteit en is met uitsluiting van studenten bevoegd voor inbreuken gepleegd door personen die op het ogenblik van de vermeende inbreuk in het kader van een onderzoeksactiviteit verbonden waren aan de Vrije Universiteit Brussel.

4. DIRECTIECOMITE

Samenstelling:

Rector (Voorzitter)

Algemeen Beheerder

De leidinggevenden van de rectorale en centrale administratieve diensten:

Afdelingshoofd Onderwijs en Studentenzaken

Afdelingshoofd Onderzoek

Afdelingshoofd Innovatie en Valorisatie

Afdelingshoofd Internationalisering

Directeur MARCOM

Caroline PAUWELS

Nic VAN CRAEN

Vanessa DE COCK

Mieke GIJSEMANS

Sonja HAESEN

Jacqueline COUDER

Ann VAN DRIESSCHE

Directeur Personeel Raf DEVOS

Directeur Infrastructuur Iwein BAEYENS

Afdelingshoofd Directie Financiën Nadine VERHEYEN

CIO Henri VANROELEN

Eén vertegenwoordiger van het facultair administratief en technisch personeel, aangeduid door en onder de facultaire administratief secretarissen met niveau A Tanja THIJS

Bevoegdheid:

Het Directiecomité staat in voor de dagelijkse werking van de universiteit op zowel administratief, logistiek als financieel vlak. Zie ook O.S. art. 58 en 59.

BELEIDSADVISERENDE ORGANEN VAN HET DIRECTIECOMITE

4.1. BEHEERSCOMITE BIBLIOTHEEK

Samenstelling:

Rector of haar afgevaardigde (Voorzitter)

8 ZAP (1 per faculteit, aangeduid

Jan STEYAERT

LW Diana CASTILLEJA/ plvv. Steffen DUCHEYNE door fac., waaruit 1 ondervoorzitter)

RC Daniël DE WOLF / plvv. Canigia MESTDAGH

ES Benjamin DE CLEEN / plvv. Malaika BRENGMAN

PE Gina ROSSI / plvv. Wim VAN DEN BROECK

WE Remy LORIS/ plvv. Ronnie WILLAERT

IR Philippe CARA /plvv. Wendy MEULEBROECK

GF Joeri AERTS / plvv. Eline TOMMELEIN

LK Eva D’HONDT/ plvv. Tom DELIENS

OAP Geoffrey Janssens / Sara Tori

Vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken

Vicerectoraat Onderzoeksbeleid

4 studenten

1 lid ATP (verkozen uit personeel BI)

Vertegenwoordiger VECO vzw

Vertegenwoordiger ACTO

Met raadgevende stem

- Hoofdbibliothecaris

- De Decanen

Bevoegdheid:

Stijn VAN ACHTER / Steven VAN LUCHENE

Elisa MAES/ Mieke GIJSEMANS

Lula MARIS (LW) / plvv. /

Inas DJELLOUL (ES) / plvv. / Alexander VAN DE SANDE (RC) / plvv. / /

Els VERCAMMEN / Katrien ALEWAETERS

Tom WITTOCX /

Barbara LOUWAGIE/ plvv. Philipp BEKAERT

Patrick VANOUPLINES

Staat in voor het beleid van de VUB-documentatie en voor de externe betrekkingen die de VUB heeft met andere instellingen op het vlak van documentatie.

4.2. ICT-RAAD

Samenstelling:

Voorzitter (Academicus)

Ondervoorzitter (CIO)

Yves ROLAIN/ plvv. CIO

Henri VANROELEN

1 afgevaardigde per faculteit (+ plvv)

Studentenvertegenwoordiger

Academisch vertegenwoordiger Bestuurscollege SISC

Vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken

Vicerectoraat Onderzoek

Vicerectoraat Innovatie en Valorisatie

Vicerectoraat Internationalisering

Algemeen Beheerder en Dienst Strategie en beleidsvoorbereiding

Mens&Organisatie

Directie financiën

Universiteitsarchief

Universiteitsbibliotheek

MARCOM

Directie Infrastructuur en Facility Management

Bevoegdheid:

Aansturing van en adviesverlening over het ICT beleid.

LW Koen KERREMANS / plvv Benoit HENRIET

RC Eline LABEY /plvv. /

ES Alexandre THYS / plvv. Michel DEDEYNE/ Yvan WYNANT

PE Peter THEUNS / plvv. Sarah DURY

WE Philippe CARA / plvv. Ann DOOMS

IR Bart JANSEN / plvv. Wim THIERY

GF Sven VAN LAERE / plvv. John KELLEN

LK Arnau DILLEN/ plvv. Sander DE BOCK

Ruben SIMONS / plvv. Carlo GIUDICE

Stefan WECKX

Stijn VAN ACHTER / plvv. Sofie DE SMET

Elisa MAES / plvv. Eva VON RAUCH

Qing CAI / plvv. Diana KENTSCH

Diana KENTSCH/ plvv. Qing CAI

Jeroen DE SAMBLANCX/ plvv. /

Majlinda ABDULI / plvv. Joeri COOREMAN

Nadine VERHEYEN / plvv. Erez SHIMEL

Ward VAN STEENKISTE / plvv. Frank SCHEELINGS

Stefaan RENARD /plvv. Patrick VANOUPLINES

Hugo DEMAEGD /plvv. Rob VANDEREYCKEN

Serge GILEN / plvv. Sven DEVILLÉ

5. STUDENTENRAAD

Samenstelling:

Effectief

ES Inas DJELLOUL

RC Michaël VAN DEN POEL

RC Sueann JEANINNE VANDEPUTTE

Opvolgers

ES Emelijn DE PAUW

LW Dorvedi Stefanie MULDER

LW Emmanouil STIVAKTAKIS

ES Sasha SOLAU (Voorzitter) IR

ES Carlo Giovanni GIUDICE

LW Lula MARIS

PE Liesl DE PAUW

ES Matthias LORIES

GF Jolien LERSBERGHE (Ondervoorzitter)

RC Alexander REMBERT G VAN DE SANDE

GF Caitlin JANSEN

WE Clara Malwine SCHÜBERT

IR Ruben SIMONS

LW Tchouateu Cuttbert WATONG

LK Emilio CALLIES

ES Hadi NAJAFI

GF Vincent MINGNEAU

ES Haci Ahmet UNLU

PE Aron BRANCKAERT

LW Yorben VAN DE WEGHE

Bevoegdheid:

De Studentenraad verdedigt de belangen van de studenten en kan o.a. uit eigen beweging een schriftelijk advies verstrekken over alle aangelegenheden die de studenten aanbelangen.

Zie ook Participatiereglement.

6. STUVORAAD

Samenstelling:

Rechtstreeks verkozen studenten

Sasha SOLAU

Lula MARIS

Inas DJELLOUL

Ruben SIMONS

Clara SCHUBERT

Matthias LORIES

Vincent MINGNEAU

Emilio CALLIES

Sueann VANDEPUTTE

Cuttbert WATONG

Bevoegdheid:

Leden aangeduid door de Raad van Bestuur

Jolien LERSBERGHE

Michaël VAN DEN POEL

Carlo GIUDICE

Alexander VAN DE SANDE

Caitlin JANSEN

Hadi NAJAFI

Ahmet UNLU

Aron BRANCKAERT

Yorben VAN DE WEGHE

Liesl DE PAUW

De Stuvoraad is o.a. bevoegd voor het opmaken van een beleidsplan en een jaar- en meerjarenbegroting voor de werking en organisatie van de studentenvoorzieningen en voor de opmaak van het jaarverslag over de studentenvoorzieningen. Zie ook Participatiereglement.

7. BESTUURSCOLLEGE UZ BRUSSEL

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden de rector

een vicerector

Caroline PAUWELS

Hugo THIENPONT de Decaan van de faculteit Geneeskunde en Farmacie

Dirk DEVROEY de Voorzitter van de Raad van Bestuur

Karsten DE CLERCK de Algemeen Beheerder van de Universiteit

5 externe leden

4 artsen verbonden aan het UZ Brussel

één niet-arts als personeelslid verbonden aan het UZ-Brussel

Leden met raadgevende stem: (art. 76 van het O.S.)

Gedelegeerd Bestuurder UZB

De Directeur Algemeen Beheer

Hoofdgeneesheer UZB

Secretaris BCUZ (art. 75, § 6 van het O.S.)

Bevoegdheid:

Organisatie, werking en het beheer van het UZ Brussel. Zie ook O.S. art. 77.Zie ook O.S. art. 77.

Nic VAN CRAEN

Jean-Luc VANRAES (Voorzitter)

Yolande AVONTROODT

Erik DERYCKE

Guy PEETERS

René SPILIERS

Johan DE MEY

Mark DE RIDDER (Ondervoorzitter)

Dirk SMETS

Steven RAEYMAECKERS

Kirsten VANDEPUT

Marc NOPPEN

Olivier NAEYAERT

Jan SCHOTS

Hilde HAEGEMAN

8. DIRECTIECOMITE UZ BRUSSEL

Samenstelling:

Gedelegeerd Bestuurder, Voorzitter Directiecomité

Directeur Algemeen Beheer, Ondervoorzitter Directiecomité

Marc NOPPEN

Olivier NAEYAERT

Hoofdarts en Medisch Directeur Jan SCHOTS

Directeur Departement Verpleeg- en Vroedkunde

Ria VANSCHOENWINKEL

Directeur HR Jan VAN RAES

Directeur ICT, Biotechniek, Patiëntenadministratie en Kwaliteit Tom COOLEN

Bevoegdheid:

Operationele aangelegenheden gedelegeerd door de Raad van Bestuur en het Bestuurscollege UZ Brussel.

9. UMC-COMITE

Samenstelling:

Voorzitter, aangesteld onder de externe leden van BCUZ door de Universiteitsraad, op voorstel van de Rector en na advies van BCUZ en bevoegd facultair orgaan Faculteit GF

Guy PEETERS de Gedelegeerd Bestuurder UZB

Marc NOPPEN een lid van het Directiecomité UZB

Olivier NAEYAERT de Decaan Faculteit GF Dirk DEVROEY een lid aangesteld door het Faculteitsbestuur van de Faculteit GF Nicole POULIART

Bevoegdheid:

Verstrekt, voor alle aangelegenheden die het UZ en de faculteit GF betreffen, niet-bindend advies aan het BCUZ en de faculteit over de ontwikkeling van een samenhangend en op elkaar afgestemd beleid van het UZ en de universiteit. Zie ook O.S. art. 82.

II. AAN DE VUB VERBONDEN BIJZONDERE INSTITUTEN

1. INSTITUTE FOR EUROPEAN STUDIES (IES) - BOARD

Een uitgebreide rapportering over de werking van het Instituut For European Studies (IES) is beschikbaar in het afzonderlijk jaarverslag van het Institute for European Studies.

Samenstelling:

4 ZAP-leden met een hoofdopdracht binnen de VUB in complementaire vakgebieden binnen het wetenschapsdomein van het IES

een afgevaardigde tweejaarlijks verkozen door en onder het ZAP van het IES

6 externe leden met complementaire bestuurlijke deskundigheid met een hoofdopdracht buiten de VUB

Caroline BUTS

Tony JORIS

Leo VANAUDENHOVE

Karen DONDERS

Trisha MEYER

Karel DE GUCHT(Voorzitter)

Freddy VAN DEN SPIEGEL

Frank HOFFMEISTER

Eddy BONNE

Sarah ENGELS

Sandra GALLINA

twee afgevaardigden van de studenten

De Rector of zijn afgevaardigde

Met raadgevende stem:

• de leden van het Executive Committee

• één afgevaardigde verkozen door en onder het junior academisch personeel

• één afgevaardigde tweejaarlijks verkozen door en onder het ATP van het IES

• één afgevaardigde van de faculteit RC en één afgevaardigde van de faculteit ES, beiden

• tweejaarlijks aangeduid door de respectievelijke faculteiten

• de vicerector onderwijs en Studentenzaken of zijn/haar afgevaardigde

Smiljana CUJIC

Jonas WEINBERGER

Nic VAN CRAEN

Dean Luc SOETE, Vice-Deans

Alexander MATTELAER en Sven VAN KERCKHOVEN, ExecDir

Anthony ANTOINE en Head admin

Jacintha LIEM

Frank BILLINGSLY

Jurgen SMET

De Executive Director treedt op als secretaris Anthony ANTOINE

Bevoegdheid:

De Board is het hoogste beleidsorgaan en bepaalt het strategisch beleid van het IES. (volgens het Organiek Reglement van het IES)

2. MULTIDISCIPLINAIR

INSTITUUT

LERARENOPLEIDING (MILO)

2.1. INSTITUUTSRAAD MILO

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden

Vicerector Onderwijs

Voorzitter MILO

Ondervoorzitter MILO

Algemeen coördinator

Jan DANCKAERT

Nadine ENGELS

Els CONSUEGRA

Veerle VANDROMME

Beleidsmedewerker stage- en professionalisering /

Campuscoördinator Oranjerie

Campuscoördinator COOVI

Voorzitter Commissie Onderwijs

Alle leden van het ZAP

OAP onderwijs

OAP onderzoek

ATP vertegenwoordiger

Ingeborg PLACKLE (Lies VANERUM)

Wim KEYAERTS (Nienke VERWIJS/ Yves BLIECK)

Jo TONDEUR

Joost VAESEN

Jo TONDEUR

Wouter COOLS

Jill SURMONT

Tom KUPPENS

Iris STIERS

Bart WINDELS

Gracienne LAUWERS

Inge BOGAERT (plvv Iris GYSELS)

Ariadne WARMOES (plvv Héline VAN PETHEGEM)

Anske MERTENS (plvv. Britt VANROELEN)

Student Tilo WEBER (plvv Stefanie Dorvedi VAN MULDER)

Bevoegdheid:

Het MILO wordt belast met de organisatie en coördinatie van het onderwijs, het onderzoek en de dienstverlening in het kader van de educatieve masteropleidingen (in de studiegebieden conform het besluit van de Vlaamse Regering houdende de vastlegging van de lijst van educatieve masteropleidingen) van de Vrije Universiteit Brussel.

2. 2 DAGELIJKS BESTUUR MILO

Samenstelling:

Stemgerechtigde leden

Voorzitter

Nadine ENGELS

Ondervoorzitter Els CONSUEGRA

Algemeen Coördinator Veerle VANDROMME

Beleidsmedewerker stage- en professionalisering /

Campuscoördinator COOVI

Campuscoördinator de Oranjerie

Bevoegdheid:

Wim KEYAERTS

Ingeborg PLACKLE

Het Dagelijks Bestuur bestuurt het MILO binnen het beleidskader en onder toezicht van de Instituutsraad. Zie ook Organiek Reglement MILO art. 9.

III. WETTELIJKE ORGANEN

1. ONDERNEMINGSRAAD

Samenstelling (RVB.054/A9/07):

Werkgeversafvaardiging

-

Afgevaardigde van de RVB

- Rector

- 1 decaan of vicedecaan

- Algemeen Beheerder

- Directeur M&O

Werknemersafvaardiging

ABVV

Bedienden

- Jo COULIER

- Jenneke CHRISTIAENS

- Marina OPSOMER

Romain MEEUSEN

Caroline PAUWELS

Miguel DEJONCKHEERE

Nic VAN CRAEN

Raf DEVOS

plvv.

Patrick VANROOSE

Christoff VIERENDEELS

Rudi WILLEMS

- / Stefan DE CORTE

- Eddy CASSIMAN

- Nefertari Aurelia VANDEN BULCKE

- Stijn VAN ACHTER

- Heidi DENEWETH

- Rudi VAN CAENEGEM

- Inge VAN MOL

- Luciano MORGANTI

Kader

- Anne WINTER

- Mark RUNACRES

Jeugdige werknemers

Elena SOLONINA

Reinhard (Rein) HAUDENHUYSE

Serge GILLOT

Chris JANSSENS

Sandro GONZALEZ-MASEDA

Gunter LEUCKX

Isabelle VAN RANSBEECK

Sonja LAVAERT

Bas VAN HEUR

- Kenneth DE KOKER /

ACLVB

- Tim VAN DE VOORDE

- Alain TRIEST

- Andrea KNAEPEN

ACV

- Tania STADSBADER

Bevoegdheid:

plvv. Nikie STEVENS

Diane SORGELOOS

Serge GILEN

plvv. Fransie DE MAN

Wettelijk bepaald volgens art. 15 van de wet van 20 september 1948.

2. COMITE VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK

Samenstelling:

Werkgeversafvaardiging

- de Rector of zijn/haar afgevaardigde

- 1 afgevaardigde OAP

- Algemeen Beheerder

- Directeur M&O

Met raadgevende stem

- Directeur Infrastructuur

- Hoofd Preventie en Milieu

- Milieucoördinator

Werknemersafvaardiging

ABVV

- / plvv.

- Sandra VAN SNICK

- Jo COULIER

- Nathalie N'DOYE

- Christophe EMPSEN

- Kavadias DIMOKRITOS

- Els DUMORTIER

- Ann NOWE

- Katia SEGERS

ACLVB

- Nikie STEVENS

- Tim VAN DE VOORDE

- Serge GILEN

ACV

- Tania STADSBADER

Het secretariaat wordt waargenomen door de Preventiedienst.

Bevoegdheid: Wettelijk bepaald (art. 837, eerste lid, ARAB).

plvv.

Patrick STOUTHUYSEN

Mathias MEERT

Nic VAN CRAEN

Raf DEVOS

Iwein BAEYENS

Christel VAN DEN BOSSCHE

Dimitri DEVUYST

Michael KORNTHEUER

Marie-Anne STRAETMANS

Tijn EERDEKENS

Marnix VERLEYSEN

Frank VAN DER KELEN

Melissa HORLAIT

John PEARSON

Julie BERTONE

Peter CLARYS

Diane SORGELOOS

Linda WILLEMS

Andrea KNAEPEN

Geert VANDER PUTTEN

3. PATRONALE DELEGATIE SYNDICALE ONDERHANDELINGEN

Samenstelling:

- Afgevaardigde van de RVB

- Rector

- 1 decaan of vicedecaan

- Algemeen Beheerder

- Directeur M&O

- 1 afgev. ZAP uit de Universiteitsraad

- 1 afgev. OAP uit de Universiteitsraad

- 1 afgev. ATP uit de Universiteitsraad

Het secretariaat wordt waargenomen door het Secretariaat van de Raad.

Bevoegdheid:

Bespreking van alle personeelsaangelegenheden

Romain MEEUSEN

Caroline PAUWELS

Evert ZINZEN

Nic VAN CRAEN

Raf DEVOS

Dominique VERTE

Mathias MEERT

Inge CORNILLIE

4. BIOVEILIGHEIDSCOMITES

Samenstelling:

Bioveiligheidscomité voor de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Patrick VANDERHEYDEN, Voorzitter

Geert ANGENON

Stefan WECKX

Maia DE KERPEL

Geert RAES

Han REMAUT

Luc LEYNS

Patrick VANDERHEYDEN

Christel VAN DEN BOSSCHE, Preventieadviseur

Dimitri DEVUYST, Milieucoördinator

Serge GILEN

Daniella WAGEMANS, Arbeidsarts VUB

Waler KEMPENAERS, Bioveiligheidsverantwoordelijke en Secretaris

Bioveiligheidscomité UMC (VUB & UZ, Brussels Health Campus)

Bart VAN DER AUWERA, Voorzitter

Walter KEMPENAERS, Bioveiligheidsverantwoordelijke en Secretaris

Nico VAN ELZEN, Milieucoördinator UZ

Dimitri DEVUYST, Milieucoördinator VUB

Veerle VAN CUTSEM, Preventieadviseur UZ

Christel VAN DEN BOSSCHE, Preventieadviseur VUB

Hilde DEVROEGH, Arbeidsarts UZ

Daniella WAGEMANS, Arbeidsarts VUB

Dirk DE SMEDT, Labo Medische Genetica UZ

Karine HELLEMANS, DRC - VUB

Yves HEREMANS, BENE - VUB

Ron KOOIJMAN, FARC - VUB

Karin BRECKPOT, LMCT - VUB

Angelo WILLEMS, LMCT - VUB

Isabelle HOUBRACKEN, DIFF - VUB

Thierry VANDENDRIESSCHE, GTRM - VUB

Kristof EMMERECHTS, Labo microbiologie - UZ

Johan GUNS, Kwaliteitscoördinator UZ

Bevoegdheden:

- Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 8 november 2001 (B.S. 26 februari 2002) betreffende het ingeperkt gebruik van genetisch gemodificeerde en/of pathogene organismen en betreffende de indeling van de betrokken installaties;

- Artikel 6 van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 8 november 2001 (B.S. 26 februari 2002) betreffende de taken en de samenstelling van het bioveiligheidscomité.

5. RAAD INDUSTRIEEL ONDERZOEKSFONDS

(IOF-RAAD)

Samenstelling:

De IOF-raad bestaat ten minste uit 12 leden en is onderverdeeld in 3 geledingen.

- Geleding 1: personeelsleden van de universiteit waarvan ten minste een vierde en ten hoogste de helft tegelijkertijd lid van de OZR is:

Hugo THIENPONT, Voorzitter (Vicerector Innovatie en Valorisatie)

Karin VANDERKERKEN (Vicerector Onderzoek)

Romain MEEUSEN (Vicerector Internationalisering)

Peter SCHELKENS IR GF LK IR

Ann NOWÉ WE

Pieter BALLON ES

Thomas CRISPEELS ES

Dominique MAES WE

Tony LAHOUTTE GF/UZ

- Geleding 2: personeelsleden van de hogescholen bij de associatie:

- Geleding 3: vertegenwoordigers van het bedrijfsleven:

Bevoegdheid:

Gerard HUYSMANS

Elham MAMSOURY EhB EhB

Martine TEMPELS

Marlies DE BOECK

Isabelle VAN DER HAEGEN

Ingrid VAN DE VOORDE

René DEKEYZER

Ingrid VAN DE VOORDE

Telenet (life sciences)

J&J (life sciences)

Roche (life sciences)

Nokia Bell-labs (engineering)

Synergism 10 (previous Agfa Gevaert) (material sciences)

Nokia Bell-labs (ICT)

Adviseren van het universiteits- of associatiebestuur over de besteding van de middelen van het Industrieel Onderzoeksfonds.

6. CEL DIERWELZIJN

Samenstelling:

- ANIMAL WELFARE BODY (AWB)

- Voorzitter, vertegenwoordiger AWB in de Ethische Commissie Proefdieren

- Vice-voorzitter

- Secretaris

- Minimum 2 leden van elk LA-nummer aangesloten aan de VUB

Bevoegdheid:

De AWB staat in voor de dagelijkse werking van de Cel Dierwelzijn.

De Cel Dierwelzijn vervult ten minste de volgende taken:

Sophie HERNOT

Dorien VAN SAEN

Marleen CLAES

1° Verstrekken van advies aan het personeel dat met de proefdieren omgaat betreffende dierenwelzijn in samenhang met de aanschaf, de huisvesting, de verzorging en het gebruik van de proefdieren;

2° Adviseren van het personeel over de toepassing van het voorschrift inzake vervanging, vermindering en verfijning en het op de hoogte houden van de technische en wetenschappelijke ontwikkelingen inzake de toepassing van dat voorschrift;

3° Zorg dragen voor de vaststelling en toetsing van bedrijfsinterne procedures inzake monitoring, rapportage en follow-up met betrekking tot het welzijn van de in de inrichting gehuisveste of gebruikte proefdieren;

4° De ontwikkeling en resultaten van projecten opvolgen, rekening houdend met de effecten op de gebruikte proefdieren, het in kaart brengen van de elementen die verder kunnen bijdragen tot vervanging, vermindering en verfijning en hierover adviseren;

5° Advies uitbrengen over adoptieregelingen, met inbegrip van advies met betrekking tot de passende socialisatie van de voor adoptie vrijgegeven proefdieren;

6° Er op letten dat het fokken, de huisvesting en de verzorging worden verfijnd teneinde elke vorm van pijn, lijden, angst en blijvende schade die de dieren kunnen ondervinden, te voorkomen of tot het minimum te beperken.

IV. REGLEMENTAIRE ORGANEN

1. BEROEPSCOMMISSIE ZELFSTANDIG ACADEMISCH PERSONEEL

Samenstelling:

De beroepscommissie bestaat uit drie effectieve en drie plaatsvervangende leden, die allen leden van het ZAP zijn. Ze worden jaarlijks door de raad van bestuur aangeduid, op voorstel van de rector. De raad van bestuur wijst onder hen de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter aan, die beiden juristen zijn. De leden van de beroepscommissie mogen geen effectieve noch plaatsvervangende leden van de raad van bestuur zijn. Het mandaat van een lid van de beroepscommissie is hernieuwbaar.

Als secretaris van de beroepscommissie evaluatie treedt een personeelslid op van de personeelsdienst of van de juridische dienst, die bij voorkeur een jurist is. De secretaris en de plaatsvervanger van de secretaris worden jaarlijks door de raad van bestuur aangeduid. Van elke representatieve vakbondorganisatie vertegenwoordigd in de ondernemingsraad van de universiteit wordt een vertegenwoordiger uitgenodigd om de zitting als waarnemer bij te wonen.

Bevoegdheid:

Voorzitter: Filiep DERUYCK / plvv. Elisabeth ALOFS

Effectieve leden: Peter THEUNS

Niels DE TEMMERMAN Plaatsvervangers: /

Brengt advies uit over de gegrondheid van een beroep, ten behoeve van de Raad van Bestuur.

2. BEROEPSCOMMISSIE ASSISTEREND ACADEMISCH PERSONEEL

Samenstelling:

De beroepscommissie bestaat uit drie effectieve en drie plaatsvervangende leden van het ZAP en drie effectieve en drie plaatsvervangende leden van het AAP. Ze worden jaarlijks door de Raad van Bestuur aangeduid, op voorstel van de Rector. De Raad van Bestuur wijst onder hen de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter aan, die beiden juristen zijn.

De leden van de beroepscommissie mogen geen effectieve noch plaatsvervangende leden van de Raad van Bestuur zijn.

Het mandaat van een lid van de beroepscommissie is hernieuwbaar.

ZAP-leden:

Voorzitter: Eline SEVERS/ plvv. Filiep DERUYCK

Effectieve leden:

Philippe CLAEYS

Dominique MAES

Plaatsvervangers:

Ivan BAUTMANS /

AAP-leden:

Effectieve leden:

Laura EMERY

Jeremy DE PLECKER

Matthias EGGERMONT

Plaatsvervangers:

Maarten CNUDDE

Als secretaris van de beroepscommissie treedt een personeelslid op van de personeelsdienst of van de juridische dienst, die bij voorkeur een jurist is. De secretaris en de plaatsvervanger van de secretaris worden jaarlijks door de Raad van Bestuur aangeduid. Van elke representatieve vakbondorganisatie wordt een vertegenwoordiger uitgenodigd om de zitting als waarnemer bij te wonen.

Bevoegdheid:

Ineke CASIER/ plvv. Yves VAN DER HOEVEN

Brengt advies uit over de gegrondheid van een beroep, ten behoeve van de Raad van Bestuur.

Ineke CASIER/ plvv. Yves VAN DER HOEVEN

3. BEROEPSCOMMISSIE INZAKE EVALUATIE ATP

Samenstelling:

cf. art. 60 van het Reglement voor het Administratief en Technisch Personeel ten laste van de Werkingsuitkering & art. 25 van het Reglement voor het Administratief en Technisch Personeel buiten de werkingsuitkering

- de Algemeen Beheerder (Voorzitter)

Nic VAN CRAEN

- de directeur M&O Raf DEVOS

- een lid van het ZAP, aangeduid door de Raad van Bestuur

- een lid van het ATP, aangeduid door de Raad van Bestuur

- De arbeidsarts zetelt met raadgevende stem.

Wilfried RAUWS

Goedele NUYTTENS

Daniella WAGEMANS

Een personeelslid die jurist is, treedt op als niet-stemgerechtigd secretaris.

Bevoegdheid:

Fungeert als beroepsinstantie met adviserende bevoegdheid voor de behandeling van een bezwaarschrift tegen een evaluatieverslag bij de periodieke evaluatie.

4. BIJZONDERE TUCHTCOMMISSIE

Samenstelling:

3 effectieve leden en 3 plaatsvervangende leden van het ZAP, waaronder de voorzitter (die bij voorkeur houder is van een diploma van doctor in de rechten); ten hoogste 1 van de 3 leden mag een op rust gesteld lid van het ZAP zijn, voor zover en zolang hij/zij nog met enige academische opdracht belast is

1 lid en 1 plaatsvervanger van het OAP

Kaat LEUS (Voorzitter)/ plvv. Guido VAN LIMBERGHEN

Annick HUBIN/ plvv. Luc BOUWENS

Miguel DE JONCKHEERE/ plvv. Michel MAUS

Elien HELEVEN/ plvv. Alexandre THYS 1 lid en 1 plaatsvervanger van het ATP Nic VAN CRAEN/ plvv. Vanessa DE COCK 1 ondersteunend secretaris en plaatsvervanger Ineke CASIER/ plvv. Yves VAN DER HOEVEN

Bevoegdheid:

Behandelt de door de Rector doorverwezen tuchtdossiers.

5. RAAD VAN BEROEP INZAKE TUCHTREGELING ATP

Samenstelling:

De Raad van Beroep bestaat uit 5 leden,

Wilfried RAUWS (Voorzitter) jaarlijks aangeduid door de RvB.

Geert DEBERSAQUES (plvv. voorzitter)

Vanessa DE COCK

Myriam GYSEMANS

Nadine VERHEYEN

De secretaris van de Raad van Beroep is een personeelslid die bij voorkeur een jurist is, en wordt jaarlijks aangeduid door de RvB

Bevoegdheid: Bepaald in de Collectieve arbeidsovereenkomst inzake tucht

6. TUCHTCOMMISSIE STUDENTEN

Samenstelling:

- De Rector of haar/zijn afgevaardigde, aangeduid door de Raad van Bestuur op voordracht van de Rector (= Voorzitter)

Ineke CASIER/ plvv. Yves VAN DER HOEVEN

Patrick STOUTHUYSEN

- 3 leden van het AP aangeduid door de Raad van Bestuur An-Sofie SMETCOREN

Hannelore STEGEN

Timothy DE DEYN

- 3 studentleden aangeduid door de Studentenraad

Vincent MINGNEAU

Caitlin JANSEN

Sueann VANDEPUTTE

Het secretariaat wordt waargenomen door de Juridische Dienst

Bevoegdheid: bepaald in het Orde- en Tuchtreglement Studenten VUB (laatst gewijzigd door de RVB op 28 april 2020).

V. OVERIGE ADVIESORGANEN

1. KUNST- EN CULTUURADVIESCOMMISSIE

Samenstelling:

Voorzitter KCAC

Stroomlijning UZ-VUB Kunstencommissie

Coördinator Dienst Cultuur VUB

2 Experten Beeldende Kunsten

2 Experten Muziek

2 Experten Podiumkunsten

2 Experten Kunst & Wetenschap

Bevoegdheid:

Eddy VAN GELDER

Jan BEECKMANS

Lieselotte VANEECKHAUTE

Evelyn SIMONS /

Rita JASHARI /

Hendrik DE SMET Dries DOUIBI

Christophe DE JAEGER Karen VERSCHOOREN

De Kunst- en Cultuuradviescommissie fungeert als reflectie- en adviesorgaan. De commissie reflecteert over de programmatie van de dienst Cultuur in de vernieuwde culturele infrastructuur en geeft advies m.b.t. de aankoop/ verwerving van kunst (e.g. Kunstintegratie, uitbouw Kunstcollectie, …).

De Commissaris van de Vlaamse Regering wordt met raadgevende stem uitgenodigd voor alle vergaderingen van de beslissingsorganen van de universiteit.

- Mevr. Karla VAN LINT, Commissaris Vlaamse Regering

RUBRIEK 2 ORGANISATIESTRUCTUUR: DECENTRALE ORGANEN

FACULTEIT LETTEREN EN WIJSBEGEERTE

Pleinlaan 2 – 1050 Brussel

Tel: +32 2 629.39.05 E-mail: faclw@vub.be

SAMENSTELLING COMMISSIES 2021-2022(1)

FACULTAIRE BESTUURSORGANEN LW(2)

FACULTEITSBUREAU

Stemgerechtigde leden

Decaan:

A. Housen

Vice-decaan: P. Erdkamp

Academisch secretaris: G. Cornelis

Lid met raadgevende stem

Academisch directeur:

K. Nys

Administratief Secretaris: K. De Cnijf E. Cassiman

Vaste uitnodiging met raadgevende stem

Voorzitter COZ: N. De Mûelenaere

Voorzitter COW: E. Struys

Voorzitter FACIR: A. Peeters

Voorzitter COMMAR: B. Lambert

Voorzitter HARP: P. Erdkamp

Voorzitter LIST: R. Vosters

FACULTEITSBESTUUR

Stemgerechtigde leden

Decaan:

A. Housen

Vice-Decaan: P. Erdkamp

Academisch secretaris: G. Cornelis

Vakgroepvoorzitter HARP(3): P. Erdkamp – plvv: NN

Vakgroepvoorzitter LIST(4): R. Vosters – plvv: E. Struys

Opleidingsraadvoorzitter FILO(5): G. Coene – plvv: E. Acosta

Opleidingsraadvoorzitter HIST(6): W. Ryckbosch – plvv: B. Henriet

Opleidingsraadvoorzitter SKAR(7): D. Tys – plvv: P. Martens Karin Nys (ai)

Opleidingsraadvoorzitter OAHD(8): F. Scheelings – plvv: B. Ballaux

Opleidingsraadvoorzitter TALK(9): A. Vande Casteele – plvv: J. Hauthal

Opleidingsraadvoorzitter TTKA(10): A. Sepp – plvv: K. Kerremans

Opleidingsraadvoorzitter MUMA(11): A. Peeters – plvv: S. Keulen

Afgevaardigde van het OAP: D De Vriese – plvv: NN

Afgevaardigde van de studenten: Yorben Van De Weghe - plvv: Lula Maris

Afgevaardigde van het ATP: S. De Paepe – plvv: NN

Leden met raadgevende stem

Academisch Directeur: K. Nys

Administratief Secretaris: K. De Cnijf - E. Cassiman

Facultair ZAP-afgevaardigde in de Universiteitsraad: W. Vandenbussche – plvv: K. François

Facultair OAP-afgevaardigde in de Universiteitsraad: Mathias Meert – plvv: Carolien Van Nerom

Voorzitter COW: E. Struys – plvv: W. Ryckbosch

Voorzitter COZ: N. De Mûelenaere – plvv: B. Van Kerkhove

Voorzitter FACIR: A. Peeters - B. Lambert

Voorzitter COMMAR: B. Lambert

Facultaire Studietrajectbegeleiders: J. Huvaere en S. Ceulemans

FACULTEITSRAAD

Stemgerechtigde leden

Decaan: A. Housen

Vice-Decaan: P. Erdkamp Academisch secretaris: G. Cornelis

Per vakgroep twaalf leden van het ZAP:

HARP (voorzitter: J. Tyssens)

FILO: B/ Van Kerkhove – plvv: E. Acosta

FILO: K. Verstrynge – plvv: S. Lavaert

FILO: K. François – plvv: S. Ducheyne

FILO: G. Coene – plvv: Liesbeth De Cock

HIST: J. Tyssens – plvv: F. Scheelings

HIST: A. Winter – plvv: B. Lambert

HIST: B. Henriet – plvv: W. Ryckbosch

HIST: P. Erdkamp – plvv: N. De Mûelenaere

SKAR: C. Snoeck – plvv: R. Van Dam

SKAR: P. Martens – plvv : T. Meganck

SKAR: K. Nys – plvv: B. Wouters

SKAR: K. Ruchel-Stockmans – plvv: H. De Wolf

TALK: R. Vosters – plvv. D. Castilleja

TALK: A. Peeters – plvv. D. Vanden Berghe

TALK: S. Keulen – plvv. B. Van Puymbroeck

TALK: A. Vande Casteele – plvv. E. Bekers

TALK: J. Hauthal – plvv. D. Gullentops

TALK: W. Vandenbussche – plvv. K. Lochtman

TTKA: L. Rosseel– plvv. K. Lemmens

TTKA: E. Struys – plvv. J. Deconinck

TTKA: A. Sepp – plvv. S. Hillen

TTKA: K. Kerremans – plvv. A. Cox

TTKA: S. Lavaert – plvv. T. Hoelbeek

TTKA: J.Mast – plvv. M. Temmerman

OAP-leden

Per vakgroep drie leden van het OAP:

HARP en LIST

Dirk Lafaut – plvv: F. Dhondt

HIST Frits Heinrich - plvv: Robin Rose Southard

SKAR: R. Hermans – plvv: B. Veselka

B. Declercq – plvv: M. Goedefroy

J. Xu – plvv: B. Tilburghs

Carolien Van Nerom – plvv: Matthias Meert

Per opleidingsraad een student:

FILO: NN – plvv: NN

OAHD: NN – plvv: NN

HIST: – plvv: NN

TALK: NN – plvv: NN

SKAR: NN – plvv: NN

TTKA: NN – plvv: NN

MUMA: NN – plvv: NN

Lula Maris – Yorben Van de Weghe

Leden van het ATP:

S. De Paepe – plvv: E. Cassiman

LIST (voorzitter: R. Vosters)

Leden met raadgevende stem

Academisch Directeur: K. Nys

Administratief Secretaris: K. De Cnijf

Afgevaardigde van LIST: F. Vandersteene

Afgevaardigde van HARP: F. Van Bocxlaer

Facultair ZAP-afgevaardigde in de Universiteitsraad: W. Vandenbussche – plvv: K. François

Facultair OAP-afgevaardigde in de Universiteitsraad: S. Keulen

Facultaire Studietrajectbegeleiders: J. Huvaere en S. Ceulemans

FACULTAIRE BESTUURSORGANEN LW(2)

Vakgroepraad HARP

Voorzitter: P. Erdkamp

Vakgroepraad LIST

Voorzitter: R. Vosters

Opleidingsraad Cluster Bachelor en Masteropleiding Wijsbegeerte en Moraalwetenschappen (FILO)

Voorzitter: G. Coene

Opleidingsraad Cluster Bachelor en Masteropleiding Geschiedenis (HIST)

Voorzitter: B. Henriet

Opleidingsraad Master of Arts in Linguistics and Literary Studies (MUMA)

Voorzitter: A. Peeters

Opleidingsraad Master na master Archivistiek: Erfgoedbeheer en Hedendaags Documentbeheer (OAHD)

Voorzitter: F. Scheelings

Opleidingsraad Cluster Bachelor en Masteropleiding Kunstwetenschappen en Archeologie (SKAR)

Voorzitter: K. Nys

Opleidingsraad Cluster Bachelor en Masteropleiding Taal- en Letterkunde (TALK)

Voorzitter: A. Vande Casteele

Opleidingsraad Cluster Bachelor Toegepaste Taalkunde, Master in de Journalistiek, Master Tolken en Master Vertalen (TTKA)

Voorzitter: A. Sepp

FACULTAIRE ADVIESORGANEN LW

Allocatie- en Begrotingscommissie (ABC)

Voorzitter: E. Struys

Commissie Onderwijs (COW)

Voorzitter: E. Struys

Commissie Onderzoek (COZ)

Voorzitter: N. De Mûelenaere

Commissie Internationalisering (FACIR)

Voorzitter: A. Peeters

Commissie Communicatie & Marketing (COMMAR)

Voorzitter: B. Lambert

Commissie Lokalenbeheer (LOCO)

Voorzitter: P. Martens

REGLEMENTAIRE ORGANEN

Examencommissies voor het geheel van de Bachelor- en Masteropleidingen en de Schakel- en Voorbereidingsprogamma’s

Voorzitter: D. Gullentops

(1) Het is de verantwoordelijkheid van de voorzitters, secretarissen, leden en afgevaardigden die in deze lijst voorkomen om, in geval van vooraf geweten afwezigheid hun plaatsvervangers te contacteren en de opdracht te delegeren (2) Krachtens het Centraal reglement betreffende de bestuurlijke inrichting en de werking van de faculteiten van de VUB (3) HARP staat voor vakgroep History, Archaeology, Arts, Philosophy and Ethics en wordt hierna als HARP aangeduid (4) LIST staat voor vakgroep Linguistics and Literary Studies en wordt hierna als LIST aangeduid (5) FILO staat voor opleidingen Wijsbegeerte en Moraalwetenschappen wordt hierna als FILO aangeduid (6) HIST staat voor opleidingen Geschiedenis en wordt hierna als HIST aangeduid (7) SKAR staat voor opleidingen Kunstwetenschappen en Archeologie en wordt hierna als SKAR aangeduid (8) OAHD staat voor opleiding Archivistiek en Hedendaags Documentenbeheer en wordt hierna als OAHD aangeduid (9) TALK staat voor opleidingen Taal- en Letterkunde en wordt hierna als TALK aangeduid (10) TTKA staat voor opleidingen Toegepaste Taalkunde en wordt hierna als TTKA aangeduid (11) MUMA staat voor opleiding MA in Linguistics and LiteraryStudies en wordt hierna als MUMA aangeduid

FACULTEIT SOCIALE WETENSCHAPPEN EN SOLVAY BUSINESS SCHOOL (ES)

Het Centraal reglement betreffende de bestuurlijke inrichting en de werking van de faculteiten van de Vrije Universiteit Brussel, goedgekeurd door de Raad van Bestuur van 2 juni 2015, stipuleert in Titel V artikel 35§1 dat de faculteit in aanvulling op bedoeld centraal reglement een aanvullend facultair reglement kan opstellen.

In het aanvullend facultair reglement ES worden slechts de noodzakelijke en fundamentele aspecten opgenomen met dien verstande dat werkingsgerelateerde aspecten worden opgenomen in een huishoudelijk facultair reglement.

Het aanvullend reglement ES wordt vervolledigd met het delegatieplan dat de bevoegdheidsverdeling vastlegt tussen de faculteitsraad, faculteitsbestuur en faculteitsbureau.

FACULTEITSSECRETARIAAT EN DECANAAT

Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Pleinlaan 5, 3de verdieping 1050 Brussel

Tel: 02/614.83.83

E-mail: Faces@vub.be en decaanes@vub.be

FACULTEITSBUREAU

Het faculteitsbureau bestaat uit de volgende stemgerechtigde leden:

a) de decaan; b) de vicedecaan; en c) de academisch secretaris. De decaan kan voor het faculteitsbureau bijkomend aan de faculteitsraad één of twee leden voordragen.

Nominatieve samenstelling:

Decaan: Prof. dr. Joël Branson

Vice-decaan: Prof. dr. Marie-Anne Guerry

Academisch Secretaris: Prof. dr. Jo Pierson

Bijkomende leden aangeduid door de faculteitsraad: Prof. dr. Caroline Buts

Prof. dr. Diane Breesch

FACULTEITSBESTUUR

Het faculteitsbestuur bestaat uit de volgende stemgerechtigde leden: a) de leden van het faculteitsbureau; b) de vakgroepvoorzitters; c) één afgevaardigde van het overig academisch personeel; d) één afgevaardigde van de studenten; en e) één afgevaardigde van het administratief en technisch personeel.

Nominatieve samenstelling: a) Leden van het faculteitsbureau

- Decaan: Prof. dr. Joël Branson

- Vicedecaan: Prof. dr. Marie-Anne Guerry

- Academisch secretaris: Prof. dr. Jo Pierson

- Bijkomende leden aangeduid door de faculteitsraad: Prof. dr. Caroline Buts en Prof. dr. Diane Breesch

b) De vakgroepvoorzitters

- APEC: Prof. dr. Leo Van Hove

- BUSI: Prof. dr. Malaika Brengman

- BUTO: Prof. dr. Thomas Crispeels

- POLI: Prof. dr. Karen Celis

- SCOM: Prof. dr. Leo Van Audenhove

- SOCI: Prof. dr. Christophe Vanroelen

c) één afgevaardigde van het overig academisch personeel

- Ellen Van Droogenbroeck

d) één afgevaardigde van de studenten

- Inas Djelloul (studentenraad)

e) één afgevaardigde van het administratief en technisch personeel

- Natacha Boschaert

Uitgenodigd met raadgevende stem:

- Faculteitssecretaris: Marc Janssen

- Beleidsmedewerker Internationalisering: Jonas Loos

- Beleidsmedewerker Studenten- en Onderwijsbeleid: Heidi Belet

- Beleidsmedewerker Onderzoek en valorisatie: Tom Matthijs

FACULTEITSRAAD

De faculteitsraad bestaat uit de volgende stemgerechtigde leden:

a) de leden van het faculteitsbureau;

b) per vakgroep vijf leden van het zelfstandig academisch personeel;

c) per vakgroep één lid van het overig academisch personeel; d) zes studenten; en e) drie leden van het administratief en technisch personeel.

Voor de leden bedoeld onder de litterae b, c, d en e kunnen plaatsvervangers worden aangeduid.

Nominatieve samenstelling:

a) Leden van het faculteitsbureau

- Decaan: Prof. dr. Joël Branson

- Vicedecaan: Prof. dr. Marie-Anne Guerry

- Academisch secretaris: Jo Pierson

- Bijkomende leden aangeduid door de faculteitsraad: Prof. dr. Caroline Buts en Prof. dr. Diane Breesch

b) per vakgroep vijf leden van het zelfstandig academisch personeel + plaatsvervangers

- APEC: ZAP-effectief: Prof. dr. Leo Van Hove (vakgroepvoorzitter), Prof. dr. Luc Hens, Prof. dr. Bruno Heyndels, Prof. dr. Stijn Van Puyvelde, Prof. dr. Benny Geys. ZAP-plaatsvervangers: nihil.

- BUSI: ZAP-effectief: Prof. dr. Malaika Brengman (vakgroepvoorzitter), plv. Prof. dr. Michaël Dooms, Prof. dr. Stefanie Ceustermans, plv. Prof. dr. Marie-Laure Vandenhaute, Prof. dr. Lieven De Moor, plv. Prof. dr. Carole Bernard, Prof. dr. Bert Schreurs, plv. Prof. dr. Nikolay Dentchev, Prof. dr. Kim Willems, plv. Prof. dr. Elvira Haezendonck

- BUTO: ZAP-effectief: Prof. dr. Thomas Crispeels (vakgroepvoorzitter), Prof. dr. Cathy Macharis, Prof. dr. Lieselot Vanhaverbeke, Prof. dr. Vincent Ginis, Prof. dr. Yves Molenbruch. ZAP-plaatsvervangers: nihil

- POLI: ZAP-effectief: Prof. dr. Karen Celis (vakgroepvoorzitter) plv. nihil, Prof. dr. Didier Caluwaerts, plv. Prof. dr. Jonathan Holslag, Prof. dr. Dimokritos Kavadias, plv. Prof. dr. Silvia Erzeel, Prof. dr. Iman Lechkar, plv. Prof. dr. Alexander Mattelaer, Florian Trauner, plv. Prof. dr. Eline Severs

- SCOM: ZAP-effectief: Prof. dr. Leo Van Audenhove (vakgroepvoorzitter) plv. nihil, Prof. dr. Tim Raats, plv. Prof. dr. Laurence Claeys, Prof. dr. Joke Bauwens, plv. Prof. dr. Karen Donders, Prof. dr. Ike Picone, plv. Prof. dr. Benjamin De Cleen, Prof. dr. Wendy Van den Broeck, plv. Prof. dr. Katia Segers

- SOCI: ZAP-effectief: Prof. dr. Christophe Vanroelen (vakgroepvoorzitter), Prof. dr. Sylvie Gadeyne, Prof. dr. Dieter Vandebroeck, Prof. dr. Hadewijch Vandenheede, Prof. dr. Bram Spruyt, ZAP-plaatsvervanger: Prof. dr. PieterPaul Verhaeghe

c) per vakgroep één lid van het overig academisch personeel + plaatsvervangers

- APEC: OAP-effectief: Ellen Van Droogenbroeck; OAP-plaatsvervanger: Pauline Le Boulaire;

- BUSI: OAP-effectief: Laura Molinari; OAP-plaatsvervanger: Jesse Zee;

- BUTO: OAP-effectief: Arne Vanhoyweghen; OAP-plaatsvervanger: Emmelien De Roock;

- POLI: OAP-effectief: Joke Matthieu; OAP-plaatsvervanger: Benjamin Blanckaert

- SCOM: OAP-effectief: Jana Goyvaerts; OAP-plaatsvervanger: Rein Demunter

- SOCI: OAP-effectief: Juliette De Vestel; OAP-plaatsvervanger: Tom De Winter

d) maximum zes studenten

- Inas Djelloul (studentenraad);

- Ella Oelbrandt

- Hendrik van Leeuwen; plaatsvervanger: Merel Van Neck

- Emma Boesmans

e) drie leden van het administratief en technisch personeel + plaatsvervangers

- Peter Libert, plv. Jill Dehasque;

- Christel Vaeremans, plv. Isabelle Roggeman

- Hanne Van Ende, plv. Sofie Devos.

Uitgenodigd met raadgevende stem:

- Faculteitssecretaris: Marc Janssen

- Beleidsmedewerker Internationalisering: Jonas Loos

- Beleidsmedewerker Studenten- en Onderwijsbeleid: Heidi Belet

- Beleidsmedewerker Onderzoek en valorisatie: Tom Matthijs

- Communicatieadviseur: Mattias Brants

- Management assistent van de decaan: Natacha Boschaert

- Vertegenwoordiger OAP ES in de universiteitsraad: Carmen Mazijn, plv. Jana Goyvaerts

FACULTEITSORGANEN EN RAADGEVENDE BEVOEGDHEID

Evaluatie- en BevorderingsCommissie (EBC)

De facultaire evaluatie- en bevorderingscommissie bestaat uit de vakgroepvoorzitters en de leden van het faculteitsbureau. De decaan zit deze commissie voor

Decaan: Prof. dr. Joël Branson

VAKGROEPSRADEN

Applied Economics (APEC)

Voorzitter: Prof. dr. Leo Van Hove

Business (BUSI)

Voorzitter: Prof. dr. Malaika Brengman

Business, Technology and Operations (BUTO)

Voorzitter: Prof. dr. Thomas Crispeels

Politieke wetenschappen (POLI)

Voorzitter: Prof. dr. Karen Celis

Sociologie (SOCI)

Voorzitter: Prof. dr. Christophe Vanroelen

Communicatiewetenschappen (SCOM)

Voorzitter: Prof. dr. Leo Van Audenhove

OPLEIDINGSRADEN

OPLEIDINGSRAAD HANDELSINGENIEUR EN (TOEGEPASTE) ECONOMISCHE WETENSCHAPPEN

Voorzitter: Prof. dr. Luc Hens

OPLEIDINGSRAAD BEDRIJFSKUNDE/MANAGEMENT

Voorzitter: Prof. dr. Bert Schreurs

OPLEIDINGSRAAD COMMUNICATIEWETENSCHAPPEN

Voorzitter: Prof. dr. Ike Picone

OPLEIDINGSRAAD BA POLITEKE WETENSCHAPPEN EN SOCIOLOGIE

Voorzitter: Prof. dr. Hadewijch Vandenheede

OPLEIDINGSRAAD MA POLITEKE WETENSCHAPPEN

Voorzitter: Prof. dr. Silvia Erzeel

OPLEIDINGSRAAD MA SOCIOLOGIE

Voorzitter: Prof. dr. Hadewijch Vandenheede

PROGRAM BOARD BA SOCIAL SCIENCES

Voorzitter: Prof. dr. Wendy Van Den Broeck

ONDERWIJS EN ONDERZOEKSEENHEDEN

Facultair

BCCP (Brussels Centrum voor Mededingingsbeleid)

Contactpersoon: Prof. dr. Caroline Buts

BRIO (Brussels Informatie-, Documentatie- en Onderzoekscentrum)

Contactpersoon: Prof. dr. Dimokritos Kavadias

CEMESO (Culture, Emancipation, Media and Society)

Contactpersoon: Prof. dr. Jo Renate Bauwens

DATA (Data Analytics Laboratory)

Contactpersoon: Prof. dr. Vincent Ginis (academiejaar 2020-2021)

DEMO Interface Demography

Contactpersoon: Prof. dr. Christophe Vanroelen

FINS Financien en Verzekeringen

Contactpersoon: Prof. dr. Steven Vanduffel

SMIT (Studies on Media Information and Telecommunication)

Contactpersoon: Prof. dr. Pieter Ballon

TOR (Tempus Omnia Revelat)

Contactpersoon: Prof. dr. Bram Spruyt

Interfacultair

BIRMM (Brussels Interdisciplinary Research Centre on Migration and Minorities)

Contactpersoon: Prof. dr. Florian Trauner

MOBI (Mobiliteit en voertuig technologie onderzoeksgroep)

Contactpersoon: Prof. dr. Ir Joeri Van Mierlo (IR) en Prof. dr. Cathy Macharis (ES)

RHEA (Centrum Gender & Diversiteit)

Contactpersoon: Prof. dr. Gily Coene (directeur) en Prof. dr. Karen Celis (codirecteur)

WORK (Arbeidsstudies)

Contactpersoon: Prof. dr. Guido Van Limberghen (RC) en Prof. dr. Marie-Anne Guerry (ES)

Aliantieonderzoeksgroepen VUB-UGENT

JOSO (Jongeren en sociale ongelijkheid)

Contactpersoon: Prof. dr. Bram Spruyt

ReDS (Political Representation in Diverse Societies)

Contactpersoon: Prof. dr. Karen Celis

International Joint Research Group

DeSirE (Centre for the Study of Democracy, Signification and Resistance)

Contactpersoon: Prof. dr. Benjamin De Cleen

S-DIRECT (Social Digital Innovation Research to Empower Communities in Transition)

Contactpersoon: Prof. dr. Leo Van Audenhove

ULB-VUB Joint Research Groep

DEGO (The Politics of Democratic Governance)

Contactpersoon: Prof. dr. Silvia Erzeel

FACULTAIRE COMMISSIES

De faculteit heeft de volgende adviesorganen:

- de facultaire onderzoekscommissie (FOZ)

Voorzitter:

Prof. dr. Kevin Smets

- de facultaire onderwijscommissie (FOW)

Voorzitter: Prof. dr. Jo Pierson

- de facultaire commissie internationalisering (FIN)

Voorzitter: Prof. dr. Leo Van Audenhove

- de facultaire commissie marketing en communicatie (FMC)

Voorzitter: Prof. dr. Kim Willems

- de facultaire evaluatiecommissies voor het assisterend academisch personeel (ECA)

Voorzitter: Prof. dr. Joël Branson

FACULTEIT LICHAMELIJKE OPVOEDING EN KINESITHERAPIE

FACULTEITSBUREAU

stemgerechtigde leden

Decaan Zinzen Evert

Vicedecaan

Roelands Bart

Academisch Secretaris De Bosscher Veerle

Voorzitter van de Onderwijscommissie

Voorzitter van de Onderzoekscommissie

leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

Academisch directeur

FACULTEITSBESTUUR

stemgerechtigde leden

Roelands Bart

Nijs Jo

Stevens Sofie

Pepermans Roland

Decaan Zinzen Evert

Vicedecaan Roelands Bart

Academisch Secretaris

Vakgroepvoorzitters

Een afgevaardigde van het OAP

Een afgevaardigde van de studenten

Een afgevaardigde van het ATP

Voorzitter van de Onderzoekscommissie

Voorzitter van de Onderwijscommissie

De voorzitters van de Opleidingsraden LOBW en REVAKI

leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

Academisch directeur

Vakgroepcoördinator

FACULTEITSRAAD

stemgerechtigde leden

De Bosscher Veerle

Clarys Peter

Provyn Steven

Tassignon Bruno

NN

D’Herdt Katrijn

Nijs Jo

Roelands Bart

Derom Inge

Cattrysse Erik

Stevens Sofie

Roland Pepermans

Van Hecke Linde

Decaan Zinzen Evert

Vicedecaan

Academisch Secretaris

Roelands Bart

De Bosscher Veerle

ZAP-afgevaardigden vakgroep

4 vertegenwoordigers van het OAP

4 vertegenwoordigers van de studenten

2 vertegenwoordigers van het ATP

leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

De vertegenwoordigers van het academisch personeel van de faculteit in de Universiteitsraad.

Ten hoogste 3 alumni van de faculteit kunnen de Faculteitsraad met raadgevende stem bijwonen; zij zijn niet als personeelslid verbonden aan de rechtspersoon VUB.

Academisch directeur

Pepermans Roland

Vakgroepcoördinator Van Hecke Linde

VAKGROEPRADEN

Vakgroepraad BESW (voorzitter Peter Clarys)

Vakgroepraad KIMA (voorzitter Steven Provyn)

OPLEIDINGSRADEN

Opleidingsraad LOBW (voorzitter Derom Inge)

Opleidingsraad REVAKI (voorzitter Cattrysse Erik)

Opleidingsraad Manuele therapie (voorzitter Scafoglieri Aldo)

BESW:

Aerenhouts Dirk

Baeyens Jean-Pierre

Clarys Peter

De Martelaer Kristine

Deliens Tom

Derom Inge

D’Hondt Eva

Lefeber Nina

Theeboom Marc

Wylleman Paul

Leemans Lynn

Tassignon Bruno

Verhavert Yanni

Verstraelen Matthias

Ezzy Quinten

Callies Emilio

NN

NN

Sledsens Dana

D’Herdt Katrijn

Stevens Sofie

ZAP: Theeboom Marc

OAP: NN

KIMA:

Adriaenssens Nele

Beckwée David

Cattrysse Erik

De Pauw Kevin

Ickmans Kelly

Meeusen Romain

Patty Nathalie

Provyn Steven

Scafoglieri Aldo

Swinnen Eva

Opleidingsraad Postgraduaat Sportmanagement (voorzitter Verschueren Jos)

Opleidingsraad Postgraduaat Multidisciplinaire arterio-veneuze en lymfatische kinesitherapie (voorzitter Adriaenssens Nele )

OVERIGE ADVIESORGANEN

Facultaire evaluatie-en bevorderingscommissie (EBC) (voorzitter Zinzen Evert)

Onderwijscommissie (OWC) (voorzitter Roelands Bart )

Examencommissie voor de opleidingen LOBW, REVAKI EN Manuele Therapie (voorzitter Baeyens Jean-Pierre)

Examencommissie voor het Postgraduaat Sportmanagement (voorzitter Verschueren Jos)

Examencommissie voor het Postgraduaat Multidisciplinaire arterio-veneuze en lymfatische kinesitherapie (voorzitter Adriaenssens Nele)

Commissie Roostering (voorzitter Zinzen Evert)

Commissie topsport (voorzitter Wylleman Paul)

Onderzoekscommissie (voorzitter Jo Nijs)

Commissie voor de Doctoraatsopvolging (CDO) (voorzitter Swinnen Eva)

Interne beroepsinstantie PhD (voorzitter Theeboom Marc)

Internationaliseringscommissie (voorzitter Beckwée David)

Masterproefcommissie (voorzitter De Pauw Kevin)

PR commissie (voorzitter Adriaenssens Nele)

Stagecommissie REVAKI (voorzitter Adriaenssens Nele)

FACULTEIT PSYCHOLOGIE EN EDUCATIEWETENSCHAPPEN

FACULTEITSRAAD

DECAAN – stemgerechtigd

 Vanderfaeillie Johan

VICEDECAAN – stemgerechtigd

 Lombaerts Koen

ACADEMISCH SECRETARIS - stemgerechtigd

 De Gieter Sara

ZAP – stemgerechtigd

 Baetens Imke

 Baetens Kris

 De Backer Free

 De Donder Liesbeth

 De Witte Nico

 Deroost Natacha

 Dierckx Eva

 Dury Sarah

 Hofmans Joeri

 Mairesse Olivier

 Mednick Frederic Jan

 Rossi Gina

 Schotte Christiaan

 Soyez Veerle

 Tang Eileen

 Theuns Peter

 Van den Broeck Wim

 Van Heel Martijn

 Van Hoof Elke

 Van Overwalle Frank

 Van Puyvelde Martine

 Van West Dirk

 Vandermeersche Geert

 Vantilborgh Tim

 Vanwing Tom

 Verté Dominique

 Westreich Smadar

 Zhu Chang

OAP – stemgerechtigd

 DWE: Stegen Hannelore (effectief) – Kint Octavia (plaatsvervanger)

 EDWE: Crouzé Ronald (effectief) – Verbeke Aline (plaatsvervanger)

 PSYC: De Cremer Jennifer (effectief) - Staels Eva (plaatsvervanger)

 PSYC: Bylemans Tom (effectief) – Peeters Amelia (plaatsvervanger)

STUDENTEN – stemgerechtigd

 Cannaerts Lander (effectief) – Dumont Romy (plaatsvervanger)

 Matthys Eva (effectief) – De Pape Alex (plaatsvervanger)

 De Pauw Liesl (effectief, studentenraad) – De Lestré Charlotte (plaatsvervanger)

 Branckaert Aron (effectief, studentenraad) – Deroost Mik (plaatsvervanger)

ATP – stemgerechtigd

 Vandyck Cathy (effectief) – Borghs Veerle (plaatsvervanger)

 Leuyckx Tamara (effectief) – De Vroede Freya (plaatsvervanger)

ZAP – raadgevende stem

 Brosens Dorien

 Smetcoren An-Sofie

 D’Hooge Rudi

 Sorgeloos Daan

 Ysebaert Walter

OAP – raadgevende stem (vertegenwoordigers AP in Universiteitsraad)

 Heleven Elien

 Stegen Hannelore

ADMINISTRATIEF SECRETARIS – raadgevende stem

 Vantournhout Eva

FACULTEITSBESTUUR

DECAAN – stemgerechtigd

 Vanderfaeillie Johan

VICEDECAAN – stemgerechtigd

 Lombaerts Koen

ACADEMISCH SECRETARIS - stemgerechtigd

 De Gieter Sara

VOORZITTERS VAKGROEPEN - stemgerechtigd

EDWE: Vanwing Tom

 PSYC: Theuns Peter

ONDERVOORZITTERS VAKGROEPEN - stemgerechtigd

 EDWE: Vandermeersche Geert

 PSYC: Hofmans Joeri

OAP - stemgerechtigd

 De Cremer Jennifer (effectief) – Bylemans Tom (plaatsvervanger)

STUDENTEN - stemgerechtigd

 Cannaerts Lander (effectief) –De Pauw Liesl (plaatsvervanger)

ATP - stemgerechtigd

 Vandyck Cathy (effectief)

ADMINISTRATIEF SECRETARIS – raadgevende stem

 Vantournhout Eva

OPLEIDINGSRAAD EDUCATIEWETENSCHAPPEN

VOORZITTER

 Vandermeersche Geert

ONDERVOORZITTER

 Lombaerts Koen

SECRETARIS

 De Donder Liesbeth

OPLEIDINGSRAAD PSYCHOLOGIE

VOORZITTER

 Hofmans Joeri

ONDERVOORZITTER

 Lombaerts Koen

SECRETARIS

 Baetens Kris

EBC PE

VOORZITTER

 Vanderfaeillie Johan

LEDEN

 Andries Caroline

 Lombaerts Koen

 Rossi Gina

 Theeboom Marc

 Van Overwalle Frank

ADVIESORGANEN FACULTAIRE BESTUURSORGANEN

 Commissie Internationalisering: Vantilborgh Tim (voorzitter)

 Commissie BRUCC/ATOM: Theuns Peter (voorzitter)

 Commissie Labo: Van Overwalle Frank (voorzitter)

 OAP-raad: De Cremer Jennifer en Bylemans Tom (voorzitters)

DOCTORAATSOPVOLGINGSCOMMISSIE

VOORZITTER

 Baetens Imke

INTERNE BEROEPSCOMMISSIE DOCOTORATEN

VOORZITTER

 Vanderfaeillie Johan

PROMOTIECOMMISSIE ATP

 Vanderfaeillie Johan (voorzitter)

VAKGROEPRADEN

EDWE - Educatiewetenschappen

- Voorzitter: Vanwing Tom

- Vicevoorzitter: Vandermeersche Geert

PSYC – Psychologie

- Voorzitter: Theuns Peter

- Vicevoorzitter: Hofmans Joeri

EXAMENCOMMISSIES

Psychologie & Educatiewetenschappen 6 stemgerechtigde leden

VOORZITTER (stemgerechtigd)

 Lombaerts Koen

FACULTEIT WETENSCHAPPEN EN

BIO-INGENIEURSWETENSCHAPPEN

Facultaire Bestuursorganen

DE FACULTEITSRAAD

Samenstelling - stemgerechtigde leden 2021-2022

Decaan Ben Craps

Vicedecaan Luc De Vuyst

Acad. secretaris Frank De Proft

ZAP Ann Nowé, Geraint Wiggins, Wolfgang De Meuter, Elisa Gonzalez Boix, Beat Signer, Kenny De Commer, Ann Dooms, Mark Sioen, Alberto Mariotti, Stijn Buitink, Sophie De Buyl, Jorgen D’Hondt, Alexander Sevrin, Geert Angenon, Joeri Denayer, Frederic Leroy, Dominique Maes, Eveline Peeters, Jan Steyaert, Jo Van Ginderachter, Wim Versées, Wim De Malsche, Philippe Huybrechts, Matthieu Kervyn, Bas Van Heur, Nele Aernouts, Franky Bossuyt, Marc Kochzius, Harry olde Venterink, Bram Vanschoenwinkel, Frederik Tielens, Steven Goderis, Steven Ballet

OAP Jens Van Der Plas, Arne Van Antwerpen, Simon De Kockere, Janne Swinnen, Joren Sansen, Karolien Van Puyvelde , Imke Boonen

ATP Marjan Maes, Charlie Hollanders

Studenten Marylyn Roten, David Smets

HET FACULTEITSBESTUUR

Samenstelling - stemgerechtigde leden 2021-2022.

Decaan Ben Craps

Vicedecaan Luc De Vuyst

Acad. secretaris Frank De Proft

Vakgroepvoorzitters Wolfgang De Meuter, Alexander Sevrin, Dominique Maes, Matthieu Kervyn, Harry olde Venterink, Frederik Tielens, Kenny De Commer

OAP Arne Van Antwerpen

ATP Marjan Maes

HET FACULTEITSBUREAU

Samenstelling - stemgerechtigde leden 2021-2022.

Decaan Ben Craps

Vicedecaan Luc De Vuyst

Acad. secretaris Frank De Proft

Voorzitters van de facultaire commissies: Dominique Maes, Ann Nowé, Wolfgang De Meuter, Philippe Huybrechts, Bram Vanschoenwinkel, Steven Ballet, Matthieu Kervyn

DE VAKGROEPEN EN VAKGROEPRADEN - VAKGROEPVOORZITTER

DINF Vakgroep Computerwetenschappen Wolfgang De Meuter

DNTK Vakgroep Fysica

DSCH Vakgroep Chemie

DBIO Vakgroep Biologie

DGGF Vakgroep Geografie

Alexander Sevrin

Frederik Tielens

Harry olde Venterink

Matthieu Kervyn

DBIT Vakgroep Bio-ingenieurswetenschappen Dominique Maes

WIDS Vakgroep Wiskunde en Data Science Kenny De Commer

DE OPLEIDINGSRADEN

Overzicht van de opleidingsraden en hun opleidingsraadvoorzitter:

• Bachelor en Master of Science in de Wiskunde: Mark Sioen

• Bachelor en Master of Science in Fysica en de Sterrenkunde / Physics and Astronomy: Jorgen D’Hondt

• Bachelor of Science in de Computerwetenschappen: Coen De Roover

• Master of Science in de Ingenieurswetenschappen: Computerwetenschappen + Master of Science in Applied Sciences and Engineering: Computer Science + Master of Science in de Toegepaste Informatica: Beat Signer

• Bachelor of Science in de Chemie: Steven Ballet

• Master of Science in Chemistry / Chemie: Frank De Proft

• Bachelor of Science in de Biologie: Luc Leyns

• Master of Science in Biology / Biologie: Kim Roelants

• Inter-University Educational Commission Oceans & Lakes: Nico Koedam

• Bachelor of Science in de Geografie: Frank Canters

• Interuniversitaire opleidingsraad Master of Science in Geography/Geografie: David Bassens

• Academic Committee of the Master in Urban Studies (VUB/ULB): Bas Van Heur

• 4cities Master Board meetings: Bas Van Heur

• Master of Science in de Stedenbouw en Ruimtelijke Planning: Michael Ryckewaert

• Bachelor en Master of Science in de Bio-ingenieurswetenschappen: Frédéric Leroy

• Master of Science in Molecular Biology: Geert Angenon

OVERIGE ADVIESORGANEN

De Faculteitsraad heeft volgende adviesorganen:

• Onderwijscommissie (Dominique Maes)

• Onderzoekscommissie (Ann Nowé)

• commissie voor de doctoraatsopvolging (Philippe Huybrechts)

• commissie public relations (Bram Vanschoenwinkel)

• commissie internationaliserin (Matthieu Kervyn)

• evaluatie- en bevorderingscommissie (Ben Craps)

• commissie studentenzaken (Wolfgang De Meuter)

• commissie infrastructuur (Steven Ballet)

FACULTEIT RECHT EN CRIMINOLOGIE

ZAP = Zelfstandig Academisch Personeel

OAP = Overig Academisch Personeel

ATP = Administratief & Technisch Personeel

Facultaire bestuursorganen

DE FACULTEITSRAAD

Stemgerechtigde leden

Decaan

Vicedecaan

Academisch Secretaris

Een vertegenwoordiging van het ZAP vanuit elke vakgroep van de faculteit, gekozen door en uit de vakgroepsraden; louter door de toepassing van deze paragraaf worden hierin ook begrepen de bezoldigde gastprofessoren

M. De Jonckheere

P. De Hert

M. Maus

1.Criminologie (SCRI)

Fac. Aanvulling: per vakgroep 4 leden van het ZAP, met uitzondering van de 2 vakgroepen die de voorzitter van OLR rechten en criminologie leveren.

L. Melgaço

S. De Kimpe

A.-S. Vanhouche

K. Beyens

E. Dumortier

2. Metajuridica (JURI)

N. Van Dijk

P. Quinn

F. Dhondt

G. Gonzalez Fuster

C. Dillen (plvv)

J. Christiaens (plvv)

K. Uzieblo (plvv)

K. Verfaillie (plvv)

K. De Koster (plvv)

R. Van Brakel (plvv)

S. Gutwirth (plvv)

D. De Ruysscher (plvv)

M. Hildebrandt (plvv)

Iedere stemgerechtigde vertegenwoordiger duidt zijn vaste plaatsvervanger aan uit dezelfde geledingen.

3. Publiek Recht (PUBR)

T. Joris

A. Wirtgen

G. Van Limberghen

F. Deruyck

A. Pauwels (plvv)

K. Leus (plvv)

E. Timbermont (plvv)

D. De Wolf (plvv)

4. Privaat en economisch recht (PREC)

E. Alofs

K. Byttebier

F. Brison

K. Van der Borght

J. Van Doninck

M. Muylle (plvv)

R. Feltkamp (plvv)

J. Delvoie (plvv)

S. Somers (plvv)

E. Goossens (plvv)

Een vertegenwoordiging van het OAP, bij voorkeur behorend tot verschillende vakgroepen van de faculteit, gekozen door en onder de leden van dit personeel; louter voor de toepassing van deze paragraaf worden hierin ook begrepen de bursalen.

Fac. Aanvulling: per vakgroep 1 lid van het OAP

Een vertegenwoordiging van de studenten, bij voorkeur vanuit de verschillende opleidingen van de faculteit, gekozen uit en door de studentengemeenschap volgens de procedures en modaliteiten bepaald in het participatiereglement

Fac. aanvulling: 4 vertegenwoordigers van de studenten, minstens 1 uit elke kernopleiding

Een vertegenwoordiging van het ATP, gekozen door en onder de leden van dit personeel.

Fac. Aanvulling: 2 leden van het ATP

Leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

1. Criminologie: Y. Demeyere (plvv M. Heirstrate)

2. JURI: N.N.

3. PUBR: F. De Wael (plvv A. Magerotte)

4. PREC: A.-S. Vandenbosch (plvv S. De Bus)

A. Haenen

M. Van Berlamont

M. Van den Poel

S. Vandeputte

N.N.

S. Segers (plvv N. De Grom)

M. Rooselaers (plvv I. Dumon)

S. Segers

De vertegenwoordigers van het academisch personeel van de faculteit in de Universiteitsraad. /

F. Deruyck

Ten hoogste 3 alumni van de faculteit kunnen de Faculteitsraad met raadgevende stem bijwonen; zij zijn niet als personeelslid verbonden aan de rechtspersoon VUB.

FACULTEITSBESTUUR

Decaan

Vicedecaan

Academisch Secretaris

Vakgroepvoorzitters

Een afgevaardigde van het OAP

Een afgevaardigde van de studenten

Een afgevaardigde van het ATP

Fac.: Voorzitter van de opleidingsraad Rechten

Fac.: Voorzitter van de opleidingsraad

Criminologie

M. De Jonckheere

P. De Hert

M. Maus

K. Beyens

F. Dhondt

S. Smis

E. Alofs

Y. Demeyere

S. Vandeputte

M. Rooselaers

K. Van der Borght

A.-S. Vanhouche

K. Verfaillie (plvv)

N. Van Dijk (plvv)

A. Wirtgen (plvv)

K. Byttebier (plvv)

A.-S. Vandenbosch

A. Haenen

S. Segers (plvv)

Leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

FACULTEITSBUREAU

Stemgerechtigde leden

Decaan

Vicedecaan

Academisch Secretaris

Leden met raadgevende stem

Administratief Secretaris

VAKGROEPSRADEN

Criminologie (SCRI): prof. Kristel Beyens

S. Segers

M. De Jonckheere

P. De Hert

M. Maus

S. Segers

Metajuridica (JURI): prof. Frederik Dhondt Privaat- en Economisch Recht (PREC): prof. Elisabeth Alofs

Publiekrecht (PUBR): prof. Stefaan Smis

OPLEIDINGSRADEN

Opleiding Rechten (BA, MA, SCH en VBR): prof. Kim Van der Borght

Opleiding Criminologie (BA en MA): prof. An-Sofie Vanhouche

Master-na-master Notariaat: prof. Elisabeth Alofs

Master-na-master Internationaal en Europees Recht: Prof. Erik Franckx

Master-na-master Sociaal Recht: prof. Guido Van Limberghen

FACULTAIRE EXAMENCOMMISSIES

Opleiding Rechten

F. Deruyck (voorzitter)

Opleiding Criminologie

E. Dumortier (voorzitter)

Opleiding ManaMa notariaat

E. Alofs (voorzitter)

K. Leus (plvv voorzitter)

J. Christiaens (plvv voorzitter)

R. Janssens (plvv voorzitter)

Opleiding ManaMa sociaal recht + ManaMa internationaal en Europees recht

Prof. G. Van Limberghen (voorzitter) Prof. E. Franckx (plvv voorzitter)

OVERIGE FACULTAIRE ADVIESORGANEN

Onderwijscommissie

Voorzitter: Miguel De Jonckheere

Facultaire Evaluatie- en bevorderingscommissie (EBC)

Voorzitter: Miguel De Jonckheere

Facultaire onderzoekscommissie (FOC)

Voorzitter: Prof. Guido Van Limberghen

Facultaire alumni- en studentencommissie (FALS)

Voorzitter: Prof. Stefaan Smis

Facultaire internationaliseringscommissie (FACIR)

Voorzitter: prof. Kim Van der Borght

FACULTEIT INGENIEURSWETENSCHAPPEN

DE ALGEMENE VERGADERING

Bestaat uit de totaliteit van de facultaire gemeenschap.

Ze wordt éénmaal per jaar bij het begin van het kalenderjaar georganiseerd.

Tijdens deze bijeenkomst geeft de decaan een overzicht van de toestand van de faculteit en van de vooruitzichten inzake het beleid voor het komende jaar.

De leden van de algemene vergadering krijgen tijdens deze bijeenkomst de gelegenheid tot het stellen van vragen.

FACULTEITSBUREAU

 Decaan: Prof. Prof. F. Berghmans

 Vicedecaan: Prof. S. Caenepeel

 Academisch secretaris: Prof. T. De Troyer

 Voorzitter van de facultaire Onderwijscommissie: Prof. A. Hubin

 Voorzitter van de facultaire onderzoeks- en investeringscommissie: Prof. M. Huysmans

HET FACULTEITSBESTUUR

Samenstelling:

 Decaan: Prof. Prof. F. Berghmans

 Vicedecaan: Prof. S. Caenepeel

 Academisch secretaris: Prof. T. De Troyer

 De voorzitters van de facultaire onderwijscommissie en van de facultaire onderzoeks- en investeringscommissie: resp. Prof. A. Hubin en Prof. M. Huysmans

 De vakgroepvoorzitters: A. Van Griensven, S. Caenepeel, K. Broeckhoven, P. Guillaume, J. Van Mierlo, M. Runacres, Prof. Y. Rolain, D. Van Hemelrijck, H. Terryn, J. Stiens, H. Ottevaere, I. Wouters

 Een afgevaardigde van het overig academisch personeel (OAP): C. Cambier

 Een afgevaardigde van de studenten: NN

 Een afgevaardigde van het administratief en technisch personeel (ATP): T. Thijs (plvv. M. Ponet)

 Worden met raadgevende stem uitgenodigd: de voorzitters van de facultaire commissies internationalisering (H. Ottevaere), Public Relations (J. Vandemeulebroucke, L. De Laet), Computerbeleid (Y. Rolain), doctoraatsopvolging (I. Wouters), en Mevr. M. Ponet

Bevoegdheid:

Het faculteitsbestuur oefent de bevoegdheden uit conform art. 10 van het ‘Centraal reglement betreffende de bestuurlijke inrichting en de werking van de faculteiten van de Vrije Universiteit Brussel’, zoals ook gepreciseerd in het aanvullend facultair reglement en het delegatieplan van de faculteit ingenieurswetenschappen.

DE FACULTEITSRAAD

Samenstelling:

 Decaan: Prof. Prof. F. Berghmans

 Vicedecaan: Prof. S. Caenepeel

 Academisch secretaris: Prof. T. De Troyer

 Twee vertegenwoordigers per vakgroep: I. Wouters, L. De Laet (plvv. S. Van de Voorde), G. Desmet, K. Broeckhoven (plvv. T. Van Assche, W. De Malsche), R. Pintelon, G. Vandersteen (plvv. I. Markovsky, Y. Rolain), J. Van Mierlo, (plvv. T. Coosemans, V.-A. Jacobs), J. Stiens, P. Schelkens (plvv. R. Vounckx), W. Thiery, A. Van Griensven (plvv. M. Chen), M. Runacres, A. Touhafi (plvv. T. De Troyer, K. Steenhaut), H. Terryn, G. Van Assche (plvv. I. De Graeve, T. Hauffman), P. Guillaume, B. Vanderborght (plvv. J. Blondeau, D. Lefeber), L. Pyl, T. Tysmans (plvv. D. Angelis), H. Thienpont, G. Verschaffelt (F. Berghmans, G. Van Der Sande), S. Caenepeel (tevens vicedecaan vanaf 01.10.2020)

 Een vertegenwoordiger van de opleidingsraden van de bachelor- en masteropleidingen: H. Rahier (plvv. F. Berghmans), N. De Temmerman, D. Van Hemelrijck (plvv. S. Vandevoorde), Ph. Lataire, A. Hubin (plvv. I. De Graeve), M. Kuijk (plvv. A. Munteanu), N. Deligiannis (plvv. B. Janssen), F. Borguet (plvv. A. Braeken), H. Ottevaere (plvv. W.

Meulebroeck), J. Vandemeulebroucke (plvv. B. Janssen), M. Huysmans (plvv. M. Chen)

 Vijf vertegenwoordigers van het overig academisch personeel (OAP): C. Cambier, T. Lapauw, T. Collet, D. Verkens, NN

 Vijf vertegenwoordigers van de studenten; K. Adriaenssens, S. Férauge, W. Kuijk

 Drie vertegenwoordigers van het administratief en technisch personeel M. Frooninckx (plvv. J. Pattyn), S. Reyniers (plvv. NN), T. Thijs (plvv. M. Ponet)

 Wordt eveneens uitgenodigd: Voorzitter Polytechnische Kring

Bevoegdheid:

De faculteitsraad oefent de bevoegdheden uit conform art. 10 van het ‘Centraal reglement betreffende de bestuurlijke inrichting en de werking van de faculteiten van de Vrije Universiteit Brussel’, zoals ook gepreciseerd in het aanvullend facultair reglement en het delegatieplan van de faculteit ingenieurswetenschappen.

FACULTEITSORGANEN met RAADGEVENDE BEVOEGDHEID

DE FACULTAIRE ONDERWIJSCOMMISSIE

Voorzitter: A. HUBIN

DE FACULTAIRE ONDERZOEKS- EN INVESTERINGSCOMMISSIE

Voorzitter: M. HUYSMANS

DE FACULTAIRE PUBLIC RELATIONS COMMISSIE

Voorzitters: J. VANDEMEULEBROUCKE, L. DE LAET

FACULTAIRE COMMISSIE COMPUTERBELEID

Voorzitter: Y. ROLAIN

FACULTAIRE COMMISSIE INTERNATIONALE RELATIES

Voorzitter: H. OTTEVAERE

FACULTAIRE DOCTORAATSCOMMISSIE EN COMMISSIE VOOR DE DOCTORAATSOPLEIDING

Voorzitter: I. WOUTERS

FACULTAIRE OPLEIDINGSRADEN

OPLEIDINGSRAAD BACHELOR INGENIEURSWETENSCHAPPEN (ORBA)

Voorzitter: HUBERT RAHIER

OPLEIDINGSRAAD BACHELOR INGENIEURSWETENSCHAPPEN-ARCHITECTUUR (ORBIA)

Voorzitter: NIELS DE TEMMERMAN

OPLEIDINGSRAAD MASTER INGENIEURSWETENSCHAPPEN ARCHITECTUUR- BOUWKUNDE (ORMAB)

Voorzitter: DANNY VAN HEMELRIJCK

OPLEIDINGSRAAD INGENIEURSWETENSCHAPPEN WERKTUIGKUNDIG-ELEKTROTECHNIEK (ORWE)

Voorzitter: PATRICK GUILLAUME

OPLEIDINGSRAAD MASTER COMPUTERWETENSCHAPPEN (OMCW)

Voorzitter: NIKOLAOS DELIGIANNIS

OPLEIDINGSRAAD INGENIEURSWETENSCHAPPEN CHEMIE EN MATERIALEN (ORCM)

Voorzitter: GUY VAN ASSCHE

OPLEIDINGSRAAD INGENIEURSWETENSCHAPPEN ELEKTRONICA EN INFORMATIE-TECHNOLOGIE (ORE)

Voorzitter: MAARTEN KUIJK

OPLEIDINGSRAAD INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN(ORIW)

Voorzitter: TIM DE TROYER

OVERLEGORGAAN WETENSCHAPPEN - INGENIEURSWETENSCHAPPEN

Bevoegdheid:

Het bestendig overlegorgaan is paritair opgesteld en heeft als bevoegdheid en opdracht de voorstellen van beide faculteiten te harmoniseren.

Het bestendig overlegorgaan heeft als taak de initiatieven en voorstellen van beide faculteiten te coördineren door de in de faculteiten (via faculteitsraad) gestemde voorstellen kritisch door te nemen en in geval van gemis aan coördinatie, terug te sturen. Dit orgaan kan, voor problemen die door beide faculteiten samen moeten opgelost worden, ad-hoc commissies oprichten. Er wordt regelmatig overleg gepleegd in vergaderingen van decanen, vicedecanen en bestuurssecretarissen.

Samenstelling:

Voor ZAP IR: - decaan: Prof. F. Berghmans - vicedecaan: Prof. S. Caenepeel

VAKGROEPEN

 ARCH (architectonische ingenieurswetenschappen)

Voorzitter: I. WOUTERS

 CHIS (chemische ingenieurstechnieken en industriële scheikunde)

Voorzitter: K. BROECKHOVEN

 ELEC (elektriciteit)

Voorzitter: Y. ROLAIN

 ETEC (elektrotechniek en energietechniek)

Voorzitter: J. VAN MIERLO

 ETRO (elektronica en informatie)

Voorzitter: J.STIENS

 HYDR (hydrologie en waterbouwkunde)

Voorzitter: A. VAN GRIENSVEN

 MEMC (mechanica van materialen en constructies)

Voorzitter: D. VAN HEMELRIJCK

 MACH (materialen en chemie)

Voorzitter: H. TERRYN

 TONA (toegepaste natuurkunde en fotonica)

Voorzitter:H. OTTEVAERE

 MECH (toegepaste mechanica)

Voorzitter: P. GUILLAUME

 WISK-IR (wiskunde)

Voorzitter: K. DE COMMER

 INDI (industriële ingenieurswetenschappen)

Voorzitter: M. RUNACRES

FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE

FACULTEITSRAAD

Decaan – stemgerechtigd

• Dirk Devroey

Vice-decaan – stemgerechtigd

• Nicole Pouliart

Academisch secretaris - stemgerechtigd

• Tamara Vanhaecke

ZAP – stemgerechtigd

• Patricia De Vriendt (GERO)

• Jan Gutermuth (GERO)

• Ann De Smedt (KLIW)

• Steven Droogmans (KLIW)

• Sebastiaan Engelborghs (KLIW)

• Siddharta Lieten(KLIW)

• Guy Nagels (KLIW)

• Katrien Stouffs (KLIW)

• Pieter Cornu (FARM)

• Ann Massie (FARM)

• Mathieu Vinken (FARM)

• Kristien De Paepe (FARM)

• Dimitri De Bundel (FARM)

• Debby Mangelings(FARM)

• Kurt Barbé (GEWE)

• Ronald Buyl (GEWE)

• Johan Bilsen (GEWE)

• Lieve Van den Block (HUIS)

• Johan Vansintejan (HUIS)

• Emily Verté (HUIS)

• Peter Bottenberg (CHIR)

• Willem Verpoest (CHIR)

• Maarten Moens (CHIR)

• Johan de Mey (LABO)

• Ramses Forsyth (LABO)

• NN (LABO)

• NN (LABO)

• NN (PATH)

• Karine Hellemans (PATH)

• Robert Hilbrands (PATH)

• Bart Keymeulen (PATH)

• Karine Breckpot (BMWE)

• Eline Menu (BMWE)

• Ilse Rooman (BMWE)

• Claudia Spits (BMWE)

• Leo Van Grunsven (BMWE)

• Karin Vanderkerken (BMWE)

OAP – stemgerechtigd

• Sven Van Laere – Suzanne Blotwijk (plaatsvervanger)

• Lara Vesentini – Roel Van Overmeire (plaatsvervanger)

• Stefaan Verhulst – Yoni Baert (plaatsvervanger)

• Stefaan Six – Emilie Muysewinckel (plaatsvervanger)

• Iris Steenhout – Camille Raets (plaatsvervanger)

• NN

Studenten – stemgerechtigd

• Thomas Van Den Eynde

• Keanu Knauf

• Diewert Seynaeve

• NN

• NN

• NN

ATP – stemgerechtigd

• John Kellen – Angelo Willems (plaatsvervanger)

• Lieselot Van Kerkhove – Laura Cornelis (plaatsvervanger)

• Tom Janssen – Caroline Pouders (plaatsvervanger)

Directeur Onderzoek – raadgevende stem

• Koen Putman

Directeur Studentenzaken – raadgevende stem

• Johan De Mey

Administratief secretaris – raadgevende stem

• Caroline Pouders

Voorzitters OLR kernopleidingen – raadgevende stem

• Nicole Pouliart (Geneeskunde)

• Johan De Mey (Specialistische Geneeskunde)

• Ron Kooijman (Biomedische Wetenschappen)

• Yvan Vander Heyden (Farmaceutische Wetenschappen)

• Johan Vansintejan (Huisartsgeneeskunde)

• Mark Leys (Gezondheidszorg)

• Christel Geerts (Gerontologie)

Facultaire vertegenwoordigers in universitaire organen– raadgevende stem

• Nn. (ZAP RvB)

• Iris Steenhaut (OAP OWR)

• Nicole Pouliart (ZAP OWR)

Coördinatoren van de onderzoeksclusters– raadgevende stem

• Tony Lahoutte – Medical Imaging and Medical Physics

• Steven Droogmans – Cardivascular Disorders

• Ivan Bautmans – Development, Ageing en Pathology

• Karl Marting Wissing – Development, Ageing en Pathology

• Bart Keymeulen – Diabetes, Transplantation and Pathology

• Tamara Vanhaecke – Liver, Cell Biology & Toxicology

• Ilse Smolders – Neurosciences

• Karin Vanderkerken – Oncology Research Centre – Thierry Vandendriessche (plaatsvervanger)

• Yvan Vander Heyden – Pharmaceutical Research and Data Technology

• Dirk Devroey – Public Health

• Karen Sermon – Reproduction, Genetics & Regenerative Medicine

Andere vertegenwoordigers– raadgevende stem

• Guy Peeters – Voorzitter UMC Comité

• Marc Noppen – Gedelegeerd Bestuurder UZ Brussel

• Herman Tournaye – Voorzitter C&V Commissie

• Joeri Aerts – Voorzitter Bibliotheekcommissie

• Steven Raeymaeckers – Voorzitter Medische Raad

• Leo Van Grunsven – Directeur Doctoral School

• Alain Dupont – Voorzitter vaste selectiecommissie

• Debby Mangelings – Voorzitter Facir

• Studietrajectbegeleiders: Petra Jacobs, Ine De Smet, Kaat Terryn

Leden van het vorige Faculteitsbureau– raadgevende stem

• Peter in ’t Veld – pro-decaan

Studentenvertegenwoordigers– raadgevende stem

• Caitlin Jansen - Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Vincent Mingneau - Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Jolien Lersberghe – Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Audrey Devos – Studentenraad Jette

• Caitlin Jansen – Studentenraad Jette

• Isabelle Vekemans – Voorzitter GSP

• NN – studentenvertegenwoordiger Geneeskunde

• NN – studentenvertegenwoordiger Farmacie

• NN – studentenvertegenwoordiger Biomedische Wetenschappen

• Fien Loosveldt – studentenvertegenwoordiger Gerontologie

• NN – studentenvertegenwoordiger Gezondheidszorg

• Wannes Meskens – studentenvertegenwoordiger Huisartsgeneeskunde

• Cynthia D’Hont – studentenvertegenwoordiger Specialistische Geneeskunde

Vakgroepvoorzitters– raadgevende stem

• Ilse Smolders – FARM

• Johan Bilsen – GEWE

• Ivan Bautmans – GERO

• Karen Sermon – BMWE

• Bart Keymeulen – PATH

• Mark De Ridder – KLIW

• Ramses Forsyth - LABO

• Dirk Michielsen – CHIR (einde: 1/11/2021)

• Johan Vansintejan – HUIS

FACULTEITSBESTUUR

Decaan – stemgerechtigd

• Dirk Devroey

Vice-decaan – stemgerechtigd

• Nicole Pouliart

Academisch secretaris - stemgerechtigd

• Tamara Vanhaecke

Directeur Onderzoek – stemgerechtigd

• Koen Putman

Directeur Studentenzaken – stemgerechtigd

• Johan De Mey

OAP – stemgerechtigd

• Stefaan Six

Studenten – stemgerechtigd

• Keanu Knauf – vanaf 1/01/2022: Diewert Seynaeve

ATP – stemgerechtigd

• John Kellen

Voorzitters OLR kernopleidingen – stemgerechtigd

• Nicole Pouliart (Geneeskunde)

• Johan De Mey (Specialistische Geneeskunde)

• Ron Kooijman (Biomedische Wetenschappen)

• Yvan Vander Heyden (Farmaceutische Wetenschappen)

• Johan Vansintejan (Huisartsgeneeskunde)

• Mark Leys (Gezondheidszorg)

• Christel Geerts (Gerontologie)

Vakgroepvoorzitters– stemgerechtigd

• Ilse Smolders – FARM

• Johan Bilsen – GEWE

• Ivan Bautmans – GERO

• Karen Sermong – BMWE

• Bart Keymeulen – PATH

• Mark De Ridder – KLIW

• Johan de Mey (ad interim: Ramses Forsyth) - LABO

• Dirk Michielsen – CHIR (einde: 1/11/2021)

• Johan Vansintejan – HUIS

Administratief secretaris – raadgevende stem

• Caroline Pouders

Facultaire vertegenwoordigers in universitaire organen– raadgevende stem

• Nn. (ZAP RvB)

• Iris Steenhaut (OAP OWR)

• Nicole Pouliart (ZAP OWR)

Coördinatoren van de onderzoeksclusters– raadgevende stem

• Tony Lahoutte – Medical Imaging and Medical Physics

• Steven Droogmans – Cardivascular Disorders

• Ivan Bautmans – Development, Ageing en Pathology

• Karl Marting Wissing – Development, Ageing en Pathology

• Bart Keymeulen – Diabetes, Transplantation and Pathology

• Tamara Vanhaecke – Liver, Cell Biology & Toxicology

• Ilse Smolders – Neurosciences

• Karin Vanderkerken – Oncology Research Centre – Thierry Vandendriessche (plaatsvervanger)

• Yvan Vander Heyden – Pharmaceutical Research and Data Technology

• Dirk Devroey – Public Health

• Karen Sermon – Reproduction, Genetics & Regenerative Medicine

Andere vertegenwoordigers– raadgevende stem

• Guy Peeters – Voorzitter UMC Comité

• Marc Noppen – Gedelegeerd Bestuurder UZ Brussel

• Johan De Mey – Voorzitter Gebouwencommissie Jette

• Herman Tournaye – Voorzitter C&V Commissie

• Joeri Aerts – Voorzitter Bibliotheekcommissie

• Steven Raeymaeckers – Voorzitter Medische Raad

• Leo Van Grunsven – Directeur Doctoral School

• Alain Dupont – Voorzitter vaste selectiecommissie

• Debby Mangelings – Voorzitter Facir

• Studietrajectbegeleiders: Petra Jacobs, Ine De Smet, Kaat Terryn Leden van het vorige Faculteitsbureau– raadgevende stem

• Peter in ’t Veld – pro-decaan

Studentenvertegenwoordigers– raadgevende stem

• Caitlin Jansen - Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Vincent Mingneau - Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Jolien Lersberghe – Vertegenwoordiger studenten FR - studentenraad

• Audrey Devos – Studentenraad Jette

• Caitlin Jansen – Studentenraad Jette

• Isabelle Vekemans – Voorzitter GSP

• NN – studentenvertegenwoordiger Geneeskunde

• NN – studentenvertegenwoordiger Farmacie

• NN – studentenvertegenwoordiger Biomedische Wetenschappen

• Fien Loosveldt – studentenvertegenwoordiger Gerontologie

• NN – studentenvertegenwoordiger Gezondheidszorg

• Wannes Meskens – studentenvertegenwoordiger Huisartsgeneeskunde

• Cynthia D’Hont – studentenvertegenwoordiger Specialistische Geneeskunde

BUREAU VAN HET FACULTEITSBESTUUR

DECAAN : Dirk Devroey

VICEDECAAN: Nicole Pouliart – onderwijs en UMC

ACADEMISCH SECRETARIS: Tamara Vanhaecke

DIRECTEUR ONDERZOEK: Koen Putman

DIRECTEUR ONDERWIJS: Johan De Mey

Raadgevend:

• Ivo Van Akelijen – adviseur decaan

• Caroline Pouders – faculteitssecretaris

OPLEIDINGSRADEN GF

Opleidingsraad Bachelor en Master Geneeskunde

• Voorzitter: Nicole Pouliart

• Ondervoorzitter: Mark De Ridder

• Secretaris: Koen Putman

Opleidingsraad Master Specialistische Geneeskunde

• Voorzitter: Johan De Mey

• Secretaris: Michel Deneyer

Opleidingsraad Biomedische Wetenschappen

• Voorzitter: Ron Kooijman

• Ondervoorzitter: Karin Vanderkerken

• Secretaris: Marina Pauwels

Opleidingsraad Farmaceutische Wetenschappen

• Voorzitter: Yvan Vander Heyden

• Ondervoorzitter: Ann Van Eeckhaut

• Secretarissen: Axelle Cooremans,Liselotte Mackens, Mieke Speliers

Opleidingsraad Huisartsgeneeskunde

• Voorzitter: Johan Vansintejan

• Secretaris: Emily Verté

Opleidingsraad Management en Beleid in de Gezondheidszorg:

• Voorzitter: Marcus Leys

• Secretaris: Melissa Horlait

Opleidingsraad Management, Zorg en Beleid in de Gerontologie

• Voorzitter: Christel Geerts

• Secretaris: Fien Loosveldt

ADVIESORGANEN FACULTAIRE BESTUURSORGANEN

EVALUATIE- EN BEVORDERINGSCOMMISSIE

• Dirk Devroey – ex officio voorzitter als decaan GF

• Thierry Vandendriessche

• Ilse Smolders

• Brigitte Velkeniers

• Yvan Vander Heyden

VASTE SELECTIECOMMISSIE

• Alain Dupont –voorzitter

• Thierry Vandendriessche

• Tamara Vanhaecke

• Koen Putman

• Lieve Van den Block

• Jacques De Grève

UMC-COMITE

• Guy Peeters – voorzitter

• Dirk Devroey – GF

• Nicole Pouliart – GF

• Marc Noppen – UZ

• Olivier Naeyaert – UZ

• Ivo Van Akelijen – secretaris

UMCOR (BUREAU)

• Koen Putman – voorzitter

• Marleen Keyaerts

• Sebastiaan Engelborghs

• Karine Breckpot

• Ann Massie

DOCTORAATSOPVOLGINGSCOMMISSIES

Sociale Gezondheidswetenschappen

• Mark Leys – voorzitter

• Koen Putman – ondervoorzitter

Gerontologie

• Ivan Bautmans – voorzitter

• Rose Njemini – ondervoorzitter

Farmaceutische Wetenschappen

• Ilse Smolders – voorzitter

• Stephane Steurbaut – ondervoorzitter

Medische Wetenschappen

• Claudia Spits – voorzitter

• Leo Van Grunsven – ondervoorzitter

Wereldwijde gezondheidszorg, humanitaire hulp en rampengeneeskunde

• Ives Hubloue – voorzitter

Tandheelkunde

• Peter Bottenberg – voorzitter

FACULTAIRE DOCTORAATSCOMMISSIE

• Leo Van Grunsven – voorzitter

• Mark Leys

• Ivan Bautmans

• Ilse Smolders

• Claudia Spits

• Peter Bottenberg

PROMOTIECOMMISSIE ATP

Faculteitsbureau:

• Dirk Devroey (voorzitter)

• Nicole Pouliart

• Tamara Vanhaecke

• Koen Putman

• Johan De Mey

FACIR

Facultaire Commissie Internationalisering

• Debby Mangelings: exchange coordinator Farmaceutische Wetenschappen

• Ellen Goossens: exchange coordinator Biomedische Wetenschappen

• Steven Raeymaeckers: exchange coordinator Geneeskunde

• Leo Van Grunsven: directeur Doctoral School Life Sciences & Medicine

• Koen Putman: exchange coordinator Gezondheidswetenschappen

• Christel Geerts: exchange coordinator Gerontologie

VAKGROEPRADEN

BMWE – Basis (bio-) medische wetenschappen

• Voorzitter: Karen Sermon

• Ondervoorzitter: Karin Vanderkerken

• Secretaris: Yasmina Essam

CHIR – Snijdende klinische wetenschappen – einde 2022  opgeheven en inkanteling in KLIW

• Voorzitter: Dirk Michielsen

FARM – Farmaceutische en Farmacologische Wetenschappen

• Voorzitter: Ilse Smolders

• Ondervoorzitter: Tamara Vanhaecke

• Secretarissen: Souad Moudallel en Santina Gorsen

GERO – Gerontologie

• Voorzitter: Ivan Bautmans

• Secretaris: Fien Loosveldt

GEWE – Gezondheidswetenschappen

• Voorzitter: Johan Bilsen

• Ondervoorzitter: Ronald Buyl

• Secretaris: Lara Vesentini

HUIS – Huisartsgeneeskunde en chronische zorg

• Voorzitter: Johan Vansintejan

KLIW – Observerende klinische wetenschappen

• Voorzitter: Mark De Ridder

LABO – Ondersteunende klinische wetenschappen

• Voorzitter: Ramses Forsyth

PATH – Pathologie/Moleculaire en cellulaire geneeskunde

• Voorzitter: Bart Keymeylen

GFAC – Geneeskunde en Farmacie academisch/administratief

• Voorzitter: Decaan GF – Dirk Devroey

EXAMENCOMMISSIES

Bachelor Geneeskunde

• Voorzitter: Nicole Pouliart

• Secretaris: Karine Hellemans (plaatsvervangend voorzitter)

• Thierry VandenDriessche (plaatsvervangend secretaris)

• Ives Hubloue

• Marc Van de Casteele

• Hendrik Reynaert

Master Geneeskunde

• Voorzitter: Nicole Pouliart

• Secretaris: Mark De Ridder (plaatsvervangend voorzitter)

• Koen Putman (plaatsvervangend secretaris)

• Dirk Devroey

• Johan Vansintejan

• Hendrik Reynaert

Master Specialistische Geneeskunde

• Voorzitter: Johan De Mey

• Secretaris: Michel Deneyer (plaatsvervangend voorzitter)

• Rik Schots (plaatsvervangend secretaris)

• Marian Vanhoeij

• Mark De Ridder

• Brigitte Velkeniers

• Filip Cools

Farmaceutische Wetenschappen

• Voorzitter: Yvan Vander Heyden

• Secretaris: Kristien De Paepe (plaatsvervangend voorzitter)

• Debby Mangelings (plaatsvervangend secretaris)

• Kenno Vanommeslaeghe

• Ilse Smolders

• Tamara Vanhaecke

Bachelor Biomedische Wetenschappen

• Voorzitter: Ron Kooijman

• Secretaris: Karine Hellemans (plaatsvervangend voorzitter)

• Hendrik Reynaert (plaatsvervangend secretaris)

• Bart Van der Auwera

• Karine Breckpot

• Kurt Barbé

Master Biomedische Wetenschappen

• Voorzitter: Ron Kooijman

• Secretaris: Thierry Vandendriessche (plaatsvervangend voorzitter)

• Karen Sermon

• Ilse Smolders

• Karine Breckpot

• Harry Heimberg

Management, Zorg en Beleid in de Gerontologie (schakel- en voorbereidingsprogramma en Ma-ster)

• Voorzitter: Ivan Bautmans

• Secretaris: Patricia De Vriendt (plaatsvervangend voorzitter)

• Ellen Gorus (plaatsvervangend secretaris)

• Michel Deneyer

• Marcus Leys

• Rose Njemini

Management en Beleid van de Gezondheidszorg

• Voorzitter: Marcus Leys

• Secretaris: Ronald Buyl (plaatsvervangend voorzitter)

• Kurt Barbé (plaatsvervangend secretaris)

• Koen Putman

• Johan Bilsen

• Melissa Horlait

RUBRIEK 3 ONDERWIJSVERSLAG

Ten geleide

Bij het opstellen van het jaarverslag werd het schema gevolgd zoals bepaald in het Besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 1997 met betrekking tot het jaarverslag van de Universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap en werd tevens rekening gehouden met de richtlijnen vervat in het schrijven van dhr. Pascal Smet, Vlaams minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke kansen en Brussel d.d. 21 februari 2011.

Dit deel besteedt onder meer aandacht aan globale beleidslijnen “onderwijs”, kwaliteitszorg en onderwijsinnovatie, LLL, studiebegeleiding, welzijn studenten en het rapport inzake taalregeling.

Naar aanleiding van de opmaak van dit jaarverslag wens ik alle medewerkers van het departement Onderwijs en Studentenzaken te danken voor hun inzet en gerealiseerde werkzaamheden, alsook voor de bijdrage tot dit jaarverslag.

Prof. dr. Jan Danckaert, Vicerector Onderwijs en Studentenzaken.

I. GLOBALE BELEIDSLIJNEN ONDERWIJS

Tijdens het werkingsjaar 2021 werd een start gemaakt met de operationalisering en realisatie van het beleidsplan van het departement Onderwijs en Studentenzaken voor de periode 2021 – 2024.

Het beleidsplan onderwijs werd voor de periode 2021-2024 werd door de Academische Raad op 14 december 2020 goedgekeurd, na positief advies van de Onderwijsraad en de Studentenraad.

Strategische doelstellingen beleidsplan onderwijs en studentenzaken 2021-2024 Het beleidsplan Onderwijs en Studentenzaken gaat uit van 7 strategische doelstellingen. Voor elk van deze doelstellingen worden in het beleidsplan tegen 2024 de te realiseren KPI’s en kwalitatieve doelstellingen gedefinieerd.

Strategische (SD) en operationele (OD) doelstellingen:

• SD1 Het ontwikkelen van een onderwijsaanbod anno 2030;

- OD 1.1 Het ontwikkelen van een richtinggevend kader voor curriculumvernieuwing

- OD 1.2 Het consolideren van de resultaten van de projecten met betrekking tot Multi-, inter- en transdisciplinair onderwijs en van het Community Engaged Research and Learning (C.E.R.L.), zoals was opgenomen in het Algemeen Stratigisch Plan3

- OD 1.3 de uitbouw van een ondersteuningsaanbod internationalisering van het curriculum

- OD 1.4 de verdere uitbouw van het aanbod Levenslang Leren

- OD 1.5 de verdere uitbouw van instellingsbrede opleidingsonderdelen (IBOO’s)

• SD2 Het innoveren van het onderwijs middels nieuwe onderwijsvormen en -technologieën;

- OD 2.1 het ontwikkelen van een richtinggevende toekomstvisie op innoverend onderwijs,

- OD 2.2 het ontwikkelen en ondersteunen van een samenhangende set van digitale onderwijstools

- OD2.3 de evaluatie van ad-hoc materiaal en ondersteuning en de integratie daarvan in het reguliere onderwijsaanbod

• SD3 Het verhogen van het welzijn van studenten;

- OD 3.1 het verwezenlijken van een geïntegreerd welzijnsbeleid,

- OD 3.2 het monitoren van het welzijn van de studenten en het welzijnsaanbod wordt hierop afgestemd,

- OD 3.3 het verruimen van het aanbod aan primaire preventie,

- OD 3.4 het aanbod aan secundaire en tertiaire preventie afstemmen,

• SD4 Het ondersteunen van de onderwijskwaliteit;

- OD 4.1 de valorisatie van het onderwijs

- OD 4.2 de uitbouw van een gealigneerd en recurrent ondersteuningsaanbod

- OD 4.3 de opleidingen ondersteunen bij onderwijsvernieuwing

- OD 4.4 het ontwikkelen van een methodiek voor evaluatie en bijsturing van het professionaliseringsaanbod

- OD 4.5 een nieuwe kwaliteitszorgcyclus uittekenen

• SD5 European University Eutopia;

- OD 5.1 ontwikkelen van de CoLeCo’s

- OD 5.2 het verduurzamen van Eutopia

• D6 Raamwerk voor groei in onderwijs

- OD 6.1 het optimaliseren van het aanbod

- OD 6.2 het ontwikkelen van een duurzaam financieringsmechanisme

- OD 6.3 de zorg voor een klantvriendelijke onderwijs- en studentenadministratie

• SD7 Het ontwikkelen van een taalbeleid.

- OD 7.1 consolideren van de resultaten van het initiatief m.b.t. het Academisch Nederlands

- OD 7.2 Intake-testen Engels

- OD 7.3 Blended aanbod taalbeheersing Engels

- OD 7.4 het testcentrum wordt de referentie voor taalcertificering

- OD 7.5 de promotie van meertaligheid

-

- OD 7.6 tolk- en vertaalbeleid in onderwijs

OD 7.7 het ondersteunen van anderstalige initiatieven

Mate van Realisatie van de doelstellingen in 2021

SD1 Het ontwikkelen van een onderwijsaanbod anno 2030

Met het oog op het ontwikkelen van een onderwijsaanbod dat gericht is op de actuele maatschappelijke uitdagingen, werd een aanvang gemaakt met het opstellen van een blauwdruk, waarbij in kaart wordt gebracht welke de huidige kaders en procedures zijn voor curriculumhernieuwing en wordt op basis hiervan nagegaan welke inhoudelijke voorwaarden zijn om tot optimale en duurzame processen hiervoor te komen.

De integratie van multi-, inter en transdisciplinair onderwijs in het onderwijsaanbod zal verder worden gezet, en er wordt nagegaan welke bestaande resultaten uit ASP3-projecten die hierop aansluiten op korte termijn kunnen worden opgenomen in het JaarOndersteuningsaanbod (JOA).

Om een reciproke interactie met de Brusselse regio meer te integreren in het onderwijs, wordt het concept van ‘Community Engaged Research & Learning - CERL’ uitgewerkt en gehanteerd. Tijdens 2021 werden de partnerschappen aangegaan ihkv. C.E.R.L. verduurzaamd en het lerend netwerk wordt verder uitgebouwd. De C.E.R.L.-leerlijn wordt afgestemd op de VUB-onderzoeksexpertise en -agenda.

De voorbereiding van de aanvraag in 2021 voor de inrichting van een Engelstalige masteropleiding ‘Master of Arts in History; Global Challenges in Historical Perpective’ als anderstalige variant op de bestaande Master in de geschiedenis, kaderen eveneens in de verdere uitbouw van multi-, inter- en transdisciplinair onderwijs.

Gelet op het huidige aanbod zal verder strategisch worden nagegaan welke masteropleidingen in het Engels – als taalvariant, dan wel als nieuwe opleiding - nog zullen worden ingericht.

Aanvragen voor de inrichting van de ‘Master of Science in Applied Informatics’ en voor de ‘Bachelor of Arts in Linguistics and Literary Studies’, las taalvarianten van de Nederlandstalige Master in de toegepaste informatica, respectievelijk de Bachelor in de taal- en letterkunde werden voorbereid, vormgegeven en ingediend.

In samenwerking met de afdeling International Relations and Mobility (IRMO) en het Eutopia-consortium werd samengewerkt om een ondersteuningsaanbod internationalisering verder uit te bouwen. In functie van de integratie van internationale leerlijnen in de curricula worden goede praktijken geïnventariseerd en vertaald naar specifiek ondersteuningsmateriaal.

In het kader van de verdere uitbouw en consolidering van het aanbod levenslang leren werd en wordt;

• Een inventaris van het bestaande aanbod inzake LLL opgesteld,

• In samenwerking met UGent en UA een platform voor LLL gecreëerd;

• Een beleidskader en een geëigende organisatiestructuur voor LLL uitgetekend,

• Gestart met de vormgeving van een aanbod van Microcredentials,

• Een Business plan uitgetekend dat afgestemd is op de organisatiestructuur,

• Gewerkt aan een concept van kwaliteitsborging voor dit type opleidingen,

• Administratieve processen op punt gesteld met betrekking tot inschrijving, betaling studiegeld, registratie modules, aflevering getuigschrift

In 2021 werden de nieuwe 5 instellingsbrede opleidingsonderdelen die bijdragen tot de ‘Urban Engaged University’ aangeboden; ‘Sustainability, an Interdisciplinary Approach’, ‘Handelsmissie/Trade mission’, ‘academisch Nederlands’, ‘StadsSalonsUrbains’en ‘Datagestuurde technologie en samenleving’. In voorbereiding op een nieuwe oproep om voorstellen voor IBOO’s in te dienen wordt een analyse voorbereid van het huidige aanbod en wordt nagegaan welke hinderpalen het opnemen van dergelijke IBOO’s in de opleidingscurricula bemoeilijken, zodat hieraan kan worden geremedieerd.

De VUB wil haar studenten valoriseren voor activiteiten en engagementen die extra-curriculair worden ontplooid en die aansluiten bij de humanistische waarden zoals uitgedrukt in de 5 pijlers van de visie op onderwijs. Om dit te operationaliseren werden een aantal studentenprofielen afgebakend waarvoor een valorisatiebeleid kan worden vastgelegd.

De profielen van de ‘student-ondernemer’, ‘student-tutor’ en ‘student-onderzoeker’ werden inmiddels uitgewerkt. In nauw overleg met de Studentenraad werd in 2021 het profiel ‘student-bestuurder’ uitgewerkt en goedgekeurd.

SD2 Het innoveren van onderwijs middels nieuwe onderwijsvormen en -technologieën

Naast de ontwikkeling van een curriculum anno 2030 “wat bieden we aan?” zal de VUB ook een denkoefening maken over “hoe bieden we het onderwijs ‘future proof’ aan?”. Deze oefening betekent dat we zullen nadenken over de onderwijs- en examenvormen en hoe we daarbij nieuwe technologieën zullen kunnen inzetten.

Hiertoe zal vanuit de ‘Visiegroep 2040’ een visietekst omtrent een toekomstbestendig onderwijs worden opgesteld dat als basis zal dienen voor verdere strategische beslissingen in de VUB rond onderwijs (onderwijsinnovatie, onderwijsinfrastructuur, etc.).

De werkzaamheden om een samenhangende set van digitale onderwijstools in een portfolio uit te bouwen, werden gestart. Onder meer wordt een inventaris aangelegd van de licenties van de huidige onderwijstools en wordt getracht de start- en einddata hiervan zo te harmoniseren dat ze samenvallen met de academiejaren. Voor elk van deze tools zal een gedetailleerd implementatieplan voor (eventuele pilotering en) verdere uitrol worden opgesteld.

In 2021 werd een aanvang genomen met de evaluatie van ad hoc materiaal en (facultaire) ondersteuning, en de integratie ervan in het reguliere aanbod.

SD3 Het verhogen van het welzijn van de studenten

Deze doelstelling focust op het niet-onderwijs gerelateerd welzijn van de studenten en wordt nog verder in het beleidsplan studentenvoorzieningen uitgewerkt.

In het kader van de uitbouw van een geïntegreerd welzijnsbeleid coördineert een VUB-welzijnsteam de beleidsontwikkelingen en de daaruit voortvloeiende initiatieven rond welzijn voor studenten. Hiervoor werd een stuurgroep geïnstalleerd en werd een visie over het welzijnsbeleid voor studenten aan de VUB uitgeschreven.

Er werd een VUB-strategie bepaald om het welzijn van de studenten systematisch (jaarlijks) te monitoren, en er werd een Vlaamse beheersovereenkomst afgesloten om dit ook op Vlaams niveau te kunnen doen.

Om te achterhalen waar studenten nood aan hebben in een welzijnsinterventie werd een ontwerp van een participatief active research uitgetekend.

Er werd deelgenomen aan de 4-jaarlijkse survey van VAD waarin gepeild wordt naar het middelengebruik van studenten in het Vlaamse hoger onderwijs.

Het onderaanbod aan primaire interventie kon worden weggewerkt; in 2021 werd o.a.

• Een welzijnsstrip voor de studenten ontwikkeld en verspreid,

• Logistieke ondersteuning gegeven aan een telefoonactie naar alle VUB-studenten,

• Het aanbod infographics uitgebreid,

• In de sociale mediakanalen van de VUB wordt een campagne georganiseerd gericht op het welzijn van de studenten,

• Het VUBuddy-project gecontinueerd,

• Bij de opbouw van het nieuwe studentenportaal wordt aandacht geschonken aan specifieke doelgroepen en wordt de informatie over ons welzijns- en begeleidingsaanbod herdacht, vertrekkende van de visie op het opleidingsaanbod,

• Het vrijetijdsaanbod voor studenten werd breder ingevuld,

• In het kader van de Week van de Veerkracht deelgenomen aan sensibiliseringsacties,

• De welzijnsinitiatieven vanuit de studenten(verenigingen) werd geïntegreerd in het welzijnsaanbod en werd intervisie aangeboden ter ondersteuning en professionalisering,

• Verder gewerkt aan de afstemming van de loketfuncties van verschillende studentgerichte diensten.

Door de uitbouw van het primaire ondersteuningsaanbod kon de druk op het secundair en tertiar welzijnsaanbod van de VUB worden verlicht. Er werd onder meer een webinar gesprekstechnieken georganiseerd en een intervisieaanbod gecreëerd voor de studenteninitiatieven. De werking van de studentenpsychologen werd vernieuwd, m.i.v. de mogelijkheid tot versnelde afspraak voor studenten in crisis. Daarnaast werd nog communicatie gevoerd omtrent MoodSpace, het Vlaams welzijnsplatform voor studenten.

SD4 Het verder uitbouwen van het begeleidingsaanbod voor studenten Er werd een aanvang genomen met de ontwikkeling van een kader voor de valorisatie van het onderwijs en van academisch leiderschap, waarvoor met de overige betrokken interne diensten de nodige afspraken worden gemaakt.

Er werd gestart met het ontwikkelen van een kader voor het aanbod van onderwijs-‘sabbaticals’ wat docenten moet toelaten hun onderwijsopdracht te herbronnen, afgestemd op opleidingsniveau.

In het streven om een gealigneerd en recurrent ondersteuningsaanbod uit te bouwen werd in 2021-2022 gestart met de opmaak van een eerste editie van een geïntegreerd jaarondersteuningsaanbod en werd gewerkt aan de vormgeving van een blauwdruk van een gerbuikersvriendelijke website. Daarnaast werd deelgenomen en bijgedragen aan de visieoefening LRN, dat het opleidingsaanbod voor VUB-personeel groepeert.

Er werd gestart met de uitbouw van een methodiek om op opleidingsniveau vraaggestuurd en op maat van de betrokken opleiding ondersteuning te bieden bij initiatieven van onderwijsvernieuwing. Hiervoor zal een draaiboek worden

uitgewerkt. Het opzet is om een shift te bewerkstelligen in de rol van de ondersteuners; van procesbewakers naar procescoaches.

Hieraan gekoppeld wordt gewerkt aan een methodiek voor de evaluatie en bijsturing van professionaliserings- en ondersteuningsactiviteiten, met het oog op hun effectiviteit.

Er werd gewerkt aan de implementatie van een nieuwe kwaliteitszorgcyclus. Onder meer werd gezorgd dat in 2020-2021;

• De Kwaliteitsraad Onderwijs (KRO) werd opgericht,

• Het concept van ‘Strategieplannen’ door de OWR werd gelanceerd en opleidingen werden opgeroepen deze op te stellen voor een periode van drie jaar, waarin de prioritaire werven aangegeven worden van strategische acties die leiden tot een versterking van de opleiding. Hier zal per opleidingsraad een afsprakenkader aan gekoppeld worden waarin o.m. wordt vastgelegd welke ondersteuning aan de opleidingsraad zal worden geboden.

• De bijsturing van kwaliteitszorg-instrumenten volop gaande is,

• De publieke informatie op de VUB-website volledig werd herwerkt – deze zal voortaan driejaarlijks worden geüpdatet,

• De voorbereidende werkzaamheden van de instellingsreview werden gestart.

SD5 Het uitbouwen van de onderwijsprofessionalisering tot een coherent en gedifferentieerd aanbod Het Eutopia opleidingsaanbod onder de vorm van Learning Units wordt verder uitgebouwd volgens het afgesproken scenario. Het VUB academisch personeel neemt enerzijds een trekkende rol op in 5 CoLeCo’s (Connected Learning Community) en draagt anderzijds actief bij als partner in de CoLeCo’s die door de andere partnerinstellingen worden getrokken (max. 25) waarbij een evenwichtige spreiding over de verschillende faculteiten en opleidingen wordt nagestreefd.

De Eutopia labeled learning units zullen duurzaam verankerd worden in het VUB-curriculum en werden als dusdanig zichtbaar gemaakt op het diplomasupplement. Er wordt ook een overzicht gemaakt van de noodzakelijke integraties in bestaande VUB-processen en -systemen.

Met het oog op de verduurzaming van Eutopia worden de tussentijdse rapporteringen aan de Europese Commissie voorbereid en wordt meegewerkt aan een proposal voor de fase 1, het vervolg op de huidige pilootfase.

SD6 Het stimuleren van onderwijskwaliteit en kwaliteitscultuur

Er werd gewerkt aan een kader voor de optimalisatie van het VUB-opleidingsaanbod.

Om bij te dragen aan de totstandkoming van een rationeel opleidingsaanbod werden universiteitsbreed de bezettingsgraad van de opleidingsonderdelen gemonitord en werden op basis hiervan KPI’s geformuleerd omtrent opleidingsonderdelen met een te lage bezetting.

Er werd input vanuit het departement geleverd bij de totstandkoming van een aangepast, duurzaam financieringsmechanisme. Onder meer werd geanalyseerd op welke wijze middelen aan opleidingsraden en/of gewijzigde structuren kunnen worden gealloceerd.

Er werd gestart met de werkzaamheden om de onderwijs- en studentenadministratie klantvriendelijk(er) te maken. Tot de scope behoren o.a. het optimalisatieproject van het CALI-onderwijs- en studentensysteem, een optimalisering van de roostering van les- en evaluatie-activiteiten en het grondig herzien van de regels aangaande de curriculumopbouw van de opleidingen (o.m. voor wat betreft het hanteren van vooropleidingseisen zoals pre- en co-requisites)

SD 7 Het ontwikkelen van een taalbeleid

Als instelling in een multiculturele en multilinguale omgeving als Brussel is het ontwikkelen van en het inzetten op een taalbeleid een absolute must. Het ACTO (het Academisch Centrum voor Talen Onderwijs) was en is o.a. betrokken bij de uitwerking van het beleidsplan meertaligheid van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en neemt actief deel aan de activiteiten van de Raad voor Meertaligheid.

De resultaten van het project m.b.t. het Academisch Nederlands dienen te worden geconsolideerd. Gekoppeld hieraan wordt het remediëringsaanbod Nederlands voor studenten geactualiseerd. Met de opleidingsraden werd verder overleg gepleegd om een geïntegreerde leerlijn ‘taalbeheersing’ uit te bouwen in de opleidingen.

Het Taaltestcentrum werd inmiddels volledig gerealiseerd en er werd verkend of het testaanbod kan worden uitgebreid voor andere talen.

Er werd voorzien in een aanbod van intake-testen Engels en er zal verder verkend worden welke bestaande digitale ondersteuningsmogelijkheden aangewend kunnen worden voor een blended aanbod taalbeheersing Engels.

De implementatie van een digitaal ondersteuningstraject, in partnerschap met de ‘HogeschoolTaal’, loopt verder, evenals de implementatie van STAN (Stimulans Academisch Nederlands) voor taalzwakke studenten.

II. KWALITEITSZORG EN ONDERWIJSINNOVATIE

1. KWALITEITSZORG

1.1. Evaluatie en bijsturing van de VUB Kwaliteitscyclus

De wijzigingen in de kwaliteitszorgcyclus die in het verslagjaar 2019-2020 formeel werden goedgekeurd werden in ’20-21 verder uitgerold:

- De oprichting van een Kwaliteitsraad Onderwijs (KRO) die onder de verantwoordelijkheid van de Academische Raad functioneert en o.a. instaat voor het periodiek vaststellen van de kwaliteit van individuele opleidingen en het neerleggen van die vaststelling in een formeel borgingsbesluit

- De verlichting van de kwaliteitscyclus voor opleidingen met een positief borgingsbesluit. Deze opleidingen krijgen om de 6 jaar het bezoek van een expertenpanel (Peer Review – vroeger kwaliteitsbeoordeling) en niet meer om de 4 jaar, zoals in de huidige cyclus. Dit wordt aangevuld met een intern opvolggesprek met OS na drie jaar, in plaats van het jaarlijkse overleg over de actieplannen. De jaarlijkse actieplannen vervallen.

- De invoering van een driejaarlijks strategieplan, waarin de prioritaire werven van een opleiding voor de komende drie jaar worden vastgelegd.

- Het laten vallen van de vaste periodiciteit van kwaliteitszorginstrumenten ten voordele van een inzet van een ondersteuning op maat en afgestemd op het strategieplan

- Een nieuw ontwerp van de publieke informatie, dat ook door de Kwaliteitsraad Onderwijs wordt goedgekeurd samen met het strategieplan van de opleiding

In het academiejaar 2020-2021 werd het kwaliteitshandboek in die zin aangepast en goedgekeurd door de Academische Raad en werd alle publieke informatie geüpdatet volgens het aangepaste format, formeel vastgesteld en opnieuw gepubliceerd. De vernieuwde cyclus werd toegelicht tijdens een eerst forum voor opleidingsraadvoorzitters (september 2020) en de nodige voorbereidingen werden getroffen voor het opvragen van de eerste strategieplannen in oktober 2021 (uitwerking van een sjabloon met begeleidende toelichtingsnota en ondersteuningsaanbod). Eind 2020 werd de KRO een eerste keer samengeroepen in functie van de voorbereiding van de formele start van zijn activiteiten. De pandemie heeft de uitrol van de wijzigingsplannen niet wezenlijk beïnvloed. De wijzigingen aan de kwaliteitszorgcyclus konden, enige vertraging niet te na gesproken, grotendeels worden verdergezet.

Alle informatie over de vernieuwde cyclus werd tevens voor het bredere publiek toegankelijker gemaakt op deze website: https://www.vub.be/onderwijskwaliteit#inleiding

Tijdens de ronde van de faculteiten in december 2020 - januari 2021 stond een gesprek rond planlastverlichting centraal wat input gaf voor specifieke actielijnen in het nieuwe onderwijsbeleidsplan 2021-2024 rond een sterkere valorisatie voor onderwijsinspanningen in het academisch dossier, het ondersteunen van academisch leiderschap en het onderzoeken van mogelijkheden tot financiering van opleidingsraden en sabbaticals voor onderwijs.

1.2. Laatste kwaliteitsbeoordelingen eerste ronde en accreditatie Social Sciences

In 2020-2021 werden nog vier laatste kwaliteitsbeoordelingen uit de eerste ronde uitgevoerd:

- Bachelor & Master of Laws in de Rechten.

- Ma Notariaat

- Ma International and European Law

- Ma Molecular Biology

De opleiding Social Sciences werd extern geëvalueerd door een NVAO-panel in het kader van het verwerven van een definitieve accreditatie. Kort voor de zomer ontving VUB een positief rapport van de NVAO-commissie. Het formele (positieve) besluit wordt in het najaar 2021 verwacht. Daarnaast werd voor de zomer ook een procedure Toets Nieuwe Opleiding opgestart voor de opleiding Bachlor of Science in de artificiële intelligentie. De evaluatie met plaatsbezoek vindt plaats in 2021-2022.

1.3. Studentenfeedback

De voorstellen tot aanpassing van de studentenfeedback die (in het kader van het verhogen van de participatiegraad) werden uitgewerkt door de begeleidingscommissie, werden geïmplementeerd bij de enquêtes van het eerste en tweede semester van het academiejaar 2020-2021:

- Nudging via een banner in Canvas: er wordt een koppeling gemaakt tussen de studentenfeedback en Canvas. Studenten die nog niet hebben deelgenomen aan de studentenfeedback krijgen in Canvas een schermvullende banner te zien die aanzet tot deelname en via dewelke ze via een link naar de studentenfeedback kunnen gaan. Eenmaal ze hun feedback hebben gegeven verdwijnt de banner in Canvas.

- Knop ‘Geen opmerkingen’: de studenten krijgen de mogelijkheid om de knop ‘Geen opmerkingen’ te gebruiken indien ze voor een opleidingsonderdeel de enquête met waardeschaal niet wensen in te vullen en ze geen specifieke feedback wensen te geven.

- Een opt-out optie: er wordt een opt-out optie voorzien voor studenten die geen feedback kunnen geven over een opleidingsonderdeel, omdat ze de lessen bijvoorbeeld niet hebben gevolgd.

- Sensibiliseringscampagne naar docenten: we sensibiliseren docenten om studenten de studentenfeedback te laten invullen tijdens de laatste les.

De resultaten uit deze test zijn evenwel ontgoochelend. De deelnamepercentages zakten verder naar 24,26% en 18,10%.

De Begeleidingscommissie zal het nodige doen om nu principiële beslissing van de Academische Raad, om een verplichting in te voeren indien een deelname van 75% niet zou worden gehaald, met behoud van de in 2020-2021 ingevoerde maatregelen, voor te bereiden.

Grafieken participatiegraad & resultaten 2020-2021:

Figuur 1: verloop participatiegraad studentenfeedback (op jaarbasis)

Figuur 2: verdeling gemiddelde scores microfiches 2020-2021 semester 1

3: Tevredenheid VUB – Algemene Tevredenheidsenquête (studentenfeedback 2020-2021)

Figuur

Figuur 4: Algemene Tevredenheidsenquête (studentenfeedback 2020-2021)

Figuur 5: Tevredenheid Opleiding – Opleidingsenquête (studentenfeedback 2020-2021)

Figuur 6: Opleidingsenquête (studentenfeedback 2020-2021)

1.4. Voorbereiding instellingsreview 2021: een eerste plaatsbezoek

De voorbereidingen voor de instellingsreview die mid 2019 op gang werden getrokken kwamen in 2020-2021 op volle snelheid. De kritische reflectie werd gefinaliseerd, aan de bevoegde organen voorgelegd en in het voorjaar 2021 aan NVAO bezorgd. Verschillende info- en coachingssessies werden vervolgens georganiseerd in functie van het eerste bezoek van het panel dat plaatsvond op 29 juni 2021. Het tweede bezoek zal plaatvinden begin oktober 2021. Daarover zal, samen met de resultaten, worden gerapporteerd in volgend jaarverslag.

2. ONDERWIJSPROFESSIONALISERING

2.1. Naar een geconsolideerd jaarondersteuningsaanbod

Onderwijs en Studentenzaken organiseert jaarlijks verschillende trainingen en trajecten voor het onderwijzend personeel van de Vrije Universiteit Brussel. Via dit aanbod wil de universiteit alle leden van het academisch personeel ondersteunen bij het (verder) ontwikkelen van hun didactische competenties ten behoeve van het verzorgen van kwaliteitsvol universitair onderwijs.

In 2020-2021 is vooral gewerkt aan de uitbouw van een overkoepelend en geconsolideerd jaarprogramma waarin de vele ad hoc initiatieven die tijdens het vorige verslagjaar werden ontwikkeld in het kader van de COVID-19 crisis én de deliverables uit het ASP3 projectportfolio (bijv. de Canvas cursussen ontwikkeld in het kader van Blend the Future, CERL, en Multi-, inter- en trans-disciplinair onderwijs) werden geïntegreerd. Simultaan met de re-iteratieve uitbouw van het jaarondersteuningsaanbod ontwikkelen, evalueren, en optimaliseren we alle asynchrone ondersteuningsmaterialen en integreren we deze stapsgewijs op de (vernieuwde) interne website. Speciale aandacht zal daarbij gaan naar het ontwikkelen van een repository voor goede praktijken. In het verslagjaar werden blauwdrukken ontwikkeld en een nulversie van de website online geplaatst.

Tijdens de vorige beleidsperiode werd de professionalisering voor personeelsleden in brede zin samengebracht onder de koepel van VUB LRN: een formeel samenwerkingsverband tussen M&O, R&D en OS inzake het organiseren van professionaliseringsinitiatieven voor VUB-medewerkers. In eerste instantie kreeg VUB LRN op een operationeel niveau vorm door het samenbrengen van het bestaande aanbod van de partners op een website en de uitrol van een gemeenschappelijke inschrijvingstool via het Learning Management System (‘VUB LRN Opleidingen’) in TEO. Ook werden eerste stappen gezet in het samen ontwerpen en organiseren van initiatieven (vb. Out-of-Office) die in het verslagjaar werden gecontinueerd.

In 2020-2021 werd tevens een gezamenlijke visieoefening opgestart die duidelijkheid moet verschaffen omtrent:

- De gedeelde missie en visie van VUB LRN

- De overkoepelende strategische prioriteiten inzake professionalisering

- De gedeelde kenmerken en interne afspraken m.b.t. het VUB LRN-aanbod, de organisatie van dat aanbod en de geboden dienstverlening

In de zomer van 2020 werd ten slotte 1 mio € aanvullende middelen verdeeld onder de faculteiten voor het aanstellen van extra onderwijsassistenten en werden 6,5 FTE onderwijsondersteuners aangeworven met als specifieke opdracht de hands on ondersteuning verzorgen binnen de faculteiten en het helpen realiseren van een meer onderwijskundig beredeneerde overgang naar blended onderwijs. Deze ondersteuners zijn gestationeerd in de faculteiten en worden centraal gecoördineerd. Over hun werkzaamheden buiten de bijdragen aan het jaarondersteuningsaanbod wordt gerapporteerd onder de titel ‘Onderwijsinnovatie’. (cfr 3.1)

2.2. Beknopt overzicht van de professionaliseringsinitiatieven in 2020-2021

2.2.1. Korte trainingen en infosessies

Omwille van de aanhoudende COVID-19 crisis stond het trainingsaanbod in academiejaar 2020-2021 grotendeels in het teken van online en blended onderwijs. Er gingen 22 webinars, 17 coachingsessies in groep, 10 workshops en 10 infosessies door. Hieronder geven we een selectie weer uit dit trainingsaanbod dat gericht was op al het onderwijzend personeel:

Webinars o.a.:

• Het eerste college: een goed start in ongewone tijden

• Studenten activeren in Coronatijden

• Online onderwijs voor grote groepen

• Beveiligd digitaal schriftelijk examen

• Get Inspired! Virtual exchange

Coachingsessies in groep:

• Beveiligde digitale schriftelijke examens

• Digitale mondelinge examens

• Andere digitale schriftelijke examens (open boek, take home examen, Canvas opdracht, …)

Workshops o.a.:

• Quick wins in Canvas - Structuur en transparantie bieden voor je studenten

• Opnames maken en gericht inzetten in je onderwijs

• Digitale WPO’s

Infosessies o.a.:

• Starten met Wooclap

• Dienstverlening studenten start academiejaar

• Student in nood

2.2.2. Online cursussen

Om het onderwijzend personeel ook ‘just-in-time’ de mogelijkheid te geven zich verder te professionaliseren, zijn er vijf online cursussen beschikbaar: ‘Video in onderwijs’, ‘Opdrachten in Canvas’, ‘VUBlend: Lesgeven in digitale tijden’, ‘Interdisciplinair onderwijs ontwerpen’ en ‘Community Engaged Research and Learning’. Deze cursussen kunnen volledig autonoom en op eigen tempo doorlopen worden.

2.2.3. Initiatieven gericht op ZAP-leden

Onderwijsprofessionaliseringstraject voor docenten

In 2013 startte het toenmalige Departement Onderwijsbeleid met een onderwijsprofessionaliseringstraject voor ZAPleden. Sinds academiejaar 2014-2015 geldt er een verplichte deelname voor een deel van deze doelgroep, waarbij de verplichting voornamelijk nieuw instromende, Nederlandstalige leden van het ZAP met een afdoende VUB-aanstelling betreft. (Beslissing Raad Van Bestuur, 3 juli 2012)

Eventuele resterende plaatsen bij het traject worden opengesteld voor vrijwillige deelname.

Het onderwijsprofessionaliseringstraject ondersteunt de docent in de ontwikkeling van de vooropgestelde onderwijscompetenties uit de competentietoets ZAP, luik Onderwijs.

In 2020-2021 heeft er omwille van de COVID-19 crisis geen traject plaatsgevonden. Naast het brede jaarondersteuningsaanbod organiseerden we daarom bijkomende (online) netwerkmomenten en ondersteuningsbijeenkomsten voor startend ZAP.

‘Out of Office’-doorwerkdagen

I.s.m. de collega’s van Research & Data Management (R&D) werden er een aantal (online) doorwerkdagen voor ZAP georganiseerd. Ter inspiratie is er telkens ook een korte thematische workshop; in 2020-2021 waren dit de thema’s:

• Examens voorbereiden

• Work-life balance

• OO-fiches

2.2.4. Initiatieven gericht op opleidingsraadvoorzitters

fORum voor opleidingsraadvoorzitters

Tijdens deze netwerkbijeenkomsten worden voorzitters van opleidingsraden rechtstreeks geïnformeerd over onderwijsbeleidsaangelegenheden, wisselen zij onderling ervaringen en goede praktijken uit en denken zij samen na over het kwaliteitsvol opnemen van hun taken en verantwoordelijkheden als voorzitter. In 2020-2021 vond het fORum tweemaal plaats (september en juni).

2.2.5. Initiatieven gericht op onderwijsassistenten

Onderwijstraining voor assistenten

Sinds 2015 biedt Onderwijs en Studentenzaken eendaagse onderwijstrainingen voor AAP- en WPP-leden met een onderwijsopdracht. In academiejaar 2018-2019 is daar ook een Engelstalige variant aan toegevoegd. Tijdens deze eendaagse trainingen wordt er vooral gefocust op basisdidactiek en de onderwijspraktijk van de deelnemers. Om de transfer van het geleerde naar de eigen onderwijspraktijk te verhogen worden er terugkommomenten voorzien.

In het academiejaar 2020-2021 heeft er omwille van de COVID-19 crisis geen onderwijstraining plaatsgevonden. Naast het brede jaarondersteuningsaanbod organiseerden we daarom bijkomende (online) coachingssessies voor startende assistenten

2.3. Nieuwe beleidsprioriteiten

Valorisatie

Zoals eerder aangegeven werden nieuwe actielijnen in het Onderwijsbeleidsplan 2021-2024 ingeschreven rond een sterkere valorisatie voor onderwijsinspanningen in het academisch dossier, het ondersteunen van academisch leiderschap en het onderzoeken van mogelijkheden tot financiering van opleidingsraden en sabbaticals voor onderwijs. De voorbereidende werkzaamheden vonden voor elk van deze dossiers plaats.

Teamprofessionalisering

Als we onderwijsvernieuwingen en -verbeteringen zoals blended learning, interdisciplinair onderwijs en CERL, of aandacht voor topics als internationalisering, duurzaamheid, diversiteit, etc. structureel willen verankeren in curricula moeten we niet enkel de individuele docent maar ook en vooral het team bereiken dat verantwoordelijk is voor het gehele opleidingstraject. Daarom zetten we, naast het continueren van de ondersteuning gericht op individuele docenten (cf. OD 4.2), voortaan sterker in op trajectmatige ondersteuning van opleidingen en docententeams die geconfronteerd worden met uitdagingen op vlak van curriculum (her)ontwerp. In 2020-2021 werden de concepten voor een dergelijke ondersteuning uitgewerkt:

- Enerzijds werden met diverse stakeholders de grondslagen gelegd voor een richtinggevend kader voor curriculumvernieuwing. Daarin expliciteren we centrale beleidstopics, -thema’s en initiatieven waar (nieuwe) opleidingen bij de uitwerking van de curricula op in kunnen zetten.

- Anderzijds deden we een vooronderzoek naar een generieke methodiek om ondersteuningsprocessen op teamniveau te stroomlijnen. De ondersteuningsmethodiek is gebaseerd op onderwijskundige ontwerpmodellen (cf. ADDIE / Carpe Diem) en relevante literatuur (European University Association, 2020; O’Neill, 2015; van den Berg, Ritzen & Pilot, 2012). De methodiek is duurzaam en flexibel inzetbaar: bestaande uit een ‘basispakket’ per ontwerpfase dat afhankelijk van de ondersteuningsnoden van de opleiding of het docententeam op maat aangepast/aangevuld/uitgediept kan worden. De methodiek wordt in de komende beleidsperiode bij minstens 4 opleidingen uitgetest en uitgebreid geëvalueerd met het oog op een bredere uitrol in 2024.

3. ONDERWIJSINNOVATIE

De rapportage over de werkzaamheden op het vlak van onderwijsinnovatie is sterk gekleurd door de Coronapandemie. De focus lag op de ondersteuning van het online onderwijs en de online examens. Hieronder is ook een korte samenvatting te vinden van de reguliere activiteiten inzake onderwijsinnovatie die het afgelopen academiejaar ondernomen werden.

3.1. Versterkte ondersteuning online onderwijs door de Facultair Onderwijsondersteuners

Op het einde van het ‘brutale digitale’ 2de semester van het academiejaar ’19-20 besliste het Tijdelijk Dagelijks Bestuur der Faculteiten om 425.000€ uit het onderwijsvernieuwingsbudget integraal in te zetten voor de ondersteuning van blended learning in de faculteiten (TDBF 19 – 18 juni 2020). Deze middelen zouden worden aangewend om 6,5 FTE onderwijsondersteuners aan te werven die docenten en assistenten laagdrempelig en hands-on begeleiden bij het implementeren van online en blended leeromgevingen. Op basis van de afspraken tijdens het TDBF werd telkens een halftijdse medewerker voor de faculteiten LK, PE en RC en telkens een voltijdse medewerker voor faculteiten ES, GF, IR, LW en WE voorzien (TDBF 20 – 25 juni 2020). Tijdens de zomerperiode werden de nodige selectiegesprekken gevoerd zodat 6.5 FTE vanaf midden augustus/begin september 2020 aan de slag kon.

