13 minute read

BELEXA ADVOCATEN

Next Article
AGENDA

AGENDA

Algemene voorwaarden: maak er werk van!

Ingevolge de invoering van de wet van 4 april 2019, waarbij in ons Wetboek van Economisch Recht nieuwe regels worden vastgesteld voor relaties tussen ondernemingen (b2b), kwamen uw algemene voorwaarden ongetwijfeld weer onder de aandacht. Wij maken graag van de gelegenheid gebruik om u ook te wijzen op de noodzaak werk te maken van een goede implementatie. Algemene voorwaarden regelen uiteindelijk elke transactie die uw onderneming als aanbieder van diensten of goederen afsluit.

Algemene voorwaarden worden vaak als niet echt commercieel ervaren en dus liefst doodgezwegen en pas uit de kast gehaald eens de problemen zich stellen. Het is precies deze houding die problematisch zal zijn wanneer men zich voor de rechtbank bevindt om het probleem op te lossen. De rechtbank zal de algemene voorwaarden immers als niet-tegenstelbaar kunnen beschouwen indien ze niet voorafgaand aan de contractsluiting zijn ter kennis gebracht aan uw medecontractant én door deze laatste werden aanvaard. Hoe kan u dit risico vermijden?

Zorg er vooreerst voor dat de algemene voorwaarden nauw aansluiten bij uw onderneming. Bij de redactie moet dan ook rekening worden gehouden met de wijze waarop uw onderneming is georganiseerd en waar deze voor staat. Wat doet u en vooral wat doet u niet? Als u zich als aannemer in uw algemene voorwaarden ertoe verbindt een rondgang te houden bij de oplevering van de werken, wees dan zeker dat u dergelijke rondgang ook organiseert of u riskeert het slachtoffer te zijn van uw eigen algemene voorwaarden. Wees ook alert voor afwijkingen op de normale werkwijze. Bent u doorgaans gespecialiseerd in het leveren van goederen aan professionelen, wees dan extra voorzichtig als u een stockverkoop voor particulieren organiseert. Een particulier heeft niet alleen meer rechten als consument, maar zal mogelijks ook adviezen anders interpreteren dan specialisten. Dek u desgevallend bijkomend in.

Zorg vervolgens dat alle mensen die in contact staan met de klant weten wat er in de tekst staat en zorg ervoor dat men het nut inziet van de algemene voorwaarden. Niet alleen de boekhouding of uw advocaat moeten vertrouwd zijn met de algemene voorwaarden. Discussies kunnen worden vermeden wanneer ook uw verkopers, installateurs, werfleiders,… consequent de algemene voorwaarden toepassen. Zij zullen vaak als eerste aangesproken worden. Laat hen geen beloftes maken die niet verwezenlijkt kunnen worden.

Zorg dat uw verkopers ook beseffen dat zij eigenlijk gebaat zijn om zo snel mogelijk de algemene voorwaarden mede te delen. Immers, op het ogenblik dat beslissingen worden genomen door klanten zullen deze minder bezwaar hebben op de algemene voorwaarden omdat ze een behoefte vervuld willen zien. Iedereen zal er zich wel al hebben op betrapt ellenlange gebruiksvoorwaarden vluchtig te hebben aanvaard bij de installatie van nieuwe software. U wenst immers zo snel mogelijk gebruik maken van de software, waardoor u bepaalde zaken gaat aanvaarden die mogelijks op meer bezwaar zouden stuiten indien de behoefte reeds werd ingevuld (en zeker eens de relatie verzuurd raakte).

Wees ook aandachtig voor de vorm en zorg dat alle typedocumenten (inclusief website) die u binnen uw organisatie hanteert op elkaar afgestemd zijn en deze de algemene voorwaarden, dan wel uittreksels ervan of verwijzingen ernaar, hernemen. U vermijdt ook best dat verschillende versies van algemene voorwaarden in omloop zijn en voorziet desgevallend vertalingen. Hou hier tenslotte ook rekening met de mogelijkheid dat u vroeg of laat kan geconfronteerd worden met de noodzaak om het bewijs te leveren van de kennisgeving van de algemene voorwaarden aan uw klant en diens aanvaarding ervan. Het is immers niet omdat de factuur betaald werd dat er geen risico’s meer zijn op discussie. Denk maar aan een discussie inzake verborgen gebreken als voorbeeld.

Doe beroep op een expert voor de redactie van algemene voorwaarden op maat met advies en workshops om deze vervolgens ook concreet te implementeren als nuttig werkinstrument.

