Allergie en voeding 2015 3 preview

Page 1

Allergie

Kwartaalblad van de Stichting Voedselallergie

3 // 2015

voeding

Lekker nazomeren // 30 jaar stichting voedselallergie // Terugblikken & vooruitkijken //


Omdat het nog niet verplicht is alle ingrediënten op het etiket te vermelden, is het belangrijk een betrouwbare lijst te hebben van voedingsmiddelen die vrij zijn van bepaalde allergenen.

86

A ll e rge

19

Dertig jaar Stichting Voedselallergie

Eerste merkartikelenlijsten

nen?

Stichting Voedselallergie is al dertig jaar volop in beweging. Contactgroepen

Contactgroepen ontstaan in Amersfoort, Tilburg, Almere, Medemblik, Haaksbergen en Ede. Zo kunnen (ouders van) patiënten gegevens en praktische ervaringen uitwisselen.

onderzoek veranderen de inzichten over voedselallergie en de behandeling ervan. De wetgever krijgt de belangen van mensen met voedselallergie meer in beeld. Voor de toekomst

5

198

Net zoals de wereld van de voedselallergie. Door steeds meer

zijn we dan ook hoopvol gestemd. Een tijdreis. Vergoedingen

5

198

Beeld Miek Saaltink / Michel Backus // tekst Vera Hendriks en Gertine Wilders

Eerste vergoeding van dieetpreparaten door ziektekostenverzekeraars.

Vanaf 1980 komen er steeds meer alternatieven voor melkproducten en tarwe- en glutenvrije producten op de markt.

Hypo-allergene voeding

Eerste hydrolysaatvoeding (Nutramigen) in Nederland op de markt.

85

Twee adviesraden opgericht: één met medici uit de reguliere geneeskunde, de ander met alternatieve geneeswijzen. Later komt daaruit de Dieetcommissie voort.

85

Oprichting

Officiële oprichting Nederlandse Voedsel Allergie Stichting (NVAS).

85

19

83

Oprichting medische adviesraden

19

80

19

De automatische injectiespuit met adrenaline voor mensen met allergieën die tot anafylaxie kunnen leiden. Bedacht door Shel Kaplan, een voormalige NASA-ingenieur, die eerder voor het leger de ComboPen ontwikkelde, een injectie-apparaat als verdediging tegen o.a. zenuwgas.

19

EpiPen

85

19

Opening NVAS-informatielijn: Edith Kunnen, Nardi Eshuis en Ineke van Berkel beantwoorden vragen van bellers uit het hele land.

80

19

Commerciële sojaproducten

Informatielijn

19

Begin

Kwartaalblad

Eerste uitgave van het NVAS Kwartaalinformatieblad (dat later OverGevoeligheden en nog later Allergie & Voeding zal heten). 5<


Over koken

Herfstige bakspecial Als de wind om het huis giert en de regen met bakken naar beneden komt, is er niks fijner dan het hele huis laten geuren door iets heerlijks in de oven.

Mocht het lekker nazomeren, ook dan valt er wat te

genieten. Zoals roomhoorntjes met vers fruit‌

> 16 Allergie & voeding september 2015


Bereiding

Room- en mokkahoorntjes

Als kind was ik verliefd op de ouderwetse room­ hoorntjes die mijn ouders, helaas uiterst zelden, bij de banketbakker haalden. Knapperig zoet met slagroom, en laat die vruchtjes trouwens maar zitten… Je kunt ze ook zelf maken. Onlangs ont­ dekte ik in een kookwinkel de benodigde kegel­ vormige ‘pennen’ voor maar € 1,25 per stuk! Ook op internet vind je ze in alle soorten en prijzen. Het is de investering (van 8 stuks) meer dan waard, want de baksels die je ermee maakt, toveren een glimlach op ieders gezicht! Hier twee varianten:

Benodigdheden

• 8 roomhoornpennen, een vel bakpapier en een slagroomspuit • 8 plakjes diepvries bladerdeeg, bijv. Koopmans Original • wat olie om in te vetten • wat suiker • 1 pakje opklopbare soja- of rijstroom (Alpro, Sojatoo!) • 2 zakjes slagroomversteviger (zie pagina 29) Roomhoorntjes: • 1 vanillestokje • nog een extra zakje slagroomversteviger • wat vers fruit naar keuze (mandarijn, aardbei, bosvruchten) ter garnering of: Mokkahoorntjes: • 3-4 sticks instant espressopoeder (Nescafé) • 2 eetlepels suiker • mokkaboontjes ter garnering (zie pagina 29)

Bereiding

• Leg de plakjes bladerdeeg naast elkaar op het aanrecht en laat enkele minuten ontdooien. Verwarm de oven voor op 200 0C en beleg een bakplaat met bakpapier. Vet de buitenzijde van de vormpjes in met wat olie (met een stukje keukenpapier gaat dat prima) en giet wat sui­ ker op een bordje. Snijd met vier halen van een mes een deegplak in 5 repen. Wikkel deze schuin en met wat overlap één voor één om een pen, te beginnen bij de punt. Druk daarbij de uiteinden van de deegreepjes goed op elkaar, waardoor als het ware één lang lint om de pen ontstaat. Rol het met deeg beklede vormpje door de suiker en leg op de bakplaat, met het uiteinde van het deeglint naar bene­ den. Herhaal voor de andere 7.

• Schuif in het midden van de oven en bak in 20-25 minuten mooi bruin. Verwijder de vorm­ pjes direct en laat afkoelen op een rooster. • Klop de room volgens de aanwijzingen op de verpakking op met de slagroomversteviger en – naar keuze – het merg van een vanillestokje en de extra slagroomversteviger, óf espresso­ poeder en suiker (mijn absolute favoriet!). Vul een slagroomspuit met de room en vul de hoorntjes. Dit gaat gemakkelijk wanneer je ze rechtop plaatst in een glas. Garneer tot slot met wat fruit of mokkaboontjes.

• Verwarm de oven voor op 165 0C en bekleed een bakplaat met bakpapier. • Spoel de quinoa goed met koud water in een zeef en laat goed uitlekken. • Roer alle ingrediënten behalve de frambozen in een grote kom tot een massa waarin geen droge bloem meer zichtbaar is. Meng dan de frambozen erdoor en schep op de bakplaat. Druk uit tot een gelijkmatig dikke koek van ongeveer 30 x 30 cm. Bak 25 minuten in het midden van de oven, tot de koek een goudgele gloed heeft. Snijden gaat het beste wanneer hij nog niet helemaal is afgekoeld. Dit gerecht is ook sojavrij te bereiden.

Gebruik daarvoor sojavrije chocolade, in

brokjes gehakt. * Niet als je sterk reageert op glutamaat.

Dit gerecht is ook vrij van soja te bereiden.

Muesliplaatkoek

Bij ‘muesliplaatkoek’ dacht ik altijd een beetje aan bijna niet weg te kauwen, vreugdeloze gezondheidsbrokken. Deze associatie laat ik nu maar gewoon los, want onderstaande koek is zo lekker dat ik er wel van kan blijven eten! De eer­ ste dag is hij fijn knapperig, de tweede dag niet meer, maar zijn de smaken beter ingetrokken en vind ik hem zelfs nog lekkerder. De bananenchips vervangen de suiker en de frambozen geven een fris zuurtje.

Benodigdheden

• 3 eetlepels zwarte quinoa (zie pagina 29) • 250 gram volkorenmeel • 125 gram havervlokken • 150 gram bananenchips • 150 gram Smelt Chocolade Puur (zie pagina 29) • 225 ml soja- of andere plantaardige melk • 75 ml zonnebloem- of rijstolie • 125 gram (bevroren!) diepvriesframbozen (of -bramen)* • bakpapier

Crêpes Suzette

Een heerlijk, klassiek nagerecht uit Frankrijk: geflambeerde flensjes in sinaasappelsaus. Bereid de flensjes en de basis van de saus eventueel tot een dag van tevoren, dan is het afwerken zo gepiept.

Benodigdheden

Flensjes: • 165 ml soja-, haver- of rijstmelk • 110 ml water • kwart theelepel bakpoeder • snufje zout • 130 gram bloem • rasp van 1 sinaasappel • wat vloeibare margarine om in te bakken

17 <


Mijn verhaal

Gewoon aanschuiven aan tafel zonder je eigen tasje

Wat wil je graag hetzelfde zijn!

Ontbijt met de hele school.

Als ouder probeer je je kind met voedselallergie zo ‘normaal’ mogelijk te laten opgroeien. Dat betekent zoveel mogelijk aanpassen met het gezin, altijd zorgen voor alternatieven op het gebied van voedsel en vooral ook proberen te blijven inschatten waarbij een kind zich prettig voelt. En dat kan op driejarige leeftijd weleens heel anders zijn dan halverwege de basisschoolperiode.

Marije Bedaux // tekst en foto

> 22 Allergie & voeding september 2015

Niets is zo veranderlijk als de mens, en ook als het om kinderen gaat, is het nu eenmaal zo dat wat ze de ene dag nog beoordelen als ‘goed voor mij’ zomaar kan veranderen in ‘niet goed voor mij’ of ‘hier word ik niet blij van’. Jouw suggestie voor een alternatief, bijvoorbeeld een paashaas van chocolade zonder melk, noten en ei – waarop je erg trots bent omdat je deze na lang zoeken hebt veroverd – kan weleens totaal afwijken van de behoefte van je kind. Of je kind vindt de traktatie simpelweg niet lekker… Je moet je als ouder dus steeds afvragen of je alternatieve koekjes, traktaties, ontbijtmanden, paaslunch of andere zelf meegebrachte heerlijkheden nog steeds voldoen aan de norm ‘goed genoeg voor mij’, zo is mij onlangs weer erg duidelijk geworden.

Ontbijt mee

In de lente waren er veel festiviteiten op de school van onze dochter

Tess (9), bijvoorbeeld de Koningsspelen en daaraan voorafgaand een ontbijt met de hele school in de gymzaal. Het ontbijt werd geleverd door Jumbo en bevatte: beschuit, brood, melk, appels en beleg zoals jam, smeerkaas en hagelslag. Gelukkig waren de cupjes met pindakaas en hazelnootpasta van tafel gehouden, zodat dit beleg in ieder geval niet voor allergische reacties zou zorgen. Ook niet bij andere kinderen met een pinda- of notenallergie. Toch moest Tess haar eigen ontbijt meenemen, omdat ze het brood, de boter en het beleg niet kon eten. Nu is ze dit gewend; ook met een paaslunch twee weken eerder nam ze haar eigen broodjes mee. Maar waar ik een jaar geleden nog aandachtig een mandje of doosje vulde met allerlei lekkers en dit ook nog versierde in het thema van die dag, benadrukte Tess dit keer dat ik er vooral niet teveel werk van moest maken. Gewoon twee broodjes smeren en die in haar broodtrommel stoppen. Geen extra servetten, oranje lintje of een paasbloemetje; vooral ‘niet opvallen’ was haar thema. Gek genoeg vergat ik haar te vragen naar de reden. Ik dacht nog wel ‘oh, jammer’, omdat het altijd leuk is om iets speciaals te verzorgen. Het leek wel alsof zij mijn gedachten kon raden…

Wat heb jij bij je?