De onderwijsondersteuners zijn, naar het model van de studietrajectbegeleiders, gevestigd in de faculteit, maar worden centraal aangestuurd en begeleid. Dit wil zeggen dat ze aan de slag gaan binnen een faculteit, maar ook lid zijn van een VUB-breed team. Er vindt regelmatig overleg plaats om gelijkaardige vragen samen aan te pakken, kennis en expertise te delen, inspirerende praktijkvoorbeelden te delen, … Daarvoor werken ze met een systeem van dagelijkse stand-ups, een uitgebreid tweewekelijks afstemmingsoverleg, thematische werkgroepen, en dit alles in nauwe samenwerking met de afdeling Onderwijsondersteuning.

De activiteiten van de facultaire onderwijsondersteuners kunnen globaal gesteld gevat worden onder drie types interventies:

- Individuele ondersteuning

- Versterking van de centrale capaciteit via universiteitsbrede initiatieven en

- Ageren als brugfiguur binnen de faculteit

Tijdens de examenperiodes continueren de facultair ondersteuners samen met het Team onderwijsinnovatie de organisatie van een online helpdesk die zowel preventief als curatief werkt. Preventief worden voor alle digitale schriftelijke examens de technische instellingen in Canvas en eventueel de LockDown Browser nagekeken om problemen tijdens het examen te voorkomen. Curatief is er voor elk examenmoment online ondersteuning voorzien.

Om inzichten van de docenten te capteren, hebben we tijden het verslagjaar 2020-2021 een beknopte bevraging opgezet onder lesgevend personeel dat het afgelopen semester in een individueel traject werd bijgestaan door een van de facultaire onderwijsondersteuners. De deelnemers zijn over het algemeen zeer tevreden over de ondersteuning door de facultaire onderwijsondersteuner (gemiddelde score: 8.86/10, mediaan: 9/10). Iedereen op één na had het gevoel effectief geholpen te zijn. De overgrote meerderheid had het gevoel sterker in hun (digitale) schoenen te staan na ondersteuning van de facultaire onderwijsondersteuner. De al even grote groep is van plan om online leeractiviteiten blijvend in hun onderwijs te integreren, met blended onderwijsvormen als uitgangspunt. Vier respondenten zijn er nog niet helemaal aan uit, en slechts 2 collega’s zijn dit niet van plan omdat het niet geschikt is voor hun vakinhoud of manier van evalueren.

De positieve evaluatie gaf mee aanleiding tot bestendiging van de financiering van dit project en een herprioritering van de inzet:

- De focus verplaatsen we wel nadrukkelijker naar het ondersteunen van structurele oplossingen door: (a) intensieve begeleiding van docenten om enkele piloot-opleidingsonderdelen om te vormen tot een duurzame blended vorm en (b) het aanmoedigen van duidelijke structuur en transparantie in Canvas-cursussen zodat die meer dan vandaag de ‘backbone’ kunnen vormen voor een doordachte cursusopbouw.

- We gaan daarbij ook focussen op ondersteuning in functie van afstemming binnen de opleidingen. De facultair ondersteuners willen we binnen de faculteit/opleiding inzetten om meer aan gedeelde visie en praktijken te bouwen, overzicht te bewaren, dialoog en onderlinge afstemming aan te moedigen door docenten samen te brengen,

- De krachtige functie als brugfiguur tussen de centrale dienst Onderwijsondersteuning en de faculteiten, opleidingen, vakgroepen en individuele lesgevers, willen we behouden en aldus verder bouwen aan een netwerk van facultaire steunpunten voor verdere ondersteuning en ontwikkeling van onderwijs aan de VUB.

3.2. Nieuwe Beleidsprioriteiten

Tijdens het verslagjaar werden nieuwe prioriteiten geconcipieerd voor de beleidsperiode 2021-2022. Voor onderwijsinnovatie gaat het over volgende werven:

- Het ontwikkelen van een toekomstvisie op innoverend onderwijs en het uitzetten van beleidskaders voor de belangrijke ontwikkelingen die daarin worden gedetecteerd.

- Het bouwen aan een samenhangende set van digitale onderwijstools gekoppeld aan het leerplatform CANVAS

In 2020-2021 werd een start genomen met de werkzaamheden op beide werven:

• De verantwoordelijkheid voor het uitwerken van de onderwijsvisie 2040 werd belegd bij een brede werkgroep die haar eerste bijeenkomsten hield en een plan van aanpak werd opgemaakt voor wat betreft het portfolio onderwijstools en een roadmap toekomstige ontwikkelingen voor Canvas.

• Het beleidskader ‘blended leren en onderwijs’ wordt eveneens uitgewerkt door een beperkte expertenwerkgroep en later afgetoetst bij lesgevenden en studenten.

3.3.

CAB Canvas

De CAB Canvas (Change Advisory Board) is het orgaan dat advies geeft over wijzigingen en toevoegingen aan het Canvas leerplatform aan de VUB.

De CAB Canvas werd opgericht door het Directiecomité van 3/06/2019. De nominatieve aanduiding van de leden gebeurt door het Directiecomité.

Samenstelling:

• De voorzitter van de CAB is geen afvaardiging vanuit de stakeholders. Hij/zij stelt zich onafhankelijk en onpartijdig op en bewaakt de opdracht, toetst aan de vooropgestelde criteria bij beoordeling en prioritering van changes, registreert de inzet van uren en bewaakt het goede verloop van de vergadering. De voorzitter staat tevens in voor escalatie van issues naar het Directiecomité.

• Twee vertegenwoordigers van het ZAP

• Een vertegenwoordiger van het ATP

• Een vertegenwoordiger van de studenten/Studentenraad

• Een onderwijskundig adviseur

• 2 niet-stemgerechtigde leden die inhoudelijke toelichting verschaffen rond de changes en het duiden van beschikbare capaciteit voor changes:

o Een vertegenwoordiger van Onderwijs & Studentenzaken

o Een vertegenwoordiger van de directie ICT

De CAB Canvas is in academiejaar 2020-2021 4 keer samengekomen:

• 01/12/2020

• 29/01/2021

• 10/05/2021

• 02/06/2021

3.4. Reguliere werking

A. Ondersteuning via SNOW / OW@ De teamleden van OnderwijsInnovatie en de Facultaire OnderwijsOndersteuners voorzien samen een helpdesk voor de online ondersteuning van lesgevenden en studenten in het gebruik van de ICT-tools ie voor onderwijs gebruikt worden. Dat zijn o.a. Canvas, Panopto, Buddycheck, … Gebruikers kunnen ondersteuning vragen via 2 wegen:

• E-mail naar onderwijsinnovatie@vub.be, waarbij het bericht in een Outlook mailbox terechtkomt en daar opgevolgd wordt

• E-mail naar helpdesk@vub.be, waarbij het bericht in een ticketing-systeem (georganiseerd vanuit VUB-IT) terechtkomt, en daar opgevolgd wordt

De helpdesk werkt volgens de volgende principes:

• Elke werkdag zijn er 2 collega’s toegewezen om de beide contactpunten op te volgen, te beantwoorden en ev. door te verwijzen naar een expert-collega.

• We beantwoorden vragen in principe binnen de 24u op werkdagen

B. Ondersteuning digitale examens

• Digitale examens (op afstand)

o Voor de examenreeksen van januari-juni-september 2021 zijn er mede omwille van de COVID-19 gezondheidscrisis terug heel wat digitale examens op afstand georganiseerd geweest (zie ook 3.1).

o De teamleden van OnderwijsInnovatie en de Facultaire OnderwijsOndersteuners hebben zich voor deze zittijden beperkt tot de preventieve en curatieve ondersteuning van digitale schriftelijke examens.

• Digitale examens (op campus)

o In voorbereiding van de bredere uitrol van digitale schriftelijke examens op de campus werd er een pilot uitgevoerd met een digitaal schriftelijk examen Chemie.

C. Verwerking meerkeuzetoetsen (op papier)

De cijfers voor toetsverwerking tonen heel mooi een reflectie van het beleid dat de faculteiten gevoerd hebben rond (digitale) examens in de zittijden van juni en augustus 2020:

• GF: Beleid gericht op zoveel mogelijk examens op de campus: Aantal verwerkte meerkeuzeformulieren stabiel.

• ES: Idem, met zelfs een aanzienlijke stijging in de verwerking van meerkeuzeformulieren.

• RC: Beleid gericht op zo weinig mogelijk examens op de campus: Een aanzienlijke daling in verwerking van meerkeuzeformulieren.

D. Implementatie Wooclap

In het begin van het academiejaar 20-21 is het bestaande student respons systeem Poll Everywhere vervangen door Wooclap. OnderwijsInnovatie heeft gezorgd voor de nodige ondersteuning om de overgang zo goed mogelijk te begeleiden:

• Tijdige communicatie via verschillende kanalen

• Workshops

• Handleidingen

• Specifieke begeleiding voor docenten om vragen uit Poll Everywhere over te brengen naar Wooclap

E. Infrastructuur

De directies Infrastructuur (AVServices) en Onderwijs & Studentenzaken hebben sinds eind 2020 de samenwerking geïntensifieerd door meer samen te reflecteren over de uitrusting en organisatie van leslokalen. Om dit te realiseren werd er een extra persoon aangetrokken gedurende een half jaar waarbij volgende zaken werden opgeleverd:

• Update en uitbreiding van de bestaande inventaris van de uitrusting in elk leslokaal

• Opbouw en uitwerking van een categorisering leslokalen in een matrix met een didactische en technologische as

• Categorisering van leslokalen + analyse van de resultaten

• Bepaling van een basisinfrastructuur die in élk leslokaal moet aanwezig zijn voor basis lesopnames en hybride onderwijs

• Oplijsting van aanbevelingen rond uitrusting van leslokalen:

o Uitbouw leslokalen voor hybride onderwijs

o Meer groepswerklokalen

o Campus uitrusten met huddles

o Meer leslokalen uitrusten met voldoende stopcontacten

o Uitbouw van een DIY-studio

Figuur 7

III. LEVENSLANG LEREN

1. DE UITBOUW VAN HET AANBOD LEVENSLANG LEREN

In het ASP-beleidsplan 2021-2024 van de VUB wordt als strategische doelstelling het ontwikkelen van een onderwijsaanbod dat voorbereidt op toekomstige maatschappelijke en wetenschappelijke uitdagingen” vooropgesteld. In het deelbeleidsplan onderwijs- en studentenzaken 2021-2024 dat goedgekeurd werd door Academische Raad op 14 december 2020 wordt deze doelstelling vertaald in “Het ontwikkelen van een onderwijsaanbod anno 2030”. Hiertoe behoort ook het aanbod levenslang leren (LLL). VUB beschikt heden over een aanzienlijk aanbod: postgraduaten, programma’s voor werkstudenten, permanente vormingen en master-na-masteropleidingen gericht op de uitoefening van een beroep. Ze onderschrijft het belang van de uitbouw van een dynamisch en gedifferentieerd onderwijsaanbod levenslang leren met oog voor kortdurende opleidingen, studiedagen en lezingen, … gericht op maatschappelijke tendensen en actualia.

Binnen de VUB neemt het vice-rectoraat Onderwijs en Studentenzaken een coördinerende rol op in de uitbouw van LLL binnen het onderwijs, in al zijn vormen en in samenwerking met de faculteiten. De eerste stappen voor het versterken van het LLL werden gezet. Er werd een aanzet gedaan om het bestaande aanbod in kaart te brengen, met de bedoeling verder te verdiepen en uit te breiden. De richtlijnen voor de inrichting van postgraduaten werden vernieuwd. Een beleidskader voor micro-credentials werd in een pilootfase uitgewerkt en positief geadviseerd door de Onderwijsraad van 17 juni 2021 en de Academische Raad van 21 juni 2021. Drie faculteiten werkten inmiddels een nieuw aanbod micro-credentials uit. Het betreft de faculteit RC met ‘law and technology’, de faculteit IR ‘Samenleving en technologie’ en de faculteit LW ‘Historische kritiek en journalistiek’. Ook andere faculteiten toonden hiervoor belangstelling en beraden zich over dergelijk aanbod. Voor de opvolging van de micro-credentials en het LLL op Europees niveau werd er op regelmatige basis overlegd met de collega’s van Eutopia en informatie uitgewisseld en waar mogelijk op elkaar afgestemd.

In het academiejaar 20-21 werd in de faculteit LW een nieuw postgraduaat ingericht “PG Praktisch Humanisme”. Dit postgraduaat heeft als oogmerk de vorm, de verbreeding en de verdieping van professionelen van vrijzinnige humanistische dienstverlening op basis van wetenschappelijke inzichten. Hiervoor werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten tussen de VUB, de UGent en deMens.nu. De faculteit GF werkte samen met de UGent, UAntwerpen, KUL, het Instituut voor Tropische Geneeskunde en het Jessa ziekenhuis mee aan de realisatie van een nieuwe interuniversitaire permanente vorming “PV Interuniversitair getuigschrift klinische infectiologie en medische microbiologie” met opstart in academiejaar 21-22. Het “PG International Football business” in de faculteit LK werd niet ingericht en in de faculteit GF werd het “PG Linguale orthodontische expertise” bevroren. De postgraduaten “Media Economics”, “Internet of Things” en “Connoisseurship” werden stopgezet. In 2021 werd ook gestart met de opbouw van een postgraduaat “Public Procurement”, een postgraduaat “Women in IT” (voorlopige werktitel) en van een opleiding permanente vorming “E-sports Management”. De planning is dat deze opleidingen vanaf het academiejaar ’22-’23 tot het opleidingsaanbod van de VUB zullen behoren.

Op 30 april 2020 werd door de Onderwijsraad een samenwerking voor levenslang leren tussen UGent, UAntwerpen en VUB goedgekeurd.

2. 2. NOVA ACADEMY: ALLIANTIE MET UGENT EN UANTWERPEN VOOR LEVENSLANG LEREN

In het kader van Levenslang leren (LLL) werd er op 5 juni 2020 een samenwerkingsovereenkomst tussen de UGent, UAntwerpen en VUB afgesloten. Deze overeenkomst heeft als doel in de toekomst sterker in te zetten op levenslang leren vanuit de overtuiging dat het binnen Vlaanderen een meerwaarde vormt als het aanbod levenslang leren regionaal geclusterd wordt, elk vanuit een grootstedelijke context. De UGent, de UAntwerpen en de VUB richten voor deze samenwerking de Nova Academy op.

Onder Nova Academy worden verschillende gemeenschappelijke (opleidings-)initiatieven uitgebouwd, met als reeds gerealiseerde actie de ontwikkeling, implementatie en lancering van een gemeenschappelijk platform www.NovaAcademy.be waarop vanaf academiejaar 2021-2022 het aanbod levenslang leren (oa. opleidingen, studiedagen en lezingen) van de drie universiteiten doorzoekbaar is en gecommuniceerd wordt naar het brede publiek. De realisatie van dit communicatieplatform gebeurde onder coördinatie van de UGent. Hiervoor werden in september 2020 een stuurgroep communicatieplatform, een werkgroep communicatie en marketing en een werkgroep ICT opgericht telkens met vertegenwoordigers vanuit de diensten ICT, diensten communicatie en de coördinatoren LLL van de 3 instellingen. De lancering van het platform gebeurde op 30 juni 2021 met een gezamenlijke persconferentie van de 3 rectoren georganiseerd door de dienst Marcom van de VUB. In september 2021 werd een campagne onder de noemer

“Bringing learning to life” in de sociale media gevoerd. De uitwerking van deze campagne gebeurde onder leiding van de UAntwerpen.

Binnen Nova Academy werden de afgelopen periode ook nieuwe inhoudelijke afspraken gemaakt. Er werd een eerste aanzet voor een gemeenschappelijk kader voor micro-credentials uitgewerkt. Hierbij werd rekening gehouden met de Europese richtlijnen hieromtrent. Bij de lancering van het platform werd al een beperkt aanbod van micro-credentials aan de drie instellingen aangekondigd. De samenwerking tussen de 3 instellingen betekent concreet dat plannen voor nieuwe opleidingsinitiatieven (oa. postgraduaten, micro-credentials,…) met de drie universiteiten besproken worden en daar waar dit een meerwaarde is en mogelijk is, wordt gekeken of er samengewerkt kan worden. Het huidig aanbod wordt nagekeken met het oog op een zo efficiënt en rationeel mogelijke organisatie en samenwerking, bijvoorbeeld waar gelijkaardige opleidingen georganiseerd worden.

Eind juni 2021 deed de Vlaamse Overheid een oproep aan de hoger onderwijsinstellingen om in het kader van het Voorsprongfonds onder speerpunt 2 “Levenslang leren binnen het hoger onderwijs verder uitbouwen” nieuwe projecten in te dienen. Vanuit de 3 instellingen werd er omwille van de specificiteit van de instellingen niet geopteerd voor één gezamenlijk project levenslang leren. De projecten werden wel in samenspraak opgesteld en een intensieve samenwerking gebeurt in alle werkpakketten. Voor de VUB werd een dossier onder de noemer “Wendbaar aanbod LLL” ingediend. De voortgang van de projecten levenslang leren van de drie instellingen zal worden opgevolgd door het Steering Committee Nova Academy (zijnde de vice-rectoren, directeurs onderwijs en coördinatoren LLL van elke instelling) dat maandelijks bijeenkomt.

Ook vanuit de samenwerking met de associatiepartner Erasmus Hogeschool Brussel (EHB) werd er afgestemd rond LLL en een dossier voor het Voorsprongfonds ingediend onder speerpunt 2 “Interdisciplinaire pakketten LLL”.

IV. TAALRAPPORT

1. DOELSTELLINGEN EN RECHTSGROND

De instelling beschrijft summier de doelstellingen en resultaten die worden beoogd met het taalbeleid van de instelling. De instelling geeft voornamelijk weer welke specifieke accenten zij als instelling stellen.

De instelling geeft een overzicht van de aard van de gemotiveerde beslissingen van de anderstalige opleidingsonderdelen waaruit de meerwaarde voor de studenten en het afnemend veld en de functionaliteit voor de opleiding blijkt. De opsomming van de anderstalige opleidingsonderdelen is niet nodig, enkel een overzicht van de aard van de motiveringen.

De Vrije Universiteit Brussel is sterk Nederlandstalig ingebed, maar internationaal en meertalig gericht. De universiteit wil het kosmopolitische karakter van Brussel incorporeren en de studenten beter voorbereiden op een nieuwe internationale realiteit die de hunne zal zijn.

De Vrije Universiteit Brussel is een Nederlandstalige universiteit, met veel studenten waarvan het Nederlands de moedertaal niet is. Tijdens het academiejaar 2020-2021 is hier verder sterk op ingezet (diagnose en verdere uitbreiding en uitdieping van de begeleidingsinitiatieven).

Het taalbeleid van de instelling situeert zich op de volgende niveaus:

• Niveau curriculum: (1) het uitwerken van taalleerlijnen binnen bestaande opleidingen; (2) het uitbouwen van een anderstalig aanbod conform decretale bepalingen, al dan niet in samenwerking met andere partners

• Niveau student: (1) het aanbieden van taalbegeleiding aan studenten die het nodig hebben; (2) aan studenten de gelegenheid geven om taalvakken of opleidingsonderdelen te volgen in een andere taal; (3) de gelegenheid bieden aan studenten om zich extra curriculair in een andere taal te verdiepen

• Niveau docent: Het Academisch Centrum voor Taalonderwijs (ACTO) heeft een flexibel aanbod aan cursussen Engels en Nederlands voor docenten om aan de talrijke vragen van het onderwijzend/academisch personeel te beantwoorden.

De inrichting van anderstalige opleidingsonderdelen of opleidingen wordt o.a. als volgt gemotiveerd:

A. Studenten vertrouwd maken met de anderstalige terminologie in hun onderwijsvakgebied:

• Vaardigheden bijbrengen om te reflecteren, discussiëren en argumenteren in de doeltaal en inzicht bijbrengen in de cultuur van de vreemde taal

• De gehanteerde handboeken evenals de gespecialiseerde literatuur (wetenschappelijke artikelen, presentaties, ...) zijn vaak in het Engels/vreemde taal.

• Het schrijven van verhandelingen zoals bijvoorbeeld een masterthesis of (onderzoeks)rapport in een vreemde taal faciliteren

B. Studenten beter voorbereiden op internationale mobiliteit:

• Verrijking van de studiecontext door de aanwezigheid van internationale studenten

• De uitgaande Erasmusstudenten voorbereiden op hun anderstalige studie-ervaring

• Voor inkomende Erasmusstudenten en internationale studenten in het algemeen is het belangrijk voldoende anderstalige opleidingen en opleidingsonderdelen te kunnen aanbieden.

• De mogelijkheid om een internationale stage te volgen (in het kader van mobiliteit of het schrijven van een verhandeling) faciliteren

C. Studenten vertrouwd maken met de belangrijkste wetenschappelijke talen:

• Op basis van een Engelstalige of meertalige masteropleiding zal een integratie in de internationale onderzoek gemeenschap gemakkelijker verlopen

• Publiceren in (hoog gerankte) tijdschriften gebeurt hoofdzakelijk in het Engels

D. Studenten voorbereiden op hun professionele loopbaan en de internationale realiteit:

• Gelet op de aanwezigheid in en rond Brussel van internationale bedrijven, betekent meertaligheid voor de afgestudeerden van de Vrije Universiteit Brussel een belangrijk pluspunt op de arbeidsmarkt

E. De samenwerking van de Vrije Universiteit Brussel als instelling met (internationale) partners en universiteiten (zoals de ULB) faciliteren.

2. VOORWAARDE INZAKE KWALITEIT EN DEMOCRATISERING

2.1. Onderwijzend personeel

Duiding over de voorzieningen die de instelling voorziet voor de leden van het onderwijzend personeel en van het academisch personeel, waaronder een toegankelijk en behoeftedekkend aanbod van Nederlandstalige en anderstalige taalcursussen en taalbegeleidingsmaatregelen.

De Vrije Universiteit Brussel zet structureel in op de taalbegeleiding van het onderwijzend personeel, dit wordt opgenomen in hun professionaliseringstraject en wordt kosteloos aangeboden.

Er wordt geïnvesteerd in taaltrajecten Nederlands voor docenten via ACTO, het Academisch Centrum voor Taalonderwijs. Er wordt taalondersteuning voorzien voor docenten die hun taalbeheersingsniveau B2 nog niet behaald hebben. Het ACTO neemt de testen Nederlands ITNA en CNaVT af waarmee voor de ZAP-leden de vereiste kennis van het Nederlands op B2- of C1-niveau getoetst kan worden.

De Vrije Universiteit Brussel investeert eveneens in taaltrajecten Engels voor docenten via ACTO. Er wordt taalondersteuning aangeboden aan de docenten die hun decretaal vastgelegde ERK-taalbeheersingsniveau C1 nog niet hebben bewezen en de ITACE test nog dienen af te leggen. De docenten die niet slagen voor de ITACE for lecturers test kunnen een afspraak maken bij ACTO om individuele feedback te krijgen in functie van hun volgend examen.

Daarnaast kunnen de docenten die zich willen blijven bijscholen wat de Engelstalige onderwijstaal betreft bij ACTO terecht (onder andere voor modules rond Vocabulary extension en Communication for University Teaching).

Dit aanbod van cursussen Engels voor docenten evolueert volgens de vragen, noden en behoeftes van de docenten Engels van de Vrije Universiteit Brussel.

Daarnaast biedt het Academisch Centrum voor Talenonderwijs (ACTO) ook praktische cursussen (bv. Professional communication) Engels aan voor de administratieve medewerkers van de Vrije Universiteit Brussel. Op vraag van centrale VUB-diensten worden ook cursussen op maat voor ATP ontwikkeld.

2.2. Studenten

2.2.1. De instelling voorziet in de mogelijkheid dat studenten die een initiële bachelor- of masteropleiding volgen met anderstalige opleidingsonderdelen of een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding, hun taalkennis van deze andere taal kunnen testen: op welke wijze gebeurt dit binnen de instelling?

De studenten van de Vrije Universiteit Brussel kunnen binnen de instelling de volgende taaltesten afleggen:

Engels

• TOEFL (Test Of English as a Foreign Language): voor wie zich aan de VUB wil inschrijven voor een Engelstalig programma, maar nog niet voldoet aan de taalvereisten vermeld in het OER of voor wie een officieel taalattest nodig heeft voor buitenlandse studies of voor het werk.

• ITACE for students (Interuniversity Test of Academic English): voor studenten die hun bekwaamheid in het Engels moeten bewijzen. De deelnemers kunnen via de test een B1, B2, C1 of C2 certificaat behalen.

Nederlands

• ITNA (Interuniversitaire Taaltest Nederlands voor Anderstaligen) voor wie zich aan een Vlaamse universiteit wil inschrijven en nog niet voldoet aan de taalvereisten of een officieel taalattest B2 of C1 nodig heeft voor het werk.

• CNaVT voor anderstalige personen die het Certificaat Nederlands als Vreemde Taal B2 of C1 van de Nederlandse Taalunie wensen te behalen.

Frans

• DELF (Diplôme d’études en langue française). Officieel diploma om de taalvaardigheid van niet-Franstaligen te attesteren. De deelnemers kunnen via de test aantonen op welk niveau (A1, A2, B1 en B2) ze de Franse taal beheersen.

• DALF (Diplôme approfondi de langue française). Net zoals DELF een officieel diploma om het niveau taalvaardigheid C1 of C2 van niet-Franstaligen te attesteren.

2.2.2. Welke taalbegeleidingsmaatregelen voorziet de instelling in het opleidingsprogramma van initiële bachelor- of masteropleidingen met anderstalige opleidingsonderdelen of van anderstalige initiële bachelor- of masteropleidingen?

De Vrije Universiteit Brussel voorziet in verschillende vormen van taalbegeleidingsmaatregelen in de opleidingsprogramma’s. Studenten worden vertrouwd gemaakt met bijvoorbeeld het Frans en/of Engels in hun vakgebied (domeinspecifiek) als voorbereiding op Franstalige en/of Engelstalige opleidingsonderdelen in hun opleiding of als voorbereiding op de arbeidsmarkt (bijvoorbeeld ‘English for Criminology’ of ‘français juridique’)

Het ACTO gaat ook frequent in op ad-hoc-aanvragen voor taalondersteuning voor specifieke anderstalige onderwijsonderdelen voor heel diverse opleidingen (van politieke wetenschappen tot biologie).

Faculteit Geneeskunde en farmacie (GF): Op campus Jette wordt de vraag naar betere kennis van het Frans beantwoord met een interprofessioneel project GFEhB-ACTO-UAB dat zich richt tot studenten van de zorgopleidingen evenals tot personeel van het UZ Brussel. Hierbij wordt gedurende het eerste semester een extracurriculaire cursus basis/niveau Frans georganiseerd in samenwerking met het CVO/SEMPER Jette - Meise. Zowel een onderdeel Frans voor beginners (Waystage A) als een onderdeel intermediair Frans (Threshold 2A) worden aangeboden.

Tijdens het tweede semester wordt in samenwerking met ACTO een extracurriculaire cursus medisch Frans georganiseerd. Deze cursus is bedoeld voor wie al een goede basiskennis Frans heeft en taalvaardigheden Frans binnen het medische domein verder wenst te ontwikkelen.

Daarnaast loopt er een onderwijsvernieuwingsproject getiteld “Taalcompetentieleerlijn medisch Frans voor zorgverleners” dat de bedoeling heeft medisch Frans structureel in te bedden in de verschillende opleidingen voor zorgverleners. Dit OVP loopt verspreid over de academiejaren 2019-2020 en 2020-2021. Het wordt gedragen door een projectmedewerker-taalkundige én een gemengde begeleidingscommissie GF, EhB, ACTO, UAB.

Tijdens de conceptuele fase vond een voorstelling van het project plaats op de verschillende mogelijk geïnteresseerde opleidingsraden, waarna met de docenten van de opleidingsonderdelen waar medisch Frans een meerwaarde zou kunnen zijn of waar een leerlijn medisch Frans zou kunnen worden uitgebouwd intensief overleg werd gepleegd. De opleiding Arts en de opleiding Farmaceutische Wetenschappen toonden het meest interesse. De projectmedewerker heeft vele hoor- en werkcolleges evenals didactisch materiaal geobserveerd en geanalyseerd om samen met de docent tot de optimale aanpak te komen voor elk betrokken opleidingsonderdeel. Hierbij werd telkens vanuit de aanpak van het OO en de docent vertrokken.

Binnen de opleiding Arts werd een leerlijn medisch Frans in de casuïstiek (2Ba, 3Ba, 1Ma, 2Ma, 3Ma) uitgewerkt en geïntegreerd. Binnen de opleiding Farmaceutische Wetenschappen werd medisch Frans uitgewerkt en geïntegreerd in de GIMMICS. Hiervoor werden telkens bestaande documenten vertaald naar het Frans en nieuwe documenten ontwikkeld. Verder wordt met ACTO, met ULB Langues, met de Brusselse (huisartsen)wachtdienst en met de studentenverenigingen nagedacht hoe extracurriculaire taalontmoetingen studenten Artsopleiding van ULB en VUB kunnen helpen respectievelijk medisch Nederlands en medisch Frans nog beter onder de knie te krijgen. Zeker te noteren is dat op initiatief van de UAB de e-learningmodule met medische terminologie in 15 Europese talen MEDINELINGUA, https://medinelingua.info/ werd gereactiveerd.

In de opleiding Biomedische Wetenschappen is in 2019-2020 de taalbegeleiding in het Engels voortgezet. Dit betreft de begeleiding door het ACTO bij het voorbereiden en uitwerken van de bachelorproef. In het Academiejaar 2019-2020 is binnen de Engelstalige master Biomedical Research het vak Academic English for Life Sciences (gedoceerd door ACTO) van start gegaan als verplicht vak in de 1e master. In de bacheloropleiding zijn we begonnen met doorverwijzen van studenten met deficiënties in het Nederlands naar de begeleiding van het ACTO. Alle docenten zijn gewezen op deze mogelijkheid, maar een systematische analyse van het gebruik van de Nederlandse taal gebeurt binnen het vak Wetenschappelijke lijn-1. Vanaf het academiejaar 2021-22 is de LINA-taaltest verplicht binnen het vak Wetenschappelijke Lijn-1 in het 1e semester van de 1e bachelor. Vanaf 2022-23 wordt Wetenschappelijke Lijn-1 een jaarvak en de remediëring in het tweede semester voor studenten met een taalachterstand wordt een verplicht onderdeel binnen dit OO.

Tijdens het academiejaar 2020-2021 werd het hogergenoemde onderwijsvernieuwingsproject “Taalcompetentieleerlijn medisch Frans voor zorgverleners” succesvol afgerond. Medisch Frans is nu in de leerlijnen Medische Vaardigheden en Communicatie van de artsopleiding, én in de GIMMICS van de opleiding Farmaceutische Wetenschappen opgenomen. Door totale immersie wordt de studenten de kans geboden real-life situaties te beleven en op een natuurlijke en actieve manier de kennis van het medisch Frans te bevorderen. In het verlengde hiervan werd vanaf oktober 2021 een onderwijsbegeleider medisch Frans officieel aangesteld. Deze aanstelling opent vooruitzichten op verdere onderwijsvernieuwende initiatieven en didactische vormgeving rond en van medisch Frans. Bijkomende aandachtspunten hierbij zijn interprofessionele samenwerking met de EhB en samenwerking met de ULB.

Er hebben in 2020-2021 vier studenten het keuzevak ‘Medisch Frans’ bij Laurence Balencourt gevolgd. De cursus is bedoeld voor wie al een goede basiskennis Frans heeft. Deze cursus werd voor het laatst in 2020-2021 georganiseerd, en momenteel zitten deze onderdelen nu vervat in GIMMICS.

Engelstalige keuzevakken die kunnen gevolgd worden in 2020-2021 zijn ‘Interdisciplinary Program in Healthcare Innovation’ aan de ULB, ‘Proefdierkunde 1’ (3 ECTS) of ‘Proefdierkunde 1 en 2’ (3+3 ECTS) uit de Master in Biomedical Research en ‘Data-driven technology and society’ (3 ECTS) uit de Master Biomedical Research. Het is dus zeker mogelijk om via keuzevakken domeinspecifieke kennis te verwerven in een andere taal, maar het wordt slechts door een minderheid gekozen, daarom ook dat het heel goed is dat het medisch Frans nu volledig (en voor iedereen) verwerkt zit in GIMMICS.

In GIMMICS 20-21 kwam het volgende aan bod:

• Casuïstiek in Frans en Engels

• Materialen voor aflevering (steekkaarten) in Fr en En

• Introductie in farmaceutisch Frans

• Oefentoetsen medisch Frans.

Er zijn twee oefentoetsen Frans

1. Oefentoets Frans - Test de vocabulaire: Medisch Frans in de apotheek (deze is helemaal vrij om af te leggen)

2. Oefentoets Frans - Exercices de vocabulaire et de grammaire (hierop moeten de studenten slagen vóór aanvang GIMMICS, maar toets kan onbeperkt herhaald worden).

De test academisch Nederlands (1ste Ba) kon op vrijwillige basis afgelegd worden met vrijblijvende remediëring. In de lijnprojecten wordt geoefend op Engels: poster (1ste Ba), presentaties in 2de en 3de Ba. Het schrijven en de presentatie van de masterproef is in het Engels. Daarnaast zijn er nog een aantal practica waar ook wordt geoefend op Engels schrijven: Toegepaste Farmaceutische Analyse (deel registratiedossier), Toegepaste toxicologie (adverse outcome pathway).

Faculteit Lichamelijke opvoeding en kinesitherapie (LK):

Binnen de Nederlandstalige masteropleiding Bewegings- en sportwetenschappen, afstudeerrichting sportbeleid- en management wordt het vak “English for business and economics” aangeboden via service-onderwijs (ES).

Binnen het keuzepakket van de Nederlandstalige masteropleiding Bewegings- en sportwetenschappenafstudeerrichting fysieke activiteit, fitheid en gezondheid (FFAG) met profiel onderzoeksmatige verdieping dient de student een keuzevak op te nemen uit het VUB/ULB/UGent aanbod, waaronder ‘Academic English – Level 1/2’.

Faculteit Sociale Wetenschappen & Solvay Business School (ES):

Binnen de economische bacheloropleidingen Toegepaste Economische Wetenschappen en Handelsingenieur volgen de studenten verplicht Engels (2de bachelorjaar) en Frans (3de bachelorjaar).

Beide taalvakken, ‘English for Business and Economics’ en ‘Français des affaires’ hebben tot doel studenten vertrouwd te maken met die taal binnen hun eigen vakgebied.

De vakken tellen 6 ECTS-credits en worden over een heel academiejaar gedoceerd (jaaropleidingsonderdelen), wat het leerproces ten goede komt.

Binnen de bacheloropleiding politieke wetenschappen en sociologie worden er geen taalvakken as such ingericht. Er zijn ook geen plannen om dit in de toekomst te veranderen.

Extra begeleiding bij Engelstalige vakken wordt soms op initiatief van de docent, en in samenwerking met het taalinstituut Acto, opgezet. Van concrete projecten in 20-21 hebben we geen weet.

In het eerste bachelorjaar wordt er wel voorzien in begeleiding in academisch Nederlands, en dit in het kader van de werkcolleges die verplicht dienen gevolgd te worden.

De bacheloropleiding communicatiewetenschappen heeft sinds kort wel opnieuw taalvakken ingevoerd, telkens op 3 ECTS-credits.

Zo krijgen studenten in het tweede traject verplicht ‘Engels voor communicatieprofessionals’ en in het derde traject verplicht ‘Frans voor communicatieprofessionals’.

Binnen de Engelstalige bacheloropleidingen (Social Sciences en Business Economics) wordt er niet zozeer ingezet op andere talen, maar wordt er wel extra aandacht besteed aan ‘Academic Writing’.

Faculteit Letteren en wijsbegeerte (LW):

De opleiding Wijsbegeerte heeft een ‘Wijsgerig atelier’ ingericht waar taalbegeleidings-maatregelen genomen worden, en alle studenten 1BA ondergaan een oriënterende taaltest aan het begin van het academiejaar.

Faculteit Wetenschappen en bio-ingenieurswetenschappen (WE):

Academic English I en II (telkens 3 ECTS) wordt aangeboden als keuzevak in de meeste bacheloropleidingen.

Faculteit Ingenieurswetenschappen (IR):

In de opleidingen Bachelor of Science in de ingenieurswetenschappen en Bachelor of Science in de ingenieurswetenschappen: architectuur, zijn volgende taalopleidingsonderdelen als keuzeopleidingsonderdelen opgenomen:

• Academic English 2 (3 ECTS)

• Academic English 5 (3 ECTS)

In de Bachelor of Science in de ingenieurswetenschappen zijn deze keuzemogelijkheden reeds voorzien vanaf het eerste en het tweede jaar van het modeltraject. Op deze manier bieden zij taalondersteuning voor Engelstalige verplichte opleidingsonderdelen die in het derde jaar van het modeltraject in een aantal afstudeerrichtingen zijn opgenomen.

Deze keuzeopleidingsonderdelen bieden ook taalondersteuning voor studenten die nadien wensen in te stromen in één van de Engelstalige masteropleidingen van de faculteit.

De richtlijnen binnen het kader van de taal-leerlijn zijn:

1Ba:

Terminologie in het Engels, beperkt gebruik van Engels als voertaal tijdens lessen, zoals gemakkelijke practica die in het Engels ondersteund worden, gebruik van Engelstalig filmmateriaal, korte stukken tekst in het Engels.

2Ba:

Terminologie in het Engels

Meer studiemateriaal kan Engelstalig zijn. Voor bepaalde vakken kan het studiemateriaal uitsluitend in het Engels zijn.

In de opleiding Bachelor of Science in de ingenieurswetenschappen: architectuur is naast Academic English 2 & 5, ook het keuzeopleidingsonderdeel ‘Algemene taalkennis Frans II’ (3 ECTS) opgenomen. Dit opleidingsonderdeel is weliswaar opgenomen in het derde jaar van het modeltraject, maar studenten zijn vrij om ervoor te kiezen om de eerste semesteraanbieding van dit opleidingsonderdeel reeds te volgen in het tweede jaar van hun modeltraject, als taalondersteuning voor het verplichte opleidingsonderdeel ‘Théorie de l’architecture I’ in het tweede semester van het tweede jaar.

In de Bruface masteropleidingen wordt een keuzeopleidingsonderdeel ‘English for professional purposes’ (5 ECTS) aangeboden dat de studenten, afhankelijk van de opleiding, kunnen kiezen als keuzeopleidingsonderdeel binnen, dan wel buiten de opleiding (vrije keuzeopleidingsonderdelen).

Deze cursus streeft minimaal naar een niveau B2 volgens het Common European Framework of Reference for Languages voor spreken en schrijven in wetenschappelijke en professionele domeinen. De cursus beoogt de student in staat te stellen zowel mondeling als schriftelijk, de theoretische grondslagen en methodologische procedures van een onderzoeksproject (masterproef) te definiëren, uit te leggen en te verantwoorden en het werk te evalueren zowel vanuit wetenschappelijk oogpunt als in termen van professionele ontwikkeling. De student kan een professioneel cv presenteren, een begeleidende brief schrijven en met vertrouwen een sollicitatiegesprek in het Engels afleggen.

2.2.3. Op welke wijze voorziet de instelling voor studenten in aangepaste voorzieningen, waaronder een kosteloos toegankelijk en behoeftedekkend aanbod van Nederlandstalige en anderstalige taalcursussen en taalbegeleidingsmaatregelen?

De workshops, taalconsults en taalbegeleiding Academisch Nederlands zijn enerzijds geïntegreerd in de opleidingsprogramma’s, anderzijds kunnen studenten die aan de Vrije Universiteit Brussel zijn ingeschreven er op vrijwillige basis gebruik van maken.

De digitale ondersteuning academisch Nederlands werd in huis enorm uitgebreid naar aanleiding van de bruuske omschakeling naar online door Corona. Daarnaast zijn opnieuw licenties aangekocht voor het online leerplatform ‘universiteitstaal’ voor de geïnteresseerde studenten/opleidingen.

ACTO organiseert in samenwerking met de ULB een Tandemproject waarbij taalleerders met een verschillende moedertaal de kans krijgen om elkaars taal en cultuur op een interactieve manier te leren beheersen. Deelname aan dit project is gratis.

Alle studenten die aan de Vrije Universiteit Brussel zijn ingeschreven voor een volledige opleiding kunnen bovendien bij ACTO terecht voor extra niveaucursussen – gelinkt aan het ERK - buiten het curriculum. Dat kan voor Frans, Engels, Duits, Spaans, Italiaans en Nieuwgrieks. Vrije Universiteit Brussel-studenten en -personeel kunnen deze taallessen volgen aan een sterk verminderd tarief.

2.2.4. De studenten hebben het recht om over een AOO het examen in het Nederlands af te leggen indien er binnen de opleiding geen Nl OO equivalent is binnen een initiële Nederlandstalige opleiding - Hoeveel studenten maken hiervan gebruik? - Voorziet de instelling in een specifieke procedure om dit aan te vragen?

Het recht van studenten om examen af te leggen in het Nederlands (behalve in het geval dat de opleidingsonderdelen de studie van een vreemde taal tot voorwerp hebben of in het geval dat de student de opleidingsonderdelen volgt aan een andere instelling) is opgenomen in het onderwijs- en examenreglement en op die manier kenbaar gemaakt aan alle studenten.

Exacte gegevens zijn hierover niet beschikbaar (in de meeste faculteiten neemt de student dit rechtstreeks op met de titularis van het opleidingsonderdeel en is er daarom centraal op de faculteit geen informatie over beschikbaar), maar in het algemeen wordt van dit recht zelden gebruik gemaakt. Daarom is ook geen specifieke procedure voorzien binnen de meeste faculteiten.

Faculteit ES

Studenten die van hun recht om het examen van een Engelstalig opleidingsonderdeel in het Nederlands af te leggen gebruik wensen te maken, melden dit aan de docent in kwestie, met het faculteitssecretariaat in cc, en dit voor bepaalde deadlines.

Voor vakken uit het eerste semester is dat 1 december; voor vakken uit het tweede semester is dat 1 mei. Voor vakken in tweede zittijd is dat 15 juli.

In 2020-2021 ontving de faculteit ES iets minder aanvragen om het examen van een Engelstalig opleidingsonderdeel in het Nederlands af te leggen dan in 19-20 (22 t.o.v. 35).

En die aanvragen waren doorgaans geconcentreerd binnen een en hetzelfde vak. Studenten laten zich vaak door elkaar leiden.

In 2020-2021 werd er voor 5 Engelstalige vakken een aanvraag ingediend om het examen in het Nederlands af te leggen:

• Business and Consumer Ethics (communicatiewetenschappen) = 1 aanvraag

• Digital Media Marketing (communicatiewetenschappen ) = 1 aanvraag

• Political Structures and Processes of the European Union (politieke wetenschappen) = 1 aanvraag

• European History (politieke wetenschappen) = 4 aanvragen

• Financial Markets and Institutions (TEW / HI) = 15 aanvragen. Dit vak werd in 20-21 voor het eerst in het Engels gedoceerd (voordien in het Nederlands) wat een verklaring kan zijn voor het groter aantal aanvragen.

Belangrijk om op te merken is dat dit aantal enkel de studenten omvat die de facultaire procedure hebben gevolgd. De faculteit vermoedt dat er wel meer studenten het examen in het Nederlands afleggen dan diegene die de procedure volgen.

Ervaring leert dat docenten op de hoogte zijn van dit recht en dit ook vlot toestaan (ook al werd de facultaire regel niet gevolgd).

Meer en meer docenten stellen hun examen ook in de twee talen op (Engels-Nederlands) waardoor de student de keuze heeft, maar wij dus minder zicht hebben op hoeveel studenten van dit recht gebruik maken.

De meerderheid van de studenten legt het examen van een Engelstalig OO in een Nederlandstalige opleiding evenwel in het Engels af.

Faculteit IR

De faculteit Ingenieurswetenschappen heeft in haar aanvullend facultair onderwijs- en examenreglement geen specifieke procedure opgenomen om het afleggen van een examen in het Nederlands aan te vragen. De student neemt dit doorgaans rechtstreeks op met de titularis van het opleidingsonderdeel. De regeling verschilt van opleidingsonderdeel tot opleidingsonderdeel.

In een aantal gevallen is het recht om het examen in het Nederlands af te leggen, expliciet opgenomen in de OO-fiche. In de masteropleidingen industriële wetenschappen (Elektromechanica en Elektronica-ICT) staat in de fiche van bijna alle opleidingsonderdelen met het Engels als onderwijstaal, duidelijk vermeld dat de student indien gewenst het examen in het Nederlands kan afleggen. In de opleiding bachelor in de ingenieurswetenschappen: architectuur, wordt in de OOfiche van het opleidingsonderdeel ‘Théorie de l’architecture I’ vermeld dat het examen in het Nederlands of in het Frans (onderwijstaal van het opleidingsonderdeel) kan afgelegd worden.

In de masteropleidingen die worden aangeboden als equivalente Engelstalige en Nederlandstalige varianten (dit betreft bijna alle masteropleidingen in de faculteit IR), schrijven quasi alle studenten in het Engelstalige programma in en leggen zij de examens in het Engels af. In 2020-2021 waren slechts 3 studenten ingeschreven in een NL-variant: 2 in MA ingenieurswetenschappen: fotonica en 1 in MA ingenieurswetenschappen: toegepaste computerwetenschappen.

Voor deze opleidingen werden geen aanvragen gerapporteerd om examens van opleidingsonderdelen met een andere onderwijstaal dan het Nederlands, toch in het Nederlands te mogen afleggen.

Binnen de masteropleidingen in de industriële wetenschappen zijn een beperkt aantal Engelstalige opleidingsonderdelen opgenomen, meestal ontleend aan en gemeenschappelijk met andere opleidingen (bv. Bruface-masteropleiding): ‘Piston Engines’, ‘Electric and Hybrid Vehicle Traction’, ‘Thermal Power Plants’, ‘Wind turbine aeronautics and design’, ‘Avionics’ en ‘Vehicle Electronics’.

Voor ‘Thermal Power Plants’ verklaart de titularis dat elk jaar een beperkt aantal industrieel ingenieurs (bij het begin van het mondeling examen) vraagt om het examen in het Nederlands af te leggen. Zonder hiervan exacte cijfers bij te houden, schat de titularis dit aantal op 5 à 10% van de studenten.

In de opleiding Bachelor in de ingenieurswetenschappen zijn een beperkt aantal anderstalige opleidingsonderdelen opgenomen. Voor de afstudeerrichting Chemie en materialen, meldden de titularissen van ‘Chemical Process Control’ en van ‘Chemical Process Technology’ dat er voor deze Engelstalige verplichte opleidingsonderdelen geen vraag is geweest om het examen in het Nederlands af te leggen. Als de studenten moeilijkheden ondervinden tijdens het examen wordt soms kort overgeschakeld naar het Nederlands.

De voorzitter van de opleidingsraad chemie en materialen heeft gemeld dat er in 2020-2021 geen aanvragen om het examen in het Nederlands af te leggen naar de opleidingsraad werden gerapporteerd, nog in de Bachelor, noch in de Master.

Voor het opleidingsonderdeel ‘Architectural and Construction History’ in het 3de jaar van het modeltraject van de opleiding Bachelor in de Ingenieurswetenschappen: Architectuur, ontving de titularis in 2020-2021 geen enkele vraag om het examen in het Nederlands af te leggen.

Voor het opleidingsonderdeel ‘Theory of Urban Planning and Design’ dat zowel door studenten van de faculteit ingenieurswetenschappen als studenten van de faculteit wetenschappen en bio-ingenieurswetenschappen wordt gevolgd, vraagt grosso modo de helft van de studenten om het examen in het Nederlands af te leggen.

Voor ‘Bioclimatic Design’, ‘Soil Mechanics’ en ‘Form-active Structures’, gevolgd door bachelorstudenten uit VUB en ULB, hebben de titularissen gemeld dat geen enkele student heeft gevraagd om het examen in het Nederlands af te leggen. De titularis van ‘Form-active Stuctures’ heeft zelfs vastgesteld dat de studenten de voorkeur geven aan het Engels, omdat ze de leerstof en terminologie in die taal hebben geleerd.

3. GEDRAGSCODE

De gedragscode zoals omschreven in artikel II.272 wordt ter beschikking gesteld op de website van de instelling: http://www.vub.ac.be/reglementen (onderwijs- en examenreglement 2020-2021).

V. STUDIEBEGELEIDING

1. INLEIDING EN BESCHRIJVING

1.1. Situering van de dienst Studiebegeleiding (SB) binnen de VUB

De Studiebegeleiding is een dienst die instaat voor de begeleiding van studenten. Deze dienst is operationeel onder het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken. Alle begeleidingsinitiatieven worden op elkaar afgestemd, zodat een integraal begeleidingspakket op maat van de student kan geleverd worden.

1.2. Missie

De Studiebegeleiding is een dienst waar elke student met respect voor zijn eigenheid (als een autonoom en competent individu) in vertrouwen terecht kan met al zijn studiegerelateerde vragen en of problemen tijdens zijn volledige studieloopbaan. Samen met de student wordt gezocht naar een gepaste oplossing of begeleiding op maat. De Studiebegeleiding staat voor gelijke kansen voor elke student.

1.3. Doelstelling

De Studiebegeleiding biedt een professionele dienstverlening aan de studenten om:

• Het studierendement te verhogen

• Het studentenwelzijn te verbeteren

1.4. Methodiek

• We staan voor een laagdrempelige en vlotte dienstverlening waarbij de student centraal staat.

• Een student helpen we op maat verder via onze workshops, individuele begeleiding, e-mail, telefoon, met of zonder afspraak

• We werken behoeftegestuurd (vanuit de student, faculteit, studierichting, cijferanalyses, enz.).

• De begeleiding heeft veelal een vrijwillig karakter maar kan ook aanklampend zijn.

• In relatie met de student tonen we begrip en empathie.

• We staan voor gelijke kansen via een inclusieve aanpak en redelijke aanpassingen aan onderwijs- en examenactiviteiten.

• Risicostudenten worden gedetecteerd en actief benaderd.

• Met een geëngageerde student gaan we een procesverbintenis aan (geen resultaatsverbintenis).

• We houden ons aan een transparante deontologische code met discretieplicht en beroepsgeheim.

• We werken evidence-based en doen aan kwaliteitscontrole via continue evaluaties van de eigen werking.

1.5. Subteams

Het Studiebegeleidingsteam bestaat uit drie subteams van Studietrajectbegeleiders, Studiebegeleiders en Studentenpsychologen. Naast generieke taken (zie infra) hebben zij, afhankelijk tot welk subteam ze behoren, specifieke kerntaken (zie infra figuur 3).

De dienst Studiebegeleiding opteert om te werken vanuit een zelfsturende organisatie. Het zelfsturend karakter bestaat erin dat werkgroepen verantwoordelijk zijn voor de werking van een specifiek onderdeel in onze dienstverlening en binnen werkgroepen allen (trekker en deelnemers) een gedeelde verantwoordelijkheid hebben.

Studietrajectbegeleiders hebben o.m. als kerntaak het adviseren van de samenstelling van het individueel studietraject; het oplossen van complexe vragen rond OER en leerkrediet; het leveren van advies bij beroepscommissies; de voorbereiding en de controle van deliberaties, ...

De kerntaken van de Studentenpsychologen richten zich in hoofdorde op studiegerelateerde psychosociale problemen zoals stress en faalangst; studeren in een bijzondere situatie (reflex, …); studiekeuze en heroriëntering; student in crisis, ...

Studiebegeleiders staan o.m. in voor de vakoverschrijdende en vakspecifieke begeleiding; het aftoetsen en verwerven van startcompetenties; het uitwerken van begeleidingstrajecten op maat van een opleiding, … Binnen het team

Studiebegeleiders richt de groep VIS (VakInhoudelijke Startcompetenties) zich specifiek op het verder ontwikkelen en optimaliseren van materiaal en activiteiten voor de informatie, voorbereiding en remediëring rond startcompetenties.

Zowel het volledige SB-team, als elk subteam en de verschillende werkgroepen1 stellen per academiejaar hun jaardoelstellingen op.

Tijdens het academiejaar 2020-2021 heeft het SB-team haar focus gericht op het structureel inbedden van de ‘Digitale werking’ van de Dienst Studiebegeleiding.

1.6. Duurzame Studiebegeleiding

• Situering

Studiebegeleiding startte in de zomermaanden van 2020 met een werkgroep ‘SB Beleid 20-21’. Dit om omwille van de ernst en impact van de pandemie en het steeds verhogende studentenaantal. Deze werkgroep heeft de bedoeling om de werking van Studiebegeleiding naar de toekomst toe efficiënter te laten verlopen. We gaan voor een 21ste eeuws vernieuwd pedagogisch project waarbij we welbevinden en (digitale) inclusie bevorderen.

• Vernieuwde Visie

Studiebegeleiding gaat voor een gedifferentieerd studiebegeleidingsaanbod waarbij de student zo snel als mogelijk geholpen wordt en zo snel als mogelijk wordt ‘losgelaten’ als autonoom en weerbaar persoon. Dit aanbod kan zowel vanuit de student zelf geïnitieerd worden, als aanklampend vanuit Studiebegeleiding.

• Proces Flow

8

1 Voor de werkgroepen zie infra punt 3

Figuur

Bij de start van het academiejaar 2020-2021 verloopt de werking van Studiebegeleiding in een ‘mix’ van de traditionele werking en waar mogelijk volgens de nieuwe visie van het trapsgewijs studiebegeleidingsaanbod.

We maken een onderscheid tussen:

• Aanbieden van basisinformatie en algemene ondersteuning die voor elke student hetzelfde is.

• Aanbieden van specifieke informatie en ondersteuning op maat die rekening houdt met de noden en situatie van de student en dus verschillend kan zijn.

Door het aanbieden van die basisinformatie (die studenten bijvoorbeeld eerst zelfstandig kunnen verwerken), kunnen we efficiënter en sneller op maat van de student werken.

Studiebegeleiding gaat voor een trapsgewijs studiebegeleidingsaanbod:

• We laten studenten zelf aan de slag gaan (website, infographics, CANVAS-cursus…)

• We bieden een divers groepsaanbod (workshops, trainingen, Q&A-sessies, chat)

• We bieden individuele begeleiding

Dit aanbod zal zowel online als on campus voorzien worden.

Studiebegeleiding blijft steeds bereikbaar voor basisinformatie en algemene ondersteuning en wegwijs in het gedifferentieerd begeleidingsaanbod.

Met deze ruggengraat bieden we structuur aan in het zelfregulerend leren én werken. Enerzijds nemen studenten hun leerproces maximaal zelf in de hand, wat de leerwinst verhoogt. Door te investeren in de ontwikkeling van duurzame begeleidingsmogelijkheden, ontstaat er anderzijds een betere balans in de werklast bij onze medewerkers. Daarnaast onderscheiden we de werking van ‘online’ en ‘on campus’ begeleidingen, met focus op praktische, technische en inhoudelijke aspecten. Zo kan men beroep doen op bepaalde tools, documenten, handleiding,… die men kan raadplegen en downloaden via de studentenwebsite ‘student.vub.be’ of via de ‘Digital Toolkit for Study Guidance’ (Toolkit). Op die manier kunnen we, ongeacht de COVID-19 pandemie, snel switchen en aanpassen aan een fluïde periode/situatie. Rekening houdend met de nieuwe visie werden zowel vanuit de subteams als de werkgroepen verschillende nieuwe initiatieven genomen en gerealiseerd (zie infra).

De volledige implementatie van ‘Duurzaam SB’ werd voorzien bij de start van het academiejaar 2021-2022.

2.

DIENSTVERLENING SB NAAR DE STUDENT TOE

2.1. Visuele voorstelling

2.2. Generieke dienstverlening

De generieke dienstverlening naar de student toe bestaat uit volgende taken:

• Voorlichting: voorlichten van belangstellenden over de inhoud van de studie en het beroepsperspectief (bijv. infodagen, SID-IN’s, studiekeuze/startcompetentie-activiteiten, brochures).

• Informatie studenten: informeren van studenten omtrent studie gerelateerde vragen of problemen in individuele gesprekken.

• Studieadvies en studiebegeleiding: adviseren en begeleiden van studenten omtrent studieprogramma,-voortgang, -belasting en -gedrag. Studenten bewust maken van hun (risicovolle) studiesituatie: via de studievoortgangs- en studievoortgangsbewakingsgesprekken. Student juist doorverwijzen: na eerste contact met een student en dit vanuit vraag/’diagnose’. Individuele begeleiding op maat aanbieden.

• Training studenten: (mede)ontwikkelen en uitvoeren van (studievaardigheids- of welzijns) trainingen of cursussen voor groepen studenten.

Deze taken worden uitgevoerd hetzij face-to-face, per e-mail, via chat, telefonisch en of via Teams.

2.3. Specifieke kerntaken

Naast de generieke dienstverlening naar studenten die door alle medewerkers van Studiebegeleiding uitgevoerd wordt, hebben de subteams specifieke kerntaken.

Onderstaande figuur lijst deze specifieke taken op.

Figuur 10: Verdeling subteam-taken Studiebegeleiding

2.4. Aanspreekpunten

Om de laagdrempelige dienstverlening naar studenten te realiseren, voorziet Studiebegeleiding diverse en vlot toegankelijke kanalen. Hieronder lijsten we de voornaamste aanspreekpunten en hun toegankelijkheid op.

Contactpunt

In het contactpunt kunnen studenten terecht voor een ‘eerste gesprek’. Wanneer de medewerker de vragen/problemen niet onmiddellijk kan oplossen, wordt gezorgd voor een correcte doorverwijzing naar de voor hun geschikte begeleiding. De student moet dus zelf niet meer op zoek gaan naar de juiste begeleidingsactiviteit en/of begeleider. Studenten kunnen er terecht elke werkdag van 9u tot 17u, dus ook tijdens de middag (zowel Face to Face als telefonisch). Na de eerste lockdown (vanaf 22 mei 2020) heeft het SB er steeds over gewaakt dat er een constante permanentie van het contactpunt was zodat studenten ons ten allen tijde konden bereiken. Dit is, naargelang de mogelijkheden, hetzij digitaal (via Teams), hetzij op de campus (indien toegestaan), hetzij telefonisch (doorschakelingssysteem) verlopen.

Tijdens het academiejaar 2020-2021 werden er aldus hetzij via het contactpunt, hetzij via rechtstreeks mails of bookings bij de medewerkers2 4108 contacten geregistreerd.

E-mail

Via begeleiding@vub.be en guidance@vub.be kunnen studenten hun vragen stellen.

Facultair/Studietrajectbegeleider

Bij vragen en problemen omtrent de opleiding, mogelijkheden in het opleidingstraject en het te volgen studietraject (zowel standaardtraject als afwijkingen hierop), studievoortgang, leerkrediet, deliberaties en resultaten kunnen de studenten steeds beroep doen op de studietrajectbegeleider (STB) van hun opleiding. De STB kan zowel digitaal, telefonisch, per e-mail, per chat als face to face (indien toegestaan) gecontacteerd worden (zowel op afspraak als tijdens vaste spreekuren). Door deze laagdrempeligheid en aanspreekbaarheid van de STB heeft deze tevens een belangrijke doorverwijsfunctie naar andere bevoegde diensten en personen in het verder helpen van de student.

Centraal

Via de externe website van de VUB en via student.vub wordt de student geïnformeerd over de mogelijkheden die de Dienst Studiebegeleiding kan aanbieden. Door COVID 19 werd ook de website aangepast en aangevuld met een aantal tools zoals infographics. Hierdoor kunnen studenten, overeenkomstig het vernieuwd pedagogisch project, eerst ‘zelf aan de slag’.

Digitale Tools: afsprakenkalender Bookings

Het gebruik van de applicatie Bookings werkt drempelverlagend. Via de website kunnen studenten en kandidaat studenten rechtstreeks een afspraak maken met de medewerkers voor zowel individuele begeleiding én Q&A sessies en zich inschrijven voor de workshops en trainingen.

Digitale tools: MS Teams

Het gebruik van MS Teams behoort sinds maart 2020 tot een integraal onderdeel van onze interne communicatie (tussen medewerkers) door de opbouw van verschillende Teamskanalen én de bijbehorende Teamssite. Verder is er een digitale uitbouw geweest sinds maart van het gebruik van MS teams door de verschillende subgroepen en wordt dit actief aangeboden als digitale één op één gesprekken, bij workshops en bij Q&A sessies voor studenten.

Dienst Topsport en Studie

De Dienst Topsport en Studie is een aanspreekpunt specifiek voor topsportstudenten. T&S begeleidt (i.s.m. de STB) de student bij (i) zijn studiekeuze, (ii) het uitstippelen van een individueel studietraject in functie van het sportief programma, (iii) het bekomen van maximale studie- en examenflexibiliteit, en (iv) het ontwikkelen van competenties gericht op het optimaliseren van de combinatie topsport en studie.

2.5. Begeleidingsinitiatieven: Instroom

Studiebegeleiding organiseert verschillende activiteiten voor toekomstige studenten en dit zowel voor generatiestudenten en zij-instromers. Zo kunnen studenten bij ons terecht voor professioneel advies bij hun studiekeuze. Om goed voorbereid te zijn aan de start kunnen ze bij Studiebegeleiding nagaan of ze over de noodzakelijke voorkennis beschikken.

Studiekeuzebegeleiding

Voor de start van zijn studie wordt de student zowel geïnformeerd over de mogelijkheden en opleidingen die de VUB aanbiedt als begeleid binnen zijn/haar keuzeproces.

2 De studietrajectbegeleiders registreren nog niet hun contacten in filemaker.

Volgende initiatieven en activiteiten dragen hiertoe bij:

• Studie-informatiedagen (SID-in dagen online)

• Infodagen: Ook hier werden aanpassingen in functie van de coronamaatregelen uitgewerkt. In plaats van real life infodagen heeft Studiebegeleiding een aantal online alternatieven voorzien zoals een sessie rond studeren aan de universiteit, redelijke flexibiliteitsmaatregelen en voorkennistoetsen. Ook de mogelijkheid om een online gesprek aan te gaan rond studiekeuze werd opgenomen binnen het aanbod

• Infosessies over ‘voorkennis en voorbereiding’ en ‘Online voorkennislijsten (wiskunde, fysica, chemie) per opleiding’

• Voorkennistoetsen (Wiskunde (ook online), Fysica, Chemie en Academisch Nederlands) met feedbackgesprek.

• SOS studiekeuze op een aantal woensdagnamiddagen.

Voorbereidingsactiviteiten/studiemateriaal

Om de brug te slaan tussen het secundair en het hoger onderwijs zijn er heel wat initiatieven uitgewerkt rond het versterken van de startcompetenties van studenten. Een deel van deze initiatieven wordt aangeboden nog vooraleer het academiejaar van start gaat, een ander deel concentreert zich tijdens de eerste weken van het academiejaar.

• Workshops ‘Toelatingsexamen arts’ (ikworddokter.be);

• Workshops voorbereiding Ijkingstoets;

• Vakinhoudelijke voorbereidingscursussen (Wiskunde, Chemie en Fysica): De omvorming naar digitale of online alternatieven heeft geen impact gehad op het aantal studenten dat deelgenomen heeft aan de voorbereidingscursussen wel op de actieve deelname eraan (minder actief).

• Het handboek ‘Studeerwijzer, op weg naar succesvol studeren’

• Onthaalactiviteiten: zowel voor dag- als werkstudenten. Een nieuwe online workshop rond (sociale) integratie aan de VUB werd opgenomen binnen het rooster van de onthaalweek waardoor heel veel studenten kennisgemaakt hebben met Studiebegeleiding en het aanbod van onze dienst.

2.6. Begeleidingsinitiatieven: Doorstroom

Ter bevordering van het studiesucces en om ervoor te zorgen dat elke student goed zit in zijn vel heeft Studiebegeleiding gezorgd voor de ontwikkeling en implementatie van verschillende ondersteunende activiteiten. Zo kan iedere student bij ons terecht in elke fase van zijn studieloopbaan, voor informatie, advies, begeleiding en training.

Begeleidingstrajecten

Een belangrijk initiatief voor het bevorderen van een goede studievoortgang is het uitwerken van begeleidingstrajecten door de dienst Studiebegeleiding en dit voor iedere eerste bacheloropleiding aan de VUB. Een begeleidingstraject bestaat uit een opeenvolging van activiteiten die samen een coherent pakket vormen en die duidelijk gecommuniceerd worden naar de eerstejaarsstudenten uit de opleiding (of studenten die de opleiding wensen aan te vatten). Per opleiding zijn een of meerdere studiebegeleiders verantwoordelijk voor de organisatie. Het traject wordt ingericht in nauwe samenwerking met de opleiding en opleidingsraden alsook met de medewerkers van Kwaliteitszorg.

Het doel van een begeleidingstraject is risicostudenten uit de opleiding tijdig te detecteren en studenten ondersteuning te bieden op vlak van studieaanpak en -vaardigheden.

Het begeleidingstraject houdt rekening met de specifieke situatie van een opleiding, bv. profiel van de instromende studenten, knelvakken, een hoge uitval of andere aandachtspunten die uit vaststellingen, analyses of rapporten naar voor komen.

De activiteiten kunnen extra- of intra-curriculair zijn, vrijblijvend of verplicht, en ingericht worden door onderwijzend personeel, begeleiders of door beide samen. In een begeleidingstraject streven we ernaar om bij elk van de volgende cruciale fasen van een eerste bachelorjaar een activiteit te voorzien: voor de start van het academiejaar (zie supra), bij de start van het academiejaar, eerste semester, eerste examenperiode, tweede semester, tweede examenperiode en de 2de zittijd.

Activiteiten binnen en/of naast een begeleidingstraject

Daarnaast is het belangrijk om op elk moment van het academiejaar elke student te kunnen bijstaan voor zowel psychosociale, vakinhoudelijke als vakoverschrijdende begeleiding wanneer hij/zij dit nodig acht. Dit gebeurde in 20-21 nog hoofdzakelijk op individuele vraag, maar kon ook door deelname aan groepsactiviteiten.

• Pretoetsen (tijdens de onthaalweek in de faculteiten IR, LK en WE) met feedback. Ter remediëring van eventuele tekorten krijgen de studenten toegang tot de cursussen Basis Chemie en Basis Fysica waarbinnen Bijspijkerklassen georganiseerd worden.

• Gesprekken/remediëring na tussentijdse evaluaties: studenten binnen bepaalde opleidingen (WE, GF, IR) worden uitgenodigd voor een volggesprek omtrent hun studiehouding en de behaalde resultaten en worden aangemoedigd om deel te nemen aan remediëringsactiviteiten voor specifieke vakken.

• Tips and Trics: Infographics: het aanbod van infographics op de website werd sterk uitgebreid.

STUDIETIPS

Bachelor- en masterproef

Studiekeuze

Actief en strategisch studeren

Plannen

Weekplanning (template)

Maandplanning (template)

Semesterplanning (template)

Tekststructuren en schematiseren

TO-do-lijst (template)

Studievoortgang

Wiskunde studeren

Statistiek studeren

Pomodoro-techniek (time management)

Concentratie

Structureren en visualiseren van academische teksten Plan je individueel studietraject

Presenteren

EMOTIONEEL

Stress Stresssignalen

Uitstelgedrag

Buikademhaling

Slaap

Faalangst

Piekeren Mentale gezondheid

Veerkracht in tijden van corona

Omgaan met donkere gedachten

Omgaan met angst

Help, ik verwond mezelf

Vrienden helpen met psychische stress

STUDEREN AAN EEN DIGITALE UNIVERSITEIT

Digitaal onderwijs

Online groepswerk

Afstandsonderwijs

Schriftelijke examens vanop afstand

Mentale gezondheid

Routine houden

Mondeling examens vanop afstand

Tabel 2

Deze beschikbare informatie is bedoeld om studenten zelfstandig op weg te helpen of als voorbereiding op, of als werkdocument tijdens groepsbegeleiding en individuele begeleiding. Het is niet de bedoeling dat de beschikbaarheid van deze informatie de drempel verhoogt om contact met ons op te nemen.

• Taalbegeleiding: volgende trainingen werden georganiseerd: presentatie-vaardigheden en Taalhulp bij schrijfopdrachten (in samenwerking met ACTO).

• Studie- en examenvaardigheden: in beide semesters en in de zomermaanden worden workshops aangeboden m.b.t. deze thema’s (ook Engelstalige). In de begeleidingstrajecten wordt steeds een training studie- en/ of examenvaardigheden geïntegreerd in het lessenrooster gegeven. Ook de dienst Topsport en Studie heeft de begeleiding aangepast in functie van COVID-19. De 1-1 begeleiding werd online verdergezet. De klassieke workshops werden vervangen door online workshops, online tools en webinars (o.a. over doelen stellen in coronatijden). Deze werden aangereikt aan de topsportstudenten via Canvas en i.s.m. Sport Vlaanderen via een aparte landingspagina over “Topsport in Coronatijden”.

• Psychosociale begeleiding: studenten die te kampen hebben met faalangst en studiestress kunnen deelnemen aan een groepstraining of individueel begeleid worden. Ook de dienst Topsport en Studie biedt workshops aan m.b.t. mentale training voor topsportstudenten (bv. omgaan met stress, veerkracht, slaap). Binnen het Erasmus+ Sport project “Dual Careers for Mental Health” nam de dienst Topsport en Studie een uitgebreide online vragenlijst af om de duale carrière ervaringen, het mentaal welzijn en de impact van COVID-19 in kaart te brengen bij VUBtopsportstudenten en LK-studenten.

• Vakspecifieke begeleiding: individuele begeleiding (op afspraak, permanenties) en in groep (workshops) rond de knelvakken wiskunde en statistiek, fysica, chemie en computerwetenschappen in de faculteiten WE, IR, PE, RC en ES.

• Tutoring-project: studenten met een vraag naar bijles worden in contact gebracht met een geschikte tutor. De werkgroep Tutoring coördineert de tutorwerking waarbij succesvolle hogerejaarsstudenten ingeschakeld worden voor individuele, vakinhoudelijke begeleiding. Daarnaast zorgt zij voor de bewaking, opvolging en ondersteuning. Binnen de werkgroep staat men ook in voor de matching en opleiding van MILO-tutoren en Honours Program tutoren (Faculteiten PE en ES).

• Studietrajectbegeleiding: de studietrajectbegeleiders zijn verantwoordelijk voor, geven informatie over, en/of helpen studenten bij het oplossen van problemen met:

- Het samenstellen van het individueel traject: bv. toelatingsvoorwaarden bij overstap andere opleiding/instelling, nagaan vrijstellingen, buitenlands diploma …

- Wijzigingen in het jaarprogramma

- Wijziging van opleiding

- Inschrijving en registratie van het traject

- Leerkrediet, deliberaties en resultaten

• Redelijke flexibiliteit met aandacht voor heterogeniteit: studentenpsychologen staan in voor de individuele begeleiding en advisering van studenten in specifieke situaties (werkstudenten, studenten met een functiebeperking, student-ondernemers, studentenvertegenwoordigers of studenten die zich in een andere bijzondere situatie bevinden) met betrekking tot het aanvragen van redelijke aanpassingen voor studie- of examensituaties. Topsportstudenten kunnen terecht bij de dienst Topsport en Studie.

• Studievoortgangsgesprekken: studievoortgangsgesprekken hebben als doel om vooral te peilen naar de oorzaak/ redenen van de zwakke studievoortgang. Bijkomend worden studenten geïnformeerd over bindende voorwaarden, over begeleidingsinitiatieven, heroriënteringsmogelijkheden … Zij worden georganiseerd na de januarizittijd. Ook de dienst Topsport en Studie organiseert voortgangsgesprekken voor topsportstudenten, en past het studieprogramma (indien vereist in functie van de studieresultaten en/of het sportief programma) aan voor het tweede semester.

• Studievoortgangsbewakingsgesprekken: om de vergaande flexibilisering binnen de perken te houden, maar ook om het studentenwelzijn en het studierendement te verhogen, werd een strenger studievoortgangsbewakings-systeem uitgewerkt waarin professionele begeleiding op maat van risico-studenten wordt voorzien. Elke student die onder bindende voorwaarden wordt geplaatst krijgt een uitnodiging tot ‘verplichte studiebegeleiding’ (een gesprek over zijn/haar studievoortgang en een eventuele doorverwijzing of opvolging rekening houdend met zijn/haar specifieke situatie).

• Onderzoekscompetenties: ten behoeve van studenten die een paper of een Bachelor – en Masterproef moeten schrijven worden verschillende trainingen en ook individuele begeleiding aangeboden.

• Massablokken: om studenten de mogelijkheid te geven in optimale omstandigheden samen te studeren tijdens de blok- en examenperiode, worden door een aantal VUB-diensten aangepaste ruimtes voorzien, waaronder de SBstudeerruimte. Studiebegeleiding neemt hier de coördinerende rol op zich.

• Online reflectietool: de dienst Topsport en Studie heeft het online platform www.dualcareertools.com ontwikkeld en gebruikt dit actief om de competenties van topsportstudenten in kaart te brengen, bespreekbaar te maken en te ontwikkelen. Het platform verkreeg PoC financiering (TechTransfer) en wordt momenteel uitgebreid met tools gericht op het monitoren van duale carrière-ervaringen en mentaal welzijn van de topsportstudent, alsook het verhogen van mental health literacy. Naar aanleiding van de Coronacrisis introduceerde de dienst Topsport en Studie een online monitoring tool “Holistic monitoring” waarmee zij systematisch de tevredenheid en impact van corona op 12 levensaspecten van de topsporters opvolgen.

Zoals uit het bovenstaande blijkt vinden we het belangrijk om op elk moment van het academiejaar iedere student te kunnen bijstaan voor zowel psychosociale, vakinhoudelijke als vakoverschrijdende begeleiding wanneer hij/zij dit nodig acht. Dit gebeurt hoofdzakelijk op individuele vraag, maar kan ook door deelname aan groepsactiviteiten.

Dit academiejaar kwamen er 1650 nieuwe studenten in begeleiding waarvan er een dossier werd opgestart. Het aantal gemaakte individuele afspraken bedroeg 9258 (nieuwe en oude studentendossiers samen).

2.7. Begeleidingsinitiatieven: uitstroom

Tijdens het academiejaar 2020-2021 werd voor het eerst binnen de Dienst Studiebegeleiding een medewerker aangenomen met als kerntaak carrière-coaching. Deze medewerker organiseerde zowel tijdens het eerste semester als het tweede semester online workshops voor studenten in hun afstudeerjaar. Met als topics: hulp bij het zoeken naar een job en bij het schrijven van een CV en/of motivatiebrief. Studenten konden ook kiezen voor een individueel gesprek rond deze thema’s. Er werd ook een aanzet gegeven tot het inventariseren van reeds bestaande initiatieven binnen onze instelling rond uitstroombegeleiding. Met de studentenvertegenwoordigers werd ook afgesproken nauwer te gaan samenwerken.

2.8. Opstellen van bijzondere procedures

Om de aanvragen van studenten rond bepaalde thema’s te faciliteren werden door SB - medewerkers een aantal procedures uitgewerkt en/of geoptimaliseerd.

• Procedure inzake reflexmaatregelen: Naast de digitalisering van de aanvraagprocedures, werden enkele statuutaanvragen ook geautomatiseerd voor specifieke doelgroepen. Studenten die een attest indienen i.v.m. een leerstoornis of AD(H)D krijgen automatisch een standaardpakket aan maatregelen toegekend. Enkel indien zij hier niet akkoord mee gaan, wordt er nog de extra stap van een gesprek verwacht. Pilootproject: voor 11 opleidingen werd er een kader gecreëerd met opleidingsoverschrijdende en opleidingsspecifieke maatregelen die standaard goedgekeurd worden. Bij aanvragen voor deze opleidingen, worden de maatregelen uit het kader automatisch goedgekeurd. Op deze manier worden studenten nog sneller op de hoogte gebracht van de status van hun aangevraagde maatregelen.

• Procedure inzake studenten zonder SO-diploma: SB gidst de student zonder diploma SO doorheen de toelatingsprocedure tot een bacheloropleiding. Een studentenpsycholoog is betrokken bij de beoordeling van het dossier, de testing van de student, de verwerking van het resultaat en -desgevallend-de aflevering van het attest tot toelating via de UAB.

• Procedure voor student in crisis en bij overlijden: SB heeft de procedures inzake crisis en overlijden van een VUBstudent op punt gesteld en uitgebreid naar VUB-personeelsleden.

3. INTERNE WERKING TER ONDERSTEUNING VAN DE DIENSTVERLENING NAAR STUDENTEN TOE

De dienstverlening aan studenten kan maar ten volle worden opgebouwd als, naast het reguliere aanbod van begeleidingsactiviteiten, ook geïnvesteerd wordt in verdere professionalisering van haar expertise o.m. door middel van overleg/samenwerking met studenten, faculteiten en bij de verschillende diensten die eerstelijnsinformatie aan studenten aanbieden.

Om haar dienstverlening aan studenten te optimaliseren eventueel te innoveren heeft de dienst Studiebegeleiding daartoe een aantal werkgroepen opgericht. Tot de generieke taken van de medewerkers binnen deze werkgroepen behoren o.m.:

• (Beleids)adviezen ontwikkelen, rapporteren en implementeren

• Expertise delen intern/extern

• Professionalisering van de collega’s

Werkgroepen SB: de algemene doelstelling van elke werkgroep is het verzorgen van een professionele dienstverlening naar de studenten toe om het studierendement te verhogen en het studentenwelzijn te verbeteren. Door de Coronacrisis werden een aantal werkgroepen ‘on hold’ geplaatst. Hierdoor konden twee nieuwe werkgroepen werden opgestart en anderen versterkt om aldus een antwoord te bieden op de door deze crisis veroorzaakte extra uitdagingen. Vooreerst de werkgroep SB beleid 2020-2021 (zie supra) en de werkgroep Canvaspagina.

• Canvaspagina SB: In 2020-2021 werd werk gemaakt van een canvasruimte met een verzameling van begeleidingstopics. Er werden 18 topics geselecteerd, gaande van omgaan met stress, over actief studeren tot het opstellen van een individueel studietraject. De studenten zien voor de doelgroep waartoe zij behoren alle relevante topics verspreid over het academiejaar. Ze kunnen echter ook zelf kiezen waar ze op welk moment behoefte aan hebben. Bij elk topic wordt telkens verwezen naar bestaande groeps- en individuele begeleiding. Op deze manier kan de student zelfstandig aan de slag én kan het materiaal ook gebruikt worden als eerste vertrekpunt voor een diepgaandere groeps- of individuele begeleiding. Bij de start van het academiejaar 21-22 werd de Canvascursus opgenomen op het dashboard van alle VUB studenten.

• Pre-studenten: door o.a. de integratie van online voorkennistesten en het aanleveren van extra relevante inhoud werd input/ondersteuning en verder vormgeven aan het Studiekeuzeplatform. Een tweede verwezenlijking was het digitaliseren van de workshop ‘Klaar voor d’univ’ voor prestudenten. Ook de presentatie die gebruikt wordt voor ouders, nl ‘Studeren in het hoger onderwijs’ werd gedigitaliseerd. Infosessies voor ouders werden met groot succes, ism Marcom en de dienst Studentenstatuut en Studiefinanciering, ingericht gedurende de periode januari-mei.

• Begeleidingsinitiatieven: De werkgroep ‘Begeleidingsinitiatieven’ werd (tijdelijk) opgenomen in de werkgroep SB Beleid 20-21 en verzorgde van daaruit de organisatie en inroostering van de verschillende workshops en trainingen. Tijdens het academiejaar 20-21 werden tijdens het 1ste semester 19 Nederlandstalige workshops gegeven (studieen examenvaardigheden, BaMa-proef, studie stress, taalhulp) en werd voor telkens 2 groepen faalangst- en omgaan met piekeren trainingen georganiseerd (telkens verschillende opeenvolgende sessies). Voor de Engelstalige studenten werden 6 workshops georganiseerd m.b.t. dezelfde topics. Tijdens het 2de semester werden omtrent dezelfde topics. Tijdens het 2de semester werden omtrent dezelfde thema’s (Nl) 19 workshops en 4 trainingen georganiseerd. Voor de Engelstalige studenten 6 workshops. Bovendien werd voor het eerst (Eng) 2 nieuwe workshops opgestart rondom- jobcoaching.

• Tutoring: ‘Een universiteitsbrede tutorwerking met focus op knelvakken’ (algemene doelstelling). De werkgroep Tutoring coördineert de tutorwerking waarbij succesvolle hogerejaarsstudenten ingeschakeld worden voor individuele, vakinhoudelijke begeleiding. Daarnaast zorgt zij voor de bewaking, opvolging en ondersteuning. Binnen de werkgroep staat men ook in voor de matching en opleiding van MILO-tutoren en Honours Program tutoren (Faculteiten PE en ES). De opleiding voor tutoren wordt verplicht om de kwaliteit van tutoring te verhogen. De tutoren hebben de keuze uit de face-to-face opleiding of een Canvas opleiding (Nieuw sinds academiejaar 20-21). Een eerste tutor intakegesprek met één van de Studiebegeleidingsmedewerkers gebeurt nog steeds via Teams, verdere communicatie via email, opleidings- of tussentijdse overlegmomenten en/of via het nieuwe digitale systeem.

• I(infra-structuur)M(assablok)F(rontoffice): Binnen de werkgroep IMF werden in academiejaar 2020-2021, onderstaande projecten verwezenlijkt:

Contactpunt 2.0: uitwerking van het vernieuwde concept ‘versterking contactpunt’ door in onze communicatie met studenten meer naar het contactpunt door te verwijzen (dit zowel face to face als via mail als telefonisch). Hierbij werd er ingezet op het verder professionaliseren van alle SBC collega’s zodanig dat de juiste basisinformatie door iedereen kan gegeven worden over elk studiebegeleidingstopic. Dit o.a. door: het aanbod van intervisies, ‘contactpunt helpdesk’ binnen teams, beantwoorden van mails binnen wachtrij OTRS begeleiding@vub.be door collega die permanentie Contactpunt opvolgt.

Studiebegeleiding heeft tijdens de periodes van ‘lockdown’ opnieuw voorzien in studeerruimtes en examenruimtes voor studenten met volgende profielen:

- Studenten die thuis geen rustige studeerplek hebben

- Studenten die omwille van socio-emotionele, familiale, psychiatrische of medische omstandigheden nood hebben aan een plek op de campus

- Studenten die een on-campus les moeten combineren met aansluitend online les en geen tijd hebben om naar huis/kot te gaan

- Studenten met een Reflexstatuut

- Studenten die omwille van internet- of computerproblemen het examen niet thuis of op hun eigen laptop kunnen afleggen. (in samenwerking met de dienst Studentenstatuut en studiefinanciering, waar studenten een laptop konden lenen)

Sinds eind 2020-2021 werd deze organisatie m.b.t. studeerruimtes overgenomen door de dienst studentenzaken. Tijdens de examenperiodes hebben we studenten verder aangemoedigd om online samen te studeren en onlinetips en tools aangereikt via de studentennieuwsbrief en website onder de naam ‘Studying Apart Together’. Studying apart together | Vrije Universiteit Brussel (vub.be)

• Studievoortgang/HER: Binnen de werkgroep SV hebben we in 20-21 deze nieuwe initiatieven gelanceerd: De werkgroep is van naam veranderd en heet nu kortweg Werkgroep Studievoortgang. Bij de SVB- en SVGinitiatieven hebben we de switch gemaakt naar een digitaal aanbod. In september 2020 konden studenten voor hun SVB-begeleiding kiezen tussen een online individueel gesprek of een online groepssessie. In februari 2021 hebben we voor de SVG-initiatieven online groepssessies georganiseerd. Voor de heroriënteerders na het eerste semester

hebben we ons aanbod uitgebreid met:

- Een overzicht van vakken per opleiding die studenten bij een heroriëntering in het tweede semester kunnen opnemen.

- Een overzicht van ‘smaakmakers’. Zo kunnen studenten die nog twijfelen proeven van verschillende opleidingen in het tweede semester om zo een weloverwogen en juiste studiekeuze te maken bij de start van het nieuwe academiejaar.

Studenten met bindende voorwaarden kregen van SB in november een warme e-mail. We hebben intensief meegewerkt aan de voorbereiding van de implementatie van de nieuwe deliberatieregels (in werking vanaf 21-22). We zijn gestart met een duidelijke en terugkerende rapportage over de SVB- en SVGinitiatieven. Canvas-modules over studievoortgang, deliberatie en SOS studiekeuze werden ontwikkeld. Samen met de studiebegeleiders hebben we het kader uitgetekend voor een intensievere en betere afstemming tussen de studievoortgangsinitiatieven en de begeleidingstrajecten in eerste bachelor.

• Inclusief beleid: De werkgroep Inclusief beleid bestaat niet alleen meer uit studentenpsychologen, maar is uitgebreid met enkele studiebegeleiders en studietrajectbegeleiders. Op deze manier wordt er getracht om de gehele werking te evalueren en efficiënter te maken. Het uiteindelijke doel blijft meer duidelijkheid, efficiëntie en transparantie te bereiken in de aanvraagprocedures voor het statuut van reflex-student en maatregelen, zowel voor de studenten als voor het (academisch) personeel.

• Communicatie studenten: Een nieuw academiejaar hangt samen met een nieuwe campagne om Studiebegeleiding in al haar facetten en op ieders radar te activeren. Deze campagne bevat een campagnebeeld met bijpassende slogan die het hele academiejaar gebruikt wordt in alle communicatievormen. Voor 2020-2021 was de slogan ‘Studiebegeleiding zorgt voor je’ - ‘Study Guidance takes care of you’3. Er is verder ingezet op het uitbreiden en structureel inbedden van het digitale aanbod en tools. Rekening houdend met de nieuwe interne switch waarop men in een eerste niveau wenst in te zetten om zelf aan de slag te gaan via de aangeboden groepssessies/infographics/ Canvasruimte,… en in een tweede niveau individuele begeleiding opstarten. Ook een opstart rond het optimaliseren, vernieuwen en professionaliseren van bestaande communicatieprocedures, communicatiekanalen (vernieuwde website studenten en sociale media) en samenwerkingsverbanden (o.a. met MARCOM, Infopunt en SBC-collega’s).

4. OVERLEG/SAMENWERKING MET STUDENTEN, FACULTEITEN EN ANDERE DIENSTEN

• Tussen docent/faculteit en SB-medewerkers: De begeleidingsvormen bij onderwijsactiviteiten worden uitgewerkt in nauw contact en overleg met docenten/professoren/assistenten. In dit kader werden verschillende begeleidingstrajecten in opleidingen geoptimaliseerd of nieuwe opgestart (zie supra). De werkgroep inclusief beleid overlegt regelmatig met docenten in functie van aangevraagde maatregelen. Daarnaast wordt er een samenwerking aangegaan met verschillende opleidingsraden en faculteitsmedewerkers om onze huidige processen en procedures te verbeteren.

• Tussen docent/faculteit en Studietrajectbegeleider: de Studietrajectbegeleider zetelt mee binnen de opleidingsraden. Hierin vervult hij/zij een adviserende rol en signaalfunctie bij mogelijke programmawijzigingen. Het contact tussen docent en Studietrajectbegeleider uit zich op de eerste plaats bij het samenstellen van het individuele studietraject (vrijstellingen, overschrijven pre-corequisites, laattijdig opnemen van vakken, instroom in de opleiding na heroriëntering, …). Hiernaast is er tevens een signaalfunctie tussen docent en Studietrajectbegeleider waarbij een docent desgewenst steeds mogelijke problemen kan melden aan de Studietrajectbegeleider.

• Tussen andere diensten en SB-medewerkers: op het vlak van curriculumbeheer en het opbouwen van inschrijvings- en afstudeervereisten en anderzijds bij het opvolgen van inschrijvings- en registratieproblemen van studenten is er tevens een nauw contact tussen de studietrajectbegeleiders en de hierbij betrokken diensten: Cel Curriculumbeheer, StudentenAdministratie- Centrum, het Infopunt, Dienst Topsport en Studie en het CALI-team. Qua taalbegeleiding is er een intense samenwerking en uitwisseling van expertise tussen de SB-medewerkers en de medewerkers van ACTO.

• Meldpunt ongewenst grensoverschrijdend gedrag: Het Meldpunt, bemant door een medewerker van de VUB gebonden aan het beroepsgeheim en met een mandaat om als onafhankelijk hulpverlener te handelen, werkt nauw samen met VUB-diensten zoals Studiebegeleiding en Mens & Organisatie. In 2020 werd de evaluatie en herziening van het meldpunt acuut wegens de beëindiging van de samenwerking met CAW inzake het meldpunt, gekoppeld aan een aantal personeelsverschuivingen. Het meldpunt werd vervolgens in minimale vorm en als tijdelijke tussenoplossing ondergebracht bij Mens & Organisatie (t/m 31 mei 2021) en Studiebegeleiding (27 juli 2021 t/m 08 oktober 2021). De evaluatie met bijhorende aanbevelingen was een volgende stap in de maturiteit van het meldpunt én de systematische aanpak en preventie van grensoverschrijdend gedrag alsook het bevorderen van psychosociaal welzijn aan de VUB. Onder supervisie van externe partner “The Human Link” vraagt het meldpunt een uitbreiding van de opdracht en een herziening van de werkwijze en plaats in het VUBorganogram. In mei 2021 heeft het Directiecomité zijn akkoord gegeven voor een doorstart en optimalisering van het VUB-meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag

5. BELEIDSVOORBEREIDEND ONDERZOEK (BVO)

• BVO Studiekost: Tijdens academiejaar 2019-2020 werd een studiekostmeting gehouden. Het eindrapport werd in september 2020 afgerond. In academiejaar 2020-2021 vonden verschillende meetings plaats met betrokken VUBactoren (Studentenstatuut en Studiefinanciering, Studentenzaken, Kwaliteitszorg, Studiebegeleiding, Steunpunt Hoger Onderwijs) om vanuit dit rapport concrete beleidsadviezen voor een studiekostenbeleid aan de VUB te expliciteren. Deze adviezen werden in november ’21 neergelegd bij de vicerector Onderwijs en Studentenzaken en liggen in lijn met het VLOR-advies naar aanleiding van de resultaten van de studiekostenmonitor hoger onderwijs.

• BVO Life skills: Tijdens academiejaar 2020-2021 werden de resultaten van het onderzoek uitgevoerd in 19-20 samengebracht in het eindrapport. Ze vormen nu de basis voor vervolgonderzoek en concrete welzijnsacties in de Stuurgroep Studentenwelzijn.

6. OVERLEG MET ANDERE INSTELLINGEN EN/OF EXTERNE INSTANTIES

• Vertegenwoordiging van de VUB door SB in verschillende werkgroepen van de Vlaamse Overheid: de VLIRwerkgroep Gelijke Kansen, de VLIR-werkgroep Studieloopbaan-begeleiding, de VLOR-commissie Diversiteit, de VLOR-commissie Hoger Onderwijs voor Studenten met een Functiebeperking, de VLOR-werkgroep Studierendement, de VLOR-werkgroep Leerkrediet, de UNICA-taskforce on equal opportunity’s en de de verschillende commissies rond ijkingstoetsen binnen de VLIR. SB is partner in het Steunpunt Leren en Werken met functiebeperkingen in het Hoger Onderwijs. SB maakt ook deel uit van de stuurgroep Eduspot. SB heeft een organiserende rol in de samenwerking tussen VUB, UAB en HUB bij de opstart en gegevensverzameling van het onderzoek van de VAD (Vlaams expertisecentrum druggebruik) naar middelengebruik bij studenten.

• De Dienst ‘Topsport en studie’ vertegenwoordigt de VUB binnen het Overlegplatform ‘Topsport en Studie’ van Sport Vlaanderen en binnen het VUB-ULB-expertiseplatform ‘Topsport en Hoger Onderwijs’ van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om expertise uit te wisselen tussen onderwijsinstellingen en sportclubs mbt de combinatie topsport en hoger onderwijs.

• Afstemming met de associatiepartner: SB heeft op regelmatige basis contacten met docenten en studietrajectbegeleiders van de EHB. Binnen het kader van de begeleiding van topsportstudenten wordt een gezamenlijke screening uitgevoerd van aanvragen tot erkenning als topsportstudent.

VI. WELZIJN STUDENTEN

1. INLEIDING

Binnen de Vrije Universiteit Brussel streven we naar een geïntegreerd aanbod van welzijnsondersteuning. Zowel met verschillende partners binnen de brede universitaire gemeenschap als daarbuiten.

Het gros van het aanbod wordt georganiseerd vanuit de afdelingen en diensten van het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken. De studentenpsychologen van de dienst Studiebegeleiding nemen met hun begeleidingsaanbod voor studenten de meest prominente rol op, in nauwe samenwerking met hun collega-studiebegeleiders, studietrajectbegeleiders en jobcoach.

Studiebegeleiding vormt voor het welzijnsaanbod een mooie tandem met de afdeling studentenzaken. Die afdeling is beleidsmatig en operationeel actief op het werkterrein van de sociale dienstverlening (financieel en sociaaljuridisch), de studentenjobs, de studentenwerking (de studentenverenigingen en studenteninitiatieven), de kotcoach, en studentvriendelijke communicatie (via het Infopunt Studenten). De afdeling zet hard in op het bevorderen en ondersteunen van inclusiviteit en diversiteit binnen de studentengemeenschap. Maar ook op het ondersteunen van onze studentenvertegenwoordigers, die medebestuurders zijn aan onze instelling en dus actief meeschrijven aan onder andere ons welzijnsbeleid.

De initiatieven op vlak van welzijnsaanbod overstijgen evenwel het vicerectoraat. Het is in se een gedeeld verhaal van samenwerking. Met de academisch verantwoordelijke welzijn, Prof. Dr. Valéry Jacobs. Zij adviseert de rector rond welzijn voor personeelsleden en studenten. Maar ook samenwerking met de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen, het Brussels University Consultation Center en het UZ Brussel. Aangevuld met onze VUB-huisartsenpraktijk, Dilemma (VUB-centrum gespecialiseerd in begeleiding van ongeplande zwangerschappen), CAW Brussel, CGG Brussel, het equality team van de VUB en het team compassionate university van de VUB.

Bij het begin van de COVID-19-pandemie nam de VUB deel aan de survey van de UAntwerpen en de UGent die peilde naar de impact van de pandemie op het welzijn van studenten. De onderzoeksresultaten, in combinatie met onze eigen observaties naar aanleiding van de COVID-19-omstandigheden, duwden ons in de richting van een verbetertraject. Het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken richtte een werkgroep op (inclusief studenten) die zich boog over concrete acties om het welzijnsaanbod aan de VUB te optimaliseren, in functie van het versterken van het welzijn van onze studenten. De werkgroep liet zich deskundig begeleiden door The Human Link, een organisatie gespecialiseerd in consultancy op het terrein preventie en welzijn. Dankzij dit traject konden we ‘het verhogen van het welzijn van studenten’ inbedden als een strategische doelstelling van het vierjarige beleidsplan van het vicerectoraat, dat een onderdeel uitmaakt van het nieuwe Algemeen Strategisch Plan (ASP4) van onze rector, Prof. Dr. Caroline Pauwels.

De strategische doelstelling “het verhogen van het welzijn van studenten” is vertaald in verschillende operationele doelstellingen, die uitvoering moet krijgen binnen de looptijd 2021-2024. Voor het werkjaar 2021 zijn de doelstellingen geconcretiseerd in een jaaractieplan. Een Stuurgroep (bestaande uit VUB-academici, VUB-medewerkers en studenten) komt maandelijks samen en volgt de realisatie van de doelstellingen op. Recent finaliseerde de stuurgroep de ontwikkeling van een nieuwe missie- en visietekst rond welzijn voor studenten aan de VUB. Om het overzicht te bewaken en versnippering te vermijden, coördineert onze stuurgroep ook alle mogelijke en diverse welzijnsinitiatieven aan de VUB, ook diegenen die gefinancierd worden met de extra federale middelen.

2. VISIE EN MISSIE WELZIJN STUDENTEN AAN DE VUB

2.1. Missie Welzijn studenten

We werken samen aan een warme en ‘compassionate’ universiteit waar elke student, in elke omstandigheid, zichzelf kan zijn met respect voor het welzijn van de ander. Elke student krijgt er alle kansen om te groeien als persoon volgens de 5 pijlers van de onderwijsvisie:

1. Studenten ontplooien zich tot “redelijk eigenzinnige” individuen;

2. Studenten engageren zich voor een duurzame humanistische maatschappij;

3. Studenten worden gevormd tot wereldburgers;

4. Studenten ontwikkelen een vrije onderzoekende houding;

5. Studenten worden voorbereid op hun professionele loopbaan.

2.2. Visie Welzijn studenten

We gaan voor een duurzaam en geïntegreerd welzijnsbeleid dat vertrekt van een gedeelde verantwoordelijkheid. Ieder (h)erkent zijn rol en voert die uit, van studenten zelf en onderwijzend personeel tot directe welzijnsactoren (intern en extern VUB).

We gaan voor een gedifferentieerd en flexibel studentenwelzijnsaanbod, opgedeeld in:

1. Primaire preventie: het voorkomen van psychische klachten bij de studentengemeenschap, bijv. acties ter bevordering van de sociale en academische integratie en veerkracht;

2. Secundaire preventie: het vroegtijdig opsporen van psychische klachten bij studenten;

3. Tertiaire preventie: het voorkomen van verergering van psychische klachten.

Het aanbod is trapsgewijs opgebouwd; waarbij de student de nodige (soort) begeleiding kan ontvangen, zodat hij/zij autonoom en veerkrachtig verder kan:

a) Studenten kunnen zelf aan de slag (via infographics, welzijnstrip, CANVAS, e-health)

b) Groepsaanbod (workshops, trainingen, Q&A-sessies)

c) Individuele begeleiding

Het welzijnsaanbod is laagdrempelig (veelal gratis), toegankelijk en met oog voor diversiteit en inclusiviteit

We streven naar constante professionalisering van ons welzijnsaanbod via het consulteren van wetenschappelijke literatuur en experts, het volgen van opleidingen en het inzetten op evidence- en practice-based processen en instrumenten.

Het welzijnsbeleid en aanbod stemmen we af op de stem van de student. Dit gebeurt via een (jaarlijkse) welzijnsmonitoring en studenten (uit de Studentenraad) te betrekken.

3. IDENTIFICATIE VERDELING STUDENTEN EN KLACHTEN

Figuur 11: Totaal aantal inschrijvingen in de financierbare opleidingen op 14/02/2020 = 16 333 studenten; Verdeling data klachten afkomstig van Bruffaerts, ppt SIHO lerend netwerk welzijn op 11 mei 21

4. WELZIJNSACTIVITEITEN

In april 2020 namen we deel aan de mondiale survey die de Universiteit Antwerpen en de Universiteit Gent organiseerden om de impact van COVID-19 op het welzijn van studenten in kaart te brengen. De VUB kende een hoge participatiegraad: meer dan 2.000 VUB-studenten namen deel. De resultaten gaven ons een goed zicht op de noden en uitdagingen van onze studenten op het vlak van (academisch) welzijn. Vanaf september 2020 hebben de afdelingen Studiebegeleiding, Studentenzaken en Onderwijsondersteuning samen fors ingezet op het versterken van het welzijnsaanbod en de bekendheid ervan voor de studenten. Dit kaderde binnen het nieuwe welzijnsbeleid dat eerder vermeld werd. Hieronder een overzicht van de verschillende initiatieven:

• De “Leave no one behind”-webpagina op de studentenwebsite die de informatie van alle mogelijke welzijnsinitiatieven voor studenten bundelde: https://student.vub.be/leave-no-one-behind#intro

• Alle nieuwe generatiestudenten hebben in november 2020 per post een folder ontvangen met een overzicht van het diverse VUB-ondersteuningsaanbod voor studenten (financieel, ICT, studieruimtes, ontspanning, het aanbod voor wie nood heeft aan een luisterend oor, …). Via de digitale VUB-kanalen hebben we de folder verspreid onder de rest van de studentengemeenschap.

• De MARCOM-campagne ‘De Wereld heeft je nodig’ ondersteunt dan weer de welzijnsinitiatieven die de studenten zelf ondernemen voor hun medestudenten.

• Het studentenpsychologenteam Studiebegeleiding werd versterkt door een voltijdse aanstelling van een studentenpsycholoog die zich in bijzonder richtte op de internationale studenten (van 1 jan 21 tot 31 dec 21). Ook werd via het Brussels University Consultation Center (BRUCC) twee extra halftijdse studentenpsychologen aangesteld vanaf 1 december 2020 tot 30 november 2021.

• Oprichting van het Caroline Pauwels Noodfonds. Dit fonds biedt, aanvullend op het bestaand financieel ondersteuningsaanbod vanuit de dienst Studentenstatuut en Studiefinanciering, financiële ondersteuningsnoden aan studenten die (mede getriggerd door de COVID-pandemie, maar niet exclusief daaraan gebonden) in een financiële noodsituatie verkeren waar via ons regulier VUB-financieel ondersteuningsaanbod niet aan tegemoetgekomen kan worden. Het noodfonds kan onder andere ingezet worden voor het financieren van dringende psychische zorg.

• De mogelijkheid om via het Caroline Pauwels Noodfonds in specifieke gevallen financiële ondersteuning te bieden aan studenten met urgente welzijnsnoden (bijvoorbeeld voor het vergoeden van noodzakelijke therapie of begeleiding).

• VUBuddy: het VUBuddy project is opgestart in sept 2020 en is een project waarbij ervaren studenten nieuwe studenten helpen bij het sociaal en academisch integratieproces aan de VUB. Ze maken wegwijs, staan klaar voor (studiegerelateerde) vragen, verwijzen correct door en zijn het eerste aanspreekpunt. Ze zorgen ook voor sociale cohesie in de groep en organiseren of doen mee aan laagdrempelige sociale activiteiten.

• Welzijnstrip: we wouden op een laagdremplige wijze de studenten (h)erkenning geven voor de moeilijke tijd en voor de inspanning die ze hiervoor leveren. Tegelijk werden welzijn- en studeertips aangeboden op visuele wijze met een laagje humor.

o Fysieke verdeling van de strip onder eerstejaarsstudenten, internationale studenten en kotstudenten (per post, on campus): 5000 studenten bereikt

o Online verspreiding: website LNOB: (https://student.vub.be/sites/vub/files/vub_survivalgids_digitaal.pdf) en Facebook/YouTube (Survival Guide for students in times of COVID-19 - YouTube) voor alle studenten

• Aanstelling Kotcoach vanaf 1 april 2020 die via acties op de VUB-koten inzet op sociale verbondenheid en fijn samenleven op kot.

• Praatgroepen Studenten voor Studenten

• Actie voor docenten:

o Workshop ‘hoe studenten ondersteunen’ m.i.v. good practices

o Slide (met allerlei informatie rond ondersteuning voor studenten) werd verspreid zodat docenten deze slide tijdens hun eerste les van start semster 2 konden tonen

• Belactie: BRUCC en faculteit PE hebben master-studenten psychologie opgeleid om alle studenten van de VUB op te bellen om te horen hoe de student het stelt en een screening van hun welzijnssituatie.

• Voedselpakketten: in de periode van april 2021-mei 2021 werkte de VUB samen met een Brusselse Service Club voor het wekelijks aanbieden van voedselpakketten aan een 40-tal studenten. Het ging bijna steeds om studenten die via het Caroline Pauwels Noodfonds ook al noodhulp hadden ontvangen.

• Creatie van online-leeromgeving CANVAS rond ‘omgaan met stress’ en ‘goed in je vel voelen’; toegankelijk voor alle ingeschreven studenten en de verdere creatie van infographics in functie van welzijn en studeren (zie III Studiebegeleiding).

• Aantallen groepsinterventies vanuit het studentenpsychologen team: we hebben geen wachtrij, alle studenten die wouden deelnemen konden de groepsinterventies volgen. Na de groepsinterventie kan de student ook individueel begeleid worden, daar hebben we geen cijfers over.

• ACTie!: ACTie! is ACT (Acceptance Commitment Therapy) voor studenten. ACT heeft als doel het vergroten van je psychologische flexibiliteit en dit op een meer actieve en doelgerichte manier. In 8 weken leert de student beter omgaan met de uitdagingen van het leven, meer te genieten van het moment, en zal hij sneller geneigd zijn om tijd te investeren in wat écht belangrijk is. (Zomertraining online: 6 deelnemers).

• Krachtig mezelf!: Krachtig Mezelf! is een MSC (Mindful Zelfcompassie) training voor studenten met als doel zichzelf op een vriendelijke manier te benaderen bij een uitdaing eerder dan slaafs hun kritische stem te volgen. In 8 weken trainen ze om met vriendelijkheid mee te bewegen met hun eigen emoties, hun aandacht te richten op het hier-en-nu en op de totaalervaring van de student zelf.

o Sem 2-training on campus Ndls: 9 deelnemers

o Sem 2-training on campus Eng: 7 deelnemers

o Zomertraining online Eng: 10 deelnemers

• Faalangsttraining: Faalangsttraining bestaat uit 6 sessies van 2 uur verspreid over 7 weken. Je krijgt grip op wat faalangst is en vaardigheden aangeleerd om er mee om te gaan.

o Sem 2-training online Ndls: 3 groepen = 5 + 6 + 6 deelnemers

o Sem 2-training online Engels: 1 groep = 6 deelnemers

• Piekertraining: Aangezien piekeren een aangeleerd gedrag is, kunnen we het gelukkig ook weer afleren - mits veel oefening! Vandaar dat deze training bestaat uit twee sessies.

o Sem 2-training online Ndls: 2 groepen = 16 + 5 deelnemers

o Sem 2-training online Engels: 1 groep = 8 deelnemers

• (Studie)stress online: Het bestaat uit één sessie en de student ontvangt antwoord op volgende vragen: Wat is stress?, Welk effect heeft stress op ons?, Wat lokt stress uit?, Hoe kunnen we stress herkennen bij onszelf?, Kunnen we ons preventief wapenen tegen stress?, Hoe kunnen we stress aanpakken?

o Sem 2-sessie online Ndls: 2 groepen = 13 + 10 deelnemers

o Sem 2-sessie online Engels: 1 groep = 0 deelnemers

• Boost je veerkracht: Het bestaat uit één sessie en de student ontvangt tips om de veerkracht te versterken.

o Sem 2-training online Ndls: 1 groep = 9 deelnemers

o Sem 2-training online Engels: 1 groep = 4 deelnemers

• Welzijnstrip herwerkt samen Brusselse onderwijsinstellingen: de COVID-gerelateerde zaken werden weggelaten; 4000 exemplaren worden in goodiebag gestoken voor de nieuwe studenten

• Uitbereiding aanbod individuele begeleiding door studentenpsychologen: we hebben geen zicht op onze ‘wachtrij’. Studenten kunnen online een afspraak inboeken, met een maximum van 4 weken. We proberen een aanbod te voorzien dat studenten maximaal 2/3 weken moeten wachten voor een eerste afspraak. In drukke periode maken we dit niet waar. Studenten kunnen steeds een e-mail sturen als een snelle afspraak nodig zou zijn.

o Jan- dec 2020

- Aantal nieuw gecreëerde individuele studentendossiers: 1339

- Aantal gemaakte individuele afspraken: 3189 (nieuwe en oude studentendossiers samen)

o Jan- sept 2021

- Aantal nieuw gecreëerde individuele studentendossiers: 907

- Aantal gemaakte individuele afspraken: 3937 (nieuwe en oude studentendossiers samen)

VII. INFOPUNT STUDENTEN

Studenten kunnen vragen stellen via balie, telefoon, e-mail en in de sociale media. Infopunt Studenten zet voor zijn loketfunctie in op een onmiddellijke, klantvriendelijke service. E-mails worden binnen de 24 uur behandeld.

Pre-corona schommelde het totaal aantal klantencontacten rond de 41.000, sinds corona is dat om en bij de 32.000. Sinds corona zijn er dus beduidend minder contacten op jaarbasis. Die daling is te wijten aan het sterk verminderd aantal studenten op campus. Het aantal telefonische vragen daarentegen steeg tot een absoluut record.

Voor studenten is het studentenportaal een 24/7 houvast over hoe de universiteit werkt, voor studentendiensten een handig en efficiënt verwijsplatform in hun dienstverlening naar studenten. We brengen er ook een kalender met events en studentenactiviteiten. We ruilden in 2021 de studentenwebsite student.vub.be in voor WeAreVUB Student: een nieuw studentenportaal met gepersonaliseerde nieuws, info en events. Deze is beschikbaar in een app en via de browser. Dit nieuwe studentenportaal verwijst voor statische informatie nog naar de ‘oude’ student.vub.be. De navigatie is echter veel gebruiksvriendelijker en afgestemd op de doelgroep.

Infopunt coördineerde de derde editie van de onthaalweek voor nieuwe studenten. De doelstellingen zijn: 1) nieuwe studenten informeren en 2) ze sociaal integreren in de studentengemeenschap. Voor deze tweede doelstelling namen we in 2021 partner vzw JES onder de arm. Zij zorgden voor groepsdynamische activiteiten i.s.m. VUBuddy, alsook verschillende stadswandelingen om kennis te maken met je studentenstad.

Tot slot vervulde Infopunt Studenten de rol van contactopspoorder voor alle gekende besmettingen in de studentengemeenschap, zowel binnen onderwijscontext als op vlak van vrije tijd op de campus en binnen de studentenverenigingen.

VIII. STUDENTENOMBUDSPERSONEN

https://student.vub.be/ombudspersoon#intro

1. Algemene vaststellingen ombudsfunctie

De werkzaamheden van de facultaire ombudspersonen en de centrale ombudspersoon betreffen in hoofdzaak de behandeling van vragen, opmerkingen en klachten van studenten inzake onderwijs en examens.

Voor studenten is het hierbij vaak reeds geruststellend dat hun verhaal wordt gehoord. Een groot deel van de klachten dient ter ventilering van een ongenoegen over een toegekend examencijfer, een onduidelijke communicatie over opdrachten, de onmogelijkheid om een inhaalexamen te voorzien of een misverstand over de interpretatie van reglementen, zonder dat er sprake is van een schending van rechten en zonder dat een formele klacht geformuleerd wordt.

Veelal volstaat het om de student te wijzen op de mogelijkheden en procedures die voorzien zijn in het onderwijs- en examenreglement en ook toegelicht worden op het studentenportaal (dewelke evenwel niet altijd eerst geconsulteerd werden), en/of op de inhoud van opleidingsonderdeelfiches, alsook om de student door te verwijzen naar de bevoegde dienst. Zowel een duidelijke communicatie tussen docent en student als een correcte invulling van de opleidingsonderdeelfiche, komt de studenten alleszins ten goede. Aan docenten wordt dan ook gevraagd hiervoor aandachtig te zijn.

In 2021 bleef de coronacrisis, hoewel minder acuut, een invloed uitoefenen op het onderwijs en het verloop van de examens. Een deel van de vragen en soms ook klachten waarover ombudspersonen door studenten werden gecontacteerd, hielden hiermee verband. Echter, dit was niet vergelijkbaar met de situatie in het voorgaande jaar en de invloed hiervan was niet langer dermate significant op de ombudsfuncties.

De tussenkomsten van de ombudspersonen leiden meestal tot bevredigende oplossingen voor de studenten. Niettemin gaan studenten er soms verkeerdelijk van uit dat de rol van de ombudspersoon zich uitstrekt tot het ‘beslechten’ van een geschil als beroepsinstantie, daar waar de ombudspersoon een bemiddelende rol heeft.

Tot slot worden de facultaire ombudspersonen tevens uitgenodigd op de hoorzittingen bij de decaan in het kader van onregelmatigheden of beëindiging stage, en kunnen zij met raadgevende stem eveneens deelnemen aan de samenkomsten van de examencommissies en aan de zittingen van de interne beroepscommissies. Zij zijn tevens het aanspreekpunt bij discussies bij het opstellen van het definitieve examenrooster en bij moeilijkheden in de dialoog om tot een werkbare regeling te komen in het kader van reflex.

De centrale ombudspersoon werd regelmatig gecontacteerd inzake klachten of vragen die op facultair niveau moeten worden behandeld.

2. Inhoud tussenkomsten

De ombudspersonen worden voornamelijk geconsulteerd voor vragen of klachten betreffende volgende onderwerpen, opgenomen in dalende volgorde van het aantal keren de tussenkomst hierop betrekking had:

• De organisatie van opleidingsonderdelen:

- Klachten over het laattijdige beschikbaar zijn van (digitaal) studiemateriaal of over het ontbreken van opnames van lessen,

- Ongenoegen over de weigering van vrijstellingsaanvragen,

- Ontevredenheid over wijzigingen aan reglementen (onderwijs- en examenreglement, stage),

- Vraag naar bemiddeling omwille van onvoldoende bereikbaarheid van de docent, of gebrek aan verwittiging via het elektronisch leerplatform over weggevallen hoorcolleges en onduidelijkheid over wat er in de plaats komt,

- Klachten over de logistieke organisatie van een opleidingsonderdeel,

- Problemen in het kader van de stages (bijv. wijziging stageplaats),

- De inhoud van studiemateriaal,

- Vragen of klachten n.a.v. programmawijzigingen (onduidelijkheden, ‘foute’ keuzes, ‘zwaarder programma’),

- Opmerkingen over een ongelijke spreiding van opleidingsonderdelen over de twee semesters.

• De organisatie van examens:

- Ontevredenheid nopens een examencijfer, ook zonder eerst inzage en/of feedback te vragen,

- Ongenoegen inzake het examenverloop (te weinig tijd, de aard van de vragen of de moeilijkheidsgraad, laag slaagpercentage, vragen inzake toiletbezoek tijdens het examen, klachten inzake het gedrag van een docent tijdens een examen, …),

- Vragen over inzage, feedback en/of kopierecht na een examen of ook bij een specifieke taak of opdracht, en opmerkingen nopens de beschikbaarheid van de docent of nopens de inhoud van de feedback,

- Discussies over de berekening en/of toepassing van de regels zoals omschreven in de opleidingsonderdeelfiche,

- Problemen met examenplanning (studenten ervaren de spreiding als onredelijk, overlap van examens),

- Communicatieproblemen tussen student en docent over een uit te voeren opdracht/taak of angst voor een aankomend examen,

- Ontevredenheid nopens de begeleiding van de bachelor-/masterproef of communicatieproblemen tussen student en begeleider/promotor (bv. klachten over de bereikbaarheid van de promotor),

- Verzoeken om toelichting te vragen aan de leden van de examencommissie in het kader van deliberaties,

- Ontevredenheid over ‘weigering inhaalexamen’,

- Vragen over het indienen van een intern beroep,

- Vragen over examentuchtprocedures,

- Verzoeken om een online examen te voorzien (ter vervanging van een examen op de campus),

- Advies bij het niet kunnen deelnemen aan een opdracht of onderdeel bij de stage,

- Een data-issue bij een masterproef,

- Onduidelijkheden of klachten inzake interuniversitair georganiseerde opleidingsonderdelen (onduidelijkheid inzake inzage, verschillen in examineren of beoordeling, toepasselijke reglement …).

In bepaalde gevallen wordt aan de (facultaire) ombudspersoon ook gevraagd om als waarnemer een mondeling examen te willen bijwonen.

• Onduidelijkheden op het vlak van onderwijsorganisatie en ondersteuning:

- Ongenoegen over de wachttijd voor een antwoord van de studietrajectbegeleiders, het faculteitssecretariaat, Infopunt, of beroepscommissie,

- Studenten die vragen hadden over de juiste administratieve procedure,

- Betwisting inzake de toepassing van studievoortgangsbewakingsregels,

- Ongenoegen over de weigering van de gelijkwaardigheid van diploma’s.

Een aantal van de klachten die niet de organisatie van het onderwijs of examenaangelegenheden betroffen, hadden betrekking op mogelijks grensoverschrijdend gedrag door studenten t.a.v. medestudenten of t.a.v. docenten, of door academisch en/of administratief personeel t.a.v. studenten (zo bv. onaangepast taalgebruik, gevoel oneerbiedig behandeld te zijn), waarbij de betrokkenen werden doorverwezen naar het Meldpunt en de vertrouwenspersonen.

Studenten contacteerden de ombudspersonen ook voor vragen inzake de duurzaamheidsdoelstellingen van de resto, vragen over de bemiddeling met de kotbaas over financiële tegemoetkoming bij de huur van kot dat niet gebruikt werd vanwege COVID-19 … . Studenten werden hierbij waar mogelijk doorverwezen naar de bevoegde diensten, en erop gewezen dat de bevoegdheid van de ombudspersonen zich niet verder uitstrekt dat de aangelegenheden inzake onderwijs en examens zoals bepaald in het OER.

3. Klachtenmanagement Infopunt Studenten

De ombudspersonen worden voornamelijk geconsulteerd voor vragen of klachten betreffende volgende onderwerpen, De ombudswerking is traditioneel onderwijsgebonden. Complementair daaraan kunnen studenten met klachten en suggesties over situaties op de campus of tijdens hun studies terecht op feedback@vub.be. Infopunt Studenten beheert dit kanaal.

In 2021 behandelden we via feedback@vub.be 97 klachten. Dit aantal ligt aanzienlijk lager dan in 2020 (190 klachten), toen de maatregelen bij de eerste coronagolf veel reactie uitlokten, en een soort schrijfcampagne kwam naar aanleiding van de uitspraken op sociale media van een toekomstige student.

Het aantal klachten heeft zich dus genormaliseerd. Ter vergelijking: 2019 - 116 klachten, 2018 - 81 klachten, 2017 - 56 klachten en 2016 - 100 klachten.

De klachten die Infopunt Studenten ontvangt via info@vub.be en feedback@vub.be kunnen grotendeels in deze categorieën worden opgedeeld:

- Infrastructuur: opmerkingen over de temperatuur in de lokalen, geluidsoverlast, toegankelijkheid van de campus, parkeerperikelen, veiligheid op de campus;

- Actualiteit: de VUB komt intern of extern in het nieuws, en mensen ventileren hun mening of gevoelens daarbij;

- Dienstverlening: gedrag van personeelsleden dat niet aan de verwachtingen voldeed, suggesties over verbeteringen van de campus, …

Infopunt Studenten behandelt de klachten onmiddellijk en met een grote, communicatieve zorg en brengt de desbetreffende diensten op de hoogte van de klacht. Meestal wordt via urgente, prioritaire aandacht voor deze individuele dossiers vrij snel een oplossing geboden. Vaak wordt in samenspraak met het betrokken diensthoofd een oplossing voorgesteld, wordt de situatie rechtgezet of worden excuses aangeboden. In enkele uitzonderlijke gevallen wordt de juridische dienst om advies gevraagd.

BESLUIT EN SLOTBEDENKING

In 2021 werd van start gegaan met de implementatie het beleidsplan Onderwijs en Studentenzaken 2021-2024 zoals goedgekeurd door de Academische Raad op 14 december 2020.

De VUB heeft in 2021 het traject van de instellingsreview – nieuwe stijl - volledig doorlopen. VUB behaalt een positief besluit en kreeg vanwege de reviewcommissie een lovend rapport.

Daarnaast werd in 2021 tevens werk gemaakt van de projectaanvraag in het kader van het Voorsprongfonds Hoger Onderwijs. Het Voorsprongfonds kadert in de relance en is een eenmalige injectie van budget in het hoger onderwijs. Het Voorsprongfonds focust zich op drie speerpunten: 1) De uitbouw van een Vlaams opleidingsportfolio dat toekomstbestendig en wendbaar is; 2) Levenslang leren binnen het hoger onderwijs verder uitbouwen; 3) Versterkt inzetten op digitale onderwijsvormen. Er werden 8 projecten ten belope van een bedrag van 2.897.436 euro (maximale trekkingsrecht van de VUB) gehonoreerd:

VUB.001 Curriculumvernieuwing en support voor docententeams (CuStm)

VUB.003 Wendbaar aanbod in LLL

VUB.004 Interdisciplinaire pakketten levenslang leren

VUB.005 VUBlend: bouwen aan blended onderwijs op opleidingsniveau

VUB.006 LNO² - lerend netwerk Onderwijs-ondersteuners Vlaanderen

VUB.007 Comproved, een holistische assessment tool voor comparatief vergelijken

VUB.008 Virtual Labs

VUB.009 Blended Proof Onderwijsinfrastructuur

Ook 2021 was het onderwijs onderhevig aan de gevolgen van de coronacrisis. Opnieuw werden we gedwongen tot omschakeling naar digitaal onderwijs. Weerom werden enorme inspanningen geleverd om de plotse omzetting naar digitaal onderwijs te realiseren, vooral omdat we in tegenstelling tot 2020 genoodzaakt waren om de onderwijsorganisatie voortdurend bij te stellen.

RUBRIEK 4 ONDERZOEKSVERSLAG

De onderzoeksraad keurde in 2021 haar nieuwe vijfjaren strategisch beleidsplan voor onderzoek goed. De strategische doelstellingen van het onderzoeksbeleid zijn

• SD1: ontwikkelen van een optimale onderzoeksomgeving, met aandacht voor ondersteuning en opleiding van onderzoekers en voor optimale onderzoeksinfrastructuur,

• SD2: de kwaliteit van het onderzoek bestendigen en de VUB positie garanderen,

• SD3: (verder) ontwikkelen van een internationale & interdisciplinaire onderzoekscultuur,

• SD4: inzetten in participatief en community based onderzoek, met aandacht voor het vergroten van de impact van VUB onderzoek (o.m. in Brussel),

In het voorliggende jaarverslag wordt ingegaan op de zaken die in 2021 werden verwezenlijkt in het kader van de hierboven geschetste doelstellingen.

1. BELEIDSORGANEN VOOR ONDERZOEK

1.1.

Beleidsorganen

De onderzoeksraad (OZR) is het centrale advies- en beslissingsorgaan voor onderzoeksaangelegenheden van de Vrije Universiteit Brussel. Het dagelijks beheer wordt verzekerd door het Bureau van de Onderzoeksraad. Overeenkomstig art. 49 en art. 50 van het Organiek Statuut wordt de Onderzoeksraad belast met volgende taken:

• De Onderzoeksraad beslist inzake:

- de verdeling en de toewijzing van de projectmiddelen voor onderzoek, - de erkenning van de onderzoeksgroepen,

- de toekenning van door de OZR beheerde VUB-prijzen,

- de toelating tot herinschrijving van doctoraatsstudenten op basis van de voortgangsrapporten.

• De Onderzoeksraad formuleert voorstellen en verleent advies inzake het strategisch onderzoeksbeleid en in bijzonder inzake:

- Het algemeen beleid en de organisatie van de universiteit van het wetenschappelijk onderzoek,

- De opmaak van de onderzoeksgerelateerde begroting,

- De verdeling en de toewijzing van de onderzoeksmiddelen van de universiteit, inclusief het advies inzake de verdeling en de toewijzing van de onderzoeksmandaten gefinancierd via door de OZR beheerde middelen,

- Het doctoraatsproces,

- De installatie van leerstoelen met onderzoeksbestemming.

De Onderzoeksraad is samengesteld uit een representatief aantal leden van het zelfstandig academisch personeel (ZAP) van wie bij de aanduiding door de Academische Raad is aangetoond dat zij tegemoetkomen aan de prestatie-indicatoren opgenomen in de ZAP-competentieprofielen zoals goedgekeurd door de Academische Raad (kwaliteitsvereiste) en van wie hoogstens 2/3 van hetzelfde geslacht zijn (genderevenwicht) met inbegrip van de vicerector, ex officio voorzitter van de OZR.

De samenstelling is als volgt geregeld :

Effectieve leden:

• de Vicerector Onderzoek is automatisch voorzitter van de OZR;

• per faculteit zetelen 2 effectieve leden en worden 2 plaatsvervangende leden aangeduid, waarbij wordt gestreefd naar een genderevenwicht;

• 1 effectief en 1 plaatsvervangend lid, aangeduid per School of Arts binnen de associatie

Leden met raadgevende stem:

• De regeringscommissaris

• De algemeen beheerder van de VUB

• Vijf waarnemers, aangeduid door de Academische Raad

• De vicerector Innovatie- en Valorisatiebeleid

• De vertegenwoordiger van het SISC (Shared ICT Services Centre)

• Een afgevaardigde vanuit het UMC-comité

Samenstelling 2021-2022 (* de leden van het Bureau (effectief en plaatsvervanger) zijn in bold aangeduid)

Voorzitter

16 ZAP-leden

1 effectief lid SoA RITS

1 effectief lid SoA KCB

K. Vanderkerken

vicerector onderzoek

Effectieve leden van de faculteit

R. Vosters/Nel De Mûelenare Letteren en Wijsbegeerte

K. Byttebier/S. De Kimpe Rechtsgeleerdheid

W. Versees/ A. Nowé Wetenschappen en Bioingenieurswetenschappen

T. Vanhaecke/ Koen Putman Geneeskunde en Farmacie

B. Vanderborght/ M. Huysmans Ingenieurswetenschappen

K. Smets/ M. Brengman Economische, Sociale en Politieke Wetenschappen Managementschool Solvay

L. De Donder/ F. Van Overwalle Psychologie en Opvoedkunde

K. De Maertelaer/ J. Nys Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie

K. Tindemans

J. De Winne worden eveneens uitgenodigd met raadgevende stem

Regeringscommissaris

Algemeen Beheerder

5 waarnemers aangeduid door de Academische Raad

- AAP

- AAP

- ZAP

- ZAP

- ZAP

De vicerector Innovatie & Valorisatiebeleid

Vertegenwoordiger SISC (ICT service Centre)

Een afgevaardigde van het UMC comité

K. Van Lint

N. Van Craen

M. Meert

J. Goyvaerts

M. Declerck

S. Provyn

Ph. Claeys

H. Thienpont

S. Weckx

A Bonehill

Het secretariaat van de Onderzoeksraad en het Bureau wordt waargenomen door het R&D dept.

Het Bureau van de Onderzoeksraad (BOZ – het dagelijks bestuur van de OZR) kwam in 2021 negen keer samen, omwille van Covid telkens online. Daarnaast vonden twee bijzondere bureauvergaderingen plaats, respectievelijk voor de selectie van de Interdisciplinary Research Programmes en voor de evaluatie van FED-tWIN en OZR Tenure Track mandaten. De Onderzoeksraad kwam in 2021 eveneens negen keer samen.

De werking van de Onderzoeksraad wordt ondersteund door de volgende bijzondere adviesorganen :

- Bureau van de Onderzoeksraad (BOZ) :

• Het BOZ bereidt de werkzaamheden van de Onderzoeksraad voor en treedt tevens op als Evaluatie- en Bevorderingscommissie (EBC) voor de ZAP mandaten binnen het BOF/OZR contingent,

- Stuurgroep Doctoral Schools :

• De Stuurgroep Doctoral Schools bepaalt het beleid van de drie Doctoral Schools en stemt deze af op de beleidsvisie van de OZR. De stuurgroep bewaakt eveneens de kwaliteit van de doctoraatsopleiding.

- Herculescommissie :

• De Herculescommissie is verantwoordelijk voor de evaluatie en selectie van de FWO middelen voor Middelzware Apparatuur (eerder Hercules).

- Ethische Commissie Humane Wetenschappen (ECHW) :

• De Ethische Commissie Humane Wetenschappen werd opgericht naar aanleiding van de door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) en de Europese Commissie (EC) ingevoerde verplichting tot ethisch advies voor toegekende mandaten en projecten in de Humane Wetenschappen. De commissie verleent ethisch advies aan onderzoekers, toetst de verenigbaarheid van het onderzoek met ethische beginselen en normen en volgt de ontwikkelingen op omtrent ethisch onderzoek in het domein van de Humane Wetenschappen.

- Ethische Commissie Dierproeven :

• De commissie waakt over het ethische gebruik van proefdieren en verleent de door de wet vereiste ethische adviezen, i.c. de Wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren en het KB van 29 mei 2013 betreffende de bescherming van proefdieren.

- Ethische Commissie Dubbelgebruik, Militair Onderzoek en Misbruik :

• De commissie verleent adviezen in overeenstemming met de Ordonnantie van 26 juni 2013 van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de in-, uit-, doorvoer en overbrenging van defensiegerelateerde producten, ander voor miliatir gebruik dienstig materiaal, ordehandhavingsmateriaal, civiele vuurwapens, onderdelen, toebehoren en munitie ervan en de Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van de Europese Unie van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik.

Gezien de enorme groei aan Open Science uitdagingen (Horizon Europe, EOSC, FOSB KPI’s, EUTOPIA) werd in oktober 2021 beslist tot het oprichten van een Open Science Office VUB (OSOVUB) dat de ontwikkeling van Open Science aan de VUB verder zal steunen door en zal optreden als formeel ad hoc adviesorgaan van de Onderzoeksraad en van de Academische Raad.

Het OSO werkt het Open Science beleid van de VUB uit binnen de context van de internationale en nationale regelgeving en richtlijnen. Het OSO rapporteert hierover aan de OZR en aan de Academische Raad.

In bijzonder is de OSO belast met :

• Het ontwikkelen van het Open Science beleid van VUB te bepalen aan de hand van concrete strategische doelstelling en roadmaps,

• Het interne VUB overleg inzake de praktische implementatie van het Open Science beleid binnen de verschillende geledingen van de universiteit,

• Het creëren van ‘awareness’ rond Open Science binnen de VUB, het organiseren van opleidingen en sensibiliseringsacties, …

• Het aanreiken van tools voor de onderzoekers om Open Science in de praktijk te zetten

OSO zal ook een ‘single contact point’ zijn voor alle zaken rond Open Science voor onderzoekers.

2. BESTEMMING BIJZONDERE ONDERZOEKSFONDSEN

Verdeling Financiele Middelen Bijzonder Onderzoeksfonds :

- BOF toelage 2021 : 20.263.215 Euro

• Details onderverdeling worden hieronder beschreven

- Eigen bijdrage VUB bij BOF : 1.630.914 Euro

De Onderzoeksraad kent daarnaast ook nog andere onderzoeksmiddelen toe, in bijzonder de middelen verworven door de universiteit in het kader van de defiscaliseringsmaatregel van de Federale Overheid.

Via de middelen van het Bijzonder Onderzoeksfonds, financiert de Vrije Universiteit Brussel onder andere volgende onderzoeksinitiatieven :

2.1. Middelen bestemd voor onderzoeksmandaten

Via de middelen van het BOF financiert de Vrije Universiteit Brussel onderzoeksmandaten op ZAP-niveau. Dit onderzoekscontingent betekent niet alleen een belangrijke stimulans voor het onderzoek in het algemeen, maar verruimt ook de mogelijkheden om als ZAP-lid een onderzoekscarrière uit te bouwen aan de universiteit. In totaal wordt ingezet in (BOFbegroting 2020) :

- 32 vte ZAP ‘senior research fellows’ : 2.880.000 Euro

- 19 vte tenure track : 1.017.975 Euro via BOF Tenure Track en 217.025 Euro via BOF

- 3 + 2 vte sabbatical leaves : 225.000 Euro

Voor de Senior Research Fellowships wordt een totale periode van 10 jaar beoogd, voornamelijk besteed aan onderzoek. De initiële toekenning gebeurt voor 5 jaar en is verlengbaar voor 5 jaar na positieve evaluatie. Naast mandaten toegekend binnen prioritaire thema’s bestaat de mogelijkheid om een Senior Research Fellowship toe te kennen (1) aansluitend op een Odysseusmandaat (RvB 06.10.2009), (2) aansluitend op een EU-Tenure Track mandaat gelijklopend met een ERC Grant, (3) als verdere hernieuwing van FWO-overgehevelden voor periodes na de eerste 10 jaar (RvB 06.10.2009), en (4) als andere verdere hernieuwing na 10 jaar tot maximum 25% van de middelen (BOF-besluit, Vlaamse Regering 21.12.2012). Rekening houdend met de begrotingsmogelijkheden en de verwachte instroom, werd het contingent stelselmatig en met een spreiding van de mogelijkheden over de jaren uitgebouwd naar een 30-tal mandaten. Conform het OZR werkingsreglement wordt bij de verdeling van de mandaten gestreeft naar een genderevenwicht (minimum 1/3 van hetzelfde geslacht). Excellentie blijft bij de selectie steeds het eerste criterium.

Binnen de toekenningsronde 2021-2022 gebeurden twee nieuwe toekenning en twee hernieuwingen, met telkens termijnen van 5 jaar.

Concreet werd in 2021 volgende nieuwe VUB-onderzoeksmandaten toegekend via instroom in opvolging van een ERC Starting Grant/ Odysseus Grant :

• Prof. M. Vinken (GF-FARM), met ingang van 1.10.2021

• Prof. I. Rooman (GF – BMWE), met ingang van 1.10.2021

Daarnaast werd in 2021 de hernieuwing voor 5 jaar goedgekeurd van volgende VUB-onderzoeksmandaten:

• Prof. P. Tompa (WE-DBIT), met ingang van 1.10.2021 (einde 30.9.2024 – pensioendatum)

• Prof. C. Bernard (ES-BUSI), met ingang van 1.10.2021

• Prof. B. De Boer (WE-DINF) - met ingang van 01.02.2022 tot 31.01.2027

• De genderverdeling van de VUB-onderzoeksmandaten (totale contingent) is als volgt :

- 80,8 % man (21)

- 19,2 % vrouw (5)

Dit is in hoofdzaak te wijten aan het feit in dit contingent ‘VUB onderzoeksmandaten’ hoofdzakelijk vorsers instromen via ERC- of Odysseusmandaat en dit zijn overwegend mannen. Het bewaken van een genderevenwicht in deze context is minder evident.

In 2021 werd een vacature uitgeschreven voor 3 nieuwe SRF mandaten in volgende domeinen :

• ES: Interdisciplinair Onderzoeksprogramma “Open Data for Open Science”

• ES: Gender en Islam

• WE: Human-like communication in autonomous agents

In 2021 werd geen oproep voor nieuwe thema’s in het kader van de BOF tenure track mandaten uitgeschreven. Er werd beslist dit uit te stellen tot mei 2022, zodat 4 nieuwe thema’s tegelijkertijd kunnen gelanceerd worden, als volgt verdeeld:

• 3 reguliere thema’s - 1 per onderzoeksdomein

• 1 interdisciplinair thema

De genderverdeling van de BOF-Tenure Tracks (lopende mandaten) is als volgt:

- 59 % man

- 41 % vrouw

De toekenningsmogelijkheden voor Sabbatical Leaves werden vanaf 2012 uitgebreid met bijkomende mandaten naar aanleiding van de berekeningen voor de Basisfinanciering voor vakgroepen (BAS), gepaard gaand met bijkomende aandachtspunten in de selectieprocedure (ingevoerd voor via BAS gefinancierde mandaten RvB 24.04.2012, veralgemeend AR 09.11.2015): de belasting van de kandidaat inzake onderwijs, het lidmaatschap van beleids- en adviesorganen aan de VUB, en gendergerelateerde argumenten. Zo werden vanaf de in 2012 uitgeschreven jaarlijkse oproepen voor Sabbatical Leaves telkens bijkomende Sabbatical Leaves gefinancierd via BAS, gereserveerd voor het domein van de Humane Wetenschappen.

Binnen de call 2020-2021 voor Sabbatical Leaves werden 5 aanvragen ontvangen die ontvankelijk werden verklaard en werden gehonoreerd na internationale peer review evaluatie. Sinds de toekenningsronde 2018-2019 werd door de Onderzoeksraad een soepeler beleid gevoerd inzake mogelijke periodes van Sabbatical Leaves, voortaan voltijds op te nemen in blokken van 3 maanden, in totaal hetzij 3, 6, 9 of 12 maanden, in principe volledig binnen het betreffende academiejaar (kaderend in het genderbeleid en in een beleid naar jonge gezinnen toe).

In 2021 werden vijf sabbatical leave mandaten toegekend aan:

• Hans VANDEVOORDE (LW-TALK) - voor een periode van 12 maanden (van 01.10.2021 tot en met 30.09.2022)

• Kenny DE COMMER (WE-DWIS) - voor een periode van 3 maanden (van 01.10.2021 tot en met 31.12.2021)

• Steven LOWETTE (WE-DSCH) - voor een periode van 9 maanden (ingang ten vroegste mogelijk vanaf 01.10.2021)

• Wim VANDENBUSSCHE (LW-LIST) - voor een periode van 12 maanden (van 01.10.2021 tot en met 30.09.2022)

• Liesbeth DE DONDER (PE-EDWE) - voor een periode van 9 maanden (van 01.01.2022 tot en met 30.09.2022)

De Francqui Stichting kent vanaf het academiejaar 2021/2022 of 2022/2023 aan de VUB een tweejaarlijkse onderzoekstoelage toe getiteld “(Collen) Francqui Start-Up Grant”. Deze toelage richt zich tot jonge onderzoekers jonger dan 40 jaar die de Universiteit wenst te rekruteren als ZAP. In bijzonder kan dit mandaat toegekend worden aan een uitstekende jonge vorser voor wie deze toelage een aantrekking betekent om het mandaat aan de VUB te aanvaarden of aan een onderzoeker (nog niet behorend tot het academisch kader) die de VUB wenst te behouden.

De Onderzoeksraad besliste om de beloftevolle onderzoekers Kia Movahedi voor dit mandaat te selecteren.

2.2. Middelen voor

Projectfinanciering

De VUB heeft sinds 2011 een nieuw financieringsmodel voor onderzoek ingevoerd waarbij enerzijds jaarlijks een automatische basisfinanciering (BAS) wordt toegekend aan alle vakgroepen en waarbij anderzijds een meerjarige strategische programmafinanciering voor groeiers en zwaartepunten (Strategic Research Programme – SRP) wordt georganiseerd.

Dit betekent dat werd overgestapt van een projectfinanciering met jaarlijkse aanvragen naar een structurele lange termijn financiering waarbij zich zwaartepunten kunnen profileren, ontstaan en gevoed vanuit een zich continu vernieuwende onderzoeksbasis.

Een SRP zwaartepunt financiering wordt toegekend voor een periode van 5 jaar en is vernieuwbaar mits positieve evaluatie. Een SRP groeier financiering is beperkt tot 5 jaar en heeft als doel de betrokken onderzoeksgroepen binnen die periode te laten uitgroeien tot excellentieniveau (zwaartepunt).

SRP onderzoekszwaartepunten zijn programma’s voor de financiering van fundamenteel onderzoek, uitgevoerd door excellente onderzoeksteams, die een gezamenlijke onderzoekslijn op internationaal excellentieniveau uitbouwen.

De financiering kent een looptijd van 5 jaar en is – althans voor de zwaartepunten - verlengbaar mits positieve evaluatie. Het jaarbudget bedraagt minimum 150.000 Euro en maximum 300.000 Euro voor de SRP onderzoekszwaartepunten en minimum 110.000 Euro tot maximum 150.000 Euro voor de SRP groeiers.

Voor de hierboven vermelde onderzoeksfinanciering werd in 2021 volgende budget voorzien :

- BAS financiering: 3.600.000 Euro

- SRP financiering (1e reeks ): 4.175.000 Euro

- SRP financiering (2e reeks): 3.000.000 Euro

De middelen beschikbaar voor Basisfinanciering van de vakgroepen werden in 2021 verhoogd met 1 miljoen Euro, enerzijds op de ‘koopkracht’ (i.e. het gemiddeld toegekend krediet per publicatie of PhD) van de BAS-kredieten te herstellen en anderzijds om een specifiek bonuskrediet te voorzien voor Open Acces publicaties.

In 2021 werd een call opgestart voor nieuwe groeifinanciering en werd de evaluatie opgestart van de lopende SRP’s (reeks 1 – 3e verlenging).