Mathieu Malfait

Wij zijn advocaten, maar vooral raadgevers.

2020 bracht over het algemeen weinig tot geen hoogdagen voor de podiummannen en -vrouwen. Maar voor de Wevelgemse muzikant en schrijver Wannes Cappelle blijkt het toch een jaar te zijn waar ontzettend veel creativiteit kwam bovendrijven. Hij schreef aan een nieuwe tv-reeks en werkte een nieuwe CD af op muziek van Frans Schubert, maar met een West-Vlaams accent. “Ik heb net dezelfde spirit als een doorsnee ondernemer: ik wil vooral mijn eigen baas zijn.”

WANNES CAPPELLE

't Is nog al nie naar de wuppe

Wanneer wist u: ik word professioneel muzikant?

“Sinds de dag dat ik zelf mijn eerste liedje componeerde. In mijn jeugd heb ik altijd een brede interesse gehad, ook voor muziek. Maar als tiener dacht ik er nooit aan om van muziek mijn beroep te maken. Ik droomde toen allicht nog te veel van triatlon, mijn favoriete sport in de club van Menen. Op mijn achttiende studeerde ik godsdienstwetenschappen in Leuven, maar muziek liet me ook nooit los. Logisch ook, want ik volgde jarenlang de muziekschool. Op een dag, ik moet 20 jaar geweest zijn, bedacht ik een eigen nummer. Ik herinner me dat mijn vader de kamer binnenkwam en vroeg: ‘van wie is dat stuk?’ Toen ik zei dat het een eigen productie was, stond hij versteld en zei letterlijk: ‘Als ge dat kunt, ga je nooit meer moeten werken!’.”

Is er, in het milieu zelf, iemand die uw beslissing mee heeft beïnvloed?

“Het werk en de figuur van Willem Vermandere heeft een grote impact gehad. Ik mag zeggen dat ik het grootste deel van zijn oeuvre van binnen en van buiten ken. Ik ademde als het ware Willem. Als tiener dwepen met Willem Vermandere, was nochtans niet erg in. Ook Flip Kowlier heeft een rol gespeeld. Op een dag stond ik op het folkfestival van Dranouter tussen het publiek te luisteren naar hem. Die dag begon het mij te dagen: ‘tiens, waarom niet in het West-Vlaams zingen in plaats van in het obligate Engels?’. Aan dat idee ben ik blijven vasthouden.”

Kan u ons een idee geven van hoe het bedrijf Wannes Cappelle eruit ziet? “Oh! Vrij eenvoudig hoor. We spreken over een eenmanszaak, met mijn echtgenote als meewerkende partner. Het doel van de vennootschap gaat verder dan alleen muziek. Ik schrijf ook boeken

of monologen en werk ook mee aan tv-producties (zoals enkele jaren terug aan de welbekende reeks Bevergem). De band die me begeleidt, Het Zesde Metaal, is dan weer een vzw, waarin we voor gelijke delen partners zijn die werken op basis van facturatie voor gepresteerde diensten.”

Hoe kijkt u zelf naar de ondernemerswereld?

“Op dat vlak is er heel veel veranderd. U moet weten dat ik niet uit een ondernemersgezin kom. Mijn vader was onderwijzer, mijn moeder was kinderverzorgster. Ik ben de vierde uit een gezin van 5 kinderen. Ondernemen? Dat was ver van ons bed. Alles is veranderd toen ik in Antwerpen bij wijze van bijverdienste aan de slag ging in een horecazaak. Daar zijn mijn ogen opengegaan. Plots zag ik hoe 2 mensen helemaal voor hun droom gingen en alles in functie stond van de zaak, hun grote passie die hun leven van a tot z beheerste. Die bewondering is gebleven voor elkeen die onderneemt. Door die job ben ik er ook achter gekomen dat ik in de toekomst ook vooral mijn eigen zaakje wilde runnen, en niet wilde werken voor een baas of een derde, noem het zoals je zelf wil.”

Wie het over ondernemen heeft, moet het ook hebben over een wereld waar veel geld omgaat. Hoe staat u tegenover dat fenomeen?

“Ik wil niet vies zijn van geld. Finaal hebben we het allemaal nodig om te kunnen leven. Zelf heb ik in het begin van mijn carrière veel zwarte sneeuw gezien, nu verdien ik behoorlijk. Waar ik het soms wel moeilijk mee heb, is met de ongelijkheid als het gaat over verloning. Ik ken in de buurt waar ik nu woon (Zwevegem) iemand die elke dag ontiegelijk vroeg opstaat om te gaan werken en rijkelijk laat terug thuiskomt. Een arbeider die slag om slinger werkt, en ik kan u verzekeren dat hij het helemaal niet breed heeft. Die man krijgt geen loon of geen geld naar werken. Er gaapt maatschappelijk soms nog een te grote kloof tussen arbeid en kapitaal, en dat vind ik jammer. Loon naar werken is in dat opzicht eerder een puur theoretisch gegeven.”

Over naar de sector waar u actief bent, het artistieke milieu. Maakt u daar echte vrienden?

“Ondernemen? Dat was ver van ons bed. Toen ik als bijverdienste aan de slag ging in een horecazaak, zijn mijn ogen opengegaan.”

“Ja, ik reken de leden van mijn band tot mijn echte vrienden. Ik heb recent ook samengewerkt met een Nederlandse collega (Broeder Dieleman) en daar is ook echte vriendschap uit ontstaan. Flip Kowlier en Brihang hadden we dit voorjaar bij ons thuis uitgenodigd om te komen eten, maar dat is niet doorgegaan om de reden die u kent. Sowieso ondervind je veel sympathie van collega’s, want we ontmoeten elkaar vaak. Dat zijn altijd hartelijke momenten. Maar artiesten zijn anderzijds ook slecht als het er om gaat om solidair de belangen van de sector te verdedigen. Dan is het eerder elk voor zich. Je moet daar geen kwade trouw achter zoeken. Het heeft eerder te maken met het feit dat wij muzikanten een afkeer hebben van alles wat naar administratie of papier ruikt. Daar zijn we met zijn allen niet goed in. Maar er zijn uiteraard ook uitzonderingen die wel bereid zijn het gemeenschappelijk belang te dienen.”

Welke voorlopige conclusies trekt u uit het fenomeen corona?

“Ik maak een onderscheid tussen de eerste en de tweede lockdown. In die eerste periode ben ik maandenlang bijzonder druk bezig geweest, vooral dan met het schrijven aan een scenario voor een nieuwe tv-reeks. Een vakantiegevoel heb ik in die periode niet gekend. Nu liggen de zaken wel anders. De agenda is leeg. Of dat erg is? Neen, ik vind het echt wel tijd om eens langer stil te staan bij bepaalde zaken. Soms denk ik: het mag nog zo’n tijdje doorgaan, het voelt goed zonder overdreven spanningen, stress of overvolle agenda’s.”

Was het, muzikaal gezien, ook een creatieve periode?

“Gisteren nog zijn we met de bandleden samengekomen en werd me de vraag gesteld of er nieuwe nummers zaten aan te komen. Neen dus. Deze periode is zo turbulent en heeft zoveel zaken op zijn kop gezet, dat ook ik daar nog even moet van bekomen. Wat is er gaande? Niemand weet dat echt. Wat zijn de maatschappelijke gevolgen? Koffiedik kijken. Normaal evolueert de maatschappij zeer traag. Dit jaar keerde alles razendsnel om. Het is ongetwijfeld een boeiende periode, maar ik ben er qua reflectie nog niet uit.”

Ziet u bepaalde zaken nu toch anders?

“Eén zaak staat vast: alles wat voordien evident was, is dat nu niet meer. Ik zie daar ook het positieve van in. Vriendschappen kunnen een nieuwe invulling krijgen. Er zijn nu ook zaken mogelijk die je anders niet doet. Zo ben ik met een vriend 2 dagen in een boomhut gaan reflecteren in de Ardennen. Ik kan je verzekeren: het was een aangrijpende ervaring. Ik hoop dat veel mensen inzien dat corona ook veel opportuniteiten met zich meebrengt en tijd om andere zaken te doen. Vroeger ging ik met mijn broer al eens vaker op café. Nu gaan we samen wandelen. Dat lijkt me niet alleen gezonder, maar de gesprekken hebben ook meer diepgang dan tussen pot en pint aan een toog. Zo zie je maar: zaken veranderen, en de kijk op het leven verandert ook.”

“Door sociale media groeien we niet naar elkaar toe maar veeleer uit elkaar. Het hokjesdenken is ook de algemene regel geworden.”

U kwam naar het jaareinde toe met een wel behoorlijk verrassend nieuw initiatief: een cd met muziek van de grote klassieke componist Franz Schubert, met zang in het West-Vlaams. Hoe is het zo ver gekomen?