Haar antwoord volgde niet veel later vanzelf. Andere kinderen reageren blijkbaar tijdens dit soort feestdagen toch wat gek op haar afwijkende tasjes of broodtrommels met versieringen. Zo vragen ze regelmatig: ‘Wat heb jij nu allemaal bij je?’ of ‘Wat heb jij veel meegenomen, zeg!’ Niet verkeerd bedoeld waarschijnlijk, maar Tess vat opmerkingen van andere kinderen nu wel zo op. Het blijft een lastig thema, en

het is wikken en wegen wat je als ouder in zo’n situatie het beste kunt doen. En ieder kind reageert nu eenmaal anders. Had ik haar misschien moeten uitleggen dat het niet erg is om anders te zijn dan de rest? Sterker nog, dat het juist ook haar kracht kan zijn? En dat zij ook best mag genieten van een feestelijk ontbijt met haar eigen lekkernijen, ook al ziet dat er anders uit dan de maaltijden van de omstanders? Ik had haar kunnen zeggen: ‘Als ze lachen om jou omdat je anders bent, kun jij naar hen lachen omdat ze allemaal hetzelfde zijn.’ Maar nee, zo reageerde ik niet. Ik kon mezelf eigenlijk heel goed in haar gedachten verplaatsen. Want oh, wat wil je graag als kind met voedselallergie soms hetzelfde zijn als alle andere kinderen en gewoon kunnen aanschuiven aan tafel zonder te moeten opletten of je eigen tasje te moeten openen. En dus smeerde ik gewoon twee broodjes met jam en worst en pakte haar broodtrommel zorgvuldig in.

Wat heerlijk!

Een maand later was de laatste hockeytraining van het seizoen, gevolgd door het eten van pannenkoeken in het clubhuis met alle teams. Voor Tess bracht ik een bord macaroni mee: haar favoriete eten. Nadat alle teams hadden plaatsgenomen aan de grote tafels en Tess zich realiseerde dat iedereen pannenkoeken at behalve zij, keek ze wat bedrukt om zich heen. ‘Nu ben ik echt de enige die iets anders eet dan alle andere vijftig mensen.’ Gelukkig gaf een teamgenoot naast haar direct antwoord: ‘Ooohh, wat heerlijk die macaroni, ik houd helemaal niet van pannenkoeken…’ Eet smakelijk!


Van planten weten

De nachtschade, een familie met duistere kanten

Er zijn nogal wat ontwikkelingen in het aanbod aan levens­middelen van plantaardige oorsprong. Voor mensen met voedselovergevoelig­ heid is het daarom zinnig om zoveel mogelijk te weten over de reacties die diverse plantenfamilies teweeg kunnen brengen. In Allergie & Voeding 1//2015 stond het artikel ‘Niet alle peper is peper. Pas op met ‘roze peper’!’ Nu meer over de Spaanse peper en de plantenfamilie waartoe deze behoort: de nachtschades. Nachtschade

Spaanse pepers behoren tot de zeer uitgebreide familie van de nachtschades (Solanaceae). Deze plantenfamilie wordt gekenmerkt doordat ze gevaarlijke, giftige eigenschappen heeft. De meeste delen van de plant, vooral de groene delen en de onrijpe vruchten, zijn giftig voor de mens doordat ze solanine (een alkaloïde) bevat­ ten. Alkaloïden is de verzamelnaam voor een groep giftige stoffen, waartoe ook strychnine en morfine behoren. Maar veel planten uit de nachtschadefamilie leveren ook eetbare delen, zoals de vruchten en de knollen. Alle nachtschades bloeien met een vijfpuntig bloemetje en een vijfpuntige kelk. Die zie je aan de tomaat vaak nog zitten. Alledaagse voedingsmiddelen maken deel uit van deze groep planten, zoals de aardappel, aubergine, paprika, tomaat en physalis (goud­ bes). Ook alle pepers zoals chili, pimento, chili, tabasco, cayenne en piri-piri. Daarnaast bevatten veel kruidenmengsels zoals kerrie, vleeskruiden en barbecuekruiden ook pepers. Maar ook sommige superfoods, zoals de > 24 Allergie & voeding september 2015

gojibes, behoren tot de nachtschades, evenals tabak. Vanuit de tropen komen steeds meer exo­ ten uit deze familie naar ons land: de tomatillo, ananaskers, boomtomaat, pepino (appelmeloen), lulo (gele terong), de oronoco-appel en de antroe­ wa (veel gebruikt in de Surinaamse keuken).