De genderverhouding van de promotoren van de lopende SRP’s is als volgt :

- hoofdpromotoren : 80,6 % M (29) en 19,4 % V (7)

- alle promotoren : 72,2 % M (96) en 27,8 % V (37)

Hieronder volgt een overzicht van alle lopende SRP programma’s:

Vanroelen Christophe

Deboosere Patrick co-promotor

Gadeyne Sylvie co-promotor

Van Bavel Jan co-promotor

Vandenheede Hadewijch co-promotor

Schnor Christine co-promotor

Verhaeghe Pieter-Paul co-promotor

Claeys Philippe

Gao Yue co-promotor

Elskens Marc co-promotor

Kervyn De Meerendre Matthieu co-promotor

Huybrechts Philippe co-promotor

SRP49 Smolders Ilse Julia administrative promotor

Engelborghs Sebastiaan co-promotor

De Keyser Jacques co-promotor

Massie Ann co-promotor

SRP4 Deliens Luc administrative promotor

Cohen Joachim co-promotor

Pardon Koen co-promotor

Van den Block Lieve co-promotor

SRP43 Celis Karen administrative promotor

Deschouwer Christian co-promotor

Oberthür Sebastian co-promotor

Coene Gily co-promotor

Adam Ilke co-promotor

SRP6 Denayer Joeri administrative promotor

Desmet Gert co-promotor

SRP7 De Vuyst Luc administrative promotor

Leroy Frederic co-promotor

Weckx Stefan co-promotor

SRP8 D'Hondt Jorgen administrative promotor

van Eijndhoven Nicolaas co-promotor

Understanding Reciprocal Neuron-Glia Interactions in Health and Disease as a Basis for Innovative Neurological and Neuropsychopharmacological Therapies

End-of-Life Care in Cancer and Non-Cancer Patients: Public Health, Health Services and Clinical Research. Addressing Present and Future Challenges in Palliative Care

Evaluating Democratic Governance in Europe (EDGE)

Exploiting the Advantages of Order and Geometrical Structure for a Greener Chemistry

Understanding the Competitiveness and Functional Role of Microorganisms in Fermented Food Ecosystems

High-Energy Physics at the VUB

Craps Ben co-promotor

Buitink Stijn co-promotor

SRP9 De Proft Frank administrative promotor 01.11.2017 31.10.2022 Conceptual Density Functional Theory: Towards a General Treatment of Chemical Reactivity and Design of Molecules with Optimal Reactivity Properties

Tielens Frederik co-promotor

SRP46 Guillaume Patrick administrative promotor

Vanlanduit Steve co-promotor

Angelis Dimitrios co-promotor

SRP47 Lahoutte Tony administrative promotor

Van Ginderachter Jo co-promotor

SRP17 Meeusen Romain administrative promotor

Lefeber Dirk co-promotor

Vanderborght Bram co-promotor

SRP45 Ballon Pieter administrative promotor

Donders Karen co-promotor

SRP11 Schelkens Peter administrative promotor

Deligiannis Nikolaos co-promotor

Kuijk Maarten co-promotor

Jansen Bart co-promotor

Munteanu Adrian co-promotor

Sahli Hichem co-promotor

Steenhaut Kris co-promotor

Stiens Johan co-promotor

SRP44 De Melo Melgaço Lucas administrative promotor

Snacken Sonja co-promotor

Christiaens Jenneke co-promotor

Enhus Elisabeth co-promotor

Beyens Kristel co-promotor

De Kimpe Sofie co-promotor

Dumortier Els co-promotor SRP13

Loris Remy co-promotor

Remaut Han Karel co-promotor

Efremov Rouslan co-promotor SRP48 Vanderkerken Karin

Thielemans Kristiaan co-promotor

Breckpot Karine co-promotor

SRP19 Vandersteen Gerd

Rolain Yves co-promotor

Wambacq Piet co-promotor

Kuijk Maarten co-promotor

SRP50 Ballet Steven

Caveliers Vicky co-promotor

Hernot Sophie co-promotor

Versées Wim co-promotor

Vinken Mathieu co-promotor

Muyldermans Serge co-promotor

Devoogdt Nick co-promotor

SRP51 De Malsche Wim administrative promotor

Ottevaere Heidi co-promotor

Maes Dominique co-promotor

Tompa Peter co-promotor

30.09.2022 Smart Structural Health and Usage Monitoring Strategies for Key Technologies

31.10.2022 Molecular Imaging and TARgeting of Macrophages in Inflammation (ITARMI)

Exercise and the Brain in Health and Disease: The Added Value of Human-Centered Robotics

Exchange Value and Public Value of Content and Communication Services in Future Media Ecosystems

Processing of Large Scale Multi-Dimensional, Multi-Spectral, Multi-Sensorial and Distributed Data (M³D²)

Crime and Society: New Challenges

9/76

Center for Model-Based System Improvement - From Computer-Aided Engineering to Model-Aided Engineering

Exploiting Peptides: Protein Binders, Modulators and Inhibitors for Imaging and Therapy [Exploit-PeptIT]

Optical and microfluidic tools to unravel the dynamics of bio-condensates

SRP52 De Meuter Wolfgang administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Foundations for Reliable Multi-Paradigm Network-Centric Programming

De Roover Coen co-promotor

González Boix Elisa co-promotor

SRP53 De Ridder Mark administrative promotor

Societal Benefit of Markerless Stereotactic Body Radiotherapy: a Statistical Support based on Quantitative Imaging de Mey Johan co-promotor

Putman Koen co-promotor

Barbé Kurt co-promotor

SRP54 Gutwirth Serge administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Articulating Law, Technology, Ethics and Politics: Issues of Enforcement and Jurisdiction of EU Data Protection Law under and beyond the General Data Protection Regulation (ALTEP-DP)

Hildebrandt Mireille co-promotor

Kuner Christopher co-promotor

SRP55 Keymeulen Bart administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Platform for Clinical Trial Network to Prevent and Cure Type 1 Diabetes

Weets Ilse co-promotor

in 't Veld Pieter co-promotor

SRP56 Van Mierlo Joeri administrative

Macharis Cathy co-promotor

Coosemans Thierry Clement co-promotor

Omar Noshin co-promotor

Hegazy Omar co-promotor

Van Lier Tom co-promotor

Crispeels Thomas co-promotor

Guns Mattias co-promotor

Vanhaverbeke Lieselot co-promotor

SRP57 Van Overwalle Frank administrative promotor

Deroost Natacha co-promotor

SRP58 Winter Anne administrative promotor

Ryckbosch Wouter co-promotor

Strategic Research Programmes (SRP) - Growth

SRP59 Bautmans Ivan administrative

Gutermuth Jan co-promotor

Njemini Rose co-promotor

SRP60 De Troyer Tim administrative promotor

Runacres Mark co-promotor

Blondeau Julien co-promotor

Contino Francesco co-promotor

Bellemans Aurélie co-promotor

Bram Svend co-promotor

SRP61 Ducheyne Steffen administrative

Francois Karen co-promotor

Van Kerkhove Bart co-promotor

Autonomous Mobility & Logistics

The social and cognitive brain

Inequality, Migration and Social Relations in Urban Brabant and Flanders, c. 1350-1914

Physical exercise to counteract inflammation in ageing

A system identification framework for multi-fidelity modelling

Changing Tools: An In-Depth study of the Development of Isaac Newton's Scientific Methodology, and its Impact and Significance

SRP62 Keyaerts Marleen administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Single-domain antibody fragment (SdAb)-based TArgeted Radionuclide Therapy: STaRT programme

D'Huyvetter Matthias co-promotor

Neyns Bart co-promotor

SRP63 Magez Stefan administrative promotor

De Trez Carl co-promotor

Unraveling the host-parasite interactions that result in B cell destruction during trypanosomosis and development of novel intervention strategies focusing on diagnosis and anti B cell cancer therapy

11/76

SRP64 Nys Karin administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 The Archaeology of Coastal Communities: social resilience, innovation and adaptation in landscape, settlement and material culture driven by migration and globalization, climate and environment

Tys Dries co-promotor

SRP65 Rooman Ilse administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Molecular Portrait of Pancreatic Tumours: Veni, vidi, vici

De Greve Jacques co-promotor

SRP66 Verstrynge Karl administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Existential Ethics of Artificial Intelligence: Toward an Interdisciplinary Platform of Expertise

Manderick Bernard co-promotor

SRP67 Vosters Rik administrative promotor 01.03.2019 29.02.2024 Historical sociolinguistics: towards a new history of Dutch in Flanders Vandenbussche Wim co-promotor

Het stimuleren van interdisciplinair onderzoek gebeurt via de Interdisciplinaire Research Programmes en Expertisecentra (IRP). Dit zijn discipline overstijgende thematische programma’s gericht op de uitbouw van duurzame, vernieuwende en multidisciplinaire netwerken gericht op maatschappelijke uitdagingen. Een IRP financiering wordt toegekend voor een periode van 5 jaar en is vernieuwbaar mits positieve evaluatie. Het gemiddelde jaarbudget van een IRP bedraagt tussen de 120.000 Euro en de 150.000 Euro.

In 2021 wordt volgend budget voorzien voor IRP financiering :

- 970.000 Euro via BOF

- 1.010.000 Euro via defiscaliseringsmiddelen (lopende IRP’s en verlengingen)

De verlenging van 5 lopende IRP programma’s werd in 2021 beslist, m.n. IRP 6 en 8 (zie hieronder) werden verlengd voor een periode van 2 jaar, IRP 7, 9 en 10 werden verlengd voor een periode van 5 jaar.

Hieronder volgt een overzicht van alle lopende IRP programma’s en Expertisecentra:

Interdisciplinary Research Programmes (IRP) - niet-expertisecentra

IRP11 Leroy Frédéric administrative promotor 01.01.2018 31.12.2022 Tradition and naturalness of animal products within a societal context of change

Ryckbosch Wouter co-promotor

Brengman Malaika co-promotor

IRP12 Bautmans Ivan administrative promotor 01.04.2018 31.03.2023 The Gerontopole Brussels, Centre of expertise of Gerontology at the Vrije Universiteit Brussel

Verte Dominique co-promotor

IRP13 Winter Anne administrative promotor 01.04.2018 31.03.2023 Cities and Newcomers: Arrival infrastructure, multi-scalar statehood and professional intermediaries

Van Heur Bas co-promotor

De Melo Melgaço Lucas co-promotor

Verhaeghe Pieter-Paul co-promotor

Corijn Eric co-promotor

Deboosere Patrick co-promotor

Enhus Elisabeth co-promotor

IRP6 Loots Gerrit administrative promotor

Christiaens Jenneke co-promotor

Engels Nadine co-promotor

Theeboom Marc co-promotor

Dumortier Els co-promotor

IRP6_b Dumortier Els administrative promotor

Christiaens Jenneke co-promotor

Engels Nadine co-promotor

Theeboom Marc co-promotor

Vandebroeck Dieter co-promotor

Deneweth Heidi co-promotor

Ryckewaert Michael co-promotor

Scholliers Peter co-promotor

Sosnowska Philippe co-promotor

Van De Voorde Stephanie co-promotor

Van Heur Bas co-promotor

Verdonck Ann co-promotor

Bertels Inge co-promotor IRP7_b

Van De Voorde Stephanie co-promotor

De Temmerman Niels co-promotor

Deneweth Heidi co-promotor

Ryckbosch Wouter co-promotor

Ryckewaert Michael co-promotor

Bassens David co-promotor

Bonduelle Mary-Louise co-promotor

Brugada Pedro co-promotor

Deschepper Reginald co-promotor

Lenaerts Tom co-promotor

Van Dooren Sonia co-promotor

De Asmundis Carlo co-promotor

Gidron Yori co-promotor

Bilsen Johan co-promotor

De Couck Marijke co-promotor

IRP8_b Nowé Ann administrative

Bogaerts Bart co-promotor

Van Dooren Sonia co-promotor

Hes Frederik co-promotor

De Asmundis Carlo co-promotor

Bilsen Johan co-promotor

Jansen Anna co-promotor

IRP9 Rooman Ilse administrative promotor vanaf 01.10.2019

De Grève Jacques administrative promotor tot 30.09.2019

Ballet Steven co-promotor

Gutierrez Gonzalez Gustavo co-promotor

IRP9_b Ballet Steven administrative promotor

Decoster Lore co-promotor

Rooman Ilse co-promotor

Hes Frederik co-promotor

IRP10 De Mey Johan administrative promotor

Cattrysse Erik co-promotor

Vandemeulebroucke Jef co-promotor

Scheerlinck Thierry co-promotor

30.06.2021 Voicing youth at social risk

30.06.2023 Voicing Youth at social risk: developing collaborative research practices

Building Brussels. Brussels city builders and the production of space, 1794‐2015

Re-building Brussels (1695-2025): the construction sector as an engine for social inclusion and circularity

Bridging the gap between explainable AI and evidencebased medicine, a patient's and expert’s perspective in inherited cardiac arrhythmias

Interdisciplinary Network for Fundamental and Medical Research on Lung Cancer

Interdisciplinary Network in Fundamental and Medical Research on Lung and Pancreatic Cancer [NITROGEN]

Kinematic Assessment of Real‐time Motion Acquisition of the Human Musculoskeletal System by Dynamic 4D Transversal Imaging (KARMA‐4D)

Baeyens Jean-Pierre co-promotor

Buls Nico co-promotor

De Maeseneer Michel co-promotor

IRP10_b de Mey Johan administrative promotor 01.07.2021 30.06.2026 Kinematic Assessment of Real‐time Motion Acquisition of the Human Musculoskeletal System by Dynamic 4D Transversal Imaging (KARMA‐4Dplus)

Buls Nico co-promotor

De Maeseneer Michel co-promotor

Cattrysse Erik co-promotor

Baeyens Jean-Pierre co-promotor

Vandemeulebroucke Jef co-promotor

Jansen Bart co-promotor

Scheerlinck Thierry co-promotor

Lefeber Dirk co-promotor

Verstraten Tom co-promotor

Swinnen Eva co-promotor

Beckwée David co-promotor

IRPCOE3 Shahin Jamal administrative promotor

30.06.2022 The Contribution of 'regional' multistakeholders mechanisms in improving global Governance (GREMLIN: Global and REgional MuLtistakeholder INstitutions)

IRP15 Danckaert Jan administrative promotor 01.11.2019 31.10.2024 COMPASs COMbining interdisciplinary Perspectives on Artificial intelligent Systems: navigating towards human -centred Artificial Intelligence

Ginis Vincent co-promotor

Pierson Jo co-promotor

Dooms Ann co-promotor

Nowé Ann co-promotor

IRP17 Huysmans Marijke administrative promotor 01.11.2019 31.10.2024 Re-use of treated wastewater for irrigation and groundwater recharge: environmental impacts and public perception

Bauwens Joke co-promotor

Verhoest Pascal co-promotor

Elskens Marc co-promotor

Gao Yue co-promotor

IRP18 Lambert Bart administrative promotor

Tys Dries co-promotor

Claeys Philippe co-promotor

Provyn Steven co-promotor

IRP19 Vanhaecke Tamara administrative promotor

Vinken Mathieu co-promotor

De Kock Joery co-promotor

De Troyer Olga co-promotor

Quinn Paul co-promotor

31.10.2024 The Make-Up of the City: A Transdisciplinary Study of Urban Society in the Pre-Modern Low Countries

31.10.2024 Non-Animal Methodologies for Toxicity Testing of Chemical Compounds (TOXIN)

16/76

IRP20 Vranken Wim administrative promotor 01.11.2019 31.10.2024 TumorScope: Leveraging VUB and UZ Brussels expertise towards a digital health research platform

Vandemeulebroucke Jef co-promotor

Cornu Pieter co-promotor

Forsyth Ramses co-promotor

Quinn Paul co-promotor

Van Dooren Sonia co-promotor

Interdisciplinary Research Programmes (IRP) - expertisecentra

IRPCOE1B Coene Gily administrative promotor

Celis Karen co-promotor

IRPCOE2B Van Heur Bas administrative promotor 01.10.2019 30.09.2024

IRP14 Adam Ilke

Trauner Florian co-promotor

IRP16 Deliens Luc administrative promotor

De Donder Liesbeth co-promotor

Cohen Joachim co-promotor

Chambaere Kenneth co-promotor

Dury Sarah co-promotor

Dierckx Eva co-promotor

Verté Dominique co-promotor

Schotte Christiaan co-promotor

Theuns Peter co-promotor

Baetens Imke co-promotor

De Gieter Sara co-promotor

Lombaerts Koen co-promotor

De Backer Free co-promotor

Spruyt Bram co-promotor

van Droogenbroeck Filip co-promotor

Vanroelen Christophe co-promotor

Ryckewaert Michael co-promotor

Centre of Expertise in Gender, Diversity and Intersectionality (RHEA)

for Urban Studies (BCUS)

Interdisciplinary Research centre on Migration and Minorities (BIRMM)

Research and Social Change towards Compassionate Communities (RESOCO)

In 2021 werd beslist over de verlenging van 2 lopende Methusalemprogramma’s, nl.

- Karen Sermon en Claudia Spits, The Genetic Component to Infertility and Early Developmental Failure: 2.812.000 euro voor 7 jaren, 01.01.2023-31.12.2029.

- Hugo Thienpont en Heidi Ottevaere, “PHUTURE 2030”: B-PHOT’s roadmap for cutting-edge photonics research and disruptive technology: 2.812.000 euro voor 7 jaren.

Vanaf 2018 wordt door de Onderzoeksraad een nieuwe financieringslijn ingevoerd voor de (co-)financiering van Core Facilities, aansluitend bij het nieuwe beleid dat hierrond werd opgestart.

Volgende financiering werd hiervoor voorzien in 2021 :

- 900.000 Euro via BOF (recurrent vanaf 2018)

- 1.100.000 Euro via eigen middelen universiteit (recurrent) – ingezet als co-financiering bij FWO-Middelzware Infrastructuur en VUB infrastructuurinvesteringen

- Middelen voor tijdelijke financiering van technici (5 jaar)

- Middelen voor de financiering van Academisch of Operationeel Directeur (30 %)

Over de besteding van de middelen werd in de loop van 2020 en ervoor reeds beslist tot investering in volgende Core Facilities :

- Animalarium (nieuwbouw in opbouw – opstart Core Facility zodra de nieuwbouw wordt opgeleverd in 2022)

- Statistiek & Methodologie Core Facility (opgestart in 2019)

- µfabrication Clean Room Core Facility (opgestart in 2020)

Nieuwe Core Facilities in voorbereiding waarvan de opstart is voorzien in 2022 :

- FACS

- Material Characterisation

- Histology & microscopy

- Brubotics

- Small Animal Facility

Twee dossiers die nog in onderzoeksfase zijn en die in de loop van 2022 verder zullen uitgewerkt worden :

- Atelier(s) : infrastructuurplatform

- Experimentele Ruimte Humane Wetenschappen

In 2019 werd de zoektocht gestart naar de uitrol van een VUB-breed ELN. Een Electronic Lab Notebook (ELN) is software die in laboratoria gebruikt wordt om onderzoek, experimenten en procedures te documenteren, zodat onderzoeksdata eenvoudiger teruggevonden kunnen worden, samenwerken vereenvoudigd wordt en data veilig wordt opgeslagen. Uit een eerste bevraging kwam naar boven dat er niet enkel een nood is aan software voor experimentbeheer in laboratoria, maar dat er ook nood is aan ondersteuning voor het beheer van onderzoeksactiviteiten in brede context. Daarom vond in 2021 een beleidsvoorbereidend onderzoek plaats, met het doel om weloverwogen softwarekeuzes te maken die ook op lange termijn een optimale ondersteuning aan onderzoekers bieden. Uit deze brede bevraging werd vastgesteld dat de noden zeer heterogeen zijn en verspreid over verschillende ‘types’ (project management, financieel management, data-beheer, etc). Daarnaast zijn de digitaliseringsniveaus binnen de ondervraagde groepen zeer heterogeen. Wel is er unaniem vraag naar een meer homogeen, centraal ondersteund IT-aanbod voor onderzoek. Na uitwerking en afweging van mogelijke oplossingsscenario’s, werd beslist gefaseerd twee à drie ELN’s centraal aan te bieden en te ondersteunen met als doelen o.a. digitalisering van onderzoeksactiviteiten, betere documentatie van onderzoeksprocessen, efficiëntieverhoging, duidelijke time stamps belangrijk voor IP en concrete opstap naar Open Science. In de eerste fase wordt geopteerd voor de uitrol van het open source ELN eLabFTW met hosting op een interne of externe server.

De Onderzoeksraad kent tweejaarlijks een prijs uit aan VUB ZAP leden voor hun bijzondere verdiensten inzake maatschappelijke valorisatie. Door de OZR wordt hiervoor jaarlijks 150.000 Euro projectfinanciering voorzien. De selectie van de laureaten 2020 en 2021 werd beslist door de Onderzoeksraad in 2021. De geselecteerde ZAP leden waren :

- Prof. A. Dooms (WE)

- Prof. K. Putman (GF)

Het onderzoek aan de VUB werd ook in 2021 sterk beïnvloed door Covid. In 2020 werd daarom een éénmalige verdubbeling van de OZR middelen voor basisfinanciering uitgevoerd. In 2021 werd daarbovenop nog een apart krediet voorzien voor de tijdelijke verlenging van doctorandi die omwille van de pandemie aanzienlijke vertraging in hun onderzoek hebben opgelopen. 7 verlengingen werden in de loop van 2021 in dit kader toegekend. Er werden 9 aanvraagdossiers ingediend.

2.3. Middelen voor interuniversitaire en internationale samenwerking

De Onderzoeksraad investeert BOF middelen in volgende vormen van interuniversitaire en internationale samenwerking. In totaal worden ingezet :

- 1.360.000 Euro via BOF

- 400.000 Euro via Eigen Bijdrage BOF

Concreet :

- Internationale samenwerking in het kader van EUTOPIA, het European University Network waar de VUB deel van uitmaakt : 560.000 Euro

- Joint Research Groups : 200.000 Euro

• De Joint Research Groups hebben tot doel om via een strategische samenwerking de positie van beide partners, elk binnen hun eigen competentiedomeinen, te versterken en disciplinaire of interdisciplinaire onderzoeksbijdragen te versterken. De VUB heeft drie soorten strategische samenwerkingsvormen in dit kader :

• Alliantieonderzoeksgroepen groeperen vorsers van de VUB en van de Universiteit Gent die actief zijn rond een gemeenschappelijke onderzoekslijn,

• Internationale Joint Research Groups groeperen vorsers vanuit ten minste één niet-Belgische universiteit en vanuit VUB, die actief zijn rondom een gemeenschappelijke onderzoekslijn

- EU bonus als co-financiering bij succesvol binnengehaalde Europese onderzoeksprojecten (partim gefinancierd via BOF en partim gefinancierd via defisc) : 600.000 Euro via BOF

2.4. Middelen voor beheer van het onderzoek

Voor het beheer van het onderzoek worden volgende uitgaven voorzien : 815.000 Euro. Dit budget is voorzien voor :

- Bijdrage in de personeelskost R&D in het kader van het beheer van de BOF projecten

- Werking OZR (inclusief vergoeding evaluatoren en organisatiekost SRP evaluaties en secretaris OZR)

- Co-financiering overheidsdotatie Expertisecentra Wetenschapscommunicatie

- Databeheer & Open Data, inclusief licentiekost CRIS, kost SCOPUS, ORCID

- Events en Trainingen ikv OZR beleid (vb. Ethiek, GDPR, …)

De financiering gebeurt deels via BOF (815.000 Euro) en deels via eigen middelen van de universiteit.

2.5. Prijzen en Beurzen vanuit de Onderzoeksraad

In 2021 werden geen OZR prijzen behandeld.

3. KWALITEITSZORG EN DE EVALUATIE VAN ONDERZOEK(ERS)

De wetenschappelijke kwaliteit van een ploeg, van een vorser en van een project is bij de meeste externe financieringskanalen (FWO, EU, Impulsprogramma’s, ...) hét doorslaggevende selectiecriterium. Het verzekeren van de kwaliteit van onze onderzoeksploegen is een belangrijke sleutel tot het vrijwaren van de financiering van onze onderzoeksactiviteit. Het evalueren en opvolgen van de wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeksploegen is een van de meest fundamentele taken van de Onderzoeksraad en blijft een van de belangrijkste peilers van het onderzoeksbeleid.

Aan de VUB situeert men het onderzoeksgebeuren en de daaraan geassocieerde financieringskanalen op 3 niveaus:

- OZR basisfinanciering ter ondersteuning van onderzoek op zaainiveau (nieuwe ideeën) en op incubatieniveau (reeds goed uitgebouwd onderzoek);

- Programmafinanciering op excellentieniveau voor onderzoek waarvan de internationale uitmuntendheid is aangetoond;

- Persoonsgebonden toekenningen als startfinanciering voor nieuwe professoren en ter ondersteuning bij verwerving van EU-financiering.

Met deze indeling beschikt de Onderzoeksraad over een instrumentarium waarmee alle onderzoeksploegen en specifieke onderzoeksprogramma’s kunnen worden gesitueerd en ondersteund, met een diepte en methode van evaluatie in overeenstemming met het financieringsniveau. Binnen de domeinen Humane Wetenschappen (HW), Basis-, Natuur- en Toegepaste Wetenschappen (BNTW), en Biomedische Wetenschappen (BMW) zorgen specifieke OZRoverlegplatformen voor een gecoördineerde adviesvoorbereiding.

De Onderzoeksraad hanteert sinds jaren het systeem van peer review bij evaluaties voor omvangrijke onderzoeksfinanciering (in het bijzonder langetermijnfinancieringen en Senior Research Fellowships), en bij disciplinegewijze onderzoeksevaluaties. Ook op het bredere associatieniveau wordt peer review gehanteerd voor de (tweejaarlijkse) evaluatie van aanvragen voor middelzware onderzoekinfrastructuur door de UAB-FWO commissie (voorheen de Hercules commissie). De ingewonnen reviews worden niet alleen gebruikt voor de selectie van aanvragen, maar zijn eveneens een bron van feedback voor aanvragers via mondelinge of schriftelijke debriefings. Een algemeen systematisch aandachtspunt in alle door de Onderzoeksraad georganiseerde peer review evaluaties is genderevenwicht (bij de opvraging van suggesties voor reviewers door aanvragers, bij de selectie van reviewers door de evaluatiecoördinatoren, bij de samenstelling van evaluatiepanels), breder dan verplichtingen dienaangaande via het BOFbesluit (i.h.b. Methusalemfinanciering).

Zowel de evaluaties ex ante (in aanvraagfase, via peer review of andere - bijkomende/ondersteunendeevaluatietechnieken), maar ook ex post (via outputmonitoring of evaluatie van verslagen of financieringskanalen) worden verder uitgebouwd én systematisch toegepast. De resultaten van deze evaluaties worden niet alleen in rekening gebracht bij de verdeling van de OZR- en BOF-onderzoekskredieten, maar verstrekken eveneens informatie die kan worden gebruikt bij promoties e.d.

Het huidige financieringsmodel voor onderzoek (RvB 24.05.2011) plaatst een jaarlijks automatisch toegekende basisfinanciering voor onderzoek naast een zichtbaarder zwaartepuntenbeleid op aanvraagbasis. Beide instrumenten samen moeten ervoor zorgen dat de universiteit zich duidelijk kan profileren rond een reeks excellente onderzoekspolen, ontstaan en gevoed vanuit een diverse en zich continu vernieuwende onderzoeksbodem.

Naast kwaliteitszorg via o.a. evaluatie zoals beschreven in dit hoofdstuk, ondersteunt het departement R&D de onderzoekers op verschillende vlakken met het oog op kwaliteitstoename: de Research & Grant Officers (RGO’s) ondersteunen diverse projectaanvragen, het Researcher Training & Development Office (RTDO) voorziet in training van vorsers in alle fases van hun carrière, het Research Information & Data Management (RIDM)-team biedt ondersteuning in de vorm van datamanagement en de European Liaison Office (ELO) biedt ondersteuning voor EU projectaanvragen en uitvoering (zie de desbetreffende hoofdstukken voor meer details).

3.1. Kwaliteitszorg via de OZR financieringsprogramma’s

De basisfinanciering voor onderzoek vertrekt vanuit een visie waarbij stimulansen vanuit het centrale onderzoeksbeleid worden doorgegeven aan de onderzoeksgemeenschap. Middelen en stimulansen worden rechtstreeks doorgegeven aan vakgroepen en vorsers. In een toelichtende nota (RvB 24.05.2011) werden de geselecteerde parameters uitvoerig gekaderd in een ruimer onderzoeksbeleid. De gehele vorsersgemeenschap wordt voorzien van een basisfinanciering gericht op het in stand houden van een breed scala aan onderzoeksdisciplines, als duurzame en multidisciplinaire voedingsbodem voor nieuwe ontwikkelingen. De basisfinanciering voor onderzoek moet enerzijds, via de gebruikte criteria, een systematische financiële stimulans vormen voor het stelselmatig verder uitbouwen van kwaliteitsvol onderzoek, en moet anderzijds voldoende continuïteit en stabiliteit bieden.

Publicaties en PhD’s zijn de basis voor een formulegebaseerde OZR basisfinanciering (BAS) voor alle vakgroepen (incl. IES en MILO) en de onderzoeksgroepen ARTO en CLEA. Om deze zo efficiënt mogelijk te kunnen aanwenden in de verscheiden domeinen, wordt zij toegekend als een vrij aanwendbare ‘lump sum’. De prestatiestimulans die hiervan uitgaat moet bijdragen tot continu groeiende prestaties, reputatie en uitstraling van de onderzoeksteams en van de universiteit als geheel. De vakgroepen krijgen hiermee een expliciete verantwoordelijkheid op het vlak van onderzoeksbeleid, en ook de middelen om hun lokale onderzoeksstrategieën uit te bouwen en te ondersteunen. De formule voor de middelenverdeling combineert een zekere eenvoud met voldoende nuancering. De parameters blijven beperkt tot een set representatieve en strategische criteria. Voor een sterkere sensibilisering inzake correcte VUBaffiliatie werd in 2021 beslist om die publicaties niet mee in rekening te brengen waarvoor in de jaarlijkse BOF-WoS valideringsrondes een VUB-affiliatie niet volgens de richtlijnen werd vastgesteld, waardoor de betreffende publicatie zich niet in de bestanden voor validering bevond en diende te worden geïdentificeerd en gemotiveerd voor bijvalidering als VUB-publicatie (OZR 17.02.2021). In 2021 verhoogde de Onderzoeksraad het BAS-budget met 650.000 euro tot 3.250.000 euro in totaal (OZR 30.06.2021). Daarnaast bestemde de Onderzoeksraad 350.000 euro voor een bijkomende Bonusfinanciering ter stimulering van Open Access. De Open Access Bonus werd volgens de daartoe vastgelegde bepalingen (OZR 30.06.2021) toegekend eind 2021 (OZR 15.12.2021) met de bedoeling om deze te integreren in de volgende BAS-oproep in 2022.

Via programmatorische langetermijn-financiering wordt excellent onderzoek ondersteund van een beperkt aantal zwaartepunten en interdisciplinaire netwerken. De betreffende kanalen kregen ook een passende Engelstalige benaming (‘Strategic Research Programmes’ of SRP’s en ‘Interdisciplinary Research Programmes’ of IRP’s), ter bevordering van hun internationale herkenbaarheid, zichtbaarheid en uitstraling. Een betere zichtbaarheid van de geselecteerde zwaartepunten en interdisciplinaire netwerken, onder meer via de website van de universiteit, moet bijdragen tot de reputatie en uitstraling van de universiteit en van de betrokken onderzoeksteams. De nadruk in de profilering van een SRP ligt op wetenschappelijke excellentie, terwijl deze voor een IRP ligt op maatschappelijke uitdagingen en thematische totaalexpertise1. SRP-Groeifinancieringen van 5 jaar zijn gericht op onafhankelijke, welafgebakende, unieke VUB onderzoeksniches, die nog niet aan de vereisten voor een langetermijn SRP Onderzoekszwaartepunt tegemoetkomen, maar die in de aanvraag aantonen dat zij over een strategie beschikken waarmee zij dit niveau binnen enkele jaren kunnen bereiken.

1 Een derde type zwaartepunten met nadruk op synergie met economische ontwikkelingen vindt financiering via het IOF.

3.2. Systematische algemene monitoring in het kader van interne kwaliteitszorg

Binnen het kader van het huidige financieringsmodel voor onderzoek wordt verder voldaan aan de decretale verplichtingen inzake kwaliteitszorg van de onderzoeksactiviteiten via een tweeledig systeem van:

- Systematische monitoring: De Onderzoeksraad bespreekt de sinds 2020 3-jaarlijkse “Strategische Beleidsfiches Onderzoek” en de jaarlijkse “Prestatieprofielen” opgesteld in het kader van de OZR basisfinanciering, die concrete informatie bevatten aangaande het onderzoeksbeleid en de onderzoeksprestaties binnen alle vakgroepen. Ook de evolutie van de verschillende parameters wordt weergegeven op het niveau van vakgroepen, faculteiten en de drie grote domeinen HW, BNTW en BMW. In 2021 werd aan de “Strategische Beleidsfiche Onderzoek” een toevoeging aangebracht inzake ‘vergoedingen van kosten van student-onderzoekers’ voor o.m. verplaatsingen en deelname aan congressen (kaderend in het profiel van de student-onderzoeker en het desbetreffende afsprakenkader), werd op de fiche vermeld dat deze na goedkeuring intern via de VUB onderzoekswebsite ter beschikking wordt gesteld, en werd op de fiche verwezen naar de bepalingen aangaande registratie van disciplinecodes en ORCID-ID’s en aangaande correcte VUB-affiliatie op publicaties in de ‘Praktische regelingen betreffende parameters en berekeningswijze’ voor de OZRbasisfinanciering (OZR 17.02.2021).

- Punctuele disciplinegewijze onderzoeksevaluaties: De Onderzoeksraad kan gerichte disciplinegewijze onderzoeksevaluaties organiseren. De resulterende rapporteringen aan de Onderzoeksraad geven de vertegenwoordigers van het wetenschappelijk onderzoek binnen de universiteit een duidelijk beeld van het eigen onderzoekspotentieel en leveren hen belangrijke informatie voor de uittekening en ondersteuning van het onderzoeksbeleid. De nazorg kan verschillen van evaluatie tot evaluatie, naargelang de aanbevelingen van de experts. Er wordt een remediërende werking verwacht via feedback aan de groepen zelf die -indien nodig- gestuurd wordt vanuit het Bureau van de Onderzoeksraad en de vicerector onderzoeksbeleid. Een volledige cyclus a rato van twee evaluatieprojecten per jaar werd beëindigd in 2010/2011. Hierna werd het instrument behouden om waar nodig gerichter in te zetten (niet toegepast sindsdien).

De Onderzoeksraad heeft steeds gesteld dat bibliometrische analyses op zich geen volledig beeld geven van de kwaliteit van het onderzoek en evalueert deze kwaliteit dan ook systematisch via peer review. Zonder hieraan afbreuk te doen kan echter niet worden voorbijgegaan aan de nadruk die internationaal op bibliometrische gegevens wordt gelegd. Het is belangrijk dat de universiteit over een goed beeld beschikt van haar bibliometrisch profiel — ter ondersteuning van het eigen beleid en de toelevering van informatie aan externe instanties. De Onderzoeksraad komt aan deze nood tegemoet via regelmatige ‘in house’ monitoring van bibliometrische data, wanneer wenselijk geacht aangevuld met punctuele externe uitbesteding van grondige bibliometrische studies aan internationaal erkende gespecialiseerde expertisecentra. Deze studies geven daarenboven een beter inzicht in de relatie bibliometrie versus kwaliteit, de bruikbaarheid van bibliometrie en de nood aan alternatieve indicatoren.

Jaarlijks worden naar aanleiding van de berekeningen voor de verdeling van de middelen van het Bijzonder Onderzoeksfonds (BOF) over de Vlaamse universiteiten, de onderzoeksprestaties gemonitord die in de verdeelsleutel opgenomen zijn. Vanaf het begrotingsjaar 2003 wordt deze verdeelsleutel mee bepaald door de publicatie- en citatieaantallen van de universiteiten in de Web of Science (WoS), zoals bepaald in het BOF-besluit. Voor deze berekeningen worden het voorafgaande jaar telkens door het Expertisecentrum O&O Monitoring (ECOOM) per universiteit het aantal publicaties en citaties geteld en de respectievelijke aandelen berekend. Het R&D departement van de VUB treedt hierbij op als contactpersoon voor de VUB, en staat in voor het nazicht van de door ECOOM verzamelde gegevens. Vanaf begrotingsjaar 2011 worden bijkomend publicaties uit de “Social Sciences” en de “Arts & Humanities” geteld die door de universiteit (via het R&D departement) worden toegeleverd aan het daartoe opgerichte Vlaams Academisch Bibliografisch Bestand voor de Sociale en Humane Wetenschappen (VABB-SHW). Hiertoe wordt een gecoördineerde planning opgezet, met input vanuit R&D, de dienst Administratieve Informatieverwerking (AIVE) en de vorsersgemeenschap. De data aanwezig in PURE worden geanalyseerd wat betreft de kwaliteit van de informatie en waar mogelijk vervolledigd volgens de vereisten voor het VABB-SHW. Het departement R&D organiseert ook de VABB-SHW bezwaarprocedure.

3.3. Bibliometrie als ‘research intelligence tool’

Kwantitatieve bibliometrische indicatoren en technieken voor toepassing op het niveau van sterk gespecialiseerde onderzoeksdossiers, zoals die van individuele onderzoekers en onderzoeksteams, vereisen bijzondere voorzichtigheid, en interpretatie in de specifieke context van de discipline. Sinds eind 2019 wordt door het departement R&D het op de Web of Science en op Publons-gegevens steunende instrument ‘Clarivate Reviewer Locator’ (van Clarivate Analytics; voorheen ‘Publons Reviewer Connect’) gebruikt als bron van suggesties van peers op specialiteitsniveau.

4. ETHIEK EN INTEGRITEIT

Onderzoekers streven naar kwaliteitsvol onderzoek dat beantwoordt aan breed gedragen ethische beginselen en normen. De VUB vindt het essentieel dat onderzoekers op de hoogte zijn van deze beginselen en normen, opgenomen in het Charter van de onderzoeker, hun belang erkennen en ze ook toepassen in hun onderzoek.

Bij de voorbereiding van het onderzoek beoordeelt de onderzoeker de aanvaardbaarheid van het onderzoek in het licht van de Ethische Code voor Wetenschappelijk Onderzoeker in België en het Charter van de onderzoeker van de VUB. Rijst er twijfel over de ethische aanvaardbaarheid van het geplande onderzoek, is een advies wettelijk verplicht of wenselijk (bijv. voor publicatie, projectaanvraag of financiering), dan kan of moet de onderzoeker advies vragen bij de bevoegde ethische commissie van de VUB. De onderzoeksadministratie van de VUB (R&D) voorziet aanspreekpunten voor onderzoekers bij de ethische aanvragen. Deze zijn tevens liaison met het FWO voor deze materie en lid van de huidige drie ethische commissies aan de VUB: Ethische Commissie Humane Wetenschappen, Ethische Commissie Dierproeven en de Commissie Medische Ethiek. Op VLIR-niveau werd de werkgroep Wetenschappelijke Integriteit en Ethiek geformaliseerd, waar de R&D-liaisons deel van uitmaken. Alle informatie over de ethische commissies is tevens gebundeld op de nieuwe R&D-website. Bijkomende ethische checks bij mogelijk ‘Dual Use of Misuse’ van onderzoek, toepassing van het Nagoya Protocol en het feit dat onderzoekers ook binnen de humane wetenschappen steeds vaker een ethisch advies wordt gevraagd door tijdschriften, zorgt voor een toenemende belasting van de onderzoekers in hun administratieve opvolging van behaalde onderzoeksfinanciering. Deze toenemende administratie in ethische verplichtingen zorgt niet noodzakelijk voor meer ethische reflectie, gelet op de beperkte en reeds overbevraagde tijd van de onderzoeker.

In 2021 werd aan de VUB het binnen de VLIR ontwikkelde opleidingstool voor integriteit ‘Close the Gap’ uitgerold. Met dit tool wordt een belangrijke bijkomende opleidingsmodule voor onze vorsers voorzien.

Elk jaar tijdens de internationale week van de ethiek (eerste week van december) organiseert de VUB een ‘Ethics Week’. Tijdens deze week worden diverse lezingen en trainingen georganiseerd, zowel voor studenten als voor onderzoekers, met betrekking tot wetenschap en ethiek.

Het lijkt vanzelfsprekend dat onderzoekers zekere deontologische regels in acht nemen bij hun onderzoeksactiviteiten en in hun relatie tot collega’s. Binnen de VUB is de Commissie voor Wetenschappelijke Integriteit (CWI) verantwoordelijk voor de behandeling van vermoedens van wetenschappelijk wangedrag.

5. OPEN SCIENCE & OPEN DATA

In 2021 focuste de Research Information & Data Management (RIDM) cel verder op het ‘Flemish Open Science Board’, het EUTOPIA-TRAIN project enimplementatie van het nieuwe BOF-besluit.

5.1. Research data management en Open Science

Wat betreft Open Science en Research Data Management (RDM), werd 2021 vooral gekenmerkt door de verderzetting van ons engagement binnen de Flemische Open Science Board (FOSB) en de uitrol hiervan binnen VUB én het verder uitwerken van reeds lopende initiatieven, waaronder (1) aanbieden van software voor research data management support, (2) data storage voor lopend onderzoek, (3) implementatie van het Open Access beleid, (4) communicatie naar en opleidingen voor onderzoekers. Tot slot, werd het EUTOPIA TRAIN project opgestart.

5.1.1.

FOSB en Open Science beleid

In 2020 werd de FOSB opgericht met stakeholders uit de verschillende Vlaamse onderzoeksinstellingen (universiteiten, hogescholen, Strategische Onderzoekscentra, VWI’s,…) om op Vlaams niveau het Europese engagement inzake Open Science kracht bij te zetten. In navolging van 2020, heeft RIDM in 2021 verder actief bijgedragen aan verschillende werkgroepen en task forces binnen de FOSB. Met de voorziene FOSB middelen werden twee van de drie data stewards (die onderzoekers ondersteunen bij research data management) gefinancieerd én werd een jurist onderzoeksmaterie (die datastewards en onderzoekers ondersteuning biedt bij juridische kwesties inzake auteursrecht, IP en Open Data) en een research data archivaris (die data stewards en onderzoekers ondersteunt bij vragen rond en archivering van onderzoeksdata) aangeworven. Om het Open Science verhaal ook langs de IT-kant te ondersteunen werden twee vacatures uitgeschreven: een vacature voor een Research IT Liaison die zal fungeren als verbindingspersoon tussen de data stewards, DICT en onderzoekers en een vacature voor een storage expert die zal ondersteunen bij het opzetten van verschillende storagefaciliteiten voor onderzoekers aan de VUB. Tot slot werd ook geïnvesteerd in on-premise infrastructuur voor de opslag van research data (zie verder).

Om de VUB-visie op Open Science (met al zijn facetten, waaronder Open & FAIR data, Open Access etc.) verder uit te werken en de inzet van de FOSB middelen binnen de VUB te bepalen, werd de interne FOSB Focusgroep omgevormd tot een uitgebreider Open Science Office (OSO@VUB) dat fungeert als officieel adviesorgaan van de OZR. OSO@ VUB wordt voorgezeten door Academisch Coördinator Open Science, Prof. Dr. Jean-Claude Burgelman, met RIDM als ondersteunend secretariaat en wordt vertegenwoordigd door leden uit verschillende centrale diensten (vicerectoraten, bibliotheek, ICT, Archief, SBTE/ECOOM) en uit elke faculteit. Voor de verschillende facetten binnen Open Science zal nu in begin 2022 een roadmap opgesteld worden.

Om het Open Access beleid te ondersteunen werd beslist om een Open Access bonusfinanciering op te starten in het kader van de OZR Basisfinanciering (zie 2.2 ). Hiervoor werden de nodige praktische richtlijnen voorzien voor onderzoekers (zie ‘5.1.3. informatie en cursussen’) en werd eveneens ingezet op het semi-automatisch aanvullen van de gegevens in PURE. Daarnaast werd een mogelijke samenwerking met ASP omtrent het publiceren van Open Access boeken besproken. Uiteindelijke besliste de OZR om hier niet op in te gaan. Samen met andere diensten werd het proces rond het indienen en het open access beschikbaar stellen van doctoraatsthessisen herbekenwat leidde tot nieuwe richtlijnen hieromtrent. Net zoals in 2020 werd ondersteuning geboden aan de Universiteitsbibliotheek inzake de validatie van ingevoerde Open Access gegevens in PURE. De implementatie en ondersteuning van het OZR Open Access beleid werd eind 2021 verschoven naar de Universiteitsbibliotheek. Tot slot werd in 2021, zoals steeds, geïnvesteerd in reeds bestaande (inter)nationale samenwerkingen, waaronder de VLIR WG RDM/OS, Elektron vzw, organisatie van de Open Access week etc.

5.1.2.

Projecten

In 2019 werd een zoektocht gestart naar de uitrol van een VUB-breed Electronic Lab Notebook (ELN). Een ELN is software die in laboratoria gebruikt wordt om onderzoek, experimenten en procedures te documenteren zodat onderzoeksdata eenvoudiger teruggevonden kunnen worden, samenwerken vereenvoudigd wordt en data veilig opgeslagen wordt. Uit deze eerste bevraging kwam naar boven dat er niet enkel een nood is aan software voor experimentbeheer in laboratoria, maar dat er ook nood is aan ondersteuning voor het beheer van onderzoeksactiviteiten in brede context. Daarom vond in het najaar van 2020 een beleidsvoorbereidend onderzoek plaats, met het doel om weloverwogen softwarekeuzes te maken die ook op lange termijn een optimale ondersteuning aan onderzoekers bieden. Uit deze brede bevraging werd vastgesteld dat de noden zeer heterogeen zijn en verspreid over verschillende ‘types’ (project management, financieel management, data-beheer, etc). Daarnaast bleken de digitaliseringsniveaus binnen de ondervraagde groepen zeer heterogeen. Wel werd er unaniem gevraagd naar een meer homogeen, centraal ondersteund IT-aanbod voor onderzoek. Na uitwerking en afweging van mogelijke oplossingsscenario’s, werd beslist om het Research Data Management-opleidingsaanbod verder uit te bouwen in samenwerking met het universiteitsarchief en gefaseerd één à twee ELN’s centraal aan te bieden en te ondersteunen met als doelen o.a. digitalisering van onderzoeksactiviteiten, betere documentatie van onderzoeksprocessen, efficiëntieverhoging, duidelijke time stamps belangrijk voor IP en concrete opstap naar Open Science. In de eerste fase zal geopteerd worden voor de uitrol van het open source ELN eLabFTW, waarvoor eind 2021 reeds goedkeuring werd verkregen op het directiecomité, de OZR en de Academische Raad. Verder werd hieromtrent ook al een positief advies ingewonnen bij de CISO en DPO. In Q1 van 2022 zal een stappenplan opgesteld worden om de uitrol van dit ELN mogelijk te maken. Eveneens om tegemoet te komen aan de noden inzake datamanagement werd verder gewerkt aan het dossier rond opslag van onderzoeksdata. Hiervoor werd samengewerkt tussen R&D, het universiteitsarchief en verschillende afdelingen binnen DICT. De focus lag hierbij op infrastructuuroplossingen waarvoor vandaag geen centrale oplossing wordt aangeboden, nl. opslag van grote volumes en (zeer) gevoelige onderzoeksdata. Eén van de pistes die verder werd ontwikkeld was de cloud computing service Microsoft Azure. Hiervoor werd een data assessement uitgevoerd in samenwerking met de consultants van Delaware, gevolgd door een Proof Of Concept. Microsoft Azure wordt nu ter beschikking gesteld aan onderzoekers die met grote datasets werken en veel compute nodig hebben. In parallel werd gewerkt aan de aankoop en opzet van on-premise storage die uitgerold zal worden in Q2 van 2022. Daarnaast worden de ontwikkelingen op Vlaams en Europees niveau inzake infrastructuuroplossingen voor Research Data Management ook opgevolgd door RIDM om – waar mogelijk - schaalvoordelen te bekomen. In kader van de EUTOPIA alliantie werd in 2020 een succesvolle aanvraag ingediend voor een bijkomend project, getiteld EUTOPIA-TRAIN. VUB heeft hier de lead genomen over het werkpakket rond Open Science. RIDM trekt hierbij WP3.1, WP3.2 en WP3.3. Het doel van WP3.1 is het uitrollen van interactieve, online cursussen voor onderzoekers en data stewards omtrent Open Science. In eerste instantie, werd input verzameld van de partners omtrent hun behoeften. Uiteindelijk werden vier topics naar voor geschoven ( 1/ Open Science in Horizon Europe; 2/ RDM and FAIR data; 3/ Open Access to publications & scholarly publishing; 4/ Reproducibility). Voor elk van deze topics zal online leermateriaal voorzien worden en zal er ook een live webinar georganiseerd worden. Voor WP3.2, het opzetten van een Open Access metadataportal waarop de Open Access publicaties van de verschillende partners getoond kunnen worden, werd een samenwerking met de Universiteitsbibliotheek opgestart. Verschillende oplossingen werden reeds intern en met de partners besproken, maar er moet nog een finale beslissing genomen worden. Voor WP3.3, het ontwikkelen van een framework policy voor Research Assessment, werd beslist om in verschillende fasen te werken. In 2021 werd de eerste fase geïnitieerd: er werd een document met achtergrondinformatie opgesteld en de organisatie van een workshop werd gestart.

5.1.3. Informatie en cursussen

Wat Research Data Management (RDM) betreft werd de bestaande online Canvas-cursus rond DMPs inhoudelijk sterk uitgebreid tot een algemene introductie in RDM en in TEO geïntegreerd. Deze e-learning werd ingeschreven als een verplicht onderdeel van het Doctoral Schools traject. Aan de e-learning werden ook Q&A sessies (via Teams) gekoppeld, zodat participanten de gelegenheid krijgen om vragen te stellen op basis van de verwerkte informatie uit de e-learning. Om onderzoekers te ondersteunen bij het aanleveren van het verplichtte Data Management Plan in kader van Horizon Europe applicaties, werd een narrated powerpoint ontwikkeld. Een naratted powerpoint specifiek voor FWO werd reeds in 2020 opgeleverd. Tot slot werden de applicatie DMPs van FWO projecten nagekeken en op vraag werd ook het finaal DMP van feedback voorzien.

Wat het Open Access beleid betreft werden praktische richtlijnen uitgewerkt voor onderzoekers om tegemoet te komen aan het nieuwe Open Access beleid in Horizon Europe. Er werden eveneens praktische richtlijnen en een narrated powerpoint uitgewerkt voor onderzoekers voor het invoeren van hun publicaties in PURE volgens het Open Access beleid van de VUB.

Om onderzoekers te ondersteunen bij praktische implementatie van Open Science/Open Access werd ook informatie voorzien op de website inzake pre-registratie van onderzoek en het gebruik van preprints servers.

5.2. PURE

De Cel RIDM binnen R&D staat in voor het dagelijkse beheer van Pure, de datakwaliteitszorg, training van VUBmedewerkers en rapportering aan diverse interne en externe instellingen. Inzake het beheer van de database Pure werd in 2021 ingezet op (1) uitrol van de vernieuwde versie van Pure en het Pure portaal, (2) aanlevering aan FRIS, (3) implementatie van het nieuwe BOF-besluit, (4) het dagelijks en functioneel beheer van Pure, en (5) het Pure User Community Project . In 2020 werd de aankoop van Pure 5 en het nieuwe Pure portaal gefinaliseerd. De uitrol van de nieuwe versie werd voorbereid in 2020 en gefinaliseerd begin 2021. Sinds 2021 heeft de VUB daarmee een zeer mooi portaal waarop de onderzoeksactiviteiten van VUB-onderzoekers terug te vinden zijn. De nodige kennisartikelen omtrent het gebruik van de nieuwe versie van PURE en het portaal werden eveneens voorzien.

Pure is bron voor diverse rapporteringen naar de overheid zoals VABB-SHW, FWO en FRIS (Flanders Research Information Space). Sinds eind 2019 stellen zich verschillende problemen inzake de aanlevering van gegevens van PURE naar het portaal van de Vlaamse overheid (FRIS). De problemen werden helaas nog steeds niet volledig opgelost, maar zowel langs de kant van VUB als de kant van EWI werden hier belangrijke stappen genomen.

In 2019 werd het nieuwe BOF-besluit goedgekeurd waarin staat dat de universiteiten vanaf eind 2021 bijkomende gegevens moeten aanleveren aan FRIS (retrospectief beginnend vanaf 2019). Het gaat enerzijds om volledige nieuwe items (doctoraatsthesissen, infrastructuur, datasets en patenten) waarvoor een volledig implementatietraject moet uitgewerkt worden inclusief beleidsafspraken. Anderzijds moeten bepaalde andere items, die reeds worden aangeleverd, van additionele informatie voorzien worden o.a. ORCID voor onderzoekers en GRID voor externe organisaties. Deze bijkomende aanleveringen vragen enerzijds aanpassingen aan de templates in Pure om de gevraagde informatie te kunnen aanleveren en anderzijds het effectief invoeren van de gevraagde informatie waarvoor informatieflows opgezet moeten worden, werkinstructies opgesteld moeten worden en in sommige gevallen beleidsaanpassingen nodig zijn. In 2020 werd reeds gestart met een deel van de implementatie. Pas in de eerste helft van 2021 werden echter de laatste interuniversitaire afspraken afgeklopt waardoor pas in de tweede helft van 2021 gestart kon worden met bepaalde analyses. De analyses werden grotendeels afgerond, interne werkafspraken werden deels uitgeschreven en de invoer/ migratie van bepaalde gegevens werd reeds opgestart. De uitrol naar onderzoekers voor het invoeren van datasets en infrastructuur kon niet voltooid worden omwille van technische problemen met de aanlevering aan FRIS (zie boven). Er werd dan ook uitstel van implementatie van het BOF-besluit gevraagd en toegekend.

Gezien de grote inzet nodig om implementatie van het nieuwe BOF-besuit te voltooien, drong de aanwerving van extra medewerkers zich op teneinde nog steeds een goede dienstverlening te kunnen bieden aan de vorsers. Eind 2020 startten twee nieuwe, administratieve medewerkers. In 2021 werden zij opgeleid en ingeschakeld voor de helpdesk. Verder werd ingezet op datakwaliteit van de masterdata (tijdschriften, externe organisaties, journals & onderzoeksgroepen), van publicaties (o.a. aanvullen Open Access gegevens en publicatielabels), en van projecten en awards. Ter illustratie werden meer dan 10.000 publicaties, bijna 1500 externe organisaties en 700 journals gevalideerd. Tevens werd een extra dienstverlening opgestart voor nieuwe ZAP en postdocs waarbij hun niet-VUB publicaties worden ingevoerd in PURE door onze medewerkers. Verder werd succesvol ingetekend op het “Pure User Community” project (PUC), uitgeschreven door EWI, voor een bedrag van € 93.000 (exclusief BTW en exclusief overhead) over 2 jaar. Binnen dit project werkt de VUB nauw samen met EWI rond de aanlevering van gegevens aan FRIS voor alle Vlaamse Pure-gebruikers. De RIDM cel organiseert hiervoor regelmatig meetings met alle gebruikers, ondersteunt de gebruikers bij problemen en begeleid hen naar een kwalitatieve aanvoer van gegevens. Verder werden er analyses uitgeschreven voor de verschillende instellingen ter ondersteuning van aanlevering van gegevens (datasets, infrastructuur,…). Daarnaast neemt de VUB ook een liaison functie op tussen de Vlaamse Pure gebruikers en de softwareleverancier van Pure, Elsevier. Binnen het PUC kader werkt de VUB ook samen met de Nederlandse User Group om mogelijke problemen naar Elsevier toe te presenteren vanuit de Nederlandstalige gebruikers als een groter geheel.

6.

VORMING EN LOOPBAAN VAN DE ONDERZOEKER

Dit onderdeel beschrijft de structuur, de ondernomen activiteiten en de genomen beleidsbeslissingen betreffende de doelstelling omtrent het verder uitbouwen en ontwikkelen van een internationale, interdisciplinaire en excellente onderzoeksomgeving in de vorm van training, en de doelstelling omtrent het verbeteren van het welzijn van student en personeel. Naast de investeringen die R&D hierin voorziet, wordt het budget aangevuld met een subsidie aan Vlaamse universiteiten vanuit de Vlaamse overheid in het kader van het programma “Omkadering Jonge Onderzoekers”, kortweg OJO.

B/ Domeinspecifieke vaardigheden worden aangeleerd door het volgen van domein- of DSspecifieke trainingen. Dit kan door het volgen van een intensieve Summer School of door het volgen van extra vakken in het BA/MA aanbod aan de VUB of een andere universiteit. Daarnaast vallen ook wetenschappelijke prijzen onder deze noemer, specifieke output voor Doctoraten in de Kunsten en goedgekeurde funding proposals

Het centrale team vanuit Research en Datamanagement verantwoordelijk voor training en ontwikkeling van onderzoekers (RTDO) bestond in 2021 uit drie accountmanagers die het trainingsaanbod voor pre- en postdocs uitwerken en opvolgen, een loopbaancoordinator die instaat voor initiatieven en ondersteuning om doctorandi vlot de overstap te laten maken naar een volgende stap in hun carrière, een financieel administratief medewerker, een beleidsmedewerker die focust op het trainingsaanbod voor senior onderzoekers en een algemeen coördinator. In het najaar van 2021 waren er een aantal verschuivingen binnen het team, waarbij verschillende functies deeltijds werden ingevuld en er een nieuwe voltijdse beleidsmedewerker werd aangeworven. Dit centrale team werkt nauw samen met de drie doctoral school directeurs (Human Sciences (DSh), Natural Sciences & (Bio-Science) Engineering (NSE) en Life Sciences & Medicine (LSM)). De ondersteuning van jonge onderzoekers is ingebed in het grotere verhaal van het departement Research & Datamanagement (R&D) aan VUB. Uitdagingen met betrekking tot wettelijke verplichtingen m.b.t privacy, datamanagementplannen of wetenschappelijke integriteit vormen geen probleem gezien de expertise binnenshuis gehaald kan worden en samenwerking voor het opzetten van infosessies en delen van trainingsmateriaal frequent gebeurt. RTDO werkt niet alleen samen binnen het eigen departement voor een optimale ondersteuning, maar werkt ook samen binnen de VUB LRN werkgroep en doet naargelang de nood ook beroep op andere diensten, zoals de dienst Kwaliteitzorg en Onderwijsprofessionalisering voor het optimaliseren van de didactische vaardigheden, met Tech Transfer om de ondernemingszin van doctorandi aan te wakkeren, met ACTO om het Academisch Engels op te krikken, enz. Naast samenwerking om het trainingsaanbod steeds te vernieuwen en aangesloten te houden bij de noden van de doelgroep, is er ook samenwerking met diverse diensten om administratieve processen te verbeteren. Zie ook 6.3 voor een aantal concrete projecten waarrond wordt samengewerkt. Daarnaast wordt ook met externe partners samengewerkt voor het opzetten van training en het uitwisselen van best practices. Naast de Vlaamse universiteiten is er ook een goede samenwerking met ULB voor een blended supervisor training bestaande uit verschillende modules, alsook op Europees niveau waar VUB vertegenwoordigd is in verschillende netwerken (UNICA, PRIDE, EUA-CDE).

Aan de rechterkant van Figuur 1 bevinden zich de twee onderdelen die staan voor het verbreden van vaardigheden.

C/ Onderwijstaken en Science Outreach betreft allerhande onderwijsactiviteiten van lesgeven binnen een BA/MA vak tot het geven van training voor mededoctorandi, alsook thesisbegeleiding van BA/MA studenten. Science Outreach betreft zowel wetenschapscommunicatie (schrijven van een populariserend artikel, deelname aan de VUB PhD Cup of andere wedstrijd, media-output) als andere activiteiten waarbij onderzoek vertaald wordt voor een breed publiek (kinderuniversiteit, dag van de wetenschap, …).

D/ Transferable skills en carrière ontwikkeling: hieronder valt alle aangeboden training die zowel nuttig is voor academische als niet-academische carrière (presentatievaardigheden, leren vergaderen, time management, leiderschapsvaardigheden, enz.), training ter voorbereiding op de carrière na het behalen van een doctoraat, alsook het zetelen in raden, organisatie van evenementen, of actieve deelname in werkgroepen, committees enz.

6.1. Verplichte Doctoraatsopleiding

Tot slot is er ook de Overarching ‘WILDCARD’: activiteiten die kunnen worden ingezet in één van de eerder vernoemde onderdelen, maar in feite door de specifieke inhoud ervan in elk van de onderdelen thuishoren. Dit heeft betrekking op internationale/interinstitutionele/interdisciplinaire en/of intersectorale samenwerkingen en mobiliteit.

In 2019-2020 werd de verplichte doctoraatsopleiding geïntroduceerd. Het online platform ‘PhD Portfolio’ in CALI diende grondig te worden aangepast om de nieuwe structuur en opgelegde verplichtingen efficiënt te monitoren. Dit proces verloopt sinds eind 2019 onder leiding van DICT en verloopt in nauwe samenwerking met RTDO. Tot het eerste kwartaal van 2021 werd het proces mee opgevolgd door het kenniscentrum. Door personeelstekorten bij het kenniscentrum kon er echter geen blijvend engagement uit die hoek blijven bestaan, wat sommige onderdelen van het project (die reeds moeizaam liepen) verder heeft vertraagd.

Een stage in een bedrijf kan doctorandi de nodige kennis opleveren om een nieuwe publicatie voor te bereiden, kan inzicht geven in bepaalde technieken die ze dan kunnen delen met mede-doctorandi, maar geeft evengoed inzicht tot het maatschappelijke belang van een onderzoeksvraag en de samenwerking binnen het bedrijf is een perfecte leerschool om transferable skills aan te leren.

Waar nodig werd ook afgetoetst met collega’s van RIDM voor de interface tussen PURE en Portfolio, met de faculteiten voor nieuw op te volgen procedures, en met doctorandi voor feedback op de huidige werking en het testen van nieuw geïmplementeerde onderdelen.

In 2021 werden verschillende verbeteringen geïmplementeerd. Ten eerste worden bijkomende activiteiten vanuit PURE naar Portfolio doorgestuurd. Dit type verbeteringen maken deel uit van een continu proces, gezien PURE ook op basis van de noden van onderzoekers nieuwe activiteiten implementeert, die op hun beurt relevant zijn voor de doctoraatsopleiding en dienen gemapt te worden naar Portfolio - zoals het schrijven van een blogartikel, het deelnemen aan Community Engaged Research and Learning (CERL) activiteiten, etc. Ten tweede kunnen faculteiten buiten Portfolio, in hun vertrouwde CALI omgeving, nagaan of doctorandi voldoen aan de voorwaarden om hun doctoraatsopleiding af te ronden (een voorwaarde om te kunnen neerleggen) en kunnen ze zowel ad hoc voor individuele cases opzoeken of doctorandi vrijgesteld zijn van de verplichte doctoraatsopleiding, als een overzicht bekomen van alle vrijstellingen binnen hun faculteit. Daarnaast werden nog een aantal nieuwe operationele rapporten gemaakt om overzichtelijk bepaalde onderdelen van Portfolio te kunnen opvolgen en probleemgevallen te identificeren. Ten derde hebben doctorandi de mogelijkheid om een uitgebreid training attestation in een beveiligde pdf uit Portfolio te downloaden. Dit rapport is standaard ondertekend door het hoofd van de studentenadministratie en kan als officieel document gedeeld worden met financierende organisaties en potentiële toekomstige werkgevers. Tot slot werd er gewerkt aan de lay-out van de omgeving van Portfolio zodat alle stakeholders (doctorandi, promotoren, directeurs, facultaire en RTDO-medewerkers) deze makkelijker terugvinden bij het inloggen in CALI.

Bij het begin van het project werden ook een aantal beleidsrapporteringen gevraagd. Deze zullen in 2022 verder worden uitgewerkt, alsook nog een aantal kleine aanpassingen die en-cours-de-route geïdentificeerd werden door RTDO. Ook de procesoptimalisatie omtrent het afsluiten van de DOC en PhD loopbanen moet nog verder opgenomen worden door het kenniscentrum in 2022.

Het aantal afgeleverde getuigschriften kende een flinke daling in academiejaar 2020-2021: slechts 44 getuigschriften werden uitgereikt, terwijl 235 doctorandi verdedigden. Ter vergelijking: vorig jaar werden er 158 getuigschriften afgeleverd (75% van alle verdedigde doctoraten). Academiejaar 2020-2021 is een overgangsjaar geweest voor de doctoraatsopleiding in meerdere opzichten: na het invoeren van de verplichte doctoraatsopleiding in 2019-2020 werd voorzien dat het eerste jaar na invoeren je nog een getuigschrift kon krijgen aan de oude voorwaarden (30 credits zonder bijkomende accenten). In 2020-2021 waren de meeste gedoctoreerden nog niet verplicht de doctoraatsopleiding te volgen, maar als ze een getuigschrift wensten, moesten ze wel aan bijkomende voorwaarden voldoen (namelijk minimum 5 credits behalen in 4 quadranten: research output, teaching & societal outreach, domain-specific skills en transferable skills). Er waren echter nog kinderziektes in het Portfolio systeem aanwezig, waardoor velen de noodzakelijke aanvullingen in het systeem niet hebben gemaakt. Om het volledige plaatje te schetsen: indien we de getuigschriften hadden uitgereikt volgens het principe in 2019-2020, zouden er 132 uitgereikt zijn (60%). Onze conclusie is dat zowel de software als communicatie de oorzaak vormen van het lage aantal uitgereikte getuigschriften in 2021; Velen dachten dat ze ruimschoots voldoende credits hadden voor het getuigschrift, want vaak verzamelden ze er meer dan 100, alleen niet verspreid over alle quadranten volgens de regels van de verplichte doctoraatsopleiding. Naar academiejaar 2021-2022 toe verwachten we een heel ander beeld, gezien de software nu meer op punt staat en we veel meer communicatie inbouwen naar doctorandi die binnenkort verdedigen. Ook werd een duidelijke flow afgestemd met de facultaire verantwoordelijken, die een belangrijke rol spelen om dit geheel beter te stroomlijnen, zie ook 6.3.

6.2. Trainingsaanbod

De sleutelaspecten van de doctoraatsopleiding bestaan erin de verdere ontwikkeling van jonge onderzoekers in verschillende fasen van hun carrière te versterken en vergemakkelijken. Dit wordt mogelijk gemaakt door een aanbod dat toelaat zich te verdiepen in een specifieke niche, zowel als zich te verbreden door het opnemen van verschillende taken gedurende het doctoraatstraject (onderwijs geven, krantenartikels schrijven, meewerken aan Europese projecten, etc) en door het volgen van transferable skills training.

In 2021 werd het trainingsaanbod voor het overgrote deel digitaal aangeboden. Alle trainingen t.e.m. de zomer werden uitsluitend aangeboden via een digitaal platform, in het najaar werd een beperkt aantal trainingen (max 20% van het totale aanbod) aangeboden op campus. In november werd opnieuw beslist om alle trainingen die nog op campus gepland waren terug naar een digitaal format te schakelen waar mogelijk, en uit te stellen waar een online alternatief niet tegemoet kon komen aan de noden.

Voor de introductiedagen voor startende doctorandi werd het digitale format, uitgewerkt in 2020, herhaald: doctorandi bekijken vooraf opgenomen korte filmpjes om diverse relevante ondersteunende diensten en projecten in te leiden (beschikbaar op het streams-kanaal), gevolgd door een aantal live Q&A sessies waarbij doctorandi de mogelijkheid hadden bijkomende vragen te stellen naar aanleiding van de filmpjes aan diverse diensten (RTDO, M&O, vakbonden, OSmedewerkers, TTI, Research & Grant Officers, etc). Naast deze sessies werden er twee korte webinars gehouden: een omtrent wetenschappelijke integriteit en één omtrent open access publishing en research datamanagement. In het najaar werd beslist om (1) dit live moment in twee halve dagen op te splitsen: één halve dag bestaande uit een algemene presentatie over het doctoraatstraject aan VUB met wat highlights over nieuwigheden die alle starters nodig hebben en verschillende korte Q&A’s gevolgd door één halve dag met de korte webinars. Daarnaast werd on campus een drink georganiseerd zodat doctorandi elkaar ook eindelijk nog eens in persoon konden ontmoeten.

(2) de introductie van startende doctorandi aan VUB om te dopen tot een PhD Introductiepakket, om jonge onderzoekers nog beter kennis te laten maken met het wat en hoe van goede onderzoekspraktijken, geheel volgens de nieuwste spelregels van de internationale wetenschappelijke gemeenschap. Het PhD Introductiepakket bestaat uit (1) de Introductiedagen, (2) een Data Management track, en (3) een Ethics & Scientific Integrity track. Alle onderdelen zijn onafhankelijk van locatie te volgen (digitaal format) en elke track bevat een gloednieuwe e-learning module die de doctorandus kan verwerken op eigen tempo, met extra aandacht voor de delen relevant voor hun vakgebied en type onderzoek.

Op 27 mei 2021 ging de PhD day volledig digitaal door. Het doel van dit terugkerend event is om doctorandi van verschillende disciplines samen te brengen om ervaringen te delen, van elkaar te leren en te ontdekken wat er nieuw is binnen de doctoraatsondersteuning en -opleiding. Deze editie stond in het teken van de Sustainable Development Goals (SDG). De dag werd geopend met een welkomstwoord van onze rector Prof. dr. Caroline Pauwels, waarna een paneldiscussie volgde geleid door dr. Waldo Galle, academisch duurzaamheidscoördinator aan de VUB. In het panel waren inspirerende (ex-)VUB’ers uitgenodigd die met hun onderzoek dan wel met een specifiek project in Brussel proberen bij te dragen aan één van de 5 P’s verbonden aan de SDG’s: Delphine Morel de Westgaver (Partnership), Audrey Spreyer (Planet), Hebe Schaillee (People), Nils Duquet (Peace) en Sophie Buysse (Prosperity). Deze plenaire sessie werd afgesloten met een opgenomen duo-interview van Bertrand Piccard en Olivier Vanden Eynde. Doctorandi kregen daarna de mogelijkheid om hun eigen SDG onderzoek uit te leggen tijdens een korte presentatie (33 deelnemers) of via een poster (11 deelnemers). Na de middag vonden een aantal parallelle workshops en inspirerende lezingen plaats, allen met een link naar de SDG’s, soms zeer direct zoals bij ‘Theory of Change for transformative SDG research’ en ‘Urban research and Sustainable development goals: what can we learn/do’ als indirect via infosessies over Eutopia en hoe je als doctorandus kan bijdragen aan dit Europees netwerk, hoe je een blog-artikel schrijft, hoe je moet omgaan met open data, etc. (meer uitgebreide info kan hier worden geraadpleegd). In een tweede plenaire sessie werd afgesloten met een vierde editie van de jaarlijkse pitchwedstrijd Doctoral Derby en een interview met de laureaten van de Supervisor Award. 250 digitale toeschouwers zagen hoe de negen overgebleven Doctoral Derby-finalisten – na een recordaantal inschrijvingen (50) – hun onderzoek in minder dan drie minuten presenteerden voor het brede publiek. Dit jaar waren er door een exaecquo twee Doctoral Derby-publiekswinnaars, namelijk Annelies Augustyns (Doctoral School of Human Sciences) en Radwa Moanis (Doctoral School of Natural Sciences and (Bioscience) Engineering. Een zevenkoppige jury riep Jolien Hendrix (Doctoral School of Life Sciences) als jurywinnaar uit. De laureaten van de Supervisor Award, Liesbeth De Donder (DSh), Aldo Scafoglieri (LSM) en Hichem Sahli (NSE) werden verrast door video’s opgenomen door hun eigen doctorandi en postdocs om hen in de bloemetjes te zetten. Er werd ook een inspirerend document opgesteld voor medepromotoren waarin aan de hand van het theoretisch kader ‘new approaches to doctoral supervision’ voorbeelden van de laureaten werden gebruikt hoe zij hun doctorandi proberen zo goed mogelijk te ondersteunen.

Er werd in 2021 verdergewerkt aan leiderschapstrajecten voor onderzoekers in verschillende fases van hun carrière, verankerd in een nieuwe visie op leiderschap aan de VUB. Het beleidsvoorbereidend werk hiervoor is er gekomen mede onder impuls van het onderzoeksprofessionaliseringsproject. Het distilleren van alle voorbereidende nodenbevragingen bij o.a. ons academisch personeel in de visie op leiderschap in onze VUB context wordt uitgevoerd door M&O collega Robin Reul sinds het najaar van 2020 – en sinds het najaar van 2021 in samenwerking met een externe consultant. Enkele eerste concrete vertaalslagen van deze inzichten naar (opleidings)initiatieven voor de doelgroep ZAP werden in 2021 reeds gemaakt in samenwerking met VUB LRN - waaronder R&D medewerker Loren Pauwels vanuit het onderzoeksprofessionaliseringsproject - onder de noemer van (verschillende sessies binnen) de eerste VUB Leiderschapsweek in mei-juni 2021. Voor de ZAP-leden werden (nieuwe of vernieuwde) initiatieven ook zoveel mogelijk aan een digitale setting aangepast: De eerste editie van de VUB Leiderschapsweek was gefocust op de vraag “Zie jij jezelf als leider?” en speelde in op het feit dat medewerkers binnen een team zowel formele als informele leiderschapsrollen van verschillende aard kunnen opnemen (misschien zelfs zonder dat ze het zelf beseffen). Het initiatief beoogde bewustwording aan te wakkeren over het leiderschapspotentieel aan onze universiteit. Het volledige digitale programma bood diverse activiteiten aan voor de gehele VUB-gemeenschap, inclusief sessies specifiek voor verschillende doelgroepen academici. ZAP-leden konden er komen luisteren naar een keynote speech over gedeeld leiderschap, komen kennismaken met beleidsmakers en hun projecten, kennis en vaardigheden opdoen in twee nieuwe opleidingen voor hun doelgroep (“Energy management”, “Guide to a good selection interview”), en konden ervaringen uitwisselen met ZAP collega’s (in de sessies ‘fORum #2 “Hoe engageer ik mijn opleidingsraad?”’ en de ‘Peer learning sessie voor Gevorderd ZAP #1 “Leider worden van je academische loopbaan in bestuur en beleid”’). De eerste editie bracht uiteindelijk 229 niet-unieke deelnemers (over alle doelgroepen, incl. ATP) samen. Vele van de sessies met een vooropgesteld maximumaantal deelnemers waren volledig volzet. Bovendien verzamelden we als organisatoren leerrijke, constructieve feedback op de (nieuwe) individuele sessies en de week in zijn geheel, dewelke ons toelaat ons aanbod weer te verbeteren. Mede daarom beschouwen de eerste editie als succesvol. We zijn ervan overtuigd zijn dat leiderschap in zijn veelheid van betekenissen één van de grootste ontwikkelingsnoden blijft bij (academisch) personeel, en dat belangrijke professionaliseringsinitiatieven rond leiderschap en leidinggeven bundelen in een herkenbaar concept en jaarlijks gedurende dezelfde periode een duidelijke boodschap kan geven aan de VUB-gemeenschap. Daarom wordt het initiatief ook in 2022 verdergezet.

De supervisor training, in samenwerking met collega’s van ULB, kon in april-mei 2021 volledig digitaal plaatsvinden aan de hand van een vernieuwd en ingekort blended traject. In 2020 werd de tweedaagse training zeer positief onthaald,

ware het niet dat 2 dagen opleiding volgen vrij uitdagend is voor ZAP-leden met een zeer volle agenda. Het basisprincipe, waarbij deel 1 van de training wordt gegeven door een externe consultant en professor gespecialiseerd in begeleiding van doctorandi aan de hand van een theoretisch model (‘5 approaches to supervision’: functional, enculturation, critical thinking, emancipation & relationship development), en deel 2 wordt gegeven door interne trainers (een team van twee professoren en 2 coordinatoren van de doctoraatsopleiding van beide universiteiten) bleef behouden, maar het format werd omgevormd tot een blended traject: er waren twee (digitale) live sessies van 1,5 uur, die elk een persoonlijke voorbereiding van ongeveer 2 uur vóór de live sessie van de ZAP-leden vergden (a.d.h.v. aangereikte korte lezingen, boekhoofdstuk, artikels, …). Dit vernieuwde, blended format werd door de deelnemers zeer positief onthaald en wordt in 2022 herhaald. Het format werd nog verder gefinetuned op basis van de feedback (iets langere live sessies, on campus indien mogelijk, bij de voorbereidende taken wordt geen groepswerk meer gegeven; de individuele voorbereidingen waren wel gesmaakt).

Helaas waren er formats die digitaal niet voldoende return on investment voor de deelnemer zouden opleveren: (a) de “Out of Office”-edities werden in het najaar van 2021 even een halt toegeroepen tot het weer mogelijk wordt om op locatie te werken; (b) ook kon de driedaagse training in Oostende voor startende ZAP-leden (‘Academic Leadership Days for Early Career ZAP’ die in de blokweken in juni zou vallen) nog niet opnieuw doorgaan. In mei-juni 2022 is er wel een nieuwe editie ingepland.

Het opleidingsaanbod in 2021 bleef individuele coaching sessies voor ZAP bevatten, die sinds 2020 werden ingepland om tegemoet te komen aan uitdagingen bij het leidinggeven vanop afstand. Deze “tanksessies” worden verzorgd door externe coaches van True Colours, een organisatie met rijke ervaring bij alle Vlaamse universiteiten.

6.3 Projecten ter optimalisatie van processen en procedures voor jonge onderzoekers

Inschrijvingsprocedure & aanstelling van onbezoldigden

Het optimaliseren van de inschrijvingsprocedure is een project opgestart in 2016 dat ertoe moet bijdragen dat doctorandi en promotoren minder overlast ondervinden. Er dient een nieuwe aanmeldingsprocedure opgezet te worden waarbij doctorandi van bij de start een andere procedure dienen te volgen dan reguliere studenten. Op die manier kunnen een aantal checks ingebouwd worden die voor een grotere efficiëntie zorgen bij alle actoren (zowel langs de kant van de administratie als de kant van de gebruiker). In 2021 werd binnen het CALI project wel al aan een aangepaste aanmeldingsmodule gewerkt voor reguliere studenten, maar doctorandi werden buiten scope gehouden wegens te complex. In 2022 zou een project moeten uitgewerkt worden die een aantal processen in CALI specifiek voor de doelgroep doctorandi opneemt en verbeterd. Hieraan gerelateerd werd ook een werkgroep opgericht om de procedure voor het aanstellen van onbezoldigd medewerkers te monitoren. In deze werkgroep zetelden afgevaardigden van RTDO, Kenniscentrum, M&O en de faculteiten. Niet alle doctorandi hebben een contract met VUB, en het statuut van onbezoldigd medewerker is belangrijk om alle doctorandi dezelfde toegang te verlenen tot verschillende systemen (PURE, TEO LRN) en correct te verzekeren (incl regelgeving mbt welzijn, preventie en veiligheid). De mogelijkheid om doctorandi als onbezoldigd medewerker aan te stellen bestonden reeds, maar voor het tijdperk TEO was dit best een logge procedure en werd hier onvoldoende gebruik van gemaakt. Er werd een communicatie opgezet door de business partners van M&O om de faculteiten en promotoren op de hoogte te brengen van de procedure in TEO en de redenen te onderstrepen waarom dit noodzakelijk is in orde te brengen. Maandelijks volgde een update binnen de werkgroep waarbij o.b.v. een vergelijking tussen ingeschreven doctorandi in CALI en geregistreerde doctorandi in TEO werd nagegaan hoeveel doctorandi nog geen onbezoldigd medewerker statuut hebben. Deze lijsten werden telkens op facultair niveau doorgestuurd om openstaande cases weg te werken. Op lange termijn wordt de piste nog opengehouden om dit te automatiseren samen met het inschrijvingsproces. Eens een doctorandus aangesteld is als onbezoldigd medewerker, heeft hij toegang tot PURE. Voor toegang tot TEO LRN moeten ze echter nog steeds een guest account aanmaken, wat niet klantvriendelijk is. In afspraak tussen M&O en RTDO werd beslist om onbezoldigde doctorandi dezelfde rechten in TEO toe te kennen als bezoldigde doctorandi. Op die manier krijgen ze wel onmiddellijke toegang tot TEO LRN eens het statuut in orde is gebracht. Deze afspraak wordt geïmplementeerd in het voorjaar van 2022.

Digitale terbeschikkingstelling doctoraatsthesissen

Een werkgroep werd opgericht in het najaar van 2020 om een duidelijk proces uit te werken voor het digitaal terbeschikking stellen van doctoraatsthesissen, waarbij zowel de bibliotheek, RIDM, legal & ethics, doctoral schools als RTDO betrokken zijn. Dit proces werd neergeschreven in het Centraal Doctoraatsreglement, waarbij ook een nieuw formulier werd uitgewerkt dat bij neerlegging door de doctorandus en promotor moet worden ingevuld en ondertekend en wordt bekrachtigd door de doctoraatsjury. In het formulier kan de doctorandus kiezen om zijn doctoraatsproefschrift

onmiddellijk openbaar te maken, een embargoperiode van 2 jaar in te lassen (dit is de standaard) of om het nooit openbaar te maken (dit is enkel in uitzonderlijke gevallen gerechtvaardigd). Het werd goedgekeurd door de Academische Raad op 4 oktober 2021 en verder praktisch afgestemd met de facultaire verantwoordelijken. In de loop van 2022 wordt geëvalueerd of dit vlot werd geïmplementeerd. Aanvullend op de procedure werd een document opgemaakt om doctorandi te helpen bij vragen omtrent auteursrechten. Dit werd ontwikkeld door de jurist van Research Information en Data Management in samenspraak met de Doctoral Schools.

Afsluiten doctoraatsopleiding

In samenwerking met het Kenniscentrum werd in het voorjaar 2021 een procedure uitgewerkt om de doctoraatsopleiding efficiënter af te sluiten. In het verleden gebeurde dit eerder ad hoc en na het verstrijken van het academiejaar waarin een doctoraatsopleiding werd afgewerkt. Doordat de doctoraatsopleiding verplicht werd, groeide ook de noodzaak dit onderdeel beter te stroomlijnen. Hieronder een schematische voorstelling van de afspraken die werden gemaakt met de facultaire verantwoordelijken. Zij controleren vanaf academiejaar 2021-2022 bij de neerlegging van een doctoraat of de doctorandus voldoet aan de voorwaarden van de doctoraatsopleiding. Indien wel, kan de doctoraatsopleiding succesvol worden afgesloten en kan een getuigschrift worden voorbereid en afgeleverd aan de doctorandus bij de publieke verdediging. Op deze manier wordt ook meer aandacht gegeven aan de doctoraatsopleiding tijdens een plechtige ceremonie. Indien de doctorandus niet voldoet aan de doctoraatsopleiding, bekijkt RTDO case per case of de doctoraatsopleiding alsnog kan behaald worden door toevoeging van een aantal activiteiten of sluit ze deze af waarbij geen getuigschrift wordt uitgereikt.

Figuur X: Proces digitale terbeschikkingstelling doctoraatsthesis

Figuur X: Proces digitale terbeschikkingstelling doctoraatsthesis

6.4 Welzijn

Welzijn is een prioriteit binnen het onderzoeksbeleid, en kreeg een extra dimensie door de impact van Covid-19 op de organisatie van onderzoek. RTDO voorziet hieromtrent beleidsaanbevelingen o.b.v. resultaten van de PhD survey, een specifiek trainingsaanbod, communicatie omtrent diensten waar doctorandi terecht kunnen voor 1-op-1 opvolging voor mentale problemen, en sociale events die worden uitgewerkt door de PhD netwerken.

PhD survey

In 2017 werd er voor het eerst een pilot van de PhD Survey georganiseerd, waarna in 2018 de Survey bij alle faculteiten werd uitgerold.

De doelstellingen van deze PhD survey zijn nog steeds de volgende:

1. Een zelf-evaluatie en reflectie bij doctorandi over het doctoraatstraject (oa. begeleiding door promotor, aanbod Doctoral Schools, twijfels over het behalen van het doctoraat,etc.)

2. Een vroege probleemdetectie door een forum aan te bieden om anoniem problemen te melden, en deze op te lossen met de hulp van facultaire representatieven of de ombudspersonen.

3. Een beleidsinstrument voor faculteiten, centrale doctoraatsbegeleiding en Doctoral Schools, alsook aan de personeelsdienst m.b.t. doctoraatsbegeleiding, -ondersteuning en -opleiding.

Over de jaren heen werd de inhoud van de survey verder uitgebreid op basis van de noden, en werd de aanpak steeds grondiger. Uiteraard werd de dataverzameling tijdens de eerste lockdown in april-mei 2020 ook aangegrepen om een luik toe te voegen rond impact van Covid-19 – data die ook in 2021 niet mochten ontbreken.

In 2021 had de survey een respons rate van 42,9%, een lichte daling t.o.v. de 45,3% in 2020.

In de terugkerende vragen, die peilen naar acht grote elementen die bijdragen aan jobtevredenheid en een aantal achtergrondkarakteristieken, tonen aan dat de belangrijkste factoren die werktevredenheid aan de VUB beïnvloeden, gerelateerd zijn aan begeleiding van promotoren en de bredere onderzoeksomgeving. Deze resultaten liggen volledig in lijn met vorige jaren. Er werden vier clusters geïdentificeerd o.b.v. construerende variabelen uit de survey (tevredenheid met werkomgeving, begeleiding, obstakels, zich op juiste spoor bevinden en eigen ingeschatte kans op succesvol afronden): 49,7% van de doctorandi behoort tot een gemiddelde cluster die gemiddeld scoren op de meeste construerende variabelen; 14,9% maakt deel uit van een cluster die vooral tevreden is met omringende condities, 19,8% behoort tot een cluster die vooral intrinsiek gemotiveerd en effectief is, en 15,6% behoort tot de “doubtful, unsatisfied” cluster, die veel twijfels hebben, ontevreden zijn over begeleiding en werkomgeving, en hun kans op afwerken vrij laag inschatten. De meeste van de beleidsaanbevelingen vertrekken dan ook vanuit een focus op die laatste cluster.

De analyse van de open vragen (m.b.t. infrastructuur en het opleidings- en ondersteuningsaanbod) toont, voor het tweede jaar op rij, een aantal verbeterpunten voor de VUB infrastructuur: sommige de beschikbare bureauruimtes zijn te klein, oud, niet goed geventileerd, en slecht geïsoleerd. Ook het aanbod van de bibliotheek blijkt onvoldoende.

Eén van de terugkerende ‘open antwoord’-kritieken van 2020, haalde aan dat doctorandi een duidelijk overzicht missen van waar ze welke soort informatie kunnen terugvinden in de veelheid aan sharepoints, verschillende websites en service now. In 2021 gebeurde er een grote oefening achter de rug waarbij jonge onderzoekers via focusgroepen hun noden rond communicatieplatformen duidelijk konden laten blijken. Als resultaat van deze oefening komt er in de komende maanden en vernieuwde en vereenvoudigde PhD portaal via Sharepoint aan die meerdere informatiestromen op één punt samen brengt.

Impact van Covid-19: In 2020 konden we reeds waarnemen dat er onzekerheid heerste over het kunnen volgen van het onderzoeksplan door uitgestelde experimenten, en dat het hoofdzakelijke thuiswerk voor bijkomende druk zorgde voor het mentale welbevinden van doctorandi. Ook in de voortgangsrapportering van 2020 en 2021 werd er gepeild naar de impact van Covid-19 op de voortgang van het doctoraat en in welke mate het onderzoeksplan werd herzien. In respons werd er de mogelijkheid gecreëerd een verlenging aante vragen voor kandidaten in de finale fase van hun onderzoek, die tenminste drie maanden vertraging hebben opgelopen. Daarenboven werden er verschillende initiatieven ondernomen om voor meer verbinding te zorgen tussen doctorandi, ook al waren deze voornamelijk digitaal (PhD VUBuddy, gezamelijke digitale schrijfsessies, Q&A’s, …). In 2021, meer dan een jaar diep in de pandemie, wordt een gebrek aan perspectief (over wat er zou gebeuren met hun contract en funding) nog meermaals vermeld in de open antwoorddelen van de survey. De vraag rijst waarom dit gebrek aan perspectief blijft bestaan: de data van de survey toont daar dat het inderdaad doctorandi in de finale fase van hun onderzoek zijn die de meeste vertraging ondervinden, maar dat kandidaten in vroegere fases van hun onderzoek veel meer onzekerheid ervaren over hoe hun planning zal worden aangetast. Bijkomend blijkt, in lijn met de bevindingen in 2020, dat het thuiswerk zijn sporen nalaat op het welbevinden van doctorandi. Er is sprake van vervreemding van collega’s, en van het vervagen van grenzen tussen werk en privé. Tot slot is er een aparte wetenschappelijke paper in voorbereiding door de onderzoekers van TOR, die ingaat op de impact van de pandemie op tevredenheid met de supervisor.

Vermits er over de jaren heen steeds meer uit de rijker wordende data te halen valt, denken de onderzoekers van TOR ook na over hun manier van rapporteren, waarbij elk document een eigen doel dient:

a. Apart rapport over de impact van Covid-19 2021

b. Technisch rapport

c. Algemeen beschrijvend rapport 2021

d. Document met beleidsaanbevelingen 2021

e. Aparte rapporten, fiches of wetenschappelijke papers - vanuit onderzoeksagenda of specieke beleidsgestuurde vragen

In 2021 maakten zij reeds documenten a-d op (die nog bij de relevante bestuurlijke organen worden geagendeerd), waarbij het de bedoeling is dat c zeer beschrijvend blijft, en openbaar beschikbaar kan worden gemaakt na goedkeuring. Theoretische kadering, en meer gerichte, longitudinale analyses zullen echter ondergebracht worden in documenten waar er een heldere focus in topic mogelijk is (zoals een paper, rapport, fiche, presentatie,… gepaste format hangt af van de vraag).

Zo kunnen we veranderingen over de tijd waarnemen (en impact van bepaalde beleidsbeslissingen zien), alsook veranderingen in het persoonlijk traject (de ups en downs in een doctoraatstraject). Het opent ook mogelijkheden om te koppelen met administratieve gegevens over het behalen van een doctoraat of uitstromen zonder doctoraat. Deze documenten kunnen, afhankelijk van de vraag en het doel, ook vertrouwelijker gemaakt worden.

In maart 2022 volgen er presentaties aan de relevante verschillende beslissingsorganen (OZR, AR). De resultaten zullen vervolgens ook op een gerichte manier aan elke faculteit worden gepresenteerd om hen te overtuigen acties te ondernemen, goede praktijken te delen omtrent begeleiding, en doctorandi verder aan te zetten om deel te nemen aan de PhD survey in 2022. Immers, hoe meer respondenten, hoe rijker de data, en hoe beter we aanbevelingen kunnen doen gericht naar specifieke domeinen en faculteiten.

Sociaal connecteren via vernieuwd Buddy-systeem

Per Doctoral School is er ook een netwerk van doctorandi/postdocs actief die zowel sociale als inhoudelijke events organiseren. Het was niet evident om dergelijke activiteiten te organiseren tijdens de Covid-19 epidemie. De jaarlijkse PhD day van PhD United (Doctoral School LSM) werd noodgedwongen afgelast in 2020, maar kon volledig digitaal doorgaan op 30/03/21. Daarnaast bleef ook het NSE PhD network actief en creatief in het opzetten van online events, en werd onder impuls van een aantal nieuwe leden het DSh netwerk gereactiveerd met uitstappen naar Dinant en Gent. Gezien het voor nieuwe doctorandi extra moeilijk is om sociale contacten te leggen in tijden van Covid-19, werd beslist om het bestaande VUBuddy project voor een deel van de reguliere studenten (door OS ingericht) uit te breiden naar doctorandi. Samen met een OS-medewerker werd het PhD VUBuddy project uitgerold in het voorjaar van 2021. De basisdoelstelling van het project is het bevorderen van de sociale en/of academische integratie van nieuwe doctorandi. In het voorjaar van 2021 waren er 80 nieuwe doctorandi die zich inschreven voor het buddy project en 28 ‘welcoming buddy’s’, nl. meer ervaren doctorandi, die eerstgenoemden in groepjes van 3 à 4 personen begeleidden. Na afloop van het eerste semester werd een evaluatiesessie georganiseerd. De feedback werd meegenomen en enkele aanpassingen werden gedaan aan het format. Zo konden zowel startende doctorandi als buddy’s ervoor kiezen om 1-op-1 of in groep begeleid te worden/te begeleiden. In het najaar engageerden nog 11 enthousiaste ‘welcoming buddy’s’ zich voor 37 ingeschreven nieuwe doctorandi. Er werden enkele op maat gemaakte workshops aan de welcoming buddy’s aangeboden die beoogden hen te helpen in hun rol, zoals verbindende communicatie en een intervisiemoment.

7. MAATSCHAPPELIJKE VALORISATIE VAN ONDERZOEK

Het Science Outreach Office of Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie (WECOM) van R&D heeft als doel de impact van het onderzoek aan de VUB te vergroten. Door middel van diverse acties en campagnes informeert WECOM het brede publiek in Brussel en Vlaanderen over het huidig onderzoek en wetenschap en innovatie in het algemeen. Een louter eenrichtingsverkeer is hierbij echter niet voldoende en het actief engageren van de burger bij onderzoek vormt dan ook een focus van het Expertisecentrum.

Het enthousiasmeren van jongeren voor wetenschap en onderzoek, met het oog op een verhoogde instroom tot wetenschappelijke richtingen, vormt een tweede doelstelling voor het expertisecentrum. Het uitwerken van projecten, evenementen en educatieve projecten in directe samenwerking met de vorsergemeenschap draagt hier in belangrijke mate toe bij. Het bereiken van meisjes en jongeren met een kansarme achtergrond blijven belangrijke aandachtspunten.

Om deze doelstellingen te bereiken zet WECOM in op het bekomen van synergieën tussen de verschillende wetenschapscommunicatie actoren en op het bekomen van een interne cultuur van wetenschapscommunicatie. De link met Brussel blijft een belangrijk gegeven.

De expertisecel bestaat uit 7 à 9 personen met verschillende achtergronden en vaardig-heden. De Expertisecel steunt voor haar werking op middelen van de convenant wetenschapscommunicatie (2019 – 2023) afgesloten met de Vlaamse Overheid, middelen uit het BOF en middelen uit diverse outreach-projecten die de expertisecel initieert of waar het een werkpakket in opneemt.

2021 was voor heel de samenleving en heel de VUB wederom een atypisch jaar. De coronacrisis had ook een grote impact op de werking van WECOM en het verloop van de verschillende projecten. Hoewel deze crisis het belang van wetenschapscommunicatie extra in de verf zette, maakte deze het tegelijkertijd ook moeilijk om projecten te ontvouwen en evenementen te organiseren. De nood om ‘het op een andere manier aan te pakken’ vertaalde zich gelukkig in opportuniteiten die het mogelijk maakten projecten te herdenken en concepten uit 2020 digitaal uit te rollen en nieuwe initiatieven in 2021 op te starten.

7.1. Wetenschapspopularisering

Het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie (WECOM) van R&D zet in op diverse projecten die de mogelijkheid bieden aan onderzoekers om in interactie te treden met het breed publiek en om onderzoek van de VUB een onderdeel van de maatschappij en de stad te maken.

De blogwebsite wtnschp.be biedt onderzoekers de mogelijkheid om populair wetenschappelijk blogartikels te schrijven en te publiceren onder de begeleiding van een redactielid. Deze artikels worden vervolgens verspreid via zowel algemene kanalen, als kanalen die specifiek gelinkt kunnen worden aan het desbetreffende artikel. Op deze manier wordt er een communicatielijn op maat voorzien.

In 2021 werden er 18 artikels gepubliceerd. Hiermee werd de doelstelling van 2 artikels per maand niet behaald. Dit is deels te wijten aan het wegvallen van een teamlid die op de blog werkt en sinds augustus 2020 langdurig ziek is.

Twaalf VUB-onderzoekers waren actief betrokken. Als gevolg van wijzigingen in de manier van meten binnen Google Analytics, zijn de cijfergegevens van 2020/2021 onbetrouwbaar. Wel zien we dat we met 48040 unieke sessies en 63999 op jaarbasis in 2021 er een krimp is t.o.v. 2020 (88529 sessies). Mogelijk is dit wederom te wijten aan een wijziging in Google Analytics, gezien de cijfers op één dag zijn gekelderd, zonder duidelijke verklaring.

Onderzoekers die schrijven voor Wtnschp.be doen dat niet zomaar. Ze worden persoonlijk opgevolgd door een redacteur van het team. Daarbij krijgen ze voor ze starten met schrijven tips en tricks over hoe een vulgariserende blog te schrijven. Tijdens het schrijven wordt er met de onderzoekers overlegd en worden ze gecoacht in hun schrijfproces. In 2021 werden verschillende workshops aangeboden rond ‘populair wetenschappelijk schrijven’, gelinkt aan de blog wtnschp.be : ‘Hoe schrijf ik een populariserend blogartikel?’ (1 sessie voor masterstudenten (10) en 1 sessie voor VUB-onderzoekers (6) / ‘How to blog – teaser workshop’ (1 sessie voor VUB-onderzoekers (10).

De Expertisecel zet in op sociale media en het verspreiden van elektronische nieuwsbrieven om het aanbod kenbaar te maken bij het doelpubliek. Op de wtnschp-Facebook pagina tellen we 2770 volgers, de Instagram wtnschp pagina (476 volgers) en onze Twitter wtnschp account (1339 volgers). De facebook-pagina werd 113203 bereikt en op twitter telden we 43335 weergaven. Voor Instagram zijn deze cijfers niet gekend voor 2021 doordat we nog maar recentelijk overgestapt zijn op een business account. Op Facebook wordt gericht op het verspreiden van 3 posts per week met sporadische ‘campagnes’ om meer volgers te trekken, waar de intensiteit werd opgevoerd naar dagelijkse posts. In 2022 zal er een LinkedIn-pagina worden aangemaakt en opgevolgd, gezien hier een hiaat binnen de professionele communicatie werd opgemerkt.

In 2021 werden er drie typen nieuwsbrieven verstuurd naar verschillende doelgroepen:

- Breed publiek/algemeen (3): in januari, maart en november werd er telkens een algemene nieuwsbrief verstuurd naar gemiddeld 625 abonnees.

- Leerkrachten (2) : in januari en maart werden er nieuwsbrieven naar leerkrachten secundair onderwijs verstuurd (gemiddeld 544,5 abonnees).

- Blogupdates (18): Bij de publicatie van een nieuwe blogpost werd er 1 of meer automatische blogupdates verstuurd naar 117 abonnees.

In 2018 werd het initiatief Universiteit van Vlaanderen (UvV) opgericht. Inspirerende professoren en universitair docenten delen er in colleges en podcasts van 15 à 20 minuten de spannendste inzichten uit hun vakgebied, en gaan in korte infoclips van een 5-tal minuten in op brandende wetenschappelijke vragen uit de actualiteit. De 5 Vlaamse universiteiten zetten hun schouders onder dit concept om er een succesvol ‘format’, met een groot bereik van te maken. De expertisecel ondersteunt dit project en zetelt in de redactieraad. Daarnaast gaat het actief op zoek naar interessant onderzoek dat zich leent tot deze vorm van wetenschapscommunicatie. In 2021 werden 14 colleges en/of podcasts uitgezonden met VUB-onderzoekers, en 1 Wat Zegt De Wetenschap-video. Daarnaast werden verschillende contacten gelegd en opnames uitgevoerd/ingepland voor colleges en podcasts die in 2022 zullen worden uitgezonden. Ook in 2021 dwong de coronacrisis de redactie ertoe het opname- en uitzendschema regelmatig aan te passen, zoals in 2020 het geval was.

Sinds de oprichting in 2017 kregen UvV-video’s alles bij elkaar niet minder dan 5.4 miljoen views. Er zijn 250.000 maandelijkse luisteraars en een totaal van meer dan 7,2 miljoen beluisterde podcasts. Enkel al voor de maand november 2021 kreeg de podcast meer dan 360.000 downloads, wat dit een van de grootste podcasts van het land maakt. Daarnaast heeft de podcast de Belgian Podcast Award (categorie Tech & Science) gewonnen, een mooie erkenning voor dit initiatief en het engagement van de deelnemende onderzoekers.

In 2022 zal VRT zich terugtrekken als partner uit het consortium uit noodzaak (besparingen), maar zal nog tot eind maart 2022 de financiering behouden. Eerstdaags zal er een knoop worden doorgehakt over het vinden van een nieuwe financierder.

Volgend op bepalingen binnen het convenant ‘Wetenschapscommunicatie’ werd het concept Science Bar Brussel aan het einde van 2019 nieuw leven ingeblazen. Dit project werd opnieuw opgestart en als platform naar het breed publiek aangeboden aan vak- en onderzoeksgroepen van VUB en EhB (in het kader van de samenwerking UAB < convenant). Ook dit jaar maakte de bepalingen m.b.t. het Coronavirus dat de Science Bar niet altijd in zijn oorspronkelijke vorm kon georganiseerd worden. Er werden enkele edities in Brussel geannuleerd. Toch hebben we één fysieke, één online en één hybride Science Bar Brussel georganiseerd. Op 24 maart werd een online wetenschapscafé georganiseerd over de rol van de oceaan in het klimaat gebeuren. Met Jan Seys (VLIZ), Willy Baeyens (VUB) en Marc Kochzius (VUB). In totaal kreeg deze video (verspreid via Facebook) 487 views (41 live kijkers, 446 achteraf). Op 19 mei werd een fysiek wetenschapscafé georganiseerd over het overaanbod aan informatie over voeding waarbij docenten uit de opleiding Voedings- & Dieetkunde (EhB) een aantal nieuwsberichten tegen het licht hielden. In totaal waren er 15 bezoekers. En tenslotte werd er op 26 oktober een hybride wetenschapscafé georganiseerd over hekserij en bijgeloof in België en ZuidAfrika, met nadruk op de zorgsector. Er waren om en bij 50 personen fysiek aanwezig en 97 views online (28 live views en 69 views achteraf).

De Dag van de Wetenschap, het grootste wetenschappelijk evenement van Vlaanderen, ging dit jaar wederom volledig digitaal. Dit werd beslist door de coördinator in samenspraak met EWI en de partners. Dit behelsde een volledige omgooi in zowel aanpak als in aanbod, twee weken voor datum (28/11/2021). Met diverse onderzoeksgroepen en partners ontwikkelde WECOM 38 activiteiten (lezingen, doe-boxen, online games, ...) waarvan een deel ook via een livestream vanuit Muntpunt Brussel werd aangeboden. Het bereik van de Dag van de Wetenschap - livestream tijdens de dag zelf op YouTube was 965 views; Via Facebook 2383 views en 8396 personen hebben de post rond de livestream gekregen via Facebook. Het bereik van de online activiteiten kennen we enkel op Vlaams niveau via Technopolis die de website beheert: In totaal waren er 31 994 deelnemers voor de 58 live en 575 ‘on demand’ activiteiten. De inzet op het vlak van manuren was in 2021 ook aanzienlijk hoger, echter doordat de meeste ontwikkelde activiteiten ook na de Dag van de Wetenschap inzetbaar blijven, zien we dit als een duurzame investering.

De Brusselse Wetenschapsbox werd in de loop van 2020 ontwikkeld en een eerste maal aangeboden binnen de Dag van de Wetenschap. De box bundelde 6 activiteiten i.s.m. 4 onderzoeksgroepen en was gericht op het gezin. Kinderen en jongeren kunnen de activiteiten samen met hun (groot)ouders uitwerken. Op deze manier werd de drempel voor gezinnen met kansarme achtergrond verlaagd. De positieve reacties zowel door de gebruikers, als de onderzoeksgroepen, maakt dat we dit pilootproject een update hebben gegeven in 2021. Tijdens Theater aan Zee (zie infra) werden deze uitgedeeld aan gezinnen met kinderen vanaf 6 jaar. Daarnaast werd deze wetenschapsbox ook uitgedeeld tijdens de aanloop naar en afloop van Dag van de Wetenschap in Muntpunt. In totaal werden er 500 boxen uitgedeeld in 2021. Voor dit project kan WECOM deels rekenen op de steun van het Fonds Ernest Solvay.

Omwille van de aanhoudende coronacrisis werden zowel de activiteiten rond Pint of Science en Bright Club geannuleerd.

Daarnaast nemen VUB-onderzoeksgroepen en WECOM actief deel aan het I Love Science Festival dat door corona niet in april (zoals gewoonlijk) maar in oktober werd georganiseerd door Visit Brussels en Innoviris in de Brussels Expo. In aanloop van het festival ondersteunde WECOM onderzoeksgroepen die een aanvraag bij Innoviris indienden.

In 2018 startte de centrale doctoraatsbegeleiding een interne PhD Cup op, bestaand uit 3 voorrondes (één per doctoral School) en een finale. Gezien de verwarring t.o.v. de Vlaamse PhD Cup, werd in 2019 de naam aangepast naar ‘Doctoral Derby’. De expertisecel is actief betrokken bij dit initiatief door in de jury te zetelen en de abstracts van de laureaten onder de loep te nemen. Daarnaast organiseert de cel, i.s.m. RTDO (zie ook supra, 6.2), een opleidingstraject voor de deelnemers waarbij ze op een toegankelijke manier hun onderzoek leren presenteren en een populariserend abstract schrijven (47 PhD kandidaten). Op 27 juni vond de finale virtueel plaats tijdens de PhD Day. De 9 resterende kandidaten brachten hun virtuele pitch voor een publiek (150 personen) bestaande uit VUB-collega’s en hun familie, vrienden, ... Deze editie kende met 50 inschrijvingen de meeste deelnemers tot nu toe.

De website http://www.ikhebeenvraag.be biedt het brede publiek de mogelijkheid om vragen te stellen die beantwoord worden door wetenschappers en docenten verbonden aan de verschillende Vlaamse onderzoeksinstellingen. VUB en EhB ondersteunen dit project, maar het project werd even on hold gezet gezien KBIN besloten heeft af te zien van de coördinatie van ‘Ik heb een vraag’. In 2022 zal de coördinatie worden overgenomen door SciMingo, Eos en Technopolis met een andere invulling van het format, gezien er ook veel vraagtekens rezen vanuit de VLIR/VHLORA werkgroep wetenschapscommunicatie over de relevantie en efficiëntie van het platform zoals het er vandaag uit ziet. In 2021 heeft Ohme een tentoonstelling opgezet in Bozar rond wiskunde voor een breed publiek en schoolgaande jeugd. We hebben dit ondersteund door het contact op te zetten tussen Ann Dooms en de vakgroep wiskunde met Ohme. Daarnaast hebben we via enkele Nederlandstalige kanalen de communicatie verspreid.

In het kader van een wandeling op de ‘living campus’ in Etterbeek met toegankelijke wetenschappelijke weetjes, heeft WECOM bijgedragen aan het reactiewerk op de teksten, gericht op een breed publiek.

WECOM is actief betrokken binnen EUTOPIA 2050. Het volgt binnen WP3 de ‘knowledge bazaar’ op en binnen WP7 de ‘EUTOPIA Science Fair’. De science fair werd dit jaar online georganiseerd op 25/02, waarbij een panelgesprek met verschillende onderzoekers van de deelnemende universiteiten aan participeerden. In totaal kreeg dit opgenomen panelgesprek via YouTube 175 views. In 2021 werden enkele voorbereidende stappen genomen voor het organiseren van de Knowledge Bazaar in juni 2022, zoals een samenwerking met VUB Mindblowers, de bevestiging van de deelname van 3 VUB-onderzoekers aan de tentoonstelling, alsook het opzetten van een samenwerking met studenten uit de Communicatiewetenschappen en Agogiek voor het uitdenken van de tentoonstelling en het vertalen van de participerende onderzoeksprojecten en kunstwerken naar een breed publiek.

In 2020 werd het project EUTOPIA TRAIN (SWAFS) ingediend en goedgekeurd (startdatum 1 januari 2021). WECOM is betrokken binnen het werkpakket 3 rond open science. Het neemt hier de taak 3.4 op rond burgerwetenschap. Elke EUTOPIA-partner deed onder begeleiding van VUB een mappingsoefening van CS aan de eigen instelling. De betreffende onderzoekers en onderzoeksgroepen uit deze mapping werden gecontacteerd met een uitnodiging toe te treden tot een community of practice rond citizen science, en vulden ook een survey in. We kwamen een eerste keer samen in oktober 2021, in februari 2022 vindt de eerste training plaats en vanaf maart starten we met peer learning sessies. Daarnaast is VUB ook gestart met het uitdenken van een Citizen Science Contactpunt. We schreven een conceptnota uit rond 4 grote

doelstellingen met betrekking tot citizen science. In tweede instantie gingen we dan te rade bij een klankbordgroep van lokale én internationale experts voor feedback op dit plan, en contacteerden we consultants om dit in 2022 verder uit te werken. Dit plan zal als blauwdruk dienen voor de uitbouw van een ‘Citizen Science Education and Support Service’ binnen EUTOPIA.

Tenslotte onderhoudt WECOM een samenwerking met de dienst Marketing & Communicatie van de VUB (MARCOM). Zo zetelde WECOM in het verleden in de redactieraad van Henri. De coronacrisis plaatste de werking van Henri op een lager pitje, maar er werd intussen overeengekomen dat WECOM opnieuw wordt betrokken bij de komende heropstart. Er komt waarschijnlijk een ander, online, magazine in de plaats van Henri in 2022. Daarnaast neemt WECOM ook deel aan de perscel R&D. Door personeelswissels en hervormingen, heeft de perscel een tijdje stilgelegen, maar intussen is deze werking eind 2021 hervat waarbij de wens werd geëxpliciteerd bij zowel MARCOM als WECOM en R&D om minstens driemaandelijks samen te zitten om opkomende projecten, artikels en thematische dagen te overlopen en afspraken voor concrete acties te maken. Voor interne communicatie zit een R&D-afgevaardigde tweewekelijks samen met MARCOM. Interessante (en meer ad hoc) zaken worden op die manier ook uitgewisseld tussen MARCOM en WECOM. WECOM & MARCOM (persdienst) bieden samen een workshop aan tijdens de jaarlijkse summer school (zie supra). Daarnaast is er op regelmatige basis contact binnen de PR-commissies en perscellen van de faculteiten, en met de verschillende diensten binnen MARCOM (scholenrelaties, interne communicatie, sociale media …). WECOM draagt bij aan de VUB-nieuwssite (VUB Today) die wordt beheerd door MARCOM: alle blogartikels die gepubliceerd worden op wtnschp.be worden ook in een preview-artikel op het platform/de nieuwssite geplaatst. WECOM en MARCOM overleggen regelmatig bij het aanleveren van interessante sprekers voor Universiteit van Vlaanderen. WECOM neemt hierin de lead en onderhoudt het contact met de UvV-medewerkers. Projecten gericht op een breed publiek en jongeren worden standaard gecommuniceerd naar MARCOM via ikhebnieuws@vub.be en rechtstreekse contacten met de verschillende expertisecellen binnen MARCOM. Ook de link tussen R&D Sharepoint en de vernieuwde intranetpagina (weare.vub.be/) wordt nog steeds actief gebruikt.

7.2. Jongeren sensibiliseren voor wetenschap, onderzoek en STEM

Jongeren sensibiliseren voor wetenschap en onderzoek en hun warm maken voor hogere studies blijft een belangrijk aandachtspunt voor het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie. Het verhogen van de instroom binnen de STEMopleidingen (Science Technology Engineering and Mathematics) en het bereiken van meisjes en van jongeren uit een kansarme omgeving vormen binnen deze doelstelling specifieke objectieven. Deze doelstellingen worden nagestreefd door het opzetten van diverse projecten en evenementen gericht naar kinderen, jongeren, organisaties en scholen.

In samenwerking met Technopolis en verschillende partners uit het hoger onderwijs, werd de 13de editie van de populaire roboticawedstrijd ‘Robocup Junior’ voorbereid. Er werd gericht op een deelname van 80 teams en 350 kinderen. Jaarlijks nemen tientallen onderzoekers en docenten deel aan de wedstrijddag als jury. De wedstrijd diende uiteindelijk geannuleerd te worden. Als covid-alternatief voor RCJ werd er eind 2020 gestart met het uitwerken van een alternatief concept ‘Red Robotegem’. Dit was een uitdaging dat werd uitgestuurd naar de 3de graad LO en de 1ste graad SO. Ze zouden elk een maatschappelijk relevante uitdaging opnemen uit de fictieve gemeente Robotegem. Dempsey Hendrickx werd ingezet als burgemeester. In het najaar 2021 werden de eerste voorbereidingen getroffen voor de RoboCup Junior wedstrijd in 2022. WECOM verzorgt o.m. de website, de registraties en de nieuwsbrief voor dit event.

Het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie biedt een aantal online educatieve pakketten aan ter ondersteuning van leerkrachten uit het lager- en secundair onderwijs: Hazagora, het geo-gevarenspel, Luchtruim, Climate Challenge, Kwantum Revolutie & Hoogvliegers. In kader van het citizen science-project ‘Bugs 2 the Rescue’ (zie ook infra) werden in 2021 educatieve pakketten voor het secundair onderwijs (tweede graad) ontwikkeld door MILO, en werden er koffers ontwikkeld die ook los van het lespakket ter beschikking worden gesteld aan burgerwetenschappers. De koffers werden getest door zowel een jeugdkamp van JCW (40 deelnemers in totaal voor 2 workshops) als studenten van de lerarenopleiding van de VUB (3 workshops). WECOM voert de communicatie uit wat dit betreft.

Hoogvliegers is een educatief project met een focus op STEM dat zich richt tot de 3de graad lager onderwijs en de 1ste graad secundair onderwijs. In 2017 en 2018 werden 13 makkelijk instapbare workshops uitgewerkt en aangeboden via een toegankelijke website. Kinderen binnen- en buiten schoolverband konden met het materiaal aan de slag. Daarnaast werden 3 workshops verder uitgewerkt om door VUB studenten, in een klassikale omgeving enerzijds of tijdens een evenement anderzijds, te worden gegeven. Er werd een workshop georganiseerd tijdens de ‘Wetenschapsdagen’. Daarnaast werden er ook workshops voorzien tijdens TAZ 2021 binnen ‘Kinderuniversiteit on Tour’ (zie infra).

De Physics Masterclasses, zijn jaarlijkse CERN Physics Masterclasses voor jongeren met een interesse voor (kwantum) fysica. In 37 verschillende landen zakken 10.000 leerlingen af naar de universiteit in hun buurt om zich een dag lang te verdiepen in de kwantumfysica. Deze zijn gericht op jongeren uit de 3de graad in een buitenschoolse context. Dit maakt deel uit van het CERN outreach programma en wordt binnen VUB gestuurd door prof. Freya Bleckman. Lezingen door fysicaprofessoren leiden de deelnemers in de onderwerpen en methodes van de deeltjesfysica. Onderzoekers van de

vakgroep Fysica aan VUB organiseerden in februari 2 workshops voor jongeren uit de 3de graad secundair onderwijs (in totaal 29 deelnemers). De workshop voorzien in april werd geannuleerd als het gevolg van de coronacrisis. Daarnaast organiseren we met WECOM ook de IceCube masterclass (21/04 - 17 deelnemers) i.s.m. ULB in kader van het IceCube onderzoeksprogramma.

Jaarlijks organiseert WECOM in samenwerking met JCW twee edities van de ‘Wetenschapsdagen’ voor kinderen van 8 tot 12 jaar. Tijdens deze kampen ontdekken de kinderen wetenschap en onderzoek aan de hand van een vooraf vastgelegd thema. De editie in de paasvakantie werd als gevolg van de Coronacrisis afgezegd. De Tweede editie in juli kon doorgaan. 4 begeleiders van JCW en 20 kinderen namen deel.

De VUB Kinderuniversiteit werd in 2018 ontwikkeld van een concept tot een succesvol pilootproject. VUB Kinderuniversiteit richt zich tot de 3de graad van het Nederlandstalig lager onderwijs binnen Brussel. Door ons in de eerste plaats te richten op deze afgebakende doelgroep willen we leerkrachten lager onderwijs ondersteunen en bereiken we kinderen uit een grootstedelijke context. VUB Kinderuniversiteit voorziet in de nodige begeleiding van de onderzoeker door het aanbieden van een inleidende sessie, een workshop voorzien door externen, een feedbacksessie en directe opvolging van de onderzoeker door de projectcoördinator. In 2021 hebben we de campusdag in mei niet fysiek kunnen laten doorgaan door de coronamaatregelen, maar hebben we een digitaal alternatief ontwikkeld in de vorm van een digitale ontmoetingsweek (21/6 – 25/6) waarbij een klas via een online ontmoetingsmoment met één van onze onderzoekers in gesprek gaan over het klimaat, archeologie etc. In totaal namen 236 kinderen en 8 VUB onderzoekers deel. Daarnaast werd er een digitale bibliotheek ontwikkeld van de Kinderuniversiteit waarbij ondertussen 3 concrete lespakketten werden uitgewerkt met bijhorende begeleidende filmpjes, waarmee leerkrachten aan de slag kunnen gaan. Deze werden ook ter beschikking gesteld via Klascement. Totaal bereik voor deze digitale lespakketten: 1368 bezoekers via Klascement; 325 effectief gebruik van één van de lespakketten; 2153 unieke bezoekers op de website en gemiddeld 116 YouTube views per filmpje van de drie aangeboden digitale lespakketten.

De najaar workshops gingen wel fysiek door in november 2021. Tijdens een interactieve workshop, gegeven door een onderzoeker, maken kinderen kennis met verschillende wetenschappelijke disciplines, op school of op de VUBcampus. In totaal gingen er 18 workshops door, waaraan 18 verschillende Brusselse lagere scholen en in totaal 335 lagereschoolkinderen hebben deelgenomen. Onderzoekers die deze workshops hebben gegeven hebben een opleidingstraject gevolgd, georganiseerd door WECOM: een basistraining (februari – 10 onderzoekers), een feedbackmoment voor de digitale ontmoetingsweek (maart – 7 onderzoekers), twee feedbackmomenten voor de najaar workshops (augustus en september – 8 onderzoekers) en de opstart van de basistraining voor de VUB-kinderuniversiteit voor 2022 (december – 12 onderzoekers). Voor dit project kan WECOM deels rekenen op de steun van het Fonds Immobel.

In het kader van het curatorschap van onze Rector voor Theater aan Zee (TAZ), organiseerde WECOM diverse activiteiten binnen het programma om kinderen tussen 5-12 jaar uit een kansarme woonwijk in Oostende kennis te leren maken met wetenschap. Zo werd er een ‘Kinderuniversiteit on Tour’ georganiseerd (3 zaterdagen in juli/augustus) waarbij er zo’n 400 kinderen in totaal werden bereikt. Daarnaast werd er tijdens TAZ ook wetenschapsboxen werden uitgedeeld (zie supra) en een programmeerweek georganiseerd rond robotica en de RoboCup Junior opdracht ‘on stage’ i.s.m. Mu Zee Um en Vives. 14 kinderen van 10 tot 14 jaar leerden er over robotica en bouwden en programmeerden een eigen robot met als doel een optreden in elkaar te steken. Deze activiteit legt een duidelijke link tussen kunst en wetenschap (STEAM).

De faculteit IR ontwikkelde in 2020 i.sm. WECOM een wetenschapsshow rond de verschillende domeinen van ingenieurswetenschappen. Met als thema ‘festival’ worden de ingenieurswetenschappen en STEM gelinkt aan het dagelijkse leven en de leefwereld van de jongeren. De doelgroep van dit initiatief vormen de 2de en 3de graad SO. Het doel was om de wetenschapsshow in 2020 te ontwikkelen en in 2021 aan te bieden. Hoewel het concept volledig ontwikkeld was, kon de show in 2021 niet aangeboden worden door de coronacrisis. Er werd een alternatief online concept uitgebouwd i.s.m. de faculteit IR rond 3 Q&A sessies gelinkt aan fake news en het belang van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek en aangeboden aan de 3de graad SO. Deelnemende onderzoeksgroepen zijn HYDR, ETRO, B-Phot en Brubotics. WECOM ondersteunde door deel te nemen aan het overleg (uittekenen format, feedback, ...); het opzetten van een website en registratietool (www.wetenschapsshow.be) en de communicatie naar de doelgroep. In totaal werden er 6 sessies georganiseerd en namen er 202 leerlingen, 8 leerkrachten en 6 onderzoekers deel.

In 2017 werd een STEM steunpunt binnen de UAB opgericht om samen met leerkrachten het interdisciplinaire STEMonderwijs verder ontwikkelen en/of implementeren. Het beoogt o.a. STEM-gerichte professionalisering van de leerkrachten van STEM-vakken. Vanuit WECOM is er een afgevaardigde in de stuurgroep. De stuurgroep was in 2021 minder actief en is momenteel op zoek naar een nieuwe voorzitter. In 2022 zal het STEM steunpunt op regelmatigere momenten samenkomen.

7.3. Participatief & maatschappij gestuurd onderzoek

WECOM stuurt een reeks van projecten gelinkt aan participatief en maatschappelijk relevant onderzoek. De Internationale term hiervoor is CERL (community engaged research & learning).

Als coördinator van de Wetenschapswinkel is de Expertisecel Wetenschapscommunicatie Brussel ook in 2021 een belangrijke facilitator geweest van maatschappelijk verantwoord onderzoek aan de VUB. In 2021 werkten 20 studenten hun masterproef af o.b.v. een onderwerp uit de Wetenschapswinkel-databank, en leverden 20 studententeams een onderzoeksrapport in. Daarnaast zijn er nog 31 bachelor- of masterproeven en 4 projecten binnen het curriculum lopende. Dit maakt dat er in 2021 zo’n 175 studenten werkten op topics van de Wetenschapswinkel.

Bij deze studentenonderzoeken waren in 2021 een 40-tal VUB-onderzoekers en/of -docenten betrokken als promotor of begeleider, vaak bij meerdere projecten tegelijk. Ook gingen een 45-tal collega’s in op onze uitnodiging zich kandidaat te stellen als promotor voor nieuwe en nog beschikbare onderwerpen uit onze databank (een deel van hen hoort ook bij de eerstgenoemde 40 en vond de ervaring dus zeker voor herhaling vatbaar). In 2021 werkten onze studenten en onze onderzoekers/docenten samen met maar liefst 39 van onze partnerorganisaties (soms voor meerdere onderzoeken). Binnen het netwerk zorgde de VUB-Wetenschapswinkel samen met de collega’s van de Wetenschapswinkels van de KU Leuven en de UAntwerpen in 2021 voor de aansluiting van maar liefst 35 nieuwe partnerorganisaties die de weg naar de Wetenschapswinkel vonden.

Om het Wetenschapswinkelconcept verder uit te dragen neemt de expertisecel deel aan verschillende thesisbeurzen en stelt het regelmatig de werking voor aan vak- en onderzoeksgroepen. In 2020 werd het project ook nog eens voorgesteld op de VLIR-werkgroep Wetenschapscommunicatie en met succes. UAntwerpen is sinds aanvang partner binnen het project, en sinds 2021 ging de samenwerking met de KU Leuven binnen het Wetenschapswinkelnetwerk officieel van start en stapte ook de UGent in een testfase. De stichtende leden gaven samen een videopresentatie over de Wetenschapswinkel tijdens de online Living Knowledge conferentie in juni.

In 2017 werd met de ASP2030 projecten Community Based University (CBU) en UNIVER.CITY ingezet op en de verdere uitrol van community engaged research (& Learning) en specifiek de Wetenschapswinkel. UNIVER.CITY werd verlengd in 2021 en is een initiatief van de VUB dat inzet op maatschappij betrokken en toekomstgericht onderwijs en onderzoek door grootstedelijke partnerschappen, contexten en dynamieken te introduceren in onze opleidingen én onderzoeksprojecten. Dit laatste dient nog meer geconcretiseerd te worden, vandaar dat R&D/WECOM een halftijdse medewerker heeft aangesteld om dit te verwezenlijken binnen UNIVER.CITY. In 2021 werd er een Summer school op de USquare-site georganiseerd (13-17 september) om het potentieel van ‘in-between places’ in Brussel te exploreren. In totaal namen 109 personen deel.

In 2019 werd binnen Erasmus+ een projectvoorstel ingediend en binnengehaald onder de noemer CIRCLET. Dit bouwt verder op het werk en de expertise opgedaan binnen UNIVER.CITY en CBU en focust op het inbedden van CERL in de modules van onderzoekers en docenten, dit versterkt door het gebruik van educatie methodieken. Via een lerend netwerk, ondersteunen en inspireren docenten en onderzoekers (15 deelnemers in totaal vanuit VUB) elkaar om Community Engaged Research & Learning (CERL) praktijken aan de VUB verder te verankeren. Gedurende 2 sessies per semester wordt op een horizontale manier uitgewisseld over conceptuele, methodologische, strategische en praktische aspecten van CERL.

In 2021 ging het Erasmus+ project SHEFCE van start. Dit is een project waarbij een reflectie wordt gemaakt over CERLactiviteiten aan de verschillende instellingen van het consortium en op het niveau van lokaal beleid. In 2021 werd een mapping-oefening gemaakt van alle CERL-activiteitein binnen VUB op basis van de TEFCE Toolbox. Dit framework kan door hoge onderwijsinstellingen ingezet worden voor zelfreflectie en zelfevaluatie rond community engagement. Daarnaast werd er voorbereidend werk geleverd voor de oplevering van een peer learning visit (maart 2022) en het uitschrijven van een actieplan om CERL beter in te bedden in het VUB-beleid.

WECOM zet in op ‘burgerwetenschap’. Enerzijds door effectief deel te nemen aan projectoproepen rond burgerwetenschap. Anderzijds door kennis rond dit type onderzoek en de vereiste communicatie, te vergaren, met als doel de onderzoek gemeenschap van VUB in de nabije toekomst te kunnen ondersteunen.

Binnen het eerste luik nam WECOM in 2021 actief deel aan het citizen science project ‘Bugs 2 the Rescue’ in samenwerking met BIO en MILO. Dit project focust op de biologische controle van exotische waterplanten. WECOM verzorgt de communicatie voor dit project, o.m. door de workshops en de koffers te promoten en mee te organiseren (zie ook supra).

Ook in 2021 werd actief werk gemaakt van het verzamelen van kennis rond burgerwetenschap en werd gestart met een ‘mapping’ van de bestaande initiatieven en kennis rond het topic. Dit ter voorbereiding van een ondersteuningsaanbod citizen science gericht op de onderzoek gemeenschap (citizen science contactpunt). Daarnaast is er contact met het Vlaamse kenniscentrum rond burgerwetenschap, Scivil en werd er deelgenomen aan 4 virtuele conferenties rond het topic (common challenges in Citizen Science; Starting with Citizen Science; Citizen Science Data; Communication in Citizen Science) en aan een brainstormoefening van RVO Society rond citizen science.

7.4. Ondersteuning van de academische gemeenschap

Binnen de instelling heeft het Expertisecentrum ook dit jaar het nut en belang van wetenschapscommunicatie verder bekend gemaakt. Dit niet alleen door te sensibiliseren binnen de onderzoekgemeenschap, maar ook door hen nog meer in hun maatschappelijke dienstverlening te ondersteunen.

In 2020 werd de interne communicatie volledig onder de loep genomen. Het doel bestaat erin de werking van WECOM beter kenbaar te maken en WECOM als dienst beter vindbaar te maken. Dit resulteerde in een communicatieplan dat in 2021 gedeeltelijk werd uitgerold, maar door personeel wissels en langdurige afwezigheden voornamelijk naar 2022 werd opgeschoven.

In 2013 startte het Expertisecentrum samen met de centrale doctoraatsbegeleiding de eerste interassociatieve summerschool over wetenschapscommunicatie ‘Zeg’t eens’ op de campus van de VUB, met de nieuwe naam ‘Let’s Talk Science’. Sindsdien wordt deze summerschool jaarlijks georganiseerd. In juli 2021 diende het format wederom omgegooid te worden als gevolg van de Coronacrisis. Gezien de nood aan opleidingen werd beslist om de summer school niet te annuleren en om te zetten in een 100% digitale editie. 110 VUB PhD-kandidaten namen deel. Ze konden elk deelnemen aan de plenaire sessie en 2 workshops selecteren uit een aanbod van een 30-tal workshops.

Naast deze summerschool, is het doel om vanaf 2020 op regelmatige basis trainingen aan te bieden door een wetenschapscommunicator. Hiervoor werd in 2019 een profiel aangetrokken die naast het beheren van projecten, trainingen rond wetenschapscommunicatie kan aanbieden. Naast de summer school biedt WECOM diverse workshops aan, al dan niet binnen het kader van een project:

- In 2020 werd een workshop ontwikkeld rond het schrijven van populairwetenschappelijke abstracts (zie supra). Deze werd viermaal aangeboden binnen de ‘Doctoral Derby’ (47 deelnemers)

- Een workshop rond populairwetenschappelijk schrijven werd ontwikkeld en georganiseerd voor masterstudenten (10 deelnemers), voor VUB-onderzoekers (10 voor de Engelstalige workshop en 6 voor de Nederlandstalige workshop. Daarnaast werd ook een Nederlandstalige teaser workshop georganiseerd voor VUB-onderzoekers (10 deelnemers).

- Binnen VUB Kinderuniversiteit worden de deelnemers enerzijds begeleid door de projectcoördinator en kunnen ze anderzijds deelnemen aan een infosessie, een workshop en een feedbacksessie (zie supra) o Een basistraining (februari – 10 onderzoekers), een feedbackmoment rondom de digitale ontmoetingsweek (maart – 7 onderzoekers), twee feedbackmomenten voor de najaar workshops (augustus en september – 8 onderzoekers) en de opstart van de basistraining voor de VUB-kinderuniversiteit voor 2022 (december – 12 onderzoekers).

- Voor de lancering van de ‘community of practice’ rond citizen science nodigden we de onderzoekers van de EUTOPIA-partneruniversiteiten uit voor een workshop geleid door Stickydot. Doelen: 1) Strengthening the community of practice by allowing participants to get to know each other; 2) Sharing and learning from participants’ good practices on citizen science; 3) Building on existing survey outcomes to further detail common needs and challenges. Er namen 20 deelnemers deel.

- In het kader van de OpenMR Virtual conference on science communication gaf een teamlid een lezing over het belang van wetenschapscommunicatie en hoe universiteiten hierin ondersteunend kunnen zijn (50 deelnemers).

- In het kader van het Erasmus+ project ENTtRANCE werd een e-handbook ontwikkeld en aangeboden: ‘How to embed Community Engaged Research and Learning into your institution’

- In het kader van het Erasmus+ project CIRCLET, werden er leergemeenschappen opgezet (zie ook supra).

Via de populairwetenschappelijke blog www.wtnschp.be krijgen onderzoekers persoonlijke coaching bij het schrijven van een populairwetenschappelijk artikel. Binnen dit online platform werd ook de www.community.wtnschp.be opgericht. Community.wtnschp.be fungeert als community luik van wtnschp.be. Onderzoekers en docenten kunnen hier terecht voor tips & tricks over wetenschapscommunicatie. Daarnaast vormt het sinds 2017 een kanaal waar interne en externe oproepen worden verzameld. In 2022 zal deze informatie beter ingebed worden in de VUB-infrastructuur gelinkt aan de VUB-kanalen (VUB Sharepoint).

Het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie presenteert - op vraag van de vakgroepen en interne diensten – regelmatig haar werking. Hiervoor werd in 2020 een kennisclip opgenomen die ook in 2021 nog wordt gebruikt en getoond tijdens de PhD-introdag, de postdoc community meeting en op vraag van faculteiten/vakgroepen/ onderzoeksgroepen.

In (bijna) alle facultaire PR-meetings zetelt een lid van het Expertisecentrum. Dit is een extra kanaal voor bekendheid van eigen projecten in de faculteiten, maar ook om linken te zoeken tussen bestaande initiatieven in faculteiten of andere centrale diensten. Enkele faculteiten hebben daarnaast ook een perscel ingericht. Tijdens deze perscel worden interessante onderzoeksbevindingen en afgesloten doctoraten onder de loep genomen i.s.m. de persdienst van VUB. WECOM ondersteunt de onderzoek gemeenschap door actief in te zetten op enkele prijzen gericht op

onderzoek(scommunicatie), met name de KVAB Wetenschaps-communicatieprijs, de EOS Pipetprijs en de New Scientist Award.

Om een optimale dienstverlening naar onderzoekers te kunnen garanderen, is een regelmatige bijschaving van kennis van hedendaagse technieken noodzakelijk. In het kader van de eigen professionalisering werd binnen het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie deelgenomen aan een aantal conferenties, workshops en opleidingstrajecten:

- Wegwijs Google Analytics

- Adobe Indesign cursus

- Cameratechnieken: Filmen met smartphone of tablet

- EUCU.net meeting (Uitwisseling kennis en best practices binnen het European Children’s Universities Network)

- Vakconferentie Wetenschapscommunicatie

- Common Challenges in Citizen Science

- Starting with Citizen Science

- Citizen Science Data

- Supporting Citizen Science

- Webinar ‘communicating science to nonscientists’

Ook in 2021 werd er actief ingezet op de ondersteuning van de FWO predoc- en FWO postdocdossiers. Een template met mogelijke acties m.b.t. outreach die in 2020 werd uitgeschreven, wordt nog steeds aangeboden. Al de dossiers werden gescreend door een medewerker van WECOM. Suggesties werden via het Research & Grant Office aan de aspiranten bezorgd.

Ter vervanging van het interassociatieoverleg (IAO) werd in het hernieuwde convenant een nieuwe overlegstructuur opgenomen. Onder VLIR/VLHORA komen 5 vertegenwoordigers van de universiteiten en 5 vertegenwoordigers van de hogescholen op regelmatige basis samen om de bepalingen in het convenant op te volgen en kennisdeling te bevorderen. Op initiatief van de werkgroep werd een LinkedIngroep aangemaakt waarbinnen de wetenschapscommunicatiemedewerkers binnen de verschillende instellingen werden uitgenodigd. Het doel is elkaar beter te leren kennen en de drempel tot samenwerking te verlagen en sinds eind 2021 deelt elke instelling een interessante post op regelmatige basis.

Binnen de schoot van de werkgroep worden ook ad hoc werkgroepen opgericht. Zo startte in 2021 een VLIRwerkgroep die zich focust op het DNA van de universiteit van de 21ste eeuw, waarbinnen ook het domein wetenschapscommunicatie wordt aangeraakt. VUB is binnen deze werkgroep vertegenwoordigd via Ann Van Driessche (MARCOM). De coördinator van WECOM houdt regelmatig contact met Ann Van Driessche om af te stemmen.

Daarnaast zetelt WECOM in de klankbordgroep rond wetenschapscommunicatie van het FWO en worden we betrokken bij overlegmomenten met belangrijke actoren binnen het Vlaamse wetenschapscommunicatielandschap, gewoonlijk via uitnodiging via de VLIR/VHLORA werkgroep wetenschapscommunicatie (bv. Technopolis).

8. EU BELEID EN RESULTATEN

In 2021 heeft het European Liaison Office team (ELO) van R&D verder ingezet op haar kerntaken, nl.

• Beleidsanalyse en beleidsvorming op Europees, Vlaams, Brussels en VUB niveau

• “Funding intelligence”, dwz de proactieve promotie van opportuniteiten bij de vorsers en en onderzoeksgroepen

• Onderzoekers aanmoedigen en voorbereiden op de indiening en verdediging van fundamentele onderzoeksprojectvoorstellen (inclusief proof-reading en organiseren van mock-interviews)

• Kwalitatieve projectbegeleiding met impact (pre- en post-award).

Specifieke accenten werden in 2021 gelegd op:

• De evaluatie en verfijning van de nieuwe methodiek van een grootschalige Marie Curie Postdoctoral Fellowship (MSCA PF) campagne om buitenlandse vorsers naar de VUB te trekken. De 2020-2021 aanpak heeft meer interesse en abstracts van VUB onderzoekers opgeleverd dan de 2019 campagne, en de profielen van externe postdocs waren in 2021 beter dan in 2020.

• Het verlenen van advies aan vorsers inzake de nieuwe kenmerken van de MSCA oproepen (Green Charter, guideline on supervision, impact)

• Het verlenen van advies aan vorsers inzake de impact van de Covid-19 pandemie op hun Europese onderzoeksprojecten (een aantal aanvragen voor verlenging en bijkomende financering voor MSCA-IF)

• De continue promotie van financieringsopportuniteiten voor fundamenteel onderzoek bij de VUB gemeenschap, met oa

o Voorstellen van onderzoekopportuniteiten uit Horizon Europe 1ste pilaar en EUTOPIA oproepen (o.a. Presentatie op uitnodiging van de Faculteit Letteren, maandelijkse input aan UMCOR)

o Voorstellen van de ELO diensten en EU opportuniteiten voor onderzoek tijdens infosessies voor PhDs en postdocs

o 6 videos over nieuwe elementen van Horizon Europe (inleiding, open science, ethiek, gender, ERC, MSCA)

• De versterking van ELO’s deelname aan onderzoeksgerelateerde taken van de EUTOPIA alliantie, inclusief lancering en beheer van de eerste EUTOPIA Science & Innovation Fellowship oproep (20 fellows inclusief 2 postdocs aan de VUB, in september 2021 gestart), lancering en beheer van de EUTOPIA Young Leaders Academy (20 fellows inclusief 4 VUB vorsers, in september 2021 gestart), bijdragen aan de vormgeving van de GLENN offices (benchmark tussen de 6 oorspronkelijke partners, MSCA matching services, focusgroepen rond ERC/MSCA, identificatie en gemeenschappelijke promotie van bilaterale onderzoeksopportuniteiten inclusief 2 WEAVE voorstellen tussen U. Ljubljana en VUB), bijdrage aan het schrijven van een MSCA doctoral COFUND projectvoorstel (leiding Cergy Université, deadline 10 februari 2022)

Nieuwe diensten en initiatieven werden in 2021 door de 4 European Liaison Office teamleden ontwikkeld en getest, meer bepaald

• Proactieve benadering potentiële ERC profielen (scouting), o.a. op basis van analyse interne documenten en identificatie door Research & Grant Officers

• het organiseren van live infosessies met inspirerende getuigenissen onderzoekers met interesse in ERC

• Het uitbreiden van de ERC ondersteuning dmv een externe grafische ontwerper

• Individuele MSCA-PF inleidingsessies met elke postdoc kandidaat en ZAP supervisor, om de context van de oproep te schetsen en de wederzijdse verwachtingen af te lijnen

• Individuele MSCA-DN (doctoral network) inleidingsessies met alle leden van een consortium om de context van de oproep, de planning en respectievelijke rollen te verduidelijken

• Research Infrastructure oproepen: pre-screening van het Horizon Europe werkprogramma 2021-2022 (samen met RIDM voor Open Science opportuniteiten), identificatie en communciatie van topics die relevant kunnen zijn voor ondeezoekers of voor centrale diensten (bv wetenschapscommunicatie en citizen science, ethiek, open science), strategische benadering van EBRAINS project met het aanduiden van een VUB SPOC die regelmatig overleg pleegt met R&D en andere stakeholders (samen met de RGO’s voor de FWO IRI oproep)

• Samen met de RGO’s, piloot om onderzoeksgroepen te adviseren bij de ontwikkeling van hun fundamenteel onderzoeksfinancieringstrategie. Een eerste onderzoeksgroep heeft het volledig traject gevolgd, twee andere groepen zullen in 202 deelnemen.

In 2021 heeft de VUB meer Horizon 2020 projecten binnengehaald (42) dan in het vorig succesjaar 2020 (38), goed voor ca. 25 miljoen € aan Europese subsidies. Met 202 projecten, goed voor 105,9 miljoen €, blijft de VUB de nummer één Brusselse organisatie in H2020.

Wat betreft de 1ste pilaar “Excellent science” (voornaamste focus van ELO) werd het ERC succes van 2020 niet herhaald maar de indieningen stegen voor zo goed als alle schema’s. Gezien het uitstel van de oproepen mochten we nog niet alle resultaten ontvangen. Bij de MSCA IF call was de interesse groot met 14 indieningen waarvan 1 weerhouden. De 2021 PF call haalde 17 aanvragen, DN oproep mocht 34 aanvragen van VUB kandidaten ontvangen, de resultaten worden bekendgemaakt aan het einde van het eerste kwartaal van 2022. Sinds enkele jaren doet de VUB het ook goed met DG JUST projectaanvragen, in 2021 zijn twee nieuwe projecten gefinanicerd.

Op kwalitatief niveau

• Voor de ERC: de kandidatenlijst werd aangevuld met junior Starting Grant profielen, eerste aanvraag OZR ERC schrijfmandaat, verdere informatiecampagne in 2022 om AdG kandidaten te stimuleren.

• Voor de MSCA-PF 2021 oproep, hogere externe visibiliteit van VUB onderzoeksgroepen en projectideeën van ZAP-leden (meer dan 100 profielen op de VUB website). De MSCA partner matching werd aan EUTOPIA partners voorgesteld om samenwerking tussen de 6 partners te stimuleren. Een piloot werd in 2021 geïmplementeerd, met beperkte resultaten (weinig postdocs/supervisors tussen 2 partners).De 1ste EUTOPIA SIF oproep is succesful gerealiseerd en een 2de oproep is gelanceerd.

• Wat betreft EUTOPIA GLENN onderzoeksactiviteiten zijn er veel inspanningen geleverd maar nog weinig concrete resultaten bereikt. Een beter aflijning tussen de strategische visie/prioriteiten en de operationele aanpak en outcomes wordt beoogd.

