
4 minute read
10 vragen aan
Roelie Tienhoven-Nijhoff is geboren in Gorinchem, op 20 december 1949, nu 71 jaar dus. Getrouwd met Walter Tienhoven, al 33 jaar en woont vanaf 2008 in Empel. Ze heeft haar opleiding gedaan aan de Nutskweekschool in Eindhoven. Haar eerste jaar als onderwijzeres begon ze met een eerste klas van 48 kinderen. Na een stop in verband met haar eigen kinderen is ze - na wat jaartjes invalwerk - in 1985 voor vast begonnen aan de Kattenbosch-school, later de Hobbit en heeft daar gewerkt tot 2009.
1. Wat was je beste koop of misschien je grootste miskoop?
Advertisement
Ons huis hier in Empel is onze beste koop. Alles gelijkvloers, mooi aan het water. Heerlijk rustig. Verder mijn laptop, die me onafhankelijk maakt van een vaste plek. Mijn grootste miskoop was verkeerde verf. Goedkoop, maar erg slecht. Goedkoop is duurkoop is daarbij een passend gezegde.
2. Wat is jouw favoriete drankje?
Dat is droge witte wijn. Ons eerste drankje dronken we pas toen we al dik volwassen waren. Toen dronken we Martini soms met ijs. We dronken eigenlijk alleen bij een feestje. Nu drinken we alleen in het weekend. In Engeland, daar woont mijn dochter, hebben we een portje leren drinken met lekkere Stiltonkaas, als nagerecht.
3. Zou jij in een woongroep willen wonen?
Voordat we hier in Empel kwamen wonen, hebben we een poos zo’n groep gevolgd die iets wilde starten, daar waar nu Annenborch is. Daar zijn we na een paar bijeenkomsten toch afgehaakt. We vonden onszelf te individualistisch. We hebben hier ook goed contact met de buurtgenoten. Ook als ik alleen zou zijn, zou ik toch niet voor zo’n woongroep kiezen.
4. Hoe ben je de coronatijd tot zover doorgekomen?
We beginnen elke dag met Nederland Beweegt. Dan lopen we elke dag een Ommetje, die app van Erik Scherder. Verder fietsen we heel veel. Daarnaast heb ik veel geschilderd. De contacten werden wel veel minder, Zumba ging niet door, mijn
schilderslessen stopten. We zijn wel meer gaan appen en bellen. Ons grootste punt is dat we onze dochter Joyce, en kleindochter Sarah, in Engeland al anderhalf jaar niet meer hebben gezien. Dat is heel jammer. Toch heb ik het meest te doen met de jeugd, zij missen meer dan wij. Ik heb in coronatijd een herinneringsboekje geschreven: ‘Wat je van je moeder moet weten’ en we hebben veel opgeruimd, gepuzzeld en cryptogrammen opgelost.
5. Wanneer ben je begonnen met het schilderen?
Ik ben in 1985 begonnen met aquarelcursussen bij De Bron, in Rosmalen. Ik kon altijd wel al goed tekenen. Als meisje ook wel eens prijzen gewonnen. Maar in de jaren 90 ben ik in Arendonk aan mijn opleiding begonnen. Dat was vooral om de techniek van het ambacht te leren beheersen. Daarna vormden we een groep van 4 man. We gingen elke week in een ruimte in Den Dungen schilderen. Ik heb toen ook meegedaan aan de Atelierroute in Sparrenburg. Dit jaar komt er in september ook zo’n route in Empel, waaraan ik meedoe. In 2013 ben ik benaderd om de ateliergroep van HEVO, die in 2011 was opgericht, over te nemen vanaf januari 2014.
6. Wat ben je gaan doen na je pensionering?
Als eerste ben ik tot voor kort oppas-oma geworden. Ik heb zo 3 kleinkinderen groot zien worden. In 2014 ben ik bij HEVO begonnen. Walter was ook thuis, dus we zijn samen dingen gaan doen. Grote reizen hadden we eerder al gedaan, maar we zijn met de caravan op stap gegaan en met de motor. Tentje achterop. Zo’n 3 jaar geleden hebben we de motor verkocht. We zijn in Griekenland, Ierland, Schotland en Engeland geweest.
7. Doet de politiek genoeg voor senioren?
Nee, ze horen onze stem niet zo. Maar ik heb nóg liever dat ze meer zouden doen voor het onderwijs. Wij hebben niet zo te klagen. Ja, het pensioen staat al lang stil, maar de mensen zonder of met een heel klein pensioen, die hebben het lastig. Jammer dat de seniorenpartijen steeds maar ruzie maken.
8. Wat staat er de komende jaren nog op jouw verlanglijstje?
Ik wil graag naar Engeland, de kinderen en kleinkinderen weer zien en knuffelen. Gezond blijven, maar dat is zo’n dooddoener, dat wil iedereen. We willen graag nog met de caravan op pad. Verder geen spannende dingen, hoor.
9. Van welke politici zouden we er eigenlijk meer moeten hebben?
Daar hoef ik niet lang over na te denken. Van Pieter! Ik heb nog eens een keer naast hem in de trein gezeten. We gingen naar Prinsjesdag kijken en ik kwam naast Pieter Omtzigt terecht. We hebben gewoon zitten kletsen met elkaar. Hij is heel toegankelijk. Ik stem bij voorkeur op een vrouw en heb op Renske Leijten gestemd. Ik ben ook blij met hun taalgebruik. Gewoon duidelijk en netjes.
10. Maak je veel gebruik van het openbaar vervoer?
Jazeker, in combinatie met een museumjaarkaart. We hebben zo’n abonnement waarbij je 7 keer per jaar gratis met de trein kunt reizen. We gaan dan naar een museum voor schilder- of beeldhouwkunst. Ik heb Walter geleerd naar kunst te kijken en dat doen we dus graag.