1000 SHU al aardig pittig. Sambal oelek scoort 2000 op de Scovilleschaal, tabascosaus 5000 en jalapeños ongeveer 6000. De scherpste pepers in de wereld zijn die met 2 miljoen SHU. Koks die deze Trinidad Moruga Scorpion bereiden, dragen gasmaskers en veiligheidspakken! Iedereen die met pepers heeft gekookt, weet dat je niet in je ogen moet wrijven als je handen niet schoon zijn. Het kleinste beetje veroorzaakt een enorm brandige reactie die gelukkig, na veel tranen, overgaat. Chilipepers bevatten twee keer zoveel vitamine C als sinaasappels. Ook onderdrukken ze het hongergevoel. Een ongunstig neveneffect is dat ze een maagzweer kunnen veroorzaken. Crèmes die warmte en een betere doorbloeding veroorzaken, kunnen capsaïcine bevatten. Capsaïcine is het hoofdbestanddeel van pepper­ spray.

Spaanse pepers

Gojibes

Maar laten we beginnen met de Spaanse pepers. Spaanse of rode peper is een verzamelnaam van de bekende rode langwerpige chilipepers. De vrucht (het pepertje) is onrijp groen en rijp rood van kleur. Meestal geldt hoe kleiner de vrucht, hoe scherper de smaak. De stof die verantwoordelijk is voor de hete smaak van Spaanse peper is capsaïcine (bij gewone peper is dat piperine). Beide stoffen hebben gemeen dat ze direct de warmtereceptoren in de mond prikkelen. Hierdoor wordt de smaak vaak als ‘heet’ omschreven. Om te bepalen hoe scherp een peper is, wordt de concentratie van capsaïcine gemeten en uit­ gedrukt in Scoville-eenheden (SHU). De meeste Nederlanders vinden een gerecht met 500 tot

Een nieuweling in voedselland is de gojibes, die wordt aangeprezen als superfood. Overigens is de bes echt niet bijzonder. In ons land is hij bekend als boksdoorn of rode mispel (Lysium barbarum) en komt gewoon in het wild voor. Ze worden in Azië al eeuwenlang gegeten, omdat ze een positief effect zouden hebben op verschillende chronische ziekten, zoals diabetes, hoge bloeddruk en staar. Afgaande op de voedingsstoffen zijn ze inder­ daad gezond. Ze bevatten een hoog gehalte aan vitamine C en vitamine A, B1, B2, B6 en E. Verder bevat de bes verschillende essentiële aminozuren en beta-caroteen. Maar er zijn ook negatieve effecten gemeld na het eten van gojibessen, zoals overgeven, maag­


Je kind gaat de wijde wereld in

Naar de speelzaal met voedselallergie Pindasporen poets je weg met hygiënedoekje

Gaat je allergische kind naar een kinderdagverblijf, peuter­ speelzaal of naar school? Dan is het noodzakelijk om afspraken te maken met de leidsters of leerkrachten over de voeding en de te nemen maatregelen. Zeven tips. Tip 1

Voorkom ongelukjes, maak afspraken Breng samen met de leidster of leerkracht de risi­ co’s van de voedselallergie in kaart. Veiligheid is belangrijk, maar het moet ook praktisch uitvoer­ baar zijn. Je kind moet zich ook geen ‘buiten­ beentje’ gaan voelen. Vertel de leidster op welke voedingsmiddelen je kind reageert en waarom de dieetmaatregelen zo nodig zijn.

Tip 2

Activiteiten kunnen risicovol zijn Bedenk dat knutselactiviteiten óók tot allergi­ sche reacties kunnen leiden. Er kunnen gluten of viseiwitten in lijm zitten. En een pindaketting rij­ gen is voor een kind met ernstige pinda-allergie ongeschikt. Bespreek dus met de leerkracht waar voor jouw kind de risico’s liggen en bedenk alter­ natieven. Een in voedselallergie gespecialiseerde diëtist kan helpen.

> 32 Allergie & voeding september 2015

Tip 3

Voedseldagboek? Ook buitenshuis Weet je nog niet precies van welk voedingsmid­ del je kind klachten krijgt? Houd een voedseldag­ boek bij. Hierin wordt exact vastgelegd wat je kind heeft gegeten, hoeveel en wanneer. En welke klachten optreden op welk moment. Doe dat niet alleen thuis. Ook op school of kin­ derdagverblijf moet het dagboek worden inge­ vuld. Overleg met de leidster.

Tip 4

Traktaties Voor traktaties bij verjaardagen kun je een trom­ meltje neerzetten waaruit je kind mag kiezen als het niet kan meedoen. Je kunt ook vooraf over­ leggen met de ouders van de jarige kinderen, zodat je eventueel een traktatie kunt namaken met geschikte ingrediënten of een alternatief meegeven.

Tip 5

Handjes wassen Belangrijk is goed toezicht van leidster of bege­ leider tijdens eetmomenten. Deze kan er ook voor zorgen dat handjes en gezichtjes worden gewassen na eten en drinken. Vochtige tissues zijn hierbij handig.

Tip 6

Schoonmaken Voorkom kruisbesmetting: bijvoorbeeld door gebruik van hetzelfde mes of bord, materiaal dat niet goed schoon is of sabbelen op speelgoed. Schone materialen, schoon speelgoed en meubi­

Gewone en medische hygiënedoekjes lijken pinda-allergenen goed te kunnen verwijderen van tafels, plastic speelgoed en boekkaften. Goed nieuws dus voor ouders van ernstig allergische kinderen, die bezorgd zijn over de aanwezigheid van allergenen op verschillende objecten in bijvoorbeeld de speelzaal, wacht­ kamers of cafés. Onderzoekers in Canada hebben pindakaas gesmeerd op een gelamineerde tafel, een plastic pop, een plastic bal met een oneven textuur en boeken met gladde en bewerkte kaften. Op al deze objecten werd Ara h 1 gevonden, één van de pinda-eiwitten. Vervolgens werden alle objecten grondig schoongemaakt met verschillende hygiënische doekjes en wederom op Ara h 1 getest. Na het schoonmaken was er geen Ara h 1 meer aanwezig. De onderzoekers concluderen dat de gangbare hygiënische doekjes de pindaallergenen voldoende verwijderen van plastic speelgoed, boeken en tafels. De onderzoekers waarschuwen wel dat materialen zoals hout en textiel niet zijn getest en waarschijnlijk lastiger schoon te krijgen zijn, omdat de pinda-allergenen daarin dieper kunnen doordringen. In de studie is gekeken naar het pindaallergeen Ara h 1. Omdat dit een sterk en stabiel eiwit is, kan het goed model staan voor de andere pinda-allergenen. Als je de Ara h 1 weg krijgt met poetsen, geldt dat ook voor de andere pinda-eiwitten.

lair, en een schone vloer zijn dus belangrijk. Reinigen met zeep verwijdert allergenen prima, zoals pinda- en notensporen. Ook schoonmaak­ doekjes blijken prima te werken, zie een studie hierover in het kaderstukje.

Tip 7

Brochure voor school of dagverblijf Wil je school, kinderdagverblijf of peuterspeel­ zaal goed informeren? Bestel dan onze brochure ‘Met voedselovergevoeligheid naar school’. Zie Uit onze webwinkel achterin dit tijdschrift.


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.