9. RAPPORTERING BINNENGEHAALDE ONDERZOEKSMIDDELEN: OVERZICHTSTABELLEN

Hieronder volgen de financiële en personele middelen voor onderzoek, exclusief de inkomsten uit dienstbetoonactiviteiten en valorisatie. Deze worden vermeld in het jaarverslag Innovatie- en Valorisatieraad. Ook de inkomsten van het VIB, bestemd voor de departementen van VIB die op de VUB zijn gelokaliseerd, zijn niet in de tabellen opgenomen.

9.1. Personele Middelen

Voor personele middelen verwijzen wij naar het jaarverslag personeel 2021.

9.2. Financiële

Middelen

Hieronder volgen de financiële middelen voor onderzoek, exclusief de inkomsten uit dienstbetoonactiviteiten en valorisatie. Deze worden vermeld in het jaarverslag Innovatie- en Valorisatieraad. Ook de inkomsten van het VIB bestemd voor de departementen van VIB die op de VUB zijn gelokaliseerd, zijn niet in de tabellen opgenomen. Voor IMEC zijn de inkomsten van het geassocieerde laboratorium niet opgenomen.

9.2.1. Eerste geldstroom, financieel

Definitie: eigen onderzoeksmiddelen, toegekend via de Onderzoeksraad (inclusief BOF)

Centrale allocatie van middelen voor onderzoek per projectsoort Cijfers uitgedrukt in EUR

Opvangmandaten toegekend via de Onderzoeksraad

Totaal toegewezen opvangmandaten per discipline

BOF-projectfinanciering

OZR/BOF: exclusief de investeringskredieten voor Zware Wetenschappelijke Apparatuur

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

Begroting DEFISCALISERING 2020 - beschikbaar in 2021

9.2.2. Tweede geldstroom, financieel

Definitie: Overheidsmiddelen voor Fundamenteel Onderzoek

FWO EOS

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

FWO SAB

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

(inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Fonds voor Wetenschappelijke Onderzoek (FWO)-Vlaanderen

FWO-mandaten 2021-2022 (mandaathouders in functie 1/10/2021 of 1/11/2021) Wetenschapsdiscipline

Cijfers uitgedrukt

Geneeskunde (inclusief tandheelkunde)

en toegepaste scheikunde

ASP: Aspirant, PDO: Postdoctoraal Onderzoeker, FWOSB: Strategische Onderzoeksbeurzen, Pegasus2: MSCA Fellowship FWO, FKM: Fundamenteel Klinisch Mandaat, KLDB: Klinische Doctoraatsbeurs, BZDB: Bijzondere Doctoraatsbeurs.

FWO-projecten (FWO, FWOTM, FWOSB, FGWO, IIKW, Nationale Loterij)

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

bibliotheek- en archiefwetenschappen)

* De slaagkans op basis van aantal projecten bedraagt 19,2% voor VUB (op basis van junior, senior, en WEAVE projecten FWO lead; incl. die projecten waar VUB co-promotor is). De opdeling in reguliere projecten is 13/57 voor junior projecten en 19/110. Er zijn geen additionele projecten toegekend aan VUB binnen het WEAVE kader waarbij FWO de rol van partner opneemt.

FWO Apparatuurkredieten (voormalig Hercules)

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

Totaal tweede geldstroom, projecten, financieel

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

9.2.3. Derde geldstroom, financieel

Definitie: Overheidsmiddelen voor Basis- en Toegepast Onderzoek (inclusief beleidsvoorbereidend onderzoek en impulsprogramma’s) – Overheidsmiddelen ter financiering van interuniversitaire en internationale wetenschappelijke samenwerking.

Ministeries Federale Overheid

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

Letteren (inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Andere internationale instellingen

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline Cijfers uitgedrukt in EUR

Diverse stichtingen en fondsen met wetenschappelijk oogmerk

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline Cijfers uitgedrukt in EUR WETENSCHAPSDISCIPLINE

wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

Letteren (inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie

Pedagogische wetenschappen en didactiek

Ministeries Vlaamse Overheid Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

Letteren (inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Europese Unie (EU)

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

(inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Brussels Hoofdstedelijke Gewest

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

WETENSCHAPSDISCIPLINE

en aardrijkskunde

ruimtelijke ordening en stedebouw

(inclusief tandheelkunde)

Historische wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

Letteren (inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

VLAIO - projecten

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

(inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Kinesitherapie

Industrieel Onderzoeksfonds (IOF)

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per discipline

Totaal derde geldstroom, financieel

Geneeskunde (inclusief tandheelkunde)

wetenschappen (inclusief kunstgeschiedenis)

en communicatietechnologie

Letteren (inclusief informatie, documentatie, bibliotheek- en archiefwetenschappen)

Kinesitherapie

9.2.4. Vierde geldstroom, financieel

Definitie: inkomsten uit samenwerking met de privé-sector, inclusief dienstverlening.

Inkomsten uit dienstbetoonactiviteiten en valorisatie worden vermeld in het jaarverslag Innovatie- en Valorisatieraad. Inkomsten van het VIB, bestemd voor de departementen van VIB die op de VUB zijn gelokaliseerd, zijn niet in de tabellen opgenomen.

9.2.5. Totaal geldstromen, financieel

Hierna volgen de overzichtstabellen van het totaal aandeel onderzoeksmiddelen, enerzijds uitgedrukt per financieringsgroep en anderzijds per wetenschapsdiscipline. De tabellen vermelden de onderzoekskredieten en –mandaten die werden toegekend aan de VUB exclusief de mandaten van het FWO-Vlaanderen.

9.2.5. Totaal geldstromen, financieel

Hierna volgen de overzichtstabellen van het totaal aandeel onderzoeksmiddelen, enerzijds uitgedrukt per financieringsgroep en anderzijds per wetenschapsdiscipline. De tabellen vermelden de onderzoekskredieten en –mandaten

Totaal toegewezen middelen voor onderzoek per financieringsgroep

Brondata= Dashboard Factsheet Onderwijs geraadpleegd 15/11/2021

10.2. Het aantal doctoraatsproefschriften in voorbereiding, evolutie 2017-2018 tem 2020-2021 (inclusief verdedigde doctoraten)

studieprogramma niet ingericht in academiejaar Brondata= Dashboard Factsheet Onderwijs geraadpleegd

10.3. Joint PhD contracten

Tabel: Aantal afgesloten joint phd contracten in 2021

Tabel: Aantal succesvol verdedigde joint phds in 2020

10.4. Publicatie-output

WoS en VABB publicatietellingen

WoS SCIE-, SSCI- en AHCI-publicaties 2020 per categorie (gevalideerd in 2021) aantal Aantal SCIE- en SSCI-publicaties

(document types Article, Letter, Note, Review): 2040 Aantal AHCI-publicaties

(document types Article, Letter, Note, Review, excl. SCIE- and SSCI-overlap): 7 Aantal CPCI-S en CPCI-SSH publicaties

(document types Article, Letter, Note, Review, Proceedings paper, excl. SCIE-, SSCI- & AHCI-overlap):

VABB-SHW XI publicaties 2019, niet in WoS, per categorie (gevalideerd in 2021)

artikelen in tijdschriften

WoS publicaties per indexjaar

Indexjaar

Aandeel in definitief aantal publicaties t.g.v. bijvalideringen in nazichtsronde 2021 (2019 tevens aangevuld in vorige nazichtsronde 2020; 2020 kan nog verder worden aangevuld in nazichtsronde 2022)

VABB-SHW X publicaties, niet in WoS, per publicatiejaar Publicatiejaar Artikelen in tijdschriften Boeken als auteur Boeken als editor Hoofdstukken in boeken Bijdragen in

I. Samenvatting

Ook in 2021 is COVID-19 niet van de agenda verdwenen en de impact hiervan op de universiteit was aanzienlijk. De organisatie van het onderwijs en het onderzoek moest nog steeds gebeuren met de inachtname van de overheidsrichtlijnen, studenten en personeel pasten zich evenwel aan en trokken lessen uit het voorgaande jaar.

Reeds in 2020 stelden we vast dat het toegepast onderzoek en de valorisatie-activiteiten vrij goed bestand bleken tegen de vele beperkende maatregelen die de overheid moest opleggen om de pandemie onder controle te krijgen. Dat blijkt niet anders te zijn in 2021 gezien de onderzoekers van de VUB er in geslaagd zijn zeer actief te werken aan kwalitatief hoogstaande projectaanvragen en valorisatiedossiers, zoals mag blijken uit de resultaten die verder in dit verslag worden toegelicht.

Opnieuw mochten er door TechTransfer meer dossiers ondersteund en verwerkt worden en de kwantitatieve resultaten tonen dat ook 2021 een erg vruchtbaar jaar was ondanks de corona-onzekerheden.

De inzet en flexibiliteit die onderzoekers en het ondersteunend kader hebben getoond, zijn vertaald in een stijging van de inkomsten op bijna alle posten waarover dit verslag handelt. Dat is bijzonder fijn en hoopvol voor een toekomst waarin COVID-19 niet lang meer het prioritaire onderwerp zal zijn.

Voorliggend verslag van het Vicerectoraat Innovatie en Valorisatie en van de ondersteunende dienst VUB TechTransfer, is het zevende verslag na de opstart van het vicerectoraat sinds het academiejaar 2015-2016. Met haar industrieel/maatschappelijk gericht onderzoek wil de VUB een reële impactcreatie nastreven en aldus kennis- en technologie transfer en valorisatie-opportuniteiten verder uitbouwen en strategisch implementeren. Door meer middelen te genereren die opnieuw in onderzoek en valorisatie kunnen geïnvesteerd worden, wil de VUB als geheel groeien.

Met deze visie wil de VUB haar positie als één van de belangrijke Vlaamse en Europese universiteiten op het gebied van valorisatie van onderzoek verstevigen en innoverende bijdragen leveren die de samenleving kunnen verbeteren. Samenwerking met bestaande bedrijven, waaronder KMO’s, en creatie van nieuwe economische activiteiten onder de vorm van spin-off’s, blijven de voor de hand liggende manieren om dit te realiseren, maar ook andere vormen van maatschappelijke valorisatie worden geëxploreerd en gestimuleerd.

Samenwerking met de andere Vlaamse universiteiten en onderzoeksinstellingen blijft deel uitmaken van onze missie -net zoals het partnerschap met de ULB. Daarnaast zal de VUB zich ook verder internationaal profileren als een instelling waar innovatie en valorisatie in de cultuur is ingebed.

Dit houdt in dat de onderzoeksgroepen van de universitaire gemeenschap dienen gesensibiliseerd, gemotiveerd en begeleid te worden bij het verwerven van middelen voor strategisch en toegepast onderzoek, met het oog op de opbouw van transfereerbare kennis. De inbedding van de VUB in netwerken is daarbij cruciaal. Zowel onderzoek uit de exacte en toegepaste wetenschappen -inclusief medisch onderzoek- als onderzoek uit de humane en sociale wetenschappen, komen in aanmerking om gevaloriseerd te worden, via de creatie van nieuwe producten, processen of diensten ten gunste van de maatschappij in haar geheel.

In de Reuters top 100 van de meest innovatieve universiteiten in Europa stond de VUB in 2019 op plaats 59 (er worden geen ranking meer gemaakt sinds 2019), een cijfer dat we verder kunnen hanteren om aan te geven dat innovatie een kernopdracht moet blijven.

IOF

Na de externe audit in 2018 en aansluitende vernieuwde aanpak van het VUB Industrieel onderzoeksfonds (ten gevolge van een nieuw ministerieel besluit voor IOF-financiering) kunnen we vaststellen dat het aandeel van de Universitiare Associatie Brussel (VUB en EhB) in de IOF verdeelsleutel jaarlijks stijgt waardoor er ook meer middelen toegekend kunnen worden aan VUB, die het IOF voor het geheel van de UAB beheert. In 2019 werden vervolgens de middelen die beschikbaar gesteld worden voor het globale Vlaamse Industrieel onderzoeksfonds verhoogd met 18 mio€. Dit resulteerde in een significante verhoging van het budget voor VUB. Maar ook de prestaties van de VUB verbeterden tav de andere instellingen. Voor 2021 bedraagt het bedrag toegekend onder IOF 5.317.784 €. Dit komt overeen met 10,17 % in de verdeelsleutel tussen de verschillende associaties t.o.v. 9,79% in 2020.

In 2021 besliste de IOF Raad 3 nieuwe GEAR programma’s (Groups of Expertise of Applied Research) te selecteren voor financiering :

• Artificial Intelligence Lab - AI LAB / DIMA / DATA LAB

• Advanced Software Technologies for Developing Smart, Sustainable and Secure Systems - SOFT

• Artificial Intelligence from bench to bedside in neurology, neurosurgery and psychiatry - NEUR / AIMS

Er werd in 2021 een UPGRADE tot Advanced toegekend aan 1 bestaande GEAR.

Aan 1 nieuw GEAR-programma werd ook een Bonus toegekend.

Tevens werden 7 Proof-of-Concept projecten gesteund.

Valorisatie via industrie en andere maatschappelijke actoren

Het afsluiten van onderzoekscontracten en licentie-overeenkomsten met derden zorgt voor een inkomstenstroom vanuit de industrie en andere maatschappelijke actoren, waarmee tegelijkertijd lange termijn samenwerkingsverbanden kunnen worden uitgebouwd.

De positieve groeicurve die sinds 2011 werd genoteerd werd in 2018 spectaculair overtroffen, met een toename van de inkomsten van 12,2 mio € naar 30,4 miljoen €. De verkoop van Ablynx aandelen via het VIB (overname van het bedrijf door Sanofi) en een upfront betaling van een licentie deal met een belangrijke farma-partner zijn goed voor 17 miljoen éénmalige inkomsten.

Vanaf 2019 moeten de cijfers terug vergeleken worden met de jaren voorheen.

Net zoals in 2020, wordt in 2021 opnieuw groei gerealiseerd, in tegenstelling tot wat verwacht werd tgv. de COVID-crisis die bedrijven noopt tot herstructurering en terugplooiing tot ‘core-business’ waar ‘innovatie- onderzoek’ helaas vaak niet toe wordt gerekend.

De totale middelen uit samenwerkingen met de privésector bedragen ca. 14 miljoen € (een stijging van 1.3 mio € tov 2020).

TechTransfer heeft zich sterk ingezet om VUB-aanwezigheid in alle Vlaamse clusters te verzekeren, omdat hier nieuwe middelen voor samenwerking met de industrie kunnen worden bekomen. Onder de derde geldstroom is TechTransfer actief in de sensibilisering, begeleiding en coaching van projecten in Vlaanderen (VLAIO en FWO-toegepast onderzoek), in Brussel (Innoviris) en in Europa (H2020).

VUB behaalde in 2021 een prima resultaat in de Vlaamse financieringskanalen voor strategisch basisonderzoek van het FWO en het Agentschap Innoveren en Ondernemen, met een totaal toegekend VUB budget van 12.4 mio€ (t.o.v. 10,2 Mio € in 2020).

Voor de toegepaste onderzoeksprojecten in Brussel noteren we in 2021 9 goedgekeurde projecten voor een budget van 2,9 mio € (t.o.v. 4,7 Mio € in 2020). Eén van de verklaringen voor de relatieve terugval is dat Innoviris sommige calls niet meer op dezelfde manier organiseerde als in de voorgaande jaren. De keuze van thema’s in lijn met het Regionaal innovatieplan bepalen ook in grote mate het succes, met name of er voldoende expertise is op VUB om op deze thema’s in te zetten.

Toegepast Europees Onderzoek

De sterke groei die werd ingezet in 2015 door de implementatie van het i-ISO concept bij de ERIS cel van TechTransfer heeft zich doorgezet tot in 2020. Het nieuwe kader-programma HORIZON EUROPE kende evenwel 8 maanden vertraging waardoor het samenviel met het moment waarop de eerste effecten van de coronacrisis zichtbaar werden. Dit had aanvankelijk, zoals verwacht, een negatieve weerslag op de resultaten voor de verworven EU funding. Intussen kon deze evolutie grotendeels worden “omgebogen” waarbij de eerste successen in HORIZON EUROPE werden genoteerd: VUB heeft reeds voor 12,9 miljoen Euro aan middelen gerealiseerd, uitsluitend verworven in HE-Pillar II en HE-Pillar III onder begeleiding van ERIS-TechTransfer. Ondanks deze uitstekende start wordt er verwacht dat de vertraging in de lancering van HORIZON EUROPE zich ook nog in 2022 zal laten voelen.

Ook de successen geboekt met groepen uit de Humane en Sociale Wetenschappen in de toepassingsgerichte oproepen, blijken geen eendagsvliegen te zijn: de mooie resultaten van 2020 werden in 2021 opnieuw behaald en bevestigen de positieve impact van de coachingstrategie.

Intellectuele eigendom

Er werden 41 uitvindingen aangemeld in 2021 voor octrooibescherming, terwijl 22 nieuwe octrooiaanvragen werden ingediend door de VUB.

De totale VUB-octrooiportfolio omvat 180 actieve octrooifamilies. Dit omvat enkel octrooifamilies waarvan VUB (mede-) aanvrager is. Octrooiaanvragen enkel ingediend op naam van derden zijn hierin niet meegeteld, ook al zijn VUB-onderzoekers vermeld als uitvinder op de desbetreffende octrooiaanvragen.

Vandaag beheert de VUB 55 actieve octrooifamilies in volledig eigen beheer. 57 actieve octrooifamilies worden beheerd in samenwerking met VIB; 37 in samenwerking met IMEC. De overige actieve octrooifamilies worden beheerd door of in samenwerking met andere partijen dan de genoemde kennisinstellingen.

In 2021 werden 26 octrooiaanvragen uitgebreid tot de internationale (PCT) fase en 9 internationale octrooiaanvragen werden ingeleid in de nationale fase.

In 2021 werden 8 octrooien toegekend in Europa en/of de Verenigde Staten, waarvan 4 octrooien in volledig eigen beheer.

Licenties en Spin-off bedrijven

Door de oprichting van spin-off bedrijven kan de VUB resultaten van onderzoek maatschappelijk en economisch valoriseren en een return naar de VUB en haar onderzoeksgroepen realiseren.

Er werden in 2021 2 spin-off bedrijven gelanceerd vanuit de VUB: Abscint en Weave.ly waarmee het aantal actieve VUBspin-off’s op 44 komt.

In 2021 werden een nieuwe exclusieve licentieovereenkomst afgesloten met VUB spin-off Weave.ly, 1 “research licence and conditional commercial license” met VUB spin-off Abscint, 7 licentieovereenkomsten afgesloten met bedrijven

binnen Europa en werd de “evaluation & option agreement” met een farmaceutische onderneming omgezet naar een exclusieve licentieovereenkomst

Foundation

De Foundation heeft zich in 2020 snel kunnen aanpassen aan de actualiteit eigen aan de sanitaire crisis door in te spelen De jaarlijkse inkomsten die de Foundation verwierf in 2021, zijn iets lager dan in 2020. Gezien de aanslepende coronacrisis, de afwezigheid van de directeur tijdens een langere periode, en het ontbreken van een fondsenwerver is dit niet onverwacht. Toch werden inkomsten voor meer dan 2,8 miljoen Euro genoteerd (tov 3 miljoen Euro in 2020) waarbij dient opgemerkt te worden dat een opengevallen legaat van 800.000 Euro net niet meer kon meegerekend worden in de 2021 resultaten door een onvoorziene omstandigheid.

Zeer positief zijn de stijgende inkomsten voor het Caroline Pauwels Noodfonds en het lanceren van een nieuw donatieplatform om maandelijkse donateurs te werven. Bovendien stijgt het globaal aantal donateurs met 11,6%. Het aantal wederkerende donateurs (meer dan één schenking) stijgt eveneens met 7,8% evenals het aandeel grote donateurs (schenking van meer dan €500), nl. met 11,3%, wat zeer bemoedigend is . De VUB Foundation zal verder inzetten op het fideliseren van de bestaande donateurs en het vermeerderen van de wederkerende en de grote donateurs. De eerste maandelijkse donateurs zijn een feit en dit geeft financiële zekerheid voor een aantal jaren, maar hun aantal zou verder moeten toenemen. De interesse voor het oprichten van Fondsen op naam groeit, zowel bij leven als in nalatenschappen. Ook de interesse om de VUB op te nemen in testamenten blijft groeien. De volgende jaren zullen events en netwerkmomenten worden hernomen en zal er een veel breder communicatieplan worden uitgerold zodat de inzet op Leerstoelen en globale fondsenwerving terug intensifieert.

Crosstalks

In 2021 ontsnapte ook Crosstalks niet aan de beperkingen die COVID-19 oplegde. Het Crosstalks netwerk staat borg voor originele invalshoeken om stakeholders uit alle maatschappelijke geledingen te engageren in open en constructieve dialogen, zowel over acute uitdagingen als met het oog op langetermijnvisies. Maar daarvoor moet je elkaar wel kunnen ontmoeten. De transitie naar professionele livestreamings en online experimenten konden dankzij partners als Bozar en Kaaitheater worden gerealiseerd en de nieuwe formats werden door de deelnemers gesmaakt. 2021 is ook het jaar waarin er overdracht van de werkzaamheden gebeurde: directeur Marleen Wynants zal verder het netwerk ondersteunen op projectbasis, Goedele Nuyttens neemt de functie van directeur over en werkt de planning vanaf 2022 uit.

Communicatie

Alle activiteiten van TechTransfer worden ondersteund door een eigen cel Communicatie die ondermeer instaat voor de interne en externe communicatie over de dienstverlening en het strategisch onderzoek aan de VUB, die de organisatie van evenementen en netwerkgelegenheden opneemt en zo bijdraagt aan de bekendheid van het vicerectoraat Innovatie en valorisatie en VUB TechTransfer binnen en buiten de VUB. De communicatiecel maakt ook jaarlijks een zeer visueel publiek verslag, dat kort en bondig is en zowel gedrukt als digitaal gebruikt wordt als ‘visitekaartje’. Sinds de pandemie wordt gefocust op digitalisering van de communicatiemiddelen en op video-opnames, zoals de reportagereeks met Kanaal Z waarin het toegepast onderzoek van de VUB uitvoerig werd voorgesteld.

II. Vicerectoraat en ondersteunende dienst

II.1 VICERECTORAAT INNOVATIE EN VALORISATIE

Bij de start van het Academiejaar 2015-2016 werd het vicerectoraat Innovatie en Valorisatie geïnstalleerd met prof. Hugo Thienpont als eerste vicerector voor dit beleidsdomein. De nieuwe rector, prof. Caroline Pauwels, herbenoemde de vicerector I&V een jaar later in deze functie, alsook bij de start van haar tweede termijn als rector in academiejaar 20202021. Dit onderlijnt het belang dat door de opeeenvolgende rectoraten werd gehecht aan de continuering van het beleid rond Innovatie en Valorisatie.

Het Organiek Statuut bepaalt dat de vicerector Innovatie en Valorisatie als academisch verantwoordelijke belast is met het innovatie- en valorisatiebeleid. Dit houdt in dat vierjaarlijks een beleidsplan ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Academische Raad, na advies te hebben verkregen van de Innovatie-en Valorisatieraad. Dit beleidsplan kan jaarlijks worden geactualiseerd.

De Innovatie- en Valorisatieraad heeft bevoegdheid over de toewijzing van de middelen voor het innovatie- en valorisatiebeleid, de opstart en stopzetting van octrooidossiers, deelname in rechtspersonen (met onderzoeks- of valorisatiefinaliteit) en de beslissingen aangaande leerstoelen, giften, legaten en sponsoringdossiers.

Inzetten op de valorisatie van onderzoek en de verhoging van de verworven middelen hieruit en uit filantropische fondsenwerving, is de ambitie voor vandaag én voor de toekomst. VUB TechTransfer en de Foundation kunnen daarin een sturende en ondersteunende rol opnemen, de realisatie ervan ligt evenwel bij de onderzoekers die vrij zijn om hier al dan niet op in te zetten. VUB TechTransfer wil hen wel alle informatie en werktuigen aanreiken, zodat ze hun keuze oordeelkundig kunnen maken.

Het innovatie- en valorisatiebeleid moet duurzaam zijn en de structuren die worden gecreëerd dienen een constante instroom aan middelen te garanderen, zodat de investeringen zichzelf terugverdienen. We streven ernaar dat de hele universitaire gemeenschap de meerwaarde van deze activiteiten inziet en zich hierachter kan scharen om deze doelstelling mee te helpen realiseren.

Het vicerectoraat Innovatie en Valorisatie tekent het beleid rond toegepast onderzoek en valorisatie uit, waarbij de Vicerector wordt geadviseerd door de Innovatie- en Valorisatieraad en door de IOF-raad. Alle vormen van maatschappelijke valorisatie, dus niet enkel industriële, waartegenover een financiële vergoeding staat die opnieuw in excellent onderzoek dient geïnvesteerd te worden, vallen onder dit beleid. VUB TechTransfer is de administratieve dienst die dit beleid ondersteunt en de verschillende operationele taken opneemt.

II.2 DEELBELEIDSPLAN 2021-2024

Voor ASP4 blijven de voorheen gekozen beleidslijnen aangehouden en dit strategisch plan zal worden aangevuld of bijgestuurd waar nodig. Flexibiliteit zal hierbij blijvend vereist zijn, omdat de COVID situatie en haar gevolgen wellicht nog een tijd effect zullen hebben op de beleidsplannen en budgetten van alle overheden en dus ook op de financiering voor toegepast onderzoek en op de bepaling van thema’s waar nu moet op ingezet worden.

De krijtlijnen die voor dit beleidsplan werden uitgezet, kunnen als volgt worden samengevat:

(1) Het innovatiebeleid behoeft een andere governancestructuur, zodat snelle opvolging en beslissingen mogelijk zijn met adequate risicobeheersing. Om toptalent aan te trekken én te behouden in alle VUB geledingen, moeten naast de nieuwe beheermodellen ook andere verloningsmodellen en geschikte incentiveringsmechanismen worden uitgewerkt. Dit gaat gepaard met een aanwendingskader voor opbrengsten uit historische valorisatiedossiers en nieuwe beslissingen over deelname van de VUB in preseed- en seedfondsen. Hierbij wordt een volledige tool-box opgezet die ondernemende onderzoekers ondersteunt van idee tot oprichting, ‘and beyond’.

(2) Het Vicerectoraat wil onderzoeken hoe de definiëring van Referentie-instituten binnen de VUB vorm kan krijgen. Deze Referentie-instituten, die interdisciplinaire samenwerking in speerpuntdomeinen kunnen voorleggen met een hoge maatschappelijke en economische impact, zullen versterkt worden door, gebaseerd op KPIs, IOF-middelen in te zetten op onderzoek en innovatie met het grootste groei- en valorisatiepotentieel. Op deze manier zouden de IOFmiddelen als één van de incentiverende financieringskanalen naar voren kunnen worden geschoven om versnippering van de middelen tegen te gaan. Het definiëren van de Referentie-instituten gaat inclusief te werk en moedigt een grote interdisciplinaire clusteroefening aan over facultaire grenzen heen, evenals samenwerking met de EUTOPIAalliantiepartners waar mogelijk.

(3) Verderbouwend op het ASP 3-project “Valorisatie in de Humane en Sociale wetenschappen” worden nieuwe activiteiten opgestart: de cijfermatige analyse van de impact van de HSW groepen, verdieping van de werking via samenwerking met Crosstalks en de uitwerking van een kader voor de implementatie van SDG’s in toegepaste onderzoeksprojecten.

(4) Intensifiëring van de onderzoekssamenwerking tussen VUB, het UZ Brussel en het Green Energy Park (GEP)ontwikkelingsproject op het Researchpark in Zellik, maken deel uit van het speerpuntenbeleid tav VUB incubatoren.

(5) Er wordt bijgedragen met de beschikbare resources binnen TechTransfer aan de geformuleerde doelstellingen van het EUTOPIA project in de aspecten die het innovatie-en valorisatiebeleid aanbelangen.

(6) De Fondsenwerving wordt in het post-COVID tijdperk verder gestructureerd naar een pro-actieve werking die meer leerstoelen beoogt, de instroom van legaten bestendigt en een grotere aandacht voor legatarissen aan de dag legt.

Een kort overzicht van wat onder dit beleidsplan reeds werd gerealiseerd, wordt in “annex” bij dit verslag gevoegd.

‘Maatschappelijk verantwoord valoriseren en ondernemen’, met respect voor de rol van de onderzoekers -maar ook met aandacht voor de rechten van de universiteit- zal als een rode draad door het geheel lopen, waarbij steeds de SDG’s van de VN als kompas worden gehanteerd. Hiermee streven we de doelstellingen na die in het VUB beleidsplan (zie III.4 Alignering met het VUB beleidsplan) worden uitgetekend.

II.3 VUB TECHTRANSFER

Om de beleidsdoelstellingen te realiseren werd de reeds sinds 1998 bestaande Interface cel in 2015 losgemaakt van het Research & Development-departement en als autonome ondersteunende dienst toegevoegd aan het vicerectoraat innovatie en valorisatie. De dienst R&D herorganiseerde zich ook met focus op (fundamentele) Research & Datamanagement. Bij het in voege treden van het nieuwe merkenbeleid VUB (2016) werd de naam van de dienst VUB TechTransfer. Hieronder wordt begrepen dat de dienst instaat voor de valorisatie van alle vormen van kennis die aan de universiteit ontwikkeld worden (met uitzondering van outreach en wetenschapscommunicatie-activiteiten).

II. 3.1 Missie en organisatie VUB TechTransfer

VUB TechTransfer is de operationele dienst die de uitwerking van het Innovatie- en valorisatiebeleid aan de VUB ondersteunt. Sinds 2003 is de opdracht uitgebreid tot de EhB en ook met het UZ zijn er afspraken gemaakt om valorisatiedossiers te begeleiden.

II.3.2 Missie

VUB TechTransfer stelt zich als doel wetenschappelijke onderzoeksresultaten te valoriseren – in samenwerking met de onderzoekers - om zo een innoverende bijdrage te leveren aan de maatschappij, waarna de inkomsten door de universiteit terug kunnen geïnvesteerd worden, in de eerste plaats in onderzoek en innovatie. Het luik filantropische fondsenwerving dat sinds 2012 werd opgenomen, beoogt eveneens de verwerving van bijkomende externe middelen ten behoeve van strategisch en toegepast onderzoek en kernactiviteiten die het beleid wenst te ondersteunen.

II. 3.3 Waarden

• Constructief meedenken: samen voor de juiste strategische oplossing kiezen.

• Betrouwbaar: engagementen nakomen, finale keuzes respecteren

• Eerlijkheid: deontologisch handelen, correcte administratieve en financiële afhandeling

• Klantgerichtheid:luisteren en meedenken, zorgen voor resultaatgerichte tussenkomsten

• Innovatie: ‘out-of-the-box’ denken zodat de juiste oplossingen gekozen worden

• Team werk: samen werken, samen slagen

II.3.4 Organisatiestructuur

In 2017 werd het organogram aangepast bij de invoering van het VUB Functiehuis. Het dient jaarlijks opnieuw aangepast te worden, daar de dienst verder groeit en de taken en bevoegdheden regelmatig anders verdeeld worden.

VUB TechTransfer is georganiseerd in 3 ‘business units’ en 2 semi-autonome cellen:

• BU-Business development: waaronder ook de projectenbegeleiding en spin-off management en entrepreneursopleiding valt

• BU-Legal: de juridische cel van TechTransfer

• BU-EU Research & Innovation Support (ERIS): voor EU projecten met valorisatiefinaliteit

• cel Foundation (filantropische fondsenwerving en Fellows)

• cel Crosstalks – netwerk

Ondersteunend zijn ‘Communicatie en events’ en ‘Secretariaat en administratief contractbeheer’.

Directeur VUBTechTransfer

BU: Business Developers

BU: Legal

BU: ERIS

Personeel nominatief

Directeur VUB TechTransfer

Sonja Haesen

BU Business development

Communication & events

Secretariaat en Administratief Contractbeheer

Crosstalks Foundation

TT Officer/IP Management & Licensing Hugo Loosvelt

TT Officer/IOF en Vlaamse innovatieprojecten

TT Officer/Spin-off management

Liesbeth Bosman

Jacky Boonen

TTOfficer/Brusselse innovatieprojecten Qing Cai

TT Officer/Entrepreneurship

TT Officer/HSW-ASP2030

TT Officer/UZB valorisatie

TT Officer/Incubator Manager

TT Officer/EUTOPIA

BU Legal

Legal Counsel/ spin-off & innovation contracts (coördinatie)

Legal Advisor/contracten

Legal Advisor/contracten

Legal Advisor/contracten

Marc Goldchstein

Jessica Hekking

Suzy Renckens

David Moreels (vanaf 1/10/21)

Tuur Roels (vanaf 15/10/21)

Kristel Mommaerts

Twyla Quéva

Thomas De Doncker

Alexander Herbosch

BU EU Research & Innovation Support (ERIS)

European Research & Innovation Support (coördinatie)

European Research & Innovation Support

European Funding and Proposals expert

European Research & Innovation Support

Philippe Westbroek

Mirko Miceli

Mohammad Boroun (vanaf 15/10/21)

Mimi Deprez (vanaf 1/10/21)

Personeel nominatief

Directeur VUB TechTransfer

BU Business development

Sonja Haesen

TT Officer/IP Management & Licensing Hugo Loosvelt

TT Officer/IOF en Vlaamse innovatieprojecten

TT Officer/Spin-off management

TTOfficer/Brusselse innovatieprojecten

TT Officer/Entrepreneurship

TT Officer/HSW-ASP2030

TT Officer/UZB valorisatie

TT Officer/Incubator Manager

TT Officer/EUTOPIA

BU Legal

Liesbeth Bosman

Jacky Boonen

Qing Cai

Marc Goldchstein

Jessica Hekking

Suzy Renckens

David Moreels (vanaf 1/10/21)

Tuur Roels (vanaf 15/10/21)

Legal Counsel/ spin-off & innovation contracts (coördinatie) Kristel Mommaerts

Legal Advisor/contracten

Legal Advisor/contracten

Legal Advisor/contracten

BU EU Research & Innovation Support (ERIS)

Twyla Quéva

Thomas De Doncker

Alexander Herbosch

European Research & Innovation Support (coördinatie) Philippe Westbroek

European Research & Innovation Support Mirko Miceli

European Funding and Proposals expert Mohammad Boroun (vanaf 15/10/21)

European Research & Innovation Support

Foundation en Fellowship

Directeur Fundraising & Fellowship

Mimi Deprez (vanaf 1/10/21)

Isabelle Marneffe

Legal Counsel Elisabeth Rabaey

Fellowship program Hanan Belaraj

Communicatiemedewerker

Erkut Gultekin

Fundraiser Goulia Rashidova (vanaf 1/12/21)

CROSSTALKS

Directeur CROSSTALKS (consultant) Marleen Wynants

Projectmanager/ Directeur (overdracht) Goedele Nuyttens

Communicatiemedewerker

Communicatie en events

Ine De Bock (tijdens moederschapsrust vervangen door Frédérique Vansteenwegen)

Senior communicatie medewerker (coördinatie) Alena Aga

Communicatiemedewerker Lisa Van Reepingen

Secretariaat en Administratief contractbeheer

Management Assistant (coördinatie)

Secretariaatsmedewerker -contractmanagement

Tania Bauwens

Natasja De Landtsheer

Contract Management (coördinatie) Wesley Verbeke

Octrooibeheer Sophie Cammaerts

Administratieve coördinatie IOF en Vlaamse projecten

Mieke De Volder

In 2021 zijn er heel wat veranderingen geweest in het TechTransfer team. Dankzij de fysieke verhuis van gebouw M naar nieuwe kantoren op Pleinlaan 11, kon een reeks aanwervingen, die al langer gepland stonden, worden uitgevoerd. Ondanks de gewijzigde werksituatie omwille van COVID, blijft het toch de betrachting elk personeelslid een werkplek te geven, wat voorheen de aanwervingen afremde. In 2022 zullen we wellicht overgaan naar een ‘nieuwe vorm van werken’, waarbij gedeeltelijk thuiswerk op vrijwillige basis een blijver zou kunnen zijn. Op dat moment zal verdere groei van het team ook de invoering van flexibele werkplekken vereisen en een set van goede afspraken.

In 2021 werd een nieuwe fondsenwerver aangesteld : Goulia Rashoidova vervangt hiermee Mats Walschaers die reeds in augustus 2020 een nieuwe uitdaging in het middelbaar onderwijs aanging.

Ook het ERIS team kreeg noodzakelijke versterking: Mohammad Boroun komt uit de industrie en neemt de opvolging van de Europese calls op zich. Mimi Deprez was reeds op VUB werkzaam en verstrekt het team als support officer voor het MSCA project ‘Impact’. David Moreels komt eveneens uit de industrie: hij is als incubatormanager aangesteld om de pre-bioincubator op de hoofdcampus uit te bouwen en het plan voor een bio-incubator op het researchpark in Zellik uit te tekenen.

Door het vertrek van Marsyas Coene bij de IP cel, kon Sophie Cammaerts doorgroeien: zij heeft nu de IP support in handen. Daardoor schoof ook Natasja De Landtsheer door, zij neemt nu naast een 50% secretartiaatsfunctie ook 50% contractmanagement voor haar rekening. Omwille van COVID werd immers versneld ingezet op digitalisering van de procedures, wat ook een efficiëntie- en tijdswinst betekent in de adminstratieve afhandelingen.

Tot slot vervoegde Tuur Roels de dienst om in het Eutopia netwerk aan de slag te gaan in het Trains-WP2, waar TechTransfer meewerkt aan interuniversitaire procedures voor university-business collaboration. Als alumnus VUB en met management en start-up ervaring is Tuur hiervoor de geknipte persoon.

VUB TechTransfer telt op 31 december 2021, 33 medewerkers : 30,4 VTE waarvan 1 consultant (Crosstalks coördinator). Er worden 14,9 VTE betaald op middelen VUB, 7,5 VTE op de overeenkomsten met de Vlaamse overheid en 5,5 VTE op de overeenkomsten met de Brusselse overheid en 0.5 VTE op het Eutopia projevty, bijgepast met Techtransfer middelen. De Crosstalks coördinator werd in 2021 gefinancierd vanuit projecten (extern verworven middelen)

Het TechTransfer team is sinds het autonoom werd in 2015 sterk gegroeid, dankzij bijkomende externe inkomsten en projecten van VUB (zoals ASP2030) waarmee in personeel wordt geïnvesteerd. Er worden ook voor de volgende jaren bijkomende vacatures gepland, in lijn met de uitbreiding van de taken die TechTransfer opneemt.

Het iCity BRU project is in finale faze, de valorisatiemedewerker (Geoffrey Aerts) die hier voorheen op werd aangesteld, is nu voor 50% op IOF middelen geïmputeerd om het BUDA project verder uit te bouwen (onder het promotorschap van prof. Thomas Crispeels). Hij wordt niet meer meegeteld in bovenstaande.

VUB TechTransfer dient ook beroep te doen op externe experten op consultancy basis (juristen, IP bureaus, markt analysten enz), gefinancierd vanuit de Interfacesubsidies en het octrooifonds VUB.

II.3.5 Kernopdrachten

Uit de strategische en operationele doelstellingen (waaronder acties gericht naar de EhB en het UZB) kunnen de kernopdrachten van VUB TechTransfer als volgt samengevat worden (de activiteiten van Crosstalks en Foundation, worden verder in de tekst behandeld):

• Operationele werking die de vicerector Innovatie en Valorisatie ondersteunt in het ontwikkelen en implementeren van zijn beleid;

• Onderzoekers sensibiliseren en ondersteunen bij de indiening van onderzoeksprojecten ‘strategisch basisonderzoek en toegepast onderzoek’ die in competitie verworven kunnen worden, via gerichte acties, informatiesessies, website en persoonlijke begeleiding;

• Pro-actief scouten van bedrijven (waaronder bijzonder aandacht voor KMO’s) die interesse hebben in onderzoekssamenwerkingen, via deelname in netwerken, organisatie van contactdagen, verspreiding van onderzoeksinformatie (website, brochures, publicaties);

• Begeleiding geven bij het opstellen van onderzoeksvoorstellen door advies over personeel en budgetering, freedom-tooperate analyse, invullen valorisatieluik;

• Pro-actief scouten van onderzoeksgroepen die Europese projecten met toegepaste finaliteit wensen in te dienen/ er in kunnen participeren, begeleiden bij de indiening van projectvoorstellen, begeleiden bij de samenstelling van de consortia via deelname in netwerken (Vlaanderen, Brussel, internationaal) volgens het i-ISO concept;

• Indiening en uitvoering van een MSCA project ‘Impact’ dat internationale wetenschappers aantrekt naar de VUB om hun valorisatieproject vorm te geven (ERIS);

• Juridisch advies over en opstellen van overeenkomsten, juridische screening van onderzoeksvoorstellen van derden en hulp bij de negotiatie van onderzoekscontracten;

• Opvolgen van de wetgeving aangaande Medical devices, Nagoya protocol, Clinical Trials, Mensenrechten toets enz en

implementatie in de contracten;

• Stimuleren en begeleiden van toegepast onderzoek en valorisatie specifiek in de faculteiten ‘Humane en Sociale wetenschappen’;

• Samenwerking rond en valorisatie van UZ Brussel onderzoek opvolgen en begeleiden;

• Administratief contractbeheer van de door TechTransfer beheerde dossiers (inbreng in de databank ter aansturing financiële dienst en personeelsdienst), inclusief indienen van tenders en oplossen van administratieve problemen;

• Screening/ opstellen van de IP clausules in onderzoeksvoorstellen met het oog op de vrijwaring van de freedom-tooperate;

• Sensibilisering van onderzoekers mbt de bescherming van intellectuele eigendom, via opleidingen, gerichte acties, website en informatiebrochure (ook: geven van cursussen rond IP in reguliere onderwijscurricula) ;

• Begeleiding bij het opstellen van een record of invention en van een octrooi-aanvraag, eerste octrooi searches en begeleiding bij grondige searches, indiening van aanvragen via octrooibureaus en inhoudelijke opvolging octrooiprocedure, financiële opvolging;

• Organisatie van de IOF-raden, uitwerken van reglementen en oproepen, organisatie van de selectieprocedures, financieel beheer, verslaggeving en opvolging;

• Begeleiden van de IOF groepen en –mandatarissen; ondersteuning en advies bij de uitvoering van de IOF programma’s;

• Scouting van spin-off opportuniteiten, begeleiding bij het opstellen van het business en financiëel plan, coaching van het ondernemersteam;

• Juridische ondersteuning bij vennootschapsrechtelijke aangelegenheden (aandeel-houdersovereenkomsten, statuten) inclusief het opstellen (en voorbrengen) van participaties in spin-off’s op de innovatie- en valorisatieraad;

• Begeleiden van de spin-off dossiers naar financiering (VC’s, eigen fondsen QBIC);

• Deelname voor VUB in raden van bestuur van spin-off bedrijven, deelname in de managementcomité’s)

• Stimuleren van ondernemerschap via de organisatie van Startersseminaries (organisatorisch en als lesgever) Advanced courses en gerichte coaching;

• Medebeheer van researchpark Zellik (GEP dossier) en incubatoren IICB en ICAB, organisatie van matchmaking events;

• Partner in het Crosstalks netwerk (self-supporting), advies en overleg mbt de activiteiten van het netwerk;

• Deelname voor VUB in onderzoeksgerelateerde vzw’s, opvolging van de dossiers van de Strategische onderzoekscentra en Strategische Speerpuntclusters, deelname aan werkgroepen en fora zoals VLIR, VOKA, Impulse.be, FWO/ VLAIO werkgroepen, Flanders Smart Hub, Innoviris, enz, inclusief lobbying voor VUB thema’s;

• Opstellen en verdedigen van strategische (meerjaren) plannen en rapporten voor financierende overheden (TechTransferfinanciering: Vlaamse en Brusselse overheid);

• Opvolging en organisatie van deelnames aan beurzen, ondermeer in het kader van TTO Flanders;

• Ontwikkelen van promotietools voor het toegepast onderzoek en de IOF groepen -in het kader van de opdrachten van de Brusselse en Vlaamse overheid met het oog op de stimulering van samenwerking met het bedrijfsleven, met nadruk op KMO’s- via website VUB TechTransfer, website TTO-Flanders, brochures, posters en campagnes; monitoring van de impact ervan; speciale aandacht voor groepen in de HSW;

• Ondersteuning bij de ontwikkeling van de Foundation en het Fellowship

III. Sector Innovatie en valorisatie

III.1. Decreten en reglementen

Wetenschappelijke dienstverlening wordt in de Codex Hoger Onderwijs beschreven als één van de drie basisopdrachten van de universiteit, naast academisch onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. In de praktijk wordt hiermee alle onderzoek in opdracht van derden bedoeld, evenals de valorisatie van onderzoeksresultaten.

Het decreet van de Vlaamse Gemeenschap d.d. 22. 02. 1995 betreffende de wetenschappelijke of maatschappelijke dienstverlening schept hiervoor het wettelijk kader en is nu opgenomen in de Codex Hoger Onderwijs van 20 december 2013, Deel 4, Titel 2. De Codex Hoger Onderwijs bepaalt bovendien dat de vermogensrechten op vindingen in het kader van onderzoek, toebehoren aan de Universiteit.

De Vrije Universiteit Brussel was één van de eerste Vlaamse universiteiten die een eigen valorisatiereglement uitwerkte met bepalingen van return naar uitvinders en onderzoeksploegen. Dit valorisatiereglement dateert van 17 maart 1998 en was een aanvulling van het VUB-reglement op de wetenschappelijke en maatschappelijke dienstbetoonactiviteiten dd. 28 maart 1995. Het valorisatieregelement is, conform het Algemeen Onderzoeks- en Samenwerkingreglement van de UAB, aangepast en uitgebreid naar het geheel van de associatie (beslissing UAB RvB d.d. 18/12/2008 en geactualiseerd en goedgekeurd op 11/10/2021). Het dienstbetoonreglement is, eveneens conform het Algemeen Onderzoeks- en Samenwerkingreglement van de UAB, aangepast en uitgebreid naar het geheel van de associatie (beslissing RvB UAB d.d. 18/06/2007). Conform Art.101bis van het Decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs (nu opgenomen in de Codex Hoger Onderwijs) diende de Associatie Brussel dit Algemeen Onderzoeks- en Samenwerkingsreglement vast te leggen, waar het dienstbetoon- en valorisatiereglement deel van uitmaakt. Binnen de Vrije Universiteit Brussel bestond reeds een voor valorisatie bevoegde dienst, de toenmalige Technology Transfer Interface, nu VUB TechTransfer, en derhalve werd de taak van deze dienst uitgebreid tot het geheel van de Associatie.

Concreet betekent dit dat de VUB TechTransfer de valorisatie van onderzoek van het geheel van de Universitaire Associatie Brussel behartigt, maar enkel op vraag van de EhB advies geeft over dossiers.

In de loop van 2020 werden een nieuw VUB Spin-off reglement (met inbegrip van een Spin-off Kennisgevingsformulier) en een Ethische code inzake belangenconflicten bij spin-offs uitgewerkt en voorgesteld aan de Innovatie-en Valorisatieraad. Daaropvolgend werd dit nieuwe VUB Spin-off Reglement goedgekeurd door de Academische Raad op 18 mei 2020 en aansluitend ter kennis gebracht van de Raad van Bestuur.

Uit vele jaren praktijk rond spin-offs is immers gebleken dat spin-offs een steeds meer prominente plaats innemen in het innovatielandschap, met eigen wetmatigheden binnen een academische context, zodat het aangewezen was om alle regels en richtlijnen samen te brengen in één apart reglement. Het betreft hier de vroegere delen II en III van het UAB DAD Reglement, die werden geactualiseerd en aangevuld met nieuwe elementen, zoals het Spin-off Kennisgevingsformulier en een Ethische code inzake belangenconflicten, dewelke onmiskenbaar ontstaan naar aanleiding van de oprichting van spin-offs.

III.2 Het concept valorisatie

In de afgelopen 20 jaar heeft de ‘valorisatie van onderzoeksresultaten’ enorm aan belang gewonnen. De financiële ondersteuning die de Vlaamse en Brusselse overheden voorzien om toegepast onderzoek verder te brengen tot op het niveau van toepassingen (hogere TRL niveaus), is sterk toegenomen. Zo investeerde de Vlaamse regering de afgelopen jaren steeds meer in gericht onderzoek. Ook wordt veel belang gehecht aan de output (onderzoekssamenwerkingen, octrooien, spin-off’s,..) die de universiteiten en hogescholen kunnen voorleggen omdat dit een belangrijke kernindicator is voor de regionale innovatiegraad, waarin Vlaanderen bij de koplopers hoort. Ook omdat dit een (on)rechtstreekse weerslag heeft op de innovatiegraad van ondernemingen, uitvoer en tewerkstelling, m.a.w. parameters die de economische situatie van een regio in belangrijke mate bepalen.

De financiering van ondersteunende diensten binnen de universiteiten die dit proces dienen te begeleiden, heeft ertoe geleid dat nu in elke universiteit een expertisecel is uitgebouwd die de onderzoekers in deze materie kan ondersteunen. Binnen VUB is de dienst TechTransfer hiervoor verantwoordelijk. Hierdoor is er ook binnen de kennisinstellingen een graduele mentaliteitsverandering opgetreden: de onderzoeker vandaag wenst nog steeds een expert te zijn in de fundamentele aspecten van zijn vakgebied, maar zij of hij heeft ook meer belangstelling ontwikkeld voor de toepassing van het onderzoek en de impact die hiermee kan gecreëerd worden. De beschikbaarheid van nieuwe onderzoekskanalen om deze uitdaging op te nemen, de kans om binnen een onderzoeksgroep nieuwe profielen van onderzoekers te ontwikkelen/ aan te trekken en de mogelijkheden om hiermee ook meer middelen te verwerven, hebben dit bewerkstelligd. De vertaling van het onderzoek naar de samenleving is een rol die nu elke onderzoeker ter harte zou moeten nemen, daarin geholpen door het kader dat de universiteit aanbiedt

III.3 Maatschappelijke en economische aspecten

Het Onderzoeksbeleidsplan en Algemeen Strategisch Plan van de Vrije Universiteit Brussel definieerde de verschillende vormen van wetenschappelijk onderzoek, waarbij wordt aangegeven dat enerzijds alle wetenschappelijke onderzoektypes worden ondersteund (verantwoordelijkheid bij onderzoeksbeleid), evenals de trajecten gaande van de wetenschappelijke ontdekking, de uitvinding tot en met de ontwikkelings- en ontplooiingsfasen ervan (verantwoordelijkheid van het innovatiebeleid, i.e. bijvoorbeeld de implementatie van demonstratoren en prototypes, eindrapporteringen, beleids-aanbevelingen leidend tot kennis en/of technologie overdracht naar de socio-economische actoren zoals de overheid, de industrie, de non-profit sector). Het innovatie-en valorisatiebeleid omvat het beleid met betrekking tot economische, commerciële en maatschappelijke valorisatie evenals het beleid inzake leerstoelen en sponsoring. Maatschappelijke valorisatie als onderdeel van het beleidsdomein ‘Innovatie- en valorisatie’ wordt daarbij gedefinieerd als ‘elke vorm van valorisatie met een economische, commerciële en financiële valorisatiefinaliteit’. Andere vormen van maatschappelijke valorisatie, vb. wetenschapspopulariserende initiatieven, sociale innovatie zonder economische, commerciële en financiële finaliteit, enz… -samen te vatten als ‘outreach activiteiten’- vallen onder het beleidsdomein ‘onderzoek’.

III.4 Belang voor de universiteit vandaag en in de toekomst

Valorisatie van onderzoek en de verhoging van de verworven middelen hieruit, heeft in het vorige Algemeen Strategisch Plan van de VUB een prominente plaats gekregen. Een gezond financieel beheer en uitbreiding van de netwerken blijven evenwel prioriteiten met als uiteindelijke doelstelling de VUB meer onafhankelijk te maken van overheidsmiddelen, door efficiënter privé- en projectmiddelen voor onderzoek en ontwikkeling aan te trekken zodat met de resultaten van dit onderzoek uiteindelijk impact kan gecreëerd worden in de samenleving.

De Vlaamse overheid zet sterk in op toegepast onderzoek en kennis-en technologie-overdracht: “economie” en “innovatie” behoren tot de bevoegdheden van éénzelfde minister en voor 2021 worden aanzienlijke bijkomende middelen voor

onderzoek en ontwikkeling vrijgemaakt in het kader van het COVID-Relanceplan met nadruk op versterking van de Vlaamse industrie.

Ook in Brussel vormt het Gewestelijk Innovatieplan het referentie-kader voor het onderzoek als hefboom voor socioeconomische ontwikkeling. Dit Plan kreeg een actualisering in 2021 waarvoor de universiteit werd gevraagd om inbreng. Ook hier tekent zich een versterking af van toegepast onderzoek, wat in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest -dat geen onderwijs- en onderzoeksbevoegdheid heeft- in de richting van economische relance gaat. “Valorisatie van onderzoek” moet dus binnen de universiteit blijvend de volle aandacht krijgen, willen we onze rol in dat landschap kunnen opnemen.

De VUB kan hierdoor ook een belangrijke plaats innemen in het gezelschap van andere innovatieve universiteiten, gemeten aan de hand van ingediende, goedgekeurde en geciteerde octrooien: in de Reuters top 100 van de meest innovatieve universiteiten in Europa stond de VUB op plaats 59 in 2019 (er werden geen ranking meer gemaakt na dat jaar, omdat dit voor Reuters commercieel niet meer interessant bleek). De VUB kan dus niet op haar lauweren rusten, er moet voortdurend aan het beleid en de uitvoering gewerkt worden, willen we ons handhaven in dit zeer competitief landschap.

III.5 Alignering met het VUB beleidsplan

Het VUB beleidsplan dat door Rector Caroline Pauwels is uitgetekend, vraagt aan elk vicerectoraat de activiteiten te aligneren met de volgende 6 P’s :

Peace

People

Prosperity

Planet

Partnership

Poincaré

De beginselen van VUB indachtig, moet dit stroken met 5 radicalen:

Radicaal humanistisch-deliberatief

Radicaal digitaal

Radicaal divers

Radicaal democratisch

Radicaal duurzaam

Doorheen de tekst zal worden aangeven hoe dit in het Innovatie- en valorisatiebeleid wordt meegenomen en hoe de werking van TechTransfer hiermee rekening houdt in haar activiteiten.

IV. Innovatie- en

valorisatieraad

IV.1 Bevoegdheden- Organiek

Statuut

Het Organiek statuut van de VUB (6.11.2014 en aangepast) bepaalt dat de Innovatie- en Valorisatieraad beslissingen kan nemen inzake volgende aangelegenheden :

1. De verdeling en de toewijzing van middelen voor het innovatie-en valorisatie-beleid;

2. De opstart en stopzetting van octrooidossiers;

3. De deelname in verenigingen en rechtspersonen inzoverre dit betrekking heeft op onderzoeks- en/of valorisatieactiviteiten;

4. De installatie van leerstoelen en de aanduiding van de leerstoel-houder, na advies te hebben bekomen van de Onderwijsraad en/de Onderzoeksraad en/de Raad Internationaal beleid;

5. De aanvaarding van giften en legaten;

6. De aanvaarding van sponsoring.

De Innovatie- en Valorisatieraad kan, binnen de voorwaarden en grenzen die hij bepaalt, de bevoegdheden delegeren aan de vicerector innovatie- en valorisatiebeleid. De Innovatie- en Valorisatieraad brengt de Academische Raad en de Raad van Bestuur hiervan op de hoogte.

De Innovatie- en Valorisatieraad formuleert voorstellen en verleent advies aan de Academische Raad inzake het strategisch innovatie- en valorisatiebeleid, met name de economische, commerciële en financiële valorisatie van wetenschappelijk onderzoek.

De Innovatie- en Valorisatieraad stelt jaarlijks een ontwerpdeel-begroting en een ontwerpjaarrekening op voor het beleidsdomein Innovatie en Valorisatie, en maakt deze over aan het Directiecomité.

Telkens wanneer hij daartoe wordt verzocht, verstrekt de Innovatie- en Valorisatieraad advies aan de Universiteitsraad, de Raad van Bestuur, de Academische Raad, de rector of de vicerector Innovatie- en valorisatie.

IV.2 Samenstelling I&V raad

De samenstelling van de Raad voor Innovatie en Valorisatie werd in 2021 bij aanvang van het nieuwe academiejaar gewijzigd. De gewijzigde samenstelling werd goedgekeurd door de Academische raad in september 2021. In de raad zetelen leden die door de voorzitter werden voorgesteld omwille van hun expertise en betrokkenheid in het valorisatiegebeuren.

Bij de samenstelling van de I&V raad wordt zoals steeds rekening met het Gender-evenwicht gehouden en wordt bijgedragen tot parameter ‘radicaal divers’.

I&V-Raad

* Hugo Thienpont - voorzitter - vicerector I&V IR

* Karin Vanderkerken - vicerector onderzoek GF

* Romain Meeusen – vicerector internationalisering LK

* Dominique Maes- ondervoorzitter WE

* Pieter Ballon ES

* Ann Nowé WE

* Thomas Crispeels ES

* Peter Schelkens IR

* Tony Lahoutte (UZ:raadgevend)

GF/UZ

Dominique Verté PE

Koen Kerremans LW

Fabienne Brison RC

Samenstelling: 12 leden

Gender: 4 dames, 8 heren (* Leden die ook in de IOF raad zetelen)

IV.3 Vergaderingen I&V raad

In 2020 werden 12 vergaderingen georganiseerd (één per maand behalve tijdens de maand juli) en twee (extra) elektronische n 2021 werden 10 vergaderingen georganiseerd (één per maand behalve tijdens de maanden juli en augustus).

In de mate van het mogelijke wordt afwisselend een plenaire raad en een schriftelijke raad voorzien doch dit kan herzien worden afhankelijk van de geagendeerde materie.

Dossiers die een grondige bespreking behoeven, worden immers steeds geagendeerd op de plenaire vergadering. Gezien dit opnieuw een bijzonder jaar was, werden de plenaire vergaderingen dit jaar omwille van de uitzonderlijke covid-maatregelen uitsluitend georganiseerd via MS Teams

Hierbij wordt ingezet op de parameter ‘radicaal digitaal’ en ook voor de toekomst (post-COVID) zal deze manier van werken ook (blended) worden aangehouden. Door de verhuis van TechTransfer naar nieuw kantoren op Pleinlaan 11 waar de juiste apparatuur werd geïnstalleerd, zullen meetings mogelijk worden die gemengd ‘digitaal/ fysiek aanwezig’ zijn.

De belangrijkste dossiers in 2021 betroffen:

TechTransfer en innovatie-en valorisatiebeleid

• Qbic 3 startersfonds : Deelname van VUB in Qbic 3 als eerstelijnspartner

• Bespreking en advies kapitaalparticipatie VUB in Finance&Invest.Brussels

• Bespreking verlengingen en/of wijzigingen bestuursmandaten (IICB, ICAB, Flanders.Bio, ea)

• Bespreking partnerships (VUB-FARI)

• Bespreking en goedkeuring jaarverslag 2020

• Goedkeuring exclusieve licenties (spin-off dossiers)

• Toetredingen speerpuntclusters, vzw’s en regeling terugbetaling lidmaatschaps-bijdragen

Valorisatiedossiers

• Toetredingen netwerken en betalingen lidgelden

Foundation

• Financiële rapportering fondsen en leerstoelen

• Bespreking en goedkeuring nieuwe lichting Fellows

• Goedkeuring giften en sponsoring 2020 boven de €50.000

• Aanvaarding van legaten

• Bespreking en aanvaarding bestemmingsplannen legaten

V. Industrieel Onderzoeksfonds (IOF)

• Verlengingen en oprichtingen nieuwe leerstoelen en Fondsen op naam

• Goedkeuring leerstoelhouders onderwijsleerstoelen

V.1 Inkomsten onder IOF

V. Industrieel Onderzoeksfonds (IOF)

De financiële middelen van het IOF worden aan de Vlaamse associaties toegekend op basis van de prestatie van de associatie op 6 parameters en dit in een gesloten enveloppe principe.

V.1 Inkomsten onder IOF

Het aandeel van de Universitaire Associatie Brussel (VUB + EhB) is volledig gebaseerd op de prestaties van de VUB, daar de EhB hierin tot nu quasi niet bijdraagt. Het aandeel in deze middelen stijgt jaarlijks waardoor er ook meer middelen toegekend worden aan de UAB. In 2019 werd het ministerieel besluit voor IOF -financiering grondig aangepast: de middelen die beschikbaar gesteld worden voor het globale IOF werden verhoogd met 18 mio€. Dit resulteerde in een significante verhoging van het budget voor de UAB met ca. 1,9 mio€

De financiële middelen van het IOF worden aan de Vlaamse associaties toegekend op basis van de prestatie van de associatie op 6 parameters en dit in een gesloten enveloppe principe.

Het aandeel van de Universitaire Associatie Brussel (VUB + EhB) is volledig gebaseerd op de prestaties van de VUB, daar de EhB hierin tot nu quasi niet bijdraagt. Het aandeel in deze middelen stijgt jaarlijks waardoor er ook meer middelen toegekend worden aan de UAB. In 2019 werd het ministerieel besluit voor IOF-financiering grondig aangepast: de middelen die beschikbaar gesteld worden voor het globale IOF werden verhoogd met 18 mio€. Dit resulteerde in een significante verhoging van het budget voor de UAB met ca. 1,9 mio€.

Maar ook de output van de VUB is de laatste jaren vergroot, zelfs relatief ten aanzien van de andere associaties. Dit heeft tot een bijkomende verhoging van het toegekende budget geleid.

Maar ook de output van de VUB is de laatste jaren vergroot, zelfs relatief ten aanzien van de andere associaties. Dit heeft tot een bijkomende verhoging van het toegekende budget geleid.

Voor 2021 bedraagt het bedrag toegekend onder het IOF aan de UAB 5.317.784 €.

Voor 2021 bedraagt het bedrag toegekend onder het IOF aan de UAB 5.317.784 €.

Inkomsten Industrieel Onderzoeksfonds

1,000,000 2,000,000 3,000,000 4,000,000 5,000,000 6,000,000

In 2019 werd het ministerieel besluit voor IOF -financiering grondig aangepast: de middelen die beschikbaar gesteld worden voor IOF (verhoging van het budget) alsook de

V.2 IOF programma’s

In 2019 werd het ministerieel besluit voor IOF-financiering grondig aangepast: de middelen die beschikbaar gesteld worden voor IOF (verhoging van het budget) alsook de rapporteringsvereisten veranderden. Dit vormde de aanleiding voor de IOF-raad om het bestaande IOF-reglement te herbekijken en dit om de positie van de UAB te bestendigen en te verbeteren binnen dit IOF-fonds. Een nieuw Reglement werd uitgewerkt en goedgekeurd door de bevoegde beleidsniveaus.

Er wordt vanaf de oproep 2019 gewerkt met 3 categorieën van GEAR-financiering (Groups of Excellence in Applied Research), waarbij de ‘return on investement’ (ROI) voor reeds gefinancierde GEAR’s als maatstaf wordt gehanteerd voor de indeling in één van drie categorieën. Voor nieuwe aanvragen wordt gekeken naar de output over de afgelopen jaren en wordt een theoretische ROI berekend.

De aanvraagdossiers worden ingediend en beoordeeld binnen één van de volgende categorieën:

• De STARTER GEAR programma’s met TRL 2-3 omvatten een basisfinanciering van 100.000€/jaar voor in principe 5 jaar. Na 3 jaar en na positieve evaluatie kan een verlenging, eventueel met upgrade gedurende 2 jaar toegekend worden.

• Voor de CONSOLIDATOR GEAR met TRL 3-4-5 is een basisfinanciering van 200.000€ per jaar voor 5 jaar voorzien.

• Voor de ADVANCED GEAR met TRL 4-5-6 is de basisfinanciering 300.000€ per jaar voor 5 jaar.

Hiermee blijft het IOF aan de UAB het principe hanteren dat de schaarse middelen niet worden versnipperd, maar als matching funds worden toegekend aan groepen die een track-record kunnen voorleggen, leadership kunnen aantonen en die in een 5-jaren roadmap kunnen aangeven welke valorisatiedoelstellingen ze nastreven.

Additioneel werden tov het vorige reglement een aantal nieuwe instrumenten voorzien voor GEAR-programma’s:

Bonus:

Aan onderzoeksgroepen die scoren op 1 of meerdere aandachtspunten kan een BONUS van 10.000€ tot 50.000€ per jaar toegekend worden tot de volgende GEAR evaluatie. GEARs komen in aanmerking als ze scoren op de volgende punten:

• Valorisatie op basis van interdisciplinaire samenwerking tussen 2 of meerdere van de sleuteltechnologieën

(Cross-KET programma EU met als KET’s: ‘micro- and nanoelectronics, nanotechnology, industrial biotechnology, advanced materials, photonics, advanced manufacturingtechnologies, artificial intelligence, cybersecurity’)

• ‘Inclusive policy and social responsability’

• Humane en Sociale Wetenschappen hoofdaanvrager of partner in het consortium -EhB en/of UZBrussel en/of een groep van een universiteit uit het EUTOPIA-netwerk is partner in het consortium

• Interuniversitair IOF-consortium, met toelage vanuit minstens twee universiteiten

Accelerator:

Daarnaast kunnen de GEAR’s een éénmalige ACCELERATOR van 150.000€ aanvragen om een bepaald aspect van hun roadmap versneld uit te voeren.

Proof-of-Concept-projecten

De projectfinanciering voorziet een budgetomvang van 25.000€ tot 75.000€ en lopen maximum 2 jaar. Er worden vanaf 2021 2 calls per jaar georganiseerd en dit om sneller te kunnen inspelen op opportuniteiten.

Strategische valorisatie-opportuniteiten

De IOF raad kan op advies van de voorzitter beslissen om voor dringende ‘universiteitsbrede’ valorisatie-opportuniteiten vooraf middelen af te nemen van de jaarlijks beschikbare IOF budgetten ovv strategische mandaathouders en/of strategische co-financiering

Het IOF wil hiermee vorm geven aan het VUB beleidsplan:

* Duurzame verankering van de VUB expertgroepen wordt beoogd, zodat ze ook internationaal de competitie kunnen aangaan.

* Vernieuwing mogelijk maken, door de starters-financiering te voorzien, beperkt in de tijd, met het oog op doorgroei.

* Partnerships stimuleren, zowel binnen de associatie (over de faculteiten, met de EhB en UZB), als tussen associaties (interuniversitair) en in het kader van Eutopia

* Inclusief en vanuit sociale drijfveren projecten financieren die de SDG- doelstellingen mee helpen bereiken, met bijzonder aandacht voor de bijdragen die het onderzoek in de Humane en Sociale Wetenschappen hiertoe levert.

V.3 Raad voor het Industrieel Onderzoeksfonds

Samenstelling:

De IOF-raad bestaat ten minste uit 12 leden en is onderverdeeld in 3 geledingen:

- Geleding 1: personeelsleden van de universiteit waarvan ten minste een vierde en ten hoogste de helft tegelijkertijd lid van de OZR is.

- Geleding 2: personeelsleden van de hogescholen bij de associatie.

- Geleding 3: vertegenwoordigers van het bedrijfsleven.

De samenstelling van de IOF-raad wordt elk jaar herbekeken.

Samenstelling IOF Raad 2021-2022:

VUB Erasmushogeschool Brussel

Voorzitter: Hugo Thienpont* - IR -

Karin Vanderkerken* - GF

Romain Meeusen* - LK

Pieter Ballon - ES

Peter Schelkens - IR

Ann Nowé - WE

Thomas Crispeels - ES

Dominique Maes - WE

Tony Lahoutte - GF/UZ

Maarten Messagie – IR

Paul De Hert - RC

Elham Mansoury Gerard Huysmans

*Leden die ook zetelen in de Onderzoeksraad.

Bedrijfsleven

Rene De Keyzer (Material sciences) - Synergism10

Ingrid Van De Voorde (ICT) - Nokia Bell Labs

Isabelle Van der Haegen (Life sciences) –Roche

Martine Tempels (Sociologie) - Telenet

Dit geeft 7 dames en 10 heren op een totaal van 17 leden. TechTransfer-leden nemen deel met raadgevende stem.

Bij de samenstelling van de IOF- raad wordt zoals steeds rekening met het Gender-evenwicht gehouden en wordt bijgedragen tot parameter ‘radicaal divers’

V.4 Selectie IOF 2021

V.4 Selectie IOF 2021

GEAR-programma’s

GEAR-programma's

In 2021 werd een call georganiseerd voor nieuwe GEAR-aanvragen (te starten in 2022). In totaal werden 3 aanvragen ingediend: 2 aanvragen op niveau starter en 1 aanvraag op niveau consolidator. De IOF-raad selecteerde de 3 groepen voor programma-financiering en kende aan 1 van deze groepen ook een bonus toe.

In 2021 werd een call georganiseerd voor nieuwe GEAR-aanvragen (te starten in 2022). In totaal werden 3 aanvragen ingediend: 2 aanvragen op niveau starter en 1 aanvraag op niveau consolidator. De IOF-raad selecteerde de 3 groepen voor programma-financiering en kende aan 1 van deze groepen ook een bonus toe.

4 groepen stelden de mid-term review van hun GEAR voor. De GEAR ‘Regenerate’ vroeg hierbij een upgrade aan tot Advanced GEAR, deze werd toegekend door de IOF Raad. Voor de GEAR NLITE paste de IOF Raad de financiering aan naar 150.000€ per jaar voor de resterende looptijd van 2 jaar.

Er werden verder ook 2 Acceleratoren goedgekeurd voor telkens 150.000€:

- Transitioning to future sustainable transport systems Supporting a sector in full transition: valorization of the MOBI expertise

- µFlow Cell

In 2021 werd voor een totaal bedrag van 2.550.000 € financiering toegekend aan GEAR-programma’s, inclusief Acceleratoren.

In 2022, met bovengenoemde toekenningen, zijn er 19 groepen die gefinancierd worden uit het IOF-fonds. Dit zijn:

• Advanced GEARS: B-Phot, SMIT, MOBI, Brubotics , Regenerate

• Consolidator GEARS: AI-Lab, , Stepchem, Steyaert, SUMAT, ETRO, AVRG, INTEGRAL

• Starter GEARS: Topgun, IMDO, B-Liver, SOFT, Nlite, µFlow, NEUR-o-AIMS

OVERZICHT GEAR ACTIEF IN 2022

Titel – Promotoren

ADVANCED GEAR

B-PHOT

SMIT

MOBI (BUTO-ETEC)

Brubotics (verschillende vakgroepen)

Regenerate (GTRM)

CONSOLIDATOR GEAR

AVRG

STEPCHEM (CHIS-IES)

Integral (GF-UZ Brussel/WE-BIR)

Steyaert -Remaut (WE-DBIT)

Brussels Photonics 2025: Photonics Innovation Powerhouse for Europe and Beyond Hugo Thienpont, Heidi Ottevaere, Nathalie Vermeulen, Francis Berghmans, Thomas Geernaert, Jürgen Van Erps, Michael Vervaeke, Wendy Meulebroeck, Krassimir Panajotov, Fabian Dürr, Martin Virte

Human Centric Digital Innovation: a programme for extending and scalingup valorization in public initiatives, EU research and bilateral agreements

Pieter Ballon, Jos Pierson, Karen Donders, Caroline Pauwels, Tim Raats, Ilse Mariën, An Jacobs, Wendy Van den Broeck, Ike Picone

Transitioning to future sustainable transport systems Supporting a sector in full transition: valorisation of the MOBI expertise.

Cathy Macharis, Joeri Van Mierlo, Thierry Coosemans, Omar Hegazy, Lieselot Vanhaverbeke, Thomas Crispeels

BruBotics, the Brussels Human Robotics Research Center of the VUB

Bram Vanderborght, Dirk Lefeber, Romain Meeusen, Kevin De Pauw, Ann Nowé, Johan Loeckx, Bart Jansen, Ann Jacobs, Dominique Verté, Nico De Witte, Eric Kerckhofs, Eva Swinnen, Malaika Brengman, Kim Willems

‘Regenerate’: bridging the gap towards clinical translation and industrial valorization of an innovative gene therapy platform to treat hereditary degenerative muscle disease

Thierry Vandendriessche, Marinee Chuah

Industrial Valorization of Smart Structural Health and Usage Monitoring Strategies for Key Technologies

Patrick Guillaume, Steve Vanlanduit, Christof Devriendt, Jan Helsen

Technological and Socio-Economic Strategies for a Sustainable Chemical Industry. Joeri Denayer, Gert Desmet, Tom Van Assche, Sebastian Oberthür

Integrating a multimodal approach to address current challenges in immunotherapy (INTEGRAL)

Tony Lahoutte, Nick Devoogdt, Marleen Keyaerts, Jo Van Ginderachter, Damya Laoui, Geert Raes, Karine Breckpot, Cleo Goyvaerts

Nanobodies for Biotechnology and Health

Jan Steyaert, Han Remaut

Tech4Health (ETRO-INDI)

SUMAT (SURF-FYSC-ALGC)

AI LAB (AI-LAB, DIMA, Data Lab)

Venturing into Future Health Technologies

Johan Stiens, Piet Wambacq, Bruno Tiago da Silva Gomes, Hicham Sahli, Jef Vandemeulebroucke, Bart Jansen, Jan Lemeire, Kris Steenhaut, Adrian Munteanu, Nikolaos Deligiannis, Peter Schelkens, Maarten Kuijk, Bertrand Parvais, Jonathan C.W. Chan, Jeroen Van Schependom, Abdellah Touhafi, An Braeken, Mark Runacres, Bruno Cornelis, Colas Schretter, David Blinder, Frederik Temmermans

Sustainable Material Technologies (SuMaT)

Annick Hubin, Herman Terryn, Iris De Graeve, Tom Hauffman, Hubert Rahier, Guy Van Assche, Niko Van den Brande, Frank De Proft, Frederik Tielens, Yves Van Ingelgem

Artificial Intelligence Lab

Ann Nowé, Bart De Boer, Bart Bogaerts, Katrien Beuls, Johan Loeckx, Geraint Wiggins, Tom Lenaerts, Wim Vranken, Pieter Libin, Ann Dooms, Kurt Barbé, Vincent Ginis, Sam Verboven, Filip Van Droogenbroeck

STARTER GEAR

NLITE (ICMI , ETRO)

µFLOW CELL (DBIT, DRC)

B-LIVER (GF-IVTD-LIVR)

TOPGUN (ORGC-ICMI)

IMDO

NEUR-o-AIMS

SOFT

Proof-of-concept projecten

FLT imaging using Nanobodies: effective tool for life sciences and medical applications (NLITE)

Tony Lahoutte, Maarten Kuijk, Sophie Hernot, Hans Ingelberts

µFlow Cell

Wim De Malsche, Karine Hellemans

Brussels Liver Research to Valorisation Alliance (B-Liver): Valorisation of VUB’s liver cell biology and toxicology expertise via a consortium focused on liver therapeutics, patient and consumer safety.

Tamara Vanhaecke, Leo Van Grunsven, Joery De Kock, Mathieu Vinken, Hendrik Reynaert

TOPGUN: Peptidomimetic TheranOstics develoPment and GMP prodUctioN platform

Steven Ballet, Vicky Caveliers, Charlotte Martin

Industrial Food Biotechnology: Food Fermentations and Functional Starter Cultures

Luc De Vuyst, Frédéric Leroy, Stefan Weckx

Artificial Intelligence from bench to bedside in neurology, neurosurgery and psychiatry

Sebastiaan Engelborghs, Guy Nagels, Michael Bruneau, Nathalie Vanderbruggen, Chris Baeken, Cleo Crunelle, Maarten Moens, Johnny Duerinck, Jeroen Van Schependom, Frederik Van de Steen, Maria Bjerke, Ann De Smedt, Miguel D’haeseleer, Sylvie De Raedt, Véronique Bissay, Jan Versijpt, Anja Flamez, Laura Seynave, Stéphanie Hostenbach, Anna Jansen, Tessa Braeckman

Advanced Software Technologies for Developing Smart, Sustainable and Secure Systems

Wolfgang De Meuter, Coen De Roover, Jens Nicolay

In 2021 werden 2 calls voor PoC-projecten geopend: 1 in het voorjaar en 1 in het najaar.

In totaal werden 11 aanvragen ingediend, waarvan er 7 (deels) werden gesteund voor een totaal bedrag van 539.065 €.

Strategische valorisatie-opportuniteiten

In 2021 werd 1 strategische valorisatie-opportuniteit geïdentificeerd die op initiatief van de vicerector voor financiering werd weerhouden: IMPACT. Hier wordt vanuit IOF 50% cofinanciering voorzien bij het MSCA-COFUND IMπACT programma geleid door VUB. Dit voorziet de uitwerking van een specifiek opleidingsprogramma voor post-doctorale researchers op het gebied van ondernemerschap en technologieoverdracht.

VI.1 Inkomsten uit samenwerkingen met de privésector (vierde geldstroom)

VI. Resultaten valorisatie van onderzoek

De positieve groeicurve die sinds 2011 werd genoteerd werd in 2018 spectaculair overtroffen, met een toename van de inkomsten van 12,2 mio € naar 30,4 miljoen €. De verkoop van Ablynx aandelen via het VIB (overname van h et bedrijf door Sanofi) en een upfront betaling van een licentie deal met een belangrijke farma -partner waren goed voor 17 miljoen aan éénmalige inkomsten.

VI.1 Inkomsten uit samenwerkingen met de privésector (vierde geldstroom)

De positieve groeicurve die sinds 2011 werd genoteerd werd in 2018 spectaculair overtroffen, met een toename van de inkomsten van 12,2 mio € naar 30,4 miljoen €. De verkoop van Ablynx aandelen via het VIB (overname van het bedrijf door Sanofi) en een upfront betaling van een licentie deal met een belangrijke farma-partner waren goed voor 17 miljoen aan éénmalige inkomsten.

Vanaf 2019 moeten de cijfers terug vergeleken worden met de jaren voorheen.

Vanaf 2019 moeten de cijfers terug vergeleken worden met de jaren voorheen.

Net zoals in 2020, wordt in 2021 opnieuw groei gerealiseerd, in tegenstelling tot wat verwacht werd tgv. de COVID-crisis die bedrijven noopt tot herstructurering en terugplooiing tot ‘core-business’ waar ‘innovatie- onderzoek’ helaas vaak niet toe wordt gerekend.

Net zoals in 2020, wordt in 2021 opnieuw groei gerealiseerd , in tegenstelling tot wat verwacht werd tgv. de COVID -crisis die bedrijven noopt tot herstructurering en terugplooiing tot 'core-business' waar 'innovatie - onderzoek' helaas vaak niet toe wordt gerekend.

De totale middelen uit samenwerkingen met de privésector bedragen ca. 14 miljoen € voor 2021 (een stijging van 1.3 mio € tov 2020).

De totale middelen uit samenwerkingen met de privésector bedragen ca. 14 miljoen € voor 2021 (een stijging van 1.3 mio € tov 2020)

Hiermee kan worden aangetoond dat VUB onderzoekers wel degelijk ook ‘vraaggedreven’ werken, of zoals de bevoegde minister het graag voorstelt: de kennis- en technologietransfer kan ook ‘flipped’ gebeuren en niet alleen aanbodgedreven.

Hiermee kan worden aangetoond dat VUB onderzoekers wel degelijk ook 'vraaggedreven' werken, of zoals de bevoegde minister het graag voorstelt: de kennis - en technologietransfer kan ook 'flipped' gebeuren en niet alleen aanbodgedreven.

Inkomsten samenwerkingen privé sector (4° geldstroom)

35,000,000.00

30,000,000.00

25,000,000.00

20,000,000.00

15,000,000.00

10,000,000.00

5,000,000.00

Sinds 2020 zien we evenwel dat het aantal contracten niet meer toeneemt, zoals gemeten kan worden aan het aantal nieuwe dossiers die in de databank worden geregistreerd. Er worden dus minder contracten afgesloten, maar de projecten verwerven wel meer middelen. Dit kan erop duiden dat we in de inkomsten voor 2022 (en verder in de tijd) wel met een mogelijke terugslag moeten rekening houden, al zal veel afhangen van wanneer COVID uit onze dagelijkse manier van leven zal kunnen verdrongen worden en de wijze waarop de overheid haar relanceplan invult, rekening houdend met de impact die de universiteiten en hogescholen hierop kunnen hebben. In 2021 zien we wel een stijging in het aantal NDA’s, veelal de voorbodes van contractnegotiaties.

Onderstaande grafieken betreffen enkel de project-aantallen ‘toegepast onderzoek- vierde geldstroom’ (WDV: wetenschappelijk dienstbetoon valorisatie; WDCO: wetenschappelijk dienstbetoon opleidingen en cursussen; WDGO: wetenschappelijk dienstbetoon projecten, MTA: material transfer agreements; NDA: non disclosure agreements).

Sinds 2020 zien we evenwel dat het aantal contracten niet meer toeneemt , zoals gemeten kan worden aan het aantal nieuwe dossiers die in de databank worden geregistreerd. Er worden dus minder contracten afgesloten, maar de projecten verwerven wel meer middelen. Dit kan erop duiden dat we in de inkomsten voor 2022 (en verder in de tijd) wel met een mogelijke terugslag moeten rekening houden, al zal veel afhangen van wanneer COVID uit onze dagelijkse manier van leven zal kunnen verdrongen worden en de wijze waarop de overheid haar relanceplan invult, rekening houdend met de impact die de universiteiten en hogescholen hierop kunnen hebben. In 2021 zien we wel een stijging in het aantal NDA’s, veelal de voorbodes van contractnegotiaties .

Onderstaande grafieken betreffen enkel de project-aantallen 'toegepast onderzoek - vierde geldstroom' (WDV: wetenschappelijk dienstbetoon valorisatie; WDCO: wetenschappelijk dienstbetoon opleidingen en cursussen; WDGO: wetenschappelijk dienstbetoon projecte n, MTA: material transfer agreements; NDA: non disclosure agreements).

Aantal ID fiches Pure

VI.2 Overheidsmiddelen voor strategisch en toegepast onderzoek (Derde geldstroom)

VI.2 Overheidsmiddelen voor strategisch en toegepast onderzoek (Derde geldstroom)

Men dient ook te kijken naar de evoluties in de derde geldstroom om de cijfers van de vierde geldstroom te kunnen kaderen. De laatste jaren zijn er flink wat middelen door de Vlaamse en Brusselse overheid ter beschikking gesteld voor toegepast onderzoek, al of niet in samenwerking met bedrijven. Bij de uitrol van het Relanceplan van de verschillende overheden (zie ook VI.1) in 2021, mogen we een toename van de inkomsten voor VUB verwachten.

Men dient ook te kijken naar de evoluties in de derde geldstroom om de cijfers van de vierde geldstroom te kunnen kaderen. De laatste jaren zijn er flink wat middelen door de Vlaamse en Brusselse overheid ter beschikking gesteld voor toegepast onderzoek, al of niet in samenwerking met bedrijven. Bij de uitrol van het Relanceplan van de verschillende overheden (zie ook VI.1) in 2021, mogen we een toename van de inkomsten voor VUB verwachten. Sommige onderzoekers kandideren liever voor projecten -zoals SBO- waarin de onderzoekscomponent nog ruimer is en de financiering ook groter is, dan in een bilateraal contract te stappen waar de financierende partner duidelijk afgebakende ‘deliverables’ verwacht.

Sommige onderzoekers kandideren liever voor projecten -zoals SBO- waarin de onderzoekscomponent nog ruimer is en de financiering ook groter is, dan in een bilateraal contract te stappen waar de financierende partner duidelijk afgebakende ‘deliverables’ verwacht.

Onder het I&V beleid en de TechTransfer begeleiding vallen eveneens de volgende in competitie te verwerven overheidsmiddelen voor toegepast onderzoek:

• FWO-financiering voor toegepast strategisch onderzoek (geen beurzen):

Onder het I&V beleid en de TechTransfer begeleiding vallen eveneens de volgende in competitie te verwerven overheidsmiddelen voor toegepast onderzoek:

• Strategisch Basisonderzoek (SBO) - economisch of maatschappelijk

• Toegepast Biomedisch onderzoek (TBM)

• VLAIO financiering voor toegepast onderzoek:

• FWO-financiering voor toegepast strategisch onderzoek (geen beurzen):

• Ontwikkelingsprojecten, onderzoeksprojecten, Haalbaarheidsstudies, Baekelandmandaten, Innovatiemandaten, Financiering voor O&O&I in een internationaal consortium, ICON-projecten (call via VLAIO)

• Strategisch Basisonderzoek (SBO) - economisch of maatschappelijk

• Toegepast Biomedisch onderzoek (TBM)

• VLAIO financiering voor toegepast onderzoek:

• Landbouw, TETRA en COOCK projecten

• Innoviris financiering voor toegepast onderzoek:

Joint R&D project, Applied PhD, Spin-off, POC, Research Platforms, Experimental Platforms, Co-creation, IPSU en R&D projects

• Ontwikkelingsprojecten, onderzoeksprojecten, Haalbaarheidsstudies, Baekelandmandaten, Innovatiemandaten, Financiering voor O&O&I in een internationaal consortium, ICON-projecten (call via VLAIO)

• Landbouw, TETRA en COOCK projecten

• andere (internationale) overheden of organisaties (stichtingen, fondsen): financiering voor toegepaste projecten met valorisatiepotentieel.

• projecten in het kader van de SOC’s en de Speerpuntclusters (ondermeer ICON)

• Horizon 2020 / Europe -projecten met economische valorisatie-gerichtheid

• INTERREG, DIGITAL EUROPE, CREATIVE EUROPE, specifieke DG initiatieven en calls, European Science Foundation (ESF), CORNET, CERV programma en alle ERANET en JPI netwerken waarin Innoviris of VLAIO in participeren

VI.2.1 Vlaamse financiering voor strategisch basisonderzoek

Interfacefinanciering

Vanuit de Vlaamse overheid wordt subsidiëring voorzien van de interface-activiteiten aan de 5 universitaire associaties, met als doelstelling de bevordering van de wisselwerking tussen de associatie en het bedrijfsleven en de valorisatie van het wetenschappelijk onderzoek.

De verdeling tussen de associaties gebeurt volgens de percentages vermeld in het IOF-besluit en ligt vast voor UAB op 10,90% (geen aanpassing ifv behaalde KPI’s).

Dit betekende in 2021 een interfacefinanciering van 489.846€ voor UAB.

Er is een jaarlijkse rapportering over de activiteiten aan EWI en de UAB.

Overzicht Vlaamse financiering voor strategisch onderzoek

VUB behaalde in 2021 opnieuw een prima resultaat in de financieringskanalen voor strategisch basisonderzoek van het FWO en het Agentschap Innoveren en Ondernemen, met een totaal toegekend VUB budget in deze kanalen van 12.4 mio€ (t.o.v. 10,2 Mio € in 2020)

In de volgende paragrafen en figuren worden de resultaten per kanaal in meer detail besproken.

Tabel: Toekenningen Vlaamse financiering in 2021 (zonder onderaanneming)

Fonds Wetenschappelijk Onderzoek

Strategisch Basisonderzoek (SBO)

Het programma Strategisch BasisOnderzoek (SBO) betreft vernieuwend onderzoek dat in geval van wetenschappelijk Het programma Strategisch BasisOnderzoek (SBO) betreft vernieuwend onderzoek dat in geval van wetenschappelijk succes een vooruitzicht biedt voor latere economische of maatschappelijke toepassingen (onder de vorm van een nieuwe generatie van producten, processen en/of diensten).

In 2018 werd de procedure en tijdstip van goedkeuren voor de SBO-projecten grondig herzien. Projecten worden in oktober ingediend en de toekenningen gebeuren in mei van het daaropvolgende jaar. De projecten goedgekeurd in 2021 werden dus reeds in oktober 2020 ingediend.

SBO-projecten met economische finaliteit:

• In 2020 diende VUB 16 aanvragen in, hiervan werd in 2020 1 project goedgekeurd waarbij VUB coördinator is voor een bedrag van 1.525.940 €.

• In 2021 werden 8 projecten ingediend met VUB als coördinator en 5 met VUB als partner. De steunbeslissing wordt verwacht in mei 2022.

SBO-projecten met maatschappelijke finaliteit:

• In 2020 werden 11 aanvragen ingediend, hiervan werden in 2021 2 projecten goedgekeurd voor een totaal van 1.747.472 € voor VUB. Bij 1 van deze projecten is VUB coördinator, bij het andere onderzoekspartner.

• In 2021 diende VUB 8 aanvragen in als coördinator en 8 als partner, de beslissing hierover zal in mei 2022 genomen worden.

SBO-projecten bio-economie:

Deze call werd in 2021 georganiseerd. Vanuit VUB werden 3 projecten ingediend, 2 als coördinator en 1 als partner. Het project met VUB als partner werd goedgekeurd, het budget voor VUB bedraagt 44.460€.

Toegepast Biomedisch Onderzoek (TBM)

Het TBM programma beoogt op lange termijn bij te dragen aan de implementatie van (nieuwe) therapieën, diagnosetechnieken en preventiemethoden, die -ten gevolge van een gebrek aan industriële interesse- zonder overheidsfinanciering niet tot bij de patiënt zouden geraken. Het betreft m.a.w. een niche van het toegepast biomedisch onderzoek waardoor slechts een beperkt aantal projecten in aanmerking kan komen.

In 2021 werden 9 projecten ingediend, hiervan waren er 4 partner- en 5 coördinatorprojecten. Hiervan werden 4 projecten goedgekeurd, 2 met VUB als coördinator en 2 als partner, met een totaalbudget voor VUB van 1.358.664€.

VUB TechTransfer zet in op de promotie van het FWO TBM-kanaal onder de VUB onderzoekers en organiseert sinds 2016 infosessie’s op de VUB Health Campus. Door de Corona-crisis werden we opnieuw genoodzaakt om de infosessie voor de volgende TBM-oproep 2022 digitaal te laten doorgaan in december 2021. Dit was een succes met 22 inschrijvingen. Na de infosessie worden de onderzoekers actief begeleid in hun beslissising om al dan niet in te dienen. In januari 2022 worden feedbacksessies met het FWO georganiseerd om de inpassing in het TBM programma te bespreken met geïnteresseerde onderzoekers. Het is momenteel afwachten welke projecten effectief zullen worden ingediend in 2022. Om de slaagkansen van de projectvoorstellen te vergroten, worden deze tijdens de indiening intensief begeleid en gecoached.

Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO)

A) Bedrijfsprojecten : Onderzoeksprojecten en ontwikkelingsprojecten (O&O)

Begin 2018 werd het financieringskanaal van O&O-projecten hervormd binnen VLAIO waarbij een duidelijk onderscheid werd gemaakt tussen Onderzoeksprojecten en Ontwikkelingsprojecten, waarbij het financieringspercentage aan bedrijven duidelijk werd vastgelegd.

• Onderzoeksprojecten: de subsidies voor onderzoeksprojecten ondersteunen de onderneming bij het uitvoeren van grensverleggend onderzoek, met een intrinsiek hoog risico, dat op termijn kan leiden tot een belangrijke positieve impact voor het bedrijf én voor Vlaanderen.

• Ontwikkelingsprojecten: dit type project omvat de ontwikkeling van een volledig nieuw of beduidend vernieuwend (verbeterd) product, proces, dienst of concept, en het resultaat heeft een belangrijke impact op de prestaties van het bedrijf. Die impact situeert zich eerder op korte termijn. Sinds 2019 vallen Ontwikkelingsprojecten op pilootschaal ook onder deze noemer.

• Haalbaarheidsstudies: Sinds mei 2021 vallen ook de haalbaarheidsstudies onder dit kanaal.

In 2021 werden 6 projecten ten bedrage van 2.015.979 € voor VUB als onderzoekspartner goedgekeurd. Daarnaast werden ook 2 projecten waar VUB onderaannemer is ten bedrage van 275.969 € voor VUB goedgekeurd.

B) Baekeland- en Innovatiemandaten

Met Baekelandmandaten wil VLAIO onderzoek ondersteunen dat een economische finaliteit heeft en - in geval van succes - een meerwaarde biedt voor het betrokken bedrijf. Dit onderzoek is tegelijk gericht op een doctoraat; het voldoet aan de gangbare criteria voor doctoraatswaardig onderzoek.

Een Innovatiemandaat is specifiek bestemd om postdoctorale onderzoekers een project te laten uitvoeren in nauwe samenwerking met de bedrijfswereld, hetzij met een bestaand bedrijf, hetzij met het oog op de oprichting van een nieuw bedrijf.

Sinds 2015 wordt sterk ingezet op het verder bekend maken van deze financieringskanalen en op de actieve ondersteuning van de kandidaat-mandatarissen. Dit gebeurt onder andere onder de vorm van:

• Organisatie infosessies (2 x / jaar)

• Trainingssessie voor de verdediging van de kandidaat bij het Agentschap, met gepersonaliseerde feedback.

• Desgewenst, feedback op het valorisatieluik van de aanvraag.

In 2021 werden er 3 Baekelandmandaten aangevraagd door VUB, waarvan er 1 mandaat werd goedgekeurd voor een totaalbedrag van 107.000 € voor VUB.

Er werden 3 Innovatiemandaten aangevraagd, waarvan een fase 1 mandaat en een mandaat met spin-off finaliteit werden toegekend, voor een totaalbedrag voor VUB van 393.149€

C) Landbouwtrajecten

Het doel binnen deze projecten is om vanuit een concrete probleemstelling of vraag-gedreven opportuniteit innovatieve oplossingen aan te bieden die op korte termijn toepasbaar zijn én resulteren in zichtbare veranderingen met een duidelijke (economische) meerwaarde voor de primaire land- en tuinbouwsector.

• Historisch is VUB ondervertegenwoordigd binnen dit financieringskanaal. Sinds 2019 werd een intensievere communicatie rond dit kanaal gevoerd, om het financieringskanaal beter gekend te maken. We willen meegeven dat er in dit kanaal rond vele thema’s kan gewerkt worden, niet enkel planten- of veeteelt, maar er ook

mogelijkheden zijn voor onderzoeksgroepen die niet rechtstreeks met landbouw bezig zijn. Er werden echter geen projecten ingediend.

• In 2022 wordt de communicatie en promotie van dit kanaal verdergezet.

D) Tetra - projecten

Deze projecten worden aangevraagd door een hogeschool of geïntegreerde opleidingen aan de universiteit.

In 2021 werden geen Tetra-projecten ingediend in de reguliere call met VUB als onderzoekspartner.

In 2021 werd een speciale Tetra Health and Care oproep gelanceerd. De VUB heeft 2 projecten ingediend, in beide projecten was de VUB partner. De resultaten voor deze call worden begin 2022 bekendgemaakt.

E) COOCK-projecten

Projecten ‘Collectief Onderzoek & Ontwikkeling en Collectieve Kennisverspreiding/-transfer (COOCK)’ richten zich op groepen van ondernemingen, met als doel het valoriseren van (basis)onderzoeksresultaten door het versnellen van de introductie van technologie en/of kennis.

Dit financieringsinstrument werd door VLAIO geïntroduceerd in 2018. De modaliteiten waren op dat moment nog niet duidelijk, waardoor er enkel via de clusters en bedrijven werd op ingezet.

In 2019 al werden de modaliteiten voor dit instrument herbekeken en deze behelzen o.a. een (retro-actieve) co-financiering van de deelnemende groep indien een aantal KPI’s niet bereikt worden, wat een zeker risico inhoudt voor de deelnemende onderzoeksgroepen. Stimulatie van deelname in deze call is beperkt omwille van dit risico.

In 2021 werden specifieke calls COOCK-Circulair bouwen en circulaire maakindustrie en COOCK Zorg en Gezondheid gelanceerd.

Er werden geen projecten ingediend in deze calls.

Vanuit de 5 Vlaamse universiteiten werd op initiatief van de VLIR-TTO werkgroep een schrijven gericht naar de bevoegde Minster Hilde Crevits, om deze problematiek aan te kaarten. De universiteiten kunnen immers geen resultaatsverbintenissen aangaan, enkel inspanningsverbintenissen. De Minster gaf aan voorlopig niet te willen ingaan op de vragen van de universiteiten.

H) Thematische ICON projecten : oproep Artificiële Intelligentie en Cybersecurity

In 2021 werd 1 project voor de call ICON-Cybersecurity goedgekeurd met VUB als partner, met een budget voor VUB van 473.334€.

Voor de Call Artificiële Intelligentie werd 1 project ingediend

I) Financiering door de speerpuntclusters

De speerpuntclusters faciliteren een netwerk van bedrijven - actief in een bepaald domein - die door middel van onderlinge samenwerking en samenwerking met kennisinstellingen hun competitiviteit wensen te verhogen. De eerste clusterorganisaties werden opgericht onder vorm van Innovatieve BedrijfsNetwerken (IBN’s), daarnaast werden in recentere jaren de speerpuntclusters opgericht. De IBN’s worden afgebouwd of gaan op in de speerpuntclusters. In 2020 telde Vlaanderen in totaal 6 speerpuntclusters met elk hun eigen focus en strategische roadmaps. Hoewel de leden (bedrijven) uit verschillende sectoren komen, werken ze allemaal samen rond een zelfde thema.

De oudere clusters zijn:

• Catalisti ==> chemie (o.a CO2-captatie)

• VIL ==> logistiek

• SIM ==> materialen, circulaire economie

• Flanders’Food ==> voeding

• Flux50 (actief vanaf 2018)==> energie, groene mobiliteit, smart grids, micro-grids

• De Blauwe Cluster (actief vanaf 2019) ==> blauwe economie (o.a. windenergie, aquacultuur, …) De 7de cluster FlandersHealth werd opgericht in 2021. Deze speerpuntcluster is een initiatief van FlandersBio, DSP Valley en Medtech Flanders.

Clusterorganisaties kunnen voor de uitvoering van hun rol als facilitator financieel onder-steund worden door de Vlaamse overheid maar hun werking wordt vooral mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van hun leden (bedrijven). Binnen VLAIO zijn er budgetten geoormerkt per cluster en met een steunpercentage van 50% dienen de bedrijven jaarlijks een equivalent bedrag aan cofinanciering te verzamelen hiervoor. De speerpuntclusters maken gebruik van de volgende financieringskanalen: clusterSBO’s, ICON-projecten, O&O-projecten en COOCK-projecten. De onderzoeksprojecten die mogen ingediend worden, moeten passen binnen de strategische roadmap zoals uitgetekend door de cluster en zijn leden en worden binnen de cluster geëvalueerd binnen de wetenschappelijke adviesraad (WAR). Er wordt dus al een voorselectie gemaakt door de speerpuntcluster.

In 2020 werd beslist over 7 clusterprojecten waar VUB bij betrokken was. Hiervan werden 6 projecten goedgekeurd. Het toegekend budget voor VUB in 2021 was 4.698.183€ als onderzoekspartner (3.088.554 € in 2021) en 20.400€ (2020: 86.699€) als onderaannemer. Dit is een duidelijke globale stijging tov. 2020.

J) Strategische Onderzoekscentra

Strategische onderzoekscentra (SOC’s) zijn ontstaan dankzij de excellente én relevante resultaten van het academisch wetenschappelijk onderzoek op de brede wetenschapsdomeinen van micro- en nano-elektronica (imec), biotechnologie (VIB), breedbandtechnologie (iMinds, nu overgenomen door imec) en technologisch onderzoek (VITO). Met het oog op economische en maatschappelijke valorisatie wordt gestreefd naar een gepaste verhouding tussen het gerichte en het niet-gerichte onderzoek en zo vervullen de SOC’s een brugfunctie tussen het fundamenteel en het toegepast onderzoek. De SOC’s spelen dan ook een belangrijke rol in de transformatie van de Vlaamse economie. Het vermarkten van hun kennis via de (mede) oprichting van spin-offs vormt hiervan een onderdeel.

Verschillende onderzoeksgroepen van de VUB worden structureel gefinancierd door deze SOC’s. De bijkomende projectinkomsten die groepen/onderzoekers verwerven via de SOC’s (uit EU, Vlaamse en andere financiering, los van de structurele dotatie) worden niet weergegeven in de cijfers van VUB maar worden opgenomen in de cijfers van de SOC waartoe deze groep behoort. Deze cijfers worden door de SOC’s wel in naam van VUB gerapporteerd aan EWI waardoor deze meetellen voor het globale resultaat van VUB onder IOF.

In 2016 werd de integratie van iMinds in IMEC voorbereid, een proces dat afgerond werd begin 2018 met het totstandkomen van een nieuwe raamovereenkomst VUB-imec. In 2021 werden de gesprekken opgestart voor de nieuwe VUB-Imec raamovereenkomst die in 2022 gefinaliseerd zal worden. De structurele dotatie voor de VUB onderzoeksgroepen die actief zijn in imec bedroeg in 2021 1.355.437€. De verworven projectfinanciering bedroeg in 2020 39.551€ (gegevens 2021 nog niet vrijgegeven ikv IOF sleutel).

Ook met het VIB werd in 2017 een raamovereenkomst onderhandeld, die hernieuwd zal worden in 2022. De projectinkomsten die gegenereerd worden door de onderzoeksgroepen onder de koepel van het VIB bedroeg voor 2020 1.625.904,74€ (gegevens 2021 nog niet vrijgegeven ikv IOF sleutel).

Het strategisch onderzoeksinstituut FLANDERS MAKE dat van start ging in 2014, kent ook structurele dotaties toe, in 2021 was dat voor de VUB 713.690€

VI.2.2 Projectfinanciering Brussels Gewest

Interfacefinanciering

VUB TechTransfer ontvangt subsidies van de Brusselse overheid, de Vlaamse overheid, de universiteit zelf en uit kleinere opdrachten. De Brusselse financiering- die belangrijk is- is evenwel te beperkt om een opsplitsing te kunnen maken tussen mensen die in het kader van de conventie met het Brussels Gewest werken en andere TT-medewerkers. Hetzelfde geldt trouwens voor de Vlaamse Interfacefinanciering (zie hoger). Door de pooling van de expertise van alle leden in het team, wordt een TechTransfer office gecreëerd met de nodige kritische massa en een breed aanbod aan expertise. VUB TechTransfer werkt in teamverband, de dossiers worden steeds door verschillende mensen behandeld. Op die manier kan het Brussels Gewest gebruik maken van de uiteenlopende wetenschappelijke, juridische en bedrijfskundige expertise die in het geheel van de interface cel aanwezig zijn, zonder dat al deze mensen fulltime op de overeenkomst kunnen worden geïmputeerd.

Op de overeenkomst met het Brussels Gewest werden in 2021 5,5 VTE geïmputeerd.

Sinds juni 2018 vormt Qing Cai samen met Jacky Boonen een tandem voor de begeleiding van de projecten gerelateerd aan het Brussels Hoofdstedelijk gewest. Jessica Hekking vult aan voor de HSW-gerichte projecten. Dit garandeert ook een continue bestaffing van de Innoviris cel en maakt het mogelijk om extra visibiliteit te creëren naar de onderzoekers toe. Het TechTransfer-team gaat voor een persoonlijke aanpak, een nauwe opvolging én samenwerking met de VUB onderzoekers. Vragen van onze vorsers voor Innoviris worden indien mogelijk vanuit VUB TechTransfer zelf gesteld, zodat we bij wederkerende vragen het antwoord zelf kunnen geven. We voorzien ondersteuning op verschillende vlakken: terugkoppeling over het projectvoorstel, het nakijken van budgetten, het organiseren van oefenjury’s, onderhandelingen met projectpartners, alsook projectopvolging. Onze toegewijde en persoonlijke aanpak werpt zijn vruchten af. Sommige onderzoekers weten hun weg goed te vinden richting Innoviris via VUB TechTransfer, wat zich vertaalt in telkens weer een hoog aantal indieningen.

iCityBRU project

De Brusselse overheid kende via Innoviris in december 2016 een budget van 463.650 € toe aan VUB TechTransfer, als co-financiering bij het EFRO/FEDER ICITY-RDI.BRU project, een project dat op initiatief van ULB in samenwerking met VUB werd ingediend en dat naast een (toegepast) onderzoeksluik ook een valorisatieluik omvat en een bouwdossier dat alle IT groepen van ULB en VUB in de toekomst moet huisvesten op één lokatie. Het budget diende om een business developer binnen TechTransfer aan te stellen (over de looptijd van het project - 5 jaar), Geoffrey Aerts, die voor de begeleiding van de valorisatie van de interuniversitaire onderzoeksprojecten instond. Het project zit in de eindfaze, de onderzoeksprojecten liepen af en enkel het bouwdossier (onder leiding van ULB) loopt verder. Geoffrey Aerts is niet meer op het project gefinancierd en de lopende zaken worden door TechTransfer opgevolgd.

FARI project - AI for the Common Good Institute

De Brusselse overheid kende vanuit de Relancemiddelen (via Innoviris en CIRB) in 2021 een budget van ca. 9,9 mio€ toe aan het FARI instituut, een initiatief van VUB en ULB onderzoekgroepen actief rond Artificiële Intelligentie. De middelen worden in 2 gelijke delen over de universiteiten verdeeld. Het instituut werkt momenteel aan een governance model en aan een lange-termijn businessplan. Een eerst vestiging op een centrale locatie in Brussel (BeCentral) is gerealiseerd en momenteel wordt onderzocht hoe het instituut hioer degevallend verder kan groeien. TechTransfer volgt dit project van nabij op.

Projectfinanciering - resultaten overzicht

Voor 2021 werden er via Innoviris 9 projecten goedgekeurd (van de 22 projecten= 41% slagingspercentage) voor een budget van 2.935.378€ voor toegepaste onderzoeksprojecten met een valorisatiefinaliteit in het Brussels Gewest. Dit ligt lager in vergelijking met 2020 waar 14 projecten werden goedgekeurd voor een bedrag van 4.697.164€. De aangevraagde budgetten in 2020 lagen hoger, omwille van het thema van de oproep: ‘Biotechnology’ is immers een speerpunt op de VUB. In 2021 was het thema ‘Industry of tomorrow: green, human and smart’, wat uiteraard ook een belangrijk thema is voor de VUB, maar de onderzoekskosten liggen doorgaans lager dan in de life sciences. Er werd bovendien door Innoviris een oproep minder gelanceerd, de oproep Experimental Platforms.

Innoviris biedt bij verschillende oproepen (Joint R&D project en Co-creation) de mogelijkheid om de projectvoorbereiding voor de full proposal te financieren, dit bedrag 34.505,5€ werd meegenomen in het totale budget.

Hieronder volgt een overzicht van de doelstellingen en details van de resultaten voor de Innoviris-projectcalls in 2021.

Applied PhD

Het Applied PhD-programma financiert doctoraatsmandaten, die uitgevoerd worden in samenwerking met een industriële partner of een publieke instelling. Dankzij het openstellen van dergelijke mandaten voor publieke instellingen, zien wij vanuit VUB TechTransfer het aandeel HSW-indieningen enorm stijgen.

Er werden 8 projecten ingediend voor de Applied PhD-oproep, hiervan waren er 4 met een STEM-invalshoek en 4 met een HSW-invalshoek. 4 projecten in totaal (twee uit elke invalshoek) werden geselecteerd om voor een jury van experts te verschijnen. Uiteindelijk werd één project met een STEM-invalshoek aanvaard voor financiering door Innoviris.

Applied PhD hernieuwing

Een lopend project werd met succes hernieuwd.

Spin-off

De actie Spin-off stimuleert de oprichting van nieuwe ondernemingen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Spin-off projecten krijgen de kans om een innovatief product, proces of dienst op de markt te zetten gebaseerd op voorgaande onderzoeksresultaten en om de industriële en commerciële exploitatievoorwaarden hiervan te onderzoeken met het oog op de ontwikkeling van een nieuwe economische activiteit in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Er werd één voorstel tot financiering ingediend, helaas werd dit niet goedgekeurd. Daarom werd het project in het VLAIO kanaal opnieuw aangeboden en hier met succes.

Research platforms

Het Research platforms-programma is voornamelijk gericht op onderzoeksprojecten die worden uitgevoerd via interuniversitaire samenwerkingen. Een consortium wordt samengesteld met minstens twee onderzoeksunits van universiteiten en/of hogescholen die voornamelijk afkomstig zijn uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en die over relevante complementaire competenties beschikken. Bovendien moeten er intentiebrieven van Brusselse ondernemingen worden toegevoegd om aan te tonen dat er interesse is voor het voorstel uit de bedrijfswereld.

Deze oproep werd na de zomer in 2021 (na afwezigheid in 2019 en 2020) gelanceerd met als thema: “New approaches of testing”. Er was enorm veel interesse, 6 projecten werden ingediend waarvan 3 met VUB als coördinator. De uitslag zal bekend worden gemaakt in 2022.

Joint R&D project

Het doel van de Joint R&D project-call is om de samenwerking tussen academici en ondernemers in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan te moedigen. Het thema van 2020 was “ The Industry of Tomorrow: Green, Human and Smart”. Naast het feit dat deze call altijd thematisch is, wordt er ook gevraagd om enkel met bedrijven binnen het Brussels Gewest samen te werken. Het thema en de Brusselse poel aan bedrijven spelen zeker een rol in het aantal indieningen. Daarom heeft VUB TechTransfer enorm ingezet op sensibilisering. Wetenschappelijke adviseurs van Innoviris werden uitgenodigd om een presentatie te geven over de oproep aan onze onderzoekers.

Het indieningsproces bestaat uit een expression-of-interest (EOI)- fase, een full proposal fase en een juryverdediging. Innoviris geeft de projectpartners de mogelijkheid om een subsidie (Connect) aan te vragen om een deel van de kosten te dekken voor het schrijven van een volledig projectvoorstel.

Wij slaagden er in om vijf EOIs in te dienen vanuit de VUB, hiervan werden er vier geselecteerd voor de full proposal fase. Hiervan werden uiteindelijk drie projecten weerhouden.

Co-creation

Innoviris ondersteunt, via de actie Co-Creation, onderzoek en ontwikkeling voor stedelijke veerkracht, dit met verschillende onderzoeksinstellingen, verenigingen, bedrijven en administratieve overheden uit Brussel. Doel is om, tezamen met de Brusselaars, te experimenteren met en te zoeken naar innovatieve oplossingen om het hoofd te kunnen bieden aan de maatschappelijke uitdagingen die het Gewest kent. De indieningsprocedure verloopt zoals bij de Joint R&D project in drie fasen. Ook hier geeft Innoviris de projectpartners de mogelijkheid om een subsidie (Connect) aan te vragen om een deel van de kosten te dekken voor het schrijven van een volledig voorstel.

Voor de oproep, gelanceerd in 2020, werden in 2021 3 full proposals ingediend. Twee nieuwe projecten en één hernieuwing van een bestaand project, dat de eerste fase doorlopen heeft en waarbij de VUB als nieuwe partner werd toegevoegd. De 2 nieuwe projecten werden helaas niet goedgekeurd, de hernieuwing werd wel goedgekeurd.

Voor de oproep van 2021 werden 5 voorstellen (EOIs) ingediend, waarvan 2 als coördinator. Twee van deze projecten werden goedgekeurd (met VUB als partner) en mochten een full proposal indienen. Eén project heeft daadwerkelijk een full proposal ingediend, dit project zal in de loop van 2022 voor een jury verdedigd worden.

Experimental Platforms

Via de actie Experimental Platforms wil Innoviris innovatoren de kans geven hun producten, oplossingen en concepten te ontwikkelen, uit te proberen en te testen met andere onderzoeksinstellingen, bedrijven, non-profit organisaties en eindgebruikers om zo Brussel op weg te helpen naar een duurzame toekomst. Deze projecten worden uitgevoerd in één platform met verschillende living labs. Ook bij deze actie is het mogelijk om een Connect aan te vragen.

In 2021 werd deze oproep niet gelanceerd door Innoviris.

Proof-of-concept

Het programma proof-of-concept financiert de demonstratie van de haalbaarheid en de economische levensvatbaarheid van een innovatieve technologie, methode of idee afkomstig van voorafgaand wetenschappelijk onderzoek. Deze oproep is gedurende heel het jaar open.

Er was veel interesse in deze oproep, maar vanuit VUB werden er geen concrete projecten ingediend.

R&D projects

Via de actie R&D projects financiert Innoviris industriële onderzoeksprojecten. Industrieel onderzoek is het geheel van acties, kritisch onderzoek en gepland werk dat leidt tot nieuwe handelingen en wetenschappelijke kennis. De resultaten van industrieel onderzoek worden gebruikt om een product, proces of dienst te perfectioneren. Deze oproep is vergelijkbaar met de Joint R&D project, alleen moet er voor de R&D projects niet binnen een bepaald thema of tijdsperiode gewerkt worden. De oproep staat heel het jaar open.

In 2021 werden er drie projecten ingediend en goedgekeurd.

International Projects Set-Up (IPSU)

Het International projects set-up (IPSU) programma van Innoviris voorziet in funding ter voorbereiding en uitwerking van een EU-proposal. De ondersteuning spitst zich toe op impact-gedreven programma’s zoals H2020-Pillar II; H2020-Pillar III, JPIs en ERANETTEN en overkoepelende programma’s zoals de Joint Technology Undertakings, INTERREG en EUREKA. Als consortium partner, kan een subsidie van maximaal €10.000 worden aangevraagd aan 100% financiering; als consortium coördinator, kan men tot €25.000 aanvragen, eveneens aan 100% financiering.

VUB resultaten voor dit programma zijn beschreven onder de topic EU (zie VI.2.3)

Conclusie

Het afgelopen jaar was een gemiddeld jaar qua inkomsten voor de Innoviris-oproepen. Opmerkelijk is dat VUB enorm goed scoort in het typische O&O kanaal van Innoviris (Joint R&D en R&D projects), zes van de negen goedgekeurde VUBprojecten komen uit dit kanaal. Door digitaal te blijven inzetten op infosessies en ondersteuning voor de onderzoekers in aanloop van hun project, maar ook tijdens de loop van hun project, wordt getracht de rapporteringen, verlengingen, personeels- en budgetwijzigingen mee op te volgen en in goede banen te leiden. Het langverwachte nieuw Regionaal Innovatieplan (2021-2027) voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd eindelijk voorgesteld. Hiermee gaan we aan slag om de projecten hierop te enten om hun slaagkans voor elke oproep te vergroten. Onderstaande tabel geeft de slaagkansen over de afgelopen jaren weer, waarbij kan gesteld worden dat indiening op de Innoviris financierinsgkanalen nog steeds een zeer interessante piste is voor onderzoekers die in Brussel willen valoriseren.

VI.2.3 EU financiering met toegepaste finaliteit

Tabel 1: OVerzicht van de slaagkans per jaar, sinds 2018 tem 2021

VI.2.3 EU financiering met toegepaste finaliteit

EU financieringsprogramma's onder begeleiding van ERIS -TechTransfer

EU financieringsprogramma’s onder begeleiding van ERIS-TechTransfer

Het concept

Het concept

ERIS-TechTransfer geeft via zijn concept i-ISO een totaalondersteuning in toepassingsen innovatiegerichte Europese financieringsprogramma's.

ERIS-TechTransfer geeft via zijn concept i-ISO een totaalondersteuning in toepassings- en innovatiegerichte Europese financieringsprogramma’s.

iDENTIFICEREN van nieuwe EU programmas en calls

INFORMEREN van VUB onderzoeksgroepen over de nieuwe programmes en calls

STIMULEREN door barrières te verlagen om aan EU programmas deel te nemen

ONDERSTEUNEN in elke stap van projectidee tot ingediend projectvoorstel

Het team

Het team

Het ERIS team, onder leiding van Philippe Westbroek, werd in 2021 grondig uitgebreid, wat absoluut nodig was om het succes in het H2020 kaderprogramma verder te kunnen doortrekken in het nieuwe HORIZON EUROPE kaderprogramma, gelanceerd in mei 2021. Anneke Geyzen verliet het team begin 2021, Mirko Miceli verving haar waarna eind 2021 Mohammad Boroun en Mimi Deprez het team vervoegden. Dankzij deze uitbreiding konden er ook prioriteiten worden vastgelegd met Science & Engineering (Mohammad), Social sciences & Humanities (Mirko) en Life Sciences (Philippe) en kon voor het eerst gewerkt worden met een dedicated ondersteuning in de back-office (Mimi).

De programma’s onder belegeiding van ERIS-TechTransfer

Het ERIS team, onder leiding van Philippe Westbroek, werd in 2021 grondig uitgebreid, wat absoluut nodig was om het succes in het H2020 kaderprogramma verder te kunnen doortrekken in het nieuwe HORIZON EUROPE kaderprogramma, gelanceerd in mei 2021. Anneke Geyzen verliet het team begin 2021 , Mirko Miceli verving haar waarna eind 2021 Mohammad Boroun en Mimi Deprez het team vervoegden. Dankzij deze uitbreiding konden er ook prioriteiten worden vastgelegd met Science & Engineering (Mohammad), Social sciences & Humanities (Mirko) en Life Sciences (Philippe) en kon voor het eerst gewerkt worden met een dedicated ondersteuning in de back -office (Mimi).

In HORIZON EUROPE neemt ERIS-TechTransfer de volledige begeleiding op zich van Pillar II programma’s met de 6 Clusters en Joint Research Centre; Pillar III programma’s met de European Innovation Council (EIC), European Innovation Ecosystems (EIE) en het European Institute of Innovation and Technology (EIT); het “Widening participation and spreading excellence programma” met focus op samenwerking met instituten in landen waar EU participatie minder succesvol is (zogenaamde widening countries).

De programma's onder belegeiding van ERIS -TechTransfer

In HORIZON EUROPE neemt ERIS-TechTransfer de volledige begeleiding op zich van Pillar II programma's met de 6 Clusters en Joint Research Centre; Pillar III programma's met de European Innovation Council (EIC), European Innovation Ecosystems (EIE) en het European Institute of Innovation and Technology (EIT); het "Widening participation and spreading excellence programma" met focus op samenwerking met instituten in landen waar EU participatie minder succesvol is (zogenaamde widening countries).

Naast HORIZON EUROPE heeft ERIS ook een reeks andere initiatieven onder haar hoede zoals INTERREG, DIGITAL EUROPE, CREATIVE EUROPE, specifieke DG initiatieven en calls, European Science Foundation (ESF), CORNET, CERV programma en alle ERANET en JPI netwerken waarin Innoviris of VLAIO in participeren.

Naast HORIZON EUROPE heeft ERIS ook een reeks andere initiatieven onder haar hoede zoals INTERREG, DIGITAL EUROPE, CREATIVE EUROPE, specifieke DG initiatieven en calls, European Science Foundation (ESF), CORNET, CERV programma en alle ERANET en JPI netwerken waarin Innoviris of VLAIO in participeren.

Naast HORIZON EUROPE heeft ERIS ook een reeks andere initiatieven onder haar hoede zoals INTERREG, DIGITAL EUROPE, CREATIVE EUROPE, specifieke DG initiatieven en calls, European Science Foundation (ESF), CORNET, CERV programma en alle ERANET en JPI netwerken waarin Innoviris of VLAIO in participeren.

DGs

DGs

De EU-resultaten in 2021

De EU-resultaten in 2021

De grafiek toont de groei in EU funding aan VUB sinds 2000 (FP5-FP6-FP7-H2020) tot heden (HORIZON EUROPE) en in de niet-kaderprogramma’s. De opbouw van de figuur komt tot stand door alle budgetten van goedgekeurde projecten, gespreid over hun looptijd, in te brengen. Dit verklaart waarom er ook reeds in de toekomst budgetten worden gerapporteerd. Dit zijn verworven budgetten in projecten die lopende of in opstartfase zijn.

De grafiek toont de groei in EU funding aan VUB sinds 2000 (FP5-FP6-FP7-H2020) tot heden (HORIZON EUROPE) en in de niet-kaderprogramma’s. De opbouw van de figuur komt tot stand door alle budgetten van goedgekeurde projecten , gespreid over hun looptijd, in te brengen. Dit verklaart waarom er ook reeds in de toekomst budgetten worden gerapporteerd. Dit zijn verworven budgetten in projecten die lopende of in opstartfase zijn.

De sterke groei, ingezet in 2015 door de implementatie van het i-ISO concept bij TechTransfer en die zich over meerdere jaren heeft doorgezet tot in 2020, heeft zich niet volledig kunnen doorzetten in 2021. Het nieuwe kaderprogramma HORIZON EUROPE werd immers met 8 maanden vertraging gelanceerd en gelijktijdig werden ook de eerste effecten van de coronacrisis zichtbaar met een impact op EU funding. Intussen kon deze evolutie grotendeels worden “omgebogen”: de eerste successen in HORIZON EUROPE werden genoteerd (gele blokken) waarin VUB reeds voor 12,9 miljoen Euro aan middelen heeft gerealiseerd, verworven in HE-Pillar II en HE-Pillar III onder begeleiding van ERIS-TechTransfer. Naast deze uitstekende start wordt er verwacht dat Corona en de vertraging in de lancering van HORIZON EUROPE zich ook nog in 2022 zullen laten voelen.

De VUB EU -conclusie

De sterke groei, ingezet in 2015 door de implementatie van het i-ISO concept bij TechTransfer en die zich over meerdere jaren heeft doorgezet tot in 2020 , heeft zich niet volledig kunnen doorzetten in 2021 Het nieuwe kaderprogramma HORIZON EUROPE werd immers met 8 maanden vertraging gelanceerd e n gelijktijdig werden ook de eerste effecten van de coronacrisis zichtbaar met een impact op EU funding. Intussen kon deze evolutie grotendeels worden "omgebogen": de eerste successen in HORIZON EUROPE werden genoteerd (gele blokken) waarin VUB reeds voor 12,9 miljoen Euro aan middelen heeft gerealiseerd, verworven in HE-Pillar II en HE-Pillar III onder begeleiding van ERISTechTransfer. Naast deze uitstekende start wordt er verwacht dat Corona en de vertraging in de lancering van HORIZON EUROPE zich ook no g in 2022 zullen laten voelen.

De VUB EU -conclusie

Het effect van de ondersteuning (i-ISO concept) die vanuit Techtransfer door het ERIS team wordt gegeven aan de VUB onderzoeksploegen, kan aangetoond worden via hogervermelde resultaten. Het mag duidelijk zijn dat de sterke groei samengaat met i-ISO en de groei zich vooral heeft doorgezet in die programma’s waarin i-ISO werd ge-implementeerd. Hierdoor is er ook globaal een positief resultaat te noteren voor de inkomsten die in 2021 werden verworven door de VUB op vlak van Europese subsidies.

VI.2.4 Valorisatie voor de Humane en Sociale Wetenschappen

Het effect van de ondersteuning (i -ISO concept) die vanuit Techtransfer door het ERIS team wordt gegeven aan de VUB onderzoeksploegen, kan aangetoond worden via hogervermelde resultaten. Het mag duidelijk zijn dat de sterke groei samengaat met i -ISO en de groei zich vooral heeft doorgezet in die programma's waarin i-ISO werd geimplementeerd. Hierdoor is er ook globaal een positief resultaat te noteren voor de inkomsten die in 2021 werden verworven door de VUB op vlak van Europese subsidies.

“Een toegankelijk en dedicated point-of-contact voor onderzoekers uit de Humane en Sociale Wetenschappen werkt goed en is noodzakelijk voor een gedegen begeleiding door VUB TechTransfer.” Dat is een van de belangrijkste conclusies van het ASP2030 project ‘Valorisatie voor de Humane en Sociale Wetenschappen’. In oktober 2018 ging dit project van start. Drie jaar later werd dit project succesvol afgerond met een eindrapport1 en een presentatie voor de Academische Raad.

1 De volledige enquête ‘VUB TechTransfer – Survey for the Social Sciences, Humanities and the Arts 2021’ en het ‘Projecteindrapport ASP 2030’ kunnen ter inzage opgevraagd worden.

“Een toegankelijk en dedicated point -of -contact voor onderzoekers uit de Humane en Sociale Wetenschappen werkt goed en is noodzakelijk voor een gedegen begeleiding door VUB TechTransfer.” Dat is een van de belangrijkste conclusies van het ASP2030 project ‘Valorisatie voor de Humane en Sociale Wetenschappen’. In oktober 2018 ging dit project van start. Drie jaar later werd dit project succesvol afgerond met een eindrapport1 en een presentatie voor de Academische Raad.

Totale inkomsten toegepast onderzoek

Humane en Sociale Wetenschappen

€ 12,000,000

€ 10,000,000

€ 8,000,000

€ 6,000,000

€ 4,000,000

€ 2,000,000

€ -

€ 1,649,719

€ 3,046,461

€ 6,003,857

€ 7,399,490

€ 9,624,117

€ 7,362,291

€ 4,695,046

€ 2,905,130

€ 1,186,759

De inkomstencijfers voor toegepast onderzoek in HSW (cijfers tot juni 2021, zoals weergegeven in het eindrapport waarvan hoger sprake) tonen een duidelijke stijging, niettegenstaande het feit dat veel toegepaste calls niet altijd even geschikt zijn voor deze doelgroep: de veelal economische finaliteit van deze funding-opportuniteiten past niet altijd bij het humane en sociale onderzoek. Calls zoals de SBO-M van FWO zijn dankzij de maatschappelijke finaliteit dan ook zeer populair. Onderzoekers moeten steeds meer geconnecteerd zijn met eindgebruikers, gebruikerscommissies en potentiële afnemers van valoriseerbaar onderzoek. Daarbij moeten ze ook steeds meer in contact staan met hun collega’s van andere disciplines: inter- en intradisciplinariteit worden steeds meer de norm. Ook de SDG’s en maatschappelijke impact spelen een steeds belangrijkere rol in het onderzoeks- en valorisatieveld. Onze onderzoekers moeten dus goed ondersteund worden. In 2021 werd een enquête1 afgenomen bij de HSW onderzoekers om te weten te komen wat de mening van onze HSW-community is over TechTransfer, valorisatie en SDG’s en hoe de ondersteuning verder verbeterd kan worden. Maar liefst 80 respondenten gaven feedback. Hieruit bleek dat ondersteuning bij projectoproepen en matchmaking zeer belangrijk is. Ook de tevredenheid over ondersteuning scoorde hoog: 85% van de onderzoekers die in contact waren met onze valorisatieadviseur voor de HSW (Jessica Hekking) waren (zeer) tevreden hiermee.

De inkomstencijfers voor toegepast onderzoek in HSW ( cijfers tot juni 2021, zoals weergegeven in het eindrapport waarvan hoger sprake ) tonen een duidelijke stijging, niettegenstaande het feit dat veel toegepaste calls niet altijd even geschikt zijn voor deze doelgroep: de veelal economische finaliteit van deze funding -opportuniteiten past niet altijd bij het humane en sociale onderzoek. Calls zoals de SBO -M van FWO zijn dankzij de maatschappelijke finaliteit dan ook zeer populair.

Onderzoekers moeten steeds meer geconnecteerd zijn met eindgebruikers, gebruikerscommissies en potentiële afnemers van valoriseerbaar onderzoek. Daarbij moeten ze ook steeds meer in contact staan met hun collega’s van andere disciplines: inter- en intradisciplinariteit worden steeds meer de norm. Ook de SDG’s en maatschappelijke impact spelen een steeds belangrijkere rol in het onderzoeks - en valorisatieveld.

Onze onderzoekers moeten dus goed ondersteund worden. In 2021 werd een enquête 1 afgenomen bij de HSW onderzoekers om te weten te komen wat de mening van onze HSWcommunity is over TechTransfer, valorisatie en SDG's en hoe de ondersteuning verder verbeterd kan worden. 80 respondenten gaven feedback. Hieruit bleek dat ondersteuning bij projectoproepen en matchmaking zeer belangrijk is. Ook de tevredenheid over ondersteuning scoorde hoog: 85% van de onderzoekers die in contact waren met onze valorisatieadviseur voor de waren (zeer) tevreden hiermee.

1 De volledige enquête ‘VUB TechTransfer – Survey for the Social Sciences, Humanities and the Arts 2021’ en het ‘Projecteindrapport ASP 2030’ kunnen ter inzage opgevraagd worden.

Na afloop van het ASP-project wil TechTransfer blijven inzetten op de onderzoekers uit de HSW: het behouden van directe aanspreekpunten die verdere expertise opbouwen om zo goed mogelijk te ondersteunen is belangrijk. Een verbindingspersoon tussen TechTransfer en HSW-onderzoekers is hierbij cruciaal. Een goede kennis van de (steeds veranderende) onderzoeksthema’s en van (funding) kansen is noodzakelijk om de onderzoekers in contact te kunnen brengen met de juiste opportuniteiten. Vanwege de vele raakvlakken met andere diensten is het ook belangrijk universiteitsbreed te kunnen werken. De huidige ondersteuning zal voortgezet dienen te worden om de succesvolle valorisatie van HSW-onderzoek te continueren en hierbij wordt extra inzet op het steeds opnieuw informeren en stimuleren van groepen die minder sterk scoren voorop gezet.

Na afloop van het ASP -project wil TechTransfer blijven inzetten op de onderzoekers uit de HSW: het behouden van directe aanspreekpunten die verdere expertise opbouwen om zo goed mogelijk te ondersteunen is belangrijk. Een verbindingspersoon tussen TechTransfer en HSW-onderzoekers is hierbij cruciaal. Een goede kennis van de (steeds veranderende) onderzoeksthema’s en van (funding) kansen is noodzakelijk om de onderzoeke rs in contact te kunnen brengen met de juiste opportuniteiten. Vanwege de vele raakvlakken met andere diensten is het ook belangrijk universiteitsbreed te kunnen werken. De huidige ondersteuning zal voortgezet dienen te worden om de succesvolle valorisatie van HSWonderzoek te continueren en hierbij wordt extra inzet op het steeds opnieuw informeren en stimuleren van groepen die minder sterk scoren voorop gezet.

1 De volledige enquête ‘VUB TechTransfer – Survey for the Social Sciences, Humanities and the Arts 2021’ en het ‘Projecteindrapport ASP 2030’ kunnen ter inzage opgevraagd worden.

VI.3 Octrooien

In 2021 werden 41 uitvindingen aangemeld waarvan 22 nieuwe octrooiaanvragen werden ingediend met VUB als (mede-)aanvrager.

Het totale VUB-octrooiportfolio omvat 180 actieve octrooifamilies, bestaande uit 55 families met VUB als enige aanvrager, 57 met mede -aanvrager VIB en 37 met mede -aanvrager

VI.3 Octrooien

In 2021 werden 41 uitvindingen aangemeld waarvan 22 nieuwe octrooiaanvragen werden ingediend met VUB als (mede-) aanvrager.

Het totale VUB-octrooiportfolio omvat 180 actieve octrooifamilies, bestaande uit 55 families met VUB als enige aanvrager, 57 met mede-aanvrager VIB en 37 met mede-aanvrager IMEC. De overige actieve octrooifamilies worden beheerd door of in samenwerking met andere partijen dan de genoemde kennisinstellingen.Octrooiaanvragen ingediend door bedrijven op basis van uitvindingen door VUB-onderzoekers zijn hierin niet meegeteld.

Ditzelfde jaar werden 26 octrooiaanvragen uitgebreid tot de internationale (PCT) fase en 9 internationale octrooiaanvragen werden ingeleid in de nationale fase.In Europa en/of de Verenigde Staten werden 8 octrooien toegekend, waarvan 4 octrooien met VUB als enige aanvrager.

Stopzettingen van de octrooiprocedure dienen telkens afgewogen te worden om de kosten te beheersen. Dit gebeurt voornamelijk wanneer er geen marktpotentieel blijkt te zijn of het octrooidossier niet sterk genoeg is.

# Aanmeldingen # Ingediende octrooiaanvragen

Toegekende EP/US octrooien

VI.4 Licentieovereenkomsten

VI.4 Licentieovereenkomsten

Licentie-overeenkomsten met bedrijven vormen een manier om onderzoeksresultaten en intellectuele eigendomsrechten (bv. octrooien) erop te valoriseren.

Inkomsten uit licentie-overeenkomsten zijn sterk afhankelijk van de bedrijfsresultaten van onze licentie-nemers en van de afgesproken licentie-voorwaarden. Bijgevolg kunnen de inkomsten uit licenties sterk variëren van jaar tot jaar.

Naast deze licentie-inkomsten zijn er ook andere inkomsten uit valorisatie van onderzoeksresultaten, zoals bv. vergoedingen voor intellectuele eigendom die vervat zitten in onderzoekscontracten, inkomsten uit verkoop van aandelenparticipaties, etc. Deze overige valorisatie-inkomsten zitten vervat in de resultaten ‘vierde geldstroom’.

Licentie-overeenkomsten met bedrijven vormen een manier om onderzoeksresultaten en intellectuele eigendomsrechten (bv. octrooien) erop te valoriseren. Inkomsten uit licentie -overeenkomsten zijn sterk afhankelijk van de bedrijfsresultaten van onze licentie-nemers en van de afgesproken licentie -voorwaarden. Bijgevolg kunnen de inkomsten uit licenties sterk variëren van jaar tot jaar.

Sinds 2019 worden in dit verslag enkel de licentie-inkomsten (excl. overhead, excl. BTW) weergegeven.

Naast deze licentie-inkomsten zijn er ook andere inkomsten uit valorisatie van onderzoeksresultaten, zoals bv. vergoedingen voor intellectuele eigendom die vervat zitten in onderzoekscontracten, inkomsten uit verkoop van aandelenparticipaties, etc.

• 2011 1.455.095 Euro

• 2012 985.341 Euro

• 2013 1.361.279 Euro

• 2014 1.138.685 Euro

• 2015 1.367.343 Euro

• 2016 1.306.536 Euro

• 2017 1.303.798 Euro

• 2018 6.121.213 Euro (*)

• 2019 299.140 Euro

• 2020 548.865 Euro

• 2021 3.723.228 Euro (*)

*De uitzonderlijke licentieinkomsten in 2018 en 2021 zijn in belangrijke mate te danken aan een unieke overeenkomst met een belangrijk farmaceutisch bedrijf, in het bijzonder omwille van een substantiële, éénmalige voorafgaandelijke vergoeding. Deze overeenkomst is echter niet beperkt tot deze éénmalige vergoeding en kan in de toekomst nog bijkomende licentieinkomsten genereren.

Wat het aantal licentieovereenkomsten betreft noteerden we voor:

• 2012 6 licentieovereenkomsten.

• 2013 8 licentieovereenkomsten waarvan 3 met een tegenpartij gevestigd in het BHG.

• 2014 5 licentieovereenkomsten.

• 2015 3 nieuwe exclusieve licentieovereenkomsten afgesloten met VUB spin-offs

• 2016 3 nieuwe exclusieve licentieovereenkomsten afgesloten met VUB spin-offs

• 2017 1 nieuwe exclusieve licentieovereenkomst en 1 inbreng in vennootschap met/in VUB spin offs, 1 licentie via VIB.

• 2018 2 nieuwe exclusieve licentieovereenkomsten afgesloten met VUB spin-offs Fertiga en Gulliver Biomed (gezamenlijke VUB/UGent spin off) alsook een licentieovereenkomst met een farmaceutische onderneming.

• 2019 2 nieuwe exclusieve licentieovereenkomsten afgesloten met VUB spin-offs Konligo en hbits, alsook een licentieovereenkomst met een internationale organisatie.

• 2020 2 nieuwe exclusieve licentieovereenkomsten afgesloten met VUB spin-offs iCense en Lavima Fertility, 2 licentieovereenkomsten met bedrijven binnen Europa, 1 evaluation & option agreement met een farmaceutische onderneming.

• 2021 - werd de evaluation & option agreement met een belangrijk farmaceutisch bedrijf uit het jaar 2020 omgezet naar een exclusieve licentieovereenkomst met betaling van een substantiële vergoeding. Deze licentieovereenkomst is daar echter niet toe beperkt en kan in de toekomst nog bijkomende licentieovereenkomsten generen.

- 7 licentieovereenkomsten met bedrijven binnen Europa - 1 exclusieve licentieovereenkomst met VUB spin-off Weave.ly - 1 research license and conditional commercial license met VUB spin-off Abscint.

VI.5 Spin-off’s

VUB TechTransfer speelt een belangrijke rol in de identificatie, opvolging, ontwikkeling en beoordeling van de verschillende spin-off dossiers van de VUB. Om de overlevingskansen van de uiteindelijk opgerichte start-ups te maximaliseren, wordt er vanaf het begin de nodige aandacht besteed aan die factoren, naast de technologie, die nodig zijn om tot een succesverhaal te komen. Deze zijn, ondermeer, een duidelijke geïdentificeerde marktbehoefte (of een doelgerichte strategie om die te creëren), een welomschreven value proposition die hieraan voldoet en een complementair team.

aantal nieuw

1. # meldingen: 17

2. # nieuw gestarte: 2 --> Abscint, Weave.ly.

3. # actieve: 44

4. # stopgezette/ overgenomen bedrijven of grote kapitaalinjecties: 44

• Collibra (Nov 2021): Collibra haalt $ 250 miljoen op in een financieringsronde geleid door Sequoia Capital Global Equities en Sofina, met als gevolg meer dan een verdubbeling van haar waardering tot $ 5,25 miljard.

• PharmaFluidics wordt overgenomen door Thermo Fisher Scientific (Nov 2021) :

• De toevoeging van PharmaFluidics’ μPAC-microchip-gebaseerde chromatografiekolommen vormt een aanvulling op het portfolio-aanbod van Thermo Fisher aan biofarmaceutische klanten en verbetert het vermogen om te voldoen aan de toenemende vraag van klanten naar scheidingen in de massaspectrometrie-workflow. Door deze beloftevolle combinatie wordt Thermo Fisher een nog sterkere partner door de µPAC-producten en -technologie uit te breiden als onderdeel van een geïntegreerde portfolio om effectiever te voldoen aan de wereldwijde klantbehoeften.

aantal meldingen potentiële spin-offs aantal nieuw gestarte spin-offs aantal actieve spin-offs

aantal meldingen potentiële spin-offs aantal nieuw gestarte spin-offs aantal actieve spin-offs

Nieuwe spin-off’s 2021: Nieuwe spin -off’s 2021:

Nieuwe spin -off’s 2021:

Moleculaire beeldvorming om oncologische, cardiovasculaire en immunologische ziekten te bestrijden.

Moleculaire beeldvorming om oncologische, cardiovasculaire en immunologische ziekten te bestrijden.

ABSCINT is een klinisch bedrijf voor moleculaire beeldvorming dat diagnostica ontwikkelt op basis van single domain antilichamen. Single domain antilichamen zijn unieke moleculen die oorspronkelijk aan de VUB werden ontdekt en aan de basis liggen van een aantal succesvolle biotechbedrijven. ABSCINT richt zich op de ontwikkeling van radiogelabelde single domain antilichamen voor moleculaire beeldvormingstoepassingen van het hele lichaam. Moleculaire beeldvorming wordt gebruikt voor de diagnose van ziekten, voor de selectie van behandelingen en voor de monitoring van de respons op behandelingen op basis van specifieke moleculaire merkers die met een korte scan over het hele lichaam zichtbaar kunnen worden gemaakt. Het bedrijf heeft twee producten in de klinische fase: één voor oncologie en één voor cardiovasculaire aandoeningen.

ABSCINT is een klinisch bedrijf voor moleculaire beeldvorming dat diagnostica ontwikkelt op basis van single domain antilichamen. Single domain antilichamen zijn unieke moleculen die oorspronkelijk aan de VUB werden ontdekt en aan de basis liggen van een aantal succesvolle biotechbedrijven. ABSCINT richt zich op de ontwikkeling van radiogelabelde single domain antilichamen voor moleculaire beeldvormingstoepassingen van het hele lichaam. Moleculaire beeldvorming wordt gebruikt voor de diagnose van ziekten, voor de selectie van behandelingen en voor de monitoring van de respons op beha ndelingen op basis van specifieke moleculaire merkers die met een korte scan over het hele lichaam zichtbaar kunnen worden gemaakt. Het bedrijf heeft twee producten in de klinische fase: één voor oncologie en één voor cardiovasculaire aandoeningen.

Moleculaire beeldvorming om oncologische, cardiovasculaire en immunologische ziekten te bestrijden.

