2 minute read

Heddet al geheurd?

Als u dit leest is het half april, hopelijk volop lente en hopelijk met meer vrijheid en levensvreugde dan voorheen. Op 24 februari was het ook een mooie dag en ik maakte een rondje op de racefiets. Met de wind tegen moest ik nog flink doortrappen om op tijd te zijn voor de online HEVO lezing van Wim Daniëls. Wim maakt een flitsende start…’HEVO lijkt op DELA’…denk je lid te zijn van een bloeiende en levendige vereniging en dan verklaart deze schrijver dat je laatste uur geslagen is.

Ondanks deze valse start wist de man uit AarleRixtel te boeien met zijn verhalen en anekdotes. Hij stelde dat het opgroeien in dialect een taalvoorsprong geeft omdat dialect meer klanken en nuances heeft dan het Algemeen Nederlands. Na de herindelingen is de afstand tot de gemeente groter geworden volgens Wim Daniëls… maar ik had enkele weken terug een andere ervaring. Voor de gemeente Den Bosch heb ik een enquête over de veiligheidsbeleving ingevuld. Vervolgens ontvang ik een uitnodiging voor een gesprek over die veiligheid. Avans Hogeschool doet het onderzoek en stuurt mij een mail met de gewaagde aanhef ‘Beste Bosschenaar’. Dat laatste gaat mij te ver.

Advertisement

Mijn moeder is 90 jaar geworden en is altijd trots geweest op haar Bossche komaf.

‘Uit gouden korenaren schiep God de Bosschenaren, uit het restant de overige van het land’

Deze spreuk hing pontificaal bij ons in de hal zodat niemand deze wijsheid over het hoofd kon zien. Ruim 25 jaar geleden demonstreerden haar kinderen in Den Haag tegen de herindeling. Mijn moeder kon dat niet begrijpen.

Tijd verzacht de pijn en Den Bosch is ontegenzeglijk een mooie stad geworden en Rosmalen is zijn dorps karakter al lang verloren. Toch blijft het een heerlijke plek om te wonen en te leven. Ik dwaal af want het ging over het optreden van Wim Daniëls. Hij verdient een groter podium en een dankbaar publiek. Hij weet als geen ander smakelijk te vertellen over zijn buurman die hem aansprak met de woorden: ‘Jongen, wè ziede toch wit, moete poepen?’ En over de dorpsdokter die zelf rookte als ’n ketter. ‘Ook op het moment dat hij de longen van een patiënt onderzocht pafte hij flink door. Met zijn rokende hoofd onder het hemd van de patiënt leek het alsof zijn slachtoffer in brand stond’. Ik heb in m’n fietskloffie naar Wim zitten kijken en luisteren en dan word je op een gegeven moment koud. Dus na afloop van de voorstelling stapte ik onder de douche waarbij de straal op goed heet ging. Ik verzuimde de afzuiging aan te zetten en het rookalarm ging af. Wat ’n klere herrie!! Mijn Marianneke sprong dapper op een stoel en draaide het alarm op de tweede verdieping los….. verkeerde etage want het probleem zat op de eerste …… met als gevolg nog steeds een ontiegelijke herrie. Gewassen en gestreken en uiteindelijk verlost van alle lawaai kon ik terugkijken op een mooie en nostalgische middag.

Pierre des Enfants, Gruts op Rosmolle

This article is from: