
7 minute read
Wat belemmert de 5G-uitrol en -ontplooiing?
4. Wat belemmert de 5G-uitrol en -ontplooiing?
Ondanks de vele opportuniteiten die 5G met zich meebrengt, lopen we internationaal duidelijk achter met de uitrol en de ontplooiing. We geven hier de belangrijkste struikelblokken mee die de ontwikkelingen belemmeren.
Uitblijven van federale spectrumveiling
Het uitblijven van de federale veiling van spectrum die de benodigde frequenties verleent aan de telecomoperatoren werd al meermaals aangehaald als belangrijk struikelblok. De tijdelijke gebruiksrechten die het BIPT zal verlenen, blijven een tussenoplossing. Bovendien kan er per ope rator slechts maximaal 40MHz ter beschikking gesteld worden. De tijdelijke gebruiksrechten geven gelukkig toch al de mogelijkheid om breedschalige experimenten op te zetten en zich voor te bereiden op de volledige 5G-uitrol.
Daarnaast zal het even duren vooraleer de netwerkleveranciers en de telecomoperatoren hun infrastructuur hebben vernieuwd om zo 5G volledig uit te kunnen rollen; dat zal dus geleidelijk gebeuren. De voordelen van 5G voor consumenten en de bedrijven zullen dus even op zich laten wachten. Bovendien worden er in eerste instantie (zowel bij de tijdelijke gebruiksrechten als bij de federale veiling) geen frequenties ter beschikking gesteld in de hoogste frequentiebanden (26 GHz). Het zijn net die frequenties die o.a. gepaard zullen gaan met de hoogste downloadsnelheden. Het zal dus nog even duren vooraleer alle effecten van 5G zich kunnen manifesteren.
Strikte stralingsnormen en bijhorende problematiek
5G zorgt net zoals alle andere mobiele communicatietechnologieën (dus ook bijvoorbeeld babyfoons en wifi) voor een bepaalde hoeveelheid elektromagnetische straling. Talrijke wetenschappelijke studies geven aan dat er geen enkel gezondheidsrisico verbonden is aan lang300 GHz De WHO-norm is gebaseerd op uitvoerig wetenschappelijk onderzoek en biedt met absolute zekerheid bescherming tegen alle mogelijke nadelige gezondheidseffecten door elektromagnetische frequenties tussen 100 KHz en 300 GHz. durige blootstelling aan die stralingsvormen. Internationaal zijn er ook al normen vastgelegd die maximale stralingsniveaus bepalen. Zo is er de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie)-norm. Die is gebaseerd op de richtlijnen van het ICNIRP 7 , de organisatie die onderzoeken rond elektromagnetische straling en mogelijke gevolgen zeer grondig analyseert. De norm is gebaseerd op uitvoerig wetenschappelijk onderzoek en biedt met absolute zekerheid bescherming tegen alle mogelijke nadelige gezondheidseffecten door elektromagnetische frequenties tussen 100 KHz en 300 GHz. De norm is vastgelegd op 41,2 volt per meter. Internationaal wordt die door tal van landen overgenomen.
Ondanks het uitvoerige wetenschappelijk bewijs dat er geen risico is voor de gezondheid, zijn er nog steeds lobbygroepen die de komst van 5G trachten tegen te houden en beweren dat er toch negatieve gezondheidseffecten zouden zijn. Meer en meer mensen claimen hoogsensitief te zijn voor straling, maar ook daar is nooit een oorzakelijk wetenschappelijk verband gevonden tussen blootstelling aan straling en de vermeende klachten. Daarnaast springt 5G via beamforming efficiënter om met het versturen van signalen en wordt de straling enkel gericht op de persoon die of het object dat connectiviteit nodig heeft. Er is dus geen constante brede straling, zoals bij 4G het geval is. Ook dringen de hogere frequenties die typerend zijn voor 5G minder diep door in de huid.
De internationale WHO-norm wordt door tal van landen overgenomen. In de Belgische regio’s heeft men er echter voor gekozen om nog verder te gaan, waardoor onze stralingsnormen bij de strengste ter wereld zijn. Zo is de stralingsnorm voor Vlaanderen vastgelegd op 20,58 volt per meter (cumulatief voor alle operatoren). Brussel daarentegen hanteert een nog strengere norm:
7. International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection is een vereniging van stralingsdeskundigen en andere wetenschappers die nagaat vanaf hoeveel elektromagnetische straling er schade kan komen.
daar ligt de limiet al op 6 volt per meter. In Wallonië wordt op een andere manier gemeten, maar ligt de stralingsnorm meer in de lijn van Vlaanderen. Voor de uitrol van 5G in Vlaanderen zal de norm die hier geldt in eerste instantie geen problemen geven. In Brussel is dat wel het geval. Zelfs vandaag al is het aanbieden van een degelijk netwerk voor 3G en 4G door meerdere operatoren op dezelfde plaats moeilijk in Brussel. Een recente analyse van Agoria gaf zelfs aan dat de huidige 4G-netwerken in Brussel tegen 2022 verzadigd zullen zijn. Een afzonderlijke analyse van het BIPT gaf ook aan dat de uitrol van 5G in Brussel niet mogelijk is met de huidige stralingsnorm.
Regelgevend kader
Ook het regelgevend kader vertraagt de 5G uitrol in Vlaanderen. Meer bepaald is er voor het plaatsen van antennes of zendmasten steeds een conformiteitsattest en een stedenbouw kundige vergunning nodig (met enkele uitzonderingen bij het plaatsen op bepaalde bestaande constructies zoals gebouwen en watertorens). De antenne-eigenaars moeten telkens een conformiteitsattest aanvragen voordat de antennes mogen uitzenden bij de ingebruikname van een nieuwe antenne, of bij wijzigingen aan een bestaande antenne of wanneer er in de omgeving van de antennes wijzigingen gebeuren waardoor de blootstelling verandert (bv. een nieuw gebouw). Een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning moet worden ingediend bij de Vlaamse overheid. Dat kan soms ook gepaard gaan met een openbaar onderzoek. Gegeven dat bepaalde aanvragen en onderzoeken veel tijd in beslag kunnen nemen, en dat de uitrol van 5G gepaard zal gaan met een grote toename van zendmasten/antennes, kan het proces stevig vertraagd worden.
Grote investeringen in infrastructuur nodig
Om het 5G-netwerk volledig te kunnen uitrollen, zijn substantiële investeringen nodig in de infrastructuur. Gezien het korte bereik van de hogere 5G-frequenties en de massa data die verstuurd dienen te worden, zal er een grote toena
me zijn in het aantal zendmasten en antennes. De uitrol van 5G zou kunnen uitmonden in vijf keer meer antennes. Vanzelfsprekend vergt dat grote investeringen.
Naast die infrastructuurkosten, zien we ook dat steeds meer steden en gemeenten taksen proberen te heffen op zendmasten. Begin 2020 was er zelfs sprake van een 66-tal steden en gemeenten die gemeentebelastingen willen heffen op masten en pylonen op hun grondgebied.
Om tegemoet te komen aan die hoge kosten, hebben twee van de drie grote telecomoperatoren – Proximus en Orange – aangekondigd om een joint venture op te starten waarbij ze hun mobiele toegangsnetwerken delen. In een gezamenlijke persmededeling kondigden ze aan dat de samenwerking beide bedrijven onder meer in staat zal stellen om een betere dekking aan te bieden en in de toekomst 5G sneller en breder uit te rollen.
Onduidelijke businesscase voor bedrijven
Voor veel bedrijven is het nog onduidelijk wat 5G voor hen kan betekenen en welke kosten en opbrengsten het met zich meebrengt. Dat maakt het voor hen uiteraard moeilijk om in te schatten of de nieuwe technologie voor hen geschikt is en of het binnen een duidelijk businessplan kan passen. Voor vele ondernemingen is het ook niet duidelijk in welke mate zij hun bestaande netwerk kunnen vervangen of upgraden. Zo weet men bijvoorbeeld vaak niet dat 4G en 5G binnen een industriële setting perfect naast elkaar kunnen opereren en dat netwerkleveranciers tools aanbieden waarbij de connectiviteit steunt op zowel 4G als 5G, afhankelijk van de behoefte (zogenaamde ‘spectrum sharing’). Ook de telecomoperatoren leven met veel onzekerheid. Ze hebben nog geen duidelijk zicht op wat de kosten van hun licenties zullen zijn en welke voorwaarden er aan hen gesteld zullen worden voor het verkrijgen van 5G-frequenties. Daardoor kunnen ze moeilijk inschatten in hoeverre ze kosten zullen kunnen doorrekenen aan eindgebruikers, zijnde consumenten en ondernemingen. 66 Begin 2020 was er sprake van een 66-tal steden en gemeenten die gemeentebelastingen willen heffen op masten en pylonen op hun grondgebied.
Samenwerking vereist over actoren en sectoren heen
Verschillende toepassingsdomeinen van 5G vergen voor het succesvol implementeren van bepaalde cases nauwe partnerschappen tussen verschillende actoren. Er is dus coördinatie nodig overheen de hele waardeketen. Binnen het domein van slimme mobiliteit en autonome voertuigen zien we bijvoorbeeld dat openbare infrastructuuraanbieders, concurrerende automobielfabrikanten, connectiviteitsaanbieders, technologiespelers en fabrikanten van specifieke apparatuur nauw moeten samenwerken (ook op het vlak van technische standaarden in soften hardware). In een ander voorbeeld in de gezondheidszorg heeft patiëntenmonitoring op afstand duidelijke voordelen voor patiënten, maar er zijn onder andere ook medische instellingen, betalers en openbare instanties bij betrokken. Er zullen gemeenschappelijke protocollen, normen en vergoedingsmodellen moeten worden gedefinieerd. Naast meer samenwerking vraagt dat ook vaak nieuwe businessmodellen van de betrokken actoren.