ABSCINT heeft haar activiteiten opgezet in Luik, België, en Karine Clauwaert als CEO aangesteld, samen met Tony Lahoutte als medisch directeur. Het managementteam beschikt over een sterke industriële ervaring en expertise in de productie van single domain antilichamen, radiofarmaceutica en de klinische vertaling van radioactief gelabelde moleculen. https:// abscint.com/

ABSCINT heeft haar activiteiten opgezet in Luik, België, en Karine Clauwaert als CEO aangesteld, samen met Tony Lahoutte als medisch directeur. Het managementteam beschikt over een sterke industriële ervaring en expertise in de productie van single domain antilichamen, radiofarmaceutica en de klinische vertaling van radioactief gelabelde moleculen. https://abscint.com/

ABSCINT is een klinisch bedrijf voor moleculaire beeldvorming dat diagnostica ontwikkelt op basis van single domain antilichamen. Single domain antilichamen zijn unieke moleculen die oorspronkelijk aan de VUB werden ontdekt en aan de basis liggen van een aantal succesvolle biotechbedrijven. ABSCINT richt zich op de ontwikkeling van radiogelabelde single domain antilichamen voor moleculaire beeldvormingstoepassingen van het hele lichaam. Moleculaire beeldvorming wordt gebruikt voor de diagnose van ziekten, voor de selectie van behandelingen en voor de monitoring van de respons op beha ndelingen op basis van specifieke moleculaire merkers die met een korte scan over het hele lichaam zichtbaar kunnen worden gemaakt. Het bedrijf heeft twee producten in de klinische fase: één voor oncologie en één voor cardiovasculaire aandoeningen.

ABSCINT heeft haar activiteiten opgezet in Luik, België, en Karine Clauwaert als CEO aangesteld, samen met Tony Lahoutte als medisch directeur. Het managementteam

Prototyping at the Speed of Thought weave.ly stelt niet-technische geschoolde mensen in staat om functionele en inzetbare prototypes te bouwen zonder programmeerervaring en brengt ontwerpen tot leven door ze te koppelen aan de functionele componenten van weave.ly. Het Software Languages Lab van de VUB heeft het platform ontwikkeld onder leiding van professor Wolfgang De Meuter. Florian Myter en Jesse Zaman zijn de 2 Co-Founders. https://weave.ly

Prototyping at the Speed of Thought weave.ly stelt niet -technische geschoolde mensen in staat om functionele en inzetbare prototypes te bouwen zonder programmeerervaring en brengt ontwerpen tot leven door ze te koppelen aan de functionele componenten van weave.ly.

Het Software Languages Lab van de VUB heeft het platform ontwikkeld onder leiding van professor Wolfgang De Meuter. Florian Myter en Jesse Zaman zijn de 2 Co-Founders. https://weave.ly

VI.6 Startkapitaalfondsen

VI.6.1

BI3 Fund

VI.6 Startkapitaalfondsen

Om haar valorisatiebeleid, en meer bepaald de ondersteuning van spin-off bedrijven, kracht bij te zetten, richtte de Vrije Universiteit Brussel in 2002 een startersfonds op, genaamd BI3 Fund, zoals dit ook reeds bestond en bestaat aan andere Vlaamse universiteiten (bijv. destijds het Baekeland-fonds bij UGent en Gemma-Frisius-fonds bij KU Leuven). De missie van BI3 Fund NV bestond in het verschaffen van zaai- en groei-kapitaal aan spin-offs van de Vrije Universiteit Brussel.

VI.6.1 BI3 Fund

Om haar valorisatiebeleid, en meer bepaald de ondersteuning van spin -off bedrijven, kracht bij te zetten, richtte de Vrije Universiteit Brussel in 2002 een startersfonds op, genaamd BI3 Fund, zoals dit ook reeds bestond en bestaat aan andere Vlaamse universiteiten (bijv. destijds het Baekeland-fonds bij UGent en Gemma-Frisius-fonds bij KU Leuven). De missie van BI3 Fund NV bes tond in het verschaffen van zaai- en groeikapitaal aan spin-offs van de Vrije Universiteit Brussel.

Het BI3 Fund was een risicokapitaalfonds waarin KBC Private Equity NV, Paribas Fortis Private Equity Belgium NV, Ethias NV, de Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel (GIMB) via Brustart NV en de Vrije Universiteit Brussel participeerden.

BI3 staat voor Brussels Imagination, Incubation & Innovation. Het BI3 fonds werd opgezet als een gesloten fonds van 6 miljoen EUR. Aanvankelijke aandeelhouder Mercator NV verkocht haar aandelen aan de overige aandeelhouders waarbij het kapitaal van het BI³ Fund evenredig werd verminderd.

Het BI3 Fund was een risicokapitaalfonds waarin KBC Private Equity NV, Paribas Fortis Private Equity Belgium NV, Ethias NV, de Gewestelijke Investering smaatschappij voor Brussel (GIMB) via Brustart NV en de Vrije Universiteit Brussel participeerden.

Het BI3 Fund werd definitief vereffend op 14 februari 2019 en afgesloten met een zeer mooie return on investment, wat een bijzondere prestatie kan worden genoemd in het domein van de early seed investment funds. Het goede resultaat van het BI3 Fund is in grote mate te danken aan de schitterende evolutie van één van haar portfoliobedrijven, met name Collibra NV, dat volop de pers haalde omdat het als eerste de status van “unicorn” verwierf als Belgisch high tech start-upbedrijf en ook nu nog aan haar verdere, sterke groei blijft werken en mooie succesen boekt.

BI3 staat voor Brussels Imagination, Incubation & Innovation. Het BI3 fonds werd opgezet als een gesloten fonds van 6 miljoen EUR. Aanvankelijke aandeelh ouder Mercator NV verkocht haar aandelen aan de overige aandeelhouders waarbij het kapitaal van het BI³ Fund evenredig werd verminderd.

VI.6.2

Qbic I Fund

Het BI3 Fund werd definitief vereffend op 14 februari 2019 en afgesloten met een zeer mooie return on investment, wat een bijzondere prestatie kan worden genoemd in het domein van de early seed investment funds. Het goede resultaat van het BI3 Fund is in grote mate te danken aan de schitterende evolutie van één van haar portfoliobedrijven, met name Collibra NV, dat volop de pers haalde omdat het als eerste de status van “unicorn” verwierf als Belgisch high tech start-upbedrijf en ook nu nog aan haar verdere, sterke groei blijft werken en mooie succesen boekt

In 2012 werd met de Universiteit Gent, de Universiteit Antwerpen, de drie universitaire ziekenhuizen en een aantal hogescholen uit de betreffende associaties waaronder de Erasmushogeschool Brussel een nieuw startersfonds opgericht. Het Qbic I Fund was het eerste interuniversitaire zaaikapitaalfonds in Brussel en Vlaanderen. Zowel spin-off bedrijven in Vlaanderen als in Brussel konden beroep doen op de middelen van dit fonds.

De investeringsperiode van Qbic I is afgelopen en de deelnames in de portfoliobedrijven van Qbic I (waaronder 4 VUB ‘spin-off’ bedrijven) worden nu zoveel mogelijk verzilverd. Gezien de bestaande samenwerking met Qbic I en de positieve financiële vooruitzichten, werd destijds voorgesteld aan de deelnemende universiteiten om het project verder te zetten in een opvolgfonds, Qbic II. Intussen zijn enkele mooie exits uit Qbic’s I portfoliobedrijven gerealiseerd.

VI.6.2 Qbic I Fund

VI.6.3

Qbic II Fund

In 2012 werd met de Universiteit Gent, de Universiteit Antwerpen, de drie universitaire ziekenhuizen en een aantal hogescholen uit de betreffende associaties waaronder de Erasmushogeschool Brussel een nieuw startersfonds opgericht. Het Qbic I Fund was het eerste interuniversitaire zaaikapitaalfonds in Brussel en Vlaanderen. Zowel spin -off bedrijven in Vlaanderen als in Brussel konden beroep doen op de middelen van dit fonds.

Einde 2016 werd tussen de betrokken universiteiten, Qbic II (met een nieuwe managementsvennootschap) en de overige aandeelhouders, overeenstemming bereikt aangaande de aandeelhouders-overeenkomst en werd met Qbic II een werkmethode afgesproken om spin off initiatieven voor te leggen.

De investeringsperiode van Qbic I is afgelopen en de deelnames in de portfoliobedrijven van Qbic I (waaronder 4 VUB 'spin-off' bedrijven) worden nu zoveel mogelijk verzilverd. Gezien de bestaande samenwerking met Qbic I en de positieve financiële vooruitzichten, werd destijds voorgesteld aan de deelnemende universiteiten om het project ve rder te zetten in een opvolgfonds, Qbic II. Intussen zijn enkele mooie exits uit Qbic’s I portfoliobedrijven gerealiseerd.

In deze eerste closing van einde 2016 werd met dezelfde aandeelhouders van Qbic I (en bijkomende private financiers uit de bedrijfswereld) een kapitaal opgehaald van 40,4 miljoen EUR: de VUB bracht 500.000 euro in, UGent en UA brachten respectievelijk 1,5 miljoen euro en 500.000 euro in. Ook VITO bracht 500.000 euro in. ARKimedes-Fonds II (Participatiemaatschappij Vlaanderen) en FPIM (Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij), de banken KBC, BNP Paribas Fortis en ING hebben ook opnieuw geïnvesteerd. ULiège,UHasselt en imec zijn wat later eveneens als partners-investeerders toegetreden tot QbicII en de eerstelijnskennisinstellingen UGent, VUB, UA hebben een bijkomende

inbreng gerealiseerd van respectievelijk 250.000 euro, 150.000 euro en 150.000 euro. VITO heeft niet bijkomend geïnvesteerd. In 2018 werd het kapitaal bijkomend opgetrokken tot 57.200.000 euro.

Het QBIC II fonds nam verschillende potentiële spin-off dossiers van de VUB in de pipeline op. In 2021 werd geïnvesteerd in een beloftevolle spin off van VUB, met name Abscint NV, actief in kankerdiagnostiek.

Het afgelopen jaar werden intensieve gesprekken gevoerd tussen de deelnemende universiteiten en het management van Qbic met het oog op deelname in het vervolgfonds Qbic III. De voorwaarden waaronder verder zal worden samengewerkt, werden vastgelegd in een afsprakennota die samen met de vennootschapsdocumentatie zal worden getekend en een correcte en pragmatische manier van samenwerking beoogt. Momenteel onderzoekt Qbic investering in verscheidene VUB spin-off dossiers na oprichting van Qbic III.

VI.7 Incubatoren en researchparken

VI.7.1 Incubatiecentra

Een bijkomend instrument in het repertorium van basisstructuren ter ondersteuning van het economisch valorisatiebeleid van de VUB zijn de incubatiecentra.

Naast de reeds gevestigde incubatiecentra IICB op het Researchpark van Zellik (Vlaanderen), en de Incubator Arsenaal (kort ICAB) op de site Arsenaal, vlakbij de campus, wordt op de campus een pre bio-incubator voorzien. Hiervoor werd een incubatormanager aangeworven, David Moreels, die in september 2021 aan de slag ging en die samenwerkt met de diensten Campusontwikkeling en Infrastructuur van de VUB.

Het financieel en business plan werd eind 2021 voorgesteld aan en goedgekeurd door de Raden van Bestuur van VUB en VIB, onze partner in dit project. De rode Willy Van der Meeren unit, centraal gelegen op de VUB campus in Etterbeek (naast de elektronenmicroscoop faciliteit), wordt hiervoor omgebouwd. De eerste fase van de renovatiewerken zal starten in februari 2022 en de bio-incubator zal opgeleverd worden eind 2023. De pre bio-incubator zal gemeenschappelijke intellectuele, strategische, operationele of logistieke diensten verlenen, waaronder ook het terbeschikkingstellen van faciliteiten en infrastructuur onder de vorm van kantoor- en laboratoriumruimten, aan innoverende bedrijven en instellingen, ontstaan vanuit onderzoek aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) en/of de VZW Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB), bij voorkeur actief in de biotechnologie. Ook de uitbouw van structuren voor het stimuleren, begeleiden, adviseren en de verdere ontwikkeling en tijdelijke opvang en huisvesting van innoverende projecten met het oog op de opstart van een bedrijf behoort tot het takenpakket. Hiervoor wordt onderzocht hoe we kunnen samenwerken met de andere incubatoren in het Brusselse ecosysteem die al een dienstenverlenend platform hebben uitgewerkt.

Nadat de innoverende bedrijven, de pre bioincubator zullen ontgroeid zijn, worden ze doorverwezen naar een grotere biotech incubator in het Researchpark van Zellik. Gesprekken over het opstarten en verder uitwerken van dit project gebeuren momenteel met belangrijke stakeholders in dit project, zoals VUB, VIB en het Green Energy Park vzw.

VI.7.2 Researchparken

De VUB voert het medebeheer van het Researchpark Zellik in Vlaams-Brabant. De voorwaarden voor vestiging zijn gekoppeld aan de researchactiviteiten die de bedrijven wensen uit te bouwen met de universiteit. De VUB streeft ernaar van in het begin de samenwerkingen concreet op te zetten en verder op te volgen.

In 2021 werd verder gewerkt aan nieuwe samenwerkingen met de bedrijven op het park, aangezien de aankoop van de gronden door de bedrijven nu mogelijk is en een onderzoeksactiviteit of -samenwerking hiervoor een voorwaarde is.

VI.7.3

Green Energy Park

Er is door TechTransfer actief meegewerkt aan een nieuw project ‘Green Energy Park’ dat in samenwerking met het UZ Brussel en prive-partners moet worden uitgerold op de site Researchpark Zellik. Op 4 juli 2019 werd de vzw ‘Green Energy Park’ opgericht. Green Energy Park heeft de ambitie een grootschalige proeftuin te worden waar bedrijven, onderzoeksinstellingen, overheden en gebruikers in co-creatie samen werken aan innovatieve en duurzame oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen. Specifiek onderzoek dat gevoerd wordt door VUB en UZB onderzoeksploegen zou plaats kunnen krijgen op het GEP, met een focus op drie domeinen: de transitie naar groene energie en mobiliteit, het ziekenhuis van de toekomst, en digitale vraagstukken zoals smart cities en slimme technologieën op basis van AI. De eerste onderzoeksprojecten rond energie en mobiliteit werden intussen opgestart vanuit de groep EVRGI (MOBI) en dit wekt de interesse van bedrijven voor de infrastructuur (Smart Lab) die op het Green Park Energy wordt gebouwd. Dankzij deze proeftuin verwierf de groep EVERGI op korte termijn verschillende onderzoekprojecten (opgenomen in de cijfers 3° geldstroom van 2020 en 2021).

In 2021 werd vanuit TechTransfer ad hoc ondersteuning geboden waar mogelijk. Er is regelmatige deelname aan vergaderingen mbt ‘ambitieprojecten’ en toelichting aan de GEP Stuurgroep, er werden nieuwe connecties gelegd met

VUB onderzoekers om het GEP dossier vooruit te helpen (vb Groenvisie) of toekomstige projecten te situeren op vraag van beleidsmakers (Relanceplan/Myceliumonderzoek) of om te kunnen antwoorden op de interesse van VUB onderzoekers (Materialen).

Na vertrek van de financieel directeur bij GEP, werd ook deelgenomen aan een nieuwe VUB-UZB werkgroep (samen met INFRA, Campus management, R&D) om inzage te krijgen in de stand van zaken mbt de nieuwbouwprojecten (in handen van een bouwpromoter, gecoördineerd vanuit GEP), op de ontwikkeling van de campus in Zellik, alsook op de huisvesting van mogelijke ‘ambitieprojecten’ met het oog op de bepaling van een gemeenschappelijk VUB-UZB standpunt.

VI.7.4

ASP2030 - Student ondernemingen (onderwijsbeleid)

Sinds begin 2018 financiert de VUB via het Algemeen Strategisch Plan 2030 de werking van Start.VUB, de incubator voor VUB student-ondernemers op de Usquare.

Het project staat onder de leiding van Thomas Crispeels (Faculteit ES) en Marc Goldchstein (TechTransfer en Faculteit ES); de operationele werking is in handen van Ellen Vandenbogaerde. Er is tevens een samenwerking met het VUB FabLab. Daarnaast is er een hechte samenwerking met het ULB programma rond student-ondernemerschap, StartLAB. StartLAB en Start.VUB zullen begin 2022 fuseren naar een incubator voor jonge studentondernemers, namelijk StartLAB.Brussels.

Daarmee valt dit ASP2030 project onder de bevoegdheid van onderwijsbeleid. Het wordt hier vermeld omwille van de volledigheid m.b.t. de ‘werktuigen’ die VUB ontwikkelt ter ondersteuning van het ondernemerschap en omdat we een link willen leggen tussen de activiteiten die TechTransfer aanbiedt aan onderzoekers en wat StartLAB doet voor studenten. Marc Goldchstein die voor 40% is aangesteld bij TechTransfer, legt dit verband. Via de Start.VUB incubator krijgen de studenten toegang tot een mentorship programma met persoonlijke coaching, een co-working ruimte, workshops, masterclasses en de ondernemende “community” binnen en buiten de VUB. De co-working ruimte van Start.VUB is gevestigd in Usquare, de voormalige militaire site die nu ontwikkeld wordt door VUB en ULB. Sinds de opstart van Start.VUB in 2018, was er interactie met meer dan 95 student-ondernemers in een 70-tal ondernemende projecten.

Het overgrote deel van de studenten wordt gedreven door de sustainable development goals. Zij nemen als ondernemer ook hun verantwoordelijkheden op in maatschappelijke thema’s; de focus ligt daarbij voornamelijk op de aspecten people, peace, planet en partnership.

Het mentorship programma bestaat uit 25 mentoren met zeer diverse expertises. Zij begeleiden en helpen de studenten die zich aangesloten hebben bij Start.VUB op onbezoldigde wijze. Op dit moment begeleiden de mentoren 24 projecten. Jaarlijks organiseert Start.VUB een 15-tal workshops die diverse facetten van het ondernemen bespreken, met telkens een 15-tal aanwezige studenten. Er wordt gewerkt in 4 fases, waarbij de studentondernemer in elke fase concrete stappen zal nemen onder begeleiding van experten in hun vak door middel van workshops en masterclasses. Elk onderdeel wordt afgesloten met een challenge, waarbij de studentondernemer de voortgang van het project presenteert. Naargelang de fase heeft de studentondernemer ook toegang tot een samengestelde adviesraad. De workshops en masterclasses werden dit academiejaar grotendeels online gehouden. Ook in het academiejaar 2021-2022 werkt Start.VUB met twee oproepen per jaar (oktober en januari-februari). Tijdens de oproep in oktober werden 10 nieuwe start-ups toegelaten tot het Start.VUB incubator programma. De situatie met COVID-19 heeft helaas roet in het eten gegooid bij het promoten van Start.VUB bij de studenten; zo was het onmogelijk om een launch event on campus te organiseren. Sociale Media werden wel intens ingezet. We merken dat studenten zelf hun weg vinden naar Start.VUB.

VI.8 Samenwerking EhB

Met het oog op de stimulering van onderzoeksvalorisatie aan de hogeschool, worden de onderzoekers van de EhB uitgenodigd op informatiesessies van TechTransfer, op de startersseminaries en ook op de opleidingssessies die de cel onderzoeksbeleid organiseert (FWO, BAEF, …) die meer gericht zijn naar fundamenteel onderzoek. Hugo Loosvelt (IP manager TechTransfer) geeft -op uitnodiging- ook elk jaar les over IP en kennis-bescherming in opleidingen van de EhB, naast ad hoc opleiding en advies.

Inmiddels hebben verschillende groepen vanuit EhB gekandideerd voor projecten van fundamenteel en toegepast onderzoek en waar nodig -en gevraagd- heeft TechTransfer deze projecten ondersteund.

In 2014 werden ontmoetingsdagen tussen de verschillende departementen en de TechTransfer-medewerkers georganiseerd. Op die manier ontstond een beter zicht op waar de mogelijke samenwerkingen en ondersteuning zich kan situeren. Als concreet resultaat nemen de business developers van TechTransfer het aanbod van EhB mee in gesprekken met bedrijven mbt samenwerkingsprojecten. Zij nemen ook deel aan de PWO commissie van EhB op uitnodiging.

EhB onderzoekers kunnen bij TechTransfer steeds terecht voor vragen die gerelateerd zijn aan de valorisatie van onderzoek.

Door de aanduiding van twee nieuwe EhB vertegenwoordigers in de IOF raad en de hervorming van het IOF kader (zie hoger) in 2019, zijn ook de contacten, die kunnen leiden tot meer samenwerkingen, geïntensifieerd.

VI.9 Samenwerking UZB

In 2021 werd vanuit Tech Transfer de ondersteuning van de valorisatie-activiteiten op UZB, al dan niet in samenwerking met de VUB faculteiten, geïntensifieerd. Suzy Renkens neemt dit op vanuit Techtransfer, ism Techtransfer collega’s.

Er werd een 2-wekelijks digitaal overleg ingepland met stafmedewerkers en innovatie manager(s) van het UZB: initieel met Dieter De Court, later in tandem met Sonia Van Dooren. Deze nauwe samenwerking verzekert een goede uitwisseling van informatie, behandeling van specifieke vragen van onderzoekers/artsen, ad hoc overleg en mogelijke nieuwe samenwerkingen/projecten tussen artsen en VUB onderzoekers. Er kwam ook beter zicht op de stand van zaken betreffende gedeelde projecten zoals het Digital Health Platform en er was uitwisseling van informatie betreffende nieuwe ontwikkelingen zoals de nieuwe Europese regelgeving rond Medical Devices.

Deze samenwerking zal in de toekomst ook leiden tot een plan van aanpak voor thema’s die in het verleden werden verzameld in een Knelpuntennota van het Universitair Medisch Centrum (UMC) die heden nog steeds relevant blijken en eventueel opnieuw op tafel gelegd moeten worden (transparantie rond de besteding van middelen voor onderzoek. registratie van onderzoeksoutput, UZB valorisatiereglement, gemeenschappelijk digitaal platform & funding wijzer, ZAP mandaten…). Ook de Deloitte Benchmarking of University Hospitals legt een aantal pijnpunten van de Belgische academische ziekenhuizen bloot die in overweging genomen kunnen worden.

Tijdens maandelijkse vergaderingen van het UZB Innovation team werden specifieke innovatietrajecten onder de loep genomen. De werking van dit team heeft evenwel impact ondervonden van de covid crisis: het werd tijdens het tweede semester on hold gezet omwille van andere prioriteiten binnen het UZ Brussel.

In 2021 werden er ook een aantal Innovation Keynotes georganiseerd ter stimulatie van samenwerking tussen artsen en VUB onderzoekers. Hierbij komen VUB onderzoeksgroepen aan bod die wensen samen te werken met het UZ Brussel (aanbod kennis/technologie; vb ETRO, FYSC, B-PHOT…). Een nieuwe aanpak was om ook vanuit UZB innovatienoden toe te lichten (eg Prof. Topsakal - KNO). Deze Keynote sessies hebben reeds geleid tot concrete samenwerking en gezamenlijke projectaanvragen waarbij onderzoekers van VUB en UZB betrokken zijn. Helaas heeft ook dit concept hinder ondervonden van covid en waren geen F2F interacties mogelijk.

Digital Health Platform

Het Digital Health Platform is een zeer ambitieus project waarbij meerdere diensten van UZB en VUB betrokken zijn en waarvoor ook externe databrokers staan te drummen om samen te werken met de Universitaire Ziekenhuizen. In eerste fase werd gepoogd om de doelstellingen en de verschillende werkpakketten af te lijnen, rekening houdende met de huidige IT infrastructuur vs nieuwe noden/technische specificaties (hardware en software), (nieuwe) wetgeving mbt medische data (Clinical trials, Medical devices, AI, …) en ontwikkelingskosten. Concrete projecten (Tumorscope) worden gebruikt als case study.

Nieuwe speerpuntcluster Flanderds Health.Tech

In 2021 werd een nieuwe Speerpuntcluster Flanders Health.Tech (SPC FHT) aangekondigd en voorafgaand aan de formele oprichting van deze SPC werd reeds budget voor projectonderzoek samen met Vlaamse bedrijven vrijgemaakt door Vlaams Minister Hilde Crevits. In samenwerking met de collega’s van het UZ Brussel werd een infosessie/matchmaking georganiseerd voor VUB-UZB onderzoekers. Er bleek zeer veel interesse te bestaan voor dit nieuwe financieringskanaal dat zich toespitst op zeer toegepast onderzoek ten bate van Vlaamse KMO’s. Er volgden specifieke interacties met mogelijke privé partners, enkele projecten werden in de diepte uitgewerkt doch uiteindelijk werden vanuit VUB/UZB geen concrete projectvoorstellen ingediend voor de eerste officieuze call van de SPC.

VI.10 EUTOPIA

Sinds 2019 is de dienst TechTransfer betrokken bij het ambitieuze EUTOPIA project. Een alliantie van 10 gelijkgestemde universiteiten die bereid zijn zichzelf opnieuw uit te vinden: de Babeș-Bolyai Universiteit in Cluj-Napoca (Roemenië), de Vrije Universiteit Brussel (België), CY Cergy Paris Université (Frankrijk), de Ca’Foscari Universiteit in Venetië (Italië), de Technische Universität Dresden (Duitsland), de Göteborg Universiteit (Zweden), de Universiteit van Ljubljana (Slovenië), de

NOVA-universiteit in Lissabon (Portugal), de Universiteit Pompeu-Fabra in Barcelona (Spanje) en de University of Warwick (Verenigd Koninkrijk). Deze tien pioniers slaan de handen in elkaar om dé universiteit van de toekomst vorm te geven. Op 24 juli 2020 werd in het kader van het EU Onderzoeks- en Innovatieprogramma Horizon 2020 het EUTOPIA–TRAINproject goedgekeurd. In de categorie Science with and for Society (Swafs) kreeg het project van de EUTOPIA Alliantie voor 2 miljoen euro aan projectmiddelen toegekend.

Met EUTOPIA – TRAIN (Transformation of Research And Innovation) wordt grensoverschrijdend onderzoek en onderwijs ingebed in de volledige academische EUTOPIA omgeving. Het project heeft twee doelstellingen: het creëren van panEUTOPIA onderzoeks- en innovatiegemeenschappen en het openstellen ervan naar ondernemingen, studenten, beleidsmakers en de bredere samenleving toe. EUTOPIA - TRAIN omvat onder meer een Open Access metadataportaal, een gemeenschappelijke HR-strategie, en de oprichting van een EUTOPIA bureau voor subsidies, innovatie en juridische aangelegenheden.

In september 2021 werd Tuur Roels deeltijds (50 %) aangesteld als project manager valorisatie om het Eutopia TRAIN project te leiden en te coördineren voor de dienst TechTranfer. Alle taken van de dienst met betrekking tot Eutopia worden op deze manier centraal beheerd en er is één duidelijk aanspreekpunt voor zowel interne als externe opvolging. Er wordt binnen het Eutopia project nauw samengewerkt met verschillende andere diensten op de VUB (R&D, HR, Buda, Kerngroep Eutopia) en met de Innovatie diensten van de verschillende Eutopia partners.

In het kader van deze samenwerkingen werd eind 2021 een eerste deliverable opgeleverd in het Eutopia TRAIN project. De TRAIN WP2 Deliverable 2.4 had als doelstelling het opzetten van een internationale database met de externe partners van de verschillende onderzoeksgroepen binnen het Eutopia consortium. Deze database dient grensoverschrijdende samenwerking met externe partners te faciliteren. Om deze database te kunnen realiseren werden intensieve interviews gevoerd met verschillende onderzoeksgroepen binnen het consortium. De database werd uitgewerkt door de Warwick University. Het TRAIN WP2 loopt tot 2023. TechTransfer is tevens betrokken bij het schrijven voor de nieuwe Eutopia 2.0 call, in specifiek het werkpakket Knowledge Empowerment. Hieronder vallen meerdere subwerkpakketten waaronder Creating Knowledge, Sharing Knowledge (Open Science) en Implementing Knowledge (Supporting early career staff).

VI.11 Startersseminaries

Meer dan 25 jaar Starterseminaries georganiseerd door VUB TechTransfer

Sinds 1995

• Jaarlijkse basiscursus (avondsessies) in ondernemerschap en business management

• Doel: creëren van een ondernemersdynamiek zowel binnen als buiten de universiteit

• Doelpubliek: vooral onderzoekers die een mogelijk commercieel potentieel zien in hun onderzoek, open voor alle geïnteresseerden

• Divers: deelnemers vooral doctorandi en studenten met diverse achtergronden

• Democratische instapprijs om drempel laag te houden, gratis voor doctorandi en postdoc

Sinds 2008-2009

• Samenwerking met Marc Goldchstein (BUTO - faculteit Sociale Wetenschappen & Solvay Business School en Technology Transfer Officer/Entrepreneurship Education bij VUB TechTransfer)

• Inhoudelijk vernieuwde en kwalitatief hoogstaande startersseminariereeks

• Marc Goldchstein is voornaamste lesgever en inhoudelijke coördinator en zoekt expert-sprekers zowel uit VUB als uit het bedrijfsleven

Sinds 2015

• ‘Advanced’ versie van de Starter Seminars waarin dieper wordt ingegaan op de praktijk van het opstarten.

• Doelpubliek: beperkte groep die reeds achtergrondkennis heeft, focus op interactie en uitwerken business plan

2021

• Launch Event werd gereduceerd tot digitale infosessie over de seminariereeks

• Starter Seminars digitaal omwille van de coronamaatregelen

• Advanced naar 2e semester (feb 2022) verschoven in de hoop deze live te kunnen organiseren (kleine, interactieve groep)

• Seminarie ‘Academic entrepreneurship in practice: testimonials and Q&A’ verschoven naar 15 feb, 2022 / open voor deelnemers van beide reeksen en externen / getuigenissen over opstartfase door VUB spin-offs PRECIRIX en hbits.

Aantal deelnemers door de jaren heen: Aantal deelnemers door de jaren heen :

Nota:Het aantal deelnemers fluctueert elk jaar onder invloed van een aantal veranderende factoren. Bv. in 2019 parallel vak ‘Introduction to Business’ van verschillende Masteropleidingen , EhB heeft sinds 2018 -2019 een eigen ondernemerscursus,… 2020: enkel deelnemers Starter Seminars meegeteld (Advanced verschoven naar 2021) 2021: Advanced 2e semester 2020-21 en Starters 1e semester 2021-22

Nota:Het aantal deelnemers fluctueert elk jaar onder invloed van een aantal veranderende factoren. Bv. in 2019 parallel vak ‘Introduction to Business’ van verschillende Masteropleidingen, EhB heeft sinds 2018-2019 een eigen ondernemerscursus,… 2020: enkel deelnemers Starter Seminars meegeteld (Advanced verschoven naar 2021) 2021: Advanced 2e semester 2020-21 en Starters 1e semester 2021-22

LinkedIn VUB TechTransfer Entrepreneurship

LinkedIn VUB TechTransfer Entrepreneurship

• 265 members eind 2021

• 265 members eind 2021

• Doelpubliek: deelnemers, sprekers en VUB TechTransfer medewerkers

• actuele posts over entrepreneurship issues, workshops, organisaties, wedstrijden,…

• Doelpubliek: deelnemers, sprekers en VUB TechTransfer medewerkers

• zorgt voor follow-up van de deelnemers

• actuele posts over entrepreneurship issues, workshops, organisaties, wedstrijden,…

• zorgt voor follow-up van de deelnemers

VI.12 VUB TechTransfer Communicatie & Events

De communicatiecel van VUB TechTransfer verzorgt enerzijds de interne en externe communicatie over de dienstverlening en het strategisch onderzoek aan de VUB. Anderzijds neemt het ook de organisatie van evenementen op zich, die bijdragen aan de bekendheid van de dienst binnen en buiten de VUB en die netwerkgelegenheden creëren. Daarbij zijn de onderzoeksgemeenschap en de bedrijfswereld (de maatschappij in het algemeen) de belangrijkste doelgroepen.

Sinds de pandemie investeert TechTransfer meer in de digitalisering van haar communicatiemiddelen en activiteiten. Sedert 2020 is ze nog steeds genoodzaakt om evenementen te annuleren of digitaal te organiseren. Het programma Microsoft Teams blijft essentieel. er wordt meer gefocust op video zoals de reportagereeks met Kanaal Z, korte presentaties over projectfinanciering voor de onderzoeksgemeenschap, of een interview met Hugo Thienpont over het jaarverslag. Hiermee nemen we in de praktijk het concept ‘radicaal digitaal’ op in onze werking.

Met het oog op meer externe communicatie over innovatief onderzoek, lanceerden we in september een TechTransfer LinkedInpagina. We delen wekelijks nieuws over samenwerkingen, innovaties, licenties, evenementen, enz. met momenteel bijna 300 volgers.

Onze geprinte publicaties omvatten het Annual Report, de VUB Facts & Figures en een brochure “Van idee naar impact” in samenwerking met TTO Flanders en VLIR. De impactbrochure bestaat uit 45 succesverhalen die illustreren hoe de

Vlaamse universiteiten innoveren. Het Annual Report werd met een video op Youtube van een interview met Vicerector Hugo Thienpont voorgesteld. Daarin presenteert hij de belangrijkste realisaties en vertelt hij over het belang van innovatief onderzoek voor de maatschappij.

Ook in 2021 was het aantal evenementen beperkt, maar onze vaste activiteiten zoals knowledge for growth en de TechTransfer Week vonden wel opnieuw plaats in een aangepast format.

Door een forse stijging in de besmettingen kon de TechTransfer Week niet doorgaan zoals gepland (hybride). De inschrijvingen waren ook beduidend minder dan de vorige jaren. Daarom besloten we om de livesessies te vervangen door korte video’s over projectfinanciering in Brussel, Vlaanderen en Europa. Deze zijn beschikbaar via ons Stream kanaal.

De life sciences beurs ‘Knowledge for growth’ georganiseerd door flanders.bio was een hybride event waar wij uitsluitend digitaal aan deelnamen samen met TTO Flanders. Op de eerste dag van de conferentie organiseerden we een online pitchsessie waarin 5 onderzoekers hun biotech projecten presenteerden. Daarnaast kon je ons TTO Flanders profiel ook terugvinden op het digitaal platform.

De Advanced en Starter Seminars kregen een nieuw digitaal concept met online lessen. Ook het Launch Event in oktober vond online plaats via MS Teams. Dat werd vereenvoudigd met een introductie van de cursus en meer tijd om vragen te stellen (zie hoger in dit verslag).

De infosessies voor projectoproepen (Innoviris, VLAIO, FWO, enz.) vonden heel het jaar door online plaats. In totaal organiseerden we zes infosessies gericht naar VUB onderzoekers.

Onderstaande tijdlijn geeft een overzicht van de belangrijkste activiteiten in 2021.

VI.12.1 Tijdlijn georganiseerde events

VI.12 1 Tijdlijn georganiseerde events

1. Printuitgaven en realisaties

• ‘Annual Report Vice Rectorate Innovation & Industry Relations 2020’, waarin de activiteiten voor 2020 van VUB TechTransfer, Foundation en Crosstalks zijn toegelicht en geïllustreerd met tal van cases en cijfers. Aanvullend werd er een interview met Vicerector Hugo Thienpont afgenomen over de realisaties en zijn visie op toegepast onderzoek in coronatijden. Het interview is beschikbaar via Youtube.

• Brochure i.s.m. TTO Flanders en VLIR “Van idee naar impact: Samen innoveren voor een betere samenleving” met 45 cases over innovatie aan de vijf Vlaamse universiteiten

2. Online communicatie

Websites

• De website vubtechtransfer.be verzamelt alle relevante informatie voor onderzoekers en bedrijven. De websites krijgt wekelijks een update met nieuws over innovatief onderzoek, evenementen, enz. In 2021 werden ook enkele pagina’s herwerkt.

• WeAreVUB personeelsportaal: VR heeft een eigen communication site die we gebruiken voor interne communicatie

• Website TTO Flanders ttoflanders.be: portaalsite van de tech transfer offices van de vijf Vlaamse universiteiten. Relevante nieuws en evenementen worden hier gepost

• Kanaal op Microsoft Stream met video’s over het Vicerectoraat Innovatie & Valorisatie en opnames van infosessies.

Sociale media

• Met Twitter willen we het excellent onderzoek aan de universiteit kenbaar te maken bij een professioneel publiek. Via dit kanaal kunnen we ook snel nieuws oppikken over onze spin-offs en onderzoeksgroepen. We hebben op dit ogenblik 460 volgers.

• LinkedIn pagina van VUB TechTransfer zet het innovatief onderzoek aan de VUB in de kijker. Dit kanaal laat ons toe om meer content te brengen en te delen. Sinds de lancering in september 2021 telt de pagina 300 volgers.

• De LinkedIn groep “VUB TechTransfer Entrepreneurship Community” telt 237 leden die via dit kanaal op de hoogte worden gebracht van nieuws gerelateerd aan entrepreneurship en de (Advanced) Starter Seminars.

3. Evenementen

• 27/1: Infosessie Baekeland & Innovation Mandates (VLAIO): presentatie met testimonials van VUB onderzoekers en Q&A

• 2e semester 2020-21: Advanced Starter Seminars volledig digitaal (streaming & recording)

• 16/3: VLAIO/TTO event: Wegwijs het evenement waar de wegen van universiteiten en het vlaio netwerk kruisen

• 17/3: Infosessie Innoviris Applied PhD call : presentatie met Q&A

• 3/6: Infosessies Innoviris Research Platforms: presentatie van Aiko Gryspeirt (Innoviris)

• 18/6: Infosessie FWO SBO call met een pitchsessie

• 22/6: Infosessie Innoviris Joint R&D project call met Jonathan Duplicy (Innoviris)

• 27/9 – 29/9: Knowledge for Growth: virtuele stand met TTO Flanders + een pitchsessie

• 28/9: Voorontvangst Academische Opening: netwerkmoment met demo’s van onderzoekers over hun toegepast onderzoek

• 5/10: Launch Event (Advanced) Starter Seminars

• 1e semester 2021-22: Starter Seminars hybride (gedeeltelijk in leslokaal en streaming/recording)

• 22/11 – 26/11: TechTransfer Week met publicatie van de video’s over projectfinanciering

• 16/12: Infosessie TBM projects

VI.13 TechTransfer Week 2021

In de week van 22 t.e.m. 26 november 2021 vond de derde editie van de TechTransfer Week plaats. Omwille van de stijgende besmettingen en de lage inschrijvingen, besloten we om de livesessies te vervangen door korte introductievideo’s over projectfinanciering in Brussel, Vlaanderen en Europa. Op die manier gaven we de onderzoekers iets meer flexibiliteit.

De teams van Business Developers maakten de video’s met als doel een snel en duidelijk overzicht te geven van de projectoproepen. De onderzoekers konden hun vragen stellen via e-mail. De video’s blijven beschikbaar op ons Stream kanaal en hebben samen al meer dan 100 views. We blijven ze ook regelmatig delen via onze interne nieuwsbrief en website.

VII. Foundation

VII.1 Fellows

De VUB heeft momenteel een netwerk van 76 Fellows en 153 Ere-Fellows waarmee ze de academische wereld verbindt met het maatschappelijke veld. De wisselwerking die zo ontstaat, betekent een enorme verrijking voor onderwijs, onderzoek, innovatie en valorisatie, en beleid. De Fellows van de VUB vormen een divers netwerk van toegewijde experten en leiders in hun domein die zich belangeloos inzetten voor de universiteit en het UZ Brussel. Dankzij hun engagement kan de VUB blijven evolueren als open instelling verbonden met de samenleving en het bedrijfsleven.

De jaarlijkse Fellowship evenementen van 2021 werden geannuleerd wegens de corona-pandemie. Omdat er opnieuw geen inhuldigingsceremonie voor de Fellows kon plaatsvinden werd een alternatieve inhuldiging georganiseerd op het einde van het jaar. De Fellows kregen een welkomstpakket en het beeld van Paul Van Gysegem overhandigd uit handen van de proximi.

Het Fellowship Office werkte in 2021 aan de redactie van een nieuwe brochure om de lichtingen van de Fellows van 2020 en 2021 voor te stellen.

Naar aanleiding van een bespreking tot uitbreiding van het Fellowship reglement – vanaf de lichting 2020-2021 - om ook aan instituten, die verbonden zijn aan de VUB de mogelijkheid te geven om Fellows voor te dragen, kwam een discussie tot stand binnen de Raad van Bestuur over verschillende aspecten van het Fellowship die mogelijks aan herziening toe zijn. Na bijkomende gesprekken met de Rector en Vicerector Innovatie en Valorisatie Hugo Thienpont, bevoegd voor het Fellowship, werd besloten om het Fellowship Office op te dragen het Fellowship, dat in 2022 10 jaar zal bestaan, grondig te evalueren.

Het doel van deze evaluatie is het Fellowship te vernieuwen en te optimaliseren, en de best practices te behouden, maar ook een aantal knelpunten aan te pakken. Deze evaluatie startte intern in december 21 en zal ook extern verdergezet worden in 2022.

VII.2 Foundation

2021 was een bijzonder moeilijk jaar. De aanhoudende coronacrisis bleef, zoals in 2020, belangrijke consequenties hebben voor de werking van de Foundation. Fondsenwervende acties, evenementen en persoonlijke contacten bleven afgelast of konden niet doorgaan. Online ontmoetingen zullen nooit persoonlijke uitwisselingen kunnen vervangen, zeker niet als het oudere mensen betreft. De Foundation bleef bijgevolg in dezelfde modus werken als in 2020. Daarbij leidde de afwezigheid van de Directeur gedurende enkele maanden - ondanks de goede opvolging van de lopende dossiers door het team - tot een vertraging in de geplande acties. Deze vertraging werd voor een groot deel opgevangen tussen september en december 2021.

VII.2.1 Filantropische initiatieven

In 2021 werden de fiscale attesten voor het eerst samen uitgestuurd met een overzicht van de fondsen en projecten waarvoor de VUB Foundation in 2020 de meeste giften ontving. Donateurs die voorheen slechts één keer per jaar schonken, steunden nu voor het eerst meerdere projecten. Het aantal wederkerende donateurs nam daardoor toe met 7,8% in 2021. Een van de fondsenwervende successen van 2021 was voor het onderzoek van prof. dr. Vandendriessche en prof. dr. Chuah naar gentherapie als behandeling van Duchenne spierdystrofie. Hiervoor werd €105.040 ingezameld (via VUBsympathisant Luc Vandevyvere en de vzw Duchenne Parent Project Belgium).

Ook kankeronderzoek kon blijven rekenen op de steun van alumni, medewerkers en VUB-sympathisanten. Zo werd er op 3 oktober de Zoniëntrail georganiseerd door het Zoniën Athletics Team, waarbij €10.803 ingezameld werd voor het onderzoek van prof. dr. Rooman naar pancreaskanker. Voor het Paul De Knop Fonds voor immunotherapie werd er €109.343 ingezameld en voor het Yamina Krossa Fonds voor borstkankeronderzoek €63.353. In 2021 werd de eindejaarscampagne vanaf de academische opening op 28 september 2021 tot en met januari 2022 volledig gewijd aan het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten. De collectieve inspanning van talrijke alumni, Fellows, medewerkers, organisaties en VUB-sympathisanten bracht in 2021 €141.925 op, wat het totaal ingezameld bedrag sinds

de oprichting van het Fonds in september 2020 op €320.646 brengt (op amper 15 maanden tijd).

In het kader van de campagnestrategie om enerzijds bestaande donateurs te converteren in maandelijkse donateurs en anderzijds nieuwe donateurs te werven, werd een nieuw online donatieplatform opgezet om maandelijkse giften te kunnen innen. Na de academische opening, waar een folder werd uitgedeeld aan alle aanwezigen om het principe van maandelijkse giften te promoten, werd een mailing per post uitgestuurd naar de toen 1.321 donateurs van het Noodfonds. Aan hen werd voorgesteld om studentensponsor te worden, nl. om hun donatie te converteren in een maandelijkse donatie. 91 bestaande donateurs van het Fonds gingen hierop in. 58 deden opnieuw een schenking. De succes rate van meer dan 11% bij een mailing is bijzonder hoog.

Van begin november tot midden december werden verschillende segmenten uit de database aangesproken. De benadering werd telkens aangepast aan de verschillende doelgroepen (reeds aangesproken voor het Fonds, maar geen gift; reeds aangesproken, geen gift, maar wel al VUB donateur; nog niet benaderd voor het Noodfonds, maar wel al VUB donateur; niet-donateurs). De analyse van de campagne zal inzicht geven in het geefgedrag van de verschillende doelgroepen en is van groot belang voor de toekomstige strategie.

656 donateurs schonken naar aanleiding van de eindejaarscampagne in 2021. 132 donateurs onder hen gingen het engagement aan om maandelijks te doneren en werden studenten-sponsors.

656 donateurs schonken naar aanleiding van de eindejaarscampagne in 2021. 132 donateurs onder hen gingen het engagement aan om maandelijks te doneren en werden studentensponsors.

De eindejaarscampagne bracht in 2021 €95. 825 op. Dit is €13.960 meer dan in 2020. Ook de gemiddelde gift steeg mee van €127 in 2020 naar €146 in 2021.

De eindejaarscampagne bracht in 2021 €95.825 op. Dit is €13.960 meer dan in 2020. Ook de gemiddelde gift steeg mee van €127 in 2020 naar €146 in 2021. De eindejaarscampagne bracht in 2021 €95. 825 op. Dit is €13.960 meer dan in 2020. Ook de gemiddelde gift steeg mee van €127 in 2020 naar €146 in 2021.

De maandelijkse giften van de eerste studentensponsors zullen in 2022 en in principe nog voor een aantal jaren (maandelijkse donateurs blijven gemiddeld gedurende 7 jaar trouw) een jaarlijkse basisreserve van €29.910 opleveren. Het is de bedoeling om deze basisreserve voor studenten gestadig te doen toenemen.

De maandelijkse giften van de eerste studentensponsors zullen in 2022 en in principe nog voor een aantal jaren (maandelijkse donateurs blijven gemiddeld gedurende 7 jaar trouw) een jaarlijkse basisreserve van €29.910 opleveren. Het is de bedoeling om deze basisreserve voor studenten gestadig te doen toenemen. In 2021 werd door de End-of-life-Care onderzoeksgroep een nieuw Fonds opgericht ten voordele van onderzoek rond de verbetering van de zorg aan het levenseinde: het VUB Fonds voor onderzoek naar kwaliteitsvolle zorg aan het levenseinde. De financiële bijdragen voor de oprichting komen van het UZ Gent en deMens.nu. In een eerste fase zal het onderzoeksproject “De ontwikkeling van een behoeftegerichte leidraad voor artsen in de euthanasiepraktijk” (gedeeltelijk) gefinancierd worden. Bijkomende middelen zullen in samenwerking met de Foundation gezocht worden.

VII.2.2 Leerstoelen met externe partners

Leerstoelen zijn belangrijke en duurzame partnerships om onderzoek, innovatie, onderwijs en internationalisering aan de VUB te ondersteunen met externe financiering, onder de vorm van een gift of sponsoring.

In 2021 telde de VUB 25 actieve leerstoelen (24 in 2020). 3 nieuwe leerstoelen werden opgericht (1 in 2020): De VUB Luxembourg Chair for Translational Research in Human Motion, Sports Injury Prevention and Health; de VUB Chair in Digital Sovereignity; en de Leerstoel Digitale Inclusie.

In 2021 ontving de VUB €1.359.092 voor de financiering van onderstaande leerstoelen.

Overzicht actieve leerstoelen op 1/1/2021

1. SOMT Leerstoel Klinische Anatomie - SOMT-Stichting Opleiding Manuele Therapie (NL) - Prof. dr. Evert Zinzen

2. *Leerstoel Equal Access to health and medical care, AstraZeneca, GSK, Janssen Pharmaceutica en Pfizer –VUB Crosstalks

3. Chair of Social Entrepreneurship - Euroclear nv, Stichting Close The Gap, Nationale Bank van België - Prof. dr. Nikolay Dentchev

4. *Chair on Smart Cities –Belfius nv, Befimmo GVV - Prof. dr. Pieter Ballon

5. Chair Fundamental Rights and the Digital Transformation – Microsoft Corporation - Prof. dr. Joris Van Hoboken

6. Leerstoel Waardig Levenseinde – deMens.nu - Prof. dr. Wim Distelmans

7. *VBO-FEB VUB-ULB Chair: Transitioning Belgian companies into Circularity – Verbond van Belgische Ondernemingen - Prof. dr. Cathy Macharis

8. Leerstoel Mireille Aerens voor alternatieve onderzoeksmethoden zonder proefdieren – Mireille Aerens - Em. prof. dr. Vera Rogiers

9. Leerstoel Casterman & Hamers: History and Philosophy of Science – wijlen Prof. em. Cécile Casterman & wijlen Prof. em. Raymond Hamers - Em. prof. dr. Jean-Paul Van Bendegem

10. Leerstoel De Berekuyl - Exercise Immunology & Chronic Fatigue in Health and Disease – De Berekuyl, European College for Decongestive Lymphatic Therapy (ECDLT) - Prof. dr. Jo Nijs

11. Leerstoel Fatima Mernissi – Vlaams Minister voor Cultuur, Media, Jeugd en Brussel (Sven Gatz), Darna vzw, CIECDProf. dr. Iman Lechkar

12. Leerstoel Infrabel spoorwegtechnologie - INFRABEL - Prof. dr. ir. Philippe Lataire

13. Chair International and European Data Privacy and Security Law – Google - Prof. dr. Christopher Kuner

14. Leerstoel Klinische ouderenpsychologie – Stichting Mondriaan - Prof. dr. Bas Van Alphen

15. *Chair Data Protection on The Ground - BNP Paribas Fortis – Prof. dr. Jo Pierson

16. *Leerstoel Radiology Guerbet – Guerbet – Prof. dr. Johan De Mey

17. Chair in infrastructure Asset Management & Life-Cycle Planning - ORI vzw, Antea Belgium NV, Arcadis Belgium NV, Sweco Belgium and Tractebel Engie als partners- Prof. dr. Elvira Haezendonck

18. Leerstoel Personalisation, Trust and Sustainable Media - Roularta Media Group – Prof. dr. Ike Picone

19. Leerstoel Media in een samenleving in transitie - Universiteit Gent en de VRT – Prof. dr. Tim Raats (voorheen prof. dr. Karen Donders)

20. Chair in Surveillance Studies - Privacy Salon VZW – Prof. dr. Serge Gutwirth

21. Hamamatsu Applied Photonics Innovation Chair - Hamamatsu – Prof. dr. ir. Hugo Thienpont

22. Coaching bij kanker – Stichting tegen kanker en The Majin Foundation – Prof. dr. Elke Van Hoof

23. VUB Luxembourg Chair for Translational Research in Human Motion, Sports injury Prevention and health – The Luxembourg Institute of Research in Orthopedics, Sports Medicine and Science (LIROMS) – Prof. dr. Romain Meeusen

24. VUB Chair in Digital Sovereignty – Microsoft NV – Prof. dr. Jamal Shahin

25. Leerstoel Digitale Inclusie – BNP Paribas Fortis – Prof. dr. Ilse Mariën

*Leerstoel met einddatum 2021

De coronacrisis veroorzaakte moeilijkheden voor de werking van sommige leerstoelen waardoor deze verlengd moesten worden.

De Foundation brochure over leerstoelen werd herzien en vervolgens verdeeld binnen alle faculteiten.

VII.2.3 Legaten

In 2021 waren er 7 geïnteresseerde kandidaat-erflaters die spontaan contact namen met de Foundation. Via testament.be vroegen 38 particulieren naar meer informatie.

Gemiddeld vragen 12% van alle kandidaat-erflaters via testament.be informatie aan over één goed doel. Het aantal particulieren dat in 2021 enkel informatie heeft aangevraagd over de VUB ligt op 26%, wat wijst op een grote persoonlijke interesse. Geïnteresseerden in de VUB komen vooral uit Vlaams-Brabant, gevolgd door West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Antwerpen.

In 2021 viel de nalatenschap van mevrouw Marie-Thérèse Debelder open ten bate van de Faculteit Sociale wetenschappen en Solvay Business School. Deze nalatenschap die ongeveer €800.000 bedraagt en een onroerend goed omvat, is nog niet vrijgegeven wegens onvoorziene problemen bij de verkoop van het onroerend goed (verzakking van het huis ).

Er viel 1 nalatenschap open voor het UZ Brussel.

Eind 2021 bedroeg de waarde van de legatenportefeuille €11.970.725.

In 2021 werden 4 bestedingsplannen goedgekeurd door de Innovatie-en Valorisatieraad:

Mireille Aerens leerstoel voor dierproefvrij onderzoek

Aankoop apparatuur + personeelsaanstellingen ten bate van kankeronderzoek

Aankoop apparatuur ten bate van kankeronderzoek

Mireille Aerens leerstoel voor dierproefvrij onderzoek

Overlegraad

Oncologie

Noë – Desmedt

€381.579

€188.777

Sinds 1 juli 2021 levert in Vlaanderen het duolegaat geen fiscale voordelen meer op voor de erfgenamen van de erflater. Om de nadelige gevolgen van deze beslissing te temperen, erven goede doelen aan een belastingpercentage van 0% in plaats van 8,5%. Ook het belasting-percentage van notariële schenkingen werd verlaagd naar 0%.

In 2021 werd in dat kader een nieuwe brochure uitgegeven over schenkingen en legaten met een overzicht van alle fondsen. Deze brochure werd naar 5928 alumni (65+ alumni die geen oproep kregen voor het Caroline Pauwels Noodfonds) en naar onze database binnen testament.be (257 geïnteresseerden zonder alumni) gestuurd. Dit gaf snel aanleiding tot een opname van de VUB in een testament en tot 7 potentieel geïnteresseerden. Begin 2022 wordt de brochure ook gestuurd naar alumni-notarissen en naar alle notariskantoren in Brussel en Vlaanderen.

VII.2.4 Globale resultaten fondsenwerving

Resultaten laatste 5 jaar (2017-2021)

(*) in kind sponsoring niet meegerekend

Inkomsten en kosten 2017-2021

VII.2.5 Algemene conclusie

De procentuele kost van de fondsenwerving blijft lager dan de 17% overhead (conform het overhead reglement) op de totale inkomsten, met name 13,2 %. De kosten liggen lager dan vorig jaar omdat de collega fondsenwerver die het team verliet in augustus 2020 pas op het eind van 2021 is vervangen door Goulia Rashidova.

De afname bij de inkomsten via Fondsen geeft echter een fout beeld omdat het VUB AVN Fonds, dat zichzelf financiert, om de 2 jaar €200.000 investeert. Als men hiermee rekening houdt, stijgen de inkomsten via de Fondsen.

De jaarlijkse inkomsten zijn lager dan in 2020, wat enigszins te verwachten viel , gezien de aanslepende coronacrisis, de afwezigheid van de directeur en het ontbreken van een fondsenwerver. Er dient ook rekening gehouden worden met het legaat De Belder dat door onvoorziene omstandigheden nog niet is vrijgekomen en dat de globale inkomsten van 2021 merkelijk verhoogd zou hebben (met ongeveer €800.000).

De resultaten tonen op het eerste zicht dat de daling bij de Fondsen en bij de campagnes en projecten zit.

De afname bij de inkomsten via Fondsen geeft echter een fout beeld omdat het VUB AVN Fonds, dat zichzelf financiert, om de 2 jaar €200.000 investeert. Als men hiermee rekening houdt, stijgen de inkomsten via de Fondsen.

De daling van de inkomsten via campagnes en projecten ligt enerzijds aan de halvering van de gift voor diabetesonderzoek vanuit de Stichting Diabetes Onderzoek Nederland ( €125.000 in 2021 tov €250.000 in 2020)en anderzijds aan het ontbreken van campagnes gelinkt aan de coronacrisis in 2021. In 2020 werden specifiek in dat kader fondsen opgehaald voor het FabLab (prototype ademhalingstoestel) en voor het UZ (onthaalruimte voor het zorgpersoneel).

De daling van de inkomsten via campagnes en projecten ligt enerzijds aan de halvering van de gift voor diabetesonderzoek vanuit de Stichting Diabetes Onderzoek Nederland (€125.000 in 2021 tov €250.000 in 2020)en anderzijds aan het ontbreken van campagnes gelinkt aan de coronacrisis in 2021. In 2020 werden specifiek in dat kader fondsen opgehaald voor het FabLab (prototype ademhalingstoestel) en voor het UZ (onthaalruimte voor het zorgpersoneel).

Positief zijn de stijgende inkomsten voor het Caroline Pauwels Noodfonds en het lanceren van een nieuw donatieplatform om maandelijkse donateurs te werven.

Positief zijn de stijgende inkomsten voor het Caroline Pauwels Noodfonds en het lanceren van een nieuw donatieplatform om maandelijkse donateurs te werven.

Bovendien stijgt het globaal aantal donateurs met 11,6%. Het aantal wederkerende donateurs (meer dan één schenking) stijgt eveneens met 7,8% evenals het aandeel grote donateurs (schenking van meer dan €500), nl. met 11,3%, wat zeer bemoedigend is .

Bovendien stijgt het globaal aantal donateurs met 11,6%. Het aantal wederkerende donateurs (meer dan één schenking) stijgt eveneens met 7,8% evenals het aandeel grote donateurs (schenking van meer dan €500), nl. met 11,3%, wat zeer bemoedigend is .

Van de 7.138 donateurs zijn er 5.656 particulieren waaronder individuen en koppels. Van de 5.656 particulieren zijn er 2.909 VUB-alumni en 2.667 VUB-sympathisanten. Deze donateurs komen terecht bij de VUB Foundation via e-fundraising (targeted ads op sociale media), via inzamelacties n.a.v. verjaardagen, overlijdens of privé initiatieven, en via de oprichters van fondsen die hun eigen netwerk betrekken. Ook VUB Fellows die geen alumni zijn, maken deel uit van de sympathisanten. Het is duidelijk dat deze groep aan belang wint en zich misschien zelfs meer betrokken voelt dan alumni die niet noodzakelijk nog een band hebben met hun alma mater. Tenslotte deden er 1.482 van de 7.138 donateurs een schenking met hun bedrijf of organisatie.

Van de 7.138 donateurs zijn er 5.656 particulieren waaronder individuen en koppels. Van de 5.656 particulieren zijn er 2.909 VUB-alumni en 2.667 VUB-sympathisanten. Deze donateurs komen terecht bij de VUB Foundation via e-fundraising (targeted ads op sociale media), via inzamelacties n.a.v. verjaardagen, overlijdens of privé initiatieven, en via de oprichters van fondsen die hun eigen netwerk betrekken. Ook VUB Fellows die geen alumni zijn, maken deel uit van de sympathisanten. Het is duidelijk dat deze groep aan belang wint en zich misschien zelfs meer betrokken voelt dan alumni die niet noodzakelijk nog een band hebben met hun alma n bedrijf of

Van 58,5% van onze donateurs is het woonadres gekend. De meerderheid, nl. 17,6% komt uit Vlaams-Brabant, gevolgd door Antwerpen met 14,8%, Oost -Vlaanderen met 8.9%, Brussel met 8%, West-Vlaanderen met 4,8% en Limburg met 3,3%. 1% van de donateurs met een gekend adres komt uit Wallonië.

Vlaams-Brabant, gevolgd door Antwerpen met 14,8%, Oost -Vlaanderen met 8.9%, Brussel met 8%, West-Vlaanderen met 4,8% en Limburg met 3,3%. 1% van de donateurs met een gekend adres komt uit Wallonië.

Van 58,5% van onze donateurs is het woonadres gekend. De meerderheid, nl. 17,6% komt uit Vlaams-Brabant, gevolgd door Antwerpen met 14,8%, Oost-Vlaanderen met 8.9%, Brussel met 8%, West-Vlaanderen met 4,8% en Limburg met 3,3%. 1% van de donateurs met een gekend adres komt uit Wallonië.

Van 43,9% van onze donateurs is de leeftijd gekend. De belangrijke groepen donateurs zijn 45 t.e.m. 59 jaar (15,8%) en 60 t.e.m. 74 jaar (15,8%), gevolgd door donateurs die 31 t.e.m. 44 jaar oud zijn (7,5%). 2,7% is 75 jaar en ouder en 2,2% is 30 jaar en jonger.

Tot slot werd, in het kader van de uitbouw van de Europese universiteit Eutopia, verder gewerkt aan een “fundraising strategy for a locally and globally engaged Eutopia Alliance” samen met de andere universiteiten (Université Cergy Paris, University of Gothenburg, University of Ljubljana, Universitat Pompeu Fabra, University of Warwick). Isabelle Marneffe vertegenwoordigde de VUB in de werkgroep. In oktober ‘21 werd de finale nota, die de basis legt voor een toekomstige fondsenwervingsstrategie, overhandigd aan de Adviesraad en Strategische raad van de alliantie.

VII. 2.6 Toekomstvisie

Op het vlak van fondsenwerving zijn er een aantal positieve tekenen: het aantal donateurs blijft toenemen, evenals het aantal wederkerende donateurs en het aantal grote donateurs.

De VUB Foundation moet inzetten op het fideliseren van de bestaande donateurs en het vermeerderen van de wederkerende en de grote donateurs.

De eerste maandelijkse donateurs zijn een feit en geven financiële zekerheid voor een aantal jaren. Deze moeten ook toenemen.

Investeren in het actualiseren en verbeteren van ons CRM systeem is een noodzaak als we professioneel willen blijven communiceren naar elk type donateur.

De interesse voor het oprichten van Fondsen op naam groeit, zowel bij leven als in nalatenschappen. Ook de interesse om de VUB op te nemen in testamenten is er hoe langer hoe meer en de communicatie hierrond werpt haar vruchten af.

Voor bijkomende leerstoelen aan de VUB moeten nog inspanningen geleverd worden. Er komen leerstoelen bij, maar niet voldoende om het verlies aan eindigende leerstoelen te compenseren. De interne communicatie hierrond dient opgedreven worden en onderzoekers die er nood aan hebben dienen nog beter bijgestaan te worden.

Tot slot zullen een aantal events, samenkomsten en netwerkmomenten hernomen kunnen worden als de coronacrisis een einde kent. Voor de fondsenwerving zijn deze van groot belang.

VIII. Crosstalks

VIII. Crosstalks

Crosstalks is een transdisciplinair en intersectorieel platform voor kennisuitwisseling tussen academische en andere onderzoekers, filosofen, kunstenaars, ontwerpers, beleidsmensen en burgers.

Crosstalks is een transdisciplinair en intersectorieel platform voor kennisuitwisseling tussen academische en andere onderzoekers, filosofen, kunstenaars, ontwerpers, beleidsmensen en burgers.

Via haar projecten en activiteiten beoogt Crosstalks nieuwe inzichten en uitvalswegen, met de principes vrijheid, gelijkheid en verbondenheid als moreel kompas. Hiermee sluit Crosstalks aan bij de vier werven en vijf radicalen uit het VUB Beleidsplan 2020 en verschillende Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties.

Via haar projecten en activiteiten beoogt Crosstalks nieuwe inzichten en uitvalswegen, met de principes vrijheid, gelijkheid en ve rbondenheid als moreel kompas Hiermee sluit Crosstalks aan bij de vier werven en vijf radicalen uit het VUB Beleidsplan 2020 en verschillende Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties.

Crosstalks beoogt

Crosstalks beoogt

• onverwachte ontmoetingen voor VUB en andere academici, buiten hun onderzoeksdomein en vaak in een nietacademische context

• onverwachte ontmoetingen voor VUB en andere academici, buiten hun onderzoeksdomein en vaak in een niet -academische context

• een geïntegreerde, inclusieve aanpak in al haar activiteiten

• een geïntegreerde, inclusieve aanpak in al haar activiteiten

• de uitwerking van thema’s en projecten via een bottom-up en langetermijnaanpak

• de uitwerking van thema’s en projecten via een bottom-up en langetermijnaanpak

Sinds 2003 is Crosstalks een originele speler op het kruispunt van wetenschappen, kunsten en cultuur. Zowel binnen als buiten de VUB is Crosstalks een gewaardeerde en veelgevraagde partner voor samenwerkingen rond breed-maatschappelijke uitdagingen zoals ecologie, sociale ongelijkheid en de superdiverse samenleving .

Sinds 2003 is Crosstalks een originele speler op het kruispunt van wetenschappen, kunsten en cultuur. Zowel binnen als buiten de VUB is Crosstalks een gewaardeerde en veelgevraagde partner voor samenwerkingen rond breedmaatschappelijke uitdagingen zoals ecologie, sociale ongelijkheid en de superdiverse samenleving. Voor de VUB is Crosstalks een strategisch verbindend instrument dat maatschappelijke valorisatie van wetenschappelijk onderzoek stimuleert. Daarnaast betrekt Crosstalks ook maximaal VUB-onderzoekers in de opstart en uitbouw van eigen projecten en evenementen.

Voor de VUB is Crosstalks een strategisch verbindend instrument dat maatschappelijke valorisatie van wetenschappelijk onderzoek stimuleert . Daarnaast betrekt Crosstalks ook maximaal VUB-onderzoekers in de opstart en uitbouw van eigen projecten en evenementen.

cultuurwereld

bedrijfswereld en ngo's

De interactie met TechTransfer zorgt voor:

Belgische onderzoeksinstellingen

Internationa le actoren

De interactie met TechTransfer zorgt voor: 1) een versterkte netwerking zowel binnen als buiten de universiteit, 2) een uitwisselingsplatform voor bedrijven en academici, onderzoekers, kunstenaars, fellows en alumni.

1) een versterkte netwerking zowel binnen als buiten de universiteit, 2) een uitwisselingsplatform voor bedrijven en academici, onderzoekers, kunstenaars, fellows en alumni.

In 2021 werd de overdracht van de werkzaamheden in gang gezet: directeur Marleen Wynants zal verder het netwerk ondersteunen op projectbasis, Goedele Nuyttens neemt de functie van directeur over en werkt de planning vanaf 2022 uit.

In 2021 werd de overdracht van de werkzaamheden in gang gezet: directeur Marleen Wynants zal verder het netwerk ondersteunen op projectbasis, Goedele Nuyttens neemt de functie van directeur over en werkt de planning vanaf 2022 uit.

DUURZAME & STRUCTURELE SAMENWERKINGEN

Crosstalks is een transdisciplinair en intersectorieel platform voor kennisuitwisseling tussen academia & society. De ontwikkeling van thematische meerjarenprojecten en duurzame partnerwerking is een streefdoel van Crosstalks en die samenwerkingen situeren zich op verschillende niveaus:

• De partnerassociatie EhB, met filmavonden in Cinema RITCS

VUB

• Brusselse (socio)culturele instellingen: met samenwerkingen met onder meer Kaaitheater, Bozar, Moussem Nomadisch Kunstencentrum, La Loge en Avansa Citizenne.

• Projecten die focussen op de quadruple helix (bedrijven, burgers, overheid en academia): Met het meerjarenproject Shake the Disease, focust Crosstalks in nauwe dialoog met Pfizer, AstraZeneca, Janssen Pharmaceutica en GSK op de toekomst van de gezondheidszorg.

KENNISUITWISSELING & VALORISATIE VAN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK

Sinds 2003 is Crosstalks een originele speler op het kruispunt van wetenschappen, kunsten en cultuur. Crosstalks gaat hiervoor duurzame en langetermijnsamenwerkingen aan met verschillende partners, maar betrekt ook maximaal VUBonderzoekers, alumni en fellows in de opstart en uitbouw van projecten en evenementen in heel uiteenlopende rollen:

• VUB-onderzoekers als expert inzake onderwerpen zoals gender en diversiteit, ecologie, en andere maatschappelijke uitdagingen.

• VUB-onderzoekers als medecurator van de Crosstalks-programma’s. Dit gebeurde onder meer voor de reeks Kritisch Denken in de Islam, Ecopolis en de twee Series of-More-than-Human Encounters.

• Alumni en fellows als spreker in de Crosstalks-projecten.

INCLUSIEF & TOEGANKELIJK

Crosstalks streeft in al haar projecten naar een inclusieve aanpak. Hierop werd in 2021 extra ingezet door

• Aandacht te hebben voor diversiteit. Open kennisuitwisseling is pas waardevol als er ruimte gecreëerd wordt voor verschillende referentiekaders. Die veelheid aan stemmen is niet alleen zichtbaar in de programma’s van de Crosstalks-events, de projecten worden ook mee vormgegeven door onderzoekers en kunstenaars, met aandacht voor genderbalans en culturele diversiteit.

• Een solidariteitsprincipe voor de ticketverkoop van de reeks More-Than-Human Encounters. Deelnemers bepalen, op basis van hun financiële situatie, zelf wat ze betalen: €5, €7 of €10

• Maximale ontsluiting van de events door livestreaming en video-opnames. Op die manier kunnen mensen die buiten Brussel wonen of minder mobiel zijn ook deelnemen aan de Crosstalks-events. Video-opnames worden na het event online geplaatst. Ze worden ook van ondertitels (transcripties) voorzien, met als doel de lezingen en debatten toegankelijker te maken voor bv. anderstaligen, slechthorenden en mensen die minder ingewijd zijn in de thematiek.

OVERZICHT EVENEMENTEN 2021

DUURZAME & STRUCTURELE SAMENWERKINGEN

06.01

Justice in a Multispecies World: Lecture

A Series of More -than-Human Encounters

Livestreaming van een digitale lezing en interview met Maneesha Deckha (University of Victoria, CA) en Mariska Jung (VUB).

Pleidooi voor de heroriëntering van de westerse rechtssystemen, waarin dieren als bezit worden beschouwd, en een voorstel tot alternatieven.

20.01

Justice in a Multispecies World: Discussion

A Series of More -than-Human Encounters

Livestreaming van een debat over de rechten van niet -mensen. Met Olave Nduwanje , stadssocioloog Darko Lagunas en Eva Bernet Kempers (UA).

21.01

Justice in a Multispecies World: Workshop

A Series of More -than-Human Encounters

Online workshop waarin de VUB-campus Etterbeek als Zoöp wordt gelezen, i.e. hoe de menselijke en niet -menselijke actoren er met elkaar interageren. I.s.m. Het Nieuwe Insti tuut, Rotterdam.

26.01 Hela Ouardi: De islam terugschenken aan de geschiedenis

Critical Thinking Within Islam

Online lezing en begeleidende t ekst over de turbulente begindagen van de islam.

26.02 Michiel Leezenberg: Inleiding tot d e filosofische traditie in de islam

Critical Thinking Within Islam

Online lezing en begeleidende tekst waarin Leezenberg het cliché weerlegt dat de islam geen verlichtingstraditie zou hebben gekend .

02.03 (Dis)ability and animality. Cripping animal ethics /activism

A Series of More -than-Human Encounters

Online lezingenavond over discriminatie op basis van soort (speciësisme) en/of lichamelijke of mentale beperkingen (validisme), en hoe werken zij in relatie tot andere -ismen in een systeem van onderdrukking?

Met Geertrui Cazaux , Agnes Trzak en Anaïs Van Ertvelde

08.03 Privacy Through the Lenses of Race and Gender

VUB Gender Week – i.s.m. RHEA

Online lezing van Anita Allen (University of Pennsylvania) over de invloed van gender en afkomst op (het gebrek) aan privacy. Nagesprek met Gloria González Fuster (VUB) en Sabrine Ingabire .

25.03 On Race, Species and Becoming Human

A Series of More -than-Human Encounters

Online lezing en debat over hoe de gangbare opvattingen van ‘zijn’ – met een artificeel onderscheid tussen mens en dier – de raciale logica en orde van het westerse denken reproduceren. Met Zakiyyah Iman Jackson (USC Dornsife), Tundé Adefioye en Mariska Jung (VUB)

29.04 Leïla Tauil: Arabische seculiere vrouwenbewegingen en bedekking van het vrouwenlichaam in het proces van de herislamisering

Critical Thinking Within Islam

Online lezing: een historisch overzicht van seculiere vrouwenbewegingen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika en analyse van de plaats van de

vrouw in zowel de privésfeer als het openbare leven. Begeleidende tekst over het spanningsveld tussen de rationalistische, moetazilitische lezing van de Koran en die van de soennitische orthodoxie.

27.05 Silvia Naef: Islam en beelden – een complexe relatie

Critical Thinking Within Islam

Online lezing en begeleidende tekst waarin Naëf de stelling verwerpt dat de islam fundamenteel vijandig staat tegenover het beeld.

11.06 Towards National Health Objectives

Shake the Disease

Online workshop over nationale gezondheidsobjectieven voor een betaalbare en toegankelijkere gezondheidszorg in België.

Met Sara Willems (UGent), Tina Van Havere (Kabinet minister Vandenbroucke) en Ilse Weeghmans (Vlaams Patiëntenplatform)

29.06 Ali Benmakhlouf: Filosoferen in Andalusië van de 11 de tot de 14de E.

Critical Thinking Within Islam

Online lezing over de meest verspreide kennismodellen van de Andalusische filosofen en hun relatie tot het religieuze denken. Begeleidende tekst over Ibn Rushd, of Averroes, en diens invloed op het denken in de islam- en de Latijnse wereld (NL/FR/ENG)

14.09 AflamNa: Een Vrouwelijk Vizier

Fatima Mernissi Leerstoel

Gespreksavond over het gender(on)evenwicht in de filmindustrie.

Met Rachida El-Garani, Maryam Kamal Hedayat, Mahdieh Fahimi en Habiba Boumaâza

13.10

AflamNa: Dans la Maison

Fatima Mernissi Leerstoel

Ochtendvertoning in Cinéma Palace van de film Dans la Maison van Karima Saïdi, gevolgd door nagesprek met Karimi Saïdi en Naziha Maher (Pigmentzorg) over culturele verschillen in de ouderenzorg.

19.10 Radical Botany

A Series of More -than-Human Encounters

Hybride lezingenavond waarin kunstenaars en onderzoekers op verkenning gaan binnen de speculatieve traditie van de radical botany, een horrorgenre waarin planten de hoofdrol spelen, en begrippen zoals agency (de mogelijkheid tot autonoom handelen) bevragen.

Met kunstenaar Gosie Vervloessem, Platform for Algae Diplomacy , Gry Ulstein (UGent) en Natania Meeker & Antónia Szabari (USC)

20.10

Radical Botany: Invasion of the Body Snatchers

A Series of More -than-Human Encounters

Filmvertoning van Invasion of the Body Snatchers (Philip Kaufman, 1978) in Cinema RITCS.

24.10

Chasing the idyll. Neocolonialism in the disguise of charity

Ecopolis – Dare to Care

Hoe interpreteer je het concept ‘zorg voor de natuur’ wanneer je een plek bewoont die het hardst wordt getroffen worden door klimaatverandering en tegelijk geconfronteerd wordt met westers -koloniale concepten van eigendoms- en exploitatierecht?

Debat georganiseerd door VUB Crosstalks, met Malcolm Ferdinand, John Mussington en Line Algoed (VUB)

09.11 The fungi paradigm: reframing theories of the origins of life

A Series of More -than-Human Encounters Hybdride lezing en debat, over de duizelingwekkende veelheid aan relaties en mogelijkheden die schimmels voor ons herbergen.

Met Merlin Sheldrake , kunstenaar Camille Barton en Eveline Peeters (VUB)

24.11 Nationale gezondheidsobjectieven: Een geïntegreerde en transversale visie @Leuven Health House

Shake the Disease

Om sneller op de veranderende zorgnoden te kunnen inspelen formuleerde het RIZIV, in dialoog met de sector en onafhankelijke actoren, een zorgplan dat de komende jaren als leidraad zal dienen voor een toegankelijk, kwalitatief en betaalbaar gezondheidszorgsysteem. Toelichting door Ann Ceuppens , voorzitter van de taskforce

Gezondheidszorgdoelstellingen

26.11 AflamNa: Tribute to Fatima Mernissi Fatima Mernissi Leerstoel

Eerbetoon aan de Marokkaanse sociologe Fatima Mernissi (1940-2015).

Jamal Bahmad (Mohamed V, Rabat) en Btisam Akarkach (Karel de Grote Hogeschol) gaan in gesprek over de zichtbaarheid van vrouwelijke Marokkaanse filmmakers. Muzikale performance: Chada al Alhane

14.12 How Large Is a Person?

A Series of More -than-Human Encounters

Hybride lezing en debat. Filosofische reflectie over hoe de begrippen ‘individu’ en ‘identiteit’ zijn geconstrueerd, en hoe die kunnen worden worden uitgebreid tot andere manieren van zien en zijn. Met Marisol de la Cadena (UCDavis), Isabelle Stengers (ULB) en Mihnea Tanasescu (VUB). Muzikale videperformance door Mandrill Kin

Annex bij II.2

Annex bij II.2

Annex bij II.2

Rapportering januari 2022 over de Voortgang -ASP4 voor het bevoegdheidsdomein Innovatie en valorisatie

Rapportering januari 2022 over de Voortgang -ASP4 voor het bevoegdheidsdomein Innovatie en valorisatie

Rapportering januari 2022 over de Voortgang-ASP4 voor het bevoegdheidsdomein Innovatie en valorisatie

S.D.1 DIENSTVERLENING TECHTRANSFER UITBREIDEN EN OPTIMALISEREN

S.D.1 Dienstverlening TechTransfer uitbreiden en optimaliseren

S.D.1 Dienstverlening TechTransfer uitbreiden en optimaliseren

S.D.2 REFERENTIE-INSTITUTEN

S.D.2 Referentie-instituten

S.D.2 Referentie-instituten

S.D.3 Humane en Sociale Wetenschappen op de kaart zetten (Toegepast OZ)

S.D.3 Humane en Sociale Wetenschappen op de kaart zetten (Toegepast OZ)

S.D.3 HUMANE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN OP DE KAART ZETTEN (TOEGEPAST OZ)

S.D.3 Humane en Sociale Wetenschappen op de kaart zetten (Toegepast OZ)

SD.4 GEP- ontwikkelingsproject op Researchpark Zellik en inpassing in een globale strategie mbt incubatoren

SD.4 GEP- ONTWIKKELINGSPROJECT OP RESEARCHPARK ZELLIK EN INPASSING IN EEN GLOBALE STRATEGIE MBT INCUBATOREN

SD.4 GEP- ontwikkelingsproject op Researchpark Zellik en inpassing in een globale strategie mbt incubatoren

SD.4 GEP- ontwikkelingsproject op Researchpark Zellik en inpassing in een globale strategie mbt incubatoren

SD.5 EUTOPIA

SD.5 EUTOPIA

SD.5 EUTOPIA

SD.5 EUTOPIA

SD.6 FONDSENWERVING

RUBRIEK 6 MENS & ORGANISATIE PERSONEELSVERSLAG

I. ALGEMEEN

Naar aanleiding van het deelbeleidsplan van Mens&Organisatie van 2020 werd de missie als volgt bevestigd :

M&O ondersteunt als strategische partner de kerntaken door de verwachtingen van mens en universiteit op elkaar af te stemmen

Naast de missie voegde we een aantal principes die de leidraad vormen van onze dienstverlening:

- We denken mee met de klanten (proactief werken = “vraag achter de vraag” ontdekken en mee beantwoorden)

- We leveren op tijd op (zelf termijnen aangeven: opvolgen of uitleggen waarom het niet kan)

- We houden persoonlijk contact (antwoorden komen van mensen, niet van machines)

- We voorzien een standaard toegang, maar met diverse responsopties

- We werken professioneel (= rekening houden met wat er voor en na ons gebeurt)

Dit personeelsverslag bestaat vooral uit tabellen met gegevens over het personeelsbestand zoals ze werd opgesteld door de Vlaamse Interuniversitaire Raad op datum van 1/2/2021. Deze werkwijze voorziet in een betere vergelijkbaarheid over de jaren heen en tussen de verschillende universiteiten.

Het wordt aangevuld met het verslag over “het personeelsbeleid voor academisch personeel en de effecten ervan”, wat in hoofdzaak een beschrijvend karakter vertoont.

Samenvattend

Vorig jaar telde de Vrije Universiteit Brussel 4261 personeelsleden, van wie 779 professoren, 2137 andere academische personeelsleden en 1345 administratieve en technische personeelsleden. Bij het academisch personeel is het aantal vrouwen toegenomen tot ruim 40%. Wel is het zo dat bij het Zelfstandig Academisch Personeel (professoren) het aandeel vrouwen maar lichtjes stijgt (van 30 naar 33%) en dat extra maatregelen om tot een beter genderevenwicht te komen, nodig blijven. Bij het administratief en technisch personeel is een ruime meerderheid vrouw: 62,8% tegenover 37,2% mannen. We zien zoals ieder jaar een stijging binnen de wetenschappelijke personeelsleden van 1486 naar 1606 personeelsleden dit jaar.

Het UZ Brussel, het universitair ziekenhuis van de VUB in de Brusselse gemeente Jette, telt 3965 medewerkers. Artsen, verpleeg- en vroedkundigen en paramedici vormen de grootste groep medewerkers (68 %), maar ook de ondersteunende functies (o.a. administratie, ICT, schoonmaak, keuken …) zijn onmisbaar in de werking van het ziekenhuis.

VUB en UZ Brussel samen zijn met meer dan 8.000 personeelsleden de grootste Nederlandstalige private werkgever in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

II. Personeelstabellen

II. Personeelstabellen

aantal personeelsleden

VUB personeelstabel uittreksel van de VLIR-personeelstabellen met de gegevens op 1 februari

3.

4. Wetenschappelijk personeel buiten de werkingsuitk.

5. Administratief en

a.

Een verdere uitsplitsing op basis van categorie, wetenschappelijke discipline, geslacht, leeftijd, nationaliteit en anciënniteit kan teruggevonden worden in de publicatie ‘Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten’.1

De bijkomende data (bv nationaliteiten) en alle tabellen zijn in Excel te verkrijgen op het VLIR-secretariaat.

Tevens willen we verwijzen naar de verslagen over de evolutie van de financiële toestand en het personeelsbestand van het hoger onderwijs – sector universiteiten van het College van Regeringscommissarissen.2 Dit referentiewerk bevat de nodige inlichtingen inzake personeel en financiering.

III. PERSONEELSBELEID

VOOR ACADEMISCH PERSONEEL EN DE EFFECTEN ERVAN

I. BELEIDSDOELEN: RETROSPECTIEF EN PROSPECTIEF

De bijeengebrachte cijfergegevens van de VLIR laten toe na te gaan welke impact beleidsmaatregelen hebben op de personeelsbezetting en hoe de genderverhoudingen evolueren binnen de verschillende personeelscategorieën. De evolutietabellen tonen de ontwikkeling van de verschillende data in de periode 2010-2020. 3

De beleidsdoelen inzake academisch personeel liggen sinds een tiental jaren vervat in de combinatie van de beheersing van de loonkosten met het oog op het behoud van het begrotingsevenwicht aan de ene kant en de versterking van het aanwezige potentieel aan de andere kant.

a) ZAP-formatie

- De ZAP-formatie kende verleden jaar na een stijging in 2017 met 5% en een stagnatie in 2018 een kleine stijging met 1%. Deze trend zet zich door met een stijging van bijna 3%.

- In het licht van de veralgemening van de aanwezigheid van docenten in het tenure trackstelsel en de daardoor noodzakelijk geworden ‘inhaaloperatie’ ten aanzien van de reeds in dienst zijnde docenten, wordt het bevorderingsbeleid met ingang van 2015 lichtjes bijgestuurd volgens de lijnen uitgezet door de Raad van Bestuur in zijn zitting van 1 april 2014. Deze werd nu nog aangehouden maar zal in de toekomst aangepast worden (zie verder).

- Het genderevenwicht blijft hetzelfde als in 2019. Extra maatregelen werden genomen om dit te verbeteren, momenteel wordt GAPII (gelijkheidsactieplan) voorgelegd aan de bestuursorganen.

b) AAP-formatie

- Het aantal assistenten stijgt met bijna 9% VTE t.a.v. 2020.

- De autonomie van de faculteiten die vastgelegd werd in het Organiek Statuut legt een grotere inhoudelijke en financiële verantwoordelijkheid bij de faculteiten. Het aantal doctor-assistenten in de AAP-formatie is dan wel niet meer gebonden aan vooraf vastgestelde normen of contigenten maar wordt door de faculteiten ingevuld op grond van noden, opportuniteiten en budgettaire mogelijkheden.

Met de goedkeuring van het Reglement voor het zelfstandig academisch personeel, de gastprofessoren en de vervangers (Raad van Bestuur 29 september 2015) werd een verdere stap gezet in de responsabilisering van de faculteiten, die tegelijkertijd instaan voor het goede beheer van de hen toegewezen financiële middelen alsook de kwaliteitscontrole bij het uitvoeren van het academisch personeelsbeleid (instroom – doorstroom – uitstroom).

Vanuit M&O zetten we ook in om het academisch personeel extra te ondersteunen om de administratieve last te verminderen. In oktober 2021 keurde de Directiecomté de reguliere inbedding van de business partners goed. De werking van de business partners is gefocust op transversale dienstverlening waarbij het silo-denken wordt tegengegaan. Elk beleidsinitiatief wordt ook geïnitieerd vanuit een klantgericht perspectief en vanuit veel voorkomende individuele cases van ZAP-leden. Er zal vooral gefocust worden op de rol van strategische partner om samen met de ZAP-leden de groei van hun onderzoek te bevorderen op een duurzame manier. De noden op vlak van ICT, INFRA, personeel etc. zouden ook proactief in kaart worden gebracht door erop te anticiperen.

1 https://vlir.be/wp-content/uploads/2019/10/2021VLIR003_BROCHURE_PERSONEELSSTATISTIEKEN_def.pdf De bijkomende data (vb. nationaliteiten) en alle tabellen zijn in Excel te verkrijgen op het VLIR-secretariaat

2 https://onderwijs.vlaanderen.be/nl/rapporten-van-het-college

3 VLIR-statistieken, p. 123 e.v.

II. BEVORDERINGS- EN SELECTIEBELEID

De grondslagen van dit beleid liggen vast in het reglement inzake het zelfstandig academisch personeel en wel doorheen de procedures inzake aanwervingen, evaluatie en bevorderingen.

Uitgangspunt daarbij is het verschuiven van de initiële verantwoordelijkheid over aanwerving, evaluatie en bevordering van de centrale academische overheid naar de faculteiten. Dit vereist o.a. een verdere professionalisering van de facultaire selectiecommissies en Evaluatie- en Bevorderingscommissies (EBC), met inbegrip van opleiding en begeleiding van de leden van deze commissies inzake HR-beleid.

Ook de totstandkoming van de ZAP-competentietoetsen, en de tools die daarbij worden ontwikkeld dragen bij tot de verdere professionalisering van het personeelsbeleid inzake selectie, evaluatie en bevordering.

Inzake bevorderingen heeft de Raad van Bestuur van 28 januari 2020 beslist aan de rector de opdracht te geven een adviescommissie samen te stellen met als taak een analyse en evaluatie te maken van het bevorderingsbeleid ZAP en voorstellen te formuleren i.f.v. een eventuele hervorming. In samenspraak met de decanen, de vicerectoren en de ZAP-afvaardiging in de Universiteitsraad, werd de commissie samengesteld o.l.v. voormalig vicerector Prof.em. Yvette Michotte.

De adviescommissie zal haar bevindingen aan de Raad van Bestuur kenbaar maken.

III. PRESTATIEBELONING - CORYFEEENTOESLAG

Voor een goed begrip der zaken dient duidelijk gesteld wat onder beide begrippen moet verstaan worden.

De coryfeëentoeslag slaat op de premie die het universiteitsbestuur op grond van artikel V.39 Codex Hoger onderwijs jaarlijks kan toekennen na evaluatie van de geleverde prestaties van de leden van het academisch personeel. Tot op heden werd van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. Als reden daarvoor kan onder meer de beperktheid van de budgettaire marges naar voor gebracht worden. Het verlenen van coryfeëenpremies wordt door het universiteitsbestuur alleszins ondergeschikt geacht aan het voeren van een billijk bevorderingsbeleid waarvoor slechts een krappe enveloppe uitgetrokken wordt. Anderzijds dient het toekennen van dergelijke premies onderworpen te zijn aan een strikt voorwaardenbeleid. De modaliteiten daarvan zijn evenwel nog niet vastgesteld.

Prestatiebeloning: sedert 2012 zijn andere vormen van variabele beloning goedgekeurd:

- Bijkomende vergoedingen voor beleidstaken en administratieve projecten (rector, vicerectoren, opdrachthouders), goedgekeurd door de Raad van Bestuur 3 juli 2012.

- Bijkomende vergoeding voor beleidstaken voor decanen, goedgekeurd door de Raad van Bestuur 9 oktober 2012.

- Persoonlijke vergoedingen in het kader van wetenschappelijke en maatschappelijke dienstverlening en vergoedingen in het kader van postacademische vorming, goedgekeurd door de Raad van Bestuur 3 juli 2012.

- Invoering resp. uitbreiding van de vrijstelling van decanen en vicerectoren naar resp. 50% en 80% door de Raad van Bestuur van 25 juni 2019. Dit werd verlengd in 2021 voor nog eens twee jaar met oog op de nieuwe allocatiemodel.

IV. OPVOLGING VAN DE PERSONEELSEVALUATIE - VORMING VAN DE PERSONEELSLEDEN (ONDERWIJSKUNDIGE

De informatie over deze activiteiten is terug te vinden in het onderwijsverslag.

V. VERHOUDING ONDERZOEKS-/ONDERWIJSACTIVITEITEN

Actueel bevat noch het personeelssysteem noch het CALI-bestand voldoende informatie om hierop een gedetailleerd antwoord te verstrekken. Elementen van antwoord zijn wel terug te vinden in het onderzoeks- en het onderwijsverslag zelf.

VI. SAMENWERKING MET ANDERE UNIVERSITEITEN EN HOGESCHOLEN

Zie hiervoor het hoofdstuk “Universitaire Associatie Brussel”. Voor het overige komt dit onderwerp ook uitgebreid aan bod in het onderwijsverslag en het onderzoeksverslag.

VII. PERCENTAGE FACULTAIRE MEDEWERKERS MET EEN BEPAALD AANTAL

JAREN BUITEN DE HUIDIGE INSTELLING

Bij de huidige stand van zaken kan deze informatie niet gedistilleerd worden uit het personeelssysteem. Het ligt niet in de lijn der verwachtingen dat dit in de toekomst gemakkelijk zal kunnen aangeleverd worden.

VIII. REGLEMENTERINGEN

Naar aanleiding van de invoering van een nieuw Organiek Statuut met ingang van het academiejaar 2015-16 worden alle bestaande personeelsreglementen aangepast. Tevens maken we van deze gelegenheid gebruik om de kwaliteit van de procedures te verhogen en de planlast te verlagen.

Naar aanleiding van de covid-crisis werd een telewerkvergoeding van 50 euro per maand ingevoerd voor alle personeel. In 2022 startten we met de syndicale onderhandelingen en zullen we een aantal reglementen herzien samen met de werknemersdelegatie.

IX. EVALUATIE ZAP

De procedure met betrekking tot de evaluatie van ZAP-leden onderging een grondige wijziging door de inwerkingtreding van het reglement voor het zelfstandig academisch personeel, de gastprofessoren en de vervangers op 1 oktober 2015.

Deze werd niet aangepast in 2021 aan de procedure maar de aanvraag verloopt via TEO (digitale HR platform) sinds 2021

RUBRIEK 7 STUDENTENVOORZIENINGEN

1. INLEIDING

De Vrije Universiteit Brussel ontwikkelt activiteiten op elk decretaal bepaald werkveld studentenvoorzieningen. We rapporteren in dit jaarverslag over de organisatie en het beheer van onze studentenvoorzieningen, de initiatieven die we genomen hebben via de besteding van de sociale toelage of andere roerende en onroerende middelen. We geven bij elk decretaal bepaald werkveld van de studentenvoorzieningen een stand van zaken van de uitvoering van ons beleidsplan studentenvoorzieningen 2019-2023. Voor de rapportage over de ombudspersoon, studieadvies en studentenbegeleiding (in de context van studiebegeleiding) verwijzen we naar het onderwijsverslag van de VUB.

Studentenzaken neemt de beleidsvoorbereiding Studentenvoorzieningen op. Deze afdeling bevindt zich onder de academische verantwoordelijkheid van de vicerector Onderwijs en Studentenzaken.

De Studentenraad heeft door het bestuur gedelegeerde beslissingsbevoegdheden met betrekking tot de studentenvoorzieningen. De Stuvoraadwerking aan de VUB beperkt zich dan ook tot de adviesbevoegdheden die het decreet studentenvoorzieningen strikt oplegt. De Studentenraad en de Raad van Bestuur kiezen ervoor om de samenstelling van de Studentenraad en de Stuvoraad zoveel mogelijk gelijk te houden. Om te voldoen aan de decretaal opgelegde samenstellingsvoorwaarden voor de Stuvoraad, zijn we soms genoodzaakt een extra lid van het te weinig vertegenwoordigde geslacht toe te voegen aan de Stuvoraad.

De VUB ontvangt van de Vlaamse Overheid jaarlijks meer dan 2 miljoen euro middelen voor studentenvoorzieningen (€2.346.207 in 2021).

De Vlaamse Overheid subsidieert in principe geen studenten die geen onderdaan zijn van de Europese Economische Ruimte (EER), tenzij die studenten voldoen aan bepaalde voorwaarden of voor zover hun aandeel niet meer dan twee procent van het totale aantal studiepunten bedraagt die voor de subsidieberekening in aanmerking worden genomen. Dat betekent dat initiatieven specifiek voor niet-EER-studenten of studenten die geen initiële opleiding volgen enkel gerealiseerd kunnen worden voor zover de beschikbare budgetten het toelaten.

De Vrije Universiteit Brussel investeert jaarlijks via eigen middelen – bijvoorbeeld circa €332.000 via inkomsten van de studiegelden – in (studenten)voorzieningen. De inkomsten uit exploitatie en verhuur van studentenvoorzieningen zoals het studentenrestaurant en de studentenhuisvesting – in 2020 respectievelijk meer dan €700.000 en meer dan vier miljoen euro - zetten we systematisch in voor de organisatie van onze studentenvoorzieningen. De werking van verschillende studentgerichte diensten bekostigen we verder via andere overheidssubsidies of via publiek-private samenwerkingen

Naar aanleiding van de integratie van de academiserende hogeschoolopleidingen in de universiteit hadden we, conform de decretale bepaling, een protocol studentenvoorzieningen met de Erasmushogeschool Brussel (EhB). Door de verhuis van het Fablab naar de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus (USquare-site) is deze samenwerkingsovereenkomst met de EhB voor het financieren van studentenvoorzieningen voor de groep studenten industriële wetenschappen ondertussen beëindigd. De bijdrage personeelskosten voor de integratie van de geacademiseerde opleidingen gaat vanaf 2021 in een afbouwscenario.

Aan de start van het academiejaar 2019-2020 is de specifieke lerarenopleiding omgevormd tot de educatieve bachelor- en masteropleidingen. De Centra voor Volwassenenonderwijs (CVO) die deze specifieke lerarenopleidingen aanboden, hebben zich aangesloten bij een hogeschool of universiteit. De VUB heeft voor deze educatieve bacheloren masteropleidingen een overeenkomst afgesloten met drie CVO’s. Dat impliceert dat er drie campussen voor de VUB zijn bijgekomen: Campus COOVI Anderlecht, Campus Oranjerie Diest en Campus Oranjerie Leuven. Op deze gedecentraliseerde locaties bieden we voorlopig enkel via de studentenwebsite en via een aantal digitale loketten een minimale, kwaliteitsvolle dienstverlening aan de studenten.

Principieel is de toegang tot de studentenvoorzieningen voor alle VUB-studenten open, onafhankelijk van het type van inschrijvingscontract, het verblijfsstatuut of het aantal studiepunten dat studenten volgen. Hiermee hanteren we een bredere toegang dan wat artikels II.338 en II.340 van de Codex Hoger Onderwijs opleggen.

De toekenning van concrete studentenvoorzieningen (zie artikel II.339 van de Codex Hoger Onderwijs) kan aan specifieke voorwaarden verbonden zijn. Concreet gaat het over het kunnen huren van een VUB-studentenkamer en over de toekenning van financiële ondersteuning aan studenten via de Vlaamse subsidies voor studentenvoorzieningen. Gezien de schaarste en/of de kostprijs werkt de Vrije Universiteit Brussel respectievelijk met een prioriteitenbeleid en/of selectieve toekenningscriteria.

2. ALGEMENE (WERKVELDOVERSCHRIJDENDE) STRATEGISCHE EN OPERATIONELE DOELSTELLINGEN

Algemene doelstellingen situeren zich in de eerste plaats op:

 De uitvoering van werkveldoverschrijdende decretale verplichtingen

 Gezond management

 Veiligheid en gezondheid

Daarnaast spitsen onze algemene doelstellingen zich toe op de uitvoering van flankerend beleid, zoals:

 Diversiteit

 Internationalisering

 Gelijke kansen

 Duurzaamheid

 Onderwijsbeleid

Als laatste zijn er algemene doelstellingen die streven naar een implementatie van maatschappelijke waarden. Verschillende van de vermelde algemene werkveldoverschrijdende doelstellingen concretiseren we verder in dit verslag per werkveld.

We enten ons met studentenvoorzieningen op het inclusief diversiteitsbeleid van de Vrije Universiteit Brussel. Daarbij passen we het “design for all”-principe toe. Dat betekent dat we voor onze dienstverlening liever vertrekken vanuit de noden van elk individu, dan vanuit een – soms stigmatiserend – doelgroepenbeleid. Dat neemt niet weg dat focus op de specifieke noden van doelgroepen nodig kan zijn. Voor twee doelgroepen nemen we vanuit studentenvoorzieningen expliciet de leiding in de beleidsondersteuning: studenten met een financiële nood en kotstudenten. Niet toevallig doelgroepen waarvan de kenmerken nauwelijks onderwijsbeleidsimpact hebben, maar waarvan de noden raken aan de randvoorwaarden om te kunnen studeren. De dienstverlening aan deze beide doelgroepen beschrijven we later in dit jaarverslag in detail.

Ook de noden van sommige groepen internationale studenten kunnen hoog zijn. De Vlaamse Overheid geeft geen expliciete subsidiëring voor studentenvoorzieningen voor niet-Europese studenten. Daarom kunnen we slechts zeer beperkt de Vlaamse budgetten studentenvoorzieningen uittrekken voor specifieke begeleiding van deze studentengroep. We garanderen wel dat deze groep studenten toegang heeft tot alle universele studentenvoorzieningen. Verder stemmen we voor deze internationale doelgroepen af op het internationaliseringsbeleid.

Nieuw in 2021

In oktober zijn we binnen het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken gestart met het beleidsvoorbereidend onderzoek transgenderbeleid. We brengen de huidige knelpunten in kaart die transgender studenten ervaren aan de VUB (in communicatie en administratieve processen, systemen en instrumenten). We onderzoeken goede (juridisch sluitende) praktijken om de geïnventariseerde pijnpunten weg te werken. Dat materiaal moet de basis vormen voor het ontwikkelen van een VUB-transgenderbeleid.

De VUB is als co-lead in werkpakket 5 van EUTOPIA (European Universities Transforming to an Open Inclusive Academy) verantwoordelijk voor het ontwikkelen van een gezamenlijke, transversale EUTOPIA-strategie voor inclusie, en voor het uitbouwen van een inclusief EUTOPIA-verhaal richting de Westelijke Balkan. De kernwaarden van EUTOPIA weerspiegelen een sterk engagement voor diversiteit, gelijkheid en inclusie. We willen een voor iedereen toegankelijke en inclusieve instelling creëren, ongeacht etniciteit, seksuele geaardheid, geslacht, ras, leeftijd, taal, capaciteiten/handicap, sociaaleconomische status, geografische regio of andere bepalende kenmerken. Concreet bouwen we aan een omgeving waarin we diversiteit vieren en inclusie omarmen. In een eerste fase hebben we, onder leiding van de University of Ljubljana, verschillende praktijken bij de partneruniversiteiten geïnventariseerd. Zo konden we uitdagingen en best-practices identificeren. Momenteel ontwikkelen we, onder leiding van de University of Warwick, strategieën en educatieve formats voor inclusie. We doen dat in co-creatie met studenten, betaald of anderszins beloond voor hun medewerking aan de activiteiten binnen dit werkpakket.

Eind 2020 lanceerden we het VUB Equality Network (VEN). Het netwerk is een middel om individuen (studenten en medewerkers), organisaties, verenigingen en andere VUB’ers die werken rond gelijkheid en inclusie een uitwisselingsplatform, praktische ondersteuning en een podium te bieden om te co-creëren, hen te verbinden en te versterken. Dit alles in een veilige en betrouwbare context. Het VEN draagt op die manier bij aan de ontwikkeling en uitvoering van het gelijkheidsbeleid van de VUB. Tegelijk is het VUB Equality Network een megafoon voor de actuele problematieken die spelen rond gelijk(waardig)heid, racisme en diversiteit aan de VUB. Het VEN Vormt een laagdrempelig (digitaal) platform waar we het waardevolle werk rond inclusie en diversiteit van studenten en medewerkers in de kijker kunnen zetten. De tools die we hiervoor gebruiken zijn de tweemaandelijkse nieuwsbrief en de wekelijkse opportunity alerts.

De COVID-19-pandemie bleef beslag leggen op de dagelijkse werking van de studentenvoorzieningen. Frequent schakelden we, in functie van de hygiëne en veiligheidsmaatregelen die op dat moment van toepassing waren, met ons aanbod en dienstverlening voor studenten.

Personeel

We stelden geen centrale personeelsleden voor werkveldoverschrijdende taken aan op afdeling III.

Alle reguliere werkzaamheden worden verricht door personeel aangesteld via werkings- of patrimoniumgelden. Voor de EUTOPIA-werkzaamheden binnen werkpakket 5 (inclusie en gelijke kansen) maken we gebruik van de specifieke EUTOPIA-projectmiddelen.

In oktober 2021 verliet Emilie Van Rhede haar functie als management assistent studentenzaken. Janina De Greef startte op 18 oktober 2021 als haar opvolgster. Emilie Van Rhede schakelde naar de functie van medewerker administratieve processen en systemen voor het beleidsvoorbereidend onderzoek (BVO) transgenderbeleid.

Resultaten en betoelaging

De impact van de COVID-19-pandemie op de dagelijkse werking van de studentenvoorzieningen is nog altijd aanzienlijk. Het studentenrestaurant heeft geen uitbating gehad zoals pre-COVID. Dat laat zich voelen in een fors verlies van inkomsten. Studentenvoorzieningen waar de inkomsten sterk afhangen van verkoop en verhuur, zoals sport en cultuur, hebben door COVID-19 ook een slecht jaar achter de rug; in functie daarvan zal mogelijk een hogere tussenkomst vanuit afdeling III noodzakelijk zijn. Op andere werkvelden zoals de sociale dienstverlening aan studenten zijn er, net zoals in 2020, hogere uitgaven gebeurd. De jaarrekening 2021 zal een exact(er) beeld geven van het effect van COVID-19 op de resultaten van de studentenvoorzieningen. Het te verwachten negatieve resultaat van afdeling III zal voor 2021 (deels) kunnen worden opgevangen via de opgebouwde reserves.

We spendeerden in 2021 de extra subsidie die we van de Vlaamse Overheid ontvingen ter compensatie van de meerkosten die we maakten voor het ondersteunen van studenten die financiële problemen ervaarden als gevolg van de coronacrisis.

Evaluatie doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische werkveldoverschrijdende doelstellingen VUB

We bouwen de dienstverlening studentenvoorzieningen maximaal universeel uit.

Operationele doelstellingen

We formuleren per werkveld een VUB-breed gecoördineerd beleid.

Indicatoren

Per werkveld studentenvoorzieningen is een omvattend, gecoördineerd en VUB-breed beleidsdocument inclusief missie, -visie, beleidskader, prioriteitencriteria en selectiecriteria goedgekeurd door de studentenraad (ten laatste in 2023).

We integreren de loketfunctie per dienstverlening studentenvoorzieningen.

Efficiëntieoefening over de takenpakketten en loketfuncties van de verschillende diensten die actief zijn op vlak van studentenvoorzieningen (ten laatste in 2020).

Duidelijke operationele afspraken over de takenpakketten en de loketfunctie van de verschillende diensten die actief zijn op vlak van studentenvoorzieningen (ten laatste in 2020).

Projectleider Evaluatie 2021

Hoofd Studentenzaken Nog niet gestart

De loketsegregatie binnen de VUB (in het bijzonder sociale dienstverlening, huisvesting en studentenwerking) op basis van (nationaliteits)doelgroep is opgeheven. (ten laatste in 2023).

Hoofd Studentenzaken Nog niet gestart

Hoofd Studentenzaken

Gestart

Er is in de zomer van 2021 met alle diensten met een loketfunctie (zowel studentenvoorzieningen als faculteitssecretariaten) een eerste overleg geweest met de bedoeling de openingsdagen- en uren zo minimaal mogelijk op elkaar af te stemmen.

Gestart

Hoofd Studentenzaken

Studentenstatuut en Studiefinanciering/Studentenjobs en IRMO hebben, binnen de contouren van de opstart van het Caroline Pauwels Noodfonds, goede samenwerkingsafspraken gemaakt voor het verlenen van ondersteuning en dienstverlening aan internationale studenten met financiële noden.

We zorgen ervoor dat studenten van alle culturen en subgroepen zich welkom voelen op de universiteit.

Geen louter levensbeschouwelijk geïnspireerde beperkingen of voordelen.1 Voorzieningen worden principieel opgezet voor alle studenten los van hun levensbeschouwing(2019-2023).

Vicerector Onderwijs- en Studentenbeleid

Uitgevoerd

Op 29 oktober 2019 organiseerde Pilar samen met deBuren het debat “bidden op school”. Er werd onder andere gedebatteerd over de vraag of het voorzien van een gebeds- of bezinningsruimte tot een taak van het onderwijs behoort.

Binnen de context van het project “klankbordgroepen” kwam meermaals de vraag naar een stille ruimte die ook kan dienen als gebedsfaciliteit naar boven.

De VUB beschouwt het faciliteren van het actief belijden van religie of levensbeschouwing, bijvoorbeeld onder de vorm van het ter beschikking stellen van een gebedsruimte, niet als behorend tot de opdracht van de universiteit.

Er zijn beleidsaanbevelingen om de dienstverlening nog beter aan te passen aan de behoeften van subgroepen van (kwetsbare) studenten (ten laatste in 2019.

Alle loketten met betalende dienstverlening zijn aangepast voor cashless betalingen, met aandacht voor de mogelijkheid tot elektronisch betalen door buitenlandse studenten.

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Uitgevoerd

Het rapport en de beleidsaanbevelingen van het project klankbordgroep zijn afgewerkt. De resultaten zijn besproken met het directiecomité en bilateraal met de relevante betrokkenen.

Algemeen Beheerder

Uitgevoerd

Er kan overal elektronisch betaald worden: via Bancontact, Maestro en in het studentenrestaurant ook met elektronische maaltijdcheques en Payconic. 1 Geen

We volgen (de wijzigingen aan) de codex hoger onderwijs op voor zover gerelateerd aan studentenvoorzieningen.

We volgen de uitvoering van het beleidsplan studentenvoorzieningen op.

Jaarlijkse opvolging aan de hand van het decretaal verplicht jaarverslag met formulering van aandachtspunten voor de toekomstige werking en beleidsoptimalisering (2019-2023).

Hoofd Studentenzaken Uitgevoerd

Jaarverslag studentenvoorzieningen is beschikbaar.

We volgen de uitvoering van de inkanteling van de educatieve masters op het vlak van studentenvoorzieningen.

Behoefteanalyse over studentenvoorzieningen op de nieuwe campussen(ten laatste in 2022).

Algemeen Beheerder & Hoofd Studentenzaken

Hoofd Studentenzaken Nog niet gestart Afspraken over studentenvoorzieningen op de campussen waar de studenten educatieve masters les volgen zijn beschikbaar (ten laatste in 2023).

Uitbouwen van onze loketfuncties in functie van contacten op afstand (videotelefonie, chat,…) (ten laatste in 2023).

Nog niet gestart

Hoofd Studentenzaken Gestart

Naar aanleiding van de COVID-19-maatregelen zijn loketfuncties zoals

Studentenstatuut en Studiefinanciering/ Studentenjobs radicaal geschakeld naar digitale contacten op afstand. Voor het maken van digitale afspraken met studenten maken we gebruik van Microsoft Bookings. Gesprekken met studenten verlopen via Microsoft Teams.

Het bestaande telefoonsysteem van de VUB laat niet toe dat centrale telefoonnummers efficiënt kunnen worden doorgeschakeld naar thuismedewerkers.

Infopunt Studenten (met 12.000 telefoonoproepen per jaar) en Studentenstatuut en Studiefinanciering/ Studentenjobs investeerden daarom in een mobiele telefoon per medewerker, zodat

de medewerkers hun centrale telefoonnummer ook van thuis uit kunnen bemannen. Dit maakt de basis van onze dienstverlening weerbaar tegen lockdowns, stakingen en thuiswerkregimes.

We legden de vraag naar een echt flexibel systeem (Voice Over IP) en een chatmogelijkheid intern voor aan de directie Infrastructuur en de directie IT. Hiervoor kregen we de steun van alle studentgerichte loketdiensten.

We optimaliseren ons financieel beleid.

We volgen het VUB-beleid (onderwijs, internationalisering, diversiteit duurzaamheid, mobiliteit, Brussel,…) op en sluiten erbij aan m.b.t. het domein studentenvoorzieningen.

We herwerken de begroting afdeling III om transparant te kunnen rapporteren m.b.t. verschillende decretale werkvelden studentenvoorzieningen. We volgen de werkzaamheden van de relevante raden en fora op en geven adviezen waar relevant.

De leden van de studentenraad zijn goed geïnformeerd over de mogelijkheden binnen de begroting en hun relevantie voor beleidssturing.

Algemeen Beheerder

Uitgevoerd

In maart 2019 organiseerde de Algemeen Beheerder voor de studentenraadsleden een informatiesessie over de VUB-begroting en de manier waarop die is opgebouwd. Specifieke aandacht ging daarbij naar afdeling III en de mogelijkheden die deze afdeling biedt voor beleidsinitiatieven door studenten.

De studentenraad kreeg inzicht in de vrij besteedbare reserves binnen

We presenteren de begroting op de studentenraad inclusief de resultaten per werkveld en per PKC van begrotingsjaar – 2 (ten laatste in 2023).

Algemeen Beheerder

Deels uitgevoerd

De begroting afdeling III wordt telkens toegelicht op de stuvoraad en studentenraad, voor respectievelijk advies en goedkeuring.

De presentatie per werkveld en PKC van begrotingsjaar -2 kan gebeuren na goedkeuring van de jaarrekening. Dit staat voor het eerst gepland op de studentenraad van september 2021.

Eénduidige rapportering van personeelskader per decretaal werkveld studentenvoorzieningen op afdeling III en getransfereerde personeelskost via afdeling III (2019-2023).

Duidelijk gemotiveerde financiële transfers vanuit afdeling III naar andere begrotingsafdelingen (20192023).

Directeur Mens & Organisatie Uitgevoerd

Vanuit Racsweb kan er een nominatief personeelsoverzicht geëxporteerd worden.

Algemeen Beheerder Gerealiseerd

Deze worden jaarlijks uitgevoerd zoals voorzien in de begroting. Dit behoort tot de eindejaarswerkzaam-heden van de jaarrekening.

Jaarlijkse opvolging aan de hand van het decretaal verplicht jaarverslag (20192023).

Hoofd Studentenzaken Uitgevoerd

We monitoren de agenda’s van de relevante raden en fora: Onderwijsraad, Raad Internationaal Beleid, Academische Raad, … .

We ondersteunen studenten om zich te ontwikkelen tot kritische wereldburgers, die bereid en bekwaam zijn tot constructief denken & handelen in onze samenleving.

Jaarlijkse opvolging aan de hand van het decretaal verplicht jaarverslag (20192023).

Hoofd Studentenzaken Uitgevoerd

In de zomer van 2020 werd de VUB-gemeenschap uitgenodigd voor deelname aan een dialooggesprek over racisme en discriminatie aan de VUB. Oprichting in november 2020 van het VUB Equality Network, waar ook studenten, studentenorganisaties en -verenigingen die werken rond gelijkheid en inclusie aan deelnemen, en aan wie we via het VEN een uitwisselingsplatform, praktische ondersteuning en een podium bieden om hen te verbinden en te versterken.

Aan de start van het academiejaar 20202021 lanceerde de VUB “De Wereld Heeft Je Nodig” dat ook de VUB-studenten mee uitnodigt om hun initiatieven op vlak van People, Planet, Peace, Prosperity of Partnership te delen, of op één of meer van die terreinen na te denken over actie. De VUB ondersteunt hen daarin en biedt een forum.

We stimuleren dat studenten de stedelijke omgeving van Brussel ontdekken.

Jaarlijkse opvolging aan de hand van het decretaal verplicht jaarverslag (20192023).

Hoofd Studentenzaken

Uitgevoerd in 2019. Door de COVID-19-maatregelen konden in 2020 geen nieuwe initiatieven genomen worden.

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

De inkanteling van de educatieve masters heeft geleid tot drie nieuwe, gedecentraliseerde campussen: CVO De Oranjerie (Leuven en Diest) en CVO Coovi (Anderlecht). De decentrale inbedding heeft als nadeel dat we weinig fysiek contact hebben met deze groep VUB-studenten. Waardoor we minder nauwgezet de vinger aan de pols kunnen houden bij de noden en wensen die bij hen leven, ook op vlak van studentenvoorzieningen. We zoeken naar manieren om systematisch aandacht te behouden voor hun perspectief en behoeften.

De lockdownsituatie heeft tekorten aan het telefoonsysteem van de VUB bloot gelegd, vooral voor het efficiënt vanop afstand kunnen beantwoorden van gesprekken die toekomen op centrale telefoonnummers. We onderzoeken en testen samen met de directie Infrastructuur en de directie ICT nieuwe mogelijkheden van telefoontechnologieën die een zekere vrijheid geven om ‘het nieuwe werken vanop afstand’ te kunnen regelen zonder in te boeten aan kwaliteitsvolle telefonische dienstverlening aan onze studenten.

De COVID-19 pandemie zal een blijvende stempel drukken op de organisatie van het onderwijs, wellicht in de richting van meer blended-learning. Die nieuwe evolutie zal zijn invloed hebben op de manier waarop we onze studentenvoorzieningen aanbieden en inrichten. Om afstemming zo maximaal mogelijk te garanderen, zullen we de denk- en implementatieoefeningen over de organisatie van onze studentenvoorzieningen in zeer nauwe samenwerking met de onderwijscollega’s binnen de VUB uitvoeren. De positie van studentenzaken binnen het gemeenschappelijke vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken biedt die opportuniteit.

3. VOEDING

De VUB-campussen bieden een ruim aanbod aan cateringfaciliteiten:

 Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus:

o Studentenrestaurant en -cafetaria in eigen uitbating;

o Diverse eet- en drankgelegenheden uitgebaat door concessiehouders

 Bar Pilar

 Complex

 Opinio en take-out Bocadillo

 Bijkomende foodtrucks naargelang de noden

 Brussels Health Campus:

o Studentenrestaurant en cafetaria uitbesteed aan de facilitaire dienst van het UZ Brussel;

o Personeelsrestaurant van het UZ Brussel (in periodes dat het studentenrestaurant gesloten is);

o Koffiebar Java Coffee Corner in gebouw A, uitgebaat door het UZ Brussel;

o Cafetaria De Link uitgebaat door de Erasmushogeschool Brussel;

o Studentencafé Tempus uitgebaat door studenten.

 Andere cateringmogelijkheden op de campussen:

o Levering van broodjes en dranken voor studentenactiviteiten, materiaalverhuur, enzovoort;

o Automaten met warme en koude dranken, versnaperingen, fruit, enzovoort.

Rond de campussen en in Brussel zelf zijn er verder nog tal van eet- en drankgelegenheden.

Nieuw in 2021

De COVID-pandemie had in 2021 opnieuw een zeer sterk voelbare impact op het werkveld voeding. De horeca op campus was quasi het volledige voorjaar gesloten, met uitzondering van het studentenrestaurant. Vanaf mei mochten de terrassen terug openen, in juni ook de binnenruimtes.

Het hele jaar door was er een verminderde aanwezigheid op de campus, met uitzondering van de maanden september en oktober. Dit had een zware financiële impact op de campushoreca. De VUB heeft als tegemoetkoming geen concessievergoeding aangerekend in 2021. Als tegenprestatie werd van de horecazaken verwacht dat zij openden tijdens de lesweken (wanneer dit toegelaten was) en een volwaardige dienstverlening bleven leveren aan de VUB-gemeenschap. Ook voor catering rekenden we op de dienstverlening van de horecapartners. Maar dit was geen succes; de gemaakte afspraken werden niet (altijd) nageleefd. Het VUB-studentenrestaurant biedt momenteel enkel catering op afhaal.

Desondanks zijn er in 2021 enkele nieuwigheden te melden. In september 2021 opende in de inkomhal van de medische faculteit op de Brussels Health Campus een koffiebar, naar analogie met de “Java Coffee Houses” die al enige tijd bestaan in het UZ Brussel. Met de koffiebar willen we meer leven en een uitgebreider, hedendaags aanbod naar de campus brengen, aangezien er op de Brussels Health Campus buiten het studentenrestaurant amper horeca aanwezig was. De uitbating gebeurt, net zoals bij het restaurant, door het UZ Brussel via een samenwerkingsovereenkomst met de universiteit. We probeerden daarom de werking van restaurant en koffiebar te optimaliseren: het restaurant is enkel nog

’s middags geopend. De koffiebar vervangt de weinig succesvolle cafetariafunctie van het restaurant ’s ochtends en in de namiddag. We zetten het cafetariapersoneel in de koffiebar in, en ’s middags ter ondersteuning in het restaurant. De koffiebar startte initieel als een proefproject voor één semester. Ondertussen is beslist de koffiebar permanent verder te zetten: uit de evaluatie blijkt dat de studenten de koffiebar erg appreciëren. De koffiebar draait (nog) niet volledig rendabel; er is dus een tussenkomst vanuit het werkveld voeding nodig. Maar we zien zeker nog potentieel wanneer er opnieuw meer activiteit doorgaat op de campus: het aanbod is aantrekkelijk, de locatie centraal en nabij de lessen en bibliotheek.

In het kader van de nieuwe koffiebar hebben we met het UZ Brussel afgesproken het gebruik van wegwerpbekers af te bouwen na een korte opstartperiode. Intussen werkt het ziekenhuis in alle horecazaken die het uitbaat ook met herbruikbare koffiebekers met waarborgsysteem (“Billie Cup”). De Brussels Health Campus treedt daarmee in de voetsporen van de hoofdcampus van de universiteit. Sinds september 2021 heeft het restaurant op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus alle take away verpakkingen vervangen door herbruikbare maaltijdboxen (“Kiobox”) met waarborgsysteem. Samen met de reeds bestaande herbruikbare koffiebekers betekent dit dat het restaurant nu 100% met duurzaam materiaal werkt.

Met de verplichting van het Covid Safe Ticket in de horeca kon vanaf oktober 2021 een (beperkt) deel van de studenten niet meer in het reguliere aanbod van de binnenhoreca terecht. We vulden daarom het maaltijdaanbod op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus tijdelijk aan met foodtrucks als extra take away-mogelijkheid, zitruimte buiten en een refterlocatie binnen. Dit alles met wisselend succes, dat sterk afhankelijk was van het weer en van de prijs van de foodtruck-maaltijd. Vanaf november 2021 waren er terug beperkende coronamaatregelen van kracht in het hoger onderwijs; vanaf dan kwamen er geen foodtrucks meer langs.

In november 2021 organiseerden we in het studentenrestaurant een “Low impact week”. Tijdens die week stonden enkel vegetarische/veganistische en slechts één gevogelte-alternatief op het menu. Daarnaast probeerden we gedurende één week een testproject met vermelding van de ecologiescores op de menu’s.

Na een succesvolle proefperiode eind 2019 startte het studentenrestaurant op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering in het academiejaar 2020 – 2021 met een permanente avondopening. Maar nieuwe opflakkeringen van de coronapandemie doorkruisten al snel de avondopening, ondanks heropstart van de onderwijsactiviteiten. In 2021 lagen de cijfers qua verkoop bijzonder laag: gemiddeld een 60-tal verkochte maaltijden per avond, met uitzondering van oktober en november met een gemiddelde van respectievelijk 213 en 166 maaltijden per avond. De tussenkomsten van de universiteit in de werking van de avondopening lopen dan ook hoog op. De studentenraad besprak die situatie in december 2021 en gaf een negatief advies voor de recurrente verderzetting van de avondopening. De studentenraad pleitte wel expliciet voor een tijdelijke bevriezing van het initiatief tot zolang er beperkende COVID-maatregelen zijn die negatief ingrijpen op de avondopening. Het Directiecomité besliste in januari 2022 om dit advies te volgen en de avondopening stop te zetten, tot de beperkende maatregelen niet meer aan de orde zijn en een heropening kan herbekeken worden.

Het totaal aantal maaltijden steeg met 22,1% t.o.v. 2020. Niettemin ligt het aantal maaltijden in 2021 nog steeds merkelijk lager dan in 2019: een gemiddelde daling van 59%. Bij de start van het nieuwe academiejaar traden enkele versoepelingen in werking, waardoor een verhoging van de zitplaatscapaciteit mogelijk werd en het menugamma kon worden uitgebreid. Qua bijkomende COVID-maatregelen noteren we vooral de verplichte opvolging van de CO²-metingen in de restaurants en de cafetaria’s, alsook de invoering van de Corona Safe Ticket-controle.

1: Tijdslijn impact COVID-19 op de werking van de studentenrestaurants.

impact COVID op de werking van de studentenrestaurants.

Kerngetallen en trends

Aantal zitplaatsen in de studentenrestaurants

Restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus:

▪ Studentenrestaurant: 1.250 zitplaatsen

▪ Cafetaria: 480 zitplaatsen

Restaurant Brussels Health Campus:

▪ Studentenrestaurant: 330 zitplaatsen

Figuur 1: Tijdslijn
Figuur

Kengetallen en trends

Aantal zitplaatsen in de studentenrestaurants

Restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus:

Studentenrestaurant: 1.250 zitplaatsen

Cafetaria: 480 zitplaatsen

Restaurant Brussels Health Campus: 

Studentenrestaurant: 330 zitplaatsen

Prijzen middagmaal

Student4

Dagmenu’s + Vegetarisch Pasta Bar Wok

€ 5,50

Gast € 11,00

€ 5,30

€ 11,00

€ 5,20

€ 11,00

Koude schotels

€ 5,20

€ 11,00

Tabel 1: Prijzen middagmalen voor het academiejaar 2021-2022. Elk menu bestaat steeds uit soep, hoofdschotel en dessert.

Prijzen cafetaria

 Assortiment broodjes: van €1,50 tot €3,30

 Koffiekoeken en gebak: van €1,20 tot €2,40

 Water en frisdranken: van €1,10 tot €1,60

 Warme dranken: van €1,20 tot €2,40

Prijzen catering

 Koffiepauzes: van €2,80 tot €5,80

 Broodjeslunches: €8,00

 All-in lunch met soep, salad bar, hoofdgerecht, drank en dessert + voorbehouden tafels: €12,50

Verbruik en omzet Verbruik en omzet

Verbruik maaltijden studenten en personeel Studenten Personeel

Figuur 2: Aantal maaltijden van studenten en personeelsleden per jaar. Het totaal aantal maaltijden steeg in 2021 met 22,2%. Ten opzichte van 2019 gaat het om 56,9% minder studentenmaaltijden en 61,1% minder personeelsmaaltijden.

Figuur 2: Aantal maaltijden van studenten en personeelsleden per jaar. Het totaal aantal maaltijden steeg in 2021 met 22,2%. Ten opzichte van 2019 gaat het om 56,9% minder studentenmaaltijden en 61,1% minder personeelsmaaltijden.

Gemiddeld middagmaalverbruik per maand restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

2 Studenten van de Vrije Universiteit Brussel, Erasmushogeschool Brussel, Vesalius College, University of Kent. Ook studenten van andere Hoger Onderwijsinstellingen (die als toevallige bezoekers op onze campussen vertoeven). Doctoraatsstudenten die ook personeel zijn, worden tegelijk beschouwd als studenten.

Figuur 3: Gemiddeld middagmaalverbruik in 2021, per maand.

Figuur 2: Aantal maaltijden van studenten en personeelsleden per jaar. Het totaal aantal maaltijden steeg in 2021 met 22,2%. Ten opzichte van 2019 gaat het om 56,9% minder studentenmaaltijden en 61,1% minder personeelsmaaltijden.

Figuur 2: Aantal maaltijden van studenten en personeelsleden per jaar. Het totaal aantal maaltijden steeg in 2021 met 22,2%. Ten opzichte van 2019 gaat het om 56,9% minder studentenmaaltijden en 61,1% minder personeelsmaaltijden.

Gemiddeld middagmaalverbruik per maand restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Gemiddeld middagmaalverbruik per maand restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 3: Gemiddeld middagmaalverbruik in 2021, per maand.

Figuur 3: Gemiddeld middagmaalverbruik in 2021, per maand.

Verbruik middagmalen restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Verbruik middagmalen restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Avond Middag

Avond Middag

Studenten Personeel Bezoekers

Studenten

Personeel Bezoekers

Figuur 4: Evolutie van het aantal maaltijden in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus, per jaar. Op deze campus steeg het totale aantal maaltijden in 2021 met 22,7%.(respectievelijk 32,7% meer studentenmaaltijden en 11,6% meer personeelsmaalt ijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 59,8%.

Figuur 4: Evolutie van het aantal maaltijden in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus, per jaar. Op deze campus steeg het totale aantal maaltijden in 2021 met 22,7%.(respectievelijk 32,7% meer studentenmaaltijden en 11,6% meer personeelsmaalt ijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 59,8%.

Figuur 4: Evolutie van het aantal maaltijden in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus, per jaar. Op deze campus steeg het totale aantal maaltijden in 2021 met 22,7%.(respectievelijk 32,7% meer studentenmaaltijden en 11,6% meer personeelsmaaltijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 59,8%.

Dagverbruik maaltijden restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 5: Verbruik maaltijden per dag in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Figuur 5: Verbruik maaltijden per dag in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Avondmaalverbruik restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 3: Gemiddeld middagmaalverbruik in 2021, per maand.

Figuur 5: Verbruik maaltijden per dag in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Figuur 5: Verbruik maaltijden per dag in het studentenrestaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Avondmaalverbruik restaurant Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Studenten

Personeel

Figuur 6: Avondmaalverbruik per gebruikersgroep op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Het gemiddeld aantal avondmalen bedraagt ongeveer 90, met pieken tot gemiddeld 213 in oktober en 166 in november. Vooral studenten maken graag gebruik van deze bijkomende faciliteit (83% van het totaal aantal verkochte avondmalen).

Figuur 6: Avondmaalverbruik per gebruikersgroep op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Het gemiddeld aantal avondmalen bedraagt ongeveer 90, met pieken tot gemiddeld 213 in oktober en 166 in november. Vooral studenten maken graag gebruik van deze bijkomende faciliteit (83% van het totaal aantal verkochte avondmalen).

Figuur 6: Avondmaalverbruik per gebruikersgroep op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Het gemiddeld aantal avondmalen bedraagt ongeveer 90, met pieken tot gemiddeld 213 in oktober en 166 in november. Vooral studenten maken graag gebruik van deze bijkomende faciliteit (83% van het totaal aantal verkochte avondmalen).

Verbruik middagmalen studentenrestaurant Brussels Health Campus

Verbruik middagmalen studentenrestaurant Brussels Health Campus Studenten

Studenten

Personeel

Personeel

Figuur 7: Evolutie van het aantal middagmalen in het studentenrestaurant op Brussels Health Campus. Op deze campus steeg het totaal aantal maaltijden in 2021 met 24,3%.(resp ectievelijk 30,7 % meer studentenmaaltijden en 17,8% meer personeelsmaaltijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 54,2%.

Figuur 7: Evolutie van het aantal middagmalen in het studentenrestaurant op Brussels Health Campus. Op deze campus steeg het totaal aantal maaltijden in 2021 met 24,3%.(respectievelijk 30,7 % meer studentenmaaltijden en 17,8% meer personeelsmaaltijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 54,2%.

Figuur 7: Evolutie van het aantal middagmalen in het studentenrestaurant op Brussels Health Campus. Op deze campus steeg het totaal aantal maaltijden in 2021 met 24,3%.(resp ectievelijk 30,7 % meer studentenmaaltijden en 17,8% meer personeelsmaaltijden dan in 2020). Vergeleken met 2019 (voor corona) betekent dit wel een daling met 54,2%.

Het aantal maaltijdgebruikers uit andere hoger onderwijsinstellingen is beperkt. Twee groepen studenten vormen hierop een uitzondering:

 de ULB-studenten uit Etterbeek, goed voor 2.456 maaltijden of 4,4% van het totaal aantal studentenmaaltijden;

 de EhB-studenten, goed voor 413 maaltijden. Dit aantal bedraagt 0,7% van het totale aantal studentenmaaltijden, of 5,7% van het aantal studentenmaaltijden op de Brussels Health Campus waar EhB-studenten ook les volgen.

▪ de ULB-studenten uit Etterbeek, goed voor 2.456 maaltijden of 4,4% van het totaal aantal studentenmaaltijden;

▪ de EhB-studenten, goed voor 413 maaltijden. Dit aantal bedraagt 0,7% van het totale aantal studentenmaaltijden, of 5,7% van het aantal studentenmaaltijden op de Brussels Health Campus waar EhB-studenten ook les volgen.

Figuur 8: Evolutie van het verbruik van de cafetaria op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Op deze campus steeg de cafetaria-omzet in 2021 met 25,1% t.o.v. 2020. In vergelijking met 2019 (voor corona) betekent dit echter een daling van 52,7%.

Figuur 8: Evolutie van het verbruik van de cafetaria op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Op deze campus steeg de cafetaria-omzet in 2021 met 25,1% t.o.v. 2020. In vergelijking met 2019 (voor corona) betekent dit echter een daling van 52,7%.

Personeel

Het VUB-restaurant telt 26,9 VTE personeelscapaciteit. Die is als volgt verdeeld:

Personeel

▪ 9 VTE graad 2

Het VUB-restaurant telt 26,9 VTE personeelscapaciteit. Die is als volgt verdeeld

▪ 12,1 VTE graad 3

• 9 VTE graad 2

• 12,1 VTE graad 3

▪ 1,8 VTE graad 4

• 1,8 VTE graad 4

▪ 1 VTE graad 5

• 1 VTE graad 5

▪ 1 VTE graad 7

• 1 VTE graad 7

▪ 1 VTE graad 8

• 1 VTE graad 8

• 1 VTE graad 9

▪ 1 VTE graad 9

Resultaten en betoelaging

Resultaten en betoelaging

De resultaten wijken niet significant af van de begroting 2021. De totale inkomsten werden voor 99% gerealiseerd. De werkingskosten lagen 3% lager dan begroot. Op de uitgaven voor personeel konden we 31% besparen door nietvervangingen.

De resultaten wijken niet significant af van de begroting 2021. De totale inkomsten werden voor 99% gerealiseerd. De werkingskosten lagen 3% lager dan begroot. Op de uitgaven voor personeel konden we 31% besparen door niet-vervangingen.

Vooral de uitgaven voor COVID-19-materiaal (mondmaskers en desinfectiemiddelen) en voor de Corona Safe Ticket-controle (veiligheidsagent en jobstudenten) lopen hoog op.

Vooral de uitgaven voor COVID-19-materiaal (mondmaskers en desinfectiemiddelen) en voor de Corona Safe Ticketcontrole (veiligheidsagent en jobstudenten) lopen hoog op.

De financiële tussenkomsten die vanuit studentenvoorzieningen naar de restaurants vloeien zijn hoog. We zoeken naar mogelijkheden om het aandeel van deze subsidies te verminderen.

De financiële tussenkomsten die vanuit studentenvoorzieningen naar de restaurants vloeien zijn hoog. We zoeken naar mogelijkheden om het aandeel van deze subsidies te verminderen.

We evalueren en herzien indien nodig:

We evalueren en herzien indien nodig:

• Onze huidige dienstverlening en volgens welke principes deze wordt toegepast;

▪ Onze huidige dienstverlening en volgens welke principes deze wordt toegepast;

• De huidige berekeningswijze van de kosten, verkoopsprijzen en de all-in menu-structuur van onze maaltijden;

• De bepaling van een universele korting voor studenten en het beleid met betrekking tot studenten uit andere hoger onderwijsinstellingen;

▪ De huidige berekeningswijze van de kosten, verkoopsprijzen en de all-in menustructuur van onze maaltijden;

• De kostprijsstructuur van maaltijden op de Brussels Health Campus en de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus;

• De prijszetting voor andere interne cateringfaciliteiten zoals cafetaria en lunches. Hierbij hanteren we ten minste een full costing principe.

Leningen

Een aantal historische leningen – vaak gemengd voor studentenhuisvesting en restaurant - lopen nog voort: Volgende interne lening loopt nog voor het studentenrestaurant op Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus: 57,6 miljoen Belgische frank met vervaldatum 2023 – jaarlijkse aflossing van €118.000.

Tot 2015 was er een centrale VUB-tussenkomst voor renovatie en groot onderhoud (€62.000). Sinds 2015 wordt deze tussenkomst niet langer toegekend, maar gedragen via de exploitatiebegroting van het restaurant.

Evaluatie en doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen VUB per werkveld

We stimuleren gezonde en duurzame voedingskeuzes.

Operationele doelstellingen van de afdeling

We blijven kwaliteitsreferentie in Vlaanderen.

We bouwen een beleid over minimumvoorwaarden inzake duurzaamheid en gezondheid waaraan alle voedingverstrekkers op campussen moeten voldoen.

Indicatoren

Een ruim en gediversifieerd aanbod aan gezonde kwaliteitsmaaltijden op duurzame wijze geproduceerd(2019-2023).

Beleid duurzame en gezonde voeding goedgekeurd (2020).

Projectleider Evaluatie 2021

Hoofd Dienst Restaurant Uitgevoerd

Algemeen Beheerder

In uitvoering

We streven ernaar dat alle horeca op de campussen in de nabije toekomst het Good Food label behaalt. We benadrukken ook het belang van verse en gezonde maaltijden bij onze partners. Bepalingen hieromtrent zullen worden opgenomen in nieuwe concessie-overeenkomsten en addenda.

Eerste verkennend gesprek met een partner voor een meer duurzaam, gezond en afvalvrij drankenaanbod i.p.v. de reguliere automaten met frisdrankblikjes of –flesjes. In dit kader wordt ook samengewerkt met studenten binnen het Opleidingsonderdeel ‘interdisciplinary course on sustainability’.

Wegwerpkoffiebekers en take away-verpakkingen werden in het restaurant vervangen door duurzame herbruikbare bekers en maaltijdboxen. We stimuleren de andere horecazaken hierin mee te stappen.

Elke nieuwe concessieovereenkomst bevat een bepaling m.b.t. duurzaamheid, en gezondheid (2020).

Algemeen Beheerder

Uitgevoerd

De concessie-overeenkomst voor Bar Pilar omvat een bepaling gezondheid en duurzaamheid die verschillende aspecten omvat, o.a. het aanbieden van gezonde en duurzame voeding en dranken, het aanbieden van gratis kraanwater, het vermijden van wegwerpverpakkingen, het beperken van water- en energieverbruik, het sorteren van afval, enzovoort.

Deze bepaling wordt ook meegenomen in de voorbereiding voor de vernieuwing van de concessie voor ‘t Complex (voorbereiding vanaf 2020, start concessie voorzien 2022). In de toekomst wordt er bovendien naar gestreefd dat alle horecapartners op de campus het Good Food label behalen.

We voorzien voldoende cateringcapaciteit op en in de omgeving van de campussen3.

We realiseren brede openingsuren.

Er is een automatenbeleid, dat ook de cateringsnoden buiten de kantooruren opvangt, goedgekeurd (2019).

Algemeen Beheerder

Drinkwaterfonteinen zijn aanwezig op plekken op campus waar veel studenten aanwezig zijn: leslokalen, sportcomplex, …

Algemeen Beheerder

In uitvoering

De frisdrankautomaten werden vernieuwd, de prijszetting is aangepast in lijn met het uitgewerkte beleid.

De mogelijkheid tot plaatsing van bijkomende (voedings)automaten wordt verder onderzocht.

Er werd een eerste verkennend gesprek gevoerd met een partner voor een meer duurzaam en afvalvrij drankenaanbod i.p.v. de reguliere automaten met frisdrankblikjes of –flesjes.

Uitgevoerd

In februari 2020 werden 7 waterfonteinen geplaatst op centrale locaties op de campus Etterbeek. In Jette is er 1 centraal waterpunt aanwezig. We volgen op dat onderhoud vlot verloopt.

In overleg met de campusgebruikers volgen we bijkomende vragen & noden regelmatig op. De plaatsing van drinkwaterfonteinen wordt zoveel mogelijk meegenomen in renovatieprojecten campusbreed.

Behoeftenanalyse om te verwachten werking ’s avonds en in het weekend te testen ten laatste in 2019.

Algemeen Beheerder

3 900D euro is al bestemd in de investeringsbegroting. Verdere financiering moet nog worden uitgewerkt.

Gerealiseerd

De verderzetting van de “avondopening” wordt tijdelijk bevroren en zal herbekeken worden zodra de beperkende COVID-maatregelen niet meer aan de orde zijn.

Omwille van de verminderde on-campus aanwezigheid en onzekerheid door de coronacrisis volstaat dit momenteel ruim om aan de behoeften te voldoen.

We bouwen het restaurant uit voor polyvalent gebruik.

We passen de infrastructuur aan in functie van de capaciteitsuitbreiding en betere klantenbediening.

Studenten zijn tevreden met de cateringcapaciteit en de openingsuren (ten laatste in 2023).

Extra vaatwasfaciliteit gerealiseerd ten laatste in 2023.

Hoofd Dienst Restaurant Gerealiseerd

Omwille van de verminderde on-campus aanwezigheid en onzekerheid door de coronacrisis zijn verdere initiatieven momenteel niet aan de orde.

Hoofd Dienst Restaurant Opgestart

De verplaatsing van de pottenwasinstallatie naar een ander lokaal werd uitgevoerd.

De nieuwe bandafwasmachines zijn besteld en de planning van de renovatiewerken in het vaatwaslokaal is opgesteld.

De werken zullen in februari 2022 beëindigd zijn.

We zorgen dat de zitplaatsen voor catering ook breder functioneel kunnen ingezet worden.

Infrastructurele optimalisering voor hogere capaciteit gerealiseerd ten laatste in 2023.

Hoofd Dienst Restaurant On hold

In de nasleep van de coronacrisis wordt ook op langere termijn een verminderde aanwezigheid on-campus verwacht (omwille van telewerk en digitaal onderwijs). In principe biedt dit een voldoende oplossing voor het capaciteitsprobleem in het restaurant. Er is een plan uitgewerkt waarbij op relatief korte termijn het terras van het restaurant overdekt kan worden d.m.v. een tentstructuur, moest capaciteitsuitbreiding alsnog nodig blijken.

Het restaurant is infrastructureel aangepast om optimaal gebruikt te worden ten laatste in 2023. Het gaat dan bijvoorbeeld om scheidingsmogelijkheid van verdiepingen, meer stopcontacten, afsluiten van togen, … .

Extra activiteiten vinden plaats in het restaurant.

Algemeen Beheerder

Algemeen Beheerder

Gerealiseerd

Een functionele scheiding van boven- en benedenverdieping van het studentenrestaurant werd geplaatst. Er zijn ook bijkomende stopcontacten voorzien.

Gerealiseerd

Omwille van de verminderde on-campus aanwezigheid en onzekerheid door de coronacrisis zijn verdere initiatieven momenteel niet aan de orde.

Sinds december 2019 benutten we de cafetariaruimte buiten de openingsuren als studieruimte, en dit in aanloop naar de examenperiode.

Naar de toekomst onderzoeken we de mogelijkheid om andere activiteiten te huisvesten (bvb. Avondactiviteit met externe cateringpartner).

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

Onvoldoende capaciteit en onderdimensionering van de installaties bedreigden tot 2019 de goede werking van de studentenrestaurants. Het studentenrestaurant op de Brussels Health Campus kende sinds verschillende jaren een sterke stijging van zowel het cafetaria- als het maaltijdenverbruik. Dit had soms lange wachtrijen en gebrek aan zitruimte tot gevolg. Indien het aantal studenten, personeelsleden en bezoekers op de campus zou blijven toenemen, dan zou de capaciteitsproblematiek nog vergroten. De situatie tijdens de COVID-19-pandemie zorgde ervoor dat het capaciteitsprobleem verdween. Het wordt afwachten wat er gebeurt zodra het campusleven weer op een normale manier loopt. Mogelijks is er in het post-COVID-tijdperk een blijvende impact op de aanwezigheid van studenten en personeel op de campus. In dat geval moeten we de personeelsnoden en de financiële balans van het restaurant opnieuw evalueren. De directie Infrastructuur bereidt een studie voor vernieuwing en capaciteitsuitbreiding van het studentenrestaurant op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus voor. Maar door de onduidelijkheid over de toekomstige aanwezigheid van personeel en studenten op campus, staan verdere infrastructuurontwikkelingen van het studentenrestaurant momenteel on hold.

Take-away van warme maaltijden is een positief onthaalde ontwikkeling. Het biedt een oplossing voor eventuele capaciteitsproblemen. Wegwerpverpakkingen hebben we in 2021 vervangen door een duurzaam, herbruikbaar alternatief. Naast duurzaamheid is het ook wenselijk om in te zetten op andere beleidsambities van de universiteit, onder andere op vlak van diversiteit en welzijn.

Uit duurzaamheidsoverwegingen stellen we de uitfasering van drankautomaten voorop tegen 2024, zodra het contract met partner CCEP dit toelaat en er op voldoende plaatsen drinkwaterfonteinen of alternatieven operationeel zijn. We stellen bij onze horecapartners op campus vast dat ze niet allemaal voldoende inzetten op duurzaamheid. Dat heeft vooral te maken met de vrijblijvendheid. We moeten bij onze consessiehouders inzetten op betere ondersteuning, nauwere opvolging en omkadering van duurzaamheidsinitiatieven.

Tot slot zullen we weer een volwaardig cateringaanbod moeten uitwerken zodra de activiteiten op de campus terug ten volle hernemen, via het VUB-restaurant of met betrouwbare externe partners.

4. HUISVESTING

Volgens de studie van de cel Studentenleven van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Perspective.Brussels) verblijven 37,1% van de universiteitsstudenten in Brussel in een studentenwoning. Iets minder dan de helft van de universiteitsstudenten woont bij de ouders. De anderen wonen in een ‘studentenwoning’ of ‘eigen woning’ (Albea, Donders & Glorie, 2020). Als we dit aandeel extrapoleren komen we op ongeveer 46.800 studenten in Brussel over alle instellingen heen.

De studentenwoningen concentreren zich voornamelijk in Elsene, Brussel-Stad en Etterbeek; de campussen van de universiteiten VUB en ULB zijn namelijk in deze buurten gevestigd. Naast de studentenresidenties van deze instellingen zijn er recent ook verschillende studentenresidenties van grote projectontwikkelaars bijgekomen.

De Vrije Universiteit Brussel heeft 5 studentenhuizen of –wijken in eigendom. In totaal levert dat 1.540 plaatsen op. De studentenhuizen zijn onderverdeeld in units – vaak van 6 studenten, maar in een aantal gevallen ook van 4, 5, 10 of 12 studenten.

XY (Elsene)

Studentenhuis Schoofslaan (Oudergem)

Studentenhuis Triomflaan (Oudergem)

Studentenwijk Jette

Tabel 2: Aantal wooneenheden in eigendom van de VUB. De VUB beschikt over 1.540 bedden, waarvan 70 in tweepersoonsflats, verdeeld over de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus (1.294 bedden) en de Brussels Health Campus (246 bedden). Zes kamers zijn aangepast voor studenten met een rolstoel.

Samenwerkingsverbanden

De Vrije Universiteit Brussel is lid van de vzw Brik. Brik biedt met MyKot.be een online platform waar studenten van de Vlaamse Hoger onderwijsinstellingen een studentenkamer in Brussel kunnen vinden. Het aanbod telt een kamerbestand van 3.129 wooneenheden bij 440 privé kotbazen (commerciële spelers en particulieren), onderwijsinstellingen en Brik. In 2021 waren er via Brik.mykot.be 2.733 studenten actief op zoek naar een kot.

De VUB heeft een samenwerkingsovereenkomst met Brik vzw. Deze regelt onder andere de bijdrage van een medewerker van VUB-Studentenhuisvesting voor de opvolging van het aanbod privé-studentenkamers via Brik en voor huurbemiddeling als ombudsman bij conflicten tussen huurbaas en huurder.

Kotbazen op Brik.mykot.be

Wooneenheden op Brik.mykot.be

Figuur 9: evolutie aantal wooneenheden en aantal kotbazen in Brik kamerbestand

Figuur 9: evolutie aantal wooneenheden en aantal kotbazen in Brik kamerbestand

In 2021 evalueerde Brik 484 wooneenheden, verspreid over 53 verschillende panden.

In 2021 evalueerde Brik 484 wooneenheden, verspreid over 53 verschillende panden.

 Brik voegde 159 nieuwe wooneenheden in 21 panden toe aan de database o 44 wooneenheden bij 19 particulieren (2 à 3 eenheden op een appartement of bij een gezin)

▪ Brik voegde 159 nieuwe wooneenheden in 21 panden toe aan de database o 44 wooneenheden bij 19 particulieren (2 à 3 eenheden op een appartement of bij een gezin)

o 13 wooneenheden bij een klassieke kotbaas o 102 wooneenheden bij één grote projectontwikkelaar, Promiris (Delta Campus, op de Triomflaan in Oudergem))

 Brik evalueerde 325 bestaande wooneenheden in 32 panden opnieuw.

 Brik schrapte 352 wooneenheden in 38 panden; ze voldeden niet of wensten niet samen te werken met Brik.

o 13 wooneenheden bij een klassieke kotbaas o 102 wooneenheden bij één grote projectontwikkelaar, Promiris (Delta Campus, op de Triomflaan in Oudergem))

▪ Brik evalueerde 325 bestaande wooneenheden in 32 panden opnieuw.

▪ Brik schrapte 352 wooneenheden in 38 panden; ze voldeden niet of wensten niet samen te werken met Brik.

Tabel 3: aantal wooneenheden die Brik aanbiedt, 2020 en 2021 Panden totaal Wooneenheden totaal Nieuw

Bestaand

2020 61 330 148 18 103 58 43 227

Tabel 3: aantal wooneenheden die Brik aanbiedt, 2020 en 2021.

In 2021 werkten we nauw samen met Brik om het tekort aan studentenkamers en een aantal problemen op de Brusselse studentenhuisvestingsmarkt in kaart te brengen. We zetten dit project in 2022 verder, met als doel dit ook bij de overheden aan te kaarten en op de agenda te zetten.

In 2021 werkten we nauw samen met Brik om het tekort aan studentenkamers en een aantal problemen op de Brusselse studentenhuisvestingsmarkt in kaart te brengen. We zetten dit project in 2022 verder, me t als doel dit ook bij de overheden aan te kaarten en op de agenda te zett en.

Het Sociaal Verhuurkantoor voor Studenten (SVKS), opgericht op initiatief van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is sinds het begin van academiejaar 2018-2019 operationeel. Het richt zich uitsluitend tot studenten met financiële noden. Het verhuurkantoor heeft momenteel een 200-tal studio’s en studentenkamers in beheer. Slechts een minimale fractie daarvan wordt door VUB-studenten gehuurd. SVKS werkt daarom aan een herziening van hun toewijzingsbeleid en een Nederlandstalige communicatiecampagne.

Het Sociaal Verhuurkantoor voor Studenten (SVKS), opgericht op initiatief van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is sinds het begin van academiejaar 2018 -2019 operationeel. Het richt zich uitsluitend tot studenten met financiële noden. Het verhuurkantoor heeft momenteel een 200-tal studio’s en studentenkamers in beheer. Slechts een minimale fractie daarvan wordt door VUB -studenten gehuurd. SVKS werkt daarom aan een herziening van hun toewijzingsbeleid en een Nederlandstalige communicatiecampagne . In 2021 evalueerden we de samenwerking met het verhuurkantoor. De diensten Studentenhuisvesting en Studentenstatuut en Studiefinanciering van de VUB ondernamen bovendien extra acties om het sociaal verhuurkantoor meer bekend te maken bij onze

In 2021 evalueerden we de samenwerking met het verhuurkantoor. De diensten Studentenhuisvesting en Studentenstatuut en Studiefinanciering van de VUB ondernamen bovendien extra acties om het sociaal verhuurkantoor meer bekend te maken bij onze VUB-studenten. Concreet kon Studentenstatuut en Studiefinanciering in 2021 een viertal studenten doorverwijzen naar het verhuurkantoor.

Naast de samenwerkingsverbanden met deze vzw’s heeft de VUB overeenkomsten met private partners NV Upgrade Estate, Covas NV en Diggit Studentlife voor 4 studentenresidenties nabij de VUB campussen.

De VUB heeft twee overeenkomsten met NV Upgrade Estate. Zij beheren twee studentenhuizen in de buurt van onze campussen:

 Studentenhuis Bru Upkot in Elsene, operationeel sinds september 2016. Het studentenhuis telt 216 plaatsen. Voor de helft van die plaatsen hebben VUB-studenten voorrang. Tijdens academiejaar 2021-2022 hadden 113 VUB-studenten er een jaarcontract;

 Studentenhuis Jet Upkot in Jette, operationeel sinds september 2017. Voor 91 van de 143 kamers hebben VUBstudenten voorrang. Daarvan zijn tijdens academiejaar 2021-2022 54 kamers effectief door VUB-studenten bezet via een jaarcontract. Door de sluiting van het EhB-studentenhuis waren er in 2021 meer EhB-studenten gehuisvest. Ook is de privémarkt in Jette nog niet verzadigd.

Covas NV neemt de uitbating van U-Residence (95 studio’s) op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus op zich. 70 studio’s zijn voor studenten in verblijf van enkele maanden tot 1 semester, en zijn bewoonbaar door één of twee personen. 48 plaatsen (16 single en 16 double kamers) worden voorbehouden voor semesterverhuur aan studenten aangeduid door de VUB. Dit contingent wordt jaarlijks bezet door studenten die gedurende één semester op uitwisseling komen aan de VUB. De resterende kamers mogen, behoudens toestemming van de VUB, enkel verhuurd worden aan VUB- en EhB-studenten en studenten van het Vesalius College. Deze worden vooral bewoond door internationale studenten. Daarnaast beschikt U-Residence over 25 kamers met hotelfunctie waarbinnen ook een mid stay-verblijf van enkele maanden mogelijk is. Dit is vooral nuttig voor onder andere verblijf van gastonderzoekers en –professoren of deelnemers aan congressen en evenementen. In 2021 was de vraag naar kortverblijf erg laag omwille van de COVID-19pandemie. Om die reden werd aan U-residence toegestaan deze kamers te verhuren voor semestrieel verblijf.

Nabij Etterbeek station ligt studentenresidentie Brusello XL met 79 K+ kamers (eigen sanitair maar gedeelde keuken) en 50 studio’s, recent onder beheer van Diggit Studentlife (tot 2021: Candor/Studence). In Brussel-centrum realiseerde deze projectontwikkelaar twee studentenhuizen: Brusello met 84 kamers/studio’s en Studeopolis met 196 kamers/ studio’s. Het partnership voor Brusello XL dient verder uitgewerkt te worden met het nieuwe management van Diggit Studentlife.

Omwille van het risico op huisjesmelkerij en de ontbrekende kwaliteitsbewaking, raden we studenten expliciet af om privé-studentenkamers te zoeken buiten het netwerk van onze officiële partners (BRIK vzw, Covas NV, Upgrade Estate NV, Diggit Studentlife, SVKS). Zo nodig kunnen studenten terecht bij de Brik Ombudsman of CAW Brussel voor juridische bijstand tussen huurder en huisbaas.

Toegang

De studentenkamers van de VUB staan in principe open voor alle VUB-studenten. Maar de vraag is groter dan het aanbod. Daarom kennen we kamers volgens een strikte prioriteitenregeling4 toe aan studenten. De regeling vertrekt van volgend basisprincipe: studenten die voltijds ingeschreven zijn in een basisopleiding onder diplomacontract krijgen voorrang op studenten die niet aan deze voorwaarden voldoen. Een contingent van 65 kamers behouden we voor aan internationale studenten met een beurs ontwikkelingssamenwerking en voor studenten met een vluchtelingenstatuut.

Vervolgens zijn volgende studenten absoluut prioritair in het toekennen van een kamer:

 Studenten met het statuut van topsporter;

 Generatiestudenten geneeskunde;

 Studenten voor wie het hebben van een VUB-kamer essentieel is om de studies te kunnen aanvatten of tot een goed einde te kunnen brengen. Voor deze laatste groep hanteert Studentenstatuut & studiefinanciering een bijzondere procedure gebaseerd op het principe van de billijkheidsclausule (cf. hoofdstuk sociale dienstverlening).

De financiële situatie van de student speelt geen rol bij het toekennen van een kamer. Studenten met financiële noden kunnen voor financiële ondersteuning aankloppen bij Studentenstatuut & studiefinanciering.

Studenten kunnen in principe hun VUB-kamer blijven doorhuren tijdens de zomervakantiemaanden, weliswaar op voorwaarde dat ze voor 12 maanden huren.

4 Voor de huidige gedetailleerde prioriteitenregeling die geldt vanaf het academiejaar 2018-2019 zie https://student.vub.be/op-kot-aan-de-vub#prioriteitenlijst

Kengetallen en trends

Aanbod en prijzen

De maandelijkse huurprijzen worden jaarlijks geïndexeerd. De huurwaarborg is een vast bedrag. Sinds academiejaar 21-22 bedraagt die €500.

Tabel 4: huurprijzen per type eenheid voor het academiejaar 2009-2010, 2019-2020, 2020-2021, 2021-2022

Studentenhuis Triomflaan

Studentenhuis Schoofslaan

Brussels Health Campus

Studentenhuis Nieuwelaan

Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 10: Evolutie van het aantal bedden. Het studentenhuis op de Brussels Health Campus werd gerenoveerd in 2007, het studentenhuis Nieuwelaan in 2008. De studentenwijk op Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus werden in 2019 door een modern nieuw studentenhuis met een 350 -tal extra plaatsen vervangen. Sinds 2019 heeft VUB Studentenhuisvesting 1 540 bedden in eigen beheer. Renovatie van de studentenhuizen Schoofslaan en Triomflaan is gepland voor respectievelijk 2027 en 2030.

Figuur 10: Evolutie van het aantal bedden. Het studentenhuis op de Brussels Health Campus werd gerenoveerd in 2007, het studentenhuis Nieuwelaan in 2008. De studentenwijk op Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus werden in 2019 door een modern nieuw studentenhuis met een 350-tal extra plaatsen vervangen. Sinds 2019 heeft VUB Studentenhuisvesting 1.540 bedden in eigen beheer. Renovatie van de studentenhuizen Schoofslaan en Triomflaan is gepland voor respectievelijk 2027 en 2030.

Bezetting

We streven naar een maximale bezetting van onze koten.

Bezetting

We streven naar een maximale bezetting van onze koten.

De vraag naar en het vertrouwen in een VUB kamer voor het academiejaar 2021-2022 blijft zeer hoog, met in totaal 4.201 aanvragen aan het einde van het jaar. 651 nieuwe bewoners namen tijdens het 1ste semester van het academiejaar 2021-2022 hun intrek in de VUB-studentenkamers: 424 generatiestudenten, 57 IRMO -studenten en 170 andere nieuwe studenten.

De vraag naar en het vertrouwen in een VUB kamer voor het academiejaar 2021-2022 blijft zeer hoog, met in totaal 4.201 aanvragen aan het einde van het jaar. 651 nieuwe bewoners namen tijdens het 1ste semester van het academiejaar 20212022 hun intrek in de VUB-studentenkamers: 424 generatiestudenten, 57 IRMO-studenten en 170 andere nieuwe studenten.

Met 27% kotstudenten met een andere dan de Belgische nationaliteit (416) is het aandeel internationale studenten terug aanzienlijk gestegen t en opzichten van de periode vóór de COVID-19-pandemie. Dit is onder andere te wijten aan de succesvolle Engelstalige bachelors die weer meer bachelorstudenten met buitenlandse nationaliteit aantrekken.

Met 27% kotstudenten met een andere dan de Belgische nationaliteit (416) is het aandeel internationale studenten terug aanzienlijk gestegen ten opzichten van de periode vóór de COVID-19-pandemie. Dit is onder andere te wijten aan de succesvolle Engelstalige bachelors die weer meer bachelorstudenten met buitenlandse nationaliteit aantrekken.

evolutie aantal bedden

Evolutie doelgroepen

Generatiestudente n

studenten met buitenlandse nationaliteit

Generatiestudente n studenten met buitenlandse nationaliteit

DGOS-bursalen, refugee, e.a. bursalen

Bijzondere

DGOS-bursalen, refugee, e.a. bursalen

Procedure (prioritair)

Kort verblijvende studenten

Bijzondere Procedure (prioritair)

Kort verblijvende studenten

Topsport studenten

Topsport studenten

Figuur 11: Evolutie studentenhuisvesting op VUB-kamer, aantal studenten per doelgroep. Voor het academiejaar 2020-2021 dienden 658 generatiestudenten een aanvraag in (t.o.v. 580 in 19 -20). Hiervan zitten effectief 424 generatiestudenten op kot, 234 studenten annuleerden hun toewijzing. 27% van de studenten op een VUB -kot heeft de buitenlandse nationaliteit (416). Dit is in lijn met het percentage internationale VUB studenten.

Figuur 11: Evolutie studentenhuisvesting op VUB-kamer, aantal studenten per doelgroep. Voor het academiejaar 2020-2021 dienden 658 generatiestudenten een aanvraag in (t.o.v. 580 in 19-20). Hiervan zitten effectief 424 generatiestudenten op kot, 234 studenten annuleerden hun toewijzing. 27% van de studenten op een VUB-kot heeft de buitenlandse nationaliteit (416). Dit is in lijn met het percentage internationale VUB studenten.

Figuur 11: Evolutie studentenhuisvesting op VUB-kamer, aantal studenten per doelgroep. Voor het academiejaar 2020-2021 dienden 658 generatiestudenten een aanvraag in (t.o.v. 580 in 19 -20). Hiervan zitten effectief 424 generatiestudenten op kot, 234 studenten annuleerden hun toewijzing. 27% van de studenten op een VUB -kot heeft de buitenlandse nationaliteit (416). Dit is in lijn met het percentage internationale VUB studenten.

VUB-studenten met een jaarcontract bij Bru Upkot

Figuur 12: Bru Upkot in Elsene – eigendom van NV Upgrade Estate – behoudt 108 van haar kamers voor aan VUB-studenten. Die zijn sinds de start van het studentenhuis quasi volledig bezet. Bij Jet Upkot in Jette komen we niet aan het aantal voorbehouden kamers. Bij Jet Upkot is er nog veel marge in de capaciteitsbezetting.

Figuur 12: Bru Upkot in Elsene – eigendom van NV Upgrade Estate – behoudt 108 van haar kamers voor aan VUB-studenten. Die zijn sinds de start van het studentenhuis quasi volledig bezet. Bij Jet Upkot in Jette komen we niet aan het aantal voorbehouden kamers. Bij Jet Upkot is er nog veel marge in de capaciteitsbezetting.

Nieuw in 2021

12: Bru Upkot in Elsene – eigendom van NV Upgrade Estate – behoudt 108 van haar kamers voor aan VUBstudenten. Die zijn sinds de start van het studentenhuis quasi volledig bezet. Bij Jet Upkot in Jette komen we niet aan het aantal voorbehouden kamers. Bij Jet Upkot is er nog veel marge in de capaciteitsbezetting.

COVID-19

Nieuw in 2021

De impact van de COVID -19-pandemie op onze werking en de samenleving op kot bleef aanzienlijk in 2021.

COVID-19

De impact van de COVID -19-pandemie op onze werking en de samenleving op kot bleef aanzienlijk in 2021.

Tijdens de examenperiode in januari 2021 en de eerste maanden van het 2 e semester van het academiejaar 2020- 2021 bleven strikte veiligheidsmaatregelen van kracht op de studentenhuizen . Samenscholingen waren verboden, bezoek werd gelimiteerd en de recreatieruimtes en studieruimtes bleven dicht. De publieke dienstverlening op de studentenhuizen bleef gegarandeerd mits bijkomende veiligheidsmaatregelen om het personeel te beschermen en verspreiding va n het coronavirus te vermijden. Het algemeen secretariaat van Studentenhuisvesting bleef deeltijds open.

Tijdens de examenperiode in januari 2021 en de eerste maanden van het 2 e semester van het academiejaar 2020- 2021 bleven strikte veiligheidsmaatregelen van kracht op de studentenhuizen . Samenscholingen waren verboden, bezoek werd gelimiteerd en de recreatieruimtes en studieruimtes bleven dicht. De publieke dienstverlening op de studentenhuizen bleef gegarandeerd mits bijkomende veiligheidsmaatregelen om het personeel te beschermen en verspreiding va n het coronavirus te vermijden. Het algemeen secretariaat van Studentenhuisvesting bleef deeltijds open.

Bru Upkot - Elsene
Bru Upkot - Jette
VUB-studenten met een jaarcontract bij Bru Upkot
Bru Upkot - Elsene Bru Upkot - Jette
Figuur

Nieuw in 2021

COVID-19

De impact van de COVID-19-pandemie op onze werking en de samenleving op kot bleef aanzienlijk in 2021.

Tijdens de examenperiode in januari 2021 en de eerste maanden van het 2e semester van het academiejaar 20202021 bleven strikte veiligheidsmaatregelen van kracht op de studentenhuizen. Samenscholingen waren verboden, bezoek werd gelimiteerd en de recreatieruimtes en studieruimtes bleven dicht. De publieke dienstverlening op de studentenhuizen bleef gegarandeerd mits bijkomende veiligheidsmaatregelen om het personeel te beschermen en verspreiding van het coronavirus te vermijden. Het algemeen secretariaat van Studentenhuisvesting bleef deeltijds open.

Doorheen het jaar werden de regels en richtlijnen op kot regelmatig bijgesteld, ook rekening houdend met het welzijn van de kotstudenten . We streefden telkens naar een veilige maar ook haalbare manier van samenleven op kot. We probeerden daarbij ook de federale, regionale en lokale overheidsmaatregelen zo concreet en duidelijk mogelijk te communiceren aan onze kotstudenten

Doorheen het jaar werden de regels en richtlijnen op kot regelmatig bijgesteld, ook rekening houdend met het welzijn van de kotstudenten. We streefden telkens naar een veilige maar ook haalbare manier van samenleven op kot. We probeerden daarbij ook de federale, regionale en lokale overheidsmaatregelen zo concreet en duidelijk mogelijk te communiceren aan onze kotstudenten.

Internationale studenten die in september 2021 arriveerden voor de start van het academiejaar, moesten bij aankomst in België van overheidswege een verplichte quarantaineperiode doorbrengen op hun kamer.

Internationale studenten die in september 2021 arriveerden voor de start van het academiejaar, moesten bij aankomst in België van overheidswege een verplichte quarantaineperiode doorbrengen op hun kamer.

Bij de start van het nieuwe academiejaar in september 2021 kon het studentenleven iets vrijer starten op de campus. We volgden, conform de richtlijnen van de overheid, de registratie van besmette studenten en bewoners in quarantaine actief op.

Bij de start van het nieuwe academiejaar in september 2021 kon het studentenlev en iets vrijer starten op de campus. We volgden, conform de richtlijnen van de overheid, de registratie van besmette studenten en bewoners in quarantaine actief op.

In december 2021 stelden we, tijdens de blokperiode, de studieruimtes die deel uitmaken van de VUB-studentenhuizen opnieuw open.

In december 2021 stelden we , tijdens de blokperiode, de studieruimtes die deel uitmaken van de VUB-studentenhuizen opnieuw open.

op kot

13: Aantal geregistreerde besmettingen en quarantaine op de VUB studentenhuizen

13: Aantal geregistreerde besmettingen en quarantaine op de VUB studentenhuizen.

14: Opvolging van quarantaines en isolatieperiodes in het kader van COVID -19-risico's of -besmettingen op de VUB-studentenkamers in eigen beheer in 2021.

Figuur
Figuur
Quarantaines
Figuur

Figuur 13: Aantal geregistreerde besmettingen en quarantaine op de VUB studentenhuizen .

Figuur 14: Opvolging van quarantaines en isolatieperiodes in het kader van COVID -19-risico's of -besmettingen op de VUB-studentenkamers in eigen beheer in 2021.

Figuur 14: Opvolging van quarantaines en isolatieperiodes in het kader van COVID-19-risico’s of -besmettingen op de VUB-studentenkamers in eigen beheer in 2021.

USquare.Brussels

In 2021 werden concrete keuzes gemaakt met betrekking tot de invulling van Usquare.brussels, het herontwikkelingsprogramma voor de voormalige Fritz Toussaintkazerne in Elsene. Voor de studentenwoningen op de site zijn de voorbereidingen getroffen voor de gunningsopdracht. In de gebouwen D, E, H en I zullen er 465 studentenwoningen gecreëerd worden via een publiek-private samenwerking. De Studentenraden van de VUB en ULB spraken hun voorkeur uit voor een maximaal contingent aan basiskamers. Het programma omvat momenteel 425 basiskamers met gedeelde keuken en sanitaire voorzieningen in units van 6 tot 8 kamers, 11 studio’s en 29 appartementen. 292 plaatsen zullen voorbehouden zijn voor de ULB, 127 plaatsen voor de VUB. Op het gelijkvloers wordt 632 m² aan handelspanden gecreëerd. Een eerste schatting komt tot een totale bouwkost van €44,3 miljoen euro of €93.000 per kamer, inclusief BTW. De totale gemiddelde huurprijs wordt geschat op €514/maand

De ULB en VUB schreven een opdracht uit met criteria voor economische en financiële draagkracht, technische en beroepsbekwaamheid en de algemene aannemingscapaciteiten. Tien projectontwikkelaars en aannemers dienden tegen 14 september 2021 hun kandidatuur in. In 2022 wordt dit proces verdergezet en worden zes kandidaten weerhouden voor de ontwerpfase.

Op de site gingen in 2021 al andere reconversiewerken van start voor universitaire en sociale functies. Alle ontwikkelingen gebeuren in nauw overleg met msi.brussels, de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting en coördinator van de site. Het Brussels Gewest blijft eigenaar van de site, VUB en ULB krijgen 6 gebouwen in erfpacht.

Het studentenhuisvestingsluik van het Usquare-project bevindt zich momenteel in de studiefase. Dit ter voorbereiding van de zoektocht naar externe partners waarmee de universiteiten een partnerschap zullen aangaan zoals de DBFMO-formule het voorschrijft Deze studie omvat onder andere de programmering en typologie van de kamers. Centraal staat het voorzien van basiskamers met gedeelde voorzieningen aan een betaalbare huurprijs. In overleg met de Studentenraden van de VUB en de ULB wordt geopteerd om zo veel mogelijk basiskamers te voorzien met éénzelfde comfortniveau en beperkte onderlinge verschillen. De verdeling van het aantal kamers gebeurt als volgt: 2/5de VUBkamers en 3/5de ULB-kamers. In een studiefase komen we in dit scenario aan 487 plaatsen, voornamelijk in units van 6 of 8 personen. Dat resulteert, voor een basiskamer, in een gesimuleerde maandhuur van €355 plus €60 kosten.

Figuur 13: plattegrond Usquare Brussels met daarop, in het roos, de aangeduide locatie van de 500 voorziene studentenwoningen.

Figuur 15: plattegrond USquare.Brussels met de locaties van de 465 voorziene studentenwoningen.

Infrastructuur

In het studentenhuis Schoofslaan deden er zich in oktober 2020 opnieuw problemen met het warm water en de verwarming voor Zowel de lange afstand tussen de centrale stookplaats als een aantal onvoldoende gecoördineerde aanpassingen aan de verwarmingsinstallaties door de centrale infrastructuurdienst van de universiteit liggen aan de oorzaak hiervan Om de warmwatervoorziening te garanderen grepen we in het najaar van 2020 in. Na de winter volgen we dit verder op. Om de verantwoordelijkheden en werkvelden van de dienst Studentenhuisvesting en de directie Infrastructuur beter af te bakenen, zullen er afspraken gemaakt worden omtrent het onderhoud van de infrastructuur, de installaties en omgeving.

De COVID-19-pandemie was een katalysator voor het versneld invoeren van de digitale

Infrastructuur

In het studentenhuis op de Nieuwelaan hebben we in 2021 een aantal structurele infrastructuurnoden aangepakt:

- Vernieuwing stookplaats met nieuwe stookketel, warmterecuperatiesysteem en boilervaten

- Nieuwe gevelaankleding façade

- Nieuwe glasvezelkabelverbinding

- Digitaal betalingssysteem wassalon

- Bpost Pakjesautomaat

- Nieuwe werkplaats voor technieker huisvesting

- Renovatie leegstaand bureau tot nieuw wassalon

In de studentenwijk op de Brussels Humanties, Sciences & Engineering Campus zijn er grote onderhouds- en herstellingswerken uitgevoerd:

- Bpost pakjesautomaat

- Vervanging laagspanning borden (40 jaar oud)

- Renovaties douches (1/3de uitgevoerd in 2021)

- Vernieuwing branddetectie (digitale sturing)

- Nieuwe werkplaats voor technieker huisvesting

- Renovatie leegstaand bureau tot nieuw wassalon

- Bpost pakjesautomaat

Samen met de directie Infrastructuur hebben we in 2021 een externe analyse gemaakt van de problemen met sanitair warm watervoorzieningen in Studentenhuis Schoofslaan. Uit de analyse kwamen structurele fouten naar boven met de warmteoverdracht, de circulati e van warm water en de stijgleidingen naar de verste units. Er zijn doorheen de jaren talloze aftakkingen en nutteloze lussen gemaakt die efficiënte circulatie onmogelijk maken. Daarnaast zijn de gegalvaniseerde leidingen volledig dichtgeslibd. Er zijn, op korte termijn, aanpassingen aan de hoofdcollector gebeurd zodat we de verwarming voor de winter konden verbeteren.

Samen met de directie Infrastructuur hebben we in 2021 een externe analyse gemaakt van de problemen met sanitair warm watervoorzieningen in Studentenhuis Schoofslaan. Uit de analyse kwamen structurele fouten naar boven met de warmteoverdracht, de circulatie van warm water en de stijgleidingen naar de verste units. Er zijn doorheen de jaren talloze aftakkingen en nutteloze lussen gemaakt die efficiënte circulatie onmogelijk maken. Daarnaast zijn de gegalvaniseerde leidingen volledig dichtgeslibd. Er zijn, op korte termijn, aanpassingen aan de hoofdcollector gebeurd zodat we de verwarming voor de winter konden verbeteren.

In 2021 hebben we de samenwerking met de directie Infrastructuur herzien voor alle studentenhuizen en -wijken, onder andere voor wat het gebouwenbeheer betreft. We hebben de verantwoordelijkheden en bevoegdheden onderling beter afgebakend. We hebben gezamenlijke raamcontracten uitgeschreven voor schilderwerken en ongediertebestrijding.

In 2021 hebben we de samenwerking met de directie Infrastructuur herzien voor alle studentenhuizen en -wijken, onder andere voor wat het gebouwenbeheer betreft. We hebben de verantwoordelijkheden en bevoegdheden onderling beter afgebakend. We hebben gezamenlijke raamcontracten uitgeschreven voor schilderwerken en ongediertebestrijding.

Dienstverlening

Dienstverlening

In november 2021 hebben we het nieuwe wassalon, Dr. Clean, in de studentenhuizen van de Brussels Health Campus in gebruik genomen. Het telt twee wasmachines, twee droogkasten, een lange plooitafel en een leuke zithoek voor de studenten.

In november 2021 hebben we het nieuwe wassalon, Dr. Clean , in de studentenhuizen van de Brussels Health Campus in gebruik genomen. Het telt twee wasmachines, twee droogkasten, een lange plooitafel en een leuke zithoek voor de studenten.

De wassalons in de studentenhuizen op de Nieuwelaan en XY zijn sinds de start van het academiejaar 2021-2022, aanvullend op de cash-betalingsmogelijkheid, ook voorzien van een digitaal betalingssysteem (betalen via app).

De wassalons in de studentenhuizen op de Nieuwelaan en XY zijn sinds de start van het academiejaar 2021- 2022, aanvullend op de cash- betalingsmogelijkheid, ook voorzien van een digitaal betalingssysteem (betalen via app)

Figuur 16 en figuur 17: Nieuw wassalon,

Figuur 16 en figuur 17: Nieuw wassalon, Dr. Clean, operationeel sinds december 2021 in de Jetse studentenwijk.

Om de grote toestroom aan pakjes op de studentenhuizen te kunnen te kunnen bolwerken plaatsten we aan het begin van academiejaar 2021-2022 een Bpost-pakjesauto maat van 26 lockers aan studentenhuis Nieuwelaan en een pakjesautomaat van 26 lockers aan de studentenhomes in Jette. Dankzij de pakjesautomaten kunnen bewoners 24/7 pakjes ophalen én versturen.

ICT

De COVID-19-pandemie was een katalysator voor het versneld invoeren van de digitale ondertekening van de huurcontracten. Volgende digitale upgrades vonden plaatsen :

Dr. Clean, operationeel sinds december 2021 in de Jetse studentenwijk

Om de grote toestroom aan pakjes op de studentenhuizen te kunnen te kunnen bolwerken plaatsten we aan het begin van academiejaar 2021-2022 een Bpost-pakjesautomaat van 26 lockers aan studentenhuis Nieuwelaan en een pakjesautomaat van 26 lockers aan de studentenhomes in Jette. Dankzij de pakjesautomaten kunnen bewoners 24/7 pakjes ophalen én versturen.

ICT

De COVID-19-pandemie was een katalysator voor het versneld invoeren van de digitale ondertekening van de huurcontracten. Volgende digitale upgrades vonden plaatsen:

- Digitale ondertekening huurovereenkomsten via software DocuSign;

- Installatie van informatieschermen aan de portalen van de studentenhuizen. Deze zullen vanaf 2022 centraal beheerd worden via de OnSign software;

- ICT investeerde fors in een nieuwe vaste verbinding met studentenhuis Nieuwelaan via glasvezelkabel. De capaciteit en de stabiliteit van het internet is er nu identiek aan de verbinding op de campus;

- Studentenhuisvesting schakelde geheel over naar algemene communicatie via SharePoint en het studentenplatform WeAreVUB Student;

- Online rondleidingen via video’s en 360° beelden van de VUB Studentenkamers.

Personeel

Op het domein huisvesting zijn eind 2021 volgende personeelsleden actief:

- 3 VTE graad 2

- 1 VTE graad 3

- 3.8 VTE graad 4

- 1 VTE graad 5

- 4.1 VTE graad 6

- 1 VTE graad 8

Eén van de medewerkers van Studentenhuisvesting wordt bij Brik ingeschakeld voor de opvolging van de particulier verhuurde kamers, ondersteund door jobstudenten. Het takenpakket bestaat onder meer uit het controleren van panden, de ontwikkeling van Brik.MyKot, en begeleiding, bemiddeling en opvolging van de regelgeving met betrekking tot studentenhuisvesting.

In 2021 waren er enkele vervangingen en interne verschuivingen van medewerkers. Voor de Studentenwijk Jette beëindigden we de samenwerking met de techniekers van de directie Infrastructuur van de VUB. Er is op het kader van huisvesting een vaste medewerker aangeworven.

Resultaten en betoelaging

De bezettingsgraad (98,5%) bleef in beide semesters van 2021 maximaal. De gebudgetteerde huurinkomsten blijven volgens planning.

De werkingskosten bleven ruim binnen de vooropgestelde begrotingscijfers. Binnen deze begroting zijn de kosten voor de nieuwe stookplaats (€302K), de eerste schijf nieuwe douches in Jette (€70K), de aankoop van 15 Led displays (€14K), het nieuwe wassalon (€28K), een grote herstelling van de dienstlift bij huurder handelsruimte Copyland (€14K) en een huurcompensatie voor de comfortproblemen met warm water in het studentenhuis op de Schoofslaan (€10K) opgenomen.

De stijgende energiekosten en de interne verrekeningen daarvan blijven een belangrijke onzekerheid. De verdeelsleutel van de energiekosten op de campus is nog niet rond. Voor 2021 budgetteerden we jaarlijks €200.000 om deze factuur te kunnen opvangen. Met de gestegen energieprijzen is het onzeker of dit zal volstaan.

Aflossen leningen

Met het wegvallen van de laatste historische lening, eind 2020, verviel de laatste historische lening voor de studentenwijk in Jette (264 miljoen Belgische frank – jaarlijkse aflossing van €168.000 waarvan het deel studentenhuisvesting €120.000 bedroeg).

Met het einde van de renovatieleningen voor de 1e renovatie van de studentenhuizen op de Brussels Health Campus en de Nieuwelaan in zicht, komt er voldoende ruimte om een vervroegde renovatie van het studentenhuis Schoofslaan te overwegen. In dat studentenhuis kampen we immers met blijvende infrastructuurproblemen.

Eindjaar Project Studentenhuis Totale lening Type lening Jaarlijkse

2022 renovatie Jette

2023

2026 nieuwbouw

2030

2047

Tabel 5: overzicht interne leningen en renovatieleningen VUB huisvesting

Renovatiejaar

Studentenhuis # renovatie 2026 (2024?)

Schoofslaan

1ste renovatie na 30 jaar 2027 Jette 2de renovatie na 20 jaar 2028 Nieuwelaan 2de renovatie na 20 jaar 2030 Triomflaan

1ste renovatie na 30 jaar

1ste renovatie na 30 jaar 2048

Tabel 6: Vooropgestelde planning renovaties VUB Studentenhuizen

Evaluatie en doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen VUB per werkveld

We consolideren ons aanbod studentenkamers in eigen beheer5

Operationele doelstellingen van de afdeling

We monitoren het percentage verhuurde kamers van onze kamers in eigen beheer en de bezetting van de studentenhuizen en -koten van onze partners.

We blijven wijzen op de vraag naar betaalbare basiskamers in verschillende contexten.

We werken samen met onze Brusselse partners inzake instellingsoverkoepelende studentenhuisvesting.

Indicatoren Projectleider Evaluatie 2021

De kamers van de nieuwe studentenwijk XY worden verhuurd vanaf 2019.

Opvolging via het decretaal verplichte jaarverslag (2019-2023)

Jaarlijkse rapportering over nieuwe projecten in jaarverslag (2019-2023).

Jaarlijkse rapportering over het aantal VUB-studenten op kot bij onze partners (voor zover mogelijk gedifferentieerd naar huurperiode) (20192023).

We werken samen met de ULB om een studentenwijk te realiseren op de kazernesite Usquare (2019-2023).

We gaan overleg aan met studentenhuisvesters in het kader van verschillende projecten rond de campussen o.a. wat betreft mogelijke samenwerkingen (20192023).

Algemeen Beheerder

Hoofd Studentenhuisvesting

Hoofd Studentenhuisvesting

Hoofd Studentenhuisvesting

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Hoofd Studentenhuisvesting

Hoofd Studentenhuisvesting

Uitgevoerd

Gunningsfase afgerond

VUB is vertegenwoordigd in de taskforce studentenhuisvesting van het Usquare project.

Uitgevoerd

In overleg met projectontwikkelaars Diggit Student Life, Upgrade Estate, Fortior, Capital Real Estate en Quares voor verschillende potentiële projecten en/of samenwerkingen.

We bewaken dat de prioriteitencriteria voor het huren van een studentenkamer overeenstemmen met de noden van onze studenten.

We analyseren de noden van internationale studenten en studenten in uitgaande en inkomende uitwisseling (toegang, vertrek, niet aanwezig kunnen zijn in België/buitenland in pre-inschrijvingsfase, gewenste duur van verblijf,…).

We houden rekening met de evolutie van (de samenstelling van) de studentenpopulatie, met het nieuw aanbod studentenkamers, en met de noden van onze (internationale) studenten.

Rapport met de specifieke en geobjectiveerde huisvestingsnoden van buitenlandse studenten en studenten in uitwisseling is beschikbaar in 2021

De prioriteitencriteria zijn, indien nodig, geactualiseerd in 2023.

Directeur International Relations & Mobility

Opgestart.

Werkingen op elkaar afgestemd in overleg met operationele teams.

Hoofd Studentenzaken Nog niet gestart

We stimuleren gemeenschapsvorming binnen de studentenhuizen

We stippelen een welzijnsbeleid uit voor studenten op kot ter bevordering van hun integratie en ter bestrijding van eenzaamheid

We werken volgens de principes van efficiënte uitbating

Het gebruik van gemeenschappelijke ruimtes in de studentenhuizen is geoptimaliseerd ten laatste in 2023

Hoofd Studentenhuisvesting

Uitgevoerd

In oktober 2021 startte de nieuwe Kotcoach, ingebed binnen het Infopunt. Hij heeft een nauwe samenwerking met de Dienst Studentenhuisvesting. We voeren een gezond financieel en zakelijk beleid in functie van een goede dienstverlening

De uitgaven en inkomsten zijn in evenwicht (2019-2023).

De huurgelden per type kamer zijn dezelfde over alle zelf uitgebate kamers heen (2019-2023).

Financiële correctie van huurgelden gebeurt enkel via de dienst studentenstatuut & studentenfinanciering en in volle discretie (2019-2023).

We passen de huisvestingsprocessen aan de buitenlandse studenten aan en studenten in uitwisseling, indien nuttig en mogelijk (uitbating, huurovereenkomst, soepelheid in periode huurovereenkomst...).

Functioneel geprioriteerde aanbevelingen zijn beschikbaar in 2020.

Hoofd Studentenhuisvesting

Hoofd Studentenhuisvesting

Hoofd Studentenstatuut & Studiefinanciering/ Studentenjobs

Directeur International Relations & Mobility

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Uitgevoerd

Het is mogelijk de huurovereenkomst te ondertekenen op digitale wijze en vanop afstand.

Hoofd Studentenhuisvesting

In uitvoering

Overleg m.b.t. praktische operationele verbeteringen werd opgestart:

- Processen voor aanvraag en toewijzing werden gedigitaliseerd en zijn tweetalig.

- Meer aandacht voor informatiedoorstroming en timing aankomst studenten

- Verplichte blocked account voor internationals op VUB-kot nog uit te werken

- Betalingsprocessen nog aan te pakken.

Uitgevoerd

Digitale ondertekening is mogelijk via de software Docusign.

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

Infrastructuurnoden

Het nieuwbouwproject XY werd in 2021 definitief opgeleverd. De aannemer heeft de laatste infrastructurele gebreken omtrent verwarming, verluchting en digitale sloten aangepakt. De installaties zijn vlot bereikbaar; dat komt de efficiëntie van onderhouds- of herstellingswerken ten goede. De resterende pijnpunten in de nieuwbouw vergen een permanente periodieke opvolging door de eigen technische ploeg. We moeten de 108 koolstoffilterdampkappen minimaal tweejaarlijks vervangen. De doucheputjes verstoppen snel en vereisen maandelijks preventieve lediging. De kwaliteit van de elektronische sloten en van de kookplaten is inferieur. Met het grote aantal kamers blijkt 1 VTE technieker krap. Versterking zal nodig zijn op termijn of in de drukke periodes.

Met de geplande pensionering van een technieker verliezen we voor de studentenwijk op de Brussels Health Campus in 2022 veel parate en technische kennis. In de nieuwe onderstations moeten een aantal infrastructurele pijnpunten dringend aangepakt worden. Op de planning voor 2022 staan in Jette ook nog volgende punten:

- Oplossen vochtprobleem in de verwarmingsstations

- Heraanleg van de omgeving

- Renovatie van de douches (1/3)

- Renovatie van de inkom- en traphallen

- Nieuwe afvalhavens annex fietsenstallingen

Voor de Nieuwelaan staan in 2022 volgende werking op de planning:

- Herinrichting en invulling recreatieruimte

- Heraanleg omgeving, inclusief verwijderen graffiti op de gevel

Het Studentenhuis Schoofslaan en Triomflaan is in slechte staat; een grondige renovatie dringt zich op. De badkamers en keukens zijn versleten. Er zijn veel verstoppingen en de leidingen zijn moeilijk bereikbaar. Grote terugkerende problemen met warm water en verwarming hebben een grote impact op het comfort van de huurders. Begin 2022 stellen we aanpassingswerken aan de circulatieleidingen en de aansluiting op de warmtewisselaars voorop. Afhankelijk van het effect van deze aanpassingen zal de vervanging van de stijgleidingen uitgesteld worden tot een grondige renovatie van het studentenhuis, of tot de zomer van 2022. Op lange termijn is, analoog aan het studentenhuis op de Nieuwelaan, een aparte stookinstallatie voor de Schoofslaan en de Triomflaan noodzakelijk; we nemen die mee in de berekeningen voor de totale renovatie van het studentenhuis. Gezien de algemene staat van het verouderde Studentenhuis Schooflaan berekenen we of we de renovatie kunnen vervroegen naar 2024-2025.

Toewijzingsbeleid

Het aantal aanvragen voor een studentenkamer blijft jaarlijks stijgen. Het aantal aanvragen bij reguliere studenten blijft zeer hoog. Het aantal aanvragen van internationale studenten, zij-instromers en studenten in moeilijke sociale of financiële situaties stijgt eveneens jaar na jaar. Ondanks de recente en toekomstige capaciteitsuitbreidingen (XY & Usquare) is het onrealistisch om al deze studenten gedurende hun studieloopbaan een kamer in beheer van de universiteit te kunnen aanbieden; het aanbod zal nooit toereikend zijn. De populariteit van onze kamers is grotendeels te danken aan hun betaalbaarheid tegenover de hoge prijzen op de privémarkt

We zetten de evaluatie en opvolging van het toewijzingsbeleid verder. In het bijzonder volgen we de huisvesting van internationale studenten op, zowel wat het aantal kamers, de uitrusting en de huurperiodes van de beschikbare kamers betreft. Internationale studenten ondervinden immers vaker dan lokale studenten moeilijkheden om een geschikt verblijf te vinden. Het aantal verhuurde VUB-kamers aan internationale studenten reflecteert het percentage aan internationale studenten op de VUB. Toch zijn het doorgaans niet de internationale studenten met de grootste nood die een kamer huren aan de VUB. Voor niet-EER studenten zou het gemakkelijker zijn om voor een VUB-kamer te kunnen kiezen. Aangezien de VUB zich sterk wil profileren als internationale universiteit, bieden de extra capaciteit van het XYstudentenhuis en de plannen op de Usquare-site perspectief.

Om het toewijzingsbeleid aan te passen aan de actuele noden moet ook de logistieke capaciteit in overweging genomen worden, onder andere de jaarlijkse uithuizingen waarbij kamers op korte termijn klaargestoomd moeten worden voor de volgende bewoner. Momenteel krijgt elke kamer minstens om de 3 jaar een nieuwe bewoner. Met het huidige personeelsbudget en externe partners zitten we aan de limieten van onze mankracht

Het aantal gemiste inkomsten door wanbetalers, voornamelijk onder internationale studenten buiten de EU, neemt toe en legt een bijkomende druk op de algemene werking en de kamerprijs. Een vorm van inkomstengarantie dringt zich op bij specifieke doelgroepen. Een wijziging in het toewijzingsbeleid voor meer internationale studenten moet gekoppeld worden aan financiële garanties door middel van een blocked account.

Privémarkt

In de samenwerking met externe actoren en partnerinstellingen spelen steeds meer complexe evenwichten. Het is zoeken naar een balans tussen ieders doelen en belangen. De gemiddelde huurprijs van een Brusselse studentenkamer op de privémarkt is de hoogste van België: volgens onderzoek van de Cel Studentenleven van Perspective.Brussels en de cijfers uit de Brik-database gemiddeld €425 à €475 per maand. Omdat kleinere kotbazen het vaak niet zien zitten om grote investeringen te doen om te voldoen aan de kwaliteitseisen, moet Brik jaarlijks een aanzienlijk aantal betaalbare kamers uit hun bestand schrappen.

Grote projectontwikkelaars vullen het gat in de markt op door grote panden met luxekamers of studio’s te realiseren. Door de hogere eisen op vlak van comfort, die sommige studenten stellen, is er hiervoor een zekere doch beperkte markt. De huidige gewestelijke regelgeving is onvoldoende flexibel om de bouw van betaalbare, kwaliteitsvolle kamers met een minimale oppervlakte en maximale collectiviteit te stimuleren. Een herziening van de gewestelijke regelgeving of uitwerking van een specifiek kader (“kotenordonnantie”) met haalbare kwaliteitsvereisten of initiatieven zoals de Leuvense “kotmadamformule” kunnen hiertoe bijdragen. Met een verwachte stijging van 54.000 studenten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tegen 2030 en de hierboven genoemde trend komt het democratisch proces van het onderwijs in gedrang. Brik en VUB willen dit verder aankaarten. We werken samen aan een manifest voor hedendaagse, betaalbare en kwaliteitsvolle studentenhuisvesting in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met concrete beleidsvoorstellen voor de overheden en de betrokken actoren.

In 2018 is de nieuwe huurwetgeving ingevoerd met onder andere de studentenhuurovereenkomst en het kwaliteitslabel voor studentenkamers. Deze wetgeving brengt een aantal moeilijkheden en aandachtspunten met zich mee. Een grondige evaluatie dringt zich op.

In het verleden bleek er geen afdoende aanbod voor short-stay verblijven. De voorbije twee jaar was er wegens de COVID-19-pandemie amper vraag naar kortverblijf. Het is voorlopig koffiedik kijken hoe de nood aan short-stay verblijven zich de komende jaren zal ontwikkelen, rekening houdend met de internationale ambities van de universiteit, zichtbaar in initiatieven zoals het EUTOPIA-netwerk. De werking van VUB-huisvesting is niet voorzien op kort verblijf en de kostprijs ligt vele malen hoger dan lange termijnverhuur. Wat kortverblijf betreft verloopt de samenwerking met U-residence moeilijk. De kamers zijn te duur voor studentenverblijven, de dienstverlening te beperkt om aan de verwachtingen van gasten en personeelsleden te voldoen. Gezien de structureel lage bezetting van de hotelfunctie binnen U-residence moet grondig herbekeken worden hoe we dit toekomstgericht kunnen organiseren. In 2022 overleggen we daarover met Covas NV.

Voor uitwisselingsstudenten met een verblijf van één tot vier maanden zijn er vandaag binnen de VUB geen huisvestingsmogelijkheden. We zullen daarom mogelijke oplossingen moeten onderzoeken om aan de stijgende vraag naar betaalbare kortverblijven tegemoet te komen. We bekijken of hier binnen het Usquare-project plaats voor is.

ICT

We breiden het Ultimo-softwaresysteem voor melding en opvolging van technische interventies uit. We leiden de techniekers in het voorjaar van 2022 op. Uiterlijk tegen de zomer moeten alle defectmeldingen via dit ticketsysteem verlopen, met een meer transparant en efficiënte opvolging van de technische defecten.

Het VUB-brede studenteninformatiesysteem CALI leidt tot administratieve moeilijkheden bij het behandelen van aanvragen voor VUB-studentenkamers. Eerder geplande aanpassingen aan het systeem (change requests) konden niet of slechts deels uitgevoerd worden. Er stellen zich belangrijke problemen, onder andere omdat het systeem voor automatische betaalherinneringen niet meer operationeel is. Verbetering is noodzakelijk. We kijken uit naar het CALI 2.0-project dat in 2022 het studenteninformatiesysteem terug op de rails moet krijgen. Begin 2022 zullen we een globaal zicht krijgen op de roadmap van de aan te pakken processen binnen CALI, en de plaats van de verbeterprocessen voor huisvesting daarbinnen. Alternatief moeten we het gebruik van gespecialiseerde software voor (huur)contractbeheer overwegen.

5. SOCIALE DIENSTVERLENING

Studentenstatuut & studiefinanciering verstrekt de studenten informatie en advies op sociaal-juridisch en sociaalfinancieel vlak. In het kader van inkomende en uitgaande internationale mobiliteit bieden we deze dienstverlening ook aan internationale (werk)studenten en vluchtelingen.

Studentenstatuut & studiefinanciering biedt individuele financiële ondersteuning aan (werk)studenten met een financiële nood die hen belet hun studiekosten – inclusief kosten verbonden aan uitgaande mobiliteit – te betalen. We werken daarbij aanvullend op de bestaande overheidsondersteuning. Concreet bieden we de volgende formules van financiële ondersteuning aan:

Huurtoelage

Studenten komen hiervoor in aanmerking als de studietoelage van de Vlaamse overheid voor een kotstudent ontoereikend is om alle studiekosten te betalen. Of indien de kotstudent geen recht heeft op een studietoelage, maar wel een duidelijke financiële nood heeft.

· Sociale toelage

Studenten kunnen hierop beroep doen wanneer ze een duidelijke financiële nood hebben en/of de eventuele huurtoelage niet volstaat om de financiële nood te ledigen.

Externe beurs

Een student kan een externe beurs verkrijgen als die een financiële nood ervaart en voldoet aan de voorwaarden die de externe beursverstrekker en Studentenstatuut & studiefinanciering voorschrijven.

· Buitenlandtoelage

Een student kan een buitenlandtoelage aanvragen indien de kosten van een internationale mobiliteit te zwaar doorwegen en tot een financiële nood leiden.

Renteloze leningen op korte en lange termijn

Leningen zijn bedoeld voor studenten die een tijdelijk tekort – bijvoorbeeld bij betaling van het studiegeld, voor aankoop van een eigen laptop of in afwachting van de studietoelage van de Vlaamse Overheid – willen overbruggen. Of voor studenten die kampen met een structurele financiële nood.

· Beurs voor studentenvertegenwoordigers

Deze beurs wil studenten die omwille van financiële redenen ontmoedigd worden om een engagement als studentenvertegenwoordigers op te nemen financieel ondersteunen. De tijd die studenten in dat engagement investeren, kunnen ze immers niet besteden aan een studentenjob. Enkel studenten die een mandaat opnemen in de studentenraad of stuvoraad, de faculteitsraad, het faculteitsbestuur of het International Student Platform komen ervoor in aanmerking. De beurs bedraagt €500.

· Uitleen van laptops en webcams

Studenten kunnen bij Studentenstatuut & studiefinanciering sinds 2020, als gevolg van de (radicale) digitalisering van het onderwijs tijdens de COVID-19-pandemie, een laptop of webcam uitlenen voor een korte duur (maximum zes maanden).

· Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten

Dankzij dit Noodfonds kunnen we studenten ondersteunen die door onvoorziene omstandigheden financiële moeilijkheden ervaren om hun studies te betalen. De ondersteuning vanuit dit Noodfonds is mogelijk voor zowel lokale als internationale studenten; er gelden hiervoor minder strikte nationaliteitsvoorwaarden. We hanteren wel academische voorwaarden. Het fonds werft inkomsten via donaties van privé-personen en organisaties.

Tot slot beschikt Studentenstatuut & Studiefinanciering over een bijzondere procedure huisvesting. Deze biedt de mogelijkheid om studenten prioritair een VUB-kamer toe te wijzen, maar enkel wanneer een VUB-kamer essentieel is om de studies aan te vatten of verder te zetten. De student moet aantonen dat het niet hebben van een VUB-kamer de studies onmogelijk maakt. Vooral fysieke beperkingen, medische redenen en sociale of psychologische oorzaken kunnen hier aan de basis liggen. Financiële argumenten nemen we in de beoordeling van deze procedure niet mee in rekening.

Sinds de COVID-19-pandemie organiseert Studentenstatuut & Studiefinanciering zijn dienstverlening aan studenten hybride. De mailbox en telefoonpermanentie kunnen de medewerkers van thuis uit beheren. We bieden videocallgesprekken die de studenten kunnen inplannen via Microsoft Bookings. Daarnaast zijn er wekelijks fysieke permanentiedagen op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus; studenten kunnen er zonder afspraak

langskomen voor een gesprek. Op de Brussels Health Campus kunnen studenten een gesprek op campus op één dag in de week op afspraak inboeken. Deze fysieke afspraken verlopen conform alle veiligheids- en hygiënemaatregelen. Op de campussen van COOVI Anderlecht, Campus Oranjerie Leuven en Campus Oranjerie Diest bieden we voor de studenten die een educatieve bachelor- of masteropleiding volgen geen permanentie. Deze studenten kunnen met specifieke vragen voor Studentenstatuut en Studiefinanciering via de digitale kanalen contact opnemen.

We verwijzen studenten, indien nodig of relevant, door naar interne of externe diensten. Denk aan de Afdeling Studietoelagen van de Vlaamse Overheid, OCMW’s of de Uitbetaler Groeipakket/kinderbijslagfondsen. Indien nodig treedt Studentenstatuut & studiefinanciering ook bemiddelend op tussen student en externe instanties.

Studentenjobs van de VUB leidt VUB-studenten via een databank toe naar een gevarieerd aanbod aan studentenjobs

Het aandeel beursstudenten is een goede indicator voor het aandeel studenten met een financiële nood. Ongeveer 17% van de studenten die in een initiële opleiding of een educatieve bachelor- of masteropleiding zijn ingeschreven aan de VUB zijn beursstudent. Meer dan één op tien studenten aan de VUB is werkstudent, goed voor ruim 2.200 studenten. Er is een grote stijging te merken in het aantal werkstudenten (2018: 1.460; 2019: 1.999; 2020: 2.230). Voor 2021 zijn er nog geen geactualiseerde cijfers gepubliceerd, maar alleen al omwille van de omvang zijn deze studenten een niet te verwaarlozen doelgroep. Ook omwille van hun behoeften aan informatie met betrekking tot het sociaal-financieel en sociaaljuridisch statuut als (werk)student.

Internationale studenten maken ruim een vijfde uit van de VUB-studentenpopulatie. Voor academiejaar 2021-2022 zijn er 4.673 buitenlandse studenten ingeschreven. De studentenpopulatie van de VUB telt 148 nationaliteiten, exclusief Belgen. Iets minder dan de helft van de internationale studenten is afkomstig uit de Europese Economische Ruimte (EER) De top-5 herkomstlanden van EER-studenten zijn: Nederland, Italië, Duitsland, Spanje en Frankrijk. Bij niet-EERstudenten zijn dit respectievelijk: China, Iran, India, Turkije en Kameroen.

Zelfvoorzienende internationale studenten die een studentenvisum aanvragen, kunnen hun solvabiliteit op drie verschillende manieren aantonen: (1) een studiebeurs die beantwoordt aan het minimumbedrag voor het verkrijgen van een visum, (2) een garant die kan aantonen dat die de student kan ondersteunen of een (3) ‘blocked account’. In dit laatste geval blokkeert de student geld op een rekening van de universiteit. Vanop de geblokkeerde rekening krijgt de student maandelijks een toelage uitbetaald.

De Belgische Overheid aanvaardt steeds minder het werken met een garant. Dit komt vooral door de verhoging van het minimuminkomen waarover de garant moet beschikken en de moeilijkheid van garanten om een regelmatig inkomen aan te tonen via drie recente loonfiches. Verschillende professoren signaleerden dat ze studenten verloren wier visum geweigerd werd omdat ze niet konden aantonen over voldoende financiële middelen te beschikken. In realiteit staan studenten met een garant vaak zelf in voor hun eigen inkomen in België. Ze doen dan enkel een beroep op een garant voor het aanvragen van een visum. Wanneer de student financiële moeilijkheden heeft tijdens het verblijf, wenst de garant niet tussen te komen. De dienst Vreemdelingenzaken en de ambassades dringen steeds meer aan op het gebruik van een ‘blocked account’, die betere garanties biedt dat de student over voldoende financiële middelen beschikt gedurende zijn ganse studieverblijf. Deze procedure impliceert echter een forse administratieve inspanning: het opmaken van een studentencontract, het innen van het geld, het opmaken van de solvabiliteitsattesten voor de visumaanvragen en het maandelijks uitbetalen van de toelagen.

Voor de verzekering van de buitenlandse studenten heeft de VUB een aantal samenwerkingen afgesloten. Er is de samenwerking met PARTENA voor het afsluiten van ziekteverzekeringen. PARTENA voorziet wekelijkse permanentiemomenten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus6. Verder zijn er samenwerkingen met verschillende andere verzekeringsmaatschappijen zoals March en A&V Consult voor bijvoorbeeld repatriërings-, (aanvullende) ziekte- en brandverzekeringen.

De universiteit organiseert kinderopvang voor de studenten. Op zowel de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus als de Brussels Health Campus is er een kinderdagverblijf. Beiden zijn vergund en gesubsidieerd door Kind & Gezin.

Toegang

Informatie, advies en begeleiding met betrekking tot de sociaal-financiële situatie en het sociaal-juridisch statuut en toeleiding naar een studentenjob is een voor alle studenten beschikbare dienstverlening.

6 In de gemeente Jette is een PARTENA-kantoor aanwezig.

Het verlenen van individuele financiële ondersteuning is voorbehouden aan studenten met financiële noden die aantonen dat ze:

• Voldoen aan de nationaliteitsvoorwaarden om in aanmerking te komen voor een studietoelage van de Vlaamse Overheid;

• Nog geen masterdiploma verworven hebben7;

• Moeilijkheden hebben om de studiekosten te betalen;

• Inspanningen leveren om inkomsten te verwerven8;

• Voldoende studievoortgang hebben;

• Eerder aangegane verbintenissen met Studentenstatuut & studiefinanciering nakomen.

Studentenstatuut & studiefinanciering behoudt haar financiële tussenkomsten in principe voor aan studenten die voldoen aan de nationaliteitsvoorwaarden zoals bepaald door de Afdeling Studietoelagen van de Vlaamse Overheid: beschikken over de Belgische nationaliteit of gelijkgesteld door eventueel een duurzaam verblijf in België en/of werken in België. Voor niet-EER-studenten voorziet de Vlaamse Overheid geen financiering van studentenvoorzieningen; wanneer zij zich inschrijven aan een Vlaamse onderwijsinstelling worden ze verondersteld over voldoende financiële middelen te beschikken om zelf hun studiekosten te betalen. Deze studenten zijn verplicht om voldoende financiële middelen aan te tonen om een geldige verblijfsvergunning in België te kunnen krijgen. Maar ook zijn er geen objectieve parameters beschikbaar om de financiële status van een student met buitenlandse inkomsten te evalueren. Indien een internationale student zich toch in een uitzonderlijke situatie bevindt waardoor er een tijdelijk financieel tekort optreedt, kunnen het Internationale Relations and Mobility Office (IRMO) en Studentenstatuut & Studiefinanciering gezamenlijk beslissen om (beperkte) financiële ondersteuning vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds toe te kennen, met een maximum van €2.000. Die steun moet de student in staat stellen om de opleiding verder te zetten. Structurele financiële noden kunnen we via het Caroline Pauwels Noodfonds niet ondersteunen.

In uitzonderlijke situaties kan Studentenstatuut & studiefinanciering het billijkheidsprincipe toepassen. Dat kan gebeuren wanneer het team van oordeel is dat de voorwaarden voor de student in kwestie te hard zijn. In dat geval kan het team, om billijkheidsredenen en in het voordeel van de student, afwijken van de criteria voor toekenning van financiële ondersteuning.

Alle studenten kunnen met hun baby’s en peuters voor opvang terecht in de kinderdagverblijven van de VUB. De Vlaamse Overheid verwacht dat we minstens 20% van de erkende opvangplaatsen prioritair toekennen aan kwetsbare groepen. Dit zijn bijvoorbeeld gezinnen met een laag inkomen en alleenstaande ouders. Studenten vallen meestal in deze categorie.

Het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus speelt sterk in op de opvangnoden van ouders die in het UZ Brussel werken en die, omwille van jobspecifieke uren, elders moeilijk opvang vinden:

• Ruimere opvangmomenten (vóór 7u ’s ochtends en na 19u ’s avonds);

• Mogelijkheid tot een variabel opvangplan (andere opvangdagen per week en per maand);

• Geen gebruik van respijtdagen, in tegenstelling tot de meeste kinderopvangvoorzieningen (een bepaald aantal dagen dat recht geeft op afwezigheid in de kinderopvang).

Nieuw in 2021

De COVID-19-pandemie versnelde een optimalisering en modernisering van de werkingsprocessen van de dienst Studentenstatuut & Studiefinanciering. In juni 2021 schakelden we voor alle e-mailcommunicatie op de drie mailboxen studentenstatuut.studiefinanciering@vub.be, studentenjob@vub.be en laptops.webcams@vub.be over naar een ticketing-systeem. Daardoor is alle mailverkeer vanuit de dienst zichtbaar voor het hele team, en kunnen we efficiënt werken met wachtrijen. Voor het garanderen van de telefonische dienstverlening van thuis uit, kochten we voor de medewerkers een GSM-toestel aan.

Door de code-freeze van CALI konden we geen nieuwe projecten opstarten. Het beheer van de buitenlandtoelage en het nieuwe ondersteuningsaanbod vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds valt momenteel dus nog buiten CALI.

De VUB ging in zee met de applicatie Bsit. Deze applicatie matcht babysitters met gezinnen. VUB-personeel kreeg gratis toegang tot de applicatie. Personeelsleden die een babysitter zoeken, publiceerden hun vacature/zoekertje via de applicatie in plaats van via de jobdatabank. We brachten dit nieuwe jobkanaal onder de aandacht van studenten, die in 2021 nog altijd geconfronteerd werden met een fors verminderd aanbod studentenjobs als gevolg van de COVID-19pandemie.

Het uitlenen van laptops en webcams is door de radicale digitalisering van het onderwijs als gevolg van de COVID19-pandemie en de blijvende vraag naar uitleenlaptops die studenten toelaten deel te nemen aan digitale colleges en

7 Uitzondering: studenten met een masterdiploma kunnen nog in aanmerking komen voor een renteloze lening, maar niet meer voor een toelage.

8 Niet-voltijdse studenten worden verondersteld inkomsten te verwerven via een (studenten)job.

examens een structurele dienstverlening van Studentenstatuut & Studiefinanciering geworden. Dankzij het Caroline Pauwels Noodfonds konden we in 2021 het uitleenaanbod uitbreiden met 20 extra laptops, naar een totaal van 117.

In de lente van 2021 werkten we met Club L Brussels projectmatig samen voor het aanbieden van voedselpakketten aan studenten die in een financieel precaire situatie verkeerden. De pakketten bevatten een 15-tal producten, voornamelijk droge voeding, groenten en fruit. De studenten selecteerden we via de aanvragen die binnenkwamen bij het Caroline Pauwels Noodfonds. Gedurende een periode van drie maanden konden we wekelijks gemiddeld 35 pakketten verdelen, op een vaste dag in de week op een locatie in het studentenrestaurant op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Dit aanbod werd door de studenten hard geapprecieerd.

Voor het toekennen van voorschotten op de studietoelage werken we nauwer samen met de afdeling Studietoelagen van de Vlaamse overheid. Dit zijn in principe ook leningen aan studenten. Vroeger dienden de studenten deze voorschotten na ontvangst van hun studietoelage aan Studentenstatuut & Studiefinanciering terug te betalen. Sinds de start van het academiejaar 2021-2022 informeren we de afdeling Studietoelagen wanneer wij een voorschot uitbetalen aan een student. De Vlaamse Overheid houdt dit voorschotbedrag dan af van de uitbetaling en stort het rechtstreeks terug aan onze dienst. Dat ontziet de student van een terugbetaling aan de VUB. Deze werkwijze vermindert ook de administratieve last voor Studentenstatuut & Studiefinanciering bij het terugvorderen van niet-terugbetaalde voorschotten.

De voorbije jaren zagen we het aantal toegekende huurtoelagen steeds stijgen. Dit zorgde voor een grote impact op onze begroting studentenvoorzieningen. Om de uitgaven te drukken, drong een aanpassing van de voorwaarden en bedragen van de huurtoelage zich op. We legden in de lente van 2021 de verschillende onderzochte en becijferde pistes voor aan de studentenraad, gaande van het verkorten van de studieduurvoorwaarden tot het verlagen van de maximumbedragen. De studentenraad besliste uiteindelijk om de uitbetalingsmodaliteiten aan te passen. Dat houdt in dat studenten die het voorgaande jaar een studietoelage ontvingen een huurtoelage kunnen krijgen van respectievelijk maximum €90/maand indien ze een VUB-kamer huren en €100/maand indien ze een privé-kamer bij onze partners (Brik, Bru Upkot, Jet Upkot en U-Residence) huren. Wanneer de student het voorgaande jaar geen studietoelage ontving, bepalen we de huurtoelage aan de hand van het gezinsinkomen. De logica van deze wijziging zit in het feit dat de VUB-koten goedkoper zijn dan die op de privémarkt. Daarnaast betalen we meer huurtoelagen uit aan studenten op VUB-koten; een besparing hierop heeft dus meer budgettaire impact. Deze aanpassing is in werking getreden vanaf de start van het academiejaar 2021-2022; op de jaarrekening van 2021 zal de impact van deze wijziging dus nog beperkt zijn.

Bij het behandelen van aanvragen tot financiële ondersteuning observeerden we regelmatig dossiers van studenten die omwille van de studievoortgangsbewaking binnen het hoger onderwijs regelmatig van studierichting of instelling veranderden. Deze studenten hadden hierdoor vaak geen recht meer op een studietoelage van de Vlaamse overheid of een huurtoelage van Studentenstatuut & Studiefinanciering. Ons ondersteuningsbeleid liet hen wel toe om nog een sociale toelage of externe beurs aan te vragen; daar is geen specifiek studievoortgangscriterium aan gekoppeld. Met goedkeuring van de studentenraad ontwikkelden en implementeerden we, in samenwerking met Studiebegeleiding, een criterium om bij problematische studievoortgang niet langer een sociale toelage of externe beurs toe te kennen. Dit studievoortgangscriterium is in gebruik sinds goedkeuring door de studentenraad, op 7 december 2020. Het criterium houdt rekening met welke opleidingstrajecten aan welke instellingen hoger onderwijs een student al gevolgd heeft. In 2021 keurden we één aanvraag voor een sociale toelage af vanwege problematische studievoortgang. We hebben daarnaast verschillende studenten laten weten dat ze geen aanvraag meer konden indienen door de problematische studievoortgang.

Het is binnen onze sociale dienstverlening belangrijk om de aanpassingen binnen de regelgeving op de voet te volgen. Tijdens de COVID-19-pandemie waren er een aantal vrijstellingen van gewerkte uren voor het student@work-contingent. De uren van het eerste en tweede kwartaal 2021 telden niet mee voor studenten die in de gezondheidszorg en het onderwijs werkten. De uren voor het derde kwartaal 2021 telden niet mee voor alle studenten.

De afgelopen jaren merken we een toename van internationale studenten die langskomen bij Studentenstatuut & studiefinanciering/Studentenjobs. We voeren meer en meer gesprekken in het Engels. De huidige opdeling tussen een dienstverlening voor ‘Belgische’ studenten via Studentenstatuut & studiefinanciering en een dienstverlening voor internationale studenten via IRMO lijkt vandaag te artificieel. Ook de regelgeving maakt niet steeds een duidelijk onderscheid tussen ‘Belgische’ en ‘internationale’ studenten. Naast internationale studenten trekken de Engelstalige opleidingen aan de VUB ook Brusselse en Waalse studenten aan die de weg naar onze dienst vinden. Net zoals vluchteling-studenten spreken deze studenten geen Nederlands, maar voldoen ze wel aan de nationaliteitsvoorwaarden voor financiële ondersteuning. Om op deze taalnood in te spelen, is onze dienstverlening nu ook uitgebreid in het Engels terug te vinden op de studentenwebsite.

Door middel van de wet van 11 juli 2021 werd de EU Richtlijn 2016/801 omgezet naar Belgisch recht. De voornaamste wijzigingen betreffen enkele algemene bepalingen, de mobiliteit voor studenten en het zoekjaar voor pas afgestudeerden. De belangrijkste wijzigingen omtrent mobiliteit impliceren dat de derdelands student nu gebruik kunnen maken van een eenvoudige procedure om hun verblijf te regelen in verschillende Europese lidstaten voor de duur van de

studie. Hiervoor dient de opleiding te kaderen binnen een uniaal of multilateraal programma. Het verblijf in de tweede lidstaat zal worden beperkt tot 360 dagen. Wat betreft het zoekjaar kan de derdelands student die een graduaats-, bachelor- of masterdiploma of doctoraat aan een Belgische universiteit of hogeschool behaalde of de derdelands student die in een andere EU-lidstaat een diploma behaalde en in het kader van een mobiliteitsprogramma een deel van de studies in België volgde, een verblijfsrecht van maximaal 12 maanden aanvragen om werk te zoeken of een onderneming op te richten.

In de kinderdagverblijven zorgde de COVID-19-pandemie voor een verhoogde werkdruk. Enerzijds omwille van de afwezigheid van medewerkers. Anderzijds omwille van de dagelijkse opvolging van de (steeds veranderende) quarantaineregels voor kinderen en medewerkers. Dankzij de collega’s van het UZ Brussel konden de medewerkers van de VUB-kinderdagverblijven gelukkig wel eerder dan hun collega’s uit de sector hun basis- en boostervaccinatie krijgen. Het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus had doorheen heel het jaar periodes waarin individuele medewerkers of een leefgroep in quarantaine gingen. Een volledige sluiting kon gelukkig vermeden worden. Voor het kinderdagverblijf vlak bij de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus was het doorheen 2021 dan weer iets ‘rustiger’. Maar daar was door een COVID-19-uitbraak een algemene sluiting onvermijdbaar gedurende drie dagen, begin december 2021.

In het voorjaar tekenden we met het kinderdagverblijf van de Brussels Health Campus in op de oproep tot capaciteitsuitbreiding. Jammer genoeg kregen we de gevraagde extra plaatsen niet toegekend. Door de sterk toegenomen vraag naar kinderopvang kunnen we in het Jetse kinderdagverblijf nochtans niet alle ouders met een link met het UZ Brussel of de VUB een plaats aanbieden.

we in het Jetse kinderdagverblijf nochtans niet alle ouders met een link met het UZ Brussel of de VUB een plaats aanbieden.

Initiatief Buitenschoolse Opvang ‘de Puzzel’ en GO! Kleuter- en basisschool Theodoortje zijn twee partners die samen met het kinderdagverblijf in de loop van 2022 hun intrek zullen nemen in de nieuwe ‘kindercampus Theodoor’ op de Brussels Health Campus. Samen met deze partners dienden we in het najaar onze kandidatuur in voor de projectoproep “Doorgaande lijn”. Met dat project zetten we in op het creëren van een ontwikkelingslijn voor kinderen tussen 0 en 6 jaar waarbij kinderopvang, school en voor- en naschoolse opvang naadloos op elkaar aansluiten. We kregen dit project eind december toegekend.

Initiatief Buitenschoolse Opvang ‘de Puzzel’ en GO! Kleuter - en basisschool Theodoortje zijn twee partners die samen met het kinderdagverblijf in de loop van 2022 hun intrek zullen nemen in de nieuwe ‘kindercampus Theodoor' op de Brussels Health Campus. Samen met deze partners dienden we in het najaar onze kandidatuur in voor de projectoproep “Doorgaande lijn”. Met dat project zetten we in op het creëren van een ontwikkelingslijn voor kinderen tussen 0 en 6 jaar waarbij kinderopvang, school en voor - en naschoolse opvang naadloos op elkaar aansluiten. We kregen dit project eind december toegekend.

Kengetallen en trends

Kerngetallen en trends

Gemiddeld toegekend studietoelagebedrag

€ 2,100.00

€ 2,050.00

€ 2,000.00

€ 1,950.00

€ 1,900.00

€ 1,850.00

€ 1,800.00

€ 1,750.00

€ 1,700.00

€ 1,650.00

Figuur 18: Evolutie van het gemiddeld toegekend studietoelagebedrag van beursstudenten aan de Vlaamse universiteiten in de periode 2017-2018 tot 2019-2020.

Figuur 18: Evolutie van het gemiddeld toegekend studietoelagebedrag van beursstudenten aan de Vlaamse universiteiten in de periode 2017-2018 tot 2019-2020.

Financiële ondersteuning aan studenten

Figuur 18: Evolutie van het gemiddeld toegekend studietoelagebedrag van beursstudenten aan de Vlaamse universiteiten in de periode 2017-2018 tot 2019-2020.

Financiële ondersteuning aan studenten

Aantal unieke studenten met aanvra(a)g(en) Aantal unieke studenten met toekenning(en)

Figuur 1 9: Aantal studenten dat in de periode 2017-2021 één of meer aanvragen voor een (financiële) ondersteuning(en) heeft ingediend bij Studentenstatuut & studiefinanciering , versus het aantal studenten dat één

Figuur 19: Aantal studenten dat in de periode 2017-2021 één of meer aanvragen voor een (financiële) ondersteuning(en) heeft ingediend bij Studentenstatuut & studiefinanciering, versus het aantal studenten dat één of meer (financiële) ondersteuning(en) heeft gekregen. We merken dat deze cijfers steeds verder in stijgende lijn gaan: we ondersteunen dus steeds meer (financieel kwetsbare) studenten. We kunnen deze stijging ook verklaren door de uitbreiding van ons ondersteuningsaanbod. Sinds 2020 ondersteunen we ook internationale studenten via het Caroline Pauwels Noodfonds die in het verleden niet in aanmerking kwamen voor studiefinanciering. De cijfers over het jaarlijks bestede budget geven eenzelfde stijging weer.

Aantal Minimumbedrag Maximumbedrag Mediaan

Tabel 7: aantal in 2021 uitgekeerde toelagen en leningen aan studenten, inclusief de range en mediaan van de uitgekeerde bedragen. Huurtoelagen worden in theorie toegekend voor 12 maanden, maar er zijn ook studenten die voor een kortere periode een huurtoelage ontvangen (bijvoorbeeld in geval van laattijdige aanvraag of vroegtijdige opzeg van het huurcontract). We kenden in 2021 minder sociale toelagen toe. We werkten echter wel een groot aantal aanvragen ‘financial emergency’ uit in samenwerking met IRMO. De toelagen die deze studenten ontvangen worden geput uit het Caroline Pauwels Noodfonds. Er zijn ook enkele betalingen vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds aan lokale studenten als aanvulling bij de sociale toelage.

We kenden in 2021 iets minder externe beurzen toe dan in 2020 (toen 80); in 2020 lag het aantal toekenningen evenwel bijzonder hoog vanwege het toekennen van extra beurzen uit restbudgetten. We konden in 2021 nog één laatste maal de Jeanne Lonnoy-beurs van €1.000 toekennen; vanaf 2022 zal de faculteit Letteren en Wijsbegeerte, die de legaten beheert, de nieuwe TALK-beurs aanbieden aan toekomstige studenten Taal- en Letterkunde.

studenten ontvangen worden geput uit het Caroline Pauwels Noodfonds. Er zijn ook enkele betalingen vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds aan lokale studenten als aanvulling bij de sociale toelage. We kenden in 2021 iets minder externe beurzen toe dan in 2020 (toen 80) ; in 2020 lag het aantal toekenningen evenwel bijzonder hoog vanwege het toekennen van extra beurzen uit restbudgetten. We konden in 2021 nog één laatste maal de Jeanne Lonnoy-beurs van €1.000 toekennen; vanaf 2022 zal de faculteit Letteren en Wijsbegeerte, die de legaten beheert , de nieuwe TALK-beurs aanbieden aan toekomstige studenten Taal - en Letterkunde.

Gespendeerd budget financiële ondersteuning

Externe beurzen

Sociale toelage

Renteloze leningen

Huurtoelagen

Buitenlandtoelage

Caroline Pauwels Noodfonds

IRMO-noodhulp voor internationale studenten

Figuur 20: gespendeerd budget aan financiële ondersteuning voor studenten in de periode 2017-2021.

Figuur 20: gespendeerd budget aan financiële ondersteuning voor studenten in de periode 2017 -2021. Sinds 2018 merken we een stijging in het uitgegeven bedrag voor de huurto elage: dit komt door een toename in het aantal toegekende huurtoelagen en de verhoging van de bedragen van de huurtoelage met €10/maand. De uitbreiding van het aantal VUB-kamers sinds de ingebruikname van de XY -koten in 2019 zorgde ook voor een stijging van het aantal aanvragen. We wachten voor 2022 af of de tariefverlaging van de maandelijkse huurtoelage de stijging van de uitgaven voor de huurtoelage afremt.

Sinds 2018 merken we een stijging in het uitgegeven bedrag voor de huurtoelage: dit komt door een toename in het aantal toegekende huurtoelagen en de verhoging van de bedragen van de huurtoelage met €10/maand. De uitbreiding van het aantal VUB-kamers sinds de ingebruikname van de XY-koten in 2019 zorgde ook voor een stijging van het aantal aanvragen. We wachten voor 2022 af of de tariefverlaging van de maandelijkse huurtoelage de stijging van de uitgaven voor de huurtoelage afremt.

Het budget sociale toelagen nam tot 2020 stelselmatig toe. De daling in gespendeerde sociale toelage in 2021 heeft wellicht te maken met de onderbestaffing van de dienst Studentenstatuut en Studiefinanciering. Daardoor konden er in 2021 minder dossiers verwerkt worden dan normaal: 119 aanvragen konden worden toegekend, versus 163 in 2020.

Het budget sociale toelagen nam tot 2020 stelselmatig toe. De daling in gespendeerde sociale toelage in 2021 heeft wellicht te maken met de onderbestaffing van de dienst Studentenstatuut en Studiefinanciering. Daardoor konden er in 2021 minder dossiers verwerkt worden dan normaal: 119 aanvragen konden worden toegekend, versus 163 in 2020. Door de coronacrisis en de daaropvolgende daling in het aanbod studentenjobs kregen verschillende internationale studenten met een garant het moeilijk om rond te komen. Ze wenden zich tot de universiteit voor noodhulp. De geboden financiële ondersteuning nam in 2021 nog toe ten opzichte van 2020. In 2020 werd voor het eerst financiële ondersteuning aangeboden vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten. Na het opstellen van de procedures werden de eerste uitbetalingen doorgevoerd. In 2021 werd er vanuit dit fonds €128.709 uitgekeerd.

Door de coronacrisis en de daaropvolgende daling in het aanbod studentenjobs kregen verschillende internationale studenten met een garant het moeilijk om rond te komen. Ze wenden zich tot de universiteit voor noodhulp. De geboden financiële ondersteuning nam in 2021 nog toe ten opzichte van 2020. In 2020 werd voor het eerst financiële ondersteuning aangeboden vanuit het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten. Na het opstellen van de procedures werden de eerste uitbetalingen doorgevoerd. In 2021 werd er vanuit dit fonds €128.709 uitgekeerd.

Verdeling huurtoelage

Figuur 21: Verdeling aandeel huurtoelagen voor VUB-kamers en voor privékamers voor de periode 2017-2021 Het aantal toegekende huurtoelages schommelt de laatste 3 jaren tussen 514 en 524 studenten. Het maakt een groot deel uit van ons jaarlijks toegekend budget Studenten die recht hebben op een huurtoelage voor een heel jaar ontvangen tussen de €1 080 en €1 200.

Figuur 21: Verdeling aandeel huurtoelagen voor VUB-kamers en voor privékamers voor de periode 2017-2021. Het aantal toegekende huurtoelages schommelt de laatste 3 jaren tussen 514 en 524 studenten. Het maakt een groot deel uit van ons jaarlijks toegekend budget. Studenten die recht hebben op een huurtoelage voor een heel jaar ontvangen tussen de €1.080 en €1.200.

Aanvragen en uitbetalingen buitenlandtoelage

Figuur 21: Verdeling aandeel huurtoelagen voor VUB-kamers en voor privékamers voor de periode 2017-2021 Het aantal toegekende huurtoelages schommelt de laatste 3 jaren tussen 514 en 524 studenten. Het maakt een groot deel uit van ons jaarlijks toegekend budget Studenten die recht hebben op een huurtoelage voor een heel jaar ontvangen tussen de €1.080 en €1.200.

Figuur 21: Verdeling aandeel huurtoelagen voor VUB-kamers en voor privékamers voor de periode 2017-2021 Het aantal toegekende huurtoelages schommelt de laatste 3 jaren tussen 514 en 524 studenten. Het maakt een groot deel uit van ons jaarlijks toegekend budget Studenten die recht hebben op een huurtoelage voor een heel jaar ontvangen tussen de €1.080 en €1.200.

Aanvragen en uitbetalingen buitenlandtoelage

Aanvragen en uitbetalingen buitenlandtoelage

Figuur 22: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een buitenlandtoelage sinds de invoering in het academiejaar 2017-2018. De cijfers gingen sinds 2018 in stijgende lijn: 2018 was het eerste volledige kalenderjaar waarin buitenlandtoelagen konden aangevraagd en uitb etaald worden. Door de COVID -19-crisis zijn er sinds 2020 minder studenten op uitwisseling kunnen vertrekken, waardoor we minder buitenlandtoelages uitbetaalden In 2021 merkten we opnieuw een stijging.

Figuur 22: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een buitenlandtoelage sinds de invoering in het academiejaar 2017-2018. De cijfers gingen sinds 2018 in stijgende lijn: 2018 was het eerste volledige kalenderjaar waarin buitenlandtoelagen konden aangevraagd en uitbetaald worden. Door de COVID-19-crisis zijn er sinds 2020 minder studenten op uitwisseling kunnen vertrekken, waardoor we minder buitenlandtoelages uitbetaalden. In 2021 merkten we opnieuw een stijging.

Figuur 22: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een buitenlandtoelage sinds de invoering in het academiejaar 2017-2018. De cijfers gingen sinds 2018 in stijgende lijn: 2018 was het eerste volledige kalenderjaar waarin buitenlandtoelagen konden aangevraagd en uitb etaald worden. Door de COVID -19-crisis zijn er sinds 2020 minder studenten op uitwisseling kunnen vertrekken, waardoor we minder buitenlandtoelages uitbetaalden In 2021 merkten we opnieuw een stijging.

Aanvragen en uitbetalingen beurs voor studentenvertegenwoordigers

Aanvragen en uitbetalingen beurs voor studentenvertegenwoordigers

aanvragen aantal aanvragen die voldeden aan de voorwaarden

Figuur 23: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een beurs voor studentenvertegenwoordigers, sinds de invoering voor het academiejaar 2018-2019.

Figuur 23: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een beurs voor studentenvertegenwoordigers, sinds de invoering voor het academiejaar 2018-2019.

Figuur 23: aantal aanvragen en uitbetalingen voor een beurs voor studentenvertegenwoordigers, sinds de invoering voor het academiejaar 2018-2019.

Renteloze leningen

Renteloze leningen

toegekende leningen leningen i.f.v. studiegeld

toegekende leningen leningen i.f.v. studiegeld

Figuur 24: aantal toegekende renteloze leningen. Het aantal renteloze leningen (op korte termijn) blijft elk jaar stijgen. In totaal kenden we in 2021 599 leningen toe. 315 daarvan zijn toegekend met het oog op betaling van het studiegeld.

Figuur 24: aantal toegekende renteloze leningen. Het aantal renteloze leningen (op korte termijn) blijft elk jaar stijgen. In totaal kenden we in 2021 599 leningen toe. 315 daarvan zijn toegekend met het oog op betaling van het studiegeld.

Figuur 24: aantal toegekende renteloze leningen. Het aantal renteloze leningen (op korte termijn) blijft elk jaar stijgen. In totaal kenden we in 2021 599 leningen toe. 315 daarvan zijn toegekend met het oog op betaling van het studiegeld.

Renteloze leningen - uitgaven

€ 500,000

€ 450,000

€ 400,000

€ 350,000

€ 300,000

€ 250,000

€ 200,000

€ 150,000

€ 100,000

€ 150,000

€ 50,000

€ 100,000

€ 0

€ 50,000

Figuur 25: In totaal leenden we in 2021 €481.375 aan studenten (renteloze leningen op korte termijn) , verspreid over 599 leningen Het aantal renteloze leningen (op kor te termijn) blijft elk jaar stijgen. Voor de stijging ten opzichte van 2019 zien we een aantal mogelijke verklaringen: 1) de betaling van het studiegeld blijft voor veel studenten en ouders moeilijk (315 leningen in 2021) . Een gespreide betaling zou voor veel studenten en ouders een oplossing bieden zodat ze de totale studiekost kunnen spreiden, 2) door de COVID -19-pandemie kampten veel studenten en ouders nog steeds met moeilijkheden om de studiekosten aan het begin van het academiejaar te betalen en 3) door de digitalisering van het onderwijs werden goed werkende laptops cruciaal voor studenten, waardoor er soms onvoorzien een nieuwe laptop moest worden aangekocht.

Figuur 25: In totaal leenden we in 2021 €481.375 aan studenten (renteloze leningen op korte termijn) , verspreid over 599 leningen Het aantal renteloze leningen (op kor te termijn) blijft elk jaar stijgen. Voor de stijging ten opzichte van 2019 zien we een aantal mogelijke verklaringen: 1) de betaling van het studiegeld blijft voor veel studenten en ouders moeilijk (315 leningen in 2021) . Een gespreide betaling zou voor veel studenten en ouders een oplossing bieden zodat ze de totale studiekost kunnen spreiden, 2) door de COVID -19-pandemie kampten veel studenten en ouders nog steeds met moeilijkheden om de studiekosten aan het begin van het academiejaar te betalen en 3) door de digitalisering van het onderwijs werden goed werkende laptops cruciaal voor studenten, waardoor er soms onvoorzien een nieuwe laptop moest worden aangekocht.

Figuur 25: In totaal leenden we in 2021 €481.375 aan studenten (renteloze leningen op korte termijn), verspreid over 599 leningen. Het aantal renteloze leningen (op korte termijn) blijft elk jaar stijgen. Voor de stijging ten opzichte van 2019 zien we een aantal mogelijke verklaringen: 1) de betaling van het studiegeld blijft voor veel studenten en ouders moeilijk (315 leningen in 2021). Een gespreide betaling zou voor veel studenten en ouders een oplossing bieden zodat ze de totale studiekost kunnen spreiden, 2) door de COVID-19-pandemie kampten veel studenten en ouders nog steeds met moeilijkheden om de studiekosten aan het begin van het academiejaar te betalen en 3) door de digitalisering van het onderwijs werden goed werkende laptops cruciaal voor studenten, waardoor er soms onvoorzien een nieuwe laptop moest worden aangekocht.

Renteloze leningen - uitgaven

Figuur 26: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs, opgedeeld per contacttype, in de periode 2017-2021. De meesten contacten gebeurden t ot en met 2019 via e-mail en face-to-face. De aanzienlijke daling in het totaal aantal contacten in 2018 had te maken met een nieuw systeem voor de aanstelling van VUB -jobstudenten én door de ingebruikname van een nieuwe vacaturedatabank die zelf e -mails genereert. 2021 was net zoals 2020 een atypisch jaar voor het aantal contacten met studenten. Het aantal face-to-facecontacten was opnieuw zeer laag als gevolg van de beperkende COVID-19-maatregelen. We hebben echter gelijklopende cijfers op vlak van telefooncontacten en de in 2020 in gebruik genomen video calls. We nemen een daling waar in het aantal e-mails. Dit cijfer is wellicht een onderwaardering als gevolg van ee n probleem met de registratie ervan. In 2022 willen we de registratie analyseren aan de hand van de data uit het e -mailticketingsysteem

Figuur 26: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs, opgedeeld per contacttype, in de periode 2017-2021.

De meesten contacten gebeurden tot en met 2019 via e-mail en face-to-face. De aanzienlijke daling in het totaal aantal contacten in 2018 had te maken met een nieuw systeem voor de aanstelling van VUB-jobstudenten én door de ingebruikname van een nieuwe vacaturedatabank die zelf e-mails genereert. 2021 was net zoals 2020 een atypisch jaar voor het aantal contacten met studenten. Het aantal face-to-face-contacten was opnieuw zeer laag als gevolg van de beperkende COVID-19-maatregelen. We hebben echter gelijklopende cijfers op vlak van telefooncontacten en de in 2020 in gebruik genomen video calls. We nemen een daling waar in het aantal e-mails. Dit cijfer is wellicht een onderwaardering als gevolg van een probleem met de registratie ervan. In 2022 willen we de registratie analyseren aan de hand van de data uit het e-mail-ticketingsysteem.

Figuur 26: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs, opgedeeld per contacttype, in de periode 2017-2021. De meesten contacten gebeurden t ot en met 2019 via e-mail en face-to-face. De aanzienlijke daling in het totaal aantal contacten in 2018 had te maken met een nieuw systeem voor de aanstelling van VUB -jobstudenten én door de ingebruikname van een nieuwe vacaturedatabank die zelf e -mails genereert. 2021 was net zoals 2020 een atypisch jaar voor het aantal contacten met studenten. Het aantal face-to-facecontacten was opnieuw zeer laag als gevolg van de beperkende COVID-19-maatregelen. We hebben echter gelijklopende cijfers op vlak van telefooncontacten en de in 2020 in gebruik genomen video calls. We nemen een daling waar in het aantal e-mails. Dit cijfer is wellicht een onderwaardering als gevolg van ee n probleem met de registratie ervan. In 2022 willen we de registratie analyseren aan de hand van de data uit het e -mailticketingsysteem

Figuur 27: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs per maand in de periode 2017-2021. Een duidelijke piek is merkbaar rond de start van het academiejaar. In 2021 heeft de dienst de meerderheid van zijn contacten ( 85%) met studenten. 5 % van de contacten is met collega’s. De andere 10% is met externen (5 %), ouder(s) van studenten (3%), toekomstige studenten (2%) of ex-studenten (1%). Bijna de helft van de contactvragen in 2021 gaat over de financiële dienstverlening/ondersteuning van Studentenstatuut & studiefinanciering ( 45%). Daarna volgen vragen over sociaal financiële problemen/thema’s ( 18%), de dienstverlening voor studentenjobs ( 15%), studietoelagen (10%), psychosociale thema’s of andere vragen (problemen met uitbetaling kinderbijslag/groeipremie, info/advies curriculum, inschrijvingen, op kot gaan of het invullen van attesten) (5%), sociaaljuridische problemen/thema’s ( 3%) en vragen over laptops (3%).

Figuur 27: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs per maand in de periode 2017-2021. Een duidelijke piek is merkbaar rond de start van het academiejaar. In 2021 heeft de dienst de meerderheid van zijn contacten ( 85%) met studenten. 5 % van de contacten is met collega’s. De andere 10% is met externen (5 %), ouder(s) van studenten (3%), toekomstige studenten (2%) of ex-studenten (1%). Bijna de helft van de contactvragen in 2021 gaat over de financiële dienstverlening/ondersteuning van Studentenstatuut & studiefinanciering ( 45%). Daarna volgen vragen over sociaal financiële problemen/thema’s ( 18%), de dienstverlening voor studentenjobs ( 15%), studietoelagen (10%), psychosociale thema’s of andere vragen (problemen met uitbetaling kinderbijslag/groeipremie, info/advies curriculum, inschrijvingen, op kot gaan of het invullen van attesten) (5%), sociaaljuridische problemen/thema’s ( 3%) en vragen over laptops (3%).

Figuur 27: Verdeling contacten Studentenstatuut & studiefinanciering/studentenjobs per maand in de periode 2017-2021. Een duidelijke piek is merkbaar rond de start van het academiejaar. In 2021 heeft de dienst de meerderheid van zijn contacten (85%) met studenten. 5 % van de contacten is met collega’s. De andere 10% is met externen (5 %), ouder(s) van studenten (3%), toekomstige studenten (2%) of ex-studenten (1%). Bijna de helft van de contactvragen in 2021 gaat over de financiële dienstverlening/ondersteuning van Studentenstatuut & studiefinanciering (45%). Daarna volgen vragen over sociaal financiële problemen/thema’s (18%), de dienstverlening voor studentenjobs (15%), studietoelagen (10%), psychosociale thema’s of andere vragen (problemen met uitbetaling kinderbijslag/ groeipremie, info/advies curriculum, inschrijvingen, op kot gaan of het invullen van attesten) (5%), sociaaljuridische problemen/thema’s (3%) en vragen over laptops (3%).

Aantal studentenjobs op VUB-jobdatabank

Figuur 28: Aantal vacatures voor studentenjobs tijdens het academiejaar en vakantieperioden - opgesplitst naar gepubliceerde vacatures van de VUB en bij externe werkgevers (buiten de VUB) - dat gepubliceerd werd op de jobdatabank in de periode 2017-2021. Sinds 2020 was er door de COVID-19-pandemie een beperkter aanbod aan studentenjobs beschikbaar op de studentenjobdatabank. Het gros van de VUB-diensten en campusvoorzieningen werkte van thuis uit . Het gros van de studenten- en campusfaciliteiten was gesloten of werkte volgens een aangepaste dienstverlening. Die situatie leverde minder VUB -studentenjobs dan gewoonlijk op. Voor 2021 observeren we een lichte stijging in het aantal gepubliceerde studentenjobs , maar we zitten nog ver af van de situatie pre-COVID. Voor 2021 kunnen de cijfers als volgt opgesplitst worden: VUB-jobs: 46%; jobs bij bedrijven en organisaties (buiten VUB): 45%; jobs bij particulieren als babysitter , oppashulp of bijlesgever: 9%.

Figuur 28: Aantal vacatures voor studentenjobs tijdens het academiejaar en vakantieperioden - opgesplitst naar gepubliceerde vacatures van de VUB en bij externe werkgevers (buiten de VUB) - dat gepubliceerd werd op de jobdatabank in de periode 2017-2021. Sinds 2020 was er door de COVID-19-pandemie een beperkter aanbod aan studentenjobs beschikbaar op de studentenjobdatabank. Het gros van de VUB-diensten en campusvoorzieningen werkte van thuis uit . Het gros van de studenten- en campusfaciliteiten was gesloten of werkte volgens een aangepaste dienstverlening. Die situatie leverde minder VUB -studentenjobs dan gewoonlijk op. Voor 2021 observeren we een lichte stijging in het aantal gepubliceerde studentenjobs , maar we zitten nog ver af van de situatie pre-COVID. Voor 2021 kunnen de cijfers als volgt opgesplitst worden: VUB-jobs: 46%; jobs bij bedrijven en organisaties (buiten VUB): 45%; jobs bij particulieren als babysitter , oppashulp of bijlesgever: 9%.

Figuur 28: Aantal vacatures voor studentenjobs tijdens het academiejaar en vakantieperioden - opgesplitst naar gepubliceerde vacatures van de VUB en bij externe werkgevers (buiten de VUB) - dat gepubliceerd werd op de jobdatabank in de periode 2017-2021. Sinds 2020 was er door de COVID-19-pandemie een beperkter aanbod aan studentenjobs beschikbaar op de studentenjobdatabank. Het gros van de VUB-diensten en campusvoorzieningen werkte van thuis uit. Het gros van de studenten- en campusfaciliteiten was gesloten of werkte volgens een aangepaste dienstverlening. Die situatie leverde minder VUB-studentenjobs dan gewoonlijk op. Voor 2021 observeren we een lichte stijging in het aantal gepubliceerde studentenjobs, maar we zitten nog ver af van de situatie pre-COVID. Voor 2021 kunnen de cijfers als volgt opgesplitst worden: VUB-jobs: 46%; jobs bij bedrijven en organisaties (buiten VUB): 45%; jobs bij particulieren als babysitter, oppashulp of bijlesgever: 9%.

Het aandeel VUB-jobs lijkt erg beperkt in vergelijking met de externe jobs. Dit komt omdat ni et alle VUB-jobs (tegen de afgesproken policy in) via de jobdatabank worden bekend gemaakt. Soms worden studenten rechtstreeks aangeworven door een VUB-dienst. Ook werken bepaalde studenten op vaste tijdstippen op een VUB-dienst, zonder dat er voor deze beschikbare studentenjobs elke keer opnieuw een vacaturebericht op de jobdatabank geplaatst wordt.

Het aandeel VUB-jobs lijkt erg beperkt in vergelijking met de externe jobs. Dit komt omdat niet alle VUB-jobs (tegen de afgesproken policy in) via de jobdatabank worden bekend gemaakt. Soms worden studenten rechtstreeks aangeworven door een VUB-dienst. Ook werken bepaalde studenten op vaste tijdstippen op een VUB-dienst, zonder dat er voor deze beschikbare studentenjobs elke keer opnieuw een vacaturebericht op de jobdatabank geplaatst wordt.

Het aandeel VUB-jobs lijkt erg beperkt in vergelijking met de externe jobs. Dit komt omdat ni et alle VUB-jobs (tegen de afgesproken policy in) via de jobdatabank worden bekend gemaakt. Soms worden studenten rechtstreeks aangeworven door een VUB-dienst. Ook werken bepaalde studenten op vaste tijdstippen op een VUB-dienst, zonder dat er voor deze beschikbare studentenjobs elke keer opnieuw een vacaturebericht op de jobdatabank geplaatst wordt.

Figuur 29: Aantal arbeidsovereenkomsten voor jobstudenten aan de VUB in de periode 2017 tot 2020. Arbeidsovereenkomsten worden om applicatie-technische redenen voor beperkte duur gegeven: maximum een maand, nooit maand overschrijdend (bv. werken van 15/1 tot 15/2 resulteert in 2 contracten), en vaak aan dezelfde studenten voor dezelfde job. Het aantal arbeidsovereenkomsten voor VUB studentenjobs stijgt elk jaar, behalve in 2020 door de COVID -19-pandemie. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

Figuur 29: Aantal arbeidsovereenkomsten voor jobstudenten aan de VUB in de periode 2017 tot 2020. Arbeidsovereenkomsten worden om applicatie-technische redenen voor beperkte duur gegeven: maximum een maand, nooit maand overschrijdend (bv. werken van 15/1 tot 15/2 resulteert in 2 contracten), en vaak aan dezelfde studenten voor dezelfde job. Het aantal arbeidsovereenkomsten voor VUB studentenjobs stijgt elk jaar, behalve in 2020 door de COVID -19-pandemie. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

Figuur 29: Aantal arbeidsovereenkomsten voor jobstudenten aan de VUB in de periode 2017 tot 2020. Arbeidsovereenkomsten worden om applicatie-technische redenen voor beperkte duur gegeven: maximum een maand, nooit maand overschrijdend (bv. werken van 15/1 tot 15/2 resulteert in 2 contracten), en vaak aan dezelfde studenten voor dezelfde job. Het aantal arbeidsovereenkomsten voor VUB studentenjobs stijgt elk jaar, behalve in 2020 door de COVID-19-pandemie. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

Totaal aantal tewerkgestelde studenten voor VUB-jobs

Totaal aantal tewerkgestelde studenten voor VUB-jobs

Figuur 30: Totale aantal tewerkgestelde studenten op VUB -diensten in de periode 2017-2020. De daling in aantal studenten die sinds 2020 voor de VUB konden werken, is te wijten aan de COVID -19-crisis. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

Figuur 30: Totale aantal tewerkgestelde studenten op VUB-diensten in de periode 2017-2020. De daling in aantal studenten die sinds 2020 voor de VUB konden werken, is te wijten aan de COVID-19-crisis. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

ICT-ondersteuning voor studenten

Figuur 30: Totale aantal tewerkgestelde studenten op VUB -diensten in de periode 2017-2020. De daling in aantal studenten die sinds 2020 voor de VUB konden werken, is te wijten aan de COVID -19-crisis. Voor 2021 waren de cijfers nog niet beschikbaar.

ICT-ondersteuning voor studenten

laptops lening korte termijn aankoop ICTmateriaal

Figuur 31: sinds 2020 ondersteunen we studenten die niet over de nodige ICT -instrumenten beschikken die nodig zijn om volwaardig deel te nemen aan digitale colleges en examens. We zien een duidelijke stijging in 2021 in het aantal aanvragen en het aantal uitgeleende laptops. Dit komt omdat we pas in het voorjaar van 2020 begonnen zijn met het uitlenen van laptops , toen nog met een stock van 15 beschikbare laptops. Er werden vanaf dan stelselmatig meer laptops aangekocht: aan het begin van het academiejaar 2021-2022 beschikten we over 97 laptops, eind 2021 over 117 laptops. De redenen waarom studenten een aanvraag indienden maar geen laptop kregen verschillen. Sommige aanvragen werden afgekeurd, andere studenten trokken zelf hun aanvraag in en nog anderen kwamen de laptop niet ophalen. De gemiddelde uitleenperiode van een laptop bedroeg in 2021 14 weken. Dit is gemiddeld twee weken langer dan in 2020. We zien een kleine vermindering in het aantal leningen korte termijn d ie werden toegekend voor de aankoop va n ICT-materiaal. De student de mogelijkheid bieden om een eigen laptop aan te kopen blijft toch de meest duurzame oplossing. Dit kan zowel aan de hand van het toekennen van leningen, maar ook via toelagen.

Figuur 31: sinds 2020 ondersteunen we studenten die niet over de nodige ICT -instrumenten beschikken die nodig zijn om volwaardig deel te nemen aan digitale colleges en examens. We zien een duidelijke stijging in 2021 in het aantal aanvragen en het aantal uitgeleende laptops. Dit komt omdat we pas in het voorjaar van 2020 begonnen zijn met het uitlenen van laptops , toen nog met een stock van 15 beschikbare laptops. Er werden vanaf dan stelselmatig meer laptops aangekocht: aan het begin van het academiejaar 2021-2022 beschikten we over 97 laptops, eind 2021 over 117 laptops. De redenen waarom studenten een aanvraag indienden maar geen laptop kregen verschillen. Sommige aanvragen werden afgekeurd, andere studenten trokken zelf hun aanvraag in en nog anderen kwamen de laptop niet ophalen. De gemiddelde uitleenperiode van een laptop bedroeg in 2021 14 weken. Dit is gemiddeld twee weken langer dan in 2020. We zien een kleine vermindering in het aantal leningen korte termijn d ie werden toegekend voor de aankoop va n ICT-materiaal. De student de mogelijkheid bieden om een eigen laptop aan te kopen blijft toch de meest duurzame oplossing. Dit kan zowel aan de hand van het toekennen van leningen, maar ook via toelagen.

Figuur 31: sinds 2020 ondersteunen we studenten die niet over de nodige ICT-instrumenten beschikken die nodig zijn om volwaardig deel te nemen aan digitale colleges en examens. We zien een duidelijke stijging in 2021 in het aantal aanvragen en het aantal uitgeleende laptops. Dit komt omdat we pas in het voorjaar van 2020 begonnen zijn met het uitlenen van laptops, toen nog met een stock van 15 beschikbare laptops. Er werden vanaf dan stelselmatig meer laptops aangekocht: aan het begin van het academiejaar 2021-2022 beschikten we over 97 laptops, eind 2021 over 117 laptops. De redenen waarom studenten een aanvraag indienden maar geen laptop kregen verschillen. Sommige aanvragen werden afgekeurd, andere studenten trokken zelf hun aanvraag in en nog anderen kwamen de laptop niet ophalen. De gemiddelde uitleenperiode van een laptop bedroeg in 2021 14 weken. Dit is gemiddeld twee weken langer dan in 2020. We zien een kleine vermindering in het aantal leningen korte termijn die werden toegekend voor de aankoop van ICT-materiaal. De student de mogelijkheid bieden om een eigen laptop aan te kopen blijft toch de meest duurzame oplossing. Dit kan zowel aan de hand van het toekennen van leningen, maar ook via toelagen.

Uitgaven Caroline Pauwels Noodfonds 2021

Internationale studenten Lokale studenten Materiaal

Figuur 32: We konden in 2021 voor €99.619 directe financiële steun verlenen via het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten In de eerste en de laatste maand konden we met de giften via het noodfonds 2x20 laptops aankopen voor uitleen aan studenten; op die momenten (examenperiodes) dreigde de vraag het aantal beschikbare laptops te overstijgen. We zien dat de meerderheid van de tussenkomsten naar internationale studenten gingen (64%). Dit is niet verwonderlijk ; internationale studenten beschikken niet over alternatieve financiële ondersteuningsmogelijkheden in geval van nood. 23% van de uitgaven ging naar de aankoop van materiaal, voornamelijk laptops. De resterende 13% ging naar directe financiële steun aan lokale studenten. Voor hen vormt het noodfonds een aanvulling op de reguliere financiële ondersteuning.

Figuur 32: We konden in 2021 voor €99.619 directe financiële steun verlenen via het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten. In de eerste en de laatste maand konden we met de giften via het noodfonds 2x20 laptops aankopen voor uitleen aan studenten; op die momenten (examenperiodes) dreigde de vraag het aantal beschikbare laptops te overstijgen. We zien dat de meerderheid van de tussenkomsten naar internationale studenten gingen (64%). Dit is niet verwonderlijk ; internationale studenten beschikken niet over alternatieve financiële ondersteuningsmogelijkheden in geval van nood. 23% van de uitgaven ging naar de aankoop van materiaal, voornamelijk laptops. De resterende 13% ging naar directe financiële steun aan lokale studenten. Voor hen vormt het noodfonds een aanvulling op de reguliere financiële ondersteuning.

Figuur 32: We konden in 2021 voor €99.619 directe financiële steun verlenen via het Caroline Pauwels Noodfonds voor studenten. In de eerste en de laatste maand konden we met de giften via het noodfonds 2x20 laptops aankopen voor uitleen aan studenten; op die momenten (examenperiodes) dreigde de vraag het aantal beschikbare laptops te overstijgen. We zien dat de meerderheid van de tussenkomsten naar internationale studenten gingen (64%). Dit is niet verwonderlijk; internationale studenten beschikken niet over alternatieve financiële ondersteuningsmogelijkheden in geval van nood. 23% van de uitgaven ging naar de aankoop van materiaal, voornamelijk laptops. De resterende 13% ging naar directe financiële steun aan lokale studenten. Voor hen vormt het noodfonds een aanvulling op de reguliere financiële ondersteuning.

Blocked accounts voor internationale studenten

Blocked accounts voor internationale studenten

aanvragen aantal geblokkeerde rekeningen afgehaakte studenten tijdens procedure storting maandelijkse toelage terugbetaling gestorte geld

Figuur 33: in academiejaar 2020-2021 registreerden we 353 aanvragen voor een blocked account. Dat is afname met 11,75% te opzichte van het voorgaande academiejaar. Dit resulteerde in 320 geblokkeerde rekeningen. 33 studenten haakten af tijdens de procedure. Het aantal studenten dat we maandelijks een toelage storten is ten opzichte van 2019-202 met 9% afgenomen.

Figuur 33: in academiejaar 2020-2021 registreerden we 353 aanvragen voor een blocked account. Dat is afname met 11,75% te opzichte van het voorgaande academiejaar. Dit resulteerde in 320 geblokkeerde rekeningen. 33 studenten haakten af tijdens de procedure. Het aantal studenten dat we maandelijks een toelage storten is ten opzichte van 2019-202 met 9% afgenomen.

Figuur 33: in academiejaar 2020-2021 registreerden we 353 aanvragen voor een blocked account. Dat is afname met 11,75% te opzichte van het voorgaande academiejaar. Dit resulteerde in 320 geblokkeerde rekeningen. 33 studenten haakten af tijdens de procedure. Het aantal studenten dat we maandelijks een toelage storten is ten opzichte van 2019-202 met 9% afgenomen.

Internationale studenten Lokale studenten Materiaal

Aantal kinderen in kinderdagverblijf vlakbij Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Aantal kinderen in kinderdagverblijf vlakbij Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 34: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 -2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf vlakbij de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Van de 97 opgevangen kinderen, hebben 24 kinderen minstens één ouder die student is. Van 19 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 9 van deze 19 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Van 10 van deze 19 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 24 kinderen waarvan minstens één ouder student is, komen er 13 uit een kwetsbaar gezin: een gezin met een netto belastbaar jaarinkomen onder de €29.050,38. Dit laatste is een voorrangsgroep zoals gedefinieerd door Kind & Gezin.

Figuur 34: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 -2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf vlakbij de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Van de 97 opgevangen kinderen, hebben 24 kinderen minstens één ouder die student is. Van 19 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 9 van deze 19 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Van 10 van deze 19 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 24 kinderen waarvan minstens één ouder student is, komen er 13 uit een kwetsbaar gezin: een gezin met een netto belastbaar jaarinkomen onder de €29.050,38. Dit laatste is een voorrangsgroep zoals gedefinieerd door Kind & Gezin.

Figuur 34: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 -2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf vlakbij de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Van de 97 opgevangen kinderen, hebben 24 kinderen minstens één ouder die student is. Van 19 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 9 van deze 19 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Van 10 van deze 19 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 24 kinderen waarvan minstens één ouder student is, komen er 13 uit een kwetsbaar gezin: een gezin met een netto belastbaar jaarinkomen onder de €29.050,38. Dit laatste is een voorrangsgroep zoals gedefinieerd door Kind & Gezin.

Aantal kinderen in kinderdagverblijf Brussels Health

Figuur 35: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 - 2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus. Van de 219 opgevangen kinderen, hebben 13 kinderen minstens één ouder die student is. Van 7 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 1 van de 7 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Voor de overige 6 van de 7 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 13 kinderen komen er 9 uit een kwetsbaar gezin. Bij 0/9 kinderen is minstens één van beide ouders doctoraatsstudent. 3 van de 9 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een VUB Bachelor- of Masteropleiding volgt. 4 van de 14 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een opleiding volgt aan Erasmushogeschool Brussel. Het aandeel studenten in de totale populatie daalde van 9,2% in 2020 naar 5,94% in 2021.

Figuur 35: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 - 2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus. Van de 219 opgevangen kinderen, hebben 13 kinderen minstens één ouder die student is. Van 7 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 1 van de 7 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Voor de overige 6 van de 7 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 13 kinderen komen er 9 uit een kwetsbaar gezin. Bij 0/9 kinderen is minstens één van beide ouders doctoraatsstudent. 3 van de 9 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een VUB Bachelor- of Masteropleiding volgt. 4 van de 14 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een opleiding volgt aan Erasmushogeschool Brussel. Het aandeel studenten in de totale populatie daalde van 9,2% in 2020 naar 5,94% in 2021.

Figuur 35: aantal kinderen en kinderen van studenten dat in de periode 2014 - 2021 gebruik maakte van het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus. Van de 219 opgevangen kinderen, hebben 13 kinderen minstens één ouder die student is. Van 7 kinderen is minstens één ouder student aan de VUB. Voor 1 van de 7 kinderen gaat het om minstens één ouder die een Bachelor- of Masteropleiding volgt. Voor de overige 6 van de 7 kinderen is minstens één ouder een doctoraatsstudent. Van de 13 kinderen komen er 9 uit een kwetsbaar gezin. Bij 0/9 kinderen is minstens één van beide ouders doctoraatsstudent. 3 van de 9 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een VUB Bachelor- of Masteropleiding volgt. 4 van de 14 kinderen uit een kwetsbaar gezin heeft minstens één ouder die een opleiding volgt aan Erasmushogeschool Brussel. Het aandeel studenten in de totale populatie daalde van 9,2% in 2020 naar 5,94% in 2021.

kinderen van studenten kinderen van VUB-studenten kinderen van VUB-studenten

Personeel

Op personeelsvlak was 2021 voor Studentenstatuut & studiefinanciering een heel uitdagend jaar. Drie medewerkers (waaronder het diensthoofd) werden in ditzelfde jaar voor het eerst ouder. Anticiperend op de moederschaprusten, zorgden we in februari en mei 2021 met telkens een nieuwe medewerker voor extra tijdelijke versterking. Maar één van deze vervangers verliet in de zomer al de dienst. Een andere, vaste medewerker verliet in mei 2021 de VUB. Een nog andere medewerker was vanaf mei 2021 een periode voltijds afwezig. Al die afwezigheden samen hadden een grote, voelbare impact op het kleine team van zes medewerkers, dat in 2021 door het toegenomen aantal vragen naar financiële ondersteuning of studentenjobs geconfronteerd werd met een forse verhoging van de werkdruk. Door de problematisch lage personeelsbezetting lag de takenlast te hoog voor de medewerkers. Bij de start van het academiejaar 2021-2022 gingen de meeste medewerkers gelukkig terug (deeltijds) aan het werk. De afstuderende jobstudent van Studentenstatuut & Studiefinanciering konden we nog een tijdelijk contract aanbieden om de dienst te ondersteunen van september 2021 tot en met december 2021. Tijdens deze drukke periode kon zij op zeer zelfstandige wijze dossiers administratief verwerken.

Beide kinderdagverblijven kampten ook in 2021 met personeelsproblemen. Het blijft moeilijk om gekwalificeerde, kwaliteitsvolle nieuwe medewerkers te vinden. ‘Begeleider in de kinderopvang’ is sinds 2020 een knelpuntberoep; in het najaar waren de noodkreten vanuit de hele sector te horen. Dit personeelstekort zorgde ervoor dat we nauwelijks konden deelnemen aan het vormingsaanbod ‘op maat’ van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

Voor de invulling van één van de functies als ‘teamleider’ kozen we expliciet voor de aanwerving van een pedagogisch coach. We zijn er dan ook van overtuigd dat het maximaliseren van pedagogische ondersteuning op de werkvloer een belangrijke bijdrage levert aan de dagelijkse kwaliteit in de werking.

Door de hulp in te schakelen van VUB-jobstudenten konden we een tijdelijke onderbezetting bij de logistieke medewerkers tijdens de zomermaanden opvangen. Dit is een oplossing die voor herhaling vatbaar is.

Resultaten en betoelaging

We hanteren bij het opstellen van de begroting een voorzichtigheidsbeleid. Zo beperken we de risico’s voor de zeer kwetsbare groep van studenten met financiële noden. Dit is noodzakelijk in een externe context die voortdurend aan wijzigingen en besparingen onderhevig is.

In 2021 hebben we 79% van het bedrag begroot voor financiële ondersteuning van studenten uitgegeven. Bij de begrotingsaanpassingen trokken we het budget voor 2021 voor zowel de huurtoelage als de sociale toelage op, waardoor er in totaliteit een stijging was van 20% in te besteden middelen. Door het probleem van de personeelsbezetting kon Studentenstatuut & Studiefinanciering in het eerste semester van academiejaar 2021-2022 minder sociale toelagen uitwerken, waardoor de aanvragen pas in 2022 zullen worden verwerkt. We nemen de budgetten die voorzien zijn voor de aanvragen van 2021 mee naar 2022.

We zien in de cijfers een forse verhoging van het aantal studenten dat we dit jaar geholpen hebben. Het gaat hier om een stijging met 20%. Dit komt enerzijds door het uitbreiden van het aanbod en de doelgroep (ook internationale studenten). Maar anderzijds ook door de financieel ongunstige situatie door de COVID-19-pandemie die een negatieve invloed heeft op zowel het inkomen van de student als dat van de ouders.

De budgetten van de huurtoelage blijven jaar na jaar stijgen. Die stijging noopte ons tot een herziening van de toekenningsprocedure, die vooralsnog in 2021 geen grote budgettaire impact heeft gehad. De impact van deze procedureverandering zal pas in 2022 merkbaar zijn.

Bij de renteloze leningen – die houden we buiten begroting omdat de geleende bedragen worden terugbetaald –stellen we sinds 2013 een duidelijke stijging vast van de uitgeleende bedragen. Nooit eerder werden zoveel renteloze studieleningen toegekend als in 2021. Vermoedelijk komt dit door het studiegeld en de financieel ongunstige periode. We blijven deze evoluties opvolgen.

Alhoewel de percentages duidelijk hoger liggen dan in 2020, lag vooral voor het kinderdagverblijf vlakbij de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus de bezetting in 2021 met 76% toch nog beduidend lager dan pre-corona. Voor het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus ligt de bezetting met 94% opnieuw hoog. We konden beroep doen op compensatiesubsidies om het subsidieverlies gekoppeld aan deze lagere cijfers te compenseren.

Evaluatie doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen VUB per werkveld

We professionaliseren en versterken de sociale dienstverlening aan internationale studenten.

Operationele doelstellingen

We bouwen een integraal, niet gesegmenteerd beleid in functie van internationale studenten, buitenlandse studenten met een duurzaam verblijf in België en student-vluchtelingen.

Indicatoren Projectleider

Eén extra sociaal-juridisch adviseur met expertise sociaal statuut studenten met buitenlandse nationaliteit of vluchtelingenstatuut is aangeworven voor beleidsondersteuning en (sturing van) ondersteuning van alles omvattende operationele sociale dienstverlening aan buitenlandse studenten (2019).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Evaluatie 2021

Gestart

In 2020 werd een beleidsmedewerker aangenomen die expertise opbouwt binnen werkveld Studentenstatuut & studiefinanciering/Studentenjobs. Deze beleidsmedewerker werkt projectmatig onder andere aan de uitbouw van de sociale dienstverlening aan buitenlandse studenten. Door de opstart van het Caroline Pauwels Noodfonds bieden we ook financiële ondersteuning aan internationale studenten. Deze dienstverlening gebeurt in nauwe samenwerking met IRMO, aangezien zij meer expertise hebben met betrekking tot internationale studenten.

We hebben een transparante en éénduidige loketfunctie voor alle studenten die beroep wensen te doen op advisering over hun statuut als (buitenlandse) (werk)student, financiële noden hebben of zoek zijn naar een studentenjob.

Doelgroepanalyse internationale studenten, studenten met buitenlandse nationaliteit met duurzaam verblijf in België of studenten met een (kandidaat-) vluchtelingenstatuut is gebeurd (2020).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Gestopt.

Voor financiële ondersteuning van studenten werden er samenwerkingsafspraken gemaakt met IRMO. De vragen van studenten voor financiële ondersteuning komen vooral bij onze dienst terecht. Indien het over internationale studenten gaat, bespreken we ze samen met IRMO. Integraal beleid sociaal-financiële dienstverlening, inclusief beleid internationale studenten is goedgekeurd door de studentenraad (2020).

Één loket waar alle studenten terecht kunnen met hun vragen over hun statuut als (job- of werk)student en mogelijke studiefinanciering wordt opgezet en naar de studenten gecommuniceerd (2019).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Nog niet gestart

Dit beleid wordt samen met IRMO opgesteld en geagendeerd op studentenraad in 2022.

Gestart

Het loket voor advisering en financiële ondersteuning is toegankelijk voor iedereen. De toekenning van deze financiële ondersteuning gebeurt in samenwerking met IRMO. De expertise met betrekking tot verblijfsvergunningen en financiële situatie van internationale studenten blijft in hoofdzaak bij IRMO aanwezig. Het studentenportaal werd geüpdatet waardoor alle informatie over financiële ondersteuning zowel in het Nederlands als in het Engels beschikbaar is.

We optimaliseren ons beleid sociale dienstverlening.

We evalueren jaarlijks de dienstverlening op (sociale) rechtvaardigheid, aanbod, transparantie, laagdrempeligheid, coherentie en administratieve eenvoud.

De huidige dienstverlening wordt indien nuttig bijgestuurd na evaluatie. (2019-2023).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

We toetsen de criteria over studievoortgang- en studiebelastingbeoordeling verder af met Studiebegeleiding en Studentenhuisvesting en verfijnen ze indien nodig.

We breiden de informatie- en adviesverlening uit met nieuwe sociaaljuridische informatie als gevolg van de regionalisering van de bevoegdheden kinderbijslag en betaald educatief verlof en de daaraan gekoppelde wijzigingen in de regelgeving.

Duidelijke studievoortgangscriteria en criteria over minimum studiebelasting, voor de toekenning van een kamer in een VUB-studentenhuis en de toekenning van financiële ondersteuning, zijn beschikbaar (20192023).

Informatie over de nieuwe regelgeving kinderbijslag en betaald educatief verlof (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) is beschikbaar op het studentenportaal (2019).

Vragen over het sociaaljuridisch statuut van de student, specifiek over kinderbijslag en betaald educatief verlof, worden door Studentenstatuut & studiefinanciering / studentenjobs adequaat beantwoord (2019-2023).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Uitgevoerd

In 2021 maakten we nog steeds gebruik van verschillende kanalen om de studenten te bereiken (telefoon, mail, vrije permanentie, afspraken op campus, online afspraken). We gaan nog verder op zoek om de dienst zo efficiënt mogelijk te organiseren en stapten over op mailing via OTRS. Dit is een mailing-platform dat ook door andere studentgerichte diensten wordt gebruikt, waardoor doorverwijzing wordt vergemakkelijkt.

Uitgevoerd

Er werd een criterium uitgewerkt voor de toekenning van financiële ondersteuning. Dit criterium werd goedgekeurd door de Studentenraad en wordt vanaf academiejaar 2020-2021 toegepast.

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Uitgevoerd

De regelgeving rond het Groeipakket en het Vlaams opleidingsverlof werd opgevolgd en ook op het studentenportaal gepubliceerd.

Uitgevoerd

Bij elke implementatie van nieuwe regelgeving gaat er een periode over alvorens alle concrete wijzigingen duidelijk zijn. We hebben studenten die ons over de nieuwe regelgeving contacteerden zo goed mogelijk geadviseerd.

We stelden hand-outs op om de regelgeving duidelijk aan studenten door te geven.

We optimaliseren en professionaliseren de operationele werking van Studentenstatuut & studiefinanciering / studentenjobs.

We zorgen voor een coherent, geïntegreerd en geautomatiseerd dossierbeheer via een informatiesysteem9

De registratie van de sociaal-financiële dienstverlening gebeurt via één volledig elektronisch dossier per student (2023).

De opvolging van alle dossiers van financiele ondersteuning en de communicatie naar studenten gebeurt op automatische wijze (2023).

Alle papieren communicatie naar de student wordt vervangen door een globale elektronische communicatie via e-mail (2019).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Gestopt

Het is niet mogelijk om alle documenten die studenten ons bezorgen in 1 dossier in CALI te uploaden. De dossiers worden op de SharePoint bijgehouden en via CALI verwerkt.

Gestopt

CALI beschikt momenteel niet over de mogelijkheid om alles automatisch op te volgen.

Gestopt

De communicatie met betrekking tot achterstallige leningen gebeurt nog per brief. Wanneer het over betalingen gaat, kan een brief doeltreffender zijn dan een e-mail.

We onderzoeken de mogelijkheden om een elektronische aanvraag financiële ondersteuning in te voeren waarbij papieren dossiers op termijn verdwijnen.

We maken instellingsbreed de VUB-dienstverlening over studiefinanciering bekend op moment dat de studenten met studiekosten (en mogelijke financiële noden) worden geconfronteerd.

We investeren in een vernieuwde infrastructuur van het kinderdagverblijf in functie van noodzakelijke capaciteitsuitbreiding en actuele en te verwachten kwaliteitseisen10

We bouwen het concept “Huis van het Kind” uit zoals voorzien in het nieuwe decreet (met nadruk op samenwerkingsverbanden tussen verschillende actoren in het kader van preventieve gezinsondersteuning) en met loketfunctie naar studenten met kinderen of studenten met sociaal-psychologische en juridische vragen.

Beslissing is genomen over het al dan niet implementeren van een applicatie voor elektronische aanvraag van financiële ondersteuning door studenten (2023).

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Dienstverlening en contact VUB-studiefinanciering is vermeld op alle facturen naar studenten (2023).

Huis van het kind is gerealiseerd als concept in 2019, als fysiek huis in 2020.

Hoofd Studentenstatuut, Studiefinanciering & Studentenjobs

Lopende

Dossiers worden vanaf academiejaar 2020-2021 enkel elektronisch bijgehouden. De papieren dossiers verdwijnen hierdoor. De aanvraagformulieren zijn in PDF beschikbaar. Enkel de leningcontracten worden nog op papier bijgehouden voor (eventueel juridische) opvolging.

Gestart

De contactgegevens van de dienst staan op zoveel mogelijk facturen (studiegeld, huisvesting, uitstappen,…).

Diensthoofd Kinderdagverblijven Lopende

Eind 2021 kunnen we stellen dat de verwachte oplevertermijnen in 2022 gehaald zullen worden.

Het inhoudelijk veranderingsproces werd in het najaar opgestart met de kindbegeleiding en ook het binnenhalen van het project “Doorgaande lijn” zal bijdragen aan het realiseren van het concept “Huis van het Kind”.

9 Afhankelijk van de mogelijkheden binnen de ICT-planning. 10 Decreet Kinderopvang van 20 april 2012 en de nog te verwachten uitvoeringsbesluiten en het Decreet Preventieve gezinsondersteuning (nog in voorbereiding).

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

We ambiëren één geïntegreerd loket voor sociale dienstverlening (Studentenstatuut & studiefinanciering) op zowel de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus als de Brussels Health Campus, toegankelijk voor alle studenten en niet gesegmenteerd per studentendoelgroep of nationaliteit. De eerste stappen hiervoor hebben we reeds in 2020 gezet. Naar aanleiding van het extra aanbod aan studiefinanciering voor internationale studenten via het Caroline Pauwels Noodfonds, werken we met IRMO nauw samen om de dossiers van internationale studenten te bespreken volgens een afgesproken procedure. De samenwerking verloopt zeer vlot. We zetten deze samenwerking in de volgende jaren verder om studenten zo goed mogelijk te helpen.

In functie van het monitoren (van de evolutie) van de verschillende kanalen van contactnames met Studentenstatuut & Studiefinanciering, vereenvoudigen we de registratietool in Microsoft Lists.

Een duurzaam beleid met betrekking tot de dienstverlening aan studenten (inkomende en uitgaande) die hun solvabiliteit moeten bewijzen dringt zich op. In het kader van het vernieuwen van verblijfsvergunningen voor niet-EER-studenten blijft verdere opvolging van het beleid en overleg met de dienst Vreemdelingenzaken noodzakelijk.

Duidelijke communicatie naar studenten is zeer belangrijk. Wij moeten blijven focussen op het bekendmaken van de sociaal-financiële ondersteuning die de VUB aan studenten aanbiedt.

De betaling van de studiegelden voor niet-beursstudenten blijft voor veel gezinnen moeilijk. We blijven verder inzetten op de invoering van een mogelijkheid om de betaling van het studiegeld te spreiden voor studenten met financiële noden via een toepassing via Selfservice. Momenteel blijven wij nog renteloze leningen toekennen aan studenten om hun studiegeld gespreid te betalen. Aangezien we de afgelopen jaren geconfronteerd werden met een explosieve toename van het aantal renteloze leningen voor het studiegeld, hopen we hiervoor in samenwerking met de Onderwijs- en Studentenadministratie een structurele oplossing te vinden.

We willen onze operationele werking nog verder optimaliseren en moderniseren. Dit moet zich vertalen in minder administratieve processen, een betere dossieropvolging, gemakkelijke rapportering, enzovoort. Daarvoor is het belangrijk dat we aan de slag kunnen met één volledig elektronisch dossierbeheer per student, geïntegreerd in het studenteninformatiesysteem CALI. De basis is gelegd in 2017. Het verbetertraject zal ook de volgende jaren verder worden gezet met bijkomende aanpassingen en toevoegingen. We zijn hierin echter afhankelijk van het CALI-team. Er is nog steeds een code-freeze, waardoor de buitenlandtoelage en de ondersteuning vanuit Caroline Pauwels Noodfonds nog niet zijn geïntegreerd in CALI. Per student is er momenteel een dossier in CALI en een dossier op de Sharepoint van de dienst. Het is namelijk niet mogelijk om alle aanvraagformulieren en stavingsdocumenten op te nemen in het dossier in CALI. Dit laatste zorgt niet voor problemen.

Studentenjobs aan de VUB blijven - zowel aan de zijde van werkverlenende VUB-diensten als aan de zijde van de jobstudenten zelf - heel populair. We moeten blijven inzetten op uitbreiding van het aanbod aan studentenjobs. Het bezorgen van informatie met betrekking tot vacatures van buiten de VUB aan studenten is zeer arbeidsintensief. In 2021 hebben we de eerste stappen gezet om de databank aan te passen. Studenten zouden dan moeten inloggen met hun net-ID van de VUB en zullen dan alle informatie kunnen raadplegen. Deze procedure, zonder tussenstappen, zal er dan voor zorgen dat studenten sneller kunnen solliciteren voor een functie buiten de VUB.

Voor de kinderdagverblijven blijft het belangrijk om buitenlandse studenten met kinderen voldoende te informeren over de taalsituatie in Brussel. Willen buitenlandse studenten dat hun kind bij doorstroom naar het kleuteronderwijs aanspraak kan maken op een plaats in een Nederlandstalige school, dan moet minstens één ouder een kennisniveau 3.1 van het Nederlands hebben.

Voor het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus blijft de opvangvraag van voorrangsgroepen een continu aandachtspunt. De vraag van werkende ouders – personeelsleden vanuit het UZ Brussel en de universiteit – blijft hoog. Deze populatie behoort niet tot een sociale voorrangscategorie. Maar sommige van deze ouders, en dan specifiek de ouders die in het ziekenhuis werken, vinden elders moeilijk opvang omwille van de jobspecifieke werkuren. Een nood waar het VUB kinderdagverblijf in Jette dankzij zijn ruimere opvangmomenten, mogelijkheid tot variabel opvangplan en het niet gebruiken van respijtdagen wel aan beantwoordt. Door het zeer grote aantal vragen, zullen we echter ook in 2022 genoodzaakt zijn om een aantal van deze ouders te laten weten dat er ‘geen plaats’ voor hen is.

De zoektocht naar goede, gekwalificeerde medewerkers blijft een voortdurende uitdaging voor de kinderdagverblijven. Voornamelijk dan de invulling van de posities gesubsidieerd binnen het GECO-systeem.

De verhuis richting de nieuwbouw en de bijhorende ‘vernieuwde interne werking’ en het project ‘Doorgaande lijn’ zijn belangrijke inhoudelijke processen die in 2022 verdergezet of opgestart moeten worden met het team van het kinderdagverblijf op de Brussels Health Campus.

6. MEDISCHE EN PSYCHOLOGISCHE DIENSTVERLENING

Binnen de VUB streven we naar een geïntegreerd aanbod van welzijnsondersteuning. Zowel met verschillende partners binnen de brede universitaire gemeenschap als daarbuiten. Het gros van het aanbod organiseren we vanuit de afdelingen en diensten van het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken. De studentenpsychologen nemen met hun begeleidingsaanbod voor studenten de meest prominente rol op, in nauwe samenwerking met hun collegastudiebegeleiders, studietrajectbegeleiders en jobcoach. Studiebegeleiding vormt voor het welzijnsaanbod een mooie tandem met de afdeling studentenzaken. Die afdeling is beleidsmatig en operationeel actief op het werkterrein van de sociale dienstverlening, de studentenjobs, de studentenwerking, de kotcoach en de studentvriendelijke communicatie (via het Infopunt Studenten). De afdeling zet hard in op het bevorderen en ondersteunen van inclusiviteit en diversiteit binnen de studentengemeenschap. Daarnaast ook op het ondersteunen van onze studentenvertegenwoordigers, die medebestuurders zijn aan onze instelling en dus actief meeschrijven aan onder andere ons welzijnsbeleid. Dit welzijnsbeleid is een gedeeld verhaal van samenwerking die het vicerectoraat Onderwijs en Studentenzaken overstijgt. Met de academisch verantwoordelijke welzijn, Prof. Dr. Valéry Jacobs, die de rector adviseert rond welzijn voor studenten en personeel. Via de samenwerking met de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen, het Brussels University Consultation Center, de campusvoorzieningen, het VUB meldpunt en het UZ Brussel. Aangevuld met het equality team van de VUB, het team compassionate university van de VUB en onze (para)medische diensten die aanwezig zijn op onze Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus:

· Een verzelfstandigde medische groepspraktijk. Naast klassieke huisartsengeneeskunde is één van de huisartsen gespecialiseerd in gynaecologische raadplegingen; Een tandartskabinet; Consultaties specialistische geneeskunde dermatologie en urologie; Een zelfstandige kinesitherapiepraktijk, bvba Kinetiek; Het Brussels Labo voor Inspanning en TopSport (BLITS). Het is een erkend keuringscentrum voor topsporters. Ook studenten kunnen bij de sportartsen terecht voor een inspanningstest of een sportmedisch onderzoek;

· Dilemma, een centrum voor begeleiding van ongeplande zwangerschap en abortus. De overheid zorgt, vooral via RIZIV-tussenkomsten, voor de betoelaging van het centrum. De dienstverlening van het centrum past in de traditie van onze universiteit, die altijd een voortrekkersrol heeft gespeeld in het maatschappelijk debat over ongewenste zwangerschap.

· BRUCC, het Brussels Universities Consultation Center, is een centrum voor psychologische dienstverlening, opleiding en onderzoek dat ontstond uit de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen op de VUB. Het biedt individuele begeleiding, groepssessies en psychodiagnostisch onderzoek aan, alsook workshops en lezingen voor professionelen en voor een breder publiek. Studenten kunnen er bijvoorbeeld terecht voor een cursus mindfulness. een Meldpunt voor Grensoverschrijdend Gedrag

Op de Brussels Health Campus is het Centrum voor Algemeen Welzijnswerk (CAW) actief. De studenten van de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus kunnen terecht in de CAW-onthaalpunten in Brussel-centrum, Jette of Anderlecht. Het centrum is toegankelijk voor iedereen met uiteenlopende welzijnsvragen en -problemen.

Op de Brussels Health Campus werkt de universiteit samen met de huisartsenpraktijk Patio. Verder neemt het Universitair Ziekenhuis Brussel een prominente plaats in. We verwijzen studenten naar het ziekenhuis wanneer tweedelijns medische hulp aangewezen is. In de Tandheelkundige Kliniek kunnen studenten terecht voor tandzorg.

Toegang

Al onze medische en paramedische dienstverlening is toegankelijk voor alle studenten van de VUB en EhB, minstens in het Nederlands en in het Engels (en bijna altijd ook in het Frans), onafhankelijk van op welke campus ze les hebben. De dienstverlening staat ook open voor externen.

Nieuw in 2021

Na uitvoerige gesprekken in 2020 en 2021 ondertekenden de VUB en CAW Brussel in juli 2021 een nieuwe samenwerkingsovereenkomst. Deze focust op goede doorverwijzing vanuit de universiteit naar CAW enerzijds, en zichtbaarheid en bekendheid van CAW naar studenten anderzijds. Binnen onze vernieuwde samenwerking organiseren we, samen met het team preventie van CAW Brussel, meermaals per jaar workshops en groepssessies rond actuele welzijnsthema’s. Op initiatief van de universiteit stelt CAW deze via Brik open voor alle Nederlandstalige hoger onderwijsinstellingen in Brussel. In het najaar van 2021 organiseerden we drie sessies onder de titel “How to Stay Happy”.

Gelinkt aan de hernieuwde samenwerking is de antennewerking op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus beëindigd sinds april 2021. Deze uitbating was niet meer haalbaar/betaalbaar binnen de werking van CAW Brussel. We legden in een detacheringsovereenkomst met meer gebalanceerde financiële afspraken ook duidelijkere afspraken vast over de naar CAW Brussel gedetacheerde VUB-medewerker (1 VTE).

In maart 2021 zette één van de zelfstandige artsen de samenwerking met Dilemma stop. Ondanks verwoede pogingen lukte het niet om een nieuwe abortusarts te vinden.

In het voorjaar van 2021 was er een grote terugval in het aantal aanvragen bij Dilemma. Vanaf de zomer steeg het aantal aanvragen weer, met vervolgens een grote toevloed in het najaar. In die mate dat de beschikbare consultatiemogelijkheden onvoldoende bleken. De wachttijd voor cliënten liep hierdoor op.

Stage-verzoeken van studenten verpleegkunde (Erasmus Hogeschool Brussel) en studenten geneeskunde (VUB) liepen frequenter dan voorheen binnen, onder andere dor positieve feedback van medestudenten die eerder in contact kwamen met Dilemma.

In de zomer werkte het centrum voor het eerst met een jobstudent. Die positieve ervaring is voor herhaling en uitbreiding vatbaar.

Eind 2021 is de voorbereiding van de geplande herinrichting van het medisch kabinet gestart in samenwerking met een gespecialiseerd architectenbureau.

Tot slot was er in 2021 veel overleg met LUNA vzw en de Franstalige abortuscentra omtrent een voorstel van aanpassing van de RIZIV overeenkomst, in het kader van de wetswijziging van 2018. Dit overleg zit in een eindfase, maar is nog niet afgerond.

Sinds november 2021 is er een voltijds coördinator (1 VTE) voor het Meldpunt voor Ongewenst Grensoverschrijdend

Gedrag en het luik psychosociale aspecten. Naast het opvolgen van de meldingen, werkt de coördinator verder aan de hervorming van het Meldpunt op basis van de analyse van externe partner The Human Link.

De medische groepspraktijk stond in 2021 opnieuw aan de frontlijn van de COVID-19-pandemie. Door de grote drukte zette de praktijk een aantal initiatieven uit 2020 verder, waaronder de digitale dienstverlening per mail voor advies, testcodes en COVID-19-attesten. Kenmerken voor 2021 was alleszins het grote aantal vragen over het vaccinatiecertificaat en het Covid Safe Ticket. Vooral voor internationale studenten was het moeilijk om aan deze documenten te geraken, omdat zij bij aankomst in ons land niet snel over een ID of Belgisch Nationaal Nummer beschikken. Daarnaast ervaarde de praktijk ook een grote werklast verbonden aan het in Vaccinet ingeven van vaccinatiegegevens van personen die buiten Europa een in België erkend vaccin verkregen. Voor COVID-19-testen legde de praktijk de focus opnieuw op personen zonder nationaal nummer (onder andere de net gearriveerde internationale studenten), minder digitaal vaardige personen en personen met ernstige symptomen. Andere patiënten verwees de praktijk indien mogelijk door naar Telemedi of naar de Brusselse testcentra. De praktijk koos voor deze werkwijze, zodat de artsen toch nog voldoende bereikbaar konden zijn voor patiënten met niet-COVID-19-gerelateerde klachten. De universiteit stelde vanaf de zomer van 2021 een jobstudent aan ter ondersteuning van het onthaal van de groepspraktijk van artsen en tandarts. In oktober 2021 startte er een nieuwe Huisarts in Opleiding bij de praktijk.

In nauwe samenwerking met de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Gewest leverden we mee inspanningen om de vaccinatiegraad op onze campussen en in Brussel te verhogen. Op de Brussels Health Campus kwam de vaccinatiebus tweemaal langs. In september en oktober 2021 opende de VUB op verschillende dagen een vaccinatiepunt op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. Aan deze initiatieven koppelden we een communicatiecampagne. We ervaarden de werkwijze met vaccinatie door jobstudenten geneeskunde en toezicht door gepensioneerde VUB-artsen en assistenten in opleiding als zeer positief. We slaagden er via dit laagdrempelige bereikbare aanbod, goede informatieverspreiding en de gespreksmogelijkheid met een arts in om een aantal vaccintwijfelaars te overtuigen. Ook internationale studenten zonder of met een niet-erkend vaccin apprecieerden dat zij op de campus een vaccin konden krijgen. In totaal konden we een 400-tal vaccins toedienen aan zowel studenten, personeelsleden als buurtbewoners. Via de contacten met de huisartsenpraktijk konden we ook heel wat mensen verder helpen met hun vragen over het vaccinatiecertificaat en het Covid Safe Ticket.

De stuurgroep studentenwelzijn heeft samen fors ingezet op het versterken van het welzijnsaanbod en de bekendheid ervan voor studenten, als onderdeel van ons welzijnsbeleid. Dit kadert binnen het nieuwe welzijnsbeleid. Hieronder een overzicht van de verschillende initiatieven:

 de stuurgroep “studentenwelzijn” komt grosso modo maandelijks samen en volgt de realisatie van de doelstellingen die deel uitmaken van de strategische doelstelling “het verhogen van het welzijn van studenten” (als onderdeel van het Algemeen Strategisch Plan, ASP4) op. Om het overzicht te bewaken en mogelijke versnippering te vermijden, coördineert de stuurgroep alle mogelijke en diverse welzijnsinitiatieven voor studenten aan de VUB.

 we creëerden met de stuurgroep “studentenwelzijn” een duidelijke missie en visie op het welzijnsbeleid voor studenten aan de VUB: we(l)zijn studenten.

 via de MARCOM-campagne ‘De wereld heeft je nodig’ ondersteunen we de welzijnsinitiatieven die de studenten zelf ondernemen voor hun medestudenten (bijvoorbeeld praatgroepen voor en door studenten).

 Tijdens de maand februari liep er op de sociale mediakanalen van de VUB een campagne specifiek gericht op het welzijn van onze studenten.

 We ontwikkelden een welzijnsstrip voor onze studenten. Daarmee wilden we op een laagdrempelige manier de studenten (h)erkenning geven voor de moeilijke COVID-tijd en voor de inspanningen die ze hiervoor leverden. Tegelijk bundelde de welzijnsstrip welzijns- en studeertips op visuele wijze, en met een laagje humor. Via een fysieke verdeling konden we in februari 2021 aan 5.000 studenten (eerstejaarsstudenten, internationale studenten

en kotstudenten) een exemplaar bezorgen. De online versie publiceerden we op de “Leave No One Behind”-pagina op de studentenwebsite en via YouTube.

 Bij de start van het academiejaar herwerkten we onze welzijnsstrip samen met de andere Brusselse hoger onderwijsinstellingen; de COVID-elementen lieten we eruit weg. 4.000 exemplaren verdeelden we tijdens de onthaalweek via de goodiebag voor nieuwe VUB-studenten.

 De mogelijkheid om via het Caroline Pauwels Noodfonds in specifieke gevallen financiële ondersteuning te bieden aan studenten met urgente welzijnsnoden (bijvoorbeeld voor het vergoeden van noodzakelijke therapie of begeleiding).

Het Brussels University Consultation Center en de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen hebben masterstudenten psychologie opgeleid om alle VUB-studenten op te bellen. Met de belactie “VUB geeft om jou” wilden we in de lente van 2021 bij de studenten zelf horen hoe het met hen ging, hun welzijnssituatie screenen en hen zo nodig doorverwijzen naar de gepaste hulp.

 We creëerden in ons onderwijsleerplatform Canvas voor alle ingeschreven VUB-studenten een online leeromgeving rond ‘omgaan met stress” en ‘goed in je vel voelen’.

 Bij de start van het 2de semester van het academiejaar 2020-2021 bezorgden we aan docenten slides met beknopte informatie over het diverse ondersteuningsaanbod voor studenten aan de VUB. Docenten konden deze slides aan het begin van hun hoorcollege tonen aan de studenten. In het verlengde creëerden we voor docenten de workshop “hoe studenten ondersteunen”, met inbegrip van het delen van good practices onder docenten.

 We namen begin oktober deel aan de Vlaamse week van de veerkracht. Gelinkt aan het thema “ontmoeting” organiseerden we op zowel de Brussels Health Campus en de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus verschillende laagdrempelige activiteiten om studenten aan te moedigen elkaar te ontmoeten en hen te sensibiliseren rond het thema veerkracht.

 We creëerden extra infographics waarmee studenten zelf aan de slag konden gaan met hun welzijn. De infographics zoomden in op onder andere volgende thema’s: stress en stresssignalen, uitstelgedrag, slaap, buikademhaling, faalangst, piekeren, veerkracht in tijden van corona, omgaan met donkere gedachten, omgaan met angst, help ik verwond mezelf, mentale gezondheid en vrienden helpen met psychische stress.

 De groepsinterventies van het team studentenpsychologen zijn uitgebreid; ze bieden een breed aanbod van therapieën, begeleidingen, workshops en trainingen. Voor meer details verwijzen we naar het jaarverslag onderwijs.

 We vernieuwden de werking van de studentenpsychologen, met inbegrip van de mogelijkheid tot een versnelde afspraak voor studenten in crisis.

 We werkten met de Brusselse verbindingsofficier van het Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs samen voor de uitvoering van hun opdracht van de Vlaamse minister van onderwijs: het studentenwelzijn tijdens en in de nasleep van de coronapandemie duurzaam versterken. Concreet werkte het SIHO aan het versterken en vergroten van samenwerking tussen de hoger onderwijsinstellingen binnen dezelfde studentensteden, de ontwikkeling van een centraal platform studentenwelzijn en het opzetten van een lerend netwerk. We namen met de VUB deel aan verschillende bijeenkomsten van het lerend netwerk. In december lanceerde SIHO zijn centraal platform: Moodspace. Het is een plek voor studenten, vol betrouwbare info, tips en zelfhulp om emotionele problemen het hoofd te bieden en (veer)krachtig te studeren. Met ruimte voor verhalen van studenten, peptalk en wegwijzers naar een luisterend oor. We brengen Moodspace ook in het vizier van onze VUB-studenten én VUB-medewerkers. Het platform biedt aan medewerkers immers ook tips om om te gaan met studenten waarover ze zich zorgen maken.

 We verspreidden in de lente onder onze studenten de vierjaarlijkse survey van het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere drugs (VAD) die peilt naar het alcohol- en ander druggebruik van studenten in het Vlaamse hoger onderwijs. We verwachten de resultaten in de loop van 2022. We zijn met CGG Brussel ondertussen de samenwerking aangegaan voor de ontwikkeling van een alcohol- en andere drugbeleid op maat van onze instelling, in 2022.

We verwachten de resultaten in de loop van 2022. We zijn met CGG Brussel ondertussen de samenwerking aangegaan voor de ontwikkeling van een alcohol - en andere drugbeleid op maat van onze instelling, in 2022.

Kengetallen en trends

We verwachten de resultaten in de loop van 2022. We zijn met CGG Brussel ondertussen de samenwerking aangegaan voor de ontwikkeling van een alcohol - en andere drugbeleid op maat van onze instelling, in 2022.

Kerngetallen en trends

Kerngetallen en trends

Evolutie aantal vooronderzoeken en abortussen (aspiratie en medicamenteus)

Dilemma-VUB

Evolutie aantal vooronderzoeken en abortussen (aspiratie en medicamenteus) Dilemma-VUB

vooronderzoeken abortusingrepen

Figuur 36: Evolutie van het aantal vooronderzoeken en abortussen sinds 1999. In 2021 kwamen 787 vrouwen op gesprek om hun ongeplande zwangerschap te bespreken. 663 van de 787 vrouwen kozen ervoor om de zwangerschap af te breken. Deze cijfers hebben betrekking op al le cliënten van Dilemma-VUB.

vooronderzoeken abortusingrepen

Figuur 36: Evolutie van het aantal vooronderzoeken en abortussen sinds 1999. In 2021 kwamen 787 vrouwen op gesprek om hun ongeplande zwangerschap te bespreken. 663 van de 787 vrouwen kozen ervoor om de zwangerschap af te breken. Deze cijfers hebben betrekking op alle cliënten van Dilemma-VUB.

Figuur 36: Evolutie van het aantal vooronderzoeken en abortussen sinds 1999. In 2021 kwamen 787 vrouwen op gesprek om hun ongeplande zwangerschap te bespreken. 663 van de 787 vrouwen kozen ervoor om de zwangerschap af te breken. Deze cijfers hebben betrekking op al le cliënten van Dilemma-VUB.

Dilemma-VUB: aantal vooronderzoeken studenten en leerlingen

Dilemma-VUB: aantal vooronderzoeken studenten en leerlingen

VUB-studenten leerlingen secundair onderwijs totaal vooronderzoeken studenten hoger onderwijs (inclusief VUB)

VUB-studenten leerlingen secundair onderwijs totaal vooronderzoeken studenten hoger onderwijs (inclusief VUB)

Figuur 37: Evolutie van het aantal vooronderzoeken op Dilemma per jaar bij studenten uit het hoger onderwijs en leerlingen uit het secundair onderwijs in verband met een ongeplande zwangerschap. Ten opzichte van 2020 bleef het aantal studenten hoger onderwijs nagenoeg onveranderd, en is er een daling van leerlingen uit het secundair onderwijs

Figuur 37: Evolutie van het aantal vooronderzoeken op Dilemma per jaar bij studenten uit het hoger onderwijs en leerlingen uit het secundair onderwijs in verband met een ongeplande zwangerschap. Ten opzichte van 2020 bleef het aantal studenten hoger onderwijs nagenoeg onveranderd, en is er een daling van leerlingen uit het secundair onderwijs

Figuur 37: Evolutie van het aantal vooronderzoeken op Dilemma per jaar bij studenten uit het hoger onderwijs en leerlingen uit het secundair onderwijs in verband met een ongeplande zwangerschap. Ten opzichte van 2020 bleef het aantal studenten hoger onderwijs nagenoeg onveranderd, en is er een daling van leerlingen uit het secundair onderwijs

CAW - opgevolgde doorverwijzingen door VUB

CAW - opgevolgde doorverwijzingen door VUB

Slachtofferhulp Team Migratie Team Onthaal Team Psychologische Hulpverlening JAC

Team Migratie Team Onthaal Team Psychologische Hulpverlening JAC

Figuur 38: Zowel het aantal opvolgingen in een onthaalfase als in een begeleidingstraject stijgt: van 24 naar 37 doorverwijzingen opgevolgd via de CAW-onthaalteams en van 9 naar 26 begeleidingstrajecten. Bovendien resulteert een groter aandeel van de aanmeldingen bij het onthaal in een begeleiding: 70% versus 38% in 2020. Wie niet in een begeleidingstraject terechtkomt, is ofwel reeds geholpen door de korte contacten, reacties of vraagverheldering bij het onthaal, of werd doorverwezen naar een externe hulpverlener. Op vlak van onthaal zien we een verschuiving van de doorverwijzingen naar het JAC (Jongeren Advies Centrum) i.p.v. het algemene CAW-onthaal. Dit omwille van duidelijkere interne VUB-afspraken om jongeren onder de 25 jaar naar het JAC door te verwijzen. De stijging kan zowel te wijten zijn aan de verbeterde samenwerking en de afspraken omtrent doorverwijzing door de VUB, als een betere opvolging van de registratie binnen CAW.

Figuur 38: Zowel het aantal opvolgingen in een onthaalfase als in een begeleidingstraject stijgt: van 24 naar 37 doorverwijzingen opgevolgd via de CAW -onthaalteams en van 9 naar 26 begeleidingstrajecten. Bovendien resulteert een groter aandeel van de aanmeldingen b ij het onthaal in een begeleiding: 70% versus 38% in 2020. Wie niet in een begeleidingstraject terechtkomt, is ofwel reeds geholpen door de korte contacten, reacties of vraagverheldering bij het onthaal, of werd doorverwezen naar een externe hulpverlener. Op vlak van onthaal zien we een verschuiving van de doorverwijzingen naar het JAC (Jongeren Advies Centrum) i.p.v. het algemene CAWonthaal. Dit omwille van duidelijkere interne VUB -afspraken om jongeren onder de 25 jaar naar het JAC door te verwijzen. De stijging kan zowel te wijten zijn aan de verbeterde samenwerking en de afspraken omtrent doorverwijzing door de VUB, als een betere opvolging van de registratie binnen CAW.

Figuur 38: Zowel het aantal opvolgingen in een onthaalfase als in een begeleidingstraject stijgt: van 24 naar 37 doorverwijzingen opgevolgd via de CAW -onthaalteams en van 9 naar 26 begeleidingstrajecten. Bovendien resulteert een groter aandeel van de aanmeldingen b ij het onthaal in een begeleiding: 70% versus 38% in 2020. Wie niet in een begeleidingstraject terechtkomt, is ofwel reeds geholpen door de korte contacten, reacties of vraagverheldering bij het onthaal, of werd doorverwezen naar een externe hulpverlener. Op vlak van onthaal zien we een verschuiving van de doorverwijzingen naar het JAC (Jongeren Advies Centrum) i.p.v. het algemene CAWonthaal. Dit omwille van duidelijkere interne VUB -afspraken om jongeren onder de 25 jaar naar het JAC door te verwijzen. De stijging kan zowel te wijten zijn aan de verbeterde samenwerking en de afspraken omtrent doorverwijzing door de VUB, als een betere opvolging van de registratie binnen CAW.

Figuur 39: Qua thematiek zijn er vooral veel vragen omtrent psychisch welbevinde n, stress en draagkracht en relaties (familiaal, met partner of tussen ouder en kind).

Figuur 39: Qua thematiek zijn er vooral veel vragen omtrent psychisch welbevinde n, stress en draagkracht en relaties (familiaal, met partner of tussen ouder en kind).

Figuur 39: Qua thematiek zijn er vooral veel vragen omtrent psychisch welbevinden, stress en draagkracht en relaties (familiaal, met partner of tussen ouder en kind).

Slachtofferhulp

CAW - leeftijdscategorieën in onthaalfase

CAW - leeftijdscategorieën in onthaalfase

18-20 jaar 21-24 jaar 25-29jaar 30-39 jaar 40-59 jaar

18-20 jaar 21-24 jaar 25-29jaar 30-39 jaar 40-59 jaar

CAW - leeftijdscategorieën in begeleidingsfase

CAW - leeftijdscategorieën in begeleidingsfase

18-20 jaar 21-24 jaar 25-29jaar 30-39 jaar 40-59 jaar

18-20 jaar 21-24 jaar 25-29jaar 30-39 jaar 40-59 jaar

Figuren 40 en 41: Zowel in de onthaalfase als de opgestarte begeleidingstrajecten zien we dat jongeren onder de 25 jaar ruim 2/3de uitmaken van de opgevolgde VUB-doorverwijzingen. Slechts 10-15% van de doorverwijzingen betreft personen boven de 30 jaar. Hiervoor zijn er verschillende verklaringen mogelijk: de goede samenwerking tussen het StudieBegeleidingsCentrum (SBC) van de VUB en het JAC is er één van. SBC focust op opvolging van issues die impact hebben op of verband houden met onderwijs en verwijst andere problemen consequent door naar CAW. Vanuit de personeelsgeledingen is er een minder consequente doorverwijzing, omdat personeel vaker de financiële draagkracht heeft om extern (betalende) hulp te zoeken. Onder andere om die redenen beschouwt CAW de doelgroep jongeren als een meer kwetsbare groep. Onthaal en begeleiding gebeuren voornamelijk in het Nederlands, maar in 2021 was er éénmaal een traject in het Roemeens (met tolk) en tweemaal in het Engels.

Figuren 40 en 41: Zowel in de onthaalfase als de opgestarte begeleidingstrajecten zien we dat jongeren onder de 25 jaar ruim 2/3de uitmaken van de opgevolgde VUB-doorverwijzingen. Slechts 10-15% van de doorverwijzingen betreft personen boven de 30 jaar. Hiervoor zijn er ver schillende verklaringen mogelijk: de goede samenwerking tussen het StudieBegeleidingsCentrum (SBC) van de VUB en het JAC is er één van. SBC focust op opvolging van issues die impact hebben op of verband houden met onderwijs en verwijst andere problemen consequent door naar CAW. Vanuit de personeelsgeledingen is er een minder consequente doorverwijzing, omdat personeel vaker de financiële draagkracht heeft om extern (betalende) hulp te zoeken. Onder andere om die redenen beschouwt CAW de doelgroep jongeren als een meer kwetsbare groep. Onthaal en begeleiding gebeuren voornamelijk in het Nederlands, maar in 2021 was er éénmaal een traject in het Roemeens (met tolk) en tweemaal in het Engels.

Figuren 40 en 41: Zowel in de onthaalfase als de opgestarte begeleidingstrajecten zien we dat jongeren onder de 25 jaar ruim 2/3de uitmaken van de opgevolgde VUB-doorverwijzingen. Slechts 10-15% van de doorverwijzingen betreft personen boven de 30 jaar. Hiervoor zijn er ver schillende verklaringen mogelijk: de goede samenwerking tussen het StudieBegeleidingsCentrum (SBC) van de VUB en het JAC is er één van. SBC focust op opvolging van issues die impact hebben op of verband houden met onderwijs en verwijst andere problemen consequent door naar CAW. Vanuit de personeelsgeledingen is er een minder consequente doorverwijzing, omdat personeel vaker de financiële draagkracht heeft om extern (betalende) hulp te zoeken. Onder andere om die redenen beschouwt CAW de doelgroep jongeren als een meer kwetsbare groep. Onthaal en begeleiding gebeuren voornamelijk in het Nederlands, maar in 2021 was er éénmaal een traject in het Roemeens (met tolk) en tweemaal in het Engels.

Personeel

Personeel Student Extern

Student Extern

Figuur 42: Er waren in 2021 91 meldingen voor ongewenst grensoverschrijdend gedrag. In 2020 waren dit er 67, 102 in 2019 en 78 in 2018. Melders waren hoofdzakelijk studenten, maar ook personeel en externen. De meldingen hadden betrekking op psychisch geweld, seksueel grensoverschrijdend gedrag, discriminatie/racisme, pesterijen of waren vragen naar informatie.

Figuur 42: Er waren in 2021 91 meldingen voor ongewenst grensoverschrijdend gedrag. In 2020 waren dit er 67, 102 in 2019 en 78 in 2018. Melders waren hoofdzakelijk studenten, maar ook personeel en externen. De meldingen hadden betrekking op psychisch geweld, seksueel grensoverschrijdend gedrag, discriminatie/racisme, pesterijen of waren vragen naar informatie.

Figuur 42: Er waren in 2021 91 meldingen voor ongewenst grensoverschrijdend gedrag. In 2020 waren dit er 67, 102 in 2019 en 78 in 2018. Melders waren hoofdzakelijk studenten, maar ook personeel en externen. De meldingen hadden betrekking op psychisch geweld, seksueel grensoverschrijdend gedrag, discriminatie/racisme, pesterijen of waren vragen naar informatie.

De vertrouwenspersoon voor studenten heeft in 2021 in totaal 11 meldingen binnengekregen; 6 meer dan in 2020. De vertrouwenspersoon heeft enkele studenten doorverwezen naar een psycholoog, in een aantal gevallen contact genomen met de betrokkenen of met de hiërarchische lijn. De meldingen gaan over uiteenlopende onderwerpen: van interpersoonlijke conflicten over racisme tot grensoverschrijdend gedrag.

De vertrouwenspersoon voor studenten heeft in 202 1 in totaal 11 meldingen binnengekregen; 6 meer dan in 2020. De vertrouwenspersoon heeft enkele studenten doorverwezen naar een psycholoog, in een aantal gevallen contact genomen met de betrokkenen of met de hiërarchische lijn. De meldingen gaan over uiteenlopende onderwerpen: van interpersoonlijke conflicten over racisme tot grensoverschrijdend gedrag.

Personeel

De vertrouwenspersoon voor studenten heeft in 202 1 in totaal 11 meldingen binnengekregen; 6 meer dan in 2020. De vertrouwenspersoon heeft enkele studenten doorverwezen naar een psycholoog, in een aantal gevallen contact genomen met de betrokkenen of met de hiërarchische lijn. De meldingen gaan over uiteenlopende onderwerpen: van interpersoonlijke conflicten over racisme tot grensoverschrijdend gedrag.

Personeel

Personeel

1 VTE van de VUB werkt in een uitdovend sce nario voor CAW Brussel. Zij wordt gedeeltelijk betaald via de subsidie -enveloppe van CAW Brussel en gedeeltelijk via de begroting van de VUB. De loonkost van deze gemuteerde medewerker is vanaf 2022 niet meer ten laste van afdeling III en ook tijdens langd urige afwezigheid wordt er geen loonkost geboekt.

1 VTE van de VUB werkt in een uitdovend sce nario voor CAW Brussel. Zij wordt gedeeltelijk betaald via de subsidie -enveloppe van CAW Brussel en gedeeltelijk via de begroting van de VUB. De loonkost van deze gemuteerde medewerker is vanaf 2022 niet meer ten laste van afdeling III en ook tijdens langd urige afwezigheid wordt er geen loonkost geboekt.

1 VTE van de VUB werkt in een uitdovend scenario voor CAW Brussel. Zij wordt gedeeltelijk betaald via de subsidieenveloppe van CAW Brussel en gedeeltelijk via de begroting van de VUB. De loonkost van deze gemuteerde medewerker is vanaf 2022 niet meer ten laste van afdeling III en ook tijdens langdurige afwezigheid wordt er geen loonkost geboekt.

Van 1 december 2020 tot en met 31 november 2021 konden we vanuit afdeling III het team studentenpsychologen versterken met twee halftijdse psychologen van het Brussels University Consultation Center vanuit de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen. Van 1 januari 2021 tot en met eind december 2021 konden we (buiten afdeling III) een

Van 1 december 2020 tot en met 31 november 2021 konden we vanuit afdeling III het team studentenpsychologen versterken met twee halftijdse psychologen van het Brussels University Consultation Center vanuit de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen. Van 1 januari 2021 tot en met eind december 2021 konden we (buiten afdeling III) een extra studentenpsycholoog voor de begeleiding van internationale studenten inzetten. Met deze versterkingen konden we de taaklast voor het overbevraagde team van studentenpsychologen milderen. Voor meer duiding bij de werking van de studentenpsychologen, verwijzen we naar het jaarverslag onderwijs van de VUB.

Van 1 december 2020 tot en met 31 november 2021 konden we vanuit afdeling III het team studentenpsychologen versterken met twee halftijdse psychologen van het Brussels University Consultation Center vanuit de faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen. Van 1 januari 2021 tot en met eind december 2021 konden we (buiten afdeling III) een

De overige medische voorzieningen (groepspraktijk, tandarts, de tandheelkundige kliniek, Dilemma, Kinetiek, BLITS) hebben geen personeelsleden betaald op afdeling III.

In het najaar van 2021 startte de coördinator psychosociale aspecten en meldpunt. Deze coördinator maakt prioritair werk van een plan voor de verdere bestaffing en operationele werking van het VUB-meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag op basis van de aanbevelingen uit de audit veiligheid en de evaluatie van het VUB-meldpunt zelf. Op basis van het gebruik van het VUB-meldpunt door studenten en medewerkers, hanteren we voor de financiering van de personeels- en werkingskost van de 1 VTE coördinator psychosociale aspecten en meldpunt een gelijke verdeelsleutel van 50%, betaald op afdeling III.

Resultaten en betoelaging

In 2020 was er opnieuw een begrotingsoverschot bij Dilemma. Het coronaveilig werken betekende meer uitgaven aan Dilemma sluit het boekjaar 2021 af met een negatief financieel resultaat van ongeveer €35.000. Dit is te wijten aan achterstallige betalingen vanuit het RIZIV. Samen met de financiële dienst van de VUB hebben we al heel wat acties ondernomen om deze achterstallige betalingen op te sporen en aanmaningen te versturen. De administratie hierrond verloopt moeilijk. Om dergelijke tekorten op termijn te vermijden, wensen we een transparanter en makkelijker hanteerbaar systeem op poten te zetten dat ons moet toelaten om achterstallige betalingen makkelijker op te volgen.

In afwachting van de jaarrekeningen van VUB schatten we voor 2021 de bijdrage vanuit afdeling III naar CAW voor de gedetacheerde personeelsleden in op circa €15.000, ruim €35.000 minder dan in 2020 en €70.000 minder dan in 2019. Er is nog slechts 1 VTE gedetacheerd naar CAW Brussel; in de nieuwe overeenkomsten zijn meer evenwichtige financiële afspraken opgenomen. De loonkost van deze gemuteerde medewerker is vanaf 2022 niet meer ten laste van afdeling III.

Evaluatie doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen VUB per werkveld

We benaderen de medische en psychologische dienstverlening aan studenten op brede, integrale wijze.

Operationele doelstellingen van de afdeling

We stemmen af tussen de verschillende dienstverleners (medische groepspraktijk, Dilemma, CAW Brussel, UZ Brussel, Kinetiek, BLITS, …).

Indicatoren

Duidelijke afspraken over welke dienst welke dienstverlening aanbiedt (2019-2023).

Projectleider

Evaluatie 2021

Algemeen Beheerder itgevoerd

Deze afstemming en het creëren van duidelijke samenwerkings- en doorverwijsafspraken gebeurt vanuit de schoot van de stuurgroep studentenwelzijn.

Regelmatige overlegvergadering met expertise-uitwisseling en voor beleidsondersteuning (2019-2023).

Algemeen Beheerder

Algemeen Beheerder

In uitvoering

In mei 2019 organiseerden we een kennismakingsmoment met het Meldpunt en verschillende andere welzijnsactoren.

Tweemaal per jaar is er overleg tussen CAW Brussel en de belangrijkste welzijnsactoren van de universiteit (o.a. SBC).

Er wordt overleg gepland tussen de groepspraktijk en verschillende psychosociale actoren. Het studentenbeleid inzake gehoorpreventie en alcoholpreventie in het uitgaansleven wordt ondersteund door de medische en psychologische dienstverleners (20192023).

Gerealiseerd

We werkten mee aan de campagne van VAD, het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs: “student zijn is… meer dan zuipen. We hebben de affiches van de campagne op onze campussen verspreid. De online campagne werkte met een reeks authentieke verhalen waarin alcohol realistisch in beeld komt. Een VUB-studente was één van de vier studenten die in de campagne geportretteerd werd en die online een inkijk gaf in haar leven als student.

Het CAW is aanwezig op de Kick-off, waar het haar aanbod voor studenten presenteert. In de vernieuwde samenwerkingsovereenkomst zetten we in op workshops en groepsessies rond actuele welzijnsthema’s.

We verspreidden in april 2021 de VAD-survey die bij de Vlaamse studenten peilt naar hun gebruik van alcohol en andere drugs. We zijn met CAW Brussel een samenwerking gestart voor de ontwikkeling van een VUB-beleid (preventief en reactief) alcohol- en andere drugs.

We organiseren het “huis van het kind” op Brussels Health campus.

We evalueren en optimaliseren het Meldpunt grensoverschrijdend gedrag.

Het is duidelijk voor de studenten waar ze een (eventueel externe) medische dienstverlener of een psycholoog kunnen consulteren (2019-2023).

Algemeen Beheerder

Gerealiseerd

Op de studentenwebsite staan de verschillende medische en psychosociale deelwerkingen per campus vermeld.

In Jette werd een samenwerking met een nabijgelegen meertalige huisartsenpraktijk opgestart zodat studenten er ook bij een huisarts terechtkunnen.

De verschillende dienstverleningen verwijzen wanneer nodig actief naar elkaar en naar externe dienstverleners door. Binnen de vernieuwde overeenkomst met CAW hebben we onderling duidelijkere afspraken gemaakt over doorverwijzing van studenten. SOA-preventie gebeurt op campus en vrijwillige SOA-tests zijn mogelijk op campus (2019-2023).

We evalueren de werking van het meldpunt grensoverschrijdend gedrag in samenwerking met andere welzijnsactoren op en rond de campus in functie van gebruik door studenten (20192023).

Het meldpunt grensoverschrijdend gedrag is door de studenten even goed gekend als andere studentgerichte dienstverlening (ten laatste in 2023).

Hoofd VUBDilemma

Algemeen Beheerder

Opgestart

Er zijn voorbereidende gesprekken geweest tussen Dilemma en de dienst Studentenzaken. Door corona on hold geplaatst in 2020 en 2021.

Gerealiseerd

Samen met een externe partner, i.e. The Human Link, werd nagedacht over de optimale werking en de e doorstart van een geoptimaliseerd meldpunt. In het najaar van 2021 is een coördinator gestart binnen het vernieuwde meldpunt.

Algemeen Beheerder

We onderhandelen met de stakeholders betrokken bij het ‘huis van het kind’ om de dienstverlening aan onze studenten zo veel mogelijk te maximaliseren.

De dienstverlening aan studenten via het ‘huis van het kind’ is concreet en wordt duidelijk gecommuniceerd naar de studenten (ten laatste in 2023).

Algemeen Beheerder

In uitvoering

Wegens de lopende context (wegvallen CAW/interne doorstart) en o.i.v. de COVID-19 pandemie werden verdere bekendmakingsacties on hold gezet.

Opgestart

De gebruikers en actoren van Huis van het Kind zijn in september uitgenodigd voor een kennismaking en werfbezoek. Er zijn een aantal opportuniteiten, o.a. gebruik van de workshopruimtes en de sportzaal voor activiteiten naar studenten toe. De dienstverlening van CAW Brussel blijft vlot toegankelijk voor studenten. Huis van het Kind richt zich op kinderen en jongeren tot 25 jaar. Ook studenten die zelf kinderen hebben kunnen er terecht.

Opportuniteiten en bedreigingen

Op de Brussels Health Campus bouwen we sinds 2020 aan het nieuwbouwproject “Theodoortje”. In het modulaire schoolgebouw krijgen de VUB Kinderdagverblijven, basisschool Theodoortje, CAW Brussel en de scouts van Jette een plek. We bouwen er ook een Huis van het Kind uit. De Kinderdagverblijven haalden samen met basisschool en de IBO de Puzzel (Initiatief voor Buitenschoolse Opvang) alvast subsidies binnen voor het pilootproject Doorgaande Lijn. Dit biedt heel wat opportuniteiten; zo kunnen de sportzaal van de school en de workshopruimte van het Huis van het Kind ook gebruikt worden voor activiteiten gericht naar studenten. De actoren op de kindercampus zijn voorlopig sterk gericht op jonge kinderen (0 – 6 jaar). We moeten benadrukken dat het Huis van het Kind ook een aanbod kan hebben voor jongeren tot 25 jaar zodat dit ook ten dienste staat van de studenten.

Bij de groepspraktijk is het aantal beschikbare consultatie-uren te beperkt om volledig aan de vraag te voldoen. We moeten in overleg bekijken hoe we hiermee omgaan en uitkijken naar de mogelijkheid om een bijkomende zelfstandige arts in te schakelen. Heel wat Belgische studenten hebben een vaste huisarts buiten de universiteit (waar zij ook hun Globaal Medisch Dossier hebben) maar contacteren steevast de groepspraktijk op de campus voor vragen en afwezigheidsattesten; dit blijft niet ongelimiteerd werkbaar. Ook bij Dilemma is er een arts te kort. De Tandheelkundige Kliniek zoekt eveneens verwoed verder naar tandartsen. Dit kadert allemaal in het Brussel-brede tekort aan Nederlandstalige huis- en tandartsen waardoor de vraag overal zeer hoog is. Corona stelde bovendien bijzondere uitdagingen voor de artsen- en tandartsenpraktijk op vlak van veiligheid en dienstverlening. Door de hoge werkdruk is er amper tijd voor overleg en afstemming met VUB-diensten en andere medische actoren

Als opportuniteit kunnen we onze VUB-connecties met o.a. de medische faculteit en het ziekenhuis actiever proberen in te schakelen.

Eind 2021 werd er een coördinator van het meldpunt voor ongewenst grensoverschrijdend gedrag aangesteld. Dit biedt opportuniteiten om de werking van het meldpunt grondig te hervormen op vlak van werkwijze, bereikbaarheid en laagdrempeligheid, communicatie, samenwerking met andere interne en externe diensten,… Daar de nodige tijd, mensen en middelen in kunnen investeren of voor vrijmaken is een mogelijke bedreiging. Daarnaast is ook de nauwe samenwerking met andere partners en hun bereidheid om af te stemmen een cruciale succesfactor. Ook het scherpstellen van verwachtingen en taken met betrekking tot het meldpunt is essentieel.

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

De samenwerking met CAW Brussel is in 2021 herzien. De CAW-antenne op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus sloot de deuren. De eerste resultaten van de samenwerking zijn positief en de sfeer van de samenwerking is sterk verbeterd. De komende jaren moet de samenwerking met CAW goed opgevolgd worden en bijgestuurd waar nodig.

COVID-19 zal wellicht een lange nasleep hebben op het welzijn van studenten. Een aantal wetenschappelijke hypotheses gaan ervan uit dat de welzijnsproblematieken na afloop van de pandemie mogelijks escaleren. Het ondersteunen en versterken van het welzijn van onze studenten zal dus een belangrijk aandachtspunt blijven. Onze beleidsdoelstelling “het versterken van het welzijn van onze studenten”, gestoeld op een duidelijke visie, moeten we systematisch hanteren als baken voor alle mogelijke inspanningen die we op vlak van welzijn blijven ondernemen en ontwikkelen. Om ervoor te zorgen dat de studenten op de hoogte zijn van het getrapt en gedifferentieerd welzijnsaanbod, moeten we werk maken van een communicatiestrategie. Met de stuurgroep studentenwelzijn moeten we blijven bewaken dat de verschillende VUB-initiatieven met een link naar studentenwelzijn zo goed mogelijk op elkaar zijn afgestemd en we versnippering vermijden.

Op de Brussels Health Campus is de verdere projectopvolging van de bouw van kindercampus “Theodoortje” nodig.

De optimalisering van het meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag ging eind 2021 van start en zal verder lopen in 2022. Eind dit jaar willen we komen tot een hervormde werking die VUB-breed gekend is.

Bij Dilemma volgt in 2022, naar aanleiding van het halftijds tijdskrediet van een collega, een personeelsreorganisatie. Dit moet resulteren in een vlottere werking, stabiele inkomsten en meer initiatieven op vlak van communicatie, zowel extern als naar studenten.

Het komende jaar werken we eveneens aan de herinrichting van het medisch kabinet en een opfrissing van wachtzaal en rustkamers. Wanneer dat achter de rug is, organiseren we een (feestelijke) bekendmaking van de vernieuwingen bij onze verwijzers, om hun contact met Dilemma te bestendigen en te verdiepen.

7. VERVOER

De mobiliteitscoördinator en het team Campusontwikkeling ondersteunen de VUB bij het realiseren van twee ambities:

• Het bereikbaar houden van de VUB-campussen;

• Het implementeren van een duurzamer verplaatsingspatroon van de VUB-gemeenschap. In functie daarvan blijven we overheden en vervoersmaatschappijen (pro)actief attent maken op het belang van goedkope abonnementsformules. We bieden hierbij ook beleidsondersteuning aan.

Het Infopunt Studenten biedt proactief informatie aan studenten over alle vervoersmogelijkheden om te pendelen van en naar de campussen, maar ook om zich te verplaatsen binnen de stad.

Op het domein ‘vervoer’ werken we nauw samen met Brik vzw. Via deze samenwerking trachten we vooral het gebruik van de fiets bij studenten sterker te promoten.

Toegang

Op het domein ‘vervoer’ zijn onze inspanningen universeel, gericht op alle studenten.

Nieuw in 2021

Ter vervanging van de huidige mobiliteitsstrategie die dateert van 2004, werkte de cel Strategie en Beleid aan een mobiliteitsstrategie 2030. Deze nieuwe strategie zal het bredere kader vormen voor een nieuw, allesomvattend mobiliteitsbeleid. Adviesbureau Traject begeleidde de opmaak van de nieuwe strategie door het organiseren van verschillende workshops. Hierdoor konden we de input van verschillende diensten, afdelingen en gebruikers (waaronder de studenten) verzamelen. Op de studentenraad van november 2021 wonnen we over de strategie het advies van de studenten in. De strategie zit nu in zijn laatste fase richting goedkeuring.

We publiceerden de geactualiseerde mobiliteitsfiches die Traject, een adviesbureau in verkeer en mobiliteit, creëerde voor de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus en de Brussels Health Campus. De fiches zijn overzichtelijk en mooi vormgegeven, waardoor ze het (nieuwe) studenten makkelijker maken om de verschillende mobiliteitsmogelijkheden in en rond de campus te ontdekken. Tegelijk helpen deze mobiliteitsfiches de studenten om alle studentenhotspots (zoals supermarkten, sportfaciliteiten, horeca, enzovoort) op en rond de campussen gemakkelijk terug te vinden. De mobiliteitsfiche van de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus is al opnieuw aan een update toe als gevolg van de bouwwerf voor de werkzaamheden van het Learning & Innovation Center.

Het UZ Brussel bouwt een nieuw Medisch Technisch Blok op de Brussels Health campus. In functie van de werf zal de toegangsweg met de tunnel naar de faculteit Geneeskunde en Farmacie en het tijdelijk kinderdagverblijf tot en met 2028 afgesloten zijn voor alle verkeer, inclusief voetgangers. In de nieuwe mobiliteitsfiche van de Brussels Health Campus is voor de verschillende mobiliteitsstromen naar de campus de bereikbaarheid beschreven. De gewijzigde verkeerssituatie zorgt af en toe voor hinder in het bereiken van de faculteit, het studentenrestaurant, de Basic Fit of het kinderdagverblijf.

Op de VUB kick-off in oktober konden studenten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering campus hun fiets laten nakijken en herstellen door de Vélofixer. Studenten betaalden enkel de materiaalkosten.

Het project ‘toegangscontrole’ zit in zijn afrondingsfase. In 2021 is voor de toegangen van de Brussels Health Campus en de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus een toegangsbeheersysteem met slagbomen geïnstalleerd. De toegangscontrole moet mee bijdragen aan het terugdringen van foutparkeren op onze campussen.

We communiceerden over de verschillende initiatieven die Bike for Brussels onderneemt om, ook onze studenten, aan te zetten tot fietsen in de stad. Bike for Brussels ontwikkelde een online routeplanner die je via het Brusselse fietsnetwerk snel en veilig naar je gewenste bestemming leidt. Ze organiseerden via een mobiel atelier in verschillende Brusselse wijken een aantal bike repair days waar ook studenten terecht konden voor kleine fietsreparaties. Enkel voor nieuwe verbruiksartikelen (binnenbanden, remmen, kabels, …) moet worden betaald. Tot slot heeft Bike Experience. Brussels verschillende acties genomen om burgers het plezier van fietsen door Brussel te laten (her)ontdekken: beginnerstrainingen, afterworks waar de goede gewoonten van fietsen in de stad worden besproken alvorens een fietsritje te maken in de Brusselse straten.

Sinds 1 februari 2021 is de Brupass en de Brupass XL in gebruik. Daarmee kan je dankzij één enkel ticket of abonnement binnen Brussel (Brupass) en rond Brussel (Brupass XL) reizen met de vier verschillende openbaar vervoermaatschappijen die er operationeel zijn.

De Maatschappij voor Intercommunaal Vervoer te Brussel (MIVB) voerde een forse tariefverlaging door voor scholieren én studenten. Een MIVB-schoolabonnement kost sinds 1 juli 2021 nog €12, in plaats van €50. Met de tariefverlaging hoopt de Brusselse vervoersmaatschappij studenten te overtuigen om in Brussel vaker te kiezen voor het openbaar vervoer.

Dankzij drie extra mobiliteitsinitiatieven is de bereikbaarheid van de Brussels Health Campus verbeterd. De nieuwe Ringtrambus rijdt nu op het traject 820 tussen Zaventem Luchthaven en de Brussels Health Campus. De trambus vormt zo een snelle en frequente verbinding naar de Vlaamse noordrand van Brussel. Daarnaast heeft Brussel Mobiliteit op 10 december 2021 vier bijkomende haltes ingehuldigd op tramlijn 9. De eindhalte van deze snelle, gemakkelijke en schone verbinding vanaf metrostation Simonis is daarmee verlegd van Dikke Beuk tot eindhalte metrostation Koning Boudewijn, aan de Heizel. Tot slot zijn enkele stukken van de fietssnelweg F212 ondertussen gerealiseerd. De gloednieuwe, vier meter brede, volledig verlichte en autovrije fietssnelweg tussen het station van Zellik en de grens met Brussel is voor fietsers een veilig en vlot alternatief voor de drukke N9. De F212 is nog niet helemaal klaar. In de toekomst wordt deze route een echte spoorroute. In afwachting van de bouw van enkele projecten langs de spoorlijn zijn er al alternatieve veilige fietsroutes voorzien. Daardoor kunnen fietsers in minder dan 45 minuten van Asse naar Brussel fietsen. In de toekomst zal dat, dankzij de realisatie van de F212, nog sneller kunnen.

De renovatie van het station van Etterbeek is aanbesteed aan het Brusselse architectenbureau Multiple. De renovatieplannen richten zich zowel op de perrons, het stationsgebouw en -plein, als de openbare ruimte rond het station. Er zullen drie liften komen die bezoekers naar de perrons brengen en die het station meteen ook beter toegankelijk maken voor mensen met een beperkte mobiliteit. In november 2022 staat het indienen van de vergunningsaanvraag op de planning.

Kengetallen en trends

De laatste grootschalige mobiliteitsenquête bij de Brusselse studenten vond plaats in het najaar van 2019. In totaal vulde 844 VUB studenten de enquête in. 229 deelnemers zijn student op de Brussels Health Campus, 644 op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus. 29 VUB-deelnemers gaven aan op beide campussen les te hebben.

Figuur 43: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. De trein is veruit het meest populaire vervoersmiddel. De auto is gezakt in populari teit.

Figuur 43: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. De trein is veruit het meest populaire vervoersmiddel. De auto is gezakt in populariteit.

Mobiliteitsmodi van kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering campus

auto passagier trein metro-tram-bus fiets te voet andere

kot-campus thuis-campus

Figuur 44: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik ( 2019).

Vervoer naar Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus

Figuur 43: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. De trein is veruit het meest populaire vervoersmiddel. De auto is gezakt in populari teit.

Figuur 43: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. De trein is veruit het meest populaire vervoersmiddel. De auto is gezakt in populari teit.

Mobiliteitsmodi van kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering campus

auto passagier trein metro-tram-bus fiets te voet andere

auto passagier trein metro-tram-bus fiets te voet andere

Mobiliteitsmodi van kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering campus kot-campus thuis-campus

kot-campus thuis-campus

Figuur 44: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik ( 2019).

Figuur 44: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik (2019).

Figuur 44: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik ( 2019).

Figuur 45: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Health Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. In 2016 was het aantal deelnemende studenten niet representatief. In 2019 zien we een stijging in het gebruik van openbaar vervoer. Dit zou te maken kunnen hebben met het in gebruik nemen van tram 9 in Jette. Het gebruik van de trein blijft stijgen.

Figuur 45: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Health Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. In 2016 was het aantal deelnemende studenten niet representatief. In 2019 zien we een stijging in het gebruik van openbaar vervoer. Dit zou te maken kunnen hebben met het in gebruik nemen van tram 9 in Jette. Het gebruik van de trein blijft stijgen.

Figuur 45: Vervoer van pendelende studenten naar de Brussels Health Campus volgens de mobiliteitsenquête bij studenten, afgenomen in 2013, 2016 en 2019. In 2016 was het aantal deelnemende studenten niet representatief. In 2019 zien we een stijging in het gebruik van openbaar vervoer. Dit zou te maken kunnen hebben met het in gebruik nemen van tram 9 in Jette. Het gebruik van de trein blijft stijgen.

Mobiliteitsmodi van kotstudenten die studeren op de Brussels Health campus

Figuur 46: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Health Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik (2019).

Figuur 46: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Health Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik (2019).

Vervoer naar Brussels Health Campus
2016 2019

Figuur 46: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Health Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik (2019).

Figuur 46: de transportmodi die kotstudenten die studeren op de Brussels Health Campus inzetten om te pendelen tussen 1) thuis en kot en 2) hun kot en de campus zelf, volgens de data van de mobiliteitsenquête van Brik (2019).

motieven waarom studenten niet fietsen in of naar Brussel

motieven waarom studenten niet fietsen in of naar Brussel

niet met de fiets buiten Brussel gaan

niet met de fiets buiten Brussel gaan

fiets eerder al gestolen

fiets eerder al gestolen

niet graag zweten

niet graag zweten

niet graag fietsen

niet graag fietsen

afstanden zijn te groot

afstanden zijn te groot

andere

andere

Brussel is te heuvelachtig

Brussel is te heuvelachtig

geen deftige fietspaden in Brussel te onveilig

geen deftige fietspaden in Brussel te onveilig

geen fiets nodig

geen fiets nodig

Figuur 47: uit de mobiliteitssurvey van Brik (2018) blijkt dat de bevraagde Brusselse studenten vooral ontmoedigd zijn om te fietsen door het gebrek aan degelijke fietsinfrastructuur en het daarmee samenhangende onveiligheidsgevoel.

Figuur 47: uit de mobiliteitssurvey van Brik (2018) blijkt dat de bevraagde Brusselse studenten vooral ontmoedigd zijn om te fietsen door het gebrek aan degelijke fietsinfrastructuur en het daarmee samenhangende onveiligheidsgevoel.

Figuur 47: uit de mobiliteitssurvey van Brik (2018) blijkt dat de bevraagde Brusselse studenten vooral ontmoedigd zijn om te fietsen door het gebrek aan degelijke fietsinfrastructuur en het daarmee samenhangende onveiligheidsgevoel.

motieven voor het gebruik van openbaar vervoer

motieven voor het gebruik van openbaar vervoer

snel goedkoop geen andere optie beschikbaar logisch comfortabel ecologisch verantwoord geen auto hebben geen fiets hebben andere

Figuur 48: de snelheid en goedkope prijs blijken volgens de 147 deelnemers uit de Brik-survey van 2018 de meest doorslaggevende argumenten om het openbaar vervoer te gebruiken. In de Brik -survey van 2019 stellen

Figuur 48: de snelheid en goedkope prijs blijken volgens de 147 deelnemers uit de Brik-survey van 2018 de meest doorslaggevende argumenten om het openbaar vervoer te gebruiken. In de Brik -survey van 2019 stellen

Figuur 48: de snelheid en goedkope prijs blijken volgens de 147 deelnemers uit de Brik-survey van 2018 de meest doorslaggevende argumenten om het openbaar vervoer te gebruiken. In de Brik-survey van 2019 stellen verschillende respondenten niettegenstaande vragen bij de prijzen van het openbaar vervoer. Vooral de leeftijd die gekoppeld wordt aan het studententarief wordt door (iets) oudere studenten niet altijd als eerlijk ervaren. verschillende respondenten niettegenstaande vragen bij de prijzen van het openbaar vervoer. Vooral de leeftijd die gekoppeld wordt aan het studententarief wordt door (iets) oudere studenten niet altijd als eerlijk ervaren.

Vertrouwdheid met voordelige mobiliteitsformules

Blue-bike

Brikbike

Buzzy Pazz

Campus Card NMBS

MIVB-studentenabonnement

al gebruikt niet van op de hoogte op de hoogte van

Figuur 49: de meeste studenten zijn vertrouwd met één of meer voordelige ticket - of abonnementsformules om zich door en naar Brussel te verplaatsen. Toch valt er uit de Brik -survey uit 2018 op dat er nog een grote onbekendheid is met de meeste formules. In de Brik-survey van 2019 komt meermaals de suggestie naar een globale app of een globaal abonnement dat verschillende abonnementen voor openbaar vervoer kan bundelen. .

Figuur 49: de meeste studenten zijn vertrouwd met één of meer voordelige ticket- of abonnementsformules om zich door en naar Brussel te verplaatsen. Toch valt er uit de Brik-survey uit 2018 op dat er nog een grote onbekendheid is met de meeste formules. In de Brik-survey van 2019 komt meermaals de suggestie naar een globale app of een globaal abonnement dat verschillende abonnementen voor openbaar vervoer kan bundelen.

Personeel

Voor het domein ‘vervoer’ is er geen personeel begroot op afdeling III.

Resultaten en betoelaging

Er zijn voor het domein ‘vervoer’ geen bijzonderheden te melden.

snel goedkoop geen andere optie beschikbaar
logisch comfortabel ecologisch verantwoord geen auto hebben geen fiets hebben andere

Personeel

Voor het domein ‘vervoer’ is er geen personeel begroot op afdeling III.

Resultaten en betoelaging

Er zijn voor het domein ‘vervoer’ geen bijzonderheden te melden.

Evaluatie doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen VUB per werkveld

We voeren een gecoördineerd beleid rond duurzaam mobiliteitsgedrag bij studenten en personeel samen.

Operationele doelstellingen van de afdeling

Indicatoren

We bevragen onze studenten met betrekking tot hun mobiliteitsgedrag.

De bestaande mobiliteitsbevraging is uitgebreid met volgende parameters:

- Een inventarisatie van de infrastructuurnoden van studenten op vlak van mobiliteit; - Een identificatie van de factoren die fietsgebruik binnen de stad en/of gerelateerd aan de campusvoorzieningen bemoeilijken (2020).

Projectleider

Mobiliteitscoördinator

We faciliteren het oppikken van de noden van fietsende studenten (en personeel) binnen infrastructuurprojecten.

De noden en perspectieven van fietsende studenten (en personeel) stromen structureel door naar de relevante fora die specifiek of flankerend bezig zijn met (mobiliteits) infrastructuur (20192023).

Nieuwe fietsinfrastructuur is maximaal toegankelijk voor (zowel personeel als) studenten (20192023).

Mobiliteitscoördinator

Evaluatie 2021

Gerealiseerd

De nieuwe mobiliteitsenquête, in samenwerking met Brik, liep van oktober tot december 2019. 844 VUB-studenten namen deel. De resultaten zijn verwerkt in de lente van 2020.

Mobiliteitscoördinator

Gerealiseerd

Er wordt driejaarlijks een mobiliteitsenquête bij personeel en studenten uitgevoerd.

Meldingen in verband met mobiliteitsknelpunten kunnen gebeuren bij de VUB-mobiliteitscoördinator, en via de fietswerkgroep. Die zorgen ervoor dat de noden doorstromen.

Gestart

Op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus is in gebouwen K en XY een nieuwe fietsenstalling in gebruik genomen. De huidige capaciteit voldoet aan de vraag.

Op de Brussels Health Campus is in 2020 een workshop georganiseerd met de Jetse studenten over de realisatie van extra fietsenstallingen in de studentenwijk en op de campus. Een nieuwe fietsenstalling aan gebouw G staat naar aanleiding daarvan op de planning.

We stimuleren studenten tot duurzame verplaatsingen.

We optimaliseren de fietsinfrastructuur op en in de buurt van de campussen.

We voorzien af en toe fietsenmakers en tweedehands fietsenverkoop op of nabij de campussen. (2019-2023)

We verkennen de mogelijkheid om een fietscafé/fietsatelier in te bedden op campus of USquare (2019-2023).

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Gerealiseerd

Op 15 oktober 2019 kwam de vélofixer langs op de Brussels Health Campus. Tijdens de Kick Off in oktober 2021 kwam de Vélofixer langs opde Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Algemeen Beheerder

Gestart

De Brusselse vzw Hors Catégorie (een project dat een ontmoetingsplek, fietsatelier en ruimte voor evenementen en cursussen biedt) heeft een plek gekregen in de tijdelijke bezetting van See U, op de USquare-site. Het fietsatelier is zeer succesvol gebleken en zal die plek tot maart 2022 alvast behouden binnen het See U-project.

Over de invulling van functies binnen het USquare-project is er nog geen duidelijkheid.

De modaliteiten voor gebruik van fietsstallingen, kleed- en douchefaciliteiten zijn bekend bij de studenten.(2019-2023).

Beleidsmedewerker Studentenzaken Uitgevoerd

Alle informatie is beschikbaar op de studentenwebsite.

Op de Kick Off in oktober 2019 informeerden we studenten op een mobiliteitsstand over de modaliteiten voor studenten die met de fiets naar de campus komen. In oktober 2020 kon er als gevolg van COVID-19 geen kick-off met mobiliteitsinfostand georganiseerd worden.

We ijveren bij overheden, vervoersmaatschappijen, aanbieders van fiets- en autodelen voor efficiënt, goedkoop en duurzaam openbaar vervoer.

Rapportering in het jaarverslag over het traject naar meer directe treinen tijdens de spitsuren tussen het station Etterbeek en de grote stations (vooral Antwerpen, Gent, Mechelen, Leuven en Aalst), en meer treinen tussen station Etterbeek en de andere Brusselse stations (2019-2023).

Rapportering in het jaarverslag over de evolutie op vlak van combineerbare en goedkope abonnementsformules voor studenten, al dan niet via BRIK (2019-2023).

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Uitgevoerd

De noden werden meegenomen in de opmaak van de memoranda voor de Brusselse, Vlaamse en federale regeringsonderhandelaars.

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Uitgevoerd

De nood werd gesignaleerd in de voorbereiding van de memoranda voor de Brusselse, Vlaamse en federale regeringsonderhandelaars.

We verminderen de carbon footprint van studenten die op internationale mobiliteit gaan.

We stimuleren studenten om in het kader van internationale studentenmobiliteit een vliegreis te vervangen door een meer duurzame mobiliteit.

Sensibilisering van studenten die op internationale mobiliteit gaan over de duurzaamheid van hun vervoerskeuze11 (2019-2023).

Directeur International Relations & Mobility

Uitgevoerd

Zowel voor inkomende als uitgaande studenten voorziet het International Relations and Mobility Office presentaties (tijdens de Orientation day/week, de exchange take-off sessie, de Go Abroad fair) waarbij het duurzame vervoerskeuzes promoot: bus, trein, carpooling, … . We doen dit niet alleen met focus op het transport in functie van de exchange zelf, maar ook gericht op de exchange student die bijvoorbeeld vanuit zijn uitwisselingsuniversiteit citytrips wil maken naar hoofdsteden van buurlanden.

In de Vlaamse beurzen ontwikkelingssamenwerking van VLIR-UOS (bv. de reisbeurzen voor studenten naar een ontwikkelingsland) is een CO2-compensatie ondertussen ingebed als een geaccepteerde kost. Alle CO2-bijdragen die betaald zijn in 2020 mogen afgerekend worden in de rapportering van deze beurzen en projecten.

Verloten van 2 Interrailpassen per academiejaar onder VUB-studenten die voor hun internationale mobiliteit gekozen hebben voor carpooling, de trein of bus, in plaats van een vliegtuigreis (2019-2023).

Directeur International Relations & Mobility

We ijveren bij partners om aandacht te besteden aan de duurzaamheid van internationale studentenmobiliteit.

We pleiten er bij de relevante studentenverenigingen voor om bij bus- en andere transportbedrijven te onderhandelen voor kortingen in het kader van internationale studentenmobiliteit (2019-2023).

Directeur International Relations & Mobility

Uitgevoerd

We hebben besloten deze ambitie verder open te trekken en niet enkel studenten te belonen wanneer ze duurzaam op uitwisseling gingen, maar alle potentiële uitwisselingsstudenten aan te moedigen om duurzaam te reizen.

Zowel tijdens de Kick-off als tijdens de Go Abroad Fair in 2021 hebben we studenten aan de hand van een quiz warm gemaakt voor een stage of studieperiode in het buitenland. Via een loting zijn de winnaars voor een Interrailpas gekozen.

Uitgevoerd

Met de ESN-kaart kunnen studenten kortingen bekomen bij duurzame transportbedrijven. Bijvoorbeeld Flixbus die bussen heeft naar verschillende Europese bestemmingen. Maar ook bij lokale transportbedrijven die inzetten op duurzame mobiliteit (bv. Swapfiets). In totaal biedt de ESN-kaart momenteel 70 kortingsacties voor allerlei duurzame vervoerskeuzes in verschillende landen.

We zetten studenten aan tot meer duurzaam mobiliteitsgedrag.

We responsabiliseren studenten tot correct en duurzaam mobiliteitsgedrag.

We pleiten er bij het Nationaal Agentschap voor Eramus+ voor om in hun surveys bij studenten aandacht te besteden aan de duurzaamheid van vervoer in het kader van internationale mobiliteit (20192023).

Bewustmakend mobiliteitsevent (ten laatste in 2023).

Directeur International Relations & Mobility

Uitgevoerd

Het kaderprogramma Eramsus+ 20212027 geeft een financiële incentive van €50 wanneer studenten zich op een duurzame manier naar hun bestemming verplaatsen.

Informatie(campagne) expliciet toegespitst op studenten die met de wagen komen is beschikbaar (ten laatste in 2023).

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Uitgevoerd

We organiseerden op de Kick Off in oktober 2019 een stand met informatie over verplaatsingen naar de campussen per fiets. Via smoothiebikes trokken we de aandacht van de studenten. In 2020 konden geplande mobiliteitsevents niet doorgaan omwille van de COVID-19-maatregelen.

We brengen de events van Bike.Brussels en Bike Experience onder de aandacht van onze studenten.

Beleidsmedewerker Studentenzaken

Uitgevoerd

De mobiliteitsfiche van de Brussels Humanities, Sciences en Engineering Campus en de Brussels Health Campus zijn geüpdatet in 2021. Deze fiches moeten het (nieuwe) studenten makkelijker maken om de verschillende mobiliteitsmogelijkheden in en rond de campussen te ontdekken.

De studentenwebsite biedt een overzicht van de bestaande huur- en deelsystemen voor fietsen, steps en auto’s.

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

De VUB-campussen liggen op relatief moeilijk bereikbare plaatsen. Om de bereikbaarheid te optimaliseren, blijven we kort op de bal communiceren met alle actoren van het openbaar vervoer. Er zijn alvast een aantal mobiliteitsknelpunten die extra aandacht vragen:

• Het verder uitwerken van het Gewestelijk ExpresNet (GEN) en Brabantnet;

• Een beperkte treinverbinding tussen de Brusselse treinstations en het station van Etterbeek (met maar twee treinen per uur) zorgt, door een gebrek aan stiptheid en het missen van overstappen, voor te lange reistijden;

• het beter op elkaar afstemmen van de dienstregelingen van de verschillende openbaar vervoersmaatschappijen;

• het verbeteren van de verbinding van de VUB-campussen met de Brusselse randgemeenten;

• de beschikbaarheid van openbaar vervoer ’s nachts, specifiek in Brussel;

• het voorzien van parkings en/of Park & Ride-faciliteiten aan de eindstations van de trams en metro’s;

• de nood aan een globale app of globale abonnementsformules voor studenten die diverse aanbieders van het openbaar vervoer moeten combineren, ook buiten de mogelijkheden die nu al voorzien zijn met de Brupass en Brupass XL;

• de (studentvriendelijke) tarifering van het openbaar vervoer, al dan niet gebonden aan een bepaalde leeftijd;

• de uitvoering van het Fiets-GEN;

• uitbreiding fietsenstallingen aan de Brusselse hoofdstations om verplaatsing door Brussel verder te kunnen zetten met de fiets.

Met het oog op het promoten van de fiets, blijven we inzetten op meer beveiligde fietsenstallingen op de campussen, in het bijzonder die op de Brussels Health Campus (gebouw G). Om de fietsveiligheid te vergroten, pleiten we verder voor fietspaden rond de campus en in Brussel die gescheiden zijn van de autowegen en voetpaden.

Bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dringen we aan op een beleidskader dat dient als leidraad voor de verschillende aanbieders van deelfietsen, deelsteps of andere deelsystemen. Zo’n kader zal de stabiliteit bieden die nodig is om met één of meer van deze partners in zee te gaan.

We werken verder aan een VUB-beleidskader om toenemende vragen van aanbieders van mobiliteitssystemen die onze studentengemeenschap als testpanel willen gebruiken systematisch en gecoördineerd te beantwoorden.

We finaliseren de mobiliteitsstrategie 2030. Die nieuwe strategie zal het bredere kader vormen voor een nieuw, allesomvattend mobiliteitsbeleid. We ontvingen al een positief advies met aandachtspunten van de studentenraad. We toetsen de strategie nu verder af met alle relevante partners. In een volgende stap stellen we de mobiliteitsstrategie voor op de ondernemingsraad. Finaal zal die voor goedkeuring geagendeerd worden op het directiecomité.

8. STUDENTENWERKING

De Vrije Universiteit Brussel organiseert en ondersteunt veel initiatieven voor en/of van studenten. Het gaat zowel om individuele evenementen als structurele activiteitenprogramma’s. Waar nodig hebben deze events een sensibiliserend of preventief karakter. Voor de meeste acties werken we samen met studentenorganisaties of externe partners. We rapporteren over onze werking voor studenten verdeeld over vier actiepunten:

• Verenigingsleven, beleving en engagement

• Beweging en sport

• Cultuurbeleving

• Ecologisch bewustzijn

Verenigingsleven, beleving en engagement

Het verenigingsleven op onze campussen omvat zowel de traditionele studentenfolklore als de meer maatschappelijke studentenorganisaties. De beleving en het engagement gaan zowel over de campussen, als over Brussel als studentenstad.

Kenmerkend voor onze studentenwerking is dat we als universiteit niet zelf organiseren, maar studenteninitiatieven ondersteunen, actieve participatie en engagement stimuleren en aansluiting zoeken bij bredere initiatieven in de stad.

Het studentenverenigingsleven op de VUB stoelt op drie pijlers:

• De eerste pijler vat de studentenverenigingen die erkend zijn door de Studentenraad op advies van de koepelvereniging, het Brussels Studentengenootschap Geen Taal Geen Vrijheid (BSGgtgv).

Deze verenigingen organiseren heel wat studentikoze en inhoudelijke activiteiten. Daarmee dragen ze in belangrijke mate bij aan het sociale weefsel binnen de VUB-studentengemeenschap.

BSGgtgv is, voor wat het studentikoze leven betreft, het aanspreekpunt voor de universiteit en de studentenorganisaties. De koepelorganisatie adviseert de Studentenraad over de reglementering van het studentenleven. Ze verdeelt de subsidies die de universiteit toekent onder haar leden. BSGgtgv organiseert de overkoepelende verenigingsactiviteiten zoals het Vrijzinnig Zangfeest, de massacantus en de openings- en slotTD. Tot slot organiseert BSGgtgv, samen met zustervereniging l’ Association des Cercles des Étudiants van de ULB, de jaarlijkse Sint-Verhaegen-stoet.

De vzw’s BSG-AS en BOJ zijn verantwoordelijk voor het beheer van de fuifzalen op respectievelijk de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus en de Brussels Health campus.

• De tweede pijler vat de studentenorganisaties buiten de BSGgtgv-koepel die vanouds de hele VUBstudentengemeenschap als doelpubliek hebben. Concreet gaat het om Studiekring Vrij Onderzoek en de studentenpers, De Moeial. De Studentenraad zorgt voor de financiële ondersteuning van deze verenigingen.

• De derde pijler vat individuele studenten of andere verenigingen zonder erkenning.

We begeleiden deze studenten of verenigingen in de erkenningsprocedure. Of we bieden ze meer ad hoc advies en faciliteiten voor het opzetten van activiteiten en initiatieven. Voor hun individuele initiatieven kunnen ze beroep doen op de kleinere subsidielijn ‘projectsubsidies’.

De ondersteuning van het studentenleven verloopt vanuit het Infopunt Studenten. Deze ondersteuning is vooral van morele en administratieve aard, soms logistiek. Bovenal zet het Infopunt Studenten vooral in op het bekend maken van het studentenengagement bij de studentengemeenschap, en dit via verschillende communicatiekanalen.

Beweging en sport

De afdeling Beweging en Sport (BS) ondersteunt het subwerkveld sport. De dienst staat in de eerste plaats in voor het promoten, zelf organiseren en coördineren van sportactiviteiten voor studenten. Daarnaast neemt de afdeling een belangrijke stimulerende taak op.

Cultuurbeleving

De dienst Cultuur neemt, in nauwe samenwerking met vzw Pilar, het voortouw in het subwerkveld ‘cultuur’. Er is een werking die openstaat voor studenten die individuele kunstbeoefenaars of culturele ondernemers zijn, maar ook voor koren, ensembles, orkesten, toneelverenigingen, enzovoort. Binnen de cultuurwerking onderscheiden we globaal drie soorten activiteiten:

• Eigen activiteiten van de dienst cultuur;

• Ondersteuning van door de VUB-centraal georganiseerde activiteiten;

• Ondersteuning van studentenactiviteiten.

Ecologisch bewustzijn

Het Green Team is een studenteninitiatief dat milieubewustzijn en duurzaamheid op de campussen en bij voltallige universiHet Green Team is een studenteninitiatief dat milieubewustzijn en duurzaamheid op de campussen en bij voltallige universiteitsgemeenschap promoot. Het team Campusontwikkeling staat dit studententeam bij en werkt samen met hen de initiatieven uit.

Samenwerkingsverbanden

De VUB werkt op verschillende van de vermelde subwerkvelden regelmatig samen met andere Brusselse hoger onderwijsinstellingen, voornamelijk de Nederlandstalige. Die samenwerking verloopt via Brik vzw die als moderator fungeert en de promotie van de overkoepelende studentenactiviteiten verzorgt. Volgende associatie-overschrijdende activiteiten staan, met medewerking van onze afdeling Beweging en Sport, normaal gezien jaarlijks op de agenda:

• Deelname aan de 20 kilometer van Brussel;

• Deelname aan de Canal Run (of andere lokale initiatieven ter bevordering van de sportbeleving);

• De Strong Student Run of vergelijkbaar sportevent gericht op Brusselse studenten;

• Foot a Five, het vriendschappelijke zaalvoetbaltornooi.

• Deelname van VUB-teams (“the Foxes”) aan een twintigtal Vlaamse en Belgische studentensport kampioenschappen in organisatie van Studentensport Vlaanderen en de Belgische Universitaire Sport Federatie.

Samen met Brik vzw organiseert onze dienst Cultuur normaal gezien jaarlijks een Rockrace of dj-contest die openstaat voor muziekgroepen of dj’s die gelieerd zijn aan de VUB, Erasmus Hogeschool Brussel of aan een Brusselse campus van Odisee, LUCA School of Arts of KULeuven. Tot slot geeft Brik vzw met Brussel Brost elk jaar de aftrap aan een nieuw academiejaar in Brussel. Het event richt zich vooral op eerstejaarsstudenten.

Daarnaast halen we ook de banden aan met de vlakbij gelegen zusterinstelling, de Université Libre de Bruxelles (ULB). Allemaal samen hebben we één gemeenschappelijk doel voor ogen: Brussel als studentenstad op de kaart zetten. We willen vooral de focus van het studentenleven verbreden dankzij de vele opportuniteiten die Brussel biedt. We werken samen met publiq vzw. Dankzij die samenwerking kunnen we het EYCA-logo op de VUB-studentenkaart zetten. Daarmee genieten de VUB-studenten zowel op nationaal als internationaal niveau van verschillende (culturele) voordelen.

De afdeling Beweging en Sport organiseert normaliter per academiejaar, onder de noemer Studenten Sport Brussel, volgende associatie-overschrijdende activiteiten:

Binnen de Brussels University Alliance willen de VUB en de ULB samen een aantal synergieën, transversale activiteiten of gezamenlijke projecten realiseren, ook wat studentenwerking betreft. De afdeling Beweging en Sport participeert actief in de samenwerking tussen VUB en ULB om Elsene als ‘quartier universitaire’ te promoten. De dienst Cultuur werkt eveneens nauwer dan voordien samen met zijn ULB-partner ‘ULB Culture’.

Binnen de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) werken onze diensten samen rond twee velden van de studentenwerking: cultuur en sport.

De afdeling Beweging en Sport heeft een goede samenwerkingsrelatie met de Sportdienst van de VGC. Die samenwerking biedt opportuniteiten met betrekking tot het aanbieden van een zo ruim mogelijke waaier aan sportieve activiteiten op en rond de campussen. De VGC heeft in het verleden, in ruil voor korting op de huurprijs, al verschillende keren mee geïnvesteerd in renovatie van VUB-sportinfrastructuur zoals kleedkamers, sportvloer of openluchtvelden.

De VGC subsidieert, vanuit haar bevoegdheid voor Jeugd, deels de structurele werking van de dienst Cultuur. De dienst Cultuur is eveneens lid van de Brusselse Jeugdraad. De polyvalente zaal van Pilar is mee opgenomen in het fuifzalenplan van de VGC.

De VGC biedt extra subsidiemogelijkheden voor studenten(verenigingen) met innovatieve en creatieve initiatieven die samenwerking en uitwisseling tussen studenten aanmoedigen en/of die Brussel en het leven in de stad willen promoten: Kom uit je Kot, A fonds en Bruss-it.

Ook de Paspartoe-vrijetijdspas, zowel individueel als voor verenigingen, is een mooie stimulans om studenten te laten deelnemen aan het culturele leven in de hoofdstad.

Basic Fit baat zowel op de Brussels Health Campus als de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus een fitnessclub uit. Dit gebeurt via de formule van een publiek private samenwerking tussen Basic Fit en de VUB. Dankzij die formule genieten VUB-studenten van een korting op het jaarlidmaatschap.

Toegang

Universeel, voor alle studenten.

Nieuw in 2021

Verenigingsleven, beleving en engagement

In 2021 kwam het project facbar in een stroomversnelling. De dienst Infrastructuur vatte in april de verbouwingswerken aan de voormalige slaaplabo’s aan. Het bouwproject zou normaal gezien eind 2021 opgeleverd worden. Door onvoorziene omstandigheden is de opleveringsdatum verschoven naar de eerste helft van 2022. De betrokken stakeholders – Studentenraad, BSG AS vzw en BSGgtgv – maakten ondertussen de eerste afspraken omtrent het uitbatings- en financieringsmodel van de facbar. Bovendien besloot de Studentenraad in december 2021 om de resterende projectsubsidies van 2021 ter beschikking te stellen aan de effectieve opstart van dit project, voorzien voor 2022.

In september 2021 keurde de Studentenraad de herziening van de Codex Studentenleven goed. Deze herziening had zowel betrekking op de inhoud als de structuur. De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen betreffen:

• De implementatie van de VUB Gedragscode;

• De statutaire en rapportageverplichtingen voor sui-generisverenigingen;

• De herziening van de erkenningsprocedure voor studentenverenigingen en van de daaropvolgende periode van tijdelijke erkenning;

• De implementatie van het kader voor vertrouwenspersonen binnen een studentenvereniging;

• De plichten die verbonden zijn aan het statuut van erkende vereniging;

• De minimum veiligheids- en gedragsvoorschriften bij alle activiteiten, inclusief het dopen.

De COVID-19-pandemie had in 2021 een grote invloed op het studentenleven. Tot midden mei waren de verenigingen genoodzaakt om hun werking volledig digitaal te organiseren. Om de moraal bij de verenigingen hoog te houden en om ze te stimuleren om de werking digitaal voort te zetten, werkten we een subsidieverdeling uit die rekening hield met deze overmachtssituatie.

Bij de start van het academiejaar 2021-2022 liet de gezondheidssituatie toe dat de studentenverenigingen hun werking konden hernemen. Dit mits in achtneming van een aantal COVID-19-maatregelen die we vastlegden in een protocol voor studentenactiviteiten. Het protocol vat per activiteitenlocatie de geldende richtlijnen samen. Vanaf 1 oktober kon ook het nachtleven opnieuw opstarten. Daarom organiseerden we eind september in samenwerking met het BSGgtgv en de dienst Preventie een Test-TD. Tijdens dit event gingen we na hoe we het nachtleven op een veilige manier op de campussen konden organiseren. Op basis van deze bevindingen legden we de richtlijnen voor de TD’s en de dopen vast. Op basis van de nieuwe richtlijnen actualiseerden we bij de start van het academiejaar het sanctiekader voor het niet-naleven van de COVID-19-maatregelen inzake veiligheid en hygiëne bij de organisatie van studentenactiviteiten en evenement. In 2021 stelden we vijf overtredingen vast; de betrokken verenigingen kregen conform het kader een sanctie opgelegd.

Door de COVID-19-maatregelen was de vraag naar extra (overdekte) activiteitenlocaties groter dan voorheen. Om aan deze vraag tegemoet te komen, schaften we voor iedere campus een starshade-tent aan. De verenigingen konden daar gratis gebruik van maken. We stelden via het BSGgtgv en de BOJ-raad gratis ontsmettings- en beschermingsmateriaal ter beschikking aan onze studentenverenigingen.

In 2021 stelden we bij geen enkele studentenactiviteit een overschrijding van de geluidsnormen vast. Dit komt voornamelijk omdat activiteiten met versterkt geluid door de COVID-19-maatregelen enkel in de maanden oktober en november konden doorgaan.

In september 2021 organiseerden we voor de derde keer een onthaalweek voor alle nieuwe studenten aan de VUB. Dit jaar kozen we voor een nieuw concept waarbij sociale cohesie centraal stond. Voor de uitwerking van het programma deden we beroep op JES Brussel vzw. Het onthaalprogramma bestond uit twee luiken. Op donderdag kregen de studenten een facultair onthaal, waarna ze in kleine groepjes onder begeleiding van een enthousiaste VUBuddy elkaar en de campus leren kennen via verschillende activiteiten. Op vrijdag konden de nieuwe studenten tijdens een Brusseldag

hun nieuwe studentenstad verkennen. Ze kregen de keuze tussen verschillende routes, telkens doorspekt met weetjes en opdrachten. Het doel van de Brusseldag is om de studenten vanaf dag één in contact laten komen met de stad. Brussel is immers meer dan enkel de campus waar ze studeren. Ook de studentenverenigingen organiseerden ’s avonds verschillende kennismakingsactiviteiten waarmee ze zich konden voorstellen aan de nieuwkomers.

Door de gezondheidscrisis waren we verplicht om de VUBuddy-activiteiten in de eerste helft van 2021 grotendeels digitaal te organiseren. Toch stelden we vast dat het eerste projectjaar een succes was; mede door de COVID-19restricties ervaarden studenten een grote nood aan sociale cohesie die door VUBuddy gefaciliteerd werd. Het project kreeg in het academiejaar 2021-2022 een vervolg. We konden minder oudejaarsstudenten dan gehoopt rekruteren om zich te engageren als VUBuddy, vanaf de onthaalweek. Hierdoor moesten we bij de start van het nieuwe academiejaar nog actief buddy’s werven om tegemoet te komen aan de vraag van nieuwe studenten. We zullen in het voorjaar van 2022 het rekruteringsproces optimaliseren en het VUBuddy-project verder uittekenen.

De COVID-19-crisis had vorig academiejaar een grote impact op de ledenaantallen van onze studentenverenigingen. Om het diverse aanbod aan verenigingen in de schijnwerpers te plaatsen en om de ledenaantallen een boost te geven, ontwierpen we een flyer in de vorm van een ganzenbord waarmee we de verenigingen voorstelden. Deze flyer deelden we tijdens de onthaaldagen uit aan alle nieuwe studenten.

Tijdens de onthaalweek organiseerden we, in samenwerking met het BSGgtgv, voor de nieuwe besturen verschillende ‘how to’-sessies waarmee we hen klaarstoomden voor een nieuw werkjaar. De focus van deze sessies lag op de algemene skills; door de COVID-19-crisis kon heel wat praktische kennis over het bestuur van een vereniging immers niet ten volle overgedragen worden tussen ervaren en nieuwe bestuursleden. We willen deze algemene sessies voortaan jaarlijks aanbieden; met studentenwerking en BSGgtgv merken we dat veel belangrijke kennis verloren gaat tijdens de bestuurswissels.

Aan de start van het nieuwe academiejaar formaliseerden we het project vertrouwenspersoon binnen het verenigingsleven. Het concept vertrouwenspersoon bestaat al sinds 2017. Tijdens het folkloredebat van 2020 gaven onze studentenverenigingen aan dat ze nood hadden aan ondersteuning en begeleiding vanuit de VUB bij de verdere uitwerking ervan. In samenwerking met het BSGgtgv en met de ondersteuning van de dienst Preventie ontwikkelden we een kader dat we implementeerden in de Codex Studentenleven. Daarnaast organiseerden we in september en oktober 2021 een opleidingsmoment voor vertrouwenspersonen. Tijdens de training zoomden we in op de rol, de rechten en plichten die verbonden zijn aan de rol van vertrouwenspersoon. In het eerste semester van het academiejaar 2021-2022 is alvast duidelijk geworden dat dit project een meerwaarde is voor het verenigingsleven, hoewel het nog verschillende kinderziektes bevat. We zullen het project in 2022 samen met de collega’s van de dienst Preventie verder uitwerken, met de bedoeling dat de formule vertrouwenspersonen binnen het verenigingsleven tegen de start van het academiejaar 2022-2023 op punt staat.

In het najaar van 2021 ontvingen we meer meldingen van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag binnen het studentenleven. We kregen ook het signaal dat veel studenten niet weten hoe ze daarmee moeten omgaan. Daarom organiseerden we begin december bystander-trainingen rond seksueel grensoverschrijdend gedrag. We voorzagen drie sessies die specifiek gericht waren op een bepaalde doelgroep: 1) bestuursleden, 2) vertrouwenspersonen binnen het verenigingsleven en 3) studenten. De sessies waren ondanks de verstrengde COVID-19-maatregelen een succes.

Om de studenten dichter bij elkaar te brengen lanceerde de kotcoach in mei het platform “Dare 2 VUB” waarop we groepsactiviteiten deelden. Voor de verdere uitwerking hiervan hebben we verschillende financieringspistes afgetoetst, maar dit zonder succes. Daarnaast had het platform niet het bereik dat we beoogden. Op basis van deze aspecten en de personeelshervorming hebben we besloten om dit project te beëindigen.

In november startte onze kotcoach in de VUB-studentenhuizen met “Kotchat”. De kotstudenten kunnen tijdens dit informeel groepsmoment hun ideeën en problemen omtrent het kotleven met de kotcoach delen. De studenten onthaalden de eerste twee sessies positief. We hebben plannen om de kotchat semestrieel per studentenhuis te organiseren.

In de week tussen Kerstmis en nieuwjaar organiseerde de kotcoach een winterweek om de kotstudenten een hart onder de riem te steken. Er waren verschillende initiatieven voorzien: de mogelijkheid om een maaltijdpakket op te halen of om een mobiele kinderboerderij te bezoeken. Deze actie was opnieuw een schot in de roos.

We werkten in 2021, samen met The City is our Playground, aan Less Walls. Studenten en andere creatieve VUB’ers konden een reeks buitenmuren en andere objecten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus beschilderen met verhalen om de identiteit en samenhorigheid van lokale gemeenschap te visualiseren.

Beweging en sport

Door de COVID-19-maatregelen waren in het voorjaar van 2021 een deel van de sportfaciliteiten gedurende een aantal maanden noodgedwongen gesloten. Naast de beperkingen konden we gelukkig ook enkele opportuniteiten creëren. In samenwerking met The Wellness Foundation organiseerde VUB Sport in januari en februari 2021 wekelijkse, gratis online Mindfulness sessies voor VUB-studenten en -medewerkers.

Einde maart 2021 lanceerde Studentensport Vlaanderen gedurende twee weken de Battle of the Students, the Strava Edition (BOTS). Deze challenge daagde, met oog voor veilige buiten sportcontacten, studentenverenigingen van alle Vlaamse hoger onderwijsinstellingen uit om in een maand tijd een maximum aan kilometers te fietsen en/of lopen. Vanuit de VUB namen 16 studentenverenigingen deel aan dit initiatief. BOTS zette ongeveer 1.000 VUB-studenten aan tot beweging. Bij een meerderheid van de deelnemers had BOTS een positieve impact op zowel het fysiek als mentaal welzijn van de deelnemers.

In het najaar van 2021 namen we de Virtual Reality Sportzone actief in gebruik. We konden vanaf dan ook het sportaanbod terug live organiseren. Voortaan is VUB Sport hybride; we kunnen studenten zowel op de campus met een fysiek aanbod, als op kot of thuis met een digitaal sportaanbod bedienen.

In 2021 lag er een sterke focus op communicatie om studenten aan te sporen te blijven sporten, voornamelijk via sociale media. In het najaar van 2021 stelden we een team studenten met communicatie-achtergrond aan om als “sportambassadeurs” te fungeren. Zij beheren de Facebook- en Instagram-accounts van VUB Sport.

De in 2020 gelanceerde mobiele applicatie Nova Sport hebben we hernoemd naar de VUB Sport app. Ook de sportactiviteiten van associatiepartner Erasmushogeschool Brussel zijn er in opgenomen. De app laat toe om deelname aan sportsessies en zwembeurten te reserveren en om de aanwezigen te registreren. Die registratie was functioneel in functie van contact tracing. Daarenboven implementeerden we een aantal extra functionaliteiten van de app: “people”, om medestudenten met gelijke sportinteresses te vinden en “activities”, om eigen sportactiviteiten op touw te zetten en kenbaar te maken via de app.

Bij VUB en EhB telden we eind 2021 meer dan 7.000 gebruikers van de app. Sinds de ingebruikname zijn er meer dan 1.000 registraties uitgevoerd via de app. Dat is heel wat; sportactiviteiten waren in 2021 immers slechts beperkt toegelaten en het zwembad was enkele weken gesloten. In 40% van de registraties gaat het om studenten; de overgrote meerderheid registreert momenteel voor zwembadbezoeken. De app biedt potentieel en zal in de toekomst een tool worden voor sportpromotie bij onze studenten.

De VUB gebruikte tijdens de examenperiodes in 2021 één van de sporthallen als examenlocatie. De grote, goed verluchte ruimte leent zich voor coronaveilige organisatie van schriftelijke on-campus examens. Het gebruik van de sporthal blijft vermoedelijk het geval tot zolang de COVID-19-maatregelen met betrekking tot afstand en ventilatie van toepassing zijn.

Cultuurbeleving

Ook voor de werking van VUB Cultuur zorgden de COVID-maatregelen in 2021 voor beperkingen. Toch konden we in het voorjaar en najaar twee geslaagde kunstenfestivals organiseren. In totaal stonden er 37 activiteiten op de agenda.

In maart ging de 4de editie van het kunstenfestival PILAR ASAP: The Echo Edition door. Het was een hybride editie van het festival. De tentoonstelling ‘This Too Shall Pass” kon fysiek doorgaan en lokte 288 individuele bezoekers. De overige events gingen digitaal door. De Opening Night met de digitale keynote ‘waarheid’ door Ilja Leonard Pfeiffer trok zeer veel belangstellenden. Live concerten waren tijdens deze ASAP-editie niet toegestaan. We namen daarom de concerten van zes artiesten in virtuele realiteit op. Jongeren konden betaalbaar een DIY virtual reality-bril aankopen. Daarmee kregen ze toegang tot de digitale link van de verschillende concerten. Met succes: de concerten werden 632 keer bekeken. Daarnaast organiseerden we, in samenwerking met het Vlaams-Nederlands Huis voor Cultuur en Debat deBuren en onze Scherpsteller een succesvolle digitale masterclass “Gesprekstechnieken in debat”.

Van midden oktober tot midden november liep de 5de PILAR ASAP-editie, met als centraal thema “geleefde ruimte”. We stelden een volledige Brusselse line-up samen. Mits vertoon van een Corona Safe Ticket konden deelnemers fysiek deelnemen aan de programmatie. Dat leverde 941 bezoekers voor de tentoonstelling “Geleefde Stad”, de concerten, de listening sessions, theater- en dansproducties op. Voor een aantal producties zochten we de openbare ruimte op: de Gare Maritime in Brussel en de esplanade van de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus.

Naast de twee tentoonstellingen die deel uitmaakten van een PILAR ASAP editie waren er in 2021 nog vijf tentoonstelling in Pilar:

- April: Sensorial Skins + Woven by Nature, van kunstenares en onderzoeker Annemarie Maes

- Mei: The Invisible Worm That Flies in The Night in The Howling Storm, van onze eigen residenten

- Juni: Pushing Boundaries/Exploring The Limits van Curating The Young

- September: Overlap: the Expo van de Jonge Academie

- Vanaf november: Fiat Lux, in samenwerking met HISK

Buiten de twee multidisciplinaire festivals konden er in 2021 nog verschillende op zichzelf staande activiteiten plaatsvinden:

- Een tweetal theaterproducties

- Muzikale events: een digitale WE.KONEKT-party, een STOEMP!-concert op See-U, een apéro concert, een Silent Disco op Brussel Brost, Leblance Invites en een Showcase.

- Een gratis ‘Take Care Open Air Cinema’ voor Studenten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus, in samenwerking met CINEMA RITCS en de Universitaire Associatie Brussel.

Binnen het project Barak Lili M bewoog er heel wat in 2021. De drie residenten die door COVID langer dan voorzien (18 in plaats van 12 maanden) gebruik maakten van onze ateliers in See-U, maakten na hun slottentoonstelling plaats voor drie nieuwe residenten: Ilke Cop, Luca Vanello en Margot Van den Berghe. Ook onze repetitieruimte was er permanent in gebruik. Theatermakers Silke Huysmans en Hannes Dereere namen er onze experimenteerruimte in gebruik.

Ecologisch bewustzijn

In februari 2021 lanceerde het Green Team het pilootproject Green House Bash op de koten in de Nieuwelaan. De deelnemende units gingen in wedstrijdverband de uitdaging aan om milieubewuster te worden op kot. In 2022 breiden we het project uit naar de andere studentenhuizen van de VUB.

Het Green Team nam in maart 2021 deel aan de W eKONEKTweek. De leden organiseerde n twee creatieve workshops met als centrale thema water. We haakten daarmee vast aan de wereldwaterdag die jaarlijks op 22 maart doorgaat.

Het Green Team nam in maart 2021 deel aan de WeKONEKTweek. De leden organiseerden twee creatieve workshops met als centrale thema water. We haakten daarmee vast aan de wereldwaterdag die jaarlijks op 22 maart doorgaat.

Juist voor de start van de zomervakantie stelde het Green Team de Living Campus Walk voor aan de VUB-gemeenschap. Tijdens deze wandeling kan je door middel van QR-codes verschillende interessante plekjes op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus ontdekken die verband houden met klimaatverandering of biodiversiteit.

Juist voor de start van de zomervakantie stelde het Green Team de Living Campus Walk voor aan de VUB -gemeenschap. Tijdens deze wandeling kan je door middel van QR-codes verschillende interessante plekjes op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus ontdekken die verband houden met klimaatverandering of biodiversiteit.

In oktober startte het Green Team het GREENxCHANGE-project op. Dit project wil studenten de kans bieden om zich te engageren rond duurzaamheid, milieu en klimaat. Het telt verschillende subprojecten die gericht zijn op individuele studenten, kotstudenten en studentenverenigingen.

In oktober startte het Green Team het GREENxCHANGE-project op. Dit project wil studenten de kans bieden om zich te engageren rond duurzaamheid, milieu en klimaat Het telt verschillende subprojecten die gericht zijn op individuele studenten, kotstudenten en studentenverenigingen.

Op 1 december lanceerde het Green Team samen met studente Lotus Li en de kotcoach de voedselkast aan de X-koten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus Etterbeek. Het doel van dit initiatief is om studenten een centrale plek aan te bieden waar ze voedingswaren die ze overhebben of niet gebruiken kunnen delen met hun medestudenten. De initiatiefnemers willen met dit project voedselverspilling tegengaan, maar ook kotstudenten ondersteunen die het financieel wat moeilijker hebben.

Kengetallen en trends

Op 1 december lanceerde het Green Team samen met studente Lotus Li en de kotcoach de voedselkast aan de X-koten op de Brussels Humanities, Sciences & Engineering Campus Etterbeek. Het doel van dit initiatief is om studenten een centrale plek aan te bieden waar ze voedingswaren die ze overhebben of niet gebruiken kunnen delen met hun medestudenten. De initiatiefnemers willen met dit project voedselverspilling tegengaan, maar ook kotstudenten ondersteunen die het financieel wat moeilijker hebben.

Kerngetallen en trends

Verenigingsleven, beleving en engagement

Verenigingsleven, beleving en engagement

Aantal erkende studentenverenigingen functioneel erkend gewoon erkend

Figuur 50: aantal door de Studentenraad erkende studentenverenigingen (totaal in 2021: 51). Het ledenaantal van de verenigingen varieert van 15 tot 120 personen. .

Figuur 50: aantal door de Studentenraad erkende studentenverenigingen (totaal in 2021: 51). Het ledenaantal van de verenigingen varieert van 15 tot 120 personen.

In 2021 verkregen drie studentenverenigingen het statuut van ‘gewoon erkende vereniging’: Jong N-VA VUB, Volt VUB en Imara. Eén studentenvereniging verkreeg het statuut van ‘functioneel erkende vereniging’: Boves Luci Bruxellensis. De verenigingen Jong N-VA VUB en Boves Luci Bruxellensis kregen een erkenning via de beroepsprocedure studentenvoorzieningen na een initiële negatieve beslissing door de Studentenraad. Daarnaast verloren één gewoon erkende vereniging (Sociaal Ecologische Activisten, (SEA)) en twee functioneel erkende verenigingen (Het Vrij Podium en AIESEC) hun erkenning. Ten slotte erkende de St udentenraad de Overkoepelende Studentendienst (OSD) als suigenerisvereniging. Een overzicht van alle erkende verenigingen is terug te vinden op het

In 2021 verkregen drie studentenverenigingen het statuut van ‘gewoon erkende vereniging’: Jong N-VA VUB, Volt VUB en Imara. Eén studentenvereniging verkreeg het statuut van ‘functioneel erkende vereniging’: Boves Luci Bruxellensis.

De verenigingen Jong N-VA VUB en Boves Luci Bruxellensis kregen een erkenning via de beroepsprocedure studentenvoorzieningen na een initiële negatieve beslissing door de Studentenraad. Daarnaast verloren één gewoon erkende vereniging (Sociaal Ecologische Activisten, (SEA)) en twee functioneel erkende verenigingen (Het Vrij Podium en AIESEC) hun erkenning. Ten slotte erkende de Studentenraad de Overkoepelende Studentendienst (OSD) als suigenerisvereniging. Een overzicht van alle erkende verenigingen is terug te vinden op het studentenportaal.

Beweging en sport Beweging en sport

Beweging en sport

Evolutie sportparticipatie

VUB-leden Basic Fit VUB-student zwemkaart VUB-student jogkaart VUB-student sportknip VUB-student sportkaart

VUB-leden Basic Fit VUB-student zwemkaart VUB-student jogkaart VUB-student sportknip VUB-student sportkaart

Figuur 51: In deze grafiek worden alle types van sportlidmaatschappen bij elkaar opgeteld voor de voorbije jaren. Dat geeft een beeld van de “totale” sportparticipatie aan het eigen aanbod, en de evolutie daarin. Na een stevige dip in 2020 omwille van de coronacris is herstelt de sportparticipatie zich, zij het nog niet op het niveau van 2018 en 2019. Rekening houdend met de grote impact van de COVID-19-maatregelen op de sportwerking en op de aanwezigheid van studenten op de campus, is dit zeker geen slecht resultaat .

Figuur 51: In deze grafiek worden alle types van sportlidmaatschappen bij elkaar opgeteld voor de voorbije jaren. Dat geeft een beeld van de “totale” sportparticipatie aan het eigen aanbod, en de evolutie daarin. Na een stevige dip in 2020 omwille van de coronacrisis herstelt de sportparticipatie zich, zij het nog niet op het niveau van 2018 en 2019. Rekening houdend met de grote impact van de COVID-19-maatregelen op de sportwerking en op de aanwezigheid van studenten op de campus, is dit zeker geen slecht resultaat.

Figuur 51: In deze grafiek worden alle types van sportlidmaatschappen bij elkaar opgeteld voor de voorbije jaren. Dat geeft een beeld van de “totale” sportparticipatie aan het eigen aanbod, en de evolutie daarin. Na een stevige dip in 2020 omwille van de coronacris is herstelt de sportparticipatie zich, zij het nog niet op het niveau van 2018 en 2019. Rekening houdend met de grote impact van de COVID-19-maatregelen op de sportwerking en op de aanwezigheid van studenten op de campus, is dit zeker geen slecht resultaat

Cultuurbeleving

Cultuurbeleving

Evolutie inkomsten ticketverkoop dienst Cultuur

Cultuurbeleving

Figuur 52: Evolutie inkomsten via ticketverkoop voor events georganiseerd door de dienst Cultuur. Door COVID-19 en de bijhorende maatregelen (geen fysieke events mogelijk, verlaagde capaciteit, CST, …) zijn de ticketinkomsten aanzienlijk lager dan voorzien.

Figuur 52: Evolutie inkomsten via ticketverkoop voor events georganiseerd door de dienst Cultuur. Door COVID-19 en de bijhorende maatregelen (geen fysieke events mogelijk, verlaagde capaciteit, CST, …) zijn de ticketinkomsten aanzienlijk lager dan voorzien.

Figuur 52: Evolutie inkomsten via ticketverkoop voor events georganiseerd door de dienst Cultuur. Door COVID-19 en de bijhorende maatregelen (geen fysieke events mogelijk, verlaagde capaciteit, CST, …) zijn de ticketinkomsten aanzienlijk lager dan voorzien.

Evolutie sportparticipatie
Evolutie inkomsten ticketverkoop dienst Cultuur

Figuur 53: evolutie inkomsten via ticketverkoop van de multidisciplinaire kunstenfestivals BANG! (2015 -2018) en PILAR ASAP (2019/2020/2021) van de dienst Cultuur. In 2021 organiseerden we twee PILAR ASAP festivals, waarvan één editie hoofdzakelijk digitaal met verlies van ticketinkomsten tot gevolg. Er is weinig tot geen betalingsbereidheid voor activiteiten die digitaal doorgaan.

Figuur 53: evolutie inkomsten via ticketverkoop van de multidisciplinaire kunstenfestivals BANG! (2015-2018) en PILAR ASAP (2019/2020/2021) van de dienst Cultuur. In 2021 organiseerden we twee PILAR ASAP festivals, waarvan één editie hoofdzakelijk digitaal met verlies van ticketinkomsten tot gevolg. Er is weinig tot geen betalingsbereidheid voor activiteiten die digitaal doorgaan.

Figuur 53: evolutie inkomsten via ticketverkoop van de multidisciplinaire kunstenfestivals BANG! (2015 -2018) en PILAR ASAP (2019/2020/2021) van de dienst Cultuur. In 2021 organiseerden we twee PILAR ASAP festivals, waarvan één editie hoofdzakelijk digitaal met verlies van ticketinkomsten tot gevolg. Er is weinig tot geen betalingsbereidheid voor activiteiten die digitaal doorgaan.

Verhoudingen van disciplines binnen het aanbod van Dienst Cultuur

Verhoudingen van disciplines binnen het aanbod van Dienst Cultuur

Concerten Expo's Performances/Dans Educatief

Figuur 54: In 2021 organiseerden de dienst Cultuur 7 tentoonstellingen (in totaal 114 dagen), 17 concerten, 7 theatervoorstellingen, 13 educatieve of andere events (o.a. filmvoorstellingen).

Figuur 54: In 2021 organiseerden de dienst Cultuur 7 tentoonstellingen (in totaal 114 dagen), 17 concerten, 7 theatervoorstellingen, 13 educatieve of andere events (o.a. filmvoorstellingen).

Personeel

Figuur 54: In 2021 organiseerden de dienst Cultuur 7 tentoonstellingen (in totaal 114 dagen), 17 concerten, 7 theatervoorstellingen, 13 educatieve of andere events (o.a. filmvoorstellingen).

Personeel

Het personeel voor studentenwerking wordt niet aangesteld op het personeelskader van begrotingsafdeling III.

Personeel

Het personeel voor studentenwerking wordt niet aangesteld op het personeelskader van begrotingsafdeling III.

Het personeel voor studentenwerking wordt niet aangesteld op het personeelskader van begrotingsafdeling III-Het personeel voor studentenwerking wordt niet aangesteld op het personeelskader van begrotingsafdeling III.

De kotcoach, aan de slag vanuit het Infopunt Studenten, is voltijds actief op middelen uit de studentenvoorzieningen. In de zomer van 2021 verliet Jelle Tierens, de eerste VUBkotcoach, de VUB. In oktober ging een nieuwe kotcoach, Tino Cooman, aan de slag. Hij zal zich toeleggen op de verdere uitwerking van een socio-cultureel en contactbevorderend programma op de VUB-koten. Daarnaast blijft de kotcoach het eerste aanspreekpunt voor kotstudenten in geval van vragen of problemen.

Resultaten en betoelaging

De kotcoach, aan de slag vanuit het Infopunt Studenten, is voltijds actief op middelen uit de studentenvoorzieningen. In de zomer van 2021 verliet Jelle Tierens, de eerste VUBkotcoach, de VUB. In oktober ging een nieuwe kotcoach, Tino Cooman, aan de slag. Hij zal zich toeleggen op de verdere uitwerking van een socio-cultureel en contactbevorderend programma op de VUB-koten. Daarnaast blijft de kotcoach het eerste aanspreekpunt voor kotstudenten in geval van vragen of problemen.

De kotcoach, aan de slag vanuit het Infopunt Studenten, is voltijds actief op middelen uit de studentenvoorzieningen. In de zomer van 2021 verliet Jelle Tierens, de eerste VUB-kotcoach, de VUB. In oktober ging een nieuwe kotcoach, Tino Cooman, aan de slag. Hij zal zich toeleggen op de verdere uitwerking van een socio-cultureel en contactbevorderend programma op de VUB-koten. Daarnaast blijft de kotcoach het eerste aanspreekpunt voor kotstudenten in geval van vragen of problemen.

Resultaten en betoelaging

Ook in 2021 had de coronapandemie een grote financiële impact op de sport - en cultuursector. Wat Pilar en de cultuuractiviteiten betreft was deze impact zichtbaar in de inkomsten uit ticketverkoop en zaalverhuur. De ticketverkoop la g zeer laag door de

Ook in 2021 had de coronapandemie een grote financiële impact op de sport - en cultuursector. Wat Pilar en de cultuuractiviteiten betreft was deze impact zichtbaar in de inkomsten uit ticketverkoop en zaalverhuur. De

la g zeer laag door de

Resultaten en betoelaging

Ook in 2021 had de coronapandemie een grote financiële impact op de sport- en cultuursector. Wat Pilar en de cultuuractiviteiten betreft was deze impact zichtbaar in de inkomsten uit ticketverkoop en zaalverhuur. De ticketverkoop lag zeer laag door de beperkte zaalcapaciteit en door de lage betalingsbereidheid voor online activiteiten. Door de sluiting van allerhande sectoren en door het verplichte telewerk kwam ook zaalverhuur dit jaar niet van de grond. Daarnaast was de context niet ideaal voor sponsoring en fondsenwerving, en konden we minder subsidies binnenhalen dan begroot. Om het negatieve resultaat te compenseren is een VUB-toelage van ca. €450.000 nodig (tegenover €350.000 begroot), waarvan – in lijn met de begroting – €140.000 uit afdeling III.

Ook op sportief vlak was er impact. Enerzijds door directe invloed van maatregelen zoals sluiting, capaciteitsbeperking zwembad en verminderde aanwezigheid op campus. Anderzijds doordat het effect dat sinds het begin van de pandemie doorwerkt: clubs en organisaties die de voorbije jaren reeds voorafbetaald infrastructuurgebruik niet konden realiseren door coronamaatregelen, kregen de kans de niet-gepresteerde uren later in te zetten. Dat betekent dat deze impact ook dit jaar nog gedragen werd door minderinkomsten op vlak van zaalverhuur. We konden daardoor minder inkomsten realiseren dan begroot: €425.884. Het detail hiervan zal beschikbaar zijn zodra de resultatenrekening gefinaliseerd is. De tussenkomst vanuit afdeling III blijft gelijk op €21.330.

Evaluatie doelstellingen uit het beleidsplan

Strategische doelstellingen

We stimuleren onze studenten tot participatie aan beweging en sport.

Operationele doelstellingen

Opzetten van een methodologie om participatie van studenten betrouwbaar te kunnen meten, en evolutie te kunnen opvolgen.

We promoten “levenslang” bewegen en sporten, o.a. door aanbod sportprogramma.

Indicatoren Projectleider Evaluatie 2021

Methode beschikbaar in 2023.

Hoofd Beweging & Sport Opgestart

Stijgend aantal VUB studenten per campus zijn sportief actief (2019-2023).

Hoofd Beweging & Sport In uitvoering.

Na een serieuze daling wegens de coronacrisis in 2020 herstelt de sportparticipatie zich deels in 2021, zij het nog niet op het niveau van 2018 of 2019.

We bewaken dat de middelen voor studentensport via de associatie voldoende ten voordele van de VUB-studenten worden ingezet.

Duidelijk communicatiebeleid wat betreft onderscheid tussen VUB-sport en UAB sport (2019-2023).

In voorbereiding van het sportbeleidsplan UAB-sport 2020 - 2024 wordt in het najaar van 2019 een advies gevraagd aan de studentenraad over welke belangen van VUB-studenten moeten meegenomen worden naar het associatieplan (2019).

Hoofd Beweging & Sport Uitgevoerd

Hoofd Beweging & Sport Uitgevoerd

We stimuleren cultuurparticipatie bij studenten.

Opzetten van een methodologie om participatie van studenten betrouwbaar te kunnen meten, en evolutie te kunnen opvolgen.

We ondersteunen zowel passieve cultuurbeleving (presentatie) als actieve cultuurparticipatie (creatie, ondernemerschap).

Methode beschikbaar in 2023.

Hoofd Cultuur

Uitgevoerd

i.s.m. met stagair van de opleiding Agogische Wetenschappen.

We brengen studenten in contact met verscheidene culturele partners in Brussel.

Tijdelijke bezetting van de Usquare-site met atelierruimtes, repetitieruimte en ondersteuning van cultureel ondernemerschap vanaf 2019.

Programmatie van presentatie-activiteiten vanaf 2019 –2020 (nieuwbouwproject XY).

Activiteiten in samenwerking met Brusselse culturele organisaties.

Activiteiten op locaties buiten de campussen.

We betrekken studenten als stakeholders bij de (evaluatie en bijsturing van de) werking en het cultuurbeleid van de universiteit.

We betrekken studenten bij de organisatie en de uitbouw van het cultureel aanbod, vertrekkend vanuit de behoeften van de studenten.

Studenten zijn betrokken

Hoofd Cultuur

Uitgevoerd

- Project van Barak Lili M op See-U.

- 3 Beeldend kunstenaars in residentie voor een jaar.

- 1 Muzikant in residentie voor een half jaar

Hoofd Cultuur

Uitgevoerd

Twee edities van PILAR ASAP + 13 formats.

Hoofd Cultuur Uitgevoerd

- Events op locatie: Gare Maritime, Brussel Brost, See U, CINEMA RITCS, …

- Events met partners: VI.BE, Dansende Beren, HISK, deBuren, …

Hoofd Cultuur Uitgevoerd.

Verhoogde betrokkenheid van studenten in de Raad van Bestuur en Algemene Vergadering van Pilar vzw. We betrekken de input van stagiairs, taken, masterproeven, ... .

Programmatie van minstens 2 activiteiten per jaar waarbij studenten het initiatief hebben genomen.

Hoofd Cultuur Uitgevoerd

Studenten worden betrokken bij uitbouw van PILAR ASAP. Event van LeBlanc Invites was 100% student.

We faciliteren het studentenverenigingsleven en de niet onderwijsgebonden studenteninitiatieven.

We omkaderen het studentenleven reglementair en juridisch.

De Codex Studentenleven bundelt universiteitsbreed alle reglementeringen inzake het studentenleven.

Hij is een gekende referentie voor alle actieve studenten en betrokken diensten. Hij wordt geactualiseerd indien nodig (2019-2023).

In september 2021 actualiseerden we de Codex Studentenleven. De wijzigingen betroffen:

- De implementatie van de VUB Gedragscode;

- De statutaire en rapportageverplichtingen voor sui-generisverenigingen;

- De herziening van de erkenningsprocedure voor studentenverenigingen en van de daarop volgende periode van tijdelijke erkenning;

- De implementatie van het kader voor vertrouwenspersoon binnen een studentenvereniging;

- De plichten die verbonden zijn aan het statuut van erkende vereniging;

- De minimum veiligheids- en gedragsvoorschriften bij alle activiteiten, inclusief het dopen.

We installeren een efficiënte werking.

Expertise en kwaliteitsvol advies in de oprichting en erkenning van studentenorganisaties, als feitelijke vereniging of als vzw (20192023).

Jaarlijkse barometer van het aantal studentenverenigingen en studenteninitiatieven en hun relevante parameters (2020-2023).

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

In 2021 hebben we verschillende verenigingen begeleid tijdens hun oprichtings- en erkenningsprocedure. De erkenning van vier verenigingen trad in 2021 in werking

Hoofd Infopunt Studenten

Hoofd Infopunt Studenten

Nog niet gestart Administratieve vereenvoudiging van procedures voor studenten (20192023).

De rollen van BSGgtgv en het Infopunt Studenten zijn duidelijk voor alle stakeholders en ze zijn duidelijk afgebakend (2020-2023).

De loketfuncties van de brede informatiefunctie van het Infopunt Studenten en de studentenlevenfunctie van het Infopunt Studenten zijn geïntegreerd (2020-2023).

Online loket met minstens thematische en chronologische overzichten van het vrijetijdsaanbod, integratie van alle aangeboden diensten voor het opzetten van initiatieven, duidelijk overzicht van sponsor- en subsidiemogelijkheden (2019-2023).

Nog niet gestart

Hoofd Infopunt Studenten Nog niet gestart

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

De studenten vinden vlot hun weg naar de coördinator studentenleven. Ook vervult de kotcoach een belangrijke informatierol waardoor de studenten nog sneller geholpen kunnen worden.

Hoofd Infopunt Studenten Opgestart

In september 2021 lanceerden we het nieuwe studentenportaal. Hierop kunnen de studenten alle nuttige informatie betreffende het studentenleven vinden.

We ondersteunen studenteninitiatieven communicatief.

Het actieve studentenleven komt aan bod in de VUB-media. Studenten kunnen aanvragen hiervoor richten naar Infopunt Studenten (2019-2023).

Hoofd Infopunt Studenten

We ondersteunen studenteninitiatieven logistiek en organisatorisch.

We ondersteunen studenteninitiatieven via kennisdeling en vorming.

Beleidsvoorbereidend advies en minstens jaarlijkse evaluatie van de nood aan ruimtes voor studentenleven, het beschikbaar aanbod en de exploitatiewijze. (esplanade, studentenlounges, fuifzalen, ruimtes voor grote events…) (2019-2023).

We bieden minstens per jaar een vorming aan voor studenten die zich willen engageren in het studentenleven, i.s.m. de verschillende stakeholders (2019-2023).

Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

Het studentenleven komt aan bod op de verschillende VUB-kanalen en de studenten kunnen dit aanvragen via het studentenportaal.

Opgestart

De gezondheidscrisis heeft duidelijk gemaakt dat er een nijpend tekort is aan geschikte (activiteiten)locaties op beide campussen en dat daarvoor een oplossing gezocht moet worden. Om tegemoet te komen aan de locatie-schaarste, hebben we in 2021 twee starshade tenten aangekocht die de verenigingen gratis kunnen gebruiken.

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

Aan de start van het nieuwe academiejaar organiseerden we samen met het BSGgtgv verschillende ‘how to’-sessies voor de nieuwe bestuursleden. Daarnaast voorzagen we ook specifieke opleidingsmomenten voor de vertrouwenspersonen om ze te coachen in hun rol. Ten slotte organiseerden we een bystander-training rond seksueel grensoverschrijdend gedrag die gericht was op zowel de verenigingen als op de doorsnee studenten.

We realiseren een studentenbar.

Minstens 1 ontmoeting per jaar over het actieve studentenleven ¬over actuele thema’s (bv. pro-senioren met huidige besturen, internationale en Belgische studenten, actieve en niet-actieve studenten, studenten van verschillende culturele achtergrond...) (20192023).

Opbouw van het dossier, businesscase, uitbatingsmodel en bouwplanning in 2019.

Hoofd Infopunt Studenten

Algemeen Beheerder & Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

De coronacrisis noodzaakte ons om in het najaar de focus te leggen op een veilige heropstart van het studentenleven. We plannen een nieuwe folkloredebat over studentikoziteit in de eerste helft van 2022.

Implementatie van een studentenbar ten laatste in 2023.

Algemeen Beheerder & Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

De dienst Infrastructuur startte met de verbouwingswerken in april 2021 en het project zal opgeleverd worden in de eerste helft van 2022. De betrokken stakeholders – de Studentenraad, BSG AS vzw en het BSGgtgv – maakten afspraken over het financierings- en uitbatingsmodel.

Nog niet gestart

We versterken het sociaal weefsel binnen de studentengemeenschap.

We dragen actief bij tot het welzijn van studenten via stimuleren van hun participatie in het studentenleven.

Initiatieven zijn genomen om studenten-(organisaties) te stimuleren tot drempelverlaging naar het studentenleven en bijhorende activiteiten (20192023).

Hogere deelname in het studentenverenigingsleven, zowel van Belgische als van internationale studenten (2020-2023).

Rapportering over welzijnsissues in het studentenleven en de wijze waarop ermee wordt omgegaan in het decretaal verplicht jaarverslag (20202023).

Hoofd Infopunt Studenten

Deels Opgestart

Om het ruime aanbod aan studentenverenigingen in de schijnwerpers te plaatsen en de drempel enigszins te verlagen, ontwierpen we een flyer die we aan alle nieuwe studenten bezorgden. We zijn bewust dat we moeten blijven inzetten op de uitwerking van drempelverlagende initiatieven.

Hoofd Infopunt Studenten Deels opgestart

Door de drempels te verlagen (zie bovenstaand puntje) hopen we op een toename van de participatiegraad in de toekomst.

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

Bij de start van het nieuwe academiejaar formaliseerden we het project vertrouwenspersoon binnen het studentenleven. Het project zal in het tweede semester verder uitgewerkt worden.

We stippelen een welzijnsbeleid uit voor studenten op VUB-kot ter bevordering van de sociale integratie en bestrijding van eenzaamheid.

Een projectmedewerker is aangeworven voor de periode 2020-2023

Een socio-cultureel en contact bevorderend programma is uitgewerkt voor de verschillende studentenhuizen en – wijken van de VUB.

Studenten op kot voelen zich goed en hebben een gediversifieerd sociaal netwerk (20202023).

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

De kotcoach is ingebed binnen het Infopunt Studenten.

Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

In 2021 werden er verschillende initiatieven gelanceerd om de kotstudenten met elkaar in contact te brengen.

Hoofd Infopunt Studenten

Evaluatie van het project beschikbaar, met aanbevelingen over hoe bevordering van de sociale integratie en bestrijding van de eenzaamheid op het bredere veld van studentenwerking kan worden ingezet (2023).

Hoofd Infopunt Studenten

Deels uitgevoerd

De functie van kotcoach is sterk verankerd binnen het kotleven. We streven ernaar om het komend jaar een brug te slaan tussen de verschillende vrijetijdsactoren opdat de kotstudenten een breed sociaal netwerk hebben.

Nog niet gestart

We zetten in op veiligheid en gezondheid van onze studenten.

We stimuleren beleving, actieve participatie, engagement en kritisch betrokken (wereld)burgerschap.

Promotie van het georganiseerd studentenleven en van initiatieven voor studenten (20192023).

Integratie van het actieve studentenleven in de onthaalcommunicatie (NL en ENG) (20192023).

Hoofd Infopunt Studenten

Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

De studenteninitiatieven worden gepromoot op ons studentenportaal, op onze Facebookpagina Student Events VUB en via beeldschermen op de campus.

Deels uitgevoerd

In het digitale gedeelte van de onthaalweek voorzagen we een video over het studentenleven aan de VUB. Ook voorzagen we een flyer waarin we het ruime aanbod aan studentenverenigingen in de schijnwerpers plaatsten. Daarnaast konden de studentenverenigingen ’s avonds activiteiten organiseren om hun werking voor te stellen aan de nieuwe studenten.

We verminderen schadelijk alcoholgebruik door een actieve samenwerking hieromtrent met de studentenorganisaties.

We zetten in op preventie van gehoorschade.

BSGgtgv zorgt voor een vlotte omkadering van het studentenverenigingsleven met een hogere deelname van studenten en een hogere diversiteit van de participerende studenten.

Studiekring Vrij Onderzoek biedt een programma waarin studenten een constructief kritische kijk, inzichten en vaardigheden kunnen ontwikkelen in het licht van de in de samenleving te dragen verantwoordelijkheden.

De Moeial rapporteert kritisch over 3 pijlers: studenten, VUB en Brussel. (2019-2023).

Minder klachten over overlast en minder medische, security- en politionele interventies bij grote studentenevents en ’s nachts op campus (2020-2023).

Geluidsintensiteit wordt gemonitord en gerapporteerd in het decretaal verplicht jaarverslag (2019-2023).

Hoofd Infopunt Studenten

Opgestart

Dit jaar heeft het BSGgtgv geprobeerd om de digitale St-Vé-viering toegankelijk te maken voor de volledige studentenpopulatie, maar ze zijn bewust van het feit dat de omkadering van het verenigingsleven herbekeken dient te worden om een hogere participatiegraad aan het studentenleven te bekomen.

Studiekring Vrij Onderzoek (VO) biedt de studenten de mogelijkheid om door middel van de debatten na te denken over actuele maatschappelijke kwesties. In het najaar lanceerden ze verschillende acties voor Ahmadreza Djalali.

De Moeial rapporteert op een kwaliteitsvolle en kritische manier over de studenten, VUB en Brussel.

Hoofd Infopunt Studenten Opgestart

In het najaar kwamen er meer meldingen binnen over onveiligheidgevoelens op de campussen. Samen met de security startten we met de uitwerking van een veiligheidscampagne. Deze zal bij de start van het tweede semester uitgerold worden.

Hoofd Infopunt Studenten Uitgevoerd

In 2021 werden de geluidsnormen bij geen enkele activiteit overschreden.

We versterken de band tussen de stad en het studentenleven.

We moedigen de studenten aan actief deel te nemen aan op de stad gerichte projecten.

Actieve geïntegreerde promotie van Brusselse studenteninitiatieven (20192023).

Hoofd Infopunt Studenten

Aandachtspunten voor toekomstig beleid

Verenigingsleven, beleving en engagement

Nog niet gestart

De coronacrisis noodzaakte ons om in 2020 de focus te leggen op interne crisiscommunicatie.

In onze initiatieven en evenementen vanuit de universiteit blijven we kiezen voor een duidelijke lijn van coaching, ondersteuning en vorming van de actieve studenten en studentenorganisaties.

De studentenpopulatie aan de VUB kende de laatste jaren een sterke groei en diversificatie. Binnen de studentenwerking zien we dat niet weerspiegeld in het extracurriculair studentenleven. Veel studenten ervaren verschillende drempels om eraan deel te nemen. We willen dan ook initiatieven opzetten om verenigingen aan te moedigen tot drempelverlaging bij studentenactiviteiten. Op die manier willen we de participatiegraad aan het studentenleven bevorderen, zowel bij Belgische als internationale studenten.

We moeten de werking van de studentenlounges en de realisatie van een studentenbar verder opvolgen en ondersteunen.

We moeten jaarlijks een vormingsprogramma uitwerken dat rekening houdt met de noden van de studenten en de uitdagingen waarvoor ze staan. Ook willen we inzetten op ontmoetingen rond het studentenleven en studentikoziteit. Focus ligt daarbij niet alleen op ontmoetingen tussen de oude en nieuwe generatie studenten, maar ook tussen internationale en Belgische studenten, actieve en niet-actieve studenten, enzovoort.

We wensen de studentenverenigingen beter te begeleiden bij de bestuursoverdracht; te veel belangrijke informatie gaat verloren tijdens de overdracht. Tevens moeten we de verenigingen blijven aansporen om het vzw-statuut aan te nemen. We moeten ze gedurende het oprichtingsproces en de eerste werkingsjaren coachen en ondersteunen. Als gevolg van COVID-19 moeten we ons coachings- en ondersteuningsaanbod verder versterken. Door de gezondheidscrisis is heel wat praktische en folkloristische kennis over het bestuur van de verenigingen niet ten volle kunnen overgedragen worden tussen ervaren en nieuwe bestuursleden. Dit heeft gevolgen voor de bestuurscontinuïteit van onze verenigingen. We moeten daarop, in samenwerking met BSGgtgv, anticiperen en de nodige ondersteuningstrajecten uitstippelen.

De VUB kent de laatste jaren een sterke stijging van het aantal erkenningsaanvragen door verenigingen. Deze stijging gaat echter niet gepaard met een toename van het aantal lokalen en opslagruimtes die we kunnen ter beschikking stellen. Daarom zal het belangrijk zijn om het huidige lokaalgebruik, voornamelijk van gedeelde lokalen, goed op te volgen en op regelmatige basis te evalueren. Bedoeling is dat verenigingen die een uitgesproken infrastructuurnood ervaren ook de beste uitrusting verkrijgen. Naar de toekomst toe moeten we kijken of het herbestemmingsproject van de Van der Meeren-studentenwijk en de Usquare-site mogelijke opportuniteiten bieden voor het huisvesten van het studentenleven.

Studenteninitiatieven moeten we actief blijven promoten via onze kanalen. Via actieve storytelling in verschillende VUBmedia moeten we verder inzetten op het bewust maken van studenten van het aanbod en de voordelen van engagement buiten het onderwijscurriculum.

We zien dat de verschillende subsidiemogelijkheden van de VUB en de VGC weinig bekendheid genieten bij de studenten. We zetten in op het actief promoten van die mogelijkheden; dat moet studenten ertoe aanzetten om een eigen initiatief te realiseren. Voor wat onze eigen subsidies betreft, moeten we streven naar een vereenvoudiging van het administratief proces. Dat is zowel in het belang van de studenten als de VUB-administratie.

We merken dat kotstudenten vaak kampen met eenzaamheid. We moeten nadenken over een socio-cultureel en contactbevorderend programma voor de studentenhuizen. Dat programma zou idealiter samensmelten met het studentenleven.

We moeten inzetten op het bevorderen van het welzijnsaspect binnen het extracurriculair studentenleven. Hiervoor moeten we samenwerken met andere VUB-diensten en de nadruk leggen op ondersteuning en coaching

We nemen signalen van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag binnen het studentenleven zeer ernstig. We zetten in op de ontwikkeling van een grenswijs beleid dat een kwaliteitskader voor gepast omgaan met elkaar, en een preventief en reactief luik zal bevatten.

Het besluit over versterkt geluid van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bepaalt dat instellingen zelf het geluidsniveau van activiteiten met versterkt geluid moeten normeren en onder controle houden. We moeten de naleving ervan in het oog blijven houden.

Beweging en sport

Wat sportparticipatie betreft, moeten we studenten blijven stimuleren om deel te nemen aan georganiseerde sportactiviteiten, maar ook om “gewoon meer te bewegen” in het algemeen. De One Million Step Challenge, de Battle of the Students en Sport uit uw kot campagnes zijn hiervan geslaagde voorbeelden en voor herhaling vatbaar. Om de steeds evoluerende trends op de voet te kunnen monitoren en in functie daarvan te kunnen handelen, is de ontwikkeling van nieuwe, efficiënte en betrouwbare meetinstrumenten door de dienst Beweging en Sport een must.

We willen studenten ten volle betrekken bij de mogelijkheden van het nieuwe zwembad en de verschillende zwemactiviteiten. In functie daarvan moeten we het beleid rond en de werking van het nieuwe zwembad regelmatig en gericht evalueren

In 2020 werd het nieuwe studentensportbeleidsplan voor de periode 2021-2024 goedgekeurd. Binnen dat beleidsplan zetten we het merendeel van de traditionele competitieve en recreatieve activiteiten verder van zodra COVID-19 het toelaat. We blijven investeren in kwalitatieve infrastructuur en versterken ons intern en externe partnernetwerk. We zetten het digitale sportaanbod de komende jaren (deels) verder. Daarbinnen voorzien we een hybride aanbod met zowel live activiteiten op de campussen als via online streaming en/of video. Een belangrijke pijler is een professionelere aanpak van de communicatie vanuit VUB-sport. Een belangrijke vaststelling is immers dat studenten vaak enthousiast reageren op de initiatieven van VUB-sport, maar dat velen niet of onvoldoende op de hoogte zijn van de sportwerking.

Cultuurbeleving

In 2022 willen we nog meer in dialoog gaan met studenten over het programma van Pilar. Er zal actiever ingezet worden op publiekswerking.

Ook verhuizen we met ons project Barak Lili M naar de Main Campus van VUB. Nog intensiever aan de slag gaan met onze residentiewerking is bijgevolg een speerpunt van 2022.

Tot slot is het van groot belang om blijvend in te zetten op het uitwerken van een veerkrachtig inkomstenmodel om de toekomst van de uitgebreide culturele werking te garanderen. De zoektocht naar sponsoring en de verhuur van de Pilar Box zijn daarvoor de aandachtspunten. Daarnaast zetten we in op subsidiewerving op verschillende niveaus, zowel zeer lokaal als bovenlokaal.

RUBRIEK 8 SYNTHESE JAARREKENING

III. Materiële

B. Installaties, machines en uitrusting

D. Vaste

E.

IV. Financiële vaste

B. Andere rechtspersonen waarmee een

IV.

VII. Voorzieningen voor risico's en kosten

A. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen

C. Grote herstellingen en onderhoudswerken

D. Sociaal Passief

E. Veiligheid en milieuverplichtingen

VIII.

2.

3. Leasingschulden en soortgelijke schulden

IX. Schulden op ten hoogste een jaar

A. Schulden op >1j die binnen het jaar vervallen

D. Ontvangen vooruitbetalingen

E. Schulden mbt belastingen, bezoldigingen en sociale

F. Overige schulden

X. Overlopende rekeningen

TOTAAL DER PASSIVA

A.2.4. IWT: bench fee (specialisatiebeurzen) - naar FWO in 2016

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1.

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2. FWO en VLAIO (ex IWT)

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de

-

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase I & II

A.4.1.2.4.

A.4.2. Contractonderzoek met de

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek en dienstverlening

A.5.5.

A.5.6.

C. Geproduceerde vaste activa

D. Giften, schenkingen en legaten

E.

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

IV. Financiële opbrengsten (+)

Kosten van

(toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

VII.

opbrengsten (+)

afschrijvingen en van waardeverminderingen

waardeverminderingen

voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

opbrengsten (toelichting XIII, A)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële

Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende

en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-) A.

A. Te bestemmen overschot (te verwerken tekort) 1. Te bestemmen overschot

3. Overgedragen overschot van het vorige

4.

B. Onttrekking aan de eigen middelen

1. Aan het gevormd vermogen (onttrekking aan de eigen middelen (+))

2. Aan de aangelegde fondsen (onttrekking aan de eigen middelen (+))

C. Toevoeging aan de eigen middelen

1. Aan het gevormd vermogen (toevoeging aan de eigen middelen (-))

2. Aan de aangelegde fondsen (toevoeging aan de eigen middelen (-))

D. Over te dragen overschot (tekort)

A.1.4.

A.1.5.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.2.1.

(specialisatiebeurzen)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2.

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5.

A.3.4.3. Andere buitenlandse overheden

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

-

A.4.1.1.

A.4.1.2. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.1. Contractonderzoek -

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - pre klinisch

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase I & II

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials

A.4.2.

A.4.3. Wetenschappelijke dienstverlening (zonder

A.4.4.

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek

A.5.1.

A.5.2.

A.5.3. Huuropbrengsten

A.5.4.

A.5.5.

B. Waardewijziging projecten in uitvoering

C. Geproduceerde vaste activa

D. Giften, schenkingen en legaten

E. Andere

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4.

C.5.

C.7. Bursalen

aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op IVA en MVA

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toev +, terugn -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toev +, bestedingen en terugn -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III.

IV. Financiële opbrengsten (+)

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toel XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op IVA en MVA

B.

van waardeverminderingen op financiële vaste

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op IVA en MVA

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A.

B.

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A.

B.

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

A.1.4.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2. IWT

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.3. Steden en provincies

A.3.4.3. Andere buitenlandse overheden

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

A.4.1. Contractonderzoek met de privé - sector

A.4.1.1.

A.4.1.2. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.1. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - pre klinisch

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase I & II

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.2. Contractonderzoek met de privé - sector met overheidssteun

A.4.3. Wetenschappelijke dienstverlening (zonder contract)

A.4.4. Valorisatie onderzoeksresultaten

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek en dienstverlening

A.5.1. Reguliere

A.5.2. Andere inschrijvingsgelden

A.5.3. Huuropbrengsten sociale sector

A.5.4. Opbrengsten studentenrestaurants

A.5.5. Opbrengsten boeken en cursussen

A.5.6. Andere

B. Waardewijziging projecten in uitvoering

C. Geproduceerde vaste activa

D. Giften, schenkingen en legaten

E. Andere bedrijfsopbrengsten

B. Diensten en diverse goederen

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.1. ZAP

C.3. ATP

C.4. Gastprofessoren

C.5. Contractueel AP

C.6. Contractueel ATP

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op IVA en MVA

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toev +, terug -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toev +, bestedingen en terugn -) (toel XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot

IV. Financiële opbrengsten (+)

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toel XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI. Overschot (tekort) uit de gewone activiteiten

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op IVA en MVA

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op IVA en MVA

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A. Verrekeningen

B. Overschrijvingen

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A.

B.

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

D.

E.

A.1.4.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.2.1.

A.2.4. IWT: bench

(specialisatiebeurzen)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2.

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2.

IOF

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse

A.3.3. Steden en provincies

A.3.4.3. Andere buitenlandse overheden

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

A.4.1. Contractonderzoek met de privé - sector

A.4.1.1. Contractonderzoek - non profit organisaties

A.4.1.2. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.1. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - pre klinisch

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase I & II

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen -

A.4.2. Contractonderzoek met de privé - sector met overheidssteun

A.4.3. Wetenschappelijke

A.4.4.

A.5.1.

A.5.3.

A.5.4.

- fase III & IV

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4. Gastprofessoren

C.5. Contractueel AP

C.6.

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot (bedrijfstekort)

IV.

(+)

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

A. Kosten

(toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI.

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A.

B.

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4. Gastprofessoren

C.5. Contractueel AP

C.6.

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot (bedrijfstekort)

IV.

(+)

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

A. Kosten

(toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI.

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A.

B.

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-) A.

B. Overschrijvingen

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

A.1.

A.1.4.

A.1.5.

A.2.4. IWT: bench fee (specialisatiebeurzen)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2. IWT

A.3.2.3. IOF

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.3. Steden en provincies

A.3.4. Internationale

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

A.4.1. Contractonderzoek met de privé - sector

A.4.1.1.

A.4.1.2. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.1. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - pre klinisch

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase I & II

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.2. Contractonderzoek met de privé - sector met overheidssteun

A.4.3. Wetenschappelijke dienstverlening (zonder contract)

A.4.4. Valorisatie onderzoeksresultaten

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek en dienstverlening

A.5.1. Reguliere inschrijvingsgelden

A.5.2. Andere inschrijvingsgelden

A.5.3. Huuropbrengsten sociale sector

A.5.4. Opbrengsten studentenrestaurants

A.5.5. Opbrengsten boeken en cursussen

A.5.6. Andere

B. Waardewijziging projecten in uitvoering

C. Geproduceerde vaste activa

D. Giften, schenkingen en legaten

E. Andere bedrijfsopbrengsten

- fase III & IV

B.

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.5.

C.6.

C.7.

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot

IV. Financiële opbrengsten (+)

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

Kosten

schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI.

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A.

van afschrijvingen en van waardeverminderingen op

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A.

B.

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A.

B.

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

D.

A.1. Overheidstoelagen en

- basisfinanciering (1ste geldstroom)

A.1.4.

A.1.5.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.2.4. IWT: bench fee (specialisatiebeurzen) - naar FWO in 2016

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk

Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

A.4.1. Contractonderzoek

A.4.1.2.

A.4.1.2.1. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.1.2.3.

A.4.1.2.4.

A.4.2.

A.4.4.

A.5. Andere opbrengsten verbonden

A.5.3.

A.5.4.

A.5.5.

Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4. Gastprofessoren

C.5.

C.6.

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III.

IV. Financiële opbrengsten (+)

A.

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI. Overschot (tekort) uit de gewone activiteiten

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A.

B. Overschrijvingen

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A.

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

A.1.4.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

A.3.2.2. IWT

A.3.2.3. IOF

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.3. Steden en provincies

A.3.4. Internationale organen

A.3.4.1.

A.3.4.3. Andere buitenlandse overheden

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de

A.4.1.

A.4.1.1.

A.4.1.2.1.

A.4.1.2.2. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - pre klinisch

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.1.2.4.

A.4.2. Contractonderzoek met de privé - sector met overheidssteun

A.4.3.

A.4.4.

A.5. Andere

A.5.1.

A.5.2.

A.5.5.

A.5.6.

B. Waardewijziging

C. Geproduceerde

D. Giften, schenkingen

E. Andere

verbonden aan onderwijs, onderzoek en dienstverlening

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4.

C.5.

C.6.

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot (bedrijfstekort)

IV.

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende

V.

(toelichting XII, A)

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI. Overschot (tekort) uit de gewone activiteiten

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A. Verrekeningen

B.

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

A.1. Overheidstoelagen en subsidies - basisfinanciering (1ste geldstroom)

Uitkeringen DGOS

A.1.3. Investeringsuitkeringen

A.1.4. Sociale toelagen

A.1.5. Andere overheidstoelagen en

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.2.1. BOF

A.2.2.

A.2.3.

A.2.4. IWT: bench fee (specialisatiebeurzen)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1. Federale overheid excl. IUAP

A.3.2. Vlaamse gemeenschap

A.3.2.1. Ministerie Vlaamse Gemeenschap

IWT

A.3.2.3. IOF

A.3.2.4. Andere Vlaamse Intermediaire organisaties

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke

A.4.1.2.1. Contractonderzoek

A.4.1.2.2.

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

A.4.2. Contractonderzoek met de privé - sector met overheidssteun

A.4.3. Wetenschappelijke dienstverlening (zonder contract)

A.4.4. Valorisatie onderzoeksresultaten

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek

A.5.1. Reguliere inschrijvingsgelden

A.5.2. Andere inschrijvingsgelden

A.5.3. Huuropbrengsten sociale sector

A.5.4. Opbrengsten studentenrestaurants

A.5.5. Opbrengsten

A.5.6.

B. Waardewijziging projecten in uitvoering

C. Geproduceerde vaste activa

D. Giften, schenkingen en legaten

E. Andere

- fase I & II

- fase III & IV

Aankoop goederen

B. Diensten en diverse goederen

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4. Gastprofessoren

C.5. Contractueel AP

C.6. Contractueel ATP

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G.

IV.

XII, A)

V. Financiële

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI.

uit

VII. Uitzonderlijke opbrengsten (+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa

B. Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij

vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A. Verrekeningen

B. Overschrijvingen

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A.

B.

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

A.1.4.

A.2. Overheidsbijdrage fundamenteel basisonderzoek (2de geldstroom)

A.2.1.

(specialisatiebeurzen)

A.3. Overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek (3de geldstroom)

A.3.1.

A.3.2.1.

A.3.2.4.

A.3.2.5. Andere bijdragen Vlaamse gemeenschap

A.3.4.1.

A.3.4.3.

A.3.5. Andere overheidsbijdragen toegepast wetenschappelijk onderzoek

A.4. Contractonderzoek met de privé - sector en wetenschappelijke dienstverlening (4de geldstroom)

A.4.1.2.1. Contractonderzoek - vennootschappen

A.4.1.2.2. Contractonderzoek -

A.4.1.2.3. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische

-

I & II

A.4.1.2.4. Contractonderzoek - vennootschappen - klinische trials - fase III & IV

A.4.2.

A.4.3.

A.4.4.

A.5. Andere opbrengsten verbonden aan onderwijs, onderzoek en dienstverlening

A.5.3.

A.5.4.

A.5.5.

C. Geproduceerde vaste

D. Giften, schenkingen

E.

B. Diensten en diverse goederen

C. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen (toelichting (XI, A2)

C.4. Gastprofessoren

C.5.

C.7. Bursalen onderworpen aan RSZ

D. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa

E. Waardeverminderingen op voorraden en handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemeningen -) (toelichting XI, B)

F. Voorzieningen voor risico's en kosten (toevoegingen +, bestedingen en terugnemeningen -) (toelichting XI, A3 en C)

G. Andere bedrijfskosten

III. Bedrijfsoverschot (bedrijfstekort)

IV. Financiële

A. Opbrengsten uit financiële vaste activa

B. Opbrengsten uit vlottende activa

C. Andere financiële opbrengsten (toelichting XII, A)

V. Financiële kosten (-)

A. Kosten van schulden (toelichting XII,B en C)

B. Waardeverm. op vlottende activa andere dan bedoeld onder II.E (toevoeg. +, terugn. -) (toelichting XII, D)

C. Andere financiële kosten (toelichting XII, E)

VI.

VII.

uit de gewone activiteiten

(+)

A. Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste

B.

C. Terugneming van voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Meerwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke opbrengsten (toelichting XIII, A)

VIII. Uitzonderlijke kosten (-)

A. Uitzonderlijke afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste

B. Waardeverminderingen op financiële vaste activa

C. Voorzieningen voor uitzonderlijke risico's en kosten

D. Minderwaarden bij de realisatie van vaste activa

E. Andere uitzonderlijke kosten (toelichting XIII, B)

F. Uitzonderlijke kosten als herstructureringskosten opgenomen onder de activa (-)

IX. Inkomende verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (+)

A. Verrekeningen

B. Overschrijvingen

X. Uitgaande verrekeningen en overschrijvingen tussen afdelingen (-)

A. Verrekeningen

B. Overschrijvingen

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar

XI. Overschot (tekort) van het boekjaar (inclusief verreken. en overschrijv.)

RUBRIEK 9 INTERNATIONALISERINGSVERSLAG

1. Internationaliseringsbeleid en centrale organen

1. INTERNATIONALISERINGSBELEID EN CENTRALE ORGANEN

1.1. Organogram 2020-2021

1.1. Organogram 2019-2020

Werkdomeinen van het International Relations office

1.2. Aansturing en advisering Internationaliseringsbeleid

1.2.1. Deelbeleidsplan Internationalisering

Het deelbeleidsplan Internationalisering 2030 stippelt een beleid uit dat zich ontwikkelt binnen de verschillende hoofdtaken van de universiteit, nl. onderwijs, onderzoek, en maatschappelijke dienstverlening, maar vooral met focus op de internationaliseringsaspecten binnen onderwijs en internationale mobiliteit.

Het EUTOPIA Europees Universitair Netwerk project loopt op volle koers in 2021. Het International Relations office is betrokken bij werkpakket 6 – Internationalisation. Dit werkpakket omvat de uitwerking van het EUTOPIA certificaat, een aantal virtuele en fysieke studentenactiviteiten en de samenwerking met de Global partners. Van 22 tot 26 november 2021 heeft de eerste fysieke E-week plaatsgevonden in Barcelona met ruimte voor formele en informele gesprekken en kennismakingsmomenten. Er werd tijdens deze week door de 6 initiële partners een MoU ondertekend voor een groei van uitgaande studenten- en stafmobiliteiten naar resp. 100 en 10 per jaar binnen het netwerk.

In 2021 werd het concept van Strategische International Partner uitgewerkt dat in 2022 zal worden geïmplementeerd. De implementatie van de mensenrechtentoets zal nog verder geadopteerd worden na goedkeuring door de Raden. Academische diplomatie is altijd de motor geweest van een sterk internationaal netwerk, maar met de inrichting van een Public Affairs groep op VUB in 2021 wordt academische diplomatie nog meer naar het voorplan geschoven en geïnstitutionaliseerd.

De KPIs internationalisering die voor het eerst werden geïntroduceerd in 2013 werden in 2021 afgeslankt tot enkel de meetbare KPIs. Een voorstel om deze op te nemen in het facultair allocatiemodel, samen met de vraag naar een groter aandeel van deze KPIs werd voorgelegd.

De Coronacrisis woede in 2021 nog volop. Dit heeft als gevolg gehad dat verscheidene informatieve en/of culturele activiteiten opnieuw niet hebben kunnen plaatsvinden of online werden aangeboden in een afgeslankte versie, dat inkomende en uitgaande missies werden opgeschort, dat studentenmobiliteit eerst selectief kon doorgaan maar algauw werd stopgezet naarmate de pandemie uitbreidde, dat internationale rekrutering in een online format werd gegoten, dat extern gefinancierde projecten een vertraging kenden en dienden verlengd te worden en dat thuiswerk de norm werd.

De Coronacrisis heeft tevens vele studenten in financiële moeilijkheden gebracht door verlies van hun studentenjob, wegens financiële moeilijkheden bij hun garant of devaluatie van hun lokale munt. In 2021 konden de internationale studenten voor een financiële overbrugging rekenen op het nieuw ingerichte Caroline Pauwels noodfonds.

In de onderstaande rubrieken wordt verder ingegaan op de verwezenlijkingen 2020-2021, met indien relevant telkens een duiding van de Corona-impact.

1.2.2. Raad Internationaal Beleid (RIB)

De Raad Internationaal Beleid (RIB), welke beslissings- en adviesbevoegdheden heeft in toepassing van het Organiek Statuut, wordt voorgezeten door de vicerector Internationalisering en is samengesteld uit de voorzitters van de facultaire organen voor internationalisering (Facir) of gelijkgestelde, een vertegenwoordiger uit elke faculteit die betrokken is bij het beleid, twee studentenvertegenwoordigers en een aantal leden met raadgevende stem, nl. van de Departementen Onderwijs- en Studentenzaken, Onderzoek, Internationale Relaties, Technology Transfer, Marketing en Communicatie, Brussels School of Governance. Het secretariaat wordt waargenomen door de directeur van het International Relations office. De Raad vergaderde 9 maal in 2021. Omwille van de Coronapandemie werden de meeste vergaderingen online ingericht. In november 2021 bestond de RIB 10 jaar.

1.2.3. Bijzonder Adviesorgaan voor Ontwikkelingssamenwerking (BAOW) Het Bijzonder Adviesorgaan voor Ontwikkelingssamenwerking rapporteert aan de Raad Internationaal Beleid en is samengesteld uit de Vicerector Internationalisering die tevens voorzitter is, twee leden van het zelfstandig academisch personeel per domein van humane wetenschappen, toegepaste en exacte wetenschappen, en life sciences. De twee VUB-afgevaardigden in het Bureau VLIR-UOS zijn resp. afgevaardigde van het wetenschapsdomein waartoe ze behoren. Aan het Bijzonder Adviesorgaan voor Ontwikkelingssamenwerking worden leden met raadgevende stem toegevoegd: een afgevaardigde van de Erasmushogeschool Brussel, een afgevaardigde van het Universitair Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking (UCOS), de directeur en stafleden van het International Relations office belast met dossiers inzake universitaire ontwikkelingssamenwerking. De nominatieve samenstelling wordt jaarlijks door de Raad Internationaal Beleid vastgelegd.

Het Bijzonder Adviesorgaan voor Ontwikkelingssamenwerking geniet voorstel- en adviesbevoegdheid ten aanzien van de Raad Internationaal Beleid m.b.t. universitaire ontwikkelingssamenwerking. Adviezen kunnen gevraagd worden over: - het formuleren van beleidsadviezen, zowel voor interne als externe dossiers; - selecties van projecten en beurzentoekenningen, wanneer een interne selectie opgenomen is in de overeenkomst tussen de VUB en de financierder, vb. de projecten in het kader van Global Minds; - selecties in het kader van eigen VUB-initiatieven.

1.2.4. Ethische Reflectiegroep

In 2021 werd de Ethische Reflectiegroep geconsulteerd door de vicerector Internationalisering voor advies over een aantal cases.

De Ethische Reflectiegroep is ook opgenomen als adviesorgaan in de uitrol van de Mensenrechtentoets. Wanneer er een mogelijk ethische kwestie optreedt bij het afsluiten van een samenwerkingsakkoord, of eerder in de flow bij de uitwerking van een samenwerkingsproject, dan zal de Ethische Reflectiegroep worden geconsulteerd door de medewerker van het contactpunt Ethiek en Internationale Samenwerking. Indien nodig wordt het dossier verder behandeld door de Ethische Groep onder de Raad van Bestuur.

1.2.5. International Student Platform (ISP)

Het International Student Platform is een werkgroep van de Studentenraad die vergadert in het Engels om de 23% internationale studenten aan VUB een stem te geven. De opvolging en coördinatie van het Internationaal Student Platform wordt ondersteund door een stafmedewerker van het International Relations office die ook als adviserend lid zetelt in de Studentenraad.

De selectie van de ISP-leden 2020-2021, na een open oproep, werd ondersteund door de Studentenraad. Er werden 16 studenten geselecteerd.

De ISP-vergaderingen, waarbij de dossiers van de opkomende Studentenraad worden besproken, verliepen in 2021 meestal online omwille van de Coronamaatregelen.

2. INTERNATIONAL RELATIONS OFFICE (IRMO)

2.1. EUTOPIA

Volgende studenteninitiatieven werden uitgewerkt in 2021 binnen werkpakket 6:

BeEUTOPIAn Student Conference: het betreft een conferentie voor en door studenten. In 2021 was het thema ‘The impact of Covid on Higher Education’. De studenten van de 6 initiële partners hebben een tweedaagse conferentie georganiseerd met als resultaat een reeks van aanbevelingen voor de universiteiten. De conferentie, initiëel fysiek gepland, werd online georganiseerd omwille van de Covidmaatregelen. Om het aantal activiteiten binnen de perken te houden zal samenwerking met de Student Think Tank worden aangegaan voor de volgende editie.

EUTOPIA Undergraduate Research Support Scheme (EURSS): twee studenten per partner ontvangen een beurs van 1.500 EUR om een onderzoeksproject uit te voeren tijdens de zomermaanden bij een EUTOPIA-partner. Ze hebben een promotor aan de thuis- en gastinstelling. Als output produceren de studenten een poster, video, presentatie of andere vorm van output welke dan getoond wordt tijdens een showcase evenement. De projecten 2021 werden gepubliceerd op de website. Voor VUB nam 1 studente deel in 2021 met een verblijfsperiode aan CYCergy. Een tweede beurs wordt overgedragen naar 2022.

International Conference of Undergraduate Research (ICUR): dit is een virtuele conferentie waarin universiteiten over de ganse wereld deelnemen. De conferentie loopt continu voor 48 uur. Studenten, ingedeeld in verschillende sessies, presenteren hun bachelor paper of stageresultaten en hun internationale peers geven hierop input. Studenten die deelnemen aan het EURSS-initiatief kunnen hun onderzoeksresultaten hier ook voorstellen. Dit is een jaarlijks evenement dat plaatsvindt in september en in 2021 namen 12 VUB-studenten deel. De inschrijvingsgelden (5K EUR lump sum) werden voorzien in het EUTOPIA-project.

EUTOPIA Certificate of Internationalisation (EUCI): geeft aan de studenten de opportuniteit om hun internationale ervaring binnen EUTOPIA te delen via een reeks van virtuele seminaries. Nadien stellen ze een reflectief portfolio samen in relatie tot 4 leerdoelen: Reflective, Intercultural, Intersectoral en Challenge-Based. Ze kunnen creatieve multimedia elementen incorporeren in hun portfolio. Het portfolio wordt geëvalueerd en indien goed bevonden krijgen ze een ‘pass’ quotering and krijgen ze het EUCI. Het wordt nog onderzocht of dit deel kan uitmaken van het diplomasupplement. Aan deze pilootfase nam 1 VUB student deel.

TEAMWORK: het concept voor teamwork werd uitgewerkt in 2021 en zal pas geïmplementeerd worden in 2022. Het betreft een groepsstage tijdens de zomermaanden van een 6-tal studenten uit de verschillende EUTOPIA partners die online een project uitvoeren van een bedrijf of organisatie. Elke EUTOPIA partner dient 2 stageplaatsen te voorzien (12 stageplaatsen in totaal) en een 12-tal studenten om aan elk van de stages deel te nemen. Aan de stage gaat een inductieperiode vooraf waarbij studenten een drietal workshops over vaardigheden volgen. Voor VUB werd een workshop ‘Think like an entrepreneur’ afgesproken, georganiseerd door K. De Moortel, fac . ES.

2.2. Inter-universitaire akkoorden

Het International Relations office beheert de Memoranda of Understanding (MoU), samenwerkingsakkoorden en interinstitutionele akkoorden voor beurzenprogramma’s en begeleidt de initiatiefnemers bij het opzetten van nieuwe contracten. Het beheer van de contracten en de keuze van de partners verloopt met het oog op het creëren van synergie tussen acties ondernomen binnen de context van één contract en acties ondernomen in de bredere context van de universiteit.

Er wordt gestreefd naar een actieve samenwerking met de internationale partners. Een aanvraag voor een nieuw MoU dient voldoende informatie te bevatten m.b.t. de beoogde samenwerking en output, de meerwaarde voor de VUB en de mogelijke multiplicator effecten. Op basis hiervan wordt de aanvraag al dan niet goedgekeurd door de Raad Internationaal Beleid. Voor de verlenging van een MoU is een gelijkaardige procedure uitgewerkt waarbij de output van de voorbije periode aangetoond moet worden.

In 2021 waren er 173 actieve MoU’s en samenwerkingsakkoorden en 354 Erasmus uitwisselingsakkoorden in beheer bij het International Relations Office. (zonder de nieuwe akkoorden er bij te tellen die hieronder vermeld worden)

In het kader van de verdere ontwikkeling van kwaliteitsvolle, strategische partnerschappen en het verhogen van het cijfer voor uitgaande mobiliteit moeten nieuwe aanvragen voor bilaterale uitwisselingsakkoorden voldoen aan het kwaliteitskader met criteria inzake servicegarantie (o.a. onthaal en begeleiding aan de gastinstelling), inhoudsgarantie (o.a. aangeboden curriculum) en het internationaliseringsbeleid van de VUB (o.a. preferentiële partners voor samenwerking). In het kader van mobiliteitsakkoorden met niet-Europese landen wordt een standaard clausule over gegevensbescherming (GDPR) opgenomen aangezien er bij zulke uitwisselingen persoonsgegevens vanuit de EU naar derde landen worden geëxporteerd.

Nieuwe institutionele MoU’s 2021:

LAND REF STAD UNIVERSITEIT

Belgium 2021-BE-302

Brasil 2021-BR-310

P.R. China 2021-CN-298

P.R. China 2021-CN-304

P.R. China 2021-CN-309

P.R. China 2021-CN-313

P.R. China 2021-CN-318

Colombia 2021-CO-311

Colombia 2021-CO-322

6 member countries 2021-EUTOPIA-323

Kroatie (HRVATSKA) 2021-HR-306

Italia 2021-IT-301

Italia 2021-IT-314

Italia 2021-IT-315

Italia 2021-IT-316

Italia 2021-IT-317

Italia 2021-IT-321

South Korea 2021-KR-299

Kazakhstan 2021-KZ-296

Malta 2021-MT-312

Nicaragua 2021-NI-307

Taiwan 2021-TW-319

Tanzania

The Netherlands 2021-NL-303

United Kingdom 2021-UK-300

Vietnam 2021-VN-308

Brussels Energy Charter Secretariat and BDA

Foz do Iguaçu

Shandong

Federal University of Latin American Integration (UNILA) – Brasil

Shandong University of Finance and Economics

Xian Xidian University General Agreement

Beijing Beijing University of Technology BJUT

Hohhot INNER MONGOLIA UNIVERSITY

Huangzhou

South China Normal University

Santa Marta UNIMAGDALENA

Neiva Surcolombiana University

EUTOPIA European University Alliance with 6 member universities/countries (Belgium, France, Sweden, Spain, Slovenia and UK)

Dubrovnik

Libertas International University

Brussels Italiaanse Ambassade en VUB

Roma Università degli Studi di Roma Foro Italico

Macerata UNIVERSITÀ DEGLI STUDI DI MACERATA

Perugia Università degli Studi di Perugia

Pisa University of Pisa

Napoli University of Naples Federico II

Seoul Chung Ang University

Nur-Sultan LN Gumilyov Eurasian University

Msida MEDAC Mediterranean Academy Diplomatic Studies Malta

Managua

Taiwan

2021-TZ-305

The National Autonomous University of Nicaragua, Managua

Chung-Hua Institution for Economic Research CIER

Arusha

Arnhem Stichting Para Football

Kent Kent University

Hanoi

University of Science and Technology of Hanoi Verlengingen in 2021:

LAND REF STAD

UNIVERSITEIT

P.R. China 2010-CN-UIB-Ext2 Beijing University of International Business and Economics

P.R. China 2013-CN-104(Ext2) Beijing China Scholarship Council

P.R. China 2014-CN-117(Ext2) Shanghai Shanghai University of Sports

Italy 2018-IT-238 (ext) Milan Università Vita-Salute San Raffaele

Romania 2018-RO-206(Ext) Bucharest Politehnica University of Bucharest

South-Africa 2016-SA-180(Ext) Belville University of Western Cape

The Netherlands 2016-NL-197(Ext) Arnhem Nederlands Olympisch Comité * Nederlandse Sportfederatie (NOC*NSF)

United States 2018-US-252 Elon ELON University

Nieuwe, uitgebreide of verlengde bilaterale uitwisselingsakkoorden 2021:

LAND REF STAD

Frankrijk ES

UNIVERSITEIT

Parijs CY Cergy Paris Université

Zweden GF Gothenburg University of Gothenburg

Frankrijk IR

Cyprus LK

Parijs CY Cergy Paris Université

Pyla University of Central Lancashire, Cyprus

Italië LK Turijn University of Turin

Frankrijk LK

Slovenië LK

Parijs Ecole d'Assas

Ljubljana University of Ljubljana

Duitsland LW Keulen Universitaet Zu Koeln

Oostenrijk LW Wenen Universität Wien

Spanje PE Barcelona Universitat de Barcelona

Finland PE Tampere Tampere University

Italië RC Parma Università degli Studi di Parma

Estland RC Tartu University of Tartu

Italië RC Trento Università degli Studi di Trento

Spanje RC Valencia Universitat de Valencia

Ierland WE

Dublin University College Dublin, School of Geography

Italië WE Palermo Università degli Studi di Palermo

Italië WE Turijn Politecnico di Torino, DIST - Interuniversity Department of Regional and Urban Studies and Planning

Frankrijk WE- DINF

Frankrijk WE -DSCH

Frankrijk WE – GEO

2.3. Ontvangst van delegaties

Parijs CY Cergy Paris Université

Parijs CY Cergy Paris Université

Parijs CY Cergy Paris Université

Via een aanvraagformulier kunnen buitenlandse delegaties hun interesse voor een bezoek aan VUB te kennen geven. In het formulier geven zij aan welke diensten of faculteiten ze wensen te bezoeken. Er wordt ook gevraagd naar informatie over hun internationaliseringsbeleid, o.a. het aantal internationale studenten, aantal programma’s in het Engels, speerpunten, … Op basis van dit document wordt beslist, i.s.m. betrokken faculteiten of diensten, om de delegatie al dan niet te ontvangen. Persoonlijk contact via inkomende delegaties is een efficiënte manier om met andere instellingen in contact te komen en stapsgewijs een bredere vorm van samenwerking op te zetten.

Sinds maart 2020 werd het reisbeleid van de VUB aangepast omwille van de COVID 19 pandemie. Dit heeft zijn effect gehad op de verdere ontvangst van inkomende delegaties.

Datum bezoek

IRMO INKOMENDE DELEGATIES 2021

Instelling Land Bezoeker

24/10-06/11/2021 Universidad Oriente

05/12- 17/12/2021 Universidad Católica Boliviana

Cuba - Rosa Maria Reyes Bravo, vice-rector onderzoek

- Teresa de los Milagros Orberá Ratón, coordinator IUS-programma

- Ana Cecilia Borges Carratalá, manager IUS-programma

Projectleiders:

- Elizabeth Isaac Alemán

- Juan Carlos García Naranjo

- Julio Cesar Escalona Arranz

- Margarita Hernández Garrido

- Harold Crespo Sariol

- Mayelín Cabezas Salmón

Bolivië

- Marcela Losantos, co[ordinator IUS-programma

- Carlos José Inchauste Jordán, manager IUS-programma

- Maria Alejandra Armijo Cabrerizo, admin IUS-programma

Projectleiders

- Natacha Morales

- Jean Paul Benavidez López

- Ricardo Jesús Rivera Chacón

- Alfonso Miguel Alarcón Luján

- Esteban Marcelo Guardia Crespo

- Georgina Aurelia Chùavez Lizarraga

- Mariana Santa Cruz Terrazas

2.4. Ondersteuning VUB-delegaties naar het buitenland

Het International Relations office onderneemt zelf zendingen en tracht delegaties van VUB-professoren naar het buitenland mee te begeleiden, voor zover dit mogelijk en wenselijk is. Op deze manier wordt het waarschijnlijker dat dergelijke acties passen in een centraal beleid en centrale prioriteiten. In 2021 zijn meerdere geplande mobiliteiten door de reisrestricties niet kunnen doorgaan.

Professoren kunnen “VUB international ambassador” worden en de VUB voorstellen op institutioneel niveau bij de partnerinstelling. Ze werken mee aan het onderhouden van het internationaal netwerk van de VUB door bv. hun trip met een dag te verlengen en een partner in de regio te bezoeken. Het International Relations office komt beperkt tussen in de reiskosten zolang de invulling van de zending in lijn is met het internationaliseringsbeleid. Brochures, een algemene VUBPPT en een promovideo zijn ter beschikking. In 2021 konden professoren en ATP-leden opnieuw een beroep doen op Global Minds financiering om een exploratiemissie te ondernemen naar één van de 20 landen op de VLIR-UOS lijst (ontwikkelingslanden). Ook het Erasmusprogramma voorziet in buitenlandse verblijven voor onderwijs en training. VUB voorziet zelf in een aantal reiskredieten die evenredig verdeeld worden onder de faculteiten ter versterking van het facultair en VUB beleidsplan en

een verhoogde deelname aan overheids- en VUB-uitgaande missies. Ten gevolge van de pandemie werd slechts 1 VUB reiskrediet opgenomen.

Door de aanhoudende COVID 19 situatie werd het reisbeleid van de VUB aangepast. Dit heeft zijn invloed op het organiseren van uitgaande delegaties en stafmobiliteiten. Zo werden de geplande Staatsmissie naar Italië en het jaarlijkse fysieke EAIE congres geannuleerd en konden stafmobiliteiten enkel mits toekenning van een uitzondering door de vicerector plaatsvinden.

IRMO INKOMENDE DELEGATIES 2021

Datum bezoek

05-11/11/2021

Instelling Land

Op vraag van Brussels Hoofdstedelijk Gewest: deelname van VUB en ULB aan zending van Rudi Vervoort en medewerkers aan Havana in het kader van de Belgische week

Deelnemers voor de VUB:

- Stefaan Smis

- Ann Peeters

- Peter Raus

- Ann Nowé

- Françoise De Cupere Cuba

2.5. Brussels Diplomatic Academy (BDA)

In het academiejaar 2020-2021 werden de postgraduaten ‘Economic Diplomacy’, ‘International Trade and Investment’ en ‘Flagship Programme in Economic Diplomacy and International Business’ ingericht.

Naast de reeds bestaande 8 geografische en 7 thematische expertisegroepen werden er 2 bijkomende thematische expertisegroepen uitgebouwd:

- International Law

- Stakeholder Capitalism

De rationale is het sleutelbelang van het internationaal recht in het diplomatieke gebeuren alsook het toenemend belang van stakeholder capitalism in alle geledingen van de maatschappij, dus ook het internationaal ondernemen en de diplomatie.

In het kader van de uitbouw van deze expertisegroepen werden MoU’s afgesloten met de ‘Mediterranean Academy of Diplomatic Studies’ (MEDAC) aan de Universiteit van Malta, ‘Libertas International University’ (Kroatië) en het ‘International Energy Charter’.

Een belangrijk feit is dat de Ambassade van India BDA uitgekozen heeft als partner voor haar public diplomacy programma (een meerjarig programma). In dit verband werden in 2021 volgende webinars georganiseerd:

- ‘India: A Global Actor in the International Arena’: H.E. Mr. Santosh Jha, Ambassador of India to Belgium, Luxembourg and the EU.

- ‘Road to Glasgow: The Road to COP26 - India’s Challenges and Opportunities in Meeting Emission Targets’: Dr. Arunabha Ghosh.

Daarnaast heeft BDA zijn medewerking verleend aan de Kobe-conferentie en het jaarlijkse International Youth Forum van het Russian House.

Een aantal geplande executive trainingen en events alsook de jaarlijkse conferentie economische diplomatie dienden geannuleerd te worden gezien de corona-omstandigheden.

In 2021 heeft BDA zijn eerste boek uitgegeven, met name ‘BDA Currents – Where Business and Diplomacy Meet’ met als ondertitel ‘An Annual Report on Wider Geopolitical Factors Affecting the World of Business and Diplomacy’. Het thema van deze eerste jaargang is ‘After the COVID-19 Pandemic: How Does the World Change?’.

2.6. Brussels Academy for China and European Studies (BACES)

De “Brussels Academy for China and European Studies” (BACES) werd opgericht in het kader van de High-Level People-toPeople Dialogue (HPPD) door Renmin University, Sichuan University, Fudan University en de Vrije Universiteit Brussel (VUB). Het netwerk vormt een basis voor academische samenwerking, extern gefinancierde projectaanvragen en voor uitwisseling van informatie over EU-China gerelateerde onderwerpen. Het netwerk bestaat uit bovengenoemde stichtende universiteiten, Sofia University, Universiteit Gent en University of Lancaster, Deakin University en Bucharest University. Omwille van de Covid-uitbraak in China in 2019 en verder in Europa in 2020 en 2021 werden de activiteiten opgeschort.

2.7. Onthaal- en informatiebalie

De begeleiding van (internationale) studenten, onderzoekers en professoren (in/uit) is één van de taken van het International Relations office. Ondersteuning wordt gegeven bij o.a. het afsluiten van een ziekte- en repatriëringsverzekering, informatie en afspraken bij de gemeente betreffende verblijfsvergunningen, gezinshereniging, visumaanpassingen, invullen belastingaangiften, begeleiding bij het vinden van een geschikt verblijf, vertalen van huurcontracten, opstellen van uitnodigingsbrieven voor kort verblijf aan de VUB en dergelijke meer. Er wordt ondersteunend gewerkt bij vragen die het gevolg zijn van het niet vertrouwd zijn met administratie en bureaucratie, communicatieproblemen, gebrek aan taalkennis, cultuurshock. Wanneer gespecialiseerde hulp (medisch, psychologisch, juridisch etc.) noodzakelijk blijkt, wordt doorverwezen naar diensten uit de hulpverleningssector. Deze ondersteuning wordt geboden voor zowel studenten als gasten die komen op uitnodiging van de faculteiten of centrale diensten.

Studenten uit niet-EER landen die naar de VUB komen dienen bij hun visumaanvraag een beursattest of een bewijs van garantstelling (annex 32) voor te leggen. Steeds meer ambassades wijzen de garantstelling af en stimuleren een derde optie, nl. die van de geblokkeerde rekening. De universiteit kan toestaan dat de student een bepaalde som geld deponeert op een geblokkeerde VUB-rekening waarbij vervolgens maandelijks het gestorte bedrag in schijven als “toelage” uitgekeerd wordt.

De alleenstaande student dient € 800 per maand te storten, de student met familie (partner en/of kind) stort € 1.600 per maand (VUB-criteria).

Voor de eerste keer maken we een onderscheid in de looptijd van de geblokkeerde rekening:

- de student die een geblokkeerde rekening aanvraagt voor het bekomen van een visum, dient voor 13 maanden te storten nl. van oktober tot en met oktober van het volgende jaar

- de student die zijn Belgische identiteitskaart wenst te verlengen d.m.v. een geblokkeerde rekening, stort voor 12 maanden nl. van november tot en met oktober van het volgende jaar

Op deze manier verkrijgt elke student een identiteitskaart die geldig is tot eind oktober.

Aan studenten die voor een korte periode aan de VUB komen studeren (exchange, ….) wordt dezelfde mogelijkheid geboden voor de duur van hun verblijf. Als voorwaarde om dergelijke geblokkeerde rekening te openen wordt het afsluiten van een ziekteverzekering (SIP-polis en mutualiteit) voor medische kosten, repatriëring… gesteld.

In 2020-2021 werden er 413 aanvragen geregistreerd (een toename met 3,25% t.o.v. het voorgaande academiejaar), die resulteerden in 308 geblokkeerde rekeningen (89 studenten haakten af tijdens de procedure). Aan 273 studenten wordt een maandelijkse toelage gestort, wat een afname met 15% t.o.v. academiejaar 2019-2020 betekent. Aan 34 afhakers die reeds gestort hadden werd het gestorte geld terugbetaald.

De ondersteuning via Onderwijs – en Studentenbeleid beperkt zich niet langer tot studenten met financiële noden die aan de nationaliteitsvoorwaarden voor Vlaamse studiefinanciering voldoen. Vanaf dit academiejaar start het VUB Caroline Pauwels Noodfonds, een samenwerking tussen VUB International Relations en VUB Studentstatuut/studiefinanciering. Ten gevolge van de Corona-crisis werden er 66 studenten ondersteund gedurende het academiejaar ’20 – ’21 waarvan 45 internationale studenten. Het fonds keerde in totaal 55 900 EUR aan ondersteuning uit aan Internationale studenten die verkeren in een noodsituatie. Een gemiddelde van 1242 EUR per aanvraag werd toegekend.

Bij de start van het academiejaar worden de ‘Orientation days’ georganiseerd. Tijdens deze ‘Orientation Days’ krijgen internationale studenten informatie over administratieve verplichtingen, studie aan VUB, leven op campus en in de stad en over hun beurs indien van toepassing. Gezien de Covid-maatregelen, werd de algemene infosessie voor de internationale studenten en de uitwisselingsstudenten online gegeven. De specifieke infosessie voor uitwisselingsstudenten, waar nog wat dieper wordt ingegaan op de specifieke administratieve stappen voor uitwisselingsstudenten, werd wél op de campus gegeven. Hierbij werden de toenmalige coronamaatregelen gerespecteerd (dragen van mondmasker, voldoende afstand houden). Verder organiseerden we vanuit IRMO tijdens de ‘Orientation days’ ook nog een online quiz met interessante weetjes over Brussel/België en de VUB en we vroegen aan prof. Sinardet om een sessie Belgium for Dummies te geven. In samenspraak met MARCOM en Infopunt deelden we welcome bags uit voor alle nieuwe studenten. Ook werkten we samen met MARCOM/Infopunt, Studentenbeleid en externe partner ‘JES events’ enkele sociale activiteiten uit om op een veilige

manier Brussel en de campus te ontdekken. De nieuwe studenten konden samen met hun VUBuddy deelnemen aan een aantal entertainende activiteiten op de campus en in Brussel.

Het centrale aanspreekpunt voor de internationale student is de onthaal- en informatiebalie van het International Relations office, gelokaliseerd aan Pleinlaan 5.

De openingsuren werden omwille van de coronamaatregelen voortdurend bijgestuurd en varieerden van 3 volledige dagen (ma – woe – vrij met openingsuren 10u – 12u30 & 13u30 – 16u00) naar 2 volledige dagen + 3 halve dagen.

Aan de balie worden geregistreerd:

- Aantal bezoekers (EU en niet-EU)

- De inkomende e-mails op international.relations@vub.be

Bezoekers onthaal- en informatiebalie academiejaar 2020 – 2021 MAAND

April

De onthaal- en infobalie kreeg in totaal slechts 1326 bezoekers over de vloer, nauwelijks een derde van het voorgaande academiejaar. Belangrijkste reden hiervoor is de fysieke sluiting van de balie van 9 oktober 2020 tot en met 31 juli 2021 wegens Coronamaatregelen. In plaats van 12 maanden was de balie amper 3 maanden open.

Omwille van de gedwongen sluiting van de balie werd er gezocht naar een alternatieve manier van ‘persoonlijk’ contact met internationale studenten, onderzoekers, … nl. door middel van online vergaderingen via Teams. Tijdens deze vergaderingen werden de processen die gebruikelijk aan de balie afgehandeld worden, zo goed mogelijk uitgevoerd in een online omgeving. Een andere manier van communiceren was het versturen van e-mails. Er werd ook ingezet op online infosessies via Teams. Zo organiseerden we 2 sessies over de geblokkeerde rekening.

We werden overstelpt met vragen over Covid-19 (uitstel van studie, visumaanvragen, afstandsonderwijs, reizen, vaccinatie, testen, quarantaine, etc). Daarnaast werd er vooral informatie gegeven over de administratieve verplichtingen in het kader van de geblokkeerde rekening, over registratie bij de gemeente, info rond beurzenprogramma’s, huisvesting en over het afsluiten van een ziekteverzekering.

Voor algemene informatie kan men het International Relations office bereiken via het e-mailadres international.relations@vub.be.

Statistieken OTRS (=generieke mailbox international.relations@vub.be ) 2020 – 2021:

Het International Relations office beschikt verder over een aantal andere e-mailadressen waarbij mails rechtstreeks terecht komen bij een medewerker van de backoffice om zo een snellere en vooral meer persoonlijke service te bewerkstelligen: development.cooperation@vub.be exchange.incoming@vub.be exchange.outgoing@vub.be bda@vub.be euprojects@vub.be arabic.class@vub.be china-alumni@vub.be prospective.students@vub.be incampus@vub.be refugee@vub.be blocked.account@vub.be

Volgende informatiebrochures zijn beschikbaar voor bezoekers:

- “Study in Brussels”: Engelstalige brochure met een overzicht van de Engelstalige opleidingen.

- “Brussels Diplomatic Academy”: specifieke brochure met het aanbod van de BDA.

- “Estudiar en Bruselas”: Spaanstalige infofiche voor rekrutering in Latijns-Amerika.

- “Corporate brochure”: met vermelding facts & figures VUB.

- “Arabic Language Classes”: brochure met info rond het taalproject Arabisch.

- “Exchange Brochure”: nuttige info rond uitwisselingsmogelijkheden van de VUB.

Aan het begin van het academiejaar organiseert de VUB een kick-off the Campus. IRMO nam ook in 2021 deel aan deze infomarkt. We namen deel aan zowel de kick-off in Jette als in Etterbeek. Doel van onze aanwezigheid is vooral om de uitgaande studenten warm te maken voor een uitwisseling tijdens hun studies en om hen uit te nodigen op de Go Abroad fair.

Op 14 oktober 2021 organiseerde IRMO de jaarlijkse Go Abroad Fair met infosessies, inclusief financieringsmogelijkheden en informatiestanden over studeren in het buitenland. De Go Abroad Fair ging door in het Studie en Begeleidingscentrum (SBC) op de Humanities, Sciences and Engineering Campus. Toegang tot het evenement kon enkel verleend worden op basis van het vertonen van een Covid Save Ticket. Dit jaar werd het aantal standen afgeslankt omwille van de pandemie en enkel volgende organisaties namen deel aan onze Fair : Flanders Trainee Programme, Fulbright Belgium, UCOS, Eutopia, AFS Interculturele Programma’s vzw en ESN VUB EhB Brussels. Ze hadden er een infostand waarbij informatie werd verleend aan de deelnemers. IRMO had ook zelf een infostand op de fair waarbij meer informatie werd gegeven over beurzenprogramma’s nl. Erasmus+ KA103 en KA107, Priority Country Programme, Washington Center, Generieke beurzen en Erasmus Belgica.

Wie geïnteresseerd was om ook de aparte Go Abroad infosessie bij te wonen, moest zich op voorhand inschrijven via een form aangezien het aantal plaatsen beperkt was. Aan deze sessie konden ongeveer 15 mensen deelnemen. Dezelfde sessie werd de dag nadien online aangeboden. Daaraan namen zo’n 100 studenten deel. Vanaf midden oktober tot midden november werden in de faculteiten en/of opleidingen infosessies voor studenten georganiseerd. Tijdens deze sessies krijgen de studenten meer informatie over de uitwisselingsmogelijkheden en -bestemmingen, wie in aanmerking komt voor uitwisseling en welke de selectieprocedure voor het daaropvolgende academiejaar is. Enkele studenten, die recent op uitwisseling gingen, deelden hun internationale ervaring. Het werd een mix van infosessies op de campus en online infosessies, afhankelijk van de grootte van de groep en de beslissing van de faculteit.

Op 5 mei 2021 werd de Exchange Take Off infosessie gegeven aan studenten die genomineerd werden om tijdens academiejaar 2021-2022 op uitwisseling te gaan. Informatie over de administratieve verplichtingen voor de VUB en voor de verschillende beurzenprogramma’s worden meegedeeld, als ook tips en tricks om een verblijf in het buitenland zo goed mogelijk voor te bereiden.

Voor de studenten die naar een ontwikkelingsland gaan, worden voorbereidingsdagen (verplichte deelname) en terugkomsessies georganiseerd i.s.m. UCOS vzw.

2.7.1. U-Residence

De huurmogelijkheden werden aangepast voor het academiejaar ’20 – ’21. Het is niet langer mogelijk om een short stay (hotelfunctie) kamer te boeken. Bijgevolg worden er ook geen vouchers meer opgemaakt door de dienst International Relations. Deze vouchers verleenden enkel een korting per nacht voor een ‘short stay’ verblijf.

Alle kamers werden omgebouwd voor lang verblijf. Gedurende een voorrangsperiode kan de dienst International Relations kamers toewijzen aan exchange studenten. Deze groep studenten heeft het moeilijk om een gepast verblijf te vinden op de privé huurmarkt en komt ook niet in aanmerking voor een kamer binnen de reguliere VUB huisvesting wegens hun korte verblijf van maximaal 6 maanden. Exchange studenten krijgen hiervoor een persoonlijke uitnodiging. Na het verstrijken van de deadline zijn de kamers beschikbaar voor andere VUB studenten.

2.8. Integratie- en inclusie-initiatieven

2.8.1. Bevorderen van de mix van lokale en internationale studenten

Om een betere interactie te bevorderen tussen Vlaamse en internationale studenten worden activiteiten ingericht en worden initiatieven van studenten en studentenverenigingen ondersteund. Onderstaande activiteiten werden in 2021 georganiseerd of ondersteund door het International Relations office:

• Buddy programma: sociale en praktische integratie van internationale studenten door Vlaamse en internationale buddy’s. IRMO werkte samen met het VUBuddy programma om ook alle internationale studenten te integreren in een buddy groep (per opleiding). Voor exchange studenten werd samengewerkt met ESN VUB-EhB en hun buddy programma voor uitwisselingsstudenten.

• IRMO vroeg voor de Dag van de Internationale Student (17 November) aan de VUB student community om hun ‘friendship stories’ te delen op VUB sociale media. Er werd studenten gevraagd een foto te delen van hen met een internationale student/vriend(en) die een verschil gemaakt heeft in hun leven. De foto’s werden op 17 November gedeeld op de VUB International Relations facebook page.

• Taaltafels: In 2021 ondervonden de taaltafels opnieuw de impact van de coronapandemie. Ze gingen dus niet door in het tweede semester 2021, maar herbegonnen in oktober 2021, tot de maatregelen ook hier een impact hadden. De taaltafels worden georganiseerd door TALK, ACTO, ESN, het VUB restaurant en IRMO. De talen die aangeboden worden op informele wijze tijdens de lunch in het VUB restaurant op de Humanities, Science & Engineering campus zijn: Engels, Nederlands, Frans, Duits, Spaans en Italiaans. Nieuw in 2021 is dat ESN de organisatie van de Nederlandse taaltafel op zich nam. Meer info omtrent taaltafels via hun facebook pagina: www.facebook.com/VUBLanguageTables.

• International meals: in het kader van internationale events en op speciale dagen worden er in het restaurant van de Humanities, Science & Engineering campus speciale menu’s samengesteld vb. ter gelegenheid van thematic days, de orientation week, etc. In 2021 is dit niet gebeurd omwille van de pandemie.

• De Orientation Day in februari 2021 werd vervangen door een online verwelkoming omwille van Covid-19.

• In september 2021 organiseerden IRMO, Infopunt Studenten en MARCOM samen de Orientation Days. Voor de internationale studenten organiseerde IRMO een (online) infosessie waar dit jaar meer dan 1000 studenten aan deelnamen. We nodigden prof. Sinardet uit voor een college “Belgian Politics for Dummies”, bijgewoond door ongeveer 200 studenten. Verder namen ook 80 studenten deel aan de “Welcome to VUB” quiz. In samenwerking met het Infopunt Studenten, MARCOM en externe organisatie JES werden een aantal ludieke activiteiten georganiseerd op de campus. Zo konden studenten de campus en hun studiegenoten (lokaal en internationaal) beter leren kennen. Op het einde van de week werden in samenwerking met JES ook een aantal activiteiten in Brussel georganiseerd om de studenten kennis te laten maken met de stad.

• Tijdens de Kick-off the Campus verzorgde IRMO een stand zowel op de Humanities, Science & Engineering campus als op de Health campus Jette. In deze stand werden studenten op een ludieke manier warm gemaakt voor een studie/ stage-uitwisseling in het buitenland.

2.8.2. Student-vluchtelingprogramma/InCampus

Het Student Refugee Programme, een onderdeel van het ASP(3)2030-project, bestaat erin de toegang tot het hoger onderwijs te vergemakkelijken voor toekomstige studenten met een vluchtelingenachtergrond door begeleiding op maat te bieden bij de keuze van hun academisch programma, ondersteuning bij het inschrijvingssysteem en een opendeurbeleid voor hulp en advies vóór en tijdens hun studie.

Tijdens het tweede semester van het academiejaar 2020-2021 draait de inspanning rond vier types van activiteiten:

- In contact blijven met vluchtelingstudenten via verschillende kanalen voor informatie en follow-up

- Ondersteuning blijven bieden aan kandidaat-studenten tijdens hun inschrijvingen

- Beleidsadvies geven om de VUB-procedures up-to-date te houden om toegang te verlenen aan een bredere groep vluchtelingen

- De link onderhouden met externe stakeholders en VUB-diensten, die betrokken zijn bij inclusie en diversiteit gerelateerde onderwerpen

Ondanks de moeilijke tijden veroorzaakt door COVID-19, werd nauw contact met de vluchtelingstudenten behouden door het bieden van de volgende ondersteuning:

- Vluchtelingstudenten informeren over belangrijke evenementen en diensten die voor hen relevant zijn via e-mail, telefonisch overleg en online bijeenkomsten

- Vragen beantwoorden die studenten hebben over administratieve aspecten die verband houden met hun studie

- Hen doorverwijzen naar andere diensten van de VUB die misschien beter zijn aangewezen om hen te helpen, zoals psychologische ondersteuning.

Tijdens de inschrijvingsprocedure werd de volgende ondersteuning aangeboden:

- Inschrijvingspunt voor toekomstige vluchtelingstudenten

- Verstrekking van algemene informatie en specifiek advies over opleidingen aan de VUB

- Hulp bij de aanvraag en inschrijving via de online CALI-toepassing

- Coördinatie met andere VUB-afdelingen

In september 2021 hebben 68 vluchtelingen zich via het programma aangemeld en hebben 17 van hen zich ingeschreven in een van de opleidingen aan de VUB.

In september 2021, en verspreid over een week, werden verschillende infosessies georganiseerd tijdens de Welkomdagen voor vluchtelingen, in samenwerking met diensten aan de VUB zoals SBC, studiefinanciering, Infopunt, en BRUCC, om te helpen bij de oriëntatie van nieuw ingeschreven vluchtelingen aan de VUB.

Het ASP(3)2030-project eindigde in januari 2021, verschillende interne en externe financieringsbronnen worden onderzocht om de duurzaamheid van de programma’s te garanderen.

2.8.3. ALEF, een innovatief integratiemodel via een sociale en linguïstische impact op kwetsbare kinderen

Dit project voorziet Arabisch taalonderwijs voor kinderen van 6 tot 15 jaar in Brussel, in een neutrale schoolse omgeving en ondersteund door taalexperts van de VUB. Onderwijs dat individuele ontwikkeling, kritische zin en verantwoordelijkheidsgevoel stimuleert kan een individu leren om zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden en te zoeken naar juiste oplossingen, die leiden naar economisch en sociaal succes. Voor kinderen, de meest kwetsbare en beïnvloedbare groep, ontbreekt momenteel een aanbod aan Arabische taalles, vrij van religieuze overtuiging en geënt op bovenstaande vaardigheden.

De doelstelling is om een nieuw, uniek curriculum, afgestemd op 6 taalniveaus en leeftijd te ontwikkelen. Er worden in Brussel enkele klassen georganiseerd daar Brussel een grote concentratie aan Arabischsprekende inwoners kent en tevens zijn deze klassen het living lab voor feedback en om het curriculum actueel te houden.

Het volgende werd gerealiseerd in 2020-2021:

Curriculum:

- Publicatie van het handboek voor leerkrachten niveau 2.

- Opnemen van de audio’s van niveau 1 en niveau 2.

Management:

- De gegevens van de leerlingen installeren op het online platform Teach and GO!

Lessen:

- Deze lessen worden extra-curriculair aangeboden in samenwerking met de GO! Scholengroep Brussel op vier locaties binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest nl. Anderlecht, Brussel, Molenbeek en Schaarbeek. Wekelijks krijgt een kind vier uur les, op woensdagnamiddag, zaterdag voor- of namiddag of op zondagvoormiddag.

- Aantal deelnemers in 2020-2021: 300 (maximum capaciteit)

- Lessen worden online gegeven tijdens de sluiting van scholen vanwege de lockdowns.

Erkenningen:

- RAN (Radicalisation Awareness Network) van de Europese Commissie heeft het ALEF-programma geselecteerd als een van de beste praktijken om radicalisering te voorkomen.

- Het project (BeTalky) ter bevordering van meertaligheid in Brussel zal ALEF als casestudy nemen voor beste praktijken in het onderwijs van erfgoedtalen in Brussel.

Extra activiteiten:

- Opnemen (video) van twee liedjes die zullen worden gebruikt om het programma te promoten.

- Het filmen van verschillende video’s om het leerplan uit te leggen en te promoten.

- Het programma ontving een gift van 5000 EUR van de Antoine Faes-stichting.

- Verkoop van de boeken van ons leerplan aan verschillende Arabische taalonderwijscentra in Brussel, Gent, Mechelen, Antwerpen, Duitsland en Zweden.

- We organiseerden een Webinar in samenwerking met Hannah Arendt-instituut en taalkundigen van de VUB over het ALEF-programma en het belang van de thuistaal.

Het project maakt deel uit van het ASP2030 strategisch fonds en wordt in dit kader meer in detail gerapporteerd.

2.8.4.

Scholars at Risk

Scholars at Risk (SAR) is een in de VS gevestigd internationaal netwerk van meer dan 500 Hoger Onderwijsinstellingen uit 39 landen, dat georganiseerd is om de beginselen van academische vrijheid en de mensenrechten van academici wereldwijd te ondersteunen en te verdedigen. SAR beschermt wetenschappers die worden geconfronteerd met ernstige bedreigingen voor hun leven, vrijheid en welzijn. De wetenschappers worden tijdelijk ondergebracht in een ander land waar zij hun werk kunnen voortzetten via tijdelijke onderzoeks- en onderwijsplaatsen bij gastinstellingen voor hoger onderwijs die de wetenschapper financieel ondersteunen. SAR zorgt voor de nodige advies- en verwijsdiensten en koppelt de wetenschappers aan een gastinstelling.

In het kader van dit programma heeft een Burundese wetenschapper in 2019-2021 onderzoek gedaan bij het departement Scheikunde. Zijn beurs wordt betaald via het ASP(3)2030-project “Inclusion”, medegefinancierd door de Stichting voor Vluchteling-Studenten in Nederland (UAF). Zijn onderzoeksperiode eindigde op 31 januari 2021, bij de onderzoeksgroep AMGC. Hij diende zijn eindrapport in bij zijn promotoren, Prof. Marc Elskens en Philippe Claeys.

In 2021 besliste de Vlaamse regering om universiteiten te steunen om één of meerdere bedreigde wetenschappers te ontvangen voor een postdoctoraal mandaat van één jaar tussen 1 september 2021 en 31 augustus 2022. Elke universiteit zal een cofinanciering van 40.000 EUR ontvangen om een deel van de kosten verbonden aan de plaatsing van de wetenschapper(s) te dekken. De Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) zal instaan voor de verdeling van de middelen en de algemene coördinatie van het programma.

In 2021 werd een scholar geselecteerd die zal worden ontvangen door dept. Geografie. Cofinanciering door het VUB International Relations Office zal worden verzekerd voor deze positie in 2021.

De selectie van een nieuwe academicus verliep als volgt: Het International Relations Office beoordeelde de lijst van potentiële kandidaten die gepubliceerd of gedeeld werden op de website van Scholars at Risk. De selectie van in aanmerking komende kandidaten werd gemaakt op basis van de volgende criteria:

a. De scholar moet interesse hebben getoond om zijn/haar onderzoek specifiek in Europa of België voort te zetten.

b. Het onderzoeksdomein behoort tot het aanbod aan de VUB.

c. De academicus voldoet aan de taalvereisten van de VUB in het Engels en/of het Nederlands.

Drie profielen waren potentieel geschikt om in een van de faculteiten van de VUB te worden gehuisvest. Het International Relations Office deelde de informatie over het onderzoeksdomein van de wetenschappers, de reden van behandeling en het land van herkomst met de faculteiten en onderzoeksgroepen van de VUB voor verdere beoordeling en overweging.

Na de eerste positieve feedback van de faculteit Wetenschappen en Bio-ingenieurswetenschappen om een van de wetenschappers te ontvangen, werd een interview georganiseerd met de scholar. Na de bevestiging van de academicus om naar de VUB te komen, werd zijn aanvraag ingediend en goedgekeurd door de RIB van 14/12/2021.

De VUB-afdelingen IRMO, M&O en WE hebben de nodige stappen ondernomen om het verblijf van de academicus aan de VUB voor te bereiden. Verwacht wordt dat de academicus zijn visumaanvraag in januari-februari 2022 zal indienen.

2.9. Communicatie

Het International Relations office ondersteunt de internationale communicatie (in het Engels) i.s.m. Marcom, faculteiten, departementen en externe partners.

In maart 2017 kreeg het International Relations office het beheer van de pagina’s “International” op de Engelstalige website. Deze datum wordt gehanteerd als benchmark voor de jaarlijkse metingen, sindsdien steeg het aantal page views.

Een overzicht:

1 maart 2017 – eind 2017

1 maart 2017 – eind 2018

1 maart 2017 – eind 2019

De internationale Facebookpagina, die officieel gelanceerd werd in oktober 2017, heeft 4.370 “likes” en 4.631 “follows”. Deze facebookpagina is uitsluitend in het Engels en heeft betrekking op een brede waaier aan onderwerpen in verband met het positioneren van de VUB als internationale speler van kwaliteitsvol onderwijs en onderzoek.

Elk jaar in december maakt het International Relations office een ‘highlights of the year in pictures’-boekje dat in kleine oplage (200) gedrukt en verdeeld wordt binnen VUB. De digitale versie wordt via de International Relations & Alumni nieuwsbrief, per e-mail en samen met het jaarlijkse kerstkaartje naar alle contacten (intern en extern) verspreid. De cijfers voor het IRMO fotoboek 2021 (in vergelijking met de vorige edities) zijn:

Wanneer Views Lezers Leestijd (gemiddeld) Op desktop Op tablet Op mobiel

Een Engelstalige “International Relations & Alumni Newsletter” wordt vier maal per jaar verspreid. In 2021 gebeurde dit in maart, juni, oktober en december. De nieuwsbrief bevat artikels geschreven door het International Relations office en interessante artikels met internationale relevantie uit VUB Today. Voor deze nieuwsbrief, die verstuurd wordt naar alle contactpersonen van het International Relations office, waaronder buitenlandse ambassades in Brussel, diverse overheidsinstanties in het buitenland, partnerinstellingen over de hele wereld, UNICA-partners en internationale alumni, wordt samengewerkt met de alumni officer en de marketing manager van Marcom.

De nieuwsbrief doorheen 2021 werd verstuurd naar om en bij 8.000 contactpersonen in vergelijking met gemiddeld 6.100 bij de vorige edities. Dit komt omdat we sinds december 2020 ook de mogelijkheid hebben om inkomende exchange studenten als internationale alumni mee te tellen.

De gemiddelde opening rate van de vier nieuwsbrieven in 2021 was 34.75% (32,66% in 2020) en een click-through rate van 2.2% (3,2% in 2020). De opening rate is zeer goed en ver boven de ‘industry standard’ (Education) van 24,9%; de clickthrough rate is lichtjes onder de (herziene) industry standard van 3%.

De meest aangeklikte items in deze nieuwsbrief doorheen de 4 edities in 2021 waren het International Relations office fotoboek 2021, de banners die naar de VUB webshop verwijzen en de alumni verhalen, vooral die van Carlos Atum (december), en Bob Coecke (maart), en Philip Breesch (oktober). Andere verhalen die hoog scoorden waren het artikel over ‘multilingualism in Brussels’ (maart), ‘meteorite in Mexico and dinosaurs’ (maart), ‘elanet’ (juni), ‘nova academy’ (juni), nanobodies’ (juni), en ‘smart village’ (december).

Daarnaast wordt op regelmatige basis input geleverd voor de studentennieuwsbrief (zowel de Nederlandstalige als Engelstalige), en worden Engelstalige artikels gepost op VUB Today. De staff portal/intranet werd in 2020 vernieuwd en heeft nu een nieuwsrubriek en een IRMO pagina. Sommige artikels, aangeleverd door het International Relations office, worden door dept. Marketing & Communicatie geselecteerd voor de personeelsnieuwsbrief. In 2021 is dezelfde vernieuwing gebeurd voor de student portal m.b.t nieuws, en wordt nieuws nu vanuit de sharepoint van het International Relations office gepost dat vanuit internationaal oogpunt belangrijk kan zijn voor alle studenten (bv het reisbeleid), voor internationale studenten, voor studenten met een interesse in naar het buitenland gaan, etc.

Doorheen 2021 werd het werk dat al in 2020 begon voor de nieuwe vub.be verder gezet, met vooral een intense inspanning mbt de internationale pagina’s zoals die nu op de huidige vub.be bestaan, maar ook de informatie op student. vub.be.

Er werd communicatiesteun (aankondiging, korte artikels, folders, posters, flyers, wedstrijden, video’s, sociale media campagnes,….) verleend aan projecten zoals o.a. de Orientation Day(s) (februari + september 2021), projecten/verhalen m.b.t faculteiten/programma’s, projecten van de EU cel (SIEM, UNISTAR, enz.), Brussels Diplomatic Academy (webinar serie), het Rebels with a Cause event in mei 2021, de academische opening in Tour & Taxis in september 2021, de Go Abroad fair, de kick-off events op campus Etterbeek en Jette.

Via de Facebookpagina werden een aantal activiteiten gepromoot nl. de Go Abroad fair met wedstrijden en getuigenissen, de internationale rekruteringscampagnes, beurzen en infosessies die online werden gehouden, het online event “cafe colore”. Er werd op Facebook een wedstrijd voor internationale studenten georganiseerd voor de Dag van de Internationale Student (17 november). Ook werd ondersteuning geboden voor de VUB deelname aan het International Conference of Undergraduate Research (ICUR2020) online event in samenwerking met de EUTOPIA partners en voor het EURSS programma van EUTOPIA.

De eerste ‘International Insight’ werd gelanceerd in december 2021, een korte online lunchsessie, waarin een aspect van internationalisering wordt belicht. Het topic betrof ‘Blended Intensive Programmes’, een nieuw initiatief binnen de Erasmus+ programmatie.

2.10. Internationale Marketing en Rekrutering

Het project “Internationale Marketing en Rekrutering” tracht een duurzame strategie te ontwikkelen voor de VUB. Het doel is om buitenlandse studenten aan te trekken voor de Engelstalige opleidingen, meer kwaliteitsvolle aanvragen en meer toelatingen te bewerkstelligen.

Het strategisch plan m.b.t. de internationale marketing en rekrutering geeft zowel een volledig overzicht van de diverse kanalen die gebruikt worden voor rekrutering als een overzicht van de “return on investment” metingen en KPImonitoring.

In vergelijking met het vorige academiejaar was er een stijging van het aantal nieuwe ingeschreven internationale studenten in de Engelstalige bacheloropleidingen met 4,5% en een stijging van 9% in de Engelstalige (initiële) masteropleidingen.

De conversie van kandidaat- naar (voorwaardelijk) toegelaten student bleef exact gelijk aan het jaar daarvoor. De conversie van (voorwaardelijk) toegelaten student naar ingeschreven student was lager dan het voorgaande jaar, hoogstwaarschijnlijk door het aanzienlijk aantal last-minute aanmeldingsintrekkingen in de context van de Covid-19gerelateerde onzekerheden en reisbeperkingen. Het aantal intrekkingen van aanvragen steeg met 45% in vergelijking met het voorgaande academiejaar, waarvan een groot deel naar verwachting rechtstreeks verband zou houden met de Covid-19 situatie. Bovendien hebben dankzij de deferral policy, ingevoerd in academiejaar 2020-2021, een aanzienlijk aantal studenten, sommigen in de laatste stappen van de toelatingsprocedure en sommigen reeds toegelaten studenten, verzocht om uitstel van hun aanvraag tot academiejaar 2021-2022. De verwachting is dat dit uitstel de cijfers volgend academiejaar positief zal beïnvloeden.

Engelstalige Bachelors 2020-2021 (op 9 oktober 2020)

Engelstalige Bachelors 2020- 2021 (op 9 oktober 2020)

Niet-Belgische Studenten

Niet-Belgische Studenten

Engelstalige Masters 2020-2021 (op 9 oktober 2020)

Niet-Belgische Studenten

Engelstalige Masters 2020-2021 (op 9 oktober 2020)

Niet-Belgische Studenten

Engelstalige Masters 2020-2021 (op 9 oktober 2020)

Niet-Belgische Studenten

(Bron: Dashboards STBE)

(Bron: Dashboards STBE)

Actieve agenten in 2020-2021

Actieve agenten in 2020 -2021

Naam agent Land Actief sinds

Naam agent Land Actief sinds

Edmundo RO Roemenië 2011

Edmundo RO Roemenië 2011

Edmundo GR Griekenland 2019

Edmundo GR Griekenland 2019

Integral BG Bulgarije 2012

Integral BG Bulgarije 2012

Integral RO Roemenië 2015

Integral RO Roemenië 2015

Integral AL Albanië 2018

Integral AL Albanië 2018

Integral HR Kroatië 2019

Integral HR Kroatië 2019

Studee VK/Ecuador 2018

Studee VK/Ecuador 2018

Evenor Estland 2013

Evenor Estland 2013

Dreamfoundation Baltische staten 2012

Dreamfoundation Baltische staten 2012

Dongfang China 2016

Dongfang China 2016

Interstudy SK Slovakije/Duitsland 2020

Interstudy SK Slovakije/Duitsland 2020

Het internationale marketing en rekruteringsteam nam deel aan een reeks VUB specifieke webinars die door agenten en partneruniversiteiten werden georganiseerd.

Het internationale marketing en rekruteringsteam nam deel aan een reeks VUB specifieke webinars die door agenten en partneruniversiteiten werden georganiseerd.

Partner Land Webinar focus Datum

Edmundo Roemenië UG & PG* Maart 2021

Partner Land Webinar focus Datum

Edmundo Roemenië UG & PG* Maart 2021

Interstudy Slovakije PG Maart 2021

Interstudy Slovakije UG Mei 2021

Interstudy Slovakije PG Maart 2021

Interstudy Slovakije UG Mei 2021

Edmundo Griekenland Sciences & Engineering PG Juni 2021

Edmundo Griekenland

Sciences & Engineering PG Juni 2021

Renmin University China CSC master scholarship PG Sep 2021

Renmin University China

CSC master scholarship PG Sep 2021

Shanghai Sport University China CSC master scholarship PG Sep 2021

Shanghai Sport University China

University of Science and Technology of China China

* UG: Undergraduate; PG: Postgraduate

CSC master scholarship PG Sep 2021

Sciences & Engineering PG Nov 2021

Er werd ook promotie gemaakt voor het Engelstalige studieaanbod en de verschillende studiebeurzen bij studenten van Chinese partneruniversiteiten. In totaal schreven zich 38 studenten uit onze partnerinstellingen in aan de VUB voor het academiejaar 2020-2021. Daarnaast werden 19 studenten van partneruniversiteiten toegelaten (12 voor master en 7 voor PhD), maar zij stelden hun studie uit naar het academiejaar 2021-2022.Ook bij een Mexicaanse partneruniversiteit (Universidad Popular Autonoma del Estado de Puebla, UPAEP) wordt het Engelstalige studieaanbod gepromoot middels de 3+2, 4+2 en 4+1 programma’s. 1 student schreef zich in voor een 3+2 opleiding.

Overzicht van de ingeschreven studenten met aanwerving dankzij beursprogramma’s en programma’s met partneruniversiteiten:

Scheme Ingeschreven studenten Financiering

MA 3+2 8

MA 4+2 en 4+1 6

MA 1+1+0.5 8

Self-financed

Self-financed

CSC Master

MA Exchange 1 Erasmus+

PhD/Joint PhD 7

PhD/Joint PhD 9

Total 39

Deelname aan internationale onderwijsbeurzen

CSC PhD

CSC PhD

Opmerking

From partner universities

From partner universities

From partner universities

From partner universities

From partner universities

Non partner universities

Het International Relations office heeft met een eigen VUB-stand en/of onder de koepel Study in Flanders (and Brussels) deelgenomen aan virtuele onderwijsbeurzen om de specifieke markten te verkennen.

Als gevolg van de aanhoudende Covid-19-pandemie werden bijna alle fysieke onderwijsbeurzen geannuleerd of vervangen door een online alternatief. De verschillen tussen de aangeboden virtuele alternatieven liepen sterk uiteen tussen de organisatoren onderling en dat gold ook voor onze ervaring op elk van deze onderwijsbeurzen. Bij sommige van de online platformen ondervonden we grote technische problemen, veroorzaakt door uiteenlopende redenen. Net als bij fysieke onderwijsbeurzen werden sommige online onderwijsbeurzen beter bezocht dan anderen. Door de ervaring in 2020 en 2021 met online onderwijsbeurzen, zijn we van mening dat virtuele onderwijsbeurzen een goed alternatief zijn om studentengroepen te bereiken in verre bestemmingen waar vanwege beperkingen niet naartoe kan gereisd worden. Online onderwijsbeurzen zijn echter niet in staat om de meer diepgaande, persoonlijke interacties met toekomstige studenten die reguliere, fysieke onderwijsbeurzen wel bieden, te vervangen.

Beurs Land of regio

IWEF

Kroatië + Slovenië

RIUF Roemenië + Moldavië

IUF Griekenland

Talk Global Study West-Europe, UK & Ireland

FFP Europe

W-Europa, VK + Ierland

Europa

European Higher Education Fair Filipijnen

FPP Turkey, Russia & Central Asia

Turkije, Rusland + Centraal-Azië

FPP W-Europe West-Europa

European Higher Education Fair (Onder Study in Flanders)

Europosgrados (Mexico)

Japan

Latijns-Amerika

IGSF Mainland China

FPP Latin America

Latijns-Amerika

EHEVF India India

European Higher Education Fair (Onder Study in Flanders)

Indonesië

Talk Global Study Europe (Onder Study in Flanders) Europa

EEF Taiwan Taiwan

Talk Global Study Brazil & LATAM (Onder Study in Flanders)

Brazilië + Latijns-Amerika

Type event

Datum

Virtuele beurs Maart 2021

Virtuele beurs April 2021

Virtuele beurs April 2021

Virtuele beurs April 2021

Virtuele beurs Mei 2021

Virtuele beurs Oktober 2021

Virtuele beurs Oktober 2021

Virtuele beurs Oktober 2021

Virtuele beurs Oktober 2021

Virtuele beurs November 2021

Virtuele beurs + webinar November 2021

Virtuele beurs November 2021

Virtuele beurs + webinar November 2021

Virtuele beurs November 2021

Virtuele beurs November 2021

Webinar + ads. December 2021

Virtuele beurs December 2021

Virtuele infosessies voor internationale studenten

In februari 2021 werd opnieuw van start gegaan met online infosessies ter vervanging van de fysieke infodagen die niet konden doorgaan (Covid-19). Aansluitend aan de facultaire infosessies voor de Engelstalige programma’s werden tussen februari en juni 2021 door het internationale marketing en rekruteringsteam 6 algemene infosessies georganiseerd. Tijdens deze sessies werden internationale studenten o.a. geïnformeerd over de VUB en haar faciliteiten, het inschrijvingsgeld en de aanmeldingsprocedure. In totaal boekten 53 studenten een tijdslot via de boekingskalender, uiteindelijk namen 34 studenten deel aan één van deze info sessies.

De infosessies werden via uiteenlopende (marketing)partners gepromoot. Daarnaast maakten we gebruik van betalende Facebookcampagnes via de International Relations Facebookpagina. Verschillen in reach/impressions zijn gelinkt aan de campagneperiode en -duur, budget en doelgroep (niet-EER of EER landen). Betaalde Facebookpromotie virtuele info sessies: Campagne Periode

Algemeen 29/01/2021 - 07/02/2021 1 172 072 2 991 886

Algemeen 24/02/2021 - 10/03/2021 1 700 357 4 713 131

Algemeen 18/03/2021 - 29/03/2021 539 923 1 614 993

Algemeen 21/04/2021 - 12/05/2021 456 097 656 415

Algemeen 14/05/2021 - 13/06/2021 405 066 629 887

Algemeen 16/07/2021 - 27/08/2021 235 100 637 232

Andere activiteiten:

- Op een selectie van online “advertising portals” werd ingetekend ter promotie van Engelstalige VUB-programma’s: bachelorportal.eu, mastersportal.eu, masterstudies.com, findamasters.com, educations.com, shiksha.com, study.eu.

- Daarnaast werd gebruik gemaakt van aanvullende diensten waaronder gerichte e-mail en remarketing campagnes

- Studentengetuigenissen werden verzameld en gedeeld op de International Relations Facebookpagina, dit om de Engelstalige programma’s op een unieke manier te promoten.

- Uitwerken van rekruteringsmateriaal in het Chinees (alleen e-versie): informatie over het VUB- studieaanbod, een praktische gids voor nieuwe studenten, nieuws over de VUB, getuigenissen van huidige studenten en alumni. Verspreiden van informatie over beursmogelijkheden, onderhouden van het sociaal media forum via WeChat binnen het VUB China Alumni Association.

- Verschillende analyses van studentenpopulaties werden uitgevoerd ter ondersteuning van de uitwerking van een rekruteringsstrategie (achtergrond van de studenten, internationale benchmarking, kwaliteitsbewaking, criteria voor de selectie van partneruniversiteiten, hoe studenten de VUB hebben leren kennen). Hiervoor werden ook de door de dienst Strategie en Beleid (STBE) gecreëerde dashboards gebruikt.

2.10.1. Zomer-, Herfst- of Wintercampus

De Biotech Summer School 2021, die administratief ondersteund wordt door het International Relations office, werd geannuleerd omwille van COVID-19. Er werd besloten om geen online alternatief te voorzien omdat de sterke punten van deze zomerschool net het werk in de laboratoria en de ‘hands-on’ workshops zijn, samen met de ontdekking van Brussel en van de VUB Campus. Er zal gekeken worden of de COVID-19 situatie het toelaat om een Biotech summer school in 2022 te organiseren.

2.11. Beheer (beurzen)programma’s

In 2021 werden volgende (beurzen)programma’s beheerd door het International Relations office: VUB:

- Bolivië PhD beurzen (uitdovend)

- Cuba Joint PhD beurzen (uitdovend)

- UNIVERSITAS beurzen (ontwikkelingslanden)

- Nieuw: VUB masterbeurzen

Europese financiering:

- Erasmus+ Key Action 1 (beurzen voor uitwisseling)

Departement Onderwijs en Vorming (operationeel orgaan is Flanders Knowledge Area):

- ASEM DUO

- The Washington Center for Internships and Academic Seminars

- Priority Country Programme

- Generieke beurzen (mobiliteit niet-EER)

- Master Mind Scholarships Fellowship Programme for Excellent Students

VLIR-Universitaire Ontwikkelingssamenwerking:

- Master beurzen in het kader van de Master of Marine and Lacustrine Science and Management (VLIR-UOS ICP)

- Global Minds programma: reisbeurzen voor studenten (Bachelor – Master – Master na Master – Lerarenopleiding), stafmobiliteitsbeurzen, joint PhD en post-doc beurzen.

Prins Filip Fonds:

- Erasmus Belgica: mobiliteit tussen de Belgische gemeenschappen (studeren en stages)

Buitenlandse overheden/instellingen:

- Swiss-European Mobility Programme (SEMP)

- China Scholarship Council (Master – PhD, mobiliteit van en naar China)

- Quebec Student Exchange Programme (QSEP)

De geboden ondersteuning is afhankelijk van de overeenkomst met de financierende instantie en de afgesproken verdeling van taken tussen deze instantie en de VUB. Taken dit tot het pakket kunnen behoren zijn:

- Dossier- en beursbeheer

- Boeken van tickets, opstellen van visumaanvragen, hulp bij openen van een bankrekening en het vinden van huisvesting, aansluiting bij ziekenfonds en verzekeraar ACE/SIP, opstellen schadeclaims voor verzekeringen, repatriëring

- Organiseren van ‘summer travel’ tussen het 1e en 2e jaar van studies

- Voorbereiding van de terugkeer na het afstuderen (reservatie van vliegtuigtickets, afsluiten beursdossier,….)

- Nominatie van studenten voor een beurs en administratieve opvolging

- Organisatie van interne selectie

Hieronder volgt meer toelichting per programma:

2.11.1. VUB beurzen

Bolivië PhD

Deze beurzen zijn uitdovend. Tijdens het academiejaar 2020-2021 behaalde Maria Renée Barreal haar doctoraatstitel. In het geval van de overige vier kandidaten is voor twee kandidaten de financieringsovereenkomst afgelopen in 2021, en is 2022 voor de andere twee kandidaten het laatste jaar van financiering.

Cuba

Joint PhD

Aangezien dit programma uitdovend is, werden er in 2021 geen nieuwe studenten geselecteerd in het kader van de raamovereenkomst tussen de VUB en de Cubaanse Nationale Commissie voor Wetenschappelijke Graden. Door de Coronapandemie hebben alle kandidaten veel vertraging opgelopen.

UNIVERSITAS

Naar aanleiding van de tweede oproep van het herwerkte Universitasprogramma in oktober 2020, werden er in het voorjaar van 2021 vijf dossiers (met meerdere mobiliteiten per dossier) goedgekeurd door de RIB. De Universitasoproep 2022 werd gelanceerd in het najaar van 2021. Zoals in alle projecten of activiteiten waar mobiliteit bij betrokken is, heeft de uitvoering van dit programma vertraging opgelopen door de Coronapandemie.

VUB masterbeurzen

De merit beurzen die bedoeld zijn voor nieuwe niet-EER studenten in anderstalige masteropleidingen werden in 20202021 ook opengezet voor studenten in hun tweede jaar en voor EU-nationaliteiten. Deze beslissing werd door de Raad Internationaal Beleid genomen omdat vele studenten in een financiële crisis terecht kwamen door devaluatie van hun munt of door het verlies van een studentenjob ten gevolge van de pandemie. De beurs bedraagt 5.000EUR per academiejaar. Er werden 36 beurzen toegekend in 2021 waarvan er 4 beurzen on-hold staan omdat de studenten nog niet naar VUB zijn gekomen omwille van Corona. Hiervan zijn 15 beurzen voor tweedejaars (verlenging) en 21 beurzen voor eerstejaars.

2.11.2. In het kader van EU-programma’s

Het Erasmus+ programma promoot de Europese en transnationale dimensies van onderwijs, training, jeugd en sport en wenst de kwaliteit hiervan te bevorderen via samenwerking met andere landen en instellingen binnen de EU (programmalanden) en daarbuiten (partnerlanden). Het programma kent drie pijlers en de eerste pijler, nl. Key Action 1, omvat de individuele leermobiliteit.

Erasmus + Key Action 1 - Individuele leermobiliteit

Het Erasmus+ studentenuitwisselingsprogramma voor studie en stage met de programmalanden (EER, Turkije, FYROM) blijft aan de VUB het populairste en grootste mobiliteitsprogramma.

De concrete samenwerking binnen deze actie steunt op het afsluiten van inter-institutionele akkoorden tussen partnerinstellingen voor specifieke disciplines. De VUB beheerde 354 inter-institutionele contracten in 2021. Daarbovenop werden er nog 21 nieuwe contracten afgesloten in 2021 voor mobiliteit vanaf 2022.

Tijdens het academiejaar 2020-2021 heeft de VUB 112 inkomende studenten verwelkomd in het kader van Erasmus+ studie en 7 inkomende studenten in het kader van een Erasmus+ stage. We stuurden 51 studenten uit voor een Erasmus+ uitwisseling studie en 8 studenten voor een Erasmus+ stage. 168 studenten die een aanvraag indienden voor een Erasmus+ studie, konden niet vertrekken om diverse redenen o.a. door de reisbeperkingen genomen naar aanleiding van de COVID-19 pandemie. 52 studenten moesten hun Erasmus+ stage annuleren.

In het academiejaar 2020-2021 vertrok geen enkele student naar een niet-EER gastinstelling naar aanleiding van de coronamaatregelen zowel bij de VUB als bij de gastinstelling.

Naast het Erasmus+ programma binnen Europa vertrokken er 3 studenten in het academiejaar 2020-2021 in het kader van het Erasmus Belgica programma, 7 inkomende studenten verbleven aan de VUB met een Erasmus Belgica beurs. De VUB heeft 15 bilaterale akkoorden met Belgische Franstalige universiteiten.

Niettegenstaande de meerderheid van de inter-institutionele akkoorden docentenmobiliteit toelaat, is de inkomende en uitgaande mobiliteit met deze beurzen gering. Voor uitgaande docentenmobiliteit zijn het beperkt aantal toelages vanuit de overheid en het uitstellen van geplande uitwisselingen door COVID-19 daar de reden voor. 2021 was een Europees overgangsjaar voor niet-EU samenwerking. In het eerste jaar van het nieuwe kaderprogramma werd geen nieuwe oproep gelanceerd voor mobiliteiten met niet-EU landen. In 2022 volgt wel een nieuwe EU-oproep voor dit type mobiliteiten.

Erasmus+ Key Action 1 – stage na afstuderen Het Reconfirm-project is ontstaan uit de nood om internationale stagemobiliteit en de financiële ondersteuning ervan toegankelijker te maken voor studenten, afgestudeerden en bedrijven. Met Europese financiering en de inzet van project- en lokale partners werden regionale consortia opgericht. Voor Vlaanderen treedt VLUHR op als consortium. Na afstuderen kan een student minimaal 60 dagen en maximaal 12 maanden op Erasmus+ stage gaan. 5 VUB alumni namen in het academiejaar 2020-2021 deel aan een Stage Na Afstuderen.

2.11.3. Programma’s via Flanders Knowledge Area

ASEM Duo

Het ASEM-Duo programma werd in 2020-2021 gestopt.

Stages via The Washington Center

Jaarlijks geeft de Vlaamse overheid 12 merit scholarships voor een uitwisseling van een 15-tal weken naar The Washington Center. “The Washington Center for Internships and Academic Seminars” is een onafhankelijke organisatie die aan geselecteerde studenten uit verschillende landen de opportuniteit biedt om een werk- en leerervaring op te doen in de Washington regio (VS). Deze uitwisseling bestaat vooral uit een stage maar er zijn ook een aantal ‘academic courses’ en ‘policy dialogues’ te volgen. Voor deze uitwisseling moet de student met de programmaverantwoordelijke overeenkomen dat hij/zij 30 ECTS uit het studiecurriculum kan vervangen door deze stage. Voor het academiejaar 20202021 ontving één, door de VUB genomineerde student, een beurs.

Priority Country Programme

Het Priority Country Programme beoogt de uitwisseling van studenten tussen Vlaanderen en negen, voor de Vlaamse overheid, prioritaire landen nl. Brazilië, Chili, Japan, Marokko, Mexico, Rusland, Turkije, Verenigde Staten en Zuid-Afrika. Uitwisseling is enkel mogelijk naar instellingen waarmee de VUB een MoU heeft afgesloten. Inkomende mobiliteit kan enkel in zogenaamde duo-projecten. De mobiliteit varieert van minimum 1 maand tot maximum 2 semesters, met een uitzondering voor Turkije waar de mobiliteit maximum 2 maanden is. In het kader van dit programma werd in academiejaar 2020-2021 aan 7 studenten een beurs toegekend: 4 beurzen voor een stage in de VS, 2 beurzen voor een studie van 1 semester in Japan en 1 beurs voor een stage in Brazilië. Door de COVID 19 uitbraak, konden de uitwisselingen helaas niet doorgaan.

Generieke beurzen

De generieke beurzen voor uitgaande mobiliteit ondersteunen een studie of stage in een land dat geen deel uitmaakt van de Erasmus+ programmalanden. De VUB dient centraal of departementaal een bestaand akkoord te hebben met de gastinstelling. In 2020-2021 ontving de VUB financiering voor 34 studenten (Zuid-Korea, China, VS, Canada, Brazilië, Mexico, Colombia, Zuid-Afrika en Australië). 20 studenten stonden op de reservelijst. Helaas kon door de coronamaatregelen niemand vertrekken.

Master Mind Scholarships

Via het Master Mind Scholarships Fellowship Programme for Excellent Students wil het Departement Onderwijs en Vorming van de Vlaamse Gemeenschap een bijdrage leveren aan de versterking van het internationaal klimaat in het Vlaams hogeronderwijs door het aantrekken van internationale topstudenten voor een masteropleiding. Het departement Onderwijs en Vorming definieerde de notie “topstudent” zodat er minder maar betere aanvragen ingediend werden. Elke universiteit, School of Arts en de Hogere Zeevaartschool mag maximum 20 studenten nomineren voor een beurs. Zes studenten ontvingen een beurs voor een masterstudie aan de VUB, vier andere geselecteerde studenten weigerden de beurs zodat deze beurzen naar een andere hoger onderwijsinstelling gingen (centrale rangschikking). Daarnaast kregen nog twee studenten uit cohorte 2019-2020 een beurs voor hun tweede masterjaar.

2.11.4. VLIR-UOS

Project

VLIR-bursalen ikv het beurzentoekenningsprogramma: beurzen voor ICP/ITP–studenten, ICP-PhD

Vlaamse Reisbeurzen voor studenten naar een ontwikkelingsland (Global Minds)

Joint PhD (Global Minds) beurzen voor 6 maanden, financiële ondersteuning (ticket, allowance).

Post-doc (Global Minds): 6 maanden financiële ondersteuning

VUB academisch contact-persoon

IRMO als administratief verantwoordelijke

IRMO als administratief verant- woordelijke

IRMO als administratief verant- woordelijke

IRMO als administratief verant- woordelijke

Duur van het project (van tot en met) budget + aantal bursalen

01/01/2021 –31/12/2021

01/01/2021 –31/12/2021

01/01/2021 –31/12/2021

01/01/2021 –31/12/2021

€ 425.810

24 ICP Masterstudenten (12 eerstejaars en 12 tweedejaars)

€ 35 000 (meeste reisbeurzen on-hold wegens Corona reisbeperkingen)

€ 30.000

2 Joint PhD studenten (waarvan 1 on hold wegens Corona reisbeperkingen)

€ 300.000

6 Post-doc voor 6 maanden

* Door de coronapandemie liepen alle VLIR-UOS-projecten vertraging op. Hierdoor werd toegestaan dat alle saldi van 2020 mochten worden overgedragen naar 2021 en dat het jaar 2021 administratief verlengd werd tot 31 augustus 2022.

2.11.5. Programma’s van buitenlandse overheden/instellingen

Swiss-European Mobility Programme (SEMP)

Zwitserse hogeronderwijsinstellingen kunnen een aanvraag voor beurzen voor studentenmobiliteit indienen bij het SEMPprogramma. De hogeronderwijsinstellingen die financiering ontvangen van de overheid kunnen zowel aan hun uitgaande als inkomende uitwisselingsstudenten een mobiliteitsbeurs toekennen. Verschillende VUB-faculteiten hebben een bilateraal uitwisselingsakkoord met een Zwitserse instelling om deze mobiliteit te faciliteren. In het academiejaar 20202021 gingen 3 VUB-studenten op uitwisseling in het kader van dit programma.

China Scholarship Council

De China Scholarship Council (CSC) is een non-profit organisatie verbonden aan het Chinese Ministerie van Onderwijs. CSC verleent beurzen aan Chinese studenten om in het buitenland te studeren en aan buitenlandse studenten om in China te studeren.

In totaal ontvingen voor het academiejaar 2020-2021 een totaal van 38 studenten (zowel van partner- als nietpartneruniversiteiten) een CSC beurs voor studies aan de VUB, meer bepaald 20 PhD’s, 1 joint PhD, 7 Guest PhD’s, 2 PostDoc en 8 masterstudenten. 31 CSC studenten schreven zich in aan de VUB in academiejaar 2020-2021 en 7 studenten stelden de inschrijving aan de VUB uit tot academiejaar 2021-2022.

Quebec Student Exchange Programme (QSEP)

Het Quebec Student Exchange Programme is een uitwisselingsprogramma van het ‘Bureau de Coopération Interuniversitaire’ (BCI). Het BCI, voorheen Crépuq, is een interuniversitaire samenwerking van universiteiten in Quebec. De VUB heeft een akkoord met het BCI dat studentenmobiliteit faciliteert in het kader van dit programma. VUB-uitwisselingsstudenten krijgen geen beurs maar zijn vrijgesteld van inschrijvingsgeld. In het academiejaar 20202021 dienden 9 VUB studenten een aanvraag in, met bestemming een van volgende Canadese instellingen: Université du Québec à Montreal (UQAM), Université Bishop’s en Université Laval. Helaas konden de 9 studenten konden niet vertrekken omwille van de COVID 19 uitbraak en de bijhorende reisbeperkingen.

2.12. Administratieve ondersteuning van extern gefinancierde projecten

Het International Relations office verleent advies aan promotoren die een projectvoorstel uitschrijven voor indiening bij externe donoren, voornamelijk VLIR-UOS en EU-mobiliteits- en onderwijsprojecten. Dit gebeurt, indien van toepassing, in samenwerking met andere centrale diensten.

Kandidaat-promotoren krijgen toelichting omtrent de belangrijkste modaliteiten op vlak van indiening van voorstellen, toepassing van donorspecifieke richtlijnen en formaten, financiële regelgevingen. Voor de indiening bij de donororganisatie worden projectvoorstellen gescreend op volledigheid, toepassing van het gevraagde formaat en (financiële) richtlijnen en, indien van toepassing, op het gebruik van de Project Cycle Management (PCM) methodologie. Specifieke trainingen worden georganiseerd door de verschillende entiteiten binnen het International Relations office via LRN.

2.12.1. In het kader van EU-programma’s

Begin 2021 werd het nieuwe Erasmus+ kaderprogramma (2021 – 2027) gelanceerd. Het nieuwe kaderprogramma heeft 4 horizontale prioriteiten waarbinnen de projecten moeten passen (inclusiviteit & diversiteit, digitalisering, participatie en duurzaamheid/milieu/klimaat). Het kalenderjaar 2021 was een overgangsjaar. Een aantal oproepen (voornamelijk voor samenwerking met partnerlanden van de EU) werden niet gelanceerd.

Vanuit het International Relations office organiseerden we samen met ELO (R&D) en ERIS (TT) infosessies per onderzoeks/studiedomein om de nieuwe Europese kaderprogramma’s te promoten. Zo werd er een breder publiek bereikt voor zowel de onderzoeksprojecten als de onderwijsprojecten. Vervolgens organiseerden we vanuit het International Relations office ook twee specifieke informatiesessies over de oproepen in Erasmus+.

Geselecteerde Erasmus+ projecten in 2021

Project Titel VUB partner of coördinator

Duur van het project (van tot en met) Budget

Key Action 2 –Cooperation Partnerships GEOclick Coördinator: J. Chan 2021 – 2024

Key Action 2 –Cooperation Partnerships

Key Action 2 –Cooperation Partnerships

FLECSLAB Partner:R. S’Jegers (Eutopia) 2021 – 2024

GECONEU Partner: S. Engelborghs 2021 – 2024

Jean Monnet Teacher Training ELAT Coordinator: G.

Jean Monnet Module DESTINY Coordinator: J.

Jean Monnet Module SUSTAEN Coordinator: S. Van Kerckhoven

Erasmus+ Key Action 1 (2014 – 2020) – Erasmus Mundus Joint Masters

De lopende Joint Master programma’s

Project Titel

Erasmus Mundus Joint Master DC Lead (Digital Communication Leadership - vervolgprogramma)

VUB partner of coördinator

Duur van het project (van tot en met) Budget

Coördinator: M. Theeboom 01/01/2018 –31/12/2020 € 383.306 (VUB aandeel: € 212.714)

Erasmus Mundus Joint Master 4Cities+ Coördinator: B. Van Heur

Erasmus Mundus Joint Master TROPIMUNDO Partner: F. Dahdouh Guebas, L. Triest 2013-2018 € 400.000 (VUB aandeel: € 55.668)

Erasmus+ Key Action 2 (2014 – 2020) – Capaciteitsopbouw

De “Capacity Building” projecten hebben als doel om de modernisering en toegankelijkheid van het hoger onderwijs in niet-EER landen te bevorderen. Dit type projecten blijft behouden in het nieuwe kaderprogramma. Maar in 2021 was er geen oproep.

Lopende projecten

Project Titel VUB partner of coördinator Duur van het project (van tot en met) Budget

Capaciteitsopbouw TALENT Coödinator: C. Vanroelen 2018-2021

Capaciteitsopbouw LEAD 2 Coördinator: C. Zhu 2018-2021

Capaciteitsopbouw EMCWUB Partner: SBC 2018-2021 € 505.960

Capaciteitsopbouw MONTUS Partner: H. Sahli 2018-2021 € 1.000.000

Capaciteitsopbouw CORRIENTE XXI Coördinator: N. Koedam 2019-2022 € 869.794,80

Capaciteitsopbouw eMWRE Coördinator: A. Van Griensven 2020-2023 € 923.872,00

Capaciteitsopbouw UN4DRR Coördinator: J.C. Chan 2020-2023 € 999.758,00

Capaciteitsopbouw ELANET Coördinator: N. Dentchev 2021 – 2024 € 999.908

Capaciteitsopbouw AGRISAT Coördinator: J. Chan 2021 – 2024 € 982.828

Capaciteitsopbouw MELINC Coördinator: G. Lauwers 2021 – 2024 € 657.868

Capaciteitsopbouw GeoTAK Partner: J. Chan 2021 – 2024 € 873.769

Erasmus+ Key Action 2 (2014 – 2020) – Strategische partnerschappen en Kennisallianties

Transnationale strategische partnerschappen beogen de ontwikkeling, overdracht en/of toepassing van innovatieve praktijken te bevorderen tussen de verschillende types van organisaties betrokken bij onderwijs, vorming en jeugdzaken.

Lopende projecten

Project Titel

Strategisch Partnerschap

Strategisch Partnerschap

Strategisch Partnerschap

Strategisch

Kennisalliantie

GBL & CLIL in a Mathematical context

Hydroinformatics for water resources and water related hazards management in Europe / WaterEurope

Beyond apparent stereotypes

VUB partner of coördinator Duur van het project (van tot en met)

Partner: J. Surmont

Partner: A. Van Griensven

Partner: D. Kavadias

1/11/2018 – 31/07/2021 € 50.300 (VUB aandeel)

01/09/2018 – 31/08/2021 € 52.401 (VUB aandeel)

01/09/2018 – 31/08/2021 € 38.730 (VUB aandeel)

Erasmus+ Key Action 3 (2014 – 2020)

Key Action 3 zijn projecten om het Europese onderwijsbeleid te bevorderen en te ondersteunen.

Project Titel

VUB partner of coördinator

Duur van het project (van tot en met) Budget

Forward Looking project SIEM Partner: IRMO 2019 - 2021 € 624.843

European Policy Experimentation TRANSVAL Partner: K. Lombaerts 2021 - 2023 € 1.948.288

Erasmus+ Sport (2014 – 2020)

De acties op het vlak van sport:

- samenwerkingspartnerschappen: deze beogen het aanpakken van bedreigingen van de integriteit van sport, het bevorderen en ondersteunen van goed bestuur op sportgebied en van duale loopbanen van sporters, het bevorderen van sociale integratie, gelijke kansen en het besef van het belang van gezondheidsbevorderende lichaamsbeweging door een grotere deelname aan en gelijke toegang tot sport voor iedereen.

- Europese sportevenementen zonder winstoogmerk.

De faculteit LK is als coördinator of partner betrokken bij een aantal projecten.

Lopende projecten:

Project Titel VUB partner of coördi-nator

Duur van het project (van tot en met)

Budget

Sport Collaborative Partnership Move Healthy Partner: K. De Martelaer 01/01/2019 –31/12/2021

Sport Collaborative Partnership MESSI Coördinator: V. De Bosscher 2021 – 2023 € 256.240

Sport Collaborative Partnership MH4DC Coördinator: P. Wylleman 2021 – 2022 € 400.000

Sport Collaborative Partnership SWOST Partner: W. Cools 2021 – 2023 €399.967

Sport Collaborative Partnership Vital-City Partner: V. De Bosscher 2021 –

Erasmus+ Jean Monnet (2014 – 2020)

Jean Monnet acties hebben tot doel excellent onderwijs en onderzoek op het gebied van Europese studies wereldwijd te stimuleren. De acties ondersteunen:

- de implementatie van academische modules, leerstoelen, expertisecentra met het oog op het verdiepen van studies in het Europese integratieproces, alsook het uitvoeren, monitoren en superviseren van onderzoek over EU-onderwerpen

- het stimuleren, aanmoedigen van dialoog tussen de academische wereld en beleidsmakers door netwerken en projecten

- verenigingen en instellingen die zich richten op onderwijs in en onderzoek naar EU-onderwerpen.

Lopende projecten:

Project Titel

Jean Monnet GOTVRAN

VUB partner of coördi-nator

Duur van het project (van tot en met)

Budget

Coördinator: IES 01/09/2018 –31/08/2021 € 299.957,81

Jean Monnet Network OPEN EU DEBATE Partner: IES 01/09/2018 –31/08/2021 € 229.417

Jean Monnet Summer School on European Policy-making Coördinator: IES 2019-2022 € 30.000,00

Jean Monnet (Chair) EXPAND Coördinator: IES 2020 - 2023 € 50.000

Lopend pilootproject DG Connect: mobiliteit voor media-professionals

Pilot project Stars4Media II

2.12.2. In het kader van VLIR-UOS

Coördinator: L. Morganti 2021-2022 € 790.516 (VUB aandeel)

Sinds 2017 wordt er gewerkt met een 5-jaren begroting, gelijklopend met het nieuwe vijfjarenprogramma. Dit zou de flexibiliteit van de budgetten moeten vergroten, maar er werd bijna jaarlijks een besparing ervaren.

Binnen het programma Global Minds, waarvoor elke Vlaamse universiteit een eigen budget ontvangt volgens een performantiesleutel om de capaciteitsopbouw op het vlak van universitaire ontwikkelingssamenwerking te versterken, schreef VUB in 2021 vijf interne oproepen uit voor: Stafmobiliteit (XREI), Small Great Projects, Joint PhD’s, Post Docs, en Reisbeurzen (voor studenten).

De oproepen binnen het Zuid portfolio van VLIR-UOS werden in 2021 gelimiteerd omwille van de nakende afloop van het 5-jarenprogramma en de vertraging opgelopen in 2020 door de coronapandemie..

Door de coronapandemie liepen alle VLIR-UOS-projecten vertraging op. Hierdoor werd toegestaan dat alle saldi van 2020 mochten worden overgedragen naar 2021 en dat het jaar 2021 administratief verlengd werd tot 31 augustus 2022.

Gebruikte afkortingen:

TEAM: nieuwe benaming voor Eigen Initiatief

ICP: International Course Programme

IUS: Institutionele Universitaire Samenwerking

ZI: Zuid-Initiatief

JOINT: Noord-Zuid-Zuid Initiatief

GM: Global Minds

ORG: Organisatiekosten

Nieuwe projecten: Pro-ject Titel VUB partner VUB partner of coördi-nator Duur van het project (van tot en met)

PSR Tracks for the decolonisation of the Belgian development cooperation

IUC Strengthening Jaramogi Oginga Odinga University of Scinence and Technology Capacity in Natural Resource Management, Food Security and Health

IUC University as a facilitator for community Based Sustainable solution to Demographic challenges in South Western Uganda

Lopende projecten:

Project Titel

ZI Addressing the controversy around malaria treatment and prevention using Artemisia medicinal plants

ZI Building capacity for disaster Management for the Mountainous region of Da Bac district, Hoa Binh Province, Vietnam

ZI Enhancing development research and training capacity based on a Transdisciplinary Learning Community (TLC) approach at the Public University of El Alto (Bolivië)

ZI Facilitating multi-stakeholder partnership to foster sustainable shark fisheries in Tanzania

ZI SIMPAQ in Tanzania

JOINT SEfficiency

ZI Play! For Food: improving food production and social welfare in the province of Camagüey

VUB partner of coördinator VUB academisch contact-persoon

Duur van het project (van tot en met)

Coördinator K. Demeyer 01/01/202031/08/2022

Coördinator M. Kervyn 01/01/2020 –31/08/2022

Coördinator G. Loots 01/01/2020 –31/08/2022

Coördinator M. Kochzius

–31/08/2022

Coördinator W. De Malsche 01/01/2020 –31/08/2022

Coörd. N. Dentchev

Coörd. W. Verbeke 01/01/2019 –31/08/2022

TEAM Digital citizen science for community-based resilient environmental management Coörd. M. Kervyn

JOINT Global Open Water Academic Network Coörd. A. Van Griensven

ZI Co-creating new knowledge through joint learning of the life systems for adapting territorial development plans

TEAM A combined omics and bioinformatics research approach to improved spontaneous Ecuadorian cacoa bean fermentation processes

–31/08/2022

Coörd. T. Vanwing 01/01/2018 –31/12/2019 Verlenging tot 2021

Coörd. S. Weckx 01/01/2018 –31/08/2022

TEAM Optimizing the valorization of water and rock resources for improved livelihoods in the Arusha volcanic region Coörd. M. Kervyn 01/01/2017 –31/08/2022

TEAM Quality control and therapeutic valorization of Moroccan Argan oils: the impact of the sustainability of the human development

GM Global Minds

ICP Master of Marine and Lacustrine Science and Management - Oceans and Lakes:

ORG Organisatiekosten

IUS IUS: Fase II (jaar 2 partnerprogramma 2019-2023) voor Institutionele Universitaire Samenwerking tussen Universidad de Oriente (Sede Mella) - Cuba en de Vlaamse universiteiten

Coörd. Y. Vander Heyden 01/01/2017 –31/08/2022

Coörd. IRMO, geen academisch verantwoordelijke 01/01/2021 –31/08/2022

Coörd. N. Koedam 2020-2021 € 151.517

NVT IRMO, geen academisch verantwoordelijke 01/01/2021 –31/08/2022

Coörd. H. Sahli 01/01/2021 –31/08/2022

IUS IUS : Fase I (jaar 4 partnerprogramma 2017 – 2022) voor Institutionele Universitaire Samenwerking tussen VUB en Universidad Católica Boliviana “San Pablo” (UCB)

NETWORK NETWORK Fase II ‘ICT’ Programma (2019-2023)voor Institutionele Universitaire Samenwerking tussen Universidad Central ‘Marta Abreu’ de Las Villas - Cuba en de Vlaamse universiteiten

2.13. Rankings

Coörd. G. Loots 01/01/202131/08/2022 € 570.000

Coörd. G. Eisendrath 01/01/202131/08/2022

€ 250.000

Ogenschijnlijk spreekt de herleiding van de kwaliteit en complexiteit van een universiteit tot een eenvoudig rangnummer het grote publiek aan. Ze geven echter een erg vereenvoudigd en onvolledig beeld van universiteiten en hun relatie met de samenleving weer. Tegelijkertijd is deze herleiding tot een nummer de basis voor kritiek, wat resulteert in de opkomst van een grote verscheidenheid aan universitaire rankings die verschillen in gebruikte methodologie, verzamelde data en vele andere factoren. Bovendien wordt de gehanteerde methodologie door de rankingorganisatie af en toe gewijzigd zodat een vergelijking over de jaren heen ook moeilijk wordt.

Alhoewel het heel belangrijk is om voldoende accurate gegevens door te geven, wordt dit bemoeilijkt doordat voor de Vrije Universiteit Brussel niet alle gevraagde gegevens beschikbaar zijn of doordat de gegevens beschikbaar zijn per faculteit terwijl de rankings werken met studiedomeinen. Een bijkomende handicap voor de Vrije Universiteit Brussel is dat in internationale tijdschriften vaak gerefereerd wordt naar Free University of Brussels wat verwarring schept met de Université Libre de Bruxelles en de naambekendheid van de Vrije Universiteit Brussel zeker niet ten goede komt.

Het International Relations office levert i.s.m. het Departement Strategie en Beleid (STBE) de gegevens voor de QS World University Rankings (QS WUR), Times Higher Education World University Rankings (THE WUR) en U-Multirank aan. Voor de Shanghai Academic Ranking of World Universities (ARWU) worden geen gegevens aangeleverd vermits dit voorbehouden is voor de universiteiten uit de Top100. VUB stond in de top 200-300 bij de drie grootste rankings voor het eerst in 2021 (zie onderstaande tabel).

Onze universiteit scoorde opvallend goed voor Rechten (#41) en Onderwijs (#96) in de THE Subject Rankings.

In tegenstelling tot andere rankings geeft U-Multirank geen rangorde aan de universiteiten maar visualiseert door middel van een sun-burst-voorstelling verschillende aspecten en dimensies van de prestatie van universiteiten in 5 domeinen: onderwijs en leren, onderzoek, kennisoverdracht, internationale oriëntatie en regionaal engagement. Voor de scores berekent UMR ratio’s en percentages op basis van door de instellingen toegeleverde data en de voor hen toegankelijke databanken vb. voor patenten en publicaties. Voor internationale oriëntatie scoort de VUB in 2021, zoals ze ook deed in voorgaande edities, zeer goed voor internationale academische staf, internationale joint publicaties en internationale PhD’s, en scoort ze goed voor anderstalige masterprogramma’s en studentenmobiliteit. VUB scoorde echter ondermaats bij anderstalige Bachelor programma’s.

De VUB gaf ook opnieuw de gegevens door voor de GRUP-survey, die beheerd wordt door de organisatie achter de ARWUranking, maar die geen impact heeft op deze ranking. De GRUP is geen ranking als dusdanig maar eerder een benchmarkingtool. Alhoewel de VUB geen specifiek strategisch belang heeft om deel te nemen aan deze survey werd geopteerd om de survey toch in te vullen omdat de gevraagde informatie dezelfde is als voor de THE ranking. Een pluspunt is dat de VUB kan nakijken hoe zij zich verhoudt tot de meer dan 450 deelnemende universiteiten.

2.14. Up Front financiering

De VUB verleent ter ondersteuning van de internationalisering financiële steun aan opstartende anderstalige opleidingen/ afstudeerrichtingen en/of opleidingen die een groei aan studenten ambiëren. Dit om de vertraging in de financiering door de overheid te overbruggen, eventueel in cofinanciering met de faculteit. De bedoeling is om een aangepaste capaciteit te verwezenlijken van de opleiding t.o.v. het oorspronkelijke goedgekeurde capaciteitsplan bij opstart en de daarbij horende kosten-baten analyse. De centrale gelden voor opstart- en/of groeifinanciering worden toegekend in de vorm van personeel. Het bedrag is afhankelijk van het project. Het personeel dat met de gelden uit het opstartfonds wordt aangeworven is van tijdelijke aard (tijdelijk deeltijdse ZAP of deeltijds/voltijds OAP/ATP) en na het bereiken van het break-even punt komt het personeel binnen het personeelskader van de faculteit.

Programma’s die Upfront middelen toegekend krijgen, worden jaarlijks geëvalueerd op hun doelstellingen. Volgens het Upfront reglement wordt financiering verstrekt totdat de VUB break-even draait. In 2021 besliste de Academische Raad (referentie beslissing AR.106/Z8/01) houdende de voortzetting en/of stopzetting van de up-frontfinanciering van de volgende opleidingen in academiejaar 2021-2022, als volgt:

1. Bachelor of Social Sciences (BScSS): De financiering van 4 AAPs (260.000 EUR) wordt toegekend in AJ 2021/2022 en stopt vanaf AJ 2022/23 waarna de faculteit de financiering dient over te nemen.

2. MSc in Applied Computer Sciences: De financiering van 1 ZAP, 0.5 OAP en 0,3 ATP (138.900 EUR) stopt vanaf AJ 2021/22. De faculteit dient de financiering over te nemen.

3. MSc in Electrical Engineering: De financiering van 1.5 AAP (97.500 EUR) stopt vanaf AJ 2021/22. De Raad Internationaal Beleid laat de beslissing om de financiering over te nemen over aan de faculteit daar de doelstellingen niet behaald zijn.

4. MSc in Chemistry: De financiering van 0.5 ATP (19.180 EUR) stopt vanaf AJ 2021/22. De faculteit dient de financiering over te nemen.

5. MSc in Marine and Lacustrine Sciences “Oceans and Lakes”: De financiering van 1 ATP (62.000 EUR) wordt voortgezet in AJ 2021/22 en wordt opnieuw geëvalueerd in 2022.

6. Multilingual Master in Literary studies and Linguistics: De financiering van 0.9 ZAP en 3 OAP (280.500 EUR) wordt voortgezet in AJ 2021/22 en wordt opnieuw geëvalueerd in 2022.

RUBRIEK 10 DUURZAAMHEIDSVERSLAG

VOORTGANGSRAPPORTAGE

DUURZAAMHEIDSACTIEPLAN (SAP) 2021

Datarapport Bedrijfsvoering-Milieuprestatie-indicatoren

INLEIDING

Op 26/4/2021 keurde het directiecomité het Sustainability Action Plan (SAP) goed. De VUB bestendigt hiermee haar initiatieven op vlak van onderwijs en onderzoek in relatie tot de SDG’s, haar acties uit op vlak van partnerschappen en outreach, en op vlak van bedrijfsvoering met bijzondere aandacht voor de Planet-dimensie van duurzame ontwikkeling. Voor het eerst in 10 jaar duurzaamheidsbeleid biedt een omvattend, impact gedreven actieplan richting en coherentie. Heel wat SAP-acties zijn met succes opgestart.

Er is ook een sterke opmars van een dienstoverschrijdende, data-gedreven aanpak op vlak van bedrijfsvoering. Voorliggend rapport illustreert deze data-gedreven aanpak. Het integreert de milieuprestatie-indicatoren, met data over de voorbije 10 jaar met nieuwe, bijkomende indicatoren die de VUB moeten toelaten te meten hoe we evolueren naar een duurzame, klimaatvriendelijke en voorbeeldige bedrijfsvoering.

De structuur van het luik ‘bedrijfsvoering’ uit het duurzaamheidsplan (SAP) wordt overgenomen, met acties 17 t.e.m. 26, en telkens de bijhorende indicatoren. 2021 is een overgangsjaar, en ook dit rapport is een overgangsrapport, met een overzicht van de geïdentificeerde nieuwe indicatoren en de reeds bestaande milieu-prestatie indicatoren die de voortgang op de respectievelijke acties meten. Want meten is weten.

1. KLIMAATSTRATEGIE

Doel van de klimaatstrategie is de trend te keren van een stijgende naar een dalende klimaatimpact, richting klimaatneutraal in 2050. Deze strategie bereidt de VUB ook voor op een extremer klimaat door klimaatadaptatie maatregelen.

• SAP 171 Aan de hand bij becijferde roadmaps keren we de trends en daalt onze klimaatimpact tot net-zero. We meten en reduceren onze CO2 uitstoot op alle uitstoot categorieën. Onze directe uitstoot (energie, koelgassen) wordt netto-0 in 2050

KPI

Lineaire daling/y CO2-uitstoot (ca 4,2%/jaar, scope 1 en 2) en 2,5% op scope 3/y tot 2030

Energie

Nieuw/lange termijn

Lange termijn. Momenteel voorbereiding om internationaal rapportageprotocol te volgen

% daling (tbc in EAP) primair energieverbruik/y/ m2, finaal energieverbruik gas en elektriciteit/y/m2, CO2/m2, Nieuw, geen TREND: Vernieuwde, fijnmazige energiemonitoring is opgezet, daardoor geen lange termijnanalyse mogelijk

TREND Stijging geïnstalleerd vermogen, TREND daling: Global warming potential

Data 2021 Contact

data 2018 ter info: 41909 ton CO2, TREND tussen 2016-18: Stijgend. De data van 2019 worden referentiejaar

BMC (BHC nog niet beschikbaar)

Primair: 383,3kWh/m², Finaal: 245,5kWh/m², 48,5kgCO²/ m² (BEL); bron van stroom: 100%groen,

Kerngroep Duurzaamheid

Energiecoördinator, Directie Infrastructuur Koelgassen (gewogen gemiddelde GWP,per kg koelmiddel, geïnstalleerd vermogen, aantal toestellen)

# Koelinstallaties (224) Global warming potential (1500) Milieucoördinator, PRMI

Daling CO2 uitstoot De VUB sluit zich aan bij het engagement van Belgische organisaties om meer klimaatambitie te tonen. Het VUB klimaatplan in opmaak moet beantwoorden aan de reductiedoelstellingen door de wetenschap vooroptgesteld (de zgn. Science Based Targets). De kern hiervan is dat de maatregelen voldoende moeten zijn om onder die 1,5°C opwarming te blijven.

1 Sustainability Action Plan (SAP) formulering en nummering

Het engagement van de VUB werd op 26 oktober 2021 als volgt vastgelegd:

• VUB stelt een klimaatplan op met doelstellingen in lijn met 1.5°-scenario

• VUB reduceert zowel haar directe (scope 1 en 2) als haar indirecte (scope 3) emissies.

• VUB zal in de overgangsperiode investeren in projecten om klimaatacties elders een boost te geven, bv. via compensatie van emissies van dienstreizen.

De resultaten van de eerdere carbon footprint metingen worden kritisch getoetst aan deze nieuwe SBT-methode. Concreet wordt 2019 (laatste pré-covid jaar) het VUB baseline jaar, de nodige reducties tot 2030 worden ten opzichte van deze baseline berekend.

Energie: detail

De VUB zette een vernieuwde, fijnmaziger energiemonitoring is op, met zowel een bredere scope aan verzamelde energiecijfers, maar ook een grotere mate van detail. Hierdoor is 2021 ook een overgangsjaar voor de energiedata.

Vergelijkingen met data uit voorafgaande jaren is niet mogelijk.

Naast primair (verbruik op elektriciteitstellers x2,5, het rendement van de elektriciteitsproductie) en finaal energieverbruik (=verbruik in kWh op de tellers) wordt ook de bron van energie gerapporteerd en het aandeel energie uit eigen, duurzame opwekking.

Het energieactieplan tot 2030 zal de nodige emissiereductie vertalen naar doelstellingen op vlak van energiebesparing en eigen opwekking van duurzame energie.

Koelinstallaties: detail

Voor het eerst worden de cijfers rond de koelinstallaties aan de Vrije Universiteit Brussel voorgesteld die zijn verzameld in de “Inventaris van koelinstallaties” van de dienst Preventie en Milieu. Momenteel zijn enkel de cijfers van de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus (BHSEC) beschikbaar. Drie KPI’s zijn van groot belang bij het monitoren van koelinstallaties:

1. Het totaal aantal installaties in actieve dienst

2. Het totaal vermogen van die actieve koelinstallaties

3. Het gemiddelde global warming potentia (GWP)l van de gebruikte koelmiddelen.

In de loop der jaren werden steeds meer kleine koelinstallaties geplaatst, onderzoeksproject per onderzoeksproject, telkens er zich een vraag voordeed naar koeling. Daardoor steeg het aantal koelinstallaties van 67 in het jaar 2000 naar 224 in het jaar 2021.

Enerzijds zullen de komende jaren waarschijnlijk heel wat kleine en verouderde koelinstallaties uit dienst worden genomen door koeling stelselmatig aan te sluiten op nieuwe warmtepompen. Zo zal hopelijk een daling worden ingezet in het totale elektrische vermogen gebruikt voor koeling van lokalen. Daar staat anderzijds tegenover dat in de toekomst ook steeds meer zal gebruik worden gemaakt van warmtepompen die niet alleen zullen koelen, maar ook zullen gebruikt worden voor de verwarming van lokalen en zo een alternatief vormen voor verwarming op basis van fossiele brandstoffen. verwarming van lokalen en zo een alternatief vormen voor verwarming op basis van fossiele brandstoffen.

Aantal koelinstallaties in actieve dienst op BHSEC

voor

De cijfers voor 2022 zijn heel voorlopig maar geven reeds interessante informatie over de toekomstige drie grote warmtepompen die zullen worden bijgeplaatst op de nieuwe 12e technische verdieping van gebouw G. Deze cijfers van 2022 zullen nog evolueren in de loop van het jaar.

De cijfers voor 2022 zijn heel voorlopig maar geven reeds int eressante informatie over de toekomstige drie grote warmtepompen die zullen worden bijgeplaatst op de nieuwe 12e technische verdieping van gebouw G. Deze cijfers van 2022 zullen nog evolueren in de loop van het jaar.

Evolutie van de gemiddelde GWP van de koelmiddelen gebruikt op BHSEC

De cijfers voor 2022 zijn heel voorlopig maar geven reeds int eressante informatie over de toekomstige drie grote warmtepompen die zullen worden bijgeplaatst op de nieuwe 12e technische verdieping van gebouw G. Deze cijfers van 2022 zullen nog evolueren in de loop van het jaar.

Evolutie van de gemiddelde GWP van de koelmiddelen gebruikt op BHSEC

Het GWP, Global Warming Potential of aardopwarmingsvermogen, is een aanduiding voor de mate waarin een broeikasgas kan bijdragen tot de klimaatopwarming. Het is een relatieve maat, die het aardopwarmingsvermogen van een broeikasgas aangeeft vergeleken met dat van koolstofdioxide; meer bepaald, het opwarmingsvermogen in een bepaalde tijdsperiode - meestal wordt 100 jaar als referentie genomen - van 1 ton van het gas ten opzichte van 1 ton CO2. Hoe hoger het GWP hoe meer dat een gas de aarde opwarmt in vergelijking met CO2 over dezelfde tijdsperiode.

De GWP van CO2 is dus steeds 1. De koelmiddelen met het hoogte GWP gebruikt aan de Vrije Universiteit Brussel zijn R507 (GWP 3985) en R404a (GWP 3922). Veel voorkomend is het koelmiddel R410a met een GWP van 2088. De koelmiddelen met het laagste GWP vandaag gebruikt aan de Vrije Universiteit Brussel zijn R32 (GWP 675) en R513a (GWP 573). De meest recente grote koelinstallaties die geplaatst werden op Brussels Health Campus en die ook zullen worden geplaatst bij de renovatie van gebouw G op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus bevatten R513a.

Het GWP, Global Warming Potential of aardopwarmingsvermogen, is een aanduiding voor de mate waarin een broeikasgas kan bijdragen tot de klimaatopwarming. Het is een relatieve maat, die het aardopwarmingsvermogen van een broeikasgas aangeeft vergeleken met dat van koolstofdioxide; meer bepaald, het opwarmingsvermogen in een bepaalde tij dsperiode - meestal wordt 100 jaar als referentie genomen - van 1 ton van het gas ten opzichte van 1 ton CO2. Hoe hoger het GWP hoe meer dat een gas de aarde opwarmt in vergelijking met CO2 over dezelfde tijdsperiode.

De GWP van CO2 is dus steeds 1. De koelmiddelen met het hoogte GWP gebruikt aan de Vrije Universiteit Brussel zijn R507 (GWP 3985) en R404a (GWP 3922). Veel voorkomend is het koelmiddel R410a met een GWP van 2088. De koelmiddelen met het laagste GWP vandaag gebruikt aan de Vrije Universiteit Brussel zijn R32 (GWP 675) en R513a (GWP 573). De meest recente grote koelinstallaties die geplaatst werden op Brussels Health Campus en die ook zullen worden geplaatst bij de renovatie van gebouw G op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus bevatten R513a.

Als we kijken naar het gemiddelde GWP van de koelmiddelen die jaarlijks worden bijgeplaatst op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus zien we nog geen daling. Het plaatsen van de nieuwe grote koelinstallaties met R513a zal de daling inzetten van de gemiddelde GWP van de koelmiddelen gebruikt aan de Vrije Universiteit Brussel. Het geleidelijk aan vervangen van de koelmiddelen R507 en R404a zal het gemiddelde GWP van de koelmiddelen aan de Vrije Universiteit Brussel verder doen dalen. Deze koelmiddelen R507 en R404a mogen wegens hun hoog GWP niet meer worden geproduceerd. Ze zullen dan ook op termijn schaars worden en niet meer beschikbaar zijn voor het bijvullen van bestaande toestellen. Vervanging is dus aan de orde.

In 2021 werden nog verschillende kleine toestellen geplaatst met het koelmiddel R410a. Het geniet de voorkeur om in de toekomst steeds te kiezen voor koelmiddelen met een lager GWP zoals R32 en R513a of beter nog voor koelmiddelen als R1234ze of R1234yf met een GWP rond de 5.

Er dient in de toekomst ook gekeken te worden naar het gebruiken van koelinstallaties en warmtepompen met natuurlijke koelmiddelen als bijvoorbeeld propaan (R290) en ammoniak (R717). De evoluties in de ontwikkeling van installaties met deze natuurlijke koelmiddelen dienen nauwgezet te worden opgevolgd. Propaan heeft een GWP van 3, ammoniak heeft een GWP van 0. Daarbij dient te worden opgemerkt dat de natuurlijke koelmiddelen ook nadelen hebben, namelijk dat ze bijvoorbeeld ontvlambaar of giftig kunnen zijn. Daarmee dient te worden rekening gehouden bij de plaats waar deze toestellen worden gezet en het onderhoud van deze toestellen.

warmtepompen met natuurlijke koelmiddelen als bijvoorbeeld propaan (R290) en ammoniak (R717). De evoluties in de ontwikkeling van installaties met deze natuurlijke koelmiddelen dienen nauwgezet te worden opgevolgd. Propaan heeft een GWP van 3 , ammoniak heeft een GWP van 0. Daarbij dient te worden opgemerkt dat de natuurlijke koelmiddelen ook nadelen hebben, namelijk dat ze bijvoorbeeld ontvlambaar of giftig kunnen zijn. Daarmee dient te worden rekening gehouden bij de plaats waar deze toestellen worden gezet en het onderhoud van deze toestellen.

Totaal elektrisch vermogen van alle actieve koelinstallaties in kW op BHSEC

voor

• SAP 18. Met een adaptatieplan bereiden we ons voor op de gevolgen van klimaatverandering: de aanpak van regenwater (tegengaan verdroging én overstroming) ; verhogen biodiversiteit op de campussen; ontwikkelen van werkbare instrumenten die blauw-groene visie omzetten in de praktijk

KPI Nieuw/lange termijn

• SAP 18. Met een adaptatieplan bereiden we ons voor op de gevolgen van klimaatverandering : de aanpak van regenwater (tegengaan verdroging én overstroming) ; verhogen biodiversiteit op de campussen; ontwikkelen van werkbare instrumenten die blauw- groene visie omzetten in de praktijk

Data 2021 Contact KPI nog niet beschikbaar Nieuw in 2022 / tbc

KPI Nieuw/lange termijn

Data 2021 Contact KPI nog niet beschikbaar Nieuw in 2022 / tbc

2. DOELEN IN KADER VAN VOORBEELDIGE BEDRIJFSVOERING

De VUB neemt ten volle haar voorbeeldrol op in alle aspecten van haar bedrijfsvoering, bewust van de brede duurzaamheidsuitdaging en voor een blijvende positieve impact op People, Planet, Profit, Prosperity en Peace.

• SAP 19. De VUB lanceert en implementeert een toekomstgerichte mobiliteitsstrategie 2030. De mobiliteitsstrategie is een ambitiekader en bevat actieplannen die de mobiliteit van personeel en studenten op een duurzame manier organiseert: veilig, gezond, inclusief én met lagere klimaatimpact door het vermijden van verplaatsingen, het verschuiven naar duurzame mobiliteit en het verschonen van voertuigen. O.a. worden de campus(omgevingen) aantrekkelijk ingericht op maat van actieve mobiliteitsgebruikers. En wordt een flexbudget ernstig onderzocht om multimodaliteit te faciliteren.

Hieronder worden de resultaten van de driejaarlijkse mobiliteitsenquêtes bij personeel en studenten naar de Brussels Main Campus (BMC) en de Brussels Health Campus (BHC) voorgesteld. Voor beide campussen is er een positieve verschuiving naar actieve mobiliteit (wandelen en fietsen) en openbaar vervoer vast te stellen.

Brussels Main Campus (Etterbeek)

BMC ligt in een bereikbaarheidszone A volgens het BWLKE2 en is heel goed bereikbaar met het openbaar vervoer. De campus ligt op wandelafstand van treinstation Etterbeek, metro-, tram- en bushaltes en is gelegen aan het Brusselse fietsnetwerk.

Onderstaande grafieken geven de evolutie van de vervoermodi voor woon-werkverplaatsingen van personeelsleden en een vergelijking met het gemiddelde van bedrijven met vergelijkbare bereikbaarheid weer. Personeel op de BHSEC heeft goede pendelgewoontes en kan samengevat worden in volgende vaststellingen:

• Slechts 11% van de personeelsleden komt met de wagen naar de campus, dit is helft van het gemiddelde van ondernemingen in vergelijkbare bereikbaarheidszone (21%);

• Het aandeel van de trein blijft schommelen rond de 52%;

• Het aandeel fietsers stijgt sterk over de jaren en bedraagt 16% in 2021, dit is aanzienlijk hoger dan bij bedrijven in vergelijkbare bereikbaarheid;

2 Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE)

• Het aandeel werknemers wonend in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) stijgt met 3% tot 39% op basis van het personeelsbestand. Er blijkt jaar na jaar een groei van het aantal Brusselaars aan de VUB;

• Het zeer hoge treingebruik is te verklaren door de nabijheid van station Etterbeek op wandelafstand en het grote aandeel personeelsleden pendelend vanuit Vlaanderen.

Evolutie modal split personeel BMC 2011-2021

Vergelijking modal split personeel BMC met gemiddelde van bedrijven in gelijkaardige bereikbaarheidszone

De studenten werden in december 2019 bevraagd naar hun voornaamste vervoersmiddel naar de campus. Bij de resultaten wordt er een onderscheid gemaakt tussen kot- en pendelstudenten, gezien het aanzienlijke verschil in verplaatsingsgedrag.

De studenten werden in december 2019 bevraagd naar hun voornaamste vervoersmiddel naar de campus. Bij de resultaten wordt er een onderscheid gemaakt tussen kot- en pendelstudenten, gezien het aanzienlijke verschil in verplaatsingsgedrag.

Bij kotstudenten is er een evolutie naar meer metro/tram/bus-gebruik en voetgangers te merken, ten nadele van de trein en de fiets in vergelijking met de resultaten uit 2017.

Bij kotstudenten is er een evolutie naar meer metro/tram/bus- gebruik en voetgangers te merken, ten nadele van de trein en de fiets in vergelijking met de resultaten uit 2017.

• De helft van de kotstudenten gaan te voet van hun kot naar de campus, dit is dankzij de vele koten op en in de directe omgeving van de campus.

• Voorts komt 1/3e met de metro, tram of bus en 9% met de trein.

• De helft van de kotstudenten gaan te voet van hun kot naar de campus, dit is dankzij de vele koten op en in de directe omgeving van de campus.

• Het grootste potentieel ligt bij de fietsers, slechts 6% komt met de fiets van zijn kot naar de campus.

• Slechts 1% van de kotstudenten komt met de wagen.

• Voorts komt 1/3e met de metro, tram of bus en 9% met de trein.

• Uit de enquête blijkt dat 7% van de studenten een kot heeft buiten het BHG.

• Het grootste potentieel lig t bij de fietsers, slechts 6% komt met de fiets van zijn kot naar de campus.

• Slechts 1% van de kotstudenten komt met de wagen.

• Uit de enquête blijkt dat 7% van de studenten een kot heeft buiten het BHG.

Bij pendelstudenten is er een modal split gelijkaa rdig aan deze van het personeel.

• 47% komt met de trein naar de campus, 1/3e gebruikt de metro, tram of bus naar de VUB.

Bij pendelstudenten is er een modal split gelijkaardig aan deze van het personeel.

• 47% komt met de trein naar de campus, 1/3e gebruikt de metro, tram of bus naar de VUB.

• Ook voor pendelstudenten ligt het grootste potentieel bij de fietsers (6%).

• Er is een sterke daling in het autogebruik te merken, waarbij nu slechts 4% met de wagen komt in vergelijking met 17% in 2017.

• Er is een sterke daling in het autogebruik te merken, waa rbij nu slechts 4% met de wagen komt in vergelijking met 17% in 2017.

Modal split kotstudenten en pendelstudenten naar BMC

Brussels Health Campus

Brussels Health Campus

De Brussels Health Campus in Jette ligt in bereikbaarheidszone C en is dus matig bereikbaar met het openbaar vervoer volgens het BWLKE3. Het NMBS-station van Jette ligt op 2 kilometer van de campus, verbonden met BHC via een buslijn of een groene wandeling. De campus wordt bediend door tram 9 van de MIVB en bussen van de MIVB en De Lijn.

Daarnaast is de campus gelegen vlakbij de R0 en de A12, wat leidt tot een autofocus bij de pendelaars. De campusomgeving is fietsvriendelijker geworden, bij de aanleg van tram 9 werden afgescheiden fietspaden voorzien en de fietssnelweg F212 tussen Asse en Jette werd gerealiseerd. Met de geplande fietsnetwerken wordt de BHC in de toekomst goed ontsloten door een fietspaden in alle windrichtingen. Dit biedt enorm fietspotentieel voor alle personeelsleden, studenten en bezoekers van de Brussels Health Campus.

De Brussels Health Campus in Jette ligt in bereikbaarheidszone C en is dus matig bereikbaar met het openbaar vervoer volgens het BWLKE3. Het NMBS- station van Jette ligt op 2 kilometer van de campus, verbonden met BHC via een buslijn of een groene wandeling. De campus wordt bediend door tram 9 van de MIVB en bussen van de MIVB e n De Lijn.

Daarnaast is de campus gelegen vlakbij de R0 en de A12, wat leidt tot een autofocus bij de pendelaars. De campusomgeving is fietsvriendelijker geworden, bij de aanleg van tram 9 werden afgescheiden fietspaden voorzien en de fietssnelweg F212 tu ssen Asse en Jette werd gerealiseerd. Met de geplande fietsnetwerken wordt de BHC in de toekomst goed ontsloten door een fietspaden in alle windrichtingen. Dit biedt enorm fietspotentieel voor alle personeelsleden, studenten en bezoekers van de Brussels Health Campus.

Onderstaande grafieken geven de evolutie van de vervoermodi voor woon-werkverplaatsingen van personeelsleden en een vergelijking met het gemiddelde van bedrijven met vergelijkbare bereikbaarheid weer. De pendelgewoontes kunnen samengevat worden in volgende vaststellingen:

• De modal split 2021 is ongeveer gelijk aan deze in 2017;

Onderstaande grafieken geven de evolutie van de vervoermodi voor woon- werkverplaatsingen van personeelsleden en een vergelijking met het gemiddelde van bedrijven met vergelijkbare bereikbaarheid weer. De pendelgewoontes kunnen samengevat worden in volgende vaststellingen:

• Op het moment van de personeelsenquête in 2017 waren er grote werken voor de aanleg van tram rond de campus, dit had een grote impact op de bereikbaarheid met de wagen. Het aandeel van de wagen is echter gelijk gebleven na afloop van de werken (53%), in 2011 was dit nog 63%. Hiermee doet de VUB het beter doet dan het gemiddelde van bedrijven in een gelijkaardige bereikbaarheidszone. ;

• Het aantal fietsers zijn zichtbaar gestegen bij personeel en studenten. Mogelijke oorzaken zijn de uitbreiding van de fietsinfrastructuur in de omgeving van de campus;

• De modal split 2021 is ongeveer gelijk aan deze in 2017;

• Een derde van de personeelsleden pendelt met het openbaar vervoer, 22% komt met de trein als hoofdverplaatsingsmiddel en 10% komt met metro, tram of bus.

• Volgens het personeelsbestand wonen 20% van de VUB personeelsleden op BHC in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

• Op het moment van de personeelsenquête in 2017 waren er grote werken voor de aanleg van tram rond de campus, dit had een grote impact op de bereikbaarheid met de wagen. Het aandeel van de wagen is echter gelijk gebleven na afloop van de werken (53%), in 2011 was dit nog 63%. Hiermee doet de VUB het beter doet dan het gemiddelde van bedrijven in een gelijkaardige bereikbaarheidszone. ;

• Het aantal fietsers zijn zicht baar gestegen bij personeel en studenten. Mogelijke oorzaken zijn de uitbreiding van de fietsinfrastructuur in de omgeving van de campus;

• Een derde van de personeelsleden pendelt met het openbaar vervoer, 22% komt met de trein als hoofdverplaatsingsmiddel en 10% komt met metro, tram of bus.

3 Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE)

3 Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE)

• Volgens het personeelsbestand wonen 20 % van de VUB personeelsleden op BHC in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Evolutie modal split personeel BMC 2011 - 2021

Vergelijking modal split personeel BHC met gemiddelde van b edrijven in gelijkaardige bereikbaarheidszone

Ook op Brussels Health Campus wordt er een onderscheid gemaakt tussen de modal split van kot- en pendelstudenten, gezien het verschil in mobiliteitsgewoontes dat blijkt uit de mobiliteitsenquête bij studenten in december 2019 Uit deze enquête blijkt dat 32% van de studenten op campus Jette op kot zit, 68% is pendelstudent.

Ook op Brussels Health Campus wordt er een onderscheid gemaakt tussen de modal split van kot- en pendelstudenten, gezien het verschil in mobiliteitsgewoontes dat blijkt uit de mobiliteitsenquête bij studenten in december 2019. Uit deze enquête blijkt dat 32% van de studenten op campus Jette op kot zit, 68% is pendelstudent.

• Bij kotstudenten valt op dat meer dan de helft te voet komt, te verklaren door de studentenhuizen op de campus;

• Slechts 1% van de kotstudenten komt met de wagen naar de campus, 35% met het openbaar vervoer en 10% met de fiets.

• Bij kotstudenten valt op dat meer dan de helft te voet komt, te verklaren door de studentenhuizen op de campus;

• Slechts 1% van de kotstudenten komt met de wagen naar de campus, 35% met het openbaar vervoer en 10% met de fiets.

• Bij pendelstudenten is openbaar vervoer het populairste transportmiddel, met 27% dat met de trein komt en 37% met metro, tram of bus;

• Het aandeel van de wagen (21%) is aanzienlijk groter dan in Etterbeek (7%), al ligt het een stuk lager dan bij het personeel in Jette (53%).

• Bij pendelstudenten is openbaar vervoer het populairste transportmiddel, met 27% dat met de trein komt en 37% met metro, tram of bus;

• Het aandeel van de wagen (21%) is aanzienlijk groter dan in Etterbeek (7%), al ligt het een stuk lager dan bij het personeel in Jette (53%).

Modal split kotstudenten en pendelstudenten naar BHC

KPI Nieuw/lange termijn

Data 2021 Contact

Nieuw in 2022

KPI Nieuw/lange termijn

Nieuw in 2022

Veilige campussen : 0 letselongevallen op en rond campus/Y (vanaf nu)

Duurzaam: modal split wagen BHSEC 2030: 10%/5% (=status quo);

Duurzaam: modal split wagen BHSEC 2030: 10%/5% (=status quo);

Duurzaam: modal split wagen BHC 2030: 40% staff, 15% studenten

Lange termijn

Lange termijn

Lange termijn

8 verkeersongevallen in traject woonplaats/kot universiteit

Data 2021 Contact Veilige campussen : 0 letselongevallen op en rond campus/Y (vanaf nu)

8 verkeersongevallen in traject woonplaats/kot universiteit

BMC personeel: 11,42% met wagen (2021)

BMC personeel: 11,42% met wagen (2021)

Mobiliteitscoördinator, PRMI

Mobiliteitscoördinator, PRMI

Milieucoördinator, PRMI

Mobiliteitscoördinator, PRMI

BHC personeel: 52,17% met wagen (2021)

BMC studenten: 2,57% met wagen (2019); TREND: stijging fiets

Milieucoördinator, PRMI

Lange termijn

50% off campus werken staff post covid / nog geen post-covid data

# laadpalen conform visie nieuw

Duurzaam: modal split wagen BHC 2030: 40% staff, 15% studenten

50% off campus werken staff post covid /

BHC personeel: 52,17% met wagen (2021)

BMC: 7 laadpunten

BHC studenten: 10,36% met wagen (2019) TREND: status quo

nog geen post-covid data

Mobiliteitscoördinator, PRMI

Mobiliteitscoördinator, PRMI

Milieucoördinator, PRMI

Mobiliteitscoördinator, PRMI

• SAP 20. Het travel ABC maakt deel uit van elke VUB’ers DNA: avoid a trip, book an alternative en compensatie your emissions. Opdat dit Travel ABC een goede gewoonte van elke VUB’er zou zijn, leggen verschillende geledingen samen noodzakelijk ambitieuze doelstellingen vast (internationale dienstreizen van personeel zijn goed voor 13% van de totale VUB uitstoot) en wordt ook een aanpak voor studenten uitgewerkt.

KPI

# laadpalen conform visie nieuw

Nieuw/lange termijn

Nieuw

BMC: 7 laadpunten

BHC: 0 laadpunten

Mobiliteitscoördinator, PRMI

Data 2021 Contact # reizen conform travel ABC, % reizen via raamcontract

Doelstellingen en indicatoren per actor (2022), bvb # reizen, #km's…

• SAP 20. Het travel ABC maakt deel uit van elke VUB’ers DNA : avoid a trip, book an alternative en compensatie your emissions. Opdat dit Travel ABC een goede gewoonte van elke VUB’er zou zijn, leggen verschillende geledingen samen noodzakelijk ambitieuze doelstellingen vast (internationale dienstreizen van personeel zijn goed voor 13% van de totale VUB uitstoot) en wordt ook een aanpak voor studenten uitgewerkt.

Nieuw

KPI Nieuw/lange termijn

Nog niet beschikbaar, COVID en implementatie raamcontract nog lopende

Nog te ontwikkelen

Dienst Aankopen, Directie Financiën

Kerngroep duurzaamheid

Data 2021 Contact # reizen conform travel ABC, % reizen via raamcontract Nieuw

Nog niet beschikbaar, COVID en implementatie raamcontract nog lopende

Dienst Aankopen, Directie Financiën

• SAP 21. De VUB zet haar aankoopkracht in voor een positieve impact op mens en milieu. De VUB zet haar koopkracht in om een maximaal ecologisch, klimaatbewust en sociaal aan te kopen. Een duurzame en circulaire aankoopstrategie wordt opgezet, getoetst aan de 5P’s met een focus op de VUB eigen diensten met grootste impact en volume aankopen. Dit is een systeemknoop met secundaire effecten op bvb energiebesparing, minder afval, band met Brussel…

Doelstellingen en indicatoren per actor (2022), bvb # reizen, #km's… nieuw

Nog te ontwikkelen Kerngroep duurzaamheid

KPI

Nieuw/lange termijn

Data 2021 Contact Te bepalen nieuw

#m² bos: TREND status-quo CO2 reductie: nieuw

82 m² bos,

Nog te ontwikkelen tbc #m² bos aangepland, CO2 reductie door out-of-use programma/totale CO2 uitstoot.

28 ton CO2 bespaard/915 ton uitstoot (CO2 data 2018) tbc

• SAP 22. Alle campusgebruikers bouwen mee aan een zero-waste community: van bekers op TD’s, en Billie Cupsin de cafetaria, over het hergebruiken van meubilair, opnemen van garantiebepalingen in bestekken en de levensduurverlening ICT, tot de keuze voor alternatief labomateriaal. Dat maakt tegelijk dat een volledige omslag moeilijk is. Een werkgroep zal daarom complementaire hefbomen identificeren en activeren. Ondertussen wordt de selectieve inzameling van materialen optimaal georganiseerd. En waarvan nog geen selectieve inzameling gebeurt, maar die wel beschikbaar is op de markt, wordt de instap voorbereid. Doelstellingen worden vastgelegd in 2022.

KPI Nieuw/lange termijn

Data 2021 Contact totaal gewicht/fractie

% gesorteerd vs totaal # swill (Doelstellingen nog te bepalen)

Duiding: Niet-gevaarlijk afval

Lange termijn

Trend ? (covid)

Lange termijn

Trend BMC status quo

Trend BHC stijgend

Trend Swill stijgend

BMC 443 ton

BHC 186 ton

% gesorteerd BMC 42,7%;

% gesorteerd BHC: 32,3%

#SWILL: 14,6 ton

Afvoer niet-gevaarlijk afval op BHSEC (kg)

Milieucoördinator, PRMI

Milieucoördinator, PRMI

Afvoer niet-gevaarlijk afval op BHC (kg)

Restafval (kg)

Papier/karton (kg)

Groot vuil (kg)

PMD (kg)

Metaal (kg)

Glas (kg)

Swill (kg)

Totaal (kg)

Restafval (kg)

Groot vuil (kg)

Papier/karton afval (kg)

PMD-afval (kg)

Glasafval (kg)

Metaalafval (kg)

Swill (kg)

Totaal (kg)

Afvoer niet-gevaarlijk afval op BHC (kg)

Totaal (kg)

Restafval (kg)

Groot vuil (kg)

Papier/karton afval (kg)

PMD-afval (kg)

Glasafval (kg)

Metaalafval (kg)

Swill (kg)

Totaal (kg)

De scherpe daling in de hoeveelheden niet-gevaarlijk afval in 2020 is het gevolg van de corona-pandemie en het feit dat er daardoor veel minder personeelsleden en studenten op de campussen van de Vrije Universiteit Brussel aanwezig waren.

Afvalsortering op BHSEC (%)

De scherpe daling in de hoeveelheden niet -gevaarlijk afval in 2020 is het gevolg van de coronapandemie en het feit dat er daardoor veel minder personeelsleden en studenten op de campussen van de Vrije Universiteit Brussel aanwezig waren.

Afvalsortering op BHSEC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill op BHSEC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill op BHSEC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill + grof vuil op BHSEC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill + grof vuil op BHSEC (%)

De piek in 2019 (blauwe lijn) is mogelijk een fout in de statistieken van de hoeveelheden groot vuil opgegeven door de afvalophaler

De piek in 2019 (blauwe lijn) is mogelijk een fout in de statistieken van de hoeveelheden groot vuil opgegeven door de afvalophaler.

De piek in 2019 (blauwe lijn) is mogelijk een fout in de statistieken van de hoeveelheden groot vuil opgegeven door de afvalophaler.

100.0

80.0

60.0

40.0

20.0

0.0

Afvalsortering op BHC (%)

Afvalsortering op BHC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill op BHC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill op BHC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill + grof vuil op BHC (%)

Papier/karton + PMD + metaal + glas + swill + grof vuil op BHC (%)

Als we de percentages afzonderlijk afgevoerd papier/kartonafval, PMD -afval, metaalafval, glasafval en swill samentellen komen we in 2021 op 31,2% (oranje lijn) op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus en op 23,4% op de Brussels Health Campus (BHC ) Dit is dus het percentage nietgevaarlijk afval dat wordt aangeboden voor recyclage in vergelijking met de totale hoeveelheid nietgevaarlijk afval. Als we daar ook het percentage afzonderlijk afgevoerd grof vuil bijtellen komen we op

Als we de percentages afzonderlijk afgevoerd papier/kartonafval, PMD -afval, metaalafval, glasafval en swill samentellen komen we in 2021 op 31,2% (oranje lijn) op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus en op 23,4% op de Brussels Health Campus (BHC ). Dit is dus het percentage nietgevaarlijk afval dat wordt aangeboden voor recyclage in vergelijking met de totale hoeveelheid nietgevaarlijk afval. Als we daar ook het percentage afzonderlijk afgevoerd grof vuil bijtellen komen we op 42,7% van het niet -gevaarlijk afval dat gesorteerd wordt afgevoerd op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus en 32,3% op BHC . Het grof vuil gaat naar het sorteercentrum van de

Als we de percentages afzonderlijk afgevoerd papier/kartonafval, PMD-afval, metaalafval, glasafval en swill samentellen komen we in 2021 op 31,2% (oranje lijn) op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus en op 23,4% op de Brussels Health Campus (BHC). Dit is dus het percentage niet-gevaarlijk afval dat wordt aangeboden voor recyclage in vergelijking met de totale hoeveelheid niet-gevaarlijk afval. Als we daar ook het percentage afzonderlijk afgevoerd grof vuil bijtellen komen we op 42,7% van het niet-gevaarlijk afval dat gesorteerd wordt afgevoerd op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus en 32,3% op BHC. Het grof vuil gaat naar het sorteercentrum van de afvalophaler, maar het is vandaag niet duidelijk hoeveel hiervan door de afvalophaler verder wordt gerecycleerd.

Sinds 2016 is een stijging vast te stellen in de percentages van de niet-gevaarlijke afvalstoffen die gesorteerd worden afgevoerd op de Brussels Health Campus, maar blijft lager dan op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus. Op deze campus is eerder een stabilisatie vast te stellen in de percentages gesorteerd afval sinds 2017.

Gevaarlijk afval

De dienst Preventie en Milieu organiseert de inzameling van gevaarlijk afval zoals chemisch afval, risicohoudend medisch/biologisch afval en dierlijk afval categorie 2. Dit afval wordt afgevoerd door een erkend ophaler van gevaarlijk afval voor milieudeskundige verwerking.

De dienst Preventie en Milieu organiseert de inzameling van gevaarlijk afval zoals chemisch afval, risicohoudend medisch/biologisch afval en dierlijk afval categorie 2. Dit afval wordt afgevoerd door een erkend ophaler van gevaarlijk afval voor milieudeskundige verwerking.

In 2018 was er een opmerkelijke piek in de afvoer van chemisch afval op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus. Deze had te maken met een grote opruim van de solventenkamer naast het Centraal Magazijn. Hier werd en eenmalig 4191 kg chemicaliën afgevoerd. Opmerkelijk de voorbije jaren is ook een stijging in de hoeveelheden vloeibaar chemisch afval ingezameld in de onderwijslaboratoria van scheikunde en farmacie.

In 2018 was er een opmerkelijke piek in de afvoer van chemisch afval op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus. Deze had te maken met een grote opruim van de solventenkamer naast het Centraal Magazijn. Hier werden eenmalig 4191 kg chemicaliën afgevoerd. Opmerkelijk de voorbije jaren is ook een stijging in de hoeveelheden vloeibaar chemisch afval ingezameld in de onderwijslaboratoria van scheikunde en farmacie.

In 2020 zien we een opmerkelijke dip in de afvoer van chemisch afval op zowel de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus als de Brussels Health Campus. Dit is toe te schrijven aan de corona-pandemie. De werking van de laboratoria is nooit volledig stopgezet, maar er waren wel beperkingen op het aantal onderzoekers die tegelijk konden aanwezig zijn op de werkplaats. In 2021 werd opnieuw meer chemisch afval afgevoerd, waarschijnlijk als gevolg van een relatieve normalisering van het onderzoek, hoewel de pandemie ook in dat jaar nog voor beperkingen zorgde.

In 2020 zien we een opmerkelijke dip in de afvoer van chemisch afval op zowel de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus als de Brussels Health Campus. Dit is toe te schrijven aan de coronapandemie. De werking van de laboratoria is nooit volledig stopgezet, maar er waren wel beperkingen op het aantal onderzoekers die tegelijk konden aanwezig zijn op de werkplaats. In 2021 werd opnieuw meer chemisch afval afgevoerd, waarschijnlijk als gevolg van een relatieve normalisering van het onderzoek, hoewel de pandemie ook in dat jaar nog voor beperkingen zorgde.

BHSEC

pandemie. De werking van de laboratoria is nooit volledig stopgezet, maar er waren wel beperkingen op het aantal onderzoekers die tegelijk konden aanwezig zijn op de werkplaats. In 2021 werd opnieuw meer chemisch afval afgevoerd, waarschijnlijk als gevolg van een relatieve normalisering van het onderzoek, hoewel de pandemie ook in dat jaar nog voor beperkingen zorgde.

Afvoer risicohoudend medisch/biologisch afval (kg)

Risicohoudend medisch/biologisch afval wordt voornamelijk geproduceerd in de laboratoria van de faculteit Geneeskunde en Farmacie op de Brussels Health Campus en in de laboratoria van de faculteit Wetenschappen en Bio- ingenieurswetenschappen op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus Er was vooral een stijging vast te stellen op de Brussels Health Campus in de periode 2012 tot 2020.

Risicohoudend medisch/biologisch afval wordt voornamelijk geproduceerd in de laboratoria van de faculteit Geneeskunde en Farmacie op de Brussels Health Campus en in de laboratoria van de faculteit Wetenschappen en Bioingenieurswetenschappen op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus. Er was vooral een stijging vast te stellen op de Brussels Health Campus in de periode 2012 tot 2020.

Afvoer dierlijk afval (cat. 2) op BHC (kg)

Dierlijk afval (cat. 2) BHC

Sinds 2019 wordt de vervuilde bedding van de proefdierkooien van het animalarium op de Brussels Health Campus afgevoerd als dierlijk afval, categorie 2, zoals wettelijk opgelegd. Dit afval ging voordien mee met het restafval. Ook op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus dienen we deze afvalstroom in de toekomst gescheiden af te voeren als dierlijk afval, categorie 2.

Sinds 2019 wordt de vervuilde bedding van de proefdierkooien van het animalarium op de Brussels Health Campus afgevoerd als dierlijk afval, categorie 2 , zoals wettelijk opgelegd. Dit afval ging voordien mee met het restafval. Ook op de Brussels Humanities, Sciences and Engineering Campus dienen we deze afvalstroom in de toekomst gescheiden af te voer en als dierlijk afval, categorie 2.

• SAP 23 Alle VUB-campussen en gebouwen zijn integraal duurzaam De VUB gaat efficiënt om met ruimte, om haar energie- en materiaalgebruik te beperken. Zo worden beschikbare middelen ook ingezet om gezonde en aangename, state-of-the-art infrastructuur te (ver)bouwen, en zijn de campusomgevingen een aantrekkelijke ontmoetingsplaats, op maat van iedereen (cfr. GAP IIiii) en dragen zij bij tot het welzijn van alle gebruikers en de ecologie in de stad (zie ook actie 18). Daarvoor ontwikkelt VUB een kwaliteitsstandaard voor gebouwen met ambities op 4C’s: conform, comfort, carbon, en circulair. Het Core Facility beleid wordt uitgebouwd om duurzaam gebruik te maken van ruimte en (onderzoeks)infrastructuur.

• SAP 23 Alle VUB- campussen en gebouwen zijn integraal duurzaam De VUB gaat efficiënt om met ruimte, om haar energie - en materiaalgebruik te beperken. Zo worden beschikbare middelen ook ingezet om gezonde en aangename, st ate- of- the- art infrastructuur te (ver)bouwen, en zijn de campusomgevingen een aantrekkelijke ontmoetingsplaats, op maat van iedereen (cfr. GAP IIiii) en dragen zij bij tot het welzijn van alle gebruikers en de ecologie in de stad (zie ook actie 18). Daarvoor ontwikkelt VUB een kwaliteitsstandaard voor gebouwen met ambities op 4C’s: conform, comfort, carbon, en circulair. Het Core Facility beleid wordt uitgebouwd om duurzaam gebruik te maken van ruimte en (onderzoeks)infrastructuur.

KPI Nieuw of lange termijn en trend

Data 2021 Contact #m² vs staff/studenten Nieuw nog niet beschikbaar tbc

KPI

Nieuw of lange termijn en trend

Data 2021 Contact #m² vs staff/studenten Nieuw nog niet beschikbaar tbc

#operationale core facilities; doel is 6 in 2024

Nieuw

• SAP 24 Duurzaam watergebruik wordt standaard

4 operationele core facilities tbc

Net als met alle andere grondstoffen springt de VUB erg omzichtig om met (drink)water. Zij beheert deze duurzaam door in te zetten op a) zuinig verbruik van bij ontwerp en lekken opsporen en remediëren (cf. actie 23), b) toegang tot drinkwater als alternatief voor frisdrank te vergroten (o.a. betere spreiding en zichtbaarheid van drinkfonteinen) (cf. actie 22), en c) vervangen van drinkwater door gerecupereerd (regen)water en d) het regenwaterbeheersplan actief op te volgen

KPI

% projecten met lekscan/ zuinig ontwerp; m³ kraanwaterverbruik

% gebouwen met voldoende toegang drinkwaterfonteinen

Waterverbruik detail

Nieuw of lange termijn en trend

Nieuw

Nieuw

Data 2021 Contact

BMC: volledig uitgerust met lekdetectie ; totaal kraanwaterverbruik: 87748m³ of 4313l/ student, TREND ?

Energiecoördinator, Directie Infrastructuur

Nog niet beschikbaar tbc

De dataverzameling voor drinkwaterverbruik wordt momenteel verfijnder in kaart gebracht. Hierdoor kunnen ook de cijfers van 2021 niet vergeleken worden met de cijfers van voorgaande jaren.

Uit de cijfers van 2021 blijkt een groot verschil in verbruik per m², ook tussen gebouwen met gelijkaardige functies (bvb studentenhuisvesting).

De installatie van lekdetectie loopt volop: intussen zijn alle hoofdwaterleidingen naar de gebouwen op Brussels Main Campus uitgerust met een slimme opsporing van waterlekken. Via machine-learning signaleert het systeem abnormale verbruiken en kunnen lekken vroeg opgespoord worden.

De COVID-pandemie zette een rem op de uitrol van drinkwaterfonteinen op de campussen, in 2022 kan de draad opnieuw opgepikt en het netwerk van drinkwatertappunten verfijnd.

• SAP 25 De VUB-studentenrestaurants en alle campuspartners serveren duurzame en gezonde voeding, met het studentenrestaurant in Etterbeek als voortrekker. Allen behalen daarvoor een Good Food kwaliteitslabel en steunen op het a) verminderen van overschotten, b) promoten plantaardige, evenwichtige en lokale voeding, c) toegankelijke prijzen en eerlijk loon voor de producent, en d) zero-waste (cfr. Actie 22).

KPI

Good food door horeca op campussen

pie chart verbruikte maaltijden resto

# campagnes/COMM rond voeding (6/y)

Nieuw of lange termijn en trend

Nieuw

Nieuw

Nieuw

Data 2021

Momenteel enkel studentenresto BMC, (label hernieuwd in 2021)

Nog niet beschikbaar

6 (een mix van online sensibiliseren en acties on campus)

Contact

Studentenrestaurant

Milieucoördinator, PRMI

GreenTeamVUB

• SAP 26 Conform het charter fossielvrij investeren (FMC) zullen alle huidige en toekomstige VUB-beleggingen fossielvrij zijn. Monitoren en rapporteren van voortgang is een belangrijk aandachtspunt daar dit een thema is dat bij de VUB community, maar ook internationaal sterk leeft.

KPI

Nieuw of lange termijn en trend

Nieuw

Data 2021 Contact % vermogen in ESG fonds conform charter (doel: 100% in 2022)

indicator vastleggen door FMC na nulmeting tov SFDR codering

Nieuw

22,6% in ESG

Nog te bepalen, EU kader in voorbereiding

Financieel Management Comité

Financieel Management Comité

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.