“Laat me eerlijk zijn, zelf zou ik niet op dat idee gekomen zijn. Nicolas Callot, een bevriend pianist, had het me enkele jaren geleden al eens gesuggereerd, en toen vorig jaar het Festival van Vlaanderen vroeg of ik daar iets wou gaan doen, zagen Nicolas en ik daarin het perfecte excuus om in het werk van Schubert te duiken. En het moet gezegd: het was ideaal om mijn eigen grenzen te verleggen met een genre muziek dat veraf ligt van kleinkunst. In één week tijd ging, mede door de uitgebreide media-aandacht, de hele oplage aan cd’s de deur uit. Dat heb ik eerder nog niet mogen meemaken.”

Voelt u zich eerder aangesproken door de donkere kant van Schubert, of eerder door zijn poëtisch-romantische kant?

“Eerder dat eerste. Ik geloof dat je om goed te kunnen leven, ook goed moet kunnen sterven. Wat ik bedoel is dat de dood deel uitmaakt van het leven. Niet dat ik daar de hele tijd mee bezig ben, maar een mens moet wel leren beseffen dat hij eindig en sterfelijk is. Sommigen stappen door het leven alsof ze door de eeuwigheid stappen. Ik probeer dat niet te doen.”

Waar haalt u de meeste inspiratie bij het schrijven van nieuwe songs?

“Dat kan veel richtingen uit, maar mijn persoonlijke ervaringen zijn zeker een grote bron van inspiratie. Al zeg ik het zelf, maar ik heb ook een grote interesse in alles en nog wat: dat kan geschiedenis zijn, een schilderij van een of andere Vlaamse meester, of pakweg de koers, (zoals met het nummer Ploegsteert, een hommage aan gewezen wielrenner Frank Vandenbroucke). Ik durf ook wel eens nummers van anderen aanpakken. Of ik probeer een lied te schrijven 'in de stijl van'. Zo heeft de fabuleuze song Blind Willie McTell van Bob Dylan al verschillende eigen liedjes opgeleverd.”

Bent u een snelle schrijver? Of is een nieuw nummer schrijven een zaak van zweten en zwoegen?

“Als ik tegen een opgelegde deadline moet werken, lukt het best aardig. ‘Ploegsteert’ is op een dik uur tot stand gekomen, denk ik. Dat was in opdracht van het Wielermuseum van Roeselare. Dat viel goed want in de triatlonclub van Menen, zag ik in de wintermaanden Frank al eens vaker op bezoek komen om te zwemmen. Dat hielp uiteraard om een beter beeld te vormen van de man die ik bewonderde.”

U woonde 17 jaar lang in Antwerpen alvorens naar de eigen regio terug te komen. Voelde u zich ontworteld?

“Helemaal niet. Ik heb me altijd heel goed gevoeld in die stad. Ik was ook graag de anonieme onbekende die niemand kende en zo zijn weg zocht. Een soort vreemde eend in de bijt, ja, dat lag me wel. Mijn vrouw overtuigde me finaal om naar de Heimat terug te keren. Wonen of kopen in een stad als Antwerpen is behoorlijk duur. Ik voel me hier erg gelukkig. Ik ontdek opnieuw de charmante eenvoud van de doorsnee West-Vlaming. Hier staat een mens ook dichter bij de natuur. Ik vind het jammer dat jongeren niet meer dezelfde kennis hebben van de natuur als de generaties voor ons.”

Heeft u een wens voor 2021?

“Ik hoop dat de mensheid wat meer mens mag zijn. De sociale media hebben veel intermenselijke relaties ontzield. Door sociale media groeien we niet naar elkaar toe (wat de initiële bedoeling was) maar veeleer uit elkaar. Het hokjesdenken is ook de algemene regel geworden. ‘Ondernemers zijn geldwolven, werklozen zijn profiteurs en artiesten zijn rare snaken’: dat soort van vooroordelen. Veel nuance is zoek. Terwijl deze wereld er in werkelijkheid zo anders kan uitzien. Het wordt tijd dat dit maatschappelijk doordringt.” (Karel Cambien - Foto's Stefaan Achtergael)

Digitale werkplek. Hier zijn ze er al mee weg.

Een lege parking, maar de leden van deze werkgeversorganisatie genieten nog steeds van even veel ondersteuning. Dankzij de Digitale werkplek van Proximus werken alle werknemers e ciënt op gelijk welke locatie, en blijft de dienstverlening verzekerd.

Kan uw bedrijf blijven verder werken, ongeacht waar iedereen aan de slag gaat? Ontdek hoe we samen België digitaliseren op proximus.be/digitalbelgium

This article is from: